Tweemaandelijkse nieuwsbrief + Jaargang 13 + Nr. 5 + April 2014 + Onderneming in moeilijkheden + Versnelde afbouw onroerende voorheffing op materieel & outillage + Nieuwe berekeningswijze sociale bijdragen contact@vdl.be www.vandelanotte.be + Foute aanwerving: onvoorziene en onderschatte kost voor de onderneming
2 3 + Stressindicatoren van een onderneming in moeilijkheden Iedere vennootschap wordt blootgesteld aan onverwachte gebeurtenissen en/of menselijke fouten die ervoor kunnen zorgen dat de onderneming fi nanciële schade lijdt waardoor haar competitiviteit in het gedrang kan komen. Zolang het de interne keuken betreft, kunnen vergaande gevolgen echter nog worden vermeden. Elke onderneming dient evenwel bepaalde informatie te publiceren die wordt aangewend door verschillende belanghebbenden (klanten, leveranciers, fi nanciers, ) om een beeld te krijgen van de vennootschap. + Dian Intensive Financial Care begeleidt ondernemingen in moeilijkheden Ondernemingen die afslanken, een recordaantal ontslagen, een stijgend aantal faillissementen, tot 30% van alle ondernemingen heeft een negatief eigen vermogen Het lijkt wel of ondernemen nog nooit zo moeilijk geweest is. Wanneer u als ondernemer geconfronteerd wordt met fi nanciële moeilijkheden bestaat het gevaar dat u in een negatieve spiraal terechtkomt waarbij u van hier naar daar loopt om gaatjes te dichten of gemoederen te bedaren. U houdt dan geen tijd meer over om te focussen op het herstel van uw onderneming. Mits de juiste begeleiding kunnen moeilijkheden echter omgezet worden in mogelijkheden. Daarom hebben wij samen met onze partner Dirk Schaekers Dian Intensive Financial Care opgericht. Een joint-venture specifi ek gericht op de begeleiding van ondernemingen in moeilijkheden. Dankzij de jarenlange ervaring van Dirk Schaekers en zijn team in de begeleiding bij WCO s en de ruime kennis van onze specialisten op het vlak van accountancy, audit, ondernemingsrecht en fi scaliteit is Dian IFC de ideale partner om uw onderneming maximale kansen te geven om een moeilijke fase in haar bestaan te doorstaan. Heldere informatie Financiële problemen gaan nooit weg door erover te zwijgen en ze hardnekkig te negeren. Duidelijke informatie is op een dergelijk ogenblik nog belangrijker dan anders: correcte fi nanciële rapporten, overzichten van de verleende waarborgstructuur, screening van de lopende contracten en nazicht van de persoonlijke risico s brengen de toestand van de ondernemer in kaart. De begeleiding door een professionele raadgever is hierbij onmisbaar. Vanuit zijn onafhankelijke positie heeft hij immers een frisse objectieve kijk op de zaken en helpt hij de beschikbare informatie correct interpreteren. Moeilijkheden worden mogelijkheden Na deze informatieronde kan men de juiste beslissingen nemen en gebruik maken van de wettelijke reddingsboeien die uitgezet zijn. - Heeft de onderneming baat met een onderhandelingsronde met haar banken-fi nanciers? - Kan de onderneming beroep doen op de Wet inzake de Continuïteit van de onderneming en bescherming tegen de schuldeisers krijgen? - Is een faillissement met doorstart een goede beslissing? - Kan een vereffening mits de nodige onderhandelingen met schuldeisers niet de beste oplossing zijn? - Is er een risico op bestuurdersaansprakelijkheid en hoe kunnen we dit voorkomen? - Is er een mogelijkheid tot vrijwaring van het persoonlijk vermogen van de bedrijfsleiders? Er bestaan zoveel mogelijkheden om een goede reorganisatie door te voeren. De timing is cruciaal Het hoeft bijna geen uitleg, de timing van de uitvoering van herstelmaatregelen is zeer belangrijk. Hoe vroeger er kan bijgestuurd worden, hoe grondiger een herstel kan doorgevoerd worden en hoe groter de kans op een succesvolle doorstart. De boodschap is aandachtig te zijn voor de alarmsignalen van het bedrijf, en tijdig de informatieronde op te starten! frank.glorieux@vdl.be Indien deze info enkele negatieve elementen bevat, kan dit verstrekkende repercussies hebben voor de onderneming. Zo kan