PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e

Vergelijkbare documenten
ONTWERP. Verordening van het Productschap Akkerbouw van 2009, houdende vaststelling bestemmingsheffing

Warenwetbesluit Gereserveerde aanduidingen Geldend van t/m heden

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e

: Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten;

PBO-blad. Inhoudsopgave. Mededelingenblad en Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Mededelingenblad Bedrijfsorganisatie

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e. Verordeningen en besluiten 2

Sociaal- Economische Raad

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

LAATSTE TEKST (februari 2010)

Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten

PRODUCTSCHAP DRANKEN VERPAKKINGSVERORDENING PRODUCTSCHAP DRANKEN 2003

Productschap Diervoeder

PBO-blad. SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 2 Verordeningen en besluiten 2. BEDRIJFSLICHAMEN 2 Productschap Dranken 2 Bedrijfschap Horeca en Catering 45

gehoord de Commissie voor bollen, knollen en wortelstokken van bloemgewassen, d.d. 13 februari 2007;

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e

gehoord de Commissie voor bollen, knollen en wortelstokken van bloemgewassen, 16 maart 2010; 1 Begripsbepalingen

VERORDENING PA SUBSIDIES STRUCTUURVERSTERKING BROOD EN BANKET 2008

Verordening PT heffing export bloemkwekerijproducten Japan 2009

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

gehoord de Commissie voor bollen, knollen en wortelstokken van bloemgewassen, 13 februari 2007; 1 Begripsbepalingen

gehoord de Commissie voor bollen, knollen en wortelstokken van bloemgewassen, 10 mei 2011; 1 Begripsbepalingen

1 Begripsbepalingen. 2 Het hoofdproductschap

EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE COD 96/0117 PE-CO S 3633/98

VERORDENING MVO ADMINISTRATIEVE HEFFINGEN 2009

ONTWERP-VERORDENING PT ALGEMENE HEFFING BLOEMBOLLENHANDEL OOGSTJAAR 2013

(PB L 66 van , blz. 26)

Besluit van 4 juni 2003, houdende vaststelling van retributies krachtens de Warenwet (Warenwetbesluit retributies veterinaire controles)

PBO-blad. Mededelingenblad en Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Inhoudsopgave. Mededelingenblad bedrijfsorganisatie BEDRIJFSLICHAMEN 2

PBO-blad. SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 2 Openbare kennisgevingen 2 Verordeningen en besluiten 2

2008R0110 NL

1991R1601 NL

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e

1 Begripsbepalingen. 2 Retributieplicht

Sociaal- Economische Raad

PBO-blad. Mededelingenblad en Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Inhoudsopgave. Mededelingenblad Bedrijfsorganisatie BEDRIJFSLICHAMEN 2

VERORDENING (EG) Nr. 110/2008 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. van 15 januari 2008

Ontwerp-Verordening PT uitvoeringsbepalingen GMO groenten en fruit 2012

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e. Openbare kennisgevingen 2

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Bestuurskamer. Wij Beatrix,.. 1 Begripsbepalingen

GEÏNTEGREERDE TEKST (juli 2013) HEFFINGSVERORDENING PA FONDS CONSUMPTIEAARDAPPELEN 2009

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

L 148/46 NL Publicatieblad van de Europese Unie

2009 (Verordening PT heffing eetbare paddenstoelen en uitgangsmateriaal van groenten 2009)

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e

PBO-blad. Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. jaargang 55 1 april 2005 nummer 16. BEDRIJFSLICHAMEN 2 Productschap Vee en Vlees (PVV 17) 2

1 Begripsbepalingen. 2 Heffingsplicht

Nr. 2018/775 (PB L 131 van , blz. 8)

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Wij Beatrix, 1 Begripsbepalingen

PBO-blad. Mededelingenblad en Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Inhoudsopgave

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

RICHTLIJN 2001/111/EG VAN DE RAAD van 20 december 2001 inzake bepaalde voor menselijke voeding bestemde suikers (PB L 10 van , blz.

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e

VERORDENING TOT VASTSTELLING VAN DE HERZIENE BEGROTING VAN BATEN EN LASTEN OVER HET JAAR 2014

Besluit van 24 maart 2005, houdende regels voor verpakkingen, verpakkingsafval, papier en karton (Besluit beheer verpakkingen en papier en karton)

RICHTLIJN 92/83/EEG VAN DE RAAD. van 19 oktober 1992

Tweede Kamer der Staten-Generaal

COMMISSE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

ONTWERP. Gehoord het dagelijks bestuur van het Productschap Akkerbouw, van het Productschap Diervoeder en van het Productschap Wijn;

VERORDENING PT BESTEMMINGSHEFFING VERDUURZAAMDE GROENTEN EN FRUIT 2013

Inhoudsopgave I. BASISREGELS. A. Substantiële regels

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 25 januari 2013 (OR. en) 5701/13 AGRI 39

PBO-blad. Mededelingenblad en Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Inhoudsopgave. Mededelingenblad Bedrijfsorganisatie SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 2

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 8 december 2015, VGP;

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen

HET BESTUUR VAN HET PRODUCTSCHAP TUINBOUW,

Gelet op de artikelen 93 en 95 van de Wet op de bedrijfsorganisatie en op artikel 4 van het Instellingsbesluit Bedrijfschap Horeca en Catering;

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

PBO-blad. Mededelingenblad en Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Inhoudsopgave. Mededelingenblad Bedrijfsorganisatie BEDRIJFSLICHAMEN 2

PBO-blad. Mededelingenblad en Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Inhoudsopgave. Mededelingenblad bedrijfsorganisatie BEDRIJFSLICHAMEN 2

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 juni 2008 (12.06) (OR. fr) 10351/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0108 (CNS) AGRIORG 52

PBO-blad. SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 2 Verordening wijziging van de Verordening begroting baten en lasten voor 2008 (RE 6) 2

FONDS- EN FINANCIERINGSHEFFING SECTOR GRANEN EN RIJST

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 7 november 2006 (09.11) 14866/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0028 (COD) AGRIORG 88 AGRIFIN 96 CODEC 1233

Regeling wijn en olijfolie Geldend van t/m heden

Sector: I. Nr. : 90.8

VERORDENING PT ALGEMENE HEFFING AANBOD BLOEMKWEKERIJPRODUCTEN 2013

PBO-blad. SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 2 Verordeningen en besluiten 2

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Bijlage 1 Team Vergunningen Belgische Administratie Douane en Accijnzen

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e

: Landsverordening accijns minerale oliën. Citeertitel: Landsverordening accijns minerale oliën

PBO-blad. Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. jaargang april 2004 num mer 26

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Brussel, 25 februari 2012 (26.02) (OR. en) RAAD VA DE EUROPESE U IE 6820/13 DE LEG 16 AGRI 113

PBO-blad. M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e

Transcriptie:

PBO-blad Sociaal- Economische Raad M e d e d e l i n g e n b l a d e n V e r o r d e n i n g e n b l a d B e d r i j f s o r g a n i s a t i e I n h o u d s o p g a v e jaargang 55 30 december 2005 num mer 76 Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie BEDRIJFSLICHAMEN 2 Hoofdproductschap Akkerbouw (HPA 22 en HPA 23) 2 Productschap Diervoeder (PDV 17 en PDV 18) 5 Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten (GZP 9 en GZP 10) 8 Productschap Wijn (W 5 tot en met W 7) 11 Productschap Dranken (PD 5 tot en met PD 7) 19 Productschap Tuinbouw (PT 55) 36

Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie Tegen een besluit tot goedkeuring van een begroting of een herziene begroting van een bedrijfslichaam kunnen belanghebbenden binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt een beroepschrift indienen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven, Postbus 20021,2500 EA Den Haag. BEDRIJFSLICHAMEN Hoofdproductschap Akkerbouw HPA 22 Verordening HPA herziene begroting 2005 Verordening van het Hoofdproductschap Akkerbouw tot vaststelling van de herziene begroting van baten en lasten voor 2005. Het bestuur van het Hoofdproductschap Akkerbouw heeft, gelet op artikel 119 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, de volgende verordening vastgesteld. Besluit: Artikel 1 De herziene begroting van baten en lasten van het Hoofdproductschap Akkerbouw voor het jaar 2005 is als volgt: Baten Totaal Bestuur Product Arbeid Medegeneraal en dienst bewind Heffingen 6.694.300 1.l 02.000 5.592.300 Retributies Diensten aan derden 3.108.800 2.857.100 251.700 Rente 363.000 151.700 211.300 Vergoeding opgedragen taken 13.131.500-13.131.500 Niet bestede subsidies 1 diensten door derden - Overige baten 1.207.800 617.000 266.300 324.500 totaal van de baten 24.505.400 4.727.800 6.069.900 576.200 13.131.500 Lasten Personeelskosten Reis-, verblijf- en representatiekosten Huisvestingskosten Bureaukosten Vergaderkosten Financiële relaties Diensten door derden Overige lasten subtotaal lasten Interne overboekingen totaal van de. lasten

Resultaat (883.200) (460.700) (422.500) Stand van de reserves Reserve 01/01 7.977.000 1.909.700 6.067.300 Reserve 31/12 7.093.800 1.449.000 5.644.800 Artikel 2 Deze verordening wordt geplaatst in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Artikel 3 Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2005. Artikel 4 Deze verordening wordt aangehaald als Verordening HPA herziene begroting 2005. 's-gravenhage, 10 november 2005 Th.A.M. Meijer voorzitter R.J.M. ten Berge secretaris Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 23 december 2005. HPA 23 Verordening HPA begroting 2006 Verordening van het Hoofdproductschap Akkerbouw tot vaststelling van de begroting van baten en lasten voor 2006. Het bestuur van het Hoofdproductschap Akkerbouw heeft, gelet op artikel 119 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, de volgende verordening vastgesteld. De begroting van baten en lasten van het Hoofdproductschap Akkerbouw voor het jaar 2006 is als volgt: Baten Heffingen Retributies Diensten aan derden Rente Vergoeding opgedragen taken Niet bestede subsidies / diensten door derden Overige baten Totaal Bestuur Product Arbeid Medegeneraal en dienst bewind totaal van de baten 24.225.400 4.794.200 5.609.900 626.500 13.194.800

Lasten Personeelskosten Reis-, verblijf- en representatiekosten Huisvestingskosten Bureaukosten Vergaderkosten Financiële relaties Diensten door derden Overige lasten subtotaal lasten 24.785.1 O0 15.730.300 5.904.000 659.800 2.491.000 Interne overboekingen totaal van de lasten 24.785.1 O0 4.803.800 6.160.000 626.500 13.194.800 Resultaat (559.700) (9.600) (550.100) Stand van de reserves Reserve 01/01 Reserve 3111 2 Artikel 2 Deze verordening wordt geplaatst in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Artikel 3 Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2006. Artikel 4 Deze verordening wordt aangehaald als Verordening HPA begroting 2006. '+Gravenhage, 10 november 2005 Th.A.M. Meijer voorzitter R.J.M. ten Berge secretaris Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 23 december 2005.

