Rechtspositieregeling OCMW Heusden-Zolder BIJLAGEN. Bijlage 1: diplomavoorwaarden

Vergelijkbare documenten
Bijlage 1. Diplomavoorwaarden (koppeling diploma - administratief niveau)

DE VLAAMSE MINISTER VAN BESTUURSZAKEN, BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, TOERISME EN VLAAMSE RAND

Koppeling diploma - administratief niveau

Bijlage 5 Afdeling III. Bijlage 5 BIJLAGE BIJ HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 2 OKTOBER 1937 HOUDENDE HET STATUUT VAN HET RIJKSPERSONEEL.

c) de graad van doctor, uitgereikt door een ambtshalve geregistreerde instelling;

SELECTIEPROGRAMMA & DIPLOMAVOORWAARDEN MEDEWERKER FINANCIËN Graad C1-C3 (hoger secundair onderwijs)

Rechtspositieregeling OCMW Heusden-Zolder BIJLAGEN. Bijlage 1: diplomavoorwaarden

SELECTIEPROGRAMMA & DIPLOMAVOORWAARDEN DESKUNDIGE VRIJE TIJD CULTUUR, TOERISME & EVENEMENTEN - Graad B1-B3 (Bachelor)

SELECTIEPROGRAMMA & DIPLOMAVOORWAARDEN DESKUNDIGE VRIJE TIJD JEUGD & SPORT Graad B1-B3 (Bachelor)

AANWERVING DESKUNDIGE MANAGEMENT ONDERSTEUNING (M/V/X)

AANWERVING ADJUNCT-COÖRDINATOR SOCIO-CULTURELE ZAKEN (M/V/X)

RECHTSPOSITIEREGELING. van het stadspersoneel BIJLAGEN

Bekwaamheidsbewijzen ten minste bachelor + BPB

AANWERVING SYSTEEMBEHEERDER ICT (M/V/X)

Hoofdstuk IV : Werknemers die hoofdzakelijk intellectuele arbeid verrichten. Afdeling 1 : Administratief personeel. Art.10

AANWERVING DESKUNDIGE HRM (M/V/X)

KOPPELING DIPLOMA - ADMINISTRATIEF NIVEAU

RECHTSPOSITIEREGELING. van het stadspersoneel BIJLAGEN

RECHTSPOSITIEREGELING. van het stadspersoneel BIJLAGEN

RECHTSPOSITIEREGELING. van het stadspersoneel BIJLAGEN

KOPPELING DIPLOMA - ADMINISTRATIEF NIVEAU

Revalidatiecentra

KOPPELING DIPLOMA - ADMINISTRATIEF NIVEAU

RECHTSPOSITIEREGELING. van het OCMW-personeel BIJLAGEN

Functie- en competentieprofiel Secretaris OCMW Alveringem Decretale graad (0,75FTE)

AANWERVING SYSTEEMVERANTWOORDELIJKE ICT (M/V/X)

INFORMATIEBERICHT. Secretaris Decretale graad klasse 5

GEMEENTE BRASSCHAAT. Aanwervingsprocedure. voor bibliotheekmedewerker C1-C3. 2 contractuele plaatsen 19/38 voor onbepaalde duur INFORMATIEFOLDER

Revalidatiecentra

1. Algemene toelatingsvoorwaarden en de algemene aanwervingsvoorwaarden Uittreksel uit de rechtspositieregeling

KOPPELING DIPLOMA - ADMINISTRATIEF NIVEAU

KOPPELING DIPLOMA - ADMINISTRATIEF NIVEAU

BIJLAGE. Vlaamse Gemeenschapscommissie Collegebesluit nr Bijlage nr. 3. Graden. Rang Graad Graden die toegang verlenen

1. DE AANWERVINGSVOORWAARDEN:

Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en diensten Ziekenhuizen & psychiatrische verzorgingstehuizen

SELECTIEREGLEMENT. Het BIJZONDER gedeelte georganiseerd voor de graad van FISCAAL DESKUNDIGE is opgenomen in dit reglement.

INFORMATIEBERICHT. Maatschappelijk werk(st)er Graad B1-B3

FUNCTIEBESCHRIJVING ARCHIEFBEHEERDER WELZIJNSKOEPEL WEST-BRABANT

1. DE AANWERVINGSVOORWAARDEN:

Loonaanpassing wegens : De aanvangsleeftijd voor alle schalen werden afgeschaft CAO 26/01/2009

INFORMATIEBERICHT. Coördinator technische dienst Graad B1-B3. Waaraan moet je voldoen om te mogen deelnemen aan de selectie?

P.C. nr Rustoorden voor bejaarden en rust- en verzorgingstehuizen

! " #" $ % & $ & "! ' ( ) & ) & ) * + *,+ *,+ + -.& / 0 (

6 SEPTEMBER Koninklijk besluit tot bescherming van de beroepstitel en van de uitoefening van het beroep van vastgoedmakelaar.

Advies van 10 maart 2014 met betrekking tot de wijziging van het koninklijk besluit van 22 november 1990

Informatiebundel aanwervingsexamen maatschappelijk werker algemene dienstverlening

I KOPPELING DIPLOMA - ADMINISTRATIEF NIVEAU I

INFORMATIEBERICHT. Coördinator dagverzorgingscentrum Graad B1 - B3. Waaraan moet je voldoen om te mogen deelnemen aan de selectie?

Selectieprocedure voor de functie van Zorgkundige C1-C2 (m/v) ten behoeve van het woonzorgcentrum Sint-Gerardus van het OCMW van Menen

INFORMATIEBERICHT Hoofdanimator Graad C1 C3

P.C. nr Rustoorden voor bejaarden en rust- en verzorgingstehuizen

Afdelingshoofd Maatschappelijke Dienstverlening

Kwalificatiebewijs voor kinderbegeleider (gezinsopvang en groepsopvang) en voor verantwoordelijke van maximaal 18 opvangplaatsen

Diensthoofd interne werking en burgerzaken (B1-B3)

INFORMATIEBERICHT DIENSTHOOFD OMGEVING EN ECONOMIE/ OMGEVINGSMABTENAAR. Graad A1a-A3a voltijds statutair

Aan de verantwoordelijke beheersinstanties van de rusthuizen

Hoofd Vrije Tijd (A1a-A3a)

N Landmeters A05 Brussel, MH/BL/LC A D V I E S. over DE GELIJKWAARDIGHEID VAN DIPLOMA'S VOOR HET BEKOMEN VAN DE TITEL VAN LANDMETER-EXPERT

INFORMATIEBERICHT. Directeur Dienstenchequebedrijf. Contractuele tewerkstelling - onbepaalde duur - voltijds

INFORMATIEBERICHT. Administratief medewerker Graad C1-C3. Waaraan moet je voldoen om te mogen deelnemen aan de selectie?

INFORMATIEBERICHT. Communicatieverantwoordelijke Graad A1-A3

Informatiebundel aanwervingsexamen administratief medewerker

INFORMATIEBERICHT. Omgevingsambtenaar Graad B1-B3

INFORMATIEBERICHT. Coördinator sport Graad A1-A3

VR DOC.0207/2

Loonaanpassing wegens : De basisbarema's worden op 145,68 % gebracht

Administratief medewerker

Gemeente Sint-Martens-Latem INFORMATIEBERICHT VRIJETIJDSCONSULENT

Gemeente Sint-Martens-Latem INFORMATIEBERICHT STEDENBOUWKUNDIG AMBTENAAR B1-B3

Gemeente Sint-Martens-Latem INFORMATIEBERICHT DESKUNDIGE PATRIMONIUM

INFORMATIEBERICHT. Directeur Dienstenchequebedrijf. Contractuele tewerkstelling - onbepaalde duur - voltijds

INFORMATIEBERICHT. Algemeen directeur Decretale graad. Waaraan moet je voldoen om te mogen deelnemen aan de selectie?

INFORMATIEBERICHT. Gegradueerd verpleegkundige Graad BV1 -BV2-BV3. Waaraan moet je voldoen om te mogen deelnemen aan de selectie?

SELECTIEREGLEMENT. Het BIJZONDER gedeelte georganiseerd voor de graad van FISCAAL DESKUNDIGE is opgenomen in dit reglement.

Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en diensten Ziekenhuizen & psychiatrische verzorgingstehuizen

Verantwoordelijke ICT B1-B3

Administratief medewerker sociale dienst (ref. 17soc) CONTRACTUEEL. C1-C3 voltijds (38/38)

SELECTIEREGLEMENT. Het BIJZONDER gedeelte georganiseerd voor de graad van FISCAAL DESKUNDIGE is opgenomen in dit reglement.

Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen

TITEL III BIJZONDERE VOORWAARDEN VOOR DE TOEGANG TOT DE BETREKKINGEN DEEL III BESTUURDER RANGERINGEN

R e c h t s p o s i t i e r e g e l i n g

INFORMATIEBERICHT. Afdelingshoofd vrije tijd Graad A4a-A4b. Waaraan moet je voldoen om te mogen deelnemen aan de selectie?

ICT-coördinator Contractueel voltijds (38/38) Functiebeschrijving

Diensthoofd openbare werken B1-B3

Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen

Zitting Gemeenteraad van 25 september 2007

Rusthuizen voor bejaarden, Rust- en verzorgingstehuizen, Dagverzorgingscentra voor bejaarden, Dagcentra voor bejaarden

Projectmedewerker lokaal cultuurbeleid

INFORMATIEBERICHT. Gebrevetteerd verpleegkundige Graad C3-C4. Waaraan moet je voldoen om te mogen deelnemen aan de selectie?

Thuisverpleging

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

De kandidaten die ten onrechte aan de procedure mochten deelgenomen hebben, kunnen in geen geval toelaatbaar worden verklaard.

Vlaamse Trainersschool

TITEL III BIJZONDERE VOORWAARDEN VOOR DE TOEGANG TOT DE BETREKKINGEN DEEL III VEILIGHEIDSBEDIENDE. - Securail

Informatiebrochure. Verpleegkundige (Gegradueerd/Gebrevetteerd)

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP DEPARTEMENT ALGEMENE ZAKEN EN FINANCIEN

ICT VERANTWOORDELIJKE (B4-B5 CONTRACTUEEL VOLTIJDS 38U/WEEK)

INFORMATIEBERICHT. Deskundige patrimonium en uitbestede werken Graad B1-B3. Waaraan moet je voldoen om te mogen deelnemen aan de selectie?

INFORMATIEBERICHT. Maatschappelijk werker. Graad B1-B3 voltijds contractueel. Opgemaakt op 20/08/2019 voor stad en OCMW Tielt VERTROUWELIJK

Transcriptie:

Rechtspositieregeling OCMW Heusden-Zolder BIJLAGEN Bijlage 1: diplomavoorwaarden Raad voor Maatschappelijk Welzijn d.d. 31 mei 2011 Versie OCMW-raad van 20 juni 2017

BIJLAGE 1: diplomavoorwaarden BVR RPR 0 Diplomavoorwaarden 1. De volgende diploma's en getuigschriften worden, naargelang van het administratieve niveau, in aanmerking genomen voor aanwerving: Niveau A: academisch gerichte masterdiploma's die uitgereikt zijn door: - de Belgische universiteiten, met inbegrip van de aan die universiteiten verbonden scholen, of de bij wet of bij decreet daarmee gelijkgestelde instellingen; - een door de Staat of door een van de gemeenschappen opgerichte, gesubsidieerde of erkende instelling voor hoger onderwijs; - een door de Staat of door een van de gemeenschappen ingestelde examencommissie. Niveau A (overgangsmaatregel): a) diploma's van licentiaat, doctor, apotheker, burgerlijk ingenieur, landbouwkundig ingenieur, ingenieur voor de scheikunde en de landbouwindustrieën, handelsingenieur, burgerlijk ingenieur-architect, bioingenieur, arts, tandarts of dierenarts, uitgereikt door de Belgische universiteiten, met inbegrip van de aan die universiteiten verbonden scholen, of door de bij wet of bij decreet daarmee gelijkgestelde instellingen, als de studie ten minste vier jaar heeft omvat, zelfs als een gedeelte van die studie niet in een van de voormelde onderwijsinstellingen werd volbracht of als de examens niet werden afgelegd bij een door de Staat of door een van de gemeenschappen ingestelde examencommissie; b) diploma's van licentiaat in de handelswetenschappen, van handelsingenieur, van licentiaat in de bestuurskunde, van licentiaat-vertaler, van licentiaat-tolk, van licentiaat in de nautische wetenschappen, van industrieel ingenieur, van architect of van licentiaat in de toegepaste communicatie, van licentiaat in de kinesitherapie en van licentiaat in de arbeidsorganisatie en gezondheid, uitgereikt door een door de Staat of door een van de gemeenschappen opgerichte, gesubsidieerde of erkende instelling voor hoger onderwijs van twee cycli of door een door de Staat of door een van de gemeenschappen ingestelde examencommissie; c) diploma's van interieurarchitect, licentiaat in de productontwikkeling, meester in de muziek of in de beeldende kunst of in de dramatische kunst of in de audiovisuele kunst of in het productdesign of in de conservatie-restauratie, uitgereikt door een door de Vlaamse Gemeenschap opgerichte, gesubsidieerde of erkende instelling van het hoger onderwijs van twee cycli of door een door die gemeenschap ingestelde examencommissie; d) getuigschriften, uitgereikt aan degenen die geslaagd zijn voor de studie aan de polytechnische afdeling of aan de afdeling Alle Wapens van de Koninklijke Militaire School en die krachtens de wet van 11 september 1933 op de bescherming van de titels van het hoger onderwijs gerechtigd zijn tot het voeren van de titel van burgerlijk ingenieur of van licentiaat, met de door de koning bepaalde kwalificatie; e) diploma uitgereikt door de Koloniale Hogeschool van België in Antwerpen, of licentiaatsdiploma, uitgereikt door het Universitair Instituut voor Overzeese Gebieden in Antwerpen als de studie ten minste vier jaar heeft omvat; f) diploma van licentiaat in de handelswetenschappen, in de bestuurswetenschappen, van handelsingenieur, van licentiaat-vertaler of van licentiaat-tolk, uitgereikt door instellingen van hoger technisch onderwijs van de derde graad of door instellingen van technisch onderwijs, gerangschikt als handelshogescholen categorie A5, of door een door de Staat ingestelde examencommissie; g) diploma of eindgetuigschift, uitgereikt na een cyclus van vijf jaar door de afdeling Bestuurswetenschappen van het Institut d'enseignement supérieur Lucien Cooremans in Brussel of door het Hoger Instituut voor Bestuurs- en Handelswetenschappen in Elsene of door het Provinciaal Hoger Instituut voor Bestuurswetenschappen in Antwerpen. Niveau B: a) bachelordiploma's die uitgereikt zijn door: - een door de Staat of door een van de gemeenschappen opgerichte, gesubsidieerde of erkende instelling voor hoger onderwijs; - een door de Staat of door een van de gemeenschappen ingestelde examencommissie; b) diploma's van een afdeling van het hoger onderwijs voor sociale promotie van één cyclus, uitgereikt OCMW Heusden-Zolder diplomavoorwaarden versie: 12/11/2010 1

BIJLAGE 1: diplomavoorwaarden BVR RPR 0 door een instelling, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat of door een van de gemeenschappen. c) voor de functie van deskundige sociale dienst is het diploma vereist van: 1 bachelor in het sociaal-agogisch werk met de titel van maatschappelijk assistent, of een daarmee gelijkgesteld diploma. 2 bachelor in de verpleegkunde, afstudeerrichting sociale verpleegkunde, of een daarmee gelijkgesteld diploma. Niveau B (overgangsmaatregel): a) getuigschrift, diploma of brevet van het zeevaartonderwijs van de hogere cyclus; b) diploma van meetkundig schatter van onroerende goederen; c) diploma van mijnmeter; d) een diploma, uitgereikt in een basisopleiding van één cyclus of in een initiële lerarenopleiding van één cyclus door een hogeschool, opgericht, erkend of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, of door een examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap; e) kandidaatsdiploma of -getuigschrift, uitgereikt na een cyclus van ten minste twee jaar studie ofwel door de Belgische universiteiten, met inbegrip van de aan die universiteiten verbonden scholen, de bij de wet ermee gelijkgestelde instellingen of de instellingen voor hoger onderwijs van twee cycli, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat of door een van de gemeenschappen ofwel door een door de Staat of door een van de gemeenschappen ingestelde examencommissie; f) diploma van technisch ingenieur, uitgereikt na hogere technische leergangen van de tweede graad; g) getuigschrift van het pedagogisch hoger onderwijs van het korte type voor sociale promotie, uitgereikt door een instelling, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Vlaamse Gemeenschap of door een examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap; h) getuigschrift na het slagen voor de eerste twee studiejaren van de polytechnische afdeling of van de afdeling Alle Wapens van de Koninklijke Militaire School; i) diploma van hoger kunst- of technisch onderwijs van de 3e, 2e of 1e graad, uitgereikt door een instelling opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat of door een van de gemeenschappen; j) diploma, uitgereikt na een cyclus van ten minste twee jaar studie, door de Koloniale Hogeschool van België in Antwerpen of kandidaatsdiploma, uitgereikt door het Universitair Instituut voor Overzeese Gebieden in Antwerpen; k) kandidaatsdiploma, uitgereikt na een cyclus van ten minste twee jaar studie door een instelling van hoger technisch onderwijs van de derde graad, of door een instelling van technisch onderwijs, gerangschikt als handelshogescholen in de categorie A5; l) diploma van burgerlijk conducteur, uitgereikt door een Belgische universiteit; m) diploma van technisch ingenieur, afgeleverd door een hogere technische school van de tweede graad; n) diploma van geaggregeerde voor het lager secundair onderwijs, van lager onderwijzer, lagere onderwijzeres of bewaarschoolonderwijzeres; o) diploma van gegradueerde in de landbouwwetenschappen, uitgereikt overeenkomstig de bepalingen van artikel 8 van het koninklijk besluit van 31 oktober 1934 tot vaststelling van de voorwaarden voor het toekennen der diploma's van landbouwkundig ingenieur, van scheikundig landbouwingenieur, van ingenieur voor waters en bossen, van koloniaal landbouwkundig ingenieur, van tuinbouwkundig ingenieur, van boerderijbouwkundig ingenieur, van ingenieur der landbouwbedrijven, zoals het werd gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 juli 1936; p) diploma, uitgereikt door een instelling voor het hoger technisch onderwijs van de eerste graad met volledig leerplan opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat of door een van regeringswege samengestelde examencommissie; q) diploma, uitgereikt door een instelling voor hoger technisch onderwijs, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat of door een van regeringswege samengestelde examencommissie en gerangschikt in een van de volgende categorieën: A1, A6/A1, A7/A1, C1/A1, A8/A1, A1/D, A2/An, C1/D, C5/C1/D, C1/An of door een van regeringswege samengestelde examencommissie; r) diploma, gerangschikt in de categorie B3/B1, uitgereikt na een cyclus van ten minste zevenhonderdvijftig OCMW Heusden-Zolder diplomavoorwaarden versie: 12/11/2010 2

BIJLAGE 1: diplomavoorwaarden BVR RPR 0 lestijden door een instelling voor technisch onderwijs, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat, die bij de toelating, een diploma eist van volledige hogere secundaire studies of het welslagen voor een daarmee gelijkgesteld toelatingsexamen of een diploma van een afdeling, gerangschikt in de categorie B3/B2, uitgereikt door een instelling voor technisch onderwijs, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat, die bij de toelating een diploma eist van lagere secundaire studies of het welslagen voor een daarmee gelijkgesteld toelatingsexamen; s) diploma van het hoger onderwijs van één cyclus met volledig leerplan, uitgereikt door de instellingen, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat of door een van de gemeenschappen of door een door de Staat of door een van de gemeenschappen ingestelde examencommissie. Niveau C: a) gehomologeerd of door de examencommissie van de Staat of van een van de gemeenschappen voor het secundair onderwijs uitgereikt getuigschrift van hoger secundair onderwijs; b) gehomologeerd of door de examencommissie van de Staat of van een van de gemeenschappen voor het secundair onderwijs uitgereikt bekwaamheidsdiploma dat toegang verleent tot het hoger onderwijs; c) diploma, uitgereikt na het examen, vermeld in artikel 5 van de wetten op het toekennen van de academische graden en het programma van de universitaire examens, gecoördineerd op 31 december 1949; d) brevet van verpleeg- of ziekenhuisassistent of van verpleger, uitgereikt hetzij door een door de Staat in de categorie van de aanvullende secundaire beroepsscholen opgerichte, gesubsidieerde of erkende verplegingsafdeling, hetzij door een door de Staat of een van de gemeenschappen ingestelde examencommissie; e) diploma van secundair onderwijs, uitgereikt in het algemeen, het technisch, het kunst- of het beroepssecundair onderwijs door een door de Staat of door een van de gemeenschappen opgerichte, erkende of gesubsidieerde instelling of door de examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap; f) studiegetuigschrift van het tweede leerjaar van de derde graad van het beroepssecundair onderwijs, uitgereikt door een door de Staat of door een van de Gemeenschappen opgerichte, erkende of gesubsidieerde instelling; g) getuigschrift, diploma of brevet van het zeevaartonderwijs van de hogere secundaire cyclus; h) diploma van een tot de groep handel, administratie en organisatie behorende afdeling van een hogere secundaire technische leergang van een instelling voor technisch onderwijs, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat of door een van de Gemeenschappen, uitgereikt na een cyclus van ten minste zevenhonderdvijftig lestijden. Niveau C (overgangsmaatregelen): a) getuigschrift, uitgereikt na een van de voorbereidende proeven, voorgeschreven in artikel 10, 10bis en 12 van de op 31 december 1949 gecoördineerde wetten op het toekennen van de academische graden en het programma van de universitaire examens, zoals die bepalingen bestonden voor 8 juni 1964; b) gehomologeerd of door de examencommissie van de Staat voor het hoger middelbaar onderwijs afgeleverd diploma of getuigschrift van hoger middelbaar onderwijs; c) erkend of aanvaard diploma van middelbare studies van de hogere graad (handelsafdeling); d) diploma of eindgetuigschrift van hoger middelbaar onderwijs, behaald met vrucht; e) gehomologeerd diploma van de hogere secundaire technische school of eindgetuigschrift van studies in een hogere secundaire technische school, uitgereikt na een cyclus van drie jaar hogere secundaire studies, door een instelling van technisch onderwijs, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat, of diploma van de hogere secundaire technische school, uitgereikt door de examencommissie van de Staat; f) diploma of eindgetuigschrift van de hogere secundaire technische school, de vroegere categorieën A2, A6/A2, A6/C1/A2, A7/A2, A8/A2, A2A, C1, C1A, C5/C1, C1/A2, uitgereikt na een cyclus van drie jaar hogere secundaire studie, door een instelling van technisch onderwijs, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat of door een examencommissie van de Staat; g) gehomologeerd diploma van hoger secundair kunstonderwijs met volledig leerplan, uitgereikt overeenkomstig de voorwaarden, bepaald bij het koninklijk besluit van 10 februari 1971 tot vaststelling OCMW Heusden-Zolder diplomavoorwaarden versie: 12/11/2010 3

BIJLAGE 1: diplomavoorwaarden BVR RPR 0 van de gelijkwaardigheid van het studiepeil van de instellingen voor kunstonderwijs met dat van de hogere secundaire technische school en waarbij de voorwaarden voor het uitreiken van de diploma's bepaald worden en het koninklijk besluit van 25 juni 1976 tot regeling van de studies van sommige hogere secundaire afdelingen van de instellingen voor kunstonderwijs met volledig leerplan; h) einddiploma, eindgetuigschrift, studieattest of brevet van het zesde jaar van het kunst- of beroepssecundair onderwijs met volledig leerplan, uitgereikt door een instelling, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat; i) brevet of eindgetuigschrift, uitgereikt na afloop van de hogere cyclus van een beroepsafdeling verbonden aan een instelling voor technisch onderwijs, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat en gerangschikt in één van de categorieën A4, C3, C2, C5; j) diploma, uitgereikt na een cyclus van ten minste zevenhonderdvijftig lestijden, door een instelling voor technisch onderwijs, gerangschikt in de categorie B3/B1, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat; k) einddiploma of -getuigschrift, uitgereikt na een cyclus van ten minste zevenhonderdvijftig lestijden, door een instelling voor technisch onderwijs, gerangschikt in de categorie B3/B2, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat en die bij de toelating een diploma eist van lagere secundaire studie of het welslagen voor een daarmee gelijkgesteld toelatingsexamen; l) einddiploma, studiegetuigschrift of getuigschrift, uitgereikt na het volgen, met vrucht volbracht, van het zesde leerjaar van het algemeen, het technisch, het kunst- of het beroepssecundair onderwijs met volledig leerplan, uitgereikt door een instelling, opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Staat of door een van de gemeenschappen. Niveau D: geen diploma of studiegetuigschrift vereist. Niveau E: geen diploma of studiegetuigschrift vereist. 2. De in overeenstemming met een buitenlandse regeling behaalde diploma s en studiegetuigschriften die, krachtens verdragen of internationale overeenkomsten of met toepassing van de procedure voor het verlenen van de gelijkwaardigheid, voorgeschreven bij de wet van 19 maart 1971 betreffende de gelijkwaardigheid van de buitenlandse diploma s en getuigschriften, gelijkwaardig worden verklaard met een van de in deze lijst vermelde diploma s of studiegetuigschriften, worden eveneens in aanmerking genomen voor toelating tot de diensten van gemeenten en provincies. 3. In afwijking van punt 2 worden de bepalingen van de richtlijn 89/48/EEG van de Raad van de EEG van 21 december 1988 betreffende een algemeen stelsel van erkenning van hogeronderwijsdiploma s waarmee beroepsopleidingen van ten minste drie jaar worden afgesloten, evenals de bepalingen van de richtlijn 92/51/EEG van de Raad van de EEG van 18 juni 1992 betreffende een tweede algemeen stelsel van erkenning van beroepsopleidingen, in aanmerking genomen voor de toelating tot de diensten van de gemeenten en provincies. Om de waarde van de voorgestelde titels te kennen, legt de aanstellende overheid die titels voor advies voor aan de bevoegde onderwijsoverheden. OCMW Heusden-Zolder diplomavoorwaarden versie: 12/11/2010 4

