blauwdruk t.b.v. een visie externe veiligheid inventarisatiefase

Vergelijkbare documenten
Goirle, Vennerode. Onderzoek externe veiligheid. Auteur(s) drs. M. de Jonge. Opdrachtgever Woonstichting Leyakkers Postbus AB Rijen

Rapportage quickscan externe veiligheid

Quickscan externe veiligheid Woningbouw Merellaan te Capelle aan den IJssel

Quickscan Externe Veiligheid uitbreiding recreatieterrein d'olde Kamp te Ansen

Quickscan externe veiligheid Landgoed 'Klein Wolfswinkel' te Renswoude

Checklist Externe Veiligheid

Quickscan externe veiligheid Centrum Vught e.o. Kwalitatieve beschouwing relevante risicobronnen

Externe veiligheid. Algemeen

Quickscan externe veiligheid

Verantwoording groepsrisico

Quickscan externe veiligheid Zorglandgoed Stegerveld te Stegeren

Intern memo. Projectteam Uitwerkingsplan Almere Poort - Duin 1e fase. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Quickscan Externe Veiligheid N240

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax

Externe veiligheid. in bestemmingsplannen. Door: Hans Boerhof & André Gijsendorffer Hengelo,

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 29 januari 2015

Intern memo. Projectgroep bestemmingsplan Youri Egorovweg. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Intern memo. Kernteam herziening bestemmingsplan bedrijvenpark Stichtsekant. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen A1 en spoor Amersfoort-Deventer t.b.v woningbouwplan Bijenvlucht te Hoevelaken

Onderzoek externe veiligheid, deel A: inventarisatie risico's

Opdrachtgever: Contactpersoon: Uitgevoerd door: Contactpersoon: Datum: Rapportnummer: P

Voorstel EV Ruimtelijke onderbouwing Harderweide deelplan 2

memo betreft: Quickscan externe veiligheid, Westzijde , Zaandam, ons kenmerk

memo Quick scan externe veiligheid Driebergsestraatweg 63 te Doorn

Bestemmingsplan Dorpshart Oijen bijlage 3 - quickscan externe veiligheid

Intern memo. Projectteam bestemmingsplan Staatsliedenwijk. Archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobilliteit. Gert-Jan van de Bovenkamp

Risico-inventarisatie Gebiedsontwikkeling Poelkampen Zandwinlocatie

BIJLAGE 1 Ligging plangebied

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Inventarisatie Externe Veiligheid voormalig kazerneterrein Venlo

Advies externe veiligheid

Risicoberekeningen spoor Den Bosch Stationskwartier Locatie F

Quickscan externe veiligheid t.b.v. bestemmingsplan De Hoven, De Werven en De Gouwen

Planlocatie Nuland Oost te Nuland

Bestemmingsplan Kern Roosteren. Teksten t.b.v. verantwoording groepsrisico

Quickscan externe veiligheid woningbouwlocatie Beekzone in Twello

Tonnaer. De heer G. Veugen. WINDMILL Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax.

Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen provinciale weg N 996 en Spoorwegtraject Sauwerd Delfzijl te Loppersum

Notitie. Onderzoek externe veiligheid Lelystad bestemmingsplan Stadsrandgebied. 1 Inleiding

1 Inleiding. 2 Uitgevoerde werkzaamheden

memo betreft: Quickscan externe veiligheid woontoren Bètaplein Leiden (120728)

RBMII-berekeningen weg en spoor t.b.v. bp Bedrijventerrein Duurkenakker

Dorado Beach. Externe Veiligheid. Definitief. Grontmij Nederland B.V. Arnhem, 29 oktober GM , revisie 00

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 16 maart C. Land

RUD Utrecht. Toetsing plaatsgebonden risico (PR) en verantwoording groepsrisico (GR) Bestemmingsplan Paardenveld de Kade

Memo. Inleiding. Beleidskader

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen N388 Bestemmingsplan Kalkovens en vissershuisje Zoutkamp

