Locoid oleogel, Locoid vetcrème en Locoid crème bevatten 1 mg/g en Locoid scalp lotion bevat 1 mg/ml hydrocortison-17-butyraat.

Vergelijkbare documenten
Locoid oleogel, Locoid vetcrème en Locoid crème bevatten 1 mg/g en Locoid scalp lotion bevat 1 mg/ml hydrocortison-17-butyraat.

Locoid Crelo bevat 1 mg hydrocortison-17-butyraat per gram, in een gebufferde olie-in-water emulsie.

4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie Hierover zijn geen gegevens bekend.

HYDROCORTISON TEVA 10 MG/G crème. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 9 juni : Productinformatie Bladzijde : 1

Na- of onderhoudsbehandeling van dermatosen die tevoren met een sterker product zijn onderdrukt.

TRIAMCINOLON TEVA 1 MG/G crème. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 14 juli : Productinformatie Bladzijde : 1

TRIAMCINOLON TEVA 1 MG/G crème

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Hydrocortison-vaselinecrème DMB 1% FNA, crème 10 mg/g

Diprolene 0,5 mg/g zalf, zalf RVG Samenvatting van de productkenmerken Pagina 1/5

BETAMETHASON TEVA 1 MG/G lotion, zalf, crème. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 14 juli : Productinformatie Bladzijde : 1

MODULE HYDROCORTISON-VASELINECRÈME DMB 1% FNA

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Diprolene hydrogel 0,5 mg/g RVG Samenvatting van de productkenmerken Pagina 1/5

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Eén gram Calmurid HC crème bevat 10 mg hydrocortison en 100 mg ureum.

Hydrocortison crème 10 mg/g FNA Fagron bevat per gram crème 10 mg hydrocortisonacetaat. Voor hulpstoffen zie rubriek 6.1

Triamcinolonacetonide hydrofiele crème Basic Pharma 1 mg/g bevat per gram crème: 1 mg triamcinolonacetonide.

1.3.1 SPC, Labelling and Package Leaflet Triamcinolone acetonide hydrophilic cream, 1 mg/g 1

Topicorte bevat als werkzaam bestanddeel 2,5 mg/g desoximetason. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

Occlusie kan noodzakelijk zijn om een beter therapeutisch resultaat te bereiken.

Triamcinolonacetonide Ace 1 mg/g, crème bevat per gram crème 1 mg triamcinolonacetonide. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

Triamcinolon-vaselinecrème DMB 0,1% FNA, crème 1 mg/g

Diprosalic, zalf RVG Samenvatting van de productkenmerken Pagina 1/5

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 3. FARMACEUTISCHE VORM 4. KLINISCHE GEGEVENS. Locacorten-Vioform

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Locoid crème, crème 1 mg/g Hydrocortison-17-butyraat

RVG Diprosone. Occlusie kan noodzakelijk zijn om een beter therapeutisch resultaat te bereiken.

Diprosalic, zalf RVG Samenvatting van de productkenmerken Pagina 1/5

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Locoid scalp lotion, lotion 1 mg/ml Hydrocortison-17-butyraat

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL. Pimafucort, gel, 10 mg/g, 10 mg/g, 3,5 mg/g Pimafucort crème, crème 10 mg/g, 10 mg/g, 3,5 mg/g

Nerisona Crème SmPC 1 van 6 Approved by the Dutch MEB on

Samenvatting van de Productkenmerken SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Pagina 1 van 5

Pediatrische patiënten Kinderen en jongeren (2-17 jaar): er zijn geen studies uitgevoerd bij kinderen en jongeren.

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Locoid Crelo, emulsie voor cutaan gebruik 1 mg/g Hydrocortison-17-butyraat

SAMENVATTING VAN DE PRODUKTKENMERKEN

Cremicort 1% crème skp nl 02/2015 SAMENVATTING VAN DE PRODUCT KENMERKEN

MICONAZOLNITRAAT/HYDROCORTISON TEVA 20/10 MG/G. hydrofiele crème

Samenvatting van de Productkenmerken SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Pagina 1 van 5

Locacorten-Vioform, oordruppels

trianal, 0,50 mg/50 mg zetpillen

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Desoximetason Bipharma 2,5 mg/g, hydrofobe crème desoximetason

4.1 THERAPEUTISCHE INDICATIES Symptomatische behandeling van haemorrhoïden en pruritus ani.

MODULE ZURE OORDRUPPELS MET HYDROCORTISON DMB 1% FNA

SAMENVATTING VAN DE PRODUKTKENMERKEN

MODULE ZURE OORDRUPPELS MET TRIAMCINOLONACETONIDE DMB 0,1% FNA

GENEESMIDDELENGROEP Ontstekingsremmende geneesmiddelen (corticosteroïden). Raadpleeg ook de rubriek Werking van het geneesmiddel

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Actief bestanddeel: Mucopolysaccharide-polysulfaat 300 mg per 100 g.

