GT-912/GT-913/GT-914 Inbouwhandleiding



Vergelijkbare documenten
GT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding

GT909NL INBOUW HANDLEIDING

INBOUW HANDLEIDING GT806 (GT804+GT844)

INBOUW HANDLEIDING GT403, 404

INBOUW HANDLEIDING GT625, GT626, GT627

GT909NL. Gebruikershandleiding

De GT636 is een afstandsbediend autoalarmsysteem met de volgende mogelijkheden:

Hartelijk gefeliciteerd met de aanschaf van een COBRA alarmsysteem type 889.

Nederlandstalige handleiding Autoalarm AS5

INSTALLATIE HANDLEIDING MKR 41

Cobra Bridge CAN 8800

Motor Scooter Alarm Systeem. Installatie handleiding

Clifford Electronics Benelux bv. Tel Fax

SELCA IS200 klasse 2 alarm SELCA IS300 klasse 3 alarm

SELCA SPLIT INSTALLATIEHANDLEIDING

- 0 - INSTALLATIE HANDLEIDING ND 6

SELCA MC MC1.03 : 12V SELCA MC1.04 : 24V

Cobra 4627 Alarmsysteem met DriverCards

De GT-136 is een afstandsbediend autoalarmsysteem met de volgende mogelijkheden:

INTELLISTART 4 INSTALLATIE

Vodafone Automotive 4627 Alarmsysteem met DriverCards. Gebruikershandleiding. Vodafone Power to you

Montagevoorschriften

Vodafone Automotive 4627 Alarmsysteem met DriverCards. Gebruikershandleiding. Vodafone Power to you

GEBRUIKSAANWIJZING META AUTO-ALARMSYSTEMEN HPB SERIE SCM/TNO GOEDGEKEURD KLASSE 2Z EN 3Z

Installatie handleiding Centrale Deurvergrendeling De Basis unit. Schema type 1

GEBRUIKSAANWIJZING META AUTO-ALARMSYSTEMEN HPA 3.5 / 4.5

Cobra Alarm Gebruikers Handleiding

Gebrukershandleiding Gemel/SerpiStar GR48n

Gefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Inhoud

ZWART GROEN-ROOD GROEN-BLAUW GEEL-BLAUW GROEN-ZWART GEEL-ROOD BRUIN WIT-BLAUW PAARS BRUIN-ROOD BLAUW WIT-ROOD

- 0 - INSTALLATIE HANDLEIDING ND 14C

SELCA SPLIT GEBRUIKSAANWIJZING

Uitschakelen in noodgevallen Doe de touch-key kort in de opening op het bedieningspaneel. Het alarm zal uitgaan.

Auto Alarm FM5000 FM500 FM600 FM700 LCD MINI

GEBRUIKSAANWIJZING META AUTO-ALARMSYSTEMEN M-8700 SERIE

Rev.0 MBCarParts 1 van 7

GEBRUIKSAANWIJZING. SELCA IS200 klasse 2 alarm SELCA IS300 klasse 3 alarm. SCM goedkeuringsnr. AA030037

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

DUMAN US-Module V1.5 2 ste druk Inbouw handleiding. Bedankt voor de aanschaf van de DUMAN US-Light Module V1.5

Maak deze plug los van de schakelaar ( op foto is aanpassing al gemaakt!)

DELTA ELETTRONICA SPA SPYBALL DIVISION VIA ASTICO VARESE

RUKRA REMOTE DIGIT IO_44_NL ARTIKELNUMMER: RK-3004

GEBRUIKSAANWIJZING ZEER BELANGRIJK - ZEER BELANGRIJK - ZEER BELANGRIJK META AUTO-ALARMSYSTEMEN M-999II / M-999III SCM/TNO GOEDGEKEURD KLASSE 2 EN 3

