BIJLAGE 1; NOTITIE VERDRINGINGSREEKS BEEKLOOP. Datum : 6 november 2013 : P034002, Beekherstel Beekloop

Vergelijkbare documenten
Projectplan herinrichting Beekloop

Extra WKC bericht. Situatie: Aanhoudende droogte. Datum:

Komende en volgende week blijft het warm en vrijwel droog. De neerslag zal onvoldoende zijn om het neerslagtekort niet verder op te laten lopen.

Komende en volgende week blijft het warm en vrijwel droog. De neerslag zal onvoldoende zijn om het neerslagtekort niet verder op te laten lopen.

Waterkwaliteit in zwemwater Voor informatie over zwemwateren kijk op: of download de app.

Nota van zienswijzen Geanonimiseerd. Ontwerp-projectplan Waterwet Beekherstel en EVZ Peelse Loop Benedenloop November Waterschap Aa en Maas

Waterkwaliteit in zwemwater Voor informatie over zwemwateren kijk op: of download de app.

REACTIENOTA. Ontwerp projectplan Waterwet Herinrichting Boven Slinge Burloseweg

Ontwerp-projectplan Plaatsen van twee Beaver deceiver bij een duiker ter hoogte van de Beugense Maasstraat te Beugen

RENHEIDE OP PEIL Doel pilot Beoogde effecten Maatregelen

Afweging en advies Afgelopen dagen is er in ons beheergebied geen neerslag gevallen. De gemiddelde afvoeren en grondwaterstanden blijven laag.

WKC Weekbericht. Situatie: Aanhoudende droogte. Datum:

Herinrichting beekdal Oude Strijper Aa Beknopte toelichting op de plannen en procedure

Projectplan (ontwerpbesluit) Aanpassen Heelsumse beek

Regionale Implementatie KRW

Datum 14 december Herstel Meander Lunterse Beek Scherpenzeel. Het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Vallei en Veluwe

Notitie. HaskoningDHV Nederland B.V. Transport & Planning

Ontwerpbesluit Projectplan Leuvenumse Beek

Waterkwaliteit in zwemwater Voor informatie over zwemwateren kijk op: of download de app.

ONTWERP-PROJECTPLAN WATERWET ex art. 5.4 Waterwet

Natte natuurparels: ook uw zorg? Brabantse waterschappen en Provincie Noord-Brabant pakken verdroging natte natuurparels aan.

Nederland leeft met vismigratie Naar een gestroomlijnde aanpak van de vismigratieproblemen. Tom Buijse

Afleiding biologische doelen voor vrijwel ongestoorde, sterk veranderde en kunstmatige waterlichamen...

Verantwoord waterbeheer

Oppervlaktewater in Nederland

Wateroverlast, normering en aansprakelijkheid. KNW Themagroep Bestuurlijk-Juridische zaken Ina Kraak, 17 september 2018

Zienswijzen heer Liebregts Zienswijze d.d. 8 december 2011, gesprekken d.d. 26 januari jl. en 23 februari jl.

Droogtemonitor. Watermanagementcentrum Nederland. Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW) 28 juli 2015 Nummer

Notitie HaskoningDHV Nederland B.V. Transport & Planning Onderwerp: Ontwerpnotitie De Run 1. Doelstelling 2. Informatiebehoefte

Projectplan Waterwet

Projectplan: verwijderen gemaal Schrapveen en het verondiepen van de aansluitende watergang ten zuiden van Zuidwolde.

Kennisvraag: wat waren de herhalingstijden van de neerslag-, afvoer- en grondwatersituatie? In beeld brengen situatie zoals die buiten geweest is.

: Projectplan Waterwet voor het aanpassen van de verdeelwerken Baakse Beek en Groene Kanaal

Kaderrichtlijn Water Nieuwkoopse Plassen

het lozen van grondwater bij de realisatie van een WKO systeem

KRW- doelen voor de overige wateren in Noord- Brabant: een pragma:sche uitwerking

Voortgang ontwikkeling Lunterse beek Plan Wittenoord en traject KleinWolfswinkel-Engelaar

PROJECTPLAN voor de wijziging van een waterstaatswerk Artikel 5.4 Waterwet

Data Science bij Waterschap De Dommel

Nummer Sittard, 30 augustus 2013

Het verbeteren van de ecologische toestand van de oppervlaktewaterlichamen op basis van rivierecosysteemontwikkeling en biodiversiteit

Hydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch

Beekherstel en kavelruil: een belangrijke combinatie

Zaaknr. : 14.ZK10411 Kenmerk : 17IT Barcode : *17IT023871* Nota van zienswijzen Ontwerp Projectplan Kleine Melanen

Ecologische kwaliteit oppervlaktewater, 2009

Huidige situatie. G2 Totaal stikstof (zomergemiddelde) (mg N/l) 1,57 2,4 2,4. G2 Chloride (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 45,

Factsheet: NL04_NOORD-ZUIDLEIDING

Projectplan. verplaatsen stuw BZ 135-AA

Factsheet: NL04_EMMERTOCHT-SLOOT

Extreme droogte 2018 Vechtstromen snakt (nog steeds) naar water

Slimme oplossingen voor een klimaatrobuuster watersysteem Gaat u mee op reis? ALV BPG 11 november 2016

Projectplan Waterwet Aanpassen duikers District Raam 2019

OOST NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V.

Kwaliteit oppervlaktewater, 2009

Samen werken aan waterkwaliteit. Voor schoon, voldoende en veilig water

Wat als we geen afvoer uit Vlaanderen hadden gehad

Beek of beekmoeras? Water stroomt waar het gaan kan, en anders niet. Veldwerkplaats Beekdallandschap Verslag Geeserstroomgebied, Gees, 13 mei 2008

Herinrichting Boven Slinge. Eerste inzichten na een jaar meten. Inleiding

Case Noorder IJplas. Workshop Zon op Water 23 mei 2019

Enquête waterplanten en sportvisserij

Maatregelen en voorontwerp Peilbesluit Walcheren. 5 september 2017

algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen

Beekherstel Dommel door Eindhoven tot het Wilhelminakanaal

Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van Gelderland en Overijssel;

Het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Vallei en Veluwe

Ecologische doelstelling

Natuurkwaliteit van macrofauna in oppervlaktewater,

Meetstrategie en methodiek macrofyten 1 METHODIEK

Ontwerp-Projectplan Waterwet Herprofileren Rijnwijckse Wetering

infobulletin KEERSOPDAL over tracéalternatieven, kwaliteiten van het dal, de bedreiging hiervan, verwachtingen van burgers en de rol van de provincie

Streefpeilbesluit Optimalisatie peilbeheer Leijgraaf

Bestuursrapportage 2014 waterschap Vechtstromen Versie 24 november 2015

Nieuwe indeling van watergangen

Afvoergebied Spuikom Bath; GAF57

Presentatie van gebiedsavond Peilbesluit Zegveld Gebiedsavond De Haak 29 oktober 2018

VOORSTEL AB AGENDAPUNT :

Factsheet: NL04_STOUWE-LEIDING Stouwe

Gebiedsbeschrijving Oude Diep

Ontwerp-projectplan Waterwet Aanleg vispassage stuw 211H Leijgraaf

Vergelijking van het Nieuw Limburgs Peil met het Waterbeheerplan van waterschap Peel en Maasvallei

Voorstel. Routing voorstel. G.J. Versluis. Watersysteem. (gew )

Kleine Beerze. Bijeenkomst. 13 juli 2017

De effectiviteit van doorspoelen: van perceelsloot tot boezem. Joost Delsman

Droogte Uitdagingen governance. Vincent Beijk LCW

BELEIDSREGEL DEMPEN SLOTEN WATERSCHAP HUNZE EN AA S

III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10.

ontwerp-projectplan Waterwet Renovatie en vispassage stuw Schenkel Lopik

De vergunninghouder. Watervergunning. voor het plaatsen van een aanlegsteiger met meerpalen nabij Dijksgracht 23 in Amsterdam. Datum 25 juli 2018

Factsheet: NL04_STEEN-WETERINGa

Projectplan C8514 Aanleg stuw Rooseboom en zandvang in de Zijdewetering (ontwerpbesluit)

Waterschap Hunze en Aa s

Projectplan Holsdiek Orvelte

Bijlage(n) : Situering projectgebied (bijlage 1) Ontwerptekeningen (bijlage 2) Effect op peilen en grondwaterstanden (bijlage 3)

Zandwinputten. Baggernet Thema-ochtend over Zandwinputten. Een overzicht. Afdelingsoverleg Bodem & Water 22 juni John Maaskant.

