Arbeidsmarktcijfers Taxibranche

Vergelijkbare documenten
Kerncijfers Taxivervoer 2007/2008

Kerncijfers Taxivervoer 2009/2010

Factsheet Glastuinbouw 2016

Factsheet Loonwerk 2016

in het kort OFED Arbeidsmarktmonitor elektrotechnische detailhandel 2013

Flexibele Arbeidsrelaties: Vast versus Tijdelijk Contract

Factsheet Groenvoederdrogerijen 2016

Factsheet Open Teelten Landbouw 2016

Factsheet Open Teelten Boomkwekerij 2016

Feiten en cijfers 2010 Branche WMD

Factsheet Open Teelten Tuinbouw 2016

Sociaal Fonds Taxi Henk van Gelderen- Sociaal Fonds Taxi. 20 juni s Hertogenbosch

Factsheet Open Teelten Bloembollen 2016

Feiten en cijfers 2010 Branche Kinderopvang

Factsheet Hoveniers 2016

Werkgelegenheidsonderzoek 2010

Aantal medewerkers West-Brabant

Aantal medewerkers Zuidoost-Brabant

Factsheet Groothandel in Bloembollen 2016

Factsheet Varkensverbetering 2016

Factsheet Open teelten Landbouw Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013

Aantal medewerkers Noordoost-Brabant

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarapportage 2008

Sectormonitor 2018-Q1

Factsheet Bos en Natuur Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt 2013

AWBZ en Wlz: een vergelijking

Factsheet Loonwerk Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013

Personeelsmonitor Decentrale overheidssectoren

Sectormonitor 2017-Q4

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016

Factsheet Paddenstoelen 2016

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2004

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt

KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE

Kengetallen Mobiliteitsbranche

Factsheet Groothandel in Bloembollen Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013

Factsheet Open teelten Boomkwekerij Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013

Werkgelegenheidsonderzoek 2011

Ontwikkeling werkgelegenheid en werkloosheid 2003

Factsheet Bedrijfsverzorging 2016

Bekendheid Norm Gezond Bewegen

Sectormonitor 2017-Q1

Kengetallen mobiliteitsbranche

Factsheet Loonwerk 2015 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2014

Aantal instromende studenten tussen gedaald. Figuur 1: Ontwikkeling instroom lerarenopleidingen

Sectormonitor 2017-Q2

Factsheet Groothandel in Bloembollen Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Sectormonitor 2018-Q4

Uitdagingen voor de arbeidsmarkt van morgen

Sectormonitor 2019-Q1

Sectormonitor 2018-Q3

Factsheet Varkensverbetering Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal

Trends in passend onderwijs

Sectormonitor 2018-Q2

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2007

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2005

ONTSLAGSTATISTIEK Jaarrapportage 2001

Factsheet Open teelten Tuinbouw 2014 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013

Pensioenfondsen ndsen en hun deelnemers,

Van Spaendonck MKB Banenmonitor. 2e kwartaal 2015

Totaalbeeld arbeidsmarkt: werkloosheid in februari 6 procent

Personeelsmonitor Decentrale overheidssectoren

Allochtonen op de arbeidsmarkt

Kortetermijnontwikkeling

[BIJLAGE 3 uit de CAO Taxivervoer ] OVERGANG PERSONEEL BIJ OVERGANG VERVOERSCONTRACTEN (OPOV)

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2006

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer Na datum 29 oktober 2012 van Judith Terwijn

GJ/C10748/2014/0147. Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van Sociaal Fonds Taxi. Zoetermeer, november 2014

Update basisinformatie Koers VO

Alcoholhulpvraag in Nederland

Arbeidsmarktgehandicaptenzorg 2014 de eerste beelden..

