. Kappers College Limburg. (brinnummer 25VM) Onderwijs en examenregeling. cohort 2012. (Junior)Kapper. 2 jarige opleiding BOL opleiding, niveau 2/3



Vergelijkbare documenten
INHOUDSOPGAVE: 1. Inleiding. 2. Begrippen. 3. Opleiding. 4. Vooropleidingseisen. 5. Wat ga je leren. 6. Kerntaken & Werkprocessen

CONCEPT Format OER voor 2010 competentiegerichte opleidingen in het nieuwe format A. Basisgegevens

Handboek Examinering Praktijkschool Grotius College Delft*

EXAMENPLAN 2018 Crebocode: Leerweg: BOL en BBL

OER 2010 A. Basisgegevens

Reglement Diploma Praktijkonderwijs, Regio Haaglanden. Inhoudsopgave reglement

OER voor 2011 competentiegerichte opleidingen in het nieuwe format A. Basisgegevens

EXAMENPLAN 2016 Crebocode: Leerweg: BOL

91462 Examenplan Medewerker (gezel) Schilderen 3 Uitstroom Gezel Schilder Afwerking van Interieurs

Reglement certificering en diplomering

1. Centraal Examenreglement Beroepsopleidingen ROC Mondriaan

EXAMENPLAN OPLEIDING Handhaver Toezicht en Veiligheid

Handboek Examinering Praktijkschool Grotius College Delft*

Opleidings- en examenplan

Zelfstandig werkend kok 95420

Handboek Examinering Praktijkonderwijs Versie: februari 2019

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Leidinggevende keuken jarig traject

nummer Schilder (niveau 2) Certificeerbare eenheden X Nee Ja, namelijk Bij crebocode Certificeerbare eenheid

kwaliteiten en motieven

Leidinggevende keuken jarig traject

Onderwijs- en examenregeling

OER voor 2009 competentiegerichte opleidingen in het nieuwe format A. Basisgegevens

Centraal Examenreglement Beroepsopleidingen ROC Mondriaan

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Brood en Banket. Zelfstandig werkend banketbakker

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING

Scholen voor Zorg. Examendocument Behorend bij de BEWIJSMAP. Loopbaan en Burgerschap. Cohort Opleiding Verzorgende- IG MBO.

Examenreglement. Da Vinci College

EXAMENPLAN 2016 Crebocode: Leerweg: BOL en BBL Versie:

Leidinggevende bediening 94161

Examenreglement MBO Utrecht

Leren, loopbaan en burgerschap

Examendocument Behorend bij de BEWIJSMAP. Loopbaan en Burgerschap. Cohort Opleiding AG. Crebonummer 91300/

Opleidingsinformatie ROC TOP cohort 2018

EXAMENPLAN CGO 2011 DELTION COLLEGE

Stichting Examens in de Beauty Branche

Leidinggevende bediening 94161

NIVEAU 4 DIERVERZORGING. Startjaar: Versie: Ondernemer/manager recreatiedieren Crebo-code: 97730

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Pedagogisch medewerker kinderopvang (p1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Format OER voor 2011 competentiegerichte opleidingen in het nieuwe format

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Toerisme

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Facilitair leidinggevende. (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2018 en 2019, examenplan en diplomavereisten Zelfstandig medewerker leisure & hospitality (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Verkoper. (HKS, vanaf augustus 2016)

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Examenplan (25261) examenplan en diplomavereisten Assistent verkoop/retail (P5) (HKS, vanaf augustus 2016)

Opleidings- en examenplan

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Onderwijsassistent (p3) (HKS, vanaf augustus 2016)

NIVEAU 4 TUIN, PARK & LANDSCHAP. Startjaar: Kwalificatiedossier: Natuur en groene ruimte 4 Versie:

Examenplan , 2016, 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Doktersassistent. (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan entreeopleiding: Assistent plant of (groene) leefomgeving. Crebocode: 25258

Middelbaar beroepsonderwijs (zie verder uitleg na dit schema) Beroeps Opleidende Leerweg (zie verder uitleg na dit schema)

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Fietstechnicus (P1)

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING

Instructie Praktijkopleider of BPV Beoordelaar

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING

1. Wat is beroepspraktijkvorming

Examenplan , 2016 en 2017, examenplan en diplomavereisten Verkoper. (HKS, vanaf augustus 2016)

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Toerisme. Informatiemedewerker Niveau 3

OER voor 2010 competentiegerichte opleidingen A. Basisgegevens

Wijzigingsblad OER. Cohort _K16_OER_23157_Haarverzorging

Examenplan , 2016 en 2017, examenplan en diplomavereisten Leidinggevende leisure & hospitality (P3) (HKS, vanaf augustus 2016)

Economie, Wet- en Regelgeving

NIVEAU 2 BLOEM & DESIGN. Startjaar: Versie: Crebo-code: 97420

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Sociaal-maatschappelijk dienstverlener (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan examenplan en diplomavereisten Assistent horeca, voeding of voedingsindustrie (P7) (HKS, vanaf augustus 2016)

Handboek Examinering Praktijkschool Grotius College Delft*

oer voor competentiegerichte opleidingen

Examenplan Praktijkopleider

Manager/ondernemer horeca 90303

Examenreglement. Da Vinci College

Wijzigingsblad OER. Cohort _K16_OER_23157_Haarverzorging

Loopbaan- en burgerschap op Campus Winschoten. Richtlijn voor MBO-leerlingen

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Examenplan Verzorgende IG / Maatschappelijke Zorg

