Notitie curriculum cursussen kansspelproblematiek 2012



Vergelijkbare documenten
Kwaliteitseisen preventietrainingen kansspelproblematiek. Datum vaststelling: 22 december 2017

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Consultatieversie visie coördinerende rol Ksa op verslavingspreventie

Reactie Centrum voor Verantwoord Spelen t.a.v. wetsvoorstel "Modernisering Casinoregime"

Visie Kansspelautoriteit coördinerende rol op verslavingspreventie

INFORMATIE BROCHURE GEMEENTEN INZAKE AMUSEMENTSCENTRA

B&W-besluit nr.: Kader: De wet op de kansspelen en de Algemeen Plaatselijke Verordening (artikel 2:40)

Beleidsregels Exploitatie van speelautomaten zonder vergunning

Informatie voor gemeenten. over amusementcentra

Aanvullende reactie Centrum voor Verantwoord Spelen t.a.v. wetsvoorstel "Kansspelen Op Afstand"

Reactie wetsvoorstel kansspelen op afstand

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Informatie voor gemeenten. over speelautomaten in de horeca

Tweede Kamer der Staten-Generaal

1. In onderdeel b wordt De afdracht bedraagt ten minste 50% vervangen door: De afdracht bedraagt ten minste 40%.

Algemene basisvoorlichting

Preventie en voorlichting

Beleidsregels behandeling vergunningaanvragen en verlening vergunning speelautomatenhal

Ministerie van Binnenlandse Zaken Aanbieding rapport "Klagen bij de politie"

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Relatiestatuut Kansspelautoriteit en Ministerie van Veiligheid en Justitie 2015

Informatie over deze regeling kunt u inwinnen bij de afdeling Openbare Ruimte en Verkeer, de heer

Besluit tot openbaarmaking

Datum 22 maart 2012 Onderwerp Antwoorden vragen lid Bouwmeester over het boek Rien ne va plus van een ex medewerker van Holland Casino

Reglement voor de Permanente Educatie van in het NFFI ingeschreven deskundigen 23 oktober 2015

Preventie en voorlichting


De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Reactie 10 Sparks internetconsultatie wetsvoorstel Kansspelen op afstand

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Reglement voor de Permanente Educatie van in het LRGD ingeschreven deskundigen 7 december 2015

VERORDENING SPEELAUTOMATENHALLEN GOOISE MEREN 2016

- De deelnemers hebben kennis over de verschillende rollen die je in de communicatie met anderen speelt;

Verordening speelautomatenhallen

Trainingen loopbaangespreksvoering

Landelijke toegang maatschappelijke opvang

ALGEMENE VOORWAARDEN DIGISTERKER

Verordening speelautomatenhallen 2017 gemeente Duiven

Samenvatting Integrale Handhaving

Verordening. speelautomaten (hallen) * * Verordening speelautomaten(hallen) 2016 D

Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties

MODEL FUNCTIEOMSCHRIJVING VERTROUWENSPERSOON VAN DE LANDELIJKE VERENIGING VAN VERTROUWENSPERSONEN

Informatie 7-daagse opleiding tot Brains4Use-consulent

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van..; gelet op titel VA van de Wet op de kansspelen en artikel 149 van de Gemeentewet;

Reglement Cliëntenpanel. Stichting Samenwerkende Zorgboeren Zuid

Radicalisering en polarisatie Noord-Nederland

Raadsvoorstel. Aan de raad, Zaaknummer Portefeuillehouder Voorstel

Rapportage Evaluator

Modernisering Kansspelen...de aftrap...

