Driemaandelijkse nieuwsbrief van het OOK vzw - Vlaamse Ouderenraad



Vergelijkbare documenten
3. Inspraak - Participatie aan het beleid

RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR

Aandachtspunten t.a.v. de PROVINCIES. 2. Mobiliteit Ouderen willen zich overal kunnen verplaatsen, ook bij beperking van de persoonlijke mobiliteit.

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2014/3 naar aanleiding van het Vlaams Ouderenbeleidsplan

VLAAMSE OUDERENRAAD. Advies 2009/1 Sport en Bewegen voor ouderen. Vlaamse Ouderenraad 25 maart 2009 Koloniënstraat bus Brussel

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2011/2 over de aanpassing van het Decreet ouderenbeleidsparticipatie

10 JAAR VLAAMSE OUDERENRAAD GROEI - REALISATIES MIE MOERENHOUT - DIRECTEUR VLAAMS PARLEMENT 28 JANUARI 2016

Decreet van 30 april 2004 houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen

Opportunities, access and solidarity: towards a new social vision for 21st century Europe (Europese Commissie)

Ontwerp van decreet. houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen

Driemaandelijkse nieuwsbrief van het OOK vzw - Vlaamse Ouderenraad

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012)

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2013/3 over de overdracht van de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden (THAB) naar Vlaanderen

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

LOKAAL OUDERENBELEID WAT IS BELANGRIJK ALS LOKAAL BESTUUR?

NETWERK THUISZORG JAAROVERZICHT 2016

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2015/6 naar aanleiding van de aanbeveling van de Raad van Europa over de rechten van ouderen

Vlaamse Regering rssjj^f ^^

DURF2020 ACHTERGRONDINFO

Ouderenbeleidsplan Verslag consultatieronde ouderenraden en organisaties

Jongeren meer bij de politiek te betrekken en hen mondiger te maken door middel van talrijke activiteiten die burgerschapsvormend zijn.

Aanwezig : Julien Bogaert, Herman De Backer, Rik Sagaert, Ingrid Vyvey, Silvie Vanhoutteghem, Jeroen Terryn en Ann De Bruyckere. 1 Verwelkoming...

VLAAMSE OUDERENRAAD. Standpunt De verdere ontwikkeling en de financiering van de oudereneducatie

Organisatie van advies en inspraak van het lokaal cultuurbeleid

Elektronische nieuwsbrief 14 februari 2008 Jaargang 4 - nummer 1

Reglement betreffende de erkenning en subsidiëring van instellingen voor sociaalcultureel voor volwassenenwerk in de provincie Limburg

BIJLAGE. Motivering van het voorliggende convenant

INLEIDING. Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting?

DECREET. houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

Seniorenadviesraad Galmaarden

Lokaal overleg kinderopvang Kortrijk

MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR

Interview met minister Joke Schauvliege

Decreet van 20 december 2013 tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten

DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, JEUGD, SPORT, BRUSSELSE AANGELEGENHEDEN EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING,

OVERGANGSBEPALINGEN VOOR BEWEGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018

Gecoördineerde tekst:

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Organisatie van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden

Advies over de decreetwijziging betreffende de Regionale Technologische Centra (RTC)

Welkom bij de Vlaamse Zorgkas. Wat meer uitleg over de zorgverzekering

Ontwerp van decreet. Tekst aangenomen door de plenaire vergadering ( ) Nr. 8 6 juli 2011 ( ) stuk ingediend op

betreffende een betere ondersteuning van de mantelzorg in het Vlaamse beleid

Indien u vragen hebt over deze controle, kunt u contact opnemen met uw inspecteur via mi.inspect_office@mi-is.be.

Federaal Plan Armoedebestrijding. Reactie van BAPN vzw. Belgisch Platform tegen Armoede en Sociale Uitsluiting EU /11/2012

RAADGEVEND COMITE VOOR DE PENSIOENSECTOR

ZORG EN WONEN VOOR OUDEREN

ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES

studiebeurs Voorwaarden voor het secundair onderwijs

Barometer werking 2015

Officieus gecoördineerde versie: oorspronkelijke tekst met opname van alle wijzigingen

Gemeentelijke Raad voor Ontwikkelingssamenwerking GRO..M Mechelen

Barometer lokale ouderenraden - Werking 2016

Kwaliteitsplanning 2014

OVERGANGSBEPALINGEN VOOR VERENIGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018

Lokale ouderenraden in cijfers Barometer 2018

Ontwerp van decreet ( ) Nr juni 2012 ( ) stuk ingediend op

Actieplan LOP Gent Basisonderwijs

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

DE KRACHT VAN SPEELPLEIN WERK Memorandum Vlaamse, federale en Europese verkiezingen 2019

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Toekomstgericht antwoord geven op de uitdagingen van de vergrijzing

SWOT ANALYSE BREDE SCHOOL SPW

Lokale ouderenraden op de kaart

Statuten Gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur

MEDEDELING AAN DE VLAAMSE REGERING

VERENIGING VOOR DE VERENIGDE NATIES BRUSSEL Identificatienummer 7401/77

LOP Antwerpen Basisonderwijs ALGEMENE VERGADERING

Wat waren de voornemens, volgens het regeerakkoord en de beleidsnota?

ONTWERP VAN DECREET TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING

Al gehoord van de 107? Mieke Craeymeersch, directeur Similes

Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma

Voor ik naar hier kwam, heb ik nog even een kijkje genomen op de. organisaties, vzw s die al dan niet dringend op zoek zijn naar

lokalebesturen.limburg.be Vergrijzing en zorgvraag in beeld gebracht

Besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2007 tot uitvoering van het decreet van 5 mei 2006 houdende de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal

Gelijke Kansen en Diversiteit binnen het UZ Gent

Artikel 2. De zetel van de sportraad is gevestigd in het gemeentehuis van de gemeente Meerhout, Markt 1, te 2450 Meerhout.

SENIORENADVIESRAAD SINT- NIKLAAS STATUTEN

Hierbij vindt u het verslag van de inspecties die plaatsvonden in uw centrum op 23 mei 2017.

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 5 oktober

ADVIES I.V.M. HET POSITIEF ACTIEPLAN ALLOCHTONEN EN ARBEIDSGEHANDICAPTEN 2002

Voorstel van resolutie. betreffende het automatisch toekennen van een tenlasteneming van de Vlaamse zorgverzekering voor palliatieve thuispatiënten

Handboek sportraden. Weet raad met je sportraad

ACTIEF OUDER WORDEN. Visie van de Vlaamse Ouderenraad

Jouw gemeente in de wereld De wereld in jouw gemeente

REFUGEE UNITE IC VZW

VR DOC.1167/1BIS

STATUTEN CULTUURRAAD

betreffende de erkenning en ondersteuning van de Minder Mobielen Centrales (MMC s)

Belgian Ageing Studies 10 jaar onderzoek door en voor ouderen

Actieplan 1 Informatie- en preventiebeleid naar de Zeelse bevolking toe op het vlak van o.m. (kinder)armoede, gezondheid, participatie

Brussel, 15 december _Aanbeveling Brussels Airport. Aanbeveling. ontwerp actieplan omgevingslawaai voor de luchthaven Brussels Airport

Europees Jaar van het Cultureel Erfgoed in Vlaanderen

PROVINCIAAL REGLEMENT INZAKE DE TOEKENNING VAN SUBSIDIES AAN SOCIAAL-CULTURELE VERENIGINGEN, DIE ACTIEF ZIJN IN DE PROVINCIE VLAAMS-BRABANT

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Transcriptie:

OOK - ACTUEEL Belgie - Belgique P.B. Leuven 1 BC 4192 Driemaandelijkse nieuwsbrief van het OOK vzw - Vlaamse Ouderenraad Jaargang 8, nr. 3 juli/augustus/september 2007 Afgiftekantoor: Leuven 1 P 209987 Vlaams Ouderen Overleg Komitee vzw Vlaamse Ouderenraad Koningsstraat 136 1000 Brussel verantwoordelijke uitgever: Mie Moerenhout

