Stroom informatie U4 Roompot 2014 Door Mick van der Meer Er zijn verschillende type stromingen: - door getij - door wind - door riviermondingen - door warm/koud water Op water met getij zoals op de Roompot is deze stroming vaak de grootste. Getijstroom ontstaat door de wisselende stand van de zon en de maan ten opzichte van de aarde. De zon en maan hebben een aantrekkingskracht op de aarde en het water beweegt zich in de richting van de zon en de maan. Omdat de zon het grootst is heeft deze het meeste invloed. Op getijtafels kun je de tijdstippen en waterstanden van hoog- en laagwater op een bepaalde plaats van iedere dag vinden. Hierop staat ook wanneer het doodtij of springtij is, omdat dit veel invloed kan hebben op de waterstand. Men spreekt van doodtij als de zon haaks op de maan staat. In deze situatie worden ze het minst versterkt en is het verschil tussen hoog en laag water het kleinst. Men spreekt van springtij als de zon en de maan in één lijn staan. In deze situatie versterken ze elkaar het meest. Het verschil tussen hoog en laag water is hier het grootst. Schijnbare wind 1
Stroom veranderd niet alleen je tacktiek, maar heeft ook invloed op de schijnbare wind. Situatie 1 geeft de normale situatie zonder stroom weer over bakboord. In situatie 2 komt hier stroom bij en zie je dat de schijnbare windrichting veranderd. De vector stroom is precies de andere kant op dan de stroomrichting. Dit komt doordat als je ergens heen beweegt, de schijnbare wind tegengesteld is. In de plaatjes hierboven varen we over stuurboord met dezelfde stroomrichting. In situatie 1 weer de normale situatie zonder stroom. In situatie 2 komt de stroom erbij en veranderd de schijnbare windrichting zodat je minder hoog kan varen. Als de stroom van de andere kant komt is de situatie natuurlijk tegenovergesteld. Daarom kunnen we het volgende zeggen: Met stroom inkomend van de loefzijde kun je minder hoog varen, met stroom inkomend van de lijzijde kun je hoger varen. Hoe kun je hier gebruik van maken? Nou als we uitgaan van een startlijn die er recht in ligt met dezelfde stroomrichting als in het voorbeeld zou je liever bij het startschip willen starten omdat je hierdoor meer over bakboord kunt varen in het kruisrak en optimaal kan profiteren van deze verandering in schijnbare wind. Start Starten kan soms erg lastig zijn op stroom. Ik ga nu 4 verschillende starts laten zien met de gevaren van stroom. Bij deze eerste start komt de stroom van rechts. Hierdoor wordt je snel naar de pin end gezet. Zorg er dus voor dat je niet te vroeg bij de pin end ligt. Vaak wordt het bij zo n start bij pin end een grote chaos omdat iedereen daar wordt opgehoopt en hoopt dat hij de start nog kan halen. Als je ziet dat het niet meer lukt kun je het beste zo snel mogelijk weg gaan en een goed vrij plekje opzoeken, als je hier te lang mee wacht is daar geen tijd meer voor. 2
Aan de andere kant bij het startschip zorgt de stroom ervoor dat er bij het startschip altijd nog plek is. Iedereen die op tijd op de lijn ligt kan nooit bij het startschip blijven liggen maar wordt richting pin end gezet door de stroom. Kruisrak tacktiek Bij deze start komt de stroom van links. Dit is misschien wel de makkelijkste stroomrichting voor de start, want je kan over bakboord de stroom dood varen. Je gaat dan even snel varen als de stroom waardoor je op dezelfde plek op de startlijn blijft liggen. Als je dit niet doet wordt je richting de zeilers boven je en het startschip gezet. Bij deze start komt de stroom uit dezelfde hoek als de wind. Wat hier gebeurd is dat iedereen teruggezet wordt onder de startlijn. Vaak ligt er een grote banaan in de startlijn omdat de meesten dit onderschatten en te laat starten. Hier is het dus echt belangrijk om de startlijn goed te peilen en te zorgen dat je op de startlijn blijft liggen door de stroom dood te varen. Hier kun je veel winst halen als je de lijn goed gepeild hebt. De laatste start is de gevaarlijkste start. Hier wordt iedereen over de lijn gezet. Je moet hier niet te vroeg op de lijn gaan liggen maar een heel stuk eronder. De stroom duwt je immers over de lijn. Hier ligt de banaan over de startlijn heen en daarom vallen er bij deze stroomrichting ook veel BFD s. Daarnaast heb je nog de zeilers die op de 2 e lijn liggen die drukken tegen de zeilers voor hun. Bij het maken van je plan moet je je goed bewust zijn van de stroomrichting. Belangrijk is ALTIJD dat je niet te ver de laylines opzoekt en in het midden van het veld blijft. Bij diepgangsverschillen is het goed om de ondiepe stukken op te zoeken als je stroom tegen hebt en de diepe stukken als je stroom mee hebt. Boven de ondiepe stukken stroomt het minder, de stroom kiest de weg van de minste weerstand en dat is om de zandbanken heen door het diepe water. 3
