met het oog op de regionale verkiezingen van juni 2009



Vergelijkbare documenten
Federaal Plan Armoedebestrijding. Reactie van BAPN vzw. Belgisch Platform tegen Armoede en Sociale Uitsluiting EU /11/2012

Kinderarmoede in het Brussels Gewest

Kinderopvang = instrument in strijd tegen kinderarmoede

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : het grootste tewerkstellingsgebied in België.

HET BRUSSELS GEWEST ONDERTEKENT DE EERSTE INSCHAKELINGSCONTRACTEN!

Inhoud. Woord vooraf 5 Inleiding 7 Inhoud 11 Lijst van afkortingen 17

Krachtlijnen voor een nieuwe organisatie opvang en vrijetijd van kinderen. Ronde van Vlaanderen 2016

Reglementering van het participatief budget voor de projectoproep Participatieve Duurzame Wijken

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie houdende de oprichting van een «stedelijke vrijhandelszone» 17 april 2013

Persconferentie «Ecobouw stimuleren» 8 februari 2007 Toespraak van Evelyne Huytebroeck

De geliberaliseerde markt en de bescherming van de consument

WONINGFONDS VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST MEMORANDUM - SAMENVATTING

Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012)

Armoedebarometer 2012

ADVIES. Uitgebracht door de Raad van Bestuur van. 1 april 2019

Tewerkstellingssteun in het Brussels Gewest: 255 miljoen euro voor de Brusselaars

Uw netwerk voor succesvol ondernemen in de Brusselse metropool. Metropolitan

INITIATIEFADVIES. betreffende de opmaak van een anti-discriminatie kaderordonnantie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Introductie tot het Vlaams-Brussels landschap m.b.t. opleiding en werk.

Opvang en vrije tijd van schoolgaande kinderen kleurt lokaal. Samen voor een lokaal gezinsbeleid maart 2017

Belgen bevraagd

Federaal memorandum van de OCMW s. Algemene Vergadering afdeling OCMW s van de VVSG Zottegem, 7 juni 2007

Verantwoordelijke uitgever : Philippe Pivin, Belgische Onafhankelijkheidslaan Koekelberg. «Historisch Koekelberg»

Samen sterker! Voor een rechtvaardigere toekomst

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie betreffende de stages voor werkzoekenden. 16 juni 2015

Opdrachtsverklaring Missie - Visie

Gelet op hoofdstuk IV van de Grondwet;

1. VEREENVOUDIGEN EN HARMONISEREN

ADVIES. Strategische uitvoerbaarheidsstudie betreffende de vestiging van een biomethanisatie-eenheid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

A ESR. Minister Gosuin. Aanvrager. Aanvraag ontvangen op 18 mei Aanvraag behandeld door

Welzijnsbarometer 2015

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 19 MEI 2011.

Figure 1 logo vrouwenraad. De Vrouwenraad wil voor elk kind betaalbare, toegankelijke en kwaliteitsvolle kinderopvang

Organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen [1]

8301/18 van/pau/sl 1 DG E 1C

ADVIES. Ontwerp van omzendbrief betreffende de sociale clausules in de overheidsopdrachten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

INITIATIEFADVIES. 21 november 2013

Over thuis, buurt, kinderopvang, kleuteronderwijs en transitie

OCMW Lede - Beleidsnota Sociale dienstverlening. Financiële steun

Voorstelling van BRUGEL over de werking van de vrijgemaakte elektriciteits- en gasmarkt

Wat verwachten de ondernemers van Sint- Niklaasvan het nieuwe gemeentebestuur in de volgende zes jaar?

Sterk door overleg. Adviesfunctie

Actieplan 1 Informatie- en preventiebeleid naar de Zeelse bevolking toe op het vlak van o.m. (kinder)armoede, gezondheid, participatie

Toegang tot energie in de huidige markt

Liberalisering van de energiemarkten. Algemene context. Dag 1:

Besluit houdende het sluiten van een overeenkomst tussen het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de vzw Centrum voor het Jonge Kind

Visienota EDUCARE / Transities 0-6 jaar. Onderwijscentrum Brussel Entiteit Gezin

THEMA 7 : De energiefactuur van de huurders en van de inwonenende eigenaars verlichten

sector personen met een handicap

Geestelijke gezondheid van de Brusselaars: cijfers in context

Emmanuel De Bock en medestanders UITEENZETTING

Reflectievoormiddag Voorbij het statuut samenwonende

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 17 FEBRUARI 2011.

RAPPORT KANSARMOEDE-INDICATOREN IN ERPE-MERE

HOUDENDE ORGANISATIE VAN DE STEDELIJKE HERWAARDERING.

Stad Gent ondersteunt eerste CLT-project in Vlaanderen op Meulestede

Een coöperatief woonmodel

SVK s SHM s Sociaal Huisvestingsmaatschappij (SHM)

2. Samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten betreffende de bestendiging van het armoedebeleid

Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw

Scholen Naar meer plaatsen in het Brusselse onderwijs

WAAR WIJ VOOR STAAN. Socialisten & Democraten in het Europees Parlement. Fractie van de Progressieve Alliantie van

Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap. Artikel 24 - Onderwijs. Schriftelijke communicatie

R A P P O R T Nr

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER

Per kinderen onder de 3 jaar telde Limburg eind opvangplaatsen minder dan het Vlaamse gemiddelde.

