Aard, herkomst en duurzaamheidsaspecten van biobrandstoffen bestemd voor vervoer Rapportage 2012

Vergelijkbare documenten
Aard, herkomst en duurzaamheidsaspecten van biobrandstoffen bestemd voor vervoer Rapportage 2013

Aard, herkomst en duurzaamheidsaspecten van biobrandstoffen bestemd voor vervoer Rapportage 2011

Aard, herkomst en duurzaamheidsaspecten van biobrandstoffen bestemd voor vervoer Rapportage 2014

Rapportage hernieuwbare energie 2013

Rapportage hernieuwbare energie 2014

Naleving jaarverplichting 2012 hernieuwbare energie vervoer en verplichting brandstoffen luchtverontreiniging

Rapportage per inboeker 2015

mea Rapportage hernieuwbare energie 2013 Naleving jaarverplichting hernieuwbare energie vervoer en verplichting brandstoffen luchtverontreiniging

Rapportage per inboeker 2016

Naleving jaarverplichting 2011 hernieuwbare energie vervoer en verplichting brandstoffen luchtverontreiniging

Uitvoering RED NL regelgeving

Rapportage duurzaamheid biobrandstoffen Rapportageperiode 1 januari t/m mei 2010

Rapportage Energie voor Vervoer in Nederland 2016 Naleving verplichtingen hernieuwbare energie vervoer en brandstoffen luchtverontreiniging

Rapportage Energie voor Vervoer in Nederland 2015 Naleving verplichtingen hernieuwbare energie vervoer en brandstoffen luchtverontreiniging

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 2.9, vijfde lid, van het Besluit brandstoffen luchtverontreiniging;

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van, IenM/BSK-2014/, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Verbruik van hernieuwbare energie voor vervoer,

Rapportage Energie voor Vervoer in Nederland 2017 Naleving verplichtingen hernieuwbare energie vervoer en brandstoffen luchtverontreiniging

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: 1. In de alfabetische opsomming wordt ingevoegd:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Verbruik van hernieuwbare energie voor vervoer,

1 december 2015 Renée Peerboom

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Verbruik van hernieuwbare energie voor vervoer,

Ontwikkelingen in aandrijftechniek en de rol van biobrandstoffen. Jaap Tuinstra, Manager Public Affairs, Pon

Zuivelproductie per land 2015 Dairy production by country

nr. 726 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 27 juni 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland

Conclusies onderzoek douanegegevens

Rapportage Energie voor Vervoer in Nederland 2018

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Handels- en investeringscijfers Zuid-Afrika-Nederland mei 2019

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Algemene wet inzake rijksbelastingen Uitvoeringsregeling Algemene wet inzake rijksbelastingen

Handels- en investeringscijfers Spanje-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Brazilië-Nederland mei 2019

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Integraal Afwegingskader

Handels- en investeringscijfers Duitsland-Nederland augustus 2019

Resultaten VVNH monitoring 2008

Handels- en investeringscijfers Zwitserland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Australië-Nederland 1

Brandstofkwaliteit NL regelgeving

Handels- en investeringscijfers Ierland-Nederland 1

BioMCN: Advanced Sustainable Biofuels BIObased Industry april 2015 Jeroen Koot -CEO

INFORMATIEBIJEENKOMST ENERGIE VOOR VERVOER

Handels- en investeringscijfers Verenigd Koninkrijk-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Zuid-Korea-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland 1

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

nr. 272 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 23 januari 2018 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland

JAAROVERZICHT 2010 gedetailleerd per Categorie, Regio en Land Bron: CBS

Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14. Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie

Handels- en investeringscijfers Denemarken-Nederland april 2019

Handels- en investeringscijfers Duitsland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland maart 2019

Handels- en investeringscijfers Frankrijk-Nederland 1

15 januari Jaarafsluiting Energie voor Vervoer 2018

Rapport met betrekking tot informatieverzoeken van de overheid

Handels- en investeringscijfers België-Nederland juni 2019

Datum 20 december 2017 Betreft Informatie over nieuwe Wet en regelgeving biobrandstoffen. Geachte relatie,

Biobrandstoffen, Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Handels- en investeringscijfers Slowakije-Nederland 1

Handleiding bij de duurzaamheidsrapportage vloeibare biomassa Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+) Datum Versie V1.