Productschap Diervoeder PDV 17 Verordening PDV herziene begroting 2005 Verordening van het Productschap Diervoeder tot vaststelling van de herziene begroting van baten en lasten voor 2005. Het bestuur van het Productschap Diervoeder heeft, gelet op artikel 119 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, de volgende verordening vastgesteld. Besluit: Artikel l De herziene begroting van baten en lasten van het Productschap Diervoeder voor het jaar 2005 is als volgt: Baten Totaal Bestuur Markt Product Arbeid generaal en dienst Heffingen 5.046.000 1.459.800 546.1 O0 3.004.1 O0 36.000 Retributies Diensten aan derden 1.480.800 106.400 92.600 1.480.800 13.800 Rente 201.600 95.800 93.000 12.800 Vergoeding opgedragen taken Niet bestede subsidies l diensten door derden 3.000-3.000 Overige baten 241.300 24.600 216.700 totaal van de baten 7.079.100 1.648.200 570.700 4.811.400 48.800 Lasten Personeelskosten Reis-, verblijf- en representatiekosten Huisvestingskosten Bureaukosten Vergaderkosten Financiële relaties Diensten door derden Overige lasten subtotaal lasten 8.027.500 l.713.600 437.400 5.603.1 O0 273.400 Interne overboekingen (136.700) - 136.700 totaal van de lasten 8.027.500 1.576.900 437.400 5.739.800 273.400 Resultaat (948.400) 71.300 133.300 (928.400) (224.600) Stand van de reserves Reserve 01/01 6.510.100 1.191.300 227.400 4.453.500 637.900 Reserve 3111 2 5.561.700 1.262.600 360.700 3.525.100 413.300

Artikel 2 Deze verordening wordt geplaatst in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Artikel 3 Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2005. Artikel 4 Deze verordening wordt aangehaald als Verordening PDV herziene begroting 2005. 's-gravenhage, 9 november 2005 Th.A.M. Meijer voorzitter J. den Hartog secretaris Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaa 11-Economische Raad bij besluit van 23 december 2005. PD V 18 Verordening PD V begroting 2006 Verordening van het Productschap Diervoeder tot vaststelling van de begroting van baten en lasten voor 2006. Het bestuur van het Productschap Diervoeder heeft, gelet op artikel 119 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, de volgende verordening vastgesteld. Besluit: Artikel 1 De begroting van baten en lasten van het Productschap Diervoeder voor het jaar 2006 is als volgt: Baten Totaal Bestuur Markt Product Arbeid generaal en dienst Heffingen 4.613.500 1.050.000 384.000 3.078.500 i 01.O00 Retributies 1.867.700 1.867.700 Diensten aan derden 104.400 89.500 14.900 Rente 201.600 95.800-93.000 12.800 Vergoeding opgedragen taken Niet bestede subsidies / diensten door derden - Overige baten 321.g00 15.000 306.900 totaal van de baten 7.109.1 O0 1.235.300 399.000 5.361.000 113.800

Lasten Personeelskosten Reis-, verblijf- en representatiekosten Huisvestingskosten Bureaukosten Vergaderkosten Financiële relaties Diensten door derden Overige lasten subtotaal lasten 7.447.400 1.490.200 453.400 5.'192. 500 31 1.300 Interne overboekingen totaal van de lasten 7.447.400 1.371.600 453.400 5.311.100 311.300 Resultaat (338.300) (1 36.300) (54.400) 49.900 (1 97.500) Stand van de reserves Reserve 01/01 Reserve 3111 2 Artikel 2 Deze verordening wordt geplaatst in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Artikel 3 Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2006. Artikel 4 Deze verordening wordt aangehaald als Verordening PDV begroting 2006. 's-gravenhage, 9 november 2005 Th.A.M. Meijer voorzitter J. den Hartog secretaris Goedgekeurd door de Bestuurskarner van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 23 december 2005.

Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten GZP 9 Verordening GZP herziene begroting 2005 Verordening van het Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten tot vaststelling van de herziene begroting van baten en lasten voor 2005. Het bestuur van het Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten heeft, gelet op artikel 119 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, de volgende verordening vastgesteld. Besluit: Artikel l De herziene begroting van baten en lasten van het Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten voor het jaar 2005 is als volgt: Baten Heffingen Retributies Diensten aan derden Rente Vergoeding opgedragen taken Niet bestede subsidies / diensten door derden Overige baten Totaal Bestuur Markt Product Arbeid generaal en dienst tofaal bafen 6.789.500 1.200.100 268.100 4.224.100 1.097.200 Lasten Personeelskosten Reis-, verblijf- en representatiekosten Huisvestingskosten Bureaukosten Vergaderkosten Financiële relaties Diensten door derden Overige lasten subfofaal lasfen Interne overboekingen totaal lasten Resultaat 345.700 (1 48.900) 480.900 13.700 Stand van de reserves Reserve 01/01 Reserve 3111 2

Artikel 2 Deze verordening wordt geplaatst in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Artikel 3 Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2005. Artikel 4 Deze verordening wordt aangehaald als Verordening GZP herziene begroting 2005. 's-gravenhage, 3 november 2005 Th.A.M. Meijer voorzitter M. Elema secretaris Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 23 december 2005. GZP 10 Verordening GZP begroting 2006 Verordening van het Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten tot vaststelling van de begroting van baten en lasten voor 2006. Het bestuur van het Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten heeft, gelet op artikel 119 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, de volgende verordening vastgesteld. Besluit: Artikel 1 De begroting van baten en lasten van het Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten voor het jaar 2006 is als volgt: Baten Heffingen 5.044.200 Retributies Diensten aan derden 313.600 Rente 328.800 Vergoeding opgedragen taken Niet bestede subsidies / diensten door derden Overige baten 1.476.100 totaal baten 7.162.700 Totaal Bestuur Markt Product Arbeid generaal en dienst

Lasten Personeelskosten Reis-, verblijf- en representatiekosten Huisvestingskosten Bureaukosten Vergaderkosten Financiële relaties Diensten door derden Overige lasten subtotaal lasten Interne overboekingen totaal lasten Resultaat 414.400 (53.400) 463.600 4.200 Stand van de reserves Reserve 01/01 Resenre 31/12 Artikel 2 Deze verordening wordt geplaatst in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Artikel 3 Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2006. Artikel 4 Deze verordening wordt aangehaald als Verordening GZP begroting 2006. 's-gravenhage, 3 november 2005 Th.A.M. Meijer voorzitter M. Elema secretaris Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 23 december 2005.

Productschap Wijn W5 Verordening Wfinancieringshefing wijn jaar 2006 Verordening van het Productschap Wijn van 2 november 2005, houdende regels ter zake van de aan de onder het Productschap Wijn ressorterende ondernemers op te leggen heffing voor het jaar 2006 (Verordening W financieringsheffing wijn jaar 2006). Het bestuur van het Productschap Wijn; Gelet op de artikelen 95 en 126 eerste lid van de Wet op de bedrijfsorganisatie en de artikelen 14 en 19 van het Instellingsbesluit akkerbouwproductschappen; Besluit: Artikel 1 Deze verordening verstaat onder: 1 Begripsbepalingen productschap secretaris ondernemer wijn hoofdproductschap : Productschap Wijn; : secretaris van het productschap; : de natuurlijke- of rechtspersoon die een onderneming drijft waarvoor het productschap is ingesteld en die wijn invoert dan wel uitslaat in de zin van de Wet op de accijns; : stille wijn, mousserende wijn, parelwijn, likeurwijn en gearomatiseerde wijn van verse druiven, zoals aangeduid onder de GNcodes 2204 en 2205, ook indien hieraan naderhand de alcohol geheel of gedeeltelijk is onttrokken (GN-code 2202 90 10) alsmede alcoholhoudende drank, ex GN-code 2206, al dan niet mousserend, op basis van andere vruchten dan druiven met een effectief alcoholvolumegehalte van tenminste 8,5 % vol en ten hoogste 15 % vol bij een temperatuur van 20 graden Celsius, waarbij het alcoholgehalte tenminste voor een deel is verkregen door vergisting; : Hoofdproductschap Akkerbouw. 2 Heffing Artikel 2 De ondernemer is voor het jaar 2006 verplicht voor wijn een heffing te betalen ten bedrage van E 0,22 per hl. terzake van de invoer dan wel de uitslag in de zin van de Wet op de accijns die door hem dan wel in zijn opdracht is geschied. Artikel 3 1. In de gevallen waarin op basis van de Wet op de accijns teruggaaf wordt verleend van op wijn geheven accijns, wordt op verzoek van de ondernemer teruggaaf van de heffing verleend die ter zake is geheven. 2. De ondernemer dient door middel van een teruggaafbeschikking van de douane voor de accijns zijn recht op teruggaaf van de heffing aan te tonen.

