NATUURTECHNISCH INSTITUUT MIDDELBARE BEROEPSOPLEIDINGEN Kwaliteitsmanagementsysteem ISO 9001: 2000 NATIN-MBO OVERGANGSREGLEMENT 3 E NAAR 4 E LEERJAAR distributiematrix directeur directievertegenwoordiger OD administratie & automatisering OD beheer & onderhoud OD onderwijs- & studentenzaken Natuurtechniek OD onderwijszaken Onderbouw OD studentenzaken Techniek OD onderwijszaken Techniek OD studentenzaken Onderbouw OD onderwijs- & studentenzaken Analisten Auteur: Directeur Drs. Dave A. Abeleven Datum goedkeuring: 12 november 2008
INHOUDSOPGAVE Art. 1 Algemene groepsindeling en normen blz. 3 Art. 2 Groepsindeling blz. 3 Art. 3 Naderonderzoek blz. 8 Art. 4 Bepaling rapportcijfrers blz. 9 Art. 5 Bepaling eindcijfer blz. 9 Art. 6 Bijzondere bepalingen blz. 9 Pagina 2
Artikel 1 Algemene groepsindeling en normen 1.1 De vakken in het derde leerjaar worden verdeeld in: a. de algemeen vormende vakken (A.V.O.) b. de richtingsspecifieke vakken 1.2 De kandidaat die voldoet aan alle hieronder genoemde voorwaarden wordt naar het vierde leerjaar bevorderd. 1. In totaal zijn niet meer berekende vijven behaald dan: aantal vakken --------------------- - 1 3 Hierbij wordt minder dan ½ berekende vijf afgerond op een halve vijf en meer dan ½ afgerond op een hele vijf. 2. Voor de richtingsspecifieke vakken zijn niet meer berekende vijven behaald dan: aantal richtingsspecifieke vakken --------------------------------------------------------------------------------------------------- 3 Hierbij wordt minder dan ½ berekende vijf afgerond op een halve vijf en meer dan ½ afgerond op een hele vijf. 3. Voor het bovenstaande geldt: 5 = 1 berekende vijf 4 = 1½ berekende vijven 3 = 2 berekende vijven 4. Voor de groepen I t/m V geldt het volgende: 4.1 In groep I is voor geen enkel vak een cijfer lager dan 4 behaald, waarbij voor de vakken Nederlands en Engels respectievelijk Wiskunde en Natuurkunde tenminste 10 punten zijn behaald. 4.2 In de groepen II en III is voor geen enkel vak een cijfer lager dan 3 behaald, terwijl de som der cijfers voor alle vakken in de desbetreffende groep tenminste (het aantal vakken x 5) bedraagt. 4.3 In de groepen IV en V is voor geen enkel vak een cijfer lager dan 5 behaald, terwijl het gemiddelde van de desbetreffende groep groter is dan 5. 5. Voor de stage is tenminste voldoende behaald. De waarderingsniveaus zijn: goed, voldoende en onvoldoende Artikel 2 Groepsindeling 2.1 De A.V.O. vakken worden in twee groepen ingedeeld: Groep I: Nederlands Engels Wiskunde Natuurkunde Pagina 3
Groep II: Bedrijfskunde Lichamelijke Opvoeding 2.2 De richtingsspecifiieke vakken worden per richting alsvolgt ingedeeld: 2.2.1 Richting Landbouw Biologie Cultuurtechniek Bodemkunde Algemene Plantenteelt Bijzondere Plantenteelt Veeteelt Gewasbescherming Landbouwtechniek Plantenteelt praktijk 2.2.2 Richting Bodemkunde Statistiek Geologie Bijzondere Plantenteelt Cultuurtechniek Bodemkunde Luchtfoto-interpretatie Karteringstechniek Bodemkunde Praktijk 2.2.3 Richting Bosbouw-Productie Statistiek Biologie Cultuurtechniek Bodemkunde Informatie & Communicatie Techn. Ecologie Algemene Bosbouw Bijzondere Houtt. Bosexploitatie Houtmeetkunde Bosbouw Praktijk Totaal aantal toegestane berekende vijven is 5. Voor de richtingsspecifieke vakken zijn in totaal toegestaan 4 berekende vijven. Pagina 4
