ZML SO Leerlijn Kunstzinnige oriëntatie Muziek en bewegen

Vergelijkbare documenten
ZML SO Leerlijn Kunstzinnige oriëntatie Muziek en bewegen

KUNSTZINNIGE VORMING MUZIEK EN BEWEGEN. Kerndoel 1: De leerlingen leren liederen uit de eigen en andere culturen alleen en in groepsverband zingen.

KUNSTZINNIGE VORMING MUZIEK EN BEWEGEN

Leerlijn Spel en beweging

Doorgaande leerlijn muziek St. Maartenschool

Doorgaande leerlijn muziek Werkenrode School Leerroute Dagbesteding

Verdeling vakinhoud leerlijn muziek groep 1-8

VSO Leerlijn Culturele oriëntatie en creatieve expressie

VSO Leerlijn Culturele oriëntatie en creatieve expressie

- Een voorwerp waarmee een tempo aangegeven kan worden. B.v. een stokje en een woodblock of blikje.

VSO Leerlijn Culturele oriëntatie en creatieve expressie

VSO Leerlijn Culturele oriëntatie en creatieve expressie

Op zoek naar mooie geluiden. Lerarenhandleiding Basisonderwijs groep 1, 2, 3 en 4

ZINGEN BRAINSTORM MET DE KLAS BELANGRIJK BIJ DE KEUZE VAN EEN LIED

Hoor de trommel en de fluiten

Zing Een beestenboel op school - beweeg als een beest (lesformat) Een les in aansluiting op het dag project Een beestenboel op school.

MUZIEK Groep 3 en 4. Korte omschrijving lessenserie:

Cultuureducatie met Kwaliteit Nijmegen - Vaardigheidslijn Muziek -

DADA EN POMPIDOM GROEP 1-2

Bekijk het introductiefilmpje op de homepagina en lees het onderstaande verhaal hierbij.

DieDrie. Lesbrief bij de voorstelling Zeg het met muziek

Optimale ontwikkeling prenatale fase tot en met zes jaar

Lesideeën claves: onderbouw

Verantwoording Doorgaande Leerlijn Muziek Thema s - Muzieklessen....by Just Notes Music

De wakkere wekker. Benodigdheden: - Een luid tikkende wekker

KERSTKLOKKEN 1 GROEP 3

Een muziekles in aansluiting op het dagproject Een beestenboel op school.

God gaf mij 2 handen

Begrippenlijst Muziek Begrippenlijst

TULE inhouden & activiteiten Bewegingsonderwijs. Kerndoel 57 - Bewegen op muziek. Toelichting en verantwoording

Weer n liedje. Muzido ANNIE LANGELAAR FONDS

VISSEN 1 GROEP 1-2. Kort en lang. Visje. Bron: Alma ten Bruin. Benodigdheden: CD: Water Liedbladen Bijlage 1 Vis Bubbelis

Lesmateriaal. Waar slaat dat op! Basisonderwijs groep 5 groep 8

Het geluidenvierkant. De menselijke xylofoon

Het einde van een muziekstuk wordt aangegeven doormiddel van een dubbele maatstreep.

Piramide 4: muzische vorming

Doorgaande leerlijn muziek. Werkenrode School

vastleggen: van grafisch naar traditioneel

Ben je boos. Lesbrief bij het project. een project voor groep 3 en 4 van de basisschool. Cultuurpalet Alphen aan den Rijn

Kun je Herfst* winter, lente, zomer horen? gr 1-2

Dieren deel 1 luisteren en noteren X Muziek noteren X Luisteren O Individueel X Duo 1. Inleiding: Oriëntatie: 3. Delen oefenen:

China. Stadsgeluiden in China. 3 lessen rond geluiden in een Chinese stad. Vakgebied: Muziek. Lesduur: 60 minuten per les

Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

China. Traditionele muziek in China. Vakgebied: Muziek. Lesduur: 2 x 30 minuten per les

Handleiding bij Monkie groep 0 t/m 2 (Peuters & kleuters)

Prentenboeken, daar zit muziek in!