Rechtspositieregeling OCMW Heusden-Zolder BIJLAGEN Bijlage 2: aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden Raad voor Maatschappelijk Welzijn d.d. 31 mei 2011 Versie OCMW-raad van 20 juni 2017

BIJLAGE 2: aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden - RPR 100. MANAGEMENT 110. ALGEMENE LEIDING GRAAD AANWERVING BEVORDERING 111. OCMW-SECRETARIS diploma Masterdiploma (of hiermee gelijkgesteld) in de rechten of bestuurswetenschappen of politieke wetenschappen of sociale wetenschappen of economische wetenschappen of handelswetenschappen. Diploma dat toegang geeft tot het niveau A, zoals bepaald in het K.B. van 20 juli 1993 en gewijzigd bij artikel 223 BVR-RPR van 7 december 2007. Getuigschrift van provinciale bestuurswetenschappen of management in openbare besturen (indien de functionaris in het bezit is van een Masterdiploma dat 60 uren publiek, administratief en/of burgerlijk recht omvat, wordt hij vrijgesteld van de diplomavereiste. anciënniteit minimum 4 jaren relevante beroepservaring. minimum 4 jaren dienstanciënniteit in het OCMW. graad decretale graad 110. ALGEMENE LEIDING GRAAD AANWERVING BEVORDERING 112. FINANCIEEL BEHEERDER diploma Masterdiploma (of hiermee gelijkgesteld) in de rechten of bestuurswetenschappen of politieke wetenschappen of sociale wetenschappen of economische wetenschappen of handelswetenschappen. Diploma dat toegang geeft tot het niveau A, zoals bepaald in het K.B. van 20 juli 1993 en gewijzigd bij artikel 223 BVR-RPR van 7 december 2007. Getuigschrift van provinciale bestuurswetenschappen of management in openbare besturen (indien de functionaris in het bezit is van een Masterdiploma dat 60 uren publiek, administratief en/of burgerlijk recht omvat, wordt hij vrijgesteld van de diplomavereiste. anciënniteit minimum 4 jaren relevante beroepservaring. minimum 4 jaren dienstanciënniteit in het OCMW. graad decretale graad 110. ALGEMENE LEIDING GRAAD AANWERVING BEVORDERING 113. ALGEMEEN DIENSTHOOFD masterdiploma (of hiermee gelijkgesteld) in het vakgebied rechten: politieke, sociale, psychologische of pedagogische wetenschappen. OF bachelor in het sociaal-agogisch werk met de titel van maatschappelijk assistent, of een daarmee gelijkgesteld diploma. OF bachelor in de verpleegkunde, afstudeerrichting sociale verpleegkunde, of een daarmee gelijkgesteld diploma. diploma's én 2. bewijs van genoten bijscholing met gunstig gevolg beëindigd, conform de hierna beschreven lijst (*) anciënniteit minimum 4 jaar nuttige ervaring in de sociale sector minimum 4 jaar nuttige ervaring in de OCMW-diensten bijkomende vorming (*) de bijscholing situeert zich op bachelorniveau of hoger toegelaten afwijking : indien de bijscholing werd gevolgd bij een vormingscentrum buiten het onderwijssysteem, dient het bewijs geleverd te worden dat het voorgelegde programma werd ingericht het geheel van de gevolgde bijscholing dient minimum 200 uren te omvatten en tevens over de verschillende onderdelen aan volgende voorwaarden te voldoen: minimum 100 uren dienen te handelen over aspecten van leidinggeven in de non-profitsector indicatieve aspecten zijn: leiderschapsvisies en -stijlen; human-resourcesmanagement; teamwerking; interne en externe communicatie; loopbaanontwikkeling; conflicthantering, e.a. minimum 50 uren dienen te handelen over aspecten van organisatieontwikkeling en kwaliteitsmanagement. indicatieve aspecten zijn: visies en processen met betrekking tot beleidsvoorbereiding-planning en -uitvoering; veranderingsprocessen begeleiden; projectmanagement; marketing; visies en methodieken m.b.t. kwaliteitsmanagement; minimum 50 uren dienen te handelen over methodieken in het maatschappelijk werk. Deze bijscholing dient de meeste courante methodieken te benaderen. De kandidaat dient het bewijs te leveren dat de door hem/haar voorgelegde bijscholingsattesten voldoen aan alle voorwaarden. Het Vast Bureau beslist, na advies van de secretaris, of aan alle voorwaarden op een voldoende wijze wordt voldaan. "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 1

BIJLAGE 2: aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden - RPR 120. DIENSTVERANTWOORDELIJKEN GRAAD ZOWEL AANWERVING ALS BIJ BEVORDERING 121. DIENSTVERANTWOORDELIJKE SOCIALE DIENST diploma's anciënniteit bijkomende vorming (*) OF bachelor in het sociaal-agogisch werk met de titel van maatschappelijk assistent, of een daarmee gelijkgesteld diploma. OF bachelor in de verpleegkunde, afstudeerrichting sociale verpleegkunde, of een daarmee gelijkgesteld diploma. 2. bewijs van genoten bijscholing, conform de hierna beschreven lijst (*) minimum 4 jaar anciënniteit als maatschappelijk werk(st)er in de sociale sector Deze bijscholing kan worden bewezen onder volgende vorm: het met gunstig gevolg beëindigd hebben van een bijscholingsprogramma dat voldoet aan de hierna beschreven kwalitatieve en kwantitatieve normen: de bijscholing situeert zich op graduaatsniveau of hoger toegelaten afwijking: indien de bijscholing werd gevolgd bij een vormingscentrum buiten het onderwijssysteem, dient het bewijs geleverd te worden dat het voorgelegde programma werd ingericht voor en op het niveau van leidinggevenden in de non-profitsector; het geheel van de gevolgde bijscholing dient minimum 100 uren te omvatten en tevens over de verschillende onderdelen aan volgende voorwaarden te voldoen: minimum 50 uren dienen te handelen over aspecten van leidinggeven in de non-profitsector. indicatieve aspecten zijn: leiderschapsvisies en -stijlen; human-resourcesmanagement; teamwerking; interne en externe communicatie; loopbaanontwikkeling; conflicthantering, e.a. minimum 25 uren dienen te handelen over aspecten van organisatieontwikkeling en kwaliteitsmanagement. indicatieve aspecten zijn: visies en -processen met betrekking tot beleidsvoorbereiding-planning en -uitvoering; veranderingsprocessen begeleiden; projectmanagement; marketing; visies en methodieken m.b.t. kwaliteitsmanagement; minimum 25 uren dienen te handelen over methodieken in het maatschappelijk werk Deze bijscholing dient de meest courante methodieken te benaderen. De kandidaat dient het bewijs te leveren dat de door hem/haar voorgelegde bijscholingsattesten voldoen aan alle voorwaarden. Het Vast Bureau beslist, na advies van de secretaris, of aan alle voorwaarden op een voldoende wijze wordt voldaan. 122. 123. DIENSTVERANTWOORDELIJKE THUISZORGDIENSTEN NIET VAN TOEPASSING DIENSTVERANTWOORDELIJKE BUITENSCHOOLSE KINDEROPVANG NIET VAN TOEPASSING "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 2

BIJLAGE 2: aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden - RPR 120. DIENSTVERANTWOORDELIJKEN GRAAD ZOWEL AANWERVING ALS BIJ BEVORDERING 124. DIENSTVERANTWOORDELIJKE PERSONEELSDIENST diploma's anciënniteit 1.OF bachelor in het sociaal-agogisch werk met de titel van maatschappelijk assistent, of een daarmee gelijkgesteld diploma. OF bachelor in de verpleegkunde, afstudeerrichting sociale verpleegkunde, of een daarmee gelijkgesteld diploma. 2. bewijs van genoten bijscholing, conform de hierna beschreven lijst (*) minimum vier jaar anciënniteit in een functie die aansluit met het gevraagde diploma. bijkomende vorming (*) De kandidaat dient op het ogenblik dat het aanwervings- en/of bevorderingsexamen plaatsvindt het bewijs te leveren dat een bijscholingsprogramma werd gevolgd dat toelaat om de functie degelijk te kunnen vervullen. Deze bijscholing kan worden bewezen onder volgende vorm van het met gunstig gevolg beëindigd hebben van een bijscholingsprogramma dat voldoet aan de hierna beschreven kwalitatieve en kwantitatieve normen: de bijscholing situeert zich op graduaatsniveau of hoger. Toegelaten afwijking: indien de bijscholing werd gevolgd bij een vormingscentrum buiten het onderwijssysteem, dient het bewijs geleverd te worden dat het voorgelegde programma werd ingericht voor en op het niveau van leidinggevenden in de nonprofitsector; het geheel van de gevolgde bijscholing dient minimum 100 uren te omvatten en tevens over de verschillende onderdelen aan volgende voorwaarden te voldoen minimum 40 uren dienen te handelen over aspecten van leidinggeven in de non-profitsector. indicatieve aspecten zijn: leiderschapsvisies en -stijlen; teamwerking; interne en externe communicatie; conflicthantering, e.a. minimum 30 uren dienen te handelen over aspecten van organisatieontwikkeling en kwaliteitsmanagement indicatieve aspecten zijn: visies en processen met betrekking tot beleidsvoorbereiding, -planning en -uitvoering; veranderingsprocessen begeleiden; projectmanagement; marketing; visies en methodieken m.b.t. kwaliteitsmanagement minimum 30 uren dienen te handelen over methodieken in het managen van human-resources indicatieve aspecten zijn: competentiemanagement, selectietechnieken, diversiteitsbeleid, loopbaanontwikkeling ea. Deze bijscholing dient de meest courante methodieken te benaderen. De kandidaat dient het bewijs te leveren dat de door hem/haar voorgelegde bijscholingsattesten voldoen aan alle voorwaarden. Het Vast Bureau beslist, na advies van de secretaris, of aan alle voorwaarden op een voldoende wijze wordt voldaan. "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 3

BIJLAGE 2: aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden - RPR 200 DESKUNDIGEN / COORDINATOREN 210. COORDINATOREN BKO GRAAD AANWERVING 211. COORDINATOR BUITENSCHOOLSE KINDEROPVANG NIET VAN TOEPASSING 220. COORDINATOR THUISZORGDIENSTEN GRAAD AANWERVING 221. COORDINATOR THUISZORGDIENSTEN NIET VAN TOEPASSING 222. DIETISTE THUISZORGDIENSTEN NIET VAN TOEPASSING 223. COORDINATOR DAGVERZORGINGSCENTRUM NIET VAN TOEPASSING 224. SOCIAAL VERPLEEGKUNDIGE IN HET DAGVERZORGINGSCENTRUM NIET VAN TOEPASSING 230. DESKUNDIGEN SOCIALE DIENST GRAAD AANWERVING 231. DESKUNDIGE SOCIALE DIENST diploma OF bachelor in het sociaal-agogisch werk met de titel van maatschappelijk assistent, of een daarmee gelijkgesteld diploma. OF bachelor in de verpleegkunde, afstudeerrichting sociale verpleegkunde, of een daarmee gelijkgesteld diploma. 240. JURIST(E) SOCIALE DIENST GRAAD 241. JURIST(E) SOCIALE DIENST diploma houd(st)er zijn van het diploma van doctor of master in de rechten AANWERVING bijkomende voorwaarden= houder zijn van een getuigschrift van gespecialiseerde opleiding schuldbemiddeling van tenminste 60 uren ofwel een nuttige beroepservaring van tenminste 3 jaar kunnen voorleggen, conform artikel 5 van het decreet houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap d.d. 24 juli 1996 (publicatie B.S. d.d. 5 oktober 1996) 250. COORDINATOR LOGISTIEK & VEILIGHEID GRAAD 251. COORDINATOR LOGISTIEK & VEILIGHEID diploma 260. DESKUNDIGE FINANCIËN GRAAD 261. DESKUNDIGE FINANCIËN diploma anciënniteit bachelor (of hoger onderwijs korte type) in een technische richting of gelijkgesteld bachelor (of hoger onderwijs korte type) in één van de vakgebieden "handelswetenschappen en bedrijfskunde" in overeenstemming met de bepalingen van de rechtspositieregeling. AANWERVING AANWERVING / BEVORDERING "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 4

BIJLAGE 2: aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden - RPR 300. MEDEWERKERS ZORG & KINDEROPVANG 310. BEGELEIDERS BUITENSCHOOLSE KINDEROPVANG GRAAD AANWERVING 311. BEGELEIDER BUITENSCHOOLSE KINDEROPVANG NIET VAN TOEPASSING 320. VERZORGENDEN IN GEZINNEN GRAAD AANWERVING 321. VERZORGENDE IN GEZINNEN NIET VAN TOEPASSING 330. VERZORGENDEN IN DAGVERZORGINGSCENTRUM GRAAD AANWERVING 331. VERZORGENDE DAGVERZORGINGSCENTRUM NIET VAN TOEPASSING 340. POETSHULPEN IN GEZINNEN GRAAD AANWERVING 341. POETSHULP IN GEZINNEN NIET VAN TOEPASSING 400. FACILITAIRE MEDEWERKERS 410. TECHNISCHE MEDEWERKERS GRAAD AANWERVING / BEVORDERING 411. WERKMAN/-VROUW - BUSCHAUFFEUR AANWERVING diploma bijkomende vereiste geen diploma vereist in het bezit zijn van rijbewijs D en medisch geschikt zijn. 412. WERKMAN/-VROUW AANWERVING diploma geen diploma vereist 413. PLOEGBAAS ONDERHOUD PATRIMONIUM AANWERVING / BEVORDERING diploma anciënniteit geen diploma vereist minimum 4 jaar relevante beroepservaring die aansluit bij de inhoud van de te begeven functie. 414. PLOEGBAAS TECHNISCHE DIENST AANWERVING / BEVORDERING diploma anciënniteit geen diploma vereist minimum 4 jaar relevante beroepservaring die aansluit bij de inhoud van de te begeven functie. 415. GESCHOOLDE WERKMAN/-VROUW AANWERVING / BEVORDERING diploma bijkomende vereiste voldoende relevante beroepservaring die aansluit bij de inhoud van de te begeven functie. facultatief: in het bezit zijn van rijbewijs D of deze behalen tijdens de tewerkstelling. "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 5

BIJLAGE 2: aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden - RPR 420. ADMINISTRATIEF MEDEWERKERS GRAAD AANWERVING 421. ADMINISTRATIEF MEDEWERKER diploma hoger secundair onderwijs of gelijkgesteld 422. ADMINISTRATIEF ASSISTENT(E) NIET VAN TOEPASSING 500. DOELGROEPMEDEWERKERS 510. DOELGROEP- MEDEWERKERS GRAAD AANWERVING met toepassing van artikel 33bis rechtspositieregeling 511. DOELGROEPMEDEWERKER diploma geen diploma vereist "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 6

Rechtspositieregeling OCMW Heusden-Zolder BIJLAGEN Bijlage 3: selectietechnieken per graad Raad voor Maatschappelijk Welzijn d.d. 31 mei 2011 Versie OCMW-raad van 20 juni 2017

BIJLAGE 3: selectietechnieken per graad - RPR 100. MANAGEMENT 110. ALGEMENE LEIDING GRAAD AANWERVING EN BEVORDERING 111. OCMW-SECRETARIS TOTAAL 100 PUNTEN schriftelijke proef (60 punten) 1. Grondige kennis van: (30 punten) OCMW-wetgeving, administratief recht, gerelateerd aan de werking van het OCMW, 2. Gevalsstudie: (30 punten) De kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie die zich tijdens de uitoefening van de functie kan voordoen. De globale problematiek wordt hierbij geschetst, waarna de kandidaat een oplossing uitwerkt en deze oplossing aan de hand van een verslag motiveert. mondelinge proef (40 punten) psychotechnische proeven Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. Deze proef wordt afgenomen door een erkend psychologisch bureau. Het resultaat van de psychotechnische proef is: ongeschikt - voorbehoud - geschikt. De kandidaten die de quotering "voorbehoud of geschikt" verkregen, worden als geslaagd beschouwd. De kandidaten die de quotering "ongeschikt verkregen, worden als niet geslaagd beschouwd. 110. ALGEMENE LEIDING GRAAD AANWERVING EN BEVORDERING 112. FINANCIEEL BEHEERDER TOTAAL 100 PUNTEN schriftelijke proef (60 punten) 1. Grondige kennis van: (30 punten) OCMW-wetgeving, administratief recht, gerelateerd aan de werking van het OCMW, 2. Gevalsstudie: (30 punten) De kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie die zich tijdens de uitoefening van de functie kan voordoen. De globale problematiek wordt hierbij geschetst, waarna de kandidaat een oplossing uitwerkt en deze oplossing aan de hand van een verslag motiveert. mondelinge proef (40 punten) psychotechnische proeven Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. Deze proef wordt afgenomen door een erkend psychologisch bureau. Het resultaat van de psychotechnische proef is: ongeschikt - voorbehoud - geschikt. De kandidaten die de quotering "voorbehoud of geschikt" verkregen, worden als geslaagd beschouwd. De kandidaten die de quotering "ongeschikt verkregen, worden als niet geslaagd beschouwd. "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 1

BIJLAGE 3: selectietechnieken per graad - RPR 110. ALGEMENE LEIDING GRAAD AANWERVING EN BEVORDERING 113. ALGEMEEN DIENSTHOOFD TOTAAL 100 PUNTEN 1. Grondige kennis van: (30 punten) schriftelijke proef (60 punten) OCMW-wetgeving, wetgevingen en reglementeringen, gerelateerd met de dienstverlenende opdracht van het OCMW 2. Gevalsstudie: (30 punten) De kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie die zich tijdens de uitoefening van de functie kan voordoen. De globale problematiek wordt hierbij geschetst, waarna de kandidaat een oplossing uitwerkt en deze oplossing aan de hand van een verslag motiveert. mondelinge proef (40 punten) psychotechnische proeven Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. Deze proef wordt afgenomen door een erkend psychologisch bureau. Het resultaat van de psychotechnische proef is: ongeschikt - voorbehoud - geschikt. De kandidaten die de quotering "voorbehoud of geschikt" verkregen, worden als geslaagd beschouwd. De kandidaten die de quotering "ongeschikt verkregen, worden als niet geslaagd beschouwd. 120. DIENSTVERANTWOORDELIJKEN GRAAD AANWERVING EN BEVORDERING 121. DIENSTVERANTWOORDELIJKE SOCIALE DIENST TOTAAL 100 PUNTEN 1. Grondige kennis van: (30 punten) schriftelijke proef (60 punten) OCMW-wetgeving, wetgevingen en reglementeringen, gerelateerd aan het domein van de maatschappelijke dienstverlening 2. Gevalsstudie: (30 punten) De kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie die zich tijdens de uitoefening van de functie kan voordoen. De globale problematiek wordt hierbij geschetst, waarna de kandidaat een oplossing uitwerkt en deze oplossing aan de hand van een verslag motiveert. mondelinge proef (40 punten) psychotechnische proeven Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. Deze proef wordt afgenomen door een erkend psychologisch bureau. Het resultaat van de psychotechnische proef is: ongeschikt - voorbehoud - geschikt. De kandidaten die de quotering "voorbehoud of geschikt" verkregen, worden als geslaagd beschouwd. De kandidaten die de quotering "ongeschikt verkregen, worden als niet geslaagd beschouwd. "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 2

BIJLAGE 3: selectietechnieken per graad - RPR 120. DIENSTVERANTWOORDELIJKEN GRAAD AANWERVING EN BEVORDERING 122. DIENSTVERANTWOORDELIJKE THUISZORGDIENSTEN TOTAAL 100 PUNTEN schriftelijke proef (60 punten) 1. Grondige kennis van: (30 punten) OCMW-wetgeving, wetgevingen en reglementeringen, gerelateerd aan het domein van de thuiszorg 2. Gevalsstudie: (30 punten) De kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie die zich tijdens de uitoefening van de functie kan voordoen. De globale problematiek wordt hierbij geschetst, waarna de kandidaat een oplossing uitwerkt en deze oplossing aan de hand van een verslag motiveert. 120. DIENSTVERANTWOORDELIJKEN mondelinge proef (40 punten) psychotechnische proeven GRAAD Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. Deze proef wordt afgenomen door een erkend psychologisch bureau. Het resultaat van de psychotechnische proef is: ongeschikt - voorbehoud - geschikt. De kandidaten die de quotering "voorbehoud of geschikt" verkregen, worden als geslaagd beschouwd. De kandidaten die de quotering "ongeschikt verkregen, worden als niet geslaagd beschouwd. AANWERVING EN BEVORDERING 123. DIENSTVERANTWOORDELIJKE BUITENSCHOOLSE KINDEROPVANG TOTAAL 100 PUNTEN schriftelijke proef (60 punten) 1. Grondige kennis van: (30 punten) OCMW-wetgeving, wetgevingen en reglementeringen, gerelateerd aan het domein van de kinderopvang 2. Gevalsstudie: (30 punten) De kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie die zich tijdens de uitoefening van de functie kan voordoen. De globale problematiek wordt hierbij geschetst, waarna de kandidaat een oplossing uitwerkt en deze oplossing aan de hand van een verslag motiveert. 120. DIENSTVERANTWOORDELIJKEN mondelinge proef (40 punten) psychotechnische proeven GRAAD Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. Deze proef wordt afgenomen door een erkend psychologisch bureau. Het resultaat van de psychotechnische proef is: ongeschikt - voorbehoud - geschikt. De kandidaten die de quotering "voorbehoud of geschikt" verkregen, worden als geslaagd beschouwd. De kandidaten die de quotering "ongeschikt verkregen, worden als niet geslaagd beschouwd. AANWERVING EN BEVORDERING 124. DIENSTVERANTWOORDELIJKE PERSONEELSDIENST TOTAAL 100 PUNTEN schriftelijke proef (60 punten) 1. Grondige kennis van: (30 punten) OCMW-wetgeving, wetgevingen en reglementeringen, gerelateerd aan het domein van personeelsbeheer en personeelsmanagement 2. Gevalsstudie: (30 punten) De kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie die zich tijdens de uitoefening van de functie kan voordoen. De globale problematiek wordt hierbij geschetst, waarna de kandidaat een oplossing uitwerkt en deze oplossing aan de hand van een verslag motiveert. mondelinge proef (40 punten) psychotechnische proeven Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. Deze proef wordt afgenomen door een erkend psychologisch bureau. Het resultaat van de psychotechnische proef is: ongeschikt - voorbehoud - geschikt. De kandidaten die de quotering "voorbehoud of geschikt" verkregen, worden als geslaagd beschouwd. De kandidaten die de quotering "ongeschikt verkregen, worden als niet geslaagd beschouwd. "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 3

BIJLAGE 3: selectietechnieken per graad - RPR 200 DESKUNDIGEN / COORDINATOREN 210. COORDINATOREN BKO GRAAD AANWERVING 211. COORDINATOREN BUITENSCHOOLSE KINDEROPVANG NIET VAN TOEPASSING 220. COORDINATOR THUISZORGDIENSTEN GRAAD AANWERVING 221. COORDINATOR THUISZORGDIENSTEN NIET VAN TOEPASSING 220. COORDINATOR THUISZORGDIENSTEN GRAAD AANWERVING 222. DIETISTE THUISZORGDIENSTEN NIET VAN TOEPASSING 220. COORDINATOR THUISZORGDIENSTEN GRAAD AANWERVING 223. COORDINATOR DAGVERZORGINGSCENTRUM NIET VAN TOEPASSING "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 4

BIJLAGE 3: selectietechnieken per graad - RPR 220. COORDINATOR THUISZORGDIENSTEN GRAAD AANWERVING 224. SOCIAAL VERPLEEGKUNDIGE IN HET DAGVERZORGINGSCENTRUM NIET VAN TOEPASSING 230. DESKUNDIGEN SOCIALE DIENST GRAAD AANWERVING 231. DESKUNDIGE SOCIALE DIENST TOTAAL 100 PUNTEN schriftelijke proef (60 punten) mondelinge proef (40 punten) psychotechnische proeven 1. Gevalsstudie: (30 punten) De kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie die zich tijdens de uitoefening van de functie kan voordoen. De globale problematiek wordt hierbij geschetst, waarna de kandidaat een oplossing uitwerkt en deze oplossing aan de hand van een verslag motiveert. 2. Grondige kennis van de wetgeving, die tijdens de uitoefening van de beoogde functie aan bod komt (de kandidaten zullen bij inschrijving van de examens een gedetailleerde lijst ontvangen van de diverse wetten en besluiten waarover ondervraagd zal worden). (30 punten) Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. Deze proef wordt afgenomen door een erkend psychologisch bureau. Het resultaat van de psychotechnische proef is: ongeschikt - voorbehoud - geschikt. De kandidaten die de quotering "voorbehoud of geschikt" verkregen, worden als geslaagd beschouwd. De kandidaten die de quotering "ongeschikt verkregen, worden als niet geslaagd beschouwd. 240. JURIST(E) SOCIALE DIENST GRAAD AANWERVING 241. JURIST(E) SOCIALE DIENST TOTAAL 100 PUNTEN schriftelijke proef (60 punten) mondelinge proef (40 punten) psychotechnische proeven 1. Gevalsstudie: (30 punten) De kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie die zich tijdens de uitoefening van de functie kan voordoen. De globale problematiek wordt hierbij geschetst, waarna de kandidaat een oplossing uitwerkt en deze oplossing aan de hand van een verslag motiveert. 2. Grondige kennis van de wetgeving, die tijdens de uitoefening van de beoogde functie aan bod komt (de kandidaten zullen bij inschrijving van de examens een gedetailleerde lijst ontvangen van de diverse wetten en besluiten waarover ondervraagd zal worden). (30 punten) Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. Deze proef wordt afgenomen door een erkend psychologisch bureau. Het resultaat van de psychotechnische proef is: ongeschikt - voorbehoud - geschikt. De kandidaten die de quotering "voorbehoud of geschikt" verkregen, worden als geslaagd beschouwd. De kandidaten die de quotering "ongeschikt verkregen, worden als niet geslaagd beschouwd. 250. COORDINATOR LOGISTIEK & VEILIGHEID GRAAD AANWERVING 251. COORDINATOR LOGISTIEK & VEILIGHEID TOTAAL 100 PUNTEN praktische proef (60 punten) mondelinge proef (40 punten) psychotechnische proeven Gevalsstudie: (60 punten) De kandidaat wordt geconfronteerd met één of meerdere stalen van het werk dat in de beoogde functie aan bod kan komen, teneinde het inzicht in het werk, de handigheid en de lichamelijke geschiktheid te kunnen beoordelen tijdens de uitvoering van deze zaak. Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. Deze proef wordt afgenomen door een erkend psychologisch bureau. Het resultaat van de psychotechnische proef is: ongeschikt - voorbehoud - geschikt. De kandidaten die de quotering "voorbehoud of geschikt" verkregen, worden als geslaagd beschouwd. De kandidaten die de quotering "ongeschikt verkregen, worden als niet geslaagd beschouwd. 260. DESKUNIDGE FINANCIËN GRAAD AANWERVING / BEVORDERING 261. DESKUNDIGE FINANCIËN TOTAAL 100 PUNTEN schriftelijke proef (60 punten) Grondige kennis van de wetgeving die tijdens de uitoefening van de beoogde functie aan bod komt. (30 punten) Gevalsstudie: de kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie die zich tijdens de uitoefening van de functie kan voordoen. De globale problematiek wordt hierbij geschetst, waarna de kandidaat een oplossing uitwerkt en deze aan de hand van een verslag motiveert. (30 punten) mondelinge proef (40 punten) psychotechnische proeven Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. Deze proef wordt afgenomen door een erkend psychologisch bureau. Het resultaat van de psychotechnische proef is: ongeschikt - voorbehoud - geschikt. De kandidaten die de quotering "voorbehoud of geschikt" verkregen, worden als geslaagd beschouwd. De kandidaten die de quotering "ongeschikt verkregen, worden als niet geslaagd beschouwd. "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 5