2.2.4 Richting Bosbouw-Toerisme Biologie Hydrologie Bodemkunde Informatie & Communicatie Technologie Ecologie Toerisme Industrie Toerisme Infrastructuur Natuur/Cultureel Erfgoed Bosbouwkunde Toerisme Praktijk Totaal aantal toegestane berekende vijven is 4½. Voor de richtingsspecifieke vakken zijn in totaal toegestaan 3½ berekende vijven. 2.2.5 Richting Landmeetkunde Astronomie Recht Toegepaste Wiskunde Informatie & Communicatie Techn. Instrumentenkennis Fotogrammetrie Landmeetkunde I Waarnemingsrekenen Landmeetkundig Rekenen Tekenen Totaal aantal toegestane berekende vijven is 4½. Voor de richtingsspecifieke vakken zijn in totaal toegestaan 3½ berekende vijven. 2.2.6 Richting Hydro-Meteorologie Statistiek Thermodynamica Informatie & Communicatie Techn. Hydraulica Meteorologie Meteocodes Klimatologie Hydrologie Hydro-Meteo Praktijk 2.2.7 Richting Mijnbouw Statistiek Pagina 5
Landmeetkunde Werktuigbouwkunde Grondmechanica Sterkteleer Capita Selecta Geologie Karteringstechniek Ontginningstechniek Tekenen 2.2.8 Richting Bouwkunde Materialen Landmeten Bestekken en Begroten Sterkteleer Hout & Staal Constructie Construktieleer Tekenen Bouwkunde praktijk Metselen-Praktijk 2.2.9 Richting Weg-en Waterbouwkunde Materialen Landmeten Bestekken en Begroten Sterkteleer Hout & Staal Constructie Waterbouwkunde Tekenen Waterbouwkunde praktijk Metselen-Praktijk 2.2.10 Richting Elektrotechniek - Informatie-Overdracht Informatie & Communicatie Techn. Telecommunicatie Meetinstrumenten Veiligheid Technologie Electriciteitsleer Pagina 6
Elektronica Digitale Techniek Electrische Metingen Electromontage Technisch Tekenen Totaal aantal toegestane berekende vijven is 5. Voor de richtingsspecifieke vakken zijn in totaal toegestaan 4 berekende vijven. 2.2.11 Richting Elektrotechniek - Energie-Overdracht Informatie & Communicatie Techn. Telecommunicatie Meetinstrumenten Veiligheid Technologie Werkuigbouwkunde Digitale Techniek Installatie Techniek Electriciteitsleer Elektronica Energie Overdracht Electrische Metingen Electromontage Technisch Tekenen Totaal aantal toegestane berekende vijven is 6. Voor de richtingsspecifieke vakken zijn in totaal toegestaan 5 berekende vijven. 2.2.12 Richting Werktuigbouwkunde Materialenkennis Transportwerktuigen Arbeidswerktuigen Werktuigonderdelen Produktietheorie Staalkonstrukties Constructieleer Tekenen Materialen- en Metingen- Praktijk Produktietechniek Praktijk Totaal aantal toegestane berekende vijven is 4½. Voor de richtingsspecifieke vakken zijn in totaal toegestaan 3½ berekende vijven. 2.2.13 Richting Chemisch Analist Organische Chemie Anorganische Chemie Veiligheid Literatuurstudie Pagina 7
Fysische Chemie Analytische Chemie Instrumentele Chemie Analytische Chemie Praktijk Instrumentele Analyse Praktijk 2.2.14 Richting Medisch Analist Instrumentenkennis Fysiologische Chemie Pathologie Kwalitatieve Klinische Chemie Hematologie Microbiologie Microbiologie Praktijk Kwalitatieve Klinische Chemie Praktijk Kwantitatieve Klinische Chemie Praktijk Hematologie Praktijk Totaal aantal toegestane berekende vijven is 4½. Voor de richtingsspecifieke vakken zijn in totaal toegestaan 3½ berekende vijven. 2.3 De in lid 2.1 t/m 2.14 genoemde aantallen toegestane berekende vijven gelden indien alle vakken worden gegeven. Indien minder (of meer) vakken worden verzorgd, vindt aanpassing plaats conform de formules genoemd in artikel 1 lid 2.1 en 2.2. Artikel 3 Nader onderzoek 3.1 Voor de theoretische en/of praktische vakken geldt het volgende: De kandidaat die niet voldoet aan de overgangsnormen krachtens artikel I lid 2 t/m 5 komt in aanmerking voor een Nader Onderzoek en wel: a. in één vak, indien hij/zij maximaal 2 punten in dat vak tekort komt b. in twee vakken, indien de niet voldoende eindcijfers slechts uit de cijfers vijf (5) bestaan. 3.2 a. Indien meerdere vakken voor een Nader Onderzoek in aanmerking komen, wordt de keuze aan de kandidaat overgelaten. Wel wordt advies gegeven door of vanwege de direkteur, gehoord de betreffende vakdocent(en). b. Zo spoedig mogelijk nadat alle cijfers van alle theoretische en/of praktische vakken bekend zijn, worden de kandidaten die in verband met deze vakken in aanmerking komen voor een Nader Onderzoek, hieromtrent ingelicht. c. Het Nader Onderzoek wordt afgenomen op uiterlijk 10 augustus van het betreffende schooljaar en behelst de gehele lesstof. Het (definitieve) eindcijfer voor het betreffende vak wordt bepaald conform het gestelde in artikel 5. Pagina 8
