Datum van inontvangstne ming : 14/05/2012

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Datum van inontvangstne ming : 14/05/2012"

Transcriptie

1 Datum van inontvangstne ming : 14/05/2012

2 Resumé C-166/12-1 Zaak C-166/12 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie Datum van indiening: 3 april 2012 Verwijzende rechter: Krajský soud v Praze (arrondissementsrechtbank te Praag) Datum van de verwijzingsbeslissing: 27 maart 2012 Verzoekende partij: Radek Časta Verwerende partij: Česká správa sociálního zabezpečení Prejudiciële vragen 1. Hoe moet het begrip kapitaal dat overeenkomt met de pensioenrechten in artikel 11, lid 2, van bijlage VIII bij verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van deze Gemeenschappen, zoals gewijzigd bij verordening nr. 723/2004 van de Raad (hierna: Ambtenarenstatuut ), worden begrepen? Omvat dit begrip zowel het bedrag van de pensioenrechten zoals dit in de vorm van de actuariële tegenwaarde is omschreven als het bedrag van de pensioenrechten zoals dit in de vorm van de afkoopsom is omschreven in artikel 11, lid 2, van bijlage VIII bij het Ambtenarenstatuut in de versie die van kracht was vóór de inwerkingtreding van verordening nr. 723/2004, of moet het worden gelijkgesteld met slechts een van die twee begrippen, en, indien dit niet het geval is, hoe verschilt het van die begrippen? NL

3 RESUMÉ VAN HET VERZOEK OM EEN PREJUDICIËLE BESLISSING ZAAK C-166/12 2. Staat artikel 11, lid 2, van bijlage VIII bij het Ambtenarenstatuut, juncto artikel 4, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie, zoals gewijzigd bij het Verdrag van Lissabon, eraan in de weg dat de methode voor de berekening van de pensioenrechten wordt toegepast waarin is voorzien in 105a, lid 1, van wet nr. 155/1995 betreffende de pensioenverzekering en in regeringsbesluit nr. 587/2006 houdende vaststelling van nadere bepalingen over de wederzijdse overdracht van pensioenrechten aan en van het pensioenstelsel van de Europese Gemeenschappen? Is het in dit verband relevant dat die berekeningsmethode in een specifiek geval tot gevolg heeft dat de voor overdracht aan het pensioenstelsel van de EU aangeboden pensioenrechten niet eens de helft bedragen van het bedrag van de door een ambtenaar aan het nationale pensioenstelsel betaalde bijdragen? 3. Moet het arrest van het Hof van Justitie in zaak C-293/03, Gregorio My/ Rijksdienst voor pensioenen (RVP), aldus worden uitgelegd dat voor de berekening van de waarde van de aan het pensioenstelsel van de EU over te dragen pensioenrechten volgens een actuariële methode die afhankelijk is van het tijdvak van verzekering, de individuele vaststellingsgrondslag ook het tijdvak dient te omvatten waarin de EU-ambtenaar vóór de datum van indiening van een verzoek om overdracht van pensioenrechten al bijdragen heeft betaald aan het pensioenstelsel van de EU? Toepasselijke bepalingen van het EU-recht Artikel 4, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie Artikel 11, lid 2, van bijlage VIII bij het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden, in die versie die van kracht was tot 30 april 2004: De ambtenaar die in dienst van de Gemeenschappen treedt [...] kan bij zijn aanstelling in vaste dienst hetzij de actuariële tegenwaarde van, hetzij de afkoopsom voor de rechten op ouderdomspensioen die hij uit hoofde van [eerdere activiteiten] heeft verworven, aan de Gemeenschappen doen betalen. Sinds 1 mei 2004 luidt de overeenkomstige bepaling als volgt: De ambtenaar [...] kan, na zijn aanstelling in vaste dienst, doch vóór het tijdstip waarop hij het recht op een ouderdomspensioen in de zin van artikel 77 van het Statuut verkrijgt, het kapitaal dat overeenkomt met de pensioenrechten die hij uit hoofde van [eerdere] activiteiten heeft verworven, geactualiseerd tot op de dag waarop de overdracht plaatsvindt, aan de Gemeenschappen doen betalen. In dat geval bepaalt de instelling waarbij de ambtenaar werkzaam is, [...] het aantal pensioenjaren dat zij volgens de communautaire pensioenregeling aanrekent [...] op basis van het overgeschreven kapitaal [...] 2

4 Toepasselijke bepalingen van nationaal recht Wet nr. 589/1992 betreffende socialezekerheidsbijdragen en bijdragen voor het tewerkstellingsbeleid van de overheid Volgens de 3 tot en met 5 van deze wet dienen de pensioenbijdragen ten dele door de werkgever en ten dele door de werknemer worden betaald. De bijdrage wordt berekend aan de hand van een percentage van de vaststellingsgrondslag voor het relevante tijdvak en het totale bedrag ervan (de som van het aandeel van de werkgever en van het aandeel van de verzekerde) bedroeg 27,2 % vanaf 1993, 26 % vanaf 1996 en 28 % sinds Wet nr. 155/1995 betreffende de pensioenverzekering Volgens de 33 tot en met 36 van deze wet bestaat het ouderdomspensioen uit een basisbedrag, dat hetzelfde is voor alle pensioenaanvragers, en een variabel bedrag dat afhankelijk is van het tijdvak van verzekering dat de aanvrager in totaal heeft vervuld, en van het bedrag van de berekeningsgrondslag. Volgens 15 van deze wet is de berekeningsgrondslag afgeleid van de individuele vaststellingsgrondslag, die volgens 16 van de wet bestaat uit het geïndexeerde maandgemiddelde van het inkomen waarover gedurende het gehele tijdvak van verzekering, maar maximaal gedurende de laatste 30 jaar, pensioenbijdragen zijn betaald. De berekeningsgrondslag bestaat uit de individuele vaststellingsgrondslag, die tot CZK volledig, van CZK tot CZK voor 30 % en boven CZK voor 10 % in aanmerking wordt genomen. Het tijdvak van verzekering omvat ook tijdvakken waarin doorgaans geen noemenswaardig inkomen wordt verworven ( vervangende tijdvakken van verzekering, zoals tijdvakken waarin voor de kinderen wordt gezorgd of studietijdvakken). Voor de berekening van de individuele vaststellingsgrondslag wordt de referentieperiode verminderd met de uitgesloten tijdvakken, die inhoudelijk grotendeels samenvallen met de vervangende tijdvakken van verzekering. Volgens 34, lid 1, van de wet betreffende de pensioenverzekering komt het bedrag van het variabele deel van een ouderdomspensioen overeen met 1,5 % van de maandelijkse berekeningsgrondslag voor elk volledig jaar van het tijdvak van verzekering. Vervangende tijdvakken van verzekering worden slechts voor 80 % in aanmerking genomen voor het bepalen van het tijdvak van verzekering. Volgens 105a, leden 1 en 4, van de wet betreffende de pensioenverzekering kunnen verzekerde personen die ambtenaar of ander personeelslid van de Gemeenschappen of hun instellingen worden en hun dienstbetrekking in de Tsjechische Republiek hebben beëindigd, hun in de Tsjechische Republiek opgebouwde pensioenrechten aan het pensioenstelsel van de Gemeenschappen overdragen. Pensioenrechten betekent een geldbedrag dat overeenkomt met de actuariële tegenwaarde van die rechten en afhankelijk is van het vervulde tijdvak 3

