GERECHTELIJKE BESCHERMING / BEWINDVOERING -verschil met buitengerechtelijke bescherming -wat -wetsartikel : Artikel 488/1 Burgerlijk Wetboek: De meerderjarige die wegens zijn gezondheidstoestand geheel of gedeeltelijk, zij het tijdelijk, niet in staat is zonder bijstand of andere beschermingsmaatregelen, zijn belangen van vermogensrechtelijke of niet-vermogensrechtelijke aard zelf behoorlijk waar te nemen, kan onder bescherming worden geplaatst, indien en voor zover de bescherming van zijn belangen vereist. -1 systeem van gerechtelijke bescherming voor alle personen die geheel of gedeeltelijk onbekwaam zijn met betrekking tot hun persoon en/of goederen -toepassing in de tijd en overgangsmaatregelen -in voege vanaf 1 september 2014 -vijf jaar om vroeger voorlopig bewind in nieuwe bewindvoering om te zetten en om alle andere bestaande statuten (verlengde minderjarigheid-onbekwaamverklaring) om te zetten in nieuwe bewindvoeringen -indien niet, van rechtswege onderworpen aan gerechtelijke bescherming, met volledige onbekwaamheid met betrekking tot de goederen en vertegenwoordiging. De voogd of de ouders worden van rechtswege bewindvoerders, met evaluatie binnen twee jaar -voorwaarden -meerderjarige (of minderjarige vanaf 17 jaar om van kracht te gaan op 18!!) -ook mogelijk voor verkwisters (artikel 488/2 BW), bv gokverslaving om belangen van onderhoudsgerechtigden te vrijwaren en in het algemeen belang (vermijden van beroep op uitkeringen) niet om rechten van erfgenamen te vrijwaren!!! -wegens zijn gezondheidstoestand
-bewindvoerder over goederen/persoon -wie vraagt het aan? -persoon zelf, familie, Procureur des Konings of elke belanghebbende, ambtshalve -hoe -verzoekschrift : modelformulier met zoveel mogelijk informatie om maatwerk mogelijk te maken, voorgeschiedenis vermelden, betrokkenheid van verschillende diensten (is belangrijk voor keuze van bewindvoerder). Vermelden wie best ook wordt opgeroepen of wie belangrijk is voor de te beschermen persoon. Vrederechter oordeelt dan of deze personen ook uitgenodigd worden. Budgetbegeleiding kan gecombineerd worden met onbekwaamheid tot het stellen van rechtshandelingen. In dat geval wordt afgesproken wie wat doet en hoeveel de beheersvergoeding zal bedragen voor de professionele bewindvoerder. -verschillende bijlagen ondermeer *omstandige geneeskundige verklaring: huisarts, geen familie, niet verbonden aan de voorziening waar de te beschermen persoon verblijft, indien huisarts de aanvrager is, dan medisch attest van andere arts *indien absoluut onmogelijk en bij hoogdringendheid: verzoekschrift zonder medisch attest met motivering waarom niet: aanstelling van een geneesheer-deskundige. Indien medewerking verder geweigerd wordt, oordelen op basis van die weigering en informatie van omgeving -zitting *(liefst) in aanwezigheid van aanvrager met oog op zoveel mogelijk informatie *PV wordt opgemaakt. Gevoeligheden vermelden zodat de bewindvoerder er rekening kan mee houden. Proberen afspraken te maken bv. met betrekking tot leefgeld, door (familiale) bewindvoerders aan te rekenen kosten Bescherming op maat en zo beperkt mogelijk: belangrijk te vermelden wat de te beschermen persoon wel nog kan. Bedoeling is beschermde persoon zoveel mogelijk zelfstandigheid en onafhankelijkheid te laten bewaren. De te beschermen persoon dient niet voor alle rechtshandelingen onbekwaam verklaard te worden en verschillende vormen/graden van bescherming zijn mogelijk (bijstand en vertegenwoordiging).
