Outreachend werken en inzet van ervaringsdeskundigheid



Vergelijkbare documenten
De rol van ervaringsdeskundigen in cliëntondersteuning

Cliëntenperspectief op de compensatieplicht

Waarom de inzet van ervaringsdeskundigen bijdraagt aan herstel en participatie van kwetsbare burgers

DE GGZ IN DE 9 PRESTATIEVELDEN

Factsheet. Uitleg over cliëntondersteuning De cliëntenraad aan zet

Manifest. voor de intensieve vrijwilligerszorg

Onafhankelijke cliëntondersteuning vanuit cliëntenperspectief. De stand van zaken medio 2015

Wmo beleidsplan Maatschappelijke Zorg Centrumgemeenteregio Zuid-Holland Zuid

Van theorie naar de dagelijkse praktijk van de Wmo, De Kanteling en Welzijn Nieuwe Stijl in Wielwijk

Welkom bij RIBW Arnhem & Veluwe Vallei

VAN BESCHERMD WONEN NAAR EEN BESCHERMD THUIS IN OOST-VELUWE

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

Factsheet Veranderingen in de Zorg 2015 (AWBZ, LIZ, Zvw en Wmo):

Eenzaamheid onder ouderen

SAMENVATTING BOUWSTENEN ZELFMANAGEMENT EN PASSENDE ZORG

werken aan Zelfmanagement en passende zorg

Bemoeizorg Parkstad. Volwassenen

Besluitvorming aan de Raad Formele advisering van de Raad. Conform advies Aanhouden Anders, nl. Collegevoorstel Advies: Openbaar

Meerjarenvisie Gelijkwaardige en maatschappelijke participatie van mensen met een functiebeperking in Arnhem

Projectvoorstel Borging Programma Lokale Versterking GGz Project B: Regionale borgingsactiviteiten

Bemoeizorg Parkstad. Wat is bemoeizorg? Bemoeizorg Parkstad

Je steunsysteem is overal om je heen.

De Week gaat van start met de Breingeindag op maandag 26 maart 2012 in t Veerhuis te Nieuwegein.

MAATSCHAPPELIJKE OPVANG EN BESCHERMD WONEN IN DE REGIO OOST-VELUWE

BZ11A. Bemoeizorg. post-hbo opleiding. Assertieve psychiatrische hulp aan zorgmijders. mensenkennis

Het zou het beste zijn als maatschappelijke steunsystemen georganiseerd werden door de gemeente.

Zijn gemeenten klaar om mensen met psychische problemen aan het werk te helpen?

Kwetsbare burgers in beeld? Workshop Symposium 10 februari 2014 Academische Werkplaats Publieke Gezondheid Brabant

Team Bemoeizorg Wageningen. Tientallen hulpvragen, twee organisaties, één meldpunt

Schakelen naar het juiste recept

ACTIEPLAN VERBORGEN VROUWEN

PARTNERS IN ZORG. Familiebeleid GGZ Rivierduinen Informatie voor familieleden, naasten en cliënten. rivierduinen.nl

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

De Sociaal Psychiatrische WMO. Mogelijkheden of valkuilen

2. Visie; waar gaan we voor, wat willen we bereiken en langs welke weg?

Herstel en rehabilitatie in het licht van herziening zorgstelsel

Meldactie AWBZ oktober 2010

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

Op weg naar 2020: Transformatie van de maatschappelijke zorg

Cliëntondersteuning. Tips voor het keukentafelgesprek. Hoe kan ik mij voorbereiden op het gesprek met de Wmo-consulent van de gemeente?

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

Handreiking Zorg- & Welzijnsarrangement

STICHTING ADDICTS FOR ADDICTS (A4A) voor het bieden van hulp en ondersteuning aan mensen met verslavingsproblemen BELEIDSPLAN 2014

Manifest. van de mantelzorger

Welkom bij RIBW Arnhem & Veluwe Vallei

Checklist Onafhankelijke Cliëntondersteuning

Programma Lokale Versterking GGz

BZ10B. Bemoeizorg. Assertieve psychiatrische hulp aan zorgmijders. m e n s e n kennis

Bemoeizorg. mensenkennis. Assertieve psychiatrische hulp aan zorgmijders. post-hbo opleiding

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

waarom het loket WWZ wonen welzijn zorg gemeente Westervoort en gemeente Duiven

DESKUNDIG AAN HET WERK OUDEREN. Trainingen op het gebied van psychische problemen of psychiatrische stoornissen

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

Evaluatie Meldpunt Zorg en Welzijn Stichting Samen Onbeperkt

Samenvatting. Adviesvragen

DE KRACHT VAN SAMENWERKEN

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

Gemeentelijk armoedebeleid. Martijn Schut Adviseur Stimulansz

postbusŵgemëeñfeňoořdëľnveldľnl- uèťheenïe NOORDENVELD

Mentrum SAMEN WERKEN AAN HERSTEL EN EEN WAARDEVOL LEVEN. Onderdeel van Arkin

Vangnet en Trampoline Naar een maatschappelijk steunsysteem in de regio Arnhem

Aan de gemeenteraad Agendapunt : 6.10/ Documentnr.:RV

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

MEE op Weg. IJsseloevers

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

Het steunpunt ggz. van, voor en door... jou, mij en u!

Veiligheid en bescherming bij geweld in relaties

Partners in zorg Familiebeleid GGZ Rivierduinen

De rol van ervaringsdeskundigen in cliëntondersteuning

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

Westerpark. De ontwikkeling van een maatschappelijk steunsysteem. Westerpark KO 24 maart

Wat doet NIM Maatschappelijk Werk?

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

De slimste route? Vormgeven toegang

Voorbereiden op het keukentafelgesprek?

Clientprofielen maatwerkvoorzieningen Kempengemeenten Reusel-De Mierden, Bergeijk, Bladel en Eersel 19 mei 2014

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

Nieuwe wetten voor zorg en ondersteuning bij wonen en werken

Reactie Apcg Wijkteams in Beeld, december Aan College van B en W CC raadsleden. Geacht College,

INTEGRAAL WERKEN MET MULTI PROBLEEMGEZINNEN

Ik heb een vraag over:

Werken, leren en activiteiten

Kanteling Wmo Iedereen doet mee

B&W. Advies. Noodopvang en woningen bijzondere doelgroepen. Zoetermeer steeds ondernemend. \u,/.,;/ 9P..\9\.\ Zocx C?.3-.l.l.--2:c.

De Maatschappelijke zorg dichterbij. Op weg naar 2021: Transformatie van de maatschappelijke zorg

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

Antwoorden op vragen over veranderingen Wmo/Awbz

IrisZorg. verslavingszorg. en maatschappelijke opvang. dicht bij mensen, ver in zorg

Overzichtskaart 3. Opvoedingsondersteuning. voor hulp bij opvoedingsvragen en lichte opvoedproblemen

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

Effectiever minimabeleid in Amersfoort

Familiebeleid. Zorgen voor een ander, zorg voor uzelf

Mantelzorgbeleid. Mantelzorgbeleid De Gouden Leeuw Groep - mei

Verslag basiscursus Wmo d.d. 12 april 2013 LSR in (Utrecht)

Cursussen en Themabesprekingen

llochtone meiden en vrouwen in-zicht

Transcriptie:

Outreachend werken en inzet van ervaringsdeskundigheid Een handreiking bij cliëntondersteuning GGZ Februari 2008, Zorgbelang Gelderland Alle rechten voorbehouden. Teksten, delen van teksten en/of artikelen uit deze uitgave mogen, na verkregen toestemming van Zorgbelang Gelderland, worden overgenomen of worden verveelvoudigd onder strikte voorwaarde van bronvermelding. Toestemming kan worden aangevraagd per brief, fax of e-mail. Postbus 5310 6802 EH Arnhem IJsselburcht 4 6525 BP Arnhem Telefoon 026 384 28 22 Fax 026 384 28 23 info@zorgbelanggelderland.nl www.zorgbelanggelderland.nl

