Ministerie van Economische Zaken

Vergelijkbare documenten
Besluit. Petrogas E&P Netherlands B.V. Laan van Zuid Hoorn DE RIJSWIJK. Datum 17 mei 2018 Betreft Wnb-vergunning; Boring A18-A05; Doggersbank

Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedseikwaliteit

In dit besluit vindt u de inhoudelijke overwegingen die eraan ten grondslag liggen. De aanvraag en de bijlagen maken onderdeel uit van dit besluit.

Datum 4 juli Betreft Wnb-vergunning; NOV-experiment; uitbreiding Windgat; Oosterschelde

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

Voorschriften en beperkingen

Besluit. Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur T.a.v. Postbus AC Yerseke

Procedureel De aanvraag voor de onderhavige vergunning werd gedaan bij het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie (hierna: EL&I).

Voorschriften en beperkingen

Datum 1 september 2017 Betreft Wet natuurbescherming; vergunning; baggeren Kanaal van Gent naar Terneuzen en verspreiden bagger in Westerschelde

Datum 12 februari 2019 Betreft Vergunning Wet natuurbescherming mosselimporten uit "River Dee", Verenigd Koninkrijk

Voorschriften en beperkingen

Besluit. Vermilion Energy Netherlands B.V. T.a.v. Postbus AB Harlingen

Overwegingen bij definitief besluit vergunning Wet natuurbescherming project Stroomlijn fase 3, tranche 7, perceel 1 en 2

Besluit. Gasunie Transport Services B.V. Datum Wnb; vergunning; werkzaamheden GOS Eerbeek; Veluwe. Geachte,

Voorschriften en beperkingen

Besluit. Nederlandse Vissersbond U.A. T.a.v de heer Postbus AB Emmeloord

Bouwcombinatie Krinkels-CSO t.a.v. mevrouw Postbus CA Bunnik

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Besluit. Coöperatieve Producentenorganisatie Nederlandse vissersbond U.A.

Kroondomein Het Loo t.a.v. p/a Econsultancy Fabriekstraat 19c 7000AP Doetinchem

Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

Staatsbosbeheer t.a.v. de heer drs. C.J. Kalden Postbus BH DRIEBERGEN

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Overwegingen; Snelheidsverhoging traject Naarden- Bussum; Naardermeer 1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER...

Op 14 oktober 2010 ontving ik uw aanvraag. Bij brief van 20 oktober 2010 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Besluit. TenneT TSO BV. Postbus AS Arnhem

> Retouradres Postbus EK Den Haag Directoraat-generaal Agro en Natuur Directie Natuur en Biodiversiteit

Staatsbosbeheer. Postbus BH DRIEBERGEN. Datum 15 november 2012 Betreft Vergunning Nb-wet 1998; project stroomlijn; Beuningse Waarden

Procedureel. Rijkswaterstaat Projecten T.a.v. ir. A.W. Velema Programma Ruimte voor de Rivier Postbus ED ARNHEM

Staatsbosbeheer t.a.v. de heer C.J. Kalden Postbus BH DRIEBERGEN

Wnb; overwegingen vergunning; seismisch onderzoek Lemsterland; Rottige Meenthe & Brandemeer en Weerribben.

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

Datum 9 april 2018 Betreft Wnb; meerjarige vergunning; mosselzaadvisserijen Waddenzee 2018 t/m 2020

Ministerie van Infrastructuur en Milieu Programmadirectie Ruimte voor de Rivier t.a.v. de heer ir. Postbus MC Utrecht

Op 4 augustus 2010 ontving ik uw aanvraag. Bij brief van 9 augustus 2010, (kenmerk: DRZZ/ ) heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Overwegingen definitief besluit Wet natuurbescherming project Stroomlijn Nederrijn en Lek, spoor 6

Ministerie van Economisclie Zaken

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

Bij besluit Wet natuurbescherming Project Peilbesluit IJsselmeergebied 1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER...

