Bouwwerven op de oppervlaktebergingssite 1
Inhoud De werven op de oppervlaktebergingssite... 3 De aannemers betrokken bij de nieuwe werven... 6 THV VSGS... 6 DEC nv... 6 Cordeel nv... 6 Kostprijs van de werken... 7 Lokale tewerkstelling... 7 Maatregelen tegen verkeershinder... 8 Boscompensatie... 9 De stand van zaken van de nucleaire vergunning... 9 Wie is wie?... 10 NIRAS... 10 De partnerschappen STORA en MONA... 10 Als u meer informatie wenst, gelieve dan contact op te nemen met: Evelyn Hooft Gravenstraat 75 2480 Dessel, België Tel.: + 32 2 212 10 80 Fax: + 32 2 212 10 40 Gsm: + 32 475 60 25 04 Mail: e.hooft@nirond.be 2
De werven op de oppervlaktebergingssite Binnenkort zal er heel wat bedrijvigheid zijn op en rond de oppervlaktebergingssite in Dessel. Nadat NIRAS in maart al begon met de bouw van de Installatie voor de Productie van Monolieten (IPM), starten we dit najaar ook de werken voor de caissonfabriek en de toegangscluster op. Ook het terrein waar later de bergingsmodules komen, zal NIRAS alvast bouwklaar maken. Waarom een bergingsinstallatie? De bergingssite wordt gebouwd in het zuidwesten van de gemeente Dessel, op een terrein van NIRAS dat grenst aan de gemeente Mol. De site zal onderdak bieden aan een oppervlaktebergingsinstallatie voor het Belgische laag- en middelactieve kortlevende afval (categorie A-afval). Momenteel staat dat afval opgeslagen in opslaggebouwen bij Belgoprocess, de industriële dochteronderneming van NIRAS in Dessel. Die opslag is veilig, maar biedt geen definitieve oplossing. De opslaggebouwen geraken op termijn vol, vragen onderhoud en hebben een beperkte levensduur. Om volgende generaties minimaal te belasten met de zorg voor het radioactieve afval, kiest België ervoor om het afval definitief te bergen. Een bovengrondse bergingsinstallatie vormt een geschikte eindbestemming voor het categorie A-afval. In zo n installatie zonderen opeenvolgende barrières het afval voorgoed af en sluiten de radioactieve stoffen in. Rond het oppervlaktebergingsproject ontstond een uniek model van co-design. NIRAS en de lokale partnerschappen STORA (Dessel) en MONA (Mol) tekenden samen een totaalproject uit. Het combineert een technische oplossing voor het radioactieve afval met een breed maatschappelijk project dat de welvaart en het welzijn in de regio ten goede komt. De vrijwilligers van STORA en MONA zaten mee aan de ontwerptafel bij het uittekenen van het bergingsconcept, en ook alle maatschappelijke projecten worden in nauwe samenwerking gerealiseerd. Film: https://bit.ly/2yxf4zx Situering van de site De bergingsinstallatie wordt gebouwd in het Kempense Dessel, op een site van NIRAS langs het kanaal Bocholt-Herentals. De bergingssite sluit aan bij de site van Belgoprocess, waar vandaag het radioactieve afval wordt verwerkt en opgeslagen. Hierdoor blijft het transport van radioactief afval tot een minimum beperkt. Onderdelen van de site De oppervlakteberging bestaat uit verschillende onderdelen, die in de komende jaren stuk voor stuk gerealiseerd zullen worden: 1. Caissonfabriek De caissonfabriek zal betonnen kisten produceren waarin het radioactieve afval wordt verpakt. Dat de fabriek zich op de site zelf bevindt, heeft meerdere voordelen. Het vereenvoudigt de kwaliteitscontrole op de caissons en verzekert een constante bevoorrading. Daarnaast zorgt de plaatselijke productie voor lokale tewerkstelling en minder wegtransport. 3