Hydrocortison Teva 10 mg/g, crème hydrocortisonacetaat

MODULE HYDROCORTISON-VASELINECRÈME DMB 1% FNA

MICONAZOLNITRAAT/HYDROCORTISON 20/10 PCH hydrofiele crème. Miconazolnitraat/Hydrocortison 20/10 PCH, hydrofiele crème 20 mg/g en 10 mg/g.

MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 29 september : Productinformatie Bladzijde : 1

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. LOCOID CRELO 0,1% emulsie voor cutaan gebruik. hydrocortisone-17-butyraat

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Hydrocortisonacetaat

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Betamethason Teva 1 mg/g, lotion Betamethason Teva 1 mg/g, zalf Betamethason Teva 1 mg/g, crème

VITAMINE C TEVA 250 MG VITAMINE C TEVA 100 MG. VITAMINE C TEVA 500 MG tabletten

Gerenvooieerde versie CALCIPOTRIOL 50 MICROGRAM/G ZALF PCH zalf

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Ibaril, hydrofobe crème, 2,5mg/g desoximetason

Hulpstof met bekend effect: Opticrom, oogdruppels bevat benzalkoniumchloride. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER. Calmurid HC. hydrocortison en ureum

LOCOID 0,1% oplossing voor cutaan gebruik. hydrocortisone-17-butyraat

BENZOYLPEROXIDE TEVA 50 MG/G BENZOYLPEROXIDE TEVA 100 MG/G hydrogel

Beclometason Sandoz Nevel 50, neusspray suspensie 50 microgram/dosis

Updated with. NAT/H/xxxx/IB/1119/G-PRAC recommendation-corticosteroids- PSUSA/ /201604

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. BRONCHOSTOP Duo Hoestpastilles tijm- en heemstwortelextract

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. PROTAGENS MONO 2 %, oogdruppels, oplossing, voor éénmalig gebruik

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER. Emovate zalf 0,5 mg/g. clobetason-17-butyraat

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. LOCOID 0,1% crème

Updated with. NAT/H/xxxx/IB/1119/G-PRAC recommendation-corticosteroids- PSUSA/ / NAT/H/xxxx/II/636/G

Diprolene 0,5 mg/g zalf, zalf RVG Bijsluiter Pagina 1/5

BIJSLUITER. TRIAMCINOLONACETONIDE 0,1% zalf, cetomacrogolzalf of in simplex zalf

Voorgesteld als symptomatische behandeling bij irritatieve dermatitis, voornamelijk:

MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 24 januari : Productinformatie Bladzijde : 1

Bijsluiter Nerisona Crème 1 van 6 Informatie voor de gebruik(st)er Approved by the Dutch MEB on

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Voor inlichtingen: Bayer B.V., Divisie Bayer Schering Pharma, Postbus 80, 3640 AB Mijdrecht, tel.:

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Bijsluiter: informatie voor de patiënt. Topicorte, emulsie voor cutaan gebruik 2,5 mg/g desoximetason

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Summary of product characteristics

Miconazolnitraat/Hydrocortison Teva 20/10 mg/g, hydrofiele crème miconazolnitraat en hydrocortison

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Miconazolnitraat/Hydrocortison 20/10 PCH, hydrofiele crème 20 mg/g en 10 mg/g miconazolnitraat en hydrocortison

Healthypharm B.V., Etten-Leur, The Netherlands XT Luis 4% g/g, oplossing voor cutaan gebruik RVG Dimeticon

SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL. FUCIDIN HYDROCORTISONE 20 mg/g + 10 mg/g, crème 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Samenvatting van de Productkenmerken

Bevat dinatriumcromoglicaat overeenkomend met 20 mg natriumcromoglicaat per ml.

AUREOMYCIN oogzalf. AUREOMYCIN Oogzalf (ERFA) XIV B 1 c. Naam van het geneesmiddel: AUREOMYCIN, 1 % oogzalf

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

1.3. PRODUCT INFORMATION

MYK-1, hydrofiele crème 10 mg/g bevat 10 mg sulconazolnitraat per gram crème.