Aanvulling PB Vossemeer deel A

Besluit. Ministerie van Economische Zaken. Tennet TSO B.V. T.a.v. de heer Postbus AS ARNHEM. Geachte heer

Ministerie van Economische Zaken

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Datum 6 november 2018 Betreft Wnb; vooroeversuppletie Den Helder; Duinen Den Helder-Callantsoog

Op 14 oktober 2010 ontving ik uw aanvraag. Bij brief van 20 oktober 2010 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

Uw aanvraag is op 12 mei 2010 door mij ontvangen. Bij brief van 2 juni 2010 (kenmerk: DRZZ/ ) heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Ministerie van Economische Zaken

Rijkswaterstaat Maaswerken t.a.v. Postbus NB Maastricht. Geachte,

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

Procedureel Uw aanvraag is op 18 december 2009 door mij ontvangen. Bij brief van 18 december 2009 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

De wijziging betreft een verlenging van de periode dat werkzaamheden worden uitgevoerd.

Procedureel. Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum /IMA 0511 DRZZ /MT onderwerp doorkiesnummer bijlagen

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Vergunning Nb-wet 1998; Project Stroomlijn; Cortenoever

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Wnb; overwegingen vergunning; Bochtafsnijding vloedgeul vaarverbinding Holwerd Ameland; Waddenzee

Datum 21 maart 2012 Betreft Natuurbeschermingswet 1998; vergunning; exploitatie MZI's; Waddenzee

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Datum 26 november 2009 Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij

Nederlandse Vissersbond T.a.v. de heer J.K. Nooitgedagt Postbus AB EMMELOORD

Overwegingen bij besluit vergunning Wet natuurbescherming project TO-meting monitoring pilotsuppletie Amelander Zeegat

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

Ministerie van Economische Zaken

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (Wnb)

Datum 26 november 2009 Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij. Geachte heer,

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer:

RUD de heer DJ. Slobbe Wnb Vergunning artikel 2.7, tweede lid Wagenweg 1, Katwoude

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

DRZZ/

Over uw verzoek om een vergunning ingevolge de Natuurbeschermingswet 1998 berichten wij u als volgt. Procedureel

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum DRZZ /GV onderwerp doorkiesnummer bijlagen

Verzenddatum Bijlagen Uw kenmerk Ons kenmerk 31 juli

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

Verzenddatum Bijlagen Uw kenmerk Ons kenmerk 9 augustus z

Ministerie van Economische Zaken

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 28 april DRZ/07/3012/FB/HG onderwerp doorkiesnummer bijlagen

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

Rijkswaterstaat Noord-Nederland De heer W.J. Adema Postbus JH LEEUWARDEN

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Ministerie van l2ndbouw, Natuur en Voedseikwaliteit. Rijksvastgoedbednjf -t Jtu ir ri f3o.5rse. Hoofd Sectie Omgevingsmanagement Sezoekadres

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Verzenddatum Bijlagen Uw kenmerk Ons kenmerk 7 augustus

Transcriptie:

Ministerie van Economische Zaken > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Vries & van de Wiel B.V. Datum Betreft Wet natuurbescherming; zandwinning, verdieping en verbreding vaargeul Vossemeren Directoraat-generaal Agro en Directie en Biodiversiteit Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Factuuradres Postbus 16180 2500 BD Den Haag Overheidsidentificatienr 00000001003214369000 T 070 379 8911 (algemeen) www,rijksoverheid.nh/ez Ons kenmerk DGAN-NB / 17062085 Uw kenmerk Op 18 november 2016 vraagt u een verlenging aan van de Nb-wet vergunning 930399 Vossemeer deel A op grond van artikel 19d van de Bijlage(n) beschermingswet 1998 voor zandwinning, verbreding en verdieping van de vaargeul in het Natura 2000-gebied Ketelmeer & Vossemeer. Per 1 januari 2017 is de Wet natuurbescherming (hierna: Wnb) in werking getreden. Ik beschouw daarom uw aanvraag, op grond van artikel 9.10, eerste lid, van de Wnb als een aanvraag voor een vergunning Wet bescherming op grond van artikel 2.7, lid 2, van de Wnb. U heeft uw aanvraag ingediend bij de provincie Flevoland. Op 22 december 2016 heeft de provincie Flevoland, gelet op art. 2:3 lid 1, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), de stukken doorgezonden naar het juiste bevoegde gezag, te weten het ministerie van Economische Zaken. Ik verleen hierbij vergunning voor het project zandwinning, verbreding en verdieping vaargëul Vossemeren in relatie tot de Natura-2000 gebied Ketelmeer & Vossemeer, deelgebied A. Voor een weergave van de inhoud van de aanvraag en de relevante wet- en regelgeving alsmede het van toepassing zijnde beleid verwijs ik naar de bijlage bij dit besluit. In dezelfde bijlage treft u voorts mijn inhoudelijke overwegingen die aan dit besluit ten grondslag liggen aan. De aanvraag van 18 november 2016, de Passende beoordeling van Tauw d.d. 31 oktober 2016 (projectnummer 1241894) en aanvulling van Tauw d.d. 10 maart 2017 (projectnummer I001-1248970A1H- Vol), twee achtergrondrapporten van Deltares met kenmerk 1208460-000 en 1220138-009 en de AERIUS berekening d.d. 24 oktober 2016 kenmerk RthGaqjgkiY9 maken onderdeel uit van dit besluit. Voorschriften en beperkingen Ter bescherming van de in het Natura 2000-gebied Ketelmeer &Vossemeer aanwezige beschermde natuurwaarden, verbind ik aan deze vergunning de volgende voorschriften en beperkingen. Algemeen Pagina 1. van 6

Directie en Biodiversiteit Ons kenmerk DGAN-NB / 17062085 1. Deze vergunning staat op naam van de Vries & van de Wiel B.V. (hierna vergunninghouder) (of diens rechtsopvolger). 2. Deze vergunning wordt uitsluitend gebruikt door (medewerkers van) de vergunninghouder of aantoonbaar in opdracht van de vergunninghouder handelende (rechts)personen. De vergunninghouder blijft daarbij verantwoordelijk voor de juiste naleving van deze vergunning. 3. De in voorschrift 2 genoemde (rechts)personen beschikken op de plaats waar de vergunde activiteit wordt uitgevoerd over een kopie van deze beschikking, inclusief alle daarbij behorende bijlagen. 4. De in voorschrift 2 genoemde (rechts)personen zijn aantoonbaar op de hoogte van de inhoud en het doel van deze voorschriften en beperkingen, zodanig dat zij daar ook invulling en uitvoering aan kunnen geven. 5. Het tijdstip waarop de vergunde activiteit daadwerkelijk wordt gestart, wordt minimaal vier weken voor de aanvang ervan gemeld aan de Staatssecretaris van Economische Zaken ter attentie van het Team vergunningen (hierna: het bevoegd gezag). 6. De vergunde activiteit wordt overeenkomstig de ingediende aanvraag en bijbehorende passende beoordeling uitgevoerd, met inachtneming van de aan deze vergunning verbonden voorschriften en beperkingen. Bij eventuele strijdigheid van de aanvraag en/of passende beoordeling met de voorschriften en beperkingen in onderhavige vergunning, prevaleren deze laatste. 7. Bij een opgetreden incident wordt onverwijld melding over de aard en omvang van het incident gedaan aan het bevoegd gezag onder overlegging van alle relevante gegevens. Onder incident wordt in dit verband verstaan een onvoorziene gebeurtenis waardoor schade aan de natuurlijke kenmerken in het betrokken beschermde gebied is of kan worden toegebracht (bijvoorbeeld wanneer onbedoeld vrijgekomen schadelijke stoffen een habitattype of habitat- of vogelsoort bedreigen.) 8. Bij een opgetreden incident is de vergunninghouder verplicht eventuele verontreinigingen zo mogelijk direct te laten verwijderen en de eventueel opgetreden schade voor zover mogelijk te herstellen, zulks ter beoordeling van het bevoegd gezag. 9. Alle door of namens het bevoegd gezag te geven aanwijzingen en/of uitvoeringsbepalingen worden binnen de in de aanwijzing bepaalde termijn opgevolgd. 10. Zodra de werkzaamheden met betrekking tot de vergunde activiteit feitelijk zijn beëindigd, wordt dit uiterlijk binnen een week bij het bevoegd gezag gemeld. 11. Alle correspondentie uit hoofde van deze vergunning kan per reguliere post of per e-mail (wetnatuurbescherming@minez.nl) worden gedaan. Nadere inhoudelijke voorschriften 12. De werkzaamheden met betrekking tot de zandwinning, verbreding en verdieping in het Vossemeer deelgebied A worden in een aaneengesloten traject uitgevoerd ter voorkoming van het ontstaan van diepe gaten verspreid over de vaargeul. De zandwinning, verbreding en verdieping van de vaargeul Pagina 2 van 6

