3D-kadaster: status en ontwikkelingen wereldwijd



Vergelijkbare documenten
3D-kadaster in Rusland

3D-Kadaster in Nederland

Uitwisseling van bankinlichtingen Kalender van onderhandelingen (art. 26 OESO)

SBI-indeling, omzetniveau en internationale handel in goederen van de leden van de FME en aangesloten brancheverenigingen

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2009 Nr. 9. Internationale Overeenkomst inzake tropisch hout, 1994; Genève, 26 januari 1994

TRACTATENBLAD VAN HET

Taal van de Laan WAZZUP? Hoeveel doekoe kost die fatoe? Paul Janssen - Geonovum p.janssen@geonovum.nl

Lijst van verdragen op alfabetische volgorde: A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

JAAROVERZICHT 2010 gedetailleerd per Categorie, Regio en Land Bron: CBS

Gebouwinformatie. Locatie. De Jagershuizen 30, 7316ND Apeldoorn Datum Kadastraal nummer APELDOORN AB G0000. Inhoud: 1.

Uitwisseling van bankinlichtingen Kalender van onderhandelingen (art. 26 OESO)

Uitwisseling van bankinlichtingen Kalender van onderhandelingen (art. 26 OESO)

Toerisme in Cijfers Tourism in Figures. Aantal aankomsten per maand, 2016 Number of arrivals by month, 2016

SIM KAART USA UNLIMITED

Uitwisseling van bankinlichtingen Kalender van onderhandelingen (art. 26 OESO)

3D Topografie. Inhoud presentatie

4. Op deze manier lezen jullie ook de paragrafen Wandelgangenpolitiek en Obama and the Beast.

AdVISHE: Assessment of the Validation Status of Health- Economic Decision Models

3.C.1 Communicatieplan CO2-reductiesysteem

VOETBAL TORNOOI VAN DE LAGERE SCHOLEN VAN SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE

Instituut voor de nationale rekeningen. Statistiek buitenlandse handel. Kwartaalbericht 2014-II

Statistiek internationale kinderontvoering 2008

Statistiek internationale kinderontvoering 2008

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1967 Nr. 71

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

RD naar ETRS89. Wat betekent het en waarom zouden we het willen of moeten?

Lijst van de bijlagen

Free Electives (15 ects)

CIJFERS BELGIË OVERNIGHT STAYS

HANDLEIDING SIM KAART CANADA

LAND WERELDDEEL VIDEOREPORTAGES VLAANDEREN VAKANTIELAND

nr. 571 van LYDIA PEETERS datum: 18 april 2017 aan JOKE SCHAUVLIEGE Appel- en perenteelt - Interventievergoedingen

ANNEX BIJLAGE. bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Toerisme in cijfers Tourism in figures XL

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag inzake het merkenrecht; (met Reglement en bijlagen) Genève, 27 oktober 1994

Gebouwinformatie. De Run 2180, 5503LE Veldhoven. Locatie Datum Inhoud: 1. Informatie 2. Visualisatie 3. Toelichting

Iedereen West-Vlaams!

Resultaten VVNH monitoring 2008

Opmerking bij alle grafieken die volgen. In de statistieken zijn alleen de gegevens opgenomen van iedereen die zich heeft aangemeld.

Vara - Kassa 3 Resultaten Aflevering 13 Zomervakantie 1 31 Juli 2007

Thema 2 Om ons heen. Samenvatting. Meander Samenvatting groep 7. Landschappen. Klimaten. Samenwerking. de regering. Onder de loep.

Veranderingen in de internationale positie van Nederlandse banken

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Een geavanceerd 3D-kadastermodel toegepast op volumepercelen

Toerisme in cijfers Tourism in figures 2013

nr. 726 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 27 juni 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland

Travel Survey Questionnaires

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 mei 2017 (OR. en)

SIM KAART USA (AT&T Netwerk)

toerisme in cijfers tourism in figures 2011

Vragen en antwoorden over het burgerinitiatief

VERTALING. Amendement op het protocol van Montreal inzake substanties die de ozonlaag aantasten ARTIKEL 1

MyDHL+ ProView activeren in MyDHL+

Bijlage. 3 - meename door moeder meename door beiden meename door derde(n)

Tijd Veld Poule Scheidsrechter Tijd Veld Poule Scheidsrechter Tijd Veld Poule Scheidsrechter Tijd Veld Poule Scheidsrechter

Lokale Coloplast kantoren

FostPack Importeren verpakkingsfiches via XML

De Sinn van fictie. Wouter Bouvy March 12, 2006

Tarieven Europa: staffel 1

JAAROVERZICHT 2010 gedetailleerd per Categorie, Regio en Land Bron: CBS

Cloud adoptie in Europa:

Fase 1.3. Lichamelijke en psychische effecten van kortcyclische arbeid op de mens

Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Chili-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Rusland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Spanje-Nederland 1

Rapport met betrekking tot informatieverzoeken van de overheid

Onderzoeksplan van de NCG subcommissie Ruimtelijke Basisgegevens. Nederlandse Commissie voor

De Invloed van Religieuze Coping op. Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie. Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria

Registratie van boringen.