Energiemarkt in Brussel: «Toestand en perspectieven na vijf jaar liberalisering»

«WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES

Nieuw loopbaanakkoord zet de stap naar maatwerk

Bijdrage. Voorontwerp van besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de activeringsmaatregelen van de werkzoekenden

HOORZITTING INSCHRIJVINGSDECREET 24 MAART 2015

ARMOEDEBAROMETER 2015

ONS ENGAGEMENT VOOR UW TOEKOMST ONTCIJFERD

Bijlage Samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten betreffende de bestendiging van het armoedebeleid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Arbeid biedt een maatschappelijke meerwaarde ten opzichte van inactiviteit. 3

Cijfers en wegwijzers Armoede in Vlaanderen en Brussel. ChanceArt 10 december 2009

Databank Brussels actieplan armoedebestrijding Hoofdstuk: Huisvesting

Voorontwerp van decreet betreffende het lokaal sociaal beleid

ADVIES. 20 maart 2014

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.3 - December

nr. 290 van KRIS VAN DIJCK datum: 23 februari 2015 aan HILDE CREVITS

Vergrijzing. Impact en uitdagingen voor de lokale besturen

11/10/2010. Observatorium voor Gezondheid en Welzijn OBSERVATOIRE DE LA SANTÉ ET DU SOCIAL BRUXELLES

Maatschappelijke uitdagingen voor brede scholen

Stad Gent investeert tien miljoen euro in sociale huisvestingsmaatschappij WoninGent

TD ECOBOUWEN EN DUURZAME ONTWIKKELING IN HET BRUSSELS GEWEST

MEMORIE VAN TOELICHTING

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s

RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR

MEMORIE VAN TOELICHTING

De stad en wijk als motor voor sociale mobiliteit

Hoe in Brussel een fotovoltaïsch systeem in mede-eigendom installeren

ADVIES. Ontwerp van gewestelijk natuurplan voor Brussel. 11 april 2014

Demografische evoluties in het BHG Uitdagingen voor de basisvoorzieningen voor gezinnen met jonge kinderen

INITIATIEFADVIES. De toekomst van de PWA's en optimalisering van het sociaal overleg inzake de plaatselijke werkgelegenheid.

INITIATIEFADVIES. Overheveling van de voorziening voor uitbetaling van de kinderbijslag in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

Transcriptie:

Memorandum met het oog op de regionale verkiezingen van juni 2009

Voorwoord De toekomstige regering van het Brussels Gewest zal heel wat te doen hebben. Hetzelfde geldt ook voor die van de Franse Gemeenschap en die van de Vlaamse Gemeenschap. De crisiscontext zal het nog moeilijker maken om de nodige investeringsbeslissingen te nemen in het bijzonder voor het onderwijs teneinde een betere toekomst voor de Brusselse bevolking te verzekeren. Als geglobaliseerd stadje, zoals professor Eric Corijn graag zegt, heeft Brussel talrijke troeven: eerst en vooral zijn menselijke grootte, de diversiteit van zijn bevolking, meertaligheid, alsook een groot aantal aantrekkelijke betrekkingen waarvan de twee andere Gewesten van het land grotendeels meegenieten. Een dergelijk omvangrijke crisis vergt een inspanning van alle actoren. In eerste instantie is er nood aan gezond verstand. Veel zekerheden vallen weg en dat is een goede zaak. Maar te veel werknemers en werkneemsters raken in onzekerheid. Het is in moeilijke tijden dat de samenwerkingsmogelijkheden duidelijker worden, alsook de capaciteiten om er op lange termijn een visie op na te houden. Deze zijn in ieder geval de verwachtingen van de leden van het Brussels Regionaal Comité van het ACV ten aanzien van de toekomstige regering. Op 3 april 2009 hebben onze leden immers de sinds december 2007 door bedoeld comité voorbereide eisen goedgekeurd eisen die het onderwerp uitmaken van dit memorandum. Overigens heeft het BRC zich ook geëngageerd om zowel constructief als kritisch te handelen opdat de Brusselse uitdagingen solidair en creatief aangenomen zouden worden. Voor de leden ervan geeft dit document ook aan wat de prioriteiten zijn voor het ACV tussen 2009 en 2015. Als bewijs van zijn samenwerkingscapaciteiten deelt het BRC de memoranda van de MOC en van het ACW, evenals de besluiten van de Staten-Generaal van Brussel. Myriam Gérard Olivier Remy Felipe Van Keirsbilcke Gewestsecretaris Ondervoorzitter Voorzitter van het ACV Brussel van het BRC van het BRC 1

2 MEMORANDUM Brussels regionaal comité van het ACV

Inhoud Inleiding... 4 Verklarende woordenlijst... 6 De prioriteiten van het Brussels régionaal Comité van het ACV... 8 Hoofdstuk 1 Opvoeding en onderwijs... 10 Hoofdstuk 2 Economische ontwikkeling... 16 Hoofdstukken 3, 4, 5 Huisvesting, energie en mobiliteit... 20 Hoofdstuk 6 Tewerkstelling en strijd tegen discriminaties... 28 Hoofdstuk 7 Beroepsopleiding... 33 Hoofdstuk 8 De non-profit sector en het verenigingsleven... 37 Hoofdstuk 9 Tewerkstelling en migratie... 41 Hoofdstuk 10 Institutioneel... 45 3

MEMORANDUM Brussels regionaal comité van het ACV Inleiding Op 11 oktober 2008 heeft het Brussels regionaal comité van het ACV zijn 25 ste verjaardag gevierd. In een periode van institutionele onzekerheid zoals we die nu kennen, is het goed erop te wijzen dat het maatschappelijk middenveld regelmatig anticipeert op de politieke en institutionele veranderingen en er ook richting aan geeft. Wij moeten op deze weg verder gaan en bewust blijven van onze verantwoordelijkheid voor al wie in Brussel woont of werkt en van onze rol als katalysator van beleidsvoorstellen. De inzet is groot: in een stad vol van diversiteit en contrasten zoals Brussel.De voorgestelde oplossingen en methode moeten zijn afgestemd op de complexiteit van de problemen. Brussel legt immers perfect de zwakheden bloot van de dominerende One-size-fits-all en One best way aanpak inzake economisch beleid en stedelijke ontwikkeling. Deze aanpak wil ons laten geloven dat recepten, die zogezegd hun sporen hebben verdiend, blindelings kunnen worden gekopieerd en dat wat elders werkt, ook hier wel zal werken. In tegenstelling tot die beperkende benadering pleit dit document voor een creatieve en specifieke benadering van de Brusselse situatie. Deze benadering ligt verankerd in de stuwende krachten van het Gewest maar is zich tegelijk bewust van haar beperkingen. Ons stadsgewest is immers niet Londen, Berlijn, Parijs, Amsterdam noch New-York en heeft niet de ambitie zo te worden. Wat baat het de op twee na rijkste regio s in Europa te zijn in termen van BBP, als haar inwoners de laagste inkomens van heel België hebben. De kracht van Brussel is zijn werkgelegenheidsbekken als economische long van België en aantrekkingspool voor de beide andere gewesten. Troeven zijn: het statuut van meervoudige hoofdstad; zetel van talrijke Europese en internationale publieke instellingen; de menselijke schaal met een levenskwaliteit, zeldzaam voor grotere steden; de vermaarde universiteiten. Het kosmopolitische karakter, het open staan voor diversiteit, haar rijke culturele leven, haar dynamische verenigingsleven, zowel non-profit als syndicaal, zijn een rijkdom. Een rijkdom die buitenmaats lijkt voor een stad van een miljoen inwoners. Voor de sterksten of geluksvogels onder ons maakt deze combinatie van Brussel een ideale stad, waar de voordelen en kansen van een internationale hoofdstad samen gaan met de levenskwaliteit en de rust van een provinciestad. De zwakheden van Brussel zijn ook gekend. Om te beginnen een duaal onderwijs, waar kwaliteit slechts voor een minderheid is voorbehouden en schandalig veel leerlingen aan hun lot worden overgelaten. Het chronische falen om de inwoners in het economische 4