NIRAS gunde de bouw van de caissonfabriek aan een tijdelijke handelsvennootschap (THV) tussen de ondernemingen Vanhout nv, Stadsbader nv, Grimbergen Industrial Systems en Smet-Tunnelling nv. Het startschot voor de werken wordt dit jaar nog gegeven. Tegen begin 2021 moet de werf afgerond zijn. 2. Installatie voor de Productie van Monolieten (IPM) In de IPM wordt het afval in de caissons geplaatst en ingekapseld in mortel. Zo ontstaat een monoliet. Na een uitvoerige controle worden de monolieten per spoor naar de bergingsmodules gevoerd. Belgoprocess, dat jaren ervaring heeft met het verwerken van radioactief afval, zal de IPM exploiteren. De werf van de IPM draait al sinds maart op volle toeren. Na het betonneren van de vloerplaat, zijn intussen de eerste wanden van het gebouw zichtbaar. Als alles volgens planning verloopt, zijn de werkzaamheden begin 2021 afgerond. 3. Bergingsmodules De bergingsmodules vormen het hart van de oppervlaktebergingssite. Het zijn de betonnen bunkers waarin de monolieten met afval gestapeld zullen worden. De bergingsmodules worden verdeeld over twee zones een van twintig en een van veertien modules. Zodra NIRAS de nucleaire vergunning heeft gekregen (zie hieronder), start ze met de bouw van de eerste twintig modules. In afwachting van de vergunning wordt dit najaar alvast het voorziene terrein klaargemaakt. DEME Environmental Contractors (DEC) zal er bomen rooien, grondwerken uitvoeren en nutsvoorzieningen aanleggen. Midden 2019 zal de aannemer de werkzaamheden opleveren. De bomen die verdwijnen zal NIRAS op een andere plaats compenseren (zie verder). Rond het terrein, zo n 14 hectare groot, wordt ook een omheining opgetrokken. 4. Toegangscluster De toegangscluster zal bestaan uit een administratief gebouw en twee technische gebouwen. In het administratieve gebouw komen de kantoren en de controlekamer van de bergingsinstallatie. De technische gebouwen zullen onder andere een werkplaats, technische installaties en een opslagruimte voor materiaal bevatten. De bouw van de toegangscluster werd toegewezen aan bouwbedrijf Cordeel nv. Volgens de huidige planning zal de aannemer de drie gebouwen begin 2020 opleveren. 5. Tabloo Naast de bergingssite bouwt NIRAS een bezoekerscentrum. Tabloo wordt een belevenis voor jong en oud rond radioactiviteit en radioactief afval. Naast een boeiende expo zal het centrum ook diverse faciliteiten huisvesten, zoals een auditorium, polyvalente ruimtes en een horecagelegenheid. Het landschapspark dat rond Tabloo wordt aangelegd, moet het bezoekerscentrum helpen uitgroeien tot een toeristische trekpleister. 4
Wie de werken op de oppervlaktebergingssite op de voet wil volgen, kan terecht op onze bouwblog: www.niras.be/bouwblog 5
De aannemers betrokken bij de nieuwe werven Bij de bouw van de verschillende installaties en gebouwen zijn meerdere aannemers betrokken. Eind september kende NIRAS de opdrachten toe voor de bouw van de caissonfabriek en de toegangscluster, en voor de voorbereiding van het terrein waar de bergingsmodules komen. De toekenning van dergelijke werkzaamheden verloopt via overheidsopdrachten. Caissonfabriek: THV VSGS De bouw van de caissonfabriek werd gegund aan de tijdelijke handelsvennootschap tussen de aannemers Vanhout nv, Stadsbader nv, Grimbergen Industrial Systems en Smet-Tunnelling nv. Vanhout nv Bouwbedrijf Vanhout nv uit Geel maakt deel uit van de BESIX Group, de grootste Belgische bouwgroep met wereldwijd meer dan 15.000 medewerkers. Vanhout is actief in een brede waaier van bouwactiviteiten: zorgprojecten, kantoorgebouwen, residentiële projecten, zwembaden en industriële productie-eenheden. Stadsbader nv Sinds de oprichting in 1946 is Stadsbader uitgegroeid van een lokale aannemer tot een multidisciplinair bouwbedrijf in België en Frankrijk. Het bedrijf telt zo n 1.000 medewerkers. Of het nu gaat om openbare en private infrastructuurwerken, bodemsaneringen, industriële