, t Uitvoeringsregeling Participatiefonds Gon1eente -n Algemeen Het Participatiefonds biedt de mogelijkheid om mensen met een laag besteedbaar inkomen tegemoet te komen in de kosten van betaalde abonnementen, contributies, cursusgelden en ouderbijdragen voor (plaatselijke) voorzieningen. Voor de definitie van minima is aangesloten bij de landelijke begrenzing van 110% van de relevante bijstandsnorm. Artikel 1 ) Begripsbepalingen a. de wet: de Wet werk en bijstand; b. gezinslid: aanvrager, diens echtgeno(o)t(e)/partner en kinderen tot 18 jaar zonder eigen inkomen; c. verstrekkingsjaar: een kalenderjaar van 1 januari tot en met 31 december; d. inkomen: op grond van de bepalingen in de Wet werk en bijstand in aanmerking te nemen inkomen; e. relevante norm: de voor de aanvrager geldende norm op grond van de Wet werk en bijstand; f. belanghebbende: aangesloten wordt bij de omschrijving ingevolge de Algemene wet bestuursrecht. Artikel 2 ) Personenkring a. Recht op een verstrekking uit het participatiefonds heeft de balanqhebbende van 18 jaar en ouder die voldoet aan de in dit artikel gestelde voorwaarden. b. De belanghebbende dient in zijn woonplaats als bedoeld in de artikelen 10, eerste lid, en 11 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek te hebben binnen de gemeente Haren. c. Met belanghebbende wordt gelijkgesteld de hier te lande woonachtige vreemdeling die rechtmatig in Nederland verblijf houdt in de ztn van artikel 8, onderdelen a tot en met e en I, van de Vreemdelingenwet 2000, met uitzondering van de gevallen, bedoeld in artikel 24, tweede lid, van Richtlijn 2004/38/EG. d. Het inkomen van belanghebbende mag niet meer bedragen dan 110% van de op zijn situatie van toepassing zijnde bijstandnorm op grond van de wet vermeerderd of verminderd met de van toepassing zijnde toeslag(en) en/of verlaging(en) op grond van de toeslagenverordening Wet werk en bijstand. e. Het vermogen van belanghebbende mag niet hoger zijn dan het toepasselijk zijnde bedrag genoemd in artikel 34, lid 3 van de wet. f. De artikelen 31 tot en met 34 van de wet zijn van overeenkomstige toepassing. Bij het vaststellen van de aanwezige middelen wordt uitgegaan van de maand, direct voorafgaande aan de maand van aanvraag in combinatie met de jaaropgave van het voorgaande jaar. Voor zelfstandig ondernemers wordt uitgegaan van de jaarcijfers van het voorafgaande jaar aan het jaar van de aanvraag. g. Geen recht op een verstrekking uit het participatiefonds heeft de belanghebbende die is opgenomen in een inrichting, of een inkomen heeft bestaande uit studiefinanciering of een inkomen heeft uit de tegemoetkoming in de onderwijsbijdrage en de schoolkosten op grond van hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten.
2 Artikel 3 Voorzieningen De vergoeding wordt gegeven voor plaatselijke- en regionale voorzieningen zoals: a. cursusgelden ten behoeve van zwemles, tekenles, muziekonderwijs, e.d.; b. contributies ten behoeve van organisaties gericht op sport, zang, toneel, muziek, volkstuinen, alsmede organisaties ten behoeve van gehandicapten, jeugd-, en jongerenwerk en peuterspeelzaalwerk (zoals scouting, jeugdclubs, etc.), e.d.; c. abonnementen ten behoeve van openbare bibliotheek, volkstuinenvereniging, zwembad, schouwburg, musea, krant, e.d.; d. abonnementsgelden vaste telecommunicatie (telefoon, internet, kabel); e. overige uitgaven in het kader van sociale, culturele en sportieve activiteiten. Artikel 4 Hoogte van de verstrekking De vergoeding bedraagt 100% van de in artikel 3 genoemde kosten met een maximum van: 200,00 voor een alleenstaande; 200,00 + 100,00 per kind voor een alleenstaande ouder; 300,00 + 100,00 per kind voor een gezin. Artikel 5 Aanvraagprocedure en betaalbaarstelling a. De aanvraag wordt ingediend middels een volledig ingevuld formulier, voorzien van bewijsstukken van het inkomen en de kosten waarvoor de vergoeding wordt aangevraagd. Bij de honorering van de aanvraag wordt het uit te betalen bedrag zo snel mogelijk overgemaakt op de bank- of girorekening. b. Aanvragen kunnen uiterlijk tot en met 31 december het betreffende kalender jaar ingediend worden. c. Jaarlijks wordt middels steekproeven gecheckt of de vergoeding juist is verstrekt. Dan worden bonnetjes/nota's opgevraagd. Is de vergoeding niet juist verstrekt, dan wordt het teveel verstrekte vergoeding in mindering gebracht op de vergoeding van het jaar erop. Van een onjuiste vergoeding is sprake indien er voor minder dan 75% van het bedrag met bonnen kan worden aangetoond. Aanvullende verstrekkingen Artikel 6 Financiële nood a. De aan het Participatiefonds toegelaten belanghebbende kan een bijdrage beschikbaar worden gesteld op humanitaire gronden als tegemoetkoming in financiële nood. b. De in het eerste lid genoemde tegemoetkoming wordt eerst dan verstrekt, indien, naar het oordeel van het college, sprake is van: acute financiële nood; en extra kosten die zijn ontstaan als gevolg van buiten de persoon gelegen factoren. c. Geen tegemoetkoming wordt verstrekt indien via budgetadvies en schuldbemiddeling een adequate oplossing kan worden gevonden voor de financiële nood. d. Aan de tegemoetkoming bedoeld in het eerste lid kan de verplichting worden verbonden mee te werken aan een schuldhulpverleningstraject.
