SH&M 2012 Gediplomeerden MBO 2011

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "SH&M 2012 Gediplomeerden MBO 2011"

Transcriptie

1 Rapportage Gediplomeerden van het MBO van hout- en meubelopleidingen Analyse van de positie van gediplomeerden van het MBO van opleidingen binnen de kwalificatiestructuur van de hout- en meubelbranche op basis van de gegevens van de MBO-Kaart 2009, 2010 en 2011 Utrecht, oktober 2012 DUO ONDERWIJSONDERZOEK drs. Vincent van Grinsven drs. Moniek de Weerd Postbus AR Utrecht telefoon: URL:

2 VOORWOORD Voor u ligt een rapportage over de analyse van de positie van deelnemers met een hout- en meubelopleiding op de arbeidsmarkt en in het vervolgonderwijs. De informatie is verkregen uit het onderzoek MBO-Kaart dat jaarlijks door DUO ONDERWIJSONDERZOEK wordt uitgevoerd in opdracht van ROC s, AOC s en vakscholen in Nederland. Bij het onderzoek MBO-Kaart wordt onderzocht wat de uitstroompositie is van gediplomeerden van het ROC/AOC/de vakinstelling ongeveer een half jaar na afstuderen. Dit onderzoek wordt al gedurende een groot aantal jaren uitgevoerd. Kenniscentrum SH&M heeft DUO ONDERWIJSONDERZOEK verzocht om nader in te zoomen op de opleidingen die vallen binnen het domein van de hout- en meubelbranches waar SH&M voor werkt. De voorliggende rapportage is een vervolg op onder andere de rapportages Gediplomeerden van het MBO van opleidingen SH&M van november 2010 over de uitkomsten van gediplomeerden van (met name) het schooljaar en Gediplomeerden van het MBO van opleidingen SH&M van november 2009 over de uitkomsten van gediplomeerden van het schooljaar SH&M is het landelijk kenniscentrum voor de timmer- en meubelindustrie, de houthandel en de parketbranche. Hout- en meubelopleidingen worden aangeboden in de beide leerwegen (BOL en BBL) en op alle niveaus (niveaus 1 t/m 4). Een centrale doelstelling van kenniscentrum SH&M is een zo goed mogelijke aansluiting te bewerkstelligen van opleidingen op de arbeidsmarkt. Daarvoor is onder meer kennis nodig over de positie van afgestudeerden op de arbeidsmarkt. We hopen dat kenniscentrum SH&M de in dit rapport gepresenteerde gegevens (wederom) goed kan gebruiken bij haar activiteiten als landelijk kenniscentrum. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 2

3 INHOUDSOPGAVE INLEIDING 4 SAMENVATTING 8 1 HET ONDERZOEK MBO-KAART Afbakening van de onderzoekspopulatie MBO-verlaters Representativiteit uitkomsten en weging 10 2 EERSTE BESTEMMING Interne doorstroom Bestemming van gediplomeerde MBO-verlaters De keuze voor werken of doorleren Werkloosheid onder gediplomeerden 18 3 WERKEN Waarom gekozen voor huidige werk? Baanperspectief voor gediplomeerden Diplomarendement Objectieve benadering Subjectieve benadering Allocatie werkenden naar bedrijfstakken Allocatie naar CAO-branche Beroepspraktijkvorming Beroepspraktijkvorming en baanperspectief Aansluiting beroepspraktijkvorming of stage op opleiding 35 4 OPNAME VAN MBO-VERLATERS DOOR DE ARBEIDSMARKT Opname vanuit optiek beroepen Opname vanuit optiek bedrijfstakken 38 5 DOORLEREN 40 6 TEVREDENHEID OVER OPLEIDINGEN Tevredenheid over de opleiding Tevredenheid over de begeleiding door (leer)bedrijf 44 BIJLAGE Lijst deelnemende instellingen onderzoek SH&M Tabellen en vragenlijsten (deze zijn in een afzonderlijke band opgenomen) Tabellen per hoofdstuk Vragenlijst MBO-Kaart 2011 (BOL en BBL) MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 3

4 INLEIDING In deze inleiding willen we graag een korte toelichting geven bij het onderzoek MBO-Kaart, waarvan de informatie over gediplomeerden van 2009, 2010 en 2011 van opleidingen binnen SH&M, die in deze rapportage gepresenteerd wordt, afkomstig is. Daarnaast geven we aan hoe de uitkomsten gepresenteerd worden en hoe het rapport is opgebouwd. Het onderzoek MBO-Kaart Het schoolverlatersonderzoek MBO-Kaart wordt al een groot aantal jaren uitgevoerd in opdracht van individuele ROC s, AOC s en vakscholen in Nederland. Bij het onderzoek ontvangen gediplomeerde schoolverlaters een half jaar na het verlaten van de school een enquête met vragen over hun positie op dat moment. Daarbij komen onder meer de volgende thema s aan de orde: de eerste bestemming (werk, vervolgopleiding, werkloos, anders), informatie over werken (beroep, bedrijf, salaris, aanstelling, rol beroepspraktijkvorming), informatie over doorleren (vervolgopleiding, naam school), tevredenheid over een aantal kwaliteitsaspecten met betrekking tot de opleiding en de school (aansluiting, begeleiding, examinering etc.). Op verzoek van kenniscentrum SH&M zijn aan de vragenlijst een drietal specifieke vragen toegevoegd. Deze vragen hebben betrekking op: de keuze voor het huidige beroep van de gediplomeerden, de aansluiting van de stage bij de opleiding, de CAO waar de werknemer onder valt. In de afzonderlijke rapportage Tabellen en vragenlijsten zijn exemplaren van de vragenlijsten MBO-Kaart 2011 (BOL en BBL) opgenomen. In het onderstaande Overzicht 0.1 geven we een beeld van de totale landelijke deelname aan het onderzoek MBO-Kaart (of een maatwerktraject hiervan) in de afgelopen drie jaren 1. Overzicht 0.1 Deelname MBO-Kaart 2009, 2010 en aantal deelnemende ROC s aantal aangeschreven schoolverlaters respons 41% 40% 41% 1 Uit non-responsonderzoek in 2005 en 2008 blijkt dat de gediplomeerden die niet op het onderzoek reageren, qua bestemming niet afwijken van de gediplomeerden die wel op het onderzoek reageren. We kunnen er daardoor vanuit gaan dat de groep respondenten een representatief beeld geeft voor de totale groep MBO-gediplomeerden. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 4