Inhoud Voorwoord...ū 1 Nieuws van de Overheid...2 Nieuws uit de Commissies en Werkgroepen...3 Nieuwe brochures over de pensioenen van de overheidssector...14 Memorandum t.a.v. DE FEDERALE REGERING juni 2007...16 Europees Jaar van de Gelijke Kansen...24 Nieuws van Europa...25 Werelddag rond Ouderenmis(be)handeling: 15 juni...26 Aanwezigheid zestigplussers in verkiezingen...28 VACATURE: Deskundige bij de Vlaamse Ouderenraad...30 Senior Games 19 april 2007...31 Literatuur...ū 32 Lokale Dienstencentra en Ouderenverenigingen...34 Lokaal en provinciaal ouderenbeleid...36 Bad van Marie: Rusthuisproject...37 Gratis rondleidingen voor de actieve 55-plusser in oktober bij Technopolis...38 Seniorensportnamiddag...39 Laatste oproep! Koning Boudewijnstichting: intergenerationele projecten...40 Project: EXPO 58: wij waren erbij!...40 GEZOCHT: Projecten met een positieve kijk op vergrijzing...41 Week van de Smaak: 15-24 november 2007...42 Fluoveiligheidsvestjes...42 Leden van het OOK - Vlaamse Ouderenraad...43 Agenda...ū 45

Voorwoord Verkiezingen Na de laatste verkiezingen kijken we vol spanning uit naar de nieuwe samenstelling van de federale regering. Vele organisaties maakten de voorbije maanden hun eisen voor hun toekomstig beleid kenbaar. Ook het OOK - Vlaamse Ouderenraad bundelde haar beleidsvoorstellen in een gezamenlijk memorandum. Veel draait voor het het OOK om een goede sociale zekerheid, en in het bijzonder wat de pensioenen betre, betre, staat het voor de organisaties buiten kijf dat de overheid voorrang moet geven aan het behoud en de verdere uitbouw van het we elijke we elijke pensioenstelsel, met een goed evenwicht tussen solidariteit en verzekering. In april van dit jaar kregen de ouderen een welvaartbonus (als zoethoudertje?), maar dat is nauwelijks 20 eurocent per dag. De pensioenen moeten dan ook welvaartsvast gemaakt worden. Volgens het OOK- Vlaamse Ouderenraad is vooral dringend een inhaalbeweging nodig voor de oudste en de minimumpensioenen. Het overlegcomité stelt een planning van maximum vier jaar voorop om de vertraging (sinds 1993) weg te werken. Dit is waar het om gaat en is de zorg van de ouderen. Het OOK kreeg twee jaar geleden al een erkenning als Vlaamse Ouderenraad, een orgaan dat adviezen opstelt voor de Vlaamse regering. Ook op federaal vlak groeide de nood aan inspraak in het beleid met de verschillende gemeenschappen samen. Half februari werd de oprichting van een Federale Ouderenadviesraad unaniem goedgekeurd door de kamer. Uiterlijk maart 2008 zou die adviesraad er moeten staan. Het OOK vraagt nadrukkelijk dat ook de ouderen betrokken zouden worden bij de concrete installatie van dit nieuwe inspraakorgaan. Vanzelfsprekend gaat het hier niet alleen over vertegenwoordiging voor de Vlaamse zestigplussers (23% van de bevolking) want ook Brussel, Wallonië, en Duitstalig België zullen hun vertegenwoordigers uitsturen. Maar zoals gezegd wil het OOK meer inspraak in het besluitvormingsproces, ook Europees en zelfs internationaal. Age, het Europese Ouderenplatform dat zeven jaar geleden is opgericht, kan hier een belangrijke rol vervullen. We hopen dat het memorandum van het OOK-Vlaamse Ouderenraad zijn nut kan bewijzen. Meedenken en meespreken is voor alle generaties belangrijk en dan ook meer dan een slagzin die we van bij de oprichting in 1993 hanteren. Goddie De Smet Voorzi er 1

Nieuws van de Overheid Dank aan mevrouw Inge Vervo e De coördinerend minister voor Ouderenbeleid, mevrouw Inge Vervo e, maakt met de goede federale verkiezingsuitslag de overstap naar de federale kamer. Zij wordt opgevolgd door de heer Steven Vanackere, welke dan meteen de verantwoordelijke minister wordt voor het Vlaamse Ouderenbeleid. Welkom minister Vanackere. Ontwerp Vlaams Ouderenbeleidsplan De regering keurde het ontwerp van het Vlaams Ouderenbeleidsplan voor de periode 2006-2009 goed. Een aantal punten van het advies van de Vlaamse Ouderenraad werden aangenomen. Op 2 mei werd het ontwerp bezorgd aan het Vlaams parlement. Na de goedkeuring wordt dit het eerste Vlaams Ouderenbeleidsplan. 2000 gezondheidswerkers worden opgeleid om valongelukken bij ouderen te voorkomen 30 % van de thuiswonende 65-plussers valt elk jaar minstens één keer. Bij de 80-plussers loopt dit percentage zelfs op tot 50 %. Al te vaak gee een val een slecht toekomstperspectief. Door aan preventie te doen, kunnen valongelukken sterk verminderen. Huisartsen, thuisverpleegkundigen, ergotherapeuten en kinesisten worden nu getraind om met de ontwikkelde methodiek te werken. Verbetering van de spierkracht van de oudere personen en veiligheid in huis staan daarbij centraal. De actie richt zich voornamelijk op ouderen die het voorbije jaar een paar keer gevallen zijn. Via een zelfevaluatielijst kunnen de ouderen hun risico nagaan en desgevallend het probleem aankaarten bij de gezondheidswerkers. Het Vlaams Meldpunt Ouderenmis(be)handeling ontvangt dubbel zoveel centen en de verdere werking is verzekerd Na 6 jaar werken wordt het subsidiebedrag voor het Meldpunt verdubbeld en structureel verankerd aangezien bewezen is dat de werking nodig dient verder gezet te worden. Steeds meer mensen vinden de weg naar het Meldpunt. Deze sleutelrol is noodzakelijk om zicht te hebben op de problematiek, om toeleiding naar hulp te verzekeren en deze te ondersteunen en om de samenwerking met de provinciale steunpunten blijvend te realiseren. De rusthuisfactuur Vanaf 1 juli 2007 gelden nieuwe regels voor de dagprijzen van de rusthuizen. De bedoeling is eenvormigheid en transparantie te verkrijgen. Een aantal zaken worden verplicht in de dagprijs opgenomen; supplementen moeten aan marktprijs gerekend en bewezen worden. De nieuwigheden moeten verwerkt worden in het huishoudelijk reglement en in de overeenkomst met de bewoners. Sommige rusthuizen dienen daartoe hun dagprijs aan te passen, wat enkel kan in overeenkomst met de federale overheidsdienst Economische Zaken. De maatregelen gelden zowel voor de rusthuizen als voor de centra voor kortverblijf die onder het bejaardendecreet vallen. Mie Moerenhout Directeur 2