Handels- en investeringscijfers Griekenland-Nederland 1

" Inleiding: " Sectie GISt " GDMC " TUDelft " Case studies " Conclusies

3.D.1. Sector- en keteninitiatieven

Instituut voor de nationale rekeningen. Statistiek buitenlandse handel. Kwartaalbericht 2013-I

Tarieven Europa: staffel 1

MyDHL+ Uw accountnummer(s) delen

2018 no. 45 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

In Nederland veroordeeld, in eigen land de straf of maatregel ondergaan Informatie voor buitenlandse gedetineerden in Nederland over de mogelijkheid

No place to hide. Geo-informatie: wat is het en wat is de juridische context? Bastiaan van Loenen.

Support Center GIS-Flanders

Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14. Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie

Enterprisearchitectuur

Online Resource 1. Title: Implementing the flipped classroom: An exploration of study behaviour and student performance

Y.S. Lubbers en W. Witvoet

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Handels- en investeringscijfers Australië-Nederland 1

BIM-validatietool Toetst data bij aanlegprojecten

toerisme in cijfers tourism in figures aantal overnachtingen naar logiesvorm 2011 number of overnight stays by type of accommodation 2011

Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland maart 2019

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Handels- en investeringscijfers Verenigde Arabische Emiraten- Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Zuid-Korea-Nederland 1

Nieuwsbrief NRGD. Editie 11 Newsletter NRGD. Edition 11. pagina 1 van 5.

GEZONDE LEVENSVERWACHTING NAAR OPLEIDING EN STIJGENDE PENSIOENLEEFTIJD

Rijverboden in Europa Mei 2018

PT Marktbeeld Uien. Marktinformatie binnen- en buitenland

Published in: Onderwijs Research Dagen 2013 (ORD2013), mei 2013, Brussel, Belgie

Handels- en investeringscijfers Zuid-Afrika-Nederland mei 2019

Volume: 0-49 zendingen per jaar Europa 0 2 kg 2-10 kg kg kg

Handels- en investeringscijfers Zweden-Nederland 1

Transcriptie:

3D-kadaster: status en ontwikkelingen wereldwijd Prof.dr.ir. Peter van Oosterom, TU Delft Dr. Jantien Stoter, TU Delft en Kadaster Prof.mr. Hendrik Ploeger, TU Delft en Vrije Universiteit Amsterdam Sinds de International Federation of Surveyors (FIG) workshop 3D Cadastres georganiseerd door TU Delft in 2001, staat het onderwerp 3D-kadaster op het programma van ieder jaarlijks FIG-event. Parallel hieraan zijn in verschillende landen ontwikkelingen gestart en nog steeds gaande voor betere kadastrale registraties van complexe 3D-situaties, ondersteund door wetenschappelijk onderzoek. Desondanks bestaat er momenteel geen land met een echt 3D-kadaster. De functionaliteit van de 3D-registratie is altijd wel in enig opzicht beperkt. Bijvoorbeeld het registreren van volumepercelen is mogelijk in de openbare registers, maar niet als onderdeel van de kadastrale kaart. Of de 3D-registratie is beperkt tot een specifiek type object met bijbehorende specifieke oplossingen (bijvoorbeeld appartementencomplex of leidingennetwerk). Om verdere ontwikkelingen op het gebied van 3D-kadasters te stimuleren en daarbij voort te bouwen op bestaande kennis en reeds opgedane ervaringen (zie bijvoorbeeld eerdere Geo-Info-artikelen [5, 6, 7, 8, 9]) is in april 2010 tijdens het FIG-congres in Sydney besloten om de 3D-kadaster