CO 2 -emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V.



Vergelijkbare documenten
CO 2 -emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V.

CO 2 -emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V.

CO 2 -emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V.

CO 2 -emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V.

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2013

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2013

Periodieke rapportage 2015 H1 + H2

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2014

Periodieke rapportage 2014

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2016 Juni 2017

Periodieke rapportage 2016 H1

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2016

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2016

PERIODIEKE RAPPORTAGE 2015

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2017

CO2-Emissie-inventaris

CO2-Emissie-inventaris

Periodieke rapportage 2016 September 2016

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2010, 2011 en 2012

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2015

Periodieke CSR-milieu rapportage H1 2015

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage Periode: 1 januari t/m 31 december 2014

Periodieke rapportage 2 e helft maart 2015 versie definitief

Periodieke rapportage 2 e helft September 2016

Periodieke rapportage 2 e helft 2016

Halfjaarlijkse CO 2 rapportage 2015

Grontmij Nederland B.V. CO 2 -emissie-inventaris

VolkerRail Holding CO2 Voortgangsrapportage H1 2017

Periodieke rapportage 2016 H2

Periodieke rapportage H1 2016

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2017

Periodieke rapportage 1 e helft 2014

CO2-Emissie-inventaris

CO2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2018

Periodieke rapportage 2017 H1

Periodieke rapportage 1 e helft 2016

CO2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2017

Periodieke rapportage 2014

CO 2 Footprint e half jaar Goudappel Groep

Periodieke rapportage 2015 H2. 20 januari 2016

Energiemanagement actieplan & PvA Sweco Nederland

Periodieke rapportage 2016 H2

Voortgangsrapportage. Scope 1 en 2 CO2 emissies Tweede halfjaar 2012

Periodieke rapportage e helft. N.C. Zwart Verhuur BV

Periodieke Rapportage 2 e helft 2016

Energie meetplan Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 2.2

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage Periode: 1 januari t/m 31 december 2013

VCMCM CO2 Voortgangsrapportage U

CO2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2016

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage eerste helft Periode: 1 januari t/m 30 juni 2015

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2013 (1 e halfjaar) Periode: 1 januari t/m 30 juni 2013

Doel van deze presentatie is : Akkoord op het energiemanagement actieplan voor 2017

Jaarverslag Criteria. Conform niveau 3 op de CO2- prestatieladder 3.0 en ISO norm. Opgesteld door Paraaf. Datum Versie 2

CO 2 footprint tussenrapportage e half jaar

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2015

Energie meetplan Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 2.1

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage eerste helft Periode: 1 januari t/m 30 juni 2015

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2017

5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.2

Periodieke rapportage 2016 H1

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2015 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.

W & M de Kuiper Holding

Doelstelling scope 2: IDDS wil in 2020 ten opzichte van %

Periodieke rapportage eerste helft 2018

CO2-footprint Sweco Nederland 2018 H1

Periodieke rapportage 2017 H1. November 2017

referentiejaar Emissies aantal FTE 29,5125

Periodieke rapportage 2016 H2. Juni 2017

Periodieke rapportage H2 2016

Energie Management Actieplan 2015

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2018

CO2 footprint rapportage e half jaar

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 1 ste helft Periode: 1 januari t/m 30 juni 2013

Periodieke rapportage 1 ste half jaar 2017

Periodieke rapportage 2016 H1

PERIODIEKE RAPPORTAGE 1E HELFT 2015

CO 2 -Voortgangsrapportage 2017-H1

Periodieke rapportage 1 ste halfjaar 2018

CO 2 voortgangsverslag H VolkerRail (Holding) 1 juli 2018 t/m 31 december 2018

Voortgangsrapportage over 2015 CO 2 -Prestatieladder 3.A.1 / 3.B.1

Eurailscout Inspection & Analysis B.V. CO2 Voortgangsrapportage U

Periodieke rapportage: Verachtert Nederland

1 van 10. Periode: 1 januari t/m 30 juni 2014

Energie meetplan Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 2.1

Periodieke rapportage eerste helft 2017

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.

Energie management actieplan. Copier Groep B.V.

