Beh. ambtenaar: S. v.d. Berg/WEB/3458 ANTW21.95 Haarlem, 12 december 1995 Onderwerp: Vragen van drs. C. Kruijmer (RPF/GPV) De voorzitter van Provinciale Staten van Noord-Holland deelt u overeenkomstig het bepaalde in artikel 49 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van provinciale staten mede, dat op 3 november 1995 van het lid van provinciale staten, de heer drs. C. Kruijmer de volgende vragen bij gedeputeerde staten zijn ingekomen: In het commissiestuk Zorg/95.044 met bijlagen vinden we een aantal gegevens met betrekking tot het WBO kaderplan 1993-1996. De voor de vragen relevante gegevens zijn: 1.Rond 70 miljoen is teveel aan voorschot aan de verzorgingshuizen uitbetaald voornamelijk in de jaren 1991 en 1992, maar ook voor nog oudere jaren. Over de jaren 1993 en 1994 zijn nog geen gegevens bekend. 2.De "restant boekwaarden" worden in het kaderplan 1993-1996 pro memorie geraamd. In de evaluatie 1993-1994 wordt dit voorlopig geraamd op 82 miljoen. 3.Door de ruime bevoorschotting aan de verzorgingshuizen wordt een renteverlies geraamd van naar schatting 15 miljoen. In het beleidskader verzorging en verpleging inclusief voorlopige uitgangspunten 1997-2000 Zorg/95.083 worden genoemde zaken op kwalitatieve wijze aangeduid. Gaarne wenst de RPF/GPV-fractie van de volgende gegevens te worden voorzien: 1.Een lijst, waarin per jaar wordt aangegeven het bedrag dat teveel aan voorschot aan de verzorgingshuizen is uitgekeerd en het bedrag dat weer terugbetaald is. Gezien het vorenstaande zal het startjaar van de lijst ergens in de tachtiger jaren moeten beginnen, het eindjaar zo recent mogelijk. 2.Een lijst, waarin per jaar wordt aangegeven het totaalbedrag van ontstane 'restant boekwaarden' van de verschillende verzorgingshuizen en het bedrag van 'restant boekwaarden' dat nog open staat. 3.De manier, waarop u het geleden renteverlies denkt te compenseren. Het antwoord van gedeputeerde staten luidt als volgt: 1.Blijkens de door onze accountant IPA-ACON beoordeelde jaarrekeningen per 1 november 1995 is aan te veel bevoorschotte subsidies nog terug te vorderen over: 1991 : 30.075.877,- 1992 : 33.831.572,- (nog enkele jaarrekeningen zijn niet beoordeeld) 1993 : 22.029.861,- (nog enkele jaarrekeningen zijn niet beoordeeld) -------------- 85.937.310,- De beoordelingen van IPA-ACON worden verwerkt in een beschikking waarbij nog rekening wordt gehouden met uitspraken op eventuele bezwaarschriften uit vorige jaren en met eventuele andere schriftelijke
2 toezeggingen van gedeputeerde staten. Inmiddels is tot nu toe ontvangen c.q. verrekend op kasbasis: 1991 : 3.750.643,- 1992 : 1.970.365,- 1993 : 1.093.567,- -------------- 6.814.575,- Daarnaast zal als gevolg van de tot dusver verstuurde beschikkingen de komende maanden door verrekening met de te verstrekken subsidies nog circa 15 miljoen binnenkomen. In 1996 zal de inhaalslag worden afgerond. De bedoeling is dat eind 1996 (wanneer de WBO op zal gaan in de AWBZ) de uitstaande gelden bij de verzorgingstehuizen geheel zijn teruggevorderd. Over de jaren 1985 tot en met 1990 zijn de volgende bedragen nog terug te vorderen: 1985 : 173.201,- 1986 : 52.860,- 1987 : 526.652,- 1988 : 702.847,- 1989 : 1.369.871,- 1990 : 3.218.633,- ------------- 6.044.064,- Hoe groot de oorspronkelijke vorderingen exact waren is zeer moeilijk na te gaan omdat de gegevens niet beschikbaar zijn. Bij de invoering van het huidige financiële systeem in 1993 zijn namelijk alleen de nog uitstaande vorderingen ingevoerd. 