Jaarrekening Balans per 31 december 2014 Staat van baten en lasten over 2014 Toelichting op de balans en de staat van baten en lasten 1
Balans per 31 december 2014 (na verwerking resultaat) 31.12.2014 31.12.2013 31.12.2014 31.12.2013 Actief Passief Vaste activa: Eigen vermogen Kapitaal 558.808 527.080 Materiële vaste activa Grond en gebouwen 819.221 863.336 Voorzieningen Inventaris 34.729 28.093 Voorziening groot onderhoud 24.951 23.276 Apparatuur 8.868 6.796 862.818 898.225 Langlopende schulden Vlottende activa: ABN AMRO Bank, hypotheek 393.066 416.891 Subsidie Gemeente 117.312 128.119 Voorraden 17.593 16.037 510.378 545.010 Vorderingen Kortlopende schulden Debiteuren 3.634 4.631 Aflossingsverplichtingen 21.720 16.626 Belastingen 1.831 9.613 Crediteuren 12.185 10.950 Overige vorderingen en Belastingen overlopende activa 5.111 2.059 Overige schulden en 12.245 10.576 16.303 overlopende passiva 46.150 12.166 Liquide middelen 249.300 204.543 39.742 Totaal 1.140.287 1.135.108 Totaal 1.140.287 1.135.108 2
Staat van baten en lasten over 2014 2014 2013 Baten Entrees en winkelopbrengsten 133.356 115.443 Omzet koffiekamer 43.379 36.565 Sponsors 10.000 9.000 Verhuur 8.607 10.347 Donateurs 1.740 1.432 Doelsponsors 2.400 2.400 Herinrichtingskrant 10.780 Giften 1.371 931 Rentebaten 1.350 1.842 Subsidies 700 700 Totale baten 213.683 178.660 Lasten Personeelskosten 33.656 31.742 Huisvestingskosten 42.767 40.888 Reclame- en advertentiekosten 19.184 20.300 Administratie- en bureaukosten 5.548 5.166 Algemene kosten 17.725 10.194 Afschrijving op materiële vaste activa 44.852 41.468 Rentelasten 18.223 19.917 Totale lasten 181.955 169.675 Batig saldo 31.728 8.985 3
Toelichting op de balans en de staat van baten en lasten Algemeen Activiteiten De activiteiten van Stichting Nederlands Museum voor de Pluimveehouderij bestaan voornamelijk uit de exploitatie van een museum. Algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening De waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders wordt vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico s die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Grondslagen voor de waardering van activa en passiva Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd op verkrijgingsprijs verminderd met de cumulatieve afschrijvingen. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs, rekening houdende met de eventuele residuwaarde. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikname. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Voorraden De voorraden worden gewaardeerd tegen de laatstbekende inkoopprijs. Voor incourante voorraden wordt een afwaardering toegepast. 4
Voorzieningen Voorziening groot onderhoud De voorziening ter gelijkmatige verdeling van onderhoudslasten wordt bepaald op basis van te verwachten meerjaarlijkse kosten. De voorziening wordt lineair opgebouwd. Het uitgevoerde onderhoud wordt ten laste van deze voorziening gebracht. Grondslagen voor de bepaling van het resultaat Baten en lasten Het resultaat wordt bepaald als verschil tussen de opbrengsten en de kosten en andere lasten over het boekjaar. De resultaten op transacties worden verantwoord in het jaar waarin zij zijn gerealiseerd. Verliezen en risico s die hun oorsprong hebben voor het einde van het boekjaar, worden in de jaarrekening verwerkt indien zij bekend zijn op het moment van opmaken van de jaarrekening. Personeelskosten Personeelskosten bestaan uit de vergoeding aan vrijwilligers, studiekosten en overige personeelskosten. 5