Sialtech CO2 Voortgangsrapportage U

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2018

Voortgang CO 2 emissie reductie H2-2012

kwh 28,2 ton CO2 15,0 personenwagen in km km 0,22 kg CO2 / km 28,3 ton CO2 15,1 Subtotaal 56,5 ton CO2 30,1

Periodieke rapportage e helft. N.C. Zwart Verhuur BV

CO 2 emissie scope e helft e helft 2011

Periodieke rapportage 2015 H1. 30 september 2015


Energie meetplan Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 2.2

Emissie-inventaris 2018

Carbon Footprint 2e helft 2015 (referentiejaar = 2010)

CO2 prestatieladder. Ordina stoot in 2020 ten opzichte van % minder CO2 uit.

Transcriptie:

CO 2 -emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V. 1e halfjaar 2014 Definitief Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 21 november 2014

1 Inleiding en basisgegevens 1.1 Inleiding Grontmij heeft de ambitie om bij te dragen aan de verduurzaming van onze leefomgeving. Wij willen meerwaarde leveren bij het oplossen van actuele en toekomstige maatschappelijke uitdagingen zoals klimaatverandering, toenemende urbanisatie en mobiliteitsbehoeften, het opraken van hulpbronnen en tekort aan schoon water. Ook in onze eigen bedrijfsvoering willen wij onze verantwoordelijkheid nemen. Dientengevolge streeft Grontmij naar continue verbetering van haar energie-efficiëntie en vermindering van de bijbehorende CO 2 -uitstoot. Grontmij Nederland B.V. sluit hierbij ook aan bij de Corporate Responsibility (CR) ambities van Grontmij N.V. Deze CO 2 -emissierapportage geeft een samenvatting van relevante kentallen van ons energieverbruik, onze CO 2 -reductiedoelen en de actuele voortgang hierop. Een nadere beschrijving van de herkomst en het verwerkingsproces van de brondata, is desgewenst terug te vinden in een afzonderlijke achtergrondrapportage. 1.2 Beschrijving van de organisatie & Organisatorische Grenzen Grontmij, opgericht in 1915, is een van de grotere advies- & ingenieursbureaus van Noordwest- Europa en levert adviezen en ingenieursdiensten met betrekking tot de gebouwde en natuurlijke leefomgeving, mobiliteit, water en energie. De organizational boundary voor deze CO 2 -emissierapportage is Grontmij Nederland Holding B.V. Kortgezegd betreft dit nagenoeg alle (>96%) locaties, activiteiten en werknemers van Grontmij in Nederland. Grontmij Nederland Holding B.V. omvat de juridische entiteiten Grontmij Nederland B.V., Grontmij Capital Consultants B.V. en Grontmij Vastgoedmanagement B.V. Een nadere toelichting op de Organizational Boundary en de totstandkoming hiervan wordt gegeven in het document Organizational Boundary Grontmij Nederland Holding B.V. 1.2.1 Aanpassing boundary en basisjaar Basisjaar en boundary zijn in 2014 niet gewijzigd. 1.3 Rapportageperiode Deze periodieke rapportage beschrijft de CO 2 -emissies over het eerste halfjaar van 2014. 1.4 Verificatie Conform het Handboek CO 2 -Prestatieladder laten wij onze CO 2 -footprint minimaal eenmaal per drie jaar verifiëren door een daartoe bevoegde instantie. De recentste verificatie betrof de emissierapportage over geheel 2013. Pagina 3 van 11

2 Basisjaar 2009 2.1 Basisjaar Het eerste jaar waarop Grontmij Nederland Holding B.V. een volledige emissie-inventarisatie heeft uitgevoerd is 2009. Dit is het basisjaar, ten opzichte waarvan de voortgang wordt vergeleken. Herberekening van het basisjaar heeft plaatsgevonden in 2011, na wijziging van conversiefactoren voor elektriciteit, stadsverwarming en vliegreizen. In 2013 gaf opname van bedrijfsonderdeel VGM in de boundary aanleiding tot een herberekening van voorgaande jaren. 2.2 Basisjaar en historische gegevens De CO 2 -footprint van het (herberekende) basisjaar ziet er op basis van de meest actuele conversiefactoren als volgt uit: Tabel 2-1 (Herberekende) emissies over de helft van het basisjaar Scope Emissiestroom Uitstoot (ton CO₂) Per fte (2471) 1 Verwarming 612 0,25 1 Lease- & Bedrijfsauto's 2.661 1,08 2 Elektra - Grijs 1.389 0,56 2 Vliegreizen 69 0,03 2 Privéauto - Zakelijk 843 0,34 3 Privéauto - woon/werk 516 0,21 3 OV zakelijk 48 0,02 3 OV woon/werk 143 0,06 Subtotaal Scope 1 3.273 1,32 Subtotaal Scope 2 2.300 0,93 Subtotaal Scope 3 707 0,29 Totale Uitstoot 6.280 2,54 Scope 3 werd in 2009 nog niet bepaald. Bovengenoemde waarden voor scope 3 zijn daarom bepaald op basis van extrapolatie van de gegevens uit 2010. Pagina 4 van 11