BIJLAGE 3: selectietechnieken per graad - RPR 300. MEDEWERKERS ZORG & KINDEROPVANG 310. BEGELEIDERS BUITENSCHOOLSE KINDEROPVANG GRAAD AANWERVING 311. BEGELEIDER BUITENSCHOOLSE KINDEROPVANG NIET VAN TOEPASSING 320. VERZORGENDEN IN GEZINNEN GRAAD AANWERVING 321. VERZORGENDE IN GEZINNEN NIET VAN TOEPASSING 330. VERZORGENDEN IN DAGVERZORGINGSCENTRUM GRAAD AANWERVING 331. VERZORGENDE DAGVERZORGINGSCENTRUM NIET VAN TOEPASSING 300. MEDEWERKERS ZORG & KINDEROPVANG 340. POETSHULPEN IN GEZINNEN GRAAD AANWERVING 341. POETSHULP IN GEZINNEN NIET VAN TOEPASSING "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 6

BIJLAGE 3: selectietechnieken per graad - RPR 400. FACILITAIRE MEDEWERKERS 410. TECHNISCHE MEDEWERKERS GRAAD AANWERVING 411. WERKMAN/VROUW - BUSCHAUFFEUR TOTAAL 100 PUNTEN praktische proef (60 punten) mondelinge proef (40 punten) Gevalsstudie: de kandidaat wordt geconfronteerd met één of meerdere stalen van het uitvoerend werk dat in de beoogde functie aan bod kan komen, teneinde het inzicht in het werk, de handigheid en de lichamelijke geschiktheid te kunnen beoordelen tijdens de uitvoering van deze taak. Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van de motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. 410. TECHNISCHE MEDEWERKERS GRAAD AANWERVING 412. WERKMAN/-VROUW TOTAAL 100 PUNTEN praktische proef (60 punten) mondelinge proef (40 punten) Gevalsstudie: de kandidaat wordt geconfronteerd met één of meerdere stalen van het uitvoerend werk dat in de beoogde functie aan bod kan komen, teneinde het inzicht in het werk, de handigheid en de lichamelijke geschiktheid te kunnen beoordelen tijdens de uitvoering van deze taak. Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van de motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. 410. TECHNISCHE MEDEWERKERS GRAAD AANWERVING / BEVORDERING 413. PLOEGBAAS ONDERHOUD PATRIMONIUM TOTAAL 100 PUNTEN praktische proef (60 punten) mondelinge proef (40 punten) Gevalsstudie: de kandidaat wordt geconfronteerd met één of meerdere stalen van het uitvoerend werk dat in de beoogde functie aan bod kan komen, teneinde het inzicht in het werk, de handigheid en de lichamelijke geschiktheid te kunnen beoordelen tijdens de uitvoering van deze taak. Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van de motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. 410. TECHNISCHE MEDEWERKERS GRAAD AANWERVING / BEVORDERING 414. PLOEGBAAS TECHNISCHE DIENST TOTAAL 100 PUNTEN praktische proef (60 punten) mondelinge proef (40 punten) 410. TECHNISCHE MEDEWERKERS GRAAD AANWERVING / BEVORDERING 415. GESCHOOLDE WERKMAN/-VROUW TOTAAL 100 PUNTEN schriftelijke proef (30 punten) praktische proef (40 punten) mondelinge proef (30 punten) 420. ADMINISTRATIEF MEDEWERKERS GRAAD AANWERVING 422. ADMINISTRATIEF ASSISTENT(E) NIET VAN TOEPASSING Gevalsstudie: de kandidaat wordt geconfronteerd met één of meerdere stalen van het uitvoerend werk dat in de beoogde functie aan bod kan komen, teneinde het inzicht in het werk, de handigheid en de lichamelijke geschiktheid te kunnen beoordelen tijdens de uitvoering van deze taak. Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van de motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. Bondig verslag over een werkaangelegenheid. Oppervlakteberekening en berekening van de hoeveelheid te gebruiken materialen. Gevalsstudie: de kandidaat wordt geconfronteerd met één of meerdere stalen van het uitvoerend werk dat in de beoogde functie aan bod kan komen, teneinde het inzicht in het werk, de handigheid en de lichamelijke geschiktheid te kunnen beoordelen tijdens de uitvoering van deze taak. Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van de motivatie en van zijn interesse voor het werkterrein. 500. DOELGROEPMEDEWERKERS 510. DOELGROEPMEDEWERKERS GRAAD AANWERVING met toepassing van artikel 33bis rechtspositieregeling 511. DOELGROEPMEDEWERK(ST)ER TOTAAL 100 PUNTEN proef n.a.v. het project waarin de tewerkstelling zich bevindt, zal de selectietechniek hierop afgestemd worden. "personeelsgroepen: artikel 104 1 en 2 OD" 7

Rechtspositieregeling OCMW Heusden-Zolder BIJLAGEN Bijlage 4: competentiewoordenboek Raad voor Maatschappelijk Welzijn d.d. 31 mei 2011 Versie OCMW-raad van 20 juni 2017

BIJLAGE 4: Competentiewoordenboek Competentiewoordenboek OCMW HEUSDEN-ZOLDER Versie: Managementteam 17/09/2009 Bijzonder Onderhandelingscomité 14/12/2009 Raad voor Maatschappelijk Welzijn 15/12/2009 Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 1

Competenties OCMW Heusden-Zolder totaaloverzicht alfabetisch 1. Analytisch vermogen 2. Animatieve vaardigheden 3. CLIËNTGERICHTHEID 4. Coachend leiderschap 5. Communicatieve vaardigheden 6. Conceptueel denken 7. Flexibiliteit 8. Grenzen stellen en gepast handelen 9. Initiatief nemen 10. Inlevingsvermogen 11. Innovatief vermogen 12. INTEGER EN RESPECTVOL HANDELEN 13. IT & administratieve vaardigheden 14. Leerbereidheid 15. Luisteren 16. Methodisch werken 17. Nauwkeurigheid 18. Onderhandelen 19. Oordeelkundige besluitvaardigheid 20. Organisatiesensitiviteit 21. Plannen en organiseren 22. Probleemoplossend vermogen 23. SAMENWERKEN 24. Stressbestendigheid 25. Veilig, hygiënisch en gezond werken 26. VERANTWOORDELIJKHEIDSZIN 27. Werk opvolgen 28. Zelfstandig werken Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 2

Competenties OCMW Heusden-Zolder toewijzing aan functiegroepen Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 3

algemene leiding dienstverantwoordelijken coördinatoren buitenschoolse kinderopvang coördinatoren thuiszorgdiensten * deskundigen sociale dienst coördinator L&V jurist sociale dienst desk. financiën begeleiders buitenschoolse kinderopvang verzorgenden dagverzorgingscentrum verzorgenden in gezinnen poetshulpen in gezinnen ploegbazen Onderhoud pat. Technische dienst technische medewerkers administratieve medewerkers FUNCTIEGROEP / HOOFDGROEP MANAGEMENT DESKUNDIGEN / COÖRDINATOREN MEDEWERKERS ZORG & KINDEROPVANG FACILITAIRE MEDEWERKERS FUNCTIEGROEP / GRAAD KERNCOMPETENTIES Cliëntgerichtheid X X X X X X X X X X X X X X X Integer en respectvol handelen X X X X X X X X X X X X X X X Samenwerken X X X X X X X X X X X X X X X Verantwoordelijkheidszin X X X X X X X X X X X X X X X OVERIGE COMPETENTIES Analytisch vermogen X X FD Animatieve vaardigheden X X Coachend leiderschap X X X X X X Communicatieve vaardigheden X X X X X X X X X X X X X X Conceptueel denken X X Flexibiliteit X X X X X X X X X X X X X X X Grenzen stellen en gepast optreden X X X X Initiatief nemen X X X X X X X X X Inlevingsvermogen X X X X X X X X Innovatief vermogen X X X X X SECR ONT PD SVK SD BKO TZD IT & administratieve vaardigheden X X Leerbereidheid X X X Luisteren X Methodisch werken X X X X X X X Nauwkeurigheid FB X X X X X X X X Onderhandelen S X Oordeelkundige besluitvaardigheid X DVTZD DVBKO DVSD Organisatie sensitiviteit X DVPD Plannen en organiseren X X X X X X X X X X X X X X X Probleemoplossend vermogen DH X X X X X X X X X X X X Stressbestendigheid X X X X Veilig, hygiënisch en gezond werken X X X X X X X Werk opvolgen X X X X Zelfstandig werken X TOTAAL 14 14 13 13 13 13 13 13 13 13 13 13 13 13 13 * coördinatoren thuiszorgdiensten is de verzamelnaam van coördinator thuiszorgdiensten, diëtist thuiszorgdiensten, coördinator dagverzorgingscentrum en sociaal verpleegkundige dagverzorgingscentrum. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 4

Kerncompetenties per functie(groep) OCMW Heusden-Zolder Er zijn steeds 5 kerncompetenties toegekend aan een specifieke functie of functiegroep. Deze competenties zijn doorslaggevend om in de functie goed te kunnen functioneren en krijgen daarom in het beoordelingssysteem extra aandacht. Voor elke medewerker van OCMW Heusden-Zolder, ongeacht de functie of de dienst, zijn onderstaande competenties de kerncompetenties: - Cliëntgerichtheid - Integer & respectvol handelen - Samenwerken - Verantwoordelijkheidszin Voor elke functie(groep) wordt nog één extra kerncompetentie toegevoegd zoals weergegeven in onderstaande tabel. FUNCTIEGROEPEN Management Algemene leiding Dienstverantwoordelijken Deskundigen/coördinatoren Coördinatoren buitenschoolse kinderopvang Coördinatoren thuiszorgdiensten Deskundigen Sociale dienst Coördinator logistiek en veiligheid Jurist sociale dienst Deskundige financiën Medewerkers zorg en kinderopvang Begeleiders buitenschoolse kinderopvang Verzorgenden in dagverzorgingscentrum Verzorgenden in gezinnen Poetshulpen in gezinnen Medewerker-coaches Facilitaire medewerkers Technische medewerkers Ploegbazen onderhoud patrimonium technische dienst Administratieve medewerkers financiële dienst Administratieve medewerkers overige diensten Aanvullende KERNCOMPETENTIE Conceptueel denken Coachend leiderschap Coachend leiderschap Methodisch werken Methodisch werken Veilig,hygiënisch en gezond werken Methodisch werken Analytisch vermogen Methodisch werken Methodisch werken Methodisch werken Veilig, hygiënisch en gezond werken Methodisch werken Probleemoplossend vermogen Plannen en organiseren Plannen en organiseren Analytisch vermogen IT & Administratieve vaardigheden Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 5

Competenties OCMW Heusden-Zolder Beschrijving in gedrag Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 6

Analytisch vermogen Het ontleden en verwerken van gegevens door het opsporen van mogelijke oorzaken, het herkennen van relevante informatie, hiertussen verbanden leggen en de gangbare denkwijze in vraag stellen. Functiegroep: algemene leiding Specifiek: administratief medewerker financiële dienst en deskundige financiën Algemene leiding: OCMW-secretaris, financieel beheerder OCMW, algemeen diensthoofd Denkt buiten de gebaande paden Kan relevante informatie opzoeken en toepassen in de praktijk. Heeft oog voor kritische informatie en activiteiten en beziet de mogelijkheden hiervan voor de organisatie. Bekijkt ingewikkelde vraagstukken vanuit meerdere invalshoeken met gevolgen op lange termijn en kan deze complexiteit omzetten in een werkbaar geheel. Denkt, buiten de gebaande paden van de geijkte problemen en oplossingen, ook over de grenzen van het eigen vakgebied/beleidsterrein heen. Ziet trends en patronen in ogenschijnlijk niet-gerelateerde feiten. Deskundige financiën Onderzoekt, verklaart en integreert alternatieven Kan ingewikkelde vraagstukken vanuit verschillende invalshoeken ontleden, ook als de informatie (nog) niet compleet is. Detecteert onderliggende problemen, oorzaken en gevolgen. Beschouwt breed de verschillende, soms tegenstrijdige, analyses van anderen. Integreert deze tot een eigen onderbouwde realistische analyse waarin alternatieven met oorzaak en gevolg geduid worden. Overziet de gevolgen van beleidsbeslissingen op eigen werkterrein op termijn en redeneert logisch wat de effecten van acties zijn voor de organisatie. Administratief medewerker financiële dienst Ontleedt en verwerkt financiële gegevens Heeft inzicht in financiële denk- en werkwijzen. Kan relevante financiële informatie opzoeken en toepassen in de werkprocessen. Kan complexe financiële informatie ontleden en verwerken. Kan een link leggen tussen financiële processen en de impact hiervan op de organisatie. Bekijkt ingewikkelde financiële vraagstukken vanuit meerdere invalshoeken met de gevolgen op lange termijn. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 7

Animatieve vaardigheden Erop gericht zijn de cliënt (= kind of zorgvrager) te stimuleren op cognitief, sociaalemotioneel, motorisch en taalvlak door het aanbieden van een gevarieerd aanbod aan activiteiten en inspelend op de behoeften, interesses en ontwikkeling van de cliënt. Specifiek: begeleiders buitenschoolse kinderopvang en verzorgenden in dagverzorgingscentrum Begeleiders buitenschoolse kinderopvang Activiteiten kunnen aanbrengen naar een bepaalde doelgroep Stimuleert en motiveert kinderen tot initiatief volgens de leeftijd, het ritme en de ontwikkeling van elk kind: biedt prikkels aan op cognitief, sociaal-emotioneel, motorisch en taalvlak, geeft spelimpulsen. Ontwikkelt gevarieerde en uitdagende spelactiviteiten aangepast aan de leefwereld, de inbreng en de ontwikkeling van het kind. Hij/zij hanteert hierbij verschillende spelvormen en technieken. Geeft kinderen de mogelijkheid om te stoppen of niet deel te nemen aan activiteiten. Legt nadruk op plezier, betrokkenheid en welbevinden van kinderen in plaats van op het resultaat. Speelt mee met de kinderen zonder het spel te remmen. Verzorgenden in dagverzorgingscentrum Activiteiten kunnen aanbrengen naar een bepaalde doelgroep Bejaarden stimuleren tot activiteiten met het oog op de zelfredzaamheid. Heeft een goed groepsoverzicht en heeft oog voor de individuele noden. Kan situaties herkennen die uit de hand kunnen lopen en treedt tijdig op om escalaties te voorkomen. Legt nadruk op plezier, betrokkenheid en welbevinden i.p.v. het resultaat. Ontwikkelt aangepaste activiteiten rekeninghoudend met de zorgbehoevendheid van de verschillende gebruikers. Cliëntgerichtheid (kerncompetentie) Inspelen op de behoeften van de interne en externe cliënt en ernaar handelen, een hoge prioriteit geven aan dienstverlening en cliënttevredenheid. Dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang, personeelsdienst Optimaliseert de dienstverlening van de organisatie Herkent behoeften van cliënt(-groepen) en signaleert/vertaalt deze naar overleg/activiteiten binnen de organisatie. Stimuleert anderen om te reflecteren over de cliëntgerichtheid van hun aanpak en om deze continu te verbeteren. Gaat op gestructureerde wijze na op welke punten de dienstverlening kan worden verbeterd. Stelt doelstellingen voorop op het vlak van cliëntgerichtheid en -tevredenheid. Past diensten, procedures en doelstellingen aan in overleg met de betrokken verantwoordelijken om beter aan toekomstige behoeften en verwachtingen van cliënten te beantwoorden. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 8

Coördinator logistiek en veiligheid Ontwikkelt en onderhoudt klantenrelaties Verdiept zich in de concrete situatie van de klant, richt zich op verbetering, ontwikkelt een relatie met de klant. Signaleert en herkent uitgesproken klantwensen uit de directe omgeving en vertaalt deze correct naar activiteiten binnen de organisatie. Onderneemt acties om voor de klant een geschikte oplossing te bieden voor specifieke vragen en problemen. Speelt flexibel in op wensen van de klant en toetst de klanttevredenheid. Gaat zelf kritisch na op welke punten de eigen dienstverlening aan de klant kan worden verbeterd. Ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Ontwikkelt en onderhoudt klantenrelaties Verdiept zich in de concrete situatie van de klant, richt zich op verbetering, ontwikkelt een relatie met de klant. Signaleert en herkent uitgesproken klantwensen uit de directe omgeving en vertaalt deze correct naar activiteiten binnen de organisatie. Onderneemt acties om voor de klant een geschikte oplossing te bieden voor specifieke vragen en problemen en bewaakt hierbij de professionele en de eigen grenzen. Speelt flexibel in op wensen van de klant en toetst de klanttevredenheid. Gaat zelf kritisch na op welke punten de eigen dienstverlening aan de klant kan worden verbeterd. Technische medewerkers, poetshulpen in gezinnen Neemt een dienstverlenende houding aan Is flexibel naar klanten toe, luistert aandachtig naar wensen van klanten en vraagt naar hun tevredenheid. Maakt duidelijke afspraken, geeft informatie en zorgt voor een goede voortzetting van de dienstverlening aan klanten. Formuleert de klantvraag helder en eenduidig. Jurist sociale dienst, administratieve medewerkers, medewerker-coaches, verzorgenden in gezinnen, verzorgenden in dagverzorgingscentrum, Ontwikkelt en onderhoudt klantenrelaties Verdiept zich in de concrete situatie van de cliënt, richt zich op verbetering, ontwikkelt een relatie met de cliënt en neemt effectieve acties om de tevredenheid van de klant te vergroten. Onderneemt acties om voor de klant een geschikte oplossing te bieden voor specifieke vragen en problemen. Speelt flexibel in op wensen van de klant en toetst de klanttevredenheid. Signaleert en herkent uitgesproken klantwensen uit de directe omgeving en vertaalt deze correct naar activiteiten binnen de organisatie. Begeleiders buitenschoolse kinderopvang Ontwikkelt en onderhoudt klantenrelaties Neemt een klantvriendelijke houding aan waarbij hulpvaardigheid, vriendelijkheid en laagdrempeligheid en professionaliteit centraal staan. Is alert om signalen en vragen van de cliënt op te vangen en neemt hierbij een actieve luisterhouding aan. Gaat op gepaste wijze om met vragen, opmerkingen, suggesties en klachten: beantwoordt vragen op een correcte wijze, zoekt mee naar doeltreffende antwoorden, maakt afspraken en komt de gemaakt afspraken na. Zorgt voor voldoende terugkoppeling naar de cliënt en de leidinggevende. Gaat zelf kritisch na op welke punten de eigen dienstverlening aan de cliënt kan worden verbeterd. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 9

Deskundigen sociale dienst en deskundige financiën Ontwikkelt en onderhoudt cliëntrelaties Is goed bereikbaar voor de cliënt, staat open voor vragen en reageert gepast en snel, behandelt klachten op de juiste wijze. Verdiept zich in de concrete situatie van de cliënt, richt zich op verbetering, ontwikkelt een relatie met de cliënt en neemt effectieve acties om de tevredenheid te vergroten. Onderneemt acties om voor de cliënt een geschikte oplossing te bieden voor specifieke vragen en problemen. Gaat zelf kritisch na op welke punten de eigen dienstverlening aan de cliënt kan worden verbeterd. Formuleert concrete voorstellen met betrekking tot het verbeteren van de eigen dienstverlening en die van de organisatie. Coördinatoren thuiszorgdiensten Optimaliseert de eigen dienstverlening Verdiept zich in de concrete situatie van de klant, richt zich op verbetering, ontwikkelt een relatie met de klant en neemt effectieve acties om de tevredenheid van de klant te vergroten. Onderneemt acties om voor de klant een geschikte oplossing te bieden voor specifieke vragen en problemen. Signaleert en herkent uitgesproken klantwensen uit de directe omgeving en vertaalt deze correct naar activiteiten binnen de organisatie. Gaat zelf kritisch na op welke punten de eigen dienstverlening aan de klant kan worden verbeterd. Formuleert concrete voorstellen met betrekking tot het verbeteren van de eigen dienstverlening en die van de organisatie. Coördinatoren buitenschoolse kinderopvang Optimaliseert de eigen dienstverlening Neemt een klantvriendelijke houding aan waarbij hulpvaardigheid, vriendelijkheid en laagdrempeligheid en professionaliteit centraal staan. Signaleert en herkent uitgesproken klantwensen uit de directe omgeving en vertaalt deze correct naar activiteiten binnen de organisatie. Verdiept zich in de concrete situatie van de klant en neemt effectieve acties om voor de klant een geschikte oplossing te bieden en zo de tevredenheid van de klant te vergroten. Gaat zelf kritisch na op welke punten de eigen dienstverlening aan de klant kan worden verbeterd. Formuleert concrete voorstellen met betrekking tot het verbeteren van de eigen dienstverlening en die van de organisatie. Financieel beheerder OCMW Optimaliseert de dienstverlening van de organisatie Houdt bij de organisatie van de financiële dienstverlening maximaal rekening met de eigenheid van de doelgroep van het OCMW. Formuleert concrete voorstellen en doelstellingen met betrekking tot het verbeteren van de eigen dienstverlening op vlak van cliënttevredenheid. Zorgt voor transparante werkafspraken omtrent het beheren van financiële middelen door medewerkers. Past in overleg met het managementteam procedures aan om beter aan behoeften en verwachtingen van cliënt(-groepen) te beantwoorden. Zorgt voor een transparante financiële adviesverlening voor het managementteam en het bestuur. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 10

OCMW-secretaris, algemeen diensthoofd Optimaliseert de dienstverlening van de organisatie Analyseert maatschappelijke noden en zet deze om in strategische doelstellingen. Onderzoekt gericht de behoeften en verwachtingen van cliënten en medewerkers. Stelt doelstellingen voorop, op het vlak van klantgerichtheid en klantentevredenheid, op basis van een kritische analyse van de dienstverlening aan de klant. Past diensten, procedures en doelstellingen aan om beter aan de behoeften en verwachtingen van klanten te beantwoorden. Ontwikkelt en coördineert kwaliteitssystemen die maximaal afgestemd zijn op cliënt- /medewerkerstevredenheid. Coachend leiderschap Richting, sturing en aangepaste ondersteuning geven aan een groep of een persoon, samenwerkingsverbanden tot stand brengen en deze handhaven om het beoogde doel te bereiken. Functiegroep: management Specifiek: coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, coördinatoren thuiszorgdiensten, coördinator logistiek en veiligheid Ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Geeft instructies met het oog op een goede taakuitvoering Laat ruimte voor de inbreng van de medewerker. Geeft taakgericht en duidelijk feedback en tips ter verbetering van het functioneren van de medewerker. Toetst of alles begrepen is, toont interesse in de voortgang van elke medewerker en moedigt hen aan. Schat capaciteiten en mogelijkheden van medewerkers correct in. Legt uit en waarom iets op een bepaalde manier moet worden uitgevoerd; bijvoorbeeld aan de hand van concrete voorbeelden. Kan delegeren, maar houdt controle en evaluatie in eigen handen. Coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, coördinatoren thuiszorgdiensten, coördinator logistiek en veiligheid Geeft instructies conform de taakrijpheid van de medewerker of het team Zorgt voor directe communicatie en constructieve feedback. Zorgt voor duidelijkheid over het doel en van ieders rol in het bereiken van dat doel en probeert iedereen te betrekken. Communiceert duidelijk over de uit te voeren taken. Toont erkenning en waardering voor de prestaties van het team en/of de individuele medewerker. Komt op voor de behoeften van hen en motiveert actief. Toetst van nabij de uitgevoerde werkzaamheden op effectiviteit en het juist toepassen van regels en procedures en stuurt bij waar nodig. Stelt het aan de orde als prestaties of gedrag niet voldoen. Kan een medewerker effectief en efficiënt inwerken. Ondersteunt medewerkers op een actieve manier. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 11

