Samenvatting door een scholier 1977 woorden 28 juni 2007 7 2 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Maatschappijleer criminaliteit Hoofdstuk 1 1.1 wat is recht? Onmaatschappelijk gedrag: niet volgens de normen bv met je handen eten Als je wet overtreed doe je ook aan crimineel gedrag Recht is het geheel van gedragsregels, vastgesteld door de overheid, die betrekking hebben op het handelen van mensen als leden van een samenleving 1.2 wat is criminaliteit? Criminaliteit is alle gedragingen die bij de wet strafbaar gesteld zijn. Rechtsnormen zijn er om: - de samenleving te ordenen (bv verkeer) - conflicten naar behoren te regelen - onafhankelijke rechtspraak te waarborgen rechtsnormen zijn sterk gebonden aan tijd en plaats tijd: wat vroeger wel strafbaar was bv overspel, naaktstranden en pornoverkoop verboden, nu niet meer plaats: elk land heeft z n eigen recht. Alcoholgebruik, homoseksualiteit en overspel hier niet strafbaar bv in Iran wel. 1.3 soorten criminaliteit misdrijf: de meer ernstige strafbare feiten, bv moord, diefstal, o.i. rijden overtreding: minder erg strafbaar feit, bv rijden door rood (niet op strafblad!) er is verschil tussen de volgende delicten: - delicten tegen openbare orde en het gezag(verbranden Nederlandse vlag, afluisteren van telefoongesprekken) - misdrijven tegen leven en persoon (moord, mishandeling) - ruwheidmisdrijven (vernieling, graffiti) - vermogensmisdrijven (diefstal, verduistering) - seksuele misdrijven (aanranding, verkrachting) - verkeersmisdrijven (rijden onder invloed boven een bepaald promillage) https://www.scholieren.com/verslag/26651 Pagina 1 van 7
- misdrijven tegen de opiumweg (verkoop/bezit van soft- en harddrugs) - economische delicten, omschreven in de wet economische delicten ( vlees met teveel sulfiet of het onwettig manipuleren met BV s) - milieudelicten binnen groepen misdrijven kunnen we nog verder onderscheid maken tussen veelvoorkomende (winkeldiefstal, voetbalvandalisme, fietsenjatten, vernielingen, graffiti, zwartrijden) en zware (moord, inbraak, overvallen, verkoop van harddrugs) misdrijven. 1.4 misdaadstatistieken geregistreerde misdrijven zijn door mensen aangegeven bij de politie, of door de politie ontdekt. De werkelijke aantallen kunnen hoger zijn door; - aangiftebereidheid bij kleine delicten meestal niet omdat mensen denken dat de dader toch niet gepakt wordt, of bij dingen zoals incest doen mensen t ook niet - sommige dingen worden niet ontdekt zoals dronken rijden, zakkenrollen, belastingontduiking - de opsporingsactiviteit, omdat wanneer politie controle houdt, zal het aantal geregistreerde dronken rijders toenemen, terwijl het werkelijke aantal miss wel afneemt door de extra controles - door registratiefouten, wat de ene mishandeling noemt, noemt de ander poging tot doodslag, en soms ook slordigheidfouten er bestaan slachtofferenquêtes, maar daaraan zijn ook nadelen; - subjectieve mening, dus meet het de gevoeligheid voor criminaliteit - meet alleen veelvoorkomende delicten - slachtofferloze criminaliteit valt niet onder deze methode ook is er een daderenquête daar vraagt het CBS of mensen zich schuldig hebben gemaakt aan criminaliteit, deze enquête is helemaal niet betrouwbaar 1.5 Is Nederland onveilig? Gevoelens van onveiligheid hebben vooral te maken met de angst voor geweld. Dat gevoel is toegenomen door het vele zinloos geweld 1.6 maatschappelijke gevolgen materiele schade is schade door gevolg van vernieling, inbraak en diefstal. Ook is er immateriële schade, dat zijn de gevolgen die een persoon bijblijven, zoals mensen die een overval hebben meegemaakt, kunnen lange tijd niet rustig slapen. Hoofdstuk 2 2.1 de crimineel geslacht: meestal door mannen, lichte toename van vrouwelijke criminaliteit leeftijd: vooral adolescenten, veelvoorkomende criminaliteit, zware criminaliteit vooral door oudere mannen https://www.scholieren.com/verslag/26651 Pagina 2 van 7