5 In 2011 zijn voor de deelnemende instellingen gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen aangeschreven, met een respons van 40%. In 2010 zijn in totaal 541 gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen aangeschreven, met een respons van 45% en in 2009 zijn in totaal 497 gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen aangeschreven, met een respons van 50%. De respons ligt voor hout- en meubelopleidingen in 2009 en 2010 iets hoger dan de landelijke respons van alle opleidingen bij elkaar en is in 2011 vergelijkbaar met de landelijke respons. In Overzicht 0.2 is voor de groep aangeschreven schoolverlaters onderscheid gemaakt naar leerweg en niveau. De verdeling naar leerweg is onder aangeschreven gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen vergelijkbaar met de verdeling binnen de landelijke groep aangeschreven gediplomeerden. Naar niveau zien we voor alle jaren een aanzienlijk verschil: gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen hebben vaker een opleiding op niveau 2 en minder vaak een opleiding op niveau 4 gedaan dan we landelijk zien. Overz i cht 0.2 Verdeling deelname MBO-Kaart naar leerweg en niveau 2009, 2010 en 2011 jaar aantal aangeschreven niveau leerweg schoolverlaters niv. 1 niv. 2 niv. 3 niv. 4 BOL BBL Landelijk % 23% 23% 49% 63% 37% (alle opleidingen) % 25% 23% 47% 66% 34% % 23% 26% 44% 61% 39% SH&M % 39% 27% 33% 58% 42% % 44% 27% 26% 66% 34% % 41% 26% 31% 65% 35% Afbakening schoolverlaters In deze landelijke rapportage gaan we uit van de groep MBO-verlaters: gediplomeerden die het MBO-veld hebben verlaten. In totaal is op basis van deze afbakening informatie beschikbaar over 571 gediplomeerde MBOverlaters van hout- en meubelopleidingen van de laatste drie jaar. In Overzicht 0.3 op de volgende pagina ziet u hoeveel gediplomeerden dit per jaar zijn. Daarnaast ziet u de onderverdeling van deze groep naar niveau, leerweg en geslacht. We zien dat de groep MBO-verlaters voor hout- en meubelopleidingen elk jaar ongeveer dezelfde opbouw heeft qua verdeling naar niveau. Voor de verdeling naar leerweg zien we dat het aantal BOL-ers in 2011 duidelijk groter is dan in 2009 en Verder zien we voor de verdeling naar geslacht dat het aantal vrouwen binnen SH&M in 2010 en 2011 duidelijk is toegenomen ten opzichte van Achterin de rapportage vindt u een overzicht van instellingen waarvan gediplomeerden van SH&M zijn benaderd. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 5

6 De groep MBO-verlaters bestaat, niet verwonderlijk, voor het merendeel uit gediplomeerden van opleidingen op niveau 3 en 4. Gediplomeerden van niveau 1 en 2 leren voor een belangrijk deel verder binnen het MBO. Overz i cht 0.3 Aantal MBO-verlaters met een opleiding SH&M 2009, 2010 en 2011 jaar aantal niveau leerweg geslacht MBO-verlaters niv. 1 en 2 niv. 3 en 4 BOL BBL man vrouw % 68% 33% 67% 92% 8% % 70% 38% 62% 80% 20% % 64% 72% 28% 81% 19% Presentatie gegevens voor kenniscentrum SH&M Binnen kenniscentrum SH&M worden de gegevens gepresenteerd op het niveau van beroepsgroepen. In dit rapport onderscheiden we in overleg met kenniscentrum SH&M de volgende beroepsgroepen 3 : Meubelstoffeerder Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer Machinaal houtbewerker Montagemedewerker timmerindustrie Kaderfunctionaris Assistent houtbranche Bij de interpretatie van de uitkomsten naar beroepsgroep is het belangrijk om rekening te houden met de opbouw van de groep MBO-verlaters per beroepsgroep. Niet binnen alle beroepsgroepen is de verhouding tussen de leerwegen (BOL / BBL), niveaus van de opleidingen en geslacht hetzelfde. In Overzicht 0.4 vindt u een overzicht van de opbouw van de groep MBO-verlaters van 2011 per beroepsgroep binnen SH&M. Overz i cht 0.4 Aantal MBO-verlaters met een opleiding SH&M, naar beroepsgroep, beroepsgroep aantal niveau leerweg geslacht MBOverlaters niv. 1 en 2 niv. 3 en 4 BOL BBL man vrouw Meubelstoffeerder % 100% - 8% 92% Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer 89 72% 28% 54% 46% 78% 22% Machinaal houtbewerker 7 29% 71% 29% 71% 100% - Montagemedewerker timmerindustrie 3 100% - 33% 67% 100% - Kaderfunctionaris % 84% 16% 94% 6% 3 Voor de MBO-Kaart 2011 zijn geen gediplomeerde parketteurs aangeschreven, omdat geen instellingen aan het onderzoek hebben deelgenomen die deze opleidingen aanbieden,. Parketteurs worden daarom verder in deze rapportage niet meegenomen. 4 Onder de respondenten van de MBO-Kaart 2011, zijn geen gediplomeerden van de beroepsgroep Assistent houtbranche. Deze groep ontbreekt daarom in het overzicht. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 6

7 Uitkomsten van beroepsgroepen met minder dan 15 gediplomeerden, worden wel in de figuren gepresenteerd, maar worden niet bij de analyse betrokken. In de figuren wordt per beroepsgroep aangegeven om hoeveel gediplomeerden het gaat (n=). Vergelijking met uitkomsten op landelijk niveau De uitkomsten voor kenniscentrum SH&M als geheel worden, waar mogelijk, vergeleken met de uitkomsten op landelijk niveau. De landelijke uitkomsten zijn de uitkomsten van de gediplomeerden (MBO-verlaters) van alle MBO-opleidingen, leerwegen en niveaus die hebben meegedaan aan het onderzoek MBO-Kaart. In het rapport worden de landelijke uitkomsten onder andere aangeduid als landelijk en landelijk niveau. Opbouw rapport Voorafgaand aan de werkelijke analyse zullen we in Hoofdstuk 1 meer in detail stilstaan bij het onderzoek MBO-Kaart en de representativiteit van de uitkomsten. Dit is noodzakelijk om tot een goede interpretatie van de uitkomsten te komen. Vervolgens bekijken we in Hoofdstuk 2 de bestemming van de gediplomeerden. In Hoofdstuk 3 gaan we dieper in op de gediplomeerden die zijn gaan werken. In Hoofdstuk 4 komt de opname van gediplomeerden door de arbeidsmarkt aan de orde. In Hoofdstuk 5 gaan we kort in op de gediplomeerden die hebben gekozen voor een vervolgopleiding. In Hoofdstuk 6 gaan we in op de tevredenheid van gediplomeerden met betrekking tot de door hen gevolgde opleiding. Voorafgaand aan Hoofdstuk 1 is een samenvatting van de uitkomsten opgenomen. Niet alle uitkomsten die in deze rapportage geanalyseerd worden, worden in de vorm van grafieken of tabellen gepresenteerd. In de afzonderlijke Bijlage Tabellen en vragenlijsten vindt u daarom een uitgebreide tabellenbijlage met daarin alle uitkomsten die voor de analyse gebruikt zijn. Zij zijn op eenzelfde wijze geordend als de rapportage. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 7