ACICLOVIR TEVA 30 MG/G oogzalf. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 16 februari : Productinformatie Bladzijde : 1

Samenvatting van de Productkenmerken

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. NORGALAX, 0,12 g / 10 g, gel voor rectaal gebruik. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Summary of the Product Characteristics

MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 16 maart : Productinformatie Bladzijde : 1

Transcriptie:

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Locoid oleogel, zalf 1 mg/g Locoid vetcrème, crème 1 mg/g Locoid crème, crème 1 mg/g Locoid scalp lotion, lotion 1 mg/ml 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Locoid oleogel, Locoid vetcrème en Locoid crème bevatten 1 mg/g en Locoid scalp lotion bevat 1 mg/ml hydrocortison-17-butyraat. De Locoid oleogel is hydrofoob (vet); Locoid vetcrème en Locoid crème bevatten gebufferde olie-inwater emulsies (Locoid vetcrème meer vet, Locoid crème meer water). Locoid scalp lotion is een gebufferde, iets visceuze oplossing op basis van isopropanol-water. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. 3. FARMACEUTISCHE VORM Locoid oleogel is een zalf, Locoid vetcrème en Locoid crème zijn crèmes en Locoid scalp lotion is een oplossing voor cutaan gebruik. Locoid oleogel, Locoid vetcrème en Locoid crème zijn wit van kleur. Locoid scalp lotion is helder en kleurloos. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 Therapeutische indicaties Oppervlakkige, voor corticosteroïden gevoelige huidaandoeningen, die niet door micro-organismen zijn veroorzaakt en die naar verwachting onvoldoende zullen reageren op zwak werkzame producten. Na- of onderhoudsbehandeling van dermatosen die tevoren met een sterker product zijn onderdrukt. 4.2 Dosering en wijze van toediening Dosering Een beetje Locoid 1-3 maal per dag op de huid aanbrengen. Na verbetering van de aandoening is éénmaal per dag of 2 tot 3 maal per week appliceren meestal voldoende. In het algemeen niet meer dan 30-60 g per week. Wijze van toediening Locoid in een dunne laag gelijkmatig op de aangedane huidgedeelten aanbrengen. Ter bevordering van de penetratie in de huid kan daarbij voorzichtig een lichte massage worden toegepast. Occlusie kan noodzakelijk zijn om een beter therapeutisch resultaat te bereiken. 4.3 Contra-indicaties Huidaandoeningen veroorzaakt door: - bacteriële infecties (b.v. pyodermieën, luetische en tuberculeuze processen) - virusinfecties (b.v. varicellae, herpes simplex, herpes zoster, verrucae vulgares, verrucae planae, 1/6

condylomata, mollusca contagiosa) - schimmel- en gistinfecties - parasitaire infecties (b.v. scabies) Ulcereuze huidaandoeningen, wonden Bijwerkingen t.g.v. corticosteroïden (b.v. dermatitis perioralis, striae atrophicae) Ichthyosis, juveniele dermatosis plantaris, acne vulgaris, acne rosacea, fragiliteit van de huidvaten, huidatrofie Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen 4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik Niet toepassen op de oogleden wegens de mogelijkheid van contaminatie van de conjunctiva met het risico van het ontstaan van glaucoma simplex of subcapsulair cataract. De gezichtshuid, de behaarde huid en de huid van de genitaliën zijn bijzonder gevoelig voor corticosteroïden; daarom is het gewenst aandoeningen van deze gebieden in principe alleen met zwak werkzame corticosteroïden te behandelen. Bij toepassing van corticosteroïden op grote oppervlakken en vooral onder (plastic) occlusie of in huidplooien dient men bedacht te zijn op een sterk verhoogde absorptie, waardoor de functie van de bijnierschors kan worden geremd. Bij kinderen kan remming van de bijnierschorsfunctie vrij snel optreden. Bovendien kan bij hen de afscheiding van groeihormonen worden onderdrukt. Het verdient daarom aanbeveling om, wanneer langdurige toepassing noodzakelijk is, regelmatig lengte en gewicht te controleren, alsmede de plasmacortisolspiegel te bepalen. Een vergelijkend onderzoek bij kinderen, die gedurende 4 weken met Locoid oleogel of hydrocortison 1% zalf, 30-60 g per week, werden behandeld, toonde geen significant verschil in bijnierschorsfunctie. Visusstoornis Visusstoornis kan worden gemeld bij systemisch en topisch gebruik van corticosteroïden. Indien een patiënt symptomen ontwikkelt zoals wazig zien of andere visusstoornissen, dient te worden overwogen de patiënt door te verwijzen naar een oogarts ter beoordeling van mogelijke oorzaken waaronder cataract, glaucoom of zeldzame ziekten zoals centrale sereuze chorioretinopathie (CSCR) die zijn gemeld na gebruik van systemische en topische corticosteroïden. 4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie Hierover zijn geen gegevens bekend. 4.6 Zwangerschap en borstvoeding Zwangerschap: Corticosteroïden passeren de placenta. Bij de mens zijn er tot nu toe geen duidelijke aanwijzingen voor teratogene effecten, zoals waargenomen in dierstudies (zie rubriek 5.3). Bij systemisch gebruik van corticosteroïden zijn, bij hoge doseringen, effecten op de ongeborene/ neonaat (intra-uteriene groeivertraging, remming van de bijnierschorsfunctie) beschreven. Hoewel de gegevens over cutane toepassing tijdens de zwangerschap bij de mens beperkt zijn, kunnen, gezien de geringe systemische absorptie, zwak en matig sterk werkende (klasse 1 en 2) corticosteroïden, zoals hydrocortison, kortdurend en op kleine huidoppervlakken worden toegepast. Bij langdurig gebruik, of bij toepassing op grotere of beschadigde huidoppervlakken, kunnen de hierboven beschreven effecten niet worden uitgesloten. Dit dient dan ook slechts op strikte indicatie te gebeuren. Borstvoeding: Locoid oleogel, Locoid crème en Locoid scalp lotion kunnen tijdens de periode van borstvoeding worden gebruikt, mits de therapie kortdurend en het middel op kleinere huidoppervlakken wordt toegepast. In geval van langdurig gebruik, of bij toepassing op grotere of beschadigde huidoppervlakken, wordt het geven van borstvoeding ontraden. 2/6