Duiding Arbeidsmarktontwikkelingen juni 2017

Langzaam maar zeker zijn ook de gevolgen van de economische krimp voor de arbeidsmarkt zichtbaar

Kwartaalrapportage Arbeidsmarkt Breda 2009

Personeelsmonitor Gemeenten 2013

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Kengetallen tankstations en wasbedrijven Arbeidsmarktontwikkelingen in de periode en de trend voor 2016

Taxibrancheonderzoek 2012

Monitor Economie 2018

Werkloosheidsuitkeringen (WW)

Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie

Analyse van de instroom van allochtone studenten op de pabo 1

pagina 1 18 onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 aan Sectorcommissie Loonwerk Documentnummer N datum 29 november 2011 van Daniella van der Veen

Kwartaalmonitor detacheringsbranche Rapportage Q4 2016

CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen

Personeelsmonitor 2011 Samenvatting

Eerste Resultaten Arbeidskrachtenonderzoek 2002 EERSTE RESULTATEN ARBEIDSKRACHTEN ONDERZOEK CURAÇAO 2002

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015

Evolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013

Zzp ers in de provincie Utrecht Onderzoek naar een groeiende beroepsgroep

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Crisismonitor Drechtsteden

Figuur 1: Verzuimpercentage onderwijzend personeel en ondersteunend personeel in het primair onderwijs en voortgezet onderwijs ( ).

KWARTAALMONITOR JULI Omzetontwikkeling van freelancers en flexwerkers in Nederland

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal

Transcriptie:

Arbeidsmarktcijfers Taxibranche Cijfers en trends 212-217

2

Cijfers en trends 212-217 INHOUD Inleiding arbeidsmarktcijfers 212-217 5 Samenvatting en bevindingen 6 1. Kenmerken bedrijfstak 8 1.1 Aantal werkgevers en werknemers 8 1.2 Loonsomontwikkeling branche 1 1.3 Bedrijfsgrootte naar aantal dienstverbanden 1 1.4 Faillissementen (naar bedrijven en naar werknemers) 12 2. Kenmerken dienstverbanden 14 2.1 Aantal dienstverbanden naar contractsoort 14 2.2 Aantal dienstverbanden naar geslacht en soort contract 15 2.3 Aantal personen naar leeftijdscategorie 17 2.4 Aantal personen met meerdere dienstverbanden 18 2.5 Omvang dienstverbanden 19 3. Kenmerken instroom en doorstroom 2 3.1 Instroom per leeftijdscategorie 2 3.2 Deelnemingstijd aan pensioenfonds 22 3

4

Cijfers en trends 212-217 INLEIDING ARBEIDSMARKTCIJFERS 212-217 In dit rapport treft u de arbeidsmarktcijfers aan van de taxibranche over de periode 212 tot en met 217. Daarbij moet worden opgemerkt dat de cijfers zich beperken tot taxibedrijven met personeel in loondienst. Gegevens over medewerkers betreffen dus medewerkers die in loondienst zijn van taxibedrijven. Dit betekent dat dit rapport geen informatie bevat over de ZZP ers die actief zijn in de taxibranche. Zij houden zich hoofdzakelijk bezig met de bel- en opstapmarkt in de grote steden. Bedrijven met personeel in loondienst vervoeren uitsluitend of hoofdzakelijk personen op basis van een vervoerscontract dat is aangegaan met een opdrachtgever op basis van een aanbestedingsprocedure. De belangrijkste opdrachtgevers zijn gemeenten (voor het leerlingenvervoer, het instellingenvervoer en het Wmo-vervoer), provincies en vervoersautoriteiten (voor de regiotaxi en het aanvullend openbaar vervoer) en de ziektekostenverzekeraars (voor het vervoer van personen ten behoeve van een medische behandeling). Het bestuur van Sociaal Fonds Taxi wil met dit rapport relevante informatie verschaffen over de taxibranche die door diverse stakeholders gebruikt kan worden. Tot op het moment van publicatie van dit rapport was deze informatie niet éénduidig en overzichtelijk vastgelegd op één plaats. Vanaf nu zal ieder een nieuwe geactualiseerde versie van dit rapport worden gepubliceerd. 5