Onze visie Zorgbelang Gelderland komt op voor vraaggestuurde zorg- en welzijnsvoorzieningen voor alle burgers in Gelderland, zodat zij kunnen leven zoals zij dat willen ook als zij door ziekte, ongeval, handicap of ouderdom tijdelijk of permanent belemmeringen ondervinden in hun persoonlijk of maatschappelijk functioneren. Wij willen dit bereiken door: ervaringskennis van zorggebruikers te verzamelen, collectieve belangen te behartigen, informatie te verstrekken over de beschikbaarheid en de kwaliteit van het zorgaanbod, klachten op vangen en knelpunten in het zorgaanbod te signaleren. Om haar doelen te bereiken werkt Zorgbelang Gelderland samen met ruim 400 aangesloten patiëntenverenigingen, gehandicaptenorganisaties, ouderenbonden en cliëntenraden in Gelderland. Colofon Oplage: 200 exemplaren Redactie Daniëlle Stroes, Zorgbelang Gelderland Eindredactie Bianca Bergsvoort, Zorgbelang Gelderland Opmaak, zetwerk en druk Drukkerij Trioprint Nijmegen 2

Inhoudsopgave Inleiding 5 H 1 Naar de cliënt toe 9 H 2 Vanuit ervaring deskundig 17 Samenvatting 25 Bijlagen 29 Bijlage 1 Prestatiecriteria informatie, advies en cliëntondersteuning 30 Bijlage 2 Aanbevelingen voor gemeenten en aanbieders cliëntondersteuning 31 Bijlage 3 Overzicht cliëntondersteuning GGZ per gemeente 32 Bijlage 4 Overzicht organisaties die ervaringsdeskundigen inzetten 39 3

4

Inleiding 5

Invoering Wmo Gemeenten hebben met de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) naast de bestaande een aantal nieuwe taken en verantwoordelijkheden gekregen. Deze zijn ondergebracht in negen prestatievelden. Daarmee komen ook relatief nieuwe doelgroepen voor de gemeenten in beeld. Mensen met een psychische beperking (incl. verslaafden), hieronder genoemd de doelgroep (O)GGZ ([openbare] geestelijke gezondheidszorg), vormen voor veel gemeenten zo n nieuwe doelgroep. Wat is er nodig om deze mensen op een goede manier van informatie, advies en cliëntondersteuning te voorzien en hoe kunnen zij gestimuleerd en ondersteund worden om weer/meer deel te nemen aan de lokale samenleving? De doelgroep (O)GGZ heeft een aantal kenmerken gemeen met andere kwetsbare burgers, maar onderscheidt zich ook op een aantal vlakken. Lichamelijk gehandicapten, chronisch zieken en ouderen hebben veelal hun eigen adviesraden en voorzieningen op gemeenteniveau. Verstandelijk gehandicapten hebben vaak familieleden die hun belangen behartigen. Mensen met psychische of psychiatrische problemen, verslaafden en dak- en thuislozen hebben juist een achterstand op het gebied van belangenbehartiging. Velen hebben moeite om voor zichzelf op te komen en hun vragen helder te formuleren. Hun sociale vaardigheden zijn soms minder goed ontwikkeld. Hun netwerk is in veel gevallen in de loop der jaren afgebrokkeld. Hun beperking brengt met zich mee dat de belastbaarheid sterke schommelingen kan vertonen. Stigmatisering vanuit de samenleving speelt hen bovendien ernstig parten. Mensen uit de doelgroep (O)GGZ zijn in veel gevallen moeilijk te bereiken voor gemeenten en andere instanties. Ze staan niet geregistreerd als zodanig, reageren niet altijd op brieven en een aantal zal niet snel uit zichzelf een gemeenteloket bezoeken. Uiteraard hangt dit sterk af van de aard en de ernst van de aandoening waar mensen mee te maken hebben. Onderzoek NIZW in opdracht van Zorgbelang Gelderland Uit onderzoek van het NIZW (Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn, tegenwoordig Movisie) in opdracht van Zorgbelang Gelderland is gebleken dat gemeenten nog weinig kennis van en ervaring met de doelgroep GGZ hebben. (Dit geldt in mindere mate voor centrumgemeenten die al wel jaren beleid voeren op het gebied van OGGZ.) Advies, informatie en cliëntondersteuning voor de doelgroep GGZ is versnipperd, er is geen samenhangend aanbod en er ontbreken de nodige voorzieningen. Zorgbelang Gelderland heeft een aantal prestatiecriteria ontwikkeld voor de functie informatie, advies en cliëntondersteuning (zie bijlage 1). Het NIZW heeft daarnaast een aantal concrete aanbevelingen voor verbetering geformuleerd voor gemeenten en aanbieders van cliëntondersteuning (zie bijlage 2). Bij twee aanbevelingen staan wij hier expliciet stil: 1. Cliëntondersteuning outreachend aanbieden, op de plaatsen waar cliënten zich bevinden. De gemeente is als regisseur de aangewezen partij om afspraken te maken met deze vindplaatsen over de samenwerking met een cliëntondersteuner die outreachend werkt. 2. Naast professionals ook ervaringsdeskundigen inzetten om de kwetsbare groepen met ernstige psychische problemen te bereiken, te verstaan en te bedienen. Definitie cliëntondersteuning van ministerie van VWS Bij cliëntondersteuning gaat het om de individuele ondersteuning van een cliënt bij het maken van een keuze of het oplossen van een probleem. Cliëntondersteuning heeft de regieversterking van de cliënt (en zijn omgeving) tot doel ten einde de zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie te bevorderen. Dit kan informatie en advies omvatten, maar vooral ook uitgebreide vraagverheldering en kortdurende en kortcyclische ondersteuning bij keuzes op diverse levensterreinen. Cliëntondersteuning richt zich op ondersteuning en oplossingen op lokaal niveau met gebruik van sociale verbanden. 1 Kwetsbaar en niet gezien worden: van de gekke!, Zorgbelang Gelderland 2006 6

Platform cliëntondersteuning GGZ regio Arnhem Naar aanleiding van deze aanbevelingen is het Platform cliëntondersteuning GGZ regio SRAN- Noord opgericht onder voorzitterschap van de gemeente Arnhem, op initiatief van en inhoudelijk ondersteund door Zorgbelang Gelderland. Regiogemeenten, organisaties voor cliëntondersteuning en vertegenwoordigers van cliënten en naastbetrokkenen willen in dit platform komen tot een gezamenlijke visie en afspraken over de inrichting van de functie informatie, advies en cliëntondersteuning die toegankelijk is voor de doelgroep mensen met een psychische handicap in de regio. De belangen en behoeften van de doelgroep zelf zijn hierbij het nadrukkelijke uitgangspunt. Vandaar ook de keus om in eerste instantie nog geen zorgaanbieders voor dit platform uit te nodigen. Om het Platform niet al te breed te maken zijn met name cliëntondersteunende organisaties uitgenodigd die veel of in de toekomst steeds meer met de doelgroep GGZ te maken hebben. Dan gaat het om organisaties als MEE, maatschappelijk werk, Stichting Jutte van der Voorst, adviseurs Zorg en Dienstverlening vanuit welzijnsinstellingenin een later stadium worden zorgaanbieders en andere relevante organisaties geïnformeerd en betrokken. Verzoek gemeente Arnhem Daarnaast heeft de gemeente Arnhem Zorgbelang Gelderland gevraagd een handreiking op te stellen voor gemeentelijke loketten en andere cliëntondersteunende organisaties over outreachend werken en de inzet van ervaringsdeskundigen bij informatie, advies en cliëntondersteuning. Met deze publicatie willen wij hierin voorzien. Opzet handreiking In hoofdstuk 1 staat outreachend werken centraal. Wat verstaan we onder outreachend of vindplaatsgericht werken en in welke vormen kan het een plek krijgen binnen de cliëntondersteuning GGZ? We zullen een aantal vindplaatsen voor cliënten beschrijven en aandacht besteden aan de voorwaarden die gecreëerd moeten worden om outreachend werken mogelijk te maken. Vervolgens geven we een overzicht van cliëntondersteunende organisaties in de regio Arnhem die op dit moment al in meerdere of mindere mate outreachend werken. We eindigen het hoofdstuk met een zestal aanbevelingen. Hoofdstuk 2 is gewijd aan de inzet van ervaringsdeskundigheid bij cliëntondersteuning. We gaan dieper in op wat ervaringsdeskundigheid is en wat voor meerwaarde het heeft om mensen met psychische problemen te bereiken en ondersteunen. We beschrijven een aantal aandachtpunten die belangrijk zijn om in het oog te houden bij het inzetten van ervaringsdeskundigen. We besteden aandacht aan training en scholing van ervaringsdeskundigen. We geven een overzicht van de huidige inzet van ervaringsdeskundigen bij organisaties in de regio en schetsen de voorwaarden voor hun inzet bij de functie informatie, advies en cliëntondersteuning in gemeenten. Vervolgens beschrijven we recente ontwikkelingen en plannen op dit gebied in de regio en besluiten we ook dit hoofdstuk met een aantal aanbevelingen. We eindigen deze handreiking met een samenvatting en een viertal bijlagen, waarin achtereenvolgens prestatiecriteria informatie, advies en cliëntondersteuning; aanbevelingen voor gemeenten en aanbieders cliëntondersteuning; overzicht cliëntondersteuning GGZ per gemeente en organisaties die ervaringsdeskundigen inzetten op een rij zijn gezet. Overal waar hij staat in de tekst, kan ook zij worden gelezen. 2 Tot deze regio behoren de gemeenten Arnhem, Doesburg, Duiven, Lingewaard, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rozendaal, Rijnwaarden, Westervoort en Zevenaar. 7