bijvoorbeeld de aanvoer van grondstoffen in het gedrang komen omdat leveranciers de betalingscapaciteit van de onderneming in vraag stellen. Daarenboven kunnen de klanten de onderneming links laten liggen omdat ze een zekere partner willen die de eigen processen niet verstoort. Hieronder worden enkele van de belangrijkste knipperlichten besproken die belanghebbenden hanteren om te beslissen of ze al dan niet verder met een onderneming in zee gaan en die er kunnen op wijzen dat een bedrijf zich in troebel water bevindt. Het te laat of niet neerleggen van de jaarrekening kan eerst en vooral wijzen op een gebrekkige interne administratie waardoor klanten en leveranciers het vertrouwen in het bedrijf kunnen verliezen. Ook het verlengen van het boekjaar kan een eerste indicatie zijn van eventuele problemen. Deze maatregel bemoeilijkt namelijk de vergelijkbaarheid van de verschillende jaren en wordt soms ook gehanteerd als inhaalmanoeuvre in de hoop de slechtere resultaten te kunnen compenseren. Een stelselmatig dalende current ratio (verhouding tussen de vlottende activa en het vreemd vermogen op korte termijn) wijst er vervolgens op dat de vennootschap niet in staat is haar korte termijn betalingsverplichtingen te voldoen en brengt liquiditeitsproblemen aan het licht. Aanhoudende liquiditeitsproblemen kunnen dan weer op termijn de rendabiliteit van het bedrijf ondermijnen waardoor de opgestapelde verliezen zich vertalen in de alarmbelprocedure of in ergere mate een algemene schuldgraad boven de 100%. Ook achterstanden op leveranciers-, RSZ- en/of schulden aan de fi scus zijn een aanduiding van problemen binnen de vennootschap evenals een beslag door een schuldeiser op vennootschapsactiva. Ten slotte verhoogt een RSZ-dagvaarding ernstig de kans op faling. Volgens Companyweb werden namelijk een derde van failliet verklaarde vennootschappen voorafgaandelijk gedagvaard door de RSZ. Wanneer één van bovenvermelde elementen zich voordoet, is het dus van vitaal belang tijdig in te grijpen en een neerwaartse spiraal af te wenden. Door inzicht te verwerven in de fi nanciële risico s kunnen problemen worden vermeden of kan minstens de impact ervan worden gereduceerd. nicolas.vanwalleghem@vdl.be
4 5 + Versnelde afbouw onroerende voorheffing op materieel & outillage sinds 1 januari 2014 De wet kent ook aan materieel & outillage een kadastraal inkomen (KI) toe. Dit geldt voor materieel & outillage dat onroerend is uit zijn aard of door bestemming én gebruikt wordt door een nijverheids-, handels- of landbouwbedrijf. Op basis van dit KI wordt dan jaarlijks de onroerende voorheffing berekend. Echter, sinds 1998 wordt het belastbaar KI afgebouwd om investeringen aan te moedigen. Sinds 1 januari 1998 wordt in het Vlaamse Gewest immers geen onroerende voorheffi ng meer geheven over het kadastraal inkomen van nieuw materieel & outillage waarvoor voor de eerste maal een kadastraal inkomen wordt vastgesteld (nieuwe investering of vervangingsinvestering). In dat laatste geval geldt de vrijstelling enkel voor het hogere KI. Sinds 1 januari 2008 is deze vrijstelling van onroerende voorheffi ng voor nieuw materieel & outillage steeds volledig. Dit komt erop neer dat ook vervangingsinvesteringen voortaan (volledig) in aanmerking komen voor de vrijstelling en niet enkel voor het hogere KI maar voor het volledige KI. (3) Bovendien genereert de nieuwe investering een bijkomende verlaging van de resterende belastbare basis. Voorbeeld Op een kadastraal perceel komt per 1 januari 1998 materieel & outillage voor met een belastbaar KI van 1.500. In het jaar 2014 wordt oud materieel en outillage met een KI van 500 weggenomen. Ter vervanging hiervan wordt materieel en outillage met een KI van 750 geplaatst. Door het wegnemen van oud materieel en outillage daalt het belastbaar KI van 1.500 tot 1.000 EUR (1). De nieuwe investeringen met een KI van 750 zijn volledig vrijgesteld (2). Bovendien genereert de nieuwe investering van 750 nogmaals een verlaging van de belastbare basis van het oude