HET HAZEGRAS DE VERLOREN RIJKDOM VAN EEN WIJK. EEN GREEP UIT DE GESCHIEDENIS



Vergelijkbare documenten
en nog andere straten moest nog worden aangelegd.

Gent 25c. Goudstr Beersteeg Oudevest, Katelijnenstr Minnemeers Kongobrug Reke Blekersdijk Nieuwland Godshuishammeken Huidevetterken Ham

D10 De omgeving Vlaamse kaai Keizersvest, poort

Koningsstraat 20. Brussel

Clémentinalaan Oostendestr Parkln Oude Fortlaan Burggravenlaan Astridlaan

Gent 24b. De Predikherenlei anno 1820 door de Hollandse soldaat Wynantz. Onderbergen. Het pand van de Dominicanen. Predikherenlei

Kaart van 1755 van de Keizersen. Lievenspoort. St lievenspoort. Brusselsepoort. Oud Scheldeken. Heuvelpoort. St Pietersdorp.

residentie ermeke constant

Gent 14a. St Lievenspoortstr

Gent A19. Vervolg van de Kouter en-dreef en de Universiteitsstraat

Het Spaans Kasteel en Dampoortstation Dendermondse Spitaalpoort

Veldwerk Haarlem Aardrijkskunde. Naam:.

Gent 11a. Veerleplein Rekelingestraat Gewad Onthoofdingbrug

Gent 6a. Groene Vallei Nieuwe wandeling Leiearm Overzet Malem Krijgsgasthuisstr Wintertuinstr brouwerij Aigle- Belgica.

MINISTERIEEL BESLUIT HOUDENDE BESCHERMING ALS MONUMENT, ST ADS- OF DORPSGEZICHT

Vogelmarkt Koepoort Korte Dagsteeg, St Jansvest, Kleine Vleeshuisstraat Gent 20c

Werkstuk Dordtologie november 2014

Het Snijdersplein. Voorwoord

Werkgroep Bouwhistorie Zutphen. Informatiekaart St. Janskerk. St. Janskerk

D5 Het begijnhof tot het eind van de Lange Violettestraat en en het Oud Scheldeken

Gent 14c. De omgeving Vlaamse kaai Keizersvest, poort. Stadsvesten van aan het Spaans kasteel tot de Schelde aan de Keizerspoort

Naam: De Romeinen. Vraag 1. De Romeinen hebben veel gebouwd. Noem vijf verschillende toepassingen. pagina 1 van 6

Burgstraat, Prinsenhof. Gent 8

GROOT-BRITTANNIË en zeeklimaat

De tijd die ik nooit meer

D27. Vlaanderen straat, en plein lippensplein Fr.Orbanln Fr.Rooseveltln St lievensdoorgang. De stadsvesten van de Keizerspoort tot aan Terplaten

Glossarium (deel 1) bij de "Geschiedkundige kalender van de haven van Oostende (deel /1945). *

D27. Vlaanderen straat, en plein lippensplein Fr.Orbanln St lievensdoorgang. De stadsvesten van de Keizerspoort tot aan Terplaten.

Slachthuis, fly-over en verder zwaaikom en errond D16

ANTONY-FOTO'S UIT HET MUSEUM VOOR SCHONE KUNSTEN OVERGEDRAGEN AAN HET STADSARCHIEF OOSTENDE

23 oktober 2011 Daguitstap regio Oudenaarde

Bron: De Oosterhoutse tijdmachine

Canonvensters Michiel de Ruyter

Rapportage vondstmelding Oostende, Wellingtonrenbaan

Limburg tussen staf en troon 1000 jaar graafschap Loon. les 1: Wie waren de graven van Loon

Cataloniëenstraat St Niklaasstraat, Bennesteeg. Gent 22a. afgebroken. De verdwenen Kromsteeg

VAN KREEKMONDING TOT VERKEERSCENTRUM

Koning Leopold II en Brugge. Jan D hondt Studiedag Brugge, the place to be 5 december 2015

Gent 6,3 omgeving de van de Brugse Vaart tot Van Beverenplein. Spijtig genoeg beschik ik bijna niks over deze jonge wijk.

Een nieuw boek van Ter Palen!

Samenvatting geschiedenistoets hoofdstuk 6: Een tijd van revoluties

L ang geleden zag de Achterhoek er. De geschiedenis van Doetinchem, Wehl en Gaanderen

Stadswandeling. Kruispoort

Kaart Malfeson van E5. S. Salvatorstr H.Kerstkerk Sleepstraat Sluizeken Oudburg Zuivelbrug Vrijdagmarkt Kraanlei

Rijkdom. in Broek in Waterland. Versie 3 d.d

Maar je kunt Frankrijk ook ontdekken per boot via de rivieren en kanalen. Wij doen dat al een paar jaar met onze boot, de Cadans III.

Vogelmarkt. A21 Koestraat Korte Dagsteeg, St Jans-vest, Kleine Vleeshuisstraat

Frans Peetermans. Café in, café uit. Een uitgave van de Heemkundige Kring van Gooik

omleidingskanaal van de Lieve E13

Rondrit naar Groede km

Op bouwen staat geen leeftijd.

DIJKHUIS ZWAAGDIJK-OOST

B1 Hoofddorp pagina 1

2. Wat er voor de mijngebouwen in de plaats is gekomen, bestaat uit groenvoorziening, woonwijken en zakelijk beton. Er is tijdens de grootscheepse

Foto Adres Gebouw Datum Opmerkingen Hoeve Schelfhout datum onbekend

Inhoud. Het leven van Escher. Weiland wordt vogel. Kringloop metamorfose. De wereld op z n kop.

Het. riet- en gevestigd. Wilgenhorst. kopen. Sliebewust. zijn van drie. was

Korenmarkt deel 1. Vanaf de huizen naast het oude A 9. postgebouw tot Klein Turkye inclusief de Korte Munt

Dag van het Kasteel 2012

A11, Graslei. Grasbrug zit bij Koornlei b15

Bezoek aan het Kasteel d'ursel in Hingene, de tentoonstelling "Winters in Brussel" en het kasteel Cortewalle in Beveren op 28 augustus 2018.

DE PLATE TIJDSCHRIFT VAN DE OOSTENDSE HEEMKRING "DE PLATE"

100 jaar geleden. t Is Oorlog! Een lesmap voor het vierde, vijfde en zesde leerjaar, door juffrouw Anita en de papa van Anna.

Enkele opmerkingen naar aanleiding van een bijschrift over kasteel Crayenstein.

E 26. Ook hier was Belgie toonaangevend en ook in Gent bouwde men locomotieven en ander spoorweg materiaal

Deel 4 D1 Brabantdam

STEENDOK ANTWERPEN ZUID

DE METAMORFOSE VAN DE HAVEN VAN OOSTENDE (deel 2)

Zuidwillemsvaart. Paul van Donk en Teun Geenen

Cultuurhistorische verkenning Zandwijksingel Woerden. Datum 2 mei 2011

Arras. De Champs-Élysées

Kleine Vismarkt en gebied tssn kleine Vismarkt en vleeshuis tot de Grasleibrug, de Kraanlei E3

Brugge, Sint-Salvatorskathedraal

Bouwhistorisch onderzoek

Deel 4 D1 Brabantdam

Dagboek Sebastiaan Matte

Eindexamen geschiedenis havo I

Inleiding. Monumenten, symbolen en iconen Kindermonumentendag in Midden-Delfland Symbolen in deze tijd

België. Jopie Euwe-Beaufort (links)

Koornlei 1 ste deel B14

Het Elisabeth begijnhof Begijnengracht. Gent 8c

DE MIDDELEEUWEN. Gemaakt Door: Amy van der Linden Leonardo Middenbouw groep 6

Gent 19b. Kasteelln, Forelstr, en omgeving vanaf de Kemelbrug van de Leie tot de Koepoortkaai. Kasteellaan

Eindexamen geschiedenis vwo II

Inhoudsopgave Inhoudsopgave Geschiedenis Interieur Copy...5

GRONDJEKROEPEN IN NERO

Verhaal: Jozef en Maria

germaans volk), een sterke Franse groepering. Ze verkochten haar aan de Engelsen die haar beschuldigden van ketterij (het niet-geloven van de kerk).

DE METAMORFOSE VAN DE HAVEN VAN OOSTENDE (deel 9)

Op zoek naar goede fietspaden Een fietstocht met en voor beleidsmensen 10 mei 2008 Dit document laat u toe om zelf of + opmerkingen te noteren.

Groep 2: De symbolen van België. Bron 2.1. De naam België/Belgique: (uit: Dossier De Belgische Revolutie, 1, De Standaard, p. 2)

VAN SYNAGOGE VIA PAKHUIS NAAR SJOELBRIELLE Riet de Leeuw van Weenen-van der Hoek

Opdrachten bij Architectuurroute Uden

Vogelmarkt Koestraat Korte Dagsteeg, St Jansvest, Kleine Vleeshuisstraat A21. Vogelmarkt richting Kouter

IZEGEM TIJDENS DE EERSTE WERELDOORLOG

verwerkingsopdrachten Willem-Alexander

Tijdvak I. 31 oktober : 30-10:00.

