Spreekbeurt door een scholier 3129 woorden 15 maart 2006 6 479 keer beoordeeld Vak Nederlands Inleiding Ik houd mijn spreekbeurt over de Titanic omdat ik het een hele leuke film vind en ook omdat ik er heel veel van weet. Vroeger toen ik heel klein was, vond ik het al heel interessant. Ik wou toen ook al de film zien, maar dat mocht toen niet. Door mijn spreekbeurt te houden ben ik er nog meer te weten te komen. Hoofdstuk 1 De R.M.S. Titanic De R.M.S. Titanic is één van de grootste scheepsrampen aller tijden. Maar waarom blijft deze ramp ons nou boeien? Waarom niet de Wilhem Gustlof die in de 1e wereldoorlog verging met 4500 mensen, of de Lousiana, die met 1500 man verging? Niemand weet het. Misschien omdat er zoveel belangrijke mensen aan boord waren? Of omdat het voor die tijd het grootste schip was? Of misschien omdat het de eerste reis was, of de ijsberg, of omdat de mensen zeiden dat het schip onzinkbaar was. R.M.S. Titanic betekent: Royal Mail Steamship Titanic. Omdat er van uit elke haven ongesorteerde post werd ontvangen, werd de post op het schip gesorteerd. Titanic stamt af van de naam Titan, een reus. Een andere benaming is ook wel Triphel Screw Steamer, dat slaat op de drie schroeven die het schip heeft. De pers gebuikt nog meer namen: the ship of Dreams (schip van de dromen), the Unsinkable Ship (Het onzinkbaar schip). De Titanic was het mooiste cruiseschip en woog 46.000 ton. Het had een lengte van 268 meter, en de breedte was 28 meter. De hoogte van de kiel tot de schoorsteen was 56 meter. Het had 2.227 opvarenden aan boord waaronder 1320 passagiers en 907 bemanningsleden. Het schip had 16 sloepen en 4 opvouwbare sloepen. Het had plaats voor 1.100 opvarenden. Dat is maar de helft. Men vond anders dat de sloepen te veel ruimte innamen op het dek, en dat was zonde voor een schip, dat niet kan zinken. Drie schoorstenen had het schip nodig maar men vond een vierde schoorsteen veel mooier staan. De vierde schoorsteen diende als ventilator. Er waren in totaal tien verdiepingen en er waren 16 waterdichte schotten. Het was voor het eerst dat er een zwembad op een schip was. De Titanic had behalve zwembaden ook Turkse baden en gymnastieklokalen. Ook dat was voor het eerst op een schip. De Titanic vertrekt op 10 april 1912 om 12 uur de haven van Southampton. De opdrachtgever was de White Star Line. De Titanic begon in Southampton. Toen ging ze naar Cherbourg, en van Cherbourg naar Queenstown. Vanaf daar ging ze naar New York, maar dat heeft de Titanic niet gered. Hoofdstuk 2 https://www.scholieren.com/verslag/27254 Pagina 1 van 6
De bouw De White Star Line had 3 Schepen nodig om de zaken beter te doen. Geheel vernieuwd met de allernieuwste snufjes. Het moest veel beter en luxer worden dan de andere schepen. Thomas Andrews, Edward Wilding en Bruce Ismay moesten de plannen uitwerken. De schepen werden de Titanic, Olimpic en Gigantic genoemd. De Gigantic werd later omgedoopt tot Brittanic. De Olimpic en Brittanic zijn de zusterschepen van de Titanic. Op 31 maart 1909 is de bouw van het schip begonnen in het scheepsbouwbedrijf Harland and Wolff. Andrews noemde het schip vrijwel onzinkbaar. De scheepsromp was immers opgedeeld in 16 waterdichte compartimenten die het water tegenhielden zodat ze bleef drijven. Tijdens de bouw stond er een bordje waarop stond: WAARSCHUWING werklieden die gereedschap uit de rekken moeten halen mogen nooit tussen de platen staan. Wie betrapt wordt op overtreding van deze regel zal direct worden ontslagen. Het lijkt alsof deze regel plotseling is ingevoerd. Waarom is niet duidelijk, maar het kan heel goed zijn dat er tussen de voorraad