materieel & outillage: 1.000 750 = 250 (3). + Kosten eigen aan de werkgever Indien een werkgever kosten terugbetaalt aan een werknemer, zijn deze in principe vrijgesteld van sociale-zekerheidsbijdragen en personenbelasting indien het gaat om kosten die ten laste zijn van de werkgever. Ze vallen niet onder het begrip loon. Een interessante manier dus om vergoedingen aan werknemers toe te kennen, als aan de voorwaarden is voldaan. Opdat een kost als eigen aan de werkgever wordt beschouwd, moet de werkgever aantonen dat de vergoeding bestemd is tot het dekken van kosten die hem eigen zijn en daadwerkelijk aan die kosten werd besteed. Deze vergoedingen kunnen op twee manieren worden terugbetaald: ofwel betaalt de werkgever de werkelijk gemaakte kosten terug op basis van onkostennota s die als bewijs gelden ofwel hanteert de werkgever een forfait. Dit forfait wordt meestal toegepast voor kleine kosten die moeilijk bewijsbaar zijn. De RSZ hanteert een lijst van verschillende posten waarvoor zij een forfaitaire raming aanvaardt, en ook de bedragen en de voorwaarden waaronder ze mogen worden toegepast. Deze forfaits mogen niet zomaar worden toegekend. Ze worden geacht werkelijk gemaakte kosten te dekken. Op vraag van de RSZ zal de werkgever dus zijn systeem van kostenvergoeding moeten motiveren. Hij moet bewijzen dat een onkostenvergoeding terecht is en dus geen loon vormt. Op het vlak van sociale zekerheid rust de bewijslast bij de werkgever. Versnelde afbouw sinds 1 januari 2014 Sinds 1 januari 2014 wordt de afbouw van onroerende voorheffi ng op materieel & outillage via nieuwe investeringen nog versneld. Voor alle investeringen die ondernemingen verrichten in 2014, 2015 en 2016, wordt niet enkel het KI vrijgesteld van onroerende voorheffi ng, maar als er nog belastbaar KI is op de percelen waar de nieuwe investeringen gedaan worden, is er tevens nog een bijkomende vrijstelling ten belope van het KI van de nieuwe investeringen. Hierdoor worden vervangingsinvesteringen voortaan driemaal fi scaal beloond: (1) De oude machines (vóór 1998) die worden verwijderd doen de belastbare basis dalen; (2) Het KI van de nieuwe investering geniet een volledige vrijstelling van onroerende voorheffi ng; Van het totale aanwezige KI van 1.750 is dus 1.500 vrijgesteld en moet maar onroerende voorheffi ng worden betaald op een KI van 250. Bespaar onroerende voorheffing Via de afbouw van deze taks op machines wil de Vlaamse regering investeringen aanmoedigen. Wanneer investeringen of desinvesteringen op het vlak van materieel & outillage uitgevoerd worden, moet dit in principe aangegeven worden via de aangifte van ingebruikname of buitengebruikstelling van materieel en outillage. Een geactualiseerd kadastraal dossier is dus van groot belang. Vandelanotte kan u steeds bijstaan bij het opstellen en indienen van deze aangifte zodat een belangrijke besparing op onroerende voorheffi ng gerealiseerd kan worden. sven.loosvelt@vdl.be Op fiscaal vlak geldt een wettelijk vermoeden van niet-belastbaarheid. M.a.w. de fiscus moet bewijzen dat de kost eigen aan de werkgever een verdoken bezoldiging is. Een belangrijk gevolg van een kwalificatie als vermomde bezoldiging is dat de kostenvergoeding in hoofde van de werkgever belast kan worden als een geheim commissieloon omdat zij niet vermeld werd op fiscale fiches. Een toegekend forfait moet dus plausibel zijn en opgebouwd zijn vanuit de specifieke functie en de werk omstandigheden van de betrokken werknemer. Gezien de verschillende beoordeling kunnen bepaalde forfaits bij een belastingcontrole aanvaard worden, terwijl ze door de sociale inspectie geweigerd worden. Beide instanties aanvaarden forfaitaire vergoedingen voor dienstreizen in België (de nieuwe fiscale regelgeving hieromtrent werd beschreven in onze voorgaande Infoactive bij Weetje ), dienstreizen naar het buitenland, woon-werkverplaatsingen en beroepsverplaatsingen met de eigen wagen, gebruik van kantoor thuis, autokosten zoals garage, parking, car-wash, kleine representatiekosten, Nieuw is het fiscale forfait van 20,00 EUR per maand voor het gebruik van de privéinternetaansluiting en -abonnement, evenals 20,00 EUR per maand voor het gebruik van de privécomputer in het geval van telewerk. ilse.vanhove@vdl.be