Stadhuis van Oostende van architect Victor Bourgeois (document Stadsarchief Oostende)

Kastelen in Nederland

Albert I van België: Brussel, 8 april Marche-les- Dames, 17 februari 1934

Transcriptie:

HET HAZEGRAS DE VERLOREN RIJKDOM VAN EEN WIJK. EEN GREEP UIT DE GESCHIEDENIS 1

2 Stadsarchief Oostende Oostendse historische publicaties 5 Oostende 1999

3 Oostendse Historische Publicaties Het Hazegras De verloren rijkdom van een wijk. Een greep uit de geschiedenis Frederic Logghe

4

5 INHOUDSOPGAVE WOORD VOORAF 5 VOORWOORD 11 INLEIDING 13 DE NAAMGEVING VAN DE WIJK 15 STRAATNAMEN EN HUN BETEKENIS 17 HANDEL EN INDUSTRIE OP HET HAZEGRAS 23 Nijverheidsinstellingen in de stad Oostende ten tijde van Willem I (1815-1830) 23 Het slachthuis 23 De Mathilda 23 Froid Industriel 23 Brouwerijen 24 Oude ambachten op het Hazegras 24 De stichting van de S.E.O. 24 August Hamman en het Hazegras 24 De watertoren 25 De aanleg van de Graaf de Smet de Naeyerlaan 25 DE HANDELSDOKKEN 29 Bouwspecificaties van 1936 31 DE ACHTERHAVEN 33 De hangars 33 De kranen 33 Het sluizencomplex 34 De Demeybruggen en de Desmet de Naeyerbrug 34 Het car-ferrygebouw 35 De dokken van de achterhaven 35 De oude brandweerkazerne van de Bolle 36 Het project Kennedy- De Bolle 37 De sloop van de brandweerkazerne 39 DE SPOORWEGEN 43 Opening van de spoorlijn 43 De bouw van het nieuwe station 43 Het nieuwe station van Oostende 45 De afbraak van het station 47 Het nieuwe station 47 DE OESTERPUTTEN 49 De oesterput van Vanderheyde 49 Oesterpark De Brock 49 Oesterputten van Van Imschoot-Debrock 50

6 Oesterpark van Armand Termote & Cie 50 Oesterpark van A. Rogier-Löhr & cie 50 Oesterbank van Pollet 50 DE POLITIE 51 De beschrijving van het politiekantoor 51 DE BRANDWEER 53 Enkele feiten 53 DE KAZERNE 55 Branden in de kazerne 59 HET PANORAMA VAN DE IJZERSLAG 61 Het doek 61 Het Panorama 61 De opstelling van het Panorama van de IJzerslag 62 Waarom een Panorama? 63 De nodige complicaties 63 Het eerste grote werk : Het schilderen en zijn onderkomen 64 De verhuizing naar het Legermuseum 65 De oorlog maakt het stuk 65 Nieuwe verhuizing gepland 65 De eerste restauratie 65 Opdoeken 65 Het onderwerp van het doek 66 De afbraakwerken van het Panorama 66 HET STADHUIS 67 Beschrijving van het Stadhuis. 68 DE STICHTING VAN DE PAROCHIE EN DE BOUW VAN DE KERK 71 De oprichting van de parochie O.-L.-V.-Onbevlekte Ontvangenis 71 De bouw van de kerk 72 De afbraak van de kerk 72 HET ONDERWIJS OP DE WIJK 75 De Broeders van Liefde 75 De Zusterkes van den Heilige Jozef 75 De school van het Sint-Vincentiusgenootschap 76 De Gerardusschool 77 De Stedelijke Hotelschool 77 De lagere scholen in Oostende 77 UIT HET SOCIALE LEVEN OP HET HAZEGRAS 79 De cholera-epidemie 79 De volkstellingen 79 De lijndraaiers 79 De paardenstoet van zondag 8 februari 1880 80 Sterfgevallen en de financiële gevolgen ervan 80 Oude gewoonten 80 Toneel 82

7 Muziek 82 De vissersopstand 82 Het feest van de neringdoeners in 1924 83 De consulaten in 1926 83 De wet Collard 83 Het eeuwfeest van de parochie 83 Volksfiguren 83 Hotels en cafés op het Hazegras 84 Sportmogelijkheden op het Hazegras 86 Leuke anecdote 86 HET MARIA-HENDRIKAPARK 91 De grenzen 91 De geschiedenis 91 Gebouwen 92 Recreatie 92 Museum Liebaert 93 De Tweede Wereldoorlog 94 Dierenasiel 94 Panoramisch zicht 94 Na de Tweede Wereldoorlog 94 DE OORLOGSJAREN 95 De Eerste Wereldoorlog 95 De Tweede Wereldoorlog 96 MONUMENTEN OP HET HAZEGRAS 99 Monument van de gesneuvelden van het 3 en 23 linieregiment. 99 Het monument van de Vindictive 99 Monument aan de kazerne 100 Herdenkingsplaat Bootsman-Jonsen 100 Monument Tweede Wereldoorlog 101 Een gedenkplaat voor vermiste en overleden politieagenten in Oostende tijdens de Tweede Wereldoorlog 101 Monument 101 ARCHITECTEN 103 Pierre Verbruggen 103 André Daniels 103 Marcel Colombie 103 Felix Adrien Jean Lauereys 103 Charles Dewulf 103 Louis Delacenserie 104 Alban Chambon 104 Gustaaf Vandamme 104 Alfred Bastien 104 EEN NOSTALGISCHE KIJK OP EEN WIJK 105 HOE MOET HET NU VERDER MET DE WIJK? 109 De bevolkingscijfers 109 Uitzicht van de wijk 109 De Lijn 109

8 De renovatie van de huizenrij op het Ernest Feysplein 109 De kerk 111 Sociale woningbouw 111 Andere Huizen 111 Het vijvertje 112 Wat brengt de toekomst voor de woningen op het Hazegras 112 BIBLIOGRAFIE 115 Onuitgegeven bronnen 115 Mondelinge bronnen 115 Uitgegeven bronnen 115 HERKOMST ILLUSTRATIES 119 PLAATSNAMEN-, PERSOONSNAMEN- EN ZAKENINDEX 121 OVER DE AUTEUR 125 OOSTENDSE HISTORISCHE PUBLICATIES 127 COLOFON 129

9 WOORD VOORAF De auteur van deze publicatie was op het moment dat hij het manuscript aanbood 15 jaar. We hebben lang getwijfeld of we dit werk wel in de reeks Oostendse Historische Publicaties zouden opnemen. Een echt historisch werk kun je dit immers niet noemen. Daarvoor is het te eclectisch en zijn de onderzoeksvragen nauwelijks afgebakend. Bovendien is hij schatplichtig aan nogal wat eerder gepubliceerde werken van andere auteurs. Dat we het werk van Frederic Logghe toch publiceren heeft te maken met twee zaken : we konden er niet omheen dat het Hazegras in veel facetten wordt geportretteerd en het als dusdanig een boeiend naslagwerkje wordt over een hele Oostendse wijk. Deze bundeling van feiten en anekdotes zal veel Oostendenaars interesseren. Bovendien konden en wilden we het jeugdige enthousiasme van de jonge amateur-historicus niet negeren. Het feit dat een vijftienjarige het grootste gedeelte van zijn vrije tijd opoffert om op zoek te gaan naar de restanten van een voor hem vreemd verleden verdient wat aanmoediging vanwege het Stadsbestuur. Het Hazegras is één van die typische wijken van Oostende. Weinig Oostendenaars weten dat het één van de oudste en economisch meest gediversifieerde wijken van de stad is. In deze publicatie belicht de auteur een aantal economische, sociale, culturele, historische en maatschappelijke aspecten van deze wijk. De lezer zal het de auteur niet kwalijk nemen dat de nauwelijks verholen sympathie van de auteur voor de wijk er als een sausje overheen wordt gegoten. We feliciteren de jonge auteur met zijn studiewerk en hopen dat de publicatie in de reeks Oostendse Historische Publicaties een aanmoediging mag zijn om zich in de toekomst op een wetenschappelijk verantwoorde manier verder op het historische onderzoek van onze stad toe te leggen. Namens het College de stadssecretaris de Burgemeester Johan Vandenabeele Jean Vandecasteele