Directie en Biodiversiteit Ons kenmerk DGAN-NB / 17062085 24. Ter invulling van de voorschriften 12 tot en met 23 wordt minimaal vier weken voor de daadwerkelijke aanvang van de werkzaamheden schriftelijk (eventueel aanvullend ook per e-mail (wetnatuurbescherming@minez.nl) een ecologisch werkplan ter schriftelijke instemming aan het bevoegd gezag (t.a.v. Team vergunningen) overgelegd. 25. De werkzaamheden worden conform het goedgekeurde ecologisch werkplan uitgevoerd. Rajwortage 26. De vergunninghouder rapporteert binnen één maand na afloop van elk kalenderjaar schriftelijk of per e-mail aan het bevoegd gezag de daadwerkelijke hoeveelheid gewonnen zand van dat jaar om te kunnen vaststellen of de hoeveelheid gewonnen zand in overeenstemming is met de aanvraag. Toezicht 27. De vergunninghouder geeft, overeenkomstig de Algemene wet bestuursrecht, alle medewerking aan de aangewezen toezichthouder(s) en tonen deze op eerste vordering aan de daartoe bevoegde toezichthouders en o pspori ngsa m btena ren. 28. De vergunninghouder voert een administratie waarin alle op deze vergunning betrekking hebbende documenten en bewijsstukken ten aanzien de naleving van de voorschriften en beperkingen van deze vergunning, in het bijzonder de voorschriften 12 tot en met 23, zijn opgenomen Loojtijd/geldigheid 29. De vergunning is van 26 april 2017 tot en met het moment dat de vergunde activiteit wordt beëindigd (zie voorschrift 10), doch uiterlijk tot en met 31 december 2025. 30. De vergunning waarin ontwikkelingsruime is toegedeeld kan worden ingetrokken of gewijzigd, indien het project of de andere handeling waarop dit besluit betrekking heeft, nadat het besluit onherroepelijk is geworden, niet is gerealiseerd, onderscheidenlijk is verricht. Ter informatie Op grond van art. 5.1, lid 1 Wnb jo. afdeling 4.1.1. Awb kan een verzoek tot wijziging van de vergunning worden ingediend. Op grond van artikel 5.4, lid 1 en lid 2, Wnb kan de verleende vergunning worden ingetrokken of gewijzigd. Op grond van artikel 7.2, lid 2, Wnb kan een last onder bestuursdwang worden opgelegd. Conform artikel 5:32, lid 1, van de Algemene wet bestuursrecht kan een bestuursorgaan dat bevoegd is bestuursdwang toe te passen, in plaats daarvan, aan de overtreder een last onder dwangsom opleggen. Pagina 4 van 6

Directie en Biodiversiteit Ons kenmerk DGAN-NB/ 17062D85 Op grond van artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur zal het Ministerie van Economische Zaken onderhavig besluit openbaar maken. De besluiten op grond van de Wnb, waaronder onderhavige, zullen, onder anonimisering van de persoonsgegevens, geplaatst worden op htt ://verpunningenbank.overheid.nl/natuurbeschermingswet Pagina 6 van 6