6 7 + 2015: Nieuwe berekeningswijze sociale bijdragen + Een foute aanwerving: een onvoorziene en onderschatte kost voor de onderneming Vanaf 2015 wordt de sociale bijdrage op het inkomen van het jaar zelf berekend en niet meer op het inkomen van 3 jaar voordien. Voorlopige bijdragen Aangezien uw inkomen pas na verloop van het jaar gekend is, zal uw sociaal verzekeringsfonds u in 2015 een voorlopige bijdrage voorstellen op basis van uw gekend inkomen van 2012. Vermoedt u dat uw inkomen in 2015 hoger wordt, dan kan u uw sociaal verzekeringsfonds verzoeken om meer te betalen. De verhoging wordt slechts toegestaan als u geen onbetwiste opeisbare schulden heeft. Verwacht u een lager inkomen in 2015, dan kunt u aan uw sociaal verzekeringsfonds hiervoor objectieve elementen voorleggen. U bepaalt de verlaagde bijdrage niet zelf: ofwel betaalt u de minimumbijdrage volgens uw categorie, ofwel het dubbele ervan. Definitieve bijdragen Van zodra de fi scus uw inkomen van 2015 vastgesteld heeft, ontvangt u een afrekening. Als de voorgestelde bijdragen op het inkomen van 2012 onvoldoende waren, betaalt u het saldo zonder verhogingen. Bij lagere inkomsten, krijgt u de teveel betaalde bijdragen terug. Heeft u ten onrechte verminderde bijdragen aangevraagd, dan betaalt u op het saldo een verhoging van 3% per kwartaal tot aan het kwartaal van regularisatie en een eenmalige verhoging van 7%. Onvolledig jaar De inkomsten van een onvolledig kalenderjaar van zelfstandige activiteit worden omgerekend op jaarbasis om de bijdragen te bepalen. Bij verandering van categorie van bijberoep naar hoofdberoep, of omgekeerd zullen de bijdragen berekend worden op het totale jaarinkomen dat u als zelfstandige verdiend heeft. Stopzetting Ook na de stopzetting volgen nog regularisaties. Er zijn geen sociale bijdragen meer verschuldigd voor stopzettingsmeerwaarden bij defi nitieve beëindiging van de activiteit. Zelfstandigen die bij hun pensionering elke beroepsactiviteit stopzetten, zullen kunnen opteren om geen regularisaties meer te ontvangen voor de laatste 3 jaren. Conclusie De bijdragen staan vanaf 2015 in verhouding tot het jaarinkomen. U krijgt dus niet alleen meer een aanslagbiljet voor uw belastingen, maar ook nog een afrekening van sociale bijdragen. Een goed doorzicht van uw inkomsten zal ook fi scaal renderen. Het loont de moeite om einde 2014 toch al even naar de toekomst te kijken! linda.vandewalle@vdl.be In tijden van economische crisis lijkt meer dan eens de return on investment te primeren. Een investering in een werknemer wordt gekaderd in een langetermijnvisie voor het behalen van de organisatiedoelstellingen. Anderzijds maakt de economische recessie dat bedrijven trachten te besparen op tal van activiteiten zoals bijvoorbeeld op de wervings- en selectieprocedure van nieuw personeel. Louter op basis van een (kort) interview wordt een oordeel gevormd over de competenties van de kandidaat, zijn match met de collega s en organisatiecultuur en dergelijke meer. De vraag leeft echter of dergelijke praktijken de beoogde besparingen ook werkelijk kunnen bewerkstelligen. Zowel in kleine als grote(re) ondernemingen valt het voor dat een foute aanwerving werkelijkheid wordt, en dit vaak omwille van een minder valide selectieprocedure. De nieuwe medewerker lijkt niet in de functie of organisatie te passen en/ of behaalt het verwachte prestatieniveau niet. Dit brengt echter heel wat onvoorziene en vaak ook onderschatte kosten met zich mee. Zo kunnen de uitgaven voor de wervings- en selectieprocedure niet de gewenste investering bewerkstelligen en heeft de medewerker een langere inwerkperiode nodig waardoor de kosten voor opleiding, coaching, een grotere omvang aannemen dan aanvankelijk gedacht. Waar er daarenboven onvoorzien productiviteitsverlies