FIG-werkgroep te reactiveren. Nu onder voorzitterschap van Peter van Oosterom (Hendrik Ploeger was samen met Yerach Doytscher uit Israel voorzitter van de werkgroep van 2002 tot 2006). In dit artikel willen wij, als actieve leden van de FIG-werkgroep, de scope toelichten van de 2010-2014 FIG-werkgroep en in het bijzonder de uitdagingen voor 3D-kadasters waarmee de werkgroep zich bezighoudt. Een belangrijke taak van de werkgroep is het wereldwijd monitoren van de status van 3D-kadasters. Hiervoor heeft de werkgroep (in het bijzonder de auteurs van dit artikel in samenwerking met Rod Thompson en Sudarshan Karki uit Australië) in het najaar van 2010 een enquête uitgevoerd die in 2014 zal worden herhaald. In het tweede deel van dit artikel zullen we de resultaten van de 2010-enquête presenteren. Scope van de 2010-2014 FIG-werkgroep 3D-kadaster Het startpunt van de werkgroep is de nog steeds toenemende behoefte aan nauwkeurige en transparante informatie over rechten, gebruik en waarde in complexe ruimtelijke en juridische situaties. 3D-kadaster implementaties die voortbouwen op internationale kennis en ervaringen moeten tegemoet komen aan deze behoefte. Deze kennis en ervaringen zullen binnen de werkgroep worden bestudeerd en gestructureerd en verder worden ontwikkeld. De FIG hanteert daarbij een ruime definitie van 3D-kadaster en 3D-kadastrale percelen. 3D-percelen omvatten in ieder geval lucht, water en ondergrond, maar wat een 3D-perceel precies is (of zou kunnen zijn) is afhankelijk van de juridische en organisatorische context in een specifiek land (of staat/provincie). In het ene land is bijvoorbeeld een appartement zelf een recht van eigendom, terwijl in een ander het hele appartementencomplex gemeenschappelijk eigendom is en het recht op het appartement wordt verkregen via een bijzonder gebruiksrecht. In beide gevallen is het appartement zelf een 3D-perceel, maar via verschillende rechten. Een derde land kent wel rechten voor appartementen, maar daar ontbreekt een 3D-beschrijving waardoor het 3D-aspect conceptueel blijft. Een formele definitie van een 3D-perceel kan worden gegeven als de ruimtelijke eenheid waaraan een of meer unieke en homogene rechten (bijvoorbeeld eigendom of gebruik), verantwoordelijkheden of beperkingen zijn toegekend en zijn ingeschreven in de openbare registers. Homogeen betekent dat dezelfde combinatie van rechten geldt voor de hele 3D-ruimtelijke eenheid. Uniek betekent dat dit de grootste ruimtelijke eenheid is waarvoor dit geldt. Het groter maken van de eenheid zou resulteren in een combinatie van niet-homogene rechten. Het kleiner maken van de eenheid zou resulteren in ten minste twee 3D-buurpercelen met dezelfde combinatie van rechten en rechthebbenden. Het doel van de FIG-werkgroep is om een generieke methodiek voor implementatie van 3D-kadaster vast te stellen (op te leveren in 2014), die specifieke kadasters kunnen aanpassen gelet op hun nationale behoeften, context en mogelijkheden. Deze methodiek zal enerzijds bestaan uit een gemeenschappelijk begrippenkader van de concepten die tot nu toe mist in de discussies rond 3D-kadaster. Deze concepten zullen worden geformaliseerd als onderdeel van het ISO 19152 Land Administration Domain Model (LADM), dat al ruimte biedt voor het definiëren van 3D-representaties (ISO/TC 211, 2010; van 4 Geo-Info 2011-2