EXAMENPLAN Crebonr. Kwalificatiedossier. Datum vaststelling examenplan. Studiejaar diplomering. Crebonr. kwalificatie. Naam kwalificatiedossier

Studiegids. Inhoudsopgave. 1. Opleiding Algemeen Visie Het onderwijs 3

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Gespecialiseerd pedagogisch medewerker (p2) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2016 examenplan en diplomavereisten Sociaal-cultureel werker (P2) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2016, examenplan en diplomavereisten Gespecialiseerd pedagogisch medewerker (p2) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan opleiding: Dierenartsassistent paraveterinair. Crebocode: (opleidingen in de herziene kwalificatiestructuur, vanaf augustus 2016)

Examenplan Doktersassistent

Examineren & Diplomeren doe je zo

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Onderwijs- en Examenregeling

ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ADDENDUM Datum van ingang 18 september 2012 ROC MONDRIAAN. BRIN nummer: 27GZ. Maatschappelijke Dienstverlening

Examenplan opleiding: Verkoper. Crebocode: (opleidingen in de herziene kwalificatiestructuur, vanaf augustus 2016)

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Toerisme

Examenplan opleiding: Verkoper. Crebocode: (opleidingen in de herziene kwalificatiestructuur, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2016 en 2017, examenplan en diplomavereisten Zelfstandig medewerker leisure & hospitality (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Onderwijs- en examenregeling

Examenplan examenplan en diplomavereisten Facilitair leidinggevende. (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan examenplan en diplomavereisten Coördinator sport- en bewegingsagogie (P4) (HKS, vanaf augustus 2015)

Examenplan , 2016, examenplan en diplomavereisten Pedagogisch medewerker kinderopvang (p1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan examenplan en diplomavereisten Sport- en bewegingsleider (P1) (HKS, pilot vanaf augustus 2015)

Transcriptie:

. Kappers College Limburg (brinnummer 25VM) Onderwijs en examenregeling cohort 2012 (Junior)Kapper 2 jarige opleiding BOL opleiding, niveau 2/3 (crebonummer 95120 / 91182)

Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Belangrijke begrippen 3. Opleiding/vooropleidingseisen 4. Kerntaken 5. Onderwijs- en vormingsdoelen 6. Leren, Loopbaan en Burgerschap/ Nederlands / Rekenen 7. Studieduur 8. Leerwegen en Inrichting Beroepspraktijkvorming 9. Studiefinanciering 10. Registratie 11. Toetsing en Examinering 12. Programma van Toetsing en Examinering 13. Toezicht (legitimering) op Examens 14. Examencommissie en onvoorziene gevallen 15. Beroepsprocedure

INLEIDING Beste leerling, Wij hebben de Onderwijs- en Examenregeling (afgekort: OER) geschreven om je een goed inzicht te geven in de opleiding waar je je voor hebt ingeschreven bij Kappers College Limburg. Bij deze OER hoort het Centraal Examenreglement Competentiegericht Beroepsonderwijs. In dit reglement zijn de rechten en plichten van de leerling en van het Kappers College Limburg ten aanzien van de toetsing vastgelegd. Deze versie van de OER is bestemd voor het cohort leerlingen dat bij de aanvang van het schooljaar 2012/2013 met de opleiding begint (een cohort is een groep leerlingen die in hetzelfde studiejaar aan een bepaalde opleiding begint). De OER wordt gepubliceerd voordat de opleiding start en is te verkrijgen via de opleiding. Deze Onderwijs- en Examenregeling(OER) is gebaseerd op de Landelijke Kwalificatiestructuur behorende bij de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB) en vastgesteld door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. Tevens is de OER gebaseerd op het kwalificatiedossier behorende bij de opleiding (Junior) Kapper, samengesteld door het Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (KBB) in de uiterlijke verzorging KOC-Nederland en vastgesteld door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen.

In de OER kom je een aantal belangrijke begrippen tegen die we willen toelichten in onderstaande lijst. BELANGRIJKE BEGRIPPEN (op alfabetische volgorde): Aanwezigheidsregistratie: je aanwezigheid bij de opleiding wordt geregistreerd door de docent. Assessor: beoordeelt de leerling en het werk van de leerling bij de uitvoering van de proeve(n). Beroepsopleidende leerweg (BOL): leerweg waarbij het aantal studiebelastingsuren ten minste 1600 uur (per jaar) bedraagt. Van de totale studiebelasting wordt tenminste 20% besteed aan de beroepspraktijkvorming. Het aantal uren op school bedraagt minimaal 850 uur. Beroepspraktijkvorming (BPV): het deel van de opleiding dat je doorbrengt in de praktijk, waarbij je leert hoe je de theorie in de praktijk moet toepassen en waar je toetsingsonderdelen kunt uitvoeren. Bewijs: gedurende je opleiding verzamel je bewijzen dat je een bepaalde kerntaak of competentie beheerst. Zo n bewijs wordt gevormd door één of meerdere bewijsstukken, bijvoorbeeld een presentatie, een simulatie, een BPVopdracht. BPV-overeenkomst: een overeenkomst die jij aangaat met school en de instelling waar jij stage loopt. Daarin staat wat van jou verwacht wordt tijdens de BPVperiode en wat jij van de instelling en je opleiding mag verwachten. Cohort: hiermee wordt het studiejaar bedoeld waarin je met jouw opleiding start. Competenties: dat is alles wat nodig is om een kerntaak uit te voeren. In iedere kerntaak moet je aan het einde van je opleiding competent zijn. Dat betekent: dingen weten (kennis), dingen begrijpen (inzicht), dingen kunnen (vaardigheden) en een goede houding laten zien. Diploma: bewijs dat het examen met goed gevolg is afgelegd en dat aan alle wettelijke eisen is voldaan. Portfolio: Wanneer je van alle kerntaken en processen hebt bewezen dat je ze beheerst, stop je de bewijzen in een portfolio. Deze portfolio lever je in bij de examencommissie. Examenplan: het overzicht van de examens in je opleiding. Kenniscentrum (beroepsonderwijs bedrijfsleven): een organisatie die kerntaken en competenties vaststelt. Voor jouw opleiding is dat: www.koc.nl. Kerntaken: de belangrijkste taken die je in je beroep moet uitvoeren. Kwalificatiedossier: het document waarin de kerntaken en competenties staan. Je kunt het kwalificatiedossier voor jouw opleiding bekijken op de website www.koc.nl Kwalificerende opdracht: een examenopdracht, waarmee het niveau van de kennis en/of kunde/vaardigheden dan wel competenties van een student worden vastgesteld. Proeve van bekwaamheid: een examen waarmee wordt beoordeeld of de