Externe veiligheid en verdubbeling / verbreding N366

Externe veiligheidsparagraaf. Bestemmingsplan Skoatterwald

Externe Veiligheid Stationskwartier, deelgebied C

BUREAUSTUDIE EXTERNE VEILIGHEID BEDRIJVENTERREIN STEPELERVELD

IN TE VULLEN DOOR RO-COORDINATOR (PLANOLOGISCHE INBRENG VOOR QUICKSCAN)

Notitie. : Aldi Oosterbroekweg Gronsveld. Datum : 1 juni 2015 : Externe veiligheid. 1 Inleiding

Risicoberekening vervoer gevaarlijke stoffen Randweg Zundert

Onderzoek externe veiligheid Sportpark Van den Wildenberg

Advies Externe Veiligheid inzake ruimtelijke onderbouwing actualisatie Bestemmingsplan Wijnjewoude-Klein Groningen

Onderzoek externe veiligheid Ontwikkeling De Krijgsman te Muiden

Inventarisatie van risicobronnen en verantwoording Molenhoefstraat 2

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

datum 26 februari 2015 aan Ben van der Waal Gemeente Muiden Joris Jennen Roel Kouwen

Onderzoek externe veiligheid. Ontwikkeling De Krijgsman te Muiden

risico inventarisatie Felland Haren

blauwdruk t.b.v. een visie externe veiligheid bestuurlijke ambities

Extern veiligheidsonderzoek. Molenzicht Valburg

Ten behoeve van besluitvorming omtrent de mogelijk te maken ruimtelijke ontwikkeling is onderzoek verricht naar het aspect externe veiligheid.

Bestuurlijke samenvatting Beleidsnota Externe veiligheid

N307 Passage Dronten Quickscan externe veiligheid

1 Artikel 2.2 van de Wet ruimtelijke ordening

Externe Veiligheid bestemmingsplan ABC Liendert

Datum : 24 januari : Frederik Stouten. : Marcel Scherrenburg. Betreft : Paragraaf externe veiligheid BP Valburg Zuid.

Besluit van Provinciale Staten

Notitie. : Ruimtelijke onderbouwing, Kantoor Containerterminal Prinses Amaliahaven Beschouwing externe veiligheid. Inleiding

Bijlage Nota van wijzigingen. Paragraaf Externe veiligheid Herziening Metal Valley

Onderzoek externe veiligheid

Verantwoording groepsrisico gemeente Roosendaal Bestemmingsplan Landgoed Ottermeer

B.R01. IJsselstein Clinckhoeff - onderzoek externe veiligheid Bunnik Projekten in IJsselstein. datum: 10 oktober 2013

Memo. memonummer 1 datum 26 februari J. Eskens. Bestemmingsplan Roodeschool Eemshaven projectnr Notitie Externe veiligheid

Externe veiligheid en 20 woningen Noordwolderweg te Bedum

Risico-inventarisatie Uitbreidingslocatie Golfbaan Wageningen

Rapport. Advies Externe veiligheid Plan Tromptuinen Wielwijk. Rapport externe veiligheid ten behoeve van het plan Tromptuinen Wielwijk

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID INVLOEDSGEBIEDEN

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Datum: 14 november 2016

Risicoberekeningen Schoutenstraat te Barneveld. Risicoberekeningen Schoutenstraat Barneveld

Externe Veiligheid. Bestemmingsplan Aldi Zwaanplein

Milieuadvies Meervelderweg 26 te Uddel

Betreft : Bestemmingsplan Van Tuijl, Middelkampseweg te Gameren

Notitie. 1 Inleiding. 2 Ligging van het plangebied

Datum Documentnummer Project Auteur 25 mei L.C. Luijendijk

EV rapportage N983 - Rondweg Aduard

EXTERNE VEILIGHEID BESTEMMINGSPLAN WOLFSHEIDE RAPPORTAGE GEMEENTE RENKUM

Externe Veiligheid bestemmingsplanherziening Kavel 15 Vathorst (Ierse Pond)

Bijlage Verantwoording externe veiligheid behorende bij het bestemmingsplan Oude Baan 6-8 te Swalmen