SBI-indeling, omzetniveau en internationale handel in goederen van de leden van de FME en aangesloten brancheverenigingen

Handels- en investeringscijfers Australië-Nederland mei 2019

Handels- en investeringscijfers Verenigde Arabische Emiraten- Nederland 1

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Europese feestdagen 2019

Handels- en investeringscijfers België-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Luxemburg-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Italië-Nederland 1

Lijst van verdragen op alfabetische volgorde: A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Jaarafsluiting Energie voor Vervoer

Handels- en investeringscijfers Bulgarije-Nederland 1

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Handels- en investeringscijfers China-Nederland februari 2019

Handels- en investeringscijfers Zweden-Nederland 1

Instituut voor de nationale rekeningen. Statistiek buitenlandse handel. Kwartaalbericht 2013-I

Handels- en investeringscijfers Polen-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Noorwegen-Nederland 1

JAAROVERZICHT 2010 gedetailleerd per Categorie, Regio en Land Bron: CBS

Europese feestdagen 2018

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Instituut voor de nationale rekeningen. Statistiek buitenlandse handel. Kwartaalbericht 2014-II

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Handels- en investeringscijfers Griekenland-Nederland 1

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Handels- en investeringscijfers Verenigde Staten-Nederland 1

Autodiefstal Diefstal uit auto Diefstal van motor Fietsendiefstal Inbraak

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Handels- en investeringscijfers Hongarije-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Israël-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Marokko-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Portugal-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Rusland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Algerije-Nederland 1

Transcriptie:

Aard, herkomst en duurzaamheidsaspecten van biobrandstoffen bestemd voor vervoer Rapportage 2012 Nederlandse Emissieautoriteit 30-01-2014

Samenvatting De Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) is de uitvoeringsorganisatie voor de wet- en regelgeving hernieuwbare energie vervoer. In dat kader heeft de NEa de wettelijke verplichting om jaarlijks te rapporteren over de aard, herkomst en duurzaamheidsaspecten van de biobrandstoffen die fysiek zijn bijgemengd en het voorgaande jaar op de Nederlandse vervoersmarkt zijn gebracht. Dit rapport geeft de resulaten voor 2012 weer. Het is gebaseerd op de informatie uit de biobrandstoffenbalansen van de 12 accijnsgoederenplaatshouders (AGP-houders) die in 2012 biobrandstoffen fysiek hebben bijgemengd. Pagina 2 van 17

Begrippenlijst en afkortingen 2BSvs BioGrace Bonsucro DCB ETBE ETOH FAME FQD HVO ISCC MTBE MTOH NTA8080 RBSA RED RED Cert RSB EU RED UCO Biomass Biofuel Sustainability voluntary scheme; duurzaamheidssysteem ontwikkeld door Franse landbouw- en biobrandstofpartijen Duurzaamheidssysteem voor het maken van geharmoniseerde broeikasgasemissieberekeningen voor biobrandstoffen, voortkomend uit het EU-gefinancierde project BioGrace (Project Harmonised Calculations of Biofuel Greenhouse Gas Emissions in Europe) Duurzaamheidssysteem ontstaan uit het Better Sugarcane Initiative, een mondiale multi-stakeholder organisatie gericht op de verduurzaming van suikerrietproductie Double counting biofuels; aanduiding voor Verificatieprotocol dubbeltelling biobrandstoffen; in 2011 VPBB genoemd Ethyl tertiairbutylether Ethanol Fatty acid methyl ester (biodiesel) Fuel Quality Directive (Richtlijn voor brandstofkwaliteit, 2009/30/EG) Hydrotreated vegetable oil (hernieuwbare diesel gebaseerd op gehydrogeneerde plantaardige olie) International Sustainability and Carbon Certification; duurzaamheidssysteem ondersteund door de Duitse overheid Methyl tertiairbutylether Methanol Nederlandse Technische Afspraak; Nederlands duurzaamheidssysteem bestaande uit eisen voor biomassa voor energiedoeleinden (NTA8080) en een certificatieschema (NTA8081) RED Bioenergy Sustainability Assurance; duurzaamheidssysteem opgezet door de Spaanse ethanolproducent Abengoa Renewable Energy Directive (Richtlijn voor hernieuwbare energie, 2009/28/EG) Duurzaamheidssysteem opgericht door Duitse partijen uit de landbouw en biobrandstofindustrie Roundtable on Sustainable Biofuels EU RED, duurzaamheidssysteem ontwikkeld door een internationaal multistakeholder initiatief Used cooking oil (gebruikt frituurvet) Pagina 3 van 17