leerling over de competenties van beginnend beroepsbeoefenaar beschikt. Beoordeeld worden kennis, inzicht, vaardigheden en beroepshouding. Studiebelastingsuren (sbu): hoeveel uur je per jaar moet besteden aan een opleiding wordt uitgedrukt in studiebelastingsuren. WEB: Wet Educatie Beroepsonderwijs. Werkproces: Een afgebakend geheel van beroepshandelingen binnen een kerntaak.

OPLEIDING Kappers zijn werkzaam in de kappersbranche, sector Uiterlijke Verzorging. Kappers kunnen werken bij diverse soorten kappersbedrijven: damessalons, herensalons, gemengde kapsalons en specifieke kapsalons. Specifieke kapsalons kunnen modegevoelige en trendy salons zijn en/of salons die zich op de behandeling van afro haar richten. De meeste kappersbedrijven zijn gemengde bedrijven. Er zijn ook ambulante kappers: kappers die bij de klant aan huis komen. Een kapper adviseert de klant, bereidt behandelingen voor en voert ze uit. Daarnaast verkoopt hij/zij producten en diensten. De kapper is maatschappelijk ontwikkeld en geïnteresseerd. Dat betekent dat hij weet wat er speelt in de maatschappij en daarover met de klanten kan spreken. De kapper kan goed met mensen omgaan, kan zich inleven in de klant en heeft een dienstverlenende en een klantgerichte instelling. Voor een optimale beroepsuitoefening zet de kapper zijn vakmanschap op creatieve wijze in. Verder heeft de kapper een groot verantwoordelijkheidsgevoel ten opzichte van zijn eigen werk en ten opzichte van zijn klanten; hij is accuraat en resultaatgericht. Daarnaast beschikt hij over commerciële kennis en vaardigheden. De kapper kan doorgroeien naar bedrijfsleider, ondernemer, salonmanager, docent of onderwijsinstructeur. Vooropleidingseisen - a een diploma lager beroepsonderwijs, een diploma voorbereidend beroepsonderwijs, of een diploma voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs voor zover het betreft de kaderberoepsgerichte leerweg. - b een diploma middelbaar algemeen voortgezet onderwijs, of een diploma voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs voor zover het betreft de theoretische leerweg. - c een diploma mavo-vbo, of een diploma voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs voor zover het betreft de gemengde leerweg. - d een bewijs dat de eerste drie leerjaren van een school voor hoger algemeen voortgezet onderwijs of van een school voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs met gunstig gevolg zijn doorlopen, of - e een ander bij ministeriële regeling aangewezen diploma of bewijsstuk. Wat ga je leren Alles wat je op jouw opleiding kunt leren vind je terug in het kwalificatiedossier. Daar vind je alle kerntaken en werkprocessen, die je uiteindelijk, aan het einde van je opleiding moet beheersen.

Kerntaken Kerntaak 1: Knipt en/of snijdt het haar Kerntaak 2: Vormt het haar om Kerntaak 3: (Ont)kleurt het haar De uitwerking betreffende de werkprocessen en de bijbehorende competenties van deze kerntaken vind je op de volgende 6 pagina s.

11112321

Onderwijs- en vormingsdoelen De onderwijs- en vormingsdoelen van Kappers College Limburg - hierna te noemen KCL - zijn geformuleerd op grond van de kwalificatiedossiers behorende bij de opleiding (Junior) Kapper zoals opgenomen in de Landelijke Kwalificatiestructuur. Er bestaat een logisch verband tussen de onderwijs en vormingsdoelen, leerstofinhoud, leermiddelen en toetsing. De kwalificatiedossiers zijn op de onderwijsinstelling voor iedereen ter inzage aanwezig. 1. Onderwijsdoelen A. De leerling voorbereiden op zijn/haar functioneren als geoefend beroepsbeoefenaar in de haarverzorgingsbranche op niveau 2 en 3; de kwalificatie (Junior) Kapper. B. De leerling kennis aanreiken en vaardigheden aanleren in relatie met het voorbereiden, uitvoeren en evalueren van de vaktechnische handelingen. Naast: knippen, föhnen en permanenten wordt bijzondere aandacht besteed aan modelbehandeling, kleurbehandeling, lang haar en snijden C. De uit de afgesproken behandelingsplannen voortvloeiende methoden en technieken volledig kunnen uitvoeren op de juiste wijze, in een aanvaardbaar tempo en met een resultaat voor de klant dat overeenkomt met zijn/haar beleving van kwaliteit en met algemeen in de branche geaccepteerde kwaliteitsnormen. D. Gedurende het toepassen van de aangeleerde vaardigheden zullen de daarmee samenhangende theoretische aspecten nader worden toegelicht. Als uitgangspunt wordt de concrete praktijksituatie gehanteerd, zodat men tevens ervaring kan opdoen in/met de feitelijke beroepspraktijk. 2. Vormingsdoelen A. De leerling voorbereiden op het functioneren in de maatschappij in het algemeen en in de commerciële dienstverlening in het bijzonder. Het optreden als kapper is immers een combinatie van ambachtelijke handelingen in een dienstverlenende context. B. Door een zeer intensieve training en persoonlijke begeleiding tracht KCL stimulerend te kunnen werken. Tijdens de opleiding leert de leerling omgaan met leidinggevende collega's en andere medewerkers, zodat hij/zij zowel opbouwende kritiek leert ontvangen als geven. C. Tevens wordt kennis gemaakt en ervaring opgedaan met het zelfstandig dragen van verantwoordelijkheid zowel in de omgang met klanten als met collega s en aan hem/haar leiding toevertrouwde medewerkers. D. Communicatieve en sociale vaardigheden maken deel uit van het onderwijsprogramma om te bevorderen, dat de leerling zijn/haar eigen positie als medewerker maar tevens als lid van een (de) samenleving leert