Herstructurering Biedermeier Mariaberg te Maastricht Quickscan externe veiligheid. Datum 19 december 2012 Referentie

Externe Veiligheid: de Basis Beginselen. Ir. D.J. de Boer

Wateringse Veld Noord. Locatie Zonnepit-Populier-Steijnhof-Leyhof Quickscan externe veiligheid

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 7 december 2015

Intern memo. Projectteam Sportpark Buitenhout. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Inventarisatie risicobronnen en verantwoording Handelsweg (1 e herziening Kreitenmolen)

Transcriptie:

blauwdruk t.b.v. een visie externe veiligheid revisie 1.0 januari 2011 Opdrachtgever Deskundigenpool Noord- en Midden Limburg datum vrijgave beschrijving revisie goedkeuring vrijgave

Inhoud Blz. 1 Benodigde informatie t.b.v. de voor de beleidsvisie externe veiligheid 2 1.1 Algemeen 2 2 Bestaand beleidskader 3 2.1 Doel: 3 2.2 Benodigde documenten: 3 3 Risicobronnen 4 3.1 Doel: 4 3.2 Benodigde documenten: 4 3.2.1 Voorbeeldkaarten aangaande risicobronnen: 6 4 Fysieke omgeving 9 4.1 Doel: 9 4.2 Benodigde documenten: 9 5 Beheersbaarheid 11 5.1 Doel: 11 5.2 Benodigde documenten: 11 6 Organisatie 13 6.1 Doel 13 6.2 Benodigd 13 blad 1 van 14

1 Benodigde informatie t.b.v. de voor de beleidsvisie externe veiligheid 1.1 Algemeen Algemeen doel: Onderstaand moet een beeld geven van de externe veiligheidsituatie op gemeente/- gebiedsniveau en is niet bedoeld om een uitputtend en gedetailleerd beeld te geven van de situatie op object- of bouwplanniveau. Het gaat om een algemeen beeld van de externe veiligheid opgaven waarbij de focus ligt op de directe omgeving (circa 200 meter) van de risicobronnen. Het gaat daarbij dus niet om gedetailleerde informatiebestanden voor de hele gemeente maar eerder om het beeld dat uit deze informatiebestanden naar voren komt ten aanzien van de belangrijkste opgaven voor externe veiligheid. Dus bijvoorbeeld niet een kaart van de hele gemeente met daarop alle bluswaterbronnen maar wel een beeld van de lokaties/gebieden in de directe nabijheid van risicobronnen waar de bluswatervoorziening mogelijk niet op orde is. Dit kan namelijk aanleiding geven tot beleidsmatige verbeteringen op het gebied van externe veiligheid. Verwijderd: 5 Het beeld dat uit de inventarisatie naar voren komt kan gebruikt worden om ambities en beleidskeuzes te maken en op hun haalbaarheid te toetsen en eventuele uitvoeringsacties bij het EV-beleid te benoemen. De benodigde informatie voor de is geclusterd naar een vijftal categorieën van informatie: Bestaand beleidskader. Risicobronnen. Fysieke omgeving. Beheersbaarheid. Organisatie. blad 2 van 14

2 Bestaand beleidskader 2.1 Doel: Inzicht in bestaande ambities / doelstellingen op het gebied van externe veiligheid (incl. beheersbaarheid). Inzicht in ruimtelijke ontwikkelingen en ambities in relatie tot de externe veiligheidsituatie. Inzicht in economische ontwikkelingen en ambities. 2.2 Benodigde documenten: Ruimtelijke structuurvisie. Economische visie, visie op bedrijvigheid. Andere plannen / visies waarin nadrukkelijk iets gezegd wordt over de externe veiligheid in de gemeente of regio, zoals landelijk beleid of provinciale danwel regionale beleidsstukken. Bestaand EV-beleid van de gemeente (routering gevaarlijke stoffen, locatiebeleid, etc.), routeringenkaart / communicatieplannen / beheersbaarheidsplannen. blad 3 van 14