Management: OCMW-secretaris, financieel beheerder OCMW, algemeen diensthoofd, dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang, personeelsdienst Bewaakt de voortgang en effectiviteit van het team en de individuele medewerker rekeninghoudend met relationele aspecten Inspireert en stimuleert een (project)groep of individuele medewerker, rekeninghoudend met hun persoonlijkheid, competenties en motivatie. Toont waardering en houdt rekening met ieders bijdrage. Geeft maximale ontplooiingskansen. Schept een kader rond leren en kennisdeling en organiseert activiteiten om het functioneren van de groep of het individu te verbeteren. Zorgt voor open communicatie en overleg. Schept het klimaat en de randvoorwaarden om interne conflicten te voorkomen en op te lossen. Realiseert een continue prestatieverbetering door coaching toe te passen en creëert een motiverend en ondersteunend kader. Wijst op een juiste wijze specifieke werkzaamheden toe aan de hiervoor gekwalificeerde medewerkers (technisch & taakrijpheid) en geeft hen de bevoegdheid om zelfstandig te handelen om de taken hiervoor uit te voeren. Communicatieve vaardigheden Boodschappen in een begrijpelijke taal duidelijk maken aan anderen, gebruikmakend van een spreekstijl, schrijfstijl en/of lichaamstaal aangepast aan het doelpubliek, met aandacht voor interactie. Functiegroep: management, deskundigen/coördinatoren, medewerkers zorg en kinderopvang Specifiek: administratieve medewerkers Medewerkers zorg en kinderopvang: medewerker-coaches, poetshulpen in gezinnen, verzorgenden in gezinnen, verzorgenden in dagverzorgingscentrum, begeleiders buitenschoolse kinderopvang Zorgt voor een heldere communicatie in twee richtingen Communiceert vriendelijk, duidelijk en to the point, op een wijze aangepast aan de mogelijkheden van de gesprekspartner. Richt zich tot zijn/haar gesprekspartner en gaat regelmatig na of de boodschap voor de andere duidelijk is en biedt zijn/haar gesprekspartner de mogelijkheid om vragen te stellen en de ruimte om zich te uiten. Geeft boodschappen /feedback op een gepaste en objectieve manier zodat deze maximaal herkend worden. Rapporteert op een objectieve en correcte wijze. Noteert relevante informatie op een zorgvuldige en overzichtelijke wijze. Vult werkdocumenten correct en tijdig in. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 12

Administratieve medewerkers: administratieve medewerkers onthaal, sociaal verhuurkantoor, sociale dienst, secretariaat, personeelsdienst, financiële dienst, buitenschoolse kinderopvang, thuiszorgdiensten Zorgt voor een heldere communicatie in twee richtingen Communiceert (zowel schriftelijk als mondeling) vriendelijk, duidelijk en to the point, op een wijze aangepast aan de mogelijkheden van de gesprekspartner. Stelt eenduidig leesbare documenten op, ter zake en in een correct taalgebruik. Noteert relevante informatie op een zorgvuldige en overzichtelijke wijze. Vult werkdocumenten, correct en tijdig in. Richt zich tot zijn/haar gesprekspartner en gaat regelmatig na of de boodschap voor de andere duidelijk was. Biedt zijn/haar gesprekspartner de mogelijkheid om vragen te stellen en de ruimte om zich te uiten. Ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Zorgt voor een heldere communicatie in twee richtingen Communiceert (zowel schriftelijk als mondeling) vriendelijk, duidelijk en to the point, op een wijze aangepast aan de mogelijkheden van de gesprekspartner. Communiceert taakgericht en durft bij weerstand van medewerkers (individueel of in groep) het organisatiestandpunt aan te houden. Stelt eenduidig leesbare documenten op, ter zake en in een correct taalgebruik. Noteert relevante informatie op een zorgvuldige en overzichtelijke wijze. Vult werkdocumenten, correct en tijdig in. Richt zich tot zijn/haar gesprekspartner en gaat regelmatig na of de boodschap voor de andere duidelijk was. Biedt zijn/haar gesprekspartner de mogelijkheid om vragen te stellen en de ruimte om zich te uiten. Management: OCMW-secretaris, financieel beheerder OCMW, algemeen diensthoofd, dienstverantwoordelijke sociale dienst, buitenschoolse kinderopvang, personeelsdienst, thuiszorgdiensten Deskundigen/coördinatoren: coördinatoren thuiszorgdiensten, deskundigen sociale dienst, coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, coördinator logistiek en veiligheid, jurist sociale dienst, deskundige financiën Communiceert vlot met verschillende doelgroepen, structureert en beïnvloedt. Stelt eenduidig leesbare documenten op, in een duidelijke structuur, zowel inhoudelijk als vormelijk, in een taal aangepast aan de doelgroep. Bouwt zijn/haar betoog op een gerichte en gestructureerde wijze op, met een communicatiestijl (woordenschat, tempo, non verbale) aangepast aan de doelgroep. Kan tactvol moeilijke onderwerpen bespreekbaar maken en geeft de gesprekspartner ruimte om zich te uiten. Richt zich tot zijn/haar gesprekspartner en gaat regelmatig na of de boodschap voor de andere duidelijk was. Biedt zijn/haar gesprekspartner de mogelijkheid om vragen te stellen. Communiceert bedachtzaam, vanuit zijn/haar inzicht en inschatting van de situatie en bereikt zo efficiënter zijn/haar doelen. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 13

Conceptueel denken Afstand nemen van de dagelijkse praktijk en een beeld ontwikkelen van de toekomst, op basis daarvan zich concentreren op de hoofdlijnen en op een langetermijnbeleid. Functiegroep: management Dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang en personeelsdienst Betrekt bredere factoren bij zijn/haar aanpak Kent de relevante maatschappelijke trends, sociale structuren en ontwikkelingen binnen en buiten de organisatie en het eigen beroep/domein. Wijst op nieuwe problemen en situaties die voor anderen nog niet zo duidelijk zijn. Denkt kritisch en zelfstandig. Kadert adviezen, beslissingen en initiatieven in de bredere organisatie-/beleidscontext. Maakt zich los van de dagelijkse problematiek, neemt tijd om vooruit te denken. Heeft voeling voor wat er in de toekomst kan gevraagd worden. OCMW-secretaris, financieel beheerder OCMW en algemeen diensthoofd Ontwikkelt een eigen beleid dat de organisatie op lange termijn beïnvloedt Anticipeert op maatschappelijke evoluties, sociale structuren in de toekomst, evenals op de manier om de eigen organisatie/entiteit hierop voor te bereiden. Komt met plannen en ideeën met een looptijd van enkele jaren. Kadert adviezen, beslissingen en initiatieven in de bredere organisatie-/beleidscontext. Blijft terugkoppelen naar een langetermijnvisie, ondanks de druk van dagelijkse gebeurtenissen en de vraag naar acties op korte termijn. Brengt een eigen beleid naar voren gebaseerd op een duidelijke visie m.b.t. de missie en de objectieven van de organisatie/entiteit. Flexibiliteit Eigen gedrag afstemmen om een gesteld doel te bereiken, rekeninghoudend met kansen of problemen die zich aandienen. OCMW-secretaris, financieel beheerder OCMW, algemeen diensthoofd Past zich aan bij veranderingen Maakt waar nodig gebruik van indirecte beïnvloedingsmethodes om de kansen op slagen te verhogen. Blijft doelmatig handelen in situaties waar de eigen kennis en ervaring ontoereikend is. Blijft rustig en doelmatig handelen in situaties waar meerdere variabelen plots veranderen. Verliest doelstellingen niet uit het oog. Ontwikkelt meerdere strategieën: bekijkt voorafgaand meerdere wegen om het doel te bereiken en heeft alternatieven voorhanden. Weet de impact van de wijziging van één variabele op de andere aspecten snel en correct in te schatten. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 14

Dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang, personeelsdienst Past zich aan om doelstellingen te bereiken & past zich aan bij veranderingen Verandert zijn/haar agenda en operationele planning in functie van tijdsdruk, dringende vragen of behoeften, nieuwe prioriteiten en neemt nieuwe taken op zich. Verhoogt het werktempo indien de omstandigheden dit vragen en streeft hierbij naar gelijkwaardige kwaliteit. Schakelt over van de ene werkwijze naar de andere, naargelang de noodwendigheden. Blijft doelmatig handelen in situaties waar de eigen kennis en ervaring op dat ogenblik ontoereikend blijkt. Blijft rustig en doelmatig handelen in situaties waarbij plots één of meerdere variabelen veranderen. Verliest doelstellingen niet uit het oog. Verzorgenden in gezinnen, verzorgenden in dagverzorgingscentrum, medewerker-coaches, technische en administratieve medewerkers en ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Past zich aan de situatie aan Houdt zich aan de voorgeschreven taak, maar verandert de planning in functie van tijdsdruk, nieuwe prioriteiten, dringende vragen of behoeften. Neemt nieuwe taken op zich. Verhoogt het werktempo indien de omstandigheden dit vragen. Zoekt tijdig een alternatieve oplossing/aanpak indien blijkt dat de gekozen aanpak niet geschikt was. Kan overschakelen van de ene werkwijze of opdracht naar de andere, naargelang de noodwendigheden. Is bereid, na overleg met de verantwoordelijke, om taken te doen die niet tot het normale takenpakket behoren, indien de omstandigheden dit vereisen. Poetshulpen in gezinnen Past zich aan de situatie aan Houdt zich aan de voorgeschreven taak. Verhoogt het werktempo indien de omstandigheden dit vragen. Zoekt tijdig een alternatieve oplossing/aanpak indien blijkt dat de gekozen aanpak niet geschikt was. Kan overschakelen van de ene werkwijze of opdracht naar de andere, naargelang de noodwendigheden. Is bereid, na overleg met de verantwoordelijke, om taken te doen die niet tot het normale takenpakket behoren, indien de omstandigheden dit vereisen. Begeleiders buitenschoolse kinderopvang Past zich aan de situatie aan Kan afwijken van zijn uurrooster, werkschema of eigen patronen als de situatie en/of de leidinggevende hierom vraagt. Verhoogt het werktempo indien de omstandigheden dit vragen. Zoekt tijdig een alternatieve oplossing/aanpak indien blijkt dat de gekozen aanpak niet geschikt was. Is bereid, na overleg met de verantwoordelijke, om taken te doen die niet tot het normale takenpakket behoren, indien de omstandigheden dit vereisen. Staat open voor vernieuwingen. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 15

Deskundigen sociale dienst, coördinatoren thuiszorgdiensten, coördinator logistiek en veiligheid, coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, jurist sociale dienst en deskundige financiën Past zich aan om doelstellingen te bereiken Verandert zijn/haar agenda en operationele planning in functie van tijdsdruk, nieuwe prioriteiten, dringende vragen of behoeften. Neemt nieuwe taken op zich. Verhoogt het werktempo indien de omstandigheden dit vragen en streeft hierbij naar gelijkwaardige kwaliteit. Zoekt tijdig een alternatieve oplossing/aanpak indien blijkt dat de gekozen aanpak niet geschikt was. Is bereid taken te doen die niet tot het normale takenpakket behoren, indien de omstandigheden dit vereisen. Kan overschakelen van de ene werkwijze of opdracht naar de andere, naargelang de noodwendigheden. Grenzen stellen en gepast gedrag vertonen Zijn mening, belangen, rechten, ideeën en bedenkingen op de juiste manier naar voor brengen en deze laten gelden, met respect voor de opvattingen van anderen. Functiegroep: medewerkers zorg en kinderopvang Poetshulpen in gezinnen Geeft mening op respectvolle manier weer Komt actief uit voor eigen mening en geeft de eigen professionele standpunten en deze van de organisatie weer over wat kan en niet kan op een respectvolle manier. Maakt op tactvolle wijze duidelijk wanneer hij het niet eens is met zijn gesprekspartner/-groep. Maakt op tactvolle wijze duidelijk wanneer eigen grenzen worden overschreden. Blijft rustig en respectvol omgaan met situaties waarin hij/zij geconfronteerd wordt met onaangepaste reacties, afwijkende standpunten, verbale agressie en provocaties van de gesprekspartner. Reflecteert over moeilijke situaties en bespreekt met leidinggevende/collega s om dergelijke situaties in de toekomst beter te kunnen hanteren. Verzorgenden in gezinnen, verzorgenden in dagverzorgingscentrum, medewerker-coaches Geeft mening weer, rekeninghoudend met de belangen van de hulpvrager Geeft mening weer en toont zich betrokken bij de discussie, met respect voor andere standpunten en belangen. Kan op een respectvolle en tactvolle wijze eigen belangen en grenzen bewaken en verdedigen. Blijft rustig en respectvol omgaan met situaties waarin hij/zij geconfronteerd wordt met onaangepaste reacties, afwijkende standpunten, verbale agressie en provocaties van de gesprekspartner. Handhaaft bij de verdediging van eigen voorstellen voldoende openheid en flexibiliteit ten aanzien van tegenargumenten, weerstand en kritiek. Reflecteert over moeilijke situaties en bespreekt dit met leidinggevende/collega s om dergelijke situaties in de toekomst beter te kunnen hanteren. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 16

Begeleiders buitenschoolse kinderopvang Grenzen stellen en gepast optreden Geeft aan alle kinderen in de groep complimenten en bevestigt kinderen met positief gedrag. Maant kinderen aan tot rust wanneer nodig. Stelt grenzen aan kinderen die afspraken overtreden of emotioneel buitensporig reageren: herhaalt de afspraken, geeft duidelijk aan welk gedrag gewenst is en geeft hierbij zelf het goede voorbeeld door rustig/professioneel te blijven. Vraagt bij een conflict aan ieder kind naar zijn verhaal zonder partij te kiezen, vraagt aan kinderen afhankelijk van hun leeftijd hoe ze een conflictsituatie kunnen oplossen en doet indien nodig zelf voorstellen om het conflict verzoenend af te sluiten. Kan onveilige situaties en situaties die uit de hand kunnen lopen herkennen en treedt tijdig en consequent op. Initiatief nemen Uit eigen beweging kansen signaleren, voorstellen formuleren en ernaar handelen. Functiegroep: administratieve medewerkers Specifiek: jurist sociale dienst, coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, deskundigen sociale dienst, coördinator logistiek en veiligheid, begeleiders buitenschoolse kinderopvang, poetshulpen in gezinnen, medewerker-coaches Begeleiders buitenschoolse kinderopvang Signaleert kansen en doet voorstellen Pakt werkzaamheden die binnen het eigen takenpakket vallen uit zichzelf op: ziet werk, neemt actie en wacht niet af. Handelt op basis van goed inzicht en weet welke taken wel of niet op eigen initiatief kunnen opgenomen worden. Komt met ideeën, voorstellen om het gezamenlijke resultaat te verbeteren. Indien zijn/haar werk af is, kijkt hij/zij uit naar andere opdrachten. Spreekt kinderen/ouders spontaan en persoonlijk aan. Administratieve medewerkers: adminstratief medewerker onthaal, sociaal verhuurkantoor, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang, secretariaat, personeelsdienst, financiële dienst, sociale dienst en ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Poetshulpen in gezinnen, medewerker-coaches Signaleert kansen en doet voorstellen Komt met ideeën, voorstellen om het gezamenlijke resultaat te verbeteren. Introduceert verbeteringen in werkaanpak en procedures. Handelt op basis van goed inzicht en weet welke taken wel of niet op eigen initiatief kunnen opgenomen worden. Indien het werk af is, kijkt hij/zij uit naar andere opdrachten. Engageert zich op actieve wijze. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 17

Jurist sociale dienst, coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, deskundigen sociale dienst, coördinator logistiek en veiligheid en deskundige financiën Neemt initiatief en gaat risico s aan Heeft ook oog voor problemen en opdrachten die zich buiten zijn takenpakket bevinden en overlegt met en signaleert aan de betrokken partijen. Levert ongevraagd bijdragen, pakt uitdagingen aan en gebruikt kansen op effectieve wijze. Neemt initiatief en speelt een actieve rol in groepen en/of samenwerkingsverbanden. Zet zich actief in voor de belangen van de organisatie door het afstappen op situaties. Doet ongevraagd suggesties voor verbetering. Inlevingsvermogen Het aanvoelen en het onderkennen van de gevoelens en behoeften van anderen en zich daarin kunnen inleven, doorvragen en daar gepast op reageren. Functiegroep: medewerkers zorg en kinderopvang, dienstverantwoordelijken Specifiek: coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, coördinatoren thuiszorgdiensten, deskundigen sociale dienst, begeleiders buitenschoolse kinderopvang Medewerkers zorg en kinderopvang: verzorgenden in dagverzorgingscentrum, verzorgenden in gezinnen, poetshulpen in gezinnen, medewerker-coaches, begeleiders buitenschoolse kinderopvang Heeft respect voor gevoelens van anderen en houdt er rekening mee Heeft interesse in de ervaring en leefwereld van anderen. Geeft de andere ruimte in een gesprek. Houdt rekening met de menselijke aspecten van een situatie, naast de aan de organisatie verwante aspecten. Wil zich inleven in de positie van anderen en houdt daar waar mogelijk rekening mee. Toont begrip voor uiteenlopende visies, ideeën, omgangsvormen en gewoonten en laat anderen in hun waarde en communiceert gepast. Dienstverantwoordelijken: dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang, personeelsdienst, Coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, coördinatoren thuiszorgdiensten, deskundigen sociale dienst Stimuleert een open dialoog Luistert actief naar mensen, neemt de tijd en gaat in dialoog met hen. Reageert inhoudelijk op wat de gesprekspartner zegt. Integreert de inbreng van anderen in zijn/haar eigen uiteenzetting. Stelt de gesprekspartner op zijn gemak, vat samen en stimuleert hem/haar. Verwerft vertrouwen bij de gesprekspartner. Zoekt en vindt achterliggende motieven. Zit volledig op dezelfde golflengte van de gesprekspartner. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 18

Innovatief vermogen Vernieuwend denken en handelen; kansen en mogelijkheden zien voor vernieuwing van werkwijzen, producten of diensten; voorkeur voor uitproberen van verbeteringen boven handhaven van bestaande systemen. Specifiek: administratief medewerker onthaal, personeelsdienst, secretariaat, sociaal verhuurkantoor, buitenschoolse kinderopvang, thuiszorgdiensten, sociale dienst, deskundige sociale dienst, coördinator thuiszorgdiensten, coördinator buitenschoolse kinderopvang, coördinator logistiek en veiligheid Administratieve medewerker onthaal, sociaal verhuurkantoor, personeelsdienst, thuiszorgdienst, buitenschoolse kinderopvang, secretariaat, sociale dienst Ontwikkelt binnen de eigen functie Werkt zich in, in nieuwe materies die relevant zijn voor de eigen taak. Vergaart proactief kennis om accuraat te kunnen antwoorden op toekomstige probleemstellingen. Zoekt actief naar mogelijkheden om de uitvoering van het takenpakket te verbeteren en werkt dit verder uit tot concrete voorstellen. Informeert zich over nieuwe evoluties met betrekking tot de eigen functie. Gaat na of nieuwe tendensen en ontwikkelingen in de eigen functie kunnen ingezet worden. Coördinatoren thuiszorgdiensten, deskundigen sociale dienst, coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, coördinator logistiek en veiligheid en deskundige financiën Ontwikkelt binnen de eigen functie en heeft oog voor de ruimere context Werkt zich in, in nieuwe materies die relevant zijn voor de eigen taak. Heeft belangstelling voor nieuwe evoluties in de eigen functie, alsook voor aanverwante onderwerpen om zijn/haar inzichten en kennis te verruimen. Bewaakt de impact op de eigen werking van nieuwe processen, technieken, methodes in andere vakgebieden. Vergaart proactief kennis om accuraat te kunnen antwoorden op toekomstige probleemstellingen. Werkt voorstellen uit om de eigen werking op basis van nieuwe ontwikkelingen bij te sturen. Integer en respectvol handelen (kerncompetentie) Beschikken over intrinsieke betrouwbaarheid en met respect zeggen wat je doet en doen wat je zegt. Zonder verborgen agenda zijn en geen emoties veinzen. Een integer persoon zal zijn doen niet laten beïnvloeden door oneerlijke zaken en laat zich niet beïnvloeden door sympathieën en/of antipathieën. OCMW-secretaris, financieel beheerder OCMW, algemeen diensthoofd Oefent een voorbeeldfunctie uit Handelt op een correcte en eerlijke wijze conform de deontologische code van het personeel en houdt daarbij rekening met de belangen van de verschillende partijen. Respecteert de normen en waarden van anderen en blijft respectvol handelen. Zal de waarheid en de morele juistheid nastreven, zelfs tegen mogelijke weerstand in. Neemt duidelijke standpunten in bij een belangenconflict en rapporteert bij confrontatie met feiten die de belangen van de organisatie en/of haar gebruikers schaden of dreigen te schaden. Neemt preventief maatregelen om belangenconflicten te voorkomen. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 19

Dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang, personeelsdienst Oefent een voorbeeldfunctie uit Handelt op een correcte en eerlijke wijze conform de deontologische code van het personeel en houdt daarbij rekening met de belangen van de verschillende partijen. Overweegt in de eigen acties en voorstellen de voor- en nadelen voor de organisatie. Neemt duidelijke standpunten in bij een belangenconflict en rapporteert bij confrontatie met feiten die de belangen van de organisatie en/of haar gebruikers schaden of dreigen te schaden. Neemt preventief maatregelen om belangenconflicten te voorkomen. Verdedigt de keuzes van de organisatie. Begeleiders buitenschoolse kinderopvang Is betrouwbaar en handelt volgens de algemeen aanvaarde normen Gaat respectvol om met collega s en cliënten: toont geen afwijzend, vernederend, discriminerend gedrag t.a.v. collega s en cliënten en laat zich niet leiden door sympathieën of antipathieën. Houdt zich aan de procedures, regels en beleidsbeslissingen van de organisatie en komt gemaakte afspraken en verplichtingen na. Blijft zich er aan houden, ook als dit bepaalde nadelen of spanningen voor zichzelf met zich meebrengt. Meldt als hij/zij een fout gemaakt heeft en handelt om dit recht te zetten. Maakt geen misbruik van zijn/haar positie als kinderbegeleider, voorkennis of persoonlijke informatie. Gaat zorgvuldig en discreet om met vertrouwelijke/gevoelige informatie over cliënten, medewerkers of de organisatie. Deskundigen sociale dienst, coördinatoren thuiszorgdiensten, coördinator logistiek en veiligheid, coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, deskundige financiën en ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Houdt rekening met de ethische aspecten Kent de algemeen aanvaarde sociale en ethische normen. Respecteert de normen en waarden van anderen en blijft respectvol handelen. Is betrouwbaar, maakt geen misbruik van macht, voorkennis of persoonlijke informatie. Handelt op een correcte en eerlijke wijze zonder daarbij de belangen van de verschillende partijen uit het oog te verliezen. Handelt volgens de deontologische code van het personeel. Administratief medewerker onthaal, sociaal verhuurkantoor, financiële dienst, sociale dienst, personeelsdienst, secretariaat, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang Houdt rekening met de ethische aspecten Maakt geen misbruik van macht, voorkennis of persoonlijke informatie. Overweegt in de eigen acties en voorstellen de voor- en nadelen voor de organisatie. Handelt op een correcte en eerlijke wijze zonder daarbij de belangen van de verschillende partijen uit het oog te verliezen. Neemt een duidelijk standpunt in bij een acuut belangenconflict, zonder daarbij de andere partij in diskrediet te brengen. Rapporteert bij confrontatie met feiten die de belangen van de organisatie en/of haar gebruikers schaden of dreigen te schaden. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 20

Verzorgenden in gezinnen, verzorgenden in dagverzorgingscentrum Houdt rekening met de ethische aspecten Respecteert de normen en waarden van anderen. Respecteert de binnen de organisatie gemaakte afspraken en procedures. Kan mogelijke belangenconflicten erkennen en gaat hier bedachtzaam mee om. Maakt geen misbruik van macht, voorkennis of persoonlijke informatie. Handelt op een correcte en eerlijke wijze zonder daarbij de belangen van de verschillende partijen uit het oog te verliezen. Medewerker-coaches Oefent een voorbeeldfunctie uit Is er zich van bewust dat hij/zij een voorbeeldfunctie uitoefent. Kent de algemeen aanvaarde sociale en ethische normen. Handelt op een correcte en eerlijke wijze zonder daarbij de belangen van de verschillende partijen uit het oog te verliezen. Neemt een duidelijk standpunt in bij een acuut belangenconflict, zonder daarbij de andere partij in diskrediet te brengen. Maakt geen misbruik van macht, voorkennis of persoonlijke informatie. Poetshulpen in gezinnen, technische medewerkers Handelt volgens de algemeen aanvaarde normen Kent de algemeen aanvaarde sociale en ethische normen. Kan mogelijke belangenconflicten erkennen. Handelt op een correcte en eerlijke wijze. Maakt geen misbruik van macht, voorkennis of persoonlijke informatie. Respecteert de binnen de organisatie bestaande afspraken en procedures. Jurist sociale dienst Heeft oog voor zowel cliënt- als organisatiebelangen Heeft oog voor de kosten die met een bepaald voorstel of initiatief samenhangen. Neemt duidelijk standpunt in een acuut belangenconflict in, zonder daarbij de andere partij in diskrediet te brengen. Heeft oog voor verschillende belangen en houdt hiermee rekening zonder afbreuk te doen aan de deontologische code. Neemt preventief maatregelen om belangenconflicten te voorkomen. Zal de waarheid en de morele juistheid nastreven, zelfs tegen mogelijke weerstand in. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 21

IT & administratieve vaardigheden Organiseren en uitvoeren van diverse administratieve taken, gebruikmakend van de gangbare informatiesystemen gebruikt binnen de organisatie (eventueel ontwerpen, beheren van IT systemen?) Functiegroep: Administratieve medewerkers Administratieve medewerkers: administratief medewerker onthaal, sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang, financiële dienst, sociaal verhuurkantoor, secretariaat en personeelsdienst Verwerkt administratieve gegevens en geeft ondersteuning Past procedures m.b.t. interne en externe documenten correct toe. Bereidt voor en organiseert vergaderingen en meetings. Rapporteert schriftelijk en maakt verslagen op van meetings. Legt dossiers op een gestructureerde wijze aan en beheert deze efficiënt. Weet administratieve documenten correct te klasseren en (elektronisch) te registeren/archiveren. Kent de verschillende mogelijkheden van softwarepakketten (die relevant zijn voor het eigen vakgebied algemeen + bedrijfsintern) grondig en kan ze aanwenden om complexe problemen op te lossen. Deskundige financiën beheer(s)t financieel-administratieve processen organisatiebreed en geeft ondersteuning Heeft een helikopterview op de financieel-administratieve processen in de hele organisatie. Schat bij de organisatieverandering, de impact op de financieel-administratieve processen correct in, signaleert en anticipeert adequaat op mogelijke knelpunten. Maakt financieel-administratieve procedures en processen en past deze aan in functie van efficiëntieverbetering. Kent de verschillende mogelijkheden en de samenhang van de diverse softwarepakketten binnen de organisatie in functie van de optimalisatie van de financieel-administratieve werkprocessen. Weet de administratieve documentflow correct te beheren binnen de financiële dienst. Bereidt voor en organiseert vergaderingen en meetings. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 22