3 CO 2 -emissies in 1 e halfjaar van 2014 3.1 Directe en indirecte emissies 2014 De CO 2 -uitstoot per emissiestroom en per scope zowel absoluut als per werknemer (in fulltime equivalent of fte) wordt weergegeven in onderstaande grafiek en tabel. Het gemiddeld aantal fte s over de gerapporteerde periode bedraagt 1881. Figuur 3-1 Grontmij Nederland Holding B.V. CO 2-emissies per emissiestroom in 2014 H1 Tabel 3-1 Emissies in 2014 H1 Scope Emissiestroom Energieverbruik Uitstoot (ton CO₂) Hoeveelheid (x mln.) eenheid Absoluut per fte 1 Kantoren verwarming 0,2 m3 (gas) 330 0,18 1 Lease- & bedrijfsauto's 0,9 Liter brandstof 2.544 1,35 2 Kantoren elektra (NL windenergie) 2,2 kwh 32 0,02 2 Vliegreizen 0,7 km 103 0,05 2 Privéauto - Zakelijk 2,8 km 580 0,31 3 Privéauto - woon/werk 3,5 km 729 0,39 3 OV - zakelijk 0,6 km 39 0,02 3 OV - woon/werk 1,7 km 91 0,05 Subtotaal Scope 1 2.874 1,53 Subtotaal Scope 2 715 0,38 Subtotaal Scope 3 859 0,46 Totale Uitstoot 4.448 2,37 De CO 2 -uitstoot van onze werkzaamheden in specifieke (met CO 2 -gunningsvoordeel verkregen) projecten wordt berekend op basis van de hierboven aangegeven verdeling. Een nadere specificatie hiervan is in de achtergrondrapportage opgenomen. Pagina 5 van 11

CO2-emissies in 1e halfjaar van 2014 3.2 Energieverbruik en wijzigingen kantoren Het energieverbruik van onze panden wordt meegeteld zolang wij eindgebruiker zijn van (en/of de energierekening betalen voor) het pand, dus ook wanneer het pand inmiddels leeg staat. Dat zijn alle panden zoals genoemd in de adressenlijst op onze website, plus een aantal leegstaande locaties en kleinere panden zoals laboratoria en projectlocaties. Een nadere specificatie van de in onze emissieberekening opgenomen panden en de wijzigingen daarin, is te vinden in het achtergrondrapport. Pagina 6 van 11

4 Voortgang CO 2 -reductie 4.1 CO 2 -reductiedoelstellingen Grontmij heeft CO 2 -reductiedoelstellingen geformuleerd voor 2015. Deze doelstellingen zijn geformuleerd per fte en ten opzichte van basisjaar 2009. Voor de doelstellingen voor tussenliggende jaren wordt uitgegaan van lineaire voortgang. Doelstelling voor 2014 is dus als volgt: Tabel 4-1 Emissiedoelstellingen per 2015 en daaruit afgeleid voor 2014 Scope Emissiestromen Doelstelling 2015 Doelstelling 2014 Scope 1 Leaseauto s, Gas, Warmte, -15 % -12,5 % Scope 2 Elektra, Vliegreizen, Privéauto zakelijk -40 % -33,3 % Scope 3 OV en Woonwerk-kilometers 0 % 0 % 4.2 Voortgang emissiereductie Onderstaande grafiek geeft een overzicht van de uitstoot per fte, sinds het basisjaar. De doelstelling voor het gerapporteerde jaar is eveneens als aparte balk toegevoegd. Voor voorgaande jaren is deze grafiek gebaseerd op jaartotalen, die omwille van de vergelijkbaarheid in deze grafiek zijn gehalveerd. Figuur 4-1 Ontwikkeling CO 2 uitstoot per emissiestroom en per fte, vanaf 2009. Tabel 4-2 geeft de relatieve omvang van elke emissiestroom weer voor basisjaar 2009 en voor 2014, en de voortgang ten opzichte van 2009, zowel in absoute zin als per fte. In de laatste kolom is de bijdrage aan de totale verandering weergegeven, bepaald door het voortgangspercentage (4 e kolom) te vermenigvuldigen met de (initiële) relatieve omvang (1 e kolom) van de emissiestroom. Pagina 7 van 11