SAMENVATTING EN BEVINDINGEN 1. Kenmerken bedrijfstak De taxibranche is in de periode 212 tot en met 217 fors gekrompen. Dit betreft zowel het aantal taxibedrijven als het aantal werknemers. De beste indicator voor de krimp is de totale loonsom, die gecorrigeerd voor loonstijgingen, 31% is gedaald. De krimp wordt veroorzaakt door de bezuinigingen van opdrachtgevers op het gebruik van collectieve vervoerssystemen zoals schoolvervoer, Wmo- vervoer, regiotaxi, vervoer van en naar ziekenhuizen voor behandelingen, etc. Door strengere indicatiestelling, beperking van individuele reisbudgetten en gebruikers over te laten stappen op vervoer met het OV, is het gebruik van de taxi afgenomen. Hoewel het taxivervoer ook in de toekomst onder druk zal staan, is de verwachting dat de grootste krimp achter de rug is. De samenstelling van de bedrijfstak is in de periode 212-217 ongeveer hetzelfde gebleven. De bedrijfstak bestaat voor 75% uit kleine bedrijven ( tot 2 medewerkers) die in totaal 18% van het aantal medewerkers werkzaam in de taxibranche in dienst hebben. De grootste bedrijven met meer dan tweehonderdvijftig werknemers vertegenwoordigen slechts 1% van het totaal aantal bedrijven. Zij hebben 31% van het totaal aantal medewerkers in dienst. Het aantal faillissementen is in de periode 212 tot en met 217 conform de landelijke trend gedaald, maar blijft nog steeds hoog. Dit is deels te wijten aan de aanbestedingssystematiek die opdrachtgevers hanteren voor het gunnen van het taxivervoer. Onderzoek van SEO Economisch Onderzoek wijst uit dat door deze systematiek risicovol inschrijven wordt gestimuleerd en de kans op faillissement toeneemt. 2. Kenmerken dienstverbanden In de periode 212 tot en met 217 is het aantal fulltime dienstverbanden relatief meer gedaald dan het aantal parttime contracten. Het aantal MUP-contracten (arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht) is min of meer stabiel gebleven. Deze contractvorm is min of meer vergelijkbaar met een oproepcontract. Thans zijn er evenveel parttime als MUP-dienstverbanden. Het aandeel fulltime dienstverbanden is slechts 12%. De verdeling tussen mannen en vrouwen is in de afgelopen zes nauwelijks veranderd. Ongeveer tweederde van de werknemers is man en éénderde is vrouw. Mannen hebben vaker een fulltime arbeidscontract, vrouwen vaker een MUP-overeenkomst. 6

Cijfers en trends 212-217 De werknemer in de taxibranche is relatief oud. Ruim 6% van de werknemers is vijftig of ouder. Dit is een logisch gevolg van de aard van de werkzaamheden. In het omgaan en vervoeren van kwetsbare doelgroepen zijn competenties zoals empathie, geduld, zorg en gastheerschap vereist. Hierbij is een zekere levenservaring en leeftijd een pré. De omvang van de dienstverbanden is in de loop van de tijd afgenomen. Thans heeft 55% van de werknemers een arbeidscontract van tot 1 uur, 16% heeft een arbeidscontract van 1 tot 2 uur. Deze beperkte omvang is deels te wijten aan de aard van de werkzaamheden. Schoolvervoer beperkt zich tot één rit naar school en één rit naar huis op één dag. Het combineren met een ander soort vervoer is niet altijd mogelijk. 3. Kenmerken instroom en doorstroom De instroom van nieuwe medewerkers in de taxibranche is al jaren min of meer constant en bedraagt 13% van het totale werknemersbestand. Het totale werknemersbestand is afgenomen. Er is sprake van een relatief hoge doorloopsnelheid van werknemers. Dat is terug te zien in de duur van de periode dat werknemers werkzaam zijn in de taxibranche. Bijna 1. werknemers op het totaal van ruim 24. zijn korter dan twee actief in de sector. Deze korte dienstverbanden worden veroorzaakt door een combinatie van factoren. De korte duur van een vervoerscontract met een grote kans dat dit vervolgens bij de volgende aanbesteding naar een andere vervoerder gaat, is er één van. Daarnaast is er door de invoering van de Wet werk en zekerheid recht op transitievergoeding na een diensttijd van twee. Dit zijn kosten die bedrijven niet altijd hadden voorzien. Bedrijven proberen deze kosten te vermijden door korte dienstverbanden aan te gaan. Tot slot is het vak van taxichauffeur ook geschikt bij een re-integratietraject. In een latere fase ligt doorstroming naar andere beroepen voor de hand. 7