3 Risicobronnen 3.1 Doel: Inzicht in ligging en aard van de risicobronnen (Bevi-inrichtingen/transportassen weg, water, spoor, buisleidingen) in, of direct naast, de gemeente. Inzicht in de knelpunten op het gebied van het plaatsgebonden risico (saneringssituaties) en het groepsrisico (overschrijding oriëntatiewaarde) per risicobron. Inzicht in lopende acties om knelpunten te verhelpen. 3.2 Benodigde documenten: Actueel (kaart)beeld van risicobronnen en PR (10-6 /jaar) contouren/invloedsgebieden (GIS-coördinaten). per risicobron een overzicht van: - aard en ligging - bestemmingsplan (bestemming eigen perceel, omliggende percelen en plancapaciteit) - bestaande knelpunten PR/GR - lopende acties om knelpunten te verhelpen Overzicht ligging bedrijventerreinen en mogelijkheden/restricties tot vestiging van Bevi-inrichtingen op deze terreinen en daarbuiten locatiebeleid. Routering gevaarlijke stoffen. Informatie over de buisleidingen (hogedruk aardgasleidingen/k1, K2, K3 vloeistofleidingen) en transportassen (wegen/spoor). Voorbeeldtabellen aangaande risicobronnen: tabel 1 Overzicht bedrijventerreinen en mogelijkheden tot vestiging van Bevi-inrichtingen Bedrijventerrein Bevi-inrichtingen toegestaan Bevi-inrichtingen aanwezig ja/nee ja/nee tabel 2 Overzicht Bevi-inrichtingen per bedrijventerrein Bedrijventerrein Naam inrichting Type inrichting 10-6 /jaar buiten inrichtings grens BRZO-inrichting PGS-15 opslag etc. Knelpunten PR Overschrijding oriëntatiewaarde GR Eventuele acties/ ontwikkelingen ikv knelpunten ja/nee ja/nee ja/nee tabel 3 Transport van gevaarlijke stoffen over wegen Naam Stof Wegnaam Wegnaam Invloedsgebied 1 in meters Brandbare vloeistoffen LF1 ja ja 58 Zeer brandbare vloeistoffen LF2 ja ja 58 Licht toxische vloeistoffen LT1 ja nee 760 Toxische vloeistoffen LT2 ja ja 950 Brandbare gassen GF2 ja nee 240 Brandbare gassen GF3 ja ja 325 Toxische gassen GT3 nee nee 575 Sterk toxische gassen GT4 ja nee 4000 1 Invloedsgebieden op basis van Programma van eisen nieuwe EV risicoanalyse weg, Rijkswaterstaat, april 2009. blad 4 van 14

Te raadplegen bronnen van informatie voor de stand van zaken per risicobron zijn: Bevi-inrichtingen: www.risicokaart.nl / RRGS (Risicoregister gevaarlijke stoffen). Weg: Voor hoofdwegen (Rijkswegen + enkele provinciale wegen): Wijzigingsbesluit Circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen, december 2009, bijlage 5. Voor andere regionale / lokale wegen: actuele tellingen van het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg, RWS (2006-2010). Spoor: 'Beleidsvrije marktverwachting vervoer gevaarlijke stoffen per spoor voor de middellange termijn tot 2020' ProRail (25 juli 2007). Ontwikkelingen i.k.v. het Basisnet; specifiek voor de regio noord- en midden Limburg is de discussie rond Sabic over meer vervoer dan de marktprognose uit 2007 relevant. Water: Voor hoofdvaarwegen: Wijzigingsbesluit Circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen, december 2009, bijlage 6. Overige vaarwegen zijn niet relevant vanuit externe veiligheid. Buisleidingen: www.risicokaart.nl Of anders informatie opvragen bij de exploitant van de leiding, geldt met name voor defensieleidingen e.d. Belangrijke opmerking hierbij is dat deze bronnen aan actualisatie onderhevig zijn en dus altijd moet worden geverifieerd in hoeverre de informatie over een bron nog actueel is. Uit dient te worden gegaan van de meest actuele bron. blad 5 van 14