Oosterom et al, 2009]; (fig. 1). Een ander onderdeel van de methodiek is een nauwkeurige beschrijving van de belangrijkste aspecten en stappen voor verschillende implementaties van een 3D-kadaster. Deze beschrijving zal een soort checklist zijn voor 3D-kadaster implementaties voor verschillende nationale contexten en bevat best practices voor wat betreft de juridische, institutionele en technische aspecten. De methodiek zal kadasters helpen de scope van 3D-kadaster in hun specifieke context vast te stellen en vervolgens de optimale oplossing van een 3D-kadaster te implementeren. De volgende aspecten zullen hierbij aandacht krijgen: 1. Wat voor 3D-kadastrale objecten moeten worden geregistreerd? Zijn deze verplicht gerelateerd aan (toekomstige) constructies (gebouw, kabel, tunnel, enz.) zoals in Noorwegen en Zweden, of kan het 3D-object elke ruimtelijke vorm aannemen zoals luchtperceel of class Spatial Unit Package (Classes, with Attributes, Constraints, Operations, and Code lists) Party::LA_Party +rrr +party 0..1 Topology relationship ISO19125 _Type as defined ISO 19125 LA_SpatialUnitGroup + hierachylevel: Integer + label: CharacterString [0..1] + name: CharacterString [0..1] + referencepoint: GM_Point [0..1] + sugid: Oid Administrative::LA_RRR LA_RequiredRelationshipSpatialUnit + relationship: ISO19125_Type [0..1] +set 0..1 +element 1..* LA_UtilityNetw orkstatustype LA_AreaType +rrr 1..* «invariant» {if dimension=2d then volume not specified if dimension=3d then area not specified} +whole LA_LegalSpaceUtilityNetwork + extphysicalnetworkid: Oid [0..1] + status: LA_UtilityNetworkStatusType [0..1] + type: LA_UtilityNetworkType [0..1] + getgeometry() : GM_Geometry LA_SurfaceRelationType LA_RegisterType baunitasparty +baunit +part 1..* 1 ondergronds perceel in Queensland, Australië? 2. Moeten lange objecten, zoals wegen, spoorlijnen en leidingen worden onderverdeeld op basis van de grondpercelen die zij doorsnijden (zoals in Queensland), of moeten deze objecten behandeld worden als één kadastraal object (zoals in Zweden)? Bij de opdeling moeten aan ieder perceel dezelfde rechten en rechthebbenden voor het houden van het ene lange object worden toegekend. 3. Wordt de representatie van het 3D-kadastrale object begrensd door coördinaten in een nationaal referentiesysteem (zoals in 2D in de meeste landen)? Of wordt verwezen naar bestaande topografische objecten en grenzen (zoals in Engeland en Wales)? Hierbij wordt onderscheid gemaakt in Administrativ e::la_baunit LA_SpatialUnit + extaddressid: Oid [] + area: LA_AreaValue [] + dimension: LA_DimensionType [0..1] + label: CharacterString [0..1] + referencepoint: GM_Point [0..1] + suid: Oid + surfacerelation: LA_SurfaceRelationType [0..1] + volume: LA_VolumeValue [] + areaclosed() : Boolean + volumeclosed() : Boolean + computearea() : Area + computevolume() : Volume + createarea() : GM_MultiSurface + createvolume() : GM_MultiSolid LA_DimensionType LA_StructureType «datatype» LA_VolumeValue + volumesize: Volume + type: LA_VolumeType LA_LegalSpaceBuildingUnit + buildingunitid: Oid [0..1] + type: LA_BuildingUnitType [0..1] LA_BuildingUnitType LA_UtilityNetw orktype «datatype» LA_AreaValue + areasize: Area + type: LA_AreaType Each spatial unit has a dimension. There can be a 2D spatial unit, or a 3D spatial unit, with a spatial unit with dimension "liminal" in between. See Annex B. «invariant» {If structure = text then geometry/topology is optional} LA_Level + lid: Oid + name: CharacterString [0..1] + registertype: LA_RegisterType + structure: LA_StructureType [0..1] + type: LA_LevelContentType [0..1] «invariant» {If dimension = 3D than structure in LA_Level can be toplogical, polygon, unstructured or point} LA_Lev elcontenttype LA_VolumeType Fig. 1. ISO 19152 met 3D-ruimtelijke eenheden en specialisaties als LA_LegalSpaceUtilityNetwork en LA_LegalSpaceBuildingUnit. +su +level 0..1 3D grenzen juridisch mogelijk in Zuid-Korea eigendom in 3D en beperkingen in 3D. Men kan eigenaar zijn van -100 m tot +100 m vanaf het landoppervlak, maar slechts mogen bouwen van -10 m tot +40 m. Beide leiden tot 3D-percelen, dat wil zeggen 3D-ruimtelijke eenheden waaraan rechten of beperkingen zijn toegekend. De 3D-eigendomspercelen mogen niet overlappen met andere 3D-eigendomspercelen, maar ze mogen wel overlappen met de 3D-percelen ten behoeve van beperkingen. In lijn met ISO s LADM, willen we in de methodiek de optimale balans vaststellen tussen 2D- en 3D-oplossingen. De volledige vervanging van 2D door 3D kadastrale registraties is daarbij geen optie, maar we moeten wel weten welke vraagstukken we tegenkomen in de transitiezone en hoe we 2D- en 3D-oplossingen kunnen integreren. Deze vraagstukken zijn te verdelen in vier onderzoeksonderwerpen: 3D-kadaster modellen. Welke ruimtelijke en temporele informatie is nodig en op welke wijze gebruiken verschillende gebruikers (notaris, makelaar, waterschap, gemeente, nutsbedrijf, burger) de informatie? 3D-kadasters en SII. De registraties van de juridische percelen enerzijds en hun fysieke tegenhanger anderzijds resulteert in twee verschillende, sterk gerelateerde datasets. Deze kunnen het beste gezamenlijk worden gedistribueerd via de Spatial Information Infrastructure (SII, ruimtelijke informatie infrastructuur). Naast het consistent houden van de juridische registraties op basis van de fysieke registraties, dienen de fysieke objecten ter referentie van de 3D-juridische objecten. 3D-kadasters en tijd. Hoe kan het tijdsaspect worden geïntegreerd in de registratie van 3D-percelen? Kan worden overgegaan tot 4D-percelen en met welke homogene aspecten hebben we te maken wat betreft ruimte, rechten, beperkingen en tijd? 3D-kadasters en gebruikersaspecten. Het begrijpen van de 3D- en 4Dkadaster representatie (bijvoorbeeld via animaties of momentopnamen met het tijdstip in te stellen via sliders) Geo-Info 2011-2 5