1. KENMERKEN BEDRIJFSTAK 1.1 Aantal werkgevers en werknemers Het aantal bedrijven met personeel in loondienst in de taxisector is de laatste vijf gedaald van 1.236 bedrijven in 212 naar 967 bedrijven in 217. De snelste daling vond plaats tussen 214 en 215 een daling van meer dan honderd taxibedrijven. Figuur 1.1 Aantal bedrijven met personeel in loonsom in de branche 1.4 1.2 1. 8 6 4 2 212 213 214 215 216 217 In figuur 1.2 is te zien dat het aantal nieuwe bedrijven met personeel vooral in 216 groot is. Er zijn in dat 76 taxibedrijven gestart. In 217 is het aantal nieuwe bedrijven met personeel flink gedaald en weer op het niveau van 215 gekomen met 47 nieuwe bedrijven. Bij het aantal nieuwe bedrijven zitten ook bedrijven die een doorstart hebben gemaakt. Figuur 1.2 Aantal nieuwe bedrijven met personeel 8 6 4 2 212 213 214 215 216 217 Bron: Sociaal Fonds Taxi 8

Cijfers en trends 212-217 Van 212 tot en met 217 is het aantal werknemers (exclusief uitzendkrachten) gedaald met bijna 1. werknemers van 31.442 in 212 naar 21.784 in 217. In 217 vlakt de daling van het aantal werknemers iets af. In deze zes is het aantal werknemers met uitzondering van uitzendkrachten 31% gedaald. Figuur 1.3a Totaal aantal werknemers in de bedrijfstak per kalender (212-217), exclusief uitzendkrachten 35. 3. 25. 2. 15. 1. 5. 212 213 214 215 216 217 en Sociaal Fonds Taxi De lijn van van figuur 1.3a en de bovenste lijn van figuur 1.3b hebben hetzelfde verloop. In 217 werkt 12% van de ruim 25. werknemers in de bedrijfstak bij een uitzendbureau. 9% van deze 12% valt onder de werkingssfeer van de cao SFT. In 212 werkte slechts 5% van de werknemers bij een uitzendbureau. Deze mensen vielen allen onder de werkingssfeer van de cao SFT. De daling van het aantal werknemers zonder uitzendkrachten in de periode 212-217 is 31%. De daling over dezelfde 6 met uitzendkrachten is 25%. De daling van het aantal werknemers wordt ten dele gecompenseerd met de stijging van het aantal uitzendkrachten die werkzaam zijn in de bedrijfstak. Figuur 1.3b Totaal aantal werknemers in de bedrijfstak 31-12- enig (212-217) inclusief weknemers werkzaam bij uitzendbureaus 4. 35. 3. 25. 2. 15. 1. 5. 212 213 214 215 216 217 aantal werknemers in de bedrijfstak inclusief uitzendkrachten aantal werknemers bij uitzendbureau's aantal werknemers bij uitzendbureau's vallend onder de werkingssfeer van de cao SFT en Sociaal Fonds Taxi 9