MK99 NL AUTOMATISCH IN WERKING TREDENDE STARTONDERBREKER MET ELEKTRONISCHE SLEUTEL EN OVERRIDE NOODCODE

FLEXESS AQUA CODETABLEAU EN PASLEZER TC-CS200 CS VERGRENDELINGEN. t f MODELLEN CS200 SPECIFICATIES

GSM TELEFOONMODULE. GEBRUIKERS- en INSTALLATIE HANDLEIDING GSM TELEFOONMODULE

Dit beveiligingssysteem voor uw auto is getest en goedgekeurd door

FLEXESS TERRA CODETABLEAU EN PASLEZER TC-CS100 CS VERGRENDELINGEN. t f MODELLEN CS100 SPECIFICATIES

CLIFFORD 330X. CAN Bus alarmsysteem. Gebruikershandleiding Clifford Electronics Benelux

Mitsubishi - Cobra Alarm CO4627. Gebruikers Handleiding

TOYOTA montagehandleiding

Auto alarm systeem Ultra Micro Ultrasonic

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

CODEKLAVIER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

MotorCycle Alarm by DEF COM 3 MONTAGE-INSTRUCTIES LED 80 C

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

Afstandbediening met klapsleutel inbouwen in een Golf 3

Multi Purpose Converter 20A

Stealth X1Plus. Hardware installatie handleiding

Gebruikershandleiding

27/03/2014. GSM102 2 relais GSM OPENER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

TOYOTA Montagehandleiding

VALET START 561T. by Clifford Electronics Benelux B.V. Installatiehandleiding

NEDERLANDS DG502UP. Autonome centrale 2 deuren. De keuze van de installateur cdvibenelux.com

Installatievoorschrift GeoChaser SCM TV01

TRACKJACK EUROPE BV. Inbouwvoorschriften. De juiste manier om een TrackJack OTM aan te sluiten

CODEKLAVIER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

S4 User Guide Dutch.qxp 13/06/ :24 Page 1

LET OP: PIN BLOKKERING EN VOIC UITSCHAKELEN!

TOYOTA montagehandleiding

Serpi Star GR 410 / GR 440

SIM plaatsen rode en groene LED

Handleiding GSM kiezer TKGSM-431 versie 13V1.2. Afmeting breedte circa 20,4 cm hoogte circa 14 cm.

Individuele besturing met infrarood ontvanger WKS-IR

HANDLEIDING BEDIENINGSPANEEL

Extra dubbelkanaals ontvanger (12V DC)

Vehicle Security System VSS3 - Alarm system remote

Installatie instructies STEALTH X8 STEALTH X8 SMS/DATA/GPRS/VOICE. Nederlands.

Gebruikershandleiding

FLEXESS AQUA CODETABLEAU EN PASLEZER TC-CS200 CS VERGRENDELINGEN. t f MODELLEN CS200 SPECIFICATIES

K-Steel deuropenermodule 1156/10 met numeriek toetsenbord

LET OP: PIN BLOKKERING EN VOIC UITSCHAKELEN!

Met het MKP-300 bediendeel kunt u het MICRA Alarmsysteem bedienen. Deze werkt alleen als de MICRA module in de alarm module mode is ingesteld.

Technische handleiding

GEBRUIKSAANWIJZING DIN RAIL ONTVANGER

Gebruikershandleiding

allmatic Gebruikershandleiding HANDL Ampèrestraat TR Purmerend Tel: Fax:

MX5 NB Alarm of CV+AB plaatsen. Deel 4 >> Alarm of CV aansluiten.

Installatie handleiding voor de I-FREE03TV tv on the move

FLEXESS PEBBLE PASLEZER

Integratie van Net2 met een inbraakalarmsysteem

04/2015 Vanaf serienummer : CODEKLAVIER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

Contact aansluitingen. MultiOpener GSM

Alarm- en knipperlichtrelais MGA

LE10 Draadloze ontvanger

Draadloze signaal overdracht. De communicatie tussen melders en centrale wordt radiografisch geregeld.