5 RESUMÉ VAN HET VERZOEK OM EEN PREJUDICIËLE BESLISSING ZAAK C-166/12 van verzekering en van de vaststellingsgrondslagen. De nadere voorwaarden en de wijze van overdracht dienen te worden vastgesteld bij een regeringsbesluit. Regeringsbesluit nr. 587/2006 houdende vaststelling van nadere bepalingen over de wederzijdse overdracht van pensioenrechten aan en van het pensioenstelsel van de Europese Gemeenschappen Volgens 2, lid 1, van dat besluit wordt het over te dragen bedrag van in de Tsjechische Republiek opgebouwde pensioenrechten berekend door de eenheidswaarde van het over te dragen pensioen te vermenigvuldigen met de som van het verwachte variabele gedeelte van het ouderdomspensioen en een proportioneel gedeelte van het basisbedrag van het ouderdomspensioen. In 2, leden 2 en 3, van het besluit wordt bepaald dat het verwachte variabele gedeelte van een ouderdomspensioen overeenkomstig 34, lid 1, van de wet betreffende de pensioenverzekering wordt berekend. Voor het bepalen van de individuele vaststellingsgrondslag wordt een periode van deelneming aan het pensioenstelsel van de Gemeenschappen als een uitgesloten periode beschouwd. Het proportionele gedeelte van het basisbedrag van een ouderdomspensioen wordt berekend door het op de datum van de indiening van het verzoek om overdracht geldende basisbedrag van het ouderdomspensioen te vermenigvuldigen met de verhouding van het op die datum in het Tsjechische pensioenstelsel vervulde tijdvak van verzekering tot de som van het op die datum in het Tsjechische pensioenstelsel vervulde tijdvak van verzekering en het tijdvak vanaf die datum tot op de datum waarop degene die om overdracht van zijn pensioenrechten verzoekt, de pensioengerechtigde leeftijd bereikt. Het aldus berekende bedrag wordt vermeerderd met een als rente omschreven bedrag dat wordt berekend volgens de in 2, lid 6, van het besluit uiteengezette methode. De bijlage bij besluit nr. 587/2006 bevat de actuariële methode voor de berekening van de eenheidswaarde van een over te dragen pensioen, afhankelijk van de leeftijd van de verzoeker om overdracht op de datum van dat verzoek uitgedrukt in volledige jaren, de op die datum geldende sterftetabellen en 70 % van de waarde van het op die datum geldende technische maximumrentetarief voor verzekeringsdoelstellingen zoals dat bij bijzondere wettelijke regeling is vastgesteld. Korte uiteenzetting van de feiten en de procedure in het hoofdgeding 1 Verzoeker is sinds 1 december 2006 ambtenaar van de Gemeenschap. Vóór die datum had hij vanaf 10 januari 1996 deelgenomen aan het Tsjechische pensioenstelsel en hadden zijn werkgevers voor hem bijdragen betaald aan dit stelsel. Op 28 november 2008 diende hij op grond van artikel 11, lid 2, van bijlage VIII bij het Ambtenarenstatuut bij de Europese Commissie een verzoek 4

6 om overdracht van zijn in de Tsjechische Republiek opgebouwde pensioenrechten in. Op 27 maart 2009 zond de Commissie dit verzoek aan verweerder toe. 2 Op 8 februari 2011 gaf verweerder een beschikking waarbij hij aanbood om een bedrag van CZK over te dragen. Voor de berekening van dat bedrag maakte verweerder toepassing van 105a van de wet betreffende de pensioenverzekering in de versie die van kracht was op de datum van het verzoek om overdracht, en van 2 van regeringsbesluit nr. 587/ Het bezwaar dat verzoeker tegen die beschikking had gemaakt, werd door verweerder afgewezen bij beschikking van 10 mei Op 12 mei 2011 heeft verzoeker bij de verwijzende rechter een beroep tot nietigverklaring van die beschikking ingesteld. Voornaamste argumenten van de partijen in het hoofdgeding 4 Verzoeker komt op tegen verweerders beschikking op grond dat het voor overdracht aangeboden bedrag aan pensioenrechten zijn inziens niet in overeenstemming met de eisen van het EU-recht is berekend. Verzoeker stelt in het bijzonder dat de in de nationale wettelijke regeling vervatte wijze van berekening in strijd is met de bepalingen van artikel 11, lid 2, van bijlage VIII bij het Ambtenarenstatuut juncto artikel 10 EG (thans, artikel 4, lid 3, VEU). Hij verklaart dat vóór de inwerkingtreding van verordening nr. 723/2004 van de Raad, dus vóór 1 mei 2004, het Ambtenarenstatuut de lidstaten de mogelijkheid bood om hetzij de actuariële tegenwaarde van de pensioenrechten hetzij de afkoopsom daarvan voor overdracht aan te bieden. Na die datum (en dit is voor verzoeker het geval) diende echter het kapitaal dat overeenkomt met de pensioenrechten, voor overdracht te worden aangeboden. Volgens verzoeker is de in regeringsbesluit nr. 587/2006 vervatte wijze van berekening echter gebaseerd op de berekening van een theoretische waarde die niet gelijk kan zijn aan het kapitaal dat overeenkomt met de pensioenrechten: in verzoekers geval leidt dit tot een bedrag dat overeenkomt met slechts 48,26 % van de bijdragen ( ,05 CZK) die voor verzoeker aan het Tsjechische pensioenstelsel zijn betaald. Volgens verzoeker zou het kapitaal dat overeenkomt met de pensioenrechten, in de buurt moeten liggen van of zelfs iets hoger moeten zijn dan het totale bedrag van de betaalde bijdragen. Zelfs indien de pensioenrechten zouden mogen worden begroot aan de hand van de actuariële tegenwaarde ervan, zou het berekende recht niet van het bedrag van de betaalde bijdragen mogen afwijken in de mate dat dit voor hem het geval is. Verzoeker stelt dat aanvaarding van een dergelijk resultaat in strijd zou zijn met het beginsel van gelijke behandeling, daar ambtenaren van staten die de afkoopsom van de rechten overdragen, dan stelselmatig gunstiger zouden worden behandeld dan ambtenaren van staten die de methode van de actuariële tegenwaarde toepassen. 5