stalen huidplaten, die voor de helling opgesteld stond (en een paar honderd kilo wogen), een ernstig ongeluk is gebeurd. Het omvallen van één of een aantal van die tonnen zware platen kwam regelmatig voor. Daarbij kan zich een fataal ongeluk hebben voorgedaan. Ongelukken gebeurden heel vaak in die tijd. Als er iets niet af was, dan kon het gewoon vertrekken. Voorzieningen waren er toen nog niet. De bouw van de Titanic vorderde iets trager dan van haar zusterschip de Olimpic. Het was een mierenhoop van mensen die timmerend, sjouwend en klinkend overal in en rond de twee schepen hun werk deden om hun 2 pond per week te verdienen. En een feestdag werd niet eens betaald. 31 mei was zo n feestdag. De Titanic werd op 31 mei, 1912, onder oog van wel 4.000 mensen, te water gelaten. Niets stond er toen nog op. Geen schoorstenen, geen machines en ook geen masten. Die dag vertrekt de Olimpic, het zusterschip van de Titanic. Stoommachines, een lagedruk turbine, generatoren en tientallen stoomketels en pompen waren maar een klein deel van wat er allemaal aan boord gehesen moest worden om van de Titanic een schip te maken. Om er ook het mooiste passagiersschip ter wereld van te maken, waren nog eens honderden meters vloerbedekking, toiletpotten, ligbaden, lampen, timmerwerk in heel veel verschillende soorten houtsoorten en tientallen verschillende meubels nodig. Het was nog niet bedacht of het stond al aan boord. Terwijl de ene helft van de arbeiders met installeren van machines, pompen en generatoren bezig was, was de andere helft druk bezig om met betimmeringen, vloerbedekking en meubels om het schip luxuezer te maken. Dat gold althans voor het eerste en tweede klas van het schip. In de derde klas bestond die verhulling uit niet meer dan een kwast verf en stapelbedden. De eerste klas had dan ook meer het aanzien van een luxe hotel in een wereldstad en de tweede klas leek op een goed hotel. Maar de derde klas had door haar inrichting meer weg van een eenvoudige veerboot met hutten voor het geval de reis iets te lang zou duren. De romp weegt 26.000 ton. De Titanic heeft tien verdiepingen. De totale kosten voor het schip bedroeg $7.500.000. Dat was ongelooflijk veel in die tijd. Toen de Titanic de haven verliet om 12.00 uur waren er en paar dingen nog niet geleverd of deden het niet. Een kast stond nog in de haven, sommige WC's waren nog verpakt en de verwarming werkte niet. https://www.scholieren.com/verslag/27254 Pagina 2 van 6
Sommige dingen waren nog niet eens betaald. Ze kregen nog rekeningen na het vergaan van het schip. Tijdens het vertrek van de Titanic was er bijna een aanvaring. Een schip dat de New York heette, werd door de kracht van de schroeven naar de Titanic toegezogen. Een klein sleepbootje, de Vulcan, trok de New York uit de zuiging. Het incident bij het vertrek van de Titanic uit Southampton, was het eerste waarbij het bijna mis ging en het is maar nauwelijks bekend. Hoofdstuk 3 De Bemanning en passagiers De Titanic had 907 bemanningsleden waaronder deze: Kapitein Edward John Smith, 62 jaar oud. Hij heeft de ramp niet overleefd. Hoe hij precies om het leven kwam is niet bekend. Sommige overlevenden zeiden dat hij naar een sloep zwom met een baby in zijn handen die hij in de sloep neerzette. Hij zwom terug naar het schip toen hij hoorde dat er geen plaats voor hem was. Er wordt ook vertelt dat hij zichzelf heeft doodgeschoten en riep door de megafoon: Wees Brits! Harold Bride en John Phillips zijn de marconisten. Zij zorgden voor het contact met andere schepen. Ze bleven net zolang contact zoeken totdat het water hun drempel bereikte. Bride overleeft de ramp (met