Nieuws uit de Commissies en Werkgroepen Commissie Inkomen De Commissie Inkomen rich e de voorbije maanden haar volledige aandacht op het advies voor het memorandum van de Vlaamse Ouderenraad naar de komende federale regering. Vier inkomenspunten verdienden opname in het advies: de pensioenen, de financiering van het we elijke pensioenstelsel, fiscaliteit en toegelaten arbeid. Het voorbereidende werk van de commissie is bijna integraal opgenomen in het goedgekeurde memorandum (zie verder in de nieuwsbrief). Lies Vandecasteele Secretaris Commissie Internationaal Ouderenbeleid De voorbije maanden werkte de Commissie Internationaal Ouderenbeleid een drukke agenda af. Want, ze bekeek niet alleen het antwoord van de Vlaamse overheid op het advies rond het Vlaams Ouderenbeleidsplan, maar stelde ook een beleidsaanbeveling op voor het OOK-memorandum naar de komende federale regering. Ondertussen volgde ze ook de werkzaamheden van AGE op en bestudeerde ze enkele belangrijke actuele Europese dossiers. Vlaams Ouderenbeleidsplan In grote lijnen reageerde het kabinet Vervo e tweezijdig op de punten van de commissie in het advies van de Vlaamse Ouderenraad. Aan de ene kant erkende ze dat de link met het internationale beleidsniveau zeker niet uit het oog verloren mag worden. Aan de andere kant verdedigde ze het bestaande plan door de verwijzing aan te halen naar het actieplan van de Verenigde Naties en te benadrukken dat de Vlaamse overheid zich tot haar eigen bevoegdheden wil beperken. Concluderend zal de Vlaamse overheid bij het volgende beleidsplan toch duidelijk meer aandacht moeten besteden aan de link met het internationale niveau. Memorandum voor de komende federale regering De komende federale regering moet de noodzakelijke link tussen het Belgisch, het Europees en het internationaal Ouderenbeleid leggen in alle beleidsdomeinen. De toenemende mondialisering en groeiende invloed van de EU-reglementering hee enkele belangrijke implicaties voor ouderen in België. Deze gevolgen ervaren ouderen op alle levensdomeinen van hun dagelijkse leefwereld. De federale overheid moet zich dan ook op het Europees en internationaal beleidsniveau actief inze en voor de ouderenbelangen. Dit vooral inzake de beleidsstrategie rond de vergrijzing, de armoedebestrijding, de politieke participatie van ouderen, de liberalisering, het engagement in het Europa van de Regio s, de ondersteuning van AGE en het respect voor het antidiscriminatiebeginsel op het vlak van lee ijd. 3

AGE - het Europees Platform voor Ouderen De commissie bereidde nauwgezet de algemene vergadering van 19-20 april 2007 voor. Niet alleen de statutaire zaken, maar ook de inhoudelijke plenaire sessies. In dit kader bespraken de commissieleden de verkiezing van een nieuwe AGE-voorzi er, de pensioenhervormingen binnen de EU, de nieuwe technologieën en hun voordelen voor ouderen, lee ijdsdiscriminatie en gelijke kansen. Tot slot werd het voorstel tot Strategisch Actieplan voor de periode 2008-2010 onder de loep genomen, waarin AGE uitstippelt welke prioritaire actiepunten het voor de komende jaren kiest. Daarbij ging de commissie voor zichzelf na welke thema s ze in de toekomst van nabij zal opvolgen. Het betre onder meer de ontwikkelingen rond lee ijdsdiscriminatie, de Europese demografische verandering en de toekomst van Europa. Europese actuele dossiers Uit de vele Europese werkzaamheden, pikte de commissie drie onderwerpen uit om te bestuderen. Ten eerste informeerde ze zich over de onderhandelingen binnen de Europese Raad van 21-22 juni 2007, waarin het debat rond de toekomst van Europa opnieuw gelanceerd werd. Centraal stond het Europees Hervormingsverdrag. Ten tweede keek de commissie óf en hoe lee ijdsdiscriminatie inzake goederen, voorzieningen en diensten op Europees niveau het best aangepakt moet worden. Tot slot wierp ze een blik op een voorbereidend document van de Europese Commissie, waarin de sociale realiteit in Europa initieel beschreven wordt. Lies Vandecasteele Secretaris Commissie Mobiliteit De commissie vergaderde op 27 juni met een goed gevulde agenda. We beluisterden twee boeiende sprekers en maakten met hen concrete afspraken om samen te werken. Enter vzw Enter is het Vlaams Expertisecentrum Toegankelijkheid. Het is gegroeid vanuit het Toegankelijkheidsbureau en is operationeel sinds 5 juli 2006. Wendy Me en, coördinator van vzw Enter, gaf uitleg bij de werking en de visie van haar organisatie. Enter wil de integrale toegankelijkheid bevorderen en universal design (universeel ontwerp) promoten voor iedereen en in het bijzonder voor personen met een handicap en ouderen. Merk op dat de ouderen heel speciaal als doelgroep in hun missie vermeld staan. De opdrachten van Enter zijn samen te va en in twee slagzinnen: Beleidsondersteuning voor de Vlaamse overheid en Coördineren van het werkveld in Vlaanderen. Beleidsondersteuning voor de Vlaamse overheid betekent technische en inhoudelijke steun verlenen aan diverse beleidsdomeinen. Toegankelijkheid mag zich niet beperken tot het domein van gelijke kansen alleen. 4

Coördineren van het werkveld in Vlaanderen doet Enter door: De provinciale adviesbureaus te laten samenwerken en door uniformiteit te brengen in hun adviezen Een samenwerking op te ze en met diverse doelgroepenorganisaties Een samenwerkingsverband aan te gaan met Intro, een organisatie die evenementen toegankelijk maakt Het beheer van de databank toegankelijkheid www.toevla.be De visie van Enter op toegankelijkheid kunnen we kort als volgt samenva en: Toegankelijkheid is een basisvoorwaarde om deel te nemen aan het maatschappelijk leven. Iedereen (gebruikers) moet gelijkwaardig en ona ankelijk toegang hebben tot vervoer, informatie, gebouwen, dienstverlening, producten. Toegankelijkheid is een basiskwaliteit voor een veilige en comfortabele omgeving. Dat veronderstelt richtlijnen naar ontwerpers toe. Toegankelijkheid is ook een basisrecht dat moet verankerd worden in de samenleving en waar het beleid zich moet over buigen. Er zijn alvast concrete afspraken gemaakt om met het OOK samen te werken. Enter vzw werkt in opdracht van het Vlaams Agentschap Infrastructuur aan een leidraad voor toegankelijke weginfrastructuur. Op 6 september worden we uitgenodigd om mee te werken als focusgroep. De bedoeling is dat we onze ervaringen daarin meegeven. Wie interesse hee om hieraan mee te werken, gee een seintje aan het OOK-secretariaat. Diensten Aangepast Vervoer Miet Ringoot van de DAV-Grimbergen en voorzi er van het overleg van deze diensten, situeert de werking van de DAV. Voor enkele onder ons was deze dienstverlening niet echt gekend. Er zijn 17 DAV s in Vlaanderen en 1 in Brussel. Elke DAV biedt vervoer aan iedereen die omwille van een beperking geen gebruik kan maken van het gewone aanbod van het openbaar vervoer. Diensten Aangepast Vervoer zijn nog niet in heel Vlaanderen aanwezig, dus niet gebiedsdekkend. Maar wie van de dienst gebruik kan maken, kan in principe naar de andere kant van het hele land vervoerd worden. DAV is ook aanvullend op het openbaar vervoer en kan ook zorgen voor een voor- en natransport van/naar een bushalte of station, vervoer naar een medische dienst, naar familie, naar een of andere activiteit, enz. Ouderen maken soms voor een paar honderden meter gebruik van deze dienst omdat ze er op geen enkele andere manier geraken, omdat de chauffeur hen helpt van thuis tot aan de bestemming. DAV rijdt steeds met aangepaste busjes en een professionele chauffeur die ook kan helpen bij het in- en uitstappen. De dienst gaat van deur tot deur, indien nodig wordt de klant van in zijn/haar huis al geholpen. De dienst is alle dagen beschikbaar van 6.30 uur tot 0.00 uur. De klant betaalt enkel de volle kilometers, dit zijn de kilometers die hij/zij zelf meerijdt. De prijs bedraagt 0,44 euro/km. Deze klantenbijdrage is voor de DAV s onvoldoende om te kunnen werken met een vast personeelskader, aangevuld met enkele vrijwilligers. De DAV s worden structureel gesubsidieerd vanuit het Vlaamse budget voor gelijke kansen, sommige provincies en gemeenten leveren ook een bijdrage. Momenteel rijzen er problemen voor de instandhouding van deze dienstverlening. Vanaf 2008 zou deze dienst niet meer door de minister van Gelijke Kansen gesubsidieerd worden, maar wordt het budget overgeheveld naar het beleidsdomein Mobiliteit. Het budget (en dus ook de bijhorende dienstverlening) zou dan toegekend worden aan De Lijn. 5