Van ik tot allemaal. Muziek. Mu1/2b. Mu1/2b.1. Algemene doelstellingen voor lessenreeks Van ik tot allemaal

In de rij. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

VOORBEELDEXEMPLAAR LESPAKKET KBW 2013

Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Bij het muzikaal spelen wordt gebruik gemaakt van dynamiek en articulatie.

Doe Je Mee. LeSBRieF LieD. Martijje. TeR GeLeGeNHeiD VaN De ondertekening VaN MuZieKaKKooRD DRenTHe. 20 JuNi Lesbrief Doe je mee Martijje

Lesvoorbereidingsformulier. Naam: René Schols Datum: Groep: 3/4 Begeleider: Vivian Knols Volgnummer:

KUNSTLES Suzan Overmeer Jazz4kids

Kennis maken met het Rotterdams Philharmonisch Orkest en de Doelen

Adewiedewanseltje. Muzido ANNIE LANGELAAR FONDS

Voorbeeldles Een oude Rus

De hele noot Deze noot duurt 4 tellen

Lesbrief ter voorbereiding op de voorstelling DE VERGETEN DROOM. voor de groepen 1 en 2

ZEEMANNEN 1 GROEP 6. Klankhoogte Canon. What shall we do? Bron: Alma ten Bruin

Een computer met internet, geluidsapparatuur en een beamer, groot scherm of digibord.

6 tot 12x 1 uur. 10 tot 12x 1 uur

Lesbrief De Gruffalo en de muis Gebaseerd op het verhaal de Gruffalo van Julia Donaldson en Axel Scheffler

ZML SO Leerlijn Sociale en emotionele ontwikkeling: zelfbeeld en sociaal gedrag

Spillebeen. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Jazzconcert Jazz4kids

OOSTENRIJK 1 GROEP 7. Muzikale elementen. Volksmuziek. Bron: Alma ten Bruin

Een goede muziekles bestaat meestal uit drie onderdelen uit de domeinen:

LEVE(N)DE MUZIEK Lesbrief voor groep 1 t/m 3

Gedragsobservatielijst muzikaal handelen Cognitief functioneren

DIDACTISCH LESMATERIAAL & DIDACTISCH TIPS TOOLBOX

3. Delen oefenen: De groepjes van 2 verzinnen een eigen melodie en noteren deze op de melodiekaartjes. Ze oefenen dit op hun instrument.

Handleiding bij de website van het lesmateriaal van de SamenDOOR!-dag met philharmonie zuidnederland

1. Samen maken we muziek vandaag

Auto. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; focus op de leerkracht.

FHKE Pabo Veghel Floor van Uittert. Vakspecialist muziek

Een kar vol muziek. Rotterdam, mijn stad. Een muziekproject voor kleuters

Co-creatie met basisschool De Ontdekking Groep 7-8

Anne Frank Cantate Opdrachten vmbo. Maak je eigen. muziekbiografie. 1 1 slu

Slaven in Florida Verhalenwedstrijd voor GROEP 5-8 BASISONDERWIJS DOCENTENHANDLEIDING

Muzische opvoeding. Muzikale opvoeding. klas: doelen deelleerplan VSKO 1999

DE MUZIKALE TOVERKETEL digitale LESMETHODE MUZIEK EN CULTUUR voor het basisonderwijs! INFORMATIEBOEKJE

17. Wij zijn olifanten groot en klein

PROJECTBESCHRIJVING ZOMAAR EEN DAG

Dansend het nieuwe schooljaar in!

LESBRIEF. Choreografie en lesopzet: Lucia Marthas Eindredactie: BNNVARA. Koningsspelenlied 2019: Pasapas

Hoe deel je ritmestokjes uit? Een les(onderdeel) met ritmestokjes begint met het uitdelen ervan. Dat kan op verschillende manieren.

Schaop. Etienne Borgers. Lerarenhandleiding. bij de voorstelling. voor de groep 1,2,3 en 4. van het basisonderwijs -1-

RIJMRITMES 1 GROEP 3

Algemene doelstellingen voor lessenreeks De Tijdmachine

Opstartlessen. Lesbrief 9. Muziek. Wat leert u in deze les? Veel succes!