onderkennen en op waarde te schatten. Daarmee wil ook aandacht geschonken worden aan bedrijfsoverstijgende facetten van een te tonen beroepshouding.

Leren, loopbaan en burgerschap: Tijdens de opleiding komen niet alleen de kerntaken en processen aan bod, maar ook het onderdeel Leren, loopbaan en burgerschap. Het betreft competenties waar iedere burger in Nederland over zou moeten beschikken. Hoofdzaak is dat je je voorbereidt op deelname aan de werkende maatschappij, de huidige kenniseconomie en dat je leert om je te talenten te ontwikkelen. Je leert tijdens je opleiding om doelen te stellen en te bereiken. Tijdens de opleiding toon je je ontwikkeling ten aanzien van de volgende kerntaken; Kerntaak 1: Benoemt zijn eigen ontwikkeling en gebruikt middelen en wegen om daarbij passende leerdoelen te bereiken Kerntaak 2: Stuurt de eigen loopbaan Kerntaak 3: Participeert in het politieke domein, in besluitvorming en beleidsbeïnvloeding Kerntaak 4: Functioneert als werknemer in een arbeidsorganisatie Kerntaak 5: Functioneert als kritisch consument Kerntaak 6: Deelnemen in allerlei sociale verbanden en respectvol gebruiken van de openbare ruimte Kerntaak 7: Zorgt voor de eigen gezondheid (vitaal burgerschap) 1.1 Benoemt leerdoelen voor de eigen ontwikkeling. 1.2 Inventariseert geschikte manieren van leren. 1.3 Kiest bij de situatie en bij zichzelf passende manieren van leren. 1.4 Plant zijn eigen leerproces en voert het uit. 1.5 Evalueert de gekozen manier van leren. 2.1 Reflecteert op eigen kwaliteiten en motieven 2.2 Onderzoekt welk werk er is en wat bij hem past. 2.3 Stuurt de eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn. 3.1 Oriënteert zich op onderwerpen waarover politieke besluiten genomen worden. 3.2 Vormt een eigen mening. 3.3 Onderneemt acties naar aanleiding van gemaakte keuzen. 4.1 Gedraagt zich als werknemer bij het uitvoeren van het werk. 4.2 Maakt gebruik van werknemersrechten. 4.3 Stelt zich collegiaal op. 5.1. Oriënteert zich op de consumentenmarkt en houdt rekening met eigen wensen en mogelijkheden. 5.2. Onderneemt acties om producten en diensten aan te schaffen. 6.1. Neemt deel in diverse sociale verbanden en leeft in de openbare ruimte. 6.2. Voert activiteiten uit voor de leefbaarheid van zijn sociale omgeving. 7.1 Zoekt informatie over een gezonde leefwijze. 7.2 Beslist op basis van informatie en handelt ernaar. 7.3 Onderneemt activiteiten om de gezondheid te bevorderen.

De ontwikkeling van de leerling wordt bijgehouden via het leerling volgsysteem, een theoretische toetsing en een eindgesprek over alle kerntaken met 1 of 2 assessoren. Tijdens dit gesprek worden je vaardigheden doorgenomen vanaf de start tot aan het einde van de opleiding.

Nederlands De uitstroomeisen voor Nederlands zijn voor de opleiding (Junior) Kapper op niveau 2F volgens het referentiekader Taal en Rekenen en de eisen vanuit het beroep. Het onderwijsprogramma voor Nederlands is geïntegreerd in alle lessen. Er wordt begonnen met een start meting waarbij op alle deelgebieden van taal wordt getoetst op welk niveau een leerling zich bevindt. Er wordt gewerkt aan de hand van een individuele voortgang op basis van een startmeting en vakgerichte opdrachten die corresponderen met de thema s van de beroepsgerichte opdrachten. De ontwikkeling van de leerling wordt gevolgd via het leerlingvolgsysteem. Je krijgt een examen Nederlands op niveau 2F, dat bestaat uit de onderdelen lezen, luisteren, spreken, gesprekken voeren en schrijven. Het is mogelijk dat lezen en luisteren wordt geëxamineerd met een centraal ontwikkeld digitaal examen. Op school zal je hier meer informatie over ontvangen. Moderne vreemde talen Niet van toepassing voor (Junior) Kapper. Rekenen De uitstroomeisen voor Rekenen zijn voor de opleiding (Junior) Kapper op niveau 2F volgens het referentiekader Taal en Rekenen en de eisen vanuit het beroep. Het onderwijsprogramma voor rekenen is geïntegreerd in alle lessen. Alle deelgebieden (Getallen, Verhoudingen, Meten en Verbanden) worden behandeld. De ontwikkeling van de student wordt gevolgd via het leerlingvolgsysteem. Je krijgt een examen Rekenen op niveau 2F. Ook hiervoor geldt dat er wordt geëxamineerd met een centraal ontwikkeld digitaal examen. Op school zal je hier meer informatie over ontvangen.

