Notulen van de vergadering van de Gemeenteraad van

Vergelijkbare documenten
van Heeft de vergadering verlaten de heer: Hugo Asselman, gemeenteraadslid, vanaf de behandeling van punt 31 van de agenda.

Notulen van de vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van

van De voorzitter doet aan de gemeenteraadsleden de volgende mededelingen:

Notulen van de vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van

Notulen van de vergadering van de Gemeenteraad

Notulen van de vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van

dienst financiën: Gemeentelijk belastingsreglement inzake de activeringsheffing op onbebouwde percelen en kavels ( )

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD DD 18 DECEMBER 2017 OPENBARE ZITTING

Bekendmaking volgens art. 286, 287 en 288 van het decreet lokaal bestuur.

Uittreksel uit de notulen van de gemeenteraad Zitting van 16 december 2015

Belasting op vaste reclameinrichtingen. aanplakborden voor publieksdoeleinden

BELASTINGREGLEMENT OP DE VERSPREIDING VAN NIET GEADRESSEERDE DRUKWERKEN

van De raad voor maatschappelijk welzijn is vergaderd in de vergaderzaal van het sociaal huis in openbare zitting.

Provincieraadsbesluit

FISCALITEIT VAN DE VLAAMSE PROVINCIES INITIËLE BEGROTINGEN 2007

FISCALITEIT VAN DE VLAAMSE PROVINCIES 2004

4. Gemeentebelastingen: e. Belasting op de verspreiding van niet-geadresseerd reclamedrukwerk en daarmee gelijkgestelde producten: invoering

Notulen van de vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van

van Afwezig de heer: Hans Eylenbosch (verontschuldigd), schepen. De voorzitter doet aan de gemeenteraadsleden de volgende mededelingen:

GEMEENTERAAD

van Afwezig de heren: Steven Van Linthout (verontschuldigd), schepen; Willy Rossignol (verontschuldigd), raadslid.

FISCALITEIT VAN DE VLAAMSE PROVINCIES INITIËLE BUDGETTEN 2018

van Afwezig de dame: Christel Van den Borre (verontschuldigd), gemeenteraadslid.

AANGIFTEFORMULIER. Verspreiding niet-geadresseerde reclamedrukwerk of gelijkgestelde producten.

STEDELIJK REGLEMENT OP GEBOUWEN EN WONINGEN DIE BESCHOUWD WORDEN ALS LEEGSTAND EN/OF ONAFGEWERKT

BEF BEF BEF BEF BEF

Gemeenteraad - 19/03/2018. ruimtelijke ordening - Inès Van Hove

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE

FISCALITEIT VAN DE VLAAMSE PROVINCIES - INITIËLE BUDGETTEN 2017

FISCALITEIT VAN DE VLAAMSE PROVINCIES INITIËLE BUDGETTEN 2014

Belastingreglement op verwaarlozing en verkrotting van woningen en gebouwen ( (1)

AGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 22/02/2017 Referentienummer agendapunt: GR/2017/012

AGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 22/02/2017 Referentienummer agendapunt: GR/2017/011

Notulen van de vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van

GEMEENTEBELASTING OP DE LEEGSTAND EN DE VERWAARLOZING VAN GEBOUWEN EN WONINGEN 2011 T/M GOEDKEURING

Goedkeuring reglement heffing op leegstand van woningen en gebouwen voor het aanslagjaar 2017

dienst financiën: Gemeentebelastingen - Algemene gemeentebelasting juridisch kader

BELASTING OP LEEGSTAND EN VERWAARLOZING VAN BEDRIJFSRUIMTEN

Financiën - Goedkeuren van het reglement vermindering op de algemene gemeentebelasting voor gezinnen

Gemeenteraadszitting van 21 december 2017

De raad. Gelet op het gemeentedecreet;

van De voorzitter doet aan de gemeenteraadsleden de volgende mededelingen: 2. ILvA Notulen Raad van Bestuur

Gemeenteraadszitting van 21 december 2017

Belastingreglement van 30 december 2013 op de leegstand van gebouwen en woningen

Dorpsstraat SINT-LAUREINS Tel (09) Fax (09)

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD

Reglement: algemene gemeentelijke heffing voor bedrijven

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD

Notulen van de vergadering van de Gemeenteraad

Notulen van de vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van

Reglement. Gemeentebelasting op de vestiging van nietcommerciële. Vastgesteld door de gemeenteraad op 22 oktober 2015

AGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 20/12/2017 Referentienummer agendapunt: GR/2017/226

Belasting op verwaarloosde woningen en gebouwen

BELASTING VOOR PANDEN OPGENOMEN IN HET LEEGSTANDSREGISTER (goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 13 december 2013)

Notulen van de vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van

Belasting op leegstand van woningen en gebouwen,

Belasting op leegstaande gebouwen en woningen voor de periode

Uittreksel uit de notulen van de gemeenteraad

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD OPENBARE ZITTING VAN 22 NOVEMBER 2018

Notulen van de vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van

Reglement betreffende leegstandsregister.

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet

Belastingreglement op verwaarloosde woningen en gebouwen aanslagjaar 2019.

gemeenteraad GOEDGEKEURD Samenstelling:

GEMEENTERAAD VAN 18 NOVEMBER 2013

Uittreksel uit de notulen van de gemeenteraad Zitting van 16 december 2015

Punt 7: Goedkeuren belastingreglement op leegstand

Belastingsreglement op het indienen of melden van omgevingsvergunningen en andere ruimtelijke attesten of vergunningen

Notulen van de vergadering van de Gemeenteraad van

Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;

2 beveiligde zending: een van de hiernavolgende betekeningwijzen, hetzij een aangetekend schrijven, hetzij een afgifte tegen ontvangstbewijs

Leegstandsheffing op leegstaande gebouwen en woningen Aanslagjaar

DE GEMEENTERAAD, BESLUIT:

Voor de aanslagjaren 2015 tot en met 2019 wordt een jaarlijkse belasting geheven op de vestigingen.

Gelet op de Grondwet, zoals gewijzigd, inzonderheid artikel 170, 4;

besluit gemeenteraad maandag 26 juni 2017

ONDERWERP: Algemeen reglement inzake al de gemeentelijke belastingen. Aanpassing vanaf DE GEMEENTERAAD,

Afschrift uit het notulenboek. van de Gemeenteraad

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE BELASTING OP ONGESCHIKTE EN ONBEWOONBARE WONINGEN VOOR DE PERIODE

GEMEENTERAADSZITTING VAN 19 DECEMBER 2018

Belastingreglement op leegstaande woningen voor de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 december Titel I - Algemene bepalingen

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD 18 MAART 2013

Zitting van de gemeenteraad van maandag 24 april Openbare zitting

Reglement op leegstaande gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden.

UITTREKSEL NOTULEN GEMEENTERAAD

Provincie Arrondissement Gemeente OOST-VLAANDEREN EEKLO 9980 SINT-LAUREINS

OPENBARE VERGADERING. Voorstel van beslissing: Goedkeuren van de notulen van de vergadering van 23 oktober 2018.

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE INVENTARISATIE VAN EN BELASTING OP TWEEDE VERBLIJVEN VOOR DE PERIODE

houdende wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, wat de opcentiemen op de onroerende voorheffing betreft

BESLUIT VAN DE GEMEENTERAAD

1. Beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen: o een aangetekend schrijven, o een afgifte tegen ontvangstbewijs.

Uittreksel uit de notulen van de gemeenteraad

BIJEENROEPING van de GEMEENTERAAD

Gelet op het voorstel van het Schepencollege om de huidige tarieven te indexeren;

BERICHT AAN DE BEVOLKING Gemeenteraad

Gecoördineerd reglement : Gemeentebelasting op de meldingen en aanvragen van omgevingsvergunningen.