1.2 Loonsomontwikkeling branche In figuur 1.4 is de loonsomontwikkeling te zien, gecorrigeerd naar de loonontwikkeling in de bedrijfstak. De totale loonsomdaling tussen 211 en 217 is 16..; een daling van 31%. Figuur 1.4 Totale loonsom taxibedrijven per kalender zonder loonsverhoging (211-217) 6.. 45.. 3.. 15.. 211 212 213 214 215 216 217 Bron: Sociaal Fonds Taxi 1.3 Bedrijfsgrootte naar aantal dienstverbanden In figuur 1.5 is te zien dat de meeste bedrijven een personeelsgrootte hebben van -2 dienstverbanden. Bedrijven met meer dan tweehonderdvijftig dienstverbanden zijn veruit in de minderheid. Figuur 1.5 Aantal bedrijven naar grootte op basis van aantal dienstverbanden (212-217) 1. 75 5 25 212 213 214 215 216 217-2 21-5 51-1 11-25 > 25 Over de gehele linie zijn bedrijven tussen 212 en 217 kleiner geworden. Het aantal kleine bedrijven in de categorie tot 2 dienstverbanden is de afgelopen zes in aantallen het sterkst afgenomen, namelijk met 159 bedrijven (18%). Procentueel gezien zijn de bedrijven met 11 tot 25 dienstverbanden 1

Cijfers en trends 212-217 het sterkst afgenomen (54%). Het aantal bedrijven in deze categorie is gedaald met 35 bedrijven. Alleen het aantal middelgrote bedrijven in de categorie 51 tot 1 dienstverbanden is redelijk stabiel gebleven met in 217 8 bedrijven. In figuur 1.6 is te zien dat ondanks de afname van het aantal bedrijven met een omvang van tot 2 dienstverbanden, deze categorie in 217 verreweg de grootste is. 75% van de bedrijven met personeel valt in deze categorie. 12% van de bedrijven heeft tussen 21 tot 5 dienstverbanden. Slechts 4% van de bedrijven heeft meer dan honderd dienstverbanden. Figuur 1.6 Aantal bedrijven naar grootte op basis van aantal dienstverbanden (217 en %) 1% 8% 3% 12% 75% -2 dienstverbanden 21-5 dienstverbanden 51-1 dienstverbanden 11-25 dienstverbanden > 25 dienstverbanden Figuur 1.7 Aantal werknemers werkzaam bij bedrijven per groottecategorie (op basis van aantal dienstverbanden) in 217 16% 31% 15% 17% 21% -2 dienstverbanden 21-5 dienstverbanden 51-1 dienstverbanden 11-25 dienstverbanden > 25 dienstverbanden In figuur 1.7 is voor 217 te zien welk percentage van alle werknemers werken in de verschillende bedrijfsgroottecategorieën. Als je figuur 1.6 en 1.7 met elkaar vergelijkt is te zien dat de verdeling van dienstverbanden naar bedrijfsgrootte omgekeerd evenredig is aan het aantal bedrijven naar bedrijfs- 11

grootte. Onder de bedrijfsgroottecategorie tot 2 dienstverbanden vallen weliswaar de meeste bedrijven, maar deze categorie vertegenwoordigt op één categorie na het minst aantal werknemers. Bij 1% van de bedrijven in de categorie meer dan 25 werknemers, werkt in totaal maar liefst 31% van het totaal aantal werknemers in de bedrijfstak. Bijna 8. werknemers werken in deze groottecategorie. 1.4 Faillissementen (naar bedrijven en naar werknemers) In de figuur hieronder is te zien dat het aantal faillissementen vanaf 214 afneemt en lijkt te stabiliseren vanaf 216. Figuur 1.9a laat het aantal faillissementen van alle bedrijven en instellingen in Nederland zien tussen 212 en 217. Ook voor geheel Nederland blijkt vanaf 214 het aantal faillissementen af te nemen. De lijn in de lijndiagram met het aantal faillissementen in geheel Nederland daalt sneller dan die van de taxibranche. Figuur 1.8 Aantal faillissementen taxibranche (212-217) 7 52,5 35 17,5 212 213 214 215 216 217 Bron: Sociaal Fonds Taxi Figuur 1.9a Aantal faillissementen bedrijven en instellingen in Nederland totaal (212-217) 9. 6.75 4.5 2.25 212 213 214 215 216 217 alle bedrijven en instellingen Nederland (CBS) Bron: CBS 12