Er zijn alvast twee proefprojecten opgestart, in Mol en Leopoldsburg, zodat De Lijn kan uitproberen hoe ze deze dienstverlening kan organiseren. En die aanpak baart de DAV s zorgen! De Lijn scoort immers elke aanvrager op een zelfredzaamheidschaal in functie van de handicap en oordeelt op basis daarvan of hij/zij in aanmerking komt voor een aangepast vervoer of doorverwezen wordt naar een belbus. Om voortaan een beroep te doen op een aangepaste dienst moet men evenwel fysisch zéér beperkt zijn in mogelijkheden. Bovendien is de dienst enkel beschikbaar voor ri en in een straal van 10 kilometer of naar enkele door De Lijn bepaalde puntlocaties (ziekenhuis bijv.). DIT BETEKENT DAT DE DOELGROEP EN HUN MOBILITEIT STERK VERENGD WORDT! De prijs van het vervoer is wel gelijk aan een gewoon busticket met een comfortsupplement van 50 eurocent per rit. DAV stelt vast dat veel van hun huidige klanten in dit nieuwe systeem uit de boot vallen. Ook kan DAV zijn diensten dan niet meer aanbieden vermits de structurele subsidie wegvalt wat de prijs voor de klant veel te hoog zou maken. DAV is in overleg met het bevoegde kabinet. Er is een petitieactie gestart voor het voortbestaan van deze mobiliteitsverlenende dienst die ouderen en gehandicapten kansen gee om bezoeken af te leggen, om aan culturele activiteiten deel te nemen, enz. Een pakket petities is al afgegeven tijdens het overleg met de bevoegde minister, de betrokken kabine en en vertegenwoordigers van De Lijn. Voor de Vlaamse Ouderenraad is deze problematiek zeer belangrijk. Daarom mogen petities nog massaal ingevuld worden zodat we regelmatig een signaal aan de minister kunnen geven. De petitie is te vinden op www.vlaams-ook.be of u vraagt ze op het secretariaat, waar u ze ook kan terugbezorgen. Marleen Van der Velden Secretaris Werkgroep Onderwijs & Vorming Het hoofdpunt van de bijeenkomst van 5 mei van de Werkgroep Onderwijs & Vorming was de ontwikkelingen in de sector van het sociaal-cultureel volwassenenwerk. Op dit ogenblik wordt het decreet van 2003 betreffende het sociaal-cultureel volwassenenwerk geëvalueerd en is er een bijgesteld decreet in het vooruitzicht gesteld. Dit hee betrekking op de drie werksoorten: het sociaal-cultureel verenigingsleven, de vormingsinstellingen en de bewegingen. Maar ook andere beleidsintenties van de Vlaamse minister van Cultuur verdienen de aandacht. De meeste van de ouderenorganisaties zijn op Vlaams niveau erkend en gesubsidieerd, rechtstreeks of als deel van een grotere organisatie, door het ministerie van cultuur, binnen het sociaal-cultureel volwassenenwerk. Dit hee uiteraard zijn weerslag op de lokale afdelingen van deze verenigingen. Het onderwerp werd ingeleid door de heer Hugo De Vos, directeur van de Federatie van Organisaties voor Volksontwikkelingswerk (FOV). Als voornaamste ingreep wordt een omslag verwacht in de beoordeling van het functioneren 6

van deze sector. Dat gebeurt op dit ogenblik op basis van de beleidsplannen met de te verrichten activiteiten. In de toekomst zullen de organisaties nadrukkelijker hun resultaten moeten aantonen: de output, de maatschappelijke meerwaarde. Tijdens deze legislatuur zullen er nog geen financiële sancties gekoppeld worden aan het niet toereikend presteren; in de toekomst zou dit wel het geval zijn. De gesprekken hierover zijn nog aan de gang. De bedoeling is wel het decreet nog dit jaar te wijzigen. Vanaf de nieuwe legislatuur (2010) zou de financiering van de sector gebeuren langs drie lijnen: a. de financiering van het lopende werk b. prioritaire aandachtspunten aangedragen vanuit de bestaande werksoorten c. prioriteiten van de overheid Op dit ogenblik is het zo dat er, buiten het kader van het verenigingsleven, nauwelijks aandacht wordt geschonken aan het sociaal-cultureel werk met ouderen. Wil men in de toekomst op dit terrein een stap vooruit ze en, dan zal men het moeten hebben van de prioriteiten geformuleerd vanuit de sector (b) of van prioriteiten geformuleerd door de overheid (c). Gezien de nieuwe regeling pas in 2010 zou ingaan, lijkt het dat er vanuit de Vlaamse Ouderenraad op dit ogenblik op dit terrein weinig concreet kan ondernomen worden. Het was de bedoeling dat aansluitend hierbij SOCIUS, het steunpunt voor het sociaalcultureel volwassenenwerk, informatie zou geven over de inspanningen die zij doen en de mogelijkheden die zij zien om het sociaal-cultureel werk met ouderen en de oudereneducatie vooruit te helpen. Door omstandigheden kon de directeur niet aanwezig zijn. Wel had de voorzi er van de werkgroep met hem hierover een gesprek. Hieruit bleek: dat de oudereneducatie niet langer een bijzonder aandachtspunt is in het kader van het beleidsplan van Socius. Met het afsluiten van een Europees project (PEFETE) en de publicaties die er uit voortvloeiden, beschouwt men dit project als voltooid. Het lopende beleidsplan biedt geen ruimte om verder gericht aandacht te schenken aan het educatieve werk met ouderen. dat het nu ig zou zijn om in te spelen op het beleid van de minister Als mogelijkheden daartoe werden aangestipt: het in het vooruitzicht gesteld decreet cultuurparticipatie en het Steunpunt Beleidsrelevant onderzoek. Dat SOCIUS in de Raad LevensLang Leren van de VLOR de voorstellen steunt in de richting van de verdere uitbouw van de oudereneducatie. Naar aanleiding van het Vlaams Ouderenbeleidsplan hee de Vlaamse Ouderenraad gepleit voor het ontwikkelen van een strategisch plan oudereneducatie. Het ligt voor de hand dat Socius hierin een voorname rol zou kunnen spelen. Socius acht dit alleen mogelijk indien het hiertoe een opdracht zou krijgen en de nodige middelen. Voorlopig ziet men geen initiatieven uitgaan van Socius op het terrein van het sociaalcultureel werk met ouderen en de oudereneducatie. De bespreking van een en ander leidde tot de volgende besluiten: De Vlaamse Ouderenraad zal zelf proactief initiatieven moeten nemen. Zoals voor Onderwijs, zullen we ook voor het beleid inzake Sociaal-CultureelVolwassenenwerk onze stem moeten laten horen (bv. i.v.m. de rol van de regionale Volkshogescholen). Wij zullen ook de beleidsbrieven van minister Anciaux aandachtig moeten opvolgen op de betekenis van zijn beleid voor ouderen. 7