Inhoudsopgave Samenvatting Begrippenlijst en afkortingen 1. Inleiding 5 1.1. Aanleiding 5 1.2. Wettelijk kader 5 2. Resultaten 2012 8 2.1. Doelgroep 8 2.2. Presentatie van de gegevens 8 2.3. Aard van de biobrandstoffen 9 2.4. Herkomst van de grondstoffen voor de biobrandstoffen 11 2.5. Duurzaamheidssystemen voor gebruikte grondstoffen 13 Bijlage 1: Numerieke weergave van de verschillende figuren 14 Pagina 4 van 17

1. Inleiding 1.1. Aanleiding Het jaar 2012 is het tweede jaar waarin de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) de uitvoeringsorganisatie en toezichthouder is voor de wet- en regelgeving hernieuwbare energie vervoer 1 en brandstoffen luchtverontreiniging 2. De wet- en regelgeving hernieuwbare energie vervoer stelt dat een steeds groter percentage hernieuwbare energie moet worden ingezet in wegvoertuigen en mobiele machines. In 2012 bedroeg de jaarverplichting hernieuwbare energie 4,5% op jaarbasis. De wet- en regelgeving brandstoffen luchtverontreiniging is erop gericht dat de broeikasgasemissie in de gehele keten vanaf de productie van de brandstoffen tot en met de verbranding in de motor gereduceerd wordt. Voor het jaar 2012 bestaat er voor bedrijven geen emissiereductieverplichting, maar wel een rapportageplicht. Het jaar 2012 is ook het tweede jaar waarover bedrijven met een verplichting hernieuwbare energie vervoer en/of een verplichting brandstoffen luchtverontreiniging moesten rapporteren over hun (bio)brandstoffen. Deze gegevens zijn aan de NEa gerapporteerd met behulp van een door de NEa beschikbaar gesteld model voor de biobrandstoffenbalans. In opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft de NEa eerder dit jaar een rapportage opgesteld over de resultaten voor Nederland als geheel die zijn bereikt voor de wet- en regelgeving hernieuwbare energie vervoer en brandstoffen luchtverontreiniging. Deze rapportage, getiteld Naleving jaarverplichting 2012 hernieuwbare energie vervoer en verplichting brandstoffen luchtverontreiniging 3, is door de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu op 6 september 2013 aangeboden aan de Tweede Kamer. Daarnaast heeft de NEa de wettelijke verplichting om jaarlijks te rapporteren over de aard, herkomst en duurzaamheidsaspecten van de biobrandstoffen die fysiek zijn bijgemengd en in het voorgaande jaar op de Nederlandse vervoersmarkt zijn gebracht. Dit rapport is gebaseerd op de informatie uit de biobrandstoffenbalansen van zogenoemde accijnsgoederenplaatshouders (AGP-houders) die in 2012 biobrandstoffen fysiek hebben bijgemengd. Deze informatie is aangevuld met gegevens over de aard en herkomst van de biobrandstoffen, zoals later aangeleverd door de betrokken AGP-houders. 4 1.2. Wettelijk kader De NEa heeft volgens artikel 12.33, eerste lid, van de Wet milieubeheer (hierna: Wm) de verplichting om elk jaar een overzicht openbaar te maken. In dit overzicht zijn per onderneming de aard, herkomst en duurzaamheidsaspecten opgenomen voor bij ministeriële regeling aan te wijzen categorieën van ondernemingen als bedoel in artikel 12.31, tweede lid, Wm. Het betreft de brandstof uit hernieuwbare bronnen die de onderneming ten behoeve van vervoer aan een ander ter beschikking stelt en die in Nederland wordt gebruikt. 1 De regelgeving hernieuwbare energie vervoer komt voort uit de EG-richtlijn energie uit hernieuwbare bronnen (RED) (Richtlijn 2009/28/EG). 2 De regelgeving brandstoffen luchtverontreiniging komt voort uit de EG-richtlijn brandstofkwaliteit (FQD) (2009/30/EG). 3 Zie website NEa. 4 Volgens artikel 12.33, eerste lid, Wet Milieubeheer moet bij publicatie het bepaalde in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur in acht worden genomen. Hierbij vindt onder andere een controle door de bedrijven plaats op de te publiceren gegevens. Pagina 5 van 17

