Rapport deputaten seksueel misbruik in kerkelijke relaties



Vergelijkbare documenten
Reglement beroepscommissie

Reglement klachtencommissie

Acta. Bijlage IV - I. van de Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005 van de Gereformeerde Kerken in Nederland. Regeling appèlprocedure ad art.

Regeling Klachtencommissie Misbruik in kerkelijke relaties (vgkn, 2015)

Klachtroute stichting Meldpunt Misbruik in Kerkelijke Relaties

Zoals nader vastgesteld (alsmede de toelichting) door de generale synode van 2007.

Klachtenregeling personeel Hogeschool Viaa

KLACHTENREGELING. Het bestuur is verantwoordelijk voor de implementatie van de klachtenprocedure en ziet erop toe dat hij goed wordt uitgevoerd.

Klachtenregeling Slim! Educatief

Klachtenreglement Vereniging Yogadocenten Nederland (VYN)

KLACHTENREGELING. Inhoudsopgave

Klachtenreglement Opleiding tot Psychosociaal therapeut

Wie kan klagen? Een persoon of organisatie die gebruik maakt of heeft gemaakt van de diensten van een regionale ondersteuningsstructuur (ROS).

Klachtenreglement Houtdatwerkt

KLACHTENREGELING. Directiestatuut Pagina 1 van 8

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR

Rubriek Onderwerp Nummer Datum document KWALITEIT - PROTOCOL Intern klachtenreglement

Landelijke Klachtencommissie VPTZ - Klachtenprocedure vrijwilligers of coördinatoren

Het bevoegd gezag van Vivente, stichting voor christelijke primair onderwijs, gevestigd te Zwolle,

KLACHTENREGELING CEDERGROEP

Klachtenregeling CVO t Gooi

Rapport deputaten M/V in de kerk

Klachtenregeling. Deel. Van Beleid Klachten bij Scholengroep LeerTij

IV.9 SEKSUEEL MISBRUIK IN PASTORALE EN GEZAGSRELATIES (SMPR) B. KLACHTENREGELING BIJ SEKSUEEL MISBRUIK IN PASTORALE- EN GEZAGSRELATIES

Hoofstuk 1: Begripsbepalingen 2 Artikel 1 Begripsbepalingen 2

KLACHTENREGELING KLACHTENREGELING

Interne Klachtenregeling Verus. Preambule

Klachtenregeling Staring College

Klachtenregeling Universiteit Twente

Klachtenreglement Ongewenste Omgangsvormen

Klachtenregeling Slim! Educatief

Model klachtenregeling primair en voortgezet onderwijs

Het Stichtingsbestuur van de Stichting Mens Achter de Patiënt (Stg MAP) stelt de volgende klachtenregeling vast.

KLACHTENREGELING Stichting MONTON

Klachtenregeling Voor het primair en voortgezet onderwijs van de Stichting Het Rijnlands Lyceum

Klachtenregeling. versie 15 augustus S e r v i c e b u r e a u S a r v i c e. Oranjelaan 113, 2231 DG Rijnsburg

KLACHTENREGELING. Klachtenregeling Sint-Christoffel Versie 19 november 2013 Pagina 1

Artikel 2. Behandeling van de klachten. Aanstelling en taken vertrouwenspersoon

Klachtenprotocol. << [of] >>

Klachtencommissie NBA. Informatie voor de indiener van een klacht

Klachtenregeling cliënten

Klachtenregeling Jeugdwet

Nederlandse Vereniging Psychomotorische kindertherapie. KLACHTENREGLEMENT Herziene versie januari 2007

Het bevoegd gezag van de VCOG wordt vertegenwoordigd door de directeur-bestuurder, dhr. E. Vredeveld.

Bijlage 2: Klachtenregeling

Klachtenregeling Strabrecht College Geldrop

BEZWAARREGELING EN ALGEMENE KLACHTENREGELING VAN DE STICHTING GOOISE SCHOLEN FEDERATIE

Klachtenregeling Stichting Katholieke Onderwijs Centrale

Klachtenregeling. Klachtenregeling Sensa Zorg versie 1.0

Het bevoegd gezag van de Stichting Openbaar Onderwijs PRESENT

Klachtenregeling. Omnisscholen

Klachtenregeling ENMS. 2 Begripsbepalingen. 3 Behandeling van de klachten. Het bevoegd gezag,

Klachtenreglement. B r a n c h e ve r e n i g i n g voor P r o f e s s i o n e l e B ew i n d vo e r d e r s e n I n k o m e n s b e h e e r d e r s

Klachtenregeling Meerwegen scholengroep

Klachtenregeling Bovenschoolse directie Herzien juli 2010

ingevolge artikel 14 van de statuten van de vereniging

HOOFDSTUK 1: BEGRIPSBEPALINGEN. Artikel 1 HOOFDSTUK 2: BEHANDELING VAN DE KLACHTEN. Paragraaf 1: De contactpersoon

ALMEERSE SCHOLEN GROEP

Klachtenreglement. B r a n c h e ve r e n i g i n g voor P r o f e s s i o n e l e B ew i n d vo e r d e r s e n I n k o m e n s b e hee r d e r s

3 Benoeming en ontslag van de externe klachtenfunctionaris

Reglement Klacht en Tuchtzaken

Klachtenregeling Avondopleidingen SKO

Klachtenregeling. Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen

Klachtenregeling Stichting Openbaar Primair Onderwijs Slochteren

KLACHTENREGLEMENT AUTISME KENNIS CENTRUM

Klachtenregeling/vertrouwenspersoon Stichting TOPKI

NBPO Klachtenreglement

B O D Y M I N D O P L E I D I N G E N KLACHTENREGELING MEDEWERKERS

Klachtenreglement Peperkamp coaching training

Klachtenreglement klachtencommissie Zorg voor Intermetzo

KLACHTENREGELING ONS MIDDELBAAR ONDERWIJS

(een lid van) het personeel, (een lid van) de directie, (een lid van) het bevoegd gezag

Landelijke Klachtencommissie VPTZ Geschilregeling tussen VPTZ organisaties en VPTZ Nederland

Datum Januari 2017 Versie 2.0 Pagina s 10 (inclusief voorpagina) Klachtenregeling

KLACHTENREGELING. Preventie en aanpak ongewenst gedrag, intimidatie en discriminatie

Klachtenregeling Datum: 1 november 2014

Klachtenreglement van de Klachtencommissie Jeugdhulp Zuid-Holland 2018

Reglement klachtencommissie

Rapport Comm. Meldpunt Seksueel Misbruik voor de Ned. Geref. Kerken met het oog op de Landelijke Vergadering 2013 te Zeewolde

Landelijke Klachtencommissie VPTZ- Geschilregeling tussen VPTZ organisaties

Klachtenregeling Bonaventuracollege

KLACHTENREGELING IVT. 1. Algemene inleiding

Reglement klachtencommissie

Protocol. Klachtencommissie. Autimaat B.V.

Klachtenprotocol Kinderopvang De 5

Landelijke Klachtencommissie VPTZ Klachtenprocedure vrijwilligers of coördinatoren

Klachtenregeling St.-Jozefmavo

Reglement Klachtencommissie voor vrijwilligers

ALGEMENE KLACHTENREGELING. SKVOB e.o.

Klachtenregeling ongewenst gedrag voor de decentrale overheid 2011

Klachtenregeling Wlz en Wmo

Klachtenregeling HELLAS-GLANA (versie 30 september 2015)

Klachtenregeling rechtbanken Amsterdam, Den Haag en Rotterdam

KLACHTENREGELING ONDERWIJS

Klachtenregeling Stichting Schoolleidersregister PO I. ALGEMENE BEPALINGEN

Klachtenreglement Halt

Klachtenreglement Veilig Thuis, definitief, februari 2016 Pagina 2

Bijlage 1: Klachtenregeling externe klachtencommissie

Klachtenregeling Stedelijk Dalton Lyceum Inleiding. 1 Mondelinge klachten. 2 schriftelijke klachten. 2.1 Interne afhandeling op locatieniveau

Transcriptie:

Rapport deputaten seksueel misbruik in kerkelijke relaties Generale Synode van de Gereformeerde Kerken Harderwijk 2011 Het auteursrecht van deze tekst berust hetzij bij de auteur, hetzij bij de Gereformeerde Kerken in Nederland. Voor alle zaken het auteursrecht betreffend kan contact opgenomen worden met het deputaatschap administratieve ondersteuning via: dao@gkv.nl. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in wat voor vorm of op wat voor manier dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de rechthebbende, behoudens de uitzonderingen bij de wet gesteld.