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD

PROVINCIE VLAAMS-BRABANT GEMEENTE GEETBETS

UITTREKSEL UIT HET REGISTER DER BERAADSLAGINGEN VAN DE GEMEENTERAAD ZITTING VAN 12 november 2013

Belasting op de leegstandsheffing op woningen en op gebouwen ( )

Transcriptie:

Notulen van de vergadering van de Gemeenteraad van 2017-12-14 De voorzitter heeft de gemeenteraad van Liedekerke bijeengeroepen. De gemeenteraadsleden hebben de oproeping met de toegelichte agenda ontvangen op 6 december 2017. Op dezelfde datum zijn de voorstellen van beslissing en de bijlagen bij de agenda ter beschikking gesteld van de raadsleden op het extranet van de gemeentelijke website. Aanwezig de dames en heren: Etienne Schouppe, voorzitter; Luc Wynant, burgemeester; Dirk Lodewijk, Dorette Heymans, Hans Eylenbosch, Steven Van Linthout, Johnny Van Droogenbroeck, Roel Guldemont, schepenen; Willy Rossignol, Hugo Asselman, Patrick Asselman, Rita Triest, Vanessa De Bolle, Katia Segers, Johnny De Brabanter, Berdien Van Den Abeele, Sonja De Leeuw, Kasper Daem, Piet Van den Borre, Peter Pauwels, Günther Bockstal, Carla Van den houwe, gemeenteraadsleden; Marc Mertens, gemeentesecretaris. Afwezig de dame en heer: Christel Van den Borre (verontschuldigd), Lander Van Leuven (verontschuldigd), raadsleden. De gemeenteraad is vergaderd in de raadzaal van het gemeentehuis in openbare zitting. De bespreking van alle punten van de agenda gebeurt in openbare vergadering. De notulen van de vorige vergadering en de ontwerpbesluiten van de op de agenda ingeschreven punten werden ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking gesteld van de gemeenteraadsleden op het extranet van de gemeentelijke website. De notulen van de vorige vergadering en de dossiers van de op de agenda ingeschreven punten lagen in het gemeentehuis ter inzage van de gemeenteraadsleden vanaf de verzending van de oproeping voor deze vergadering. De heer Etienne Schouppe zit de gemeenteraad voor. De voorzitter opent de vergadering om 20.00 uur. De heer Marc Mertens, gemeentesecretaris, stelt de notulen op. Agenda Punt toe te voegen op verzoek van een gemeenteraadslid (NDC 172.2:504.3) Gelet op artikel 162 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 22; Gelet op het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, in het bijzonder artikel 4; Gelet op het voorstel van de heer Kasper Daem, gemeenteraadslid, bezorgd aan de gemeentesecretaris op 2 december 2017; Aan de agenda van de gemeenteraadszitting van heden wordt het volgende punt toegevoegd: 41 European Disabilty Card Agenda Punten toe te voegen wegens spoedeisendheid (NDC 172.2:504.3) Gelet op artikel 162 van de Grondwet;

Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 29; Overwegende dat het geringste uitstel gevaar zou kunnen opleveren; Aangenomen met 21 stemmen voor, geen stemmen tegen en geen onthoudingen; hebben voor gestemd: Hugo Asselman, Dorette Heymans, Etienne Schouppe, Rita Triest, Christel Van den Borre, Carla Van den houwe, Steven Van Linthout, Luc Wynant; Hans Eylenbosch, Dirk Lodewijk, Willy Rossignol, Katia Segers, Johnny Van Droogenbroeck; Günther Bockstal, Kasper Daem, Johnny De Brabanter, Sonja De Leeuw, Berdien Van Den Abeele, Piet Van den Borre, Lander Van Leuven; Patrick Asselman, Peter Pauwels; Vanessa De Bolle; hebben tegen gestemd: niemand; hebben zich onthouden: niemand; Enig artikel. Aan de agenda van de gemeenteraadszitting van heden worden de volgende punten toegevoegd: 14' Belastingen Kohierbelasting verwaarloosde woningen en gebouwen Aanslagjaar 2018 42 TMVW Raad van bestuur Voordracht kandidaat 43 TMVW Regionaal Adviescomité Vlaams-Brabant voor domeindiensten Voordracht kandidaat 44 TMVS Raad van bestuur Voordracht kandidaat Mededelingen Vragen en antwoorden De voorzitter doet aan de gemeenteraadsleden de volgende mededelingen: 1. Volgende vergadering van de gemeenteraad: donderdag 25 januari 2018 om 20.00 uur 2. Raadslid Peter Pauwels verlaat de Open VLD-fractie en zetelt voortaan als onanfhankelijke in de gemeenteraad 3. Uitnodiging eindejaarsdrink na de zitting van de gemeenteraad van vanavond met uitreiking door de Minaraad van de Blote Voetafdruk aan personen die een bijzondere bijdrage hebben geleverd inzake natuur, milieu of CO2 uitstoot 4. Uitnodiging nieuwjaarsreceptie personeel gemeentebestuur & OCMW: dinsdag 2 januari 2017 om 09.30 uur 5. Provincie Vlaams-Brabant Toespraak van de gouverneur voor de provincieraad op 2017-10-10 "De lokroep van smart city /smart region" 6. Handelskernversterking Subsidie voor initiatieven 7. ILvA Notulen directiecomité 2017-11-14 8. TMVW Verslag directiecomité aanvullende punten 2017-06-20 9. TMVW Verslag regionaal directiecomité domeindiensten Vlaams-Brabant 2017-10-19 Vragen van de gemeenteraadsleden en antwoorden van het college van burgemeester en schepenen Inter-Regies Uittreding (NDC 901:81/82/848)

Gelet op artikel 162 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 1; Gelet op de brief van Infrax West van 6 november 2017 waarin de gemeente formeel gevraagd wordt om de uittredingsprocedure uit Inter-Regies op te starten; Overwegende dat de gemeente deelnemer is van cvba Inter-Regies met één aandeel ter waarde van 24,79 euro; Overwegende dat sedert de oprichting van Infrax in 2006 de bijdrage van Inter-Regies vanuit oogpunt van de Vlaamse deelnemers beperkt werd; dat de operationele activiteiten intern binnen Infrax werden georganiseerd en er daardoor minder beroep moest gedaan worden op Inter-Regies; Overwegende dat in 2014 de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt (VREG) de bevoegde regulator werd, waardoor overleg met Brussel en Wallonië binnen Inter- Regies niet langer een directe noodzaak vormde; Overwegende dat Infrax cvba en Eandis System Operator cvba momenteel de nodige voorbereidingen treffen om in de toekomst als één gefuseerde vennootschap verder op te treden voor hun opdrachthoudende verenigingen; dat de formalisering en realisatie van de fusie tussen beide werkmaatschappijen, onder voorbehoud van het verkrijgen van een gunstige beoordeling door de Belgische Mededingingsautoriteiten, gepland is in de loop van juni 2018; dat de versmelting van beide bedrijven een hertekening van de huidige structuren betekent met effect op het deelnemerschap en de vertegenwoordiging binnen koepelorganisaties; dat in dit kader en aansluitend bij de Visienota van de Vlaamse Regering, in combinatie met de verdere regionalisering van het energielandschap, deelname aan structurele nationale overlegplatformen zoals Inter-Regies en Intermixt niet langer noodzakelijk is; Overwegende dat de uittreding uit Inter-Regies een beperkte impact heeft voor de gemeente; Aangenomen met eenparigheid van stemmen; De gemeente treedt uit uit cvba Inter-Regies. De uittredingsprocedure die daartoe moet leiden zal opgestart worden na 1 januari 2018. Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd om de nodige beslissingen te nemen tot uitvoering van deze principebeslissing, zoals onder meer de aanstelling van een expert in het kader van de uittredingsprocedure en het verlenen van volmacht aan Infrax om namens het gemeentebestuur de beslissing tot uittreding aan Inter-Regies te betekenen. Artikel 3: Een voor eensluidend verklaard afschrift van dit besluit beslissing zal worden bezorgd aan het secretariaat van Infrax West. Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg Zuid-Oost-Vlaanderen Samenwerkingsovereenkomst (NDC 901.03:580.6) Gelet op artikel 162 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 1; Gelet op het decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering van de provincies;