In de Regeling hernieuwbare energie vervoer artikel 21 zijn nadere regels gesteld aan het overzicht. Hierin zijn de geregistreerden die biobrandstoffen ten behoeve van wegvoertuigen en mobiele machines op de Nederlandse markt hebben gebracht, aangewezen als categoriën van ondernemingen. Het overzicht bestaat uit drie deeloverzichten waarin over het laatst verstreken kalenderjaar per geregistreerde van de hoeveelheid ten behoeve van wegvoertuigen en mobiele machines op de Nederlandse markt gebrachte biobrandstoffen wordt vermeld: a. de aard van de verschillende grondstoffen; b. de herkomst van de grondstoffen, en c. de gehanteerde duurzaamheidssystemen. Artikel 12.33 van de Wm en artikel 21 van de Regeling hernieuwbare energie vervoer vloeien voort uit het amendement Haverkamp. 5 In de toelichting daarvan staat: Dit amendement regelt transparantie op het niveau van de accijnsgoederenplaatshouders (AGP-houders) die fysiek de biobrandstoffen bijmengen. 6 De voorliggende rapportage is dan ook op deze doelgroep gericht. AGP-houders die biobrandstoffen fysiek bijmengen De AGP-houders in het kader van deze rapportage zijn houders van een vergunning voor een accijnsgoederenplaats, zoals bedoeld in artikel 1a van de Wet op de accijns, die benzine, diesel of biobrandstof vervaardigen, verwerken, opslaan of uitslaan tot verbruik onder betaling van accijns. De rapportage beperkt zich tot AGP-houders die biobrandstoffen fysiek bijmengen en gaat dus niet over AGP-houders die op administratieve wijze via biotickets (zie paragraaf 1.2.1 van Naleving jaarverplichting 2012 hernieuwbare energie vervoer en verplichting brandstoffen luchtverontreiniging ) aan hun verplichtingen in het kader van de regelgeving hernieuwbare energie voldoen. Duurzaamheid Bedrijven mogen biobrandstoffen alleen meetellen voor de naleving van hun jaarverplichting hernieuwbare energie vervoer, indien deze aantoonbaar voldoen aan de Europese duurzaamheidseisen. Zij moeten in de biobrandstoffenbalans rapporteren welk duurzaamheidssysteem is toegepast voor het aantonen van de duurzaamheid. Alleen duurzaamheidssystemen (meestal betreft het certificeringssystemen) die voor het aantonen van de duurzaamheid volgens de Europese criteria door de Europese Commissie zijn erkend of door de Nederlandse overheid zijn geaccepteerd, mogen worden toegepast. Zie paragraaf 1.2.3 van Naleving jaarverplichting 2012 hernieuwbare energie vervoer en verplichting brandstoffen luchtverontreiniging voor meer informatie over duurzaamheid binnen de regelgeving hernieuwbare energie. Reikwijdte Deze rapportage bevat informatie over de bijgemengde biobrandstoffen die in 2012 fysiek op de Nederlandse markt zijn gebracht. Dit is ongeacht of deze biobrandstoffen zijn ingezet voor naleving van de jaarverplichting hernieuwbare energie vervoer in 2012 of dat ze zullen worden ingezet voor naleving in 2013. Administratieve voorraden en biotickets uit 2011 zijn in dit rapport niet meegenomen (deze zijn verwerkt in de rapportage over 2011). Biobrandstoffen die de bedrijven in 2012 fysiek op voorraad houden, zijn in dit rapport ook niet meegenomen (deze zijn immers nog niet op de markt gebracht). Als deze in 2013 op de markt worden gebracht, zullen de duurzaamheidskarakteristieken van deze biobrandstoffen terugkomen in de rapportage over 2013. 5 Tweede kamer stuk 32357, nr. 11 van 21 januari 2011. 6 Vanaf 2013 zijn de aangewezen categorieën inrichtingen in de Regeling hernieuwbare energie vervoer als volgt beschreven: Als categorieën ondernemingen als bedoeld in artikel 12.33, eerste lid, van de Wet milieubeheer worden aangewezen de registratieplichtigen die biobrandstoffen fysiek bijmengen in benzine of diesel. Pagina 6 van 17