Inhoudsopgave 2 1 Missie en samenvatting 3 2 Verslag van werkzaamheden 3 3 Knelpunten 6 4 Nieuwe opdracht 10 5 Samenstelling deputaatschap 11 Bijlagen 1 Opdracht Generale Synode Zwolle-Zuid 2008 12 2 Voorstel nieuwe opdracht 13 3 Samenstelling deputaatschap en rooster van aftreden 17 4 Reglement klachtencommissie SMKR 18 Reglement beroepscommissie SMKR 18 Protocol misbruik 18 5 a. Samenvatting verslagen Meldpunt 2007-2010 18 + meerjarenoverzicht financiën incl. begroting 2010 22 b. Vertrouwelijk verslag Klachtencommissie 2008 2010 22 c. Vertrouwelijk verslag Beroepscommissie 2008 2010 22

1 Missie en samenvatting 3 Het deputaatschap SMKR stuurt in samenwerking met deputaten van de Christelijke Gereformeerde Kerken en de commissie van de Nederlands Gereformeerde Kerken via een gezamenlijke stichting het Meldpunt seksueel misbruik in kerkelijke relaties (voortaan: Meldpunt) aan en ziet er op toe dat het bestuur van dit Meldpunt zijn werk doet conform de door de GS Zuidhorn 2002-2003 geformuleerde en daarna gehandhaafde richtlijnen en uitgangspunten. Ook stuurt het deputaatschap de klachtencommissie en de beroepscommissie aan overeenkomstig door de GS vastgestelde uitgangspunten en regelingen. Het deputaatschap is in het leven geroepen door de GS Leusden 1999. Studie van het onderwerp resulteerde in het rapport aan de GS Zuidhorn 2002-2003, Als daden breken. Dit rapport is nog steeds fundamenteel voor het werk van deputaten en geeft de achtergrond voor de gekozen aanpak. Nadat Zuidhorn de beleidsvoorstellen had aanvaard, werd samen met de CGK en de NGK een Meldpunt opgezet. Dit Meldpunt is ook werkzaam voor deze kerken. Ook stelde Zuidhorn de regelingen voor een klachtencommissie en een beroepscommissie vast, waarna beide commissies door deputaten zijn bemand en geïnstalleerd. Deze regelingen zijn door de GS Amersfoort Centrum 2005 en Zwolle Zuid 2008 op enkele onderdelen aangepast. De relatie met de beide commissies wordt onderhouden door contactpersonen uit het midden van deputaten. Wanneer er zich een klacht aandient bij één van beide commissies, hebben deputaten uit de aard van de zaak daar geen inzicht in of bemoeienis mee. Over en weer is er wel contact wanneer de (toepassing van de) regeling moeite geeft, wanneer er problemen van financiële aard dreigen of wanneer het gaat om bemensing van de commissies. Het werk van het deputaatschap heeft goede voortgang. Het is belangrijk dat er een Meldpunt is en dat een klachten- en beroepscommissie in het leven zijn geroepen. Er is inmiddels een uitvoerig protocol gepubliceerd op de website van het Meldpunt (www.meldpuntmisbruik.nl), dat kerkenraden adviseert hoe te handelen wanneer er zich een klacht voordoet op het gebied van seksueel misbruik. Het blijkt opnieuw nodig om sommige regelingen op onderdelen aan te passen aan de praktijk, die zich wel eens anders ontwikkelt dan eerder voorzien. Gaandeweg blijkt dat verder moet worden nagedacht over het natraject van een klacht. Hoe kan een kerkenraad wijs omgaan met de situatie die ontstaat, wanneer een klacht door de klachtencommissie (en beroepscommissie) gegrond is verklaard? Hoe kan op een pastoraal heldere manier omgegaan worden met slachtoffer, dader en gemeente? Ditzelfde geldt ook wanneer een klacht door de klachtencommissie (en beroepscommissie) ongegrond verklaard is. Welke consequenties moet dat hebben naar klager, aangeklaagde en gemeente? 2 Verslag van werkzaamheden Structurele taken De GS Zwolle Zuid 2008 gaf opdracht tot een aantal structurele taken. Deze zijn te vinden in de Acta, art 41, Besluiten 2, 3 en 8 (zie Bijlage 1 voor de integrale tekst van de opdracht van Zwolle-Zuid). Besluit 2 In besluit 2 kregen deputaten de opdracht om in samenwerking met deputaten van de CGK en de commissie van de NGK via de gezamenlijke stichting het Meldpunt aan te blijven sturen. En er op toe te zien dat het bestuur van het Meldpunt zijn werk doet conform de geformuleerde richtlijnen en uitgangspunten. Het Meldpunt verricht de taken die door de GS Zuidhorn 2002-2003 zijn aangegeven en die in de statuten van de stichting als doelstelling zijn opgenomen:

- geven van informatie en advies; - begeleiding bij het maken van keuzes; - eventuele verwijzing naar de klachtencommissie; - begeleiding voor, tijdens en na de procedure bij de klachtencommissie; - verwijzing naar intensievere vormen van hulp; - rapporteren ten behoeve van signalering/preventie. Het Meldpunt maakt folders en posters met betrekking tot de aanpak van seksueel misbruik in kerkelijke relaties en verspreidt die onder de bij het Meldpunt betrokken kerken. De financiering van Het Meldpunt kan net als voorheen door de drie kerken op zich worden genomen. Wel is het belangrijk dat de controle op de financiën transparant en helder wordt uitgevoerd. Overleg met en advies van deputaten financiën en beheer nopen deputaten tot aanscherping op dit punt. Het verslag van Het Meldpunt is als Bijlage 5a in dit rapport opgenomen. Over de verhouding tussen het Meldpunt en (interne of externe) vertrouwenspersonen (vp s) rapporteren we verder onder 3.5. 4 Besluit 3 In besluit 3 gaf de GS Zwolle Zuid 2008 deputaten de opdracht om klachtencommissie en beroepscommissie te blijven aansturen overeenkomstig de daarvoor gekozen uitgangspunten en vastgestelde richtlijnen. 1. Klachtencommissie De klachtencommissie is operationeel gebleven. Ze heeft twee klachten behandeld in de tijd waarover dit rapport gaat. Het is gelukt om voor het secretariële werk een goede voorziening te treffen. Voor de klachtencommissie is ook een rooster van aftreden vastgesteld. Begin 2011 zal afscheid genomen moeten worden van de voorzitter mr. D. Veurink en een nieuwe voorzitter moeten worden aangesteld. Een punt van aandacht is de deskundigheidsbevordering door middel van het volgen van een cursus. Dit geldt te meer, wanneer er al enige tijd geen klacht meer is ingediend. Het vertrouwelijke verslag van de klachtencommissie is als Bijlage 5b in dit rapport opgenomen. 2. Beroepscommissie Ook de beroepscommissie is operationeel gebleven. Zij heeft geen klachten behandeld in de verslagperiode. Ook de beroepscommissie heeft een goede secretariële ondersteuning. Voor de beroepscommissie bestaat inmiddels een vastgesteld rooster van aftreden Een punt van aandacht blijft ook hier de deskundigheidsbevordering. Hiervoor geldt hetzelfde als wat hierover is opgemerkt bij het werk van de klachtencommissie. Het vertrouwelijke verslag van de beroepscommissie is als Bijlage 5c in dit rapport opgenomen. Besluit 8 In Besluit 8 gaf de GS Zwolle Zuid 2008 de opdracht om onderzoek te doen naar de problematiek van seksueel misbruik in relatie tot de roeping tot het ambt of de aanstelling in een andere kerkelijke functie. Onze bevindingen worden gerapporteerd onder Grenssituaties op pagina 6. Incidentele taken De GS Zwolle Zuid 2008 gaf deputaten ook een aantal incidentele taken. Deze zijn te vinden in de Acta art. 41, besluit 4, 5, 6 en 7.