Studieduur: De studieduur van de geїntegreerde opleiding niveau 2 en 3 voor de kwalificatie (Junior) Kapper omvat een periode van 22 maanden. In relatie met artikel 7.2.4 van de WEB is aan de diverse onderwijseenheden die tezamen de opleiding vorm geven een bepaald aantal studiebelastingsuren toegekend. Het totale aantal sbu's bedraagt 3344. Omschrijving Uren Percentage Aantal uren op school 2145 64,20% Beroepspraktijkvorming 730 21,80% Zelf studie 440 13,10 % Toetsen en Examens 29 0,90% Totale studiebelasting 3344 100,00% Het aantal uren op school is als volgt verdeeld over de verschillende onderwijseenheden: Omschrijving Uren Föhnen Praktijk 200 Föhnen Theorie 40 Haaronderzoek / Haarverzorging 100 Hygiëne, Arbo en Milieu 50 Kleurbehandeling Praktijk 86 Kleurbehandeling Theorie 46 Knippen Praktijk 400 Knippen Theorie 100 Kwaliteitszorg Theorie 45 Lang Haar Praktijk 180 Lang Haar Theorie 9 Loopbaan Burgerschap 123 Model vorming Praktijk 190 Model vorming Theorie 16 Permanenten Praktijk 310 Permanenten Theorie 70 Snijden Praktijk 50 Sociale Communicatieve Vaardigheden 40 Taal en Rekenen 90 Totaal 2145

Leerwegen en Inrichting Beroepspraktijkvorming De opleiding wordt verzorgd als beroeps opleidende leerweg (BOL) Dit betekent dat de eerste week (introductieweek) geen stage gelopen wordt. Vervolgens wordt er twee jaar 4 dagen per week besteed aan theorielessen, kennis nemen van de praktijktheorie en het aanleren van vaardigheden, terwijl de 5e dag van een schoolweek gebruikt wordt voor de stage in een kapsalon om ervaring op te doen met de beroepspraktijk. De inhoud is gebaseerd op de kerntaken die onder verantwoordelijkheid van het kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven (KBB) i.c. KOC-Nederland zijn samengesteld. In samenwerking met een aantal scholen en het bedrijfsleven zijn de kerntaken vertaald in een viertal proeven per niveau, die toetsing van het gehele kwalificatiedossier beslaan. Bij de formulering van één en ander is duidelijk rekening gehouden met enerzijds invloed van en anderzijds interactieve afstemming op en met de beroepspraktijk. De stage is erop gericht om de leerling kennis te laten nemen van en ervaring te laten opdoen in de praktijksituatie. Bijzondere aandacht krijgt het kunnen functioneren in een team. De uit te voeren opdrachten zijn afgeleid van het kwalificatiedossier met inachtneming van de binnen de beroepspraktijk geldende normen t.a.v. sociale, communicatieve en commerciële vaardigheden alsmede de normen m.b.t. veiligheid, hygiëne, ARBO en milieu. KCL hanteert het lesmateriaal van Lespas B.V. Er wordt door KCL nauwkeurig op toegezien dat de ontwikkelingen binnen de branche worden vertaald in het lesmateriaal, zodat van een up to date karakter mag worden gesproken. Bij het begin van de opleiding ontvangen de deelnemers een materialen- en gereedschap set. Voor het beschikbaar krijgen en houden van stageplaatsen wordt gebruik gemaakt van de lijst van 'erkende' leerbedrijven zoals deze is samengesteld onder verantwoordelijkheid van KOC-Nederland. Het vaststellen van criteria en de controle op continue kwaliteit van de leerplaats is immers wettelijk aan haar toevertrouwd. Getracht zal worden ook het door KCL opgebouwde netwerk van stage mogelijkheden na overleg en afstemming in het door KOC-Nederland beheerde register te laten opnemen. Studiefinanciering Gelet op de voorwaarden ter zake voldoet de opleiding voor Kapper aan de eisen van hoofdstuk II van de wet op de Studiefinanciering(WSF). Eén van de doorslaggevende beoordelingscriteria is het aantal contacturen, dat een opleiding die een geheel jaar beslaat, kent. Het criterium van 850 uur wordt ruimschoots gehaald.