7 RESUMÉ VAN HET VERZOEK OM EEN PREJUDICIËLE BESLISSING ZAAK C-166/12 5 Verzoeker komt in het bijzonder op tegen het feit dat verweerder bij de berekening van zijn pensioenrechten geen rekening heeft gehouden met het tijdvak waarin hij heeft deelgenomen aan de het pensioenstelsel van de EG. Hij stelt dat deze aanpak (waarin 2, lid 2, van regeringsbesluit nr. 587/2006, voorziet) in strijd is met de rechtspraak van het Hof in zaak C-293/03, Gregorio My/ Rijksdienst voor pensioenen (RVP), Jurispr. 2004, blz. I-12013, bevestigd bij de beschikking in de gevoegde zaken C-286/09 en C-287/09, Luigi Ricci en Aduo Pisaneschi/Istituto nazionale della previdenza sociale (INPS). 6 Tegen het middel van onverenigbaarheid van de Tsjechische wettelijke regeling met het EU-recht voert verweerder aan dat de regering in de tekst van besluit nr. 587/2006 ten volle rekening heeft gehouden met de bezwaren die de Europese Commissie tegen het ontwerp van dat besluit had gemaakt. In feite heeft de Commissie de Tsjechische Republiek zonder meer geadviseerd de methode van de actuariële tegenwaarde toe te passen en volgens verweerder kan er dan ook geen sprake van zijn dat deze methode in strijd is met de bepalingen van het EU-recht. Op dezelfde wijze vloeit de omstandigheid dat voor de berekening van verzoekers pensioenrechten geen rekening is gehouden met het tijdvak waarin deze aan het pensioenstelsel van de EG heeft deelgenomen, rechtstreeks voort uit regeringsbesluit nr. 587/2006, waarin het commentaar van de Commissie is verwerkt. De omstandigheid dat het EU-recht inzake sociale zekerheid uitsluitend op het beginsel van coördinatie, en niet van harmonisatie, van de nationale wettelijke regelingen is gebaseerd, heeft als logisch gevolg dat EU-ambtenaren uit verschillende lidstaten zich in verschillende situaties bevinden. Volgens verweerder kan zijn aanpak dan ook niet als discriminerend worden aangemerkt. Rechtspraak van de rechterlijke instanties van de EU 7 Het Hof heeft de overdracht van pensioenrechten onderzocht met betrekking tot artikel 11, lid 2, van bijlage VIII bij het Ambtenarenstatuut in de versie die van kracht was tot 30 april In de punten 21 tot en met 23 van zijn arrest in zaak C-315/85, Commissie/Luxemburg, Jurispr. 1987, blz. 5391, heeft het Hof geoordeeld dat de communautaire wetgever [...] geen harmonisatie van de nationale wettelijke bepalingen inzake overheids- en privé-pensioenen [beoogde] en dat de lidstaten daarom niet gehouden zijn om de ambtenaren de mogelijkheid te bieden te kiezen tussen overschrijving van de actuariële tegenwaarde en van de afkoopsom, en het heeft daarbij opgemerkt dat het bestaan van bepaalde verschillen in de overgeschreven pensioenen niet een gevolg is van het gemeenschapsrecht, maar uitsluitend voortvloeit uit de verschillen tussen de nationale stelsels uit hoofde waarvan deze rechten zijn verworven. In dat arrest heeft het Hof rekening gehouden met het onder meer door de Luxemburgse regering geformuleerde bezwaar dat de mogelijkheid om de actuariële tegenwaarde van de in het kader van een op bijdragebetaling berustend 6

8 pensioenstelsel opgebouwde pensioenrechten over te dragen onverenigbaar is met die regeling, en dat de terugbetaling van de bijdragen (dat wil zeggen de overdracht van de afkoopsom) de enig mogelijke methode is om in kader van een op bijdragebetaling berustend pensioenstelsel opgebouwde pensioenrechten aan een ander stelsel over te dragen. 8 In de punten 29 tot en met 32 van zijn arrest in zaak T-67/02, Léopold Radauer/Raad, heeft het Gerecht de eerdere rechtspraak van het Hof van Justitie over de overdracht van pensioenrechten samengevat als volgt: Het stelsel van overschrijving van de actuariële tegenwaarde van of de afkoopsom voor ouderdomspensioenrechten die een ambtenaar heeft verworven uit hoofde van vóór zijn indiensttreding bij de Gemeenschappen uitgeoefende beroepsactiviteiten bestaat uit twee belangrijke afzonderlijke fasen. De eerste fase bestaat in de vaststelling van de actuariële tegenwaarde of van de afkoopsom door de nationale of internationale autoriteit die het pensioenstelsel beheert waarbij de betrokkene vóór zijn indiensttreding bij de Gemeenschappen was aangesloten. [...] De tweede fase bestaat in de omzetting, door de betrokken gemeenschapsinstelling, van het kapitaal overeenkomende met de actuariële tegenwaarde of de afkoopsom in pensioenjaren waarmee in het communautaire pensioenstelsel rekening moet worden gehouden. Deze pensioenjaren moeten worden opgeteld bij die waarop de ambtenaar recht zal hebben uit hoofde van zijn activiteiten bij de Gemeenschappen. De twee besluiten [...] worden door een verschillende rechtsorde beheerst en zijn elk aan de in hun respectieve rechtsorde voorziene rechterlijke toetsing onderworpen. Zo behoort de berekeningswijze van het bedrag van de actuariële tegenwaarde of van de afkoopsom tot de uitsluitende bevoegdheid van de nationale of internationale autoriteit die het vroegere pensioenstelsel van de betrokkene beheert. Dit bedrag wordt vervolgens hergewaardeerd door de betrokken gemeenschapsinstelling, en wel volgens de regels van het gemeenschappelijke pensioenstelsel. Daar die twee handelingen uitgaan van verschillende gegevens en waarderingsfactoren met betrekking tot de antecedenten van de [betrokken pensioenstelsels], hun toekomstperspectieven, [...] en de aard en het bedrag van de uitkering, is het heel goed mogelijk dat men bij de berekening van de pensioenjaren die meetellen voor het gemeenschapspensioen tot een resultaat komt dat verschilt van het aantal pensioenjaren die de nationale of internationale autoriteit in aanmerking heeft genomen. In de punten 47 en 48 van zijn arrest Gregorio My heeft het Hof geoordeeld: 48 [...] dat een nationale regeling als [die waarbij de in dienst van de EU gewerkte jaren niet in aanmerking worden genomen voor het ontstaan van een recht op vervroegd rustpensioen], de uitoefening van een 7

9 RESUMÉ VAN HET VERZOEK OM EEN PREJUDICIËLE BESLISSING ZAAK C-166/12 beroepsactiviteit bij een instelling van de Europese Unie kan belemmeren en bijgevolg ontmoedigen, aangezien een werknemer die tevoren bij een nationale pensioenregeling was aangesloten, door zijn indiensttreding bij een dergelijke instelling het risico loopt dat hij geen aanspraak meer kan maken op een ouderdomsuitkering uit hoofde van die regeling waarop hij recht zou hebben gehad indien hij deze betrekking niet had aanvaard. 49 Dergelijke gevolgen zijn onaanvaardbaar in het licht van de plicht tot loyale samenwerking en bijstand die op de lidstaten tegenover de Gemeenschap rust [...] Op dezelfde wijze heeft het Hof in de beschikking Luigi Ricci en Aduo Pisaneschi geoordeeld dat artikel 10 EG in samenhang met het Ambtenarenstatuut [...] aldus moet worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een nationale wettelijke regeling die niet toestaat dat de jaren die een burger van de Europese Unie in een instelling van de Europese Unie heeft gewerkt [...], in aanmerking worden genomen voor de vaststelling van een recht op een ouderdomspensioen uit hoofde van het nationale pensioenstelsel. Korte uiteenzetting van de gronden voor het verzoek om een prejudiciële beslissing 9 De vragen van de verwijzende rechter zijn erop gericht te vernemen of de Tsjechische wettelijke regeling waarop de bestreden beschikking is gebaseerd, voldoet aan de eisen van het EU-recht en, indien dit niet het geval is, welke grenzen bij de berekening naar nationaal recht van de waarde van de over te dragen pensioenrechten in acht dienen te worden genomen, gelet op het in artikel 4, lid 3, VEU geformuleerde algemene beginsel van loyale samenwerking. 10 Volgens 105a van de wet betreffende de pensioenverzekering is de Tsjechische wettelijke regeling inzake de overdracht van pensioenrechten gebaseerd op een berekening van de actuariële tegenwaarde van de pensioenrechten, die ook terug te vinden is in de structuur van de berekeningsmethode in regeringsbesluit nr. 587/2006 en de bijlage daarbij. 11 Volgens de sinds 1 mei 2004 geldende versie van de bijlage bij het Ambtenarenstatuut zijn de lidstaten verplicht het kapitaal dat overeenkomt met de pensioenrechten, aan het pensioenstelsel van de EU over te dragen. Deze bepaling vervangt het eerdere vereiste van overdracht van de actuariële tegenwaarde van of van de afkoopsom voor de pensioenrechten. De verwijzende rechter is echter van mening dat de considerans van verordening nr. 723/2004 waarbij het Ambtenarenstatuut is gewijzigd, geen enkele reden geeft voor deze wijziging en de inhoud van de nieuwe term kapitaal dat overeenkomt met de pensioenrechten ook niet nader toelicht. 8