Sinthesi Deuropenermodule

OMNISTART INSTALLATIE

Infrarood lichtmodule SM-IR-16-2 V1.00

CODEKLAVIER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

Transcriptie:

GT-912/GT-913/GT-914 Inbouwhandleiding Rho-Delta b.v. Escudostraat 2 2991 XV Barendrecht Tel. +031 102927461 Fax. +031 104795755 www.rhodelta.nl info@rhodelta.nl

1.0 - OMSCHRIJVING De GT-912 /GT-913/GT-914 is een ongekeurd modulair alarm systeem die bediend wordt doormiddel van GT-889 handzenders met een variabele code en geïntegreerde elektronische noodsleutel. Met dit alarm systeem is er de mogelijkheid de centrale portier vergrendeling aan te sturen, de deur schakelaars, motorkap en kofferbak schakelaar te beveiligen. Het contact van de auto te beveiligen en het interieur van de auto doormiddel van ultrasoon sensoren. Bij een ingeschakeld alarm zal de auto ook beveiligd zijn doormiddel van een startonderbreker. Tevens is mogelijk om op het alarm 12 draadloze sensoren van GT te programmeren. Hiermee is er bijvoorbeeld de mogelijkheid om gemakkelijk een caravan te beveiligen, of de garage mee te beveiligen als de auto er in geparkeerd staat met ingeschakeld alarm, etc. - Verschil tussen de systemen. GT-912: zoals boven genoemd met een GT-843 sirene (geen noodstroom) GT-913: zoals boven genoemd met een GT-844 sirene (noodstroom sirene) GT-914: zoals boven genoemd met een GT-945 sirene (draadloze noodstroom sirene) Functies die op het alarm systeem geselecteerd kunnen worden. 1 - sneltest 2 - comfortsluiting 3 - Pulserende massa uitgang/massa PWM uitgang tijdens alarm cyclus 4 - Akoestisch signaal bij inschakelen/uitschakelen 5 - Één draads aansturing van de knipperlichten (indien mogelijk) 6 - Plus/min gestuurde deurcontacten 7 - Pulserende deurcontacten 8 - Plus/min gestuurde motorkap/kofferbak schakelaar 9 - Pulserende motorkap/kofferbak schakelaar 10 - Gt-945 anti scan. ANDERE FUNCTIES : Dubbele sluitpuls Paniek functie Anti-Hijack functie Status controle LED Nood uitschakel procedure doormiddel van een elektronische noodsleutel.

2.0 KABEL AANSLUITINGEN INBOUW VOORSCHRIFTEN Om kortsluiting te voorkomen, adviseren wij voordat met de montage wordt begonnen, eerst de negatieve accuklem los te nemen. Om beschadiging en kortsluiting te voorkomen dienen bij alle kabeldoorvoeringen doorvoer rubbers gebruikt te worden, zodat de draden voldoende beschermd zijn. Verder adviseren wij om alle aansluitingen te solderen. Plaats het commandoblok op een goede zichtbare plaats in het dashboard ( op een makkelijke bereikbare plek). Bruin: Deze draad dient aan de negatieve accu klem te worden aangesloten of aan een goed massa punt. Rood: (+30) Deze draad dient aan een +12V direct vanaf de accu te worden aangesloten, zeker deze af met een zekeringhouder en een 15Amp zekering. Wit/Rood: (ingangsdraad t.b.v de knipperlichten) Deze draad dient aan een constante plus te worden aangesloten, indien men een één draads aansluiting maakt, dan dient deze draad of aan een plus of een massa te worden gemonteerd en dient ook dipswitch 5 aangezet te worden (zie 7.0 knipperlicht diagram verder in deze handleiding). Geel: (+15/54) Deze draad dient aan een contact geschakelde draad te worden aangesloten die ook tijdens het starten van de motor een spanning blijft houden. Oranje: Deze draden dienen aan de knipperlicht draden te worden aangesloten. Indien men een één draads aansturing maakt moet tevens dipswitch nr. 5 te worden aangezet. (zie ook paragraaf 7.0). Oranje/Zwart: (feedback) Deze draad wordt alleen gebruikt als functie nr. 5 op AAN staat, één draads knipperlicht aansturing (zie ook paragraaf 7.0). Groen: Deze draad dient aan de motorkap/kofferkak schakelaar aangesloten te worden. Door functie nr. 8 op aan te zetten kan deze draad ook op motorkap/kofferbak schakelaars worden aangesloten die plus gestuurd zijn. Door functie nr. 9 op AAN te zetten kan de groene draad worden aangesloten op pulserende massa gestuurde motorkap/kofferbak schakelaar. Groen/Bruin: Deze draad dient aan de deurcontacten te worden aangesloten. Als functie nr. 6 op AAN wordt gezet is het mogelijk om de groen/bruine draad aan te sluiten op plus gestuurde deurcontacten. Indien de deurcontacten een pulsende massa contact hebben moet functie nr. 7 worden aangezet. Roze: Deze draad kan men gebruiken indien er uitbreidings modules worden gebruikt. Als het alarm ingeschakeld is staat er op deze draad een plus en kan tot 80mA worden belast.