3.2.1 Voorbeeldkaarten aangaande risicobronnen: Signaleringskaart externe veiligheid Voorbeeldkaart Roermond figuur 1 Signaleringskaart met daarop de aanwezige risicovolle activiteiten Doel van de kaart: een beeld van de risicovolle activiteiten in de gemeente. Elementen waaruit deze kaart bestaat: Bevi-inrichtingen 10-6/jaar plaatsgebonden risicocontour op basis van exporteren gegevens risicokaart Invloedsgebied op basis van exporteren gegevens risicokaart Transport Spoor 10-6/jaar plaatsgebonden risicocontour op basis van uitgevoerde QRA's naar het spoor Invloedsgebieden vaste afstanden per stofcategorie 2 Wegen 10-6/jaar plaatsgebonden risicocontour op basis van veiligheidszones i.k.v. Basisnet 3 Invloedsgebieden vaste afstanden per stofcategorie 4 Water 10-6/jaar plaatsgebonden risicocontour komen vrijwel overeen met de rand van de vaarweg Invloedsgebieden vaste afstanden per stofcategorie Buisleidingen 10-6/jaar plaatsgebonden risicocontour op basis van exporteren gegevens risicokaart Invloedsgebieden op basis van exporteren gegevens risicokaart Legenda Zie voor kleurgebruik en benamingen de legenda uit de voorbeeldkaart hierboven. 2 Invloedsgebieden op basis van Rekenprotocol vervoer gevaarlijke stoffen per spoor, Rijkswaterstaat, april 2006. 3 Besluit tot wijziging van de Circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen gelet op de voorgenomen invoering van het Basisnet, Staatscourant nr. 19907, 22 december 2009. 4 Invloedsgebieden op basis van Programma van eisen nieuwe EV risicoanalyse weg, Rijkswaterstaat, april 2009. blad 6 van 14

Opmerking Ten aanzien van het plaatsgebonden risico van het spoor, weg en het water dient uiteindelijk uit te worden gegaan van het vastgestelde beleid rond het Basisnet. Kaart bedrijventerreinen en Bevi-inrichtingen Voorbeeldkaart Roermond figuur 2 Overzicht bedrijventerreinen met alle Bevi-inrichtingen Doel van de kaart: een beeld van de ligging van de bedrijventerreinen waarop Beviinrichtingen zijn gevestigd of mogelijk kunnen worden gevestigd cq. zijn uitgesloten. Elementen waaruit deze kaart bestaat: Ligging bedrijventerreinen op basis van kaart bedrijvenlocaties gemeente Ligging Bevi-inrichtingen op basis van signaleringskaart Legenda zie legenda voorbeeldkaart Met opmaak: Kop 3 3.2.2 Stappen voor het maken van een signaleringskaart en overige kaarten 1. Inventariseren van de benodigde gegevens De gegevens die benodigd zijn als input voor de kaarten zijn weergegeven in de bovenstaande voorbeeldkaarten van de gemeente Roermond. Veel van de gegevens ten behoeve van het maken van de signaleringskaart zijn tamelijk eenvoudig van de risicokaart te importeren. Dit kan door met behulp van de button: DDE download scherm de aangevinkte benodigde gegevens als shapefile te downloaden, zie figuur 3. Daarvoor is het dus wel van belang dat de gegevens op de risicokaart kloppen. Met opmaak: Onderstrepen blad 7 van 14