10 12 Volgens de verwijzende rechter is de inhoud van de term kapitaal dat overeenkomt met de pensioenrechten niet zonneklaar en overduidelijk en is hem ook geen rechtspraak van een rechterlijke instantie van de EU over dit punt bekend. 13 De verwijzende rechter is van mening dat voor de uitlegging van de term kapitaal dat overeenkomt met de pensioenrechten te rade moet worden gegaan bij de beginselen waarop het betrokken nationale pensioenstelsel is gebaseerd: uit de tekst van de aangehaalde bepaling blijkt dat het kapitaal dat overeenkomt met de in het kader van het pensioenstelsel opgebouwde pensioenrechten, en niet het kapitaal dat overeenkomt met de aan dit stelsel betaalde bijdragen, moet worden overgedragen. Andere taalversies van het Ambtenarenstatuut bevatten een overeenkomstige term: capital value of pension rights in het Engels, den Kapitalwert der Ruhegehaltsansprüche in het Duits en le capital représentant les droits à pension in het Frans. Tegelijkertijd zijn de rechten die door de deelneming aan pensioenstelsels worden opgebouwd, afhankelijk van de beginselen die de structuur van het betrokken pensioenstelsel beheersen. 14 In de rechtsleer wordt onderscheid gemaakt tussen van een vaste bijdrage uitgaande pensioenstelsels (waarbij de bijdrage bestaat in een vooraf bepaald bedrag waaruit dan het bedrag van de uitkering wordt afgeleid) en van een vaste uitkering uitgaande pensioenstelsels (waarbij de uitkeringen bestaan in een vooraf bepaald bedrag, dat dan bepalend is voor het bedrag van de bijdragen). Wat de financiering betreft, wordt in de rechtsleer gesproken van omslagstelsels en kapitaaldekkingsstelsels. 15 De basispijler van het Tsjechische verplichte pensioenstelsel en het zijn de uit dit stelsel voortvloeiende rechten die in casu aan de orde zijn heeft in wezen de vorm van een omslagstelsel dat uitgaat van een vaste uitkering. 16 Om de actuele waarde te bepalen van de rechten die in het kader van een van een vaste uitkering uitgaand pensioenstelsel zijn opgebouwd, wordt de methode van berekening van de actuariële tegenwaarde gebruikt. Deze is gebaseerd op een raming van de verwachte omvang van de uitkeringen die zullen moeten worden betaald, welke vooral afhankelijk is van de waarschijnlijkheid dat de betrokkene de pensioengerechtigde leeftijd bereikt of van de waarschijnlijke levensverwachting na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, het bedrag van de toekomstige uitkeringen en de discontovoet. 17 Daartegenover staat dat in een van een vaste bijdrage uitgaand kapitaaldekkingsstelsel in de regel alle betaalde bijdragen worden samengeteld en de kapitaalwaarde daarvan op het tijdstip van de berekening (de afkoopsom) in aanmerking wordt genomen, omdat actuariële tegenwaarde in beginsel niet kan worden toegepast wegens het feit dat het bedrag van de toekomstige uitkering niet op voorhand bekend is. 9

11 RESUMÉ VAN HET VERZOEK OM EEN PREJUDICIËLE BESLISSING ZAAK C-166/12 18 Onzeker blijft echter of de methode van de afkoopsom ook kan worden gebruikt bij van een vaste uitkering uitgaande omslagstelsels. In deze gevallen kan het in totaal aan bijdragen betaalde bedrag worden berekend en kan, in voorkomend geval, de hypothetische omvang van de kapitaalwaarde ervan op het tijdstip van de berekening worden geraamd. 19 Een bezwaar is echter, dat aanvaarding dat de afkoopsom wordt overgedragen, niet spoort met de beginselen van het omslagstelsel, en dat, gelet op de omvang van het aldus in een bepaald geval overgedragen kapitaal, de financiële stabiliteit van een dergelijk stelsel snel in gevaar kan worden gebracht. Dit is vooral het geval in de huidige situatie, die wordt gekenmerkt door ongunstige demografische wijzigingen. 20 Het Hof heeft al uitspraak gedaan over de onmogelijkheid om de methode van de actuariële tegenwaarde toe te passen bij een van een vaste bijdrage uitgaand pensioenstelsel, doch de rechterlijke instanties van de EU hebben de toelaatbaarheid van het tegenovergestelde nog niet onderzocht. Aangezien de nationale rechter niet kan uitmaken of de Europese wetgever bij zijn herformulering van artikel 11, lid 2, van bijlage VIII bij het Ambtenarenstatuut de bestaande regeling heeft willen wijzigen en de afkoopsom (of de overeenkomstig omschreven overdracht van de door de EU-ambtenaren aan hun nationale pensioenstelsels betaalde bijdragen) op alle soorten nationale pensioenstelsels heeft willen toepassen (zoals verzoeker blijkbaar meent), is hij van mening dat dit punt aan het Hof dient te worden voorgelegd (vraag 1). 21 Gelet op de door verweerder aangevoerde aanbeveling van de Commissie, lijkt het waarschijnlijk dat de wetgever met zijn herformulering niet de bedoeling heeft gehad de mogelijkheid van toepassing van de methode van de actuariële tegenwaarde uit te sluiten. Doch ook dan nog blijft het de vraag of het beginsel van loyale samenwerking door de lidstaten eist dat naar nationaal recht bepaalde grenzen in acht worden genomen voor de verhouding tussen het bedrag aan bijdragen dat de EU-ambtenaren aan hun nationaal pensioenstelsel hebben betaald, en het minimumbedrag dat hun voor overdracht aan het pensioenstelsel van de EU moet worden aangeboden. Bijgevolg rijst de vraag of het bij de berekening van de actuariële tegenwaarde die er in de praktijk op neerkomt dat het voor overdracht aan het pensioenstelsel van de EU aangeboden bedrag aan pensioenrechten minder dan de helft van het in totaal aan bijdragen betaalde bedrag vormt volstaat om op niet-discriminerende wijze uit te gaan van de op de deelnemers aan het nationale pensioenstelsel toepasselijke uitkeringsregeling ongeacht de mate waarin de uitkeringen het aan bijdragen betaalde bedrag weerspiegelen, dan wel of ook aanvullende criteria van Europees recht moeten worden gehanteerd en, zo ja, welke criteria (vraag 2). 22 Wat vraag 3 betreft, betwijfelt de verwijzende rechter ten stelligste of uit het door verzoeker aangehaalde arrest Gregorio My daadwerkelijk voortvloeit dat de verplichting voor de lidstaten om rekening te houden met het onder de 10