22 21 11 10 9 20 19 8 7 18 17 16 15 14 13 12 6 5 4 3 2 1 Geel/Zwart: Deze draad geeft een massa tijdens een alarmcyclus. Als functie nr. 3 op UIT pulserende massa uitgang staat kan het claxon relais worden aangestuurd (zie 8.0 claxon aansluitschema). Staat functie nr. 3 op AAN PWM output, dan kan deze draad worden gebruikt om een GT-843 sirene aan te sluiten. Wit en Grijs: Met deze twee draden kan een startblokkering worden gemaakt (maximale belasting 7A). Rood/Bruin, Rood/Grijs, Rood/Blauw, Geel/Bruin, Geel/Grijs en Geel/Blauw: Deze draden dienen voor de aansturing van de centrale portier vergrendeling en dienen aangesloten te worden volgens de autospecifieke inbouw handleiding. Blauw: Deze draad moet worden aangesloten op de blauwe draad van de GT-944 of GT-844 sirene. Op deze draad staat het gecodeerde communicatie signaal tussen de sirene en de centrale. Wit/Groen: Dit is de antenne draad. Deze draad moet vrij liggen voor de beste ontvangst (niet intapen of in de kabelschoen steken). Commandoblok: Plaats deze op een zichtbare en makkelijk bereikbare plek in het dashboard. Steek de 4 polige connector in de alarm centrale. LET OP!! - Gebruik altijd 5A zekeringen tussen de Rood/Blauwe en Geel/Blauwe draden. - De maximale belasting voor de centrale portier vergrendeling is 5A. Het is dus niet mogelijk om 4 deuren tegelijk aan te sturen (schema 5). MONTAGE ULTRASOON SENSOREN Plaats de beide ultrasoon sensoren boven aan de A-stijlen van de auto. Steek de rode stekker in de centrale unit in connector met de rode puntje. Plaats de witte stekker in de connector zonder kleur (naars de kabelboom connector). De gevoeligheid kan worden ingesteld met de witte stelschroef boven de ultrasoon aansluit connectoren op de centrale. De ultrasoon sensoren worden gevoeliger als de stelschroef met de klok mee draait en ongevoeliger als de stelschroef tegen de klok in draait. WHITE ULTRASONICS ADJUSTMENT TRIMMER WHITE REDO RED

SIRENE AANSLUITINGEN 2.1 - GT-843 sirene aansluitingen (Alleen indien functie Nr. 3 op PWM Output staat). 1 - Sluit één van de twee zwarte draden van de GT-843 sirene aan op de GEEL/ZWARTE draad van het alarm systeem. 2 - Sluit de andere zwarte draad van de GT-843 sirene aan op de plus pool van de auto accu, afgezekerd met een 5A zekering. 2.2 - GT-944 noodstroom sirene. 1 - Sluit de BRUINE draad aan op de negatieve accu klem van de auto. 2 - Sluit de RODE draad aan op de positieve accu klem van de auto, afgezekerd met een 5A zekering. 3 - Sluit de BLAUWE draad van de sirene aan de blauwe draad van het alarmsysteem. 4 - Sluit de GROENE draad aan op de motorkap schakelaar van de auto. De groene draad is een massa ingang van de sirene. Indien hier een alarm melding op wordt gemaakt zal de sirene afgaan maar de richting aanwijzers zullen niet aangestuurd worden. 2.3 GT-945 draadloze noodstroom sirene. 1 - Sluit de BRUINE draad aan op de negatieve accu klem van de auto. 2 - Sluit de RODE draad aan op de positieve accu klem van de auto, afgezekerd met een 5A zekering. 3 - Sluit de GROENE draad aan op de motorkap schakelaar van de auto. De groene draad is een massa ingang van de sirene. Indien hier een alarm melding op wordt gemaakt zal de sirene afgaan maar de richting aanwijzers zullen niet aangestuurd worden.