8

1 Naar de cliënt toe 9

Outreachend werken In de literatuur wordt met name gesproken over outreachende of vindplaatsgerichte hulpverlening. Outreachend wil zeggen actief uitreikend, vindplaatsgericht. Outreachende hulpverlening is het actief opsporen van mensen en het ongevraagd en onvoorwaardelijk aanbieden van hulp in de thuissituatie. Het gaat om kwetsbare mensen waarover familie, bekenden, buren of instanties zich zorgen maken en die niet uit zichzelf om hulp vragen of zelfs niets met hulpverlening te maken willen hebben. Om mensen die ernstige psychische en/of verslavingsproblemen hebben en als gevolg daarvan vereenzamen of vervuilen, schulden opbouwen, mogelijk op straat zwerven of overlast veroorzaken. Belangrijk is om te benadrukken dat een groot deel van de doelgroep helemaal geen overlast veroorzaakt, maar wel het gevaar loopt stilletjes weg te kwijnen achter de voordeur en niet de zorg en hulp krijgt die ze nodig heeft. De kwaliteit van hun bestaan kan daardoor steeds verder verslechteren. Outreachende hulpverlening is een intensieve vorm van hulpverlening, die om flexibele en onorthodoxe werkwijzen vraagt en waarvoor goede afstemming met andere disciplines rondom de cliënt nodig is. De leefwereld en de behoeften van de cliënt staan centraal. Outreachende hulpverlening wordt gegeven onder andere door bemoeizorgteams in de openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ). Verder wordt er geëxperimenteerd met outreachende initiatieven in de maatschappelijke opvang, de ambulante verslavingszorg en de jeugdhulpverlening. Ook bij het Leger des Heils werken hulpverleners vindplaatsgericht. Binnen het algemeen maatschappelijk werk staat outreachend werken sinds enige jaren weer in de belangstelling, maar wordt nog weinig in praktijk gebracht. Outreachende cliëntondersteuning In het kader van cliëntondersteuning gebruiken we de term outreachend werken in een wat minder zware context. Outreachend werken vatten we op als de (potentiële) cliënt opzoeken in zijn eigen omgeving, gevraagd of ongevraagd, om de hulpvraag in beeld te krijgen en de cliënt indien mogelijk en gewenst toe te leiden naar een passend zorg- of dienstenaanbod. Dit kan verschillende vormen aannemen: 1. Huisbezoek op verzoek van de cliënt zelf. 2. Huisbezoek na melding of via verwijzing van derden. Hiervoor is een goed samenwerkings- en signaleringsnetwerk nodig. Dat kunnen bestaande netwerken zijn als een overlastnetwerk, zorgnetwerk, wijkoverleg of meldpunt. Ook kan er gereageerd worden op signalen van afzonderlijke instellingen of beroepskrachten, zoals politie, huisarts, algemeen maatschappelijk werk (AMW), thuiszorg, kerk/moskee, buurthuis, woningcorporatie, energiebedrijf, GGD, sociale dienst, school, GGZ of van betrokkenen uit de naaste omgeving zoals buren of familie. Veel kwetsbare burgers met psychische problemen hebben wel ergens contact in verband met een dienstverleningsvraag of zichtbare behoefte. Alleen beperkt het contact zich dan tot de concrete dienst of het probleem dat op dat moment reden voor het contact is en wordt niet altijd nagegaan of de betreffende persoon ook nog andere vragen heeft. Zaak is om ervoor te zorgen dat op die vindplaatsen ook cliëntondersteuning actief wordt aangeboden. Dit vraagt wel om een pro-actieve houding en signaleringsvaardigheden bij beroepskrachten. 3. Spreekuur op locaties waar de doelgroep komt. Bijv. bij een zorgaanbieder, dagactiviteitencentrum, inloophuis, buurthuis, nachtopvang. Het beste is als de cliëntondersteuner zelf op potentiële klanten afstapt in plaats van afwacht tot ze op hem of haar afkomen. 4. Collectieve voorlichting op locaties waar de doelgroep komt. Dit is geen individuele cliëntondersteuning maar kan een opstap vormen en de drempel verlagen voor potentiële cliënten. 5. Huis aan huis bezoekproject. Dit is het meest arbeidsintensief en het minst effectief, maar kan onder bepaalde voorwaarden zinvol zijn, als vermoede problematiek sterk geconcentreerd is in een straat, wijk of flatgebouw. 10