Registratie KCL hanteert een registratiesysteem aan de hand van presentielijsten die dagelijks door de leerlingen ingevuld en getekend moeten worden. Tevens maakt KCL gebruik van een digitaal registratiesysteem waarop elke leerling d.m.v. vingerafdruk moet in en uitloggen. Mocht een leerling niet aanwezig kunnen zijn, dient de ouder hem/haar, of wanneer meerderjarig de leerling zelf, voor 10:00 uur s morgens af te melden. Gebeurt dit niet dan neemt KCL contact op om de reden van afwezigheid te achterhalen. Indien nodig wordt er melding gedaan bij de Leerplichtambtenaar, Bureau VSV of DUO-IB-groep. Deze registratie dient er tevens voor om te controleren dat de betreffende leerling de lessen volgens het lesrooster volgt. Bij aanvang van elke praktijk of theorieles controleert en noteert de docent de presentie/absentielijst. Bij een te hoog lesverzuim dienen de verzuimde uren te worden ingehaald. Toetsing en Examinering: Het onderwijs en de examinering worden verzorgd volgens het kwalificatiedossier Juniorkapper/Kapper 2012-2013. Context van de kwalificatie: Een junior kapper kan werkzaam zijn in een gespecialiseerde damessalon, gespecialiseerde herensalon, gemengde kapsalon of een specifieke kapsalon. Het laatste type kappersbedrijf is gericht op een doelgroep die modegevoelig en trendy is. De meeste kappersbedrijven zijn gemengde bedrijven. Typerende beroepshouding: De professionele houding van de junior kapper wordt gekenmerkt door een continu bewustzijn van de noodzaak tot hygiënisch, zorgvuldig en kwaliteitsbewust werken volgens het Arboconvenant/-beleidsregels voor de kappers. Hij is zich bewust van de risico s als gevolg van het niet naleven van deze eisen. Hij kent de geldende richtlijnen en past deze toe. De junior kapper is maatschappelijk ontwikkeld en geïnteresseerd. Dat betekent dat hij weet wat er speelt in de maatschappij en daarover met de klanten kan spreken. De junior kapper kan goed met mensen omgaan, zich inleven in de klant en heeft een dienstverlenende en een klantgerichte instelling. Verder heeft de junior kapper een groot verantwoordelijkheidsgevoel ten opzichte van zijn eigen werk en ten opzichte van zijn klanten; hij is accuraat en resultaatgericht. Daarnaast beschikt hij over commerciële kennis en vaardigheden. Niveau van de beroepsuitoefening: Niveau 2 Rol en verantwoordelijkheden: De junior kapper werkt als uitvoerend medewerker in een kappersbedrijf. Hij voert diverse werkzaamheden zelfstandig uit en is verantwoordelijk voor een correcte uitvoering van zijn taken en voor de kwaliteit van het door hem afgeleverde werk,

zoals knippen en snijden van het haar, föhnen en stylen en wikkelen van het haar. Een aantal werkzaamheden voert hij uit onder toezicht van de kapper of leidinggevende, dit betreft met name de werkzaamheden die te maken hebben met het zogenaamde 'chemische proces' zoals bij de behandelingen 'blijvend omvormen' en 'ontkleuren' van toepassing is. Daarnaast verkoopt de junior kapper haarverzorgende producten. Dienstverlening en communicatie staan centraal in het beroep. Bij complexe vragen moet de junior kapper tijdig verwijzen naar de kapper of leidinggevende. De junior kapper wordt aangestuurd door de leidinggevende. Complexiteit : Alle junior kappers onderhouden contact met veel, uiteenlopende typen klanten. De junior kapper stemt zijn dienstverlening af op de klant. Hij moet daarvoor snel kunnen schakelen tussen verschillende gedrags- en communicatiestijlen. De werkzaamheden bestaan voor het merendeel uit routinematige/standaardhandelingen. Het niet goed uitoefenen van de standaardhandelingen en het niet naleven van de 'Code van de kapper', kan leiden tot verminderde kwaliteit van de behandeling, het ontstaan van complicaties en/of veiligheids- en gezondheidsrisico's, met mogelijke materiële en immateriële gevolgen. Van de junior kapper wordt verwacht dat hij mogelijke complicaties bij de behandeling kan inschatten en eenvoudige problemen of klachten kan oplossen volgens een min of meer vaste aanpak of procedure. Dit betekent dat hij moet beschikken over algemene basiskennis van en basisvaardigheden voor de uitoefening van het beroep. Bij complexere problemen schakelt hij de leidinggevende in. Het niet tijdig onderkennen van complicaties bij de klant kan leiden tot claims. Hij moet op een juiste manier omgaan met de wensen van verschillende soorten klanten. Het is niet altijd mogelijk om in alle opzichten met genoemde aspecten rekening te houden. Zo nodig doet hij een beroep op de kapper of leidinggevende. De junior kapper heeft te maken met de volgende keuzes en dilemma's: - het spanningsveld dat soms ontstaat tussen de verwachtingen van de klant en datgene dat de junior kapper kan bieden in de behandeling; - het overtuigen van de klant van de mogelijkheden en de beperkingen die er zijn; - het nemen van de juiste beslissingen als de klant ontevreden is. Context van de kwalificatie: Een kapper kan werkzaam zijn in gespecialiseerde damessalons, gespecialiseerde herensalons, gemengde kapsalons en specifieke kapsalons. Het laatste type kappersbedrijf is gericht op een specifieke doelgroep, bijvoorbeeld voor een modegevoelig en trendy publiek. De meeste kapsalons zijn gemengde bedrijven. Typerende beroepshouding: De professionele houding van de kapper wordt gekenmerkt door een continu bewustzijn van de noodzaak tot hygiënisch, zorgvuldig en kwaliteitsbewust werken