Pilot Basistraining Ethiek in Sociaal Werk succesvol afgerond

STUDIEREGLEMENT SOPHIA HEALING & READING Van toepassing op de opleidingen Healing en Reading en Healing Arts Therapie

Praktijkondersteuner huisartsenzorg GGZ (POH-GGZ)

Reglement Permanente Educatie NRVT

Aanvraagprocedure Erkenning Supervisorschap Versie: 20 juni 2012 AANVRAAGPROCEDURE ERKENNING SUPERVISORSCHAP

Open en Alert. en drugsgebruik door (delinquente) jongeren met LVG. Els Bransen, projectleider

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Samenvatting. Minder kansspelverslaafden dan aangenomen

Verordening speelautomatenhallen Terneuzen 2011

GEMEENTE VALKENBURG AAN DE GEUL. gezien het voorstel van burgemeester en 'Wethouders van 8 december 1987;

Informatiebrochure. Stichting. Goed. met. Training, voorlichting & scholing. voor iedereen die met psychiatrie te maken heeft

ERKENNINGSREGELING KEURMERK OPLEIDINGSINSTITUTEN BEDRIJFSHULPVERLENING. Uitgave juni 2004

Datum 17 juni 2015 Onderwerp WODC onderzoek Prevalentie van problematisch speelgedrag onder deelnemers aan online kansspelen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Bedrijfsmaatschappelijk werker

Managementsamenvatting

HAN Groninger Opleiding Ervaringsdeskundigheid

Artikel 2 Samenwerking en informatie-uitwisseling met betrekking tot de Wok, Wft en Wwft

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Spelers steken online vaker grens over tussen social gaming en betaald gokken

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6 maart 2012, met overneming van de daarin vermelde motieven;

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van -1

& Pastorale Supervisie in Nederland

LEDENBERICHT 7 APRIL 2014

Jaarverslag WSW Raad Amsterdam

Meedoen& Meetellen. Wat betekent het voor mensen met een verstandelijke beperking? Trainingsmodules voor professionals

Scholingsplan Samen in ontwikkeling

Gelet op artikel 12e, tweede lid, van de Wet op de architectentitel;

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

A 2006 N 83 PUBLICATIEBLAD

De effectiviteit van preventieve. voorlichting aan migrantenouders in. Rotterdam over ggz problematiek en. licht verstandelijke beperking

Protocol werkafspraken Nationaal Comité en de Minister van Economische Zaken

Training & themabijeenkomsten 2017

Modernisering Kansspelbeleid. 1. Beleidsvisie 2. Europa 3. Verschillende kansspelen 4. Kansspelautoriteit 5. Verslavingszorg

REGLEMENT PERMANENTE EDUCATIE REGISTER OPERATIONAL AUDITORS

Overeenkomst Regionaal Centrum Prenatale Screening en praktijk voor counseling

Deze brochure is een uitgave van: de kansspelautoriteit Postbus CG Den Haag Telefoon: _KSA_RO_PUBL_003_A5_Brochure.

Algemene Rekenkamer. BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG

Handreiking Landelijke toegang maatschappelijke opvang

HIER ZETTEN WE DAGELIJKS OP IN

Beschikking Staatsloterij

(Versie ) Het tweede gedeelte bevat de onderliggende teksten uit wet- en regelgeving.

Verordening speelautomaten en speelautomatenhallen

Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties

Arbo- en Milieudeskundige

s-gravenhage, 14 januari 2000 De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. Borst-Eilers

Verordening tot wijziging van de Verordening Speelautomatenhallen Leeuwarden 2014

Inspectierapport Nanny Home Gooi en Vechtstreek (GOB) Rembrandtlaan VJ Muiderberg

Transcriptie:

Notitie curriculum cursussen kansspelproblematiek 2012 Inleiding Op 27 maart 2012 hebben de VAN Speelautomaten Branche-organisatie (VAN), GGZ Nederland en destijds nog het projectbureau kansspelen van ministerie van Veiligheid en Justitie c.q. de kansspelautoriteit i.o. besloten kwaliteitseisen vast te stellen voor de preventiecursussen 'Kansspelproblematiek' voor het personeel van de speelautomatenhallen (hierna: amusementscentra). De cursussen gegeven door zowel de huidige als eventuele toekomstige cursusaanbieders zullen dan aan dezelfde kwaliteitseisen moeten voldoen. Hiertoe is een werkgroep ingesteld, waarin namens GGZ Nederland deelgenomen is door mevrouw Y. Hendriks van RoderConsult en mevrouw Y. Jansma van Croan Consult, alsmede namens de VAN de heer D. van der Net van JvH Gaming en de heer P. Vreuls van Janshen Hahnraths Group, onder de coördinatie van de heer P. Geertsen van de kansspelautoriteit. In de brief van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie d.d. 22 maart 2012 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal (TK 2011-2012, 24 557, nr.131) waarmee deze het rapport Gokken in kaart aanbiedt, geeft deze als een van op de door de onderzoekers voorgestelde maatregelen ter verbetering van de kwaliteit van het beleid ten aanzien van preventie van kansspelverslaving aan om de training van personeelsleden van de kansspelaanbieders te verbeteren. De Staatssecretaris zegt hierbij toe dat de kansspelautoriteit over aanpassing van het curriculum van de preventiecursussen afspraken zal maken met de VAN Speelautomatenbranchevereniging en GGZ Nederland. Deze notitie geeft mede hieraan concreet invulling. Wat wordt beoogd? Met deze notitie wordt beoogd een curriculum voor de cursussen af te spreken, met daaraan verbonden kwaliteitseisen voor de inhoud, alsmede aan de cursusaanbieders. Het toezien op de naleving van de kwaliteitseisen dient geborgd te zijn door de professionaliteit van de cursusaanbieders. De door partijen onderschreven kwaliteitseisen moeten de amusementscentra in staat stellen een afgewogen keuze te maken voor een cursusaanbieder die in hun ogen cursussen aanbiedt met de juiste prijs/kwaliteit verhouding. Hierbij wordt aangetekend dat de in de afgelopen jaren losgelaten regionale binding van cursusaanbieders ten opzichte van de amusementscentra reeds in belangrijke mate heeft bijgedragen aan een verbetering van de kwaliteit van de cursussen. Kortom, het doel van deze notitie is om bij te dragen aan het verder verbeteren van het trainen van het herkennen van kansspelproblematiek en van de gespreksvaardigheden van de personeelsleden van de amusementscentra. De gewijzigde inhoud en opzet van de preventiecursussen gaan in per 1 januari 2013 en worden na twee jaar geëvalueerd. Door de VAN en GGZ Nederland aangewezen vertegenwoordigers zouden onder coördinatie van de kansspelautoriteit deze evaluatie kunnen uitvoeren. Kwaliteitseisen De kwaliteitseisen van de preventiecursussen zijn verdeeld naar eisen die vastgelegd zijn in wet- en regelgeving en eisen die de opvatting en ervaring weerspiegelen van de cursusaanbieders en kansspelaanbieders. 1