Inleiding succes te laten delen. Zoals bijvoorbeeld de toegang tot de nieuwe jobs, dagelijks binnen het gewest gecreëerd. Het bijzonder lage aantal sociale en openbare woningen. Het halfslachtige en niet altijd erkende statuut van het gewest met als gevolg een gebrek aan transparantie en politieke duidelijkheid. Het chronische gebrek aan financiering, enz. Deze specifieke problemen kunnen de voorbije Brusselse regering slechts ten dele worden aangerekend, ze zijn immers ook het gevolg van beleidsdaden welke buiten haar bevoegdheid vallen. Maar toch, voor de allerzwaksten of de pechvogels zorgt die combinatie van zwaktes en moeilijkheden er voor dat Brussel een stad is waar het leven niet makkelijk is, een nagenoeg onmogelijke opgave om te voldoen aan de elementaire levensbehoeften zoals een woning of een plaats in de crèche, alhoewel er veel verbetering gebeurde gedurende de 2004-2009 regionale zittingstijd. Dit is geen realiteit voor een kleine minderheid maar voor veel ouders, zoals alleenstaande moeders op zoek naar kinderopvang. Zij durven zelfs niet te denken aan een andere schoolcarrière voor hun kinderen dan een plaats in een minder goede school. Problemen waar ook de 20 % Brusselse werklozen onder wie een onrustwekkend aantal jongeren mee te maken krijgen, net zoals de 30 % Brusselaars die onder de armoedegrens leeft (tegenover 11 % in Vlaanderen en 18 % in Wallonië), of de jonge gezinnen, die statistisch gesproken niet arm zijn maar er niet in slagen een woning te vinden in de stad waar ze werken. Al wie niet in de statistieken opgenomen is, wordt met deze realiteit geconfronteerd. Om te beginnen de mensen zonder papieren, de verdoemden van de stad, de zichtbare minderheid, waarvan de maatschappij weigert de aanwezigheid te zien. De syndicale strijd kan aan hen niet voorbij. Zowel in naam van de waarden, welke zij draagt, als in haar eigen belang moet de vakbond hier een strijdpunt van maken. Om te vermijden dat de kloof tussen beide Brusselse realiteiten vergroot, is het ACV van plan een aantal voorstellen, gebaseerd op de duurzame ontwikkeling in de ruimste zin van het woord, te doen. Dit gaat veel verder dan een strategie van slogans en politieke marketing, enkel gericht op meer van hetzelfde maar in een iets groener kleedje. Het gaat hier om het ontwikkelen van een globaal project waarbinnen milieu-, sociale, culturele en economische aspecten op mekaar worden afgestemd: een project ter versterking van de wisselwerking tussen deze vier aspecten, veeleer dan de drie eerste te beschouwen als ballast die de ontwikkeling van het laatste (het economische) in de weg staat. 5

MEMORANDUM Brussels regionaal comité van het ACV Verklarende woordenlijst ACTIRIS Instelling belast met het werkgelegenheidsbeleid voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest BAO Brussels agentschap voor ondernemingen BELIRIS.een samenwerking tussen de Federale Staat en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Verleent een financiering van 125 miljoen euro per jaar aan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest om zijn rol als hoofdstad van België en Europa te vervullen. BNCTO Brusselse Nederlandstalig Comité van Tewerkstelling en Opleiding BRC Brussels Regionaal Comité (ACV) BRUGEL..Bruxelles Gaz Electricité (Brussel Gas Elektriciteit) (Commissie voor de regulering van energie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) CBP Contract Beroepsproject CCFEE..Commission consultative Emploi-Formation-Enseignement (Franstalige adviescommissie voor onderwijs vorming en tewerkstelling) Cocof Commission communautaire française GGC Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie GOMB Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij van Brussel IBO Individuele Beroepsopleiding in de Onderneming IGE.Infor Gas Elektriciteit, een dienst toevertrouwd aan de vzw Collectif solidarité contre l exclusion. Het centrum is belast met het verstrekken van advies en begeleiding bij de keuze van een energieleverancier rekening houdend met de situatie van de persoon. Het informatiecentrum zal de kwetsbare bevolkingsgroepen aansporen tot een rationeel energie gebruik en het zal hen bewust maken van het bestaan van groene energie. IOP Internationaal Ontwikkelingsplan 6

Verklarende woordenlijst JEEP...Programma van de Franse Gemeenschap (Jeunes, Ecoles, Emploi, tout un programme!) gedragen door de gemeentelijke Missions Locales in het gewest waarbij jongeren tussen het verlaten van de school en een eerste arbeidsplaats op vrijwillige basis een vorming en begeleiding krijgen. OESO Organisatie voor economische samenwerking en ontwikkeling ORCA Organisatie voor Clandestiene Arbeidsmigranten PARITAIRE HUURCOMMISSIES...Commissies is samengesteld uit een aantal vertegenwoordigers van huurders en verhuurders, hebben als taak: huurbemiddeling en het bepalen van de meest pertinente criteria voor het vastleggen van objectieve huurprijzen. GEWOP Gewestelijk Ontwikkelingsplan SPI Socio-professionele inschakeling RVA Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening VDAB Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsleiding VERENIGINGSCHARTER (Charte Associative)...Op 30 mei 2008 werd de tekst in eerste lezing goedgekeurd door de regeringen van het Waals Gewest, de Franse Gemeenschap en van de Cocof. De tekst richt zich op een betere transparantie van de relaties tussen de politieke overheid en de sector van de verenigingen. WZP Werknemers zonder papieren 7