Leerbereidheid Neemt nieuwe informatie in zich op en past deze effectief toe. Specifiek: technische medewerkers, poetshulpen in gezinnen Technische medewerkers, poetshulpen in gezinnen Leert van en met anderen Accepteert feedback van anderen. Leert uit ervaring van anderen en maakt daarvan in eigen handelen gebruik. Ziet eigen sterke en zwakke punten en doorziet eigen leerstijl. Kan feedback en zelfreflectie omzetten in een plan voor verbetering, vraagt ondersteuning bij eigen ontwikkeling en past de eigen leerstijl aan. Volgt nieuwe ontwikkeling binnen het vakgebied op door het bijwonen van infosessies rond nieuwe werkmethoden en technische middelen en past dit toe in het eigen handelen. Kan informatie opzoeken (handleidingen, instructies, ) wanneer dit nodig is om een probleem op te lossen. Ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Stimuleert ontwikkeling bij zichzelf en bij anderen Leert van en met anderen en stelt anderen in staat om van elkaar te leren. Heeft een zicht op de opleidingsbehoeften en bepaalt op basis hiervan in samenspraak met de coördinator vorming, training en opleiding van de medewerkers. Leert uit ervaring van anderen en maakt daarvan in eigen handelen gebruik. Ziet eigen sterke en zwakke punten en doorziet eigen leerstijl. Volgt nieuwe ontwikkeling binnen het vakgebied op door het bijwonen van infosessies rond nieuwe werkmethoden en technische middelen en past dit toe. Luisteren De gesprekspartner tonen dat je de boodschap begrepen hebt, door te toetsen, te herhalen en in te gaan op verbale en non-verbale reacties. Specifiek: technische medewerkers Technische medewerkers Neemt een (actieve) luisterende houding aan Luistert en stelt vragen. Haakt in op wat de andere zegt en speelt af en toe in op de essentiële informatie. Vraagt opheldering, reden of oorzaak als wat de ander zegt niet duidelijk is. Laat de anderen uitspreken. Geeft door gedrag en houding blijk van interesse voor wat de andere brengt. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 23

Methodisch werken op methodisch verantwoorde wijze bijdrage leveren aan het verhogen van het menselijke welzijn & welbevinden, binnen het wettelijke kader Specifiek: deskundigen sociale dienst, coördinatoren thuiszorgdiensten, coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, jurist sociale dienst Deskundigen sociale dienst, coördinatoren thuiszorgdiensten en coördinatoren buitenschoolse kinderopvang Kan een proces opstarten en continueren Heeft inzicht in het psychisch, sociaal, relationeel (dys)functioneren van de mens. Heeft inzicht in het specifieke karakter van het eigen beroep, heeft theoretische achtergronden omtrent specifieke hulpverlenings-/begeleidingsmodellen, past deze creatief toe in de praktijk en verfijnt zijn methodisch werken. Werkt procesmatig: kan de behoeften van de cliënt/cliëntsysteem inschatten en analyseren, de gewenste doelstellingen formuleren, in overleg, de meest adequate aanpak kiezen, het plan uitvoeren, achteraf verantwoorden, kritisch evalueren en bijsturen. Kent het bestaande hulpverleningsaanbod (voor zijn werkterrein) op lokaal en regionaal vlak (kennis van de sociale kaart) en verwijst cliënten, indien nodig en gewenst, gericht door. Toont respect voor de eigenheid van de cliënt/medewerker, bespreekt de mogelijkheden, beperktheden en gevolgen van keuzes, bouwt constructief verder op de gemaakte keuzes binnen het wettelijk kader en de vooropgestelde doelstellingen. Jurist sociale dienst Werkt vanuit een doordachte methodiek Heeft inzicht in het specifieke karakter van het eigen beroep, heeft theoretische achtergronden omtrent specifieke juridische problemen, past deze correct toe in de praktijk en verfijnt zijn methodisch werken. Werkt procesmatig: kan de problemen van de cliënt inschatten en analyseren, de gewenste doelstellingen formuleren, in overleg de meest adequate aanpak kiezen, het plan uitvoeren, achteraf verantwoorden, kritisch evalueren en bijsturen. Communiceert duidelijk over ieders rol in het bereiken van het vooropgestelde doel. Instrueert, adviseert en motiveert over juridische werkinhoud, richtlijnen en protocollen met juridische impact aansluitend bij de bestaande kennis en vaardigheden van de medewerkers. Toetst van nabij de uitgevoerde werkzaamheden met juridische impact van de medewerkers op effectiviteit en het juist toepassen van regels en procedures, geeft constructieve feedback en stuurt bij waar nodig. Verzorgenden in gezinnen Heeft een duidelijk inzicht in de toepasselijke werkmethoden en gebruikt deze consequent Kan een zorgsituatie herkennen, kaderen binnen de totale zorg- en hulpverlening en hiernaar gepast handelen, eventueel binnen het kader van een zorgplan. Heeft inzicht in gepaste methodische invalshoeken bij specifieke doelgroepen en probleemsituaties en kiest op basis daarvan de meest adequate aanpak. Gebruikt gepaste verzorgings- en zorgtechnieken, gepaste onderhoudstechnieken en materialen. Heeft inzicht in gezonde en verantwoorde samenstelling en toediening van maaltijden. Toont respect voor het zelfbeschikkingsrecht van de cliënt, geeft hem/haar inspraak in het maken van keuzes, bouwt constructief verder op de cliëntkeuze binnen het wettelijk kader en de vooropgestelde hulpverleningsdoelstelling. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 24

Verzorgenden in dagverzorgingscentrum Heeft een duidelijk inzicht in de toepasselijke werkmethoden en gebruikt deze consequent Kan een zorgsituatie herkennen, melden, in teamverband een aangepast zorgplan opmaken en uitvoeren Heeft inzicht in gepaste methodische invalshoeken bij specifieke doelgroepen en probleemsituaties en kiest op basis daarvan de meest adequate aanpak. Gebruikt gepaste verzorgings- en zorgtechnieken, gepaste onderhoudstechnieken en materialen. Heeft inzicht in het verantwoorde toedienen van de ADL- activiteiten, volgens de mogelijkheden van de gebruiker. Draagt er zorg voor om in elke situatie de gebruiker zo te benaderen dat hij zich thuis voelt in het dagverzorgingscentrum door gepast in te spelen op zijn eigen levensverhaal en zijn zelfredzaamheid (animatieve grondhouding). Begeleiders buitenschoolse kinderopvang Heeft een duidelijk inzicht in de toepasselijke werkmethoden en gebruikt deze consequent Heeft inzicht in het psychisch, sociaal, relationeel (dys)functioneren van het kind. Zorgt ervoor dat elk individu zich goed voelt in de groep opdat er een positieve groepsdynamiek tot stand kan komen. Observeert regelmatig de betrokkenheid en het welbevinden van de kinderen. Kan een probleemgedrag van een kind opmerken en bespreken alsook een begeleidingsplan uitvoeren. Betrekt de kinderen systematisch in de dagelijkse werking (activiteiten, leefregels, spelmateriaal, ). Medewerker-coaches Heeft een duidelijk inzicht in de toepasselijke werkmethoden en gebruikt deze consequent Heeft inzicht in gepaste technieken en materialen voor verzorging, zorg en onderhoud en voor verantwoorde samenstelling en toediening van maaltijden. Heeft inzicht in gepaste methodische invalshoeken bij specifieke doelgroepen en probleemsituaties en kiest op basis daarvan de meest adequate aanpak. Laat voorbeeldgedrag zien: inspireert, motiveert en geeft positieve feedback. Werkt procesmatig bij het opleiden van (nieuwe) medewerkers op de werkvloer: formuleert op een positieve manier, aansluitend bij de mogelijkheden en vaardigheden van de medewerker, de gewenste doelstellingen, instrueert, adviseert en overlegt over werkmethoden en de meest adequate aanpak. Toetst van nabij de uitgevoerde werkzaamheden op effectiviteit en het juist toepassen van regels en procedures, stuurt bij waar nodig en zorgt hierbij voor duidelijke communicatie op het niveau van de medewerker en constructieve feedback. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 25

Nauwkeurigheid Taken correct en tijdig uitvoeren en tot in de kleinste details verzorgen. Functiegroep: facilitaire medewerkers Specifiek: financieel beheerder OCMW, coördinator logistiek en veiligheid, poetshulpen in gezinnen, verzorgenden in gezinnen, jurist sociale dienst en deskundige financiën Poetshulpen in gezinnen, verzorgenden in gezinnen Werkt routinematig en met aandacht Voert de taak routinematig uit in opdracht van anderen. Volgt routinematig de vooropgestelde procedures. Werkt met zorg en aandacht een taak volledig af. Houd ook bij routinetaken en vaste procedures de aandacht vast en blijft aandacht hebben voor details. Controleert spontaan zijn eigen werk. Technische medewerkers Administratieve medewerkers: administratief medewerker onthaal, sociaal verhuurkantoor, buitenschoolse kinderopvang, personeelsdienst, thuiszorgdiensten, sociale dienst, financiële dienst, secretariaat Werkt met aandacht en nauwkeurig Werkt met zorg en aandacht een taak volledig af. Houd ook bij routinetaken en vaste procedures de aandacht vast en blijft aandacht hebben voor details. Controleert spontaan zijn eigen werk. Werkt met persoonlijke betrokkenheid en zorg. Werkt nauwkeurig, doordacht en systematisch om niets te vergeten of over het hoofd te zien. Controleert nauwgezet het eigen werk tot in detail. Jurist sociale dienst en coördinator logistiek en veiligheid, ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Werkt nauwkeurig met inzet en verantwoordelijkheid Werkt met persoonlijke betrokkenheid en zorg. Werkt nauwkeurig, doordacht en systematisch om niets te vergeten of over het hoofd te zien. Weet daarbij snelheid met nauwkeurigheid te combineren. En dit zelfs onder tijdsdruk. Het eindproduct is af, de puntjes staan op de i. Bij de eindcontrole worden er geen fouten meer uitgehaald. De werkplanning is logisch en efficiënt. Financieel beheerder OCMW en deskundige financiën Werkt nauwkeurig met inzet en verantwoordelijkheid: Werkt met persoonlijke betrokkenheid en zorg. Werkt logisch en efficiënt om niets te vergeten of over het hoofd te zien. Weet daarbij snelheid met nauwkeurigheid te combineren. En dit zelfs onder tijdsdruk. Controleert nauwgezet de processen en de taken in al hun aspecten tot in detail van zowel zijn eigen werk als dat van anderen. Na de eindcontrole van zowel eigen werk als dat van anderen, worden er geen fouten meer uitgehaald. Het eindproduct is af, de puntjes staan op de i. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 26

Onderhandelen Brengt eigen standpunten, argumenten en belangen over en gaat op zoek naar standpunten, argumenten en belangen van de andere partij om tot een aanvaardbare oplossing te komen voor beide partijen. Specifiek: OCMW-secretaris, jurist sociale dienst Jurist sociale dienst Creëert ruimte voor de tegenpartij en zoekt actief naar aansluiting met de tegenpartij Brengt de eigen standpunten helder naar voren en nodigt de tegenpartij uit om hetzelfde te doen. Verduidelijkt het eigen standpunt en benadrukt de elementen die aansluiten bij de belangen van de tegenpartij. Tast naar argumenten van de tegenpartij alvorens de eigen standpunten te onderbouwen. Onderzoekt vooraf eigen (wettelijke) mogelijkheden en bereidheid tot het doen van concessies. Zoekt bij onderhandelingen samenwerking, combineert creativiteit en technische expertise om de betrokkenen in de onderhandeling te kunnen overtuigen, om te komen tot aanvaardbare oplossingen voor alle partijen. Onderhandelt in een constructieve sfeer, zoekt naar gedragen oplossingen. Ziet de onderhandelingen in een ruime context van samenwerkingsverbanden op langere termijn. OCMW-secretaris Beschikt over een goede overlegstrategie Zoekt vooraf naar realistische en haalbare resultaten, door zich te verplaatsen in de situatie en belangen van de andere partij tegenover de eigen belangen. Bepaalt vooraf eigen mogelijkheden en grenzen en schat de bereidheid van ieder om concessies te doen zo helder mogelijk in. Werkt in onderhandelingen efficiënt naar de doelen toe. Geeft duidelijke argumenten naar consequenties en de impact van onderhandelingsvoorstellen van de eigen organisatie of tegenpartij weer. Onderhandelt in een constructieve sfeer, zoekt naar gedragen oplossingen (streeft naar een win-win situatie). Ziet de onderhandelingen in een ruime context van samenwerkingsverbanden op langere termijn. Gaat na of partijen het onderhandelingsresultaat begrijpen en accepteren. Maakt de balans op van wat er is ingeleverd en wat daarvoor is verkregen. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 27

Oordeelkundige besluitvaardigheid Weloverwogen beslissen door middel van bindende uitspraken of het ondernemen van acties. Keuzes maken en knopen doorhakken. Functiegroep: algemene leiding Specifiek: dienstverantwoordelijke sociale dienst, buitenschoolse kinderopvang, thuiszorgdiensten Dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang Neemt en staat voor besluiten Betrekt actief collega s bij besluitvorming, vraagt terugkoppeling en streeft naar een draagvlak voor te maken keuzes. Durft een standpunt innemen. Neemt op bedachtzame en consistente wijze een besluit, ook in situaties waar de informatie niet duidelijk en/of onvolledig is. Kan snel beslissen als de situatie dit vereist. Blijft stevig achter genomen besluiten staan en betrekt anderen bij de uitvoering van beslissingen. Durft berekende risico s nemen. Algemene leiding: OCMW-secretaris, financieel beheerder OCMW, algemeen diensthoofd Toont zich strategisch, daadkrachtig in onzekere situaties Kan een gefundeerd en genuanceerd oordeel vellen op basis van kritische en realistische criteria. Maakt weloverwogen strategische keuzes. Zorgt voor voldoende draagvlak door mensen te betrekken bij cruciale keuzes in de besluitvorming en hen terugkoppeling te vragen. Wijzigt zijn aanpak als de situatie dit vereist. Is daadkrachtig in onzekere situaties of actuele ontwikkelingen. Stelt zaken niet uit. Kan snel beslissen als de situatie dit vereist. Straalt zelfvertrouwen uit, heeft overwicht bij het nemen van beslissingen en neemt volledige verantwoordelijkheid. Blijft bij tegenwerking achter het genomen besluit staan en doet het uitvoeren. Organisatiesensitiviteit Onderkennen van invloed en gevolgen die de organisatie op het eigen handelen heeft, alsook het onderkennen van de invloed en gevolgen van eigen beslissingen of activiteiten op andere onderdelen van de organisatie Functiegroep: algemene leiding Specifiek: dienstverantwoordelijke personeelsdienst Algemene leiding: OCMW-secretaris, financieel beheerder OCMW, algemeen diensthoofd Dienstverantwoordelijke personeelsdienst Houdt rekening met het globale organisatiebelang, vanuit een specifiek werkdomein Toetst en houdt rekening met de verschillende behoeften, belangen en verwachtingen van de diensten en bestuur binnen de organisatie. Creëert bij de juiste betrokkenen een voldoende groot draagvlak om beslissingen te realiseren. Legt uit hoe er tot belangrijke beslissingen is gekomen. Verdedigt de keuzes van de organisatie. Onderkent de invloed en gevolgen van de eigen beslissing op de diensten binnen de organisatie. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 28

Plannen en organiseren Op effectieve wijze doelen en prioriteiten bepalen, acties, tijd en middelen aangeven om deze te bereiken. Administratief medewerker onthaal, sociaal verhuurkantoor, buitenschoolse kinderopvang, financiële dienst, sociale dienst secretariaat, personeelsdienst, thuiszorgdiensten, technische medewerkers, verzorgenden in gezinnen, verzorgenden in dagverzorgingscentrum, poetshulpen in gezinnen, medewerker-coaches Specifiek: ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Plant eigen werk effectief Plant de eigen werkzaamheden goed en werkt volgens een opgestelde planning. Stelt prioriteiten, heeft overzicht over eigen werkzaamheden en toetst nauwkeurig de eigen voortgang. Werkt ordelijk en systematisch volgens logische stappen en plannen die vooraf opgesteld zijn. Begeleiders buitenschoolse kinderopvang Plant eigen werk efficiënt Werkt ordelijk en systematisch volgens logische stappen en plannen die vooraf opgesteld zijn. Plant de eigen werkzaamheden goed en werkt volgens een opgestelde planning. Stelt prioriteiten, heeft overzicht op de eigen werkzaamheden en toetst nauwkeurig de eigen voortgang. Houdt bij activiteiten/opdrachten rekening met de efficiënte inzet van middelen (personeel-infrastructuurbudgetten). Zorgt voor een gezellige en geordende leefruimte, hecht belang aan gezelligheid en een huiselijke sfeer in de opvang Ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Plant eigen werk en dat van anderen efficiënt Stemt op verstandige wijze werkzaamheden af die verschillende mensen uitvoeren. Houdt goed overzicht over de werkzaamheden van zichzelf, anderen en bewaakt nauwkeurig de voortgang. Brengt adequaat structuur aan in het eigen werk en dat van anderen. Controleert de voortgang en grijpt gepast in bij onverwachte ontwikkelingen. Coördinatoren thuiszorgdiensten, deskundigen sociale dienst, coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, coördinator logistiek en veiligheid, jurist sociale dienst en deskundige financiën Stelt prioriteiten en kan coördineren Stemt op verstandige wijze werkzaamheden af die verschillende mensen uitvoeren en ondersteunt dit met een overzichtelijke en ordelijke administratie opdat bij afwezigheid de werkzaamheden verder opgevolgd kunnen worden. Coördineert meerdere projecten en verschillende werkzaamheden die tegelijkertijd door verschillende mensen worden uitgevoerd en behoudt hierover een goed overzicht. Stelt weloverwogen doelen en prioriteiten voor zichzelf en voor anderen en houdt hierbij rekening met maatschappelijk tendensen en sociale structuren in de samenleving. Hij/zij stuurt aan op het bereiken van de doelstellingen. Legt relaties tussen werkzaamheden binnen de organisatie en stemt de planning van de eigen werkzaamheden hierop af. Controleert de voortgang en grijpt gepast in bij onverwachte ontwikkelingen. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 29

OCMW-secretaris, financieel beheerder OCMW, algemeen diensthoofd, dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang, personeelsdienst Geeft sturing en ondersteuning vanuit de strategische en operationele beleidslijn Plant activiteiten om tot een optimale informatievergaring te komen m.b.t. de juridische context, maatschappelijke trends en interne noden, om op basis hiervan een strategische planning op te maken. Coördineert veel werkzaamheden die inhoudelijk van elkaar verschillen en die een lange doorlooptijd of gevolgen op lange termijn hebben. Heeft een goed overzicht en ordent planningen van anderen naar het belang ervan en ondersteunt anderen effectief bij het plannen van het werk. Behoudt het overzicht en stuurt aan op het bereiken van de doelstellingen. Controleert de voortgang en grijpt gepast in bij onverwachte ontwikkelingen. Probleemoplossend vermogen In staat zijn mogelijke problemen te herkennen, te zoeken naar mogelijke oorzaken en haalbare oplossingen voor te stellen. Functiegroep: dienstverantwoordelijken, deskundigen/coördinatoren, facilitaire medewerkers Specifiek: algemeen diensthoofd, verzorgenden in dagverzorgingscentrum, verzorgenden in gezinnen, medewerker-coaches Technische medewerkers Administratieve medewerkers: administratief medewerker onthaal, sociaal verhuurkantoor, buitenschoolse kinderopvang, financiële dienst, sociale dienst secretariaat, personeelsdienst, thuiszorgdiensten Verzorgenden in dagverzorgingscentrum, verzorgenden in gezinnen, medewerker-coaches Signaleert en lost problemen binnen een bepaald kader op Signaleert tijdig knelpunten op het eigen werkgebied en lost deze binnen de gestelde kaders op. Gaat planmatig tewerk en verzamelt informatie over de achtergronden en oorzaken. Formuleert een probleemstelling en maakt duidelijk onderscheid tussen hoofd- en bijzaken van een probleem. Omschrijft duidelijk de kern van het probleem. Lost eenvoudige of vaak voorkomende problemen zelfstandig op. Doet suggesties rond de oplossing van meer complexe problemen. Ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Signaleert en lost problemen op, treedt op bij onverwachte gebeurtenissen Signaleert tijdig knelpunten op het eigen werkgebied en lost deze binnen de gestelde kaders op. Gaat planmatig tewerk en verzamelt informatie over de achtergronden en oorzaken. Formuleert een probleemstelling en maakt duidelijk onderscheid tussen hoofd- en bijzaken van een probleem. Doet suggesties rond de oplossing van meer complexe problemen. Anticipeert adequaat op mogelijke knelpunten en reageert snel en doeltreffend bij problemen en onverwachte gebeurtenissen. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 30

Coördinatoren thuiszorgdiensten, deskundigen sociale dienst, coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, coördinator logistiek en veiligheid en deskundige financiën Inventariseert oorzaken en zoekt naar oplossingen en analyseert deze Lost problemen zelfstandig op en zoekt diepgaand naar achterliggende oorzaken om herhaling te voorkomen. Volgt elke relevante regelgeving op en legt verbanden tussen verschillende soorten informatie. Betrekt anderen op een verstandige wijze bij de formulering en oplossing van problemen en dringt door tot de kern van het probleem. Formuleert meerdere alternatieven of oplossingen op een correcte en volledige wijze binnen vastgestelde kaders. Anticipeert adequaat op mogelijke knelpunten en reageert snel en doeltreffend bij problemen en onverwachte gebeurtenissen. Dienstverantwoordelijken: dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang en personeelsdienst Analyseert problemen en werkt vanuit een anticiperende houding Volgt elke relevante regelgeving op en legt verbanden tussen verschillende soorten informatie. Anticipeert adequaat op mogelijke knelpunten en reageert snel en doeltreffend bij problemen en onverwachte gebeurtenissen. Analyseert problemen helder en achterhaalt de werkelijke vraag achter het probleem zonder over inhoudelijke kennis of volledige informatie te beschikken. Formuleert meerdere passende alternatieven of oplossingen. Lost langdurende problemen goed op wanneer anderen er niet uitkomen. Algemeen diensthoofd, jurist sociale dienst Analyseert problemen en werkt vanuit een anticiperende houding. Maakt duidelijke analyses en ondersteunt anderen Anticipeert adequaat op mogelijke knelpunten en reageert snel en doeltreffend bij problemen en onverwachte gebeurtenissen. Analyseert problemen helder en achterhaalt de werkelijke vraag achter het probleem zonder over inhoudelijke kennis of volledige informatie te beschikken. Formuleert meerdere passende alternatieven of oplossingen. Lost langdurende problemen goed op wanneer anderen er niet uitkomen. Treedt succesvol op als bemiddelende derde partij in complexe situaties. Ondersteunt anderen bij het oplossen van problemen, zonder zelf over probleeminhoudelijke kennis te beschikken. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 31

Samenwerken (kerncompetentie) Zich constructief inzetten om samen met anderen doelen te bereiken. In overleg, effectief bijdragen aan een gezamenlijk resultaat, ook wanneer dit niet volledig met het eigen belang of eigen mening strookt. Zich inzetten voor een positieve werksfeer. OCMW-secretaris Creëert en onderhoudt overkoepelende samenwerkingsverbanden met en tussen het bestuur, de interne en externe organisaties Creëert structuren en communicatiekanalen om de samenwerking tussen bestuur en de interne organisatie zo efficiënt mogelijk te laten verlopen. Formaliseert de samenwerking in juridisch onderbouwde contracten en gedragen samenwerkingsovereenkomsten. Draagt samenwerking uit als belangrijke waarde in de entiteit en daarbuiten en stimuleert anderen hierin. Formuleert opmerkingen en kritiek op een opbouwende en respectvolle manier Gaat constructief om met mogelijke spanningen en werkt mee aan een positieve teamgeest. Financieel beheerder OCMW Creëert en onderhoudt samenwerkingsverbanden met en tussen OCMW-diensten en externe organisaties Creëert structuren om de samenwerking met de verschillende afdelingen en andere organisaties te verbeteren. Formaliseert de samenwerking in juridisch onderbouwde contracten. Draagt samenwerking uit als belangrijke waarde in de entiteit en daarbuiten en stimuleert anderen hierin. Formuleert opmerkingen en kritiek op een opbouwende en respectvolle manier. Gaat constructief om met mogelijke spanningen en werkt mee aan een positieve teamgeest. Algemeen diensthoofd Creëert en onderhoudt samenwerkingsverbanden met en tussen OCMW-diensten en externe organisaties Creëert en onderhoudt structuren om de samenwerking met de verschillende afdelingen en andere organisaties te verbeteren. Formaliseert samenwerking in gedragen samenwerkingsovereenkomsten. Draagt samenwerking uit als belangrijke waarde in de organisatie en daarbuiten en stimuleert anderen hierin. Formuleert opmerkingen en kritiek op een opbouwende en respectvolle manier. Gaat constructief om met mogelijke spanningen en werkt mee aan een positieve teamgeest. Dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang, personeelsdienst Stimuleert de samenwerking binnen en buiten de eigen dienst Werkt actief samen met anderen, zowel binnen als buiten de organisatie, stuurt gericht aan op gemeenschappelijke belangen en communiceert vlot om tot afspraken en resultaten te komen. Creëert structuren en systemen en stimuleert medewerkers om de samenwerking te verbeteren. Zorgt ervoor dat het te behalen resultaat wordt ervaren als een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Formuleert opmerkingen en kritiek op een opbouwende en respectvolle manier. Gaat constructief om met mogelijke spanningen en werkt mee aan een positieve teamgeest. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 32