Artikel 4 De heffing bedoeld in artikel 2 is bestemd voor de huishoudelijke uitgaven van het productschap met het oog op zijn activiteiten ten behoeve van de sector wijn. Artikel 5 1. De ondernemer is verplicht door middel van een hiertoe dienend opgavenformulier aan het productschap naar waarheid gegevens te verstrekken ten behoeve van de vaststelling van de heffing, bedoeld in artikel 2. De Verordening W algemene bepalingen 2003 is hierbij van toepassing. 2. De opgave dient maandelijks te geschieden en wel uiterlijk op de laatste dag van de maand, volgend op de maand waarop de opgave betrekking heeft. 3. De ondernemer is eveneens verplicht een opgavenformulier in te sturen indien in de betrokken maand géén wijn in de handel is gebracht. 1. De heffing, bedoeld in artikel 2, wordt vastgesteld aan de hand van de gegevens van het opgavenformulier. 2. De ondernemer verstrekt gelijktijdig met het opgavenformulier aan het productschap een afschrift van zijn aangifte op grond van de Wet op de accijns over dezelfde periode. 3. Indien de ondernemer niet in staat is gebleken een afschrift van de aangifte op grond van de Wet op de accijns te verstrekken, kan de secretaris de ondernemer verplichten een door een accountant afgegeven verklaring te overleggen met betrekking tot de hoeveelheid in de handel gebrachte wijn in een bepaalde periode. 4. De ondernemer is verplicht alle medewerking te verlenen aan de controle door of namens het productschap van de in artikel 5 bedoelde opgave. Artikel 7 5 3 Ambtshalve Heffing Indien de ondernemer de gegevens, bedoeld in artikel 6 niet, niet tijdig of naar het oordeel van de secretaris niet volledig heeft verstrekt, is de secretaris bevoegd namens het bestuur de verschuldigde heffing voor de betreffende maand ambtshalve bij aanslag vast te stellen. Indien de heffingsplichtige binnen 21 dagen na ontvangst van de heffingsaanslag bedoeld in het eerste lid, alsnog de gevraagde gegevens verstrekt, wordt de aanvankelijk ambtshalve vastgestelde heffing ingetrokken en een nieuwe heffing vastgesteld op basis van de door hem verstrekte gegevens. Indien het productschap, op verzoek van de ondernemer nadat de termijn genoemd in het tweede lid is verstreken, alsnog overgaat tot wijziging van de ambtshalve vastgestelde heffing, kunnen de voor het productschap daaruit voortvloeiende extra kosten in rekening worden gebracht. Artikel 8 Het ingevolge deze verordening verschuldigde heffingsbedrag wordt betaald uiterlijk op de eenentwintigste dag volgende op die waarop zij door of vanwege het productschap in rekening is gebracht. 12

Het productschap kan besluiten nota's van minder dan E 50,- samen te voegen tot verzamelnota's welke betrekking hebben op meerdere perioden. Artikel 10 Aan de ondernemer die niet of niet geheel binnen de in artikel 8 gestelde termijn heeft betaald, kan door het productschap de wettelijke interest over het niet betaalde bedrag in rekening worden gebracht, te berekenen vanaf de dag waarop de betaling uiterlijk dient te zijn verricht ingevolge de aanmaning bedoeld in artikel 127, tweede lid, van de Wet op de bedrijfsorganisatie. Artikel 1 l 5 4 Slotbepalingen Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2006. Indien het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie waarin deze verordening wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 1 januari 2006, treedt zij in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van dat Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie en werkt terug tot en met 1 januari 2006, met uitzondering van de toepassing van de Verordening W algemene bepalingen 2003. Artikel 12 Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening W financieringsheffing wijn jaar 2006. Den Haag, 2 november 2005 Th.A.M. Meijer voorzitter J.N. Burghoorn secretaris Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 21 december 2005. TOELICHTING Productschap In september 1991 hebben de brancheorganisaties te kennen gegeven te opteren voor een eigenstandig productschap in het conglomeraat van de akkerbouwproductschappen. Voor het instellen van het Productschap Wijn is het toegenomen belang ten aanzien van import, het gebruik van wijn als ook de be- en verwerking van wijn in Nederland maatgevend geweest. Onder het begrip 'be- en verwerking van wijn' worden de volgende activiteiten verstaan: het bottelen van wijn de bereiding van wijn het blenden van wijn, d.w.z. het in entrepot of in het vrije verkeer vermengen van tafelwijn uit verschillende EU-lidstaten, derde landen wijnen onderling, dan wel likeurwijnen of aromatische wijnen.

Tot de kerntaken van het productschap behoren informatie en voorlichting marktonderzoek stimuleren verantwoord alcoholgebruik milieuproblematiek onderwijs begeleiden ARBO-activiteiten hygiëne code Het productschap levert als publiekrechtelijk orgaan door middel van regelgeving en bestuur een bijdrage aan de sociaal-economische ontwikkeling van de wijnsector in het algemeen belang en in het belang van de ondernemers en werkgevers in het bijzonder. Doelstelling van de heffing Met deze verordening wordt het systeem van financieringsheffing voor 2006 vastgesteld. In artikel 2 wordt het hefíingsbedrag vastgesteld. De opbrengst is bestemd voor de huishoudelijke uitgaven van het productschap alsmede voor de aan het Hoofdproductschap Akkerbouw te verlenen bijdrage in de algemene kosten. De nadere motivering van de noodzaak van publieke regelgeving i.c. de verordening Het productschap is als publiekrechtelijke organisatie ingesteld voor alle ondernemingen in de wijnsector. Alle ondernemingen betalen mee aan de bestuurs- en huishoudelijke kosten van het productschap. Zo wordt voorkomen dat er bedrijven zijn die wel profiteren van activiteiten, maar niet meebetalen. De afweging van private alternatieven Omdat de ondernemingen niet ieder voor zich de uit voornoemde kerntaken voortvloeiende taken kunnen aanpakken, is op verzoek van de brancheorganisaties in het bestuur gekozen voor een collectieve aanpak. Slechts met een publieke hefíing zijn de beoogde, door maatschappij en sector gewenste, doelen bereikbaar. De publieke heffing beïnvloedt de concurrentieverhouding niet. Individuele bedrijven zijn niet in staat bovengenoemde activiteiten te ontplooien. Via de publieke hefíing is er geen discriminatie tussen leden van brancheorganisaties en niet-leden. Het optreden van het productschap bevoordeelt geen belangen van individuele ondernemingen. Alle bedrijven profiteren op een gelijke wijze van de werkzaamheden van het productschap. De uitvoerings- en handhavingsaspecten van de verordening Het gaat hier om een heffingsverordening waarbij uitvoerings- en handhavingsaspecten geheel voor rekening van het productschap komen. Er wordt geen last gelegd op andere overheden. Structuur van de hefíïng De grondslag van de heffing in artikel 2 is de invoer dan wel uitslag in de zin van de Wet op de accijns. Deze grondslag is uitgebreid met wijn die niet door de ondernemer zelf maar in diens opdracht wordt ingevoerd dan wel wordt uitgeslagen. Ingevolge de Verordening W registratie wijnhandelaren 2003 zijn de heffingsplichtigen bij het productschap bekend. Deze dienen periodiek opgaven te doen van de hoeveelheden wijn waarvoor accijns is betaald. De opgave van deze hoeveelheden is administratief goed uitvoerbaar. De hoogte van de heffing is ten opzichte van 2005 gelijk gebleven. De onderbouwing van de gekozen structuur Deze grondslag is gekozen met het oog op de controleerbaarheid, de verenigbaarheid met het Europese recht en de administratieve uitvoerbaarheid.

De grondslag en hoogte is gelijk aan de heffing van het vorig jaar. Onder uitslag wordt verstaan het brengen van de wijn buiten een plaats die voor dat soort accijnsgoed als accijnsgoederenplaats is aangewezen. De wijn kan ook in een andere Lidstaat zijn uitgeslagen. Onder 'invoer' dient conform de accijnsregelgeving te worden verstaan: invoer vanuit derde landen. Werking naar alle bedrijfsgenoten De heffing wordt opgelegd aan de ondernemer die aan het begin van de keten staat. Doordat de heffing een onderdeel vormt de kostprijs van het product, drukt deze op alle bedrijfsgenoten. De becijfering van de opbrengst en vindplaats in de begroting De totale opbrengst van de financieringsheffing is voor 2006 geraamd op f 782.1 00 zoals dat staat vermeld in hoofdstuk E van de begroting 2006. Verhouding internationaal recht De heffing drukt gelijkelijk op het nationale product als op het geïmporteerde product. In die zin is geen sprake van een invoerheffing in de zin van artikel 23/25 van het EG-Verdrag, noch van een binnenlandse heffing welke qua eindresultaat discriminatoir uitpakt jegens het buitenlandse product in de zin van artikel 90 EG-Verdrag. Toedelen bestuursbevoegdheden Teneinde alle ondernemers die daarvoor in aanmerking komen daadwerkelijk de heffing te doen betalen, is de secretaris gemandateerd om de ondernemer te belasten met een ambtshalve heffing indien die ondernemer in strijd met de voorschriften in gebreke blijft de benodigde gegevens in te dienen. Administratieve lastendruk De heffingsverordeningen van het productschap veroorzaken een relatief geringe lastendruk voor de bedrijfsgenoten. De mogelijkheden om deze lasten verder terug te dringen, d.m.v. elektronische aangifte of verminderde opgavenfrequentie worden nog onderzocht. Terugwerkende kracht De verordening heeft terugwerkende kracht aangezien het vastgestelde) heffingen betreft. De strafbepalingen zijn van uitgezonderd op grond van artikel 16 van de Grondwet. doorlopende (jaarlijks terugwerkende kracht Den Haag, 2 november 2005 Th.A.M. Meijer voorzitter J.N. Burghoorn secretaris