volgens het Arboconvenant/-beleidsregels voor de kappers. Hij is zich bewust van de risico s als gevolg van het niet naleven van deze eisen. Hij kent de geldende richtlijnen en past deze toe. De kapper is maatschappelijk ontwikkeld en geïnteresseerd. Dat betekent dat hij weet wat er speelt in de maatschappij en daarover met de klanten kan spreken. De kapper kan goed met mensen omgaan, kan zich inleven in de klant en heeft een dienstverlenende en een klantgerichte instelling. Voor een optimale beroepsuitoefening is het noodzakelijk dat de kapper zijn vakmanschap op creatieve wijze inzet. Verder heeft de kapper een groot verantwoordelijkheidsgevoel ten opzichte van zijn eigen werk en ten opzichte van zijn klanten; hij is accuraat en resultaatgericht. Daarnaast beschikt hij over commerciële kennis en vaardigheden. Niveau van de beroepsuitoefening: Niveau 3 Rol en verantwoordelijkheden: De kapper werkt als uitvoerend medewerker in een kappersbedrijf. Hij voert de werkzaamheden zelfstandig uit en is verantwoordelijk voor de goede uitvoering van zijn taken en voor de kwaliteit van het door hem afgeleverde werk. De kapper kan het geheel aan werkzaamheden overzien. De kapper heeft een adviserende rol naar de klant en is verantwoordelijk voor de juiste uitvoering van de vraag van de klant en het juiste advies op basis van een goede analyse. De kapper is verantwoordelijk voor het correct uitvoeren van verschillende werkzaamheden die gericht zijn op de verzorging en behandeling van het haar zoals knippen en snijden van het haar, kappen van lang haar, modelvormen, kleuringen en omvormingen/permanenten van het haar. Daarnaast is de kapper verantwoordelijk voor de verkoop van haarverzorgende producten. Het niet goed uitoefenen van de werkzaamheden en het niet naleven van de 'Code van de kapper', kan leiden tot verminderde kwaliteit van de behandeling, het ontstaan van complicaties en/of veiligheidsrisico's, met mogelijke materiële en immateriële gevolgen. Dienstverlening en communicatie staan centraal in het beroep. Indien de kapper zelf de complexe vragen niet kan oplossen, moet hij tijdig verwijzen naar de leidinggevende. De kapper wordt aangestuurd door de leidinggevende. Complexiteit : Alle kappers onderhouden contact met veel, uiteenlopende typen klanten. De kapper stemt zijn dienstverlening af op de klant. Hij moet daarvoor snel kunnen schakelen tussen verschillende gedrags- en communicatiestijlen. De werkzaamheden variëren van standaardhandelingen tot relatief complexe handelingen. Dit betekent dat hij moet beschikken over specialistische kennis van en specialistische vaardigheden voor de uitoefening van het beroep. De kapper voert alle handelingen zelfstandig uit. De standaardhandelingen bestaan vooral uit werkzaamheden die uitgevoerd worden volgens vaste procedures/methodes (zoals ontvangst van de klant, voorbereiding en uitvoering van de behandeling). Meer complexe handelingen zijn het analyseren van de vraag van de klant, adviseren van de klant, het signaleren van haarproblemen en het in kunnen schatten van risico's zoals complicaties bij de behandeling. Het niet tijdig onderkennen van complicaties bij de klant kan leiden tot claims.

Van de kapper wordt verwacht dat hij op een juiste wijze handelt, bijvoorbeeld de klant adviseert om een andere discipline te raadplegen. ook moet hij op een juiste manier om kunnen gaan met de wensen van verschillende soorten klanten. Dit maakt het werk redelijk complex. Het is niet altijd mogelijk om in alle opzichten met genoemde aspecten rekening te houden. De kapper heeft te maken met de volgende keuzes en dilemma's: het spanningsveld dat soms ontstaat tussen de verwachtingen van de klant en datgene dat de kapper kan bieden in de behandeling; het overtuigen van de klant van de mogelijkheden en de beperkingen die er zijn; het nemen van de juiste beslissingen als de klant ontevreden is.

Programma van Toetsing en Examinering: Voortgangstoetsing: Tijdens je opleiding worden op, vooraf vastgestelde, momenten (bijvoorbeeld aan het eind van een blok) voortgangstoetsen gehouden. Met deze toetsen wordt gemeten of je de stof uit de voorgaande periode voldoende hebt eigen gemaakt. Of met andere woorden: of je je voldoende hebt ontwikkeld. Wanneer die ontwikkeling te ver achterblijft op de planning, kan het gevolg zijn dat je het advies krijgt om een blok of een periode over te doen. In het uiterste geval, wanneer de resultaten onvoldoende blijven kan de opleiding je een negatief bindend studievoorschrift geven, waardoor je niet verder kunt met deze opleiding. Voortgangstoetsen tellen dus niet direct mee voor je examen, maar ze hebben wel invloed op de duur en de voortgang van je opleiding. En uiteindelijk op het moment waarop je kunt deelnemen aan het examen. Portfolio: Om je diploma te behalen moet je bewijzen verzamelen in je portfolio. Het zijn bewijzen die aangeven dat je het verlangde niveau bezit op het gebied van: - Beroepsgerichte onderwijs en vormingsdoelen - Nederlands - Rekenen - Leren, Loopbaan en Burgerschap Examinering: Om je diploma te verkrijgen moet je een aantal examens afleggen. Deze examens, ook wel Proeve van Bekwaamheid genoemd mag je doen nadat je alle bewijzen hebt verzameld in je portfolio. Hierna volgt een gesprek met je klassenmentor waarin je moet aantonen toe te zijn aan het deelnemen aan de Proeve. Bovendien moet je kunnen aantonen dat je de BPV hebt afgerond. De examens die worden gebruikt bij het Beroepsgericht Onderwijs (BGO) behorende bij Crebonummer 95120 en 91180 van Juniorkapper en kapper worden afgenomen via STEBB. Dit zijn de hieronder vermelde Proeven van bekwaamheid en de bijbehorende theorie-examens. Proeve van Bekwaamheid 1 Junior kapper/ kapper Crebonummers 95120 en 91180