Elektriciteit en biogas worden niet meegenomen, omdat deze niet fysiek worden bijgemengd in benzine of diesel. Wob-procedure Publicatie van deze rapportage is verbonden met artikel 10 van de Wet openbaarheid bestuur (Wob). Hierbij dient de NEa een belangenafweging te maken tussen het belang van openbaarmaking en het betreffende bedrijfsbelang. Middels een ontwerpbesluit tot openbaarmaking wordt aan de betreffende AGP-houders de gelegenheid geboden om hun gegevens te controleren en worden zij gewezen op de mogelijkheid voor het geven van een zienswijze over het voornemen tot openbaarmaking van deze gegevens. Dit laatste mede in het licht van de informatie die reeds is gepubliceerd in de geaggregeerde rapportage Naleving jaarverplichting hernieuwbare energie vervoer en verplichting brandstoffen luchtverontreiniging. Vervolgens hebben de AGP-houders na toezending van het definitieve besluit tot publicatie 2 weken de tijd om bij de NEa bezwaar aan te tekenen tegen de publicatie en een verzoek om een voorlopige voorziening (opschorting besluit tot openbaarmaking) in te dienen bij de Bestuursrechter. Dit maakt dat de publicatie van de rapportage Aard, herkomst en duurzaamheidsaspecten van biobrandstoffen bestemd voor vervoer pas kan plaatsvinden nadat de Wob-procedure geheel is afgerond. Pagina 7 van 17