8 SAMENVATTING In dit hoofdstuk geven we een samenvattende typering van de keuzes en posities van gediplomeerden van 2009, 2010 en 2011 van hout- en meubelopleidingen. De gegevens in deze rapportage zijn afkomstig van het onderzoek MBO-Kaart. Bestemming Van de MBO-verlaters van 2011 van hout- en meubelopleidingen is driekwart (75%) gaan werken. Dit is relatief vaker dan landelijk het geval is (65%). MBO-verlaters van hout- en meubelopleidingen kiezen relatief minder vaak voor een (voltijds) vervolgopleiding (8%) dan we landelijk zien (18%). De werkloosheid is onder gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen van 2011 groter (10%) dan we landelijk zien (6%). De eerste bestemming van MBO-verlaters van hout- en meubelopleidingen van 2011 is grofweg vergelijkbaar met eerdere jaren. Wel zijn de gediplomeerden van 2011 vaker werkloos (10%) dan we zagen in 2009 (8%) en 2010 (6%). Binnen SH&M zien we dat het aandeel gediplomeerden dat kiest voor de arbeidsmarkt vooral groot is onder MBO-verlaters van de beroepsgroep Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouw en het aandeel gediplomeerden dat is gaan doorleren vooral te vinden is onder MBO-verlaters van de beroepsgroep Kaderfunctionaris. Arbeidsmarkt Over het algemeen kunnen we stellen dat de perspectieven op de arbeidsmarkt voor gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen goed te noemen zijn, maar op de meeste aspecten iets minder goed dan we landelijk zien. Meer dan de helft (59%) van de werkende gediplomeerden van 2011 heeft binnen 1 maand een baan gevonden. 39% van de gediplomeerden heeft op het moment van onderzoek (al) een vaste aanstelling en tweederde (68%) van de werkende gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen van 2011 heeft een baan gevonden die binnen het domein van SH&M valt. Over de bpv kunnen we concluderen dat een goede bpv niet alleen belangrijk is voor een goede opleiding, maar tevens voor een betere positie op de arbeidsmarkt. We zien dat gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen van 2011 met name werken bij bedrijven die vallen binnen de CAO Meubelindustrie (34%), of bij bedrijven met een andere CAO (dan de Meubelindustrie, Timmerindustrie, Houthandel, Parket dan wel dat ze als ZZP er werkzaam zijn). We kunnen de positie van de werkende gediplomeerden ook bekijken vanuit het perspectief van de beroepen waar gediplomeerden van 2011 (landelijk) zijn gaan werken. We zien dan dat bijna alle gediplomeerden, die werken in een beroep dat binnen het domein van SH&M valt, ook een hout- en meubelopleiding hebben gevolgd (98%). MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 8

9 Doorleren Van alle gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen (ongeacht van welk niveau en of zij verder leren of niet) kiest 9% voor een vervolgopleiding op het HBO. Landelijk is dit aandeel 23%. Doorlerende gediplomeerden die voor een vervolgopleiding op het MBO kiezen, kiezen vrijwel allemaal voor een andere opleiding binnen het domein van SH&M. Terugblik Over het algemeen zijn de gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen tevreden over de opleiding die zij gevolgd hebben. Dit geldt voor de aansluiting / bruikbaarheid van de theorie op het praktijkgedeelte / in het werk (77%), de zinvolheid van de opleiding als zij kijken naar wat zij op dit moment doen (86%) en de wijze van examinering in de opleiding (67%). Op landelijk niveau zijn de gediplomeerden (van 2011) minder vaak tevreden over de aansluiting / bruikbaarheid van de theorie en de zinvolheid van de opleiding dan de gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen van De gediplomeerden op landelijk niveau zijn wel vaker tevreden over de wijze van examinering in de opleiding (77%) dan gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen (67%). Economische teruggang Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen van 2011 gevolgen ondervinden van de economische teruggang. De werkloosheid is gestegen van 6% in 2010 naar 10% in Wel zien we dat de perspectieven op de arbeidsmarkt, zoals maandsalaris en het hebben van een vaste aanstelling, voor gediplomeerden van 2011 vergelijkbaar zijn met de voorgaande jaren. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 9

10 1 HET ONDERZOEK MBO-KAART Om de uitkomsten over de positie van gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen op een juiste wijze te interpreteren, is het belangrijk dat men weet hoe de gegevens tot stand zijn gekomen. Daarom willen we voorafgaand aan de analyse van de positie van gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen een toelichting geven over de afbakening van de onderzoekspopulatie, het onderzoeksbestand dat uit het onderzoek MBO-Kaart ontstaat en de gevolgen daarvan voor de representativiteit van de gegevens. 1.1 Afbakening van de onderzoekspopulatie MBO-verlaters In landelijke rapportages gaan we doorgaans uit van een iets andere afbakening van de populatie schoolverlaters dan in het onderzoek (en de rapportages) voor de deelnemende instellingen. Gaat het in het onderzoek MBO-Kaart voor instellingen met name om de opbrengst op instellingsniveau (en de organisatorische niveaus daarbinnen), in landelijke rapportages gaat het meer om de opbrengst van het gehele MBO-veld. Om deze reden bakenen we de onderzoekspopulatie in landelijke rapporten af als de groep MBOverlaters. Zijn zij bijvoorbeeld gaan werken of leren zij door op het HBO? Gediplomeerden die verder leren op de eigen school of op een andere MBO-instelling dan waar zij een diploma hebben behaald, worden daarmee buiten beschouwing gelaten. De uitkomsten die in dit rapport worden gepresenteerd, hebben dus betrekking op gediplomeerde MBO-verlaters en niet op alle gediplomeerden van MBO-opleidingen. In totaal is op basis van deze afbakening informatie beschikbaar over 571 gediplomeerde MBO-verlaters van hout- en meubelopleidingen van de laatste drie jaar (zie Overzicht 0.3 in de Inleiding). Alleen de uitkomsten die worden gepresenteerd in paragraaf 2.1 (interne doorstroom), hebben betrekking op alle gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen. 1.2 Representativiteit uitkomsten en weging Weging Hoewel de MBO-Kaart een landelijk onderzoek is, doen niet alle MBO-instellingen in Nederland (ieder jaar en met alle opleidingen) mee. Daarnaast zijn de opleidingen (en de deelname hieraan) niet gelijk verspreid over de scholen. Er is op voorhand dus geen sprake van een onderzoek onder de gehele (landelijke) populatie gediplomeerde schoolverlaters. Tevens is geen sprake van een beredeneerde steekproef. Het kan daarom voorkomen dat, naast het feit dat niet alle schoolverlaters van alle opleidingen in gelijke mate responderen, bepaalde opleidingen oververtegenwoordigd of ondervertegenwoordigd zijn in het onderzoeksbestand. Doorgaans zijn bijvoorbeeld de opleidingen binnen SH&M en Calibris in het landelijke bestand oververtegenwoordigd. Ook in het MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 10

11 onderzoeksbestand MBO-Kaart 2011 zien we dat hout- en meubelopleidingen naar verhouding vaker voorkomen dan op landelijk niveau. Om deze onder- of oververtegenwoordiging van opleidingen in het onderzoeksbestand te ondervangen, hebben we de uitkomsten van het onderzoek gewogen. Het wegen van het onderzoeksbestand houdt in dat we de verdeling in opleidingen in de landelijke populatie doorvoeren in het onderzoeksbestand. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 11

