Boekverslag Nederlands Kopzorg door Edgar C Boekverslag door een scholier 1373 woorden 17 november 2004 7,2 10 keer beoordeeld Auteur Genre Edgar C Psychologische roman Eerste uitgave 1979 Vak Methode Nederlands Literatuur zonder grenzen Primaire gegevens van het gelezen werk Auteur: Edgar C Titel : Kopzorg (Temekoe) Ondertitel: Het verhaal van vader en zoon. Verschenen in: 1988 Aantal blz.:192 Leestijd: 9 uur uitgelezen op: 14 Oktober 2004 Verantwoording van de keus Ik zag de voorkant, en dat was wat buitenlands. En iets over andere culturen leren vind ik interessant. Toen ik op de achterkant las, dat het verhaal zich in Suriname afspeelt vond ik het nog interessanter. Mijn vader is geboren in Suriname. En is ook en Creool. Dan ben ik dus ook een mengeling van verschillende rassen. Mijn vader heeft dus in dezelfde cultuur geleefd, als de mensen in het boek. Verwachting vooraf Ik wist niet veel van het boek vooraf. Maar ik had wel al een idee dat het boek vooral interessant was, en niet echt spannend. Eerste reactie achteraf Ik vind dit werk: Spannend: 1 Meeslepend: 2 Ontroerend: 2 Grappig: 1 Realistisch: 3 Pagina 1 van 5
Fantasierijk: 2 Interessant: 3 Origineel:3 Goed te begrijpen: 2 Niet=1, een beetje=2, erg=3 Dit werk heeft me aan het denken gezet. Ja Ik heb iets aan dit werk gehad. Ja Dit werk spreekt me wel aan omdat ik dingen over Suriname heb gehoord, die ik van me vader niet gehoord had. Korte samenvatting van de inhoud Het begint met de geschiedenis van de vader van de ik-persoon. De vader van de ik-persoon (Nelis) werd wees.hoe, daar is de ik-persoon nooit achter kunnen komen. Hij kwam in een weeshuis terecht. Later kwam hij bij een oude tante. Deze tante Slowie behandelde hem als het kind van de duivel. Ondanks dat ze zo gemeen tegen Nelis was, hield ze wel van hem. Dat blijkt uit de keren dat Nelis wegliep. Op een gegeven moment is Nelis met de goudzoekers trein, naar Paramaribo gegaan. Dat was voor hem heel wat, de vader is in het afgelegen district Para opgegroeid tussen de pastoor en de zwarte magie. Armoe en honger was er veel en er was toen groente te geef en rijst voor een halve stuiver te koop was. Veel mensen gingen uit hoop goud zoeken in de tropische regenwouden., sommige kwamen nooit meer terug, omdat ze verdwaalde waren. In Paramaribo, heeft hij heel veel armoede gehad. Hij is veel werkeloos geweest. Op een gegeven moment leert hij een mooie vrouw, met 8 kinderen kennen. Mollige vrouwen, met rondingen (vooral dikke konten) worden in Suriname mooi gevonden. Zo als veel mannen in Surinaamse ging ook Nelis vreemd. Hij had een buitenvrouw, de zus van moeder. Moeder wist daar van, maar bleef toch bij hem. Als de vrouw geen kinderen meer verwacht wordt de jongen geboren. De laatste, "de buiksluiter". De vader is gek op de jongen (dit is de ik-persoon), trekt hem voor, is zijn schildwacht, behoedt hem voor al het onheil van mensen en kwade geesten, dat hem bedreigt. De ik-persoon was niet altijd even aardig. Hij ging bijvoorbeeld vaak bij zijn vader op schoot zitten, maar als moeder dan boos werd, en hem sloeg, trok hij de tafellaken naar beneden, terwijl hij viel. Zijn vader heeft weinig vrienden, waarvan maar één goede vriend. Hij kan goed samen met zijn vriend zeuren over hoe makkelijk de jeugd, het wel niet heeft. Door de ik-persoon is de vriendschap gebroken. De vriend (Basedi) maakt kleren, en de ik-persoon kraakte die af. Als ze het huis uit moeten komen ze bij een groottante (zus van de moeder van zijn moeder) terecht. Zij verafschuwd de winti en gescheld van veel negers. Zij is zelf erg katholiek. En probeert niet creools te zijn, ze probeert zoals de koloniale mensen te zijn. Ook aan de hechte band tussen vader en zoon komt een einde. Kopzorg kwelt de vader. Hij sluit zich af, het leek wel alsof het hem niets meer kon schelen wat met de zoon gebeurde. Op zijn werk kennen ze hem als een echte vader, "echt een soort plicht volgende man met idealen", maar als hij thuiskomt, dan is hij anders, meer afwezig. Er worden veel Surinaamse woorden gebruikt De verdieping Tijd en ruimte Pagina 2 van 5