12 pensioenregeling van de EU vervulde tijdvak van verzekering niet alleen de verplichting omvat om de voorwaarde inzake een minimumperiode van verzekering om in aanmerking te komen voor pensioenuitkeringen als vervuld te beschouwen, maar ook de verplichting om de verzoeker dergelijke uitkeringen te betalen ten belope van een bedrag waarbij rekening is gehouden met de aan het pensioenstelsel van de EU betaalde bijdragen in een situatie waarin die bijdragen niet overeenkomstig artikel 11, lid 1, van bijlage VIII bij het Ambtenarenstatuut zijn overgedragen aan het nationale pensioenstelsel. 23 De verwijzende rechter is van mening dat het dictum van het arrest Gregorio My zowel van toepassing is op gevallen waarin onder het pensioenstelsel van de EU opgebouwde pensioenrechten zijn overgedragen aan het pensioenstelsel van een lidstaat, als op gevallen waarin geen pensioenrechten zijn overgedragen maar de lidstaat, na te hebben vastgesteld dat de betrokkene in aanmerking komt voor pensioenuitkeringen, de uitkering vermindert in verhouding tot het gedeelte van het tijdvak van verzekering waarin de verzoeker bijdragen heeft betaald aan het nationale pensioenstelsel. In dit verband wijst de verwijzende rechter er echter volledigheidshalve op dat het Tsjechische recht op geen enkele wijze voorziet in de mogelijkheid om een partiële pensioenuitkering toe te kennen in gevallen als het onderhavige. 11

Datum van inontvangstneming : 28/06/2012

Datum van inontvangstneming : 28/06/2012 Datum van inontvangstneming : 28/06/2012 Resumé C-233/12-1 Zaak C-233/12 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 30/09/2014

Datum van inontvangstneming : 30/09/2014 Datum van inontvangstneming : 30/09/2014 Samenvatting C-408/14-1 Zaak C-408/14 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Date de réception : 10/01/2012

Date de réception : 10/01/2012 Date de réception : 10/01/2012 Resumé C-619/11-1 Zaak C-619/11 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het reglement voor de procesvoering van het Hof

Nadere informatie

(" ZIEKTEVERZEKERING VOOR BEJAARDEN "). (VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING, INGEDIEND DOOR DE NATIONAL INSURANCE COMMISSIONER TE LONDEN).

( ZIEKTEVERZEKERING VOOR BEJAARDEN ). (VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING, INGEDIEND DOOR DE NATIONAL INSURANCE COMMISSIONER TE LONDEN). ARREST VAN HET HOF (DERDE KAMER) VAN 24 APRIL 1980. UNA COONAN TEGEN INSURANCE OFFICER. (" ZIEKTEVERZEKERING VOOR BEJAARDEN "). (VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING, INGEDIEND DOOR DE NATIONAL INSURANCE

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 06/03/2017

Datum van inontvangstneming : 06/03/2017 Datum van inontvangstneming : 06/03/2017 Vertaling C-45/17-1 Zaak C-45/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 30 januari 2017 Verwijzende rechter: Conseil d État (Frankrijk) Datum

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 07/07/2017

Datum van inontvangstneming : 07/07/2017 Datum van inontvangstneming : 07/07/2017 Vertaling C-322/17-1 Zaak C-322/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 30 mei 2017 Verwijzende rechter: High Court (Ierland) Datum van de

Nadere informatie

JURISPRUDENTIE VAN HET HVJEG 1987 BLADZIJDEN 3611

JURISPRUDENTIE VAN HET HVJEG 1987 BLADZIJDEN 3611 JURISPRUDENTIE VAN HET HVJEG 1987 BLADZIJDEN 3611 ARREST VAN HET HOF (DERDE KAMER) VAN 24 SEPTEMBER 1987. BESTUUR VAN DE SOCIALE VERZEKERINGSBANK TEGEN J. A. DE RIJKE. VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING,

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 25/10/2013

Datum van inontvangstneming : 25/10/2013 Datum van inontvangstneming : 25/10/2013 Vertaling C-515/13-1 Zaak C-515/13 Samenvatting van een verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

61985J0072. Trefwoorden. Samenvatting. Jurisprudentie 1986 bladzijde 01219

61985J0072. Trefwoorden. Samenvatting. Jurisprudentie 1986 bladzijde 01219 pagina 1 van 6 Avis juridique important 61985J0072 ARREST VAN HET HOF VAN 20 MAART 1986. - COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN TEGEN KONINKRIJK DER NERDERLANDEN. - NIET - NAKOMING - OVERSCHRIJVING

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 02/02/2016

Datum van inontvangstneming : 02/02/2016 Datum van inontvangstneming : 02/02/2016 Vertaling C-690/15-1 Zaak C-690/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 21 december 2015 Verwijzende rechter: Cour administrative d appel

Nadere informatie

Datum van inontvangstne ming : 24/05/2012

Datum van inontvangstne ming : 24/05/2012 Datum van inontvangstne ming : 24/05/2012 C-181/12-1 Zaak C-181/12 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 18 april 2012 Verwijzende rechter: Finanzgericht Düsseldorf (Duitsland) Datum

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * ARREST VAN 10. 5. 2001 ZAAK C-144/99 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * In zaak C-144/99, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door P. van Nuffel als gemachtigde, bijgestaan

Nadere informatie

betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Arbeidsrechtbank te Brussel, in het aldaar aanhangig geding tussen

betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Arbeidsrechtbank te Brussel, in het aldaar aanhangig geding tussen JURISPRUDENTIE VAN HET HVJEG 1991 BLADZIJDEN I-1401 ARREST VAN HET HOF (DERDE KAMER) VAN 20 MAART 1991. ERMINIA CASSAMALI TEGEN OFFICE NATIONAL DES PENSIONS. VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING: TRIBUNAL

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 14/09/2012

Datum van inontvangstneming : 14/09/2012 Datum van inontvangstneming : 14/09/2012 Resumé C-371/12-1 Zaak C-371/12 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 20/01/2014

Datum van inontvangstneming : 20/01/2014 Datum van inontvangstneming : 20/01/2014 Vertaling C-647/13-1 Zaak C-647/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 6 december 2013 Verwijzende rechter: Arbeidshof te Brussel (België)

Nadere informatie

Date de réception : 18/10/2011

Date de réception : 18/10/2011 Date de réception : 18/10/2011 Resumé C-463/11-1 Zaak C-463/11 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 februari 1991 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 februari 1991 * ARREST VAN 7. 2. 1991 ZAAK C-227/89 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 februari 1991 * In zaak C-227/89, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Sozialgericht Stuttgart,