Droogtemonitor (update)

Presentatie Waterschap De Dommel bij: Volkstuindersvereniging Bladel c.a. Door: Toon Kemps

Projectplan: Realisatie natuurvriendelijke oever Linthorst Homankanaal te Beilen

Omgevingswerkgroep Dijkversterking Thorn-Wessem

Notitie. 1 Aanleiding

Optimalisatie peilbeheer St.Anthonis-Boxmeer. Streekbijeenkomst augustus 2018

Transcriptie:

BIJLAGE 1; NOTITIE VERDRINGINGSREEKS BEEKLOOP Datum : 6 november 2013 Project : P034002, Beekherstel Beekloop Inleiding Waterschap De Dommel wil in 2014 beekherstel uitvoeren over een traject van 4,4 km van de Beekloop. Tevens wordt een zestal vismigratiebarrières aangepakt. Een belangrijke factor voor het ontwerpen van het toekomstige beekprofiel en de vispassages is de wateraanvoer. Immers, het systeem van de Beekloop wordt in hoofdzaak gevoed vanuit een inlaat bij het kanaal Bocholt Herentals. De afgelopen jaren is de wateraanvoer vanuit België in droge perioden zeer minimaal geweest; de vraag naar water was vele malen groter dan het aanbod. Het waterschap heeft in droge perioden tot op heden getracht op ad hoc basis de waterverdeling in het gebied te sturen. Beleid ontbreekt. Voor een optimale wateraanvoer in de Beekloop wil het waterschap daarom met een beleidsregel de waterverdeling sturen op basis van prioriteiten van de functies in het gebied. Daartoe is een verdringingsreeks opgesteld. Doel is overigens de verdringingsreeks slechts beperkt in te zetten. Het projectplan waarin de betreffende maatregelen staan beschreven, doorloopt gelijktijdig met de vaststelling van de verdringingsreeks een inspraakprocedure. Wettelijk kader verdringingsreeks De verdringingsreeks heeft sinds de invoering van de Waterwet een wettelijke basis in artikel 2.9 van de Waterwet die is uitgewerkt in het Waterbesluit (artikel 2.1). In dit besluit staan een aantal prioriteiten vast binnen de categorieën 1 en 2. Binnen de categorieën 3 en 4 kunnen deze aan de hand van de verschillende belangen nader worden geprioriteerd. De provincie heeft deze nadere prioritering (artikel 2.2 van het Waterbesluit) niet bij provinciale verordening vastgesteld. Conform de memorie van toelichting bij het Waterbesluit is daarmee voor het waterschap de bevoegdheid ontstaan een nadere prioritering aan te brengen binnen categorieën 3 en 4. Deze prioritering dient in het Waterbeheerplan of in een beleidsregel te worden neergelegd. De huidige verdringingsreeks betreft beleid voor een nadere prioritering binnen categorie 4 overige belangen voor de Beekloop en Keunensloop.