Ministerie van Economische Zaken Directoraat-generaal Agro en lij 1age Wet natuurbescherming, overwegingen, zandwinning, verbreding en verdieping vaargeul Vossemeren Directie en Biodiversiteit Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk DGAN NB / 17062085 Inhoud 1. ONDERWERP AANVRAAG 2 Z PROCEDURE 2 WETTELIJK KADER 3 3.1 Relevante artikelen Wet natuurbescherming 3 3.2 Bevoegdheid 3 3.3 VergunningDlicht 3 3.4 De beoordeling van Drolecten en andere handelingen 3 3.4.1 Project 3 3.4.2 Passende beoordeling 3 4 INHOUDELIJKE BEOORDELING 4 4.1 Afbakening 4 4.2 Mogelijke effecten en mitigatie 6 4.2.1 Habitattypen 6 4.2.2 Habitatsoorten 6 4.2.3 Vogelrichtlijnsoorten 6 4.2.4 Stikstofdepositie 10 4.3 Cumulatie 10 4.4 Bespreking van de inspraak 11 CONCLUSIE VERGUNNINGVERLENING 13 Pagina 1 van 13

Directie en Biodiversiteit 3 WETTELIJK KADER 3.1 Relevante artikelen Wet natuurbescherming In relatie tot het betrokken Natura 2000-gebied zijn in deze relevant de artikelen 2.7, lid 2, van de Wet natuurbeheer (hierna: Wnb) en 2.8, lid 1, artikel 2.9, lid 5 tot en met 8 van de Wnb, artikel 2.7, lid 1, sub b, artikel 2.8, 2.12, Besluit natuurbescherming (hierna: het Besluit). De exacte wetsteksten zijn te raadplegen op www.overheid.nl onder wet- en regelgeving. 3.2 Bevoegdheid De voorgenomen activiteit valt onder artikel 1.3, lid 1, onder c van het Besluit, luidend: het treffen van maatregelen en voorzieningen die nodig zijn met het oog op de ontwikkeling, werking en bescherming van hoofdwateren als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van het Waterbesluit; Op grond van artikel 1.3, lid 5, van de Wnb, artikelen 1.2 en 1.3 van het Besluit en het Besluit mandaat, volmacht en machtiging voor EZ (Staatscourant 29 december 2014, nr. 36678) laatstelijk gewijzigd 14 december 2016 (Staatscourant nr. 68503) in samenhang met het Besluit ondermandaat, volmacht en machtiging voor het directoraat-generaal Agro en van het ministerie van EZ (Staatscourant 3 februari 2015, nr. 2582), is de directeur of een MT-lid van de directie & Biodiversiteit van het ministerie van EZ namens de Staatssecretaris van EZ, gemachtigd inzake besluitvorming over vergunningaanvragen op grond van artikel 2.7, lid 2, van de Wnb. 3.3 Vergunningplicht De aangevraagde activiteit kan mogelijk de kwaliteit doen verslechteren van of een significant verstorend effect hebben op de in hoofdstuk 4 genoemde waarden. De overweging of vergunning nodig is vindt plaats in hoofdstuk 4. 3.4 De beoordeling van projecten en andere handelingen 3.4.1. Project De door u voorgenomen activiteit is een project in de zin van artikel 2.7, lid 2, van de Wnb. Het betreft de uitvoering van bouwwerken of de totstandbrenging van andere installaties of (materiële) werken en andere (materiële) ingrepen in het natuurlijke milieu of landschap, inclusief de ingrepen voor de ontginning van bodemschatten. De door u voorgenomen activiteiten zijn te beschouwen als één project omdat zij onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. 3.4.2. Passende beoordeling Voor een project kan alleen een vergunning verleend worden als een Passende beoordeling (hierna: PB) gemaakt is door de aanvrager, rekening houdend met Pagina 3 van 13