Cijfers en trends 212-217 In figuur 1.19b is te zien dat het aantal faillissementen in de gehele transportbranche tussen 212 en 217 daalt. In tegenstelling tot de taxibranche daalt het aantal faillissementen in de gehele transportsector in 216 licht. De faillissementen in de taxibranche stabiliseren zich vanaf dat. Figuur 1.9b Aantal faillissementen branche Vervoer en Opslag totaal en taxibranche (212-217) 4 3 2 1 212 213 214 215 216 217 Taxibedrijven Branche Vervoer en Opslag totaal (CBS) Bron: Sociaal Fonds Taxi en CBS Hoewel er in het aantal bedrijfsfaillissementen wel een forse afname is te zien tussen 215 en 216, nam het aantal betrokken werknemers bij faillissementen juist toe (figuur 1.1). In 216 was er zelfs een flinke piek te zien van 1.726 werknemers die betrokken waren bij een faillissement. In 217 was wel een forse daling van het aantal betrokken werknemers te zien. Figuur 1.1 Aantal werknemers betrokken bij faillissementen 1.8 1.35 9 45 213 214 215 216 217 Bron: Sociaal Fonds Taxi 13

2. KENMERKEN DIENSTVERBANDEN 2.1 Aantal dienstverbanden naar contractsoort Tussen 212 en 217 is het aantal dienstverbanden in de bedrijfstak afgenomen. De afname tussen 212 en 217 van het aantal dienstverbanden doet zich voor in alle contractsoorten, zowel fulltime, parttime als MUP ers. Het aantal dienstverbanden is in totaal gedaald. Het aantal fulltimers daalde het hardst (43%). Het aantal MUP-contracten is in diezelfde periode gedaald met 18% (1.22 dienstververbanden) en het aantal parttime dienstverbanden is gedaald met 19% (2.371 dienstverbanden). Figuur 2.1 Soort dienstverband (per 31-12- enig ) in de branche, per contractsoort in procenten (212-217) 4. 3. 2. 1. 212 213 214 215 216 217 MUP Parttime Fulltime In 217 stijgt het aantal dienstverbanden iets ten opzichte van 216 (met 642 dienstverbanden). Het aantal fulltime dienstverbanden daalt en het aantal parttime dienstverbanden stijgt licht, het aantal MUP-contracten stijgt het meest. 14

Cijfers en trends 212-217 Het aantal fulltimers in de branche in 217 is aanzienlijk lager dan het aantal parttimers en MUP-krachten. Respectievelijk 2.846 versus 1.96 parttimers en 1.699 MUP-krachten. Slechts 11% van de dienstverbanden in 217 bestaat uit fulltime aanstellingen, 45% van de dienstverbanden zijn parttime dienstverbanden en 44% zijn MUP-contracten (figuur 2.2). Figuur 2.2 Aantal dienstverbanden naar contractsoort in 217 als percentage van het totaal aantal dienstverbanden 12% 44% 45% Totaal Fulltime Totaal Parttime Totaal MUP 2.2 Aantal dienstverbanden naar geslacht en soort contract De verhouding tussen mannen en vrouwen werkzaam in de taxibranche is de afgelopen jaren vrijwel constant gebleven. Er werken ongeveer twee keer zoveel mannen als vrouwen in de bedrijfstak. Figuur 2.3 Verdeling in procenten naar soort dienstverbanden (per 31-12-enig ) naar geslacht (212-217) 1% 75% 5% 25% % 212 213 214 215 216 217 Totaal vrouw Totaal man 15

