Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen Beslissing Aanvraag



Vergelijkbare documenten
Energieonderzoek Centrum Nederland ECN P.J. Sayers Postbus ZG PETTEN. Datum 7 maart 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Op 21 juli 2016 heb ik uw aanvraag ontvangen voor een ontheffing voor Meeuwen bestrijding. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Gemeente Opmeer H.A.C. van Langen postbus ZK SPANBROEK. Datum 4 juli 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Gemeente Stein R. Vluggen Stadhouderslaan KP STEIN. Datum 28 mei 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

R. Grimminck duivenoverlastbestrijding R. Grimminck De Heul AJ OOSTZAAN

M.B.A. Knuvers Vicarisweg AC VARSSELDER. Datum 15 juli 2016 Betreft Beslissing aanvraag art. 75 Flora en faunawet. Geachte mevrouw Knuvers,

Vereniging van Eigenaren Inventor Business Park M.C.J. Reijnders-Meine Keesomstraat 12 B 1821 BS ALKMAAR

Gemeente Heerenveen H. Huisman Postbus BH HEERENVEEN. Datum 16 februari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Hieronder vindt u de redenen voor mijn besluit. In de bijlage kunt u de relevante wet- en regelgeving lezen.

Gemeente Westland P. Moerman Postbus AD NAALDWIJK. Datum 7 juli 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Staatsbosbeheer T. Muusse Hilweg MT WERKENDAM. Datum 7 augustus 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen Beslissing Aanvraag Toelichting

Gemeente Leiden F. van der Sluis Postbus PC LEIDEN. Datum 31 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 29 oktober 2014 tot en met 28 oktober 2019.

Hieronder vindt u de redenen voor mijn besluit. In de bijlage kunt u de relevante wet- en regelgeving lezen.

Wildernistrek E.G.C. van Uchelen Reeweg GA VLEDDER. Datum 19 juni 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Gemeente Midden-Drenthe M.W.L. Koster Postbus AA BEILEN. Datum 16 december 2015 Betreft Beslissing aanvraag art. 75 Flora en faunawet

Stichting RAVON R. van Westrienen Postbus BK NIJMEGEN. Datum 17 november 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Gemeente Drimmelen J. Mandemakers Postbus AA MADE. Datum 12 september 2014 Betreft Beslissing wijziging ontheffing Art. 75 Flora en faunawet

Op 3 juni 2016 heb ik uw aanvraag ontvangen voor een ontheffing voor drie grijze eekhoorns. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Uw aanvraag van de verbodsbepalingen genoemd in artikel 11 van de Flora- en faunawet wijs ik af

Gemeente Amstelveen, Wijkbeheer Zuid Team Natuur en Milieu Educatie Postbus BAAMSTELVEEN

Gemeente Oude IJsselstreek W. Geense Postbus AA GENDRINGEN. Datum 13 november 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 1 december 2016 tot en met 30 november 2021.

Natuurlijk! Fauna-advies B.V. C.F. Schoon Hofsemolenweg PM VAASSEN

Gemeente Beek R. van den Munckhof Raadhuisstraat KA BEEK. Datum 9 februari 2017 Betreft Beslissing aanvraag. Geachte heer van den Munckhof,

Op 6 maart 2014 heb ik uw aanvraag voor een ontheffing voor Gagel knippen ontvangen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

IMARES Wageningen UR T.P. Bult Ankerpark AG DEN HELDER. Datum 16 februari 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Hogeschool Van Hall Larenstein T.R. Huisman Agora CJ LEEUWARDEN. Datum 15 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Erasmus Medisch Centrum B.E.E. Martina Dr. Molewaterplein GEROTTERDAM

Stichting Nationaal Klok & Peel museum Asten H. A. van der Loo Ostadestraat WC ASTEN

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 30 november 2016 tot en met 31 december 2017.

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen 2 Beslissing Aanvraag

Gemeente Nieuwegein A.R. de Bree Postbus AA NIEUWEGEIN. Datum 22 april 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Stichting RAVON A.M. Spitzen Postbus BK NIJMEGEN. Datum 11 april 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Alterra Wageningen UR G. Müskens Droevendaalsesteeg PB WAGENINGEN. Datum 11 april 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Op 9 juni 2016 heb ik uw aanvraag ontvangen voor een ontheffing voor Duiven rond gebouwen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 29 januari 2016 tot en met 28 januari 2021.