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 24 mei 2007 PISAD Samenwerking; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 20 april 2017 PISAD Oprichting overlegorgaan; Gelet op de samenwerkingsovereenkomst met het CGG ZOV aangaande de inkanteling van de activiteiten van PISAD; Overwegende dat de provinciebesturen vanaf 1 januari 2018 geen persoonsgebonden bevoegdheden meer mogen uitoefenen; Overwegende dat de gemeente een samenwerkingsovereenkomst heeft gesloten met het Provinciaal Interbestuurlijk Samenwerkingsverband voor Aanpak Van Drugsmisbruik (PISAD); Overwegende dat PISAD qua juridische vorm een PIVA is ( Provinciaal Intern Verzelfstandigd Agentschap ); dat PISAD als dusdanig niet kan blijven bestaan, maar met ingang van 1 januari 2018 moet overgedragen worden naar een andere juridische structuur; Overwegende dat de Raad van Advies van PISAD tijdens de vergadering van 9 november 2016 meerdere pistes voor mogelijke toekomstige juridische structuren heeft onderzocht, waarbij de voorkeur meer specifiek uitging naar de oprichting van een nieuw intergemeentelijk samenwerkingsverband tussen de 19 gemeentebesturen die bij PISAD zijn aangesloten; Overwegende dat de 19 gemeentebesturen daartoe een "overlegorgaan" hebben opgericht, dat het nodige onderzoeksmateriaal heeft verzameld, en een concrete "informatiebundel" had uitgewerkt; dat de voornaamste nadelen aan deze piste waren: dat de Vlaamse overheid géén structurele, langdurige subsidiëring van dit intergemeentelijk samenwerkingsverband kon garanderen; dat de "overheadkosten" van deze structuur behoorlijk zwaar en duur zouden zijn; dat de twee voorgaande argumenten hoogstwaarschijnlijk op korte en lange termijn tot een aanzienlijke stijging van de jaarlijkse gemeentelijke bijdrage zouden leiden; Overwegende dat om die redenen de Raad van Advies van aan het provinciebestuur heeft geadviseerd om de piste van uitkanteling naar het CGG ZOV (Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg Zuid-Oost-Vlaanderen vzw) te verkiezen boven een nieuw op te richten intergemeentelijk samenwerkingsverband; Overwegende dat de Deputatie van Oost-Vlaanderen principieel beslist heeft dat de uitkanteling van PISAD best naar het CGG ZOV kan gebeuren; dat de voornaamste voordelen aan deze piste zijn: dat de Vlaamse overheid het verevende bedrag van 350 000 euro structureel kan verankeren binnen de enveloppefinanciering van het CGG ZOV, dat door Vlaanderen sowieso formeel erkend is én gesubsidieerd wordt binnen de geestelijke gezondheidszorg; dat de "overheadkosten" van deze structuur voor PISAD relatief laag zijn, omdat het CGG ZOV reeds beschikt over een leidinggevende structuur en een administratieve ondersteuning; dat er een totaal nieuwe, eenvoudige, transparantere en goedkopere berekeningswijze kan uitgewerkt worden voor de jaarlijkse gemeentelijke bijdrage van de aangesloten gemeentebesturen; Overwegende dat het de bedoeling is om de bestaande dienstverlening van PISAD zoveel mogelijk te continueren; dat die dienstverlening ook in de toekomst zal bestaan uit: 1 Preventieactiviteiten in alle graden van het secundair onderwijs en de derde graad van het basisonderwijs; 2 Individuele begeleidingstrajecten van jongeren die experimenteel of beginnend druggebruik vertonen ("vroegdetectie en vroeginterventie"); 3 Beleidsondersteuning: alle andere activiteiten die PISAD in het kader van drugbeleid uitvoeren op het grondgebied van de gemeente (bijvoorbeeld de organisatie van het lokaal drugoverleg, preventieactiviteiten bij lokale evenementen, mee een lokaal beleid helpen uitwerken, overleg met de politie en/of OCMW, informatieverschaffing via adviesraden, enz.);

Overwegende dat na het inwinnen van de nodige informatie en na grondig intern overleg de Raad van Bestuur van het CGG ZOV principieel beslist heeft dat men bereid is om PISAD op 1 januari 2018 binnen de organisatie en structuur te laten inkantelen; dat daarbij het CGG ZOV zich engageert om de continuïteit van de huidige dienstverlening ook in de toekomst maximaal verder te zetten; dat dit concreet betekent: dat er op 1 januari 2018 zeven personeelsleden van het huidige PISAD zullen starten binnen het CGG ZOV met een voltijds contract van onbepaalde duur; dat deze zeven personeelsleden allen drugbegeleiders zijn, en er geen directeur of administratief personeelslid mee uitkantelt; dat men verder blijvend zal inzetten op preventie, begeleiding en beleidsondersteuning; dat de dienstverlening naar de scholen en de individuele klanten volledig gratis blijft; dat de werkplekken van de drugbegeleiders decentraal blijven om zo een lokale verankering te verzekeren; Aangenomen met eenparigheid van stemmen; De Raad neemt kennis van de uitkanteling van het Provinciaal Intern Verzelfstandigd Agentschap PISAD naar de vzw Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg Zuid-Oost-Vlaanderen (CGG ZOV). De samenwerkingsovereenkomst met het CGG ZOV aangaande de inkanteling van de activiteiten van PISAD, wordt goedgekeurd. Deze overeenkomst maakt integrerend deel uit van dit besluit. Zij zal namens de gemeenteraad ondertekend worden door de voorzitter en de gemeentesecretaris. Belastingen Aanvullende belasting op de onroerende voorheffing Aanslagjaar 2018 (NDC 484.111) Gelet op artikel 162, 4, artikel 170, 4, artikel 172, artikel 173 en artikel 190 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 3, artikel 43 2, 15, artikel 186, artikel 187 en artikel 253, 1, 3 ; Gelet op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 van 10 april 1992, in het bijzonder artikel 464/1, 1 ; Gelet op het decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit, in het bijzonder artikel 2.1.4.0.2, en artikel 3.1.0.0.4; Overwegende dat de basisheffing van de onroerende voorheffing in het Vlaams Gewest vanaf het aanslagjaar 2018 stijgt van 2,5 % naar 3,97 % van het kadastraal inkomen; Overwegende dat het gewijzigde artikel 2.1.4.0.2, 2, tweede lid, van de Vlaamse Codex Fiscaliteit de gemeenten verplicht om de gemeentelijke opcentiemen aan te passen, zodat de opbrengst van de gemeentelijke opcentiemen niet verhoogt ten opzichte van het vorige aanslagjaar; Overwegende dat de gemeente om de fiscale druk op hetzelfde niveau te behouden als voor het aanslagjaar 2017 de opcentiemen ten opzichte van het aanslagjaar 2017 (= 1650) moet delen door 1,5897;