Voortgang CO2-reductie Tabel 4-2 Voortgang CO 2 -Emissies 2014 t.o.v. 2009 Emissiestroom Relatieve omvang 2009 Relatieve Omvang 2014 Voortgang absoluut Voortgang/fte Invloed op Verwarming 10% 7% -46% -29% -3% Leaseauto's 42% 57% -4% +26% 11% Elektriciteit 22% 1% -98% -97% -21% Vliegreizen 1,1% 2,3% +50% +97% 1% Privéauto zakelijk 13% 13% -31% -10% -1% Privéauto woonwerk 8% 16% +41% +86% 7% Collectief (OV) - zakelijk 0,8% 0,9% -20% +5% 0% Collectief (OV) - woonwerk 2,3% 2,0% -36% -16% 0% Subtotaal Scope 1 52% 65% -12% +15% 8% Subtotaal Scope 2 37% 16% -69% -59% -22% Subtotaal Scope 3 11% 19% +21% +60% 7% De verandering van CO 2 -uitstoot per fte sinds 2009, bedraagt voor scope 1, 2 en 3 dus respectievelijk +15% (toename), -59% en +60%. Een kort overzicht van de belangrijkste effecten per emissiestroom: Verwarming: de daling van het aantal werknemers zorgt vooral bij verwarming dat de voortgang beperkter is dan deze geweest zou zijn bij een gelijkblijvend aantal werknemers. Ook het weer heeft duidelijke invloed op deze emissiestroom. Bij leaseauto s is er sprake van een sterke stijging van de uitstoot. Dit heeft te maken met toegenomen reisafstanden door sluiting van kantoren en doordat de organisatie minder regionaal en meer nationaal is gaan werken. Elektriciteit levert de sterkste bijdrage aan onze CO2-emissiereductie, doordat we ons volledige elektriciteitsverbruik nu duurzaam inkopen (Nederlandse windenergie). Vliegkilometers nemen toe, ten gevolge van het toenemende internationale karakter van onze werkzaamheden. Privéauto zakelijk: geen bijzonderheden Privéauto woon-werk is toegenomen door grotere woonwerk-afstanden ten gevolge van sluiting van kantoren. Openbaar Vervoer: geen opmerkelijkheden. In algemene zin is tussen 2009 en 2014 het aantal fte s bijna net zo sterk gedaald (-24%) als de uitstoot (-29%). De uitstoot per fte is daardoor minder afgenomen dan we hadden beoogd. totaal Pagina 8 van 11