4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en van het vermogen om machines te bedienen Er zijn geen gegevens bekend van het effect van Locoid op de rijvaardigheid en de bekwaamheid om machines te gebruiken, maar invloed van Locoid is niet te verwachten. 4.8 Bijwerkingen Systeem/orgaanklassen Zelden ( 1/10.000) tot <1/1.000) Immuunsysteemaandoeningen Endocriene aandoeningen Oogaandoeningen Huid- en onderhuidaandoeningen Remming van de bijnierschors Dermatitis en eczeem, inclusief contactdermatitis Pustulaire acne Huidatrofie, dikwijls irreversibel, met dunner worden van de huid, teleangiëctasieën, purpura en striae Depigmentatie Rosacea-achtige en periorale dermatitis met of zonder huidatrofie Rebound-effect, wat kan leiden tot afhankelijkheid van steroïden Vertraging van het wondgenezingsproces Hypertrichose Zeer zelden (<1/10.000), niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald) Overgevoeligheid Verhoging van de intraoculaire druk, verhoging van de kans op cataract (bij lokaal gebruik) Niet bekend: Wazig zien (zie ook rubriek 4.4) Systemische bijwerkingen ten gevolge van lokale toepassing van corticosteroïden komen bij volwassenen zelden voor, maar kunnen ernstig zijn. Remming van de bijnierschors kan vooral van betekenis zijn bij langdurig gebruik van een product. De kans op systemische effecten is het grootst bij: toepassing onder occlusie (plastic, huidplooien) toepassing op grote huidoppervlakken langdurige toepassing toepassing bij kinderen (de dunne huid en het relatief grote huidoppervlak maken kinderen zeer gevoelig) aanwezigheid van componenten of excipientia die de penetratie door het stratum corneum en/of het effect versterken (propyleenglycol) De kans op lokale bijwerkingen neemt toe met de sterkte van het product en de duur van de behandeling. Applicatie onder occlusie (plastic, huidplooien) verhoogt deze kans. Het gezicht, de behaarde huid en de huid van de genitaliën zijn bijzonder gevoelig voor lokale effecten. Bij onjuist gebruik kunnen bacteriële, parasitaire, fungus- en virusinfecties worden gemaskeerd en/of verergeren. 3/6