Deskundigen sociale dienst, jurist sociale dienst en deskundige financiën Stimuleert de samenwerking binnen de eigen dienst Geeft informatie en kennis door die voor anderen nuttig of belangrijk kan zijn. Biedt hulp aan bij problemen, ook al valt de taak niet onder de eigen opdracht. Werkt actief samen met anderen,zowel binnen als buiten de organisatie, stuurt gericht aan op gemeenschappelijke belangen en communiceert vlot om tot afspraken en resultaten te komen. Gaat constructief om met mogelijke spanningen en werkt mee aan een positieve teamgeest. Formuleert opmerkingen en kritiek op een opbouwende en respectvolle manier. Coördinatoren thuiszorgdiensten, coördinator logistiek en veiligheid, coördinatoren buitenschoolse kinderopvang Stimuleert de samenwerking binnen de eigen dienst Geeft informatie en kennis door die voor anderen nuttig of belangrijk kan zijn. Kent de sterke en zwakke punten van de ander, gaat constructief om met mogelijke spanningen en werkt zo mee aan een positieve teamgeest. Formuleert opmerkingen en kritiek op een opbouwende en respectvolle manier. Werkt actief samen met anderen, zowel binnen als buiten de organisatie, stuurt gericht aan op gemeenschappelijke belangen en communiceert vlot om tot afspraken en resultaten te komen. Zorgt ervoor dat het te behalen resultaat wordt ervaren als een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Begeleiders buitenschoolse kinderopvang en ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Werkt actief aan een positieve samenwerking binnen de eigen dienst Communiceert voldoende om gezamenlijke doelen en positieve samenwerking te bereiken en durft open te communiceren met collega s om problemen bespreekbaar te stellen. Geeft informatie en kennis door die voor anderen nuttig of belangrijk kan zijn. Streeft gezamenlijke doelen na en stemt de eigen inbreng/prioriteiten af op de noden van de groep. Biedt hulp aan, ook al valt de taak niet onder de eigen opdracht. Heeft in de omgang met collega s oog voor de verscheidenheid en de complementariteit van elkaar en gaat hier op een opbouwende manier mee om. Verzorgenden in gezinnen, verzorgenden in dagverzorgingscentrum, poetshulpen in gezinnen, technische medewerkers Werkt mee en informeert Geeft de ander ruimte om voor zijn/haar mening uit te komen. Geeft informatie en kennis door, die voor anderen nuttig of belangrijk kan zijn. Draagt bij aan het gezamenlijke resultaat door eigen doelen te realiseren en komt gemaakte afspraken na. Bevraagt spontaan en proactief de mening van anderen. Komt met ideeën om het gezamenlijke resultaat te verbeteren. Gaat constructief om met mogelijke spanningen en werkt mee aan een positieve teamgeest. Administratief medewerker onthaal, sociale dienst, personeelsdienst, secretariaat buitenschoolse kinderopvang, sociaal verhuurkantoor, financiële dienst, thuiszorgdiensten Helpt, stimuleert pleegt overleg Streeft gezamenlijke doelen na en stemt de eigen inbreng/prioriteiten af op de noden van de groep. Steunt de voorstellen van anderen en bouwt daarop voort om tot een gezamenlijk resultaat te komen. Komt met ideeën om het gezamenlijke resultaat te verbeteren. Zoekt actief naar samenwerking met anderen en stuurt hier gericht op aan om tot afspraken en resultaten te komen. Komt gemaakte werkafspraken na. Biedt hulp aan bij problemen, ook al valt de taak niet onder de eigen opdracht. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 33

Medewerker-coaches Helpt, stimuleert en ondersteunt Geeft de ander ruimte om voor zijn/haar mening uit te komen. Geeft informatie en kennis door die voor anderen nuttig of belangrijk kan zijn. Komt met ideeën om het gezamenlijke resultaat te verbeteren. Bevraagt spontaan en proactief de mening van anderen. Benut de gepaste communicatiekanalen en stimuleert het overleg rond aangelegenheden die de eigen entiteit overstijgen. Gaat constructief om met mogelijke spanningen en werkt mee aan een positieve teamgeest. Stressbestendigheid Het effectief en efficiënt blijven presteren ongeacht de omstandigheden (tijdsdruk, tegenslag, teleurstelling of tegenkanting). Functiegroep: management Specifiek: coördinatoren thuiszorgdiensten, deskundigen sociale dienst Coördinatoren thuiszorgdiensten, deskundigen sociale dienst Blijft rustig in situaties van langdurig verhoogde druk Blijft onder moeilijke werkomstandigheden hoofd- en bijzaak in het eigen werk onderscheiden. Blijft rustig praten en geeft een ontspannen indruk, ook al maakt zijn/haar gesprekspartner het hem/haar moeilijk. Behoudt bij confrontaties een correcte en tactvolle houding. Laat zich niet meeslepen door emotioneel gedrag van anderen, blijft rustig en beleefd reageren. Blijft zich in crisismomenten open opstellen ten aanzien van kritiek van anderen en blijft bereid zijn/haar aanpak te toetsen. Kan voor zichzelf problemen, spanningen of tegenslag verwerken en relativeren. Blijft doorzetten en de functietaken uitvoeren in geval van tegenslagen en teleurstellingen. Management: OCMW-secretaris, financieel beheerder OCMW, algemeen diensthoofd, dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang, personeelsdienst Blijft rustig in situaties die langdurige hoge druk met zich meebrengen Blijft onder moeilijke werkomstandigheden hoofd- en bijzaak in het eigen werk onderscheiden. Presteert goed in situaties waar sprake is van langdurige of zich herhalende hoge tijdsdruk, tegenslag en complicaties. Blijft zich niettegenstaande grote tijdsdruk en/of van kritiek van anderen open opstellen voor meningen of opmerkingen van anderen en blijft bereid zijn/haar aanpak te toetsen. Blijft in situaties van grote druk en weerstand zoeken naar een aangepaste stijl en aanpak om toch zijn/haar doelstelling te bereiken. Blijft doorzetten in geval van tegenslagen en teleurstellingen en neemt in dergelijke situaties de nodige beslissingen en/of acties. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 34

Veilig, hygiënisch en gezond werken Werken met het grootst mogelijke respect voor de opgelegde regels rond veiligheid, hygiëne en gezondheid voor de eigen persoon, alsook in samenwerking met anderen. Specifiek: begeleiders buitenschoolse kinderopvang, verzorgenden in dagverzorgingscentrum, verzorgenden in gezinnen, poetshulpen in gezinnen, technische medewerkers, coördinator logistiek en veiligheid Begeleiders buitenschoolse kinderopvang Integreert de basisprincipes rond hygiëne, veiligheid en gezondheid in hoge mate in de eigen werking Verzekert steeds de optimale veiligheid van het kind tijdens het opvanggebeuren en bij de verplaatsingen. Houdt steeds een goed groepsoverzicht. Verzekert steeds een optimale hygiëne en gezondheid van het kind: ziet toe op propere handen, monden en neuzen, zorgt dat kinderen beschermd zijn tegen weersomstandigheden, past kennis van gezonde voeding toe, kan werken met reinigings- en ontsmettingsmiddelen. Heeft basiskennis van EHBO, blustechnieken en evacuatie en kan dit toepassen. Meldt onveilige situaties onmiddellijk volgens de afgesproken procedure. Kan vaststellen wanneer een kind mogelijks ziek is en stelt vervolgens gepaste basishandelingen en/of verzorging. Verzorgenden in dagverzorgingscentrum, verzorgenden in gezinnen, poetshulpen in gezinnen, technische medewerkers Past de regels en de gebruiksvoorschriften rond veilig, hygiënisch en gezond werken toe voor zichzelf en anderen Confirmeren aan de regels. Veilig, verantwoord gebruiken van machines, producten en/of gereedschappen en dit voor zowel de eigen persoon alsook voor anderen. Praktische vaardigheden m.b.t. het aanleren van veiligheid, gezondheid en hygiëne aan anderen (collega s, cliënten, gebruikers, ). Wanneer ongezonde, onhygiënische of gevaarlijke situaties dreigen te ontstaan, hierop tijdig reageren door dit te melden en waar het kan en toegelaten is corrigerend optreden. Coördinator logistiek en veiligheid Ontleedt, stimuleert en handelt overeenkomstig de principes van veilig, hygiënisch en gezond werken Het kunnen vertalen van voorschriften en vereisten die gesteld worden aan de organisatie op vlak van verzekeringen, integrale kwaliteitszorg, milieurichtlijnen, naar een actieplan op vlak van veilig, hygiënisch en gezond werken. Zelf een voorbeeld zijn op vlak van veilig, hygiënisch en gezond werken door bewust de opgelegde reglementering te volgen. Instaan voor eigen veiligheid en deze van anderen door het opstellen, communiceren, implementeren en controleren van de nodige regels en procedures m.b.t. veilig, hygiënisch en gezond werk Proactief en preventief handelen om te voorkomen dat er onveilige, onhygiënische en/of ongezonde werksituaties ontstaan. Wanneer ongezonde, onhygiënische of gevaarlijke situaties dreigen te ontstaan, hierop tijdig reageren en corrigerend op te treden. Optimale bewaking en toezicht, onderhoudsnazicht, organiseren op de diverse werkplaatsen, gereedschappen, materialen gebruikt in de organisatie. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 35

Ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Stimuleert en handelt overeenkomstig de principes van veilig, hygiënisch en gezond werken Wanneer ongezonde, onhygiënische of gevaarlijke situaties dreigen te ontstaan, hierop tijdig reageren door dit te melden en waar het kan en toegelaten is corrigerend optreden. Instaan voor eigen veiligheid en deze van anderen (voorbeeldfunctie) door te communiceren, te implementeren en te controleren van de nodige regels en procedures m.b.t. veilig, hygiënisch en gezond werk Proactief en preventief handelen om te voorkomen dat er onveilige, onhygiënische en/of ongezonde werksituaties ontstaan. Wanneer ongezonde, onhygiënische of gevaarlijke situaties dreigen te ontstaan, hierop tijdig reageren en corrigerend op te treden. Optimale bewaking en toezicht, onderhoudsnazicht, organiseren op de diverse werkplaatsen, gereedschappen, materialen gebruikt in de organisatie. Verantwoordelijkheidszin (kerncompetentie) Zich op een plichtsbewuste manier engageren om het takenpakket te realiseren en de gemaakte afspraken na te komen. OCMW-secretaris, financieel beheerder, algemeen diensthoofd Bereikt doel met oog voor kwaliteit en draagt hierin verantwoordelijkheid Is plichtsbewust en geëngageerd voor zijn/haar werk. Werkt zelfstandig met de vereiste verantwoordelijkheidzin. Is pas tevreden over zichzelf als hij/zij het vooropgestelde doel op kwaliteitsvolle wijze bereikt heeft. Is zich bewust van het effect op anderen en de organisatie wanneer hij/zij het vooropgestelde doel niet bereikt. Erkent het belang of nut van zijn/haar positie binnen de organisatie en handelt hiernaar. Dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang, personeelsdienst Bereikt doel met oog voor kwaliteit en draagt hierin verantwoordelijkheid Is plichtsbewust en geëngageerd voor zijn/haar werk. Werkt zelfstandig met de vereiste verantwoordelijkheidszin. Erkent de verantwoordelijkheden die eigen zijn aan de functie en de positie binnen de organisatie. Zet alles in het werk om het vooropgestelde doel op een kwaliteitsvolle manier te bereiken. Is zich bewust van het effect op anderen en de organisatie wanneer hij/zij het vooropgestelde doel niet bereikt. Begeleiders buitenschoolse kinderopvang Bereikt doel met oog voor kwaliteit Is gedreven om zijn/haar werk goed uit te voeren. Zet alles in het werk om het vooropgestelde doel te bereiken. Is plichtsbewust en geëngageerd voor zijn/haar werk. Hecht veel belang aan de kwaliteit van zijn/haar werk. Erkent het belang of nut van zijn/haar positie binnen de organisatie. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 36

Deskundigen sociale dienst, coördinatoren thuiszorgdiensten, coördinator logistiek en veiligheid, coördinatoren buitenschoolse kinderopvang, jurist sociale dienst, deskundige financiën en ploegbazen onderhoud patrimonium en technische dienst Bereikt doel met oog voor kwaliteit Is plichtsbewust en geëngageerd voor zijn/haar werk. Stelt alles in het werk om het vooropgestelde doel op een kwaliteitsvolle manier te bereiken. Werkt zelfstandig met de vereiste verantwoordelijkheidszin Erkent de verantwoordelijkheden die eigen zijn aan de functie en de positie binnen de organisatie. Is zich bewust van het effect op anderen en de organisatie wanneer hij/zij het vooropgestelde doel niet bereikt. Administratief medewerker onthaal, sociaal verhuurkantoor, buitenschoolse kinderopvang, financiële dienst, sociale dienst secretariaat, personeelsdienst, thuiszorgdiensten Technische medewerkers Lost verwachtingen in en bereikt zo de doelen Doet wat van hem/haar verwacht wordt binnen de eigen dienst. Is geïnteresseerd in de uiteindelijke output van het werk. Spant zich in voor zijn/haar opdracht. Zet alles in het werk om het vooropgestelde doel kwalitatief te bereiken. Is zich bewust van het effect wanneer hij/zij de doelen niet bereikt. Verzorgenden in gezinnen, verzorgenden in dagverzorgingscentrum Spant zich in om het vooropgestelde doel te bereiken Is plichtsbewust en geëngageerd voor zijn/haar werk. Doet wat van hem/haar verwacht wordt binnen het eigen takenpakket. Komt de afspraken na die aan hem/haar gevraagd worden. Streeft er naar zijn/haar werk goed uit te voeren. Doet zijn/haar best om het vooropgestelde doel te bereiken. Medewerker-coaches Spant zich in om het vooropgestelde doel te bereiken Is plichtsbewust en geëngageerd voor zijn/haar werk. Stelt alles in het werk om het vooropgestelde doel te bereiken. Streeft er naar zijn/haar werk goed uit te voeren. Doet zijn/haar best om het vooropgestelde doel te bereiken. Komt de afspraken na die aan hem/haar gevraagd worden. Poetshulpen in gezinnen Spant zich in om het vooropgestelde doel te bereiken Is plichtsbewust en geëngageerd voor zijn/haar werk. Doet wat van hem/haar verwacht wordt binnen het eigen takenpakket. Komt de afspraken na die aan hem/haar gevraagd worden. Doet zijn/haar best om het vooropgestelde doel te bereiken. Is geïnteresseerd in de uiteindelijke output van het werk. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 37

Werk opvolgen Controleert de voortgang en de realisatie van werkprocessen of projecten, rekeninghoudend met vooropgestelde doelstellingen en tijd. Functiegroep: dienstverantwoordelijken, administratieve medewerkers Specifiek: technische medewerkers, jurist sociale dienst Technische medewerkers Volgt deelprocessen van een taak op Bewaakt de voortgang van de deeltaak en voorkomt dat er iets misloopt. Werkt de deeltaken, uit een groter geheel, gedetailleerd uit. Volgt eigen werkzaamheden op en evalueert zijn/haar inbreng. Rapporteert spontaan over de voortgang van zijn/haar werk aan de leidinggevende. Administratieve medewerkers: administratief medewerker onthaal, sociaal verhuurkantoor, buitenschoolse kinderopvang, financiële dienst, sociale dienst secretariaat, personeelsdienst, thuiszorgdiensten Jurist sociale dienst Volgt de voortgang van het eigen werk op Controleert systematisch en objectief de voortgang van het eigen werk. Bekijkt wat haalbaar is op vlak van kwantiteit en kwaliteit. Volgt de voortgang van eigen werkzaamheden en processen in de tijd op. Rapporteert spontaan over de voortgang van zijn/haar werk. Legt vervolgafspraken en activiteiten vast. Dienstverantwoordelijken: dienstverantwoordelijke sociale dienst, thuiszorgdiensten, buitenschoolse kinderopvang, personeelsdienst Volgt de voortgang van het eigen werk en dat van anderen op Controleert op regelmatige basis de voortgang en resultaten van een werkproces. Bouwt momenten van werkoverleg en rapportering in. Volgt afspraken op het afgesproken moment op. Wijst medewerkers op hun planning of afspraken. Anticipeert op mogelijke storingen in de voortgang. Stelt prioriteiten en bouwt een degelijke procesbewaking uit. Stelt procedures op om de voortgang van de eigen taken, gedelegeerde en verantwoordelijkheden te bewaken en te verbeteren. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 38

Zelfstandig werken Een bepaald doel bereiken zonder sturing nodig te hebben van anderen door zelfstandigheid in het denken en handelen. Specifiek: medewerker-coaches, technische medewerkers medewerker-coaches, technische medewerkers Werkt zelfstandig en neemt verantwoordelijkheid Kent de taken die tot de job behoren en weet tot op welke hoogte hij/zij zelfstandig initiatief mag nemen. Onderneemt zelfstandig acties en neemt beslissingen binnen de bevoegdheid van de job. Is zich bewust van de consequenties van zelfstandig handelen en neemt hiervoor de verantwoordelijkheid. Vraagt advies als dit vereist is, signaleert problemen of belemmeringen en geeft aan wanneer de eigen bevoegdheden ontoereikend zijn om de verantwoordelijkheid op te nemen. Kan wanneer de situatie het vereist autonoom andere verantwoordelijkheden opnemen. Competentiewoordenboek - totaaloverzicht 39

Rechtspositieregeling OCMW Heusden-Zolder BIJLAGEN Bijlage 5: salarisschalen Raad voor Maatschappelijk Welzijn d.d. 31 mei 2011 Versie OCMW-raad van 20 juni 2017

BIJLAGE 5: Salarisschalen BVR RPR O NIVEAU E Salarisschaal E1 (EURO) E2 (EURO) E3 (EURO) Minimum 13.250 13.550 14.200 Maximum 15.000 15.650 16.550 Verhogingen 1 x 1 100 3 x 2 100 1 x 2 150 3 x 2 100 6 x 2 150 1 x 1 150 7 x 2 150 1 x 2 100 4 x 2 150 1 x 2 200 1 x 1 150 12 x 2 150 1 x 2 400 0 13.250 13.550 14.200 1 13.350 13.700 14.350 2 13.350 13.700 14.350 3 13.450 13.850 14.500 4 13.450 13.850 14.500 5 13.550 14.000 14.650 6 13.550 14.000 14.650 7 13.650 14.150 14.800 8 13.650 14.150 14.800 9 13.800 14.300 14.950 10 13.800 14.300 14.950 11 13.900 14.450 15.100 12 13.900 14.450 15.100 13 14.000 14.600 15.250 14 14.000 14.600 15.250 15 14.100 14.750 15.400 16 14.100 14.750 15.400 17 14.250 14.850 15.550 18 14.250 14.850 15.550 19 14.400 15.000 15.700 20 14.400 15.000 15.700 21 14.550 15.150 15.850 22 14.550 15.150 15.850 23 14.700 15.300 16.000 24 14.700 15.300 16.000 25 14.850 15.450 16.150 26 14.850 15.450 16.150 27 15.000 15.650 16.550 OCMW Heusden-Zolder salarisschalen versie: 12/11/2010 1

BIJLAGE 5: Salarisschalen BVR RPR O NIVEAU D Salarisschaal D1 (EURO) D2 (EURO) D3 (EURO) Minimum 13.300 14.300 15.500 Maximum 18.300 19.600 20.700 Verhogingen 1 x 1 350 3 x 2 350 1 x 2 300 8 x 2 350 1 x 2 500 1 x 1 350 1 x 2 350 1 x 2 400 1 x 2 350 1 x 2 400 1 x 2 350 1 x 2 400 1 x 2 350 1 x 2 400 2 x 2 350 1 x 2 400 1 x 2 350 1 x 2 500 1 x 1 350 1 x 2 400 1 x 2 350 1 x 2 400 2 x 2 350 1 x 2 400 1 x 2 350 1 x 2 400 1 x 2 350 1 x 2 400 1 x 2 350 1 x 2 400 1 x 2 350 0 13.300 14.300 15.500 1 13.650 14.650 15.850 2 13.650 14.650 15.850 3 14.000 15.000 16.250 4 14.000 15.000 16.250 5 14.350 15.400 16.600 6 14.350 15.400 16.600 7 14.700 15.750 17.000 8 14.700 15.750 17.000 9 15.000 16.150 17.350 10 15.000 16.150 17.350 11 15.350 16.500 17.700 12 15.350 16.500 17.700 13 15.700 16.900 18.100 14 15.700 16.900 18.100 15 16.050 17.250 18.450 16 16.050 17.250 18.450 17 16.400 17.650 18.850 18 16.400 17.650 18.850 19 16.750 18.000 19.200 20 16.750 18.000 19.200 21 17.100 18.350 19.600 22 17.100 18.350 19.600 23 17.450 18.750 19.950 24 17.450 18.750 19.950 25 17.800 19.100 20.350 26 17.800 19.100 20.350 27 18.300 19.600 20.700 OCMW Heusden-Zolder salarisschalen versie: 12/11/2010 2

BIJLAGE 5: Salarisschalen BVR RPR O NIVEAU D 4-5 Salarisschaal D4 (EURO) D5 (EURO) Minimum 16.900 17.000 Maximum 21.950 23.800 Verhogingen 1 x 1 350 1 x 2 350 1 x 2 300 10 x 2 350 1 x 2 550 1 x 1 300 2 x 2 500 1 x 2 300 1 x 2 800 1 x 2 500 4 x 2 400 1 x 2 500 3 x 2 600 0 16.900 17.000 1 17.250 17.300 2 17.250 17.300 3 17.600 17.800 4 17.600 17.800 5 17.900 18.300 6 17.900 18.300 7 18.250 18.600 8 18.250 18.600 9 18.600 19.400 10 18.600 19.400 11 18.950 19.900 12 18.950 19.900 13 19.300 20.300 14 19.300 20.300 15 19.650 20.700 16 19.650 20.700 17 20.000 21.100 18 20.000 21.100 19 20.350 21.500 20 20.350 21.500 21 20.700 22.000 22 20.700 22.000 23 21.050 22.600 24 21.050 22.600 25 21.400 23.200 26 21.400 23.200 27 21.950 23.800 OCMW Heusden-Zolder salarisschalen versie: 12/11/2010 3

BIJLAGE 5: Salarisschalen BVR RPR O NIVEAU C verzorgende (C1 C2) Salarisschaal C1 (EURO) C2 (EURO) Minimum 13.550 14.250 Maximum 21.950 22.800 Verhogingen 1 x 1 600 1 x 2 600 1 x 2 550 8 x 2 600 1 x 2 550 1 x 2 600 1 x 2 700 1 x 1 550 9 x 2 600 1 x 2 550 2 x 2 600 1 x 2 850 0 13.550 14.250 1 14.150 14.800 2 14.150 14.800 3 14.750 15.400 4 14.750 15.400 5 15.300 16.000 6 15.300 16.000 7 15.900 16.600 8 15.900 16.600 9 16.500 17.200 10 16.500 17.200 11 17.100 17.800 12 17.100 17.800 13 17.700 18.400 14 17.700 18.400 15 18.300 19.000 16 18.300 19.000 17 18.900 19.600 18 18.900 19.600 19 19.500 20.200 20 19.500 20.200 21 20.100 20.750 22 20.100 20.750 23 20.650 21.350 24 20.650 21.350 25 21.250 21.950 26 21.250 21.950 27 21.950 22.800 OCMW Heusden-Zolder salarisschalen versie: 12/11/2010 4

BIJLAGE 5: Salarisschalen BVR RPR O NIVEAU C Salarisschaal C1 (EURO) C2 (EURO) C3 (EURO) Minimum 13.550 14.250 15.900 Maximum 21.950 22.800 24.800 Verhogingen 1 x 1 600 1 x 2 600 1 x 2 550 8 x 2 600 1 x 2 550 1 x 2 600 1 x 2 700 1 x 1 550 9 x 2 600 1 x 2 550 2 x 2 600 1 x 2 850 1 x 1 650 2 x 2 600 1 x 2 650 1 x 2 600 1 x 2 650 2 x 2 600 1 x 2 650 1 x 2 600 1 x 2 650 2 x 2 600 1 x 2 850 0 13.550 14.250 15.900 1 14.150 14.800 16.550 2 14.150 14.800 16.550 3 14.750 15.400 17.150 4 14.750 15.400 17.150 5 15.300 16.000 17.750 6 15.300 16.000 17.750 7 15.900 16.600 18.400 8 15.900 16.600 18.400 9 16.500 17.200 19.000 10 16.500 17.200 19.000 11 17.100 17.800 19.650 12 17.100 17.800 19.650 13 17.700 18.400 20.250 14 17.700 18.400 20.250 15 18.300 19.000 20.850 16 18.300 19.000 20.850 17 18.900 19.600 21.500 18 18.900 19.600 21.500 19 19.500 20.200 22.100 20 19.500 20.200 22.100 21 20.100 20.750 22.750 22 20.100 20.750 22.750 23 20.650 21.350 23.350 24 20.650 21.350 23.350 25 21.250 21.950 23.950 26 21.250 21.950 23.950 27 21.950 22.800 24.800 OCMW Heusden-Zolder salarisschalen versie: 12/11/2010 5

BIJLAGE 5: Salarisschalen BVR RPR O NIVEAU B Salarisschaal B1 (EURO) B2 (EURO) B3 (EURO) Minimum 17.300 18.850 19.550 Maximum 23.350 26.450 29.150 Verhogingen 1 x 1 500 5 x 2 500 1 x 2 450 4 x 2 500 1 x 2 600 1 x 1 600 1 x 2 650 2 x 2 600 1 x 2 650 1 x 2 600 1 x 2 650 2 x 2 600 1 x 2 650 1 x 2 600 1 x 2 800 1 x 1 800 1 x 2 750 6 x 2 800 1 x 2 750 2 x 2 800 1 x 2 900 0 17.300 18.850 19.550 1 17.800 19.450 20.350 2 17.800 19.450 20.350 3 18.300 20.100 21.100 4 18.300 20.100 21.100 5 18.800 20.700 21.900 6 18.800 20.700 21.900 7 19.300 21.300 22.700 8 19.300 21.300 22.700 9 19.800 21.950 23.500 10 19.800 21.950 23.500 11 20.300 22.550 24.300 12 20.300 22.550 24.300 13 20.750 23.200 25.100 14 20.750 23.200 25.100 15 21.250 23.800 25.900 16 21.250 23.800 25.900 17 21.750 24.400 26.650 18 21.750 24.400 26.650 19 22.250 25.050 27.450 20 22.250 25.050 27.450 21 22.750 25.650 28.250 22 22.750 25.650 28.250 23 23.350 26.450 29.150 OCMW Heusden-Zolder salarisschalen versie: 12/11/2010 6

