Overzichtstabel 1: Basisinkomensvoorzieningen Regeling Inhoud regeling en doelgroep Uitvoering Hoogte bedrag** Omvang gebruik** Uitgaven** Algemene



Vergelijkbare documenten
Uitkeringsbedragen per 1 juli 2018

Belastingplan Vs

Uitkeringsbedragen per 1 juli Nieuwsbericht

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2018

Sociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2012 Premieoverzicht

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2019

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2016

De uitkeringsbedragen per 1 januari 2014

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2015

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2019

U hebt kinderen in het basis en/of voortgezet (beroeps) onderwijs van 4-18 jaar

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2015

Stimulansz - Regelingen & Voorzieningen Bron: ministerie van SZW d.d Rekenregels per 1 januari 2016

I. VERKLARINGEN BEDOELD IN ARTIKEL 1, ONDER L), VAN VERORDENING (EG) NR. 883/2004 DE DATUM VANAF WELKE DE VERORDENING VAN TOEPASSING ZAL ZIJN

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2017

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2016

Sociale verzekeringen en premiepercentages per

Stand van Zaken van de sociale zekerheid

Participatiewet De bijstandsuitkeringen stijgen per 1 januari De netto normbedragen voor mensen vanaf 21 jaar tot aan pensioen zijn:

Rekenregels per 1 juli 2009

Stand van zaken van de sociale zekerheid

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Inhoud. Wet werk en bijstand... 2 IOAW en IOAZ... 4 AOW... 5 Anw... 7 Wajong... 8 Maximumdagloon (WW, WIA en WAO)... 9 Toeslagenwet...

Rekenregels per 1 januari 2017

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2017 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

Stand van zaken van de sociale zekerheid OVERZICHT 1 JANUARI 2009

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2018 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

Rekenregels per 1 januari 2011

Stand van Zaken van de sociale zekerheid

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2017 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

Stand van Zaken van de sociale zekerheid

Rekenregels per 1 januari 2018

Rekenregels per 1 januari 2016

Rekenregels per 1 januari 2012

Rekenregels per 1 januari 2015

Sociale verzekeringen per 1 januari 2010

Overzicht uitkeringsbedragen en maatregelen Sociale Zaken en Werkgelegenheid per 1 juli 2017

Sociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2010 Premieoverzicht

Sociale Verzekeringen per 1 januari 2012

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2015 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

Sociale Verzekeringen per 1 juli 2012

Inhoud. Afkortingen 13

Gemiddelde van grootteklasse 1734 Overbetuwe. aantal uitkeringen einde kwartaal laatste kwartaal afgerond op tientallen abs. perc. abs. perc.

Rekenregels per 1 januari 2013

1 Kinderen en sociale zekerheid

Fiscale cijfers 2008

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2019 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

Bijlage: Vaststelling eigen bijdrage en besteedbaar inkomen voor een aantal categorieën.

Rekenregels per 1 januari 2015

Sociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2009

De belangrijkste veranderingen in 2015 voor senioren op een rij INKOMEN

Inkomenseffecten Participatiewet en kostendelersnorm WWB. Nibud, 2013

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2014 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

Financiële gevolgen van het afschaffen van de buitengewone uitgavenregeling

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2016 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2014 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

Overzicht uitkeringsbedragen per 1 juli 2018

6,1. Samenvatting door een scholier 1406 woorden 21 juni keer beoordeeld. Economie in context

Rekenregels per 1 januari 2014

Fiscale en sociale cijfers 2012 per 1 januari 2012

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2010 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

Rekenregels per 1 januari 2018

Rekenregels per 1 januari 2010

Koopkrachtberekeningen voor huishoudens met extra zorgkosten naar aanleiding van de Miljoenennota 2012

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2019 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

Sociale verzekeringen per 1 juli

In de rekenregels per 1 juli 2019 volgen de criteria voor het minimumjeugdloonvoordeel (jeugd- LIV) in 2019.

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2016 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

In de rekenregels per 1 juli 2019 volgen de criteria voor het minimumjeugdloonvoordeel (jeugd- LIV) in 2019.

In de rekenregels per 1 juli 2019 volgen de criteria voor het minimumjeugdloonvoordeel (jeugd- LIV) in 2019.