W6 Verordening W herziene begroting 2005 Verordening van het Productschap Wijn tot vaststelling van de herziene begroting van baten en lasten voor 2005. Het Bestuur van het Productschap Wijn heeft, gelet op artikel 119 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, de volgende verordening vastgesteld. Besluit: Artikel l De herziene begroting van baten en lasten van het Productschap Wijn voor het jaar 2005 is als volgt: Baten Heffingen Retributies Diensten aan derden Rente Vergoeding opgedragen taken Niet bestede subsidies / diensten door derden Overige baten Totaal Bestuur Markt Product Arbeid generaal en dienst totaal baten 4.887.800 2.870.300 189.500 7.766.700 727.900 Lasten Personeelskosten Reis-, verblijf- en representatiekosten Huisvestingskosten Bureaukosten Vergaderkosten Financiële relaties Diensten door derden Overige lasten subtotaal lasten Interne overboekingen totaal lasten Resultaat 1.531.300 1.482.500 48.800 Stand van de reserves Reserve 01/01 3.270.500 1.506.800-1.763.700 Reserve 3111 2 4.801.800 2.989.300-1.812.500

Artikel 2 Deze verordening wordt geplaatst in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Artikel 3 Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2005. Artikel 4 Deze verordening wordt aangehaald als Verordening W herziene begroting 2005. 's-gravenhage, 2 november 2005 Th.A.M. Meijer voorzitter J.N. Burghoorn secretaris Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 23 december 2005. W7 Verordening W begroting 2006 Verordening van het Productschap Wijn tot vaststelling van de begroting van baten en lasten voor 2006. Het Bestuur van het Productschap Wijn heeft, gelet op artikel 119 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, de volgende verordening vastgesteld. Besluit: Artikel 1 De begroting van baten en lasten van het Productschap Wijn voor het jaar 2006 is als volgt: Baten Heffingen 2.801.Q00 Retributies Diensten aan derden 121.300 Rente 87.600 Vergoeding opgedragen taken Niet bestede subsidies / diensten door derden Overige baten 23.500 totaal baten 3.034.300 Totaal Bestuur Markt Product Arbeid generaal en dienst

Lasten Personeelskosten Reis-, verblijf- en representatiekosten Huisvestingskosten Bureaukosten Vergaderkosten Financiële relaties Diensten door derden Overige lasten subtotaal lasten Interne overboekingen totaal lasten Resultaat (39.600) (334.700) 295.100 Stand van de reserves Reserve 01101 Reserve 31/12 Artikel 2 Deze verordening wordt geplaatst in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Artikel 3 Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2006. Artikel 4 Deze verordening wordt aangehaald als Verordening W begroting 2006. 's-gravenhage, 2 november 2005 Th.A.M. Meijer voorzitter J.N. Burghoorn secretaris Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 23 december 2005.

Productschap Dranken PD 5 Verordening Benaming Gedistilleerde en Zwak gedistilleerde Dranken Productschap Dranken 2005 Verordening d.d. 9 november 2005 van het Productschap Dranken, houdende regels terzake van de aan de onder het Productschap Dranken op grond van artikel 3 lid 2 onder c van het Instellingsbesluit Productschap Dranken ressorterende ondernemingen op te leggen regels omtrent de definitie, de aanduiding en de aanbiedingsvorm van gedistilleerde dranken en zwak gedistilleerde dranken; Verordening Benaming Gedistilleerde en Zwak Gedistilleerde Dranken Productschap Dranken 2005. Het Bestuur van het Productschap Dranken; gelet op: artikel 93, 95, 100 lid 3, 102 en 1 O4 van de Wet op de bedrijfsorganisatie; de artikelen 11 en 12 van het Instellingsbesluit Productschap Dranken; gezien: het advies van de Commissies ex artikel 5 lid 1 onder c van het Instellingsbesluit Productschap Dranken; besluit: vast te stellen de navolgende Verordening. 1 Begripsbepalingen Artikel l. 1. Deze Verordening neemt over de terminologie van de Wet op de bedrijfsorganisatie en van het Instellingsbesluit Produktschap Dranken (Besluit van 6 mei 2002, Stb. 264), hierna te noemen "lnstellingsbesluit". 2. In het bij of krachtens deze Verordening bepaalde wordt voorts verstaan onder: a. gedistilleerde drank: zijnde een alcoholhoudende vloeistof: 1. bestemd voor menselijke consumptie; 2. met bijzondere organoleptische kenmerken en, uitgezonderd de producten als vermeld in Bijlage III van Verordening (EG) I576189 van de Raad van 29 mei 1989 met een minimum-alcoholgehalte van 14 procent vol, een minimum- alcoholgehalte van 15 procent vol bevattend; en 3. verkregen: hetzij rechtstreeks door distillatie van natuurlijke gegiste producten, al dan niet in aanwezigheid van aroma's, enlof door aftrekking van plantaardige stoffen enlof door toevoeging van aroma's, suikers of andere zoetstoffen, enlof van andere landbouwproducten, aan ethylalcohol uit landbouwproducten, enlof aan distillaat uit landbouwprodukten enlof aan eau-de-vie zoals gedefinieerd in de EG verordening van 29 mei 1989; i

hetzij door vermenging van een gedistilleerde drank met: 1. een of meer andere gedistilleerde dranken, 2. ethylalcohol of distillaat uit landbouwproducten, of eau-de-vie zoals gedefinieerd in de EG-verordening van 29 mei 1989; 3. een of meer alcoholische dranken, 4. een of meer dranken hetzij door vermenging van ethylalcohol uit landbouwproducten met water; 4. waarvoor in geval van ge- of verbruik hier te lande alcoholaccijns verschuldigd is. Dranken die vallen onder de GN-codes 2203 00,2204,2205,2206 00 en 2207 worden evenwel niet als gedistilleerde dranken beschouwd. b. zwak gedistilleerde dranken: alcoholhoudend product met minder dan 15% vol, met uitzondering van advocaat, behorend tot GN-code 2208 van de EG-verordening van 23 juli 1987, waarvoor in geval van ge- of verbruik hier te lande alcoholaccijns verschuldigd is. c. verzoeting: bewerking waarbij voor de bereiding van gedistilleerde dranken een of meer van de volgende producten worden gebruikt: halfwitte suiker, witte suiker, geraffineerde witte suiker, dextrose, fructose, glucosestroop, vloeibare suiker, vloeibare invertsuiker, invertsuikerstroop, gerectificeerde geconcentreerde druivemost, geconcentreerde druivemost, druivemost, gekaramelliseerde suiker (karamel), honing, sint-jansbroodstroop of andere natuurlijke zoetmakende stoffen met een soortgelijke werking als bovengenoemde producten; d. ethvlalcohol uit landbouwproducten: ethylalcohol met de in bijlage 1 van de Verordening (EEG) 1576189 genoemde kenmerken, verkregen door distillatie, na alcoholische vergisting van Landbouwproducten van bijlage I1 van het Verdrag, met uitzondering van de in lid 2 omschreven gedistilleerde dranken. Bij vermelding van de gebruikte grondstof moet de alcohol uitsluitend uit deze grondstof zijn verkregen; e. distillaat uit landbouw~roducten: alcoholhoudende vloeistof verkregen door distillatie, na alcoholische vergisting, van Landbouwproducten van bijlage II van het Verdrag, die niet de kenmerken van ethylalcohol als gedefinieerd onder b) of van een gedistilleerde drank vertoont maar die een aroma en een smaak heeft behouden die van de gebruikte grondstoffen afkomstig zijn. Bij vermelding van de gebruikte grondstof moet het distillaat uitsluitend uit deze grondstof zijn verkregen; f. moutwiin: granen eau-de-vie enlof granendistillaat zoals omschreven in Verordening (EEG) 1576189, bereid door distillatie met een alcoholpercentage van tenminste 46% vol. en ten hoogste 48% vol; g. alcohol-volumegehaffe: verhouding tussen het volume zuivere alcohol bij een temperatuur van 200 C dat het betrokken product bevat, en het totale volume van het product bij die temperatuur. h. riioinu: bewerking waarbij men in geschikte recipiënten langs natuurlijke weg bepaalde reacties tot stand laat komen waardoor de betrokken gedistilleerde drank organoleptische eigenschappen krijgt die deze voordien niet had; i. verordening (EEG1 15761'89:de verordening van de Europese Economische Gemeenschap nr. 1576189 van de Raad van 29 mei 1989 tot vaststelling van algemene voorschriften betreffende de definitie, de aanduiding en de aanbiedingsvorm van gedistilleerde dranken (Pb EG L 160); j. productschap: Productschap Dranken k. secretaris: de door het Bestuur aangestelde secretaris van de Commissie; I. commissie: een orgaan als bedoeld in artikel 88a van de Wet op de bedrijfsorganisatie, hier: de Commissie voor Gedistilleerd ex artikel 5 lid c van het Instellingsbesluit Productschap Dranken: (j 2 Definities van jenever en korenwijn. Artikel 2 1. Jenever of genever: een gedistilleerde drank die overeenkomstig de bepalingen van artikel 1 lid 4 onder m van de Verordening (EEG) 1576189 wordt verkregen door aromatisering met jeneverbessen (Juniperus Communis) van ethylalcohol uit landbouwproducten enlof moutwijn Daarnaast mogen als aanvulling worden gebruikt andere natuurlijke aromastoffen als omschreven in artikel 1, lid 2, letter b), onder i) van de Richtlijn 881388/EEG, entof aromatiserende preparaten als omschreven in artikel 1, lid 2, letter c), van die richtlijn enlof planten of plantendelen met aromatische