Gemeente Oude IJsselstreek P. Kleingeld Postbus AA GENDRINGEN. Datum 9 januari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Natuurbalans - Limes Divergens B.V. G. Hoogerwerf Toernooiveld ED NIJMEGEN

Op 30 november 2016 heb ik uw aanvraag ontvangen voor een ontheffing voor Ontheffing roeken. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Vereniging Natuurmonumenten J. Quik Slabroekseweg PX NISTELRODE. Datum 12 april 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Wespro Plaagdierpreventie C.C.W.P. Schuurmans Veldstraat AW GEFFEN. Datum 13 juli 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 27 juli 2016 t/m 1 september 2020.

Jasja Dekker Dierecologie J. Dekker Enkhuizenstraat WZ ARNHEM. Datum 30 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Natuurmuseum Fryslan G. Koopmans Schoenmakersperk EM LEEUWARDEN. Datum 18 april 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 24 februari 2015 tot en met 1 januari 2018.

Ottenschot Faunabeheersing M.J.P. Ottenschot Beldsweg PH AMBT DELDEN

Rilksdienst voor Ondernemend

Op 12 november 2014 heb ik uw aanvraag voor een ontheffing voor Welkom Bever ontvangen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Gemeente Overbetuwe I.A.N.M. van Riel Postbus AA ELST. Datum 1 oktober 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Op 2 mei 2016 heb ik uw aanvraag voor een ontheffing voor Otter ontvangen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Universiteit van Amsterdam C. Cavallo Turfdraagsterpad XT AMSTERDAM

Brandweer Nunspeet C. Barneveld Elburgerweg TA NUNSPEET. Datum 14 januari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Gemeente Texel J. Vennik Postbus AE DEN BURG. Datum 24 november 2015 Betreft Beslissing aanvraag art. 75 Flora en faunawet

M. Paarlberg - Spaanderman Stroet GM STROET. Datum 14 oktober 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 17 februari 2016 tot en met 31 december Hieronder vindt u de redenen voor mijn besluit.

M. Snelleman Ds. H. Pauwstraat AC BRIELLE. Datum 30 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Staatsbosbeheer Divisie Ontwikkeling en Beheer S. Thijsen Smallepad MG AMERSFOORT

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 31 mei 2015 tot en met 30 mei 2020.

Gemeente Overbetuwe G..W.E.M. Burgers Postbus AA ELST. Datum 2 oktober 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

SOVON Vogelonderzoek Nederland R.L. Vogel Toernooiveld ED NIJMEGEN

Universiteit Utrecht, Faculteit Diergeneeskunde Prof. Dr. A. Pijpers Yalelaan CL UTRECHT

Eelerwoude B.V. S. Semmekrot Mossendamsdwarsweg AB GOOR. Datum 18 november 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Stichting Ravon R.W. Westrienen Toernooiveld ED NIJMEGEN. Datum 17 augustus 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Datum 19 juni 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet. Geachte heer Zeilmaker,

Ecomilieu R. Gerritsen Bergweg 5A 7671 TA VRIEZENVEEN. Datum 16 maart 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Seamarco B.V. R.A. Kastelein Julianalaan CC HARDERWIJK. Datum 12 augustus 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Op 14 september 2016 heb ik uw aanvraag voor een ontheffing voor Na het MEC ontvangen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Bureau Natuurbalans - Limes Divergens B.V. B.H.J.M. Crombaghs Postbus GA NIJMEGEN

Veldbiologische Werken J.C. Knotters Kastanjeberg KA ROOSENDAAL. Datum 16 december 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Vereniging Buyshaven D.J. Koopman Flevolaan MA ENKHUIZEN. Datum 22 april 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

U verzoekt mij om de ontheffingstermijn te wijzigen in 18 oktober 2016 tot en met 17 oktober 2021.

Biodivers B.V. P.J.L. de Groot Hoenkoopse Buurtweg GB OUDEWATER. Datum 3 augustus 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Koningin Sophia-Vereeniging tot Bescherming van Dieren S. van Horck Nieuwezijds Voorburgwal RK AMSTERDAM

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 17 maart 2017 tot en met 16 maart 2022.