MEMORANDUM Brussels regionaal comité van het ACV De prioriteiten van het Brussels régionaal Comité van het ACV Brussel is een gewest met vele tegenstellingen: rijk op gebied van produktie, arm op gebied van inkomen per inwoner. Het is ook een jonge stad vol diversiteit en contrasten; haar bevolking is zelfs aan het verjongen en aan het groeien. Deze situatie biedt terzelfder tijd uitdagingen en kansen. Maar daarvoor zijn tenminste 12 voorwaarden nodig: 1 2 3 4 5 Meer rekening houden met de kenmerken van het Brusselse onderwijslandschap (samengaan van Franstalige, Nederlandstalige en Europese netten binnen één regio; sterke dualisering; opvallender tekort aan leerkrachten, demografische evolutie, enz.) in het beleid van de Franse en Vlaamse Gemeenschap, onder meer door het meer overleg tussen beide gemeenschappen. Een beleid inzake economische ontwikkeling waarbij beroep wordt gedaan op de vaardigheden van de Brusselaars, waarmee aan hun behoeften en de uitdagingen inzake duurzame ontwikkeling kan worden voldaan binnen het kader van een logica van sociale economie, eerder dan binnen een logica die enkel op concurrentie met andere concurrerende steden is gericht Het scheppen van non-profit banen in prioritaire sectoren zoals kinderopvang, cultuur, mobiliteit, sport, ouderenzorg, thuiszorg. Strijd voeren tegen alle vormen van discriminatie bij de toegang tot kwaliteitsvol onderwijs, opleidingen, jobs, de toegang tot hogere functies en bij. herstructureringen. Het aantal kwalificerende opleidingen naar een laaggeschoold publiek toe uitbreiden, in de sector van de duurzame ontwikkeling en voor banen in de non-profit sectoren. 8

De prioriteiten van het Brussels régionaal Comité van het ACV 6 7 8 9 10 11 12 Het vervangen van het huidige beleid van controle en activering van werklozen en het vervangen door een ondersteunend beleid dat gericht is op een gepersonaliseerde begeleiding. Het uitbreiden van het aanbod aan woningen, dat het hoofd biedt aan de demografische uitdagingen (170 000 nieuwe inwoners in de komende 10 jaar) en aan de stijgende huurprijzen, en dat gepaard gaat met een betere kwaliteit van de woningen (oa de noodzaak om transitwoningen te voorzien en energie efficiëntie). Er moet in het huistvestingsbeleid gestreefd worden naar het realiseren van een sociale mix in alle wijken. De prioriteit inzake mobiliteit moet uitgaan naar collectieve en openbaar vervoer en naar duurzame verplaatsingsmodi (voetgangers, fietsers) om het autoverkeer met 20% in te perken.wij vragen dat de terugbetaling van het woonwerkverker per openbaar vervoer ook terugbetaald wordt voor afstanden onder de 5 km. Een beleid ter ondersteuning van energiebesparing dat bij voorrang huurders ten goede komt en collectieve oplossingen promoot. Een betere samenwerking met beide andere gewesten inzake werkgelegenheid, economische ontwikkeling, ruimtelijke ordening, huisvesting en mobiliteit. De piste van een stadsgemeenschap moet worden uitgediept. Een herverdeling van de bevoegdheden tussen de 19 gemeenten en het Gewest om een coherenter beleid mogelijk te maken, o.m. inzake mobiliteit, netheid. en parking. Een beleid van (regionale) fiscale herverdeling en een betere financiering van Brussel. 9

1 Marcel Minnée Opvoeding en onderwijs 1.1. Krachtlijnen Opvoeding en onderwijs hebben een centrale plaats in het Brussels Gewest: het recht op onderwijs, die naam waardig, is eerst en vooral één van de peilers van de democratie. Het verwerven van vaardigheden, taalvaardigheden o.a., en van een diploma waarvan de kwaliteit algemeen wordt erkend is bovendien een noodzakelijke voorwaarde om toegang te krijgen tot de talrijke hooggekwalificeerde jobs in Brussel, tot de sterk geïnternationaliseerde economie maar ook tot andere dienstenjobs die minder veeleisend zijn. Brussel is een migratiestad geworden die de overstap moet kunnen maken naar koolstofarmere manier van leven en produceren. Dit vereist de inzet, het talent en de vaardigheden van alle individuen en burgers. Dit vraagt ook de ontplooiing van creativiteit, sociale innovatie en technologie, gekoppeld aan een mentaliteit van respect van de anderen, de wil om samen te werken en een zin voor solidariteit die verder reikt dan de eigen groep of gemeenschap. Daarom zullen Gemeenschappen en Gewesten ook heel wat aandacht hebben voor de scholings- en opvoedingsvoorwaarden van de allerjongsten, zeker in kwetsbare gezinnen (gescheiden gezinnen, nieuw samengestelde gezinnen of gezinnen met een laag inkomen). 10