bevroren voeten) door zich vast te klampen aan een omgekiepte reddingsboot. Philips probeert dit ook, maar hij is zo uitgeput dat hij in het water terug valt en verdrinkt. Er waren ook mensen nodig die niets met varen te maken hadden. Timmermannen, elektriciens, koks, bakkers, glazenwassers, kappers, obers, enz. Dit zijn een paar passagiers. Thomas Andrews. Architect Bruce Ismey, baas en eigenaar van van de Titanic. de Titanic. Hij is op het schip om te kijken of alles goed gaat. John Astor en zijn vrouw, waren op huwelijksreis. Gelukkig voor hen overleefden ze het. Isidor Straus, eigenaar van een groot bedrijf voer ook mee. Hij overleeft de ramp niet. Er waren ook een paar Nederlanders aan boord. George Reuchlin was er een van. Hij had veel belangstelling voor de Titanic omdat hij zelf een schip bouwde en baas was van een scheepsbedrijf. Iemand heeft ook voor het vergaan een briefje geschreven. daar staat op: From Titanic Good Bye All. Het briefje is in een flesje gevonden. Hoofdstuk 4 De Ramp Frederick Fleet zat in het kraaiennest en hij zag de ijsberg als eerst. Hij luidt de bel drie keer. Daarna belt hij naar stuurhut en roept: ijsberg recht vooruit! Te laat. De Titanic raakt de ijsberg met de rechterzijkant en er komt een scheur van 96 meter in de Titanic. Er waren wel verrekijkers, maar die lagen nog in de stuurhut. Als ze in het kraaiennest verrekijkers hadden, dan was deze ramp misschien nooit gebeurd. De marconisten Bride en Phillips moeten een signaal versturen. C.Q.D.M.G.Y.C.Q.D. betekend Come quick, danger. M.G.Y. zijn de roepletters van de Titanic. Er werd niet op gereageerd. later is het signaal S.O.S. uitgezonden. Dat betekent Save our souls. Het was de eerste keer dat S.O.S. werd uitgezonden. Het was een vervanging van het oude C.Q.D. S.O.S was veel makelijker om te seinen. https://www.scholieren.com/verslag/27254 Pagina 3 van 6
De Capartia reageerde en ze kwamen er direct aan. Ze waren op vier uur afstand, veel te ver. De stuurlui op de brug van de Californian hadden de vuurpijlen en het schip dat ze afvuurde gezien en ze hadden de kapitein gewaarschuwd, maar die wou niets ondernemen. Kapitein Stanley Lord was zijn naam. Kapitein Smith liet het schip stoppen. Als hij dit niet had gedaan zouden de waterdichte schotten het begeven. Dit komt omdat er dan zulke grote krachten op de gehavende romp en waterdichte schotten uit kunnen oefenen, dat alles wat toen nog hield, het in een klap kon begeven. De Titanic zou dan binnen enkele minuten als een baksteen naar de bodem van de oceaan kunnen zinken. Op het bootdek was de net opgekomen wacht al bezig de reddingsboten te vieren en diep onderin het schip waren de stokers en machinisten nog steeds druk bezig de situatie onder controle te krijgen. Doordat de machines gestopt waren begon de druk in de ketels zo ver op te lopen, dat de veiligheidskleppen open werden gedrukt en de stoom halverwege de schoorstenen, met donderend geraas ontsnapte. Stokers die tijdens de aanvaring uit hun ketelruimten naar boven waren gevlucht, keerden terug en kregen het order de vuren te doven. Ze trokken de brandende kolen uit de ketels en doofden ze met van buiten opgepompt zeewater. Het was zwaar werk, maar het moest gedaan worden om explosies te voorkomen. De waterdichte schotten werden gesloten en iedereen moet een zwemvest aan. De kapitein laat direct een timmerman komen om het water te peilen. De pompen worden aangezet om het water eruit te pompen. Hopeloos. Er zijn 6 compartimenten ondergelopen. Het schip zal zeker zinken. De sloepen worden klaargezet. De 1e klas passagiers, alleen vrouwen en kinderen mogen als eerste in de