Besluit 4 In besluit 4 kregen deputaten de opdracht een wijziging aan te brengen in de regeling voor de klachtencommissie art. 12 lid 5. Deze aanpassing heeft plaatsgevonden. 5 Besluit 5 In Besluit 5 kregen deputaten de opdracht een aanvulling aan te brengen in de regeling voor de klachtencommissie art 5. Deze aanpassing heeft plaatsgevonden. Besluit 6 In Besluit 6 kregen deputaten de opdracht de regeling voor de beroepscommissie art 8 aan te vullen met een lid 4. Deze aanpassing heeft plaatsgevonden. Besluit 7 In Besluit 7 kregen deputaten de opdracht om de regelingen voor de klachtencommissie en de beroepscommissie zorgvuldig na te zien en op een dusdanige wijze te (doen) publiceren dat ze voor belanghebbenden gemakkelijk te vinden zijn. Ook deze opdracht is uitgevoerd. De beide regelingen zijn te vinden op www.meldpuntmisbruik.nl. Overige werkzaamheden Deputaten hebben in samenwerking met de collega s van de CGK en de NGK verder gewerkt aan de vervaardiging van een protocol dat kerken en kerkenraden kunnen gebruiken wanneer ze worden geconfronteerd met een melding of klacht over seksueel misbruik. Het belang daarvan is tijdens de GS van Amersfoort-Centrum 2005 zowel van de kant van deputaten als door de synode benadrukt. De kerken zijn zeer gebaat met een leidraad voor hun handelen wanneer ze met seksueel misbruik te maken krijgen. Het inmiddels verschenen protocol van de SMPR (een interkerkelijk samenwerkingsverband dat zich o.a. in de PKN met misbruik bezig houdt), waarop lang gewacht is, biedt goede handvatten. De omwerking naar een voor onze kerken bruikbaar protocol heeft nog meer tijd en energie gevraagd, dan eerder al werd voorzien. Bestond de verwachting dit project eind 2007 af te ronden, dit bleek niet haalbaar. Wel is dit doel bereikt in de verslagperiode van dit rapport. Omdat de omwerking die tot dit uitvoerige protocol zou leiden meer tijd nam dan voorzien, hebben deputaten vóór de totstandkoming van dit protocol, een veel kleiner en beperkter crisisprotocol opgesteld en gepubliceerd. Toen het uitvoerige protocol klaar was, is dat in plaats van het crisisprotocol gekomen en gepubliceerd (op de website van het Meldpunt: www.meldpuntmisbruik.nl). Contact met het SMPR van de PKN heeft verder geleerd, dat er in de PKN meer dan voldoende goed opgeleide en ervaren gemeentebegeleiders aanwezig zijn. Dit zijn mensen die een gemeente kunnen begeleiden in geval zich in haar midden (opzienbarend) seksueel misbruik heeft voorgedaan. De praktijk leert hoe belangrijk het is dat een kerkenraad in zo n situatie zich laat begeleiden. Het lijkt deputaten daarom vooralsnog niet nodig om uit eigen kring dergelijke begeleiders te laten opleiden. Deputaten adviseren kerken in voorkomende gevallen gebruik te maken van genoemde begeleiders in de kring van de PKN. Deputaten hebben ook in de afgelopen periode één keer per jaar een gezamenlijke studiedag gehouden met alle betrokken partijen: het Meldpunt, deputaten CGK, commissieleden NGK, leden van de klachtencommissie en de beroepscommissie. Daarnaast is er jaarlijks overleg geweest met deputaten CGK en commissieleden NGK. Dit zogenoemde Harderwijks Beraad behartigt de zaken die deze gremia gemeenschappelijk aangaan. In overleg en samenwerking met deputaten financiën en beheer hebben we ons samen met de secretarissen van de klachtencommissie en beroepscommissie gebogen over de vraag, of een landelijke omslag voor de kosten van de procedures bij beide commissies niet beter is. De huidige praktijk voorziet in betaling van de kosten door de kerkenraad, waar de klacht heeft plaatsgevonden. Zie verder onder punt 3.3.

Ook is samen met deputaten financiën en beheer aan de orde geweest, hoe rekening en verantwoording van betalingen aan klachten- en beroepingscommissie zo transparant mogelijk kan worden verwezenlijkt. Er is contact geweest met deputaten herziening kerkorde, n.a.v. de door hen gepresenteerde Werkorde. 6 3 Knelpunten Grenssituaties Het kan zijn dat de kandidaatstelling voor of de aanstelling tot een kerkelijke functie een slachtoffer voor het eerst zover brengt, dat hij/zij een klacht indient over seksueel misbruik, dat zich heeft voorgedaan in de tijd dat deze functionaris nog geen aanstelling had, of nog niet gekandideerd was. Deze situatie valt buiten de huidige regelingen en zo n klacht is op dit moment niet ontvankelijk bij de klachten- of beroepscommissie. De GS Zwolle-Zuid 2008 heeft deputaten opgedragen onderzoek te doen naar de problematiek, die hiermee gegeven is. Het zal duidelijk zijn dat de geschetste situatie als onwenselijk moet worden beschouwd. Onwenselijk voor de benoemde broeder of zuster, omdat aan zijn/haar kerkelijk werk afbreuk wordt gedaan door gebrek aan vertrouwen. Onwenselijk voor het slachtoffer indien hij/zij terecht een klacht heeft: hij/zij wordt in een versterkt onveilige situatie gebracht. Onwenselijk voor de gemeente, omdat de gemeente mogelijk wordt blootgesteld aan iemand die niet (ten volle) te vertrouwen is. Onwenselijk voor de kerkenraad, omdat hij de verantwoordelijkheid draagt voor het functioneren van deze kerkelijke functionaris en voor de veiligheid die dat meebrengt voor gemeenteleden. Toch zijn deputaten van mening dat de bestaande regelingen niet gewijzigd moeten worden in die zin, dat ook bovengenoemde situaties binnen de regelingen gaan vallen. In de regelingen gaat het namelijk om seksueel misbruik in situaties waarin sprake is van functioneel ongelijkwaardige verhoudingen tussen beide actanten. Het seksueel misbruik gaat dus gepaard met misbruik van gezag/vertrouwen (vgl. art. 49 Wetboek van Strafrecht). Dit is indertijd de legitimatie geweest voor het opstellen en aanvaarden van de nu vigerende regelingen. De verantwoordelijkheid voor het behandelen van klachten in bovengenoemde situaties ligt naar het oordeel van deputaten bij de kerkenraad. Wel erkennen we dat er voor een zuivere afhandeling van een dergelijke klacht zelden voldoende expertise binnen de kerkenraad aanwezig zal zijn. Bovendien is het pastoraal niet wijs om dat te doen: Een kerkenraad kan op die manier de handen onvoldoende vrijhouden tegenover manipulerende krachten in de situatie die volgt, wanneer de klacht al dan niet gegrond wordt verklaard. De kerkenraad doet er naar het oordeel van deputaten daarom wijs aan om een dergelijke zaak naar analogie van de klachten- en beroepsregeling te laten behandelen door een externe commissie van deskundigen. De kerkenraad kan deze commissie benoemen en een regeling opstellen naar analogie van de klachtenregeling. De leden van deze commissie kunnen niet tegelijk leden van de KC of BC zijn. Het Meldpunt kan kerkenraden ondersteunen in het vinden van geschikte personen. Aanpassingen in reglementen Klachten- en Beroepscommissie noodzakelijk Opnieuw zijn bij het functioneren in de praktijk, de klachten- en beroepscommissie aangelopen tegen tekorten in de huidige reglementen. In overleg met hen komen we tot de volgende wijzigingsvoorstellen, waarbij we onze dank uitspreken aan de secretaresse van de beroepscommissie voor het formuleren van een groot deel van de wijzigingsvoorstellen. Verantwoordelijke kerkenraad. De klachtencommissie is in de praktijk gestuit op een te beperkte formulering in haar regeling, die de verdere afdoening van een gegrond verklaarde klacht ernstig belemmert. Het gaat om de Regeling klachten seksueel misbruik in kerkelijke relaties, art. 14 lid 2 en 3. Daar wordt bepaald dat de kerkenraad van de gemeente waartoe de aangeklaagde behoort op de