Module 2a. Doel: Inzicht krijgen in de belangrijkste algemene compositieparameters.

ZML SO Leerlijn Sociale en emotionele ontwikkeling: zelfbeeld en sociaal gedrag

Beeldverslag Scholingstraject 21 januari - 5 juni 2008 in het Evean Douwes Dekkerhuis Les 1. tekenen. Leuk hoe iedereen hierin opgaat.

Ernstig meervoudig gehandicapten. muziek

Lesbrief Méér Muziek in de Klas

Muziekmethode voor basisonderwijs Docentenhandleiding voor groep 3. Jennemieke Snijders. Uitgeverij Lambo telefoon:

onderwerp: Ik ruik mensenvlees ( drama- beweging)

1. Dansacties 1. Dansacties 1. Dansacties 1. Dansacties

Inhoud. Inleiding 6. Liedjesindex 185. Inhoud van de cd 187. Credits daar komt de boegieman BW_gecorrigeerd.indd :06:41

Transcriptie:

ZML SO Leerlijn Kunstzinnige oriëntatie Muziek en bewegen

KUNSTZINNIGE VORMING MUZIEK EN BEWEGEN Leerlijnen Kerndoelen 1.1. Zingen 1. De leerlingen leren liederen uit de eigen en andere culturen alleen en in groepsverband zingen 2.1. Bewegen op muziek 2. De leerlingen leren bewegen op een gespeeld ritme, op actuele of op meer traditionele muziek, waarbij z hun beweging kunnen aanpassen aan de maat van de muziek, speelliederen uitvoeren en ervaringen, gevoelens, situaties en gebeurtenissen alleen en met elkaar, in beweging en dans weergeven 3.1. Muziek beleven 3.2. Muziek beluisteren, onderscheiden en benoemen 4.1. Ritmisch muziek maken met instrumenten 3. De leerlingen kunnen luisterend muziek beleven en genieten, onderscheiden en benoemen. Ze kunnen dit verbaal, beeldend of met bewegingen duidelijk maken 4. De leerlingen kunnen begeleidingsritmes spelen op (school)instrumenten 5.1. Muziekstuk maken 5. De leerlingen kunnen een muziekstuk maken en uitvoeren op basis van een gegeven melodie, een ritme, een sfeer of stemming

Kerndoel 1: De leerlingen leren liederen uit de eigen en andere culturen alleen en in groepsverband zingen 1.1. Zingen 1 2 3 4 Zingt klanken uit een liedje na Beleeft plezier aan het samen zingen Zingt eenvoudige woorden mee uit een liedje Zingt korte zinnen (2 tot 3 woorden) mee uit een liedje Zingt een kort en éénstemmig liedje mee Zingt liedjes bekend van radio en tv qua klanken mee (bassie en adriaan, kabouter plop) Zingt kinderliedjes uit andere culturen na, doet de woorden qua klank na (Marokkaans, Turks, Surinaams) Zingt liedjes met een omvang van vijf tonen (klinkt vrij zuiver binnen deze tonen) Zingt zelf een bekend refrein wanneer alleen de startzin wordt voorgezongen Zingt een eenvoudig lied mee bestaande uit meer coupletten Zingt zelf een bekend couplet wanneer alleen de startzin wordt voorgezongen Zet op het juiste moment in als de leerkracht een startsein geeft Zingt uit het hoofd een eenvoudig lied bestaande uit meer coupletten (kent de melodie en tekst uit het hoofd) Bedenkt andere woorden in een tekst bij een goedgekend lied (springen i.p.v. klappen) Zingt liedjes met een omvang van meer dan vijf tonen (zuiver stembereik) Neemt een voorgezongen toon over Zingt harder als de leerkracht zijn handen omhoog beweegt of uit elkaar Zingt zachter bij omlaag of naar elkaar toe bewegen 9 Voor hogere doelen raadpleeg de leerlijn VSO Culturele oriëntatie en creatieve expressie: 2.6 Zingt zonder voorbeeld liedjes van radio en tv Zingt liedjes met meerdere coupletten mee die moeilijk zijn qua tekst en ritme