Voor wat betreft de eisen volgens wet- en regelgeving is er allereerst het Speelautomatenbesluit 2000 waarin in artikel 5, tweede lid, bepaald is dat voor bedrijfsleiders en beheerders van amusementscentra een Wettelijk Bewijsstuk vereist is, dat wordt verstrekt door een instelling op het gebied van verslavingszorg. GGZ Nederland treedt op als hun vertegenwoordiger bij landelijk overleg met de vertegenwoordiger van de amusementscentra (de VAN) en verstrekt het Wettelijk Bewijsstuk (Beschikking van de Minister van Economische Zaken d.d. 22 mei 2000). Een Wettelijk Bewijsstuk wordt alleen dan afgegeven wanneer de cursusleiding heeft aangegeven dat de betreffende cursist met goed gevolg aan de cursus heeft deelgenomen. Preventiecursussen kunnen naast bij GGZ Nederland aangesloten instellingen voor verslavingszorg ook aangeboden worden door met hen samenwerkende commerciële instellingen, mits een bij GGZ Nederland aangesloten instelling hierbij als hoofdaannemer optreedt (brief van het ministerie van Economische Zaken d.d. 16 mei 2003). De vergunning ter exploitatie van de amusementscentra is krachtens de Wet op de kansspelen gekoppeld aan de verplichting voor het personeel om cursussen kansspelproblematiek te volgen (basis- en vervolgcursus). Deze cursussen zijn nodig voor het verkrijgen van het Wettelijk Bewijsstuk. Momenteel zijn er vijf aanbieders voor de preventiecursussen: 1) Brijder Verslavingszorg, 2) CroanConsult (tevens penvoerder voor VNN, Tactus en Centrum Maliebaan), 3) Reset / Mondriaan, 4) Roderconsult / Novadic-Kentron en 5) Solutions / AssissA. De kwaliteitseisen die voortkomen uit de opvattingen en ervaringen van de cursusaanbieders en kansspelaanbieders hebben betrekking op twee aspecten: 1. Inhoud en opzet van de cursussen 2. Deskundigheid van de cursusleider 1. Inhoud en opzet van de cursussen Het is essentieel dat de inhoud van de cursussen naast de wettelijke eisen is afgestemd op zowel het preventiebeleid van de amusementscentra als op de aard van de werkzaamheden c.q. opleidingsniveau van het personeel. De hieronder geformuleerde inhoudelijke kwaliteitseisen zijn een minimumpakket. Amusementscentra zijn uiteraard vrij om in samenwerking met de cursusaanbieder een pakket op maat te maken. De ondernemingen die over certificering van hun hallen beschikken zullen in de regel reeds meer doen dan in deze notitie is vastgelegd. Voor wat betreft de werkzaamheden van het personeel wordt uitgegaan van twee verschillende opleidingsniveaus: Niveau 1: alle personen met contacten met bezoekers zoals bedoeld in artikel 7, achtste lid, van de ondernemerscode van de VAN Speelautomaten Branche-organisatie, te weten diegenen die een signalerende taak hebben ten aanzien van kansspelverslavingspreventie. Niveau 2: alle personen die vallen onder de wettelijke bepaling inzake het Wettelijk Bewijsstuk. 2

Op deze opleidingsniveaus zijn drie verschillende cursussen afgestemd: a) de basiscursus (niveau 1 en 2); b) de cursus bezoekersgesprekken (samen met de basiscursus niveau 2); c) de vervolgtraining (voor niveau 2) De drie verschillen cursussen beslaan alle twee dagdelen te houden op één dag. De basiscursus en de cursus bezoekersgesprekken zouden zo mogelijk op twee achtereenvolgende dagen kunnen worden gehouden. Uiteraard geschiedt het een en ander in overleg tussen de opdrachtgever en de cursusaanbieder en kan naar behoefte van het stramien van twee dagdelen op één dag of twee opeenvolgende dagen worden afgeweken. Niveau 1 en 2 a) Basiscursus (2 dagdelen) Indien het aantal cursisten daar aanleiding toe geeft kan voor degenen die voorbestemd zijn niveau 2 te gaan volgen de betreffende cursisten zoveel als mogelijk in gelijkgestemde groepen worden ondergebracht. Inhoud basiscursus: Inleiding in de kansspelproblematiek: Eigen houding t.a.v. problematiek. Typering spelers (recreatieve speler, winnende speler, verliezende speler en wanhopige speler). Faseren van afhankelijkheid (recreatieve fase, winnende fase, problematische fase en verslavende fase). Risicogroepen (denk aan allochtonen). Vroegsignalering: Kenmerken van problematische spelers (gerelateerd aan de fasen van afhankelijkheid (zie hierboven). Waarnemen en herkennen van problematische spelers. Beleid binnen de vestiging. Adviezen aan risicospelers. Verslaving en verslaafd gedrag: Relaas van een ervaringsdeskundige Afhankelijkheid volgens de DSM-IV Hulpverlening en hulpverlenende instanties (sociale kaart) 3