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 23/09/2016

Datum van inontvangstneming : 23/09/2016 Datum van inontvangstneming : 23/09/2016 Samenvatting C-431/16-1 Zaak C-431/16 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 22/08/2017

Datum van inontvangstneming : 22/08/2017 Datum van inontvangstneming : 22/08/2017 Samenvatting C-438/17-1 Zaak C-438/17 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 22/07/2016

Datum van inontvangstneming : 22/07/2016 Datum van inontvangstneming : 22/07/2016 Vertaling C-327/16-1 Zaak C-327/16 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 10 juni 2016 Verwijzende rechter: Conseil d État (Frankrijk) Datum

Nadere informatie

2. In het arrest van 20 september 2001 heeft het Hof uitspraak gedaan over twee prejudiciële vragen die respectievelijk betrekking hadden op:

2. In het arrest van 20 september 2001 heeft het Hof uitspraak gedaan over twee prejudiciële vragen die respectievelijk betrekking hadden op: Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 juni 2002 (26.06) (OR. fr) PUBLIC 9893/02 Interinstitutioneel dossier: 2001/0111 (COD) LIMITE 211 MI 108 JAI 133 SOC 309 CODEC 752 BIJDRAGE VAN DE IDISCHE

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 *

BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 * WELTHGROVE BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 * In zaak C-102/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangige

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 22/02/2013

Datum van inontvangstneming : 22/02/2013 Datum van inontvangstneming : 22/02/2013 Vertaling C-32/13-1 Zaak C-32/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 22 januari 2013 Verwijzende rechter: Sozialgericht Nürnberg (Duitsland)

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 20/01/2017

Datum van inontvangstneming : 20/01/2017 Datum van inontvangstneming : 20/01/2017 Vertaling C-637/16-1 Zaak C-637/16 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 9 december 2016 Verwijzende rechter: Amtsgericht Düsseldorf (Duitsland)

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 15/09/2017

Datum van inontvangstneming : 15/09/2017 Datum van inontvangstneming : 15/09/2017 Samenvatting C-480/17-1 Zaak C-480/17 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1988*

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1988* ARREST VAN 29. 6. 1988 ZAAK 240/87 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1988* In zaak 240/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het tribunal de grande instance

Nadere informatie

M. Cortes Jimenez e.a. tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

M. Cortes Jimenez e.a. tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen ARREST VAN HET GERECHT (Vierde kamer) 3 maart 1994 Zaak T-82/92 M. Cortes Jimenez e.a. tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Ambtenaren - Beroep tot nietigverklaring - Bevestigend besluit - Voorwaarden

Nadere informatie

Date de réception : 01/12/2011

Date de réception : 01/12/2011 Date de réception : 01/12/2011 Resumé C-544/11-1 Zaak C-544/11 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 26/05/2014

Datum van inontvangstneming : 26/05/2014 Datum van inontvangstneming : 26/05/2014 Vertaling C-189/14-1 Zaak C-189/14 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 16 april 2014 Verwijzende rechter: Eparchiako Dikastirio Lefkosias

Nadere informatie

1. Werkzaamheden van het Gerecht Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken ( ) 1

1. Werkzaamheden van het Gerecht Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken ( ) 1 . Werkzaamheden van het Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken (2005 2009) 200 000 800 600 400 200 0 Aanhangig gemaakte zaken Afgedane zaken Aanhangige zaken Aanhangig gemaakte zaken 469 432 522

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 3 april 2008 (*)

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 3 april 2008 (*) ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 3 april 2008 (*) Ouderdomsverzekering Werknemer die onderdaan is van lidstaat Socialezekerheidspremies Verschillende tijdvakken Verschillende lidstaten Berekening van

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 07/08/2014

Datum van inontvangstneming : 07/08/2014 Datum van inontvangstneming : 07/08/2014 Vertaling C-334/14-1 Zaak C-334/14 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 9 juli 2014 Verwijzende rechter: Hof van beroep te Bergen (België)

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 17/07/2019

Datum van inontvangstneming : 17/07/2019 Datum van inontvangstneming : 17/07/2019 C-449/19-1 Zaak C-449/19 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 12/03/2015

Datum van inontvangstneming : 12/03/2015 Datum van inontvangstneming : 12/03/2015 Samenvatting C-51/15-1 Zaak C-51/15 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * ARREST VAN 25. 5.1993 ZAAK C-193/91 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * In zaak C-193/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Bundesfinanzhof, in het

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 8 juli 1999 *

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 8 juli 1999 * ARREST VAN 8. 7. 1999 ZAAK C-186/98 ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 8 juli 1999 * In zaak C- 186/98, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van het

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 26/11/2013

Datum van inontvangstneming : 26/11/2013 Datum van inontvangstneming : 26/11/2013 Vertaling C-529/13-1 Zaak C-529/13 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * In zaak C-263/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Østre Landsret (Denemarken), in het aldaar aanhangig geding

Nadere informatie

HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE

HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE Het Hof van Justitie van de Europese Unie is een van de zeven instellingen van de EU. Zij omvat twee rechtscolleges: het Hof van Justitie en het Gerecht. Het Hof

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 04/11/2013

Datum van inontvangstneming : 04/11/2013 Datum van inontvangstneming : 04/11/2013 Vertaling C-524/13-1 Zaak C-524/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 3 oktober 2013 Verwijzende rechter: Amtsgericht Karlsruhe (Duitsland)

Nadere informatie

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn 98/49/EG van de Raad van 29 juni 1998 betreffende de bescherming van de rechten op aanvullend pensioen van werknemers en zelfstandigen

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 4 juni 1987*

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 4 juni 1987* ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 4 juni 1987* In zaak 375/85, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Bundessozialgericht, in het aldaar aanhangig geding tussen A.

Nadere informatie

HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE

HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE Het Hof van Justitie van de Europese Unie is een van de zeven instellingen van de EU. Zij omvat drie rechtscolleges: het Hof van Justitie, het Gerecht en het Gerecht

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 2 augustus 1993 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 2 augustus 1993 * ACCIARDI ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 2 augustus 1993 * In zaak C-66/92, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Nederlandse Raad van State, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 28/02/2013

Datum van inontvangstneming : 28/02/2013 Datum van inontvangstneming : 28/02/2013 Vertaling C-45/13-1 Datum van indiening: Zaak C-45/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing 28 januari 2013 Verwijzende rechter: Oberste Gerichtshof (Oostenrijk)

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 7.11.2013 COM(2013) 770 final 2013/0378 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD houdende aanpassing, met ingang van 1 juli 2013, van het pensioenbijdragepercentage van

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 13/11/2018

Datum van inontvangstneming : 13/11/2018 Datum van inontvangstneming : 13/11/2018 Vertaling C-629/18-1 Zaak C-629/18 Prejudiciële verwijzing Datum van ontvangst: 8 oktober 2018 Verwijzende rechter: Sofiyski gradski sad (Bulgarije) Datum van de

Nadere informatie

Date de réception : 28/11/2011

Date de réception : 28/11/2011 Date de réception : 28/11/2011 Resumé C-538/11-1 Zaak C-538/11 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 22/04/2013