12 2 EERSTE BESTEMMING Wat gaan gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen na hun MBO-studie doen? Gaan zij werken, kiezen ze voor een vervolgopleiding binnen de eigen school of op het HBO, zijn zij werkloos of gaan zij iets anders doen? In dit hoofdstuk bekijken we zowel de bestemming van gediplomeerden die binnen een ROC / AOC of vakinstelling doorleren (interne doorstroom, paragraaf 2.1), als de bestemming van de gediplomeerden die de school en het MBO hebben verlaten (paragraaf 2.2 en verder). De informatie over de interne doorstroom is afkomstig uit de administratiebestanden die we van de verschillende deelnemende instellingen hebben gekregen. In 2009 en 2010 gaat het om 18 instellingen, in 2011 om 19 instellingen. De informatie over de MBO-verlaters is afkomstig van de uitkomsten van de MBO- Kaart. 2.1 Interne doorstroom In onderstaande Figuur 2.1 zien we dat ongeveer een kwart (28%) van alle gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen in 2011 er voor kiest om verder te leren binnen de eigen school. Dit aandeel is iets groter dan we in 2009 zagen, maar kleiner dan we in 2010 zagen voor SH&M. Landelijk, onder gediplomeerden van alle opleidingen, zien we in 2011 een vergelijkbaar aandeel interne doorstromers. Figu ur 2.1 Interne doorstroom van gediplomeerden SH&M en op landelijk niveau, (niet gewogen). Landelijk % 73% Landelijk % 74% Landelijk % 72% SH&M % 72% SH&M % 70% SH&M % 75% 0% 20% 40% 60% 80% 100% intern doorgestroomd roc verlaten MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 12

13 Beroepsgroep Niet voor alle beroepsgroepen binnen SH&M zien we dezelfde mate van interne doorstroom. In Figuur zien we dat de interne doorstroom onder gediplomeerden van 2011 het grootst is voor de beroepsgroep Machinaal houtbewerker (61% stroomt intern door). Gediplomeerden van de beroepsgroep Kaderfunctionaris verlaten daarentegen allemaal de instelling na het behalen van hun diploma. Dit heeft voor een deel te maken met de verschillende niveaus van de opleidingen binnen de beroepsgroep. Figu ur 2.2 Interne doorstroom van gediplomeerden SH&M naar beroepsgroep, 2011 (niet gewogen). Meubelstoffeerder (n=17) 24% 76% Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer (n=192) 33% 67% Machinaal houtbewerker (n=30) 61% 39% Montagemedewerker timmerindustrie (n=15) 33% 67% Kaderfunctionaris (n=88) 100% Assistent (n=13) 53% 47% SH&M 2011 (n=355) 28% 72% Landelijk 2011 (n=32345) 27% 73% 0% 20% 40% 60% 80% 100% intern doorgestroomd roc verlaten 5 Het absolute aantal gediplomeerden van de beroepsgroep Assistent (n=13), waarover we gegevens hebben, is te klein om een verantwoorde vergelijking te kunnen maken. We nemen deze beroepsgroep daarom niet mee in de analyses in deze rapportage. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 13

14 2.2 Bestemming van gediplomeerde MBO-verlaters Van de gediplomeerden die na het behalen van hun diploma het ROC, AOC of de vakinstelling verlaten, kiest een klein deel voor een andere MBO-opleiding, maar op een andere school. De overige gediplomeerden zijn gaan werken, kiezen voor een vervolgopleiding (niet op het MBO), zijn werkloos of iets anders gaan doen. Bij elkaar zijn dit de MBO-verlaters. In deze paragraaf bekijken we (op basis van de antwoorden op de vragenlijst) wat de MBO-verlaters van hout- en meubelopleidingen na diplomering zijn gaan doen. In Figuur 2.3a zien we dat 75% van de MBO-verlaters van 2011 van hout- en meubelopleidingen is gaan werken. 8% heeft gekozen voor een (voltijds) vervolgopleiding en 4% voor een combinatie van werken en leren. 10% van de gediplomeerden is op het moment van onderzoek (nog) werkloos. De eerste bestemming van MBO-verlaters van hout- en meubelopleidingen van 2011 is hiermee grofweg vergelijkbaar met eerdere jaren. Wel zijn de gediplomeerden van 2011 vaker werkloos (10%) dan we zagen in 2009 (8%) en 2010 (6%). In paragraaf 2.3 werken we de bestemming verder uit naar beroepsgroep. Landelijk 6 zien we dat de gediplomeerden minder vaak werken (65%) en vaker kiezen voor een (voltijds) vervolgopleiding (18%) dan we zien voor gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen (respectievelijk 75% en 8%) (zie Figuur 2.3b). Ook zijn de gediplomeerden op landelijk niveau minder vaak werkloos (6%) dan we zien voor gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen (10%). Dit beeld komt overeen met wat we voorgaande jaren zagen. Figu ur 2.3 Eerste bestemming van MBO-verlaters na het behalen van het diploma, voor SH&M en landelijk, 2011 (landelijk gewogen). a. SH&M b. landelijk 8% 10% 5% 18% 6% 1% 4% 75% 10% 65% werken combinatie werken / leren doorleren werkloos anders werken combinatie werken / leren doorleren werkloos anders 6 Het gaat hier om landelijke uitkomsten; uitkomsten van gediplomeerde MBO-verlaters van alle MBO-opleidingen, leerwegen en niveaus die hebben meegedaan aan het onderzoek. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 14

15 In Figuur 2.4 zien we duidelijk dat de bestemming van gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen door de jaren heen redelijk gelijk blijft. Alleen het aandeel gediplomeerden dat kiest voor een (voltijds) vervolgopleiding is in vergelijking met 2009 iets afgenomen, van 11% in 2009 tot 8% in 2010 en Verder is de werkloosheid toegenomen van 6% in 2010 naar 10% in Deze ontwikkeling zien we niet op landelijk niveau terug, waar de werkloosheid al drie jaar stabiel is (6%). Figu ur 2.4 Eerste bestemming van MBO-verlaters SH&M door de jaren heen, % 4% 8% 10% 5% % 3% 8% 6% 5% % 2% 11% 8% 3% 0% 20% 40% 60% 80% 100% werken combinatie werken / leren doorleren werkloos anders Typering gediplomeerden die zowel werken als doorleren De meerderheid van de gediplomeerden die aangeven dat zij zowel doorleren als werken zijn studenten die naast hun HBOopleiding een (bij)baan hebben. Veel van hen hebben een bijbaan die min of meer aansluit bij de opleiding die zij op het MBO gevolgd hebben, dus banen binnen het domein van SH&M. Hieronder bevinden zich onder andere studenten die als Meubelmaker/(scheeps-)interieurbouwer, Allround meubelmaker en Allround machinaal houtbewerker timmerindustrie aan het werk zijn. Daarnaast zien we dat een klein aantal gediplomeerden een gangbaar bijbaantje heeft, zoals Horecaassistent en Verkoper. Naast HBO-studenten met een bijbaan bestaat de groep doorleren en werken uit gediplomeerden die naast een baan een cursus of een deeltijd HBO-opleiding volgen. Cursussen / opleidingen die hierbij het meest genoemd worden zijn: Cursus ornament snijden, opleiding Bouwkunde, opleiding Technische bedrijfskunde. De gediplomeerden die zowel werken als doorleren worden in de hoofdstukken Werken en Doorleren toegedeeld tot de werkende dan wel doorlerende gediplomeerden (zie de inleiding bij de hoofdstukken 3 en 5). MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 15