Roflight R.J. Musters Lemselobrink GD ENSCHEDE. Datum 29 maart 2017 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 FFW/Wet natuurbescherming

Gemeente Nijmegen Directie Grondgebied T. Martens Postbus HG NIJMEGEN

Netwerk Groene Bureaus J.P.M. Burger Zeisterweg NL ODIJK. Datum 24 februari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Gemeente Rotterdam O. van Velthuijsen Posbus KP ROTTERDAM. Datum 12 april 2016 Betreft Wijziging ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Tier3 solutions GmbH C. Wolf Kolberger Str LEVERKUSEN Duitsland

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 14 oktober 2016 tot en met 14 oktober Hieronder vindt u de redenen voor mijn besluit.

Stichting Zeemuseum Miramar M.J. van Geel Vledderweg AB VLEDDER. Datum 3 augustus 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Een kopie van deze brief en de ontheffing wordt verstuurd aan Arcadis Nederland B.V.

Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht B.L. Reuvers Postbus GJ AMSTERDAM

Jacht,Beheer en Schadebestrijding Europoort A. Stolk Korteweg KH TINTE

Recreatieschap Rottemeren K. Opstal Postbus AH SCHIEDAM. Datum 19 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

NatuurInclusief J. Beijk Alexandrinalaan NN BORCULO. Datum 13 februari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Stichting Waterproef R.W.G.M. Melis Postbus ZGEDAM. Datum 7 maart 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Dijkhuis Aannemersbedrijf B.V. G.J. Horsman Molensteen NM HARDENBERG. Datum 11 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 27 januari 2015 tot en met 26 januari 2020.

Stichting opvang Bronsbergen H.W. Enzerink Bronsbergen AA ZUTPHEN

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 20 september 2016 tot en met 15 oktober 2017.

Van der Valk Hotel, Akersloot M. Wulp Geesterweg 1A 1921 NV AKERSLOOT. Datum 28 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Eelerwoude B.V. S. Semmekrot Mossendamsdwarsweg AB GOOR. Datum 12 augustus 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Ontwikkelingsbedrijf Vathorst Beheer B.V. G. van der Vlies Veenslagen RT AMERSFOORT

Provincie Groningen Afdeling Omgeving & Milieu R.W.G. van der Zwaag Postbus AP GRONINGEN

Provincie Limburg M. Wouters-Ackermans Postbus MA MAASTRICHT. Datum 9 januari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen 2 Beslissing Aanvraag

BDL/Bestra H. Smeets-Schiessl Nieuwstraat GS STEIN. Datum 22 april 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Transcriptie:

> Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag SABIC Innovative Plastics J. Castelijn Postbus 117 4600 AC BERGEN OP ZOOM Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet Bijlagen 2 Geachte heer Castelijn, Op 20 januari 2014 heb ik uw aanvraag ontvangen voor een ontheffing voor SABIC-IP EL&I 2014-02 Meeuwenoverlast. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing. Beslissing Ik heb besloten uw aanvraag goed te keuren. Hierbij verleen ik u de ontheffing die u heeft aangevraagd van de verbodsbepaling genoemd in artikel 10 van de Flora- en faunawet voor het opzettelijk verontrusten van de kleine mantelmeeuw (Larus fuscus) en zilvermeeuw (Larus argentatus). Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 15 maart 2014 tot 15 maart 2019. Hieronder vindt u de redenen voor mijn besluit. Aanvraag Deze aanvraag volgt op een reeds verleende ontheffing met het nummer: FF75/2013/004. Het opzettelijk verontrusten heeft op grond van deze ontheffing plaatsgevonden in 2013 in week 18 tot en met 26. Ten opzichte van 2012 waren er minder kleine mantelmeeuwen en zilvermeeuwen op het bedrijfsterrein en hebben de maatregelen een positief effect gehad. De overlast is in grote mate gereduceerd en er hebben zich geen gevaarlijke incidenten voorgedaan. Dit is te danken aan het feit dat op tijd met het opzettelijk verontrusten is begonnen. Daardoor is voorkomen dat deze meeuwen nesten hebben gemaakt op het bedrijfsterrein. Ten opzichte van 2011, het jaar waarop voor het eerst met het verjagen 1 begonnen, is de populatie van kleine mantelmeeuwen en zilvermeeuwen met ¾ gedaald. U vraagt nu opnieuw een ontheffing aan voor het opzettelijk verontrusten van de kleine mantelmeeuw en de zilvermeeuw in verband met meeuwenoverlast tijdens het broedseizoen. Met verjagen wordt hier opzettelijk verontrusten bedoeld, zoals vermeld in artikel 10 van de Flora- en faunawet. Pagina 1 van 5