10

11 VOORWOORD De wijk Hazegras heeft mij altijd gefascineerd. Sedert de afbraak van de huizen op het Ernest Feysplein en de kerk O.- L.-Vrouw Onbevlekte Ontvangenis, heb ik mij verdiept in de geschiedenis van deze wijk. Gedurende twee jaar heb ik veel vrije tijd gespendeerd aan het zoeken van artikels over "het Hazegras". Zowel in de P.O.B. Stadsbibliotheek, het Stadsarchief en het archief van het bisdom Brugge werden boeken, kranten, tijdschriften enz. geraadpleegd. Dit boek, een verzameling van artikels, feiten, gebeurtenissen en faits divers, is de neerslag van deze opzoekingen. Aan de hand van verscheidene hoofdstukken heb ik gepoogd een overzicht te geven van de rijke geschiedenis van een wijk, die momenteel verloederd is. Een volledige geschiedenis is het niet geworden. Het is een begin. Een vervolg kan er zeker nog komen. Hopelijk brengen de geplande initiatieven van de Stad Oostende deze wijk terug tot haar volle glorie. Dit boek is het eindresultaat van vele jaren werk. Het is er gekomen dankzij de steun en de medewerking van vele mensen. Iedereen persoonlijk bedanken is onmogelijk. Mijn erkentelijkheid gaat uit naar alle auteurs en uitgevers die de toestemming gegeven hebben om uit hun werk te citeren. In het bijzonder de heer André van Caillie voor het in gebruik geven van de prachtige foto s. Een bijzonder woord van dank aan de heer Emile Smissaert. Hij heeft mij gedurende al die jaren gemotiveerd, begeleid en wegwijs gemaakt in de diverse bronnen en opzoekingen. Zonder zijn steun was er waarschijnlijk nooit een boek geweest. Voor de gelegenheid tot het publiceren en voor haar inbreng bij de definitieve afwerking van dit boek wil ik mevrouw Claudia Vermaut, stadsarchivaris, van harte bedanken. Ik wens iedereen veel leesgenot met dit boek. Frederic Logghe

12

13 Inleiding In zijn twee eeuwen bestaan heeft het Hazegras heel wat meegemaakt en doorstaan 1. Op de wijk werd er veel gebouwd, maar praktisch evenveel afgebroken. Herwaarderingsplannen hebben er niet voor gezorgd dat de meeste bewoners, arme mensen uit het vissers- en arbeidersmilieu, er beter van werden. De wijk heeft naast zijn militair ook een maritiem karakter. Al sinds 1741 was er een militaire aanwezigheid op het Hazegras; toen Maria-Theresia van Oostenrijk in onze gewesten aan de macht was. De toenmalige Franse koning Lodewijk XV was een strijd met haar aan het voeren, met als inzet haar grondgebied. Met de hulp van de Engelsen, waarvoor Maria-Theresia kazernes op het Hazegras liet bouwen, en het verdrag van Aken in 1748 won ze uiteindelijk de strijd tegen de Fransen. Tussenin werd Oostende wel een viertal jaar door de Fransen bezet. Na de dood van Maria-Theresia werd ze opgevolgd door haar zoon Jozef II. Dankzij Jozef II en zijn decreet werd Oostende in 1781 een vrijhaven. Enkele jaren eerder had zijn moeder de toestemming gegeven om een eerste handelsdok te graven aan de kruising van de Catharinakreek en de Geule. Op 25 november 1776 voer het eerste schip door de sluis van het nieuwe dok. Bij decreet van 1781 had Jozef II de toestemming verleend om nog eens twee dokken te graven. Door het graven van de dokken kwam er een stukje grond vrij, wat het latere Hazegras zou worden. Na het bezoek van Napoleon aan Oostende liet hij nieuwe vestingen rond het stukje grond bouwen. In de haven werden er door zijn toedoen aanpassingswerken. uitgevoerd. Op 23 juni 1820 werden de vernieuwde dokken ingehuldigd. Bij die uitgevoerde werken werd er in de zuidelijke kaai een 1 V. Foutry. Merkwaardige bladzijden uit de geschiedenis van Oostende. Antwerpen (De Sikkel), 1938. bres geslagen, zodat het water in een nieuw dok, het Brandarisdok, kon stromen, om zo via een afleidingskanaal naar het kanaal Brugge-Oostende te stromen. Voor de bevolking veranderde er niet veel. Het was een leven van hard werken. In 1861 kwam er een serieuze verandering in het sociale leven van de hazegrassenaars. Er werd een parochie gesticht omdat de hoofdparochie in t Stad te klein werd en omdat de oudere mensen die op het Hazegras woonden niet zo een eind konden afleggen naar de hoofdkerk. Drie jaar later, op 1 november 1864, werd de kerk ingehuldigd. Een klein stationnetje, als voorbode van een groter, werd in 1844 opgetrokken om de toeristen in Oostende te ontvangen. In 1880-82 werd dit gebouwtje vervangen door een heus station met een 40 meter hoge toren. Door de naburigheid van de kazerne, de prostitutie en de vele cafés en danszalen waren er vaak gevechten en hevige ruzies. Daarom werd er een politiebureau gebouwd dat helaas ook al verdwenen is, net zoals het station en de kerk. Vele liefdadigheidsinstellingen en kloosterordes trachtten de mensen een beetje te helpen door o.a. een bejaardenhuis en kosteloze scholen te bouwen. Tijdens de twee wereldoorlogen heeft de wijk heel wat schade opgelopen die ze nimmer of te nooit boven is gekomen. Men zag zijn kans de wijk te "urbaniseren". Hoge administratieve gebouwen, lelijke appartementsgebouwen en een groot warenhuis kwamen de wijk "bezoedelen". Recent werden er initiatieven genomen om de wijk toch te renoveren. Wat zal de toekomst brengen? Of zal de geschiedenis zich herhalen?

14

15 De naamgeving van de wijk De wijk Hazegras ontstond in de tweede helft van de 18 de eeuw in de noord - oosthoek van de Catharinapolder. Deze polder maakte sinds 1584 deel uit van de historische polders rond Oostende 2. Over de naam Hazegras bestaat er veel onduidelijkheid. De meest logische verklaring : het zou de naam van een kruid zijn waar allerlei dieren verzot op zijn of waren. Van een oude man kreeg ik te horen dat de naam afkomstig is van Horse Gras, wat zoveel als "paardengras" betekent. Door de jaren heen veranderde de naam dan in Hazegras 3. Nabij het Zwin is er een polder die ook Hazegras heet. Wie weet zou dit wel eens een verband kunnen hebben? 1. - Kaart van het Hazegras 2 Greet Mees. Renovatie van het Hazegras. Oostende, 1996-1997. 3 Anonieme getuigenis

16

17 Straatnamen en hun betekenis De straatnamen in de wijk Hazegras hebben, net als andere straten een geschiedenis en een betekenis 4. Aanlandingskaai Quai de Débarcadère. Kaai gelegen langs het eerste zeestation. Dit station stond waar zich nu de gebouwen van de regie voor Maritiem Transport (RMT), het sorteercentrum van de post en het Hotel Maritime bevinden. De pakketboten van de Belgische Staat legden er aan. Bargestraat De naam barge is ontleend aan de boten die, vanaf 1664 toen het kanaal Brugge- Plasschendale verlengd werd tot aan Oostende, via de Brugse vaart dagelijks het vervoer verzekeren tussen Brugge en Oostende. De genoemde weg loopt langs deze vaart. Beukendreef Ringlaan in het Maria-Hendrikapark, vanaf de brug over de Verenigde Natieslaan tot aan de Graaf de Smet de Nayerlaan. Huidige benaming : Groendreef. Bolwerkstraat Gelegen tussen het Vuurkruisenplein en de Mercatorlaan. Een bolwerk is een uitspringend vijfhoekig gedeelte van een fortificatiefront, bastion. Ook stad of streek die ter bescherming van een land strekt. Beide omschrijvingen zijn van toepassing. Oostende als vestingstad was voorzien van vele bastions. Bosweg Stukje van de vroegere Gistelsesteenweg dat nu doodloopt op de autostrade en verder de verlenging ervan in het Maria- Hendrikapark, of de weg die langs de vroegere Meiboomschool (niet meer bestaande) de verbinding maakt met de kastanjedreef. 4 D. Deschacht. Straatnamen van Oostende, van A tot Z. Oostende, 1998. Brandariskaai Quai Brandaris. Begint aan de Oesterbankstraat en eindigt aan de Leopold II-laan. Kaai die er niet meer is. Lag aan de westkant van de afleidingsvaart, tussen de Brugsepoortburg en de Stapelhuiskaai, zodat er inderdaad sprake was van een kaai. De vaart werd in 1937 gedempt. Charles Corneille Brandaris, geboren te Antwerpen op 1 februari 1828 en overleden te Oostende op 17 april 1871. Handelaar, reder en consul van Peru. Zetelde in de Oostendse gemeenteraad voor de liberale partij van 1 april 1867 tot bij zijn overlijden. Hij was voorzitter van de Cercle Coecilia van 1863 tot 1871 en lid van de Gentse vrijmetselaarsloge Liberté. Brigantijnenstraat Rue des Brigantins. Begint aan de Perronstraat en eindigt aan de Vrijhavenstraat Toen keizer Jozef II in 1781 Oostende bezocht, stelde hij vast dat Oostende geprangd en gekneld stak tussen haar vestingen. Hij zorgde voor de noodzakelijke uitbreiding. De zuidelijke vestingen, die zich tot aan de huidige Jozef II-straat uitstrekten, werden gesloopt en de gronden van het Hazegras werden bij het grondgebied Oostende ingelijfd. Eén van de nieuwe straten werd Brigantijnenstraat gedoopt. Een brigantijn is een licht tweemastig vracht- of oorlogsschip en was erg geliefd bij de kapervaart. Bruggesstraat La rue de Bruges Was nooit een officiële straatnaam. Het betrof het oostelijk gedeelte van de Oesterbankstraat. De straat werd zo genoemd omdat ze naar de brug over het afleidingskanaal liep en waar de vroeger de Brugse poort lag. Brugse poort Lag op het Hazegras en sloot de Oesterbankstraat af. Langs deze poort leidde de weg naar Brugge.