16 2.3 De keuze voor werken of doorleren Welke gediplomeerden kiezen vaker voor de arbeidsmarkt en welke gediplomeerden kiezen vaker voor een (voltijds) vervolgopleiding? We bekijken dit naar beroepsgroep 7, niveau en leerweg. Beroepsgroep Binnen SH&M 8 zien we in Figuur 2.5, op de volgende pagina, dat met name gediplomeerde MBOverlaters van Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouw in belangrijke mate op de arbeidsmarkt georiënteerd zijn. 83% van de gediplomeerden van opleidingen Meubelmaker, (scheeps-) interieurbouw is op het moment van onderzoek aan het werk. Ook in voorgaande jaren zagen we dat gediplomeerden van deze beroepsgroep vaker voor de arbeidsmarkt kozen dan gediplomeerden van de andere beroepsgroepen. Gediplomeerden van de beroepsgroep Kaderfunctionaris kiezen relatief vaker voor een vervolgopleiding, al dan niet in combinatie met werken. De werkloosheid is voor de beroepsgroepen Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouw en Kaderfunctionaris gelijk (beide 9%). Niveau 9 Van alle MBO-verlaters met een hout- en meubelopleiding zijn de gediplomeerden van niveau 2 (85%) en niveau 3 (82%) het vaakst aan het werk. Dit is op zich niet verwonderlijk aangezien gediplomeerden van deze niveaus die verder leren dit veelal op het MBO doen en in deze rapportage buiten beschouwing worden gelaten. Het aandeel werkenden is voor gediplomeerde MBO-verlaters van niveau 4 beduidend kleiner (64%); zij kiezen veel vaker voor een (voltijds) vervolgopleiding (15%) of een combinatie van werken en leren (7%) dan gediplomeerden van de andere niveaus. Hoewel gediplomeerden van niveau 2 en niveau 3 van 2011 vaak werken, zijn zij ook relatief het vaakst werkloos (respectievelijk 7% en 15%). Door de jaren heen zien we geen grote afwijkingen in bovenstaand beeld en ook op landelijk niveau zien we in de verschillende jaren dat het aandeel werkenden met name groot is onder de niveaus 2 en 3 en relatief klein is onder gediplomeerde MBO-verlaters van niveau 4. 7 Uitkomsten van beroepsgroepen met minder dan 15 gediplomeerden, worden wel in de figuren gepresenteerd, maar worden niet bij de analyse betrokken. In de figuur wordt per beroepsgroep aangegeven om hoeveel gediplomeerden het gaat (n=). 8 Het absolute aantal gediplomeerden van de beroepsgroepen Montagemedewerker timmerindustrie (n=3), Machinaal houtbewerker (n=7) en Meubelstoffeerder (n=13), waarover we gegevens hebben, is te klein om een verantwoorde vergelijking te kunnen maken. We vergelijken daarom in deze rapportage alleen de beroepsgroepen Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer en Kaderfunctionaris. 9 We hebben geen gegevens van gediplomeerden binnen SH&M met een opleiding op niveau 1 die hun school hebben verlaten. We nemen dit niveau daarom niet mee in de analyses van deze rapportage. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 16

17 Figu ur 2.5 Eerste bestemming van MBO-verlaters naar beroepsgroep, 2011 (landelijk gewogen). Meubelstoffeerder (n=13) 92% 8% Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer (n=89) 83% 1% 9% 2% 4% Machinaal houtbewerker (n=7) 86% 14% Montagemedewerker timmerindustrie (n=3) 67% 14% Kaderfunctionaris (n=87) 63% 7% 15% 9% 6% SH&M 2011 (n=199) 75% 4% 8% 10% 5% Landelijk 2011 (n=10949) 65% 10% 18% 6% 1% 0% 20% 40% 60% 80% 100% werken combinatie werken / leren doorleren werkloos anders Leerweg Het algemene beeld onder MBO-gediplomeerden is dat BBL-ers na diplomering overwegend gaan / blijven werken en dat BOL-ers iets vaker kiezen voor een vervolgopleiding, al dan niet in combinatie met werk. Zo zien we onder de gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen van 2011 dat 84% van de BBL-ers op het moment van onderzoek werkzaam is tegen 70% van de BOL-ers. Van de BOLers heeft 15% gekozen om zich via scholing verder te kwalificeren (al dan niet in combinatie met werk), onder BBL-ers is dit 7%. De afgelopen drie jaren is het aandeel BOL-ers en BBL-ers van hout- en meubelopleidingen dat een half jaar na diplomering actief is op de arbeidsmarkt redelijk gelijk gebleven. Het aandeel BOL-gediplomeerden dat werkloos is in 2011 (11%) is na een afname in 2010 (2%) weer op het niveau van 2009 (10%). Landelijk zien we dat het aandeel BOL-ers en BBL-ers dat kiest voor (alleen) de arbeidsmarkt de afgelopen drie jaren redelijk gelijk is gebleven. We zien op landelijk niveau dat het aandeel BOLgediplomeerden dat kiest voor een (voltijds) vervolgopleiding in 2011 is afgenomen (29%) ten opzichte van 2010 (31%) en 2009 (34%). Voor BOL-ers zien we bovendien op landelijk niveau, net als voor SH&M, een toename van het aandeel werklozen (8% in 2011 en 6% in 2009 en 2010). MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 17

18 2.4 Werkloosheid onder gediplomeerden De werkloosheid is onder MBO-gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen in 2011 hoger (10%) dan de werkloosheid onder gediplomeerden van 2009 en 2010 (respectievelijk 8% en 6%) en dan we in 2011 zien op landelijk niveau (6%). Het is daarom zinvol om te bekijken wie er met name geconfronteerd worden met werkloosheid. Ook dit bekijken we naar beroepsgroep, niveau en leerweg. Beroepsgroep Binnen SH&M zijn gediplomeerden van de beroepsgroep Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer even vaak werkloos als gediplomeerden van de beroepsgroep Kaderfunctionaris (beide 9%)(zie Figuur 2.5 op pagina 17). Onder gediplomeerden van Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer van 2011 zijn met name gediplomeerden van de opleiding Allround meubelmaker werkloos (16%). Onder gediplomeerden van 2011 van Kaderfunctionaris zijn met name gediplomeerden van de opleiding Kaderfunctionaris timmerindustrie 10 vaak werkloos (33%). Niveau en leerweg De werkloosheid is in 2011 het hoogst onder gediplomeerde MBO-verlaters van hout- en meubelopleidingen van niveau 3 (15%). In vergelijking met de uitkomsten van de gediplomeerden van eerdere jaren zien we dat de werkloosheid onder gediplomeerden van niveau 3 duidelijk is toegenomen (in 2009 was 5% en in % van de gediplomeerden van niveau 3 op het moment van onderzoek (nog) werkloos). De werkloosheid onder gediplomeerden van opleidingen op niveau 2 (7%) is vergeleken met de voorgaande twee jaren gedaald (in 2009 was 17% en in % van de gediplomeerden op het moment van onderzoek (nog) werkloos). Op landelijk niveau zien we in 2011 dat de werkloosheid onder gediplomeerden van niveau 1 (17%) en 2 (11%) relatief het hoogst is. Landelijk zien we dat door de jaren heen de werkloosheid op elk niveau ongeveer gelijk is gebleven. Onder gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen van 2011 zien we dat de werkloosheid onder BOL-ers groter is (11%) dan onder BBL-ers (7%). In 2009 was de werkloosheid voor beide leerwegen ongeveer gelijk aan het niveau van In 2010 was de werkloosheid opvallend genoeg een stuk lager voor BOL-ers (2%). Ook landelijk zien we dat de werkloosheid onder BBL-ers (4%) in 2011 lager is dan onder BOL-ers (8%). 10 We moeten hierbij opmerken dat het absolute aantal gediplomeerden van de opleiding Kaderfunctionaris timmerindustrie klein is (n=6). MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 18