optreedt, heeft een foute aanwerving eveneens een impact op de andere medewerkers in de onderneming. Zij worden namelijk meer belast aangezien zij ter ondersteuning van de minder geschikte medewerker bepaalde werkzaamheden gedeeltelijk erbij dienen op te nemen. Omwille van deze verhoogde werkdruk kunnen ook zij hun werk minder naar behoren uitvoeren en treedt er eveneens bij hen productiviteitsverlies op. Via deze weg stemmen de salariskosten voor zowel de fout aangeworven medewerker als voor zijn/haar collega s niet meer overeen met hun bijdrage aan de strategische doelstellingen van de onderneming. De minder geschikte aanwerving heeft niet alleen een impact op de directe collega s, maar ook de klantenrelaties kunnen daardoor negatief worden beïnvloed. In sommige gevallen is er geen andere mogelijkheid meer dan de samenwerking stop te zetten, en aan deze situatie hangt opnieuw een prijskaartje vast. De ontslagpremie, bijhorende administratie en het voeren van een exit-interview maken allen dat het kostenplaatje voor de fout aangeworven medewerker blijft oplopen. Kortom is het van essentieel belang om te investeren in een valide wervings- en selectieprocedure waarin gebruik wordt gemaakt van betrouwbare selectie-instrumenten die een goede voorspelling over de toekomstige arbeidsprestaties kunnen waarmaken. Het inzetten van dergelijke selectietools is een onontbeerlijke investering aangezien de verkeerde professional op de verkeerde plaats een kost van tienduizenden euro s kan betekenen. Sarah Detremmerie hr.solutions@vdl.be
8 Member of The Leading Edge International Alliance of Global Accountants & Auditors Vandelanotte heeft vestigingen in: Antwerpen Herentalsebaan 71-75 2100 Deurne T 03 320 97 97 Brugge Koningin Astridlaan 29 8200 Brugge T 050 39 28 75 Brussel Esplanade 1/85 1020 Brussel T 02 427 44 53 Deinze Kastanjelaan 17 bus 2 9800 Deinze T 09 381 51 81 Dendermonde Grootzand 166 9200 Dendermonde T 052 21 85 07 Kortrijk President Kennedypark 1a 8500 Kortrijk T 056 43 80 60 Tournai Avenue de Maire 101 7500 Tournai T 069 22 64 95 + Wist u dat Btw-kwartaalaangiftes indien omzet < 2.500.000 EUR Sinds 1 januari 2014 zijn kwartaalaangiftes mogelijk indien de jaaromzet, exclusief BTW, voor de volledige economische activiteit niet meer bedraagt dan 2.500.000 EUR. De drempel blijft echter 250.000 EUR voor bepaalde risicogevoelige sectoren. Het drempelbedrag voor intracommunautaire leveringen is vervangen door de bepaling dat belastingplichtigen die maandelijks een BTW-opgave moeten doen van hun intracommunautaire handelingen uitgesloten zijn van kwartaalaangiftes. Vandelanotte HR Solutions: Certified Member Federgon 4 3,5 3 2,5 dries.torreele@vdl.be Met trots kunnen we melden dat Vandelanotte HR Solutions opnieuw bekroond werd als certifi ed member van Federgon Recruitment, Search & Selection. Met maar liefst een tevredenheidspercentage van 92, tonen we aan dat zowel onze kandidaten als cliënten tevreden zijn over de kwaliteit en de professionaliteit van onze dienstverlening, waardoor we erin geslaagd zijn de eretitel van certifi ed member te bestendigen! sarah.vandenbroucke@vdl.be OLO op 10 jaar/20 jaar OLO 10 jaar OLO 20 jaar Jaargang 13, nr. 5 - April 2014 2 01/09/2013 01/10/2013 01/11/2013 01/12/2013 01/01/2014 01/02/2014 01/03/2014 Verantwoordelijke uitgever Nikolas Vandelanotte President Kennedypark 1a 8500 Kortrijk nikolas.vandelanotte@vdl.be Redactie Sarah Detremmerie Frank Glorieux Sven Loosvelt Dries Torreele Linda Van de Walle Ilse Van Hove Nicolas Van Walleghem Sarah Vandenbroucke Coördinatie Els Tanghe + Belangrijke data tijdens het volgende kwartaal 10/04/2014: Uiterste datum 1 e voorafbetaling voor natuurlijke personen alsook vennootschappen die hun boekjaar per kalenderjaar voeren en die een belastingvermeerdering willen vermijden 22/04/2014: BTW-verplichtingen voor de maand maart en IC-listing of 1 e kwartaal en IC-listing 1 e kwartaal 2014 10/04/2014: BTW-verplichtingen voor de maand april en IC-listing of 1 e voorschot kwartaalaangevers