Omschrijving huidige watersysteem De Beekloop (KS 40) en de Keunensloop (KS50) ontvangen water via de bevloeiingsvelden De Wateringen (BE) uit het kanaal Bocholt Herentals. Dit water wordt verdeeld tussen de Keunensloop en de Beekloop bij de stuw de Hutten. Het water in de Beekloop stroomt vervolgens naar de natuurvijvers Liskes en Pastoorwijer, landbouwgebied, gemeentelijke visvijvers in Bergeijk en Westerhoven en uiteindelijk naar de Keersop. In zeer droge perioden wordt de aanvoer van het kanaal beperkt dan wel afgesloten in verband met de scheepvaart op het kanaal. Op figuur 2 zijn de gebieden / functies met waterbehoefte weergegeven. Het betreft: A) Keunensloop en landbouwpercelen B) Natuurvijvers Liskes C) Natuurvijvers Pastoorsweijer D) Visvijvers Bergeijk, visvijvers Westerhoven en landbouwgebied Enderheide E) Landbouwgebied Ganzenbroek De verdringingsreeks begint op de grens met Nederland en België. Op de hoeveelheid water die naar het Nederlandse systeem stroomt heeft Waterschap De Dommel immers geen invloed. Met de beheerders in België zijn afspraken gemaakt over de waterverdeling. Het verleden leert dat de gemaakte afspraken geen garantie geven op voldoende water. Verschillende belangen De toevoer in droge perioden is te weinig voor het aantal afnemers in het gebied. Dit zijn: de populierenbossen en bevloeiingsvelden De Wateringen van Stad Lommel. Deze worden bevloeid met het water uit het kanaal. De populieren vragen met name water in maart, De Wateringen het gehele voorjaar en zomer. De landbouw langs de Beekloop en de Keunensloop. Agrariërs gebruiken water uit deze waterlopen en beregenen in droge tijden, voor zover mogelijk. Natuurvijvers de Liskes en Pastoorsweijer van Natuurmonumenten. Deze worden op peil gehouden en ververst door het water uit de Beekloop. Gemeentelijke visvijvers. Deze worden op peil gehouden en ververst door het water uit de Beekloop. Beschermde soorten in de Beekloop. De enige populaties van de streng beschermde beekprik is in Noord-Brabant te vinden in de Keersop en de Beekloop. Daarnaast is de Beekloop één van de weinige beken waar nog een aantal unieke en zeldzame soorten kokerjuffers, waterwantsen en kevers voorkomen (eco-inventarisatie Beekloop U10-121 M Moeleker, C. Schuurmans, MJ Sanabria). Reeds gemaakte afspraken Om de verdringingsreeks zo min mogelijk in te zetten heeft het waterschap al verschillende afspraken gemaakt en acties ondernomen. Sinds de droge zomer in 2010 is Waterschap De Dommel met de Belgische waterpartners in gesprek over de wateraanvoer. Dit heeft geleid tot duidelijke afspraken. Nabij de inlaat vanuit het kanaal Bocholt Herentals zijn nog 2 inlaatpunten. Met de afnemers van deze punten is afgesproken dat deze inlaten in droge perioden worden dichtgezet zodat er meer overblijft voor de Beekloop. De Dienst Scheepvaart, verantwoordelijk voor het kanaal Bocholt Herentals, werkt aan het optimaliseren van de schutsluizen zodat er minder water verloren gaat bij het schutten. Dit bespaart veel water waardoor het inlaatpunt naar de Beekloop minder snel dicht hoeft. Met de uitvoering van het herinrichtingsproject wordt het watersysteem efficiënter ingericht en beheerd waardoor waterschaarste minder snel voorkomt. Er zijn bijvoorbeeld verschillende lopstuwen voorzien zodat water langer vastgehouden kan worden en in het voorjaar wordt extra water ingelaten zodat het systeem vol komt te staan. De maatregelen zijn opgenomen in het projectplan Beekherstel Beekloop door Royal HaskoningDHV van (11 november 2013). - 2 -