Aanbeveling Ten aanzien van het met goed gevolg afronden van de basiscursus wordt voorgesteld dat daartoe door GGZ Nederland een certificaat wordt ontwikkeld. Niveau 2 Bedrijfsleiders en beheerders moeten ex artikel 5, lid 2, van het Speelautomatenbesluit 2000 over het Wettelijk Bewijsstuk beschikken. Voorgesteld wordt de eerstverantwoordelijke van dienst in een amusementscentrum te allen tijde over een Wettelijk Bewijsstuk te laten beschikken (zie ook hierna). b) cursus bezoekersgesprekken (2 dagdelen) Inhoud cursus bezoekersgesprekken: Inleiding in communicatie en gespreksvaardigheden. Basisvaardigheden gespreksvoering. Model van gedragsverandering, onder andere Prochaska / Diclemente en Millar / Rolnick. Oefenen van een bezoekersgesprek. Preventiegesprekken. Vaardigheden op het gebied van motiveren en overtuigen. Toeleiden naar de verslavingszorg. c) Vervolgtraining niveau 2 (2 dagdelen) 1x per 3 jaar): Inhoud vervolgtraining: Kort opfrissen van kennis uit de basiscursus. Verslaving en hulpverlening. Kort opfrissen gespreksvoering op niveau 2. Uitwisselen van praktijkervaringen. Trainen gespreksvoering op niveau 2. Het is van belang om de vervolgtrainingen voldoende attractief te houden, vooral ook voor degenen die deze voor een tweede of derde keer volgen. 2. Deskundigheid van de cursusleider Voor wat betreft de kwaliteitseisen inzake de deskundigheid van de cursusleider zijn deze onderverdeeld naar een formele eis en inhoudelijke eisen: Formele eis: de cursusleider is werkzaam bij een instelling voor verslavingszorg, dan wel bij een commerciële instelling die samenwerkt met een instelling voor verslavingszorg en waarbij deze instelling de hoofdaannemer is voor de cursus. 4

Inhoudelijke eisen: Kennis van kansspelproblematiek. Minimaal HBO niveau. Minimaal 2 jaar ervaring als trainer. Kennis en ervaring met groepsdynamica. Kennis van en ervaring met motivational interviewing. Kennis van verslaving, verslavingsgedrag. Kennis van preventiemethodieken. De cursusleider maakt voor de gesprekstrainingen gebruik van een acteur met voldoende opleiding en ervaring. 3. Overig Interpretatie Wettelijk Bewijsstuk Bedrijfsleiders en beheerders moeten overeenkomstig de wettelijke bepalingen over het Wettelijk Bewijsstuk beschikken. In deze notitie zou dat in de praktijk geïnterpreteerd dienen te worden als dat de eerstverantwoordelijke van dienst op enig moment in een amusementscentrum over een Wettelijk Bewijsstuk beschikt. Dit betekent dat altijd iemand aanwezig dient te zijn die over een opleiding op niveau 2 beschikt en derhalve zo nodig een bezoekersgesprek kan voeren. In dit verband wordt een rol gezien voor Verispect die bij bezoeken aan amusementscentra ook ten aanzien hiervan controle zou kunnen uitoefenen. De gemeentes dienen in het kader van de aanwezigheidsvergunning (artikel 30e, eerste lid, van de Wet op de kansspelen) op de aanwezigheid van het Wettelijk Bewijsstuk controle uit te oefenen. Dit soort punten van aandacht lenen zich voor opname in een raamwerk voor een aanwezigheidsvergunning voor een amusementscentrum. Het Wettelijk Bewijsstuk is drie jaar geldig. Binnen die periode dient dan ook de vervolgtraining zijn gevolgd. Aanbeveling Aanbevolen wordt dat onder meer de zienswijze ten aanzien van eerstverantwoordelijke, het te allen tijde aanwezig zijn van iemand met een Wettelijk Bewijsstuk en het controleren door de gemeente op de aanwezigheid van het Wettelijk Bewijsstuk, alsmede de opname daarvan in een raamwerk voor een aanwezigheidsvergunning voor een amusementscentrum, als voorlichtingspunten ten behoeve van de gemeentes door de kansspelautoriteit worden opgepakt, mede in het kader van een meer algemene voorlichting van de gemeentes inzake de uitvoering van de speelautomatenregelgeving. Termijn waarbinnen de cursussen gevolgd dienen te zijn. Zowel degenen die in aanmerking komen voor de basiscursus, als diegenen die over het Wettelijk Bewijsstuk dienen te beschikken moeten de daarop betrekking hebbende cursussen binnen één jaar ná indiensttreding met goed gevolg hebben afgerond. Masterclass (1 dagdeel, 2x per 3 jaar) De Masterclass is een facultatieve seminarachtige gelegenheid, met name bedoeld voor degenen die leiding geven aan een kansspelonderneming en / of diegenen die zorgdragen binnen een 5