2.In de evaluatie 1993-1994 wordt de restant boekwaarden van de te sluiten/reduceren huizen geraamd op 82 miljoen. Dit cijfer is geraamd op basis van onderstaande veronderstellingen. De restant boekwaarde van eigenhuizen (waarvan de houder eigenaar is), die moest worden afgedekt als gevolg van reductie en sluiting uit hoofde van het Uitvoeringsplan, bedroeg circa 76 miljoen. Hierin zat ook inbegrepen circa 9 miljoen van houders, die zelf geïnvesteerd hebben in huurhuizen. Van deze 76 miljoen zou normaal gesproken een deel worden afgedekt als gevolg van inbreng van het pand bij omvorming of bij verkoop van het pand. Hoe groot dit deel zou zijn, was moeilijk te bepalen. Vandaar dat van een behoudende schatting van 25% is uitgegaan, of te wel circa 19 miljoen. Dit betekende dat er nog 57 miljoen zou moeten worden afgedekt. Daarnaast moesten er ook huurhuizen gaan reduceren of sluiten. Bij sluiting is er van uitgegaan dat de restant boekwaarde afgedekt wordt door de bij de huureigenaar opgebouwde reserve voor dat betreffende huis. Alleen in geval van reductie en omvorming, in totaal 50 miljoen, is er rekening gehouden met het feit dat we waarschijnlijk wel een deel van de restant boekwaarde zouden moeten betalen. Uitgegaan is van 50% van deze kosten of te wel circa 25 miljoen. Samen met de eerder genoemde 57 miljoen betekende dit 82 miljoen in totaal.
3 Inmiddels zijn het kader- en uitvoeringsplan vernietigd. Dit betekent dat er veel minder reducties en sluitingen dan conform het Uitvoeringsplan zullen plaatsvinden. Het bedrag van 82 miljoen is op dit moment niet meer aan de orde. In het financieel kader, zoals op genomen in het beleidskader verzorging en verpleging inclusief voorlopige uitgangspunten plan 1997 tot en met 2000, is rekening gehouden met reducties c.q. sluitingen van de volgende verzorgingstehuizen (nog voortvloeiende uit het huidige plan): GEMEENTE VERZORGINGSTEHUIS RAMING RESTANT BOEKWAARDE A. KOP VAN N.H. (x 1 miljoen) Harenkarspel Sabinahof 0,8 Harenkarspel St. Jozefoord 0,0 Harenkarspel Zonneoord 0,0 B. O.W. FRIESLAND Hoorn De Bongerd 0,9 Hoorn Liornehuis 4,3 C. N.KENNEMERLAND Alkmaar Dillenburg 0,8 Alkmaar Zonnehof 1,8 Bergen Haemstede (oudbouw) 0,0 Egmond Heegemunde 1,4 Heiloo De Loet 1,0 C. N.KENNEMERLAND Langedijk Oostkant 0,9 D.M.KENNEMERLAND Castricum Santmark 1,3 E. Z.KENNEMERLAND
4 Haarlem Oase 0,0 Heemstede Heemhaven (oud bouw) 1,8 Zandvoort Huis in het Kostverloren 2,2 F. ZAANSTREEK/ WATERLAND Beemster Middelwijck 2,4 Edam/Volendam Koningshoeve 0,4 Zaanstad Hervormd Centrum 0,6 Zaanstad Lammert Melisz 2,9 Zaanstad Saenden (oudbouw) 0,5 Zeevang Seevanck 0,4 G. AMSTEL/MEERLAND Diemen De Diem (oudbouw) 2,0 H. GOOI/VECHTSTREEK Bussum Campagnola 0,0 Bussum Godelinde (oudbouw) 1,6 Bussum De Heul 1,0 Bussum Spieghelzicht 0,0 Hilversum Gooiers Erf 3,1 Hilversum Antoniushove (oudbouw) 1,8 Hilversum Flat Kerkelanden 