2. Resultaten 2012 2.1. Doelgroep In 2012 hebben 78 bedrijven een biobrandstoffenbalans ingediend in het kader van de regelgeving hernieuwbare energie vervoer. Van deze bedrijven hebben de volgende 12 AGP-houders biobrandstoffen gemengd met fossiele brandstoffen met als bestemming de Nederlandse markt: Allesco Olie B.V. (hierna: Allesco) BP Europa SE - BP Nederland B.V. (hierna: BP) Catom Distribution B.V. (hierna: Catom) Den Hartog B.V. (hierna: Den Hartog) Esso Nederland B.V. (hierna: Esso) Gulf Oil Nederland B.V. (hierna: Gulf) Kuwait Petroleum Nederland B.V. (hierna: Kuwait) North Sea Group Netherlands B.V. (hierna: NSG) Salland Olie Holding B.V. (hierna: Salland) Shell Nederland B.V. (hierna: Shell) Smeets & Geelen B.V. (hierna: Smeets & Geelen) TOTAL Nederland N.V. (hierna: TOTAL) De doelgroep voor 2012 komt grotendeels overeen met die voor 2011. Catom is nieuw in deze rapportage Aard, herkomst en duurzaamheidsaspecten van biobrandstoffen bestemd voor vervoer ; in 2011 heeft dit bedrijf geen biobrandstoffen bijgemengd. Argos Douane Service B.V. was opgenomen in de rapportage over 2011, maar komt nu niet terug, omdat dit bedrijf geen biobrandstoffen heeft bijgemengd in 2012. 2.2. Presentatie van de gegevens Zoals toegelicht in de regelgeving 7, wordt per AGP-houder een overzicht gegeven van de nationaal gezien zeven belangrijkste grondstoffen die zijn gebruikt voor de productie van de biobrandstoffen, de negen belangrijkste landen van herkomst van de grondstoffen en alle gehanteerde duurzaamheidssystemen. In de grafieken wordt per AGP-houder een onderverdeling in procenten gegeven van de verschillende grondstoffen, landen van herkomst en gehanteerde duurzaamheidssystemen. De totalen zijn voor alle AGP-houders op 100% gesteld en geven geen inzicht in de absolute bijdrage van een AGP-houder aan de markt. In bijlage 1 zijn de getallen weergegeven die de basis vormen van de figuren in dit hoofdstuk. Alle figuren in dit hoofdstuk zijn gebaseerd op de werkelijke energie-inhoud van de biobrandstoffen. Geavanceerde biobrandstoffen uit afval en residuen, die in het kader van de jaarverplichting hernieuwbare energie dubbeltellen (zie paragraaf 1.2.4 van Naleving jaarverplichting 2012 hernieuwbare energie vervoer en verplichting brandstoffen luchtverontreiniging ), worden in deze rapportage enkel meegeteld. 7 Staatscourant nr. 8235, 11 mei 2011, artikelsgewijze toelichting bij artikel 21. Pagina 8 van 17

2.3. Aard van de biobrandstoffen Figuur 1 toont de grondstoffen die zijn gebruikt voor de productie van de biobrandstoffen die in 2012 zijn bijgemengd door de twaalf AGP-houders, zoals vermeld in paragraaf 2.1. Figuur 1. Grondstoffen die zijn gebruikt voor de productie van de biobrandstoffen die fysiek zijn bijgemengd en geleverd aan de Nederlandse vervoersmarkt in 2012 * Er zijn voor 2012 in totaal twaalf verschillende grondstoffen gerapporteerd voor de productie van de biobrandstoffen. Voor de nationaal gezien zeven meest gebruikte grondstoffen geeft Figuur 1 de verdeling over de twaalf AGP-houders weer. De cijfers die aan deze figuur ten grondslag liggen, staan in tabel 1 in Bijlage 1. Grondstoffen waarvan slechts in kleine hoeveelheden gebruik is gemaakt, zijn door de NEa in de categorie Overige grondstoffen ondergebracht. Dit betreft de grondstoffen dierlijk vet (rund-, schapen- en geitenvet), glycerine, oliepalm, suikerriet en tarwestro die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor een omvang van 5,4%. * Dierlijk vet = Dierlijk vet (overige) zoals gehanteerd in Naleving jaarverplichting 2012 hernieuwbare energie vervoer en verplichting brandstoffen luchtverontreiniging. Pagina 9 van 17

In de biobrandstoffenbalans 2012 is voor de aard van de grondstoffen die zijn gebruikt voor de productie van de biobrandstoffen de categorie Overig opgenomen. Bedrijven hebben van deze categorie gebruik gemaakt voor 1,7% van de totale omvang van de gebruikte grondstoffen. De NEa zal in het kader van het NEa-toezicht aandacht besteden aan deze categorie Overig in de biobrandstoffenbalansen. Pagina 10 van 17