button voor het openen van het DDE download scherm Figuur 3: Voorbeeld downloadkiezer voor exporteren gegevens van de risicokaart Het is van belang dat de ontvangen gegevens in de shapefiles in samenwerking met een GIS-specialist van de gemeente goed worden gescreend, zodat de juiste risicobronnen en bijbehorende afstanden (PR 10-6 /jaar / invloedsgebied) op de kaart worden overgenomen. Voor de spoor-, water- en snelwegen zijn geen invloedsgebieden en PR-afstanden op de risicokaart opgenomen. Deze gegevens dienen te worden verkregen via de daarvoor eerder genoemde raad te plegen bronnen (paragraaf 3.2.1). 2. Verwerken van de benodigde gegevens in een GIS-omgeving Met de verkregen informatie uit stap 1 kan de signaleringskaart worden gemaakt. Op de kaart worden de volgende objecten ingevoerd: Risicobronnen in de vorm van een punt - (inrichting) of lijnbron (transportas) (aan de hand van de in de shapefiles geleverde coördinaten) De bij de risicobron behorende plaatsgebonden risicocontouren (PR10-6 /jaar). Het bij de risicobron behorende invloedsgebied (in meters). Om de objecten te kunnen invoeren heeft een GIS-specialist de GBKN-kaart van de betreffende gemeente nodig. Communiceer goed over het kleurgebruik (zie daarvoor de voorbeeldkaart) en de gewenste weergave met de GIS-specialist. Deze kaart kan vervolgens als basis worden gebruikt voor aanvullende kaarten ter illustratie van de externe veiligheidproblematiek, zoals de kaart met de ligging van de bedrijventerreinen en daarop aanwezige Bevi-inrichtingen uit dit hoofdstuk en de ligging van geprojecteerde ruimtelijke ontwikkelingen uit de structuurvisie ten opzichte van de risicobronnen, zie daarvoor hoofdstuk vier. blad 8 van 14

4 Fysieke omgeving 4.1 Doel: Inzicht in bestaande en/of potentiële knelpunten aangaande de situering van grootschalige ruimtelijke ontwikkelingen dicht bij risicobronnen (binnen 200 meter). Inzicht in bestaande en/of potentiële knelpunten aangaande de situering van zeer kwetsbare objecten dicht bij risicobronnen (binnen 200 meter). 4.2 Benodigde documenten: Overzicht van de extra kwetsbare objecten 5 (functies + coördinaten) nabij de risicobronnen (binnen 200 meter) op basis van ISOR (Informatiesysteem Overige Ramptypen) Belangrijkste grootschalige ruimtelijke ontwikkelingen dichtbij risicobronnen op basis van de ruimtelijke structuurvisie (binnen 200 meter). Opmerking De kaart met ruimtelijke ontwikkelingen dient enkel ter illustratie van de ontwikkelingsrichting van de gemeente en wat dit betekent of gaat betekenen voor de externe veiligheidproblematiek (en vergroting van het groepsrisico). Het is daarmee voor de beleidsvisie met name relevant om inzicht te hebben in de ruimtelijke ontwikkelingen waarvan verwacht wordt dat deze tot noemenswaardige externe veiligheidproblemen gaan leiden. Het hoeft dus geen allesomvattend beeld te geven, maar enkel een signalering van de problematiek als aanknopingspunt. Kleinschaligere ontwikkelingen, zoals een enkele woning, zijn voor het groepsrisico minder interessant, maar kunnen nog wel aanleiding geven tot knelpunten met het plaatsgebonden risico (PR). Het gaat in het kader van het opstellen van de beleidsvisie te ver om ook al deze ontwikkelingen en mogelijke gevolgen inzichtelijk te maken. Indien gewenst kan dit als uitvoeringsactie worden opgepakt. PR-afstanden worden sowieso in de beleidsvisie benoemd en kunnen als zodanig aan planopstellers worden meegegeven. 4.2.1 Voorbeeldkaarten aangaande fysieke omgeving: Kaart fysieke omgeving Voorbeeldkaart Roermond 5 Met extrakwetsbare objecten worden de volgende functies bedoeld: basisscholen, kinderdagverblijven, ziekenhuizen, verzorgingstehuizen en andere functies waar grote groepen personen verblijven, die zichzelf in geval een calamiteit met gevaarlijke stoffen niet of minder goed in veiligheid kunnen brengen. blad 9 van 14

figuur 3 Ligging extra kwetsbare objecten en ruimtelijke ontwikkelingen in relatie tot risicobronnen Doel van de kaart: een beeld van de ontwikkelingsrichting en de ligging van extra kwetsbare objecten in samenhang met de aanwezige risicovolle activiteiten in de gemeente. Elementen waaruit deze kaart bestaat: Ligging grote ontwikkelingsgebieden op basis van structuurvisie e.d. Ligging extra kwetsbare objecten op basis van Geo-systeem gemeente Ligging risicobronnen op basis van signaleringskaart blad 10 van 14