18 Calfaterstraat Onder kalfaten wordt verstaan het dichtmaken van scheepsnaden met werk en teer. Op het zuideinde van de Calfaterstraat, later Werfstraat, lag het derde dok met talrijke scheepswerven. Het derde dok werd opgevuld met oorlogspuin en op die plaats staat nu het stadhuis. Cockerillkaai Noemde vroeger de Diepwaterkaai. Gelegen aan de voorhaven, vanaf de sluis Demey tot aan de Voorhavenbrug. Aanlegplaats voor containerschepen en de schepen van de Belgische Zeemacht. De rederij John Cockerill-line N.V. werd in 1858 opgericht in Antwerpen met als doel het ertsvervoer te verzekeren tussen de vindplaats en de fabriek te Seraing. Om tal van redenen zag deze Oostendse zeerederij zich in juni 1970, genoodzaakt haar activiteiten te stoppen. De Cockerill-line Oostende-Tilbury ging van start in 1896 met zes cargoschepen. In 1911 verhuisde de aanlegplaats van de lijn van de Istanbulkaai naar de kaaimuur welke gelegen is tussen de Staatsmarineschool en de Voorhavenbrug en de naam van Cockerillkaai kreeg. Op deze kaaimuur werd een stapelhuis gebouwd dat gebruikt werd door de maatschappij en de General Steam Navigation Company, die beiden allerhande stukgoederen vervoerden tussen Oostende en Londen tot 1940. Van 1940 tot 1944 werd de Cockerillkaai door de Duitse bezetter gebruikt als aanleg- en bevoorradingsplaats voor hun duik- en torpedoboten. In 1944 werd de kaai opgeblazen en in 1945 voorlopig hersteld door het Amerikaanse leger. De kaai werd enkele jaren later heropgebouwd en werd Diepwaterkaai genoemd. In 1970 besliste de Oostendse Gemeenteraad de kaai opnieuw Cockerillkaai: te noemen. Cockerillstraat Tussen de Slijkensesteenweg en de Tweebruggenstraat. Genoemd naar John Cockerill, een Belgische industrieel, geboren te Haslington- Lancashire in Groot-Brittannië op 30 april 1770 en overleden te Warchau (Polen) op 18 juni 1840. Conterdamkaai Quai du Contredam. Liep van de Graaf de Smet de Naeyerbrug tot aan de Bredeneburg. 3 de -en 23 ste -linieregimentsplein Gegeven aan het plein waar het gedenkteken staat van het 23 ste linieregiment. Het derde linieregiment was meer dan 50 jaar (vanaf 1887 tot de Tweede Wereldoorlog in Oostende gelegerd. 3 de -linieregimentstraat Straatnaam voorgesteld ter vervanging van de Polderstraat in 1959, dit op verzoek van de Broederbond der Oud Strijders van het 3 de -en 23 ste -linieregiment. De Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen maakte echter bezwaar zodat deze naam niet werd weerhouden en de Polderstraat behouden bleef. De naam 3 de -linieregiment werd toegevoegd aan het 23 ste -linieregimentsplein. Eikendreef Weg gelegen in het Maria-Hendrikapark. In 1970 gewijzigd in Iependreef. Ernest Feysplein Droeg eerst de naam "Nieuwe markt", dan "Stationsplein" en in juli 1888 Vandersweepplaats of -plein. Genoemd naar Ernest Feys. Waarnemend adjunct-politiecommissaris. Geboren op 30 mei 1902 in Oostende en in Oostakker bij Gent gefusilleerd op 16 oktober 1943. Fortuinstraat Rue de la Fortune. Naam gegeven in 1785 door de Oostenrijkse regering bij de uitbouw van het Hazegras. Fregatstraat Rue de la Frégate Naam gekregen tijdens Oostenrijks bewind (1785). In de 18 de eeuw deden veel fregatten Oostende aan. Gistelsesteenweg Liep indertijd vanaf het eerste spoorwegstation, tussen de spoorlijn Oostende-Brugge en het Maria- Hendrikapark richting Gistel.

19 Door de aanleg van de Verenigde Natieslaan verdween een gedeelte van de Gistelsesteenweg. Godetiastraat Tussen de Slijkensesteenweg en de Tweebruggenstraat Genoemd naar de Godetia, een Engels korvet, dat tijdens de Tweede Wereldoorlog bemand werd met Belgische mariniers. Goedewindhelling Via deze helling bereikt men rechtstreeks van op de Graaf de Smet de Naeyerbrug het nieuwe tramstation aan de Brandariskaai. Werd aangelegd vanaf 1946 met puin en grond afkomstig van de bouwput voor het Oostendse kursaal. Van april 1990 tot begin 1992 werd de helling herbouwd.. Zijn naam kreeg ze in 1971. Goedewindstraat De huidige Graaf de Smet de Naeyerlaan Kreeg zijn naam in 1785. Zoals de meeste straten op de wijk werd de naam ontleend aan de zeevaart. Graaf de Smet de Naeyerlaan Graaf Paul Joseph de Smet de Naeyer werd op 13 mei 1843 in Gent geboren. Hij was minister van Financiën, eerste minister en minister van Openbare Werken (1894-1907). Hij was een trouwe vriend van Koning Leopold II. Hij stierf op 9 september 1913 te Brussel. Groendreef Dreef in het Maria-Hendrikapark. In 1970 nog de Beukendreef genoemd. Handelsstraat Rue du Commerce. Begint aan het kruispunt van de Slijkensesteenweg met de Tweebruggenstraat en eindigt aan de Molendorpkaai. In 1910 aangelegd toen er zich verschillende handelszaken vestigden zoals het slachthuis van Carbon, de firma Valcke, houthandel Claeys ). Hazegrasstraat Vroeger Polderstraat (gewijzigd in 1970). Houtkaai Quai au bois. Aanvankelijk tussen de Tweebruggenstraat en Pont barrage Ouest". Werd later gewijzigd in Henri Deweertkaai. De huidige Houtkaai loopt ten westen van het houtdok, vanaf de Stapelhuisstraat tot aan het zwaaidok, voor 1914 nog als koolkaai bekend. IJskelderstraat Rue de la Glacière. Gelegen tussen de Vaartstraat en de Lijndraaiersstraat. Herinnert aan de vroegere ijskelders van reder en brouwer August Hamman. 2. - Huizen op de hoek van de Lijndraaiersstraat en de IJskelderstraat IJzerwegstraat Deze straat noemt nu de Spoorwegstraat. In deze straat was het voormalige goederenstation van de Staatspoorweg gelegen. Indringingsweg Voorlopige naam die gegeven werd (1955) aan de baan tussen de rotonde Meiboom (nu President J.F. Kennedyplein) en het rond punt Derde Handelsdok (nu Vuurkruisenplein). Werd soms ook aangeduid als de Verbindingslaan. Nu Verenigde Natieslaan. Istanboulkaai Niet officiële benaming voor de vroeger Stoombotenkaai. Jachthaven Mercator Jachthavencomplex gevormd door het 1 ste en 2 de oud handelsdok. Deze dokken kennen hun ontstaan omstreeks 1774-1776.