Melding van vermoedelijke bijwerkingen Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen de voordelen en de risico s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb, website www.lareb.nl. 4.9 Overdosering In het geval van chronische overdosering of misbruik kunnen de onder sectie 4.8 genoemde bijwerkingen optreden. Bij verschijnselen van hypercorticisme moet de behandeling worden gestaakt. 5. FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN 5.1 Farmacodynamische eigenschappen Farmacotherapeutische categorie: matig sterk werkzame corticosteroïden (klasse 2). ATC code: D07AB02. Werkingsmechanisme Locoid bevat als werkzaam bestanddeel het synthetische corticosteroïd hydrocortison-17-butyraat. Dit heeft een snelle anti-inflammatoire en vasoconstrictieve werking en onderdrukt de ontstekingsreactie en de symptomen van verschillende, vaak met jeuk gepaard gaande aandoeningen, echter zonder de eraan ten grondslag liggende aandoeningen te genezen. Het effect van corticosteroïden kan door het aanbrengen van een afsluitend (occlusief) verband worden versterkt ten gevolge van een verhoogde penetratie (met een factor ca. 10) door het stratum corneum. De kans op bijwerkingen neemt hierdoor echter toe. Toepassingsvormen: Voor de behandeling van de uiteenlopende huidverschijnselen zijn verschillende applicatievormen van Locoid beschikbaar: Locoid oleogel: droge, schilferende huidaandoeningen. Locoid vetcrème: gemengd droge en nattende huidaandoeningen. Locoid crème: nattende huidaandoeningen. Locoid scalp lotion: aandoeningen van de behaarde hoofdhuid. Soms kan het raadzaam zijn de aandoening met een luchtdoorlatend dan wel met een luchtdicht of occlusief verband te bedekken. Bij acute, hevig nattende huidaandoeningen kan het soms noodzakelijk zijn bij toepassing van Locoid crème een compres aan te leggen. Bij sommige aandoeningen is het aan te bevelen de behandeling met Locoid crème af te wisselen met Locoid oleogel of Locoid vetcrème, de zogenaamde wisseltherapie, bijvoorbeeld bij een intertrigineus eczeem. Locoid vetcrème, Locoid crème en Locoid scalp lotion zijn afwasbaar. 5.2 Farmacokinetische eigenschappen Hierover zijn geen gegevens bekend. 5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek Topicale toediening van corticosteroïden aan drachtige dieren in hoge doseringen kan abnormaliteiten veroorzaken gedurende de foetale ontwikkeling, zoals bijvoorbeeld open gehemelte en intra-uteriene groeivertraging. Verder voegen preklinische gegevens geen relevante informatie toe aan de reeds bestaande klinische ervaring. 4/6

6. FARMACEUTISCHE GEGEVENS 6.1 Lijst van hulpstoffen Locoid oleogel: vloeibare paraffine, polyethyleen. Locoid vetcrème: cetostearylalcohol, macrogol 25 cetostearyl ether, vloeibare paraffine, witte vaseline, propylparahydroxybenzoaat (E216), benzyl alcohol, citroenzuur (E330), natriumcitraat (E331) en gezuiverd water. Locoid crème: cetostearyl alcohol, macrogol 25 cetostearyl ether, vloeibare paraffine, witte vaseline, propylparahydroxybenzoaat (E 216), butylparahydroxybenzoaat, citroenzuur (E 330), natriumcitraat (E 331) en gezuiverd water. Locoid scalp lotion: isopropylalcohol, glycerol (E 422), povidon (E 1201), citroenzuur (E 330), natriumcitraat (E 331) en gezuiverd water. 6.2 Gevallen van onverenigbaarheid Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere geneesmiddelen gemengd worden. 6.3 Houdbaarheid Locoid oleogel Locoid vetcrème Locoid crème Locoid scalp lotion : 5 jaar. : 3 jaar. : 3 jaar. : 2 jaar. 6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren Locoid oleogel en Locoid scalp lotion niet bewaren boven 25 C. Locoid crème en Locoid vetcrème in de oorspronkelijke verpakking en beneden 25 C bewaren. Niet in de koelkast of de vriezer bewaren. 6.5 Aard en inhoud van de verpakking Locoid oleogel : aluminium tubes à 15, 30 en 100 g. Witte polyethyleen doppen. Locoid vetcrème : aluminium tubes à 15, 30 en 100 g. Witte polyethyleen doppen. Locoid crème : aluminium tubes à 15, 30 en 100 g. Witte polyethyleen doppen. Locoid scalp lotion : polyethyleen flacons à 30 en 100 ml met applicator. Witte polyethyleen doppen. Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht. 6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen Geen bijzondere vereisten. 7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN LEO Pharma A/S Industriparken 55 DK-2750 Ballerup Denemarken 8. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN 5/6

Locoid is in het register ingeschreven onder RVG 05909 (Locoid oleogel), RVG 09344 (Locoid vetcrème), RVG 05911 (Locoid crème) en RVG 05910 (Locoid scalp lotion). 9. DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN DE VERGUNNING Datum van eerste verlening van de vergunning: RVG 05909: 2 september 1970 RVG 05911: 2 september 1970 RVG 05910: 28 oktober 1970 RVG 09344: 24 mei 1982 Datum van laatste verlenging: RVG 05909: 02 september 2015 RVG 05911: 02 september 2015 RVG 05910: 28 oktober 2015 10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST Laatste gedeeltelijke wijziging betreft de rubrieken 4.4 en 4.8: 10 augustus 2018 6/6