3.0 ALGEMEEN AANSLUIT SCHEMA

4.0 - GT-843 SIRENE AANSLUITSCHEMA 5.0 - GT-944 NOODSTROOM SIRENE AANSLUITSCHEMA. 5.1 - GT-844 NOODSTROOM SIRENE AANSLUITSCHEMA.

6.0 - GT-945 DRAADLOZE NOODSTROOM SIRENE AANSLUITSCHEMA. 7.0 ÉÉN DRAADS KNIPPERLICHT AANSLUITSCHEMA. Indien onderstaande schema s worden gebruikt dient functie nr. 5 één draad knipperlicht sturing ingeschakeld te zijn. 8.0 - CLAXON AANSLUITSCHEMA.

9.0 - CENTRALE PORTIER VERGRENDELING SCHEMA S

10.0 - FUNCTIES VAN HET ALARM SYSTEEM Aan de achterkant van het alarm systeem zitten 10 dip-switchen waarmee een aantal functies geselecteerd kunnen worden. Een functie selecteren kan alleen als het alarmsysteem uitgeschakeld is. Het alarm systeemleest de dip-switch instellingen nadat het contact van de auto 1 keer is aangezet en weer uitgezet. Switch nr. Omschrijving AAN UIT 1 Sneltest Ingeschakeld uitgeschakeld 2 Comfort sluiting Ingeschakeld openen=1 - sluiten = 40 openen =1 sluiten =1 3 Pulserende massa uitgang/massa PWM uitgang tijdens alarm cyclus PWM Output Pulserende massa Output tijdens alarm 4 Akoestisch signaal bij in/uitschakelen Uitgeschakeld Ingeschakeld 5 Één draads aansturing van de Ingeschakeld Uitgeschakeld knipperlichten 6 Plus gestuurde deurcontacten Ingeschakeld Uitgeschakeld 7 Pulserende deurcontacten Ingeschakeld Uitgeschakeld 8 Plus gestuurde motorkap /kofferbak Ingeschakeld Uitgeschakeld schakelaar 9 Pulserende motorkap/kofferbak Ingeschakeld Uitgeschakeld schakelaar. 10 GT-945 Anti scan Ingeschakeld Uitgeschakeld - Functie Nr. 1: Sneltest WAARSCHUWING: Door deze functie aan te zetten zal de alarm centrale een RADIO signaal uitsturen die door de GT-945 draadloze sirene wordt geprogrammeerd. Het programmeren van de GT-945 sirene wordt beschreven in paragraaf GT945 sirene programmering Met deze functie is het mogelijk de aansluitingen van het alarm systeem te controleren. Wanneer het systeem is uitgeschakeld, dip switch 1 wordt op AAN gezet en het contact van de auto wordt aan en weer uit gezet zal de sirene een lange piep toon geven. Tijdens de sneltest kunnen de volgende tests worden uitgevoerd: Ultrasoon sensor test: beweeg een arm voor de ultrasoon sensoren, hierbij zal de sirene 1 pieptoon geven en de LED zal 1 keer groen knipperen. Draadloze sensor test: trigger de sensor (infrarood sensor, magneet contact, etc.), hierbij zal de sirene 3 piep tonen geven en de LED zal 3 keer groen knipperen. Deurcontacten test: Open een of meer deuren, hierbij zal de sirene 4 pieptonen geven en de LED zal drie keer groen knipperen.