19 3 WERKEN In dit hoofdstuk bespreken we de uitkomsten voor de groep MBO-verlaters die een half jaar na diplomering zijn gaan werken. Dit zijn in eerste instantie de MBO-verlaters die aangeven dat zij werken (en dat meer dan 12 uur per week doen 11 ). Daarnaast worden ook de respondenten meegenomen die aangeven naast hun werk een cursus of een deeltijd HBO-opleiding (waarbij het werken de hoofdactiviteit is 12 ) te volgen. We kijken in dit hoofdstuk naar de reden voor keuze van het huidige beroep, het baanperspectief van de gediplomeerden, de aansluiting van het beroep op de gevolgde opleiding, de allocatie van werkende gediplomeerden naar bedrijfstak en de invloed van de beroepspraktijkvorming (bpv). 3.1 Waarom gekozen voor huidige werk? Aan de werkende gediplomeerde MBO-verlaters met een hout- en meubelopleiding is gevraagd waarom ze voor hun huidige beroep hebben gekozen (zie Figuur 3.1 op de volgende pagina). 38% van de werkende gediplomeerden geeft aan voor het beroep te hebben gekozen om te kunnen werken met hun handen en/of machines. Het salaris blijkt niet belangrijk te zijn bij de keuze voor het beroep; slechts 5% van de werkende gediplomeerden geeft het salaris als reden om voor het huidige beroep te kiezen. Ongeveer een derde van de MBO-verlaters (35%) geeft aan dat er een andere reden is 13 om voor hun werk te kiezen. Zij noemen bijvoorbeeld dat ze bij hun stagebedrijf konden blijven werken of dat dit het vak is dat ze altijd al hebben willen doen. Eenzelfde beeld zagen we voor de gediplomeerden SH&M van Wel zijn de antwoordmogelijkheden in 2011 aangepast; in plaats van de reden omdat het werk mij goed paste kunnen de werkende gediplomeerden in 2011 kiezen voor de redenen om te kunnen werken met mijn handen en/of machines en om met de producten die ik maakt iets te kunnen betekenen voor anderen. Een overzicht van alle redenen, kunt u terugvinden in de afzonderlijke Bijlage Tabellen en vragenlijsten. 11 Dit is conform de definitie van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). 12 Dit wordt bepaald aan de hand van de verdeling van het aantal uren per week dat de respondent aangeeft te werken dan wel een opleiding te volgen. 13 Een andere reden dan het salaris, de carrièremogelijkheden in het vak, het werken met handen en/of machines en iets te kunnen betekenen voor anderen. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 19

20 Figu ur 3.1 Keuze van MBO-verlaters SH&M voor werk naar beroepsgroep, Meubelstoffeerder (n=9) 33% 11% 56% Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer (n=71) 7% 13% 37% 11% 32% Machinaal houtbewerker (n=6) 17% 67% 17% Montagemedewerker timmerindustrie (n=2) 100% Kaderfunctionaris (n=58) 3% 14% 38% 7% 38% SH&M 2011 (n=146) 5% 12% 38% 10% 35% 0% 20% 40% 60% 80% 100% salaris carrièremogelijkheden werken met handen/machines iets betekenen voor anderen anders Beroepsgroep Voor zowel de werkende gediplomeerden van de beroepsgroep Meubelmaker, (scheeps-) interieurbouwer (37%) als de beroepsgroep Kaderfunctionaris (38%) is het werken met handen en/of machines de belangrijkste reden om voor hun huidige beroep te kiezen. Daarnaast noemen beiden vaak een andere reden (respectievelijk 32% en 38%). Het salaris en iets te kunnen betekenen voor anderen zijn voor slechts een klein deel van de werkenden van beide beroepsgroepen de belangrijkste reden. Carrièremogelijkheden, iets kunnen betekenen voor anderen en het salaris lijken in de sector nauwelijks een rol te spelen bij de keuze voor een beroep. Niveau Werkende gediplomeerden van opleidingen op niveau 3 kiezen relatief gezien vaker voor een beroep om te kunnen werken met de handen en/of machines (45%) dan werkende gediplomeerden van niveau 4 (39%) en niveau 2 (32%). Werkende gediplomeerden van niveau 2 kiezen relatief vaker voor een beroep om iets te kunnen betekenen voor anderen (18%) dan werkenden van de andere niveaus. Gediplomeerden van de verschillende niveaus geven ook vaak aan voor het huidige beroep te hebben gekozen vanwege andere redenen. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 20

21 Leerweg Voor BBL-gediplomeerden is kunnen werken met hun handen en/of machines (50%) duidelijk vaker de belangrijkste reden om voor een beroep te kiezen dan voor BOL-gediplomeerden (34%). BOLgediplomeerden kiezen vaker voor het beroep vanwege andere redenen (42%) dan BBL-ers (18%). BOL-ers en BBL-ers geven beide aan dat het salaris nauwelijks een rol speelt bij de keuze voor een beroep (respectievelijk 4% en 3% noemt dit als belangrijkste reden). ZZP er Iets minder dan de helft van de zelfstandig ondernemers ziet het werken met hun handen en/of machines als belangrijkste reden om voor een beroep te kiezen (46%). Daarnaast geeft 29% van de zelfstandige ondernemers aan vanwege andere reden voor het huidige beroep te hebben gekozen. Zij noemen daarbij bijvoorbeeld de vrijheid om als eigen baas mooie dingen te maken of het gebrek aan banen in het vakgebied. Ook voor de zelfstandig ondernemers geldt dat het salaris nauwelijks een rol speelt bij de keuze voor het beroep, tezamen met de carrièremogelijkheden (beide worden door 4% als belangrijkste reden genoemd). MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 21

22 3.2 Baanperspectief voor gediplomeerden Het baanperspectief voor gediplomeerden beoordelen we aan de hand van de onderstaande vragen: Hoe snel (na hoeveel maanden) vinden gediplomeerden een baan? Hebben gediplomeerden bpv gehad (als BOL-er ) of gewerkt (als BBL-er) bij het bedrijf waar zij nu werken? Wat voor aanstelling hebben zij? Wat verdienen zij? Hoe groot is de mobiliteit van gediplomeerden? Werken zij, een half jaar na diplomering, nog bij de eerste werkgever? Werkende gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen vinden redelijk snel een baan. 89% van de werkende gediplomeerden van 2011 heeft binnen 3 maanden een baan gevonden en meer dan de helft (59%) zelfs binnen één maand. Dit beeld is vergelijkbaar met wat we voorgaande jaren voor SH&M zagen. Binnen de groep werkenden zijn het met name BBL-ers die snel (binnen één maand) een baan vinden; 72% van de werkende BBL-ers van 2011 is binnen één maand aan de slag. Dit heeft te maken met het feit dat BBL-ers vaak blijven werken bij het bedrijf waar zij tijdens de opleiding ook werkten (72% in 2011). Voor BOL-gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen spelen de contacten die tijdens de beroepspraktijkvorming (bpv) worden opgedaan, een belangrijke rol bij het vinden van werk. Onder werkende BOL-ers van 2011 is 45% aan de slag gegaan bij een bedrijf waar zij tijdens de opleiding beroepspraktijkvorming hebben gehad. Een half jaar na diplomering heeft 39% van de werkende gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen een vaste aanstelling. Dit aandeel is vergelijkbaar met wat we zagen in 2010 (40%), maar kleiner dan we zagen in 2009 (49%). Het aandeel werkenden met een tijdelijke aanstelling is de afgelopen jaren redelijk gelijk gebleven, ongeveer een derde. Een vijfde van de werkende gediplomeerden is na diplomering aan de slag gegaan als zelfstandig ondernemer (20%). Dit aandeel is iets kleiner dan we in 2010 zagen voor hout- en meubelopleidingen (23%), maar groter dan we in 2009 zagen (14%). Binnen de groep werkende gediplomeerden hebben BBL-ers duidelijk vaker een vaste aanstelling (76% in 2011) dan BOL-ers (26% in 2011). Dit beeld zagen we ook in de voorgaande jaren en valt voor een deel te verklaren doordat BBL-ers veelal aan het werk blijven bij het bedrijf waar zij tijdens de opleiding gewerkt hebben. Zij werken dus al langer bij het bedrijf, waardoor de kans dat zij een vaste aanstelling hebben groter is. Het aandeel BBL-ers met een vaste aanstelling is in 2011 groter dan in voorgaande jaren, terwijl het aandeel onder BOL-ers sinds 2009 kleiner geworden is (36%). Omdat het baanperspectief op veel punten voor BBL-ers beter is dan voor BOL-ers, zou je verwachten dat dit zich ook uit in het salaris van de werkende gediplomeerden. Echter verdienen MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 22