hoogte moet worden gebracht van de uitkomst van de klachtafhandeling. Is de klacht gegrond, dan moet deze kerkenraad hiervan ook gemotiveerd schriftelijk op de hoogte worden gebracht, onder overlegging van een samenvatting van de klacht en van de bevindingen tijdens het onderzoek. Daarbij moet ook een advies voor afdoening worden gevoegd. Maar wat te doen wanneer een aangeklaagde voor of tijdens de behandeling van een ingediende klacht verhuist naar een andere gemeente, of zich tijdens de behandeling onttrekt aan de kerk? Aan welke kerkenraad moet de klachtencommissie haar bevindingen presenteren? Waar moet de klachten- of beroepscommissie met haar bevindingen heen, wanneer de aangeklaagde zich inmiddels heeft onttrokken? En welke kerkenraad betaalt de kosten van de procedure? Deputaten komen op dit punt, na overleg met de klachtencommissie met een voorstel tot aanpassing van de Regelingen zowel van de klachtencommissie als de beroepscommissie, zie voorgestelde Besluiten 5 in Bijlage 2. 7 Reglementen klachtencommissie en beroepscommissie gelijktrekken op art.12. De beroepscommissie geeft aan dat de aanpassing in het reglement zoals die door de vorige synode is aangebracht in art. 12.5 voor de klachtencommissie, op dezelfde gronden wenselijk is voor de beroepscommissie. Zie voorgesteld Besluit 6 in Bijlage 2. Wraking. In de regelingen is niets opgenomen over de eventuele wraking van leden van de commissies. In het verleden is echter wel om wraking van de leden van de commissies verzocht. Wanneer we kijken naar het Nederlands recht (art 36-41 Wetboek Burgerlijke Rechtsvordering), dan is er een heldere wrakingsprocedure. Partijen in een civiel geding, kunnen een verzoek indienen om de rechters die de zaak behandelen te wraken. Onder wraking wordt verstaan het bezwaar maken tegen de deelneming van een rechter aan de berechting van een bepaalde zaak. Er kunnen feiten en omstandigheden bestaan die van invloed kunnen zijn op de beslissing van de rechter. Dit moet dan gaan om feiten en omstandigheden die de rechterlijke onpartijdigheid kunnen beïnvloeden. Het verzoek tot wraking moet worden gedaan zodra de feiten of omstandigheden aan de verzoeker bekend zijn geworden. Het verzoek tot wraking dient schriftelijk en gemotiveerd gericht te worden aan de rechtbank. Na de aanvang van een terechtzitting kan het ook mondeling geschieden. De zitting wordt dan meteen geschorst. De rechter kan dan berusten in de wraking, waarna een nieuwe zitting moet worden georganiseerd met een andere rechter. Berust de rechter er niet in, dan beoordeelt een wrakingskamer van drie andere rechters het verzoek, waarbij rechter en verzoeker gehoord kunnen worden. Tegen de beslissing van de wrakingskamer is geen beroep mogelijk. Het zou goed zijn om een bepaling op te nemen over wraking, maar het instellen van een wrakingskamer lijkt overtrokken in een dergelijke situatie. Wanneer we kijken naar de aard van de regeling, dan moet iedere vorm van belangenverstrengeling natuurlijk vermeden worden. Wat wellicht goed lijkt is om de mogelijkheid van wraking te benoemen, aan te geven op welke gronden een verzoek gedaan kan worden en aan te geven wat het gevolg is van een dergelijk verzoek (schorsing). Een dergelijk verzoek is procedureel te verwachten nadat de commissies zijn samengesteld en daarvan mededeling is gedaan aan de partijen (na art 12 lid 2 regelingen). Deputaten hebben de commissies verzocht een voorstel te formuleren. Zie voorgesteld Besluit 7 in Bijlage 2. Ontvankelijkheid De commissie toetst de ontvankelijkheid aan de eisen genoemd in art 8 en moet binnen twee weken de ontvankelijkheid meedelen aan de klager. Het lukt zelden om voor die tijd een commissie bijeen te hebben om de klacht te bekijken en in de praktijk wordt de beslissing over ontvankelijkheid genomen door de voorzitter of secretaris bij wie de klacht binnen komt. Dit is niet altijd even wenselijk, omdat in sommige gevallen meer informatie en/of afweging nodig is om tot deze beslissing te komen. Hierdoor is het een zwak punt in de procedure dat aanleiding kan geven tot een procedureel gevecht tussen een aangeklaagde/klager en de commissie. Een oplossing hiervoor is het verlengen van de termijn. Vanuit het oogpunt van de klager lijkt dit echter niet wenselijk, omdat het voor een

vertraging in het proces zorgt. Daarom wordt voorgesteld een extra optie in te bouwen, die inhoudt dat wanneer de gegevens niet eenduidig zijn een hoorzitting kan worden ingelast om de ontvankelijkheid te bepalen. Daartoe wordt een extra lid bij artikel 10 voorgesteld. Zo kan de commissie in eenduidige gevallen meteen beslissen, maar ook de ruimte nemen om gegevens nader te bestuderen, te bespreken en eventueel een hoorzitting te organiseren. Dit biedt meteen een termijn aan de nadere informatie die op basis van art 8 lid 3 door de klager kan worden aangeleverd. Zie voorgesteld Besluit 8 in Bijlage 2. 8 Acute situaties, art 15 (BC) en 16 (KC) onduidelijk. Artikel 15(BC)/16(KC) Acute situaties luidt nu als volgt: In acute situaties dienen door de desbetreffende kerkenraad, in overleg met de klachten- beroepscommissie, vóór of hangende het onderzoek, zo nodig voorlopige maatregelen getroffen te worden. In de praktijk van het commissiewerk is gebleken dat de reikwijdte van dit artikel onduidelijk is. Daarom is nadere precisering nodig. Wanneer we kijken naar de achtergrond van de regelingen, dan zien we dat het oordeel van de commissie een bindende beslissing is, maar de verdere afwikkeling een advies aan de kerkenraad, die daar ook zelf verantwoordelijk voor is zodat de kerkelijke weg open blijft. Naar de aard van de regeling, vindt een oordeel over de klacht en een mogelijk advies pas plaats aan het einde van de klachtbehandeling. Dit artikel is opgenomen om in situaties waarin het misbruik op het moment van de klacht of het beroep plaatsvindt, direct te kunnen ingrijpen in plaats van de gehele behandeling af te wachten. Het is wenselijk om acute situaties te definiëren, en een toelichting toe te voegen. Voorgesteld wordt om art. 15 (BC) en 16 (KC) te herformuleren en te voorzien van een toelichting. Zie voorgesteld Besluit 9 in Bijlage 2. Geen landelijke omslag Meer dan eens kwam binnen het deputaatschap de vraag op, of het wel billijk is de kerk waar de klacht heeft plaatsgevonden op te laten draaien voor de kosten van de klachten- en eventueel ook de beroepsprocedure. Dat is nu de praktijk. Dat strookt met één van de financiële uitgangspunten van voorgaande synodes, dat de verantwoordelijke gemeente haar verantwoordelijkheid ook in financieel opzicht neemt. Het strookt ook met de sterk gevoelde behoefte om de hoogte van de landelijke quota zo veel mogelijk terug te dringen. Echter, kan in een geval als seksueel misbruik in kerkelijke relaties de betrokken kerk als verantwoordelijk c.q. schuldig worden aangemerkt? De kerk is in ander opzicht ook te zien als slachtoffer. En kan er zo een situatie ontstaan, waarbij er geen klacht wordt ingediend, om kosten te vermijden? Bovendien, een landelijke omslag geeft ook op landelijk niveau de uitstraling dat we als kerken het kwaad van seksueel misbruik in kerkelijke relaties zoveel mogelijk willen bestrijden. Een dergelijke omslag leidt ook tot meer zekerheid en tot brede draagkracht. Een klacht kost al gauw tussen de 3000,= en 4000,= en het dubbele, wanneer er naast de klachtenprocedure ook een beroepsprocedure wordt gestart. Niet elke gemeente kan met evenveel gemak zo n kostenpost opvangen. In het algemeen kan en mag het nooit zo zijn dat financiële overwegingen de rechtsgang bepalen. Toch hebben deputaten samen met deputaten financiën en beheer de conclusie getrokken, dat het beter is de situatie te laten zoals hij is. Het is inderdaad zo, dat de kerk en kerkenraad waar de klacht zich heeft voltrokken, niet kan worden aangemerkt als schuldig. Het is echter wel zo, dat het goed is om daar, waar het kwaad zich heeft voltrokken, ook de consequenties hiervan zichtbaar te laten zijn. Dit ondersteunt en stimuleert een gezamenlijke verootmoediging. Door een landelijke omslag worden de consequenties plaatselijk minder zichtbaar en voelbaar. Ook kan het in de praktijk alleen bij hoge uitzondering voorkomen, dat de kosten een overweging kunnen zijn voor het wel of niet in beroep gaan. Verder is het moeilijk te voorspellen welk bedrag bij landelijke omslag begroot moet worden. Om de nadelen die de huidige situatie heeft op te lossen - een gemeente kan niet betalen, of kosten zijn van invloed op een zuivere rechtsgang - is met deputaten financiën en beheer afgesproken, dat er in bijzondere gevallen een beroep kan worden gedaan op de reserves deputaten F&B. Daarbij wordt ook het volgende afgesproken:

- Bij mededeling aan de betrokken kerkenraad dat er een klacht binnengekomen is, wordt in de brief meegenomen dat dit tevens inhoudt, dat de kerkenraad verantwoordelijk is voor de kosten van de procedure en dat deze na afloop hiervoor een rekening zal ontvangen. Zo wordt de transparantie over de kosten verhoogd, wat tot minder betalingsonwil zal leiden. - Een beroep op genoemde reserves kan alleen in noodgevallen. In de eerste plaats is er immers de regeling dat een noodlijdende kerk een beroep kan doen op de classis. Pas als alle middelen zijn uitgeput, kan na consultatie van F&B een beroep gedaan worden op genoemde reserves. Met het oog op bovenstaande is het goed om op dit punt de regeling voor klachten- en beroepscommissie aan te passen. Zie voorgestelde Besluiten 10 in Bijlage 2. 9 Financiële afhandeling klachtencommissie en beroepscommissie. Hoe kan rekening en verantwoording van betalingen aan de klachten- en beroepscommissie zo transparant mogelijk en goed controleerbaar worden verwezenlijkt? Nu is het zo dat in de praktijk de leden van beide commissies de gemaakte kosten als het ware voorschieten en moeten afwachten totdat de betrokken kerk betaalt. Bovendien moeten zaken als zaalhuur en dergelijke ook worden voorgeschoten. Dit kan oplopen tot hoge bedragen. Op deze manier kan zoveel mogelijk de anonimiteit van klager en aangeklaagde gewaarborgd worden. Ook deputaten hebben naar de aard van de zaak geen toegang tot gegevens over een zaak, die in behandeling is. Toch zorgt deze wijze van financiële afwikkeling voor een onwenselijke situatie. Samen met de secretarissen van de klachten- en beroepscommissie en met deputaten Financiën en Beheer is overlegd, hoe kan worden gekomen tot een verantwoord en controleerbare verwezenlijking van rekening en betaling. Er zijn een paar opties verkend. Deputaten F&B zoeken uit welke optie de beste is en op welke wijze deze zo goed mogelijk geregeld kan worden. Welke oplossing ook gekozen wordt, belangrijk blijft dat de anonimiteit van klager en aangeklaagde gewaarborgd wordt. Zie voorgesteld besluit 11 in Bijlage 2. Interne en externe vertrouwenspersonen (ivp ers en evp ers). De situatie rond interne en ook externe vertrouwenspersonen is voor deputaten heel onoverzichtelijk. Hoewel deputaten niet een expliciete opdracht hebben gekregen zich bezig te houden met het werk van deze vertrouwenspersonen, raakt het werk van deze vertrouwenspersonen wel aan dat van deputaten. Wanneer het werk van ivp ers en evp ers goed aansluit bij het werk van het landelijk Meldpunt, kunnen beide gremia elkaar behoorlijk versterken. Ivp ers en evp ers kunnen op deze manier het Meldpunt werk uit handen nemen, terwijl het Meldpunt op zijn beurt als vraagbaak kan dienen voor ivp ers en evp ers. Dit alles bij elkaar versterkt de kwaliteit van opvang wanneer er zich een klacht aandient. Bij deputaten bestond het vermoeden dat er nogal diversiteit bestaat in taak en verantwoordelijkheden van de individuele ivp ers en evp ers in de verschillende plaatselijke kerken. En ook dat onderlinge afstemming te wensen over laat. Dit alles brengt onduidelijkheid en verwarring met betrekking tot het werk van ivp ers en evp ers met zich mee. Een aantal studenten van de Gereformeerde Hogeschool in Zwolle, heeft op verzoek van deputaten in het kader van hun leeropdracht een verkennend, beschrijvend en kwalitatief onderzoek gedaan naar taken en verantwoordelijkheden van vertrouwenspersonen in onze kerken. Dit onderzoek getiteld Ieder doet wat goed is in eigen ogen, is niet representatief vanwege het beperkte aantal geënquêteerden. Wel heeft het deputaten gesterkt in bovengenoemde vermoedens. De taken en verantwoordelijkheden van de geïnterviewde vertrouwenspersonen verschillen inderdaad. Daarnaast is er ook verschil tussen de taken die door deze vertrouwenspersonen worden uitgevoerd en wat de literatuur aangeeft als behorend tot hun taak. Op basis van de interviews kan ook worden gezegd, dat er ook verschillen zijn tussen de vertrouwenspersonen als het gaat om scholing en toerusting en ook als het gaat om de manier van werken. Zo werkt de ene vertrouwenspersoon binnen een netwerk van vertrouwenspersonen, terwijl anderen een dergelijk netwerk missen. Ook is er nogal verschil

als het gaat om uitwisselen van informatie, om supervisie of andere vormen van steun. Maar ook op het gebied van rapportage. Als het gaat om het invullen van zijn verantwoordelijkheid door de kerkenraad met betrekking tot het werk van de vertrouwenspersonen is er veel wat niet geregeld is. Zie voorgesteld besluit 12 in Bijlage 2. 10 Traject na (on)gegrond verklaring van een klacht. Een laatste knelpunt signaleren deputaten in het traject dat volgt, wanneer door klachtenen/of beroepscommissie een klacht gegrond is verklaard. Het is van bijzonder groot belang voor de eenheid en opbouw van de gemeente, wanneer een kerkenraad in zo n situatie helder en adequaat handelt. Tegelijk blijkt dit in de praktijk bijna onmogelijk te realiseren, zonder deskundige hulp. Hardop denkend zouden in zo n situatie eventueel gemeentebegeleiders aan te bevelen zijn, maar ook een handreiking die aangeeft, net als in het voortraject, welke stappen er gezet zouden moeten worden. Tegelijk zou het van belang zijn de processen in kaart te brengen, die in zo n situatie spelen en hoe een weg tot heling zou kunnen worden gegaan. Ook hier ligt nog een gebied, dat verder onderzocht en ontgonnen moet worden. Veel van deze punten zijn ook van toepassing als een klacht door klachten- en/of beroepscommissie niet gegrond wordt verklaard. Bovendien komt dan ook de vraag op naar (mogelijkheid en/of noodzaak van) rehabilitatie. Zie voorgesteld Besluit 13 in Bijlage 2. 4 Nieuwe opdracht Structurele taken Uit het bovenstaande blijkt dat het nodig is om samen met de deputaten van de CGK en de commissie van de NGK het Meldpunt te blijven aansturen. Het werk van het Meldpunt zal moeten doorgaan en voorziet in een duidelijke behoefte. Dit geldt ook voor het werk van de klachtencommissie en beroepscommissie. De activiteiten zijn in principe eindeloos. We zullen met ons apparaat bij de tijd moeten blijven en de discussie in de kerkelijke wereld, de hulpverlening en de rechtspraak moeten blijven volgen. Het onderwerp seksueel misbruik in kerkelijke relaties verdient continu de aandacht van de kerken. Het is daarom van belang dat een aantal mensen binnen de kerken (een deputaatschap) daarvoor aangewezen blijft en gemandateerd aan het werk is (synode mandateert), en dat de kerken en kerkleden op de hoogte worden gehouden (rapportage aan synode). Incidentele taken Het blijkt dat deputaten nog steeds in aanraking komen met braakliggend terrein op hun werkgebied of daaraan gerelateerd. Uit het voorgaande blijkt, dat gaandeweg opnieuw een aantal aanpassingen in de regelingen moet plaatsvinden. Het gaat dan om - precisering welke kerkenraad verantwoordelijk is voor het ontvangen van het oordeel en advies van klachten- en/of beroepscommissie en voor het voldoen van de gemaakte kosten; - situaties waarin de gemaakte kosten niet door de verantwoordelijke kerkenraad kunnen worden voldaan; - de aanduiding kerkelijk functionaris als algemene omschrijving van iemand die een officiële functie bekleedt. Wil het Meldpunt adequaat en efficiënt kunnen functioneren voor onze kerken, dan is een goede afstemming met ivp ers en evp ers dringend gewenst. Dat vraagt om duidelijke afbakening en uniforme omschrijving van taken en verantwoordelijkheden van plaatselijke ivp ers en evp ers. En ook om overzichtelijke communicatielijnen tussen hen en het Meldpunt. Een instantie als het deputaatschap heeft een centrale positie en kan hierin de kerken adviseren en zo bevorderen, dat het werk van Meldpunt en vertrouwenspersonen