Directie en Biodiversiteit Vernietiging van ( leefgebied van) voedsel (waterplanten, driehoeksmosselen en vis) van vogels; Verslechtering van leefgebied van vogels en broedvogels door effecten op de waterkwaliteit, verandering van goifdynamiek en effecten van stikstofdepositie. waarden De natuurwaarden die door de genoemde gevolgen beïnvloed kunnen worden zijn: Vogelrichtlijnsoorten Broedvogels: Roerdomp Porseleinhoen Grote karekiet Niet-Broedvogels: Fuut Aalscholver - Lepelaa r Kleine Zwaan Toendrarietgans Kolgans Grauwe Gans Krakeend Wintertaling Pijlstaart Tafeleend Kuifeend No nnetje Grote Zaagbek Visarend Meerkoet Grutto Reuzenstern De diverse beschermde waarden en de relevante instandhoudingsdoelstellingen van het betrokken Natura 2000-gebied staan vermeld op www.rijksoverheid.nl ( Onderwerpen > Landbouw, natuur en voedsel > en Biodiversiteit > Natura 2000 ). De zandwinning vindt plaats via steekzuigers en dit zijn zandwinschepen waarbij aan de onderkant een zuigbuis schuin kan worden uitgestoken (zie bijlage 4 van de P8). Het onbruikbare materiaal (bestaande uit voornamelijk fijn zand en klei) spoelt met het water weer overboord. Conclusie afbakening Ik ben van oordeel dat de afbakening van het gebied, gevolgen en natuurwaardenwelke door de aangevraagde activiteit beïnvloed zouden kunnen worden in de PB op een juiste wijze heeft plaatsgevonden. Pagina 5 van 13

Direktie en Biodiversiteit de golfdynamiek en daarmee ook op de kwaliteit van het waterriet leidt niet tot schade op de oevervegetaties en daarvan afhankelijke soorten. Ik verbind aan de vergunning nadere voorschriften om verstoring te voorkomen. Een significant negatief effect op de instandhoudingsdoelstellingen is uit te sluiten. Er is geen sprake van verslechtering van leefgebied in het betreffende Natura 2000-gebied en ook geen verstoring van de soort. - Niet-Broedvogels Kleine zwaan Door de werkzaamheden worden locaties met waterplanten (kranswieren en de knolletjes van de schedefonteinkruid) vernietigd. Uit onderzoek (Deltares, 2014) blijkt dat er een positieve trend in watervegetaties is die zich doorzet of stabiliseert. Na de werkzaamheden blijft voldoende areaal benutbare waterplanten (voornamelijk kranswieren) aanwezig in het Vossemeer. Een significant negatief effect op de instandhoudingsdoelstellingen is uit te sluiten. Er is geen sprake van verslechtering van leefgebied in het betreffende Natura 2000-gebied en ook geen verstoring van de soort. Viseters: Fuut, Aalscholver, Nonnetje, Grote Zaagbek, Visarend en Reuzenstern De spiering is de voornaamste voedselbron van de visetende soorten zoals bovengenoemd en de aalscholver en visarend foerageren ook op andere soorten vissen. De rand van de vaargeul is geschikt biotoop voor vissen en tijdens de werkzaamheden vindt een tijdelijke en plaatselijke verstoring van vissen plaats. Ook kunnen vissoorten als spiering zich juist op het talud van de diepere bodem van de vaarroute bevinden. Een vaargeul lijkt geen optimaal foerageergebied voor de visetende vogels van open water. De viseters bevinden zich voornamelijk in het westelijk deel van het Natura 2000-gebied (Ketelmeer) waar grootschalig open water met kleine eetbare vis aanwezig is. De zandwinning geen negatieve invloed heeft op het voedselaanbod te weten vis en de foerageeromstandigheden van deze soorten. De zandwinning vindt overdag plaats in of direct naast een bestaande vaargeul die reeds vanwege de béstaande scheepvaart geen optimaal foerageergebied is voor deze soorten. Er vindt geen zandwinning plaats nabij de Roggebotplaat, maar pas vanaf circa 100 meter ten noordwesten vanaf het westelijk punt van deze plaat. Ten behoeve van voorkoming van verstoring verbind ik aan de vergunning nadere voorschriften. Een significant negatief effect op de instandhoudingsdoelstellingen is uit te sluiten. Er is geen sprake van verslechtering van leefgebied in het betreffende Natura 2000-gebied en ook geen verstoring van de soort. Lepelaa r Ik onderschrijf de conclusie in de PB dat de zandwinning plaats vindt op open water, de lepelaar zowel overdag als s nachts foerageert en het foerageergebied van de lepelaar is te vinden in de moeraszone in het oostelijk deel welk deel geen effecten ondervindt van de zandwinning. Pagina 7 van 13