Datum van inontvangstneming : 22/04/2013 Datum van inontvangstneming : 22/04/2013 Vertaling C-135/13-1 Datum van indiening: C-135/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing 18 maart 2013 Verwijzende rechter: Kúria (Hongarije) Datum van de verwijzingsbeslissing:

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 23/07/2013

Datum van inontvangstneming : 23/07/2013 Datum van inontvangstneming : 23/07/2013 Vertaling C-338/13-1 Zaak C-338/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 20 juni 2013 Verwijzende rechter: Verwaltungsgerichtshof (Oostenrijk)

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 09/10/2015

Datum van inontvangstneming : 09/10/2015 Datum van inontvangstneming : 09/10/2015 Vertaling C-478/15-1 Zaak C-478/15 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 15/10/2012

Datum van inontvangstneming : 15/10/2012 Datum van inontvangstneming : 15/10/2012 C-415/12-1 Zaak C-415/12 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 12 mei 1989 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 12 mei 1989 * ARREST VAN 12.5, 1989 ZAAK 388/87 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 12 mei 1989 * In zaak 388/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Centrale Raad van Beroep, te

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 18.7.2001 COM(2001) 411 definitief Voorstel voor een BESCHIKKING VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE betreffende het statuut en de algemene

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 14/06/2013

Datum van inontvangstneming : 14/06/2013 Datum van inontvangstneming : 14/06/2013 Vertaling C-258/13-1 Zaak C-258/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 13 mei 2013 Verwijzende rechter: Varas Cíveis de Lisboa (Portugal)

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 22/06/2017

Datum van inontvangstneming : 22/06/2017 Datum van inontvangstneming : 22/06/2017 Vertaling C-264/17-1 Zaak C-264/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 17 mei 2017 Verwijzende rechter: Finanzgericht Münster (Duitsland)

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 23/08/2012

Datum van inontvangstneming : 23/08/2012 Datum van inontvangstneming : 23/08/2012 C-347/12-1 Datum van indiening: 20 juli 2012 Verwijzende rechter: Zaak C-347/12 Verzoek om een prejudiciële beslissing Cour de cassation du Grand-Duché de Luxembourg/

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 27 oktober 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 27 oktober 2014 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 27 oktober 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2014/0214 (E) 14260/14 STAT 23 FIN 739 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING VAN DE RAAD

Nadere informatie

Date de réception : 01/03/2012

Date de réception : 01/03/2012 Date de réception : 01/03/2012 Vertaling C-44/12-1 Zaak C-44/12 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 30 januari 2012 Verwijzende rechter: Court of Session, Scotland (Verenigd Koninkrijk)

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 15 juni 1989*

ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 15 juni 1989* STICHTING UITVOERING FINANCIËLE ACTIES / STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 15 juni 1989* In zaak 348/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag

Nadere informatie

jurisprudentiële fundamenten meer dan veertig jaar geleden zijn gelegd 2, bevestigd en versterkt.

jurisprudentiële fundamenten meer dan veertig jaar geleden zijn gelegd 2, bevestigd en versterkt. Discussienota van het Hof van Justitie van de Europese Unie over bepaalde aspecten van de toetreding van de Europese Unie tot het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 19/06/2012

Datum van inontvangstneming : 19/06/2012 Datum van inontvangstneming : 19/06/2012 Vertaling C-218/12-1 Zaak C-218/12 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 10 mei 2012 Verwijzende rechter: Landgericht Saarbrücken (Duitsland)

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2011:5319

ECLI:NL:RBBRE:2011:5319 ECLI:NL:RBBRE:2011:5319 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 06-12-2011 Datum publicatie 22-05-2017 Zaaknummer AWB- 11_1954 Formele relaties Hoger beroep: ECLI:NL:CRVB:2013:BZ2178, Bekrachtiging/bevestiging

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 05/02/2018

Datum van inontvangstneming : 05/02/2018 Datum van inontvangstneming : 05/02/2018 Vertaling Zaak C-7/18-1 Datum van indiening: Zaak C-7/18 Verzoek om een prejudiciële beslissing 3 januari 2018 Verwijzende rechter: Tribunal Superior de Justicia

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 21/03/2017

Datum van inontvangstneming : 21/03/2017 Datum van inontvangstneming : 21/03/2017 Vertaling C-74/17-1 Zaak C-74/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 10 februari 2017 Verwijzende rechter: Amtsgericht Düsseldorf (Duitsland)

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 25/08/2014

Datum van inontvangstneming : 25/08/2014 Datum van inontvangstneming : 25/08/2014 Vertaling C-359/14 1 Datum van indiening: 23 juli 2014 Verwijzende rechter: Zaak C-359/14 Verzoek om een prejudiciële beslissing Vilniaus miesto apylinkės teismas

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 02/06/2015

Datum van inontvangstneming : 02/06/2015 Datum van inontvangstneming : 02/06/2015 Samenvatting C-186/15 1 Zaak C-186/15 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 17/12/2015

Datum van inontvangstneming : 17/12/2015 Datum van inontvangstneming : 17/12/2015 Samenvatting C-585/15-1 Zaak C-585/15 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Date de réception : 16/12/2011

Date de réception : 16/12/2011 Date de réception : 16/12/2011 Vertaling C-560/11-1 Zaak C-560/11 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 7 november 2011 Verwijzende rechter: Commissione tributaria provinciale di

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 16/09/2013

Datum van inontvangstneming : 16/09/2013 Datum van inontvangstneming : 16/09/2013 Vertaling C-442/13-1 Zaak C-442/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 6 augustus 2013 Verwijzende rechter: Oberster Gerichtshof (Oostenrijk)

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 10/06/2014

Datum van inontvangstneming : 10/06/2014 Datum van inontvangstneming : 10/06/2014 I' Hoge Raad der Nederlanden Derde Kamer w ~e' {J.J ::li "~.8 ;.l_~ ( E..::r,",'_ t"::) ('0",,1 l:'jt:: ~~ ~ )(, ::li oe i~..- ~ c:: L'..J Nr. 12/03718 28 maart

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 11/06/2013

Datum van inontvangstneming : 11/06/2013 Datum van inontvangstneming : 11/06/2013 Vertaling C-250/13-1 Zaak C-250/13 Samenvatting van een verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 14/02/2017

Datum van inontvangstneming : 14/02/2017 Datum van inontvangstneming : 14/02/2017 SAMENVATTING VAN HET VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING - ZAAK C-12/17 Voorwerp en grondslag van de prejudiciële verwijzing Verzoek krachtens artikel 267 VWEU

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 19/11/2015

Datum van inontvangstneming : 19/11/2015 Datum van inontvangstneming : 19/11/2015 Vertaling C-538/15-1 Zaak C-538/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 15 oktober 2015 Verwijzende rechter: Juzgado de Primera Instancia

Nadere informatie

C Gerechtelijke statistieken van het Gerecht voor ambtenarenzaken

C Gerechtelijke statistieken van het Gerecht voor ambtenarenzaken Gerechtelijke statistieken Gerecht voor ambtenarenzaken C Gerechtelijke statistieken van het Gerecht voor ambtenarenzaken Werkzaamheden van het Gerecht voor ambtenarenzaken 1. Aanhangig gemaakte, afgedane,