5 Beheersbaarheid 5.1 Doel: Algemeen beeld van het niveau van hulpverlening en afspraken hierover met de regio (regionaal beheersplan, maatrampniveau, Contourennota externe veiligheid). Inzicht in de beheersbaarheidsituatie (bestrijdbaarheid/zelfredzaamheid) nabij de risicobronnen. Inzicht in de beheersbaarheidsituatie als gevolg van ruimtelijk ontwikkelingen. 5.2 Benodigde documenten: Per type risicobron (bedrijventerreinen met Bevi-inrichtingen/LPGtankstations/transportassen - weg, spoor, buisleidingen) Op kaartbeeld Inzicht in knelpunten ten aanzien van: - bluswatervoorzieningen (specifiek binnen de directe omgeving van risicobronnen) - bereikbaarheid (naar en vanaf de risicobronnen) - bestrijdbaarheid (kennis, capaciteit, materieel) - zelfredzaamheid (alarmering< WAS-dekking, vluchtmogelijkheden) Inzicht in veel geadviseerde maatregelen in kader van verantwoording groepsrisico (is er sprake van een standaard basisadvies). Opmerking Voor het inzichtelijk maken van bovenstaande informatie is de gemeente grotendeels afhankelijk van de input afkomstig van de lokale en regionale brandweer. Vaak hebben zij op kaartbeeld al de beschikking over bijvoorbeeld het WAS-dekkingsgebied en via aanvalsplannen over de ligging van bluswatervoorzieningen en aanrijdroutes e.d. In samenwerking met de brandweer moet de juiste informatie beschikbaar komen. Het is wenselijk de brandweer hierover tijdig te consulteren, zodat zij ook even de tijd hebben om de beschikbare informatie te vergaren. De brandweer is vaak bereid de knelpunten in de beheersbaarheid zelf al op kaartbeeld inzichtelijk te maken. De gemeente moet vaak dan nog wel in samenwerking met een GIS-specialist dit verder integreren in een kaartbeeld, zoals weergegeven in paragraaf 5.2.1. Beheersbaarheidsituatie als gevolg van ruimtelijke ontwikkelingen Bovenstaande inzichten graag in samenhang bezien met de voorgenomen ruimtelijke ontwikkelingen in de gemeente (zie ruimtelijke structuurvisie). Leiden de voorgenomen ontwikkelingen tot meer knelpunten t.a.v. de beheersbaarheid?. Een voorbeeld hiervan is het voornemen van een gemeente om een bedrijventerrein te ontwikkelen buiten het bereik van de kazerne. Dit leidt direct tot een knelpunt in de bereikbaarheid/opkomsttijden. Het is niet de bedoeling om gedetailleerde informatie te krijgen over bijvoorbeeld de exacte ligging van bijvoorbeeld bluskranen en het beschikbare materieel. Interessanter is het voor de beleidsvisie om inzicht te hebben in waar zich knelpunten voordoen en hoe dit kan worden opgelost. Bij voorkeur de informatie zoveel mogelijk digitaal leveren + in kaartvorm, zie onderstaand voor een voorbeeld van een geschikte kaart voor de visie. blad 11 van 14

5.2.1 Voorbeeldkaarten aangaande beheersbaarheid: figuur 4 Voorbeeldkaart: verbeteringen beheersbaarheid figuur 5 Voorbeeldkaart: aandachtspunten beheersbaarheid blad 12 van 14