Artikel 31 Let op: Artikel 31 wijzigt ook door de Wet maatregelen WWB!!! Laatste bewerking op 10 maart

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2012 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

Rekenregels per 1 juli 2008

Rekenregels per 1 januari 2009

4. Kerncijfers personenschade 2016

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2013 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

SOCIALE VERZEKERINGEN PER 1 JULI 2012.

Rekenregels per 1 januari 2017

Sociale Verzekeringen per 1 januari 2011

Rekenregels per 1 januari 2009

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2011 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

van invoering (beoogd)

Rekenregels per 1 juli 2008

Stand van zaken van de sociale zekerheid OVERZICHT 1 JULI 2008

Persbericht. Sociale Verzekeringen per 1 januari 2013

Artikel 31. Toelichting. Artikel 31, tweede lid, onderdeel u, van de Wet werk en bijstand komt te luiden:

Artikel 31. Toelichting. De Participatiewet wordt als volgt gewijzigd: Artikel 31 wordt als volgt gewijzigd:

tarief belastingschijf 1 37% 36,25%* (5,1% belastingen en 31,15% premies) tarief belastingschijf 2 42% 42%* (10,85% belastingen en 31,15% premies)

Wijziging bedragen WWB, WIJ, IOAW, IOAZ, Bbz en WWIK per 1 januari 2011

Stand van zaken van de sociale zekerheid

Rekenregels per 1 januari 2010

Wijziging bedragen WWB, WIJ, IOAW, IOAZ en WWIK per 1 juli 2011

Sociale verzekeringen per 1 juli 2009

Wijziging bedragen WWB, WIJ, IOAW, IOAZ, Bbz en WWIK per 1 januari 2011

Centrum voor Beleidsstatistiek en Microdata Services. Documentatierapport Hackaton bestand

Koopkrachtverandering van chronisch zieken en gehandicapten Prinsjesdag 2014 Nibud, september 2014

Een reis uit de geldzorgen

Rekenregels per 1 januari Inleiding

Transcriptie:

Overzichtstabel 1: Basisinkomensvoorzieningen Regeling Inhoud regeling en doelgroep Uitvoering Hoogte bedrag** Omvang gebruik** Uitgaven** Algemene 28,2 miljard ouderdomswet (AOW) Algemene nabestaandenwet (Anw) Ziektewet (ZW) Wet arbeid en zorg Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong) Werkloosheidswet (WW) Ouderdomspensioen voor personen vanaf 65 jaar. SVB Bruto bedrag per maand exclusief vakantiegeld voor: - Alleenstaande 70%: 1018,06 - Alleenstaande 90%: 1289,75 - Gehuwde 50% p.p.: 698,67 Uitkering voor: - Nabestaanden, als zij kinderen verzorgen tot 18, ten minste 45% arbeidsongeschikt zijn enof geboren voor 1 januari 1950. - Verzorgers van halfwezen tot 18 van wie 1 ouder is overleden - Wezen Uitkering voor zieke werknemers zonder werkgever. Als er wel een werkgever is, moet die zijn werknemer de eerste twee ziektejaren ten minste 70% van het loon doorbetalen. Uitkering in verband met zwangerschap, bevalling, adoptie of pleegzorg. Uitkering voor werknemers die op of na 1 januari 2004 arbeidsongeschikt zijn geworden. Recht op een uitkering na een wachttijd van 104 weken. - IVA-uitkering voor duurzaam en volledig arbeidsongeschikten - WGA-uitkering voor personen die ten minste 35% arbeidsongeschikt zijn Uitkering voor werknemers die vóór 1 januari 2004 arbeidsongeschikt zijn geworden, die ten minste 15% arbeidsongeschikt zijn. Uitkering voor gewezen zelfstandigen die vóór 1 augustus 2004 arbeidsongeschikt zijn geworden. Zelfstandigen kunnen zich nu particulier verzekeren. Instroom tot 2010: Uitkering voor personen vanaf 18 die: - minstens 25% arbeidsongeschikt zijn sinds hun 17 e - voor hun 30 e minstens 25% arbeidsongeschikt worden en in het jaar voorafgaand aan arbeidsongeschiktheid minstens 6 maanden student waren Nieuwe Wajong vanaf 2010, geldt alleen voor nieuwe instroom. Uitkering voor personen vanaf 18 jaar die: - minstens 25% arbeidsongeschikt zijn sinds hun 17 e - voor hun 30 e minstens 25% arbeidsongeschikt worden en in het jaar voorafgaand aan arbeidsongeschiktheid minstens 6 maanden student waren Uitkering voor werkloze werknemers die minimaal 5 arbeidsuren of de helft van de arbeidsuren in een week verliezen en die de laatste 36 weken 26 weken in loondienst hebben gewerkt. SVB Bruto bedrag per maand exclusief vakantiegeld en indien de uitkering niet wordt gekort vanwege ander inkomen: - Nabestaandenuitkering: 1087,96 - Halfwezenuitkering: 247,20 - Wezenuitkering 0-10: 348,15 - Wezenuitkering 10-16: 522,22 - Wezenuitkering 16-21: 696,29 Totaal 2,76 mln uitkeringsjaren: - alleenstaanden: 1,01 mln - gehuwden: 1,75 mln Totaal 86.000 uitkeringsjaren: - wezen: 1.000 - alleen halfwezen: 14.000 - halfwezen + nabestaanden: 10.000 - alleen nabestaanden: 61.000 1,1 miljard De bruto-uitkering is 70% van het dagloon 91.000 uitkeringen 1,2 miljard De bruto-uitkering is maximaal 100% van het dagloon. 145.000 toekenningen 1,1 miljard en de WGA ook door private verzekeraars CWI De bruto IVA-uitkering is 75% van het dagloon (maximum dagloon 183,15). De bruto WGA-uitkering is de eerste 2 maanden 75% van het dagloon en daarna 70% tot maximaal 38 maanden. Hierna dient minimaal 50% van de resterende verdiencapaciteit ingezet te worden voor arbeid. In dat geval is de aanvulling 70% van het verschil tussen het huidige loon en het dagloon. Wanneer de verdiencapaciteit onvoldoende wordt benut, is de uitkering afhankelijk van de mate van arbeidsongeschiktheid en minimaal 28% en maximaal 50,75% bruto WML. Afhankelijk van mate van arbeidsongeschiktheid is de brutouitkering maximaal 75% en minimaal 14% van het (vervolg)dagloon. De hoogte van het vervolgdagloon is afhankelijk van de leeftijd en het minimumloon. Afhankelijk van mate van arbeidsongeschiktheid en de genoten winst is de bruto-uitkering maximaal 75% van het minimumloon voor volledig arbeidsongeschikten, maximaal 70% voor gedeeltelijk arbeidsongeschikten. Wanneer iemand bijzonder hulpbehoevend is kan de bruto-uitkering worden verhoogd tot 80 of 100%. Afhankelijk van mate van arbeidsongeschiktheid is de brutouitkering maximaal 75% en minimaal 21% van de grondslag (ongeveer gelijk aan bruto (jeugd) WML). Wanneer een jonggehandicapte bijzonder hulpbehoevend is kan de uitkering aangevuld worden tot 100% (jeugd)wml. - werkregeling: een jonggehandicapte dient zijn verdiencapaciteit te benutten om voor een uitkering in aanmerking te komen. Deze is afhankelijk van de mate van arbeidsongeschiktheid en maximaal 75% van de grondslag bij volledige arbeidsongeschiktheid. - voortgezette werkregeling (na 5 jaar): wanneer de jonggehandicapte zijn verdiencapaciteit volledig benut, wordt het inkomen uit arbeid aangevuld tot 100% van de grondslag. - inkomensondersteuning voor schoolgaande of studerende Wajong-gerechtigden: 25% van de grondslag. De bruto-uitkering is de eerste twee maanden 75% van het dagloon, daarna 70% van het dagloon. IVA: 25.000 WGA: 78.000 uitkeringen 481.000 uitkeringen (aflopend omdat er geen nieuwe instroom is) IVA: 0,4 miljard WGA: 1,1 miljard 7,3 miljard (aflopend omdat er geen nieuwe instroom is) 31.000 uitkeringen 0,3 miljard 188.000 uitkeringen 12.500 uitkeringen 2,6 miljard (totaal van oude Wajong en nieuwe wet Wajong) 274.000 uitkeringsjaren 5,8 miljard 1