Binnen het bedrijfsterrein van SABIC Innovative Plastics vinden regelmatig noodzakelijke controle, onderhouds- en storingswerkzaamheden plaats. De onderhoudswerkzaamheden zijn noodzakelijk in verband met onder andere de veiligheid van de productieprocessen. U heeft aangegeven dat elk jaar met name in het broedseizoen vele meeuwen zich kunnen huisvesten op het bedrijfsterrein. Zowel in de broedfase als in de fase wanneer er jongen zijn, zijn de zilvermeeuwen dan zeer agressief. De zilvermeeuwen vallen in dat geval medewerkers aan wanneer zij tijdens de werkzaamheden hun territorium betreden. Dit heeft in het verleden struikel- en valgevaar van grote hoogten opgeleverd door de duikende en aanvallende zilvermeeuwen. U heeft een aantal preventieve maatregelen toegepast maar dit had niet het gewenste resultaat. Daarom vraagt u om voor het broedseizoen van 2014 de vestiging van een kolonie te voorkomen. Om de overlast te beperken wilt u wederom de kleine mantelmeeuw en de zilvermeeuw opzettelijk verontrusten met behulp van een valkenier. De valkenier zal deze meeuwen opzettelijk verontrusten met de havik, slechtvalk en woestijnbuizerd. Met het opzettelijk verontrusten zullen de meeuwen bij het zien van de roofvogels vertrekken naar de plaatsen op het terrein waar ze wel worden gedoogd. Toelichting Relevante wet- en regelgeving In de bijlage kunt u de relevante wet- en regelgeving lezen. Ontheffing Uit de relevante wet- en regelgeving blijkt dat de aangevraagde ontheffing alleen kan worden verleend als: De gunstige staat van instandhouding van de soort niet in het geding is; Er geen andere bevredigende oplossing bestaat; De ontheffing aangevraagd wordt met het oog op een bij algemene maatregel van bestuur 2 aangewezen belang. De gunstige staat van instandhouding van de kleine mantelmeeuw en de zilvermeeuw komt naar mijn mening niet in gevaar, indien de in de ontheffing opgenomen voorwaarden in acht worden genomen en volgens het bij de aanvraag ingediende activiteitenplan wordt gewerkt. U heeft aangegeven dat preventieve middelen te kort schieten. Ik ben daarom van mening dat er geen andere bevredigende oplossing mogelijk dan de maatregelen die zijn voorgesteld in het bij de aanvraag ingediende activiteitenplan. Verder blijkt uit de evaluatie van de vorige ontheffing dat de maatregelen een positief effect hebben gehad. Gelet op de agressie van de zilvermeeuw in het broedseizoen en de kans op ongevallen ben ik van mening dat sprake is van blijvende belangrijke overlast en gevaar voor de volksgezondheid of openbare veiligheid. 2 Besluit vrijstelling beschermde dier- en plantensoorten (Stb. 2000, 525). Pagina 2 van 5

Conclusie Gelet op het bovenstaande verleen ik u voor de uitvoering van het project SABIC-IP EL&I 2014-02 meeuwenoverlast. Bezwaar Als u het niet eens bent met deze beslissing, kunt u binnen zes weken na verzending van deze brief digitaal of schriftelijk een bezwaarschrift indienen. Een digitaal bezwaarschrift kunt u indienen via mijn.rvo.nl. Om in te loggen heeft u uw gebruikerscode en wachtwoord nodig, voor de ondertekening een TAN-code. Als u schriftelijk bezwaar wilt maken, stuurt u het ondertekende bezwaarschrift naar de, afdeling Juridische Zaken, postbus 40219, 8004 DE Zwolle. Bij het indienen van een digitaal bezwaarschrift vragen wij u naar een aantal gegevens uit deze brief. Maakt u schriftelijk bezwaar, vermeld in uw bezwaarschrift dan in ieder geval onze referentie en de datum van de beslissing waartegen u bezwaar maakt. U vindt dit nummer in de rechter kantlijn in deze brief. Op mijn.rvo.nl vindt u meer belangrijke informatie over het digitaal en schriftelijk indienen van een bezwaarschrift. Meer informatie? Heeft u nog vragen, kijk dan op onze website mijn.rvo.nl. Of bel ons: 088 042 42 42 (lokaal tarief). Met vriendelijke groet, De Staatssecretaris van Economische Zaken, namens deze: Marco Klaassen Teammanager Vergunningen Pagina 3 van 5