Als figuren 2.4a en 2.4b met elkaar vergeleken worden over de jaren heen, valt op dat procentueel gezien vrouwen bijna tweemaal zo vaak een klein dienstverband hebben dan mannen. Mannen hebben vaker een groter dienstverband (in dit geval dienstverband tussen 31 en 4 uur per week). Mannen hebben ook vaker dan vrouwen een MUP-contract. Figuur 2.4 a en b Percentage van soort dienstverbanden (a. vrouw en b. man) naar contractsoort in % (212-217) a. Vrouw b. Man 1% 1% 75% 75% 5% 5% 25% 25% % 212 213 214 215 216 217 Fulltime Parttime MUP % 212 213 214 215 216 217 Fulltime Parttime MUP Het percentage vrouwen dat in 217 een MUP-contract heeft, is lager dan het percentage mannen met een MUP-contract. Het aantal fulltime contracten bij mannen is relatief hoger dan bij vrouwen. Weliswaar is het absolute aantal werkzame mannen en vrouwen afgenomen, maar de verhouding man / vrouw is voor wat betreft het percentage fulltime, parttime en MUP-contract ongeveer hetzelfde gebleven. Figuur 2.5 Verdeling vrouwen en mannen naar soort dienstverband in 217 a. Vrouw b. Man 5% 15% 38% 46% 57% 38% Fulltime Parttime MUP Fulltime Parttime MUP 16

Cijfers en trends 212-217 2.3 Aantal personen naar leeftijdscategorie De helft van het aantal mensen werkzaam in de taxibranche is tussen 51 en 64 oud. In aantallen komt dit neer op 12.249 personen. Figuur 2.6 Verdeling aantal werkzame personen naar leeftijdscategorie in 217 14. 1.5 7. 3.5 jonger dan 21 21-3 31-4 41-5 51-64 Aantal werkzame personen in 217 naar leeftijdscategorie 65 en ouder Van de ruim 25. werknemers in de branche, zijn slechts 2.3 mensen 3 of jonger. Dit is 9% van het totaal aantal werknemers in de bedrijfstak. 61% is 51 of ouder (figuur 2.7). Figuur 2.7 Percentage werkzame personen in de branche naar leeftijdscategorie in 217 9% 1% 8% 1% 51% 2% jonger dan 21 21-3 31-4 41-5 51-64 65 en ouder 17

2.4 Aantal personen met meerdere dienstverbanden Het aantal personen dat bij dezelfde werkgever meer dan één dienstverband heeft, blijft door de jaren heen stabiel en is nagenoeg verwaarloosbaar. Het kunnen werknemers zijn die meerdere functies bij een bedrijf uitoefenen en daarom meerdere dienstverbanden hebben, bijvoorbeeld als chauffeur én planner. Het aantal mensen met meerdere dienstverbanden bij verschillende werkgevers is in de loop der jaren afgenomen. Figuur 2.8 Aantal personen met meerdere dienstverbanden, verdeling bij zelfde werkgever of bij meerdere werkgevers binnen de taxibranche (212-217) 28 21 14 7 212 213 214 215 216 217 Bij dezelfde werkgever Bij meerdere werkgevers 18

Cijfers en trends 212-217 2.5 Omvang dienstverbanden De afgelopen jaren is de verhouding tussen de omvang van dienstverbanden ongeveer hetzelfde gebleven. In ieder in figuur 2.9 zijn de helft van alle dienstverbanden, contracten met maximaal 1 uur per week. Daarna volgt de categorie dienstverbanden met 31 tot 4 uur per week, gevolgd door de groep werknemers met 11 tot 2 uur in de week en tot slot de groep werknemers met een arbeidscontract van 21 tot 3 uur per week. Het aantal kleine dienstverbanden ( tot 1 uur per week) en middelgrote dienstverbanden (21 tot 3 uur per week) stijgt het laatste, terwijl het aantal grote dienstverbanden zich lijkt te stabiliseren. Figuur 2.9 Omvang van de dienstverbanden totaal, 212-217 (basis: actieve dienstverbanden op 31-12-enig ) 16. 12. 8. 4. 212 213 214 215 216 217 < 1 uur per week 11-2 uur per week 21-3 uur per week 31 uur > per week In figuur 2.1 is duidelijk te zien dat meer dan de helft van het aantal dienstverbanden in 217 een omvang heeft van tot 1 uur per week (55%). 7% van de dienstverbanden heeft een omvang van 2 uur of minder per week. 21% van de dienstverbanden heeft een omvang tussen de 31 uur per week of meer. Figuur 2.1 Omvang van de dienstverbanden naar uren per week totaal in 217 (%) 21% 9% 16% 55% 1 uur of < per week 11-2 uur per week 21-3 uur per week 31 uur of > per week 19