Directie en Biodiversiteit dat er voldoende alternatief leefgebied in de directe omgeving (Ketelmeer) aanwezig is. Ten behoeve van voorkoming van afname van foerageermogelijkheden van tafeleend verbind ik aan de vergunning nadere voorschriften. Een significant negatief effect op de instandhoudingsdoelstellingen is uit te sluiten. Er is geen sprake van verslechtering van leefgebied in het betreffende Natura 2000-gebied en ook geen verstoring van de soort. Kuifeend (duikeend) De kuifeend foerageert voornamelijk s nachts op driehoeksmosselen tot ongeveer vier meter diep. Bodemfauna-eters (tafeleend en kuifeend)verblijven vooral in het noorden van het Vossemeer en oosten van het Ketelmeer tijdens de nazomer. In de winter verspreiden de kuifeenden zich ook naar het westelijke Ketelmeer waarde meeste mosselen te vinden zijn. De activiteit vindt plaats in het zuidelijk deel van het Vossemeer en dit is geen belangrijk gebied voor soorten die op mossels foerageren. De activiteit vindt plaats in een vaargeul en vaargeulen zijn niet van belang voor de soorten die op mossels foerageren. Er wordt een locatie met driehoeksmosselen in de vaargeul door zandwinning vernietigd maar deze locatie is niet reeds optimaal vanwege de bestaande scheepvaart. Door zandwinning worden potentiele locaties met waterplanten en driehoeksmosselen worden vernietigd. Ik kan mij vinden in de conclusie uit de PB, namelijk dat er voldoende geschikte alternatieve foerageergebieden beschikbaar zijn namelijk de mosselbanken in het Ketelmeer. Ten behoeve van voorkoming van afname van foerageermogelijkheden kuifeend verbind ik aan de vergunning nadere voorschriften. Een significant negatief effect op de instandhoudingsdoelstellingen is uit te sluiten. Er is geen sprake van verslechtering van leefgebied in het betreffende Natura 2000-gebied en ook geen verstoring van de soort. Meerkoet De meerkoet foerageert in de winter vooral op driehoeksmosselen en graslanden, in de zomer periode met name op waterplanten. Ze rusten en foerageren in hetzelfde gebied. In 2014 is door Deltares onderzoek naar de watervegetaties uitgevoerd. Er een positieve trend in watervegetaties is die zich doorzet of stabiliseert. Er blijft voldoende areaal benutbare waterplanten (217 hectare) aanwezig in het Vossemeer. De verbreding heeft verlies van potentieel foerageergebied in de vorm van ondiepten met waterplanten tot gevolg. Ik kan mij vinden in de conclusie uit de Passende beoordeling dat er voldoende alternatief leefgebied in de directe omgeving (Ketelmeer) aanwezig is. De activiteit vindt plaats in het zuidelijk deel van het Vossemeer en dit is geen belangrijk gebied voor soorten die op mossels foerageren. De activiteit vindt plaats in een vaargeul en vaargeulen zijn niet van belang Voor de soorten die op mossels foerageren. Er wordt een locatie met driehoeksmosselen in de vaargeul Pagina 9 van 13