Overwegingen Agrariërs hebben voor een optimale gewasontwikkeling met name in het voorjaar en de zomer genoeg water nodig. In droge perioden voeren zij water aan uit de Keunensloop of Beekloop. Bij een onttrekkingsverbod kunnen de meeste agrariërs grondwater oppompen. Vanwege de chemische samenstelling en de lage temperatuur van grondwater heeft dit niet de voorkeur. Een ander nadeel van grondwateronttrekking is een extra kostenpost n.l. de brandstof voor de beregeningsinstallatie. Om de agrariërs een stem te geven in het proces van het beekherstelproject en daarmee samenhangend de verdringingsreeks, is een zorgvuldig proces doorlopen. Met verschillende agrariërs in het gebied zijn keukentafelgesprekken gevoerd. In de startfase zijn de wensen geïnventariseerd. Het beter sturen en vasthouden van water was een belangrijke wens. Met verschillende Lop-stuwen in het gebied en het optimaliseren van de irrigatiestuw is hier o.a. gehoor aan gegeven. Deze maatregelen zijn meegenomen in het projectplan Beekherstel Beekloop. De genoemde maatregelen zijn teruggekoppeld aan de agrariërs in verschillende keukentafelgesprekken. Tijdens deze gesprekken was tevens ruimte voor nieuwe input of aanpassingen op het gepresenteerde ontwerp. Voor zowel de natuurvijvers als de visvijvers geldt dat het water ververst dient te worden om zuurstofloosheid te voorkomen. De natuurvijvers vormen een leefgebied voor verschillende beschermde soorten, waaronder de roerdomp. (Monitoring De Liskes, inventarisatiewerkgroep IVN Bergeijk-Eersel, Natuurmonumenten, 2011) De KRW (Kaderrichtlijn Water) gaat over het behalen (of behouden) van een Goed Ecologisch Potentieel', de beekprik komt voor in de Beekloop en is een Natura 2000-soort. Vanuit de KRW is achteruitgang van (biologische) waterkwaliteit van waterlichamen naar een andere categorie juridisch niet toegestaan. Dit wordt o.a. gemeten op basis van de visstand. De beekprik valt hieronder. Op basis van deze ecologische gegevens is in het verleden op ad-hoc basis de keuze gemaakt om op momenten van verminderde inlaat de Keunensloop geen water meer te geven bij waterverdeling, maar voorrang te geven aan de Beekloop. Als de Beekloop in de zomer te weinig aanvoer krijgt, dan valt de stroomsnelheid snel terug waardoor voornamelijk slib achterblijft en de bodem bedekt raakt. Juist het achterblijven van dit slib is funest voor de beekprik en veel macrofauna die de Beekloop juist de landelijke bekendheid geeft. Uitgevoerd en gepland beekherstel is deels gericht op het vergroten van het habitat van de beekprik en de macrofauna: verwijderen van vismigratiebarrières en herstellen van de juiste morfologische condities van de beek (stroming, ondiep en zand/grind bodem). De beekprik is voor zijn voortplanting afhankelijk van grindbanken. Het verdwijnen van grindbanken door een afname van de stroming zal negatieve gevolgen hebben voor de beekprikkenpopulatie in de Beekloop. Voor nadere toelichting wordt verwezen naar de memo Natuurwaarden Beekloop/ Keersop en afhankelijkheid waterinlaat 24 november 2010. Om bij droogte de juiste omstandigheden in de beek te kunnen handhaven dient er zowel voldoende, als kwalitatief goed water door de beek te stromen. Hiervoor is het van belang het kalkhoudende water uit het kanaal richting Beekloop te sturen en dit ook in de beek te houden. Niet op alle delen in het systeem hoeven de condities voor de beekprik en macrofauna geschikt te zijn. Grofweg wordt ingezet op het deel tussen de Keersop tot de Irrigatiestuw en het deel tussen de Fressevenweg tot aan stuw Maaij. Benedenstrooms stuw Maaij komt momenteel al een populatie voor en hier zijn de omstandigheden, naast de hoeveelheid water, zeer optimaal. Zo zijn hier grindbanken aanwezig en is de beek beschaduwd. Dit geldt tevens voor het deel benedenstrooms stuw t Schut. - 3 -