-beschikking *onbekwaam met betrekking tot de persoon en/of goederen: opsomming van alle rechtshandelingen waarvoor de BP onbekwaam is. Niet opgesomde: bekwaam. Vertegenwoordiging (bewindvoerder vertegenwoordigt BP voor het stellen van de rechtshandelingen) of bijstand (de beschermde persoon stelt de rechtshandeling samen met de bewindvoerder *bewindvoerder: bij voorkeur familiaal professioneel (advocaat of andere) 499/5: De bewindvoerder kan zich in zijn beheer laten bijstaan door een of meer personen die onder zijn verantwoordelijkheid optreden. De Vrederechter kan aan een bank (een door de Nationale Bank van België vergunde instelling) de opdracht toevertrouwen om bij haar gedeponeerde en aan de beschermde persoon toebehorende kapitalen, effecten en waardepapieren te beheren onder de door de vrederechter te bepalen voorwaarden. Combinatie met sociale begeleiding!!!! *vertrouwenspersoon: -iemand uit (naaste) omgeving die tussenpersoon kan zijn tussen beschermde persoon en (professionele) bewindvoerder: heeft inzage in dossier en moet verslagen mee-ondertekenen Artikel 501: indien ouders bewindvoerders zijn, kan geen vertrouwenspersoon aangesteld worden tot en met de 2 de graad (tenzij toch in belang van beschermde persoon) Bewindvoering Taak van bewindvoerder Algemeen: De bewindvoerder over de goederen (met vertegenwoordiging) beheert de goederen van de BP als een goed huisvader. Uitgangspunt: behartiging van de belangen van de beschermde persoon Hij ontvangt de inkomsten van de beschermde persoon en besteedt die aan zijn onderhoud, verzorging en welzijn.
Hij eist de sociale rechten van de beschermde persoon op (recht op leefloon, pensioen, invaliditeitsuitkering, ). Hij beheert de gelden en de goederen (roerend en onroerend) van de beschermde persoon. Hij zorgt dat de maandelijks terugkerende betalingen gebeuren (huur, nutsvoorzieningen, gsm ) en voorziet de jaarlijks terugkerende betalingen en legt (in het ideale geval) een provisie aan voor onverwachte kosten. Hij stelt, in functie van de vaste kosten, de nodige gelden ter beschikking van de beschermde persoon (na overleg met sociale context) voor zijn dagelijks onderhoud, in de vorm van wekelijks, tweewekelijks of maandelijks leefgeld. Het inkomen dat niet moet besteed aan zijn onderhoud, verzorging en welzijn, wordt gespaard/belegd voor de beschermde persoon met kapitaalsgarantie. Hij moet de gelden volledig afscheiden van zijn persoonlijke gelden. De vrederechter bepaalt hoeveel geld op de zichtrekening mag staan. Hij moet de beschermde persoon zoveel mogelijk betrekken bij de uitoefening van zijn opdracht. Problemen Geen specifieke (wettelijke) regeling voor geschillen tussen beschermde personen en hun bewindvoerders. De vrederechter kan altijd, in uitzonderlijke gevallen, als de bewindvoerder er niet in slaagt om de geschillen op te lossen, alle betrokkenen in raadkamer oproepen en proberen geschillen op te lossen/uit te praten. Voorwaarde is dat de vrederechter kennis heeft van deze geschillen. Geschillen kunnen gemeld worden aan de griffie, waarna de geschillen voorgelegd worden aan de vrederechter die dan oordeelt of het nuttig en/of nodig is om partijen uit te nodigen. Dit is bv. niet het geval als beschermde personen klagen over te weinig leefgeld. Er moet van uitgegaan worden dat de bewindvoerder als een goed huisvader het inkomen beheert, rekening houdend met de beperking van dit inkomen en ter beschikking stelt wat redelijk kan in die specifieke situatie. Indien bepaalde klachten ten aanzien van een bewindvoerder gegrond zijn, dan kan hij of zij vervangen worden (nadat hij of zij zelf gehoord werden). Indien er sprake is van strafbare feiten, dan kan klacht ingediend worden bij parket. Er kan ook geopteerd worden om de bewindvoerder de schade (bv. weggemaakte gelden) terug te laten betalen en geen klacht in te dienen. Einde van bewindvoering -bij overlijden -bij beschikking van de vrederechter kan de rechterlijke beschermingsmaatregel ten allen tijde gewijzigd of beëindigd worden. De gezondheidstoestand is meestal evolutief hetzij in positieve of in