Aangenomen met 20 stemmen voor, geen stemmen tegen en 1 onthouding; hebben voor gestemd: Hugo Asselman, Dorette Heymans, Etienne Schouppe, Rita Triest, Carla Van den houwe, Steven Van Linthout, Luc Wynant, Hans Eylenbosch, Dirk Lodewijk, Willy Rossignol, Katia Segers, Johnny Van Droogenbroeck, Günther Bockstal, Kasper Daem, Johnny De Brabanter, Sonja De Leeuw, Berdien Van Den Abeele, Piet Van den Borre, Peter Pauwels, Vanessa De Bolle; heeft tegen gestemd: niemand; heeft zich onthouden: Patrick Asselman; Artikel 1 Toepassingsgebied ratione materiae. Het gemeentebestuur heft een aanvullende belasting op de belasting op inkomsten uit onroerende goederen gelegen op het grondgebied van de gemeente. Artikel 2 Toepassingsgebied ratione temporis. De belasting wordt gevestigd voor het aanslagjaar 2018. Artikel 3 Aanslagvoet. De belasting wordt vastgesteld op duizend achtendertig opcentiemen op de onroerende voorheffing geheven door het Vlaamse Gewest. Artikel 4 Invordering. De Vlaamse Belastingdienst vestigt en int deze belasting onder de voorwaarden en volgens de regelen hiervoor bepaald. Uiterlijk 31 maart aanstaande zal het aantal opcentiemen meegedeeld worden aan de Vlaamse Belastingdienst. Artikel 5 Bekendmaking. Dit reglement zal worden bekendgemaakt op de gemeentelijke website. Het treedt in werking op 1 januari 2018. Artikel 6 Administratief toezicht. Een voor eensluidend verklaard afschrift van dit besluit zal binnen een termijn van twintig dagen aangetekend worden verzonden naar de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, voor kennisgeving. Belastingen Aanvullende belasting op de personenbelasting Aanslagjaar 2018 (NDC 484.112) Gelet op artikel 162, 4, artikel 170, 4, artikel 172, artikel 173 en artikel 190 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 3, artikel 43 2, 15, artikel 186, artikel 187 en artikel 253, 1, 3 ; Gelet op het Wetboek van 10 april 1992 van de inkomstenbelastingen 1992, in het bijzonder de artikelen 464 tot 470 bis; Gelet op het koninklijk besluit van 27 augustus 1993 tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, in het bijzonder de artikelen 231 tot 233; Aangenomen met 20 stemmen voor, geen stemmen tegen en 1 onthouding; hebben voor gestemd: Hugo Asselman, Dorette Heymans, Etienne Schouppe, Rita Triest, Carla Van den houwe, Steven Van Linthout, Luc Wynant, Hans Eylenbosch, Dirk Lodewijk, Willy Rossignol, Katia Segers, Johnny Van Droogenbroeck, Günther Bockstal, Kasper Daem, Johnny De Brabanter, Sonja De Leeuw, Berdien Van Den Abeele, Piet Van den Borre, Peter Pauwels, Vanessa De Bolle; heeft tegen gestemd: niemand; heeft zich onthouden: Patrick Asselman;

Gemeenteraad van Liedekerke 2017-12-14 Artikel 1 Toepassingsgebied ratione materiae. Het gemeentebestuur heft een aanvullende belasting op de personenbelasting geheven ten laste van de inwoners die belastbaar zijn in de gemeente. Artikel 2 Toepassingsgebied ratione temporis. De belasting wordt gevestigd voor het aanslagjaar 2018. Artikel 3 Aanslagvoet. De belasting wordt vastgesteld op 7,8 % op de personenbelasting geheven voor het aanslagjaar, berekend op de totale belasting. Artikel 4 Invordering. De administratie belast met de inning en de invordering van de inkomstenbelastingen van de Federale Overheidsdienst Financiën vestigt en int deze belasting onder de voorwaarden en volgens de regelen hiervoor bepaald. Uiterlijk 31 januari aanstaande zal het percentage van de aanvullende belasting meegedeeld worden aan de Federale Overheidsdienst Financiën. Artikel 5 Bekendmaking. Dit reglement zal worden bekendgemaakt op de gemeentelijke website. Het treedt in werking op 1 januari 2018. Artikel 6 Administratief toezicht. Een voor eensluidend verklaard afschrift van dit besluit zal aangetekend worden verzonden binnen een termijn van twintig dagen naar de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, voor kennisgeving. Belastingen Aanvullende belasting op de heffing ter bestrijding van verkrotting van gebouwen en/of woningen Aanslagjaar 2018 (NDC 484.145) Gelet op artikel 162, 4, artikel 170, 4, artikel 172, artikel 173 en artikel 190 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 3, artikel 43 2, 15, artikel 186, artikel 187 en artikel 253, 1, 3 ; Gelet op het federale wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, in het bijzonder artikel 464/1, 1 ; Gelet op het decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit, in het bijzonder artikel 2.5.4.0.2, en artikel 3.1.0.0.4; Aangenomen met 20 stemmen voor, geen stemmen tegen en 1 onthouding; hebben voor gestemd: Hugo Asselman, Dorette Heymans, Etienne Schouppe, Rita Triest, Carla Van den houwe, Steven Van Linthout, Luc Wynant, Hans Eylenbosch, Dirk Lodewijk, Willy Rossignol, Katia Segers, Johnny Van Droogenbroeck, Günther Bockstal, Kasper Daem, Johnny De Brabanter, Sonja De Leeuw, Berdien Van Den Abeele, Piet Van den Borre, Peter Pauwels, Vanessa De Bolle; heeft tegen gestemd: niemand; heeft zich onthouden: Patrick Asselman; Artikel 1 Toepassingsgebied ratione materiae. Door het gemeentebestuur wordt een aanvullende belasting geheven op de heffing van het Vlaamse Gewest met betrekking tot verwaarloosde gebouwen en verwaarloosde, ongeschikte en/of onbewoonbare woningen gelegen op het grondgebied van de gemeente. Artikel 2 Toepassingsgebied ratione temporis. De belasting wordt gevestigd voor het aanslagjaar 2018.

Artikel 3 Aanslagvoet. De belasting wordt vastgesteld op dertig opcentiemen. Artikel 4 Invordering. De Vlaamse Belastingdienst vestigt en int deze belasting onder de voorwaarden en volgens de regelen hiervoor bepaald. Uiterlijk 31 maart aanstaande zal het aantal opcentiemen meegedeeld worden aan de Vlaamse Belastingdienst. Artikel 5 Bekendmaking. Dit reglement zal worden bekendgemaakt op de gemeentelijke website. Het treedt in werking op 1 januari 2018. Artikel 6 Administratief toezicht. Een voor eensluidend verklaard afschrift van dit besluit zal aangetekend worden verzonden binnen een termijn van twintig dagen naar de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, voor kennisgeving. Belastingen Aanvullende belasting op de heffing op leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten Aanslagjaar 2018 (NDC 484.146) Gelet op artikel 162, 4, artikel 170, 4, artikel 172, artikel 173 en artikel 190 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 3, artikel 43 2, 15, artikel 186, artikel 187 en artikel 253, 1, 3 ; Gelet op het Wetboek van 10 april 1992 van de inkomstenbelastingen 1992, in het bijzonder artikel 464/1, 1 ; Gelet op het decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit, in het bijzonder artikel 2.6.4.0.2, en artikel 3.1.0.0.4; Aangenomen met 20 stemmen voor, geen stemmen tegen en 1 onthouding; hebben voor gestemd: Hugo Asselman, Dorette Heymans, Etienne Schouppe, Rita Triest, Carla Van den houwe, Steven Van Linthout, Luc Wynant, Hans Eylenbosch, Dirk Lodewijk, Willy Rossignol, Katia Segers, Johnny Van Droogenbroeck, Günther Bockstal, Kasper Daem, Johnny De Brabanter, Sonja De Leeuw, Berdien Van Den Abeele, Piet Van den Borre, Peter Pauwels, Vanessa De Bolle; heeft tegen gestemd: niemand; heeft zich onthouden: Patrick Asselman; Artikel 1 Toepassingsgebied ratione materiae. Het gemeentebestuur heft een aanvullende belasting op de heffing van het Vlaams Gewest op de leegstaande en/of verwaarloosde bedrijfsruimten gelegen op het grondgebied van de gemeente. Artikel 2 Toepassingsgebied ratione temporis. De belasting wordt gevestigd voor het aanslagjaar 2018. Artikel 3 Aanslagvoet. De belasting wordt vastgesteld op dertig opcentiemen. Artikel 4 Invordering. De Vlaamse Belastingdienst vestigt en int deze belasting onder de voorwaarden en volgens de regelen hiervoor bepaald. Uiterlijk 31 maart aanstaande zal het aantal opcentiemen meegedeeld worden aan de Vlaamse Belastingdienst.