Motorkap/Kofferbak schakelaar test: Open de motorkap en/of de kofferbak, hierbij zal de sirene 5 pieptonen geven en de LED zal 5 keer groen knipperen. Contact geschakeld test: Zet het contact van de auto aan, hierbij zal de sirene 6 pieptonen en de LED 6 keer groen knipperen. Wacht 30 seconden zonder een test te doen om de sneltest te verlaten, of druk op de UIT knop van de GT handzender. Ter bevestiging zal de sirene een lange pieptoon geven. Zet nu dip switch nr. 1 in de uit positie. - Functie Nr. 2: Comfort sluiting Als deze functie is ingeschakeld zullen de ramen automatisch sluiten (alleen voor auto s die over deze functie beschikken) door een sluitpuls van 40 seconden welke inwerking gaat 5 seconden nadat de deuren zijn vergrendeld. Zet dip switch nr. 2 op AAN om deze functie in te schakelen. - Functie Nr. 3: Pulserende massa output / PWM output op de geel/zwarte draad Dipswitch Nr. 3 op UIT = tijdens een alarm cyclus geeft het systeem massa output. Dipswitch Nr. 3 op ON = Tijdens een alarm cyclus geeft het systeem een output om de GT-843 sirene aan te sturen of een luispreker van 4 Ohm. - Functie Nr. 4: Akoestisch signaal bij in/uitschakelen van het alarm. Het is mogelijk het in/uitschakel signaal van het alarm uit te zetten. Zet dipswitch nr. 4 op AAN om het signaal uit te schakelen. Hierna dient dipswitch nr. 1 op aan te worden gezet totdat er een lange piep toon van de sirene volgt. Zet vervolgens dipswitch nr. 1 weer op uit, hierbij zal de sirene een lange pieptoon geven. Doe bovenstaande procedure nogmaals om de in/uitschakel piep toon weer in te schakelen, zet hierbij dipswitch nr. 4 dan op UIT. - Functie Nr. 5: Een draads aansturing van de knipperlichten. Als deze functie is ingeschakeld is het mogelijk de richtingaanwijzers aan te sturen met 1 ORANJE draad van het alarmsysteem door deze aan te sluiten op gevaren lichten knop van de auto (alleen als de auto over deze functie beschikt). Zet dipswitch nr. 5 op AAN om de functie in te schakelen. - Functie Nr. 6: Plus gestuurde deurcontacten. Met deze functie is het mogelijk de groen/bruine draad van het alarm direct op een stabiel plus gestuurd deurcontact aan te sluiten. Als deze functie wordt gebruikt zal functie nr. 7 (dipswitch nr. 7) niet meer werken. - Functie Nr. 7: Pulserende deurcontacten. Deze functie maakt het mogelijk om de bruin/groene draad aan te sluiten op massa gestuurde deurcontacten waarbij een pulserend massa controle signaal staat. Zet dipswitch nr. 7 op AAN om de functie in te schakelen. - Functie Nr. 8: Plus gestuurde motorkap/kofferbak schakelaar. Met deze functie ingeschakeld is het mogelijk de groene draad van het alarm op plus gestuurde motorkap/kofferbak schakelaars aan te sluiten. Zet dipswitch nr. 8 op AAN om de functie in te schakelen. Indien deze functie wordt gebruikt zal functie nr. 9 niet meer werken.

- Functie nr. 9: Pulserende motorkap/kofferbak schakelaar. Deze functie maakt het mogelijk om de groene draad aan te sluiten op massa gestuurde motorkap/kofferbak schakelaars waarbij een pulserend massa controle signaal staat. Zet dipswitch nr. 9 op AAN om de functie in te schakelen. - Functie nr. 10: GT-945 sirene anti-scan. Als het alarmsysteem staat ingeschakeld met deze functie op AAN zal het signaal tussen de centrale unit en de sirene continue worden gecontroleerd. Indien het communicatie signaal tussen de sirene en de centrale langer dan 1 minuut wordt verstoord zal het alarm systeem een alarm cyclus geven. Zet dipswitch nr. 10 op AAN om deze functie in te schakelen. 11.0 - GT-945 draadloze sirene programmering. 1 - Het alarm moet uitgeschakeld zijn. 2 - Sluit de voeding van de GT-945 sirene aan. De sirene zal 3 snelle pieptonen geven ter bevestiging dat deze geprogrammeerd kan worden. 3 - Zet dipswitch nr. 1 (sneltest) op AAN. 4 - De centrale alarm unit zal een draadloos signaal sturen die de GT-945 sirene zal programmeren en hierbij een lang pieptoon geeft. 5 - Zet dipswitch nr. 1 op UIT, de sirene zal een lange pieptoon geven. LET OP!!! Als tijdens onderhoud van de auto de spanning van de sirene wordt gehaald voor langer dan 30 seconden zal na het terug plaatsen van de spanning de sirene wederom 3 pieptonen geven om aan te geven dat deze weer in de programmeerstand staat. Nadat het alarm 1 keer wordt ingeschakeld en weer uitgeschakeld werkt de sirene weer normaal. Het is dus niet nodig de sirene opnieuw op de alarm centrale te programmeren. 12.0 Programmeren van nieuwe handzender en draadloze sensoren. LET OP!!! - Het is mogelijk om maximaal 8 GT-889 handzender en 12 draadloze GT sensoren programmeren. - Als in het alarm systeem de functie voor programmeren van handzenders wordt geopend zullen alle reeds geprogrammeerde handzender verwijderd worden. Het is dus noodzakelijk alle oude handzenders opnieuw te programmeren. - Indien er een handzender/sensor wordt geprogrammeerd die al in het geheugen staat, of het maximum is bereikt zal de sirene 3 pieptonen geven.