6. Mobiel zorgloket (bus). De bus kan op verschillende plaatsen in een wijk stoppen volgens een bekend schema en zo dichter bij de cliënt in de buurt komen om de drempel te verlagen. In Amsterdam Osdorp is bijvoorbeeld ervaring opgedaan met een mobiel zorgloket voor ouderen, chronisch zieken en gehandicapten. Hieronder worden een aantal vindplaatsen genoemd van mensen uit de doelgroep. Deze zijn deels ontleend aan het onderzoek van het NIZW. De gemeente als verantwoordelijke kan een veldregisseur aanwijzen om afspraken te maken met deze vindplaatsen over het betrekken van een outreachend werkende cliëntondersteuner. Veel mensen met psychiatrische problemen wonen in de wijken waarin het algemeen maatschappelijk werk (AMW) actief is. Zij kunnen in beeld komen via diverse vindplaatsgerichte projecten, via de formulierenbrigade (waarbij medewerkers huis aan huis langs gaan om bewoners te wijzen op gemeentelijke voorzieningen waar ze mogelijk recht op hebben, maar geen gebruik van maken), via de reguliere wijkspreekuren van AMW of Sociaal Raadslieden. Ook kunnen er contacten ontstaan via buurtbemiddeling (vrijwilligers gaan af op mensen in de buurt als ergens onenigheid is) of via vrijwilligers die nieuwkomers in de wijk verwelkomen. Verder kunnen mensen in beeld komen in verband met schuldhulpverlening of bij een aanvraag voor bijzondere bijstand en er blijkt tevens sprake te zijn van psychische problemen. Of wanneer de sociale dienst bij de inschatting van mogelijkheden voor arbeidsreïntegratie vaststelt dat er sprake is van belemmeringen in verband met psychische problemen. Of als mensen in het kader van tweede-kansbeleid in beeld komen bij woonoverlast of dreigende huisuitzetting en er blijkt tevens sprake te zijn van psychische problemen. Andere vindplaatsen zijn de inlooppunten van RIBW s waar zelfstandig wonende kwetsbare burgers met psychische problemen uit de betreffende wijk kunnen langskomen en dagbestedingscentra en werkprojecten, zowel die van de GGZ als die van het welzijnswerk. Wanneer mensen zich aanmelden voor bemiddeling bij een vriendendienst of als ze zich oriënteren op vrijwilligerswerk en er sprake is van belemmeringen vanwege psychische problemen, kan dat ook een ingang zijn. Voordat dat iemand vanuit de GGZ of verslavingszorg ontslagen wordt naar een zelfstandige woning, zou cliëntondersteuning actief moeten worden aangeboden. Nu weet de ontvangende gemeente vaak niet eens dat er iemand komt wonen die net uit een intramurale setting komt. In praktijk hebben een aantal mensen dan nog wel een ambulant GGZ-hulpverleningscontact, een woonbegeleidingscontact vanuit de RIBW of gaan zij voor ondersteuning naar een dagactiviteiten centrum, maar dit geldt niet voor iedereen. Religieuze instellingen als kerk of moskee en het Leger des Heils komen ook in aanraking met de doelgroep en vormen zo een vindplaats. De politie signaleert veel op straat en in de wijk en kan een ingang bieden. Belangrijk is voorts dat er een vloeiende overgang wordt gecreëerd van cliëntondersteuning naar vormen van ondersteunende en activerende begeleiding of bemoeizorg, als dat nodig is. Hiertoe is een nauwe samenwerking tussen instellingen nodig en dient er sprake te zijn van warme overdracht. Het aanstellen van een veldregisseur en het inrichten van een centraal punt waar signalen binnenkomen en waar afstemming over een cliënt kan plaatsvinden, zoals een regionaal steunpunt cliëntondersteuning GGZ, zou dit zeer vergemakkelijken. Daarnaast is het in een aantal gevallen goed om ervaringsdeskundigen in te zetten, ervaren lotgenoten die weten wat het is om met een vergelijkbaar probleem te kampen. Ze kunnen helpen om kwetsbare burgers op te sporen, informatie en advies te geven en toe te leiden naar zorg, dienstverlening en sociale participatie. Dit kunnen zowel beroepskrachten als vrijwilligers, mits de laatste goed getraind en begeleid worden en er een redelijke vergoeding tegenover staat. Hier gaan we in hoofdstuk 2 dieper op in. 3 L. van Doorn, Outreachende hulpverlening, Arnhem 2004. Bij dak- en thuislozen kan dit op een locatie naar keuze van de cliënt plaatsvinden. 11

Organisatie De cliëntondersteuner die cliënten opzoekt dient meer tijd ter beschikking te hebben dan de collega die in een loket mensen helpt die zichzelf aanmelden. De reistijd komt erbij, maar vooral ook de inzet die moet worden gepleegd om met de cliënt een vertrouwensrelatie op te bouwen, zodat het mogelijk wordt om de zorg- en ondersteuningsbehoefte in kaart te brengen. Lang niet altijd vindt de cliënt dat hij zelf een probleem heeft, of heeft hij geen fiducie meer in hulpverleners of andere officiële instanties. Dan kan het veel tijd kosten om een ingang te krijgen. De cliëntondersteuner dient ook de ruimte te krijgen om zijn tijd flexibel in te delen om de kans te vergroten dat hij contact krijgt met de beoogde cliënt. In dit soort gevallen kan de inzet van een ervaringsdeskundige heel behulpzaam zijn (zie hoofdstuk 2). Faciliteiten Het werk van de cliëntondersteuner wordt vergemakkelijkt als hij kan beschikken over een laptop en een mobiele telefoon, zodat het mogelijk is om ter plekke informatie via de computer op te vragen en gegevens van de cliënt in te voeren. Profiel beroepskracht Voor een outreachend werkende cliëntondersteuner is het belangrijk dat hij naast de vaardigheden die een reguliere cliëntondersteuner in huis moet hebben, ook de volgende kenmerken of vaardigheden bezit. Hij moet een groot inlevingsvermogen hebben, geduldig, vasthoudend en flexibel zijn en affiniteit hebben met de doelgroep. Eigen ervaring als cliënt of naastbetrokkene in de GGZ of verslavingszorg is een pré, mits goed verwerkt. Hij moet goed om kunnen gaan met culturele diversiteit, een respectvolle houding hebben en creatief zijn in het vinden van wegen om contact te leggen en vertrouwen te winnen. Outreachende ondersteuning in de regio Arnhem Hieronder wordt in het kort aangegeven welke organisaties in de regio op dit moment al vindplaatsgericht cliëntondersteuning of kortdurende begeleiding in de eerste lijn bieden aan mensen met een psychische beperking. Contactgegevens van deze organisaties zijn per gemeente opgenomen in bijlage 3. 12

Cliëntondersteuning MEE Gelderse Poort MEE Gelderse Poort heeft de mogelijkheid om cliënten thuis te bezoeken of spreekuur op locatie te verzorgen. Consulenten zijn uitgerust met laptop en mobiel om ook buiten het kantoor zo goed mogelijk gebruik te kunnen maken van faciliteiten als de sociale kaart en het cliëntvolgsysteem. Mensen met autisme behoren al tot de reguliere doelgroep van MEE, maar mensen met andere psychische ziektebeelden nog niet. Omdat de MEE hier formeel nog geen bekostiging voor krijgt is de dienstverlening voor deze doelgroep nog beperkt. Vanuit de verwachting dat MEE landelijk dan wel lokaal de opdracht zal krijgen om deze doelgroep te gaan bedienen, start MEE Gelderse Poort in 2008 met een uitgebreidere dienstverlening. MEE Oost-Gelderland Ook MEE Oost-Gelderland bezoekt cliënten thuis. Huisbezoek na een melding van derden of op verwijzing gebeurt af en toe bij de doelgroep OGGZ. MEE onderzoekt de mogelijkheden om outreachende dienstverlening uit te breiden in de toekomst, zoals spreekuren op locatie of een huis aan huis bezoekproject in bepaalde wijken in gemeenten. Mikado Mikado, een brede welzijnsorganisatie in Westervoort en Duiven, heeft een Adviseur Zorg en Dienstverlening in dienst die outreachend kan werken. De adviseur ontvangt cliënten op kantoor, maar gaat na melding van bijv. huisarts of politie ook op huisbezoek bij mensen die mogelijk zorg of dienstverlening nodig hebben maar daar uit zichzelf niet om vragen. De adviseur is ook verbonden aan de zorgloketten van Duiven en Westervoort. Zij is onafhankelijk, verwijst door maar geeft zelf ook verdergaande ondersteuning als het aanbod niet aansluit of er veel voorwerk nodig is. Ze verzorgt ook leun- en steuncontacten. (Zie praktijkvoorbeeld in kader.) Stichting Jutte van der Voorst Jutte van der Voorst is een steunpunt Persoonsgebonden Budget (PGB) en Zorg In Natura GGZ, maatschappelijke ondersteuning en belastinghelpdesk in Gelderland en is vooral werkzaam in de regio s Arnhem, Veluwe Vallei en de Liemers. Medewerkers van Jutte gaan indien nodig op huisbezoek om ter plekke met mensen hun financiële huishouding op orde te brengen. Ook collectieve voorlichting en spreekuren op locaties waar de doelgroep komt behoren tot de reguliere activiteiten. Jutte is een cliëntgestuurde organisatie. Doelgroep zijn vooral mensen met psychische en psychosociale problemen. Inmiddels worden ook minima, ouderen en chronisch zieken geholpen. RIBW Het Zorgbemiddelingsteam van de RIBW biedt ook cliëntondersteuning. Zij gaan bij cliënten thuis op bezoek en proberen samen met de mensen problemen op te lossen op de diverse leefgebieden zoals wonen, financiën en het organiseren van dagbesteding. Zij zijn goed op de hoogte van de sociale kaart en mogelijkheden op de diverse gebieden. Ouderenadviseurs Veel ouderenadviseurs in gemeenten hebben de mogelijkheid om outreachend te werken, of hiervoor opgeleide vrijwilligers in te zetten, die huisbezoeken afleggen. Spreekuren en collectieve voorlichting op locatie en huis-aan-huis-bezoekprojecten komen voor. Sommige ouderenadviseurs rapporteren veel psychische problematiek, met name beginnende dementie en rouwverwerking, andere geven aan dat het onderwerp niet vaak aan de orde komt in hun werk. Gemeentelijke zorgloketten De zorgloketten van de gemeenten werken in het algemeen niet outreachend. In sommige gemeenten is het mogelijk om de cliënt thuis te bezoeken. De doelgroep (O)GGZ is nog nauwelijks in beeld bij de loketten. Beleid op dit terrein is nog in ontwikkeling. 13