2,8 Hilversum De Thye 0,0 TOTAAL RAMING RESTANT BOEKWAARDE 36,7 Van de in de tabel genoemde restant boekwaarden, is tot dus ver de restant boekwaarde van de Diem (Diemen) en Heegemunde (Egmond) betaald. Bij de meeste huizen is de omvorming of sluiting nog niet voltooid en kan de financiële afwikkeling nog niet plaatsvinden. De restant boekwaarde staat niet expliciet vermeld in het financieel kader, zoals op genomen in het beleidskader verzorging en verpleging inclusief voorlopige uitgangspunten plan 1997 tot en met 2000, aangezien het om incidentele
kosten gaat. In het financieel kader is alleen de structurele doorwerking van de in de tabel genoemde plannen opgenomen. 5 3.Door een ruime bevoorschotting aan de verzorgingstehuizen hebben de verzorgingstehuizen in de periode 1991 tot en met 1993 zoals bij vraag 1 is aangegeven ruim 85 miljoen te veel ontvangen. Deze gelden zijn in het algemeen of op een bankrekening gezet of gebruikt om goedgekeurde investeringen te financieren. Als gevolg hiervan hebben de tehuizen of rente ontvangen of rente bespaard. Een klein deel van de rente-inkomsten mag worden toegevoegd aan het variabel budget maar het grootste gedeelte is in mindering gebracht op de constante kosten. Indien hier in de begroting rekening mee is gehouden, heeft dit tot een lagere verzorgingsprijs geleid. Aangezien de begrotingen gemiddeld genomen voor 60% door de provincie wordt gesubsidieerd (de overige 40% door eigen bijdragen van de bewoners) betekent dat 60% van de teveel ontvangen gelden weer bij de provincie terugkomt. Indien er geen rekening is gehouden met de rente-inkomsten bij de opstelling van de begroting, wordt bij de afrekening 100% teruggevorderd door de provincie, aangezien de constante kosten worden afgerekend op basis van gemaakte kosten. Daar waar verzorgingstehuizen de gelden hebben aangewend om investeringen te financieren heeft dit geleid tot lagere constante kosten en dus een lagere verzorgingsprijs. Ook hier geldt dat 60% van de teveel ontvangen gelden weer terugkomt bij de provincie door een lagere subsidiëring. De provincie mag jaarlijks maximaal 5% van de Rijksdoeluitkering aan haar Fonds Ouderenvoorzieningen toevoegen. Het meerdere moet aan het Rijk worden terugbetaald. In 1991 was er sprake van een klein tekort. In 1992 en 1993 is er 13 miljoen en 17 miljoen in het Fonds gestort. De stand van het Fonds Ouderenvoorzieningen bedroeg ultimo 1994 op verplichtingen basis 31,2 miljoen. De Rijksoverheid heeft onlangs te kennen gegeven dat indien wij door de terugvordering van de te hoge bevoorschotting de 5% in 1995 of 1996 zullen overschrijden, wij het percentage boven de 5% niet hoeven terug te betalen maar mogen inzetten voor de afwikkeling van het nieuwe WBO-plan. Als gevolg van de regelgeving (budgetregels) zal de geschatte rentederving van 15 miljoen voor een groot deel terugkomen bij de provincie. Dat deel dat niet zal terugkomen, is echter wel ten goede van de ouderen in Noord-Holland gekomen door middel van of lagere verzorgingsprijzen of een iets ruimer variabel budget voor de verzorgingstehuizen. Titel:PS-vraag (schr.) Voorschot verzorgingstehuizen Datum:12-12-1995 Nummer:21 Documenttype:PS-vraag