20 Kastanjedreef Dreef gelegen in het Maria-Hendrikapark.. Sedert 1970 de Cederdreef. Kazernelaan Beginnende aan de Mercatorlaan tot aan de Kazerne Bootsman Jonsen. Keizerskaai Quai de l Empereur. Uit erkentelijkheid aan de Oostenrijkse keizer Jozef II gaf men zijn naam aan de weg langs de eerste twee handelsdokken. Weg die ontstaan was na de ontmanteling van de zuidelijke vestingen in 1781. Na de Eerste Wereldoorlog herdoopt in Vindictivelaan. Keizerspoort Ook Sint-Catharinapoort genoemd. Gelegen op het uiteinde van de Polderstraat, met ophaalbrug over het water van de vestingen. Langs deze poort, sindsdien Koningspoort genaamd, kwam koning Leopold I in Oostende toe. Toen de vestingen in Oostende verdwenen, werd de poort gesloopt. Kielkaystraat Straat genoemd naar het derde bassin (achterbassin of kielkaye) aangelegd voor de scheepswerven. De straat mondde uit op het derde bassin. Konterdamkaai Loopt van de Graaf de Smet de Naeyerlaan tot aan de IJzerwegstraat. Ten oosten van het Maria-Hendrikapark en ten westen van de spoorweg. De naam Conterdam zou ontstaan zijn bij de overstroming van 1815. Koolkaai Quai au Carbon. Nu Houtkaai.(tussen de Tweebruggenstraat en het Zwaaidok). Leopold III-laan Vertakking van de Verenigde Natieslaan vanaf de het Vuurkruisenplein tot aan het Zeestation. De Leopold III laan, ten zuiden van het 2 de Handelsdok heette vroeger Stationskaai en ten zuiden van het 1 ste handelsdok de Stapelhuiskaai. Lijndraaiersstraat Rue des Cordiers. Wegens brandgevaar dienden alle lijndraaiers ofwel buiten de stad ofwel aan de rand te wonen. Wanneer de touwslagers van de Lijnbaanstraat verhuisden naar het Hazegras, omstreeks 1788, koos men om de nieuwe lijnbanen tegen de muur van de kazerne te bouwen. Maria-Hendrikapark Bois de Boulogne; In de volksmond gekend als " t Bosje". Mercatorlaan In vervanging van de Gistelsesteenweg, vanaf de oversteek van de autosnelweg aan de Leffingestraat tot aan de Brigantijnenstraat. Mercator : Zuid-Nederlands wiskundige en cartograaf (1512-1594). Mercatorsluis Benaming gegeven aan de sluis tussen het Montgomerydok en de Mercator jachthaven. Dankt zijn naam aan de gelijknamige driemaster, barkentijn die in het dok ligt. Molenstraat Rue du Moulin Vroeger lag er op de wijk het Hazegras een armoedig steegje dat uitgaf op de Werfkaai. Op 5 september 1864 kreeg het van de Gemeenteraad de naam Molenstraat, naam die ze dank aan de Rode Molen die 1863 plaats moest ruimen voor enkele kleine woningen. Aan de steeg lag ook de eerste stoommaalderij, opgericht in 1863, en een oud kaarsenfabriekje. Natiënkaai Quai des Nations. Liep toen de afleidingsvaart nog niet gedempt was ten oosten ervan, van aan het station tot aan de Graaf de Smet de Naeyerbrug. Nu tot aan de Brandariskaai. Oesterbankstraat Vanaf het Ernest Feysplein tot aan de Slachthuiskaai. In 1781 kreeg deze weg, gelegen bij de oesterput van de gebroeders De Looze, haar naam.

21 Ontschepingskaai Quai du débarcadère. Een in Oostende gekende en veel gebruikte plaatsnaam, meestal onvertaald. Daarmee werd dat gedeelte van de achterhaven aangeduid tussen de ingang van de handelskom en de oesterput van Van Imschoot en Cie. Lag aan het eerste zeestation. Oostkaai Kaai gelegen ten oosten van het vlotdok, vanaf de sluis Demey tot aan de Tweebruggenstraat. Perronstraat Eerste benaming zou de Gistelsesteenweg geweest zijn, in de volksmond de weg naar de Polder of Polderstraat. Werd achteraf gewijzigd in Place Neuve en Nieuwe Markstraat, Stationstraat en tenslotte op 27 november 1970 de Perronstraat. Polderstraat De Polderstraat op het Hazegras werd als de voornaamste straat van deze wijk beschouwd. Zij vormde de verbinding tussen de Sint-Thomasbrug (Kapellebrug), de Nieuwe Markt en de Keizerspoort. Was de eerst geplaveide straat van de wijk. In 1970 werd de naam gewijzigd in Hazegrasstraat. Slachthuiskaai Quai de l Abattoir. Voorheen de Slachthuistraat. Slachthuisstraat Rue de l Abattoir. Plaats waar het slachthuis gebouwd werd. Het eerste werd gebouwd in 1882. Slijkensesteenweg Chaussée de Slykens. Vanaf de Demeysluis tot aan de Voorhavenbrug. Voordien Slijkenssteenweg. De plaatsnaam Slykens zou afkomstig van een familienaam. Slimmersdreef Dreef lopende van de Groendreef, ter hoogte van de Graaf de Smet de Naeyerlaan, maakt een bocht en eindigt terug in de Groendreef ter hoogte van de Iependreef. De naam gaat terug naar het beleg van Oostende (1601-1604). Spoorwegstraat Ter vervanging van de IJzerwegstraat. Beide straatnamen herinneren aan het voormalig goederenstation van de staatsspoorweg. Stapelhuiskaai Quai de l Entrepôt. Langs deze kaai lag het stapelhuis van de stad. Stapelhuisstraat Straat gelegen ten oosten van de spoorlijn, vanaf de Graaf de Smet de Naeyerlaan tot aan de Twee Bruggenstraat. De straat loopt naast de vijf hangars of stapelhuizen, die er gebouwd werden tijdens de grote havenwerken van 1895-1905. 3. - De Polderstraat, ca. 1910 Populierendreef Grote dreef gelegen in het Maria- Hendrikapark, in de onmiddellijke nabijheid van de nieuwe watertoren. Ravelijnstraat Van de Boogschuttersstraat tot aan de Mercatorlaan. Een ravelijn of halvemaan is een buiten de vestinggracht gelegen maanvormig of hoekig buitenwerk Stationskaai Quai de la Gare. Zie Leopold III-laan. Stationsplein Achtereenvolgens gewijzigd in Vandersweepplaats en Ernest Feysplein. Stationstraat Deze straat op het Hazegras veranderde in 1970 in de Perronstraat.

22 Stoombotenkaai Quai des bateaux à vapeurs. In 1858 kreeg deze toen nieuw aangelegde kade waar stoomboten aanmeerden deze naam. Tijdokkaai Kaai gelegen ten westen van het Tijdok, eindigt aan de Werfbank. Touwslagerstraat Ander benaming voor de Lijndraaiersstraat. Twaalf Apostelenstraat Deze straat, ook Twaalf Apostelengang genoemd, verdween in 1862 voor de bouw van de kerk. Tweebruggenstraat Rue des deux ponts. Begint aan de Slijkensesteenweg en eindigt aan de brug van de genoemde straat, tussen het vlotdok en het houtdok. Deze straat ligt tussen twee bruggen. Vaartstraat Rue du Canal. Begint aan de Graaf de Smet de Naeyerlaan en eindigt aan de Slachthuiskaai. Deze straat herinnert aan het afleidingskanaal, dat in 1936 werd gedempt. Vander Sweepplein Vroegere naam van Ernest Feysplein. Van 1888 tot 1945 werd dit plein naar François Van Der Sweep(1821-1884) genoemd. Hij was ingenieur en voorzitter van de raad van bestuur van de Belgische Spoorwegen. Verbindingslaan De huidige Verenigde Natieslaan. Vindictivelaan In 1919 werd de Keizerskaai veranderd in Vindictivelaan, genoemd naar een oude Engelse kruiser die in de nacht van 9 op 10 mei 1918 in de havengeul van Oostende tot zinken gebracht werd. Vooruitgangstraat Rue des Progrès. Begin aan de Fregatstraat en loopt tot aan de Slachthuiskaai. Vrijhavenstraat Rue du Port Franc. Naam verwijzend naar het feit dat keizer Jozef II in 1781 Oostende tot vrijhaven uitriep. Werfkaai Quai du Chantier. Liep vanaf het oude centrale station tot aan de Stockholmstraat. De Werfkaai verdween in 1954bij de aanleg van de Verenigde Natieslaan. Nu Vuurkruisenplein. Westkaai-Vlotdok Kaai gelegen aan de westzijde van het vlotdok in de handelshaven. Noemde voordien gewoon Westkaai. Zinnialaan Laan vanaf de Mercatorlaan tot aan de Eikendreef, geeft toegang tot het Maria- Hendrikapark. Genoemd naar de Zinnia, een visserijwachtschip dat dateert uit 1915. Zwaaidok Bassin d Evolution. Begint aan de houtkaai en eindigt aan de Stapelhuisstraat.