maatschappelijke positie: vooral mensen met lage maatschappelijke positie, vooral agressieve delicten, inbraak, diefstal. Vermogensdelicten vooral door hogere milieus. Ook wel witteboordencriminaliteit etnische afkomst: harde kern criminelen evenveel. Diefstal, drugs vooral allochtonen locatie: inwoners van grote steden meer delicten van dorpelingen 2.2 oorzaken in sommige gevallen is criminaliteit aangeboren. Een belangrijke oorzak van criminaliteit is de invloed van de omgeving. Er zijn 2 niveaus: - individueel niveau: de mate van socialisatie - maatschappelijk niveau: de invloed van maatschappelijke omstandigheden socialisatie is het proces waarbij waarden, normen en andere kenmerken van een cultuur worden aangeleerd. Dat wordt geleerd in een gezin of op school. - gezin: als kinderen niet gecorrigeerd worden door ouders gaan ze sneller criminele pad op. Ook als ze verwaarloosd, mishandeld of incest worden is de kans groter dat het kind later gedragsstoornis krijgt - school: als jongeren op school mislukken, komen ze sneller met justitie in aanraking. Rondom scholen met veel spijbelaars meer overtredingen - leeftijdgenoten: hebben ook invloed, vooral stoerdoenerij mensen hebben te maken met allerlei maatschappelijke omstandigheden en ontwikkelingen waarop zij weinig invloed hebben, maar die crimineel gedrag wel kunnen bevorderen: - maatschappelijke en sociale achterstanden: mensen in uitzichtloze situatie die niets van maatschappij aantrekt omdat ze denken dat de maatschappij ook niets van hen aantrekt - drugsgebruik, zoals misdrijven onder invloed van alcohol - vervagen van normen en waarden, niet zo nauw bij diefstal - sociale controle afgenomen, mensen zeggen er niets van als iemand naast hem steelt in winkel, of een fiets stelen - afname pakkans, kans dat je word aangehouden kleiner bij kleine delicten. 2.3 theorieën over criminaliteit biologische theorieën 19de eeuw: Italiaanse gevangenisarts Lomroso zegt dat sommige mensen het crimineel gedraag biologisch is bepaald. Criminelen hebben; laat voorhoofd, een specifieke haarinplant, doorlopende wenkbrauwen en een lage gevoeligheid voor pijn. Tegenwoordig probeert sociobiologie het te verklaren. Psychologische theorieën Belangrijkste oorzaak crimineel gedrag bij dader zelf. Criminelen vaak psychiatrische stoornissen, maar kon niet aangetoond worden dat het de oorzaak was van crimineel gedrag. De aangeleerd-gedrag-theorie door Amerikaan sutherland. Zegt dat het aangeleerd word door omgeving, hij zegt dat het word doorgegeven maar weet niet hoe het begint in een groep. Sociologische theorieën https://www.scholieren.com/verslag/26651 Pagina 3 van 7
Leggen bij nadruk voor verklaring op invloed van maatschappelijke omstandigheden. Je hebt 2 bekende theorieën: - de anomietheorie: het bereiken van levensdoelen. Als dat niet lukt, door bv afkomst of geen diploma, sommigen zullen bijstellen maar andere zullen frauderen, stelen en dat soort dingen voor de gewenste welvaart (Merton) - de bindingstheorie: in iedereen schuilt misdadiger, maar meeste gedragen zich netjes door bindingen (familie, vrienden, collega s) die ze niet willen verliezen. Mensen zonder bindingen zullen sneller misdadiger worden. (Hirschi) Hoofdstuk 3 3.1 rechtsbescherming overheid mag geweld gebruiken om te zorgen dat mensen zich aan de wet houden. Overheid heeft geweldsmonopolie. Mag geweld gebruiken, pistool trekken maar niet zonder reden, de overheid moet zich wel aan de regels houden, als ze dat doen heet dat een rechtsstaat: een staat waarin de overheid is gebonden aan wettelijke regels en waarin de bevolking beschikt over politieke en sociale rechten een paar dingen waar de overheid zich aan moet houden: - legaliteitsbeginsel: het moet wel volgens de wet strafbaar zijn - elk wetsartikel bevat een nauwkeurige omschrijving + maximale straf - ne bis in idem. Je mag niet 2 keer voor hetzelfde vervolgt worden, ook niet als er een fout is gemaakt waardoor je bent vrijgesproken. - verdachte is onschuldig tot dat de rechter anders spreekt overheid moet er op toezien dat burgers elkaars rechten niet schenden; - wetgeving; bijvoorbeeld antidiscriminatiewet en verbod om te mishandelen - rechtshandhaving; overheid moet ook echt optreden. 