Wet werk en bijstand (WWB) Bijstandsuitkering voor mensen die onvoldoende middelen hebben om in de noodzakelijke bestaanskosten te voorzien. Netto bijstand per maand inclusief vakantiegeld voor personen van 21-65: - gehuwden: 1299,04 - alleenstaande ouders: 90% - alleenstaanden van 23 jaar of ouder: 70% De bijstandsnormen 65+ zijn gelijk aan de netto AOW bedragen, rekening houdende met de ouderenkorting. Bijstand < 65 jaar: 3275.000 uitkeringen Bijstand > 65 jaar: 38.000 uitkeringen (stand per 30-9-2009) 4,0 miljard Wet investeren in jongeren (WIJ) Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) Bijstandsuitkering voor jongeren van 18 tot en met 26 jaar, per 01-10-09. - jongeren dienen binnen 8 weken na aanvraag van de uitkering een werkleeraanbod te krijgen, wanneer zij dit niet accepteren verliezen ze het recht op een uitkering - jongeren hebben recht op een uitkering in de periode dat zij wachten op een werkleeraanbod of wanneer het inkomen uit arbeid vervolgens niet voldoende is. Uitkering op sociaal minimum voor: - oudere werkloze werknemers - gedeeltelijk arbeidsongeschikten met IOAW sinds 28-12-2005 en geen recht op TW - Het vermogen blijft ongemoeid. Uitkering op sociaal minimum voor: - oudere zelfstandigen - gedeeltelijk arbeidsongeschikten met IOAZ sinds 28-12-2005 en geen recht op TW. - Het vermogen blijft ongemoeid tot 120.408. Uitkering ter tijdelijke ondersteuning van: - startende kunstenaars - gevestigde kunstenaars met een terugval in inkomen 20 centrumgemeenten Bijstand is een netto uitkering en daarom netto gegarandeerd. De hoogte van de netto bijstandsuitkering is gelijk aan die in de WWB en afhankelijk van de thuissituatie en de leeftijd. Bruto IOAW per maand inclusief vakantiegeld voor: - gehuwden: 1504,42 - alleenstaande ouders: 1454,86 - alleenstaanden van 23 jaar of ouder: 1156,76 Bruto IOAZ per maand inclusief vakantiegeld voor: - gehuwden: 1504,42 - alleenstaande ouders: 1454,86 - alleenstaanden van 23 jaar of ouder: 1156,76 Bruto WWIK per maand inclusief vakantiegeld voor: - gehuwden: 1081,90 - alleenstaande ouders: 1014,75 - alleenstaanden: 732,78 8.000 uitkeringen 0,10 miljard 16.000 uitkeringen 0,27 miljard 2.000 uitkeringen 0,03 miljard 2.000 uitkeringen 0,02 miljard * Naast genoemde regelingen zijn er nog een aantal kleinere of tijdelijke regelingen die omwille van de overzichtelijkheid niet zijn opgenomen, zoals de Tijdelijke Regeling Inkomensgevolgen herbeoordeelde arbeidsongeschikten (TRI), de Tijdelijke Wet beperking inkomensgevolgen arbeidsongeschiktheids-criteria (BIA), het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering militairen (Wamil) en de regeling Tegemoetkoming asbestslachtoffers (TAS). ** De uitkeringsbedragen zijn per 1 januari 2010 en de aantallen en uitgaven zijn conform de raming 2010 in de begroting 2010 2

