Protocol Doubleren 1
Protocol: Doubleren. Inleiding Bij Basisschool Aventurijn kan het voorkomen dat kinderen niet altijd goed presteren. Er zijn situaties waardoor kinderen niet kunnen overgaan maar dat ze moeten doubleren cq. zittenblijven. De school heeft tot taak het onderwijs zodanig in te richten dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. Het onderwijs moet door de school worden afgestemd op de voortgang van de ontwikkeling van de leerlingen. Het onderwijs richt zich daarbij in elk geval op de emotionele en verstandelijke ontwikkeling, op het ontwikkelen van creativiteit, op het verwerven van noodzakelijke kennis en sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden. Doubleren komt in principe alleen voor in groep 1 t/m 4 en indien mogelijk in een zo vroeg mogelijk stadium. Slechts in bijzondere omstandigheden kan doubleren in hogere groepen worden besproken. Dit kan bijvoorbeeld door langdurige ziekte, gezinsomstandigheden, meertalige problemen, sociaal-emotionele problemen etc. Voor basisschool Aventurijn zijn de leertijd en ontwikkeltijd twee belangrijke aspecten die direct van invloed zijn voor de voortgang van een kind. Leertijd is de tijd die een kind nodig heeft om zich bepaalde kennis of vaardigheden eigen te maken. Binnen het systeem van de school moet een kind in een bepaalde leertijd een bepaalde hoeveelheid kennis en vaardigheden verwerven. Er zijn kinderen waarvoor die leertijd te kort is, maar er zijn kinderen waarvoor die leertijd van een jaar te lang is. Er zijn kinderen die gebaat zijn bij ontwikkelingsgericht onderwijs, anderen hebben meer aan ontdekkend onderwijs en er zijn kinderen die om sturend onderwijs vragen. Dat betekent dat er in de ontwikkeling van kinderen twee aspecten een rol spelen, de leertijd en de wijze van leren. Sommige kinderen verwerven de kennis en vaardigheden op andere wijzen, doen daar langer of korter over. Er zijn ook kinderen die in één leerjaar meer kunnen leren dan andere kinderen. Deze (begaafde) leerlingen krijgen extra verdiepingsstof. In dat geval kan er sprake zijn van verkorte/versnelde leertijd. Doel Het is belangrijk dat ouders/verzorgers weten hoe basisschool Aventurijn omgaat met doubleren. Niet iedere school denkt hetzelfde over doubleren. Met dit protocol wilt Aventurijn duidelijk aangeven aan de leerkrachten wat de stappen en afspraken binnen de school zijn bij het doubleren van kinderen en wat voor maatregelen er getroffen worden. Begripsomschrijving Doubleren (zittenblijven) is het moeten overdoen van een schooljaar. De reden hiervoor is meestal dat de leerling naar de mening van de school de in het afgelopen schooljaar gedoceerde kennis en vaardigheden onvoldoende meester is. 2
Wie is er verantwoordelijk? - De groepsleerkracht heeft primair de verantwoordelijkheid over de vorderingen van de leerling; - De ouders van de kinderen zijn verantwoordelijk voor de ondersteuning in hun leerontwikkeling en daarbij de nodige hulp te bieden; - De directeur van de school moet de voortgang van het kind controleren. Vordering leerlingen De groepsleerkracht die een primaire functie vervult bij de vorderingen van de leerlingen, heeft hiervoor de volgende instrumenten ter beschikking: De resultaten van het dagelijkse werk/functioneren in de klas; De resultaten van de CITO-LOVS toetsen; De resultaten van methodegebonden toetsen; De resultaten van overige toetsen; Gepleegde observaties met name op het gebied van sociaal-emotionele ontwikkeling (werkhouding, inzet, motivatie, interesse). Als de leerkracht op grond van bovenstaande instrumenten constateert dat een leerling niet op voldoende niveau functioneert, gaat de leerkracht aan de slag met een individueel handelingsplan in de groep, daar waarop het kind uitvalt voor taal/lezen, rekenen. Deze handelingsplannen worden door de leerkracht opgesteld in overleg met de IBer Het kan zo zijn dat sommige kinderen meer leertijd, meer instructie, meer oefeningen en/of meer herhalingen nodig hebben. Het kan betekenen dat een kind een jaar langer in dezelfde groep moet blijven omdat één of meerdere van bovenstaande voorbeelden van toepassing zijn. Kinderen mogen doubleren, indien het maar functioneel zittenblijven is; doorgaan vanaf wat je al beheerst. Dat is aanbieden van verlengde leertijd. Als men deze kinderen door zou laten gaan, bereikt het uiteindelijk in groep 8 een lager niveau dan als men het wat meer leertijd zou hebben gegeven. Verlengde leertijd is dan zinvol. Het levert dan juist een positieve bijdrage. Een kind verlaat de school met een zo hoog mogelijk ontwikkelingsniveau. Als na herhaalde evaluatie blijkt dat de inspanningen onvoldoende tot succes leiden, vult de groepsleerkracht een aanmeldingsformulier in ten behoeve van de IBer en de onderwijsbegeleidingsdienst (EDUX). Hiervan worden de ouders op de hoogte gehouden middels een gesprek. We spreken over kinderen met de volgende kenmerken: - Kinderen die sociaal emotioneel achterstand hebben, geen stoornis hebben; - Kinderen met grote achterstand op cognitief gebied, geen leerstoornis hebben; - Kinderen met leerstoornissen; - Kinderen met gedragstoornissen. 3