Artikel 5 Bekendmaking. Dit reglement zal worden bekendgemaakt op de gemeentelijke website. Het treedt in werking op 1 januari 2018. Artikel 6 Administratief toezicht. Een voor eensluidend verklaard afschrift van dit besluit zal aangetekend worden verzonden binnen een termijn van twintig dagen naar de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, voor kennisgeving. Belastingen Kohierbelasting milieu Aanslagjaar 2018 (NDC 484.2:637) Gelet op artikel 162, 4, artikel 170, 4, artikel 172, artikel 173 en artikel 190 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 3, artikel 43 2, 15, artikel 186, artikel 187 en artikel 253, 1, 3 ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen; Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in het bijzonder artikel 37, 19; Gelet op het koninklijk besluit van 15 januari 2014 betreffende de verhoogde verzekeringstegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, 19, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in het bijzonder artikel 10 en artikel 33; Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (opgeheven); Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning (Vlarem I) (opgeheven); Gelet op het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, in het bijzonder artikel 5.2.1, 1; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II); Gelet op het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2008 Belastingen Algemeen reglement; Overwegende dat de spreiding van de belastingdruk beoogd wordt over alle inwoners en economische actoren (en hun hinderlijkheid) op het grondgebied van de gemeente; Aangenomen met 20 stemmen voor, geen stemmen tegen en 1 onthouding; hebben voor gestemd: Hugo Asselman, Dorette Heymans, Etienne Schouppe, Rita Triest, Carla Van den houwe, Steven Van Linthout, Luc Wynant, Hans Eylenbosch, Dirk Lodewijk, Willy Rossignol, Katia Segers, Johnny Van Droogenbroeck, Günther Bockstal, Kasper Daem, Johnny De Brabanter, Sonja De Leeuw, Berdien Van Den Abeele, Piet Van den Borre, Peter Pauwels, Vanessa De Bolle; heeft tegen gestemd: niemand; heeft zich onthouden: Patrick Asselman; Hoofdstuk 1 Toepassingsgebied ratione materiae. Het gemeentebestuur heft een milieubelasting.

Hoofdstuk 2 Toepassingsgebied ratione temporis. De belasting wordt gevestigd voor het aanslagjaar 2018. De belasting is verschuldigd voor heel het jaar. Hoofdstuk 3 Toepassingsgebied ratione personae. De belasting is verschuldigd door: 1 de referentiepersoon van elk gezin dat zijn hoofdverblijfplaats heeft op het grondgebied van de gemeente (MB-gezinnen); 2 de natuurlijke persoon, de rechtspersoon of de feitelijke vereniging die een economische bedrijvigheid uitoefent op het grondgebied van de gemeente (MB-bedrijven). De belasting is ook verschuldigd door de vennootschappen in vereffening waarvan de activiteit zich beperkt tot de vereffeningsverrichtingen. Hoofdstuk 4 Aanslagvoet. Artikel 4 MB-gezinnen. De belasting wordt vastgesteld op 50 euro per gezin. Aan het begrip gezin wordt dezelfde betekenis gegeven als in de algemene onderrichtingen betreffende het houden van de bevolkingsregisters en het vreemdelingenregister. Artikel 5. MB-bedrijven. 1. De belasting wordt vastgesteld op 50 euro per uitgeoefende economische bedrijvigheid. Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder "economische bedrijvigheid": 1 de uitoefening als hoofd- of bijberoep van volgende bedrijvigheden: een nijverheids-, landbouw-, tuinbouw-, of handelsbedrijf; een vrij beroep; een zelfstandige activiteit; 2 en/of de aanwezigheid van onroerende goederen die economische bedrijvigheid veronderstellen zoals kantoren, kabinetten, handelsruimten, magazijnen, opslagplaatsen, terreinen en soortgelijke; 3 en/of de vennootschap waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is op het grondgebied van de gemeente. 2. Ingeval de belastingplichtige bovendien een ingedeelde inrichting of activiteit uitoefent op het grondgebied van de gemeente waarvan de lijst en de indeling het voorwerp uitmaken van bijlage 1 bij het besluit van de Vlaamse regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning (VLAREM I), of van bijlage 1 bij het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II), wordt de belasting als volgt verhoogd: voor de inrichtingen of activiteiten ingedeeld in klasse 1: met 500 euro; voor de inrichtingen of activiteiten ingedeeld in klasse 2: met 250 euro. Hoofdstuk 5 Vrijstellingen. Artikel 6. 1. De rechtspersonen bedoeld in artikel 180, artikel 181 en artikel 182 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, zijn niet aan de belasting MB-bedrijven onderworpen. 2. De natuurlijke personen die volgens het rijksregister der natuurlijke personen deel uitmaken van een gezin waarvan de refertepersoon voor hetzelfde aanslagjaar ingekohierd werd overeenkomstig artikel 4 zijn niet aan de belasting MB-bedrijven onderworpen indien de economische activiteit uitgeoefend wordt in de hoofdverblijfplaats van het gezin. Deze vrijstelling geldt enkel voor het basisbedrag vastgesteld in artikel 5, 1, en niet voor de verhoging vastgesteld in artikel 5, 2. 3. Zijn niet onderworpen aan de belasting MB-gezinnen: 1 de senioren die verblijven in een woonzorgcentrum; 2 de gepensioneerde alleenstaanden die inwonen bij een familielid tot de tweede graad. 4. Zijn voor 50 % vrijgesteld van de MB-gezinnen vastgesteld in artikel 4 de personen die: a) ofwel recht hebben op de verhoogde verzekeringstegemoetkoming in de kosten van de geneeskundige verzorging, zoals bedoeld in artikel 37, 19, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, en het koninklijk besluit van 15 januari 2014 betreffende de verhoogde verzeke-

ringstegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, 19, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in het bijzonder artikel 8 en artikel 17; b) ofwel zich in een situatie van armoede bevinden zoals blijkt uit een recent sociaal onderzoek uitgevoerd door een maatschappelijk werker van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. Hoofdstuk 5 Vaststelling van de aanslag. Artikel 7. Het gemeentebestuur verzamelt de elementen voor de vaststelling van de belasting. De toestand op 1 januari van het aanslagjaar wordt in aanmerking genomen. Hoofdstuk 6 Invordering. Artikel 8. De belasting wordt opgenomen in een kohier. Hoofdstuk 7 Slotbepalingen. Artikel 9. Het algemeen reglement aangaande de gemeentebelastingen is van toepassing op deze belasting, voor zover hiervan niet wordt afgeweken door voorgaande bepalingen. Artikel 10. Dit reglement zal worden bekendgemaakt op de gemeentelijke website. Het treedt in werking op 1 januari 2018. Artikel 11. Een voor eensluidend verklaard afschrift van dit besluit zal binnen een termijn van twintig dagen aangetekend worden verzonden naar de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, voor kennisgeving. Belastingen Kohierbelasting kampeerverblijfparken Aanslagjaar 2018 (NDC 484.224) Gelet op artikel 162, 4, artikel 170, 4, artikel 172, artikel 173 en artikel 190 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 3, artikel 43 2, 15, artikel 186, artikel 187 en artikel 253, 1, 3 ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2008 Belastingen Algemeen reglement; Aangenomen met 20 stemmen voor, geen stemmen tegen en 1 onthouding; hebben voor gestemd: Hugo Asselman, Dorette Heymans, Etienne Schouppe, Rita Triest, Carla Van den houwe, Steven Van Linthout, Luc Wynant, Hans Eylenbosch, Dirk Lodewijk, Willy Rossignol, Katia Segers, Johnny Van Droogenbroeck, Günther Bockstal, Kasper Daem, Johnny De Brabanter, Sonja De Leeuw, Berdien Van Den Abeele, Piet Van den Borre, Peter Pauwels, Vanessa De Bolle; heeft tegen gestemd: niemand; heeft zich onthouden: Patrick Asselman; Hoofdstuk 1 Toepassingsgebied ratione materiae. Het gemeentebestuur heft een belasting op de kampeerverblijfparken gevestigd op het grond-

gebied van de gemeente. Hoofdstuk 2 Toepassingsgebied ratione temporis. De belasting wordt gevestigd voor het aanslagjaar 2018. De belasting is verschuldigd voor heel het jaar. Hoofdstuk 3 Toepassingsgebied ratione personae. De belasting is verschuldigd door de uitbater van het kampeerverblijfpark. Hoofdstuk 4 Aanslagvoet. Artikel 4. De belasting wordt vastgesteld op 100 euro per perceel. Hoofdstuk 5 Vaststelling van de aanslag. Artikel 5. Het gemeentebestuur verzamelt de elementen voor de vaststelling van de belasting. De toestand op 1 januari van het aanslagjaar wordt in aanmerking genomen. Hoofdstuk 6 Invordering. Artikel 6. De belasting wordt opgenomen in een kohier. Hoofdstuk 7 Slotbepalingen. Artikel 7. Het algemeen reglement aangaande de gemeentebelastingen is van toepassing op deze belasting, voor zover hiervan niet wordt afgeweken door voorgaande bepalingen. Artikel 8. Dit reglement zal worden bekendgemaakt op de gemeentelijke website. Het treedt in werking op 1 januari 2018. Artikel 9. Een voor eensluidend verklaard afschrift van dit besluit zal binnen een termijn van twintig dagen aangetekend worden verzonden naar de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, voor kennisgeving. Belastingen Kohierbelasting reclameborden Aanslagjaar 2018 (NDC 484.246) Gelet op artikel 162, 4, artikel 170, 4, artikel 172, artikel 173 en artikel 190 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 3, artikel 43 2, 15, artikel 186, artikel 187 en artikel 253, 1, 3 ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2008 Belastingen Algemeen reglement; Aangenomen met 20 stemmen voor, geen stemmen tegen en 1 onthouding; hebben voor gestemd: Hugo Asselman, Dorette Heymans, Etienne Schouppe, Rita Triest, Carla Van den houwe, Steven Van Linthout, Luc Wynant, Hans Eylenbosch, Dirk Lodewijk, Willy Rossignol, Katia Segers, Johnny Van Droogenbroeck, Günther Bockstal, Kasper Daem, Johnny

De Brabanter, Sonja De Leeuw, Berdien Van Den Abeele, Piet Van den Borre, Peter Pauwels, Vanessa De Bolle; heeft tegen gestemd: niemand; heeft zich onthouden: Patrick Asselman; Hoofdstuk 1 Toepassingsgebied ratione materiae. Het gemeentebestuur heft een belasting op de aanplakborden voor reclame, geplaatst op het grondgebied van de gemeente. Voor de toepassing van dit reglement wordt onder aanplakbord verstaan: elke constructie in onverschillig welk materiaal, geplaatst langs een openbare weg of op een plaats in open lucht die zichtbaar is vanaf een openbare weg, waarop reclame kan worden aangebracht door aanplakking, vasthechting, schildering of door elk ander middel, met inbegrip van de muren of gedeelten van muren en de omheiningen die gehuurd of gebruikt worden om er reclame op aan te brengen. Voor de muren of gedeelten van muren waarop reclame wordt aangebracht, moet de bedekte totale oppervlakte beschouwd worden als één bord, ook indien er verschillende reclames op voorkomen. De belasting is niet verschuldigd voor: 1 de borden vastgehecht aan de handelshuizen en bestemd voor het bevorderen van de verkoop van hun producten; 2 de borden geplaatst door openbare besturen voor openbare diensten; 3 de borden die enkel en alleen gebruikt worden voor notariële aankondigingen; 4 de borden die enkel en alleen gebruikt worden naar aanleiding van bij de wet bepaalde verkiezingen; 5 de borden geplaatst op sportterreinen en gericht naar de plaats van de sportbeoefening; 6 de borden uitsluitend gebruikt door socio-culturele en sportverenigingen, erkende gemeentelijke verenigingen en vormings- en onderwijsinstellingen; 7 de borden voorbehouden voor een werk of een instelling zonder winstoogmerk van menslievende, artistieke, letterkundige, wetenschappelijke aard. Hoofdstuk 2 Toepassingsgebied ratione temporis. Artikel 4. De belasting wordt gevestigd voor het aanslagjaar 2018. De belasting is verschuldigd voor heel het jaar. Hoofdstuk 3 Toepassingsgebied ratione personae. Artikel 5. De belasting is verschuldigd door de persoon die beschikt over het recht om gebruik te maken van het aanplakbord. Hoofdstuk 4 Aanslagvoet. Artikel 6. De belasting wordt vastgesteld op 15 euro per vierkante meter. Voor de berekening van de belasting wordt de nuttige oppervlakte van het bord in aanmerking genomen, dit wil zeggen de oppervlakte die voor het aanplakken kan worden gebruikt, met uitzondering van de omlijsting. De belasting wordt vastgesteld volgens de totale belastbare oppervlakte van het bord. Nochtans wordt het gedeelte van een vierkante meter in aanmerking genomen voor een volle vierkante meter. Hoofdstuk 5 Vaststelling van de aanslag. Artikel 7. Het gemeentebestuur verzamelt de elementen voor de vaststelling van de belasting. De toestand op 1 januari van het aanslagjaar wordt in aanmerking genomen. Hoofdstuk 6 Invordering. Artikel 8. De belasting wordt opgenomen in een kohier.