eigenschappen; de organoleptische eigenschappen van de jeneverbes behoeven niet waarneembaar te zijn. Het alcoholgehalte is tenminste 35% vol. De benaming kan worden aangevuld met de termen klare, Schiedam(mer), Friesche en Schiedamse, eventueel voorafgegaan door "jonge" of "oude". 2. Jonge jenever: een jenever, die: a. bereid is met ethylalcohol uit landbouwproducten en voor minder dan 15% bestaat uit moutwijn; b. kan zijn gezoet tot een maximum van 10 gram suiker per liter; c. kleurloos moet zijn; d. een alcoholgehalte heeft van tenminste 35% vol. 3. Oude jenever: een jenever, die: a. bereid is met ethylalcohol uit landbouwproducten en voor minstens 15% bestaat uit moutwijn; b. moet zijn lichtgeel of lichtbruin van kleur; c. kan zijn bijgekleurd met uitsluitend karamel; d. kan zijn gezoet tot een maximum van 20 gram suiker per liter; e. een alcoholgehalte heeft van tenminste 35% vol; f. de organoleptische eigenschappen van de jeneverbes heeft. 4. Graanjenever: een jenever, die: a. bereid is met ethylalcohol uitsluitend van granen of producten afkomstig van granen enlof moutwijn; b. kan zijn bijgekleurd met uitsluitend karamel; c. kan zijn gezoet tot een maximum van 20 gram suiker per liter; d. moet zijn kleurloos, lichtgeel of lichtbruin van kleur; e. een alcoholgehalte heeft van tenminste 35% vol. Graanjenever kan worden voorafgegaan door de aanduiding "Friesche" of "Schiedamse". De toevoeging "jonge" of "oude" kan worden gebruikt als bovendien wordt voldaan aan het bepaalde in lid 2 sub a. en c. resp. lid 3 sub a., b. en f. 5. De voorzitter van de Commissie kan namens het Bestuur, na een daartoe bij hem schriftelijk ingediend, met redenen omkleed verzoek, ontheffing verlenen voor het vereiste dat jonge jenever kleurloos moet zijn. Over verzoeken tot een dergelijke ontheffing zal door de Commissie Kwaliteit en Wetgeving van de Commissie voor Gedistilleerd schriftelijk advies worden uitgebracht aan de voorzitter. Artikel 3 Korenwijn: een gedistilleerde drank, die: a. bereid is met ethylalcohol uitsluitend van granen en waarvan de alcoholcomponent voor minstens 51 % bestaat uit moutwijn enlof tot 70% vol geherdistilleerde moutwijn; b. voor wat betreft aromatisering uitsluitend natuurlijke aromastoffen mag bevatten als omschreven in artikel 1, lid 2 letter b) onder i) van de richtlijn 881388lEEG enlof aromatische preparaten als omschreven in artikel 1, lid 2 letter c van die richtlijn enlof planten of plantendelen met aromatische eigenschappen; c. kan zijn bijgekleurd met uitsluitend karamel; d. kan zijn gezoet tot een maximum van 20 gram suiker per liter; e. moet zijn kleurloos, lichtgeel of lichtbruin van kleur; f. een alcoholgehalte heeft van tenminste 38% vol. Artikel 4 1. De rijping van jenever enlof korenwijn als omschreven in de artikelen 2 en 3, vindt plaats in eikenhouten vaten met een nominaal volume van ten hoogste 700 liter. 2. Als wordt verwezen naar rijping dient deze ten minste één jaar plaats te vinden. 3. Het aantal jaren rijping dient op het etiket van de fles of kruik vermeld te worden.

Artikel 5 Voor het rijpen geldt dat degene die hiertoe overgaat een register moet bijhouden met in ieder geval de volgende gegevens: 1. informatie op grond waarvan de jenever enlof korenwijn per recipiënt gedurende de rijping te allen tijde kan worden geïdentificeerd; 2. de datum waarop de rijping begint, dit is de datum waarop de recipiënt, waarin de jenever enlof korenwijn met het oog op de rijping wordt opgeslagen, wordt gevuld; 3. de datum waarop de rijping is beëindigd, dit is de datum waarop de rijping wordt onderbroken danwel definitief wordt stopgezet; 4. de plaats van de rijping; 5. in het voorkomend geval, de datum en de wijze waarop jenever enlof korenwijn onderling tijdens de rijping worden gemengd enlof worden overgestoken van de ene recipiënt naar de andere; 6. indien jenever enlof korenwijn, waarvan de begindatum van de rijping verschilt, onderling worden gemengd, wordt de rijpingsduur van de gemengde jenever enlof korenwijn genoteerd aan de hand van de datum waarop het rijpingsproces van het jongste product in het mengsel is begonnen. Artikel 6 1. Het bepaalde in deze verordening geldt niet voor jenever die conform de bepalingen van verordening 1576189 is geproduceerd en uit een andere Lid-Staat rechtmatig in het vrije verkeer in Nederland wordt gebracht. 2. Het bepaalde in deze verordening is niet van toepassing op de gedistilleerde dranken welke overeenkomstig de Verordening (EEG) nr. 1576189 van de Raad van 29 mei 1989 en de hierop gebaseerde Europese uitvoerings- en wijzigingsbepalingen, als vruchtenjenevers worden gedefinieerd. 5 3 Definitie van Advocaat Artikel 7 Advocaat: een gedistilleerde drank, geel van kleur, met een alcoholgehalte van ten miriste 14% vol, met een suikergehalte van ten minste 150 gram per liter eindproduct en met een zuiver eigeelgehalte van ten minste 140 gram per liter eindproduct, die als kenmerkende bestanddelen ethylalcohol enlof brandewijn, eigeel en, eiwit afkomstig van kippeëieren en suiker bevat, en waaraan aroma's, kleurstoffen en verdikkingsmiddelen kunnen zijn toegevoegd. Artikel 8 Voor de beoordeling of advocaat voldoet aan de in artikel 7 gestelde eisen betreffende het minimum alcoholgehalte resp. het minimum gehalte aan zuiver eigeel, moet gebruik gemaakt worden van de analysemethoden zoals beschreven in Verordening (EG) Nr. 287012000 tot vaststelling van communautaire referentiemethoden voor de analyse van gedistilleerde dranken. Artikel 9 1. Het is verboden om advocaat te produceren anders dan met inachtneming van de in het Algemeen Besluit (Warenwet) rekp. het Warenwetbesluit Bereiding en be6andeling van Levensmiddelen gestelde voorschriften.voor de fabricage van advocaat mag uitsluitend gebruik gemaakt worden van eigeel en eiwit van eieren, welke onbeschadigd dienen te zijn en voldoen aan de bepalingen van de Verordening (EEG) 1907190 van de Raad van 26-06-1 990 betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren, alsmede aan de bepalingen van de Verordening (EEG) l274l9l van de Commissie van 1 5 mei 1991, alsmede de Richtlijn 891437 van de Raad van 20 juni 1989 (laatstelijk gewijzigd per 19 december 1991) betreffende hygiëne- en gezondheidsvraagstukken bij de bereiding en het in de handel brengen van eiproducten.

4 Overige gedistilleerde en mak gedistilleerde dranken Artikel 10 vieux: een gedistilleerde drank die: - licht- tot donkerbruin van kleur is; - vervaardigd is van ethylalcohol uit landbouwproducten; - aromatische geur- enlof smaakstoffen bevat, welke de drank het aroma van uit wijn gestookt gedistilleerd verlenen; - een suikergehalte kan hebben van maximaal 20 gram per liter; - kleurstoffen mag bevatten; - een alcoholgehalte heeft van ten minste 35% vol; Artikel 11 brandewiin: een gedistilleerde drank, die: - nagenoeg kleurloos is; - vervaardigd is van uit ethylalcohol uit landbouwproducten, al dan niet - gezuiverd over actieve koolfilters; - is gedistilleerd over zuurmakende stoffen enlof vruchten of zaden, dan wel met toevoeging van aroma's enlof geur- en smaakstoffen, welke de drank het kenmerkende organoleptische karakter geven; - een suikergehalte kan hebben van maximaal 20 gram per liter; - een alcoholgehalte heeft van ten minste 35% vol. Artikel 12 vruchtenbrandewiin: een gedistilleerde drank, die: - vervaardigd is met brandewijn enlof ethylalcohol uit landbouwproducten met de ingrediënten van brandewijn, door middel van distillatie enlof infuus van vrucht(en) enlof vruchten- en plantendelen enlof toevoeging van vruchtensap(pen) enlof een distillaat c.q. extract van vruchten- of plantendelen; - aroma's, kleurstoffen enlof andere geur- en smaakstoffen mag bevatten; - een suikergehalte heeft van minimaal 100 gram per liter; - een alcoholgehalte heeft van minimaal 20% vol; Artikel 13 likorette: een zwak gedistilleerde drank die: - behalve ethylalcohol uit landbouwproducten als kenmerkende bestanddelen bevat suiker en een distillaat enlof infuus enlof extract van vruchten enlof vruchtendelen enlof plantendelen enlof zaden enlof kruiden enlof vruchtensappen enlof melk, room of andere zuivelprodukten; - kleurstoffen enlof andere aroma's enlof geur- en smaakstoffen mag bevatten; - een suikergehalte heeft van minimaal 100 gram per liter; - een alcoholgehalte heeft van ten minste 12% doch minder dan 15% vol. Artikel 14 De benamingen van de in artikelen 10 tot en met 12 genoemde gedistilleerde dranken moeten in hetzelfde gezichtsveld vergezeld gaan van de benaming "gedistilleerd" of "gedistilleerde drank", tenzij wordt voldaan aan het bepaalde in EG Verordening 1576189, artikel l lid 4 onder r, in welk geval het woord "likeur" vermeld moet worden. Artikel 15 Wanneer uit de aanduiding van een likorette en vruchtenbrandewijn blijkt, dat deze benaming in het bijzonder verwijst naar een bepaalde vrucht of plant of deel daarvan, dan moet deze in overwegende mate de geur en de smaak van de desbetreffende drank bepalen.