Praktijkvoorbeeld In Duiven en Westervoort is Mieke te Stroete sinds zo n vier jaar actief als adviseur Zorg en Dienstverlening bij welzijnsorganisatie Mikado. Ze bedient verschillende doelgroepen, zoals ouderen (50%), chronisch zieken (20%), mensen met een handicap (10%) en mensen met een psychiatrische achtergrond (10%). 10% van de tijd is voor overige doelgroepen (bv. jongeren of ouders). Te Stroete zit sinds kort twee ochtenden in de week bij het zorgloket van de gemeenten Duiven en Westervoort als een soort gespecialiseerde cliëntondersteuner. Het is belangrijk dat de adviseur een onafhankelijke positie kan innemen. De adviseur krijgt mensen op bezoek, maar gaat zelf ook outreachend te werk. Op aangeven van huisarts of politie bezoekt ze mensen thuis, die zelf niet om hulp zouden vragen. Soms moet er veel geïnvesteerd worden in deze contacten, voordat er een hulpvraag komt of draagvlak voor verandering. Mieke te Stroete verwijst door, maar geeft zelf ook verdergaande ondersteuning, als het aanbod niet aansluit of er veel voorwerk moet gebeuren. Ze doet ook leun- en steuncontacten. Ze constateert dat er veel voorzieningen zijn maar dat sommige mensen overal tussenin vallen, vooral als organisaties zich star aan regels en protocollen houden en niet over de eigen grenzen willen kijken. Meldpunten De adviseur heeft vrijwillige een netwerk thuishulp dat regelmatig en mantelzorg bijeen komt, met AMW, Sociaal Raadsliedenwerk, Deze Vriendendienst meldpunten Opstap, werken Talent. niet Daar outreachend worden de nodige naar zaken mensen afgestemd, met een casemanagers psychischebenoemd. beperking. Bij signalen van zorgwekkende situaties zoeken zij contact met professionele organisaties die outreachend Te Stroete zietkunnen het ook als werken. haar taak om signalen af te geven, knelpunten te benoemen, witte plekken aan te geven. Ze ervaart dat de gemeente en andere organisaties wel gevoelig zijn voor kritiek, ze wordt serieus genomen. Twee keer heeft de adviseur huis-aan-huis onderzoek onder ouderen laten uitvoeren m.b.v. getrainde vrijwilligers. Dat heeft veel opgeleverd aan toeleiding tot financiële regelingen (bijzondere bijstand), maar ook naar hulp en ondersteuning. De doelgroep mensen met een psychiatrische achtergrond is echter heel anders en vraagt andere knowhow, is haar ervaring. 14

Hulpverlening 1e lijn Rijnstad Rijnstad maatschappelijk werk en sociaal raadslieden kent een vijftal outreachende projecten die in de wijk achter de voordeur mensen met problemen opsporen en toeleiden naar reguliere zorg. Daarnaast is er het Vangnetteam Bemoeizorg voor zorgwekkende zorgmijders, waar ook De Gelderse Roos bij betrokken is. Aanmelding geschied via het meldpunt Ons een zorg van Hulpverlening Gelderland Midden (GGD). De ontwikkeling van outreachende projecten neemt bij Rijnstad sterk toe. Dit zijn veelal samenwerkingsprojecten met woningbouwcorporaties, de gemeente en andere instellingen en worden op projectbasis gefinancierd. Stichting Welzijn Rheden Het AMW van de Rhedense welzijnsstichting SWR verricht veel outreachende werkzaamheden, variërend van huisbezoek op verzoek van cliënten of verwijzing van derden, spreekuren op locaties waar de doelgroep komt tot een huis aan huis bezoekproject. Vilente Het reguliere AMW van Vilente in Renkum gaat op huisbezoek bij cliënten als zij dat willen, maar heeft daarbuiten weinig middelen om outreachend te werken. De doelgroep met ernstige psychische klachten komt weinig bij het AMW. Het project Zorgwekkende zorgmijders, in samenwerking met het Vangnetteam bemoeizorg uit Arnhem, gaat na signalen of op verwijzing actief af op de OGGZ-doelgroep. STMG Het AMW van Stichting Thuiszorg Midden Gelderland zegt weinig cliënten uit de doelgroep (O)GGZ te hebben. Indien zij zich melden op een spreekuur, worden zij doorverwezen naar de tweedelijns GGZ. Aanbevelingen 1. Gemeenten stimuleren vanuit hun regiefunctie en met behulp van hun subsidiebeleid de inzet van outreachende of vindplaatsgerichte ondersteuning aan de meest kwetsbare burgers met psychische of verslavingsproblemen. 2. Cliëntondersteunende organisaties nemen de verantwoordelijkheid om outreachende methodieken in te voeren en toe te passen en rekenen ook mensen met ernstige psychische problematiek tot hun doelgroep. 3. De gemeenten wijzen een veldregisseur aan om afspraken te maken tussen cliëntondersteunende organisaties en vindplaatsen voor de doelgroep (O)GGZ over de inzet van outreachend werkende cliëntondersteuners. 4. Gemeenten en instellingen organiseren een goed centraal meldpunt (regionaal dan wel lokaal) waar signalen over geïsoleerde of zorgmijdende kwetsbare burgers verzameld worden en van waaruit de inzet van outreachende cliëntondersteuners wordt gecoördineerd. Dat kan een bestaand meldpunt zijn, zoals dat van Hulpverlening Gelderland Midden, aangehaakt worden bij een nieuw te vormen regionaal steunpunt GGZ of lokaal worden georganiseerd. 5. De doelgroep blijft niet beperkt tot burgers die vanwege overlast in beeld komen. Ook mensen die niemand last bezorgen maar die stilletjes verpieteren achter de voordeur, worden actief benaderd. Mensen kunnen ernstig depressief zijn, dementerend of met wanen of angsten kampen en geen hulp van buiten krijgen terwijl ze zelf niet in staat zijn om hulp te vragen. 6. Cliëntenbelangenorganisaties nemen het op zich om outreachend werken te propageren bij gemeenten, cliëntondersteunende organisaties en zorgaanbieders ten behoeve van de doelgroep (O)GGZ. 15