3 Artikel 7 De aanschaf van een computer a. De aan het Participatiefonds toegelaten alleenstaande ouder en de gezamenlijke huidhouding met een ten laste komend kind tot 11 jaar wordt de aanschaf van een computer voor een deel vergoedt. De tegemoetkoming voor de in het eerste lid bedoelde kosten bedraagt maximaal 150,- eens per drie jaar. b. De aan het fonds toegelaten alleenstaande ouder en de gezamenlijke huidhouding waarvan het ten laste komend kind 11 jaar of ouder is, wordt de aanschaf van een computer/laptop vergoedt. De vergoeding wordt eens per vier jaar verstrekt aan het begin van het schooljaar. De maximale vergoeding wordt jaarlijks vastgesteld ter hoogte van het normbedrag zoals vermeldt in het Nibud. c. Onder de kosten van een computer, waarvoor een vergoeding kan worden toegekend wordt verstaan een computer met daarbij een toetsenbord, beeldscherm, muis, printer en de benodigdheden voor internetaansluiting. d. De vergoedingen zoals beschreven onder sub a en sub b van dit artikel kunnen niet worden gecombineerd. ' ) Artikel 8 Hardheidsclausule Het college kan een of meerdere bepalingen van deze notitie buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard. Artikel 9 Ingangsdatum Deze uitvoeringsregeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2013 onder gelijktijdige intrekking van de Uitvoeringsnotitie Participatiefonds 2011. Artikel 10. ) Naamgeving Deze uitvoeringsregeling kan worden aangehaald als: Uitvoeringsregeling Participatiefonds 2013. Haren, 6 november 2012 burgemeester en wethouders voornoemd, urge meester Uitvoeringsregeling Particitatiefonds
., : Artikelgewijze toelichting Cerreentc en Artikel 1 In deze bepaling zijn een aantal begrippen nader omschreven. De meeste behoeven geen nadere toelichting. Sub f Belanghebbende: voor de definitie van dit begrip is aangesloten bij de omschrijving zoals in de AWB staat: Artikel 1 :2 - Belanghebbende Actuele tekst 1. Onder belanghebbende wordt verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken. 2. Ten aanzien van bestuursorganen worden de hun toevertrouwde belangen als hun belangen beschouwd. 3. Ten aanzien van rechtspersonen worden als hun belangen mede beschouwd de algemene en collectieve belangen die zij krachtens hun doelstellingen en blijkens hun feitelijke werkzaamheden in het bijzonder behartigen. Artikel 2 Beschreven staat welke personen voor een vergoeding uit het fonds in aanmerking komen. Deze voorwaarden hebben betrekking op personen, inkomen en vermogen. Artikel 3 Omschrijving regionale voorzieningen staan benoemd in dit artikel. Hierbij kan worden gedacht aan de kosten van: de contributie van een sportvereniging; de contributie van een zangvereniging; een bibliotheekabonnement; een internetabonnement; een krantenabonnement; een telefoonabonnement; een zwemabonnement; muziekonderwijs; schoolactiviteiten zoals schoolreisjes en excursies; sportattributen; sportkleding; vakantiekamp. Niet onder de vergoeding vallen de vergoedingen die al middels de bijzondere bijstand of een andere vergoedingsmogelijkheid vergoedt worden. Artikel 4 In dit artikel staan de bedragen per gezinssamenstelling omschreven. Artikel 5 In dit artikel staat de aanvraagprocedure beschreven en de uiterlijke datum waarop aanvragen kan vragen om toelating tot het Participatiefonds. De aanvraag wordt met een beschikking bevestigd waarin de rechten en plichten duidelijk uiteengezet zijn ten aanzien van de betaling en verantwoording. Jaarlijks zal er achteraf een steekproef gedaan worden. Blijkt uit deze steekproef dat de vergoeding onjuist is verstrekt, dan zal dit verrekend worden met de vergoeding voor het volgende jaar.
2 Artikel 6 Dit artikel is voortzetting van het noodfonds zoals geformuleerd onder de voorgaande uitvoeringsregeling. Artikel 7 De vergoeding voor een computer/laptop vindt bij voorkeur rechtstreeks plaats naar de leverancier op basis van de uitgebrachte offerte. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan kan ook uitbetaald worden op basis van een reeds betaalde nota. Artikel 8 Dit artikel behoeft geen nadere invulling. Artikel 9 Dit artikel behoeft geen nadere toelichting. Artikel 10 Dit artikel behoeft geen nadere toelichting. Uitvoeringsregeling Participatiefonds, artikelgewijze toelichting