23 Handel en industrie op het Hazegras Aanvankelijk had de wijk een sterk maritiem karakter. Ten behoeve van de scheepsbouwers waren er houtzagerijen. De armen vlochten er scheepstrossen in de Lijndraaiersstraat, terwijl de Oesterbankstraat herinnerde aan de aanwezigheid van oesterputten. Boven de ingang van de post is er een keuken en een eetzaal voor het personeel. NIJVERHEIDSINSTELLINGEN IN DE STAD OOSTENDE TEN TIJDE VAN WILLEM I (1815-1830) Volgende voorbeelden, deels met betrekking tot het Hazegras 5 : 8 scheepswerven die 80 mensen tewerkstelden, die per dag gemiddeld 1 gulden 12 cent verdienden. 4 touwslagerijen die 16 mensen tewerkstelden die een gemiddeld inkomen per dag hadden van 1 gulden 4 cent. Deze 12 bedrijfjes waren over heel Oostende verspreid. HET SLACHTHUIS Het stedelijk slachthuis kwam er op de vroegere gronden van de schuttersgilde Sint-Sebastiaan 6. Er was in 1855 wel een petitie tegen de bouw ervan maar het mocht niet baten. Het slachthuis kwam er toch in 1862. In 1950 werd het slachthuis afgebroken. Kort daarop werd er een nieuw en moderner slachthuis gebouwd. Vierentwintig jaar later werd het afgebroken om er een postsorteercentrum te bouwen. De nieuwe post zou 200 miljoen kosten en de architecten Felix-Glorieux tekenden de plannen. Er werd een ondergrondse garage gebouwd voor 56 auto's van het personeel 7. 5 De Plate, 26(1997)3, blz. 95-96. 6 Omer Vilain. Langs het harde zand. 7 t Hazegras heet nieuw postkantoor welkom - Het Laatste Nieuws, 17 juni 1997. 4. - Inhuldiging Slachthuis, 14 september 1956 DE MATHILDA De driemasterbark Mathilde werd in 1850 in Oostende gebouwd voor rekening van de rederij van Jacques Serruys & Co, die een kantoor hadden in de Comediestraat 7. Het had een bruto-tonnenmaat van 256 ton. Zijn eerste reis begonnen op 24 januari 1851 onder leiding van kapitein Jozef Herman was naar Sint-Ubes. Vijf jaar later werd het schip aan de rederij Van Cuyl verkocht. In 1862 werd het aan de staat in bruikleen gegeven als kustwachtschip. De staat kocht het schip op als leerschip ten behoeve van de kadettenschool die bij Koninklijk Besluit van 30 september 1867 was gesticht in Oostende 8. In 1896 werd het schip na 46 jaar dienst uit de vaart genomen en in het tweede handelsdok geplaatst als stationnière. Het werd op 14 oktober 1918 door de Duitsers in brand gestoken op het kanaal 9. FROID INDUSTRIEL Toen de nieuwe vismijn in 1925 opende, verhuisde de Froid Industriel ook naar de Opex. De oude gebouwen van de Froid Industriel bevonden zich op de hoek van het 8 De Plate, (1978)2, blz. 20. 9 De Plate, (1978)4-8, blz. 4.

24 afleidingskanaal en het eerste handelsdok, naast het stapelhuis dat naast het politiekantoor stond. Op de voorgevel was er een ijsbrug bevestigd 10. OUDE AMBACHTEN OP HET HAZEGRAS In de Vrijhavenstraat woonde, leefde en werkte de barbier Barrat. Aan zijn gevel hing een metalen uithangbord. Het was rood geschilderd met witte letters. Onder aan het bord hing een koperen barbierschoteltje. Het bord bevindt zich nu in het heemmuseum van De Plate 12. DE STICHTING VAN DE S.E.O. 5. - Uitnodiging voor een vergadering van de Froid Industriel BROUWERIJEN Op het Hazegras was er één brouwerij, genoemd naar de eigenaar ervan, Jean Gabriel. De kelders van de brouwerij kwamen uit op de straat en werden nooit afgedekt. Er wordt verteld dat de politiemannen er tijdens hun ronde vaak iets gingen drinken. Wanneer het vat leeg was, rapporteerden ze dat en werd er een nieuw geplaatst. Later veranderde de naam van de brouwerij in SAFCO. Het werd afgebroken voor de bouw van het ministerie van Financiën 11. 10 Yvonne Vyncke. Oostende in oude prentkaarten, II, 26-27. 11 De Plate, (1973)10, blz. 6 ; (1973)11, blz. 3 ; (1979), blz. 174 ; (1980), blz. 169. L'Union des Economistes werd op 11 juni 1892 gesticht in "A la ville de Gand", langs de Graaf de Smet de Naeyerlaan. Wat later was "Cafe de la Station" aan de eer, om als vergaderzaal dienst te doen voor de bespreking van de oprichting van een coöperatieve bakkerij. Op 24 oktober 1892 werd er opnieuw gedebatteerd over deze problematiek, maar nu in de herberg "De Moerdijck". Uiteindelijk werd op 6 november van hetzelfde jaar de S.E.O. gesticht 13. Het stichtingscomité bestond uit : H. Desmet, voorzitter, J. Pirard, erevoorzitter, L. Barbier, schrijver, Edmond Bierbuck, schatbewaarder, Claude Leyhousen, toegevoegd schrijver en J. Delecluyse, G. Bawin, C. Lambrechts en Ch. Dehaese, raadsleden. Bij de S.E.O.-leden zaten er veel stationsbedienden en mensen uit het zeewezen. Eén van hen was Georges Dansercoer die stationsonderoverste was in Oostende en later nog een heel bekend persoon in de S.E.O. zou worden. AUGUST HAMMAN EN HET HAZEGRAS August Hamman bezat naast een scheepswerf op het Hazegras ook nog twee ijskelders waarvan één aan de Alfons Pieterslaan en één op het Hazegras. De ijskelder, ook wel eens "Glacière" genoemd, stond op de hoek van de IJskelderstraat en de Slachthuiskaai. Ze werd gebouwd in 1897. Het was vooral de 12 De Plate, 16(1987)12, blz. 309. 13 Le trentième anniversaire du SEO - Supplément au Bulletin mensuel SEO, april 1923.

25 Noorse vloot die ijs bracht naar Oostende. Na de Eerste Wereldoorlog werd er geen ijs meer bewaard, maar het gebouw werd betrokken door de smederij van Oscar Schockaert. Na de Tweede Wereldoorlog werd er daar nog vis ingezouten door de firma Vimix. Het werd dan uiteindelijk in 1987 afgebroken. De cijfers van de ijsinvoer over zee naar Oostende. IJs was een belangrijk product, onder andere voor de visvangst. Invoer van ijs in Oostende : jaar invoer (ton) 1885 5.460 1886 11.955 1887 10.510 1888 10.480 1889 9.895 1890 11.738 1891 9.580 1892 9.960 1893 11.075 1894 14.995 1895? 1896 15.095 1897 15.012 1898? 1899 9.620 1900 12.310 1901 13.400 1902 12.267 1903 13.065 1904 16.055 1905 19.412 1906 23.565 1907 17.473 1908 17.840 1909 17.119 1910 24.753 1911 25.296 1912 23.910 1913 21.720 1914? DE WATERTOREN De rode maar nu bouwvallige watertoren op het Hazegras werd in 1901 gebouwd en was één van de modernste van zijn tijd. Het gebouw werd volledig opgetrokken in steen, want de vorige was op 5 september 1899 volledig ingestort. De vorige watertoren bestond uit een stenen voet met een ijzeren vat erbovenop. Rond 1891 werd er al een distributiecentrum voor water gebouwd door Van Dijck. Twee jaar later bouwde die firma er huizen voor het personeel bij. In 1897 werd er door de Firma De Kuyper nog een stuk bijgebouwd. Hier was dan ook het stedelijk laboratorium gevestigd. Van die periode dateren ook de eerste serres voor de plantsoendienst. Alles werd eind 1985 afgebroken voor de bouw van een jeugddorp. 6. - Het Maria-Hendrikapark met de watertoren, 1905 Op 25 september 1923 vierde men plechtig de aanvoer van water. Ter herinnering aan deze heuglijke gebeurtenis, werd het verslag van deze plechtigheid in de zware eerste steen van de toren gebeiteld, en men stak eenzelfde tekst in een zinken bus onderaan in een vakje. Op de akten tekenden Eduard Moreaux, burgemeester, Georges Verhaeghe, Achiel Decock, Alphons Liebaert, Hendrik Batis, schepenen, Frans Thone, secretaris en August Verraert, ingenieur 14. DE AANLEG VAN DE GRAAF DE SMET DE NAEYERLAAN Een belangrijk element voor de ontwikkeling van het Hazegras was de aanleg van de Graaf de Smet de Naeyerlaan. Voor de aanleg ervan verdween niet alleen de Goede Windstraat, maar ook de lange gebouwen van de lijndraaiers in de 14 De Plate, 5(1976)5, blz.9.

26 gelijknamige straat, een deel van de oude kazerne en een groot deel van de huizen langs de Goede Windstraat. Via een Koninklijk Besluit van 20 januari 1900 werd de onteigening van vele huizen langs de Goede Windstraat geregeld 15. Door de helling van de bruggen moest men de weg stelselmatig verhogen, zodat de kerk heel wat lager kwam te liggen. De prijs van de aanleg in 1902 van de Graaf de Smet de Naeyerlaan bedroeg in totaal 274.532,33 fr. waarvan 4.200 fr. voor de afbraakwerken van de onteigende huizen, 243.200 fr. voor de grondwerken en 27.132,33 fr. voor de uitvoeringswerken 16. 15 Feuille d'ostende, 1900. 16 L avenue de Smet De Naeyer. Cahier des charges et détail estimatif, 1902.