Hoofdstuk 7 Slotbepalingen. Artikel 9. Het algemeen reglement aangaande de gemeentebelastingen is van toepassing op deze belasting, voor zover hiervan niet wordt afgeweken door voorgaande bepalingen. Artikel 10. Dit reglement zal worden bekendgemaakt op de gemeentelijke website. Het treedt in werking op 1 januari 2018. Artikel 11. Een voor eensluidend verklaard afschrift van dit besluit zal binnen een termijn van twintig dagen aangetekend worden verzonden naar de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, voor kennisgeving. Belastingen Kohierbelasting wegwijzers Aanslagjaar 2018 (NDC 484.256) Gelet op artikel 162, 4, artikel 170, 4, artikel 172, artikel 173 en artikel 190 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 3, artikel 43 2, 15, artikel 186, artikel 187 en artikel 253, 1, 3 ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2008 Belastingen Algemeen reglement; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 16 mei 1991 Politie Reglement aangaande de bewegwijzering van door het publiek bezochte etablissementen en plaatsen; Aangenomen met 20 stemmen voor, geen stemmen tegen en 1 onthouding; hebben voor gestemd: Hugo Asselman, Dorette Heymans, Etienne Schouppe, Rita Triest, Carla Van den houwe, Steven Van Linthout, Luc Wynant, Hans Eylenbosch, Dirk Lodewijk, Willy Rossignol, Katia Segers, Johnny Van Droogenbroeck, Günther Bockstal, Kasper Daem, Johnny De Brabanter, Sonja De Leeuw, Berdien Van Den Abeele, Piet Van den Borre, Peter Pauwels, Vanessa De Bolle; heeft tegen gestemd: niemand; heeft zich onthouden: Patrick Asselman; Hoofdstuk 1 Toepassingsgebied ratione materiae. Het gemeentebestuur heft een belasting op de wegwijzers voor etablissementen en plaatsen door het publiek bezocht, aangebracht op of langs de openbare wegen van de gemeente. De toestand op 1 januari van het aanslagjaar wordt in aanmerking genomen. De belasting is niet verschuldigd voor: 1 de bewegwijzering van de openbare instellingen van algemeen belang; 2 de bewegwijzering van de sportinfrastructuur; 3 de bewegwijzering van de culturele infrastructuur; 4 de bewegwijzering van de onderwijsinstellingen. Hoofdstuk 2 Toepassingsgebied ratione temporis. De belasting wordt gevestigd voor het aanslagjaar 2018. De belasting is verschuldigd voor heel het jaar.

Hoofdstuk 3 Toepassingsgebied ratione personae. Artikel 4. De belasting is verschuldigd door de uitbater van het door het publiek bezochte etablissement of plaats. Hoofdstuk 4 Aanslagvoet. Artikel 5. De belasting wordt vastgesteld op 125 euro per wegwijzer. Hoofdstuk 5 Vaststelling van de aanslag. Artikel 6. Het gemeentebestuur verzamelt de elementen voor de vaststelling van de belasting. De op 1 januari van het aanslagjaar bestaande toestand wordt in aanmerking genomen. Hoofdstuk 6 Invordering. Artikel 7. De belasting wordt opgenomen in een kohier. Hoofdstuk 7 Slotbepalingen. Artikel 8. Het algemeen reglement aangaande de gemeentebelastingen is van toepassing op deze belasting, voor zover hiervan niet wordt afgeweken door voorgaande bepalingen. Artikel 9. Dit reglement zal worden bekendgemaakt op de gemeentelijke website. Het treedt in werking op 1 januari 2018. Artikel 10. Een voor eensluidend verklaard afschrift van dit besluit zal binnen een termijn van twintig dagen aangetekend worden verzonden naar de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, voor kennisgeving. Belastingen Kohierbelasting bank- en financieringsinstellingen en bankautomaten Aanslagjaar 2018 (NDC 484.258) Gelet op artikel 162, 4, artikel 170, 4, artikel 172, artikel 173 en artikel 190 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 3, artikel 43 2, 15, artikel 186, artikel 187 en artikel 253, 1, 3 ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2008 Belastingen Algemeen reglement; Aangenomen met 20 stemmen voor, geen stemmen tegen en 1 onthouding; hebben voor gestemd: Hugo Asselman, Dorette Heymans, Etienne Schouppe, Rita Triest, Carla Van den houwe, Steven Van Linthout, Luc Wynant, Hans Eylenbosch, Dirk Lodewijk, Willy Rossignol, Katia Segers, Johnny Van Droogenbroeck, Günther Bockstal, Kasper Daem, Johnny De Brabanter, Sonja De Leeuw, Berdien Van Den Abeele, Piet Van den Borre, Peter Pauwels, Vanessa De Bolle; heeft tegen gestemd: niemand; heeft zich onthouden: Patrick Asselman;

Hoofdstuk 1 Toepassingsgebied ratione materiae. Het gemeentebestuur heft een belasting op de bank- en financieringsinstellingen en de bankautomaten gevestigd of geïnstalleerd op het grondgebied van de gemeente. De toestand op 1 januari van het aanslagjaar wordt in aanmerking genomen. 1. Voor de toepassing van dit reglement wordt onder bank- en financieringsinstelling verstaan: elke instelling, hoofdzetel of bijhuis toegankelijk voor het publiek en die hoofdzakelijk deposito-, financierings-, krediet-, spaar- of wisselverrichtingen uitvoeren. 2. Voor de toepassing van dit reglement wordt onder bankautomaat verstaan: elke toestel dat op de openbare weg of elke plaats voor het publiek toegankelijk, kan gebruikt worden en dat toelaat geldopnemingen en/of deposito- of betaalverrichtingen uit te voeren. De belasting is niet verschuldigd voor: 1 de instellingen die geen twee loketten hebben én geen twee personen met een bediendencontract tewerkstellen; 2 de kantoren van notarissen, verzekeringsagenten en makelaars. De op 1 januari van het aanslagjaar bestaande toestand wordt in aanmerking genomen. Hoofdstuk 2 Toepassingsgebied ratione temporis. Artikel 4. De belasting wordt gevestigd voor het aanslagjaar 2018. De belasting is verschuldigd voor heel het jaar. Hoofdstuk 3 Toepassingsgebied ratione personae. Artikel 5. De belasting is verschuldigd door de uitbater, door de natuurlijke persoon of de rechtspersoon onder wie zijn handelsnaam, logo of embleem of in zijn instelling het toestel wordt uitgebaat of bij gebreke hiervan door de eigenaar van de instelling of het toestel. Hoofdstuk 4 Aanslagvoet. Artikel 6. De belasting wordt vastgesteld op: 1 2 250 euro per bank- of financieringsinstelling; 2 750 euro per bankautomaat. Hoofdstuk 5 Vaststelling van de aanslag. Artikel 7. Het gemeentebestuur verzamelt de elementen voor de vaststelling van de belasting. De op 1 januari van het aanslagjaar bestaande toestand wordt in aanmerking genomen. Hoofdstuk 6 Invordering. Artikel 8. De belasting wordt opgenomen in een kohier. Hoofdstuk 7 Slotbepalingen. Artikel 9. Het algemeen reglement aangaande de gemeentebelastingen is van toepassing op deze belasting, voor zover hiervan niet wordt afgeweken door voorgaande bepalingen. Artikel 10. Dit reglement zal worden bekendgemaakt op de gemeentelijke website. Het treedt in werking op 1 januari 2018. Artikel 11. Een voor eensluidend verklaard afschrift van dit besluit zal binnen een termijn van twintig dagen aangetekend worden verzonden naar de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, voor kennisgeving.