2.4. Herkomst van de grondstoffen voor de biobrandstoffen Figuur 2 toont per AGP-houder de landen waaruit de grondstoffen voor de biobrandstoffen die in 2012 zijn bijgemengd afkomstig zijn. Figuur 2. Land van herkomst van de grondstoffen voor de biobrandstoffen die fysiek zijn bijgemengd en geleverd aan de Nederlandse vervoersmarkt in 2012 In 2012 zijn in totaal 35 landen gerapporteerd waaruit de grondstoffen voor de biobrandstoffen afkomstig zijn. Voor de nationaal gezien negen belangrijkste landen (qua herkomst) geeft Figuur 2 de verdeling over de twaalf AGP-houders weer. De cijfers die aan deze figuur ten grondslag liggen, staan in tabel 2 in Bijlage 1. Onder het kopje Overige landen heeft de NEa de landen verzameld waaruit Pagina 11 van 17

slechts zeer kleine hoeveelheden grondstoffen afkomstig zijn. Dit betreft 26 landen, 8 die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor een omvang van 8,6%. Bedrijven hebben voor 0,2% van de grondstoffen de herkomst niet per land vermeld, maar op een hoger niveau. De NEa heeft deze als onbekend aangemerkt en zal hier in het kader van het NEatoezicht aandacht aan besteden. 8 Argentinië, Brazilië, Canada, Ierland, India, Indonesië, Israël, Italië, Japan, Letland, Litouwen, Mexico, Oekraïne, Oostenrijk, Peru, Polen, Portugal, Servië, Slovenië, Slowakije, Thailand, Trinidad&Tobago, Tsjechië, Turkije, Wit-Rusland en Zwitserland. Pagina 12 van 17

2.5. Duurzaamheidssystemen voor gebruikte grondstoffen Figuur 3 toont per AGP-houder de duurzaamheidssystemen die zijn toegepast voor het aantonen van de duurzaamheid van de biobrandstoffen die in 2012 zijn bijgemengd. Figuur 3. Duurzaamheidssystemen die zijn toegepast voor de biobrandstoffen die fysiek zijn bijgemengd en geleverd aan de Nederlandse vervoersmarkt in 2012 Er zijn in 2012 in totaal zeven duurzaamheidssystemen gerapporteerd die zijn toegepast voor het aantonen van de duurzaamheid van de biobrandstoffen. Figuur 3 geeft de verdeling van de toepgepaste duurzaamheidssystemen over de twaalf AGP-houders weer. De cijfers die aan deze figuur ten grondslag liggen, staan in tabel 3 in Bijlage 1. Pagina 13 van 17

Bijlage 1: Numerieke weergave van de verschillende figuren In deze bijlage staan de getallen die de basis vormen van de figuren in hoofdstuk 2. Grondstoffen die zijn gebruikt voor de productie van dubbeltellende biobrandstoffen zijn op basis van de daadwerkelijke energiewaarde (enkeltellend) opgenomen in de tabel 1. Tabel 1: Grondstoffen die zijn gebruikt voor de productie van biobrandstoffen die fysiek zijn bijgemengd en geleverd aan de Nederlandse vervoersmarkt in 2012, zoals gerapporteerd door de bedrijven (zie Figuur 1) Allesco BP Catom Den Hartog Esso Gulf Dierlijk vet * - 30,7% - - - 11,2% Koolzaad/raapzaad - - - - 25,8% 0,1% Mais - 41,9% - 100% - 36,0% Suikerbiet - 3,2% - - - 8,0% Talg - 6,5% - - - - Tarwe - 3,1% - - - 16,8% UCO / gebruikt frituurvet - 2,5% 100% - 74,0% 27,9% Overige Grondstoffen** - 12,1% - - 0,2% - Overig 100% - - - - - Eindtotaal 100% 100% 100% 100% 100% 100% Vervolg Tabel 1 Kuwait NSG Salland Shell Smeets & Geelen TOTAL Dierlijk vet * - - - - - - Koolzaad/raapzaad 39,1% 0,1% - 0,7% - - Mais 15,9% 17,7% 27,1% 29,6% 50,4% 45,0% Suikerbiet - 2,4% - 2,7% - - Talg - 32,3% - 54,3% - - Tarwe - 5,7% 2,4% 8,7% - 8,1% UCO / gebruikt frituurvet 10,8% 34,5% 59,4% - - - Overige Grondstoffen** 34,2% 2,6% 5,5% 4,0% 49,6% 46,9% Overig - 4,7% 5,6% - - - Eindtotaal 100% 100% 100% 100% 100% 100% * Dierlijk vet = Dierlijk vet (overige) zoals gehanteerd in Naleving jaarverplichting 2012 hernieuwbare energie vervoer en verplichting brandstoffen luchtverontreiniging. ** Grondstoffen, die niet behoren tot de nationaal gezien zeven meest gebruikte grondstoffen, zijn door de NEa in de categorie Overige grondstoffen ondergebracht. Pagina 14 van 17