Als er een ontwerp van decreet komt over cultuurparticipatie, dan zullen wij hierop moeten inspelen. Aan het Steunpunt Beleidsgericht onderzoek voor de culturele sector kan de nodige aandacht worden gevraagd voor de gevolgen van de demografische evolutie voor het cultuurbeleid en voor de plaats van de ouderen in dit geheel. Daarnaast moeten de ontwikkelingen rond het bijgewerkte decreet voor het sociaal-cultureel volwassenenwerk worden opgevolgd om in te spelen op de mogelijkheden die het op termijn biedt. Naar aanleiding van de behandeling van deze problematiek is de vraag gesteld of het niet nu ig zou zijn het aandachtsgebied van de werkgroep te verruimen tot Cultuur, onderwijs en vorming. Een verzoek in deze zin is aan de Raad van Bestuur voorgelegd en op 16 mei 2007 goedgekeurd. Daarnaast hee de werkgroep gekeken naar het gevolg dat is gegeven aan de reeds uitgebrachte adviezen. Een aantal gemeenten en de provincie Vlaams-Brabant beantwoordde de brief van februari waarin bijzondere aandacht werd gevraagd voor het leren en blijven leren van ouderen. Voorts zijn de decreten waarop werd gereageerd nog in behandeling. Op het standpunt betreffende het decreet Volwassenenonderwijs werd vanwege een aantal parlementsfracties bericht van ontvangst ontvangen. Voorts is in de schoot van de Raad voor het Levenslange en Levensbrede Leren van de Vlaamse Onderwijsraad een werkgroep ingesteld die zich buigt over de verdere ontwikkeling van de opleiding Seniorenconsulent. Ten aanzien van deze materie werden de volgende opmerkingen geformuleerd en meegegeven aan de heer Hugo Verhenne die deel uitmaakt van deze Raad voor het LLL, als vertegenwoordiger van de ouderen, en van de bovengenoemde werkgroep: De belangen van de ouderen en het werk met ouderen moeten primeren op de belangen van de onderwijsinstellingen. De benaming van de opleiding seniorenconsulent is misleidend en te smal. Er is een bredere opleiding nodig voor het werken met ouderen en het bijdragen aan het Ouderenbeleid. Deze kan modulair worden aangeboden en ook afgestemd zijn op de behoe en van de vrijwilligers in deze sector. Er is een voorstel van structuurschema ontwikkeld door het H.I.K. (Hoger Instituut der Kempen/Antwerpen) dat mikt op een traject van 1380 lesuren. Waarom een uitbreiding van het aantal lesuren? Of de opleiding binnen het volwassenenonderwijs een plaats krijgt, hetzij op het niveau van een graduaat dan wel op dat van een bachelor-opleiding, moet nog worden bekeken. Wel moeten deelcertificaten verworven in een graduaatsopleiding, kunnen gevaloriseerd worden in het kader van een bachelor-opleiding. Voorts dient deze opleiding in de eerste plaats als een aanvullende opleiding te worden opgevat voor mensen met een uiteenlopende vooropleiding en die, in welke functie dan ook, reeds enige ervaring hebben opgedaan in het werken met ouderen. Daarnaast bestaat aan de VUB de opleiding Gerontologie. De ontwikkelingen op dit terrein zullen op de voet worden gevolgd. Huib Hinnekint Voorzi er 8

Commissie Beleidsparticipatie Zoals in alle andere commissies en werkgroepen van het OOK stond begin 2007 de bespreking van het Advies Vlaams Ouderenbeleidsplan op de agenda. Twee deelthema s werden onder de loep genomen: Aan het werk (blijven) en Ouderen in gemeenschap. Er werd gesteld dat het Generatiepact te eenzijdig geschreven werd: de vergrijzing zou voor een financiële last zorgen, die enkel door langer werken zou kunnen gecompenseerd worden. Daarom werd in de commissie voorgesteld op zoek te gaan naar een nieuwe benadering van arbeid en pensionering. Een verlengde levensduur biedt immers nieuwe kansen om de levensloop en dus ook de loopbaan op een andere en creatievere wijze invulling te geven. Tevens dient er werk gemaakt van een positieve beeldvorming t.a.v. ouderen in de werksituatie. Onder Ouderen in gemeenschap werd vooral in de verf gezet dat een actieve deelname van ouderen welzijnsbevorderend is voor de ganse samenleving. Een deelname van ouderen aan besluitvormingsprocessen is dan ook een belangrijke noodzaak. Eveneens werd de betrokkenheid van ouderen bij het benaderen van de Silver Economy als prioriteit naar voor geschoven. Ouderen mogen niet alleen gezien worden als een nieuwe markt, maar moeten ook bij nieuwe ontwikkelingen betrokken partij zijn. Afsluitend werd ook een lans gebroken om de solidariteit tussen en binnen de generaties verder te stimuleren en concrete uitwerking te geven. Al bij al moet er nog veel studie- en denkwerk verricht worden om de uitdaging van de maatschappelijke verzilvering op een positieve en toekomstgerichte wijze te benaderen. Wat de Beleidsparticipatie betre is er nog veel werk aan de winkel. Wel mochten we het verheugend nieuws vernemen dat het licht op groen gezet werd voor de Federale Ouderenraad; alleen zou de start pas gegeven worden na de parlementsverkiezingen. Eer de uitvoeringsbesluiten er zijn zal er dus nog een tijdje overheen gaan. Best is dus dat het OOK het initiatief neemt om zelf voorstellen op dat vlak uit te werken. Wat het Vlaamse inspraakwerk betre is er geen reden tot juichen. Alhoewel de Vlaamse Ouderenraad operationeel is, werd nog geen advies gevraagd, tenzij over het globaal Ouderenbeleidsplan. Heel teleurstellend is dat het tweede luik van het inspraakdecreet dat de lokale Ouderenbeleidsparticipatie op gemeentelijk vlak moet regelen echt in de diepvries is beland. Precies een jaar geleden werd er aan het OOK gevraagd om op korte termijn ideeën aan te reiken voor de uitwerking van de uitvoeringsbesluiten die deze materie verder moet regelen. Dit was het laatste wapenfeit op dit vlak. Het voorziene budget, een bedrag van 148 000 euro, werd voorzien om de opleiding van ouderenbeleidscoördinatoren te bekostigen. De Vlaamse Ouderenraad werd niet betrokken bij het overleg over deze opleiding en er was evenmin geld om het OOK als werkinstrument verder uit te bouwen. De ouderen en hun organisaties kunnen toch best in een vrijwilligersstatuut hun bijdrage verder leveren? Of zou het anders kunnen/moeten? 9

Om uit deze patstelling te komen, zeker nu er een nieuwe minister is die het Vlaamse Ouderenbeleid moet coördineren, wil de commissie zelf de handen uit de mouwen steken en het voortouw in handen gaan nemen. Op het lokale vlak is er immers een grote bedrijvigheid aan gang binnen talrijke Ouderenadviesraden en zijn er hoge verwachtingen t.a.v. een regeling die van het Vlaamse beleidsniveau moet komen. Dat voornemen om zelf aan de slag te gaan is zeker aangemoedigd door de vaststelling dat het aantal ouderen in de directe beleidsparticipatie - in het werk als mandataris - bijna verdwenen is. Nog slechts vier zestigplussers, allen mannen, zijn door de laatste federale verkiezingen geraakt. Het is meer dan ooit nodig dat de stem van de ouderen daarom in het advies- en inspraakwerk gehoord en gewaardeerd zal worden. We rekenen daarbij op de steun en inzet van velen. André Wi ers Voorzi er Stuurgroep Ouderenweek-Ouderenparlement Ouderenweek Zoals in het aprilnummer geschreven, zijn de krijtlijnen uitgezet voor het thema van de Ouderenweek 2007. De brochure zal u bezorgd worden rond 15 september. Als slogan kozen we Generaties verschillen? Ontmoeting verrijkt! Generaties verschillen niet enkel in lee ijd, maar ook in cultuur. De cultuur van de jonge generatie is anders dan deze van de ouderen, zelfs verschillend met de cultuur van de ouderen toen zij op jongere lee ijd waren. Mogelijk zijn de grondlijnen gelijklopend, maar maakt de verpakking het grootste verschil. Ook in allochtone families zijn er verschillen in de generaties. De oudste generaties verhuisden op volwassen lee ijd naar ons land. Hun kinderen en kleinkinderen wennen sneller aan de Westerse cultuur en taal. De stuurgroep is van start gegaan met de voorbereiding van het tweejaarlijkse Ouderenparlement. De datum en de plaats zijn gereserveerd: Ouderenparlement 13 mei 2008 Congrescentrum De Montil, Affligem Van lancering tot apotheose werden de thema s van de Ouderenweek 2006-2007 gericht op de verscheidenheid onder de mensen, m.a.w. de diversiteit waar zoveel over gesproken wordt. Op het Ouderenparlement in mei 2008 willen we rond dit thema een aantal beleidsaanbevelingen gaan formuleren. Momenteel zijn we bezig met een rondvraag, enerzijds bij verscheidene organisaties die rond een bepaald segment van diversiteit werken, anderzijds stuurden we een brief naar alle voorzi ers van de gemeentelijke Ouderenadviesraden ter voorbereiding van het Ouderenparlement. 10