boten. Derdeklas passagiers mogen er niet in. Om de moed erin te houden speelt een orkest. Er werden acht pijlen afgeschoten. Bijna niemand raakt in paniek. Het schip is immers toch onzinkbaar. Andrews spreekt de moed erin door te zeggen dat het schip zal blijven drijven. Pas als alle sloepen weg zijn, raken de mensen in paniek. Ze rennen naar het achterdek en springen in het water. De compartimenten lopen vol en het water stroomt boven de waterdichte schotten heen, dat doorstroomt tot naar de achterste compartimenten. Het 2e waterdichte schot barst open. Hoe dat heeft kunnen gebeuren weet niemand. Het gewicht van het water trekt de boeg onder water en de romp komt omhoog. De glazen koepel word verpletterd door het water. Dan hoort iedereen een knal. Een stoomketel ontploft. In de boeg stroomt steeds meer water zodat het zwaarder wordt. De romp steekt steeds verder boven water uit. De lichten flikkeren en gaan uit. De romp is heel zwaar dus kan het de spanning niet aan. De Titanic breekt doormidden en de boeg trekt de romp mee onder water. Om 02.20 uur zonk de Titanic na twee uur en veertig minuten na de aanvaring. Toen het schip brak vielen er allemaal spullen uit: zoals WCpotten en stoomketels. Toen de mannen in het water lagen wou niemand ze redden terwijl er nog plaats was voor 500 drenkelingen. De vrouwen die hun man niet achter wilden laten, zaten nou stil voor zich uit te staren. Bruce Ismey zag zijn schip ten ondergaan en wilde nooit meer iets weten van de Titanic. Onder de slachtoffers zijn: 130 Eersteklas-passagiers, https://www.scholieren.com/verslag/27254 Pagina 4 van 6
166 Tweedeklas-passagiers, 536 Derdeklas-passagiers en 685 bemanningsleden gestorven. Er hebben 200 Eersteklas-passagiers de ramp overleeft, 120 Tweedeklas-passagiers, 174 Derdeklas-passagiers en bemanningsleden. Er waren vier opvouwbare reddingsboten en zestien normale reddingsboten. Bijna allemaal gevuld met de helft van de mensen. Er was er zelfs een met 12 man in een boot voor 60. Sommige matrozen dachten dat de sloep het niet kon dragen. Onzin vond Smith. De boten waren getest. Toen gingen er meer mensen in. Van de 1.100 mensen die in de boten konden zijn er maar 700 ingegaan. Dit is Harold Lowe. Omdat er nog genoeg plaats in de sloepen was is Lowe met zijn sloep teruggegaan om mensen die in het water lagen op te pikken. Hij vindt nog 6 overlevenden. De Carpathia komt aan in New York met 703 overlevenden. De meeste van de overlevenden zijn hun man of vader kwijtgeraakt omdat die niet in de boten mochten terwijl er nog plaats was voor 500 mensen. De overlevenden worden ondervraagt. Het ministerie adviseert: meer waterdichte schotten die tot aan de bovenkant reiken in oceaanstomers, genoeg reddingsboten en altijd verrekijkers. Op 22 april tot 15 mei zoeken schepen naar lijken. Er worden er 328 gevonden. Veel kranten schrijven veel verhalen over de Titanic die niet kloppen. Bijvoorbeeld: 1.400 mensen gered door Carpathia. Was het maar zo! The New York Times heeft het meest kloppende verhaal. Titanic zinkt 4 uur na aanvaring ijsberg. 866 mensen gered door de Carpathia. Na de ramp gaf Wilding een mogelijkheid die de Titanic had kunnen redden. Als het schip recht op de ijsberg in was gevaren, was ze waarschijnlijk in een haven en niet op de bodem geëindigd, legde hij uit. Als de Titanic recht op de ijsberg in was gevaren, had dat een grote schade veroorzaakt aan de romp. Het schip zou wel zijn blijven drijven. Dan liep alleen de voorste 2 compartimenten onder en zou het schip niet te zwaar zijn zodat het schip niet zakte. Dus kon het ook niet doorlopen tot naar de achterste compartimenten. Wel