6 Organisatie 6.1 Doel Inzicht in hoe de actoren in de praktijk omgaan met externe veiligheid. Het gaat hier om het proces: - Wie signaleert de noodzaak externe veiligheid af te wegen in een besluit? - Weet een ieder binnen de gemeente wie er ingeschakeld moet worden als het aspect externe veiligheid een rol speelt? - Wie worden er vervolgens bij het proces betrokken? - Is het kennisniveau op peil? 6.2 Benodigd Actorenanalyse - In kaart brengen van relevante actoren - 'lijntjes' uittekenen tussen deze actoren. - Inzicht in belangen van actoren en relaties tussen actoren. In de actorenanalyse wordt een overzicht gemaakt van de medewerkers van de verschillende organisaties die betrokken zijn bij externe veiligheid in een gemeente. Zonder uitputtend te willen zijn, gaat het daarbij om: medewerker(s) ruimtelijke ordening, medewerker(s) milieu/specialist externe veiligheid, medewerker(s) veiligheidsregio, medewerker(s) lokale brandweer en medewerker(s) handhaving/vergunningverlening. Vervolgens dient duidelijk te worden hoe de informatiestroom loopt tussen deze verschillende actoren. Inbedding van externe veiligheid in de organisatie - Actorenanalyse is input - Verantwoordelijkheden in kaart brengen - Inzicht in: rollen, taken en bevoegdheden. De actorenanalyse heeft laten zien welke personen betrokken zijn, waarna nu inzicht nodig is in de precieze verantwoordelijkheden en taken die bij deze personen horen. Als voorbeeld de medewerker milieu/specialist externe veiligheid: deze heeft onder meer als taak om externe veiligheid in ruimtelijke plannen mee te nemen. Hiervoor is de medewerker weer afhankelijk van de informatie die hij ontvangt van de medewerker ruimtelijke ordening. Laatstgenoemde heeft dus ook als taak dat hij de medewerker externe veiligheid tijdig en juist op de hoogte brengt van ruimtelijke plannen. Beoordelen aanwezigheid 'kritische massa' aan de hand van maatlat EV (http://www.relevant.nl/display/doc/maatlat+externe+veiligheid) - Is er voldoende kennis aanwezig binnen de gemeente? - Is de continuïteit van deze kennis geborgd? In de maatlat EV worden een aantal deskundigheidsvelden genoemd die samen de 'kritische massa' bepalen van een organisatie. In onderstaande tabel zijn de verschillende deskundigheidsvelden uitgewerkt met daarbij een beschrijving van de benodigde capaciteit binnen de organisatie en hoe deze idealiter geborgd kan worden. Door de blad 13 van 14

werkelijk beschikbare capaciteit naast deze 'maatlat' te leggen wordt een goed inzicht verkregen in de taken die de gemeente zelf wel of niet in kan vullen. Tabel Voorgeschreven deskundigheid + capaciteitvereisten uit Maatlat EV Deskundigheid Capaciteitvereisten A1 Vaststellen EV situaties op basis van het BEVI twee medewerkers: één handhaver, één vergunningverlener A2 Vaststellen EV situaties op basis van RNVGS één medewerker B Toetsen ontvankelijkheid QRA twee medewerkers (collegiale toetsing mogelijk) C Beoordelen QRA twee medewerkers. ter borging van ervaring: per medewerker minimaal drie QRA's per jaar, ter borg continuïteit: een medewerker in opleiding D Maken van QRA s in het kader van het BEVI / RNVGS twee medewerkers ter borging van ervaring: per medewerker minima QRA's per jaar ter borging continuïteit: een medewerker in opleid E Verantwoorden groepsrisico door informatie bijeen te brengen voor de motivering van het besluit. twee medewerkers ter borging van ervaring: per medewerker minima verantwoordingsplichten per jaar ter borging continuïteit: een medewerker in opleid F Toepassen EV-relevante PGS-richtlijnen ten behoeve van BEVI-inrichtingen (in het kader van Wm, Wro en Bouwbesluit). twee medewerkers: één handhaver, één vergunningverlener ter borging van ervaring: per medewerker minima keer toepassen PGS-richtlijnen per jaar Vervolgacties indien kritische massa niet aanwezig is: - Inhuur krachten - Cursussen om leemtes in kennis op te vullen - Bundelen kennis in regionale verbanden blad 14 van 14