5 Naleving Verordening (EEG ) 1576189 Artikel 16 l. Het is verboden om nedistilleerde dranken aan te duiden, te verkopen, ten verkoop voorhanden te hebben, te koop aan te bieden enlof af te leveren onder de benamingen als genoemd in de Verordening (EEG) 1576189 en de daarbij behorende overgangsmaatregelen en uitvoeringsbepalingen indien deze dranken niet voldoen aan de in die verordening en de daarbij behorende uitvoeringsverordeningen vermelde definities en voorschriften. 2. Het verbod als omschreven in lid 1 geldt onverminderd de bepalingen van Verordening (EEG) nr. 3773189 van de Commissie van 14 december 1989. Artikel 17 1. Het is verboden om gedistilleerde enlof zwak gedistilleerde dranken aan te duiden, te verkopen, ten verkoop voorhanden te hebben, te koop aan te bieden enlof af te leveren onder de in deze verordening genoemde benamingen, indien deze dranken hier te lande zijn bereid en niet voldoen aan de in paragrafen 2,3 en 4 van deze verordening vermelde productomschrijvingen. Artikel 18 1. Het is verboden gedistilleerde dranken enlof distillaten met een alcoholpercentage boven de 81 % vol enlof pure ethylalcohol in verpakkingen met een inhoud van minder dan 10 liter in slijterijen als gereed product respectievelijk gedistilleerde drank ten behoeve van de eindverbruiker op de Nederlandse markt ten verkoop voorhanden te hebben of aan te bieden, te verkopen of af te leveren. 2. Het verbod van lid 1 geldt niet voor de daarin genoemde producten in verpakkingen van 1,125 en 5.00 liter welke uitsluitend bestemd zijn voor professioneel gebruik. 5 6 Slotbepalingen Artikel 19 Overtredingen van het bij of krachtens deze Verordening bepaalde zijn strafbare feiten. Artikel 20 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na plaatsing van de goedgekeurde verordening in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. 2. Met de inwerkingtreding van deze verordening worden de 'Verordening benaming Gedistilleerde en Zwak Gedistilleerde Dranken" van 13 november 2002 ingetrokken. 3. Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Benaming Gedistilleerde en Zwak gedistilleerde Dranken Productschap Dranken 2005. Deventer, 9 november 2005 P.M. Blauw voorzitter J.J. Schat secretaris Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 23 december 2005 en door de Minister van Economische Zaken bij beschikking van 22 december 2005, kenmerk EPIMW 5728964.

De verordening is op 14 februari 2005 ingevolge artikel 8, eerste lid, van de richtlijn nr. 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PbEG L 204), zoals gewijzigd bij richtlijn nr. 98/48/EG van 20 juli 1998 (PbEG L 217), voorgelegd aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen. Toelichting Verordening Benaming Gedistilleerde en zwak Gedistilleerde Dranken Productschap Dranken 2005 l. Algemeen Met deze Verordening worden regels op het gebied van de definitie, de aanduiding en de aanbiedingsvorm van gedistilleerde dranken en zwak gedistilleerde dranken ten behoeve van de onder het Productschap Dranken (hierna: het Productschap) ressorterende ondernemingen vastgesteld. Het Productschap is een publiekrechtelijk bedrijfsorgaan als bedoeld in de Wet op de bedrijfsorganisatie (hierna: Wbo) ingesteld bij wet op 1 juli 2002. Het Productschap is ingesteld als opvolger van het Productschap voor Bier, het Bedrijfschap voor Frisdranken en Waters, het Productschap voor Gedistilleerde Dranken en het Bedrijfschap voor de Detailhandel in Alcoholhoudende Dranken, welke allen van rechtswege zijn opgehouden te bestaan op 1 juli 2002. Het Productschap is op grond van artikel 3, le lid sub c. van het Instellingsbesluit Productschap Dranken onder meer, ingesteld voor ondernemingen waarin ethylalcohol of gedistilleerde dranken worden bereid of gebotteld; de handel, met uitzondering van de doorvoerhandel, wordt uitgeoefend in ethylalcohol of gedistilleerde dranken. Met inachtneming van het bepaalde in het Instellingsbesluit Productschap Dranken kan het Productschap verordeningen vaststellen. De inhoud van deze Verordening wijkt materieel af van de voormalige Verordening Benaming Gedistilleerde en Zwak Gedistilleerde Dranken 2002 van het Productschap Dranken op het punt van de analysemethoden van eigeel in de definitie van advocaat in de artikelen 7 en 8 van deze verordening. Deze wijziging betreft een technisch voorschrift om welke reden notificatie bij de Europese Commissie noodzakelijk is. Het Productschap heeft tot taak een het algemeen belang dienende bedrijfsuitoefening in ondernemingen in de drankensector te bevorderen, alsmede het gemeenschappelijk belang van die ondernemingen en van de daarbij betrokken personen te behartigen.het bestuur van het Productschap (hierna: het Bestuur) is samengesteld uit vertegenwoordigers van organisaties van werkgevers en werknemers in de drankensector. Het Bestuur wordt bijgestaan door een viertal commissies ex. artikel 88a Wet bo, te weten: Commissie voor bier, Commissie voor frisdranken en waters, Commissie voor gedistilleerd en Commissie voor slijters, die hun werkterrein hebben liggen in de bewuste sector binnen het Productschap. 92 De doelstellingen die worden nagestreefd en de te verwachten (neven)effecten van de verordening De doelstelling van de Verordening is de consument inzicht te verschaffen in de samenstelling van de in de onderhavige verordening gedefinieerde producten. De Europese verordening 1576189 van de Raad van 29 mei 1989 bevat een aantal algemene voorschriften betreffende de definitie, de aanduiding en de aanbiedingsvorm van gedistilleerde dranken. Deze verordening definieert gedistilleerde dranken vanaf 15% vol. inclusief advocaat. Dranken op basis van ethylalcohol tussen 1,2 en 15% zijn evenwel niet Europees gedefinieerd. Middels deze Verordening blijft de wettelijke basis voor de huidige regelgeving ten aanzien van likorettes behouden. Voorts kent Verordening 1576189 geen bepalingen voor bepaalde in deze verordening gedefinieerde producten. Gezien de brede kring van consumenten en het bij deze groep levende verwachtingspatroon ten aanzien van de in onderhavige verordening gedefinieerde producten is een aparte productbenaming gerechtvaardigd.

De in Verordening Benaming Gedistilleerde Dranken en zwak Gedistilleerde Dranken 2002 opgenomen analysemethoden voor de bereiding van advocaat in artikel 7, alsmede de bijlagen 1 en 2 waarin deze analysemethoden waren vastgelegd zijn vervallen. Deze wijziging houdt verband met het feit dat de Europese regelgeving inmiddels hierin voorziet middels Verordening (EG) Nr. 287012000 tot vaststelling van gedistilleerde dranken. Bij de definitie van advocaat wordt in deze verordening dan ook verwezen naar de geldende Europese regelgeving en aanzien van analysemethoden. Het vervallen van de oorspronkelijke technische voorschriften is een wijziging waarvoor een notificatieprocedure dient te worden doorlopen. Het betreft hier de volgende passages; Artikel 7 2e lid: (komt ter vervallen) 2. Voor de bereiding van advocaat wordt verstaan onder: a. ei~eel: vloeibaar eigeel van uitsluitend kippeëieren, welke op geen enkele wijze kunstmatig gekoeld zijn tot beneden + 5" C. Het eigeel mag vóór de verwerking tot advocaat slechts geconserveerd worden door middel van pasteurisatie enlof toevoeging van alcohol, al dan niet onder toevoeging van suiker; b. eiwit: vloeibaar eiwit van uitsluitend kippeëieren, welke op geen enkele wijze kunstmatig gekoeld zijn tot beneden + 5" C. Het eiwit mag vóór de verwerking tot advocaat slechts geconserveerd worden door middel van pasteurisatie enlof toevoeging van alcohol, al dan niet onder toevoeging van suiker; Artikel 8 (nieuw) Voor de beoordeling of advocaat voldoet aan de in artikel 7 gestelde eisen betreffende het rninimurngehalte resp. het minimum gehalte aan zuiver eigeel, moet gebruik gemaakt worden van de analysemethoden zoals omschreven in Verordening (EG) Nr. 287012000 tot vaststelling van communautaire referentiemethoden voor de analyse van gedistilleerde dranken. 3. De nadere motivering van de noodzaak van publieke regelgeving i.c. de verordening Het Productschap is als publiekrechtelijk orgaan ingesteld voor alle ondernemingen in de drankensector. Zo wordt voorkomen dat er bedrijven zouden zijn die profiteren door zich niet aan de definities van (zwak) gedistilleerde dranken te houden, terwijl andere dit wel doen. 94. De afweging van de private alternatieven Het belang dat met deze verordening wordt nagestreefd is zo groot dat het niet langs private weg geregeld moet worden. Dit laatste biedt tevens onvoldoende garanties op een goede naleving. S. De uitvoerings- en handhavingsaspecten De handhaving van deze Verordening loopt via de reguliere instanties (Voedsel en Waren AutoriteitlKeuringsdienst van Waren) en brengt geen extra financiële lasten met zich mee. De uitvoerings- en handhavingsaspecten van de niet in de Verordening l576189 gedefinieerd gedistilleerde dranken zijn geheel voor rekening van het Productschap. 56. De verhouding tot andere wetgeving en tot bestaande en komende internationale en communaitaire regelingen Zie de hierover onder 9 2 gemaakte opmerkingen. 97. De structuur van de Verordening en de onderbouwing van de gekozen structuur Gelet op de inhoud van de bepalingen, het brede draagvlak binnen de branche en de aard van de door de bepalingen te regelen onderwerpen, meent het Bestuur dat de bepalingen van deze Verordening voldoen aan de eisen van proportionaliteit en doelmatigheid. Gezien het grote maatschappelijke belang dat de ondernemingen zich houden aan de bepalingen, is het aanmerken van overtredingen als een strafbaar feit op zijn plaats.