zou het leven van de wacht, stokers, tremmers en olielieden die in het voorkant sliepen, opgeofferd zijn. De derde klas hutten begon pas in het derde compartiment en dat zou zeer waarschijnlijk onbeschadigd zijn gebleven. Hoofdstuk 5 De zoektocht en de vondst Toen de Titanic gezonken was wou iedereen hem zoeken. Alleen hadden ze daar de apparatuur niet voor. Pas in 1980 wordt er een zoektocht georganiseerd door Jack Grimm. Vergeefs. In 1981 zoekt hij er weer naar zonder succes. In 1983 probeert hij het weer. Weer niets. Hij stopt er mee. In 1985 probeerde een Frans-Amerikaans team de Titanic te vinden. De Fransen mochten beginnen. Als ze https://www.scholieren.com/verslag/27254 Pagina 5 van 6
niks vinden dan gaat de beurt over aan de Amerikanen. De Fransen begonnen de 150 vierkante mijl zeebodem in het aangegeven gebied af te tasten. Ruim twee weken waren ze bezig zonder ook maar een spoor van de Titanic te vinden. De expeditieleden gingen over op het Amerikaanse expeditieschip de Knorr onder leiding van Bob Ballard. In de nacht van 31 augustus op 1 september l985, na bijna een week kijken naar een televisiescherm, zag men tegen 1 uur 's nachts de eerste brokstukken op de bodem liggen. Kort daarop zag men het eerste grote voorwerp uit de Titanic. Het was een van de stoomketels. Over een lengte van 600 meter lagen meer stukken en brokken van de Titanic, maar het schip zelf was nog niet gevonden. Dat kwam pas de volgende ochtend. Bob Ballard fotografeert de binnen- en buitenkant en bergt meer dan 5000 spullen. Hier zie je de boeg van het schip. Hij is zo hard op de bodem gevallen zodat hij 18 meter in de grond zit. Dit is de romp van de Titanic. De boeg en de romp liggen wel zo n 600 meter uit elkaar. Tot grote verbazing van het team lag het voorschip er prachtig bij. Vooral het voordek leek volkomen ongeschonden: de kraan was nog geheel intact, de zware ankerkettingen lagen keurig op hun plaats, de reling stond op veel plaatsen nog overeind en zelfs de planken in het dek waren er nog. De bovenbouw van het schip zag er minder goed uit. Op sommige plaatsen was het dek eruitgerukt, de glazen koepel over de eerste klas entree was volledig vernield en van de trap was niets meer te bekennen. Op het bootdek stonden nog de lege davits en er lagen stukken kabel. Wat de expeditieleden het meest opviel, was dat er haast geen aangroei aan het schip zat en dat veel er nog zo perfect bij lag: de twee grote kranen op het voorste dek en het kraaienest in de mast. De mast zelf was omgevallen, maar lag er nog geheel intact bij. Toch waren de Amerikanen en Fransen niet helemaal tevreden. Wat ze gevonden hadden was maar de helft van de Titanic. Waar was het achterschip gebleven en wat lag er nog om het wrak heen? In de volgende dagen vonden ze een groot veld met kleinere wrakstukken en uitrusting van het schip: potten, flessen wijn, brokken steenkool, bedden, stukken glas in lood,en een schaaltje. Alles werd zo goed mogelijk gefotografeerd. Het middenstuk van de Titanic is nooit gevonden. Het achterschip wel. Toen de Titanic was gevonden werd het schip onderzocht. Het blijkt dat er geen scheur maar allemaal gaatjes inzitten. Ook hebben ze onderzocht hoe het schip doormidden gebroken is. Ze pakten een stukje ijzer van de Titanic en lieten hem 4 dagen in water liggen van -2 graden. Toen heeft men het buigen nagedaan en het ijzer brak. De Titanic was gebroken doordat er te veel water in de boeg was gekomen en omdat het ijzer broos was geworden door het zoute water en de temperatuur. Op deze foto kun je zien waar het meeste spanning was. https://www.scholieren.com/verslag/27254 Pagina 6 van 6