Kerntaak 1 en werkprocessen 2.1, 2.2, 2.5 en 3.4 De kandidaat permanent, knipt en watergolft het haar van een vrouwelijke klant. 1 De ontvangst 2 Het DAB-plan opstellen 3 Haar wassen 4 Permanenten 5 Knippen 6 Watergolven 7 De afronding 8 Het evaluatiegesprek Proeve van Bekwaamheid 2 Juniorkapper/Kapper Crebonumers 95120 en 91180 Kerntaak 1 en 3 en werkprocessen 2.1, 2.2, 2.4 en 2.7. De kandidaat (ont)kleurt, snijdt en fὄhnt het haar van een vrouwelijke klant. 1 De ontvangst 2 Het DAB-plan opstellen 3 Haar wassen 4 (Ont)kleuren 5 Snijden 6 Fὄhnen 7 De afronding 8 Het evaluatiegesprek Proeve van Bekwaamheid 3 Juniorkapper/ kapper Crebonummers 95120 en 91180 Kerntaak 1 en werkprocessen 2.1, 2.2, 2.4, 2.7 en 3.4 De kandidaat knipt en stylt het haar van een mannelijke klant. 1 De ontvangst 2 Het DAB-plan opstellen 3 Haar wassen 4 Knippen 5 Stylen 6 De afronding 7 Het evaluatiegesprek Proeve van Bekwaamheid 4 Juniorkapper/ kapper Crebonummers 95120 en 91180 Kerntaak 2 en werkprocessen 1.1, 2.1, 2.2, 2.3, 2.7 en 3.4 De kandidaat verwerkt het lange haar van een vrouwelijke klant tot een opgestoken kapsel. 1 De ontvangst 2 Het DAB-plan opstellen 3 Het opsteken van lang haar 4 De afronding 5 Het evaluatiegesprek

KCL streeft ernaar de ingekochte examens zo goed mogelijk af te nemen en je hierop zo goed mogelijk voor te bereiden. Zowel Proeven van Bekwaamheid als ook de theorie-examens worden op locatie afgenomen. Voor de Proeven van Bekwaamheid is naast de schoolvertegenwoordiger (bedrijfsleider) een assessor van het examenbureau ( bedrijfsleven) en een assessor vanuit het scholenveld aanwezig. Programma examinering: Voor de 2 jarige Bol-opleiding gelden de volgende data waarop de Proeve(n) van bekwaamheid worden uitgevoerd: 03/04 Februari 2014 Proeve 1 07/08 April 2014 Proeve 2 16 Juni 2014 Proeve 3 18 Augustus 2014 Proeve 4 25 Augustus 2014 Herkansingen In de documenten horende bij de Proeve kun je zien welke kerntaken en werkprocessen in welke Proeve worden behandeld. Voor de 2 jarige Bol-opleiding gelden de volgende data waarop de Theorieexamens worden afgenomen: Januari 2013 Haaronderzoek/Haarverzorging; Permanenten; Sociale Communicatieve en Commerciele Vaardigheden/Kwaliteitszorg. Mei 2013 Knippen; Kleuren; Hygiene Arbo en Milieu. September 2013 Loopbaan Burgerschap; Rekenen; Taal. Januari 2014 Herkansingen. Mei 2014 Herkansingen. In de maand voorafgaand aan de maand waarin de theorie-examens worden afgenomen bestaat de mogelijkheid, in overleg met de docent, je in te schrijven voor de betreffende onderdelen. Herkansingen: Deelnemers mogen, indien nodig, ieder examenonderdeel twee maal herkansen. Verdere herkansingen zijn alleen mogelijk na overleg tussen de leerling en diens docent. Indien je na herkansing(en) het examenonderdeel nog steeds niet behaald hebt dan bespreek je met je klassenmentor welk traject je kunt volgen om alsnog voor een diploma in aanmerking te kunnen komen.

Toezicht (legitimering van) op examens KCL heeft gekozen om het gehele proces inclusief de benodigde examenproducten (opgaven, opdrachten e.d.) te laten behandelen en uitvoeren door STEBB te Den Haag. Zie bijlage I examen-regelement STEBB. Overigens is KCL verplicht om te beoordelen of de exameninstelling waarmee het contract ter zake is afgesloten zich conformeert aan de gemaakte afspraken. Het behaalde diploma betreft immers een document, dat wordt afgegeven onder verantwoordelijkheid van KCL. Examencommissie en onvoorziene gevallen: De examencommissie is verantwoordelijk voor het op een verantwoorde wijze doorlopen van de examenprocedures voor die opleidingen waarvoor zij is ingesteld door het bevoegde gezag. De examencommissie bewaakt het totale proces van planning, de voorbereiding, de afname, de beoordeling, de vaststelling van het resultaat, het bekendmaken van de uitslag, de evaluatie en het beheren van examenbescheiden. In gevallen waarin het examenreglement niet voorziet, beslist de examencommissie. In de bijlage is te lezen wie er zitting hebben in de examencommissie, wat hun functies zijn en hoe de commissie te bereiken is. Beroepsprocedure: Bij de Commissie van Beroep voor de Examens kun je beroep aantekenen tegen beslissingen van de examencommissie, de examinatoren en de klassenmentor, als deze beslissingen verband houden met het examen of een onderdeel daarvan. Voor de manier waarop beroep kan worden aangetekend verwijzen wij naar het Centraal Examenreglement Competentiegericht Beroepsonderwijs.