en commerciële bouwprojecten, burgerlijke bouwkunde, elektromechanica, prefab-beton en sportinfrastructuur, Stadsbader stelt steeds alles in het werk om een op maat gemaakte oplossing te bieden met de klant als centraal uitgangspunt. Grimbergen Industrial Systems De Nederlandse machinebouwer Grimbergen (familiebedrijf, opgericht in 1945) is een speler op internationaal vlak inzake industriële systemen en heeft jarenlang ervaring met prefabbetontoepassingen. Smet-Tunnelling nv Smet-Tunnelling nv uit Dessel maakt deel uit van de Smet Group, een familiebedrijf met meer dan een eeuw ervaring in ondergrondse technieken. De groep telt 500 medewerkers. Smet Group is onder andere expert in koude-warmteopslag (KWO) en boorgat-energieopslag (BEO). Sitevoorbereidingen: DEC nv DEME Environmental Contractors (DEC), een onderdeel van het Belgische baggerbedrijf DEME Group, zal het terrein van de bergingsmodules voorbereiden. Gespecialiseerd in milieuprojecten, heeft DEC nv onder meer ervaring met bodemsanering en het herontwikkelen van brownfieldterreinen. Het bedrijf is hierdoor ook inzetbaar voor andere grootschalige terreinwerken. In het verleden zette het bedrijf bijvoorbeeld al zijn schouders onder de herwaardering van de site Spoor Noord in Antwerpen. Toegangscluster: Cordeel nv De bouw van de toegangscluster werd gegund aan bouwbedrijf Cordeel nv. De vestiging in Hoeselt zal de bouw uitvoeren. Cordeel nv maakt deel uit van de Groep Cordeel, die zo n 1.800 medewerkers telt. Cordeel legt zich toe op uiteenlopende bouwprojecten, van industriebouw tot het optrekken van kantoren, ziekenhuizen en appartementen. Opvallende realisaties zijn het Museum aan de Stroom 6
(MAS) in Antwerpen, dat Cordeel bouwde in samenwerking met twee andere bedrijven en de bouw van het Europese distributiecentrum voor Hyundai in Tessenderlo. Tabloo Gebouw en landschapspark: Groep Van Roey Groep Van Roey is al meer dan 275 jaar een vaste waarde in de Kempen. Het familiebedrijf groeide uit van een bescheiden timmermanszaak tot een belangrijke speler in de Belgische bouwsector. Eerdere projecten van Groep Van Roey zijn onder andere het bierbelevingscentrum De Koninck in Antwerpen, de gerenoveerde mijnsite be-mine in Beringen, bibliotheek en kunstenacademie Utopia in Aalst, kunstenacademie Turnova in Turnhout, indoor pretpark Comics Station Antwerp en kunstenontmoetingscentrum Frans Masereel (in uitvoering). Expo: Bruns Bruns nv is wereldwijd een van de belangrijkste ontwikkelaars en producenten van tentoonstellingen. Opvallende realisaties van de Nederlanders zijn onder andere het diamantmuseum DIVA en het Red Star Line Museum in Antwerpen, het belevingscentrum van technologiebedrijf Barco in Kortrijk en het In Flanders Fields Museum in Ieper. Bruns werkt samen met het Belgische multimediabedrijf CREATE. Die laatste zal als onderaannemer zorgen voor de multimedia, videotoepassingen, animatietechnieken en de audioguide van de expo. Kostprijs van de werken De aanleg van de site, de bouw van de caissonfabriek, de toegangscluster, de Installatie voor de Productie van Monolieten (IPM) en Tabloo zijn samen goed voor een totaalinvestering van 87 miljoen euro. Aandacht voor duurzaamheid Bij de bouw van haar installaties besteedt NIRAS de nodige aandacht aan duurzaamheid. Zo zal het administratieve gebouw voorzien zijn van hoogrendementsglas, natuurlijke ventilatie en zuinige verlichting. Verwarmen en koelen gebeurt via warmtepompen, wat resulteert in een lager energieverbruik. Verder zal de gevel rond de ramen bekleed zijn met duurzaam hout. Bij de caissonfabriek worden enkele diepe boorgaten gemaakt om via boorgat-energieopslag (BEO) te verwarmen in de winter en te koelen in de zomer. En uiteraard laten we regenwater niet zomaar verloren gaan. Lokale tewerkstelling Goed voor de streek 7