23 BOL-ers in 2011 over het algemeen meer dan BBL-ers 14. In 2009 en 2010 verdienden BBL-ers over het algemeen meer dan BOL-ers. Het gemiddelde bruto maandsalaris (op basis van een 38-urige werkweek) van de totale groep werkende gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen is in 2011 ( 1.666,- per maand), na een lichte daling in 2010, weer iets hoger dan in de jaren ervoor. Hoewel BBL-gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen veelal blijven werken bij het bedrijf waar zij tijdens hun opleiding werkten, heeft 28% van de BBL-ers een half jaar na diplomering een andere werkgever. Zij zijn tussen het behalen van hun diploma en het moment van onderzoek (ongeveer een half jaar later) van bedrijf veranderd. Onder BOL-ers is dit aandeel kleiner (22%). Door de jaren heen is de mobiliteit van BOL-ers afgenomen (van 31% in 2009 en 2010 naar 22% in 2011). Bij BBL-ers is de mobiliteit, na een flinke stijging in 2010, iets afgenomen in 2011 (van 17% in 2009 naar 31% in 2010 naar 28% in 2011). Gemiddeld genomen is de mobiliteit onder werkende gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen (BOL en BBL samen) ongeveer gelijk gebleven ten opzichte van de mobiliteit van de afgelopen jaren; rond een derde (34% in 2011). In vergelijking met het landelijke beeld kunnen we vaststellen dat het baanperspectief (in de verschillende jaren) van alle werkenden op verschillende aspecten vergelijkbaar is met dat van werkende gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen. Landelijk zien we bijvoorbeeld dat gediplomeerden die kiezen voor de arbeidsmarkt even snel een baan vinden; 88% van de werkende gediplomeerden (van alle opleidingen bij elkaar) is binnen 3 maanden aan het werk (tegen 89% voor SH&M). Het aandeel gediplomeerden dat binnen één maand een baan vindt, is landelijk gezien wel groter (68% in 2011) dan we zien onder gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen (59%). Verder zien we dat werkende gediplomeerden op landelijk niveau vaker beroepspraktijkvorming hebben gehad of gewerkt hebben bij hun huidige werkgever (ieder jaar rond tweederde) dan onder werkende gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen het geval is (tussen 46% en 59%). Daarnaast zien we dat werkende gediplomeerden op landelijk niveau vaker een vaste aanstelling (rond de 60%) en minder vaak een tijdelijke aanstelling (ieder jaar ongeveer een kwart) hebben. Het bruto maandsalaris is op landelijk niveau gemiddeld op 1.752, - per maand (op basis van een 38-urige werkweek), zo n 100 euro hoger dan onder gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen. Het verschil in baanperspectief tussen gediplomeerden op landelijk niveau en gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen is met name te verklaren door het feit dat onder de landelijke gediplomeerden relatief meer gediplomeerden van BBL-opleidingen te vinden zijn, dan onder de gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen (zie Overzicht 0.2 op pagina 5). Met name BBL-ers (zowel op landelijk niveau als binnen SH&M) vinden snel een baan en werken vaak bij het bedrijf waar zij tijdens de opleiding ook werkten. Hierdoor hebben zij ook vaker al een vaste aanstelling en is hun salaris gemiddeld hoger (hoewel we dat in 2011 niet zien voor werkende gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen). De mobiliteit onder gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen 14 Hierbij moet vermeld worden dat het gemiddelde salaris van de BBL-ers is berekend over een kleinere groep dan het salaris van BOLers, waardoor er wat voorzichtiger moet worden omgegaan met de uitkomsten. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 23

24 was de afgelopen jaren groter dan onder gediplomeerden van alle opleidingen bij elkaar, wat ook dit jaar weer het geval is (23% op landelijk niveau en 34% voor hout- en meubelopleidingen). ZZP ers Van de gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen van 2011 heeft een vijfde er voor gekozen om als zelfstandig ondernemer aan de slag te gaan (20%). Dit aandeel is groter dan we in 2009 zagen voor de gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen (14%), maar iets kleiner dan we in 2010 zagen (23%). Binnen SH&M zien we dat werkende gediplomeerden van de beroepsgroep Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer er vaker voor kiezen om als zelfstandig ondernemer aan de slag te gaan (25%) dan werkende gediplomeerden van de beroepsgroep Kaderfunctionaris (17%). Binnen de beroepsgroep Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer zijn het werkende gediplomeerden van de opleiding Meubelmaker die er voor kiezen om als zelfstandig ondernemer aan de slag te gaan. Binnen de beroepsgroep Kaderfunctionaris zijn het werkende gediplomeerden van de opleiding Kaderfunctionaris meubelindustrie en interieurbouw die er voor kiezen om als zelfstandig ondernemer aan de slag te gaan. Verder valt op dat meer dan de helft van de zelfstandige ondernemers binnen 1 maand na diplomering aan het werk is gegaan (57%) en dat zij bijna allemaal werkzaam zijn binnen het domein van SH&M (96%). Gemiddeld verdienen de zelfstandige ondernemers in ,- per maand. Het gemiddelde maandsalaris van de zelfstandige ondernemers is, ten opzicht van 2009, aanzienlijk gestegen; in 2009 verdienden zij nog gemiddeld 1.159,- per maand. Zelfstandig ondernemers geven aan veel aan de opleiding te hebben gehad; 83% is tevreden over de zinvolheid van de opleiding. Binnen de groep werkende gediplomeerden zien we dat BOL-ers er vaker voor kiezen om als zelfstandig ondernemer aan de slag te gaan (15%) dan BBL-ers (6%). Dit beeld is vergelijkbaar met wat we zagen in 2009 en Al is het aandeel BOL-ers dat werkt als zelfstandig ondernemer in 2011 wel veel kleiner dan in 2010 (29%). Kijken we naar het niveau van de gevolgde opleiding dan zien we dat werkende gediplomeerden van niveau 2 er vaker voor kiezen om als zelfstandig ondernemer aan de slag te gaan (33%) dan gediplomeerden van niveau 4 (17%) en niveau 3 (3%). Zelfstandig ondernemers geven aan vooral voor het werk dat ze nu doen te hebben gekozen om te kunnen werken met hun handen en/of machines (46%). Daarnaast geeft 18% aan het werk dat ze nu doen te hebben gekozen om met de producten die ze hebben gemaakt iets te kunnen betekenen voor andere mensen. Werkende gediplomeerden op landelijk niveau kiezen er duidelijk minder vaak voor om de arbeidsmarkt op te gaan als zelfstandig ondernemer (jaarlijks rond 4%) dan werkende gediplomeerden van SH&M (tussen 14% en 23%). Beroepsgroep Kijken we naar het baanperspectief per beroepsgroep binnen SH&M, dan valt in 2011 met name de beroepsgroep Kaderfunctionaris op. Werkende gediplomeerden van de beroepsgroep MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 24