kansspelonderneming voor het kwaliteitsbeleid mede op het gebied van de preventie van kansspelverslaving. Op initiatief van de VAN is in 2009 eenmalig een Masterclass voor vestigingsmanagers en directies van amusementscentra gehouden met als doel het bevorderen van kennis over actualiteiten op het gebied van verslaving en preventie, onderzoeksresultaten en internationale ontwikkelingen op dit terrein. Inhoud: Kansspelbeleid op landelijk niveau en consequenties voor de aanbieders van kansspelen. Nieuwe ontwikkelingen inzake preventiebeleid kansspelverslaving. Nieuwe ontwikkelingen en onderzoeken met betrekking tot kansspelproblematiek. Aanbeveling Het wordt aanbevolen om deze Masterclass bij toerbeurt te laten organiseren door de cursusaanbieders. In het eerste kwartaal van 2013 zouden daartoe afspraken kunnen worden gemaakt tussen de VAN en de cursusaanbieders om een roulatieschema op te stellen. Overige aanbevelingen Het intensiveren van de samenwerking van de kansspelaanbieders met instellingen voor verslavingszorg wordt van harte aanbevolen, evenals samenwerking en afstemming met de gemeentes, het een en ander ware te verwezenlijken met regelmatige betrokkenheid van de kansspelautoriteit. Om de gedeelde verantwoordelijkheid van opleidingsinstituten en kansspelaanbieders / opdrachtgevers voor de kwaliteit van het informatieoverdrachtproces zoveel als mogelijk te waarborgen, wordt het aanbevolen dat de kansspelaanbieders het belang van het met goed gevolg afronden van de te volgen cursus in hun ondernemingen uitdragen en dat in goede verstandhouding en in openheid wordt gecommuniceerd door de cursusaanbieders over die cursisten die onvoldoende aandacht kunnen of willen opbrengen voor de leerstof. Om de leerstof dichter bij de ervaren praktijk te brengen wordt aanbevolen dat de kansspelaanbieders vooraf casuïstiek aanleveren bij de cursusaanbieder om daarmee de herkenbaarheid voor de betreffende cursisten te vergroten en om deze voorbeelden ook daadwerkelijk tijdens de (vervolg)cursussen te bespreken. Om de kwaliteit van de informatieoverdracht en de leerstof te bevorderen, alsmede de inbedding van het geleerde in de praktijk van de kansspelaanbieder, wordt aanbevolen dat voor zover dat in de praktijk al niet wordt toegepast enerzijds de kansspelaanbieders na reflectie met degenen die een cursus gevolgd hebben dit met het betreffende opleidingsinstituut terugkoppelen en anderzijds de cursusaanbieder naar aanleiding van de door de cursisten ingevulde evaluatieformulieren dit terugkoppelen met de opdrachtgevers. Den Haag, 26 juni 2012 6