Hoofdstuk I Opvoeding en onderwijs 1.1.1 Het ACV wenst dat de Franse en Vlaamse Gemeenschap een cultuur- en mediabeleid, die naam waardig, voeren. Kinderen worden immers op al te jonge leeftijd blootgesteld aan gesofistikeerde manipulatietechnieken (Tv, reclame, internet ). Door de stijgende blootstelling aan steeds sneller op mekaar volgende sequenties krijgen heel wat kinderen concentratiestoornissen. Alle aandacht moet uitgaan naar het verrijken van het onderwijsproces. Om de leerkrachten de mogelijkheid te geven hun vak uit te oefenen en de vernieuwing van het onderwijs alle kansen te bieden, verzet het ACV-Brussel zich tegen het ondergeschikt maken van het beleid aan een commerciële cultuurlogica, die nefast is voor de opvoeding. (Concurrentie tussen Tv-stations, videogames, internetsites, enz. zorgen al te vaak voor een nivellering naar beneden, naar de gemakkelijkste oplossing en zijn bovendien gericht op steeds jongere kinderen, die het aankoopgedrag van hun ouders gaan bepalen). Er moet een halt worden toegeroepen aan het gebruik van manipulatietechnieken, voor commerciële doeleinden, bij kinderen. De cultuurindustrie moet daarentegen de verschillende vormen van (individuele en collectieve) intelligentie stimuleren, de kennisvaardigheden en de creativiteit versterken en het kritisch denken aanmoedigen opdat eenieder apart en ook collectief de uitdagingen van de 21 ste eeuw, en die van Brussel in het bijzonder, zou kunnen aangaan. 1.1.2... De strijd voor de democratisering van het onderwijs moet nog steeds worden gevoerd. Kwaliteitsvol onderwijs voor eenieder is essentieel. De problemen van het onderwijs zijn op een aantal vlakken aanzienlijk: schoolfalen, afhaken op school, uitsluiting op school, te weinig investering in het beroepsonderwijs... Er zijn echter ook een aantal schitterende voorbeelden van vooruitgang vast te stellen die als inspiratiebron kunnen dienen: een aantal scholen slaagt erin een klimaat te creëren waarin interculturaliteit goed gedijt; leerlingen worden aangemoedigd om heel wat van mekaar te leren, de school ondersteunt en de schoolresultaten zijn veel beter dan andere. 1.1.3.. Het ACV is er zich van bewust dat de ongelijkheden steeds groter worden en dat de school geen eiland is, en pleit daarom voor een ruime en niet versnipperde benadering: nog voor er aan het onderwijsbeleid wordt gedacht, moet er in de wijken resoluut voor een beleid van sociale mix worden geopteerd, te beginnen met de huisvesting. De basis voor een coherent vormings- en cultuurbeleid, een beleid van sociale samenhang, hulpverlening aan jongeren en wijkcontracten, moet de erkenning zijn van het verlangen van de ouders om hun kinderen te kunnen opvoeden en hen iets aan te leren. Hetzelfde geldt voor wat betreft initiatieven die streven naar constructieve relaties tussen ouders en school, o.m. via activiteiten die voor de ouders zinvol zijn en hen een plaats in de stad geven. 1.1.4... De essentiële rol van het vak van leerkracht moet worden erkend en vertaald in een gevoelige verbetering van de opleiding en van de arbeidsomstandigheden (o.m. die van het werkomgeving). De nodige voorwaarden moeten worden. 11

MEMORANDUM Brussels regionaal comité van het ACV geschapen om leraars te motiveren en in hun beroep een carrière uit te bouwen. Om burn-out te vermijden moeten nieuwe formules worden bestudeerd. Vernieuwende strategieën zijn nodig om het huidige tekort aan leerkrachten op te vangen en de vraag van de jongeren te beantwoorden. Jongeren verwachten volwassen leerkrachten, die naar hen luisteren en hen de passie van het leren bijbrengen en indien nodig terechtwijzen en hen weerstand bieden. Ook de directiefuncties verdienen meer aandacht. 1.2 Eisen aan de overheid Volgens het ACV moet er hoogdringend massaal opnieuw zowel kwalitatief als kwantitatief in het onderwijs worden geïnvesteerd. Naast de aanpak van de huidige onrustwekkende situatie, moet er ook worden ingespeeld op de demografische evoluties in Brussel. 1.2.1... Het ACV eist dat de ministers bevoegd voor cultuur en media van elke gemeenschap zonder al te grote inschikkelijkheid conclusies trekken uit de bestaande studies over de impact van de cultuurindustrie op de leeromstandigheden en de psychische ontwikkeling van de kinderen uit vooral volkse milieus. Concrete maatregelen moeten in het Europese, federale (Raad voor de Reclame) parlement en de parlementen van beide Gemeenschappen bediscussieerd worden. 1.2.2... De absolute voorrang voor kinderdagverblijven, kinderopvanginitiatieven voor peuters, het kleuter-, en basisonderwijs. Dit is de beste overheidsinvestering in de strijd tegen tegen armoede. Omdat kinderen beter uitgerust aan het basisonderwijs kunnen beginnen moeten de voorzieningen: de ouders steunen in hun onvervangbare rol van opvoeders, een deel van hun taken overnemen daar waar er schrijnende opvoedkundige lacunes zijn, het correct aanleren van een van de 2 landstalen mogelijk maken, zowel voor kinderen als voor de ouders die taalmoeilijkheden hebben, en dit vanaf de kleuterschool, de ouders aanmoedigen hun moedertaal aan de kinderen aan te leren. Bovendien moet het debat worden geopend over het regelmatige volgen van onderwijs door kleuters, de participatie van de ouders en het inschakelen van de eigen cultuur in een perspectief van integratie. Niet schoolgaande kleine kinderen moeten terecht kunnen in flexibele kinderopvang in het reguliere circuit. 1.2.3.. De opvangvoorzieningen moeten voor iedereen toegankelijk zijn, het onderwijs gratis en de scholen moeten de wettelijke voorschriften naleven en de reële kosten van een schooljaar (extra kosten vermijden) openbaar maken. 12