is een essentieel onderdeel van 3D-kadasters. Het succes van populaire user interfaces zoals Google Earth (fig. 2) kan hierbij als startpunt dienen met specifieke aandacht voor 3D-juridische objecten gerelateerd aan bijvoorbeeld ondergrondse infrastructuur en appartementencomplexen. Naast de digitale en interactieve mogelijkheden via internet, zal moeten worden gekeken naar het visualiseren op papier (bijvoorbeeld via verschillende viewpoints) en met behulp van andere elektronische media (interactieve tools gebaseerd op 3D-pdf of Adobe Flash). Aan deze vraagstukken wordt gewerkt door een klein team van experts, ondersteund door een breed internationaal netwerk van geïnteresseerden. De werkgroep bestaat momenteel uit 76 leden afkomstig uit 35 landen. De laatste stand van zaken is te vinden op de website van de werkgroep www.gdmc. nl/3dcadastres. In november 2011 organiseert de werkgroep de tweede workshop 3D Cadastres, tien jaar na de eerste [van Oosterom, Stoter & Fendel, 2001] en opnieuw in Delft. Deze workshop zal belangrijke input leveren voor de beoogde resultaten van de werkgroep. Fig.2. Schermafdruk: Amalia Velasco Martin-Varés (van het Spaanse Kadaster) De enquête Een andere belangrijke activiteit van de werkgroep is de enquête waarbij wereldwijd de status van 3D-kadasters wordt geïnventariseerd. Deze is in het najaar van 2010 voor het eerst uitgevoerd en zal worden herhaald in 2014. Hierdoor kan de voortgang van 3D-kadasters worden gemonitord. De enquête adresseert specifiek het verschil tussen een 3D juridische object (ruimte waarop men rechten of beperkingen heeft) en een 3D fysiek object. Vaak is er een relatie tussen beide, maar niet altijd. De enquête bevat vragen ingedeeld in de volgende acht thema s: 1. feitelijke 3D-situaties geschikt voor 3D-kadaster, inclusief valide geometrische 3D-representaties; 2. infrastructuur en andere netwerken (kabels en leidingen) als vastgoedobject; 3. 3D-eigendom gerelateerd aan constructies, zoals appartementencomplex (appartement wordt vaak begrensd door muur en de feitelijke constructie in plaats van coördinaten); 4. hoogterepresentatie en z-coördinaat; 5. temporele aspecten; 6. rechten, beperkingen en verantwoordelijkheden; 7. kadastrale database; 8. 3D-veldwerken (survey plans). Voor iedere vraag werd de respondent in de 2010-enquête gevraagd volgens de huidige situatie te antwoorden en volgens de situatie zoals verwacht in 2014, om nu al inzicht te krijgen in de te verwachten ontwikkelingen op korte termijn. Uit ervaring wisten we dat het moeilijk zou zijn eenduidige vragen te formuleren. Daarom hadden we voorbeeldantwoorden voor Queensland en Nederland gegeven (tabel 1). Om dezelfde reden hadden we in de inleiding van de enquête de definities van een 3D-perceel toegevoegd zoals 4.1. Do the plans of survey guarantee X/Y coordinates? (and are they relative or in an absolute spatial reference No. system?) 4.2. Are the cadastral database coordinates authoritative? 4.3. If not, what is the authoritative source of X/Y coordinates? 4.4. Do you have parcels defined by the walls of a building (with no recorded geometry)? 4.5. What is the spatial reference system for X/Y Coordinates? Australia/Queensland 2010 The Netherlands 2010 No. The DCDB cadastral point positions at any time are the best estimate based on survey information and control point data. As such, point positions will change with time. None. Yes Building Unit Plans. Units usually defined by centre of floors, walls and ceilings. Yes of 2D parcels. Yes. Yes. Apartment units; building units established with right of superficies. Tabel 1. Onderdeel van de 3D-kadaster enquête (thema 4 van enquête: hoogterepresentatie en z-coördinaat) Your Jurisdiction 2010 Your Jurisdiction 2014 6 Geo-Info 2011-2