beter op elkaar kan worden afgestemd. Er is geen andere instantie die voor deze taak in aanmerking komt. 11 Verder blijkt het nodig aandacht te gaan besteden aan het traject dat ingaat, wanneer een klacht gegrond wordt verklaard. De situatie waarin kerken dan komen en de processen die dan gaan lopen zijn zo complex en grijpen zo diep naar verschillende kanten in, dat het dringend gewenst is op dit gebied elkaar als kerken te steunen en samen een duidelijk beleid te ontwikkelen. Wanneer dit niet gebeurt, dan hebben we het traject van het indienen van een klacht tot en met het gegrond verklaren van een klacht keurig gezamenlijk geregeld. Maar dan laten we nog individuele zusterkerken in verwarring en in grote moeite achter, als blijkt dat een klacht gegrond is verklaard. Het formuleren van beleid voor het traject dat dan volgt, gaat de individuele zusterkerken ver boven de macht en gaat de grenzen van de plaatselijke kerk meer dan eens te buiten. Het is sterk aan te bevelen deputaten de opdracht te geven studie te maken ter voorbereiding van een dergelijk beleid, zo mogelijk aanzetten daarvoor te geven en zo mogelijk een begin te maken met het formuleren daarvan. Mutatis mutandis geldt hetzelfde in geval een klacht niet gegrond wordt verklaard. Budget Deputaten gaan ervan uit dat er geen verhoging van hun budget nodig is. Jaarlijks zal opnieuw 6100,= nodig zijn, om het werk op een verantwoorde manier uit te voeren. De begroting per jaar voor de periode 2012-2014 ziet er als volgt uit: Conferentie/Harderwijks Beraad 500,= Cursus deskundigheidsbevordering KC en BC - 3750,= Reiskosten deputaten - 1500,= Overige kosten - 350,= ------------- Totaal 6100,= 5 Samenstelling deputaatschap Het deputaatschap bestond voor deze verslagperiode uit: E.M. de Boer-Bouwmeester, S.W. de Boer (voorzitter), T. Heijs-Hensen, H.J. Room (penningmeester) en M.T. te Velde-Smith (secretaresse). Deputaten hebben onderling zeer constructief en in goede harmonie mogen samenwerken. T. Heijs-Hensen was tot secunda benoemd, maar heeft een even groot aandeel in het werk geleverd als de andere deputaten. Daarvoor zijn deputaten haar bijzonder dankbaar. Helaas moest ze vlak voor de zomervakantie om gezondheidsredenen stoppen met haar werkzaamheden. Ze is dan ook niet voor herbenoeming beschikbaar. Verder loopt de termijn van E.M. de Boer-Bouwmeester en S.W. de Boer af en heeft ook H.J. Room aangegeven te willen stoppen als deputaat. Onze secretaresse M.T. te Velde-Smith heeft aangegeven deze functie niet langer te kunnen combineren met overige drukke werkzaamheden. Omdat behoud van voldoende deskundigheid en ervaring belangrijk is voor het functioneren van ons deputaatschap, stellen deputaten voor de termijn van S.W. de Boer te verlengen en op zoek te gaan naar een secretaresse, die geen lid van het deputaatschap hoeft te zijn. Het voorstel voor nieuw te benoemen deputaten treft u in een separaat voorstel aan. Het rooster van aftreden treft u aan in Bijlage 3.

Bijlagen 12 1 Opdracht Generale Synode Zwolle-Zuid 2008 Besluit 1: het door de deputaten seksueel misbruik in kerkelijke relaties gevoerde beleid goed te keuren. Grond: deputaten hebben de opdracht van de Generale Synode van Amersfoort-Centrum 2005 voor wat betreft het meldpunt, de klachtencommissie en de beroepscommissie correct uitgevoerd en werken voort aan onderdelen die speciale aandacht behoeven. Besluit 2: deputaten seksueel misbruik in kerkelijke relaties op te dragen om in voortgaande samenwerking met de deputaten van de Christelijke Gereformeerde Kerken en de commissie van de Nederlands Gereformeerde Kerken via de gezamenlijke stichting het meldpunt te blijven aansturen en er op te blijven toezien dat het bestuur van het meldpunt zijn werk doet conform de door de Generale Synode van Zuidhorn 2002-2003 geformuleerde en daarna gehandhaafde richtlijnen en uitgangspunten. Grond: de wijze waarop de samenwerking met de deputaten van de Christelijke Gereformeerde Kerken en de commissie van de Nederlands Gereformeerde Kerken in het gezamenlijk meldpunt verloopt, stemt tot dankbaarheid. Het doet recht aan de intenties van de GS van Zuidhorn 2002-2003 en blijkt geen bijstelling nodig te hebben. Besluit 3: deputaten seksueel misbruik in kerkelijke relaties op te dragen om de klachtencommissie en de beroepscommissie te blijven aansturen overeenkomstig de daarvoor gekozen uitgangspunten en door deze synode vastgestelde regelingen. Grond: gebleken is dat de klachtencommissie en de beroepscommissie kunnen werken volgens de eerder gekozen uitgangspunten en verwacht mag worden dat door deze synode met enkele wijzingen vastgestelde regelingen dat werk ten goede komen. Besluit 4: de regeling voor de klachtencommissie art. 12 lid 5 aan te passen en als volgt te doen luiden: Klager en aangeklaagde worden buiten elkaars aanwezigheid en op neutraal terrein gehoord. Klager wordt als eerste gehoord. Klager en aangeklaagde krijgen het verslag van de hoorzittingen en worden in de gelegenheid gesteld om binnen zeven dagen mondeling of schriftelijk te reageren op hetgeen over en weer is gezegd en/of geschreven. Eerst zal de klager de gelegenheid krijgen om te reageren op wat door de aangeklaagde naar voren is gebracht. Daarna zal de aangeklaagde zich mogen verweren tegen wat de klager heeft gezegd en/of geschreven. Gronden: de bepaling dat klager en aangeklaagde op verschillende dagen moeten worden gehoord en dat de aangeklaagde, alvorens te worden gehoord, het verslag van de zitting met klager moet hebben ontvangen, beperkt de klachtencommissie in haar mogelijkheden; de mogelijkheid voor klager en aangeklaagde om te reageren op wat door de ander naar voren werd gebracht vormt een belangrijk onderdeel van een eerlijke klachtbehandeling.

Besluit 5: de regeling voor de beroepscommissie art 5 aan te vullen met het volgende lid 6: De beroepscommissie kan de klachtencommissie verzoeken om toezending van het opgebouwde dossier. 13 Grond: de behandeling van een beroep kan gediend zijn met het kunnen beschikken over het dossier van de voorafgaande behandeling van de klacht door de klachtencommissie. Besluit 6: de regeling voor de beroepscommissie art. 8 aan te vullen met het volgende lid 4: Het is mogelijk een beroep in te stellen op nader aan te voeren gronden. De nader aan te voeren gronden dienen binnen zes weken te zijn ontvangen door de beroepscommissie. Grond: de termijn van twee weken waarbinnen een beroepsschrift moet zijn ingediend is dermate kort dat het voor iemand die in beroep zou willen gaan moeilijk kan zijn om het beroep voldoende te motiveren. Met de termijn van twee weken voor indiening van het beroep is de zekerheid van alle betrokkenen gediend en de termijn van zes weken die beschikbaar is voor het aanvoeren van de gronden geeft indiener voldoende tijd om de zaak voor te bereiden. Besluit 7: deputaten seksueel misbruik in kerkelijke relaties op te dragen om de regelingen voor de klachtencommissie en de beroepscommissie, zoals die nu luiden, zorgvuldig na te zien en op een dusdanige wijze te (doen) publiceren dat ze voor belanghebbenden gemakkelijk te vinden zijn. Grond: door de GS Amersfoort-Centrum 2005 en deze synode zijn wijzigingen aangebracht in de regelingen voor de klachtencommissie en de beroepscommissie. Klagers, aangeklaagden, kerkelijke vergaderingen, klachtencommissie en beroepscommissie en allen die enig belang hebben bij de regelingen moeten kunnen beschikken over de exacte tekst daarvan. Besluit 8: onderzoek te doen naar de problematiek van seksueel misbruik in relatie tot de roeping tot het ambt of de aanstelling in een andere kerkelijke functie. Grond: de regelingen voor de klachten- en beroepscommissie geven geen ruimte om aan deze problematiek plaats te geven, terwijl deputaten aangegeven hebben hiermee regelmatig geconfronteerd te worden. 2 Voorstel nieuwe opdracht Materiaal: Het rapport van deputaten seksueel misbruik in kerkelijke relaties. Besluit 1: Opnieuw deputaten seksueel misbruik in kerkelijke relaties te benoemen. Besluit 2: Deputaten seksueel misbruik in kerkelijke relaties op te dragen om in voortgaande samenwerking met de deputaten van de Christelijke Gereformeerde Kerken en de commissie van de Nederlands Gereformeerde Kerken via de gezamenlijke stichting het Meldpunt te blijven aansturen en er op te blijven toezien dat het bestuur van het Meldpunt zijn werk doet