Het verhaal begint zo rond 1915, en eindigt zo rond 1965. Dit merk je aan het jaartal 1930 dat genoemd wordt, als hij een jonge man is. Dat het rond 1965 eindigt merk je aan de beginnende protesten voor verschillende regelingen voor werknemers. De verteldetijd is dus ongeveer 45 jaar. De verteltijd is ongeveer 10 uur, ik vind het boek niet heel snel leesbaar. Het verhaal is niet chronologisch verteld. Grotendeels is het boek wel chronologisch verteld. Het verhaal begint later in de tijd, waarna in het begin van het boek een flashback is, en vanuit daar wordt vooral chronologisch verteld, met op het laatst zijn er weer een paar flashbacks. Het verhaal speelt zich af in Suriname. Eerst in Para, en later in Parimaribo in verschillende slechte woningen. Er komt een grote storm in voor, voor de rest is het buiten de regentijd vaak goed weer. De grote storm gebeurd wanneer rupsen het huis binnen komen, en bij veel familieleden pijnlijke plekken bezorgd. In Suriname zijn insecten vaak gevaarlijker. De wijze van vertelen Er is een ik-verteller. Je komt niet achter de naam van de verteller. De verteller verteld wel vooral over andere, en dan vooral zijn vader. Thema en motieven Het thema is, de vader zoon relatie. De zoon verteld vooral over zijn vader en zijn realtie met hem. Motieven; Vaders jeugd Para Armoede Paramaribo Nelis leert zijn vrouw kennen. Geboorte laatste zoon Wonen bij groottante Beste vriend Verandering relatie vader-zoon. Kort de inhoud van het verhaal Vader heeft een moeilijke jeugd gehad. Hij is wees, en is bij een moeilijke tante in een klein dorp opgegroeid.daarna gaat hij naar Paramaribo, daar lijd hij heel veel armoede. Hij leert een vrouw kennen met 8 kinderen. De ik-persoon wordt geboren als ze eigenlijk geen kinderen meer verwachten. Nelis is blij met zijn kind. Nelis heeft een goede vriend waar de ik-persoon jaloers op is. De ik-persoon zorgt er voor de vriendschap kapot gaat. Bij gebrek aan een betere woning komt het gezin bij groottante te wonen, zij is erg christelijk. De relatie verslechterd tussen vader en zoon, Nelis trekt zich meer terug van zijn gezin. Personages Er wordt veel gesproken met termen als de zus, de vader enz. De ik-persoon: hij is erg verwend, daardoor is hij als kind soms wat egocentrisch. De ik-persoon verteld vooral veel over zijn vader. Je komt niet zoveel over hem te weten. Nelis (De vader): Hij is een eigenwijze man, met bijvoorbeeld zijn ideeën over hard werken.. Hij wil eigenlijk Pagina 3 van 5
meer, maar wil zijn gezin niet achterlaten. Hij is een treurig man. Hij is niet echt sociaal, hij laat zijn vrienden meestal aan de deur staan. Hij is een beetje een einselganger De moeder: is heel aardig voor de medemens. Ook al heeft ze niet veel, ze geeft toch veel weg. Ze is hardwerkend. En kan goed voor zich zelf opkomen. Ze is een beetje de baas in huis. Tante Slowi: Een oude vrouw., die in de opvoeding vooral voor het opvoeden met harde hand is. Ze houd ondanks gemene dingen die ze doet, toch van Nelis. Broers en zussen: Je weet vooral dat ze veel buitenspelen. Voor de rest wordt er niet echt iets anders over verteld. Groottante: Een zeer katholiek gelovig persoon. Die zo min mogelijk creools wil zijn. Basedi(vriend van vader): Een persoon die graag verhalen verteld. Hij is net als Nelis, een ouderwetse man, die vindt dat de jeugd maar hard moet werken, net als zij vroeger. Titel, ondertitel en motto De titel kopzorg is de verklaren omdat vader veel kopzorg heeft. Hij is niet tevreden met zich zelf. De ondertitel het verhaal van vader en zoon is te verklaren omdat er vanuit de zoons kant geschreven wordt wat de bande tussen hem en zijn vader is. Motto: Laat dit niet n verhaal zijn dat ik u verzin, Voor t vertolken van mijn ideaal: Op de sokkel van t woord, de verbeeldingskracht Die ons t lot vereeuwigt Hoe verafgood t eremonument van steen, Beweeglijk naar de geest,is hij die de adem heeft. Zo schep ik u, vader, naar t woord: Uw schrijfzaam erebeeld. En even vluchtige spiegel ik mij aan u Tot n gelijkenis, uw spiegelbeeld. Waarheid schept leugen nader Op de grens van hetgeen er leeft. Relatie tussen tekst en auteur De auteur verwijst bij het vertellen van het verhaal, naar de schrijver dat de ik-persoon nu is. De auteur is zelf ook in Suriname opgegroeid in die tijd. Dus het verhaal is autobiografisch. Relatie tussen verschillende teksten Ik heb geen eerdere werken van deze auteur gelezen. Relatie tussen tekst en context Pagina 4 van 5
De schrijver verteld over de Surinaamse cultuur. Er wordt veel verteld over de armoede wat vooral heerst rond 1930. Pagina 5 van 5