hierboven gegeven en hebben we zo veel mogelijk uitleg en praktijkvoorbeelden gebruikt bij het formuleren van de vragen. De enquête is rondgestuurd naar alle leden van de FIG-werkgroep, alsook naar de leden van FIG-Commissies 3 (Spatial Information Management) en 7 (Cadastre and Land Management) wat uiteindelijk heeft geresulteerd in 35 ingevulde enquêtes (beschikbaar voor ieder land via www. gdmc.nl/3dcadastres/participants). De enquête is ingevuld voor de volgende landen: Argentinië, Australië (Queensland en Victoria), Bahrein, Brazilië, Canada, China, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Indonesië, Israël, Italië, Kazachstan, Kenia, Kroatië, Oostenrijk, Macedonië, Maleisië, Nederland, Nigeria, Noorwegen, Polen, Rusland, Spanje, Trinidad en Tobago, Turkije, Verenigd Koninkrijk (Engeland en Wales), Zuid-Korea, Zweden, en Zwitserland. Ondanks de extra aandacht die we hadden besteed om vragen en begrippen eenduidig te maken, ontvingen we tijdens het invullen toch enkele verzoeken om verduidelijking. Hieruit blijkt hoe moeilijk (en hoe belangrijk) het is eenduidige, gestandaardiseerde definities te hebben voor 3D-kadaster en 3D-perceel die in alle landen begrepen worden, zoals in de generieke methodiek 3D-kadaster wordt nagestreefd. Uit de ingevulde enquêtes kan een aantal conclusies worden getrokken. Ten eerste laten ook de antwoorden zien dat 3D-percelen en 3D-kadaster nog ambigue concepten zijn. Hierdoor geven de ingevulde vragenlijsten in de eerste plaats een beeld van de zeer verschillende manieren waarop de registraties omgaan met de derde dimensie die rechten (of beperkingen) kunnen hebben. De stelsels van grondboekhouding zijn nationaal of zelfs regionaal bepaald waardoor de uitwerkingen op organisatorisch, technisch en juridisch gebied sterk verschillen. Door deze verschillen is een vergelijking van de antwoorden niet altijd even gemakkelijk. Algemeen kan worden geconcludeerd dat in al deze landen, met uitzondering van Polen, 3D-percelen kunnen worden geregistreerd. Maar in de meeste landen wordt een 3D-perceel opgevat als (of zelfs Zwitserland zal 3D percelen in 2014 invoeren beperkt tot) appartementsrechten. Dat het niet mogelijk is 3D-percelen te registreren anders dan appartementsrechten wil overigens niet zeggen dat het juridisch niet mogelijk is om rechten met begrenzingen in de derde dimensie te vestigen. Zo wordt voor Zuid-Korea expliciet aangegeven dat 3D-grenzen juridisch mogelijk zijn, maar kadastrale registratie (afgezien van appartementsrechten) niet. Hieronder volgen voor specifieke aspecten de eerste analyse van de enquêteresultaten. Moeten 3D-percelen zich noodzakelijk bevinden binnen de bestaande 2D-perceelsgrenzen? De meeste respondenten antwoordden dat een 3D-perceel zich bevindt binnen de grenzen van een (2D-) grondperceel. Dit sluit niet uit dat het gebouw waarop het recht betrekking heeft zich wel kan uitstrekken over verschillende grondpercelen. Eventueel zoals in het geval van Nederland kan een 3D-omschrijving van het recht in de akte verwijzen naar diverse 2D-grondpercelen. Wat er gebeurt als het grondperceel later wordt gesplitst, wordt niet altijd duidelijk uit de antwoorden. In Queensland is het uitgangspunt dat het te vormen 3D-perceel zich binnen de grenzen van een 2D-perceel moet bevinden, maar dat dit niet uitsluit dat het grondperceel later wordt gesplitst. Het oorspronkelijke 3D-perceel blijft dan bestaan en strekt zich dan dus uit over meerdere grondpercelen. In Noorwegen en Zweden kunnen 3D-eigendommen zich in ieder geval uitstrekken boven of onder verschillende 2D-percelen. In Finland wordt deze mogelijkheid voorzien in de toekomst. Lege ruimtes of bestaande gebouwen? Een interessante vraag is of registratie van rechten op lege ruimten mogelijk is (bijvoorbeeld ter bescherming van een bestaand uitzicht) of dat het geregistreerde recht noodzakelijk betrekking moet hebben op een bestaande (of toekomstige) constructie. Expliciete regels daarvoor blijken bij de meeste landen niet te bestaan, maar wel wordt aangegeven dat in de regel de rechten bedoeld zijn voor constructies. Expliciet wordt de mogelijkheid om rechten op (lege) ruimtes te registeren genoemd in Australië (zowel Queensland als Victoria), Canada (Quebec), en ook Finland als het gaat om volumes in de ondergrond. Hier tegenover staan Noorwegen en Zweden waar deze mogelijkheid uitdrukkelijk door de wetgeving is uitgesloten. Er moet sprake zijn van een bestaand of binnen een korte tijd te bouwen gebouw waarvoor een bouwvergunning is afgegeven. Wordt er uiteindelijk niet gebouwd, dan vervalt de registratie en dus het eigendom. De grenzen van het 3D-perceel In de regel refereren de grenzen van 3D-percelen aan scheidingsmuren, plafonds en vloeren. Frankrijk geeft expliciet aan dat bij gebrek aan richtlijnen op dit gebied virtuele grenzen mogelijk zouden zijn. Met betrekking tot de z-as (hoogte) blijken in verreweg de meeste landen richtlijnen te ontbreken of wordt er helemaal niets geregistreerd. Bij de landen die wel (in veldwerk of in de akte) een registratie van de hoogte kennen blijkt dat in Australië (Queensland en Victoria) en Frankrijk gebruikgemaakt wordt van een absolute hoogte en in Canada (Quebec) en Zweden van een relatieve hoogte (ten opzichte van maaiveld). De registratie van 3D-percelen in de kadastrale database 3D-percelen komen nergens voor in de kadastrale registratie. De beschrijving van de ruimte vindt plaats in het veldwerk, de akte of een afzonderlijke tekening. De standaard lijkt te zijn dat floor plans die de grenzen aangeven per verdieping Fig. 3. Floor plan met twee kadastrale objecten verdeeld over begane grond en eerste en tweede verdieping (voorbeeld uit Cyprus). Geo-Info 2011-2 7