Hoofdstuk I Opvoeding en onderwijs 1.2.4... Meer rekening houden met de stedelijke realiteit: het gewest moet voor het onderwijs de coördinatie tussen beide gemeenschappen bevorderen. De Franse Gemeenschap zou meer blijk moeten geven van transparantie. Het Gewest zal er minstens over waken dat de Gemeenschappen, en zeker de Franse, meer rekening houden met de specifieke schoolse realiteiten in Brussel. Voorwaarde is dat we beschikken over studies over de bestaande situatie, wat veronderstelt dat er statistieken voor Brussel moeten worden opgemaakt. Het is belangrijk is dat deze studies worden onderschreven door representatieve onderwijsorganisaties en verenigingen die zich inzetten voor democratisering van de school. Het Gewest moet het initiatief nemen om de beide gemeenschappen samen te brengen en het onderzoek in deze richting aan te moedigen en te sturen. 1.2.5.. Ervoor zorgen dat jongeren meer kansen krijgen (in de strijd tegen het schoolfalen); daarom: Van bij het begin van de schoolloopbaan oog hebben voor de opgelopen achterstand en massaal investeren in ondersteuning op school. Scholen moeten er toe worden aangezet voor al hun leerlingen de achterstand weg te werken in plaats van hen weg te selecteren tijdens de schoolloopbaan, of de problemen naar takenscholen door te schuiven; Het aantal onthaalklassen voor nieuwkomers verhogen; Een klimaat creëren dat zij die achterop raken aanmoedigt en niet stigmatiseert. 1.2.6... Naast de plaats die aan de moedertaal moet worden toegekend (die voor 40% van de Brusselaars niet de onderwijstaal is), moet(en): de door de taalwet verplichte lessen Nederlands in de éde en 3 de graad van het Franstalig basisonderwijs door de Franstalige gemeenschap betaald worden; een begin maken met de vernieuwing van het taalonderwijs in alle scholen (de pedagogische aanpak van de Europese scholen, uitwisselingen tussen jongeren met een verschillend taalgebruik, mobiliteit van de leerkrachten tussen de verschillende gemeenschappen verhogen, taalbaden, samenwerking tussen de verschillende onderwijsniveaus en richtingen). Het meertalig Europees onderwijs kan een inspiratiebron zijn zoals CLIC (Content and Language Integrated Learing), EMILE in het Frans (enseignement d une matière par intégration d une langue étrangère); deze innovaties dienen te worden geëvalueerd en ingevoerd op basis van hun pedagogische efficiëntie en hun democratisch aspect, en niet als instrument van schoolmarketing;.. in alle richtingen van het verplichte onderwijs taallessen zeker in het sterk verwaarloosde beroepsonderwijs; het stimuleren van een meer participatieve leerpedagogie. 1.2.7... Erop toezien dat iedereen de minimale basisvaardigheden heeft aangeleerd. Daarom moet er voor eenieder tot 16 jaar een gemeenschappelijke basis worden ontwikkeld, om te vermijden dat leerlingen in secundaire scholen zich al te vroeg gaan specialiseren. 1.2.8... Kunst en sport opnieuw een structurele plaats geven in de schoolprogramma s; van jongs af aan lessen organiseren waarin de media kritisch worden 13

MEMORANDUM Brussels regionaal comité van het ACV bekeken; een initiatie bieden in de verscheidenheid van vakken en mogelijke plaats in de maatschappij om zo de strijd aan te binden tegen alle mogelijke vooroordelen; 1.2.9... Samen met de betrokken actoren zonder taboe overleggen welke de meest efficiënte maatregelen zijn om de individuele en collectieve negatieve gevolgen te beperken van de hevige concurrentiestrijd tussen de Brusselse scholen. In dit verband de voordelen evalueren van het inschrijvingsbeleid van de twee Gemeenschappen en de voordelen van een onderwijszone die het aanbod kan regelen. Een zo snel mogelijke invoering van een veel sterker gedifferentieerde omkadering, in functie van de leerzorg. Naast bijkomende financiële middelen zal er ook arbitrage nodig zijn om te waken over een redelijke toewijzing van de middelen. 1.2.10... Het voorbeeld volgen van scholen die, ook in heel moeilijke omstandigheden erin slagen een zinvolle pedagogische relatie te ontwikkelen en het niveau van alle leerlingen op te trekken. Het komt erop aan een goed inzicht te krijgen in de manier waarop ze succes halen en er de nodige lessen uit te trekken. Bijzondere aandacht zal uitgaan naar ervaringen met de Brede School die o.m. in Kuregem loopt (school gekoppeld aan zijn omgeving) en naar een succesvolle koppeling aan het beleid inzake sociale cohesie. Daar waar de school in tegendeel als een negatieve plaats wordt ervaren, takenscholen de kans geven zich aan te dienen als een verschillende plaats, waar een achterstand kan worden ingelopen en die de ouders stimuleert om zelf in te grijpen. 1.2.11... Pilootprojecten voor samenwerking tussen scholen uit verschillende netten en Gemeenschappen ondersteunen (terbeschikkingstelling van klassen, materiaal, of zelfs uitwisseling van leerkrachten onderwijsaanbod). 1.2.12... De ontwikkeling ondersteunen van het beroepsonderwijs in het BHG, o.m. via een oproep tot en steun aan de ondernemingen bij de opvang van jongeren uit het deeltijds onderwijs en stagiaires uit het technische en beroepsonderwijs. De voorwaarden moeten ook worden geschapen om de betrokken actoren de kans te geven het Nederlandstalige beroepsonderwijs in Brussel opnieuw een op de kaart te zetten, o.m. via een hogere subsidie per leerling. 1.2.13... Prioriteit geven aan een kritische analyse van de verschillende pedagogische concepten binnen de Franse en de Vlaamse Gemeenschap en aan de middelen om te evolueren naar een meer rechtvaardig en kwaliteitsvoller onderwijs, dit op basis van een dialoog tussen de administraties, de professionals uit de kinderzorg, de onderwijsvakbonden en de andere onderwijsverenigingen, de verschillende jeugddiensten uit beide gemeenschappen (hulpverlening aan jongeren, enz.), de verenigingen of professionals begeleiders van jongeren in de gevangenis, en de academische wereld... Vervolgens ernstig werk maken van een betere lerarenopleiding. 1.2.14... Om meer kandidaten aan te trekken in de strijd tegen het leerkrachtentekort dat vooral probleemscholen treft:.. de werkomstandigheden dringend gevoelig verbeteren; 14