Actuele maatregelen en aanpak 5 Actuele maatregelen en aanpak 5.1 Algemeen De bijdrage van Grontmij aan CO 2 -reductie zit dus zowel in onze bedrijfsvoering als in de inhoud van onze projecten. Wij hebben de ambitie om met onze projecten een voortdurende bijdrage te leveren aan het verduurzamen van de wereld om ons heen. Dit komt tot uiting in de belangrijkste onderwerpen waarop wij ons vanuit de strategie van Grontmij N.V. nu en in de toekomst op willen focussen, onze zogeheten Group Growth Segments. Dit zijn de onderwerpen energie, water, duurzame gebouwen, (light)rail en wegen. Onderwerpen dus waar de maatschappelijke uitdagingen bijzonder groot zijn de komende jaren en decennia. Of we met deze uitdagingen als maatschappij er in slagen onze omgeving leefbaar over te dragen aan onze kinderen, valt of staat mede met de inspanningen, ontwerpen, innovaties en ontwikkelingen op deze vakgebieden. Grontmij spant zich in hier een wezenlijke bijdrage aan te leveren. Een uitgebreidere toelichting hierop is terug te vinden in het jaarverslag van Grontmij N.V. Daarnaast spannen wij ons in om ook in de praktische uitvoering van projecten en in onze dagelijkse bedrijfsvoering, verder bij te dragen aan een duurzamere wereld. Een aantal concrete maatregelen die we op dit vlak ondernemen in het uitvoeren van onze projecten en in onze bedrijfsvoering, worden in dit hoofdstuk benoemd. 5.2 Maatregelen in projecten De grootste invloed op de CO 2 -uitstoot van onze projecten zit meestal echter niet in onze eigen CO 2 -uitstoot, maar wordt veroorzaakt door de uitstoot in de levenscyclus (aanleggen, uitvoeren, gebruik, sloop) van de door ons gemaakte ontwerpen. Daarom proberen wij ook deze CO 2 -uitstoot van onze projecten te beperken. Een overzicht van inspanningen die wij dit jaar hebben geleverd: Sustainability by Design. Begin 2014 is door de directie een nieuw MVO-beleid vastgesteld. Duurzaamheid in projecten speelt hierin een prominente rol. Voor projectleiders is een vernieuwde Instructie Sustainability by Design in projecten opgesteld die in de eerste helft van 2014 is geïmplementeerd. Hierin wordt explicieter beschreven hoe duurzaamheid (incl. CO 2 -reductie) opgenomen kan worden in de uitvoering van onze projecten. Offerteproces. Voortvloeiend uit voorgaande punt, hebben wij duurzaamheid explicieter meegenomen in het vernieuwde werkproces (OpEx) vanaf de start van het offerteproces van onze projecten. Hierdoor wordt van de projectleider gevraagd al voor aanvang van het project op hoofdlijnen na te denken hoe en volgens welke methodes duurzaamheid (incl. CO 2 - reductie) meegenomen kan worden in het project. Tools & Methodes. Grontmij biedt haar medewerkers diverse methoden en tools aan waarmee zij duurzaamheid in projecten kunnen meenemen. De duurzaamheidswaaier Suspindle bijvoorbeeld, geeft een kader waarin we bij Grontmij werken aan het verduurzamen van onze (ontwerp)projecten, uitgaande van de levenscyclus van het product of dienst. Ook andere eigen tools of documenten zoals Laagste Maatschappelijke Kosten (LMK), Mensen Maken De Stad of de Bewuster, geven handvatten voor verduurzaming in projecten. Daarnaast hebben onze projectleiders en adviseurs een veelheid van duurzaamheidstools van klanten en andere externe partijen tot hun beschikking, zoals BREEAM, DuboCalc, omgevingswijzer of ambitieweb. Informatievoorziening. Interne informatievoorziening over duurzaamheidsmethodes en CO 2 -reductietools in projecten hebben wij sterk verbeterd middels een afzonderlijke insitepagina met informatie over het meenemen van duurzaamheid en CO 2 -reductie in projecten. Pagina 9 van 11