Kerndoel 2: De leerlingen leren bewegen op een gespeeld ritme, op actuele of op meer traditionele muziek, waarbij ze hun beweging kunnen aanpassen aan de maat van de muziek, speelliederen uitvoeren en ervaringen, gevoelens, situaties en gebeurtenissen alleen en met elkaar, in beweging en dans weergeven 2.1. Bewegen op muziek 1 2 3 4 Beweegt ongericht met het lichaam op de muziek Richt zijn aandacht op de muziek gedurende enkele seconden Voert twee grof motorische handelingen uit in een liedje (handen in de lucht, stampen met de voeten) Reageert met bewegingen op vrolijke muziek Voert één grof motorische handeling uit in een liedje (handen in de lucht steken) Imiteert gekoppelde beweging en klank (omhooggaand geluid = handen omhoog) Doet de stoelendans Beweegt met de leerkracht mee op een langzame of snelle maat Loopt mee op actuele muziek Doet mee met een reeks eenvoudige bewegingen in stilstaande kring (volksdans) Begint aan het begin en stopt aan het eind van een lied met bewegen Beweegt met de leerkracht mee bij een geleidelijk sneller of langzamer wordende maat Danst op actuele muziek Loopt op verschillende aangegeven stampritmes Beweegt zijn armen los van zijn benen op muziek en omgekeerd Beweegt anders bij een tempowisseling in de muziek (snellere bewegingen als ritme versnelt) Herkent herhaling (beweegt alleen bij het refrein en staat stil tijdens coupletten) Marcheert achter de leerkracht aan op tempomuziek (tweekwartsmaat) Staat stil als de muziek stopt Danst met verschillende materialen en attributen als hoepels en lintjes Voert een bekende handeling zelfstandig uit bij een herkenbaar liedje (zo doet een vogel ) Stapt op een door een instrument eenvoudig ostinaat ritme (lang achter elkaar herhaald ritme) Imiteert eenvoudige danspassen van andere leerlingen Houdt bewegingen tijdens muziek vol 9 Voor hogere doelen raadpleeg de leerlijn VSO Culturele oriëntatie en creatieve expressie: 2.7 Springt/ huppelt/ danst geïnspireerd door videoclips bij popmuziek Reageert met een eigen beweging op de beweging van anderen Bedenkt eigen bewegingen passend bij de gedraaide muziek

Kerndoel 3: De leerlingen kunnen luisterend muziek beleven en genieten, onderscheiden en benoemen. Ze kunnen dit verbaal, beeldend of met bewegingen duidelijk maken 3.1. Muziek beleven 1 2 3 4 Geniet van muziekactiviteiten Reageert blij op vrolijke muziek Wijst de juiste picto aan (vrolijk) bij Wijst juiste picto s (boos, vrolijk) Komt tot rust bij muziekactiviteiten Komt los bij muziekactiviteiten het horen van vrolijke muziek aan bij horen van boze (harde, felle) en vrolijke muziek Wijst de juiste picto (verdrietig) aan bij het horen van treurige muziek Wijst de juiste picto aan bij verschillende stemmingen in muziek (blijdschap, boosheid, droefheid, schrik, angst, romantiek, dreiging en ontspanning) Benoemt of hij iets dichterbij hoort komen of verder weg hoort gaan bij het horen van muziek (crescendo en decrescendo) Benoemt bij welke gelegenheden bepaalde muziek past (verjaardag-, trouw-, disco-, kerst- en kerkmuziek) Benoemt welke emotie er in een couplet voorkomt Wijst aan op plaatjes wat door muziek wordt uitgebeeld (eng bos bij spannende muziek) Kiest de juiste plaatjes bij een geluidenverhaal (tikjes op een trommel hoort bij het plaatje regen, harde slagen bij onweer) Reageert met dansante bewegingen op muzikale betekenissen (boze sfeer, grote passen, armen omlaag, vrolijke sfeer, lichte pasjes, fladderend met de armen)