Belastingen Kohierbelasting verspreiding reclamedrukwerk Aanslagjaar 2018 (NDC 484.266) Gelet op artikel 162, 4, artikel 170, 4, artikel 172, artikel 173 en artikel 190 van de Grondwet; Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 3, artikel 43 2, 15, artikel 186, artikel 187 en artikel 253, 1, 3 ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2008 Belastingen Algemeen reglement; Gelet op de omzendbrief van de Vlaamse Minister van Openbare Werken, Ruimtelijke Ordening en Binnenlandse Aangelegenheden van 31 juli 1992; Overwegende dat deze belasting onder meer als doel heeft de vervuiling van de openbare wegen tegen te gaan en de te verwerken hoeveelheid papierafval te beperken; Overwegende dat door deze belasting de kosten voor de verwijdering van de papierafval voor een gedeelte ten laste van de vervuiler gelegd worden; Aangenomen met 20 stemmen voor, geen stemmen tegen en 1 onthouding; hebben voor gestemd: Hugo Asselman, Dorette Heymans, Etienne Schouppe, Rita Triest, Carla Van den houwe, Steven Van Linthout, Luc Wynant, Hans Eylenbosch, Dirk Lodewijk, Willy Rossignol, Katia Segers, Johnny Van Droogenbroeck, Günther Bockstal, Kasper Daem, Johnny De Brabanter, Sonja De Leeuw, Berdien Van Den Abeele, Piet Van den Borre, Peter Pauwels, Vanessa De Bolle; heeft tegen gestemd: niemand; heeft zich onthouden: Patrick Asselman; Hoofdstuk 1 Toepassingsgebied ratione materiae. Het gemeentebestuur heft een belasting op de huis-aan-huis verspreiding van reclamedrukwerk op het grondgebied van de gemeente. 1. Voor de toepassing van dit reglement wordt onder reclamedrukwerk verstaan: elke publicatie, staal en reclamedrager die er toe strekken bekendheid te geven aan commerciële activiteiten, handelszaken, merknamen en andere elementen, en die erop gericht zijn diensten, producten of transacties te doen gebruiken, verbruiken of aankopen. De opsomming is niet limitatief. 2. Voor de toepassing van dit reglement wordt onder huis-aan-huis verspreiding verstaan: de bedeling van niet-geadresseerde reclamedrukwerken, ongeacht of ze in brievenbussen worden gedeponeerd of op de openbare weg worden verspreid. Collectieve adresaanduiding per straat of gedeeltelijke adresvermelding wordt niet beschouwd als zijnde geadresseerd. 1. Er is een vrijstelling van belasting: 1 wanneer de bedrukte oppervlakte van het reclamedrukwerk voor meer dan 50 % wordt ingenomen door algemene informatie zonder handelskarakter; 2 wanneer het reclamedrukwerk uitgaat van een politieke partij die een lijst indiende voor de Europese, de federale, de gewestelijke, provinciale of gemeentelijke verkiezingen, of van kandidaten die op een dergelijke lijst voorkomen, en dit voor zover de reclamedrukwerken verspreid worden in de periode tussen de in de betreffende kieswetgeving vastgestelde da-

tum van terhandstelling van de voordrachten van de kandidaten en de dag van de verkiezing; 3 wanneer de reclamedrukwerken hoofdzakelijk verband houden met een gemeentelijke volksraadpleging, en dit voor zover de reclamedrukwerken verspreid worden in de periode tussen de indiening van het verzoek bedoeld in artikel 206 van het Gemeentedecreet en de beslissing van de gemeenteraad om op een dergelijk verzoek niet in te gaan, of in de periode tussen de indiening van het verzoek bedoeld in artikel 206 van het Gemeentedecreet en de dag van de volksraadpleging of in de periode tussen de beslissing van de gemeenteraad op eigen initiatief en de dag van de volksraadpleging; 3 wanneer de reclamedrukwerken uitgaan van socio-culturele en sportverenigingen, erkende gemeentelijke verenigingen en vormings- en onderwijsinstellingen. 2. De belasting wordt niet verminderd wanneer het reclamedrukwerk niet daadwerkelijk in elke woning van de gemeente verspreid werd. Hoofdstuk 2 Toepassingsgebied ratione temporis. Artikel 4. De belasting wordt gevestigd voor het aanslagjaar 2018. Hoofdstuk 3 Toepassingsgebied ratione personae. Artikel 5. De belasting is verschuldigd door de persoon die op het drukwerk als verantwoordelijke uitgever is vermeld. Hoofdstuk 4 Aanslagvoet. Artikel 6. De belasting wordt als volgt vastgesteld: 1 120 euro voor een huis-aan-huis verspreiding van een exemplaar reclamedrukwerk met een gewicht gelijk aan of groter dan 20 gram; 2 300 euro voor een huis-aan-huis verspreiding van een exemplaar reclamedrukwerk met een gewicht gelijk aan of groter dan 250 gram. Hoofdstuk 5 Vaststelling van de aanslag. Artikel 7. Het gemeentebestuur verzamelt de elementen voor de vaststelling van de belasting. Hoofdstuk 6 Invordering. Artikel 8. De belasting wordt opgenomen in een kohier, dat per kwartaal opgemaakt wordt. Het bedrag van de belasting mag ingekohierd worden vanaf de dag van de verspreiding. Hoofdstuk 7 Slotbepalingen. Artikel 9. Het algemeen reglement aangaande de gemeentebelastingen is van toepassing op deze belasting, voor zover hiervan niet wordt afgeweken door voorgaande bepalingen. Artikel 10. Dit reglement zal worden bekendgemaakt op de gemeentelijke website. Het treedt in werking op 1 januari 2018. Artikel 11. Een voor eensluidend verklaard afschrift van dit besluit zal binnen een termijn van twintig dagen aangetekend worden verzonden naar de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, voor kennisgeving. Belastingen Kohierbelasting leegstaande woningen en gebouwen Aanslagjaar 2018 (NDC 484.515) Gelet op artikel 162, 4, artikel 170, 4, artikel 172, artikel 173 en artikel 190 van de Grond-

wet; Gemeenteraad van Liedekerke 2017-12-14 Gelet op het Gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 42, 3, artikel 43 2, 15, artikel 186, artikel 187 en artikel 253, 1, 3 ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen; Gelet op het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, in het bijzonder artikel 2.2.6; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2008 Belastingen Algemeen reglement; Aangenomen met 20 stemmen voor, geen stemmen tegen en 1 onthouding; hebben voor gestemd: Hugo Asselman, Dorette Heymans, Etienne Schouppe, Rita Triest, Carla Van den houwe, Steven Van Linthout, Luc Wynant, Hans Eylenbosch, Dirk Lodewijk, Willy Rossignol, Katia Segers, Johnny Van Droogenbroeck, Günther Bockstal, Kasper Daem, Johnny De Brabanter, Sonja De Leeuw, Berdien Van Den Abeele, Piet Van den Borre, Peter Pauwels, Vanessa De Bolle; heeft tegen gestemd: niemand; heeft zich onthouden: Patrick Asselman; Hoofdstuk 1 Definities. Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: 1 decreet Grond- en Pandenbeleid: het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid; 2 leegstandsregister: het register van leegstaande woningen en gebouwen bedoeld in artikel 2.2.6 van het decreet Grond- en Pandenbeleid; 3 gebouw: elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen omvat, met uitsluiting van bedrijfsruimten, vermeld in artikel 2, 1, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten; 4 woning: elk onroerend goed of het deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande; 5 zakelijk gerechtigde: de persoon die houder is van een van de volgende zakelijke rechten: a) de volle eigendom; b) het recht van opstal of van erfpacht; c) het vruchtgebruik. Hoofdstuk 2 Toepassingsgebied ratione materiae. Het gemeentebestuur heft een belasting op woningen en gebouwen die opgenomen zijn in het gemeentelijk register van leegstaande woningen en gebouwen, hierna leegstandsregister te noemen. Hoofdstuk 3 Toepassingsgebied ratione temporis. De belasting wordt gevestigd voor het aanslagjaar 2018. Artikel 4. De leegstandsbelasting is voor het eerst verschuldigd vanaf het ogenblik dat de woning of het gebouw gedurende twaalf opeenvolgende maanden is opgenomen in het leegstandsregister. Zolang de woning of het gebouw niet uit het leegstandsregister geschrapt is, blijft de belasting verschuldigd op het ogenblik van het verstrijken van elke nieuwe periode van twaalf maanden. Hoofdstuk 4 Toepassingsgebied ratione personae. Artikel 5. 1. De belasting is verschuldigd door de persoon die op het ogenblik van het verschuldigd worden van de belasting zakelijk gerechtigde is van de leegstaande woning of het leegstaande