Hoofdstuk I Opvoeding en onderwijs opvang, begeleiding, opleiding, informatie en steun voorzien voor jonge leerkrachten; schooldirecties opleiden en bijstaan in hun rol als verdediger van de instelling en de plaats van de leerkracht t.o.v. de leerlingen en ouders; in geval van misbruik van deze laatste. 1.2.15... Doorstromingsprogramma s mogelijk maken waardoor personen met heel wat levens- en/of werkervaring makkelijker leerkracht kunnen worden, na de vereiste pedagogische kwalificaties te hebben behaald. 1.2.16... Alle onderwijsvoorzieningen, ongeacht hun voogdijoverheid op het Brussels grondgebied voldoende en eerlijk financieren, via gemeenschappelijke structuren en het gezamenlijk beheer van de middelen. 1.2.17 De inrichtende machten professioneler maken 1.2.18 De diversiteitsplannen bij aanwerving van leerkrachten in de scholen bevorderen. 1.2.19... De integratie van kinderen met een handicap in het gewone onderwijs vergemakkelijken en die inschrijving in het bijzondere onderwijs niet als een voor de hand liggende oplossing beschouwen door de nodige aanpassingsmaatregelen te nemen. 1.3. ons engagement 1.3.1..Met de deelorganisaties van ACW en MOC meer aandacht aan de 2 gemeenschappen vragen voor de gevolgen van de commerciële logica in de media, die zij mee beheren. 1.3.2... Het Verbond en de beroepscentrales wijzen op de positieve impact op de opvoeding van de kinderen (en onrechtstreeks de werkomstandigheden van de leerkrachten) van de eisen van de ACV Vrouwen en Femmes CSC om het gezinsleven en de professionele loopbaan te verzoenen samen met het concept van gezinsvriendelijke onderneming. 1.3.3... Studie en debat aanmoedigen over een gelijke toegang tot de bestaande wettelijke maatregelen en over elk akkoord dat gezin en professioneel leven kan verzoenen. 1.3.4... Via de vakbondspers beroep doen op het gezond verstand om de overgang naar een succesvolle school te ondersteunen.. 1.3.5... Een werkgroep oprichten met de beroepscentrales over de haalbaarheidsvoorwaarden om mannen en vrouwen uit hun onderneming met goede technische vaardigheden, die gemotiveerd zijn om in de school te investeren, te detacheren. Het spreekt vanzelf dat de gepaste kwalificaties verworven moeten zijn. De vertraging van de huidige conjunctuur is bijzonder gunstig voor dat soort initiatieven. Op die manier zou men kunnen vermijden dat andere werknemers in de werkloosheid verzeild raken. 15

2 Economische ontwikkeling 2.1. Krachtlijnen Het door het Gewest gevoerde beleid economische ontwikkelingsbeleid zal er zich vooral op richten de Brusselaars rechtstreeks van de ontwikkeling te laten profiteren, veeleer dan te speculeren op indirecte, geïnduceerde effecten, of het zogenaamde trickle-down -effect. Om dit te realiseren baseert het Gewest zich op een realistische manier op de troeven, de behoeften en eigenheden van haar inwoners en werknemers, veeleer dan op het invoeren van haastig in mekaar gestoken kant-en-klare recepten. De strijd tegen de Brusselse werkloosheid moet het hoofddoel van de economische ontwikkeling zijn. Dit moet in samenwerking, en dus best niet in concurrentie met beide andere Gewesten van het land gebeuren. 16 2.1.1... Het ACV-Brussel spreekt zich uit ten voordele van een ondersteuningsbeleid voor sectoren die het meeste banen scheppen voor laaggeschoolde bewoners van het Brussels Gewest: de tertiaire sector voor buurtdiesten (gezinshulp, kinderopvang, huiswerkklassen, sociale dienstverlening ), de agroalimentaire sector, de kledingsector, de horeca, de bouwsector, de cultuursector, enz. die verhoudingsgewijs meer Brusselaars in dienst nemen dan andere sectoren. Deze sector speelt op uitgesproken wijze in op de behoeften in termen van sociale samenhang, het verzoenen van beroeps- en privé-leven, enz. Het welslagen van zo n beleid is uiteraard afhankelijk van een strengere aanpak van zwartwerk en een verbetering van de arbeidsvoorwaarden in deze sectoren. Deze strengere aanpak

Hoofdstuk 2 Economische ontwikkeling zal zich inschrijven in een ruimer begeleidingsplan om de informele economische activiteiten en sectoren in het formele economische circuit onder te brengen. 2.1.2... Het ACV-Brussel is tevens voorstander van een verhoging van de economische activiteit binnen de meest beloftevolle en toekomstgerichte milieusectoren. Een bijzondere aandacht moet uitgaan naar de ecobouw omdat deze een antwoord biedt aan dringende noden van huisvesting, ruimtelijke ordening en duurzaamheid van de stad. Ecobouw zorgt met niet-delocaliseerbare jobs voor een lagere energiekost voor de gezinnen, zowel financieel als voor het milieu-billan. 2.1.3... Binnen al deze sectoren moet de sociale economie worden ondersteund, niet enkel om de beroepsinschakeling te verhogen maar tevens als motor van een alternatief en waardevol economisch project. De andere economische aanpak mag niet beperkt blijven tot de sector van de inschakeling maar moet tevens worden aangemoedigd voor de traditionele economische activiteiten. De sociale non-profit-economie is in Brussel momenteel echter onderontwikkeld en geen motor voor een andere economie. De sociale economie moet de komende jaren dus bij voorrang, maar niet alleen, in de non-profit sector worden ontwikkeld. 2.1.4... Het ACV kiest uitgesproken voor een beleid ter ondersteuning van het economisch en commercieel netwerk van de stad, voor buurthandel en het korte circuit (naar het model van Atrium), eerder dan megalomane projecten, gebaseerd op een voorbijgestreefd stadsconcept, al is het maar in termen van mobiliteit (cfr. Internationaal Ontwikkelingsplan). 2.1.5... In plaats van de internationale financiële stromen en de concurrentie van regio s tegen mekaar, wenst het ACV-Brussel het internationalisme van de solidariteit en persoonlijke banden, die ondermeer de migrantengemeen-schappen in Brussel met hun landen van herkomst,, waaronder heel wat groeilanden, verenigen. Brussel moet economisch voordeel kunnen halen uit de nauwe economische banden met deze landen welke in de toekomst steeds belangrijkere handelspartners zullen worden 2.1.6... Het invoeren van een echt samenwerkingsfederalisme waarbinnen de rol van het Brussels Gewest als economische motor wordt erkend en versterkt via een reeks samenwerkingsakkoorden met beide andere Gewesten. Plaatselijk, via het opstarten van overleg en concrete projecten met de gemeenten uit het economisch hinterland, gericht op solidariteit en veel minder op concurrentie. Het welslagen daarvan is afhankelijk van de erkenning door de partners van de specifieke moeilijkheden waarmee het Brussels Gewest te kampen heeft. 2.2. Eisen aan de overheid Het ACV-Brussel vraagt overheiddat de overheid een groot aantal nieuwe acties lanceert, waaronder: 17