38. Het algemeen en sectoraal belang van de Verordening Zonder deze Verordening zouden er geen regels zijn voor een aantal gedistilleerde dranken die reeds lange tijd op de markt verkrijgbaar zijn en bekendheid genieten bij het publiek en alcoholhoudende dranken van minder dan 15%. Een risico bij het eventueel achterwege laten van een benamingsverordening is bovendien dat deze producten bij het ontbreken van wettelijke bescherming, in andere landen van de Europese Unie van de markt geweerd zouden kunnen worden op grond van de wetgeving aldaar. Een product dat in een land van de Europese Unie wettelijke bescherming geniet en derhalve rechtmatig in het verkeer is gebracht mag niet geweerd worden van de markt in een ander EU land met een beroep op de aldaar geldende wettelijke bepalingen. Waar de wettelijke bescherming in Nederland zou ontbreken zal dit ertoe kunnen leiden dat de dranken elders in de EU (alsnog) geweerd kunnen worden. Artikelsgewijs Artikel 1 Artikel 1 omvat definities van de kernbegrippen van gedistilleerde drank en zwak gedistilleerde drank. De hier gehanteerde definities ensystematiek komen overeen met de ~uroeese regeling neergelegd in Verordening 1576189. In Verordening 1576189 is een definitie van jenever vastgelegd evenwel niet het minimumalcoholpercentage van jenever zoals dat in Nederland sinds 1956 wettelijk is voorgeschreven via de verordeningen van het toenmalige Productschap voor Gedistilleerde Dranken. Gezien de brede kring van consumenten en het bij deze groep levende verwachtingspatroon m.b.t. jenever en met name ook de verschillende soorten jenevers is een aparte productbenaming gerechtvaardigd. Artikel 3 Korenwijn kent geen bescherming op grond van de Europese regeling. De bescherming van de benaming "Korenwijn" houdt verband met de bij de consument levende verwachting ten aanzien van de kwaliteit van het product. Artikel 4 en 5 De rijpingsbepalingen voor jenever en korenwijn vloeien voort uit de in de sector levende opvattingen omtrent het te voeren kwaliteitsbeleid. De rijpingsvoorschriften vinden steun in artikel 7 lid 2 en artikel 1 lid 3c van de Verordening 1576189. De artikelen schrijven voor dat waar melding wordt gemaakt van rijping op het etiket de rijping dient te voldoen aan voorwaarden en onderworpen te zijn aan controle. Het handhaven van de betreffende bepalingen is dan ook gerechtvaardigd. Voor een aantal producten zoals brandewijn, vieux en likorette geldt dat deze producten reeds lange tijd op de markt verkrijgbaar zijn en bekendheid genieten bij het publiek. Artikel 7 en 8 De aanpassing van deze bepaling hangt samen met het van kracht zijn geworden in 2002 van Europese regelgeving op het terrein van analysemethoden die tevens betrekking heeft op analysemethoden voor advocaat. Gevolg hiervan is het vervallen van de bijlagen behorend bij artikel 8, te weten Onderzoekmethode ter bepaling van het minimum alcoholgehalte van advocaat alsmede Onderzoekmethode ter bepaling van het minimum gehalte aan züiver eigeel, zodat volstaan kan worden met de verwijzing naar de geldende Europese Verordening. Artikel 18 Gebleken is dat er in Nederland geen wettelijke beletsels zijn op de verkoop van pure alcohol voor directe menselijke consumptie. Mede naar aanleiding van opmerkingen van de Keuringsdienst van Waren en hoewel dit verschijnsel sporadisch lijkt voor te komen, meent het Productschap dat het in verband met de volksgezondheid en de goede naam en faam van de Nederlandse gedistilleerdindustrie gewenst is tegen deze verkoop in slijterijen maatregelen te nemen. Deventer, 9 november 2005 P.M. Blauw voorzitter J.J. Schat secretaris

PD 6 Verordening BestemmingshefJing Fonds Wetenschappelijk Onderzoek en Voorlichting 2006 Verordening van het Productschap Dranken van 5 december 2005 houdende vaststelling van de bestemmingsheffing ten behoeve van het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek en-voorlichting voor het jaar 2006. (Verordening Bestemmingsheffing Fonds Wetenschappelijk Onderzoek en Voorlichting 2006) Het bestuur van het Productschap Dranken heeft, gelet op: de artikelen 93 en 126, eerste en vierde lid van de Wet op de bedrijfsorganisatie en artikel 12 en artikel 14 van de Instellingsbesluit Productschap Dranken; gezien: het advies van de Commissie ex artikel 5 lid 1 onder c van het Instellingsbesluit Productschap Dranken; de navolgende verordening vastgesteld Artikel l 5 1 Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: 1. grondstoffen: de in Verordening (EEG) nr. 1576189 van de Raad van 29 mei 1989 tot vaststelling van de algemene voorschriften betreffende de definitie, de aanduiding en de aanbiedingsvorm van gedistilleerde dranken gedefinieerde ethylalcohol uit landbouw-producten en distillaat uit landbouwproducten (Publikatieblad L 160, 12 juni 1989); 2. gedistilleerde dranken: zijnde een alcoholhoudende vloeistof: 1. bestemd voor menselijke consumptie; 2. met bijzondere organoleptische kenmerken en, uitgezonderd de producten als vermeld in Bijlage III van Verordening (EEG) 1576189 van de Raad van 29 mei 1989 met een minimum-alcoholgehalte van 14 procent vol, een minimum-alcoholgehalte van 15 procent vol bevattend; en 3. verkregen: hetzij rechtstreeks door distillatie van natuurlijke gegiste producten, al dan niet in aanwezigheid van aroma's enlof door aftrekking van plantaardige stoffen enlof door toevoeging van aroma's, suikers of andere zoetstoffen, enlof van andere landbouwproducten, aan ethylalcohol uit landbouwproducten, enlof aan distillaat uit landbouwproducten enlof aan eau-de-vie zoals gedefinieerd in de EG-verordening van 29 mei 1989; hetzij door vermenging van een gedistilleerde drank met: 1. één of meer andere gedistilleerde dranken; 2. ethylalcohol of distillaat uit landbouw producten of eau-de-vie zoals gedefinieerd in de EGverordening van 29 mei 1989; 3. één of meer alcoholische dranken; 4. één of meer dranken; hetzij door vermenging van ethylalcohol uit landbouwproducten met water; x, 4. waarvoor in geval van ge- of verbruik hier te lande alcoholaccijns verschuldigd is. 3. zwak qedistilleerde drank: alcoholhoudend product met een alcoholgehalte van minder dan 15 procent vol, behorend tot GN-code 2208 van de Verordening (EEG) nr. 2658187 van 23 juli 1987, waarvoor in geval van ge- of verbruik hier te lande alcoholaccijns verschuldigd is; 4. alcohol~ehalfe: het gehalte aan zuivere ethylalcohol bij een temperatuur van 20 graden C, uitgedrukt in volumeprocenten; 5. bereiden: iedere bewerking - met uitzondering van bottelen - waardoor uit grondstoffen een gedistilleerde enlof zwak gedistilleerde drank vervaardigd wordt of de samenstelling daarvan wijzigt; 6. boffelen: het afvullen van verpakkingen die bestemd zijn om aan de consument af te leveren met een gedistilleerde enlof zwak gedistilleerde drank; 7. ondernemer een natuurlijke of rechtspersoon, die een onderneming drijft als bedoeld in artikel 3 lid 2 sub c van het Instellingsbesluit Productschap Dranken;