16

2 Vanuit ervaring deskundig 17

Ervaringsdeskundigheid Rondom het begrip ervaringsdeskundigheid bestaat veel verwarring. Er zijn veel mensen die ervaring hebben met psychische of psychiatrische problemen of verslaving in enige vorm, bij zichzelf of bij iemand in hun naaste omgeving. Ervaring met de ziekte, met de gevolgen ervan in het dagelijks leven en al of niet met behandeling en medicatie. Dat wil echter niet zeggen dat ze ook ervaringsdeskundig zijn. Tijdens de werkbijeenkomst Vanuit ervaring deskundig! op 16 november 2007 in Arnhem kwamen de aanwezige ervaringsdeskundigen tot de volgende beschrijving: Om ervaringsdeskundige te worden doorloop je een proces. Dat proces begint met je eigen ervaring in de geestelijke gezondheidszorg (of verslavingszorg). In eerste instantie overheerst je eigen ziektebeeld, maar tijdens de herstelfase zet je de eigen ervaringen naast de ervaringen van anderen, waardoor het perspectief verandert. Je krijgt meer afstand tot je eigen verhaal, je verwerkt je ervaring en krijgt zicht op je eigen valkuilen. Je ervaring wordt kennis. Je deelt de kennis met anderen en anderen delen hun kennis met jou, waardoor je kennis toeneemt. Een ervaringsdeskundige zet zijn kennis in voor anderen, waarbij het belangrijk is dat je je in kunt leven in anderen. Bovendien moet je vaardigheden hebben (ontwikkeld) om je ervaring en kennis over te kunnen brengen. Een ervaringsdeskundige durft dit en kan dit. In het boek Herstel, empowerment en ervaringsdeskundigheid schrijven H. van Haaster e.a. over de TOED-opleidingen voor ervaringsdeskundigen. Zij geven aan dat het werken met behulp van de eigen ervaringsdeskundigheid een aantal specifieke eigenschappen heeft. Naast de bovengenoemde kenmerken noemen zij ook nog de volgende: In de uitoefening van de werkzaamheden brengt een ervaringsdeskundige werker ook altijd naar voren waar de eigen grenzen liggen die samenhangen met specifieke eigen ziekte of problemen. Eigen manieren van energiemanagement, tijdsmanagement en coping bepalen bijvoorbeeld wanneer en hoe intensief men werkt. In het werk met anderen kunnen verhalen uit de eigen biografie van de werker een belangrijke rol spelen om herkenning en erkenning te geven aan andere cliënten en zo specifieke manieren van empowerment bewerkstelligen. Eigen verhalen en eigen geschiedenis zijn geen taboe, integendeel: ze worden beschouwd als bijzondere hulpmiddelen om de ander mee te steunen en de ander in staat te stellen ook eigen verhalen te maken. Het eigen functioneren van de ervaringsdeskundige, de eigen oplossingen en de eigen manieren van doen zijn geen norm. Uitgangspunt is dat iedereen verschillend is en dus zijn of haar eigen manier moet proberen te vinden. Ervaringsdeskundige ondersteuning is erop gericht de ander te helpen om het eigen verhaal te maken, de eigen weg te vinden en op eigen wijze sterker te worden. Tijdens de bovengenoemde werkbijeenkomst Vanuit ervaring deskundig! werden twee soorten ervaringsdeskundigen geïdentificeerd: De ervaringsdeskundige die een dienst verleent of taak uitoefent die op zichzelf niet GGZgerelateerd is, maar waarbij wel degelijk gebruik gemaakt wordt van de eigen ervaringskennis in het contact met klanten uit de GGZ-doelgroep (bv. werken voor de belastinghelpdesk van Jutte van der Voorst of een website bouwen voor een cliëntenorganisatie). De ervaringsdeskundige die zijn kennis en kunde inzet in een functie die ook inhoudelijk betrekking heeft op de GGZ (bv. informatie aan lotgenoten, kwaliteitstoetsing of lokale belangenbehartiging). 6 W. Boevink, A. Plooij en S. van Rooijen (red.), Herstel, empowerment en ervaringsdeskundigheid van mensen met psychische aandoeningen, Amsterdam 2007. 18

Ervaringsdeskundigen worden in praktijk voor vele taken ingeschakeld, al dan niet in samenwerking met beroepskrachten, zoals: Voorlichting Informatie-, advies en cliëntondersteuning Herstel- en empowermenttrainingen Trainingen aan hulpverleners Begeleiden van zelfhulpgroepen en lotgenotencontact Belangenbehartiging Kwaliteitstoetsing zorgaanbod Onderzoek Bestuurswerk De meerwaarde van ervaringsdeskundigheid Het jarenlang te kampen hebben met ernstige psychische of psychiatrische problemen heeft grote gevolgen voor het zelfbeeld en zelfvertrouwen van mensen, nog los van de gevolgen voor werk en inkomen, relaties, opleiding, woonsituatie enz. In een reguliere hulpverlenings- of begeleidingsrelatie zit een ingebakken ongelijkheid: de één heeft de rol van professional, deskundige, degene die een diagnose stelt, die hulp of begeleiding biedt; de ander heeft de rol van patiënt of cliënt, onwetend, die hulp nodig heeft vanwege ziekte of problemen. Met name cliënten in langdurige hulp- of begeleidingssituaties kunnen in een zorgafhankelijkheidsmodus terecht komen, waar moeilijk meer uit te ontsnappen valt. Daarnaast is hulpverlening soms ook uitermate stigmatiserend, ondanks alle goede bedoelingen. Als mensen de kans krijgen om met lotgenoten samen te werken aan hun eigen herstel en zelfredzaamheid, betekent dat vaak een belangrijke ommekeer. De voordelen van de inzet van ervaringsdeskundigen zijn legio. Ervaringsdeskundigen spreken dezelfde taal, weten als geen ander hoe het voelt om psychisch onderuit te zijn gegaan, gebruik te maken van hulpverlening, weer op te moeten krabbelen. Het contact is gelijkwaardig, van mens tot mens en niet van hulpverlener tot cliënt. Door de gedeelde ervaring is de drempel laag en durft de cliënt zich gemakkelijker te uiten over zijn wensen en behoeften, zijn angsten en zorgen. De ervaringsdeskundige kan de cliënt helpen mondiger te worden. Hij kan helpen het gevoel van isolement dat veel cliënten hebben te doorbreken. Hij kan een relativerende inbreng hebben in het contact. Zelfspot en humor zijn daarbij belangrijke instrumenten. De ervaringsdeskundige doorziet gemakkelijker de trukendoos van cliënten die hulpverleners misschien ontgaat, bijvoorbeeld bij eetstoornissen of verslaving. Ervaringsdeskundigen kunnen een voorbeeldfunctie vervullen. Zij zijn het levende voorbeeld dat herstel van waardigheid en ontdekken van eigen kracht en talent mogelijk is. Ervaringsdeskundige medewerkers zijn extra gemotiveerd en betrokken vanwege hun gevoel van bondgenootschap en herkenning met cliënten. Ze kunnen een brug slaan tussen de cliënt en hulpverlening, instanties of de samenleving. Ze kunnen als intermediair en vertaler optreden. De ervaringsdeskundige kan de beleving van de cliënt overbrengen aan de hulpverleners, duidelijk maken wat een juiste bejegening is voor een cliënt. De professional krijgt door het luisteren naar de ervaringsdeskundige meer zicht op het perspectief van de cliënt. Wederzijdse vooroordelen kunnen worden weggenomen. Ze kunnen de beeldvorming van de psychiatrische of verslaafde cliënt positief beïnvloeden, de doelgroep een stem geven door middel van belangenbehartiging. Inzet van ervaringsdeskundigheid draagt daarbij niet alleen bij aan de kwaliteit van hulpverlening of ondersteuning, maar zeker ook aan het persoonlijk herstel- en ontwikkelingsproces van de betrokken ervaringsdeskundigen zelf. 19