(zoals de Nederlandse splitsingstekening) opgenomen zijn in de title deed of de betreffende openbare registers (Land Book, Land Registry, public registers) of in survey plans maar niet in de kadastrale database (kaart). Eventueel vindt een verwijzing naar het 3D-perceel in de kadastrale kaart plaats in de vorm van een 2D-polygoon in een afzonderlijke laag zoals in het geval van Australië Queensland, Cyprus (fig.3), Kroatië (waar men spreekt over een 2.5D-representatie), Noorwegen en Zweden. In Noorwegen wordt tevens aangegeven of het perceel zich boven of onder de grond bevindt. In Italië is er naast het Land Kadaster wel Fig. 4a,b,c. 3D-visualisaties gebouwen in het Spaanse Kadaster (gebaseerd op standaard hoogte van 3 m per verdieping). een Kadaster of Buildings met informatie over vloerlagen, niveau of hoogte van gebouwen. Het meest interessant is Spanje waar op de kadastrale kaart een 3D-model van de gebouwen kan worden vertoond met de verdeling van eigendommen binnen de gebouwen. Maar dit is geen 3D-weergave van de werkelijke hoogte. Er wordt namelijk uitgegaan van een standaardhoogte van drie meter per bouwlaag. Hoewel met beperking biedt deze oplossing wel al een min of meer realistische weergave van de gebouwen en de eigendomslagen binnen die gebouwen in stedelijk gebied (fig.4). Registratie van netwerken Een bijzondere plaats binnen de geregistreerde 3D-rechten en -objecten nemen kabel- en leidingnetwerken in. Leidingnetwerken strekken zich veelal uit over verschillende grondpercelen en hebben daarmee afgezien van de hoogte- of diepteligging van de constructie een eigen 3D-karakteristiek. Zoals bekend kent Nederland sinds enkele jaren de mogelijkheid om de rechten op alle soorten kabel- en leidingnetwerken te registreren waarbij de netwerken ook een eigen kadastraal nummer krijgen. Vergelijkbaar is Zwitserland waar (deels) netwerken in de kadastrale database zijn opgenomen en met name in Genève als 3D-percelen worden geregistreerd. Ook in Rusland kan een netwerk worden geregistreerd door het Kadaster, al gebeurt dit nog niet veel. In Kazachstan wordt de eigendom van (bovengrondse) netwerken zelf geregistreerd ( as legal objects ). Ondergrondse netwerken worden echter niet geregistreerd maar alleen afgebeeld op kaarten. Verder worden in Canada (Quebec) kabel- en leidingnetten, maar ook spoorwegnetwerken geregistreerd in de openbare registers ( register of real right of State resource development ). Deze objecten kunnen op verzoek van de eigenaar op de kadastrale kaart worden weergegeven, hetgeen zelden gebeurt volgens de Canadese respondent. Het netwerk als zodanig kan echter niet in de kadastrale database worden teruggevonden, maar indirect via de grondpercelen waardoor het netwerk loopt. Registratie van netwerken blijkt in andere landen niet voor te komen of slechts beperkt mogelijk te zijn, zoals in Turkije waar alleen hoogspanningsleidingen in de kadastrale database worden geregistreerd. Registratie van netwerken vindt soms plaats op niveau van gemeenten, en in combinatie met kadastrale gegevens (fig. 5 met voorbeeld uit Istanbul, Turkije). Een algemene registratie voor (ondergrondse) netwerken bestaat ook niet in Noorwegen, waar telecommunicatie-, waterleiding- en elektriciteitsnetwerken niet worden geregistreerd in het kadaster, maar wegen en spoorlijnen wel. Enkele landen kennen utility maps (Australia, Victoria) of een utility kadaster, zoals Kroatië. In dit laatste land wordt verwacht dat dit in 2014 wordt opgenomen in de kadastrale database. Ook bij andere landen wordt een ontwikkeling voorzien met betrekking tot de registratie van netweken, met name in Denemarken, Hongarije, Israël en Italië lijkt dit zeer concreet. In het laatstgenoemde land zou dit plaatsvinden in het kader van de ontwikkeling van een kadaster voor de ondergrond. Ontwikkelingen op korte termijn De voorziene ontwikkelingen op het gebied van 3D-registraties tot 2014 blijken zeer beperkt te zijn. Of dit betekent dat men tevreden is met het bestaande systeem van 2D-registratie zoals expliciet voor Engeland en Wales is aangegeven wordt niet duidelijk aangezien verreweg de meeste respondenten de vragen voor 2014 niet hebben ingevuld. Het meest concreet is Zwitserland, waar in 2014 het concept van 3D-percelen zal worden ingevoerd, en Denemarken waar melding wordt gemaakt van de lopende discussie of 3D-percelen zouden moeten worden geregistreerd in het kadaster en als footprint op de kadastrale kaart. Bahrein noemt de toekomstige representatie van de appartementen in de kadastrale database. In Israël is de afgelopen jaren veel onderzoek geweest naar de ontwikkeling van een 3D-kadaster en er wordt gehoopt dat dit zijn vruchten voor de praktijk zal afwerpen. Tot slot Zoals aangegeven zijn de uiteindelijke oplossingen voor registratie van rechten met 3D-kenmerken zeer verschillend. In grote lijnen kan men vaststellen dat appartementsrechten worden geregistreerd met tekeningen in de 8 Geo-Info 2011-2