7. - Plan van de aanleg van de Graaf de Smet de Naeyerlaan 27

28

29 De handelsdokken De dokken en de uitbouw ervan speelden een belangrijke rol in de geschiedenis van de wijk "Hazegras". In 1732 kreeg Oostende de toestemming om een handelsdok te graven. Het was de bedoeling dat dit dok de handel en de economie van Oostende zou bevorderen, waardoor de haven zich verder als een handelshaven zou kunnen ontwikkelen. Hiervoor kon zij middelen putten uit de ontvangsten van de havenrechten zoals blijkt uit het decreet van Maria-Theresia, getekend op 13 november 1776, waarin vermeld staat dat "cette rétribution devra se payer par chacun des dits vaisseaux ou bateaux, soit qu'ils entrent ou n'entrent pas dans le nouveau bassin " 17. In juni 1777 werd er op de noordelijke kaai van het eerste handelsdok een kraan geplaatst. In februari van het volgend jaar werd er een nieuwe kraan geplaatst, maar nu op de zuidelijke kaai, waar allerlei privéloodsen en depots stonden. Aan deze kaai meerden ook vele Amerikaanse schepen met wapens aan. De kreek die daar lag, werd dan ook de Amerikaanse kreek genoemd. Enkele jaren later, in 1780, had de stad het recht om stapelhuizen en loodsen rond de dokken te bouwen, terwijl het kanaal van Brugge in 1821 met datzelfde dok langsheen het Hazegras in verbinding werd gesteld. Deze verbindingsvaart werd kort voor de Tweede Wereldoorlog gedempt 18. 8. - Het eerste handelsdok met rechts het Zeevaartcommissariaat waarvan de toren nog in aanbouw is, 1899 17 De Plate, 26(1997)10, blz. 197-204. 18 Omer Vilain. Langs de galerijen, blz.42-48.

30 9. - Het eerste handelsdok met links de stedelijke opslagplaats, 1899 In 1781 werd Oostende door keizer Jozef II bevorderd tot vrijhaven en werd zodoende een handelscentrum met banken, handelshuizen en werkplaatsen. Het verbindingskanaal werd onder andere gebruikt door de barges. Bij de uitbreiding van de dokken onder keizer Jozef II, werd op 15 november 1783 een nieuw decreet opgesteld en ondertekend door aartshertogin Maria- Christina. Oostende behield zijn havenrechten. Volgende passage staat erin vermeld : "Tout vaisseaux et bateaux entrant par mer ou port d'ostende, payera chaque fois a titre de droit de bassin, deux sols par last de sa grandeur, soit qu'il entre ou n'entre pas dans le bassin" 19. De bouw van de handelsdokken was immers een immens werk. Het eerste handelsdok werd gebouwd in 1774-1776. In 1783 werd het tweede en derde handelsdok gegraven. 19 De Plate, 26(1997)10, blz. 197-204. 10. - De handelsdokken, 1905 Voor 1820 kwamen de barges die naar Brugge gingen via het kanaal toe aan de visserskaai. De route die ze volgden was : Visserskaai, Visserskreek, Geule, sassen van Sas Slijkens, vaart van Brugge. Enkele jaren later verhuisde de dienst naar het eerste handelsdok aan de kant van de pilotage. De route die ze volgden, was het handelsdok, verbindingskanaal, sluizen van de Konterdam en de vaart van Brugge. Het

31 bureau van de barge bevond zich in het café De Jonghe aan de Keizerskaai. Later verhuisde de barge voor de derde maal, maar nu naar het tweede handelsdok aan de kant van het station. De Tweede Wereldoorlog bracht er vroegtijdig een einde aan. De bargediensten naar Brugge bleven in het bezit van de familie Roose van 1871 tot in 1921. De chef was Firmin Roose die in het grote huis in de Slachthuisstraat 5 woonde op het Hazegras. Zijn kantoor was in de Christinastraat 104. Een ander familielid had een kantoor op de Houtkaai nr. 4 in Brugge 20. BOUWSPECIFICATIES VAN 1936 eerste handelsdok Lengte van de sluis 54,86 m Breedte van de sluis 11,58 m Diepte op de dorpel bij hoog tij van springvloed 5,49 m Diepte op de dorpel bij gewone hoog tij 4,57 m Lengte van het dok 279,80 m Breedte van het dok 60,04 m Lengte van de kaaimuren 659,56 m Diepte van het dok 5,18 m Kraan van 10 ton 1 tweede handelsdok Lengte van het dok 169,7 m Breedte van het dok 99,97 m Lengte van de kaaimuren 479,73 m Breedte der brugopening tussen het 1 ste en 2 de handelsdok 11,58 m Diepte van het dok 4,57 m derde handelsdok Diepte van het dok 3,66 m Dit derde dok, bedoeld voor de scheepswerven, heeft geen kaaimuren 21. Het dok bevatte onder meer de scheepswerf van Deweert, Dezutter, Panesi, Vernieuwe, Royon, Laneres, Orlandini, Borrey, Hillebrandt en Van Deyne 22. 11. - Het derde handelsdok met de scheepswerven De verwaarloosde scheepswerf van August Hamman, die in 1914 failliet verklaard werd, bevond er zich ook. De scheepswerf van Hamman werd in 1890 opgericht. Zijn Vader Theophille Hamman had in 1851 de rederij Hamman gesticht. Tegen 1914 was alles door verwaarlozing failliet gegaan. Hamman was geruïneerd voor de rest van zijn leven. In het derde handelsdok liep in 1947 het allerlaatste schip van stapel 23. Rond het derde handelsdok was de werfkaai gevestigd, waar het grote graanmagazijn en de twee graanmolens van Laroye zich bevonden. Er waren ook nog smeden, cafés, loodsen en de Estaminet "Het Lieve Gent" van Jan Vermeire en de Estaminet van Alois Billiaert. Samen met het Panorama van de IJzerslag moest dit alles verdwijnen voor de bouw van het nieuwe Stadhuis, omdat het vorige op het Wapenplein in de nacht van 27 op 28 mei 1940 vernield werd door een luchtbombardement. In 1902 en 1922 was er reeds sprake van om het tweede en derde dok te dempen. Dankzij de tussenkomst van o.a. James Ensor werd de beslissing toen ongedaan gemaakt 24. Het derde handelsdok werd in 1948 voor de prijs van 170.000 fr. gedempt om plaats maken voor de bouw van het Stadhuis. 20 Jos Penning. De Barges. F. Gevaert. De Geule (1965)29. 21 De haven van Oostende, 1936. 22 Omer Vilain. Langs de galerijen, blz. 43-48. 23 Van dit doek bestaat een mooie tekening van A. Courmes. 24 Omer Vilain. Langs de galerijen, blz. 43-48.

32 12. een anekdote Het dempen van het tweede handelsdok kwam ook in 1956 nog ter sprake, zoals blijkt uit dit verslag van de gemeenteraad van 13 januari 1956 handelend over het tweede handelsdok : 25 "Dhr. De Kinder : "Er werd sinds lang gesproken over het dempen van dit dok. Men zou er een prachtige stelplaats voor auto s kunnen voorzien." Dhr. Burgemeester :"Ik ben van oordeel dat dit dok niet mag gedempt worden want anders kunnen wij geen yachten meer ontvangen die ook niet in het Montgommerydok kunnen aanmeren." De twee nog resterende handelsdokken worden niet meer voor vracht, maar wel voor jachten gebruikt. Al jaren meren de schepen nu aan in het vlot-, hout- en zwaaidok in de achterhaven. Deze dokken zullen nu nog meer schepen ontvangen dan vroeger. 25 De Zeewacht, 13 januari 1956.