Relevante wet- en regelgeving Flora- en faunawet Artikel 2 1. Een ieder neemt voldoende zorg in acht voor de in het wild levende dieren en planten, alsmede voor hun directe leefomgeving. 2. De zorg, bedoeld in het eerste lid, houdt in ieder geval in dat een ieder die weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat door zijn handelen of nalaten nadelige gevolgen voor flora of fauna kunnen worden veroorzaakt, verplicht is dergelijk handelen achterwege te laten voorzover zulks in redelijkheid kan worden gevergd, dan wel alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van hem kunnen worden gevergd teneinde die gevolgen te voorkomen of, voorzover die gevolgen niet kunnen worden voorkomen, deze zoveel mogelijk te beperken of ongedaan te maken. Artikel 4 1. Als beschermde inheemse diersoort worden aangemerkt: b. alle van nature op het Europese grondgebied van de Lid-Staten van de Europese Unie voorkomende soorten vogels met uitzondering van gedomesticeerde vogels behorende tot bij algemene maatregel van bestuur aangewezen soorten; Artikel 10 Het is verboden dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, opzettelijk te verontrusten. Artikel 75 3. Onze Minister kan, voorzover niet overeenkomstig artikel 68 van deze wet door gedeputeerde staten ontheffing is of kan worden verleend, ontheffing verlenen van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 8 tot en met 15a, 15b, tweede lid in samenhang met het eerste lid, 16, 17, 18, 50, 51, 52, 53, 58, 59, tweede lid, 64, tweede lid, en 72, vijfde lid. 5. Vrijstellingen en ontheffingen worden tenzij uitvoering van internationale verplichtingen of bindende besluiten van organen van de Europese Unie of andere volkenrechtelijke organisaties noodzaakt tot het verlenen van vrijstelling of ontheffing om andere redenen, slechts verleend indien geen afbreuk wordt gedaan aan een gunstige staat van instandhouding van de soort. 6. Onverminderd het vijfde lid, worden voor soorten genoemd in bijlage IV van richtlijn 92/43/EEG, voor soorten vogels als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel b, en voor bij algemene maatregel van bestuur aangewezen beschermde inheemse dier- of plantensoorten vrijstelling of ontheffing slechts verleend wanneer er geen andere bevredigende oplossing bestaat: c. met het oog op andere, bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen, belangen. Pagina 4 van 5

Besluit vrijstelling beschermde dier- en plantensoorten Artikel 2 3. Als andere belangen als bedoeld in artikel 75, zesde lid, onderdeel c, van de wet zijn aangewezen: d. de volksgezondheid of openbare veiligheid; g. belangrijke overlast veroorzaakt door dieren van een beschermde inheemse diersoort; Pagina 5 van 5

ONTHEFFING Naar aanleiding van het verzoek van de heer J. Castelijn op 20 januari 2014, namens SABIC Innovative Plastics gelet op artikel 75, lid 3, 5 en 6 van de Flora- en faunawet Verleent de Staatssecretaris van Economische Zaken hierbij aan: Naam: SABIC Innovative Plastics Adres: Plasticslaan 1 Postcode en woonplaats: 4612 PX BERGEN OP ZOOM Ontheffing voor het tijdvak van: 15 maart 2014 tot en met 15 maart 2019 Van de verbodsbepaling genoemd in artikel 10 van de Flora- en faunawet voor het opzettelijk verontrusten van de kleine mantelmeeuw (Larus fuscus) en de zilvermeeuw (Larus argentatus). De ontheffing wordt verleend voor de belangen: Volksgezondheid of openbare veiligheid; Belangrijke overlast, veroorzaakt door dieren behorende tot een beschermde inheemse diersoort; Het gebied waarvoor de ontheffing geldt is het industrieterrein van Sabic Innovative Plastics B.V. aan de Plasticslaan 1, te 4612 PX Bergen op Zoom. Aan deze ontheffing zijn de volgende voorwaarden verbonden: 1. Het bestuur van de ontheffinghouder dient toe te zien op de strikte naleving van deze ontheffing met de daarin vermelde voorwaarden. 2. De ontheffinghouder dient alle door of namens de Staatssecretaris van Economische Zaken verstrekte of nog te verstrekken aanwijzingen in verband met de uitvoering van deze ontheffing nauwkeurig op te volgen. 3. Voor het verrichten van de in deze ontheffing genoemde handelingen, voor wat betreft bovengenoemd artikel van de Flora- en faunawet, mogen vaste medewerkers van de ontheffinghouder middels een machtiging gebruik maken van deze ontheffing. Indien de ontheffinghouder een ander dan een vaste medewerker machtigt, dan dient de ontheffinghouder een kopie van de verleende machtiging aan, Postbus 19530, 2500 CM Den Haag te zenden. De machtiging vermeldt in ieder geval de volgende gegevens: a) volledige naam, adres, woonplaats en geboortedatum van degene aan wie de machtiging is verleend; b) soort(en) en eventuele aantallen waarvoor de machtiging geldt; c) kwalificaties met betrekking tot deskundigheid op het gebied van beschermde soorten; d) de handelingen die mogen worden verricht; e) plaats(en) waar de handelingen mogen worden verricht; f) periode waarvoor de machtiging geldt; g) naam en handtekening ontheffinghouder; h) het nummer van de ontheffing die aan de ontheffinghouder is verleend. 1 van 2