3.2 tweesporenbeleid de overheid voert een tweesporenbeleid : - er worden preventieve maatregelen gezocht voor veelvoorkomende criminaliteit. Dus om t te voorkomen. - Voor zware misdaad word een oplossing gezocht in repressieve maatregelen, zoals hogere vrijheidsstraffen 3.3 procedure in vogelvlucht procedure bij een strafbaar feit: - proces-verbaal: verzamelde info over strafbaar feit. Politie verhoord verdachte/getuige en kijkt wat er gebeurd kan zijn. - Opsporingsbeleid: politie geeft proces-verbaal aan OvJ, die gaat het verder onderzoeken als de zaak zwaar genoeg is word de verdachte (iemand die op heterdaad betrapt is of aangegeven) vervolgd, dan komt er een rechtszaak - Rechtszaak: als OvJ genoeg bewijs heeft, gaat het naar de rechter, die stelt vast of de verdachte schuldig is en legt straf op https://www.scholieren.com/verslag/26651 Pagina 4 van 7
3.4 de politie politie heeft 3 taken - hulpverlenen - handhaven van openbare orde - opsporingstaak bevoegdheden van de politie: - politie mag verdachte staande houden, dat betekend iemand vragen naar zijn personalia. Je hoeft niets te zegen maar moet wel de waarheid spreken. Je moet je wel altijd kunnen legitimeren. - Politie mag verdachte aanhouden/arresteren. Verzet is verboden - Een verdachte mag gefouilleerd worden, alleen als het bijdraagt aan oplossing van misdaad. Alleen politie mag fouilleren. preventief fouilleren = veiligheidsrisicogebied dus OvJ zegt dat t mag - Politie mag verdachte vasthouden op bureau in belang van onderzoek, daarna kan de verdachte naar huis van bewaring (voorarrest) wat maximaal 3 maanden mag duren. - De popo mag een huis binnenkomen met een machtiging tot binnentreden. Door OvJ gegeven. Bij machtiging tot huiszoeking mag er gezocht worden naar bewijzen in een misdrijf. - Popo mag bewijsmateriaal in beslag nemen. hoofdstuk 4 na het proces verbaal gaat het onderzoek naar de OvJ, als er geen zekerheid is moeten er bewijzen gevonden worden, dat gebeurd in een opsporingsonderzoek, dat leidt de OvJ 4.1 taken OvJ heeft belangrijke rol bij strafproces. Hij is de openbare aanklager. OvJ; leidt het opsporingsonderzoek; brengt verdachten voor de rechter; eist een bepaalde straf; is verantwoordelijk voor de uitvoering Alle OvJ s bij elkaar noem je het openbaar ministerie, dat is een onderdeel van ministerie van justitie, die verantwoordelijk is voor beleid van het OM Opsporingsbeleid: OvJ leidt opsporingsonderzoek, maar popo voert m uit, want zij zijn bevoegd om bepaalde opsporingsmethoden toe te passen. Maar de popo mag die methoden alleen toepassen met goedkeuring van hoogste ambtenaar van het OM in de regio 4.2 keuzemogelijkheden er zijn 3 verschillende mogelijkheden met een dossier 1. seponeren: dat betekend dat iemand niet word vervolgt, dgv. Onvoldoende bewijs of een klein vergrijp. Voorwaardelijk sepot is geen vervolging maar wel dat een verslaafde moet afkicken zo niet, toch nog vervolgt 2. transactie: een geldboete voor minder zware delicten, ook wel schikking/voortijdige afdoening. Je moet wel betalen. https://www.scholieren.com/verslag/26651 Pagina 5 van 7