33 De achterhaven Koning Leopold II en het Stadsbestuur wilden de haven beter uitbouwen. Tussen 1884 en 1911 werden de grootste havenwerken ooit in de Oostendse geschiedenis uitgevoerd. De overeenkomst voorzag volgende werken dempen van de Franse spuikom ; slopen van de Franse sluis ; slopen van de militaire sluis ; omvormen van de achterhaven gelegen achter de Militaire sluis, tot voorhaven, uitgerust met diepwaterkaai en bevoorradingskaai, ten behoeve van de pakketboten ; graven van een grote spuikom leggen van een rechtstreekse aansluiting van de sporen van het zeestation met die van de lijn Oostende-Brussel, ter hoogte van de Konterdam, zodat de internationale treinen niet meer over de openbare weg tussen het spoorwegstation aan het tweede handelsdok en het zeestation zouden moeten rijden ; uitbreiden van het zeewezendok met inbegrip van het bouwen van een droogdok ; verlengen van een kaai voor pakketboten ; graven van een vlotdok ; bouwen van een zeesluis ; verbinden van het nieuwe vlotdok met het kanaal Brugge Oostende 26. DE HANGARS In 1906 vingen de aannemers Valcke-Smis aan met de bouw van hangar 3 en 5 en de openbare stapelplaats. De hangars 1, 3 en 5 met een lengte van 100 m en 25 m breedte, met één verdieping kwamen eind 1907 klaar. In de periode 1906-1908 werden de kaaien van sporen voorzien en geplaveid. Het stapelhuis, een gebouw met één verdieping, met een lengte van 40 m en 25 m breedte, werd in 1911 in gebruik genomen. Op de Oosteroever van het vlotdok werd in mei 1908 aangevangen met de bouw van hangar 4. Het gelijkvloerse gebouw met een lengte van 100 m en een breedte van 57 m was voorzien van zeven inrijpoorten in de zijgevels. De aanneming werd uitgevoerd door de firma Ghislain en kwam in 1908 klaar 27. In 1976 werd hangar 3 echter afgebroken en enkele jaren later werd hangar 4 opgekocht door de firma N.V. Verhelst-De Polder die het op zijn beurt liet ombouwen en bedekken met metalen platen. Op het einde van de Stapelhuisstraat staat het laatste originele stapelhuis 5 dat het meest verwaarloosd is. Bij hangar 1 werd tevens de kraan met oude besturingshut als industrieel erfgoed beschermd. DE KRANEN De gemeenteraad gaf in zijn zitting van 16 november 1909 zijn goedkeuring aan het lastenboek voor de aankoop van acht elektrische halfportaalkranen, waarvan zes bestemd voor de Westkaai en drie voor de Oostkaai van het vlotdok, aan hangar 6. Een halfportaalkraan heeft een metalen onderstel dat langs de ene kant over een spoor loopt dat op de kaaimuur ligt en langs de ander kant over een spoor dat gedragen wordt door balkons aan de eerste verdieping van de hangars of door een metalen vakwerkconstructie. Het balkon bestaat uit gewapend beton. De kraan heeft een hefvermogen van 2000 kg. Hij heft materiaal op aan 75 cm per seconde. De cabine bestaat uit hout 28. De kranen aan de Oosteroever deden in 1915 dienst, toen de Zeppelin L12 naar beneden stortte. De Duitsers wilden de onderdelen redden en hingen de ballon aan de kraan. Helaas brandde de zeppelin helemaal op. 26 F. Gevaert. De Geule (z.d.)37. 27 F. Gevaert. De Geule (z.d.)43. 28 Raymond Vancraeynest. De halfportaalkraan - Open Monumentendag 1997.

34 In 1918 werden de halfportaalkranen aan de hangars door de Duitsers bij het verlaten van de stad in het water gegooid. Vier ervan werden weer in gebruik genomen tot in 1969, toen nieuwe kranen in gebruik werden genomen. Eén ervan werd bewaard. HET SLUIZENCOMPLEX De bouw van het sluizencomplex verliep niet zonder kopzorgen. De eerste sluis stortte in wegens de slechte grond. Daardoor moesten er 6427 eiken palen van elk 6,5 meter in de grond geheid worden. Daarna werd met baksteen een muur gebouwd. In 1903 werden de deuren aangebracht. Er waren vier ebdeuren, waarvan er twee verdwenen zijn en twee vloeddeuren. Op 4 september 1905 werd het einde van de havenwerken officieel gevierd in aanwezigheid van koning Leopold II. Het zijn de oudste nog werkende sluizen in Oostende. Ze werken met kettingen en zijn van het merk "Acec". De sluizenkamer met een mechanisme dat vooral uit tandwielen bestaat, bevindt zich onder de grond. Het is elektrisch aangedreven door een machine. Hij draait 600 toeren per minuut en bevat een remsysteem. De kracht bestaat uit 10PK. Als er geen elektriciteit is, moet er met de hand gedraaid worden, zodat de zware kettingen de sluizen kunnen openen. In de deuren zijn gaten met schuifkleppen om het water door te laten. Als een schip (tot 18 meter) wil doorvaren, moet men eerst de brug draaien, vooraleer men de deuren kan openen en het schip kan doorvaren. De brug draait wel elektronisch. Om het water tegen te houden kunnen schotten worden geplaatst onder de brug. Zo blijft het kamergeleed op zijn plaats en ligt het niet onder water. Er zijn ook ijsbrekers voor de strenge winters. DE DEMEYBRUGGEN EN DE DESMET DE NAEYERBRUG De bruggen, in 1905 gebouwd door Alban Chambon in opdracht van koning Leopold II, leiden tot de wegen Oostende- Brugge en Oostende - Oostkust over een inmiddels verdwenen afvoerkanaal en de spoorweg. Dat is trouwens zeer goed te zien in de gebeeldhouwde versiering op de respectieve brugpijlers : op de eerste vier zijn scheepsboegen, golven en schelpen gebeeldhouwd, op de tweede dampende stoomlocomotieven. Vroeger waren deze bruggen voorzien van bronzen beelden van Julien Dillens en Karel De Kesel. De ene brug wordt ook wel "Engelbrug" genoemd naar de vier bronzen beelden die er destijds opstonden. De andere brug voor de hangars is de "Leeuwenbrug", waarvan de uiteinden versierd waren met vier prachtige bronzen leeuwen. De voeten in blauwsteen staan er nog 29. De Duitse bezetter had geen oog voor al dat moois en liet het brons tot kanonnen omsmelten in Hamburg. De Graaf de Smet de Naeyerbrug, bij de Oostendenaars beter bekend als de "Tettenbrug", is een stenen brug waaronder de spoorweg loopt. 13. - Zicht op de Graaf de Smet de Naeyerbrug Onder aan de Tettenbrug bevonden zich twee bas-reliëfs van de hand van Karel De Kesel. Ze waren in brons vervaardigd. Het ene bas-reliëf toont een arbeider die bezig is met het maken van een sloep. De datum verwijst naar de eerstesteenlegging, nl. 1903. Het andere bas-reliëf toont dezelfde arbeider maar als kapitein van een schip. De datum verwijst naar de afwerking van de brug. Op één van de brugpylonen van de Graaf de Smet de Naeyerbrug, gelegen binnen de omheining van het goederenstation, vinden we een bronzen plaket 30. 29 Norbert Hostyn. Leopold II en Oostende, blz. 8. 30 De Plate, 18(1989)12, blz. 266.

35 HET CAR-FERRYGEBOUW In 1939 werd gestart met de bouw van het car-ferrygebouw, naast het maritiem station. Het gebouw bestaat uit een gelijkvloers waar de wachtzalen, toiletten, een krantenwinkeltje, automobielclubs, zeevaartpolitie, toldiensten en tickets controle waren gevestigd en een eerste verdieping met een wachtruimte met balkon aan de havengeulzijde. Bovenop deze verdieping was er een "tijtorentje", waarop een synoptische schaal aangebracht zou worden met automatische aanduiding van de waterstand. Bij de gelijkvloerse zalen was er een overdekte ruimte voor auto's, verdeeld in drie rijvakken. In de kaaimuur was er een nis voorzien waarin een hydraulische landingsbrug zou worden gemonteerd. Hij is evenwel nooit besteld. Men had voorzien dat passagiers konden inschepen via het terras of via het balkon van de eerste verdieping. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het gloednieuwe gebouw beschadigd door bombardementen 31. DE DOKKEN VAN DE ACHTERHAVEN Eerste handelsdok (voorhaven) In de saskom van de toegangssluis tot de handelsdokken lag een afgezonken lichter. De brug over de sluis was vernield. In het dok lag een gezonken binnenlander en een yacht. De kaaimuren vertoonden drie grote kraters. De Engelsen hebben na de oorlog een groot deel hersteld. Een vergelijking tussen de dokken van de achterhaven in 1936 en 1955 VLOTDOK 1936 1955 lengte 761, 94 m 640 m breedte 91,43 m 90 m diepte 9,14 m 8,25 m lengte kaaien 1523, 95 m 1356 m breedte ingang 18,29 m - beschikbare kranen elektrische kranen 2 ton 4 4 5 ton 7 7 7 ton 2-8 ton - 2 stoomkranen 5 ton 2 - HOUTDOK 1936 1955 lengte kaaimuur 1371,55 m 902 m diepte 8,53 m 8,25 m elektrische kranen - 4 3 ton 5 ton - 4 De dokken na de Tweede Wereldoorlog Houtdok (achterhaven) De muren van de Westkaai en de Oostkaai waren volledig verwoest door springladingen. Aan de Oostkaai lag een gezonken eindschip, evenals een binnenlander. In het midden van het dok lagen een sleepboot en twee betonnen blokken. In het zwaaidok lag een onbekend wrak. Tijdok (voorhaven) De kaaimuren waren opgeblazen en op het zuidelijk uiteinde van het dok lag er een klein gezonken vaartuig. ZWAAIDOK 1936 1955 lengte 220,04 m 387 m breedte 199,94 m 167 m diepte 8,53 m 8,25 m Scheepvaartbewegingen 32 jaar ingevaren schepen uitgevaren schepen 1935 761 763 1936 784 782 1937 858 850 1938 830 832 1939 642 644 1952 590 586 1953 791 782 1954 930 930 31 F. Gevaert. De Geule (z.d.)51. 32 Het havencomplex van Oostende, 1955.