Ook familieleden en naastbetrokkenen kunnen ervaringsdeskundigheid opbouwen en een belangrijke rol spelen in informatie en ondersteuning aan lotgenoten en in de belangenbehartiging. Het belang van de inzet van ervaringsdeskundigen wordt steeds meer onderkend, niet alleen door cliënten, maar inmiddels ook steeds meer door hulpverleners én door de overheid. In de tweede voortgangsrapportage Wmo van staatssecretaris Bussemaker is onder de kop cliëntondersteuning het volgende citaat opgenomen. De in te zetten deskundigheid is niet voor alle doelgroepen hetzelfde. Voor GGZ cliënten is bijvoorbeeld ervaringsdeskundigheid van de cliëntondersteuner van grote waarde. In de GGZ sector wordt veel met ervaringsdeskundigen gewerkt, terwijl MEE consulenten een opleiding op sociaal/pedagogisch gebied hebben. Samenwerking tussen de verschillende organisaties kan bijdragen aan de uitwisseling van kennis en daardoor tot (nog) meer maatwerk voor de cliënt. Aandachtspunten Het inzetten van ervaringsdeskundigen kan ook risico s met zich mee brengen. Het is belangrijk om hier oog voor te hebben en voorwaarden te scheppen die mogelijke valkuilen helpen te omzeilen. De belangrijkste risico s zijn: Veel ervaringsdeskundigen zijn blijvend psychische kwetsbaar en hebben te maken met schommelingen in hun belastbaarheid. Continuïteit in de werkzaamheden is soms lastig te bieden. Als een ervaringsdeskundige aan de slag gaat, kan dit een confrontatie met eerdere pijn betekenen. De druk op de ervaringsdeskundige kan hoog zijn, bijvoorbeeld omdat hij zichzelf ziet of door anderen gezien wordt als voorbeeld, als rolmodel. Door identificatie met lotgenoten kan de betrokkenheid soms te sterk worden. Het aannemen van de rol van hulpverlener kan een valkuil zijn. Te sterk uit gaan van de eigen (positieve dan wel negatieve) ervaringen kan de kwaliteit van de dienstverlening aan lotgenoten nadelig beïnvloeden. Te veel in een solopositie opereren. De organisatie die ervaringsdeskundigen inzet en begeleid kan voorwaarden scheppen die de risico s in belangrijke mate terugdringen. Het realiseren van continuïteit vraagt de nodige creativiteit van de organisatie. Zo kan het wenselijk zijn om meerdere ervaringsdeskundigen in te zetten voor dezelfde taak, zodat zij elkaar kunnen vervangen als iemand voor korte of langere tijd een stap terug moet doen. Een goede mix van beroepskrachten en vrijwilligers kan ook zorgen voor de nodige stabiliteit en continuïteit. Uitval kan voorkomen of teruggedrongen worden door blijvende aandacht voor een juiste balans tussen draagkracht en draaglast van de ervaringsdeskundige. Dat is individueel maatwerk. Goede feedback en steun van leidinggevende, begeleider of collega s is daarbij onontbeerlijk. Het is belangrijk dat een ervaringsdeskundige zelf zijn eigen grenzen goed kent en kan aangeven. Het is belangrijk dat hij respect heeft voor zichzelf en zijn eigen makke en weet en kan aangeven wat hij nodig heeft om overeind te blijven. Dat kan variëren van op tijd een pauze nemen tot medicijnen innemen of ondersteunende gesprekken voeren met een coach. Er moet een taak- en functiebeschrijving zijn die helderheid geeft over bevoegdheden en verantwoordelijkheid. Training en scholing helpt ervaringsdeskundigen hun sterke kanten te ontwikkelen en zicht te krijgen op hun valkuilen. Ervaringsdeskundigen zelf geven aan dat het scholingsproces herstellend werkt. Net als iedereen hebben ervaringsdeskundigen behoefte aan complimenten en bevestiging en het benoemen van resultaten, zichtbare groei en ontwikkeling. 20

Training en scholing Het komt voor dat mensen met cliëntervaring in de GGZ of verslavingszorg door opleiding of werkervaring al zo goed zijn toegerust, dat ze zonder aanvullende scholing of training aan de slag kunnen als ervaringsdeskundige op één of meerdere terreinen. Voor (ex)cliënten met een lange historie in de psychiatrie of verslavingszorg echter is het vaak wenselijk of zelfs noodzakelijk dat ze een traject doorlopen dat start met een empowermentcursus zoals De touwtjes weer in handen, zoals die bij De Gelderse Roos wordt aangeboden als onderdeel van het preventie-aanbod. In de cursus leren de deelnemers concrete doelen te stellen op verschillende levensterreinen, zoals werk, vrije tijd, wonen en sociale contacten. Ze ontdekken hun kwaliteiten en hoe ze die het beste kunnen inzetten om hun doelen te bereiken. Als ze graag als ervaringsdeskundige aan de slag willen, is vervolgens de algemene training Werken met eigen ervaring heel geschikt. In deze training wordt onderlinge ervaringskennis ontwikkeld en worden vaardigheden geoefend die nodig zijn om met de eigen ervaringen te werken. Deze training wordt gegeven bij Singel 31, het dagactiviteitencentrum van De Gelderse Roos in Arnhem. Aanvullende training kan nodig zijn voor specifieke functies als individuele advisering, voorlichting, het geven van trainingen, belangenbehartiging of deelname aan cliëntgestuurde initiatieven. Op het gebied van informatie, advies en cliëntondersteuning GGZ is nog geen specifieke training ontwikkeld voor ervaringsdeskundigen. Het landelijke Breed Beraad Cliëntondersteuning wil hier in 2008 werk van maken. Er zijn wel cursussen op deelgebieden als PGB-ondersteuning of telefonisch ondersteunen en adviseren vanuit ervaringsdeskundigheid. Een mogelijkheid is om zelf een training te ontwikkelen in samenwerking met bijv. de MEE, die een uitgebreid opleidingstraject voor de eigen consulenten heeft. Belangrijke onderdelen in zo n training zijn: ontwikkeling van de goede houding als cliëntondersteuner, kennis van de doelgroep, kennis van het sociale kaart op het gebied van zorg, welzijn, wonen, werk en inkomen, kennis van de belangrijkste psychiatrische ziektebeelden, kennis en vaardigheden horende bij informatie- en adviesverstrekking en cliëntondersteuning. Overige voorwaarden Een goede werkomgeving is belangrijk. Zowel professionals als vrijwilligers hebben behoefte aan een goed ingerichte werkplek met een bureau, goede stoel, PC enz. in een prettige ruimte. Het is wenselijk dat er voor ervaringsdeskundigen meer betaalde functies beschikbaar komen. Ze verrichten belangrijk en zinvol werk. In de huidige praktijk is hier vaak nog geen sprake van. Soms is het voor de ervaringsdeskundige zelf passender om met behoud van uitkering vrijwilligerswerk te doen. Indien er geen sprake is van een betaalde functie, dient de ervaringsdeskundige op zijn minst een goede vrijwilligersvergoeding te ontvangen. De vrijwilligersvergoeding kan gegeven worden op basis van een contract of op basis van gedeclareerde uren. Huidige inzet van ervaringsdeskundigen in de regio Er wordt in de regio Arnhem al op diverse plaatsen met ervaringsdeskundigen gewerkt: Stichting Jutte van der Voorst heeft zowel een steunpunt Persoonsgebonden Budget/ Zorg in natura GGZ, een steunpunt maatschappelijke ondersteuning als een belastinghelpdesk en draait volledig op ervaringsdeskundigen. Jutte van der Voorst is gevestigd in Zevenaar, maar organiseert in een groot deel van Gelderland lokale spreekuren. (Zie praktijkvoorbeeld in kader.) Het Cliëntenbelangenbureau (CBB) Participant richt zich op de emancipatie, participatie en empowerment van (ex)cliënten van de GGZ en zet ervaringsdeskundigen in binnen diverse projecten op het gebied van o.a. kwaliteitstoetsing vanuit cliëntenperspectief, verminderen van dwang en drang, het zelf voorkomen van crisissituaties, Cliënten trainen hulpverleners en de Wmo. Het CBB is actief in de regio van de Gelderse Roos. Zowel dagactiviteitencentrum Singel 31 als de afdeling Preventie van De Gelderse Roos in Arnhem maken gebruik van ervaringsdeskundigen bij trainingen en activiteiten voor de eigen doelgroep. 21