Tabel 2: Land van herkomst van de grondstoffen voor de biobrandstoffen die fysiek zijn bijgemengd en geleverd aan de Nederlandse vervoersmarkt in 2012, zoals gerapporteerd door de bedrijven (zie Figuur 2) Allesco BP Catom Den Hartog Esso Gulf België - 1,1% - - - 18,6% Duitsland - 8,9% - - 16,8% 6,8% Frankrijk - 14,4% - - 12,3% 5,9% Hongarije - 4,5% - 24,4% - 5,7% Nederland 100% 5,2% 100% - 13,9% 11,9% Roemenië - - - - - 16,4% Spanje - 14,4% - - 28,9% 12,0% Verenigd 11,5% Koninkrijk - 11,4% - - - Verenigde Staten - 37,7% - 75,6% 28,1% 4,3% Overige landen* - 2,4% - - - 4,5% Onbekend - - - - - 2,4% Eindtotaal 100% 100% 100% 100,0% 100% 100% Vervolg Tabel 2 Kuwait NSG Salland Shell Smeets & Geelen TOTAL België - 0,9% - 0,1% - - Duitsland 43,5% 12,8% 2,5% 31,9% - - Frankrijk 8,7% 14,3% 13,5% 5,7% 50,4% 62,5% Hongarije - 5,5% 11,1% - - 29,4% Nederland 15,4% 25,8% 60,1% - - - Roemenië 1,3% 0,9% 1,3% - - - Spanje - 7,6% - 9,0% - - Verenigd - 2,4% 2,4% 18,9% - 8,1% Koninkrijk Verenigde Staten 8,3% 14,6% 4,8% 28,1% - - Overige landen* 22,8% 15,2% 4,3% 6,3% 49,6% - Onbekend - - - - - - Eindtotaal 100% 100% 100% 100,0% 100% 100% * Landen, die niet behoren tot de nationaal gezien negen belangrijkste landen (qua herkomst), zijn door de NEa in de categorie Overige landen ondergebracht. Pagina 15 van 17

Tabel 3: Duurzaamheidssystemen die zijn toegepast voor de biobrandstoffen die fysiek zijn bijgemengd en geleverd aan de Nederlandse vervoersmarkt in 2012, zoals gerapporteerd door de bedrijven (zie Figuur 3) Allesco BP Catom Den Hartog Esso Gulf 2BSvs - - - - 25,5% - Bonsucro - - - - - - DCB - - - - 67,9% 39,1% ISCC - 100% 100% 100% 6,6% 36,6% RBSA - - - - - 2,1% RED Cert - - - - - 22,2% RSB EU RED 100% - - - - - Eindtotaal 100% 100% 100% 100% 100% 100% Vervolg Tabel 3 Kuwait NSG Salland Shell Smeets & Geelen TOTAL 2BSvs - - - - - - Bonsucro - 1,3% - - - - DCB 4,9% 31,9% 49,9% - - - ISCC 95,1% 66,8% 50,1% 100% 100% 100% RBSA - - - - - - RED Cert - - - - - - RSB EU RED - - - - - - Eindtotaal 100% 100% 100% 100% 100% 100% Pagina 16 van 17

Pagina 17 van 17