BIJLAGE 5: Salarisschalen BVR RPR O NIVEAU B 4-5 Salarisschaal B4 (EURO) B5 (EURO) Minimum 19.950 21.400 Maximum 29.750 32.500 Verhogingen 1 x 1 800 1 x 2 850 1 x 2 800 1 x 2 850 2 x 2 800 1 x 2 850 2 x 2 800 1 x 2 850 2 x 2 800 1 x 1 900 1 x 2 950 2 x 2 900 1 x 2 950 2 x 2 900 1 x 2 950 2 x 2 900 1 x 2 950 1 x 2 1.000 0 19.950 21.400 1 20.750 22.300 2 20.750 22.300 3 21.600 23.250 4 21.600 23.250 5 22.400 24.150 6 22.400 24.150 7 23.250 25.050 8 23.250 25.050 9 24.050 26.000 10 24.050 26.000 11 24.850 26.900 12 24.850 26.900 13 25.700 27.800 14 25.700 27.800 15 26.500 28.750 16 26.500 28.750 17 27.300 29.650 18 27.300 29.650 19 28.150 30.550 20 28.150 30.550 21 28.950 31.500 22 28.950 31.500 23 29.750 32.500 OCMW Heusden-Zolder salarisschalen versie: 12/11/2010 7

BIJLAGE 5: Salarisschalen BVR RPR O NIVEAU BV Salarisschaal BV1 (EURO) BV2 (EURO) BV3 (EURO) Minimum 17.450 18.950 19.650 Maximum 23.450 26.550 29.250 Verhogingen 1 x 1 450 10 x 2 500 1 x 2 550 1 x 1 650 2 x 2 600 1 x 2 650 1 x 2 600 1 x 2 650 2 x 2 600 1 x 2 650 1 x 2 600 1 x 2 650 1 x 2 750 1 x 1 800 3 x 2 800 1 x 2 750 6 x 2 800 1 x 2 850 0 17.450 18.950 19.650 1 17.900 19.600 20.450 2 17.900 19.600 20.450 3 18.400 20.200 21.250 4 18.400 20.200 21.250 5 18.900 20.800 22.050 6 18.900 20.800 22.050 7 19.400 21.450 22.850 8 19.400 21.450 22.850 9 19.900 22.050 23.600 10 19.900 22.050 23.600 11 20.400 22.700 24.400 12 20.400 22.700 24.400 13 20.900 23.300 25.200 14 20.900 23.300 25.200 15 21.400 23.900 26.000 16 21.400 23.900 26.000 17 21.900 24.550 26.800 18 21.900 24.550 26.800 19 22.400 25.150 27.600 20 22.400 25.150 27.600 21 22.900 25.800 28.400 22 22.900 25.800 28.400 23 23.450 26.550 29.250 OCMW Heusden-Zolder salarisschalen versie: 12/11/2010 8

BIJLAGE 5: Salarisschalen BVR RPR O NIVEAU A Van toepassing vanaf 01-01-1999. Salarisschaal A1a (EURO) A1b (EURO) A2a (EURO) A3a (EURO) Minimum 21.850 23.100 24.050 26.300 Maximum 34.000 35.250 36.200 38.450 Verhogingen 2 x 1 750 1 x 1 700 3 x 3 1.500 1 x 3 1.450 1 x 3 1.500 2 x 3 1.250 1 x 1 700 2 x 1 750 2 x 3 1.500 1 x 3 1.450 2 x 3 1.500 2 x 3 1.250 3 x 1 750 2 x 3 1.500 1 x 3 1.450 2 x 3 1.500 1 x 3 1.250 1 x 3 1.200 3 x 1 750 1 x 3 1.450 3 x 3 1.500 1 x 3 1.450 2 x 3 1.250 0 21.850 23.100 24.050 26.300 1 22.600 23.800 24.800 27.050 2 23.350 24.550 25.550 27.800 3 24.050 25.300 26.300 28.550 4 24.050 25.300 26.300 28.550 5 24.050 25.300 26.300 28.550 6 25.550 26.800 27.800 30.000 7 25.550 26.800 27.800 30.000 8 25.550 26.800 27.800 30.000 9 27.050 28.300 29.300 31.500 10 27.050 28.300 29.300 31.500 11 27.050 28.300 29.300 31.500 12 28.550 29.750 30.750 33.000 13 28.550 29.750 30.750 33.000 14 28.550 29.750 30.750 33.000 15 30.000 31.250 32.250 34.500 16 30.000 31.250 32.250 34.500 17 30.000 31.250 32.250 34.500 18 31.500 32.750 33.750 35.950 19 31.500 32.750 33.750 35.950 20 31.500 32.750 33.750 35.950 21 32.750 34.000 35.000 37.200 22 32.750 34.000 35.000 37.200 23 32.750 34.000 35.000 37.200 24 34.000 35.250 36.200 38.450 OCMW Heusden-Zolder salarisschalen versie: 12/11/2010 9

BIJLAGE 5: Salarisschalen BVR RPR O DECRETALE GRADEN Salarisschaal OCMW-secretaris vanaf 01-01-2008 OCMW-secretaris vanaf 01-01-2009 Minimum 34.673,05 35.886,61 Maximum 51.204,02 52.996,16 Verhogingen 1 x 1 2.600,480 7 x 2 1.990,070 1 x 1 2.691,51 7 x 2 2.059,72 0 34.673,05 35.886,61 1 37.273,53 38.578,12 2 37.273,53 38.578,12 3 39.263,60 40.637,84 4 39.263,60 40.637,84 5 41.253,67 42.697,56 6 41.253,67 42.697,56 7 43.243,74 44.757,28 8 43.243,74 44.757,28 9 45.233,81 46.817,00 10 45.233,81 46.817,00 11 47.223,88 48.876,72 12 47.223,88 48.876,72 13 49.213,95 50.936,44 14 49.213,95 50.936,44 15 51.204,02 52.996,16 OCMW Heusden-Zolder salarisschalen versie: 12/11/2010 10

BIJLAGE 5: Salarisschalen BVR RPR O DECRETALE GRADEN Salarisschaal OCMW-ontvanger vanaf 01-01-2008 OCMW-financieel beheerder vanaf 01-01-2009 Minimum 33.806,21 33.806,21 Maximum 49.923,98 49.923,89 Verhogingen 1 x 1 2.535,510 7 x 2 1.940,310 1 x 1 2.535,510 7 x 2 1.940,310 0 33.806,21 33.806,21 1 36.341,72 36.341,72 2 36.341,72 36.341,72 3 38.282,03 38.282,03 4 38.282,03 38.282,03 5 40.222,34 40.222,34 6 40.222,34 40.222,34 7 42.162,65 42.162,65 8 42.162,65 42.162,65 9 44.102,96 44.102,96 10 44.102,96 44.102,96 11 46.043,27 46.043,27 12 46.043,27 46.043,27 13 47.983,58 47.983,58 14 47.983,58 47.983,58 15 49.923,89 49.923,89 OCMW Heusden-Zolder salarisschalen versie: 12/11/2010 11

Rechtspositieregeling OCMW Heusden-Zolder BIJLAGEN Bijlage 6: reglement op de toekenning van maaltijdcheques Raad voor Maatschappelijk Welzijn d.d. 31 mei 2011 Versie OCMW-raad van 20 juni 2017

BIJLAGE 6: Reglement op de toekenning van maaltijdcheques Reglement op de toekenning van maaltijdcheques Artikel 1 Dit reglement heeft tot voorwerp de toekenning van maaltijdcheques aan het personeel zoals voorzien in artikel 210 van de rechtspositieregeling. Artikel 2 Dit reglement is van toepassing op de personeelsleden die onder de rechtspositieregeling vallen, uitgezonderd de personeelsleden vermeld in artikel 1 2. Artikel 3 Maaltijdcheques worden toegekend voor de perioden (dagen of uren) waarin de werknemer effectieve arbeidsprestaties levert. Onder de term effectieve arbeidsprestaties wordt verstaan: de perioden waarin de werknemer effectief op de normale arbeidsplaats aanwezig is of in opdracht van de werkgever elders arbeidsprestaties levert. Worden gelijkgesteld met effectieve prestaties: compensatiedagen (= dagen waarop de werknemer afwezig is ingevolge het recupereren van de uren die hij op andere arbeidsdagen gepresteerd heeft bovenop zijn normale uurregeling); In dit geval gaat het om de recuperatie van effectief gepresteerde uren. dagen met dienstvrijstelling uitgezonderd voor de dagen dienstvrijstelling om bloed, plasma en bloedplaatjes te geven. Effectieve arbeidsprestaties moeten blijken uit de dagelijkse aanwezigheidsregistratie. Er is geen recht op een maaltijdcheque voor: volledige wettelijke verlofdagen; dagen van omstandigheidsverlof; volledige ziektedagen. Artikel 4 Het aantal maaltijdcheques moet gelijk zijn aan het aantal dagen waarop de werknemer effectief arbeidsprestaties levert. Voor deeltijdsen wordt het aantal effectieve arbeidsprestaties berekend door het aantal effectief gepresteerde uren van de werknemer tijdens het kwartaal te delen door het normale aantal arbeidsuren per dag. Indien deze bewerking een decimaal getal oplevert, wordt het afgerond op de hogere eenheid. Indien het op deze wijze verkregen aantal maaltijdcheques groter is dan het maximum aantal werkbare dagen in het kwartaal van een voltijdse werknemer, wordt het beperkt tot dit laatste aantal. OCMW Heusden-Zolder reglement op de toekenning van maaltijdcheques versie: 01/01/2009 1

BIJLAGE 6: Reglement op de toekenning van maaltijdcheques Artikel 5 Voor de berekeningen waarvan sprake in artikel 4 gelden volgende elementen: het dagelijks normale aantal arbeidsuren bedraagt 7u36min; het maximum aantal dagen dat een voltijdse werknemer per kwartaal kan presteren, stemt overeen met het aantal werkdagen in het regime van de vijfdagenweek, die in het kwartaal vallen (d.w.z.: het aantal kalenderdagen in het kwartaal, verminderd met het aantal zaterdagen, zondagen en wettelijke feestdagen). Artikel 6 De maaltijdcheques worden iedere maand, volgend op de refertemaand (= vorige maand) aan het personeel overhandigd, in functie van het aantal gewerkte dagen van die maand waarop hij arbeidsprestaties leverde. Zo in een bepaalde maand het aantal overhandigde cheques afwijkt van het aantal effectief gepresteerde arbeidsdagen, wordt in de loop van hetzelfde kwartaal en uiterlijk de laatste dag van de eerste maand die volgt op het kwartaal, het aantal cheques in overeenstemming gebracht met het aantal dagen waarop het personeel tijdens het kwartaal effectief arbeidsprestaties heeft geleverd. Jaarlijks gebeurt, uiterlijk op 31 januari van het volgende jaar, een globale jaarafrekening om de laatste correcties aan te brengen. Artikel 7 Op de jaarlijkse individuele rekening van het personeelslid wordt vermeld: het aantal toegekende maaltijdcheques en het brutobedrag van de maaltijdcheques verminderd met de persoonlijke bijdrage van het personeelslid. Artikel 8 De maaltijdcheque vermeldt duidelijk dat zijn geldigheidsduur beperkt is tot drie maanden en dat hij slechts mag gebruikt worden ter betaling van een eetmaal of voor de aankoop van verbruikbare voeding. Artikel 9 Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2009. OCMW Heusden-Zolder reglement op de toekenning van maaltijdcheques versie: 01/01/2009 2

Rechtspositieregeling OCMW Heusden-Zolder BIJLAGEN Bijlage 7: deontologische code Raad voor Maatschappelijk Welzijn d.d. 31 mei 2011 Versie OCMW-raad van 20 juni 2017

Bijlage 7: deontologische code Deontologische code voor de personeelsleden van het OCMW Heusden-Zolder De inwoners van de gemeente, de politici, de cliënten, de bezoekers en iedereen die hier werkt, verwachten van ons als personeelslid dat wij een optimale bijdrage leveren aan het bestuur en de werking van het OCMW. Het is belangrijk dat wij ons hiervan bewust zijn en hier conform naar de missie van het OCMW handelen. Tijdens onze dagelijkse werking komen we allemaal wel eens in een situatie terecht waarvan wij denken: wat moet ik hier nu mee doen? Wat mag / kan wel of net niet? In een aantal gevallen is het antwoord op dergelijke vragen heel eenvoudig maar vaak ook niet. In deze gedragscode vind je een aantal richtlijnen die in dergelijke situaties houvast geven. Deze code is opgebouwd rond de volgende basiswaarden: Klantgerichtheid Onafhankelijkheid Zorgvuldigheid Discretie Respect Professionaliteit Samenwerking Iedereen heeft bij de uitoefening van zijn/haar functie de eigen, individuele verantwoordelijkheid voor alles wat hij/zij doet of laat en moet daarover verantwoording kunnen afleggen. Bovendien heeft iedereen die leiding geeft de verantwoordelijkheid dat wij deze gedragscode met zijn allen zo goed mogelijk naleven. Bij twijfels of vragen over de concrete toepassing kan je bij je leidinggevende terecht. OCMW Heusden-Zolder deontologische code OCMW-personeel versie: RMW 26/01/2010 1

Bijlage 7: deontologische code Klantgerichtheid Je levert dienstverlening en doet dit op een correcte en consequente wijze. Hierdoor tracht je het vertrouwen van klanten te krijgen en dit steeds verder te versterken. Je toont begrip voor anderen, door je in hun situatie te plaatsen. Onafhankelijkheid door iedereen gelijk te behandelen, los van persoonlijke voorkeuren of beïnvloeding. Door iedere schijn van partijdigheid en afhankelijkheid te vermijden. Zorgvuldigheid bij de taak die je uitvoert, voor de spullen waarmee je werkt, voor de tijd die je te besteden hebt. Dit met de nodige flexibiliteit. Je geeft verantwoording voor alles wat je doet. Je geeft toe als het eens misgaat. Je belangrijkste leidraad is: afspraak is afspraak. Je creëert helderheid door te laten zien wat je doet en te vertellen waarom je het zo doet. Discretie door te laten merken dat informatie bij jou in goede handen is. Door hieraan extra aandacht te geven als het gaat om privégegevens van wie dan ook. Door ook te zwijgen als het gesprek over vertrouwelijke dingen gaat die met je werk te maken hebben. Respect voor iedereen: burgers, mandatarissen en collega s Professionaliteit in de uitoefening van je vak en bij de ontwikkeling van je vaardigheden. Samenwerking door je hulp aan te bieden als die nodig is en om hulp te vragen als jij die nodig hebt. OCMW Heusden-Zolder deontologische code OCMW-personeel versie: RMW 26/01/2010 2

Bijlage 7: deontologische code Klantgerichtheid Je helpt de cliënten van het OCMW op een professionele en klantgerichte manier. Je behandelt de cliënt op een manier waarop je zelf wenst behandeld te worden. Je bent vriendelijk en zakelijk bij cliëntcontacten en handelt de dossiers snel en efficiënt af. Je neemt initiatief als het nodig is. Je stelt je bereikbaar op voor de cliënt. Dit betekent onder meer dat je in je correspondentie met cliënten steeds je naam, je functie en je contactgegevens vermeldt. Je geeft steeds heldere en volledige informatie. Zowel in mondelinge als in schriftelijke communicatie gebruik je duidelijke en correcte taal. Indien nodig wijs je de cliënt door op een snelle en accurate wijze. Klachten neem je correct op. Ook al wordt de tegenpartij geëmotioneerd, dan nog blijf je beleefd, wat niet wil zeggen dat je de cliënt in alle situaties gelijk moet geven. Onafhankelijkheid Je behandelt de gebruikers van je dienst welwillend en zonder enige discriminatie of schijn van partijdigheid of afhankelijkheid. Je probeert zoveel mogelijk te voorkomen dat privébelangen de objectiviteit van de taakuitoefening kunnen beïnvloeden. Doet zich een dergelijke situatie voor, dan breng je jouw leidinggevende op de hoogte en onthoud jij je van tussenkomst of advisering in deze aangelegenheid. Je vermijdt elke schijn van partijdigheid en afhankelijkheid. Je mag zelf of via een tussenpersoon geen enkele activiteit verrichten waardoor: o de ambtsplichten niet kunnen worden vervuld; o de waardigheid van het ambt in gedrang komt; o de eigen onafhankelijkheid wordt aangetast; o een belangenconflict ontstaat. Je persoonlijke voorkeuren en overtuigingen of het engagement in een vereniging mogen geen weerslag hebben op de objectiviteit waarmee de taken worden uitgeoefend. Baliepersoneel draagt geen kledij of symbolen die uiting geven aan zijn of haar religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging omdat dit de beeldvorming van een objectieve en neutrale openbare dienstverlening in de weg staat. In je contacten, zowel schriftelijk als mondeling, wordt het Nederlands gebruikt. Je mag rechtstreeks of via een tussenpersoon geen giften, geschenken of uitnodigingen vragen of eisen. Jij aanvaardt relatiegeschenken, gunsten en uitnodigingen voor etentjes, activiteiten, bedrijfsbezoeken alleen wanneer de volgende voorwaarden gelijktijdig voldaan zijn: o ze vertegenwoordigen een geringe materiële waarde; o ze verplichten tot geen enkele gunst of wederdienst; o ze kaderen in een normale professionele verhouding en staan niet in verband met een concreet dossier of toekomstige ambtelijke beslissing of advies; o ze brengen de objectiviteit niet in het gedrang; o de leidinggevende wordt hiervan op de hoogte gebracht. Je aanvaardt nooit een geldsom. OCMW Heusden-Zolder deontologische code OCMW-personeel versie: RMW 26/01/2010 3

Bijlage 7: deontologische code Zorgvuldigheid Je bent er je van bewust dat je werkt namens het bestuur, met de middelen van en in het belang van het bestuur. Dit vereist een zorgvuldige omgang met bevoegdheden en middelen. Je bent verantwoordelijk voor alles wat je doet of laat en je moet daarover verantwoording kunnen afleggen. Je moet rekening houden met het gegeven dat werktijd, tijd is van de werkgever en dat zorgvuldig met deze tijd moet worden omgesprongen. Daarom respecteer je de werkuren die op jou van toepassing zijn zoals vastgesteld in het arbeidsreglement. Je moet je werk uitvoeren met zorg, in eer en geweten, op de voorgeschreven tijd, plaats en voorwaarden. Te laat op het werk komen, een werkonderbreking of het vroegtijdig verlaten van de werkplaats zijn onderworpen aan een voorafgaandelijke toelating van de leidinggevende (behalve in geval van overmacht of een wettelijke reden). Eigendommen toebehorend aan het bestuur mag je niet voor privédoeleinden gebruiken. Je draagt zorg voor de gebouwen, de eigen werkplaats en de ter beschikking gestelde middelen. Je zorgt er voor dat de eigen werkplek steeds ordelijk en net blijft. Bij je handelingen denk je ook aan het financieel aspect. Je vermijdt nodeloze kosten. Voor je eigen veiligheid en die van anderen, dien je je steeds te houden aan de veiligheidsvoorschriften. Adviezen, opties en voorstellen formuleer je op basis van een precieze, volledige en praktische voorstelling van de feiten. Je geeft toe als het eens misgaat en probeert te leren uit je fouten. Discretie Je oefent je functie uit met de nodige discretie en vertrouwelijkheid. Je hanteert dit principe eveneens bij de uitoefening van je spreekrecht en spreekplicht. Je hebt spreekrecht ten aanzien van derden met betrekking tot de feiten waarvan je kennis hebt uit hoofde van je ambt. Het is verboden om feiten bekend te maken als de bekendmaking ervan een inbreuk vormt op de rechten en de vrijheden van de burger, in het bijzonder het privéleven, tenzij de betrokkene toestemming heeft verleend om de gegevens die op haar of hem betrekking hebben, openbaar te maken. Je houdt vertrouwelijke informatie geheim voor iedereen die niet bevoegd is om er kennis van te nemen. Het is verboden om feiten bekend te maken die te maken hebben met: o de veiligheid van het land o de bescherming van de openbare orde o de financiële belangen van de overheid o het voorkomen het bestraffen van strafbare feiten o het medisch geheim o het vertrouwelijk karakter van commerciële, intellectuele en industriële gegevens o het vertrouwelijk karakter van de beraadslaging Indien de pers je contacteert over beleidsaangelegenheden dan verwijs je naar de voorzitter van het OCMW of de secretaris indien het om personeelszaken gaat. Deze geheimhoudingsplicht geldt tijdens en na de tewerkstelling bij het OCMW. OCMW Heusden-Zolder deontologische code OCMW-personeel versie: RMW 26/01/2010 4

Bijlage 7: deontologische code Respect Je oefent je job uit met het nodige respect ten aanzien van iedereen met wie je in contact komt. Je respecteert genomen beslissingen en regelgeving. Je toont respect en waardigheid in contact met andere personeelsleden, cliënten of bezoekers. Je doet of zegt niets wat als een inbreuk op de waardigheid van een ander kan beschouwd worden. Pesten, geweld of ongewenst seksueel gedrag, zowel door middelen van woorden als door feitelijke handelingen of gedragingen is verboden. Je houdt je aan de bepalingen die opgenomen zijn in het alcohol- en drugsbeleid. Jouw voorkomen en de keuze van je kleding getuigen van respect voor de ander. Indien de kleding van jouw leefgemeenschap sterk afwijkt van de gangbare kleding van de bevolking zal je respect tonen door oog te hebben voor de effecten hiervan. In dialoog met je leidinggevende zal je afspraken naleven omtrent het dragen van gepaste kleding tijdens de taakuitvoering. Professionaliteit Je oefent je functie op een loyale en een integere wijze uit, onder het gezag van jouw leidinggevende, die verantwoordelijk is voor de gegeven opdrachten. Je weet wat je functie inhoudt en beschikt over de vereiste kennis en vaardigheden om deze goed te vervullen. Je neemt taken serieus, je neemt werk spontaan op en voert het vlot en met de nodige verantwoordelijkheidszin uit en bent bereid een extra inspanning te leveren als het werk daarom vraagt. Je realiseert je doelstellingen op een kwaliteitsvolle wijze. Je bent je bewust van het effect op anderen en de organisatie wanneer je deze doelstellingen niet bereikt. Je houdt je op de hoogte van de ontwikkelingen en nieuwe inzichten in de materies waarmee je beroepshalve belast bent. Vorming is een plicht indien ze noodzakelijk blijkt voor een betere uitoefening van je functie of het functioneren van je dienst, of als ze een onderdeel uitmaakt van een herstructurering of reorganisatie van je afdeling of een implementatie van nieuwe werkmethodes en infrastructuur. Je hebt recht op informatie en vorming zowel met betrekking tot aspecten die nuttig zijn voor de uitoefening van de functie als om te kunnen voldoen aan de bevorderingsvereisten. Eens een beslissing genomen, schaar je je achter die beslissing en voer je die loyaal uit, ook al strookt deze niet met je persoonlijk standpunt. Samenwerking Het geheel is meer dan de som van de delen. Daarom kijk je bij de uitvoering van je functie best ook eens over de grenzen van je eigen dienst / afdeling / gemeente heen. Weet dat een goed resultaat nooit alleen van jou of jouw dienst / afdeling afhangt. Je dient je op een actieve, flexibele en constructieve wijze in te zetten voor de realisatie van de opdracht en de doelstellingen. Iedereen dient te streven naar een vlotte samenwerking, waarbij de missie van het OCMW centraal staat. Je streeft naar een open dialoog en constructieve samenwerking. OCMW Heusden-Zolder deontologische code OCMW-personeel versie: RMW 26/01/2010 5

Bijlage 7: deontologische code Je deelt uit eigen beweging of op vraag van collega s, informatie mee als die nuttig of bruikbaar kan zijn voor de goede afhandeling van een concreet dossier. (Hierbij wordt er steeds rekening gehouden met het eventuele vertrouwelijke karakter van informatie). Bij overdracht van taken wordt de nodige informatie verstrekt. Gesprekken tussen personeelsleden onderling, tussen personeelsleden en mandatarissen en aanwezigen tijdens vergaderingen verlopen in het Nederlands. De enige uitzondering hierop zijn internationale uitwisselingscontacten. Je brengt je hiërarchisch overste op de hoogte indien je nalatigheden, misbruiken of misdrijven vaststelt. Je steekt je energie in samenwerking door: o het vlot nakomen van afspraken; o opbouwende kritieken te geven over de manier van (samen)werken; o ideeën te lanceren om resultaten te verbeteren; o te luisteren naar kritieken en er wat mee te doen; o het creëren van een goede werksfeer; o het geven van collegiale steun. Indien je een leidinggevende functie hebt: o stel je je aanspreekbaar op; o vertel je je medewerkers op tijd, helder en volledig wat ze over hun werk en dienst moeten weten; o communiceer je duidelijk over je verwachtingen en stel de nodige middelen ter beschikking zodat deze verwachtingen kunnen ingevuld worden; o zorg je er voor dat je medewerkers kunnen rekenen op een eerlijke en objectieve evaluatie. Het niet naleven van deze gedragscode heeft gevolgen voor de evaluatie. Bovendien kunnen de sancties voorzien in het arbeidsreglement toegepast worden. OCMW Heusden-Zolder deontologische code OCMW-personeel versie: RMW 26/01/2010 6

Rechtspositieregeling OCMW Heusden-Zolder BIJLAGEN Bijlage 8: kaderreglement tweede pensioenpijler contractanten & bijvoegsels Raad voor Maatschappelijk Welzijn d.d. 31 mei 2011 Versie OCMW-raad van 20 juni 2017