8. productschap: het ~roductschap Dranken; 9. commissie: de Commissie voor gedistilleerd als bedoeld in artikel 5 lid 1 onder c van het Instellingsbesluit Productschap Dranken; 10. secretaris: de secretaris van de Commissie voor gedistilleerd. 5 2 Onderwerp van de verordening 1. Er is een Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek en Voorlichting dat ten doel heeft geldmiddelen te verstrekken ter medefinanciering van onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten die ten goede komen of kunnen komen van de gedistilleerdsector. 2. De middelen van dit Fonds maken deel uit van het vermogen van het productschap. 3. Het Fonds wordt als een afzonderlijke hoofdfunctie opgevoerd in de begroting van het productschap en wordt beheerd door de Commissie voor gedistilleerd. Artikel 3 De baten van het Fonds bestaan uit: a. de opbrengsten voortkomend uit de inning van (bestemmings-) heffingen verminderd met eventuele inningskosten; b. rente van belegde gelden; 1. De middelen van het Fonds zijn bestemd voor bijdragen ter financiering van met name de volgende activiteiten: a. wetenschappelijk onderzoek op het gebied van de consumptie en de productie van gedistilleerde dranken en alcohol, het alcoholmisbruik en daarmee verband houdende werkzaam heden; b. uitvoering van literatuurstudies, marktonderzoekingen, de begeleiding van milieuproblematiek en soortgelijke onderwerpen en projecten; c. het produceren en verstrekken van informatie in de ruimste zin van het woord, verband houdende met het bovenstaande; d. de bevordering van belangstelling voor en kennis van gedistilleerde dranken. 2. De Commissie voor gedistilleerd beslist over de bestemming van de middelen van het Fonds. Artikel 5 3 Heffingen l. Aan degenen die een onderneming drijven waarin uit grondstoffen gedistilleerde enlof zwak gedistilleerde dranken worden bereid die beschikbaar komen voor ge- of verbruik in Nederland, wordt een heffing van f 1,32 opgelegd per hectoliter ingeslagen grondstof, omgerekend tot een sterkte van 100% vol. 2. Aan degenen die een onderneming drijven waarin gedistilleerde dranken enlof zwak gedistilleerde dranken voor de eerste maal beschikbaar komen voor ge- of verbruik in Nederland, en bij wie deze producten niet reeds aan heffing onderhevig zijn krachtens lid 1, wordt een heffing van E 1,32 opgelegd per hectoliter in het verkeer gebrachte gedistilleerde dranken enlof zwak gedistilleerde dranken, omgerekend tot een sterkte van 100% vol. 3. De in het eerste lid bedoelde heffing is eveneens verschuldigd voor degenen die een onderneming drijven waarin gedistilleerde enlof zwak gedistilleerde dranken worden bereid anders dan uit de grondstoffen en wel berekend per hl 100% vol. van de op deze wijze verkregen gedistilleerde dranken.

1. De ondernemer is verplicht op grond van artikel 5 van de Heffingsverordening Productschap DrankenICommissie Gedistilleerd 2006 de secretaris opgave te doen van de hoeveelheid van de per heffingsperiode bereide en in het verkeer gebrachte gedistilleerde enlof zwak gedistilleerde dranken. De secretaris draagt zorg voor de vertrouwelijkheid van de aldus verkregen informatie. 2. Oplegging van de heffing geschiedt door toezending door de secretaris van een heffingsaanslag conform de in artikel 5 van deze verordening vastgestelde heffing aan de ondernemer. Artikel 7 Krachtens deze verordening ter kennis van het Productschap gekomen gegevens voorzover deze kennelijk van vertrouwelijke aard zijn, mogen voorzover bij of krachtens de wet niet anders is bepaald, zonder schriftelijke toestemming van de betrokken belanghebbende: O slechts worden gebruikt ter vervulling van de taak van het Productschap; niet onder vermelding of aanduiding van de persoon enlof onderneming, waarop zij betrekking hebben, worden bekend gemaakt aan derden. Rechtstreekse toegang tot de registratie hebben de secretaris en de overige leden van het personeel van het Productschap, alsmede met de controle op het financiële beheer van het Productschap belaste leden van het personeel van een door het bestuur aangewezen accountantskantoor, dat lid is van een organisatie, welke haar leden aan tuchtrecht onderwerpt, voor zover het kennisnemen van de gegevens voor die controle noodzakelijk is. in door het bestuur aan te wijzen gevallen, waarin dit naar zijn oordeel in het belang is van de bedrijfsgenoten, bekend worden gemaakt aan de Staat, andere publiekrechtelijk organen of naar het oordeel van het bestuur daarmede gelijk te stellen publiekrechtelijke instellingen, indien de verstrekking van deze gegevens voortvloeit uit het doel van de registratie en de persoonlijke levenssfeer van de geregistreerden door de verstrekking van deze gegevens niet onevenredig wordt geschaad. 2. Bekendmaking van gegevens, als bedoeld in het eerste lid, blijft ook achterwege in gevallen, waarin uit de aard der gegevens of uit een of meer andere omstandigheden zou kunnen blijken, op welke persoon enlof onderneming de gegevens betrekking hebben. 3. De secretaris en de overige leden van het personeel van het secretariaat zijn met het oog op de Wet bescherming persoonsgegevens verplicht tot geheimhouding van de gegevens tegenover een ieder, met uitzondering van de accountants als genoemd in boek 9, titel 2 BW en de leden van vorenbedoeld accountantskantoor en behoudens de eerdergenoemde toestemming van de betrokken belanghebbende. Q 4 Slotbepalingen Artikel 8 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2006. 2. De Verordening Bestemmingsheffing Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek en Voorlichting 2005 wordt ingetrokken. 3. Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Bestemmingsheffing Fonds Wetenschappelijk Onderzoek en Voorlichting 2006. Schiedam, 5 december 2005 P.M. Blauw voorzitter J.J. Schat secretaris Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 23 december 2005 en door de Minister van Economische Zaken bij beschikking van 21 december 2005, kenmerk EPIMW 5725553.

TOELICHTING Algemeen Het Productschap Dranken (hierna: het Productschap) is een publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie als bedoeld in de Wet op de bedrijfsorganisatie ingesteld bij Instellingsbesluit Productschap Dranken (Besluit d.d. 6 mei 2002, Staatsblad 264) hierna het Instellingsbesluit, voor ondernemingen als bedoeld in artikel 3 lid 2 onder a, b,c en d van het Instellingsbesluit. Met deze verordening wordt de bestemmingsheffing ten behoeve van de Commissie voor Gedistilleerd (hierna: de Commissie) voor het jaar 2006 vastgesteld. De Commissie is een Commissie ex artikel 88a van de Wbo van het Productschap ingesteld op grond van artikel 5 lid 1 onder c van het Instellingsbesluit Productschap Dranken, welke Commissie is ingesteld voor aangelegenheden in de gedistilleerdsector. De Wet op de Bedrijfsorganisatie bepaalt dat verordeningen waarin een bestemmingsheffing is opgenomen jaarlijks moeten worden vastgesteld. Deze heffing komt bovenop de heffing op grond van de Verordening Heffingen Productschap Dranken/Commissie Gedistilleerd. Er is een Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek en Voorlichting ingesteld. De bestedingen van dit fonds wordt bepaald door de Commissie voor gedistilleerd. De middelen van dit Fonds worden gebruikt voor de collectieve financiering van onder andere de promotie voor gedistilleerde dranken, onderzoeksactiviteiten op het gebied van de productie en consumptie van gedistilleerde dranken en alcohol, en projecten in het kader van de milieuproblematiek. Hiertoe wordt ondermeer de navolgende activiteiten gefinancierd: Milieu 1. Uitvoerinqsorcranisatie Convenant Verpakkinaen (111). De Commissie voor gedistilleerd neemt als cluster deel aan dit convenant, dat als uitvoering geldt van de wettelijke regeling om verpakkingsmateriaal terug te dringen. De Stichting Verpakking en Milieu is de organisatie die zorg draagt voor de uitvoering van het convenant. De Commissie voor gedistilleerd levert een financiële bijdrage naar rato van de omvang van de branche. Gegevensregistratie en onderzoek 2. Stichtina Alcohol Research. De bijdrage aan de SAR wordt aangewend voor onderzoek door TNOvoeding naar de gevolgen van matig alcoholgebruik op het menselijk lichaam. Voorlichting alcoholgebruik/volksgezondheid 3 STIVA. De Commissie voor gedistilleerd neemt bestuurlijk deel in de Stichting Verantwoord Alcoholgebruik. Via deze stichting waarin de producenten en importeurs van alcoholhoudende dranken zijn vertegenwoordigd, wordt voorlichting gegeven over alcohol, overleg gevoerd over maatschappelijke aspecten en toegezien op de naleving van de Reclame Code voor Alcoholhoudende Drank door de gehele branche. 4. Voorlichtinq, Dit betreft de voorlichtingswerkzaamheden voor de Commissie voor gedistilleerd zelf. Hieronder vallen PR-werkzaamheden, voorlichtingsdrukwerk over taken, internet, workshop Smaak en Geur, werkzaamheden en bevoegdheden van de Commissie voor gedistilleerd, een vaste pagina in het Drankendetail, bijeenkomsten van de Gedistilleerd Sociëteit en nieuwjaarsreceptie. Deze activiteiten worden uit publieke middelen gefinancierd aangezien het hier het collectief belang van de gehele branche betreft, waaraan alle bij de Commissie voor gedistilleerd ingeschreven ondernemingen behoren bij te dragen. Tevens wordt op deze wijze freerider gedrag vermeden. Het bestuur acht het noodzakelijk de in artikel 4 van deze Verordening genoemde activiteiten door middel van een bestemmingsheffing te financieren, omdat met de genoemde activiteiten zowel het algemeen belang als het gemeenschappelijk belang van de gedistilleerdbranche is gediend. Met het wetenschappelijk onderzoek naar de effecten van alcoholgebruik op de gezondheid en de maatschappelijke voorlichting daarover, is een algemeen belang gediend. Ook de campagnes ten aanzien van de afvalproblematiek en glasrecycling zijn van belang bij de bewustwording van de maatschappij ten aanzien van het milieu.