De realisatie van dit grote project komt de tewerkstelling in de regio ten goede. Enkele aannemers uit de Kempense regio zullen meewerken aan het project en ook lokale leveranciers zullen hun steentje bijdragen. De komende jaren worden meer dan 200 voltijds equivalenten (VTE s) rechtstreeks tewerkgesteld in de verschillende bouwprojecten. De tabel hieronder geeft een inschatting van het aantal VTE s per bouwproject en de duur van hun tewerkstelling. Bouwproject Aantal VTE s Duur tewerkstelling Installatie voor de Productie van Monolieten (IPM) 60 3 jaar Toegangscluster 20 1,5 jaar Caissonfabriek 40 2 jaar Bergingsmodules 100 5 jaar Bezoekerscentrum Tabloo 35 2 jaar Tijdens de exploitatiefase zal het project ongeveer 60 banen opleveren. NIRAS besteedt verder ook aandacht aan duurzame werkvoorwaarden en maatschappelijk verantwoord ondernemen. Ze vraagt aannemers om zoveel mogelijk langdurig werkzoekenden in te schakelen. Bedrijven moeten in hun offerte ook hun maatschappelijk verantwoorde werking beschrijven. Maatregelen tegen verkeershinder Tijdens de bouw van de bergingssite zullen heel wat grondstoffen en materialen aan- en afgevoerd moeten worden. Door in te zetten op binnenvaart en werfverkeer te weren uit de dorpskernen van Dessel en Mol wil NIRAS de lokale verkeershinder zo beperkt mogelijk houden. Binnenvaart stimuleren Om de impact op het plaatselijke wegverkeer te beperken liet NIRAS een loskade aanleggen aan het kanaal Bocholt-Herentals. Een ontsluitingsweg verbindt de kade met de werven op de site. Aannemers worden gestimuleerd om gebruik te maken van de kade en zoveel mogelijk materialen per schip aan en af te voeren. Op die manier voorkomt NIRAS duizenden vrachtwagentransporten. Geen vrachtwagens in de dorpskernen 8
NIRAS legt de aannemers een verbod op om materialen en grondstoffen aan en af te voeren via de dorpskernen van Dessel en Mol. Om hinder te vermijden is werfverkeer met vrachtwagens er niet toegelaten. Boscompensatie NIRAS gaat het dennenbos, dat op de bergingssite moet verdwijnen, compenseren. Dat zal gebeuren op verschillende terreinen aan het natuurgebied Den Diel. De percelen, die eigendom zijn van de gemeente Dessel, maken deel uit van het Natura 2000-netwerk. Het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) ontwikkelde een visie op de ontwikkeling van deze speciale beschermingszones. Op deze terreinen moeten op termijn onder meer elzenbossen, eiken-berkenbossen en wilgenstruweel ontstaan. Het grootste deel van de boscompensatie zal gebeuren via spontane herbebossing, en dus niet door het aanplanten van bomen. Spontane herbebossing is een traag proces, maar biedt volgens ANB de beste garantie op robuuste, waardevolle natuur. De bodem moet eerst meerdere jaren verarmd worden om de effecten van jarenlange landbouw te verminderen. Zo worden de juiste omstandigheden gecreëerd voor de spontane ontwikkeling van waardevolle natuur. Omdat het proces zo lang duurt, zal NIRAS ook een stuk bos aanplanten. Wat is Natura 2000? De Natura 2000-gebieden vormen een netwerk van beschermde natuurgebieden over heel Europa. Ze vloeien voort uit twee Europese richtlijnen: de Vogel- en de Habitatrichtlijn. Die richtlijnen verplichten de lidstaten om speciale beschermingszones af te bakenen waar vogels kunnen broeden of uitrusten na een lange tocht, en waar wilde fauna en flora kunnen opleven. Met het Natura 2000-netwerk wil de EU zeldzame dieren en planten beter beschermen. De stand van zaken van de nucleaire