Actuele maatregelen en aanpak Ketenanalyses. Vanaf 2013 hebben wij verschillende ketenanalyses uitgevoerd en afstudeerstages aangeboden om de belangrijkste emissiestromen in de hele keten of levenscyclus van projecten te bepalen en kwantificeren. Ook zijn wij de afgelopen jaren initiatiefnemer of medeontwikkelaar geweest van diverse innovaties op o.a. het gebied van duurzaamheid en CO2-reductie. Daarnaast hebben we het bepalen en reduceren van CO 2 - emissiestromen ook beter en explicieter opgenomen in de kwaliteitsprocedures die van toepassing zijn op onze projecten. Samenwerking in kennismanagement. Door samen te werken met andere partijen in onze keten kunnen wij meer bereiken dan Grontmij alleen. Daarom neemt Grontmij actief deel aan verschillende samenwerkingsverbanden zoals Clean Tech Delta, kennisplatform Duurzaam Spoor van Railforum, of het Expertnetwerk Duurzame GWW van NL Ingenieurs. 5.3 Maatregelen in onze bedrijfsvoering 5.3.1 Maatregelen tot 2014 In de eigen bedrijfsvoering heeft Grontmij de afgelopen jaren al veel maatregelen genomen om onze CO 2 -uitstoot te reduceren, waaronder: Installatie van energy-profilers op kantoren; Overstap naar 100% groene stroom (windenergie uit Nederland); Waterzijdig inregelen van verwarmingen; Invoering videoconferencing / MS Lync binnen de gehele Grontmij groep; Criteria voor duurzaam inkopen; Mede-initiatiefnemer van de Duurzame Leverancier (duurzameleverancier.nl) Halvering van het kantooroppervlak en duurzaamheidscriteria voor nieuwe kantoren Diverse duurzaamheidsmaatregelen op zowel nieuwe als oude kantoren (verlichtingssensoren, energiezuinige serverruimten, energiezuiniger verlichting, etc.) Invoering van Het Nieuwe Werken (HNW); Energieverbruikscriteria voor nieuwe leaseauto s en bedrijfsauto s; Aanbieden van e-driver (programma voor veilig en zuinig rijden) aan ons personeel (2013). 5.3.2 Aanvullende maatregelen in 2014 Ondanks de reeds genoemde maatregelen blijkt de behaalde CO 2 -reductie per fte, nog achter te blijven bij onze doelstelling. Dit is mede het gevolg van ontwikkelingen in voorgaande jaren zoals beschreven in eerdere rapportages. Daarom werken wij aan aanvullende maatregelen en hebben dit jaar onder meer de volgende maatregelen genomen of verder geïmplementeerd: Het Nieuwe Werken. Steeds meer kantoren richten wij in op Het Nieuwe Werken (HNW). Als kennisorganisatie richten wij ons daarbij op de mogelijkheid voor medewerkers om tijden plaatsonafhankelijk te kunnen werken. Dit stelt veel medewerkers in staat om minder te reizen. Continue verbetering van efficiënt gebruik van onze systemen, zoals het gebruik van Lync ter reductie van het aantal kilometers, vormt hierin een belangrijke maatregel. Energielabels kantoren. Kantoor Rotterdam heeft zich dit jaar gecertificeerd voor BREEAM-In-Use (2 sterren), en voor kantoor Zwolle zijn we eveneens bezig hiervoor te certificeren. Mobiliteitsbeleid. Momenteel wordt nader onderzocht hoe we vanuit ons mobiliteitsbeleid meer kunnen bijdragen aan verdergaande CO 2 -reductie. Zuiniger auto s, meer gebruik van Lync, meer samen reizen en reizen per OV, maken hier deel van uit. Leaseautoaanbod. De eerdere beperking van de merkenkeuze voor leaseauto s bleek ook te resulteren in een te laag aanbod aan zuinige auto s. De keuzemogelijkheid is dit jaar weer verruimd. Leaseregeling: privégebruik van leaseauto s boven de 12.000 km per jaar, worden met ingang van dit jaar verrekend met de medewerker. Elektrisch vervoer. Daarnaast inventariseren we de mogelijkheden om meer gebruik te maken van alternatieve brandstoffen of elektrisch vervoer. Hieruit volgend zijn we onder andere gestart met de plaatsing van enkele laadpalen op kantoren en wordt er een pilot uitgevoerd met elektrische leaseauto s. Pagina 10 van 11

Actuele maatregelen en aanpak 5.4 Medewerkersbijdrage Het Grontmij Integrity Management System (GIMS) is in 2012 geïmplementeerd en bestaat uit het Grontmij Ondernemingsbeleid & Beginselen en de Gedragscode. Ons ondernemingsbeleid vormt het strategische kader voor het gedrag waar we voor staan in onze bedrijfsvoering. Onze gedragscode bepaalt de norm voor het gedrag dat wij van onze werknemers verlangen, zowel buiten als binnen het bedrijf. Milieu en maatschappij vormen een belangrijk onderdeel van onze ondernemingsbeginselen. Concreet verwachten wij van onze medewerkers een actieve houding in het reduceren van ons energieverbruik op kantoor, in projecten, en in ons mobiliteitsgedrag. De reductiemogelijkheden voor onze CO 2 -uitstoot worden immers voor een belangrijk deel bepaald door het gedrag van onze medewerkers. Wij blijven daarom inzetten op bewustwording en gedragsverandering. Het aanbieden en communiceren van tools, tips en aandachtspunten via ons intranet maakt hier deel van uit. Pagina 11 van 11