Onze vragen aan de gemeentelijke Ouderenadviesraden: 1. Welke problemen ervaren ouderen met diversiteit? 2. Wat zijn succesverhalen van de Lokale Ouderenadviesraad? Hoewel we antwoord vroegen tegen eind juni blijven alle antwoorden welkom. Hoe meer Lokale Ouderenadviesraden antwoorden, hoe beter zicht wij krijgen op de thematiek van de verscheidenheid en op successen van de Lokale Ouderenadviesraden. Hoe pakte de Gemeentelijke Seniorenraad van Beveren deze vragen aan? Tijdens een uitstap werd de vraag over ervaren problemen met verscheidenheid gesteld. De antwoorden werden netjes opgelijst en een paar dagen later naar het secretariaat van de Vlaamse Ouderenraad opgestuurd. Op het eerstvolgende dagelijks bestuur van de Beverse Ouderenraad wordt de vraag van de succesverhalen besproken. Ik ben er zeker van dat we ook dan hun antwoorden zullen krijgen. Proficiat aan de Beverse ouderen en de Ouderenadviesraad, en welk gezegde hoort daarbij: Goe bezig! Vanuit de antwoorden op voorgaande vragen worden de hoorzi ingen voorbereid. Zoals bij de twee voorgaande Ouderenparlementen gaan hoorzi ingen vooraf aan het Ouderenparlement. Via deze hoorzi ingen en de bevraging van de lidorganisaties wordt de inhoud van de beleidsaanbevelingen ontworpen en rekenen we op gedragenheid door de Vlaamse ouderen. Hoorzi ingen als voorbereidend forum voor het Ouderenparlement - Antwerpen: 15 januari namiddag - West-Vlaanderen: 21 januari voormiddag - Brussel: 22 januari namiddag - Vlaams-Brabant: 24 januari namiddag - Limburg: 28 januari namiddag - Oost-Vlaanderen: 29 januari namiddag Na even zomeren gaan we met de stuurgroep vanaf september intensief verder aan de uitwerking van de hoorzi ingen en het Ouderenparlement. Vergeet bovenstaande vragen niet zodat uw input kan meegenomen worden. En zoals u zal merken, wordt met de brochure van de Ouderenweek de vraag mee gestuurd wat u met uw dienstencentrum, Ouderenraad, lokale afdeling, kortom, wat u met uw ouderengroep gedaan hebt rond verscheidenheid. Is het thema aangekaart? Waren er discussies? Zijn er toenaderingen tot de groepen en mensen die tot dan toe vreemd bleven? Welke activiteiten uit de brochure organiseerde u? Welke andere activiteiten kwamen tot stand binnen dit thema? Het is goed de eigen werking te bevragen. Wij kunnen maar antwoorden als u ons dit toestuurt. Als Vlaamse Ouderenraad rekenen wij dus weer op u allen. Mie Moerenhout Voorzi er 11

Werkgroep Media De website van het OOK-Vlaamse Ouderenraad is één van de belangrijke communicatiekanalen om de mensen te informeren. Nu er een elektronische nieuwsbrief beschikbaar is, stijgt het bezoekersaantal van de site aanzienlijk. In deze tijd is dit medium niet meer weg te denken. Op een vlugge manier kom je de laatste nieuwtjes over de Vlaamse Ouderenraad, het Ouderenbeleid en de beslissingen daaromtrent te weten. Om dit nog te verbeteren nam de werkgroep de website van het OOK-Vlaamse Ouderenraad eens onder de loep en maakte een evaluatie van de site. De groep formuleerde enkele bedenkingen omtrent de inhoud en de structuur. Naar aanleiding van deze bespreking zal het secretariaat de nodige aanpassingen doen. Voor het najaar staat de aanmaak van een tekst over de beeldvorming over ouderen op het programma. Hoe wil de Vlaamse Ouderenraad dat de ouderen voorgesteld worden? Welk beeld wil men naar buiten brengen en vooral welk beeld wil men dat de media en de maatschappij hanteert als ze denken en spreken over ouderen? Nog al te vaak worden ouderen immers geassocieerd met woorden als a akelen, niet meer actief, versleten, afgeschreven Deze beelden en opva ingen stroken niet met de werkelijkheid. De werkgroep reageert op deze negatieve beelden die de dag van vandaag jammergenoeg nog al te vaak in omgang zijn. De leden van de werkgroep zullen nu een tekst opstellen waarin het beeld van de oudere wordt beschreven. Dit wordt geen gemakkelijke klus, aangezien dé oudere niet bestaat en een grote verscheidenheid heerst binnen de ouderenpopulatie. Toch neemt de werkgroep deze uitdaging enthousiast aan. In de eerstvolgende werkvergadering wordt hierover verder gedeba eerd. Kathy Louagie Secretaris 12

Commissie Sport & Bewegen Visienota Denktank Seniorensport De visietekst over sport voor ouderen is aan een laatste controle onderworpen en er wordt nog een analyse gemaakt van de inhoud. De doelstellingen en de aanbevelingen maken het laatste deel uit van deze visietekst. In de loop van de maand september wordt de tekst door de leden van de Raad van Bestuur en commissieleden van Sport en Bewegen nagelezen. Uiteindelijk zal dan de tekst aan het beleid en aan het brede publiek worden voorgesteld. Besmet de anderen, het mag! Het project loopt goed, de eerste opleiding wordt gegeven in Mechelen op 11 september 2007. Op 14-15-16 september 2007 gaat in Oostende (casino) het internationale congres door van het Rode Kruis. Hierin wordt onder andere het Boebs project in zijn geheel voorgesteld met de manier van aanpak en de bekomen resultaten. Ook S-Sport gaat voor de regionale verantwoordelijken een opleiding met Besmet de anderen, het mag! organiseren. Tofsport Het boek over het congres met de onderzoeksresultaten van Prof. Dr. Bart Vanreusel en Prof. Dr. Jeroen Scheerder wordt afgewerkt en zal aangekocht kunnen worden. Door de organiserende federaties van Tofsport wordt een opleidingsweekend gegeven in november in het Sportacentrum van Tongerlo. Binnen deze opleiding zal de nadruk gelegd worden op de begeleiding van ouderen. Opvolging decreten De uitvoeringsbesluiten van het Sport voor Allen-beleid zijn uitgeschreven en iedere gemeente is bezig met het opstellen van zijn beleidsplan. In elke gemeente kunnen ouderen zetelen in de sportraad, als afgevaardigde uit een recreatieve sportorganisatie, maar het moet ook kunnen als lid van de Ouderenadviesraad, als vertegenwoordiger van de sport- en bewegingsactiviteiten van en voor ouderen. Stemrecht daarbij vanzelfsprekend toch! Jan Tessier Secretaris 13