conform de door de Generale Synode van Zuidhorn 2002-2003 geformuleerde en daarna gehandhaafde richtlijnen en uitgangspunten. 14 Besluit 3: Deputaten seksueel misbruik in kerkelijke relaties op te dragen om de klachtencommissie en de beroepscommissie te blijven aansturen overeenkomstig de daarvoor gekozen uitgangspunten en de door deze synode vastgestelde regelingen. Besluit 4: a. De omschrijving kerkelijk werker in de reglementen als algemene omschrijving voor iemand die in de gemeente een officiële functie bekleedt dient te worden vervangen door: kerkelijk functionaris. Grond: De aanduiding kerkelijk werker heeft intussen een specifieke betekenis gekregen die alleen van toepassing is op bepaalde kerkelijke functies, in onderscheid van een kerkelijk ambt als bedoeld in art. 2 KO. b. Art. 1 Begripsomschrijving punt b en toelichting onder aangeklaagde van de Regeling Klachten seksueel misbruik in kerkelijke relaties en van de Regeling Beroep seksueel misbruik in kerkelijke relaties als volgt te formuleren (de wijzigingen zijn vetgedrukt): Regeling klachten seksueel misbruik in kerkelijke relaties, art. 1 kerkelijke functionaris: een man of vrouw die uit hoofde van een kerkelijk ambt als bedoeld in art. 2 KO, of uit hoofde van een aanstelling door de kerkenraad in een niet-ambtelijke kerkelijke functie, of uit hoofde van een aanstelling in een bijzondere functie door groepen van gemeenteleden, binnen een gemeente een positie bekleedt die wordt gekenmerkt door het genieten van vertrouwen en het dragen van verantwoordelijkheid, en die vanuit die positie relaties kan aangaan en onderhouden met gemeenteleden en anderen. Toelichting Aangeklaagde: het is niet mogelijk iemand die geen kerkelijke functionaris meer is en die tevens geen lid is van één van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt, te brengen onder de jurisdictie van deze regeling. Klager zal in dit geval moeten nagaan of tegen de desbetreffende persoon bij een andere klachtencommissie een klacht is in te dienen. Besluit 5: c. De kerkenraad aan wie de klachtencommissie en de beroepscommissie haar advies en bevindingen rapporteert moet nader worden bepaald als de kerkenraad van de gemeente waar de situatie zich heeft voorgedaan die ten grondslag ligt aan de klacht. d. Art. 14 lid 2 en 3 van de Regeling Klachten seksueel misbruik in kerkelijke relaties en van de Regeling Beroep seksueel misbruik in kerkelijke relaties als volgt te formuleren (de wijzigingen zijn vetgedrukt): Regeling Klachten seksueel misbruik in kerkelijke relaties, art 14 Lid 2. Acht de klachtencommissie de klacht ongegrond, dan deelt zij dit gemotiveerd schriftelijk mee aan de klager, de aangeklaagde en de kerkenraad van de gemeente waar de situatie van de klacht zich heeft voorgedaan. Lid 3. Acht de klachtencommissie de klacht gegrond, dan deelt zij dit, onder overlegging van een samenvatting van de klacht en van de bevindingen tijdens het onderzoek, gemotiveerd schriftelijk mee, onder toevoeging van een advies voor afdoening, aan de klager, de aangeklaagde en de kerkenraad van de gemeente waar de situatie van de klacht zich heeft voorgedaan.

Regeling Beroep seksueel misbruik in kerkelijke relaties, art. 14 Lid 2. Acht de Beroepscommissie het beroepschrift gegrond, dan deelt zij dit gemotiveerd schriftelijk mee aan de klager, de aangeklaagde en aan de kerkenraad waar de situatie van de klacht zich heeft voorgedaan. Lid 3. Acht de Beroepscommissie het beroepschrift gegrond, dan deelt zij dit, onder overlegging van een samenvatting van het beroepschrift en de bevindingen tijdens het onderzoek, gemotiveerd schriftelijk mee, onder toevoeging van een advies voor afdoening, aan de klager, de aangeklaagde en de kerkenraad van de gemeente waar de situatie van de klacht zich heeft voorgedaan. 15 Besluit 6: Het reglement voor de beroepscommissie betreffende art. 12 lid 5 gelijk te maken aan dat van de klachtencommissie, door de tekst als volgt te formuleren: Klager en aangeklaagde worden buiten elkaars aanwezigheid en op neutraal terrein gehoord. Klager wordt als eerste gehoord. Klager en aangeklaagde krijgen het verslag van de hoorzittingen en worden in de gelegenheid gesteld om binnen zeven dagen mondeling of schriftelijk te reageren op hetgeen over en weer is gezegd en/of geschreven. Eerst zal de klager de gelegenheid krijgen om te reageren op wat door de aangeklaagde naar voren is gebracht. Daarna zal de aangeklaagde zich mogen verweren tegen wat de klager heeft gezegd en/of geschreven. Besluit 7: 1 In de reglementen van de klachten- en beroepscommissie wordt een artikel over wraking van leden van de commissie opgenomen. 2 In het reglement van de klachtencommissie wordt een extra lid opgenomen in artikel 12, na lid 12.2; de volgende leden in dit artikel worden vernummerd. art 12 lid 3: a. Klager(s) en aangeklaagden hebben het recht één of meer leden van de klachtencommissie te wraken op grond van feiten of omstandigheden waardoor de onpartijdigheid van de klachtencommissie schade zou kunnen lijden. b. Het verzoek dient schriftelijk (tijdens de hoorzitting: eventueel mondeling) en gemotiveerd bij de klachtencommissie te worden ingediend. Na het sluiten van de behandeling van het klaagschrift kan er geen verzoek tot wraking meer worden ingediend. c. Berust(en) het betreffende lid/de betreffende leden in de wraking, dan word(t)(en) het lid/de leden vervangen en wordt een nieuwe zitting uitgeschreven. Berust(en) het lid/ de leden er niet in, dan wordt het wrakingsverzoek behandeld door de beroepscommissie. d. Er is geen beroep op de beslissing van de beroepscommissie mogelijk. In de regeling van de beroepscommissie wordt een extra lid opgenomen in artikel 12, na lid 12.2; de volgende leden in dit artikel worden vernummerd. art 12 lid 3: a. Klager(s) en aangeklaagden hebben het recht één of meer leden van de beroepscommissie te wraken op grond van feiten of omstandigheden waardoor de onpartijdigheid van de beroepscommissie schade zou kunnen lijden. b. Het verzoek dient schriftelijk (tijdens de hoorzitting: eventueel mondeling) en gemotiveerd bij de beroepscommissie te worden ingediend. Na het sluiten van de behandeling van het beroepschrift kan er geen verzoek tot wraking meer worden ingediend. c. Berust(en) het betreffende lid/de betreffende leden in de wraking, dan word(t)(en) het lid/de leden vervangen en wordt een nieuwe zitting uitgeschreven. Berust(en) het lid/ de leden er niet in, dan wordt het wrakingsverzoek behandeld door de klachtencommissie. d. Er is geen beroep op de beslissing van de van de klachtencommissie mogelijk.

Besluit 8: a. In de procedure van de klachtbehandeling door de klachtencommissie wordt een extra optie gecreëerd, namelijk het houden van een hoorzitting betreffende de ontvankelijkheid. b. In het reglement van de klachtencommissie wordt een nieuw lid 3 in artikel 10 opgenomen, de volgende leden in dit artikel worden vernummerd. 16 Art 10 lid 3: Indien het niet mogelijk is om op de ingediende stukken binnen een termijn van twee weken een beslissing over de ontvankelijkheid te nemen wordt zo spoedig mogelijk een hoorzitting ter beoordeling van de ontvankelijkheid gehouden. De beslissing over de ontvankelijkheid wordt in dit geval binnen zes weken door de commissie genomen. Besluit 9: In het reglement van de klachtencommissie wordt art. 16 vervangen door: (nieuw) Artikel 16 Ernstige situaties In ernstige situaties, waarin redelijkerwijs handelend optreden niet kan uitblijven, dienen door de desbetreffende kerkenraad, in overleg met de klachtencommissie, vóór of hangende het onderzoek, voorlopige maatregelen getroffen te worden. Toelichting: Er kan sprake zijn van zodanig ernstige situaties dat handelend optreden door de kerkenraad niet kan uitblijven. Hierbij kan gedacht worden aan seksueel misbruik dat nog steeds voortduurt en ook aan het acuut ontstaan van grote commotie binnen een gemeente. In het reglement van de beroepscommissie wordt art 15 vervangen door: (nieuw) Artikel 15 Ernstige situaties In ernstige situaties, waarin redelijkerwijs handelend optreden niet kan uitblijven, dienen door de desbetreffende kerkenraad, in overleg met de beroepscommissie, vóór of hangende het onderzoek, voorlopige maatregelen getroffen te worden. Toelichting: Er kan sprake zijn van zodanig ernstige situaties dat handelend optreden door de kerkenraad niet kan uitblijven. Hierbij kan gedacht worden aan seksueel misbruik dat nog steeds voortduurt en ook aan het acuut ontstaan van grote commotie binnen een gemeente. Besluit 10: a. De GS Harderwijk 2011 gaat akkoord met de afspraak tussen deputaten seksueel misbruik in kerkelijke relaties en deputaten financiën en beheer dat de kosten voor een klacht- of beroepsprocedure kunnen worden voldaan uit reserves van deputaten F&B, in die uitzonderlijke gevallen waarin de betrokken kerkenraad aantoonbaar onvermogend is om de kosten te voldoen en ook door de classis geen hulp kan worden geboden. b. De Toelichting bij art. 7 van de Regeling Klachten seksueel misbruik in kerkelijke relaties en van de Regeling Beroep seksueel misbruik in kerkelijke relaties als volgt aan te vullen: De kosten voor de behandeling van klachten en vacatiegelden komen in beginsel voor rekening van de kerkenraad. In geval van aangetoond onvermogen van een kerkenraad om aan deze verplichting te voldoen, en wanneer ook door de classis geen hulp kan worden geboden, kan in aansluiting op bestaande regelingen en procedures een beroep worden gedaan op deputaten financiën en beheer. Besluit 11: a. deputaten F&B opdracht te geven, in overleg met deputaten SMKR, criteria voor onvermogendheid uit te werken waarbij deputaten aansluiting zoeken bij de bestaande regeling van art. 11 KO;