4. Gemachtigden dragen bij het verrichten van de handelingen waarvoor de ontheffing verleend is de machtiging bij zich. Deze machtiging dient te zijn gehecht aan een kopie van deze ontheffing. Gemachtigden dienen de machtiging op eerste vordering te tonen aan een bevoegd controleur of opsporingsambtenaar. 5. De ontheffing wordt slechts voor de hierboven genoemde soorten en beschreven verboden handelingen verleend. 6. De aangegeven handelingen mogen uitsluitend worden verricht ter uitvoering van het bij de aanvraag ingediende activiteitenplan. 7. De roofvogels die door de ontheffinghouder mogen worden gebruikt om de kleine mantelmeeuw en zilvermeeuw opzettelijk te verontrusten zijn slechts de havik, slechtvalk en de woestijnbuizerd. 8. Het opzettelijk verontrusten van de kleine mantelmeeuw en de zilvermeeuw dient voorafgaand aan het broedseizoen aan te vangen. Het opzettelijk verontrusten dient onmiddellijk te worden gestaakt, binnen een straal van 50 meter, wanneer de meeuwen overgaan tot het broeden en leggen van eieren. 9. De handelingen dienen te worden uitgevoerd door een deskundige 1 op het gebied van het opzettelijk verontrusten van vogels met behulp van roofvogels. 10. De ontheffinghouder dient vóór 15 mei 2019 de eindrapportage te zenden aan, Postbus 19530, 2500 CM Den Haag. 11. Deze ontheffing kan bij het niet of niet voldoende naleven van de voorwaarden worden ingetrokken. Den Haag,. De Staatssecretaris van Economische Zaken, namens deze: Marco Klaassen Teammanager Vergunningen 1 Met een deskundige wordt bedoeld een persoon die voor de situatie en soorten ten aanzien waarvan hij of zij gevraagd is te adviseren en/of te begeleiden, aantoonbare ervaring en kennis heeft op het gebied van soortspecifieke ecologie. De ervaring en kennis dient te zijn opgedaan doordat de deskundige: - op HBO-, dan wel universitair niveau een opleiding heeft genoten met als zwaartepunt (Nederlandse) ecologie; en/of - op MBO niveau een opleiding heeft afgerond met als zwaartepunt de Flora- en faunawet, soortenherkenning en zorgvuldig handelen ten opzichte van die soorten; en/of - als ecoloog werkzaam is voor een ecologisch adviesbureau; en/of - zich aantoonbaar actief inzet op het gebied van de soortenbescherming en is aangesloten bij en werkzaam voor de daarvoor in Nederland bestaande organisaties (zoals bijvoorbeeld Zoogdiervereniging, RAVON, Vogelbescherming Nederland, Vlinderstichting, Natuurhistorisch Genootschap, KNNV, NJN, IVN, EIS Nederland, FLORON, SOVON, STONE, Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, De Landschappen en Stichting Beheer Natuur en Landelijk gebied) en/of - zich aantoonbaar actief inzet op het gebied van de soortenmonitoring en/of - bescherming. 2 van 2