Commissie Zorg en Wonen Tijdens de bijeenkomst van de Commissie Zorg en Wonen op 18 april werd een vergelijking gemaakt tussen het memorandum door het OOK in 2003 aan de nieuwe federale regering overgemaakt en de realisaties daarvan. Dit in voorbereiding van een nieuw memorandum voor de nieuwe federale regering in 2007. Volgende aandachtspunten werden naar voor gebracht: - De commissie pleit voor de invoering van een eenvormig meetinstrument voor het meten van de zorgbehoe e in de thuis- en residentiële sector. - Ze wijst op de noodzaak maatregelen te nemen voor meer Nederlandstalig personeel in de Brusselse zieken- en rusthuizen, zodat aan de we elijk voorziene normen en de persoonlijke behoe en van de zorgzoekenden kan voldaan worden. - De commissie wijst op de nood aan een we elijk kader voor een betaalbare basishospitalisatieverzekering binnen het RIZIV. - De RIZIV-tussenkomst voor het personeelskader dient in functie te zijn van de reële zorgnoden. - Wat betre de onderhoudsplicht stelt de commissie dat de dagprijs in de rusthuissector betaalbaar moet zijn voor iedereen. Op deze basisdagprijs mag niet teruggevorderd worden. - De commissie wil dat de Vlaamse Ouderenraad betrokken wordt bij het maatschappelijk debat over euthanasie. Op woensdag 23 mei was Gunter Naets, kabinetsmedewerker van minister Vervo e, uitgenodigd. Hij hee een zeer verduidelijkende uiteenze ing gehouden over de conceptnota Een nieuw woon-, welzijns- en zorgbeleid van de minister. Als deze conceptnota, ter voorbereiding van het decreet, verwerkt is met de adviezen van de zorgsector, zal de Vlaamse Ouderenraad daarover om advies gevraagd worden. Roger Van Ranst Voorzi er Nieuwe brochures over de pensioenen van de overheidssector De Pensioendienst van de overheidssector hee 2 nieuwe brochures ter beschikking: 1) Rustpensioenen van de overheidssector: - uw pensioenrecht - de berekening van uw pensioenbedrag - welke formaliteiten u moet vervullen om uw pensioen aan te vragen 2) Overlevingspensioenen van de overheidssector: - uw pensioenrecht - de berekening van uw overlevingspensioen - welke formaliteiten u moet vervullen om uw pensioen te verkrijgen U kan deze brochures bestellen bij: PDOS Victor Hortaplein 40 bus 30 1060 Brussel tel.: 02 558 60 00 fax: 02 558 60 10 info@pdos.fgov.be U kan deze brochures ook lezen of downloaden op www.pdos.fgov.be 14

Werkgroep Multicultureel Samenleven Verschillende leden van de werkgroep namen deel aan de studiedagen Zorg voor Allochtone Ouderen, welke georganiseerd werden door de interprovinciale werkgroep interculturalisering ouderenzorg in Hasselt, Antwerpen, Gent en Brussel. Op de laatste vergadering van de werkgroep was er een nabespreking van de studiedag. Het aantal allochtone ouderen in Vlaanderen en Brussel groeit. Gelijklopend met het aantal zal ook de nood aan zorg voor deze ouderen gevoelig stijgen. Maatschappelijke voorzieningen zoals OCMW s, rust-en verzorgingstehuizen, de thuiszorg en de lokale dienstencentra worstelen met de vraag hoe ze hun aanbod beter kunnen afstemmen op de noden van allochtoon cliënteel. Velen van hen weten nauwelijks welke voorzieningen er zijn. Onderzoek toont dat ouderdomsaandoeningen zich vaak vroeger voordoen bij allochtonen dan autochtonen. Vaak wordt gedacht dat allochtonen vanaf een bepaalde lee ijd sowieso naar hun land van herkomst terugkeren, maar in werkelijkheid blijven de meeste van hen in België. Het is een misva ing dat deze ouderen meestal op mantelzorg (= hulp van eigen kinderen) kunnen rekenen, of dat alle allochtonen een onoverbrugbare a eer hebben van professionele zorg. De diensten en voorzieningen voor ouderen staan voor een uitdaging om in te spelen op een cliënteel dat geleidelijk veel diverser wordt. Op de studiedag werden enkele goede voorbeelden voorgesteld en werd in werkplaatsen nagedacht over verschillende face en, nl. ontmoetingen organiseren, ondersteuning van mantelzorgers, passende zorg, een divers personeelsbeleid, het overbruggen van de taal- en communicatiekloof. Ook het nieuwe boek Zorg voor allochtone ouderen werd voorgesteld door de auteur, David Talloen. Hij beschrij waarom vraag en aanbod elkaar niet vinden. Hij gee een hele reeks praktijkvoorbeelden en legt uit welk proces een organisatie moet afleggen. Binnenkort zal ook een video over de thematiek beschikbaar zijn. Jac De bruyn Voorzi er Zorg voor allochtone ouderen Zorg voor allochtone ouderen is een weerslag van de opgedane ervaringen in het werken met allochtone ouderen in Vlaanderen en Brussel. Deze publicatie wil bruggen bouwen en is een uitstekend handboek voor wie wil werken aan de interculturalisering van onze dienst- en zorgverlening voor ouderen. Auteur: David Talloen; Uitgeverij: Kluwer; ISBN: 978-90-4651-279-1 Prijs: 13,80 (verzendkosten 1,38 ); Verschenen: 2007 Te bestellen bij: Dienst Minderheden, Woodrow Wilsonplein 2, 9000 Gent Tel. 09 267 71 40, minderheden@oost-vlaanderen.be, www.oost-vlaanderen.be 15

Memorandum t.a.v. DE FEDERALE REGERING juni 2007 Het Vlaams Ouderen Overleg Komitee vzw (OOK) bundelt in dit memorandum een aantal voorstellen en aandachtspunten voor de toekomstige federale regering. Op federaal niveau worden immers heel wat beslissingen genomen die expliciet of impliciet invloed hebben op ouderen. Deze bijdrage werd voorbereid door interne commissies en besproken en goedgekeurd door de 30 lidorganisaties; dit werk staat dan ook voor gedragenheid door de Vlaamse ouderen. Dit memorandum hee als bedoeling dat de federale beleidsverantwoordelijken correct kunnen afstemmen op de behoe en van de ouderen. 1. Inspraak 1.1. De oprichting van een Federale Ouderenadviesraad 1.1.1. De oprichting van een Federale Ouderenadviesraad werd in de Kamer met unanimiteit goedgekeurd op 15 februari 2007 en dient in werking te zijn ten laatste op 27 maart 2008 (B.S. 27/3/ 2007). Het is onze uitdrukkelijke vraag dat de uitvoeringsbesluiten dringend worden opgesteld en dat er rekening wordt gehouden met de opmerkingen die geformuleerd werden door het Vlaams Ouderen Overleg Komitee, beter nog dat de ouderen worden betrokken in het proces. Volgende timing wordt vooropgesteld: - najaar 2007: opstellen uitvoeringsbesluiten - januari februari 2008: samenstelling Federale Ouderenadviesraad en samenstelling van de onderscheiden permanente commissies - maart 2008: effectieve start 1.1.2. Bij het opstellen van het regeerakkoord en de begroting dienen dan ook van meet af aan de werkingsmiddelen en een deskundige personeelsformatie, rekening houdend met de specificiteit van de onderscheiden commissies, te worden vastgelegd. De zestigplussers in Vlaanderen, m.a.w. 23 % van de bevolking, rekenen er op, samen met de ouderen in de Waalse en de Duitstalige Gemeenschap en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, dat de Federale Ouderenadviesraad reële werkingskansen worden toegekend zodat het voor deze grote bevolkingsgroep mogelijk is haar rol te spelen en haar verantwoordelijkheid op te nemen. 1.1.3. Om de adviesvragen van de federale ministers te verzekeren, elk advies op zijn waarde en mogelijkheden te bekijken en om een optimale wisselwerking tot stand te brengen tussen de Federale Ouderenadviesraad en de federale overheid, is het aangewezen dat een minister een coördinerende rol voor het federale Ouderenbeleid in al zijn aspecten krijgt toegewezen. 1.1.4. Voorts is het bij elke beslissing noodzakelijk dat ze wordt gescreend op de effecten voor de ouderen alvorens tot beslissingen over te gaan. 16