HANDZENDERS/SENSOREN PROGRAMEREN 1 - Het alarm moet uitgeschakeld zijn. 2 - Zet het contact van de auto aan. 3 - Druk de koperen contact punten van de GT-889 handzender tegen de contact punten in het commandoblok totdat de sirene een pieptoon geeft en de LED in het commandoblok rood aan is. 4 - In de tijd dat de LED rood brand zet dan het contact van de auto uit. 5 - Na 5 seconden zal de sirene 1 pieptoon geven en de LED knippert 1 keer. 6 - Zet het contact van de auto aan en weer uit ( het alarm systeem staat nu in de programmeer functie). 7 - Druk op de AAN knop van de oude handzender, de LED zal 1 keer groen knipperen en de sirene zal 1 pieptoon geven. 8 - Druk op de AAN knop van de nieuwe handzender, de LED zal 1 keer groen knipperen en de sirene zal 1 pieptoon geven. Druk op de TEST knop of zet de TEST dipswitch van de draadloze sensor aan om deze te programmeren, de LED zal 1 keer rood knipperen en de sirene zal een pieptoon geven. (lees ook de handleiding van de draadloze sensor zelf voor de programmeer instructie). 9 - Herhaal stap 6 voor alle andere extra handzenders/sensoren. 10 - Wacht 10 seconden zonder een handzender/sensor te programmeren totdat de sirene een lange pieptoon geeft om het programmeer menu te verlaten. Draadloze sensoren verwijderen uit het geheugen. 1 - Het alarm systeem moet uitgeschakeld zijn. 2 - Zet het contact van de auto aan. 3 - Druk de koperen contact punten van de GT-889 handzender tegen de contact punten in het commandoblok totdat de sirene een pieptoon geeft en de LED in het commandoblok rood aan is. 4 - Plaats in de tijd dat de LED rood aan is (4 seconden) de contact punten van de handzender nogmaals tegen het commandoblok totdat de LED uitgaat. 5 - Druk nu binnen 10 seconden op de SERVICE knop van de handzender. 6 - Ter bevestiging dat alle draadloze sensoren uit het geheugen zijn verwijderd zullen de richtingaanwijzers 1 keer knipperen. 7 - Zet het contact van de auto uit.

- HELP EN ONDERSTEUNING Voor technische vragen en/of opmerkingen kunt U contact opnemen met de technische dienst van Rho-delta, telefoon 010-4795755 - TECHNISCHE GEGEVENS Werk spanning: 9-16V Werk temperatuur: -40ºC tot +85ºC Max. toelaatbare spanning: 36V/1minuut Stroom verbruik uitgeschakeld alarm: <12mA. Stroom verbruik ingeschakeld alarm: <16mA. Stroom verbruik bij een alarmmelding: <100mA. Max. toelaatbare stroomverbruik motorblokkering: 7A. Max. toelaatbare stroomverbruik deur vergrendeling: 5A. Max. toelaatbare stroomverbruik richtingaanwijzer uitgang: 5A. Max. toelaatbare stroomverbruik LED: 25mA. Max. toelaatbare stroomverbruik positieve uitgang: 80mA. Zend frequentie: 868Mhz