Directie en Biodiversiteit de draagkracht van het gebied blijft voldoende. In samenhang met de bestaande scheepvaart, de zandwinning door maximaal vier schepen tegelijkertijd en de plaats van de winning (in de directe nabijheid van een bestaande vaarroute) wordt geen ongerept foerageer- of rustgebied verstoord. Voor wat betreft de waterplanten geldt dat het noordelijk deel van Vossemeren een lage bedekking aan waterplanten kent en het areaal waterplanten in het Ketelmeer onaangetast blijft. Na afronding van beide activiteiten blijft in het Ketelmeer en Vossemeer voldoende areaal waan waterplanten beschikbaar. Ik concludeer dat in hoofdstuk 6 van de aangeleverde PB een volledige en juiste cumulatie-toetsing is uitgevoerd. 4.4. Bespreking van de inspraak Op 18 november 2016 heeft de provincie Flevoland de aanvraag ontvangen. Naar aanleiding van deze aanvraag zijn, op grond van artikel 4:8 Algemene wet bestuursrecht in de, gelegenheid gesteld tot het geven van een zienswijze betreffende de onderhavige aanvraag. Op 24 november 2016 is de ontvangstbevestiging naar de initiatiefnemer verzonden en zijn er verzoeken om zienswijze verzonden naar: Rijkswaterstaat Midden-Nederland; het college van Gedeputeerde Staten van Overijssel; Gezamenlijke beschermingswerkgroep VBW-KNNV; KNNV afdeling Zwolle; Staatsbosbeheer Regio Oost; en Milieu Overijssel; Vogel- & wacht Flevoland; Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Kampen; Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Dronten. Op 12 januari 2017 heeft natuurvereniging IJsseldelta een zienswijze ingediend. De Vogel- en natuurwacht Flevoland heeft aangegeven geenzienswijze in te dienen. Van de andere partijen zijn geen reacties ontvangen. Daar waar opmerkingen en suggesties niet reeds hiervoor aan de orde zijn geweest of niet binnen mijn inhoudelijke overwegingen reeds aan deze inspraak volledig tegemoet komen, volgt mijn reactie (cursief weergegeven). 1. vereniging IJsseldelta stelt dat de beoogde vergunning ziet op het Natura 2000-gebied waarop op dit moment een ontwerp-beheerplan ter inzage ligt. Reactie: Dat klopt, van 22 december 2016 tot 1 februari 2017 heeft het (hernieuwd) Natura-2000 ontwerp-beheerplan Iisselmeergebied 2016-2021 (deelgebied Ketelmeer & Vossemeer) en daarbij behorende achtergronddocumenten ter inzage gelegen en is er een mogelijkheid geweest om een zienswijze in te dienen. De documenten zijn gebruikt om te beoordelen of aanpassingen ten opzichte van de PB en vergunning uit 2010 noodzakelijk zijn. De activiteit was al voor vaststelling van het ontwerp-beheerplan reeds vergund door de provincie Flevoland en dit wordt in het ontwerp-beheerplan ook benoemd (ondiepe zandwinning). 2. De zandwinning zal ondiepe gedeelten in het Vossemeer doen verdwijnen de uitgediepte delen zullen minder bereikbaar worden Pagina 11 van 13

Directie en Biodiversiteit 5 CONCLUSIE VERGUNNINGVERLENING Met de door u uitgevoerde PB als bedoeld in artikel 2.8, lid 1, van de Wnb en de daarbij behorende rapportages en documenten, is de zekerheid verkregen dat met het uitvoeren van de aangevraagde activiteit, rekening houdend met de relevante instandhoudingsdoelstellingen en met inachtneming van de in de vergunning opgenomen voorschriften, waaronder mitigerende maatregelen, geen aantasting zal optreden van de natuurlijke kenmerken van het Natura 2000-gebied Ketelmeer & Vossemeer. Op grond van het bovenstaande ben ik van mening dat de gevraagde vergunning, onder de opgenomen voorschriften en beperkingen, kan worden verleend. Pagina 13 van 13