vergunning Voor de bouw en exploitatie van de oppervlaktebergingsinstallatie heeft NIRAS een nucleaire vergunning nodig. De aanvraag voor die vergunning is nog in behandeling. NIRAS heeft in deze aanvraagprocedure vorig jaar wel een grote stap gezet. Het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) heeft namelijk schriftelijk bevestigd dat al zijn vragen over het vergunningsdossier die in deze fase behandeld moesten worden, beantwoord zijn. NIRAS is nu het dossier aan het herwerken en zal het opnieuw indienen bij het FANC. Volgens de huidige planning verwacht NIRAS de vergunning in 2020. 9
Wie is wie? NIRAS NIRAS, de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen, is sinds 1980 verantwoordelijk voor het beheer van het radioactieve afval in België. Met de oprichting van NIRAS wilde de Belgische overheid de bevolking en het milieu doeltreffend beschermen tegen de mogelijke gevaren van radioactief afval. NIRAS voert haar opdracht uit volgens een duurzame aanpak die steunt op vier pijlers. Elke oplossing moet tegelijk veilig, technisch-wetenschappelijk onderbouwd, financieel verantwoord en maatschappelijk en ethisch aanvaardbaar zijn. Veiligheid is de absolute topprioriteit doorheen de hele keten van het afvalbeheer. NIRAS doet aan wetenschappelijk onderzoek om haar activiteiten met de meest recente inzichten te kunnen onderbouwen. Ook wat de financiering van het afvalbeheer betreft, speelt NIRAS een cruciale rol: ze waakt erover dat er voldoende middelen vrijgemaakt worden om de radioactieve afvalstoffen te beheren, zowel vandaag als in de toekomst. Verder investeert NIRAS sterk in een breed maatschappelijk draagvlak voor haar projecten. Meer info: www.niras.be De partnerschappen STORA en MONA De bevolking van Dessel en Mol speelt van bij het begin een hoofdrol in de zoektocht naar een langetermijnoplossing voor het laag- en middelactieve kortlevende afval in België. De partnerschappen STORA (Dessel) en MONA (Mol) vertegenwoordigen de lokale inwoners in het bergingsverhaal. Vrijwilligers uit het maatschappelijke, economische en politieke veld zaten sinds de start mee aan de ontwerptafel en geven mee uitvoering aan de verschillende projectonderdelen. STORA De vzw STORA (STudie- en Overleggroep Radioactief Afval in Dessel) is de opvolger van de vzw STOLA-Dessel. Die laatste werd in 1999 opgericht om te onderzoeken of een bergingsinstallatie voor laag- en middelactief kortlevend afval haalbaar zou zijn in Dessel, en onder welke voorwaarden. Het voorontwerp dat daaruit voortvloeide werd in juni 2006 door de federale regering gekozen als langetermijnoplossing voor dat type afval. Sindsdien volgt STORA de uitwerking van het bergingsproject van dichtbij op. Ze blijft erover waken dat de voorwaarden die de inwoners van Dessel gesteld hebben, uitgevoerd worden. STORA informeert de Desselaars ook over alle nucleaire zaken in hun gemeente. Meer info: www.stora.org MONA MONA vzw (Mols Overleg Nucleair Afval) werd in 2000 opgericht als partnerschap tussen de gemeente Mol en NIRAS. Ook MONA onderzocht of het bergen van laag- en middelactief kortlevend 10
afval haalbaar zou zijn op het grondgebied van Mol, en welke voorwaarden de Mollenaars daartegenover zouden stellen. Hoewel de federale regering koos voor het Desselse project, bleef MONA nauw betrokken bij de verdere uitwerking en werden ook haar voorwaarden meegenomen. Vandaag volgt MONA op of er rekening wordt gehouden met die voorwaarden bij de realisatie van de oppervlaktebergingsinstallatie. De vzw staat daarnaast in voor het informeren van de Mollenaars over alle nucleaire activiteiten in hun gemeente. Meer info: www.monavzw.be 11