Overzichtstabel 1A: Aanvullingen op basisinkomensvoorzieningen Regeling Inhoud regeling en doelgroep Uitvoering Hoogte bedrag** Omvang gebruik** Uitgaven** AOW-tegemoetkoming Tegemoetkoming voor ouderen met AOW. De uitbetaling loopt gelijk met uitbetaling AOW. ANW-tegemoetkoming Tegemoetkoming voor personen met een nabestaanden-, wezen- of halfwezenuitkering. De uitbetaling loopt gelijk met uitbetaling ANW. Wajong- tegemoetkoming Tegemoetkoming voor Wajong-gerechtigden van 18 tot en met 22 jaar om negatieve inkomenseffecten van de Zorgverzekeringswet en Wet op de zorgtoeslag te compenseren. De uitbetaling loopt gelijk met uitbetaling Wajong. Jonggehandicaptenkorting Fiscale korting voor jongehandicapten met (recht op) een Wajonguitkering. wet (TW) Aanvulling van uitkeringen tot het bruto sociaal minimum als het totale gezinsinkomen daaronder ligt. Dit geldt voor ZW-, WW-, WAZ-, Wajong-, WAO-en WIA-gerechtigden. Ouderenkorting Fiscale korting voor belastingplichtigen van 65 jaar of ouder, met een verzamelinkomen tot 34.934 SVB Bruto 34,26 per maand. 2,8 miljoen 1,1 miljard SVB Bruto 16,78 per maand. 104.000 0,02 miljard De hoogte van de bruto tegemoetkoming verschilt per leeftijd ( 1,71 tot 14,65 per maand). Niet apart geregistreerd. Is verwerkt in uitgaven Wajong. 691 per jaar 140.000 personen (raming 2007) 0,09 miljard (raming 2007) De hoogte van de bruto toeslag is gelijk aan het verschil tussen 184.000 uitkeringsjaren 0,41 miljard het bruto sociaal minimum en het inkomen. 684 per jaar 2.095.000 personen 1,32 miljard, aanvraag voor toeslag op WW bij CWI Aanvullende alleenstaande ouderenkorting Fiscale korting voor belastingplichtigen met een AOW-uitkering voor alleenstaanden (onafhankelijk van inkomen). 418 per jaar 1.105.000 personen ** De uitkeringsbedragen zijn per 1 januari 2010 en de aantallen en uitgaven zijn conform de raming 2010 in de begroting 2010, tenzij anders aangegeven 0,45 miljard 3

Overzichtstabel 2: Participatiebevorderende regelingen Regeling Inhoud regeling en doelgroep Uitvoering Hoogte bedrag** Relatie met inkomen Omvang gebruik Uitgaven Inkomensafhankelijke arbeidskorting Fiscale korting voor belastingplichtige die loon of winst geniet uit tegenwoordige arbeid. Afhankelijk van arbeidsinkomen en leeftijd: Tot 57 jaar: Maximaal 1.489 per jaar 57-59 jaar: Maximaal 1.752 per jaar 60-61: Maximaal 2.012 per jaar 62-64: Maximaal 2.273 per jaar 65+: Maximaal 1.057 per jaar Arbeidskorting loopt op tot 157 ( 73 65-plussers) bij 9.041, vervolgens tot 1.489 bij 20.246. Afbouw tot 1.433 vanaf 43.385 (afbouw is volledig vanaf 47.865). De inkomensgrenzen en de afbouw met 1,25% met een maximum van 56 geldt ook voor ouderen, Voor 65-plussers geldt een afbouw met 0,581% met een maximum van 26 7,77 mln personen 9,6 miljard Inkomensafhankelijke combinatiekorting Aanvullende alleenstaande ouderkorting Doorwerkbonus Fiscale korting voor minstverdienende partners en alleenstaande ouders die meer dan 4706 aan loon uit tegenwoordige arbeid verdienen en die een kind verzorgen onder de 12 jaar Fiscale korting voor belastingplichtigen met alleenstaande ouderkorting die tegenwoordige arbeid verrichten en die een kind verzorgen jonger dan 16. Fiscale korting voor 62-plussers met inkomen uit tegenwoordige arbeid. Maximaal 1859 per jaar. Maximaal 1.513 per jaar, afhankelijk van arbeidsinkomen 62 jaar: 5% van het arbeidsinkomen tot maximaal 2.340 63 jaar: 7% van het arbeidsinkomen tot maximaal 3.275 64 jaar: 10% van het arbeidsinkomen tot maximaal 4.679 65-66 jaar: 2% van het arbeidsinkomen tot maximaal 936 67+: 1% van het arbeidsinkomen tot maximaal 468 775 per jaar vanaf 4.706, met een extra opbouw van 3,8% voor meerinkomen; het maximum wordt bereikt bij 33.232. 945.000 personen 4,3% inkomsten uit tegenwoordige arbeid 275.000 personen Loopt op met arbeidsinkomen tussen 9.041 en 55.831 190.000 personen 1,25 miljard 0,28 miljard 0,27 miljard 4