3.3 In het derde leerjaar komt het vak Lichamelijke Opvoeding niet in aanmerking voor een Nader Onderzoek. Artikel 4 Bepaling Rapportcijfers 4.1 Het rapportcijfer voor een bepaald vak geeft een beeld van de prestaties die de kandidaat gedurende de betreffende lesperiode heeft geleverd. 4.2 Het rapportcijfer voor ieder vak voor afronding, wordt berekend aan de hand van: 1 x (gemiddelde van de tussentijdse repetitiecijfers) + 2 x (gemiddelde van de cijfers behaald tijdens een rep. periode) gedeeld door 3 4.3 Op het rapport worden de cijfers op één decimaal nauwkeurig ingevuld waarbij gekozen wordt uit de getallen 1 t/m 10. Bij de afronding wordt op 0,05 punt en meer naar boven afgerond. 4.4 De betekenis der cijfers is alsvolgt: 1 = zeer slecht 6 = voldoende 2 = slecht 7 = ruim voldoende 3 = gering 8 = goed 4 = zeer onvoldoende 9 = zeer goed 5 = onvoldoende 10 = uitmuntend Artikel 5 Bepaling eindcijfer 5.1 Het definitieve eindcijfer E voor een bepaald vak, geeft een beeld van de prestaties die de kandidaat gedurende het schooljaar heeft geleverd. 5.2 In dit reglement wordt onderscheid gemaakt tussen: - het voorlopig eindcijfer vóór afronding : E 1 - het cijfer behaald bij een eventueel Nader Onderzoek: N.O. - het definitieve eindcijfer vóór afronding : E 2 - het definitieve eindcijfer : E 5.3 Indien geen Nader Onderzoek werd verleend, is het definitieve eindcijfer vóór afronding (E 2 ) gelijk aan E 1. Indien wel een Nader Onderzoek werd verleend is E 2 gelijk aan het bij dat Nader Onderzoek behaalde cijfer. 5.4 Het definitieve eindcijfer E wordt bepaald uit E 2 door 0,5 en méér, naar boven af te ronden. 5.5 Indien E 2 lager is dan E 1, is het definitieve eindcijfer voor afronding gelijk aan E 1. Artikel 6 Bijzondere bepalingen 6.1 Deelname aan repetities a. Een kandidaat die om te wettigen redenen niet kon deelnemen aan een repetitie, krijgt de gelegenheid op een van tevoren vastgesteld tijdstip deze repetitie in te halen. Het cijfer behaald voor de inhaalrepetitie geldt alsof aan de oorspronkelijke repetitie werd deelgenomen. Pagina 9
b. Een kandidaat die geen gebruik maakt van de gelegenheid een repetitie in te halen, zonder dat hiervoor te wettigen redenen aanwezig zijn, wordt behandeld conform sub c. c. Een kandidaat die zonder dat er te wettigen redenen aanwezig zijn, niet deelneemt aan een repetitie, krijgt voor deze repetitie het eindcijfer 1 (één). d. Een kandidaat die aan één of meerdere repetities niet deelneemt, zonder dat daartoe te wettigen redenen aanwezig zijn, kan worden voorgedragen voor schorsing c.q. afschrijving van school. e. Het al of niet aanwezig zijn van te wettigen redenen i.v.m. het niet deelnemen aan repetities is ter beoordeling van de directie, gehoord de klassedocent en de dekaan. Indien de redenen als niet te wettigen worden beoordeeld, wordt dit schriftelijk, met redenen omkleed, aan de kandidaat medegedeeld. f. Conform het leerlingenreglement is beroep zijdens de kandidaat omtrent door de directie genomen besluiten mogelijk bij Inspektie V.O.S. 6.2 Afschrijving van school in verband met het niet bevorderd zijn: De kandidaat die voor de tweede maal niet bevorderd wordt van het derde naar het vierde leerjaar wordt van school afgeschreven. Pagina 10