3.2. Muziek beluisteren, onderscheiden en benoemen 3 4 Imiteert bewegingen met het lichaam die passen bij sterke of zachte tonen (stijf houden bij sterke tonen, losjes bewegen bij zachte tonen) Benoemt dat een klank lang of kort is Geeft aan welke geluiden hetzelfde zijn (bij gehoorkokers gevuld met rijst/ erwten) Geeft aan of een toon hoog of laag is (benoemt of het klinkt als vogeltje = hoog of beer = laag als deze begrippen worden aangeleerd) Benoemt dat een toon zeer sterk of zeer zacht is Benoemt dat klank langer of korter is dan een andere klank Benoemt of een toon harder of zachter is dan een andere toon Geeft aan of een toon hoog of laag is met beweging (hoog = armen omhoog, laag = armen omlaag) Klapt op de maat mee die wordt voorgeklapt Wijst vijf verschillende Orffinstrumenten aan wanneer deze genoemd worden (pauk, xylofoon, tamboerijn) Benoemt of een toon hoger of lager is dan een andere toon Benoemt vijf Orff-instrumenten wanneer de leerkracht deze aanwijst (pauk, trom, xylofoon, klokkenspel, triangel, ratel, bekken, schellenraam, tamboerijn) Benoemt sterke contrasten in een muziekstukje (hoog- laag, sterkzacht, lange tonen- korte tonen) Wijst op een plaatje aan welk instrument hij hoort (piano, fluit, trommel, trompet, viool) Wijst de juiste liedprent aan wanneer een lied wordt voorgezongen 9 Voor hogere doelen raadpleeg de leerlijn VSO Culturele oriëntatie en creatieve expressie: 2.9 Benoemt of een stem hoog of laag klinkt Benoemt welke variatie hij hoort in een muziekstukje qua sterkere en zachtere klanken Benoemt welke variatie hij hoort in een muziekstukje qua tempoverandering

Kerndoel 4: De leerlingen kunnen begeleidingsritmes spelen op (school)instrumenten 4.1. Ritmisch muziek maken met instrumenten 1 2 3 4 Slaat ongericht op een Orffinstrument Slaat gericht op een Orff- als een houtblok, trom instrument als een houtblok, trom of tamboerijn, niet in de maat of tamboerijn, niet in de maat Rammelt met belletjes, niet in de maat Verkent instrumenten door deze te bekijken en aan te raken Speelt een kort zelfbedacht stukje op een Orff-instrument als een houtblok, trom of tamboerijn Speelt mee met een eenvoudig ritme met een klankstaaf Speelt op de klankstaaf een ritme met een duidelijk begin en einde Speelt mee met een eenvoudige melodie of ritme met twee klankstaven Speelt een ritme met afwisseling in sterkte Speelt om de beurt (speelt niet zelf steeds door zonder een ander te laten spelen) Luistert naar een ander zonder zelf te spelen Speelt mee met een eenvoudige melodie of ritme met drie klankstaven Speelt een ritme met afwisseling in tempo Speelt een eenvoudig ritme met een andere leerling Speelt een eenvoudige melodie op klankstaven waarbij hij door zang ondersteund wordt Speelt een kort begeleidingsritme met afwisseling in ritme Speelt een eenvoudig ritme met twee andere leerlingen 9 Voor hogere doelen raadpleeg de leerlijn VSO Culturele oriëntatie en creatieve expressie: 2.10 Speelt een eenvoudige melodie op klankstaven zonder door zang ondersteund te worden Speelt een begeleidingsritme met afwisseling in sterkte, tempo en ritme

Kerndoel 5: De leerlingen kunnen een muziekstuk maken en uitvoeren op basis van een gegeven melodie, een ritme, een sfeer of stemming 5.1. Muziekstuk maken 8 Kiest instrument(en) bij een gegeven sfeer (trommels spanning, harp rustige sfeer) Laat een droevige muzikale sfeer horen en een vrolijke muzikale sfeer (lange tonen bij droevige sfeer en korte tonen bij vrolijke sfeer) 9 Voor hogere doelen raadpleeg de leerlijn VSO Culturele oriëntatie en creatieve expressie: 2.10 Kiest bij een soort geluid een passend instrument (weet wat hij bij welk soort geluid nodig heeft, denk aan een geluidenverhaal) Kiest passende instrumenten om dieren uit te beelden (grote trom bij beer, fluit bij vogel)