Fig. 5. Turks voorbeeld 3D-leidingennetwerk : gas (rood) en water (blauw) met fragment van door gemeente Istanbul geregistreerde gegevens in combinatie met kadastrale kaart; vertaling: uzunluk = lengte, cap = diameter, tur = druk ; [Döner et al, 2010]. aktenregistratie. Maar een echte 3D-registratie in het kadaster komt nergens ter wereld voor. Het meest wordt dit benaderd door Spanje, hoewel men daar met een standaardhoogte per vloerlaag werkt. Technieken voor 3D-inwinning, beheer en distributie komen echter binnen handbereik. De volgende stap is het optimaal benutten hiervan om te voldoen aan de groeiende informatiebehoeften rond 3D-kadasters, passend binnen specifieke organisatorische en juridische contexten. De internationale aanpak van de FIG-werkgroep hoopt hier een belangrijke bijdrage aan te kunnen leveren door de generieke methodiek met richtlijnen voor specifieke contexten en implementaties. Ook in Nederland zijn ontwikkelingen gaande voor verdergaande 3D-registraties binnen onze specifieke context. In het volgende nummer van Geo-Info zullen we hier een artikel aan wijden. Het derde en laatste artikel van dit drieluik over 3D-kadasters zal gaan over het 3D-kadaster dat we samen met het Russisch kadaster voor Rusland aan het opzetten zijn. Rod Thompson en Sudarshan Karki (Queensland Government, Australia) bedanken wij voor het mede opzetten van de FiG questionnaire 3D-Cadastres waar dit Geo-Info-artikel over gaat. Literatuur 1. Döner, Fatih, Rod Thompson, Jantien Stoter, Christiaan Lemmen, Hendrik Ploeger, Peter van Oosterom and Sisi Zlatanova. 4D cadastres: First analysis of Legal, organizational, and technical impact - With a case study on utility networks. In: Land Use Policy, Volume 27, pp. 1068-1081, 2001. 2. ISO/TC 211 Geographic information - Land Administration Domain Model (LADM), ISO/DIS 19152 (draft international standard: version 20 july 2010). 3. Oosterom, Peter van, Arco Groothedde, Chrit Lemmen, Paul van der Molen and Harry Uitermark Wereldwijde afstemming van landadministratie (1 van 3) (in Dutch). In: Geo-Info, Volume 6, 12, pp. 30-33, 2009 4. Oosterom, P.J.M. van, J.E. Stoter, E.M. Fendel (Eds.); Proceedings International Workshop on 3D-Cadastres, Registration of properties in strata, Delft, November 2001, published by FIG (online www.gdmc.nl/3dcadastres/ literature) 5. Stoter, J.E., M.A. Salzmann, P.J.M. van Oosterom and P. van der Molen (2002). Op naar een 3D-kadaster? Registratie van multi-functioneel ruimtegebruik. Geodesia, Tijdschrift voor geodesie en geo-informatie, jaargang 44, number 3, pp.88-93, ISSN 1385-7517. 6. Stoter, J.E. en P.J.M. van Oosterom (2002) Een oplossing voor een 3D-kadaster? Geodesia, Tijdschrift voor geodesie en geo-informatie, Volume 44, number 7/8, pp. 288-297, ISSN 1385-7517. 7. Ploeger, H.D. and J.E. Stoter (2002). Ruimtelijk inzicht in het kadaster, Geodesia, Tijdschrift voor geodesie en geo-informatie, jaargang 44, number 12, pp. 444-450, ISSN 1385-7517. 8. Stoter, J.E., and M.A. Salzmann (2004). Met het Kadaster de ruimte, Geo-Info, jaargang 1, nummer 9, 2004, pag.364-369 9. Stoter, J.E., P.J.M. van Oosterom and H.D. Ploeger (2005). Volume percelen in de kadastrale registratie, Geo-Info, jaargang 2, nummer 2, 2005, pag.84-89 HP/De Tijd over 12 oktober, PWA en het NAP Een lezing en een tentoonstelling over het Normaal Amsterdams Peil, het nationale ijkpunt voor landmeters. En dat een dag na terugkeer van een bezoek aan de Nederlandse Antillen. Het moet dus op karakter vandaag. De prins laat het over zich heen komen. De onwaarschijnlijk saaie voordracht duurt tenslotte maar twintig minuten. Daarna moet de prins door een landmeetkijker kijken en een getal doorgeven aan een gewichtig ogende man met een klembord in de hand. Die noteert het getal en vraagt de prins het formulier te ondertekenen. Licht gegrinnik bij de omstanders. Gelukkig is de prins goed geluimd. Dat is de goedkoopste smoes voor een handtekening die ik ooit heb gehoord, flapt hij eruit. Hilariteit alom, niet in de laatste plaats bij de grappenmaker zelf. En de man met het klembord, we zien het aan zijn mimiek, die wordt ter plekke een centimeter kleiner. Dat zien we vaker. De prins maakt een grapje (hij heeft wérkelijk humor), alle omstanders lachen, maar er is één iemand die beteuterd kijkt. Hij voelt zich niet gekwetst, hij is niet beledigd, hij houdt er geen trauma aan over. En toch voelt iedereen aan dat hij de verliezer is. Hij kan niets meer herstellen, hij kan de bal niet terugkaatsen. Alle repliek zou opgepast en ontijdig zijn. In de humor heeft de hoogst geplaatste altijd het laatste woord. En overal waar hij komt, is Willem-Alexander die hoogst geplaatste. Bron: Mark Traa, In het voetspoor van Willem-Alexander, in: HP/De Tijd, 17 december 2010 Geo-Info 2011-2 9