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 13/03/2014

Datum van inontvangstneming : 13/03/2014 Datum van inontvangstneming : 13/03/2014 Vertaling C-65/14-1 Zaak C-65/14 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 10 februari 2014 Verwijzende rechter: Arbeidsrechtbank te Nijvel (België)

Nadere informatie

1. DOEL EN TOEPASSINGSBEREIK

1. DOEL EN TOEPASSINGSBEREIK EUROPESE COMMISSIE Directoraat-generaal Concurrentie Beleid en coördinatie inzake staatssteun Brussel, DG D(2004) COMMUNAUTAIRE KADERREGELING INZAKE STAATSSTEUN IN DE VORM VAN COMPENSATIES VOOR DE OPENBARE

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 2001 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 2001 * ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 2001 * In zaak C-206/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Tribunal administratif de Châlons-en-Champagne (Frankrijk), in

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 29/01/2019

Datum van inontvangstneming : 29/01/2019 Datum van inontvangstneming : 29/01/2019 Samenvatting C-777/18 1 Zaak C-777/18 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Datum van inontvangstne ming : 22/05/2012

Datum van inontvangstne ming : 22/05/2012 Datum van inontvangstne ming : 22/05/2012 C-176/12-1 Zaak C-176/12 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 16 april 2012 Verwijzende rechter: Cour de cassation (Frankrijk) Datum van

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 8 december 2006 (OR. en) 2005/0258 (COD) PE-CONS 3669/06 SOC 549 CODEC 1331 OC 898 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING

Nadere informatie

Arrest van het Hof (Zesde Kamer) 13 november 1990 *

Arrest van het Hof (Zesde Kamer) 13 november 1990 * ARREST VAN 13. 11. 1990 ZAAK C-106/89 Arrest van het Hof (Zesde Kamer) 13 november 1990 * In zaak C-106/89, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Juzgado de Primera

Nadere informatie

Jurisprudentie. BESCHIKKING VAN HET HOF (Zesde kamer) 14 juni 2017 *

Jurisprudentie. BESCHIKKING VAN HET HOF (Zesde kamer) 14 juni 2017 * Jurisprudentie BESCHIKKING VAN HET HOF (Zesde kamer) 14 juni 2017 * Prejudiciële verwijzing Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof Justitiële samenwerking in burgerlijke zaken Verordening

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET HOF (Tweede kamer) 12 februari 2003 *

BESCHIKKING VAN HET HOF (Tweede kamer) 12 februari 2003 * ALAMI BESCHIKKING VAN HET HOF (Tweede kamer) 12 februari 2003 * In zaak C-23/02, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Hof van Cassatie (België), in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 16/01/2019

Datum van inontvangstneming : 16/01/2019 Datum van inontvangstneming : 16/01/2019 C-675/18-1 Zaak C-675/18 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 06/02/2014

Datum van inontvangstneming : 06/02/2014 Datum van inontvangstneming : 06/02/2014 Vertaling C-672/13-1 Zaak C-672/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 17 december 2013 Verwijzende rechter: Fővárosi Törvényszék (Hongarije)

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7

Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7 1.7.2005 Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7 VERORDENING (EG) Nr. 1002/2005 VAN DE COMMISSIE van 30 juni 2005 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1239/95 betreffende het verlenen van dwanglicenties

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 09/09/2013

Datum van inontvangstneming : 09/09/2013 Datum van inontvangstneming : 09/09/2013 Vertaling C-354/13-1 Zaak C-354/13 Samenvatting van een verzoek om een prejudiciële beslissing in zaak C-354/13 overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement

Nadere informatie

1. Werkzaamheden van het Gerecht voor ambtenarenzaken Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken ( )

1. Werkzaamheden van het Gerecht voor ambtenarenzaken Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken ( ) 1. Werkzaamheden van het Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken (2005 2009) 250 200 150 100 50 0 2005 2006 2007 2008 2009 Aanhangig gemaakte zaken Afgedane zaken Aanhangige zaken 2005 2006 2007

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF VAN 12 DECEMBER 1974.

ARREST VAN HET HOF VAN 12 DECEMBER 1974. ARREST VAN HET HOF VAN 12 DECEMBER 1974. B. N. O. WALRAVE, L. J. N. KOCH TEGEN ASSOCIATION UNION CYCLISTE INTERNATIONALE, KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE WIELREN UNIE EN FEDERATION ESPANOLA CICLISMO. (VERZOEK

Nadere informatie

ZAAK NO. 143/79. Eiser Margaret Walsh. Gedaagde National Insurance Officer

ZAAK NO. 143/79. Eiser Margaret Walsh. Gedaagde National Insurance Officer ARREST VAN HET HOF (TWEEDE KAMER) VAN 22 MEI 1980. MARGARET WALSH TEGEN NATIONAL INSURANCE OFFICER. ("SOCIALE ZEKERHEID - MOEDERSCHAPSUITKERINGEN"). (VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING, INGEDIEND DOOR

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer V. SKOURIS, Voorzitter van het Hof van Justitie d.d.: 4 februari 2008 aan: de heer

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN L 343/2 Publicatieblad van de Europese Unie 19.12.2013 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) Nr. 1360/2013 VAN DE RAAD van 2 december 2013 tot vaststelling van de bedragen van

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 07/09/2015

Datum van inontvangstneming : 07/09/2015 Datum van inontvangstneming : 07/09/2015 Vertaling C-429/15-1 Zaak C-429/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 5 augustus 2015 Verwijzende rechter: Court of Appeal (Ierland) Datum

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 06/02/2017

Datum van inontvangstneming : 06/02/2017 Datum van inontvangstneming : 06/02/2017 Vertaling C-684/16-1 Zaak C-684/16 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 27 december 2016 Verwijzende rechter: Bundesarbeitsgericht (Duitsland)

Nadere informatie

Date de réception : 06/12/2011

Date de réception : 06/12/2011 Date de réception : 06/12/2011 Resumé C-553/11-1 Zaak C-553/11 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET HOF (Grote kamer) 17 maart 2005 * betreffende een beroep tot nietigverklaring krachtens artikel 230 EG, ingesteld op 27 juli 2004,

BESCHIKKING VAN HET HOF (Grote kamer) 17 maart 2005 * betreffende een beroep tot nietigverklaring krachtens artikel 230 EG, ingesteld op 27 juli 2004, PARLEMENT / RAAD BESCHIKKING VAN HET HOF (Grote kamer) 17 maart 2005 * In zaak C-317/04, betreffende een beroep tot nietigverklaring krachtens artikel 230 EG, ingesteld op 27 juli 2004, Europees Parlement,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 18 december 1997 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 18 december 1997 * ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 18 december 1997 * In zaak C-5/97, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel Í77 EG-Verdrag van de Belgische Raad van State, in het aldaar aanhangig geding

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 14/01/2014

Datum van inontvangstneming : 14/01/2014 Datum van inontvangstneming : 14/01/2014 Vertaling C-606/13-1 Zaak C-606/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 25 november 2013 Verwijzende rechter: Kammarrätten i Sundsvall /

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 9 februari 2006 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 9 februari 2006 * ARREST VAN 9. 2. 2006 - ZAAK C-473/04 ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 9 februari 2006 * In zaak C-473/04, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens de artikelen 68 EG en 234 EG,

Nadere informatie