3. vervolgen: verdachte voor de rechter, dossier naar rechtbank er dan komt er een rechtszaak 4.3 uitbreiding opsporingsbevoegdheden misdaad is steeds beter georganiseerd. Om opsporingsonderzoek makkelijker te maken kwamen er meer mogelijkheden voor de popo: - richtmicrofoons mochten vaker gebruikt worden - er mochten infiltranten ingezet worden, die mogen strafbare feiten plegen om zo vertrouwen/info te winnen van misdaadorganisatie. - Gecontroleerde doorvoer. Popo kon partijen drugs door laten gaan om zo de leiders te pakken - Informanten werden meer geld betaald om zo info door te spelen uit hun misdaadorganisatie - Inkijkoperaties, popo mag in sommige gevallen stiekem een gebouw binnenkomen om te kijken of er iets strafbaars word uitgevoerd. - Kroongetuigen, crimineel krijgt strafvermindering als hij een belastende verklaring aflegt tegen een grotere crimineel dan hijzelf. De hoofdofficier van justitie moet wel telkens toestemming geven. De opsporingsmethode moet in relatie staan tot het misdrijf. Er kwamen problemen door de bredere opsporingsmethoden. Daardoor kwam er in de 2de kamer een enquête waaruit bleek dat ze vonden dat: - de opsporing effectiever moest worden - ze duidelijker omschreven moesten worden - samenwerking tussen popo en justitie moest beter worden hoofdstuk 5 5.1 onafhankelijkheid rechters omdat rechtspraak in ons land volgens trias politica is zijn rechters onafhankelijk. De onafhankelijkheid van rechters is verder gewaarborgd doordat; - een rechter niet ontslagen kan worden door parlement of regering - salaris van een rechter wettelijk is bepaald - aantal rechters bij een rechtszaak vaststaat bij een rechtszaak heb je ook gerechtssecretarissen die schrijven alles op wat word gezegd (het procesverbaal van een rechtszaak) en maken de vonnissen van de rechters op. 5.2 soorten rechtbanken er zijn in nederland 3 soorten rechtsinstanties: 1. arrondissementsrechtbanken: 2. gerechtshoven 3. de hoge raad 1. arrondissementsrechtbanken het laagste rechtscollege, houdt zich met alle delicten bezig. Er zijn 19 banken in nederland. Het heeft verschillende rechters: https://www.scholieren.com/verslag/26651 Pagina 6 van 7
- politierechter die houdt zich met kleine misdrijven bezig - kinderrechter die houdt zich bezig met kinderen van 12 tot 18 jaar - kantonrechter houdt zich vooral bezig met overtredingen - meervoudige kamer 3 rechters, zware misdrijven zoals moord/mish. 2. Gerechtshof hogere rechtbank die gevormd word door gerechtshof. Er zijn er 5 in NL. belangrijkste taak is rechtspraak in hoger beroep, door zaken uit het arrondissement. Er is een meervoudige kamer (met 3 rechters) of enkelvoudige kamer met 1 raadsheer 3. hoge raad hoogste rechtscollege, wordt gewerkt met meervoudige kamer (3 of 5 raadsheren) er is er maar 1 in NL; Den haag. Hoge raad spreekt recht als verdachte of OM niet eens is met uitspraak van het hof, dat heet cassatie. Kijkt niet hele zaak na, alleen of regels goed zijn toegepast, als dat niet zo is word het verwezen en word de zaak opnieuw behandeld. Belangrijkste taak: zorgen voor rechtseenheid en rechtszekerheid. 5.3 verloop rechtszaak zaak begint met dagvaarding daarin staan de verwijten. Een verdachte mag zichzelf verdedigen, maar meestal doet een advocaat dat. Rechtszaak heeft 8 stappen: 1. opening: rechter controleert personalia verdachte, en die krijgt te horen dat hij goed moet opletten en niet verplicht is te antwoorden 2. aanklacht: officier leest aanklacht voor, hierin staat alles over de beschuldiging (wat, waar en wanner t is gepleegd) 3. onderzoek: rechter begint aan het onderzoek naar eventueel bewijs. Behalve proces-verbaal gebruikt hij getuigen (die onder ede staan) 4. verhoor van verdachte: staat niet onder ede, mag ook getuige laten oproepen die verklaringen in zijn voordeel afleggen 5. requisitoir: verhaal door officier waarin hij probeert aan te tonen dat verdachte schuldig is en waarin hij bepaalde straf vraagt (eis) 6. pleidooi: door advocaat, die verdedigt verdachte, probeert te aantonen dat er te weinig bewijs is, of vraagt verzachtende omstandigheden.(strafvermindering, vrijspraak) 7. laatste woord: verdachte kan dan zeggen dat hij spijt heeft of dat hij echt onschuldig is. 8. vonnis: uitspraak van de rechter, bij arrondissement kan dat 2 weken duren 5.4 vonnis -- 5.5 rechtshulp bij strafzaken hebben verdachten recht op rechtshulp, daarvoor kun je terecht bij: - advocaat: https://www.scholieren.com/verslag/26651 Pagina 7 van 7