Overzichtstabel 3: Tegemoetkomingen voor kosten* Regeling Inhoud regeling en doelgroep Uitvoering Hoogte bedrag** Relatie met inkomen Omvang gebruik** Uitgaven** Kinderen Algemene Kinderbijslagwet (AKW) Kindgebonden budget Tegemoetkoming onderhoudskosten thuiswonende gehandicapte kinderen (TOG) Kinderopvangtoeslag WTOS Alleenstaande ouderkorting Ouderschapsverlofkort ing Wonen Tegemoetkoming aan ouders in de kosten van het verzorgen en opvoeden van kinderen tot 18 jaar. Tegemoetkoming aan ouders met lage en middeninkomens in de kosten van kinderen. Tegemoetkoming voor ouders met thuiswonende gehandicapte kinderen van 3 tot 18 jaar. Tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang. Tegemoetkoming voor ouders van deelnemers aan beroepsopleidende leerweg tot 18 jaar (verreweg de grootste groep), leerlingen in het voortgezet onderwijs van 18 jaar en ouder en leerlingen in het particulier voortgezet onderwijs. Fiscale korting voor belastingplichtige zonder partner die een kind verzorgt jonger dan 27. Fiscale korting bij opname ouderschapsverlof en opbouw levensloopvoorziening SVB Bedrag per kwartaal voor kinderen geboren na 01-01- 1995 van: - 0-5 jaar: 194,99-6-11 jaar: 236,77-12-17 jaar: 278,55 ism SVB Maximaal per jaar voor: - één kind 1011 - twee kinderen 1322 - drie kinderen 1505 - vier kinderen 1611 - meer dan vier kinderen, 51 per kind - ieder kind van 12-15 226 extra - ieder kind van 16-17 290 extra. Over deze bedragen is geen belasting verschuldigd. SVB Bedrag per kwartaal is 211,4. Informatie Beheer Groep De hoogte is afhankelijk van het inkomen, de kosten van de kinderopvang, de opvangsoort en het aantal kinderen. Voortgezet onderwijs : vanaf 1215 tot 5060, afhankelijk van schoolsoort en ouderlijk inkomen. MBO: maximaal 659. Bedragen per jaar. Over deze bedragen is geen belasting verschuldigd. Onafhankelijk van inkomen 3,5 mln kinderen 3,35 miljard Volledig tot verzamelinkomen van 28.413, daarboven afbouwpercentage van 7,6%. 1,1 mln huishoudens 0,95 miljard Onafhankelijk van inkomen 59.000 kinderen 58 miljoen Afhankelijk van het inkomen en het kindertal wordt maximaal 96,5% en minimaal 33,3% van de kosten vergoed (tot de maximum uurprijs) Volledig tot verzamelinkomen van 33.687, daarboven afbouwpercentage van 30%. 470.000 huishoudens 2,8 miljard Ca. 60.000 ouders (MBO) en 2400 (VO 18+) 945 per jaar Onafhankelijk van inkomen 395.000 personen Maximaal 650 per maand (50% netto minimumloon) Onafhankelijk van inkomen 65.000 ontvangers 34 miljoen 0,35 miljard 0,08 miljard Huurtoeslag Zorg Tegemoetkoming in de kosten van huurwoningen. De hoogte is afhankelijk van het inkomen (zie hiernaast) en de huur (tot een maximumhuur van 647,53 (per maand, bedrag per 1juli 2009,). De gemiddelde toeslag bedraagt ca. 1700 per jaar. Vanaf minimuminkomen oplopende eigen bijdrage. Maximaal recht tot een inkomen, afhankelijk van huishoudsoort: - Eenpersoons 65-: 21.450 - Meerpersoons 65-: 29.125 - Eenpersoons 65+: 20.200 - Meerpersoons 65+: 27.575 1,1 miljoen huishoudens 2,06 miljard Zorgtoeslag Tegemoetkoming in de nominale premie voor de Zorgverzekeringswet De hoogte is maximaal 735 voor alleenstaanden en maximaal 1548 voor paren. De hoogte is maximaal voor inkomens tot en met het wettelijk minimumloon. Voor hogere inkomens wordt de zorgtoeslag met 5% afgebouwd. 5,9 miljoen huishoudens 4,0 miljard 5