3. KENMERKEN INSTROOM EN DOORSTROOM 3.1 Instroom per leeftijdscategorie In figuur 3.1 is grofweg onderscheid gemaakt in vier soorten instroom: geheel nieuw of langer dan 2 uit de sector minder dan 2 uit de sector minder dan 1 uit de sector minder dan 2 maanden uit de sector. De totale instroom schommelt tussen 1.5 en 9. mensen per kalender. Ongeveer een derde van de instroom bestaat uit personen die nieuw zijn in de sector of langer dan twee uit de sector zijn geweest. Figuur 3.1 Instroom per kalender naar soorten instroom 212-217 12. 9. 6. 3. 212 213 214 215 216 217 < 2 uit sector < 1 uit sector <2 mnd uit sector Geheel nieuw of langer dan 2 uit de sector 2

Cijfers en trends 212-217 In figuur 3.2 is te zien dat sinds 212 mensen vooral instromen uit de leeftijdscategorie 51 tot 64. De laatste jaren wordt het aandeel van deze leeftijdscategorie in de instroom groter. De instroom in de leeftijdscategorie 31 tot 4 is daarentegen de afgelopen zes gedaald. Figuur 3.2 Instroom per kalender naar leeftijdscategorie 212-217 12 9 6 3 212 213 214 215 216 217 > 65 51-64 41-5 31-4 21-3 Jonger dan 21 In 217 was 56% van de nieuwe medewerkers in de bedrijfstak 51 of ouder. Slechts 14% van de instroom was 3 of jonger. 3% is tussen de 31 en 5. Figuur 3.3 Aandeel instroom per leeftijdscategorie in 217 (%) 9% 2% 12% 1% 47% 2% Jonger dan 21 21-3 31-4 41-5 51-64 > 65 21

3.2 Deelnemingstijd aan pensioenfonds De meeste personen die in 217 in de bedrijfstak gewerkt hebben, hebben één à twee in de branche gewerkt. Dit zijn bijna 1. personen en is 41% van het aantal actieve deelnemers aan het pensioenfonds in dit. De op één na grootste groep actieve personen in 217 waren de 7.497 personen die 6 tot 1 in de bedrijfstak werkten. Dit is bijna een derde van het aantal actieve personen in 217 (figuur 3.4). Figuur 3.4 Aantal actieve personen naar deelnemingstijd aan het pensioenfonds van de bedrijfstak (in categorieën) in 217 1. 7.5 5. 2.5-2 3-5 6-1 11-2 21-3 3 of meer aantal actieve personen in 217 De verdeling naar deelnemingstijd aan het pensioenfonds bij de verschillende leeftijdscategorieën ziet er nagenoeg hetzelfde uit. In elke leeftijdscategorie werken de meeste personen -2 in de branche. Aanzienlijk minder personen werken 3-5 in de branche. Zeker in vergelijking met het aantal personen dat 6-1 in de branche werkt. Figuur 3.5 Deelnemingstijd (in categorieën) aan Pensioenfonds naar leeftijdscategorie in 217 5 375 25 125 jonger 21-3 dan 21 31-4 41-5 51-64 65 en ouder -2 3-5 6-1 11-2 21-3 3 of meer 22

Cijfers en trends 212-217 Disclaimer De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Sociaal Fonds Taxi. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld en toestemming is gekregen. Vermenigvuldigen en/of openbaarmaking in welke vorm ook is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming. Sociaal Fonds Taxi aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden. Colofon ONTWERP De Regiekamer, Zaltbommel REDACTIE Sociaal Fonds Taxi Copyright augustus 218 Sociaal Fonds Taxi. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend. 23

Sociaal Fonds Taxi Boschweg 2, 415 DL Culemborg Postbus 154, 41 AD Culemborg T 345-478 473 F 345-478 48 E info@sociaalfondstaxi.nl I www.sociaalfondstaxi.nl