De beste kant van het kruisrak ik zoals normaal beïnvloed door de windshifts en de vlagen, maar nu ook door de stroom. Je kunt het kruisrak zoals hiernaast verdelen in 3 delen. Het bakboord, midden en stuurboord deel. Het bakboord deel moet je ontwijken als de stroom van rechts komt. Anders is de kans veel te groot dat je de bovenboei overzeild. Je zult zien dat je ook niet snel in het stuurboord deel komt omdat de stroom je terugzet naar het midden, maar dit heb je liever dan in het bakboord deel! Het stuurboord deel wil je ontwijken als de stroom van links komt. Hier zal je ook niet snel in het bakboord deel komen, dan ben je wel erg aan het hoeken. Naarmate je dichter naar de bovenboei komt, kun je weer wat dichter naar de layline toe kruipen omdat dan de kans van overzeilen een stuk minder groot is. Als je stroom mee hebt in een kruisrak mag je in geen van beide delen komen maar bouw je je kruisrak puur in het midden op. Je wordt dan namelijk altijd over de layline gezet. Als je stroom tegen hebt heb je hier juist geen last van en vaar je in principe gewoon een normaal kruisrak, alleen een stuk langer. Stroom bij de bovenboei Bij de bovenboei is het deels ervaring en inschatting over het wel of niet overzeilen van de boei. Maar je kunt het ook goed aan andere boten zien hoeveel ze weggezet worden. Kijk dus voor je en om je heen! Bij de stroom zoals hiernaast getekend, kun of moet je over bakboord over de layline varen omdat je richting de boei wordt gezet. Als je twijfelt of je hem wel haalt kun je vaak beter nog een klapje maken want het gaat sneller dan je denkt. Je ziet vaak dat er een hele ophoping van zeilers ontstaat bij de bovenboei die hem net niet halen, overstag gaan en allemaal met elkaar in de knoop komen. Als je in die knoop zit, zit je ook echt vast. Als je dat aan ziet komen, vaar dan nog een stukje verder door naar rechts zodat je er omheen kan varen, dit is zeker de moeite waard! Ook al sta je in je recht heb je in de splash een aantal heikneuters die gewoon overstag gaan als ze hem niet halen, terwijl iedereen over bakboord voorrang heeft. Ruime wind De ruimewindse tacktiek is vooral van invloed bij stroom van boven of van beneden. Als de stroom van beneden komt moet je dus onder de boei sturen, anders kom je een heel stuk boven de zijboei uit en moet je het laatste stuk van je ruime windse rak voor de wind varen, zie ook het linker plaatje op de volgende pagina. Blijf dus tijdens het rak voor en achter je kijken of je nog tussen de boeien 4
ligt of dat je al een heel stuk erboven ligt, zodat je zo nodig kan corrigeren. Je wilt hier dus eigenlijk onder de rumbline blijven, dan zit je altijd goed! Als de stroom van boven komt, zoals op het rechter plaatje, moet je juist een stuk boven de boei sturen. Als je recht op de boei afstuurt, zoals het blauwe bootje op het plaatje, verlijer je te veel en moet je het laatste stuk aan de wind varen of zelfs opkruisen! Dit is natuurlijk het laatste wat je wilt want hier verlies je superveel mee. Je wilt hier dus eigenlijk boven de rumbline blijven, anders kom je niet meer bij de boei! Onderboei In de situatie hiernaast met de stroom van links is het strategisch het voordeligst om van links te komen. De zwarte boot komt van rechts en moet het laatste stuk tegen de stroom in ploeteren. De geblokte boot heeft het laatste stuk stroom mee en is veel sneller bij de boei. Als er een hele grote groep om de onderboei gaat kan je een goede reden hebben om niet die plek te hebben tijdens de boeironding, je wil immers niet als buitenste boot eindigen. De binnenste positie is ook heel gevaarlijk tijdens een boeironding met een grote groep! Je ziet vaak dat het veld stil valt bij de onderboei omdat iedereen bij elkaar komt, wacht bij de onderboei, elkaar afdekt enzovoorts. Als het veld stil valt heb je veel meer last van de stroom en is de kans groot dat je als binnenste boot tegen de boei aangezet wordt. Als je stroom tegen hebt in het voordewindse rak moet je de onderboei overzeilen. Dit klinkt raar maar zodra je de onderboei om gaat zal je omhoog gezet worden richting de boei, je moet hem dus ruim aansnijden. Als je stroom mee hebt moet je de onderboei juist superscherp aansnijden. Je wordt door de stroom bij de boei weg gezet. 5
GETIJ INFORMATIE TIJDENS U4 ROOMPOT Hiernaast staat de getij informatie voor het weekend van 27/28 september 2014, tijdens de United 4 regatta, locatie Roompot binnenwater, bron: http://live.getij.nl / De waterstanden zijn gegeven ten opzichte van referentievlak LAT (Lowest Astronomical Tide). Ook is gegeven dat LAT = NAP 158. Dit zal ik uitleggen tijdens de stroomtraining. Neem deze pagina mee! Datum Tijd vr 26 sep 05:26 315 11:16 47 17:41 311 23:36 34 05:55 314 11:50 46 18:16 308 00:16 37 06:36 307 12:36 48 18:50 303 za 27 sep zo 28 sep Waterstand vrijdag zaterdag zondag 6
bron: Sailing Instructions U4S 2014 7