Zorg van leerlingen Nadat de aanmelding is gedaan bij het zorgteam, zal het zorgteam verdere maatregelen nemen. Het zorgteam beoordeelt hoe de zorg verder gaat. De volgende opties zijn hierbij mogelijk: De I.B. stelt in overleg met de leerkracht een handelingsplan op dat in de groep door de leerkracht wordt uitgevoerd; De I.B. stelt in overleg met de leerkracht een handelingsplan op dat buiten de groep door de I.B. en in de groep door de leerkracht wordt uitgevoerd; Indien men tot de conclusie komt dat men intern geen adequate hulp meer kan bieden, wordt externe hulp ingeschakeld, middels consultatie, onderwijsbegeleidingsdienst en Preventieve Ambulante Begeleiding (PAB). De leerkracht blijft primair verantwoordelijk voor de leerling. Gesprekken worden steeds in bijzijn van de leerkracht gevoerd. Als naar voren komt dat doubleren een optie zou kunnen zijn, dan wordt dit met de ouders besproken. Doubleren dient minimaal drie maanden voor het einde van het schooljaar (maart- april) voor de eerste keer met de ouders besproken te zijn. Voordat dit gesprek plaatsvindt hebben IB- er en groepsleerkracht overleg gehad. Tijdens dit overleg wordt een vragenlijst doorgenomen. Het eindgesprek over doubleren vindt plaats minimaal één maand voor de uitreiking van het laatste rapport. Hierbij zijn aanwezig de groepsleerkracht, IB- er en de ouders. Opmerking [LvA1]: Bespreken in maart/april Opmerking [LvA2]: En de ouders? Wie bepaalt of het kind blijft zitten of overgaat naar de volgende groep? 1 In de onderwijswetgeving zijn geen voorschriften voor scholen opgenomen over het bevorderen of laten doubleren van leerlingen. Dergelijke beslissingen vallen onder de beleidsvrijheid van scholen. Dit betekent voor onze school dat de school beslist of het kind overgaat naar een volgend leerjaar, het niveau en of er eventueel gedoubleerd wordt. Basisscholen bepalen zelf de regels voor het laten overgaan van een kind naar een volgende groep. Ouders kunnen wel aangeven welke wensen zij hebben, maar de school neemt uiteindelijk de beslissing. Als de ouder het niet eens is met de beslissing, kan men volgens de klachtenprocedure van de school bezwaar maken. De basisschool moet zorgen voor een ononderbroken ontwikkeling van het kind. Daarbij houdt de school rekening met de voortgang van het kind. De school vermijdt doubleren dan ook zo veel mogelijk. Het kind zal alleen blijven zitten als de leerresultaten en ontwikkeling opvallend achterblijven bij die van de meeste klasgenoten en de school hier nog geen oplossing voor heeft gevonden. Als een kind doubleert is er de mogelijkheid om na groep 7 door te stromen naar het voortgezet onderwijs. 1 www.postbus51.nl/nl/home/themas/onderwijs/basisonderwijs 4
CONCEPT! Vragenlijst: Mogelijke aandachtspunten m.b.t. een overgang Algemeen: - We moeten zorgen voor een continue ontwikkeling! - Doubleren is eerder uitzondering dan regel! (zie protocol Doubleren. - In principe alleen t/m vierde leerjaar! - Positieve verwachtingen! (doubleren heeft meerwaarde) (Formulier graag digitaal invullen a.u.b.) 01. Uitval: O Over de gehele linie. O Bepaalde gebieden: lezen, spelling, rekenen, zaakvakken, sociaal emotioneel. 02. Aard van de uitval: O Fundamenteel en/of structureel. O Steeds net te langzaam; steeds net een achterstand. O Specifiek terrein: 03. Voorgaande jaren: O Ook toen al twijfels. O Toen nog niet. 04. Plezier in schoolbezoek: O Gaat graag naar school omdat: O Gaat niet graag naar school omdat: 05. Motivatie / inzet t.a.v. leerstof : O Groot O Normaal O Klein 06. Wil de lln. alles graag zelf doen/oplossen: O Ja O Nee O Soms 07. Werktempo: O Hoog O Normaal O Laag wat betreft opdrachten verwerken reageren vertellen 08. Capaciteiten: O Heb ik wel zicht op omdat: O Heb ik geen zicht op omdat: 5
O Weet niet. O Indien extern onderzoek is afgenomen: Verbaal: Performaal: TIQ: Aangegeven begeleidingstips: 09. Wat kun je zeggen van: Werkhouding: Werkaanpak: Opgavenbegrip: Concentratie: 10. Hoe is het contact met leeftijdsgenoten: 11. Hoe ligt de leerling in de groep: 12. Hoe schat je de sociaal-emotionele ontwikkeling in: O Hoger dan leeftijdsgroep omdat O Lager dan leeftijdsgroep omdat 13. Specifieke schoolomstandigheden: Klassenmanagement: Groepsgrootte: Sociale structuur van de groep: Aantal zorgleerlingen: Welke leerkracht: Extra faciliteiten: Specifieke omstandigheden: Grootte (postuur): Overig: 14. Beschermende factoren van deze leerling zijn: Hij/zij kan goed: 15. Opgesteld door: d.d.: 16. Uitgeprint en ondertekend door: Leerkracht(en): 6