KADERREGLEMENT TWEEDE PENSIOENPIJLER CONTRACTANTEN Inhoudstafel Inhoudstafel... 1 1 Voorwerp... 2 2 Begripsomschrijving... 2 3 Aansluiting... 3 4 De pensioentoelage en hoe ze aangewend wordt... 3 4.1 Het bedrag van de pensioentoelage... 3 4.2 De aanwending van de pensioentoelage... 4 4.3 Het rendement... 4 4.4 Winstdeelname... 4 4.5 Uitbetaling... 4 5 Uitkering op de einddatum... 4 5.1 De normale einddatum... 4 5.2 Blijven werken na 65 jaar... 4 5.3 Vervroegde uitkering... 4 6 Uitkering in geval van overlijden voor de einddatum... 5 7 Verworven rechten van de aangeslotene op de reserves... 5 8 De manier van uitkeren... 5 9 Begunstigden... 6 9.1 De begunstigde van de uitkering op de einddatum... 6 9.2 De begunstigde van de uitkering bij overlijden... 6 10 Gevolgen van het niet betalen van de pensioentoelagen... 6 11 Informatie... 6 11.1 Het pensioenreglement... 6 11.2 De pensioenfiche... 6 11.3 Beheersverslag... 7 12 De aangeslotene verlaat het lokaal bestuur vóór de einddatum... 7 13 Financieringsfonds... 7 14 Begrenzing van de pensioenen... 8 15 Fiscale bepalingen... 8 15.1 Welke fiscale wetgeving is van toepassing?... 8 15.2 Belastingsstatuut van de pensioentoelage... 8 16 Verplichtingen van het lokaal bestuur... 8 17 Toepassing van de wet tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer... 9 18 Wijziging van dit reglement... 9 19 Geschillen en toepasselijk recht... 9 BIJLAGE 1

1 Voorwerp Dit kaderreglement wordt opgesteld in uitvoering van het Vlaams Sectoraal Akkoord 2008-2013, afgesloten in het Vlaamse Onderhandelingscomité C1 op 19 november 2008 tot invoering van een aanvullend pensioenstelsel voor de contractanten van de lokale besturen. Een lokaal bestuur kan beslissen om een pensioenstelsel in te voeren voor zijn personeelsleden overeenkomstig de bepalingen van dit kaderreglement vanaf 1 januari 2010 of vanaf een latere datum. De pensioentoezegging die in dit kaderreglement bepaald wordt, is van het type vaste bijdrage, en heeft tot doel om een pensioenrente samen te stellen, die aan de aangeslotene of in geval de aangeslotene overlijdt voor de voorziene einddatum, aan zijn rechthebbenden uitgekeerd wordt. Dit kaderreglement bepaalt de rechten en verplichtingen van het lokaal bestuur, de pensioeninstelling, de aangeslotenen en hun rechthebbenden, en de voorwaarden waaronder deze rechten uitgeoefend kunnen worden. 2 Begripsomschrijving In dit kaderreglement worden een aantal begrippen gebruikt, die de volgende betekenis hebben: Aangeslotene Het personeelslid waarvoor het lokale bestuur een pensioenstelsel heeft ingevoerd en dat aan de aansluitingsvoorwaarden van het pensioenreglement voldoet en het gewezen personeelslid dat nog steeds actuele of uitgestelde rechten geniet overeenkomstig het pensioenreglement. Pensioengevend jaarloon Het loon van de aangeslotene ten laste van het lokaal bestuur, dat in aanmerking wordt genomen voor de berekening van de sociale zekerheidsbijdragen. Lokaal Bestuur De overheid of instelling die personeelsleden tewerkstelt die ressorteren onder het toepassingsgebied van het Vlaams Sectoraal Akkoord 2008-2013, afgesloten in het Vlaamse Comité C1 op 19 november 2008 op wie dit reglement van toepassing is. Het lokaal bestuur is de inrichter van het pensioenstelsel voor zijn personeelsleden. Pensioenreglement Het pensioenreglement dat wordt vastgesteld door het lokaal bestuur. Het bevat dit kaderreglement en de specifieke bepalingen voor het lokale bestuur, nl. de vaststelling van de bijdragevoet, de eventuele inhaalbijdragen en de ingangsdatum. Verworven reserve Met verworven reserve wordt bedoeld de reserve waarop de aangeslotene op een bepaald ogenblik recht heeft overeenkomstig het pensioenreglement. Verworven prestatie Met verworven prestatie wordt bedoeld de prestaties waarop de aangeslotene aanspraak kan maken overeenkomstig het pensioenreglement indien hij bij zijn uittreding zijn verworven reserves bij de pensioeninstelling laat. 2

3 Aansluiting Elk personeelslid ongeacht de aard van de arbeidsovereenkomst die op de datum waarop het lokale bestuur het pensioenreglement laat in werking treden door een arbeidsovereenkomst verbonden is met het lokaal bestuur of na de datum waarop het lokale bestuur het pensioenreglement laat in werking treden door het lokaal bestuur tewerkgesteld zal worden met een arbeidsovereenkomst wordt verplicht aangesloten aan het pensioenstelsel. Voor de personeelsleden die in dienst treden na de datum waarop het lokale bestuur het pensioenreglement laat in werking treden, is de datum van in dienst treden bij het lokale bestuur tegelijk de datum van aansluiting aan het pensioenreglement Worden evenwel uitgesloten: Personeelsleden met vakantie-, studenten- en IBO-contracten (individuele beroepsopleiding) Personeelsleden die activiteiten uitoefenen terwijl zij al van een wettelijk rustpensioen genieten. Politieke mandatarissen van lokale besturen (burgemeester, schepen, OCMW voorzitter, raadsleden, enz ) Vrijwillige brandweerlieden en beroepsbrandweerlui Vrijwilligers Onthaalouders Politiepersoneel Personeelsleden die aangeworven zijn op grond van artikel 60 7 van de OCMW-wet Het personeel waarvoor de rechtspositie van het onderwijs gevolgd wordt zoals bepaald in het decreet van 27.03.1991 betreffende de rechtspositieregeling van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding. De aangeslotene aanvaardt het pensioenreglement, en machtigt het lokaal bestuur om aan de Pensioeninstelling alle inlichtingen en bewijsstukken over te maken die nodig zijn voor de goede uitvoering van dit reglement. De aangeslotene zal alle ontbrekende inlichtingen en bewijsstukken die nodig zijn opdat de Pensioeninstelling zijn verplichtingen tegenover de aangeslotene of zijn rechthebbenden kan uitvoeren, op eenvoudige vraag overmaken. Indien de aangeslotene deze inlichtingen of bewijsstukken niet overmaakt, dan zullen het lokaal bestuur en de Pensioeninstelling ontslagen zijn van het betrokken deel van hun verplichtingen tegenover de aangeslotene met betrekking tot het aanvullend pensioen dat in het pensioenreglement beschreven wordt, behoudens overmacht van de aangeslotene. 4 De pensioentoelage en hoe ze aangewend wordt 4.1 Het bedrag van de pensioentoelage De uitkeringen bij pensionering en in geval van vroegtijdig overlijden voor de einddatum, worden gefinancierd door jaarlijkse pensioentoelagen die door het lokale bestuur ten gunste van de aangeslotene gestort worden aan de Pensioeninstelling, en waarvan het niveau vastgesteld wordt in het pensioenreglement. De pensioentoelage zal minstens 1 % van het pensioengevend jaarloon bedragen. In bijlage wordt het pensioengevend jaarloon omschreven. Het lokale bestuur kan beslissen om een hoger percentage als pensioentoelage te storten. Dit percentage wordt toegepast op het pensioengevend jaarloon. Het lokale bestuur kan beslissen om ten gunste van de personeelsleden die op dat ogenblik in dienst zijn een inhaaltoelage te storten voor de reeds gepresteerde diensttijd of voor een 3

gedeelte van de reeds gepresteerde diensttijd vóór de datum waarop het pensioenstelsel van dat lokale bestuur in werking treedt. Die inhaaltoelage bestaat uit een eenmalige koopsom gelijk aan het normale toelagepercentage op het pensioengevend jaarloon vermenigvuldigd met maximum het aantal jaren en maanden dienst gelegen tussen de datum van in dienst treden en de datum van het in werking treden van het pensioenstelsel. 4.2 De aanwending van de pensioentoelage De pensioentoelage wordt voor iedere aangeslotene op een individuele pensioenrekening gestort. De pensioentoelage wordt voor iedere aangeslotene in trimestriële delen op het einde van ieder trimester op een individuele pensioenrekening gestort. De oprenting gebeurt: tot op de dag waarop de uitbetaling van het aanvullend pensioen moet gebeuren; of tot op de eerste dag van de maand waarin de aangeslotene overlijdt. 4.3 Het rendement De pensioenrekening ontvangt jaarlijks een door de Pensioeninstelling toegekend rendement. 4.4 Winstdeelname De Pensioeninstelling kan overgaan tot het toekennen van een winstdeelname. Deze winstdeelname neemt de vorm aan van een verhoging van de verworven rechten, en wordt daardoor definitief verworven door de aangeslotene. Een aan de individuele rekening van de aangeslotene toegekende winstdeelname wordt mee opgerent. 4.5 Uitbetaling De Pensioeninstelling zal de voorziene bedragen zo snel mogelijk uitbetalen. Indien de Pensioeninstelling op de normale einddatum nog niet beschikt over alle gegevens die nodig zijn om het juiste bedrag uit te betalen, zal er op die datum een voorschot betaald worden. Dit voorschot is gebaseerd op het bedrag gewaarborgd op basis van artikel 24 van de WAP. Het resterende saldo zal uitbetaald worden uiterlijk 10 werkdagen nadat de Pensioeninstelling de ontbrekende gegevens ontvangt. 5 Uitkering op de einddatum 5.1 De normale einddatum De einddatum waarop het bedrag dat op de pensioenrekening opgebouwd werd opeisbaar is en omgezet wordt in een rente, wordt vastgesteld op de eerste dag van de maand die volgt op de 65ste verjaardag van de aangeslotene. 5.2 Blijven werken na 65 jaar Indien de aangeslotene in dienst blijft na de normale einddatum van 65 jaar, blijft de pensioentoelage verschuldigd en er wordt een nieuwe einddatum vastgesteld door de eerdere einddatum telkens met 1 jaar te verlengen. De aangeslotene zal dan de uitkering van zijn pensioenrekening bekomen wanneer hij zijn wettelijk pensioen opneemt of wanneer zijn arbeidsovereenkomst met het lokale bestuur beëindigd wordt 5.3 Vervroegde uitkering De aangeslotene kan de vervoegde uitkering van de pensioenrechten ten vroegste vanaf de leeftijd van 60 jaar bekomen op de ingangsdatum van zijn wettelijk pensioen. 4

De vervroegde uitkering brengt het verval van het recht op een uitkering bij overlijden vóór de einddatum mee. 6 Uitkering in geval van overlijden voor de einddatum Wanneer een aangeslotene overlijdt, heeft de begunstigde recht op de omzetting in een rente van de op het ogenblik van het overlijden opgebouwde waarde op de individuele pensioenrekening. 7 Verworven rechten van de aangeslotene op de reserves De reserves die opgebouwd zijn op de individuele rekeningen, zijn verworven door de aangeslotene. In afwijking van het eerste lid kan de aangeslotene echter pas na één jaar aansluiting aanspraak maken op verworven reserves. Aan de voorwaarde van één jaar aansluiting wordt voldaan indien op het moment dat de aangeslotene de einddatum bereikt, de som van zijn aansluitingsperioden één jaar bedraagt Voor de beoordeling van de minimale aansluitingsduur van één jaar, worden de periodes van aansluiting bij alle pensioentoezeggingen van lokale besturen in uitvoering van deze kaderovereenkomst samengeteld. Een aangeslotene die de vereffening van zijn verzekerde bedragen heeft verkregen en die opnieuw in dienst komt van het lokaal bestuur, wordt als een nieuwe aangeslotene beschouwd. Een aangeslotene die ervoor gekozen heeft zijn verworven reserves over te dragen naar een andere pensioeninstelling en die opnieuw in dienst komt van het lokaal bestuur, wordt eveneens als een nieuwe aangeslotene beschouwd. De pensioenrekening kan niet in pand gegeven worden, en de begunstiging ervan kan niet overgedragen worden. Er kan geen voorschot op toegekend worden. 8 De manier van uitkeren De opgebouwde waarde wordt op de einddatum voorzien in artikel 5 omgezet in een lijfrente ten gunste van de aangeslotene, op basis van de omzettingscoëfficiënten die gebruikt worden door de pensioeninstelling die wordt aangeduid. De opgebouwde waarde wordt in geval van overlijden voor de einddatum omgezet in een rente ten gunste van de begunstigde, op basis van de omzettingscoëfficiënten die gebruikt worden door de pensioeninstelling die wordt aangeduid. Wanneer het jaarlijks bedrag van de rente bij de aanvang ervan minder dan of gelijk aan 500 euro bedraagt, wordt het kapitaal uitbetaald. De renten worden in maandelijkse delen betaald op de laatste dag van elke maand, tot en met de laatste vervaldag die voorafgaat aan het overlijden van de begunstigde(n). Wanneer het jaarbedrag van de rente gelegen is tussen 500 en 800,01 EUR, dan wordt ze niet maandelijks betaald, maar in vier gelijke delen op het einde van ieder trimester. De in dit artikel vermelde bedragen worden geïndexeerd volgens de bepalingen van de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist geïndexeerd worden, met als basis 1 januari 2004. 5

9 Begunstigden 9.1 De begunstigde van de uitkering op de einddatum Indien de aangeslotene in leven is op de einddatum, wordt de rente uitgekeerd aan de aangeslotene zelf. 9.2 De begunstigde van de uitkering bij overlijden Indien de aangeslotene overlijdt vóór de einddatum, wordt de voorziene uitkering bij overlijden uitgekeerd aan de begunstigde(n) op basis van de volgende voorrangsorde: a. De echtgeno(o)t(e) van de aangeslotene voor zo ver die niet gerechtelijk van tafel en bed of feitelijk gescheiden is, of die zich niet in aanleg tot scheiding van tafel en bed of echtscheiding bevindt. De echtgenoten worden geacht feitelijk gescheiden te zijn wanneer uit de bevolkingsregisters blijkt dat zij een andere woonplaats hebben; b. Bij ontstentenis, de persoon die wettelijk samenwoont met de aangeslotene in de zin van artikel 1475 tot 1479 van het Burgerlijk Wetboek, en die geen bloedverwant is van de aangeslotene; c. Bij ontstentenis de kinderen van de aangeslotene, of bij plaatsvervulling, hun nakomelingen; d. Bij ontstentenis het financieringsfonds. De begunstigden onder a en b ontvangen een lijfrente. De kinderen ontvangen elk dezelfde tijdelijke rente tot ze 25 jaar worden. 10 Gevolgen van het niet betalen van de pensioentoelagen Het lokaal bestuur zal de verschuldigde pensioentoelagen aan de Pensioeninstelling overmaken. De inning van de periodieke pensioentoelage gebeurt door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en Plaatselijke Overheidsdiensten (RSZPPO). De inning van de eenmalige inhaalbijdrage gebeurt door de pensioeninstelling. Wanneer de Pensioeninstelling op de hoogte gebracht wordt dat het lokaal bestuur de pensioentoelage niet betaalde, worden de pensioenrekeningen premievrij gemaakt op basis van de wel betaalde pensioentoelagen. De premievrijmaking ontslaat het lokaal bestuur geenszins van de betaling van de achterstallige bijdragen. De Pensioeninstelling zal iedere aangeslotene uiterlijk binnen de 2 maanden volgend op de datum waarop zij kennis kreeg van de betalingsachterstand door middel van een op zijn persoonlijk adres gestuurde brief op de hoogte brengen. 11 Informatie 11.1 Het pensioenreglement De tekst van het kaderreglement is beschikbaar op de website van de Pensioeninstelling. Het lokaal bestuur stelt het pensioenreglement ter beschikking van de aangeslotenen. 11.2 De pensioenfiche Ieder jaar brengt de Pensioeninstelling elke aangeslotene door middel van een pensioenfiche op de hoogte van het bedrag van de pensioentoelagen, de verworven reserve, de verworven prestatie en de datum van opeisbaarheid, het bedrag van de verworven reserve van het afgelopen jaar, de rente die overeenstemt met het pensioenkapitaal. 6

de overige inlichtingen die verplicht moeten meegedeeld worden op basis van de WAP 11.3 Beheersverslag De Pensioeninstelling stelt jaarlijks een verslag over het beheer van de pensioentoezegging ter beschikking van de aangeslotenen, via de website. Daarin is onder meer de volgende informatie opgenomen: de wijze van financiering van de pensioentoezegging en de structurele wijzigingen in die financiering; de beleggingsstrategie op lange en korte termijn en de mate waarin daarbij rekening wordt gehouden met sociale, ethische en leefmilieuaspecten; het rendement van de beleggingen en de kostenstructuur; de verdeling van de winst. 12 De aangeslotene verlaat het lokaal bestuur vóór de einddatum Wanneer het arbeidscontract van de aangeslotene beëindigd wordt om een andere reden dan het overlijden of het bereiken van de einddatum, heeft de aangeslotene de keuze tussen de volgende mogelijkheden, voor zover hij rechten kan opeisen op de reserves: hetzij de verworven reserve zonder wijziging van de pensioenbelofte laten bij de Pensioeninstelling en op de einddatum of bij overlijden een rente ontvangen; hetzij de verworven reserve overdragen naar de pensioeninstelling van de nieuwe werkgever waarmee hij een arbeidscontract sloot, indien hij aan de pensioentoezegging van die nieuwe werkgever aangesloten wordt; hetzij de verworven reserve overdragen naar een andere pensioensinstelling die de totaliteit van haar winsten proportioneel met de reserves verdeelt onder de aangeslotenen, en die de kosten beperkt als gevolg van de regels bepaald door het koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de toekenning van buitenwettelijke voordelen aan werknemers en aan bedrijfsleiders. Bij een uitdiensttreding verwittigt het lokale bestuur binnen de dertig dagen de pensioeninstelling. Binnen de dertig dagen na die verwittiging deelt de pensioeninstelling de verworven rechten mee aan het lokale bestuur dat op zijn beurt de aangeslotene inlicht. Binnen de dertig dagen na de mededeling door de pensioeninstelling moet de aangeslotene een keuze maken. Indien de aangeslotene geen expliciete keuze maakt binnen de dertig dagen, wordt hij verondersteld gekozen te hebben voor het behoud van zijn reserves bij de Pensioeninstelling zonder wijziging van de pensioenbelofte (punt a. hier voor). De artikels 8 en 13 blijven van toepassing op de overgedragen reserves. De nieuwe pensioeninstelling zal hiervan verwittigd worden. 13 Financieringsfonds Het financieringsfonds wordt beheerd door de pensioeninstelling en ontvangt hetzelfde globaal rendement (prorata temporis) dat aan de wiskundige reserves toegekend wordt. Het fonds wordt gefinancierd door de reserves waarop de aangeslotene die het lokaal bestuur verlaat voor de einddatum geen aanspraak kan maken, en door de kapitalen overlijden waarvan het financieringsfonds de begunstigde is. Binnen de wettelijke mogelijkheden, beslist de inrichter over de bestemming van het financieringsfonds. Het fonds is bestemd voor de aangeslotenen en/of zijn begunstigden en zijn tegoeden mogen nooit, zelfs niet gedeeltelijk, teruggestort worden aan de inrichter. 7

14 Begrenzing van de pensioenen De toekenning van de pensioenuitkering mag er niet toe leiden dat het totaal van de pensioenvoordelen, dat een aangeslotene ontvangt, hoger is dan het pensioen waarop hij in uitvoering van het art. 38 van de wet van 5 augustus 1978 houdende economische en budgettaire hervormingen aanspraak kan maken. De toekenning van pensioenuitkering mag evenmin tot gevolg hebben dat het totaal van de pensioenvoordelen dat een aangeslotene ontvangt, hoger is dan het bedrag van het pensioen openbare sector waarop hij aanspraak zou kunnen maken indien hij een vaste benoeming had verkregen bij het lokaal bestuur dat de pensioentoezegging in toepassing van dit kaderreglement heeft ingevoerd. In geval het maximaal toegelaten pensioen overschreden wordt, zal hiertoe het geheel of een deel van de individuele reserve ingehouden worden, en in het financieringsfonds gestort worden. 15 Fiscale bepalingen 15.1 Welke fiscale wetgeving is van toepassing? Wanneer de aangeslotene en de begunstigde hun woon- en/of werkplaats in België hebben, en het lokaal bestuur gevestigd is in België, is de Belgische fiscale wetgeving van toepassing zowel op de pensioenbijdragen als op de uitkeringen. Is dit niet het geval, dan zouden fiscale en/of sociale lasten kunnen verschuldigd zijn op basis van een buitenlandse wetgeving, in uitvoering van de internationale verdragen die in dat verband gelden. 15.2 Belastingsstatuut van de pensioentoelage Op basis van de Belgische fiscale wetgeving van kracht op de ingangsdatum van dit kaderreglement, vormen de werkgeverstoelagen in principe aftrekbare beroepskosten in de vennootschapsbelasting, en geven geen aanleiding tot bijkomende heffing in de rechtspersonenbelasting, noch tot een dadelijk belastbaar voordeel voor de aangeslotene. Het bedrag, uitgedrukt in jaarlijkse rente: van de voorziene uitkeringen naar aanleiding van pensionering in uitvoering van de pensioentoezegging en van het wettelijk pensioen en van andere aanvullende pensioenuitkeringen waarop de aangeslotene recht heeft mag evenwel 80 % van de laatste normale bruto bezoldiging niet overschrijden, rekening houdend met de normale duur van een beroepswerkzaamheid, en met een overdraagbaarheid van de rente ten gunste van de overlevende echtgeno(o)t(e) van 80 %, en met een indexatie van de rente. Indien een lokaal bestuur voor een aangeslotene nog andere aanvullende pensioenvoordelen zou voorzien dan diegene die voortkomen uit de op grond van dit kaderreglement ingevoerde pensioenstelsels, zal een gebeurlijke overschrijding van de fiscaal toegelaten grens aangerekend worden op de financiering van die andere pensioenvoordelen. 16 Verplichtingen van het lokaal bestuur Het lokaal bestuur zal tijdig alle vereiste gegevens voor de uitvoering van het pensioenstelsel aan de Pensioeninstelling overmaken. De verplichtingen van de Pensioeninstelling worden gevestigd op basis van de tijdig overgedragen gegevens. Het lokaal bestuur zal alle vragen van de aangeslotenen over het pensioenreglement in het algemeen, of over de individuele rekeningen, meedelen aan de Pensioeninstelling. 8

17 Toepassing van de wet tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer Het lokaal bestuur verstrekt via de RSZPPO een aantal persoonsgegevens aan de Pensioeninstelling om het pensioenstelsel te beheren. De Pensioeninstelling behandelt deze gegevens vertrouwelijk. Ze mogen uitsluitend gebruikt worden voor het beheer van het pensioenstelsel, met uitsluiting van elk ander al dan niet commercieel oogmerk. Iedere persoon van wie persoonlijke gegevens bewaard worden, heeft het recht om inzage en verbetering ervan te verkrijgen. Hij moet zich in dat geval schriftelijk tot de Pensioeninstelling richten, en daarbij een kopie van zijn identiteitskaart voegen. 18 Wijziging van dit reglement Dit kaderreglement kan gewijzigd of stopgezet worden door een (sectoraal) akkoord dat in het onderhandelingscomité C1 gesloten wordt. 19 Geschillen en toepasselijk recht Het Belgische recht is van toepassing op dit kaderreglement en op de pensioenstelsels die in toepassing daarvan worden ingesteld. Gebeurlijke geschillen tussen de partijen in verband ermee behoren tot de bevoegdheid van de Belgische rechtbanken. 9

BIJLAGE Omschrijving pensioengevend jaarloon Pensioengevend jaarloon = jaarloon dat in aanmerking wordt genomen voor socialezekerheidsbijdragen. Overeenkomstig art. 23 van de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers worden de socialezekerheidsbijdragen berekend op het loon van de werknemer zoals bepaald door art. 2 van de loonbeschermingswet van 12 april 1965. In zijn algemeenheid omvat het (aan socialezekerheidsbijdragen onderworpen) loon de voordelen in geld of in geld waardeerbaar waarop de werknemer ingevolge zijn tewerkstelling recht heeft ten laste van de werkgever. In principe vallen alle toelagen, premies of vergoedingen die contractuele personeelsleden ontvangen onder het aan socialezekerheidsbijdragen onderworpen loon, behoudens de bij wet of bij KB voorziene uitzonderingen (b.v. vergoedingen vermeld in de artikelen 19, 19bis, 19ter en 19quater van het KB van 28 november 1969 tot uitvoering van de socialezekerheidswet). Hieronder worden de meest voorkomende loonelementen opgesomd met de aanduiding of er wel (zie linkerkolom) dan geen (zie rechterkolom) socialezekerheidsbijdragen op verschuldigd zijn. Onderworpen aan SZ-bijdragen Normaal loon voor werkelijke arbeidsprestaties Niet-onderworpen aan SZbijdragen Vergoeding voor reis- en verblijfskosten Haard- en standplaatstoelage Kostenvergoedingen (b.v. terugbetaling kosten woon- werkverkeer) Eindejaarstoelage Arbeidsgereedschap of werkkledij Nacht-, zaterdag- en zondagtoelagen Maaltijden beneden kostprijs in bedrijfsrestaurant Toelage voor overuren Verstoringstoelage Gevarentoelage Permanentietoelage Maaltijdscheques(indien vrijstellingsvoorwaarden voldaan) Geschenkencheques(indien vrijstellingsvoorwaarden voldaan) Sport- en cultuurcheques (indien vrijstellingsvoorwaarden voldaan) Ecocheques (indien vrijstellingsvoorwaarden voldaan) Mandaattoelage,toelage voor opdrachthouderschap, Aanvullend sociaalzekerheidsvoorfunctioneringstoelage, managementstoelage deel (b.v. premie hospitalisatieverzekering, aanvulling ziekte-uitkering) Premie vrijwillige vierdagenweek Gratificaties of vrijgevigheden 10

Opzeggingsvergoeding Loon voor feestdagen Enkelvoudig vakantiegeld of doorbetaald loon voor Dubbel vakantiegeld(= 92%) vakantiedagen Gewaarborgd loon 1 e maand bediende en gewaarborgd Gewaarborgd loon 2 de week loon 1 e week arbeider (100%) arbeider (60%) Geactiveerde uitkering van werknemers activaplan, doorstromingsprogramma s of sine 11