70 a 100 l/s 100 l/s 100 l/s Figuur 1: Kritische trajecten, minimale afvoer in Beekloop is vereist De minimale hoeveelheid water is gekwantificeerd bij de afweging die gemaakt is voor het ontwerp van het beekherstel tussen Keersop en de Irrigatiestuw. De ondergrens voor dit deel is vastgesteld op 70 l/s. Bij deze afvoer is een minimale waterdiepte en stroomsnelheid voor de soorten in de beek aanwezig. Het systeem kent onzekerheden en de sturing van water vergt reactietijd. Zodoende is gekozen om uit te gaan van een minimaal debiet van 100 l/s in het traject Maaij t Schut. - 4 -

Prioritering Op basis van de analyse van de werking van het watersysteem, de minimaal vastgestelde afvoeren in de beek (figuur 1) en de gedefinieerde gebieden met waterbehoefte is de volgende keuze gemaakt. Beeken geldt bij droogte als indicator dat de afvoer in de beek bij Maaij, maar ook benedenstrooms van t Schut afneemt. Wanneer het debiet hier onder de 100 l/s zakt, worden achtereenvolgens dichtgezet: A4) Keunensloop vanaf de Looërheideweg + A1) De bovenstrooms gelegen landbouwpercelen voor 50% A3) Keunensloop vanaf de Bredasedijk A2) Keunensloop vanaf Weteringen +A1) De bovenstrooms gelegen landbouwpercelen voor 100% C) Natuurvijvers Pastoorsweijer D) Visvijvers Bergeijk, visvijvers Westerhoven & Landbouwgebied Enderheide E) Landbouwgebied Ganzenbroek B) Natuurvijvers Liskes Met de volgende motivering: Het handhaven van de juiste condities in de Beekloop gaat voor het in stand houden van flora en fauna in de natuurvijvers en voor het belang van landbouw en visvijvers. Hierbij wordt de Keunensloop voor de Beekprik en macrofauna opgeofferd. Primair gaat het om de hoeveelheid water, minimale hoeveelheid is 100 l/s. Omdat daarnaast de kwaliteit ook van belang is richten we het ijkpunt in bij meetpunt Beeken. Onder 100 l/s worden de verschillende aanvoeren dichtgezet in de genoemde volgorde; De Keunensloop en de bovenstrooms gelegen landbouwpercelen (A). In overleg met de agrariër gelegen ten noorden van de Keunensloop is besloten om in eerste instantie de Keunensloop gedeeltelijk af te sluiten door bij de Bredasedijk en de Looërheideweg een stuw aan te brengen. Schade aan de Keunensloop wordt geaccepteerd, omdat dit ten gunste is van de natuurvijvers en Beekloop. In overleg met de agrariërs van het bovenstrooms gelegen landbouwpercelen van de Beekloop worden de aanvoersystemen (A1), niet direct 100%, maar in eerste instantie voor 50% geknepen. Zo heeft men tijd om te reageren en ondervinden de gewassen niet een directe terugval van water wat leidt tot schade. Schade aan landbouw (A) kan geminimaliseerd worden door beregenen, mits daar een ontheffing voor is. Vervolgens wordt de natuurvijver Pastoorsweijer (C) afgesloten. Schade aan de natuurvijvers heeft enkele jaren nodig om te herstellen. Vanwege de hogere natuurwaarden van de Liskes is in overleg met Natuurmonumenten besloten eerst de Pastoorsweijer af te sluiten en in een later stadium de Liskes. Bij een verdere afname van het debiet bij meetpunt Beeken onder 100 l/s worden de aanvoeren richting de visvijvers Bergeijk, visvijvers Westerhoven en Enderheide (D) en vervolgens Ganzenbroek (E) dichtgezet. Het economisch belang van de agrariërs (E) gaat voor recreatief belang van de visvijvers (D). Ten slotte wordt de Liskes (B) dichtgezet. De reden om de Liskes als laatste dicht te zetten heeft te maken met het effect; vissen sterven, waarmee de aanwezigheid van voedsel voor broedvogels (Roerdomp) beperkt wordt. De effecten van het dichtzetten van de aanvoeren voor de landbouwgebieden benedenstrooms (staan nu ook al dicht in droge zomers en kunnen beregenen) en bij visvijvers (m.b.v. beluchting) zijn daarentegen op te lossen. Bij voldoende aanvoer van water worden omgekeerd de systemen weer opengezet; B, D,E, C, A. - 5 -

Verdringingsreeks Borkelse dijk D E Beeken E E D t Schut C A3 A4 A2 A1 A1 B Liskes Grote Foséstraat Figuur 2: Te onderscheiden gebieden met waterbehoefte - 6 -

Communicatie Tijdige communicatie over het afsluiten van de wateraanvoer is van groot belang. Alleen dan kan men, waar mogelijk, anticiperen en de schade beperken. Droogte komt niet van de één op de andere dag maar actuele informatie is wel van belang. Er wordt een mailgroep aangemaakt, zodat de direct betrokken snel en te allen tijde bereikt worden. De basis is reeds gelegd met de agrariërs die in het voortraject met het waterschap hebben gesproken over het projectplan van de Beekloop en deze verdringingsreeks. In december 2013 is er een openbare inloopbijeenkomst voorzien over het projectplan van de Beekloop en de verdringingsreeks, dan kan ieder die op de hoogte gehouden wil worden, zich aanmelden. Aanmelden kan overigens altijd. De mailgroep wordt beheerd door afdeling communicatie van het waterschap. Monitoring Er zijn reeds verschillende meetpunten in het gebied. Waterschap De Dommel heeft besloten nog een extra meetpunt in te richten bij De Beeken. Hiermee kan, in combinatie met het meetpunt bij t Schut, nauwkeuriger worden bepaald of de verdringingsreeks ingezet moet worden. 3 jaar na uitvoering van het project worden de verzamelde data geanalyseerd en afgezet tegen de meteorologische gegevens. Op basis van deze gegevensanalyse wordt het systeem zo nodig nauwkeuriger/ efficiënter ingesteld. Toekomstige ontwikkeling De verdringingsreeks is ambtelijk voorbereid met belangengroepen en wordt vervolgens bestuurlijk vastgesteld. Belanghebbenden en ingezetenen kunnen zienswijzen kenbaar maken. In het voortraject is gelijktijdig met het ontwerp projectplan voor de Beekloop de verdringingsreeks met verschillende belanghebbenden (agrariërs, gemeente Bergeijk, Natuurmonumenten en vertegenwoordigers van de hengelsportverenigingen die de visvijvers pachten) in het gebied besproken. Afhankelijk van de monitoringsresultaten kan de verdringingsreeks worden aangepast. Dat heeft betrekking op de debieten, niet op de prioritering van de belangen. - 7 -