b. deputaten F&B op te dragen om de administratie en declaratie van de kosten in overleg met deputaten SMKR zo te regelen dat de anonimiteit van klager en aangeklaagde maximaal gewaarborgd is. 17 Besluit 12: deputaten op te dragen te zorgen voor: a. een instructie/taakomschrijving voor vertrouwenspersonen en deze aan te bevelen aan kerkenraden; b. een handreiking op te stellen voor kerkenraden met daarin de belangrijkste aandachtspunten v.w.b. het werk van vertrouwenspersonen. Gronden: 1. Het werk van vertrouwenspersonen is vanuit Generale Synodes meermalen aanbevolen. 2. De verantwoordelijkheid voor het werk en de werkomstandigheden van vertrouwenspersonen ligt bij de kerkenraad. 3. Deputaten hebben in samenwerking met het Meldpunt seksueel misbruik in kerkelijke relaties voldoende expertise opgebouwd om kerkenraden hierin van advies te kunnen dienen. Besluit 13: Deputaten op te dragen om een handreiking op te stellen voor kerkenraden hoe te handelen na uitspraken van klachten- en/of beroepscommissie. Gronden: 1. Een aanklacht wegens seksueel misbruik tegen een kerkelijke functionaris heeft niet alleen ingrijpende gevolgen voor de direct betrokkenen, maar ook voor de gemeente als geheel. De processen die dan gaan lopen zijn zo complex en grijpen zo diep in naar verschillende kanten, dat beleid op dit punt nodig is. 2. Het ontwikkelen van beleid op dit punt is een zaak die de mogelijkheden van individuele kerken(raden) vaak te boven gaat. 3 Samenstelling deputaatschap en rooster van aftreden Primi E.M. de Boer- Bouwmeester, Kampen 2011 S.W. de Boer, Haren (s) 2011 M.T. te Velde-Smith, Hasselt 2017 H.J. Room, Harderwijk 2017 Secunda T. Heijs-Hensen Bijlage 4: a. Regeling Klachten seksueel misbruik in kerkelijke relaties Zie hiervoor www.meldpuntmisbruik.nl 2. Regeling Beroep seksueel misbruik in kerkelijke relaties Zie hiervoor www.meldpuntmisbruik.nl 3. Protocol misbruik Zie hiervoor www.meldpuntmisbruik.nl

18 5a Samenvatting Verslagen Meldpunt 2007-2009 Samenstelling bestuur: Het Meldpuntbestuur is momenteel als volgt samengesteld: Mevrouw E.M.R. de Boer - Bouwmeester (GKv) voorzitter, Kampen Mevrouw T.T. Drayer Quist (CGK) secretaris, Garijp 4, 4364 AC Grijpskerke e-mail: todrayer@drayrnietomheen.nu Het bestuurslid vanuit de NGK heeft om persoonlijke redenen zijn functie moeten neerleggen; de NGK-commissie is op zoek naar vervulling van deze vacature. Als adviseur voor het bestuur treedt op de heer A. Heystek, diaconaal consulent van de Christelijke Gereformeerde Kerken. Bemensing Meldpunt: Mw. C. Blijdorp coördinator Mw. I. van Dongen preventie Evaluatie door coördinator Men weet Het Meldpunt steeds beter te vinden. Vooral ouderlingen en predikanten maken er gebruik van om zaken af te stemmen en advies te vragen. Het Meldpunt blijkt toch zeker nodig te zijn - ook voor vragen die er komen uit de kerken, gesteld door kerkenraadsleden. Het is fijn om te merken dat Het Meldpunt een steeds betere bekendheid geniet. Het Meldpunt wordt ook betrokken bij de ontwikkelingen die in de kerken gaande zijn rond de aanstelling van interne vertrouwenspersonen. Het aantal klachten richting klachtencommissie is de afgelopen jaren afgenomen, maar dit betekent niet dat Het Meldpunt hierdoor overbodig is. Het is goed en belangrijk dat er een Meldpunt is en blijft in deze gebroken wereld. Meldpuntervaringen 2005 2009 De cijfers in bovenstaande tabellen staan voor het aantal personen dat contact heeft gezocht met het Meldpunt. De contacten zelf varieerden, afhankelijk van de hulpvraag, van eenmalige contacten tot veelvuldige diepgaande overlegmomenten. Bellers onderverdeeld in de kerkgenootschappen: Kerkgenootschappen 2005 2006 2007 2008 2009 Totaal Onbekend 11 5 5 5 2 28 GKv 15 18 33 13 13 92 NGK 1 3 2 0 1 7 CGK 1 5 4 3 3 16 Evangelisch 0 1 0 0 0 1 RK 1 0 0 1 0 2 PKN 2 2 3 3 2 12 Totaal 31 34 47 25 21 158 Kort samengevat gaat het om: 2005 2006 2007 2008 2009 Totaal misbruik in pastorale relaties 8 4 12 5 4 33

misbruik in familierelaties 5 2 4 7 2 18 misbruik in andere relaties 8 2 10 algemene advies vragen 11 5 25 11 10 62 overig 7 10 6 2 1 16 begeleiding van een zaak 5 5 protocol 2 2 Totaal 31 34 47 25 21 158 19 Mailcontact: 2005 2006 2007 2008 2009 Totaal Informatie interne 4 10 12 15 41 vertrouwenspersonen Informatie en advies incest 2 3 2 4 11 Informatie en advies over 7 8 15 Meldpunt en de website Vraag naar protocollen 4 13 8 7 6 38 Aanvragen voor het opzetten 2 3 5 van een gemeenteavond Aanvragen vastgelopen 2 5 2 0 9 zaken dader/slachtoffer Informatie over 4 2 6 12 grensoverschrijdend gedrag Onderhouden van contacten 50 10 60 met klaagsters Allerlei 40 8 40 Totaal 124 30 25 60 179

Preventieactiviteiten De volgende (preventie) activiteiten vonden plaats: 20 2008 1. Er zijn vier regionale thema-avonden georganiseerd in het land voor kerkelijk werkers waaronder dominees, ouderlingen, pastorale werkers en jeugdleiders. 2. De folder de kerk als veilige plek is naar alle kerkenraden gestuurd met een begeleidende brief, om de folder in de kerken te leggen. Ook is gevraagd het meldpunt te vermelden in de jaarboekjes. 3. De cursus Interne VertrouwensPersoon is eenmaal gehouden in 2008 in Zoetermeer op een zaterdag. 4. Er is in 2008 toenadering gezocht voor gastlessen bij de Hogeschool Ede, dit zal plaatsvinden in 2009. 5. In oktober is er een gastles gegeven aan de universiteit Kampen aan de studenten eerste jaar masteropleiding. 6. In december is er een gastles gegeven aan de Gereformeerde Hogeschool aan de studenten van de opleiding Godsdienst en pastoraal werk. 7. Twee vergaderingen zijn bezocht van het meldpunt. 8. Er is overleg geweest met de coördinator van de SMKR van de PKN kerken. 2009 1. De activiteiten van de coördinator zijn dit jaar wat veranderd. De preventietaken zijn komen te liggen bij mevr. I. van Dongen en het uitvoerende werk van het Meldpunt, de telefoons en de mails liggen bij de coördinator. 2. Alle kerken hebben een poster en flyers gekregen. 3. Informatie over het Meldpunt is verzonden naar de redacties van kerkbladen uit de drie deelnemende kerkgenootschappen. 4. Onder de titel Het slachtoffer vertrekt vaak is in het Nederlands Dagblad van 5 december 2009 een interview met Corrie Blijdorp geplaatst. 5. Er is les gegeven op de TU Kampen, CHE (Ede), en GH Zwolle. 6. De cursus voor vertrouwenspersonen is dit jaar in Assen gegeven. 7. Verschillende kerken hebben gebruikt gemaakt van een gemeenteavond over dit onderwerp, waarbij het Meldpunt als gastspreker was uitgenodigd.