MEMORANDUM Brussels regionaal comité van het ACV 2.2.1... Het opstellen van een nieuw GewOP (Gewestelijk Ontwikkelingsplan) dat een onderscheid maakt tussen de verschillende functies van de stad en de belangen die er zijn vertegenwoordigd. 2.2.2... Het uitbreiden van de projecten inzake sociale economie die onder de huidige legislatuur zijn opgestart ordonnantie IB (Inschakelingbedrijven) en PIOW (plaatselijke initiatieven voor de ontwikkeling van de werkgelegenheid) waarvan het potentieel nog niet volledig is gebruikt en het voeren van een beleid ter ondersteuning van het ondernemerschap van migranten, gebaseerd op dat op een positieve visie van de Brusselse diversiteit. De bestaande voorzieningen voor sociale economie moeten niet alleen versterkt worden, ook naar nieuwe soorten activiteiten worden uitgebreid. 2.2.3... Dit vertrouwen in de endogene ontwikkeling kan gepaard gaan met het opnemen van een economisch luik in de Wijkcontracten. Concreet zou het hier kunnen gaan om de ondersteuning van lokale restaurantactiviteiten die aan de sociale samenhang binnen de buurt werken, door het gebruik van kwaliteitsvolle lokale producten en door kansen te bieden aan kleine restauranthouders die het slachtoffer zijn van de crisis. 2.2.4... Het ontwikkelen van een Globaal plan, gericht op duurzame economische investeringen: ecobouw, duurzame renovatie, nieuwe groene technologieën, enz. Dit Plan moet zowel het wetenschappelijke onderzoek, als de ondersteuning van innoverende bedrijven omvatten, of de opleiding van werknemers en het sensibiliseren van de consumenten. 2.2.5... Het versterken van de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Gewest, die zoals bekend veel zwakker staat dan zijn Waalse en Vlaamse tegenhanger. Deze raad zal een aantal nieuwe uitdagingen moeten aanpakken, o.m. in het raam van de vermoedelijke regionalisering van een reeks bevoegdheden. 2.2.6... Een echte erkenning van het Brussels Gewest, van haar statuut van meervoudige hoofdstad en de daarmee samenhangende financierings-noodzaak: gaat gepaard met een herfinanciering van de Belirisakkoorden (momenteel 125 miljoen euro per jaar). Een verhoging van deze fondsen moet belangrijker zijn dan wat momenteel is voorzien in het «eerste pakket» van de staatshervorming. Uit de herkenning volgt ook een herziening van de financiering van de nodige investeringen waar zowel de pendelaars als de Brusselse inwoners van profiteren. 2.2.7... Een objectivering van de kost van het gebruik van Brusselse openbare diensten en infrastructuren (zoals bv.wegen, openbaar vervoer enz ) door personen die buiten het Gewest wonen met zich meebrengt volgens sommige schattingen bedragen die 500 miljoen euro. Wij wensen het invoeren van een mechanisme dat dit verschil financieel bijpast. 2.2.8... Het opgeven van het dogma van een verlaging van de belastingen, zo typisch voor de vorige legislatuur, dat het Gewest kwetsbaar heeft gemaakt omdat het 18

Hoofdstuk 2 Economische ontwikkeling te afhankelijk werd van de fiscale inkomsten uit het vastgoed. Er moet worden toegezien op een grotere stabiliteit en voorspelbaarheid van de gewestelijke inkomsten. De solidariteit tussen rijke en arme gemeenten moet verhogen. 2.2.9 Het meten van de impact in termen van mobiliteit van eender welk project van economische ontwikkeling en voorrang geven aan ontwikkelingsplannen die zijn gericht op zones voor zachte mobiliteit, zoals de Haven van Brussel. 2.3. ONS engagement Het ACV-Brussel wenst mee te werken aan het bereiken van die doelstellingen en verbindt zich tot het volgende : 2.3.1... Het in de praktijk omzetten van dat waar het op hamert inzake interregionale samenwerking, ook binnen haar eigen geledingen de samenwerking versterken tussen het Brussels Regionaal Comité enerzijds en het Waalse en Vlaamse Regionaal Comité anderzijds. De samenwerking versterken met de buurfederaties. Ook binnen de verschillende advies- en/of besluitvormings-organen, waar het ACV vertegenwoordigd is verbinden wij ons tot samenwerking. Gelijktijdig met de interregionale samenwerking zal het Brusselse ACV ook ontmoetingen met de federaties uit Antwerpen, Gent, Luik en Charleroi over stadsontwikkeling kunnen organiseren. 2.3.2... Op een proactieve en dynamische manier deelnemen aan de werkzaamheden van de ESBHG, o.m. door de Raad aan te moedigen op eigen initiatief advies te geven, voor de overheid erom vraagt. 2.3.3... Binnen de eigen werkgroepen voorrang geven aan het overleg inzake ontwikkeling van de sociale economie (ook in nieuwe sectoren), zich daarvoor baseren op de expertise vergaard door de vele verenigingen, waar het ACV-Brussel een nauwe band mee heeft. 2.3.4... Tot een zo breed mogelijke consensus komen over een aantal prioriteiten (o.m. via de Staten-Generaal voor Brussel) welke dan systematisch een toepassing krijgen in de verschillende beheerscomités of bestuursraden waar het ACV is vertegenwoordigd: ABE, Actiris, BNCTO, Bruxelles Formation, CCFEE, GOMB, enz. 2.3.5... Haar werknemers en militanten verenigen in economische projecten om de werkgelegenheid van de Brusselaars te bevorderen, naar het voorbeeld van wat het heeft gerealiseerd met de kaderovereenkomst over jongerenbanen. 2.3.6... In samenwerking met de centrales in Brussels een observatorium, van de gewestelijke troeven en gebreken per sector, op richten. 19