negatieve zin. Dit kan zowel ambtshalve (initiatief van de vrederechter zelf) als op vraag van de beschermde persoon. In dat laatste geval dient de vraag tot opheffing formeel gesteld te worden en een nieuw omstandig geneeskundig attest voorgelegd waaruit blijkt dat de beschermde persoon opnieuw (soms maar gedeeltelijk) weer in staat is om zijn vermogensrechtelijke belangen waar te nemen. Alle betrokken partijen worden dan opnieuw opgeroepen en gehoord waarna beslist wordt. Controle bewindvoering -een maand na de opstart van de bewindvoering dient een eerste verslag neergelegd te worden waarin het vermogen (banktegoeden en onroerende goederen-de inkomsten-schulden-vaste kostenverzekeringen ) van de beschermde persoon beschreven wordt. Dit verslag vermeldt een totaalbedrag aan tegoeden. Op dat ogenblik is er zicht op normaal te verwachten evolutie in vermogen: volstaan inkomsten (ruim) om alle kosten maandelijks te voldoen? Indien ja dan wordt in jaarstaat positieve evolutie verwacht. In het andere geval een negatieve. -jaarlijks wordt een periodiek verslag neergelegd dat neerkomt op volgende: - eindbedrag vorig jaar - + inkomsten - - uitgaven - nieuw totaalbedrag dat (samengeteld) teruggevonden moet worden op rekeninguittreksels Jaarlijks verslag moet ter kennis gebracht worden van de beschermde persoon tenzij de BP omwille van medische redenen niet in staat geacht wordt daar kennis van te nemen, zoals ondermeer een verlengd minderjarige. Bij dit jaarlijks periodiek verslag worden alle rekeninguittreksels gevoegd die gecontroleerd worden in meerdere (niet gekende bv. familiale bewindvoerders, of professionele bewindvoerders die nog niet gekend zijn) of mindere (al verschillende periodieke verslagen gecontroleerd en altijd ok of geroutineerde professionele bewindvoerders die al jaren bewindvoeringen doen) mate. Indien een bepaalde uitgave (bij voorkeur met bankkaart van de beschermde persoon te betalen) niet duidelijk of zelfs verdacht is, wordt onderliggende factuur gevraagd. Soms wordt (informeel) geïnformeerd bij personeel van instelling waar de beschermde persoon verblijft of de beschermde persoon effectief regelmatig bezoek ontvangt (bij vraag tot terugbetaling van verplaatsingskosten)
Indien afgeweken wordt van normaal te verwachten evolutie (cfr. supra), dient gezocht naar reden (positief: erfenis, schenking, een of andere meevaller op financieel gebied, negatief: grote uitgave, tijdelijk lagere inkomsten, hogere huur ). Bij vragen of onduidelijkheid wordt eerst schriftelijk uitleg gevraagd en opgevolgd of idd. geantwoord wordt. Ook tijdige opvolging van periodieke verslagen wordt opgevolgd. Indien misbruiken vastgesteld worden, cfr. Hierboven. Vergoeding -richtlijn voor professionele bewindvoerders bestond, werd persoonlijk door mij opgesteld -geen vergoeding voorzien voor ouders als bewindvoerder (497/5, 5_ BW (behoudens uitzonderingen) -nu nieuwe richtlijn met duidelijke omschrijving wat vergoed wordt in beheersvergoeding van 3% zit (welke taken daarin vervat zitting) en wat als buitengewone ambtsverrichting kan vergoed worden -daarnaast kostenvergoeding waarbij bepaalde kosten forfaitair vergoed worden en andere per prestatie -grondige controle gebeurt door Vredegerecht -richtlijn voorziet maximale vergoeding met vraag aan bewindvoerders om zelf te herleiden in geval van precaire financiële situatie en voorbehoud om het zelf te herleiden. In de mate van het mogelijke (indien voorzienbaar) wordt dit reeds afgesproken bij de aanstelling -algemene regel is dat de beheersvergoeding herleid wordt tot de helft (1,5%) wanneer gecombineerd wordt met budgetbegeleiding of collectieve schuldbemiddeling, geen vat op vergoeding voor collectieve schuldbemiddeling