Tot voor kort hielden ervaringsdeskundigen van verschillende cliëntenorganisaties spreekuur in het Informatiecentrum Geestelijke Gezondheidszorg (IGG) in Arnhem. Per 1 januari 2008 sluit het IGG. De spreekuren vinden vanaf dat moment onderdak bij MEE Gelderse Poort. MEE Gelderse Poort en MEE Oost-Gelderland werken samen met ervaringsdeskundigen van de Nederlandse Vereniging voor Autisme. Het Programma Lokale Versterking GGZ wil de lokale belangenbehartiging voor mensen uit de GGZ, verslavingszorg en maatschappelijke opvang een stevige impuls te geven. In het kader van dit programma werken regionale initiatief- en klankbordgroepen van (ex)cliënten en direct betrokkenen aan verbreding van draagvlak (meer lokale belangenbehartigers die beter toegerust zijn), solidariteit en samenwerking met andere belangengroepen en verbetering van beeldvorming en vergroten van kennis (vooral bij gemeenten en bij andere belangengroepen). Zorgbelang Gelderland werkt samen met ervaringsdeskundigen aan het zichtbaar maken van de doelgroep (O)GGZ, het opkomen voor hun belangen bij gemeenten en maatschappelijke organisaties en het tot stand brengen van goede cliëntondersteuning GGZ met inzet van ervaringsdeskundigen. Tenslotte zijn er diverse cliëntenorganisaties in de regio die actief gebruikmaken van ervaringsdeskundigheid bij voorlichting, lotgenotencontact en belangenbehartiging gericht op specifieke subgroepen, zoals het Autisme Informatie Centrum, Ziezo, Vereniging voor Manisch-depressieven, Ypsilon en de Vereniging tegen Seksuele Kindermishandeling (VSK). Tussen deze organisaties bestaan diverse contacten en samenwerkingsrelaties. In 2007 hebben Zorgbelang Gelderland, CBB Participant, Stichting Jutte van der Voorst en de Gelderse Roos een werkgroep gevormd om de inzet van ervaringsdeskundigen in de regio Arnhem te bevorderen en te stroomlijnen. In bijlage 4 zijn de contactgegevens van deze organisaties opgenomen. Praktijkvoorbeeld Stichting Jutte van der Voorst uit Zevenaar is jaren geleden opgericht door Lex Kusters, zelf ervaringsdeskundige in de GGZ. Alle vrijwilligers en ook de beroepskracht hebben ervaring als GGZ-cliënt. Jutte van der Voorst verzorgt spreekuren op vele plaatsen in Gelderland, bij informatiewinkels en steunpunten GGZ, maar ook bij zorgaanbieders of in de wijk. De stichting bereikt veel (ex)ggz-cliënten die afgeknapt zijn op de hulpverlening of zeer wantrouwig zijn tegenover officiële instanties en die niet snel naar een gemeenteloket zouden stappen. Lex Kusters merkt dat er een schreeuwende behoefte is aan dit soort laagdrempelige dienstverlening. De vraag neemt hand over hand toe. Veel kwetsbare burgers raken de weg kwijt in deze complexe samenleving met haar vele ingewikkelde regelingen en procedures. Ze weten niet hoe ze gebruik kunnen maken van voorzieningen die er zijn. Medewerkers van Jutte zijn in staat om door te vragen, de vraag achter de vraag te ontdekken. Vaak komen cliënten binnen met een financiële vraag, waar bij nader inzien een hele wereld aan problematiek achter ligt. Ook die vragen worden opgepikt en samen met de cliënt zoekt de medewerker naar oplossingen. Ervaringsdeskundigen krijgen bij Jutte de kans om te groeien in hun werk, ze worden on the job getraind en Lex is trots op de kwaliteit die hij met zijn stichting levert. Jutte van der Voorst heeft in 2006 met succes voor meer dan een miljoen euro belasting teruggevraagd voor haar klanten. 7 D. Meije e.a. Cliëntondersteuning vormgegeven in de praktijk. Instrumenten voor steunpunten. Trimbos-instituut 2006. 22

Organisaties voor maatschappelijk werk zoals Rijnstad hebben tot nu toe in het algemeen weinig of geen ervaring in het werken met ervaringsdeskundigen en hebben daar ook wat aarzelingen bij. Met name bemoeizorgprojecten vragen zeer gespecialiseerde kennis en vaardigheden en zouden minder geschikt voor vrijwilligers zijn. Stichting Welzijn Rheden heeft ervaringsdeskundige beroepskrachten in dienst en zou in de toekomst wel gebruik willen maken van goed getrainde vrijwilligers ( buddy s ), maar dat hoeven niet perse ervaringsdeskundigen te zijn. De meerwaarde van de inzet ervaringsdeskundigen lijkt voor instellingen voor AMW nog niet helder. De adviseur Zorg en Dienstverlening van Mikado zou de samenwerking met ervaringsdeskundigen echter wel graag aangaan. De meeste gemeenten hebben nog geen expliciet beleid geformuleerd ten aanzien van de inzet van ervaringsdeskundigen. Ervaringsdeskundigen inzetten bij informatie, advies en cliëntondersteuning in gemeenten De vraag ligt nu voor hoe gemeenten en professionele cliëntondersteunende organisaties gebruik kunnen maken van bovengenoemde schat aan ervaring en deskundigheid ten behoeve van hun kwetsbare burgers en cliënten met psychische of psychiatrische problemen. Zoals is aangegeven in de inleiding is cliëntondersteuning voor de doelgroep op dit moment nog slecht geregeld, laat staan dat ervaringsdeskundigen op een gestructureerde wijze ingezet worden in samenhang met lokale zorgloketten of professionele instellingen. Om ervaringsdeskundigen op een kwalitatief verantwoorde manier in te zetten is het volgende nodig: gecoördineerde werving en training van ervaringsdeskundigen; een organisatorisch kader waarbinnen zij deel uit kunnen maken van het lokale cliëntondersteuningsaanbod en ruimte om ervaring op te doen om te bepalen hoe hun inzet tot de meeste meerwaarde leidt. Recente ontwikkelingen Het Platform cliëntondersteuning GGZ regio Arnhem pleit voor het inrichten van een regionale steunfunctie voor cliëntondersteuning GGZ, waarbinnen de inzet van ervaringsdeskundigen naast beroepskrachten een plek krijgt. Deze regionale steunfunctie zou de samenwerking tussen verschillende cliëntondersteunende organisaties kunnen coördineren. Deze gespecialiseerde steunfunctie zal zodanig georganiseerd moeten worden, dat het een duidelijke link heeft met lokale cliëntondersteuning. Dat wil zeggen dat lokale zorgloketten en organisaties een beroep op de steunfunctie kunnen doen voor consultatie en advies en voor meer gespecialiseerde cliëntondersteuning voor hun cliënten. Zowel door het Rijk als door gemeenten in de regio wordt met name naar de MEE gekeken als professionele organisatie die cliëntondersteuning GGZ in de breedte zou moeten aanbieden en coördineren. De organisatorische aanhaking van een pool of team van ervaringsdeskundigen bij de MEE ligt in deze regio dan ook het meest voor de hand. MEE Gelderse Poort is bereid om deze optie serieus te onderzoeken en hiermee te experimenteren. Zo n team ervaringsdeskundigen dient goede faciliteiten en begeleiding te krijgen en de ruimte om onafhankelijk, op hun eigen specifieke wijze te werk te gaan. Anderzijds is een nauwe samenwerking en mogelijkheid van snelle verwijzing naar de professionele achterwacht van groot belang. Om een goede samenwerking tussen beroepskrachten en ervaringsdeskundigen te bevorderen, is het wenselijk om vormen van gezamenlijke intervisie te ontwikkelen. Om voldoende goed geschoolde ervaringsdeskundigen te werven, wordt er gewekt aan de opzet van een regionale pool van ervaringsdeskundigen. Zorgbelang Gelderland werkt op dit moment samen met het Cliëntenbelangenbureau Participant, Stichting Jutte van der Voorst en de Gelderse Roos om een gestroomlijnd trainingsaanbod en een databank voor ervaringsdes- 23