1.2. Participatie: Europees en internationaal 1.2.1. De federale overheid moet erop toezien en alles in het werk stellen opdat ouderen ook op Europees en internationaal vlak kunnen participeren aan het beleid en in het besluitvormingsproces. Via het Comité van de Regio s moet de federale overheid zich actief engageren voor de belangen van de ouderen en moeten ouderen hun stem kunnen hebben. 1.2.2. Binnen de Federale Adviesraad voor Ouderen moet er ook voldoende aandacht gaan naar internationale en Europese ouderenaangelegenheden. Meer concreet moet dit via de oprichting van een afzonderlijke werkgroep of commissie voor internationale en Europese ouderenthema s, ofwel moet systematisch aandacht besteed worden aan internationale en Europese ouderenthema s binnen elk van de permanente werkgroepen en commissies of via AGE, het grootste Europese Ouderenplatform dat het middenveld vertegenwoordigt. 2. Sociale Zekerheid Ons sociaalzekerheidsstelsel dient in stand te worden gehouden voor allen en op elk moment. Het evenwicht tussen solidariteit en verzekering dient prioritair behouden te blijven. Een alternatieve financiering van het systeem dringt zich evenwel op. Opdat de federale en de regionale overheden efficiënt en doelmatig zouden kunnen werken, is het noodzakelijk de bevoegdheden te verdelen in homogene pakke en. 2.1. De ziekte- en invaliditeitsverzekering 2.1.1. Alle hospitalisatiekosten dienen in de ziekte- en invaliditeitsverzekering opgenomen te worden. Indien niet, is een we elijk kader nodig voor een betaalbare hospitalisatieverzekering voor allen. Voor personen die geen toegang hebben tot het systeem op basis van lee ijd, gezondheid of inkomen, dient een solidariteitssysteem voorzien te worden. 2.1.2. Onder andere tengevolge van de hogere levensverwachting dient het budget van het RIZIV regelmatig verhoogd te worden. De sterkste stijging dient voorzien te worden voor de residentiële ouderenzorg. 2.1.3. Noodzakelijke medicatie moet voor allen haalbaar en/of betaalbaar worden. Het RIZIV moet hiervoor de nodige middelen voorzien zodat lage inkomens niet langer op hun gezondheid dienen te besparen. 2.2. Gezondheidszorg Gezondheid dient prioritair bekeken te worden vanuit een holistische mensvisie; dit betekent dat alle gezondheidsaspecten een plaats moeten krijgen in het gezondheidszorgbeleid. 2.2.1. Preventieve acties, ook bij 55-plussers, blijven een topprioriteit zodat de bevolking gesteund wordt in het bewaren van een goede gezondheid. Ziektepreventie is niet alleen kostenbesparend, maar gee ook meer kansen op gezond en actief ouder worden tot op zeer hoge lee ijd. Gedragsveranderingen zoals rookstop en gezonde voeding, leveren op oudere lee ijd ook nog belangrijk gezondheidsvoordeel. 17

2.2.2. Om kwaliteitszorg te kunnen verzekeren in de rusthuizen en de rust- en verzorgingstehuizen, is een personeelsbeze ing gelijkaardig aan de andere residentiële zorgsectoren nodig vergezeld van een vergelijkbare financiering. De personeelsformatie moet progressief evolueren met de zorgnoden. Als de financiering door de ziekte- en invaliditeitsverzekering tegemoetkomt aan de kost van de personeelsformatie wordt de dagprijs betaalbaar voor allen die deze woon- en zorgvorm nodig hebben. Ook in de thuisverpleging is een inhaaloperatie nodig. 2.2.3. De RIZIV-tussenkomst dient aangepast te zijn aan de graad van hulpbehoevendheid en de daaruit volgende zorgbehoe e. 2.2.4. Ook als partners samen in het rusthuis wonen of een van beiden, dient de woonsituatie van beiden betaalbaar te zijn. 2.2.5. Bij een betaalbare basisdagprijs is terugvordering bij de kinderen niet meer nodig waardoor het probleem van de onderhoudsplicht kan worden weggewerkt. 2.2.6. In het memorandum van 2003 vroeg het Ouderen Overleg Komitee naar de invoering van een eenvormige beoordelingsschaal. Het Resident Assessment Instrument (RAI) beantwoordt daar aan. We stellen voor dat deze schaal weloverwogen en rustig wordt geïmplementeerd en dat vooral aandacht wordt geschonken aan de opleiding van alle zorgverleners. 2.2.7. Terugbetalingen in het kader van de maximumfactuur (MAF) dienen sneller geregeld te zijn in een niet-fiscaal systeem. Na het bereiken van het plafond is het niet zinvol dat er nog remgeld dient betaald te worden. Het systeem dient tevens consulteerbaar gemaakt te worden voor de gebruikers. 2.2.8. Kinesitherapie en beweging zijn voor vele thuiswonende en residentieelverblijvende ouderen een ondersteuning van de beweeglijkheid en de zelfredzaamheid. Uitgaven daaromtrent hebben tegelijkertijd een besparend effect in de ziekte- en invaliditeitsverzekering. 2.2.9. In de Brusselse ziekenhuizen en rusthuizen, ook de bi-communautaire waar de zorgverzekering wordt toegepast, is een uitbreiding van Nederlandstalig verplegend, administratief, logistiek, medisch en paramedisch personeel nog steeds noodzakelijk. Op de zwakste momenten is communicatie in de eigen taal van nog groter belang. 2.2.10. Palliatieve zorg bewijst zijn belang. Wij pleiten dan ook voor uitbreiding en de nodige financiële ondersteuning ervan. 2.2.11. Een maatschappelijk debat over euthanasie dient door de regering op gang te worden getrokken. De ouderen willen als partners meepraten in deze discussie. 18

2.3. Pensioenen 2.3.1. Algemeen uitgangspunt In het pensioenstelsel moet voorrang gegeven worden aan het behoud en de verdere uitbouw van het we elijk pensioenstelsel met een evenwicht tussen solidariteit en verzekering. Daarbij mag de uitbouw van de tweede pensioenpijler niet ten nadele van de eerste pijler zijn. 2.3.2. Welvaartsaanpassing 2.3.2.1. De automatische, percentsgewijze en structurele aanpassing van het maandelijkse bedrag van de pensioenen van zelfstandigen en werknemers aan de evolutie van de lonen dient in de pensioenwetgeving te worden ingeschreven. Daartoe dienen de artikelen 5 en 72 van de wet van 23 december 2005 betreffende het generatiepact aangepast te worden om dit automatisme in te voeren. Eveneens dient in 2 van diezelfde wet het volgende ingevoegd :. moet worden voorafgegaan door een gezamenlijk advies van de Federale Adviesraad voor Ouderen. 2.3.2.2. In het verlengde van de maatregelen inzake sociale correcties (procentuele inhaalbeweging voor de oudste en de minimumpensioenen ) moet een plan over maximum 4 jaar voorzien worden om de sedert 1993 opgelopen vertraging weg te werken. 2.3.3. Zilverfonds De verdere uitbouw van het Zilverfonds is noodzakelijk om de te verwachten hogere uitgaven voor pensioenen, ten gevolge van de vergrijzing, op te vangen. De overheid moet de structurele financiering van dit fonds waarborgen. De uitsluitende aanwending van dit fonds voor de financiering van de pensioenen dient eveneens gegarandeerd. Onder meer door een democratische controle en paritair beheer. 2.3.4. Solidariteitsbijdrage De volledige opbrengst van de solidariteitsbijdrage moet integraal voor de verhoging van de pensioenen aangewend worden. 2.3.5. Europees pensioenbeleid In de voorbije jaren is een begin gemaakt met een Europees beleid inzake pensioenen, gebaseerd op de open methode van coördinatie. Dit Europees pensioenbeleid mag het Belgisch repartitiestelsel van de we elijke pensioenen niet ondergraven. Europa vestigt de aandacht op de lage vervangingsratio van de pensioenen, en nodigt de lidstaten uit rekening te houden met deze realiteit en met de aanbevelingen van het Europees Platform van Ouderen, AGE. 2.4. Andere vragen aangaande het pensioenstelsel 2.4.1. Alle voordelen en rechten dienen te worden aangepast bij elke verandering van de pensioenbedragen (welvaartsaanpassing, indexering, enz). Het referentiebedrag voor toekenning van deze voordelen moet automatisch mee verhogen (OMNIO-statuut, sociaal tarief voor het openbaar vervoer, stookoliefonds en elektriciteit, gas, telefoon, berekening van de huurprijzen van sociale woningen, enz.) 2.4.2. Het bedrag van de inkomensgarantie voor ouderen (IGO) moet minimaal de armoedegrens bereiken. Het bedrag dient steeds de geactualiseerde armoedegrens te volgen. 2.4.3. Aan de huidige berekening van gelijkgestelde perioden in de pensioenberekening mag niet geraakt worden. 19