(Tegemoetkoming) specifieke ziektekosten Tegemoetkoming voor chronisch zieken en gehandicapten op basis van Wtcg Tegemoetkoming voor arbeidsongeschikten op basis van de Wtcg Compensatie eigen risico Lokale regelingen Kwijtschelding lokale heffingen WWB- Bijzondere bijstand Fiscale aftrekpost voor specifieke kosten i.v.m. ziekte of handicap op aangifte belastingplichtige. Als de aftrekpost niet verzilverbaar is, wordt een tegemoetkoming verstrekt. Tegemoetkoming voor niet-vergoede meerkosten die mensen met een chronische ziekte enof handicapt hebben. Tegemoetkoming voor mensen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering van het die ten minste 35% arbeidsongeschikt zijn. Tegemoetkoming voor de betaling van het eigen risico in de Zvw voor mensen met meerjarig onvermijdbare zorgkosten. mogen kwijtschelding van lokale heffingen verlenen aan huishoudens met een inkomen op bijstandsniveau. - Bijzondere bijstand indien iemand als gevolg van bijzondere individuele omstandigheden wordt geconfronteerd met noodzakelijke bestaanskosten, die hij naar het oordeel van de gemeente niet zelf kan betalen. kunnen categoriale bijstand verstrekken aan ouderen en chronisch zieken - Langdurigheidstoeslag voor mensen die geen uitzicht hebben op werk en langer dan bv 3 jaar in de bijstand zitten. CAK CAK Afhankelijk van hoogte van aftrekbare ziektekosten en inkomensafhankelijke drempel Bedrag is afhankelijk van leeftijd en ernst van de aandoening (vastgesteld op basis van intensiteit zorggebruik). - Laag forfait, 65-: 300 - Hoog forfait, 65-: 500 - Laag forfait, 65+, 150 - Hoog forfait, 65+: 350 De hoogte bedraagt bruto 517. Het bedrag is onderhevig aan de eindheffing. De rechthebbende ontvangt netto 350. Bedrag is 54 op jaarbasis. Over dit bedrag is geen belasting verschuldigd. Voor inkomens tot ca. 32.750 geldt dat zij een deel van hun kosten kunnen vermenigvuldigen met een vermenigvuldigingsfactor. Er geldt een inkomensafhankelijke drempel van 1,65% voor inkomens tot ca. 38.500 en 5,75% over het meerinkomen. 1,4 miljoen huishoudens 0,5 miljard Onafhankelijk van inkomen 1,8 mln personen 0,50 miljard. Afhankelijk van de lokale lasten in een gemeente. In WWB is geregeld dat 80% van de betalingscapaciteit (Inkomen minus bijstandsniveau) moet worden aangewend om de lokale lasten te voldoen. * De lijst geeft een overzicht van de belangrijkste regelingen, maar is niet uitputtend. ** De gegevens hebben betrekking op 2010, tenzij anders is aangegeven. Bijzondere bijstand is geen vast bedrag en kan ook als lening worden verstrekt. Ook kan de gemeenten een eigen bijdrage verlangen van max. ca. 120 per jaar. De bedragen voor de langdurigheidstoeslag variëren per gemeente. Indicatie: -Alleenstaande: 350,- -Gehuwden 500,- -Alleenstaande ouder: 450,- Over deze bedragen is geen belasting verschuldigd. Onafhankelijk van het inkomen. 764.000 personen 0,40 miljard (op basis van bruto bedrag) Onafhankelijk van inkomen 1,9 mln personen 0,10 miljard De inkomensgrenzen variëren per gemeenten; in veel gevallen wordt 110%- 120% van het bijstandsniveau als grens gehanteerd. Geen landelijke cijfers bekend. 280.000 huishoudens (voorlopig cijfer over 2008) Geen landelijke cijfers bekend. 0,27 miljard (voorlopig cijfer over 2008, langdurigheidstoeslag inbegrepen) 6