25 Kaderfunctionaris vinden weliswaar iets vaker binnen 3 maand een baan (88%), maar minder vaak binnen 1 maand (56%) dan werkende gediplomeerden van de beroepsgroep Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer (respectievelijk 87% en 65%). Werkenden van de beroepsgroep Kaderfunctionaris werken wel vaker bij het bedrijf waar zij beroepspraktijkvorming hebben gehad of hebben gewerkt tijdens de opleiding (51%) dan we zien voor de beroepsgroep Meubelmaker, (scheeps)interieurbouwer (41%). Daarnaast zien we dat werkenden van de beroepsgroep Kaderfunctionaris gemiddeld een hoger bruto maandsalaris (op basis van een 38-urige werkweek) hebben (gemiddeld 1.740,-) dan werkenden van de beroepsgroep Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer ( 1.572,-) en dat zij het vaakst op het moment van onderzoek bij hun eerste werkgever werken (80% tegen 58%). Werkenden van de beroepsgroep Kaderfunctionaris hebben wel minder vaak een vaste aanstelling (33%) dan werkenden van de beroepsgroep Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer (42%) en vaker een tijdelijke aanstelling (42% tegen 23% onder Meubelmaker, (scheeps-)interieurbouwer). Niveau van de opleiding Als we kijken naar het baanperspectief van werkende gediplomeerden van hout- en meubelopleidingen naar niveau van de gevolgde MBO-opleiding, zien we dat gediplomeerden van opleidingen op niveau 3 en niveau 4 op verschillende punten een beter baanperspectief hebben dan werkenden van de andere niveaus. Zo hebben gediplomeerden van niveau 4 gemiddeld een hoger salaris ( 1.741,-) en werken zij vaker op het moment van onderzoek (nog) bij hun eerste werkgever (80%) dan werkende gediplomeerden van de andere niveaus. Gediplomeerden van niveau 3 vinden daarentegen vaker binnen 3 maanden een baan (92%) en werken vaker bij bedrijven waar zij bpv hebben gehad of tijdens de studie hebben gewerkt (58%) dan gediplomeerden van de andere niveaus. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 25

26 3.3 Diplomarendement Het begrip diplomarendement wordt gebruikt om aan te geven in hoeverre MBO-verlaters in een functie terechtkomen die past bij de gevolgde opleiding op het MBO. Vinden zij werk direct in het verlengde van hun opleiding, of in ieder geval in een beroep dat ligt binnen het domein van het Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (verder: kenniscentrum) of komen zij wellicht in een andere sector terecht 15? Om tot deze classificatie te komen leggen we de gevolgde opleiding op het MBO naast het beroep dat zij uitoefenen. Naast deze objectieve benadering van het diplomarendement hebben we de gediplomeerden zelf gevraagd hoe zij de aansluiting ervaren; hebben zij gezien hun huidige bezigheden veel aan de opleiding gehad? We noemen dit de subjectieve benadering Objectieve benadering Van de gediplomeerden van 2011 van hout- en meubelopleidingen die op het moment van onderzoek een baan hebben, werkt tweederde (68%) in een beroep binnen het domein van het kenniscentrum van de gevolgde opleiding (zie Figuur 3.2). Dit is vaker dan we zagen in 2009 (63%), maar iets minder vaak dan we in 2010 zagen voor hout- en meubelopleidingen (70%). Landelijk zien we dat ieder jaar rond 84% binnen het domein van het kenniscentrum werkt. Dat er gediplomeerden zijn die terecht zijn gekomen in beroepen die niet direct in het verlengde van de opleiding liggen wil overigens niet direct zeggen dat de opleiding onvoldoende was. Men kan ook zeggen dat de opleiding juist breed opleidt en dit de gediplomeerden de mogelijkheid biedt om ook werk te vinden buiten bijvoorbeeld de eigen opleiding of beroepssector. Zij zijn in dit geval dus breed inzetbaar. Figu ur 3.2 Ligt het beroep in het verlengde van de opleiding (binnen het kenniscentrum dan wel binnen de sector), ? SH&M 2011 (n=135) 68% 81% SH&M 2010 (n=129) 70% 81% SH&M 2009 (n=144) 63% 80% 0% 20% 40% 60% 80% 100% binnen domein kenniscentrum binnen domein sector 15 We onderscheiden hierbij de opleidingssectoren Techniek, Economie, Zorg & Welzijn en Groen. MBO-Kaart 2011 SH&M DUO ONDERWIJSONDERZOEK 26

Gediplomeerden van het MBO van opleidingen ECABO

Gediplomeerden van het MBO van opleidingen ECABO Gediplomeerden van het MBO van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het MBO van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO- Kaart 2009, 2010 en 2011 Utrecht,

Nadere informatie

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart 2006-2008 Gediplomeerden van

Nadere informatie

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart 2005-2007 Gediplomeerden van

Nadere informatie

Gediplomeerden van het MBO van opleidingen ECABO

Gediplomeerden van het MBO van opleidingen ECABO Gediplomeerden van het MBO van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het MBO van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO- Kaart 2008, 2009 en 2010 Utrecht,

Nadere informatie

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart 2004-2006 Gediplomeerden van

Nadere informatie

Gediplomeerden 2015 SOMA College

Gediplomeerden 2015 SOMA College Gediplomeerden 2015 SOMA College Samenvattende rapportage van de uitkomsten van het onderzoek onder gediplomeerden van het SOMA College Utrecht, september 2016 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent van Grinsven

Nadere informatie

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart 2002-2004 Gediplomeerden van

Nadere informatie

Gediplomeerden van Kenteq-opleidingen in het mbo

Gediplomeerden van Kenteq-opleidingen in het mbo Gediplomeerden van Kenteq-opleidingen in het mbo Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van Kenteq-opleidingen op basis van de gegevens van de MBO-Kaart 2006-2008 Colofon Uitgave Kenteq

Nadere informatie

Gediplomeerden van het MBO van opleidingen ECABO

Gediplomeerden van het MBO van opleidingen ECABO Gediplomeerden van het MBO van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het MBO van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart -. Tabellen en vragenlijsten.

Nadere informatie

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart - Tabellen en vragenlijsten

Nadere informatie

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart - Tabellen en vragenlijsten

Nadere informatie

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart - Tabellen en vragenlijsten

Nadere informatie

MBO-LoopbaanKaart 2009 ROC West-Brabant

MBO-LoopbaanKaart 2009 ROC West-Brabant MBO-LoopbaanKaart 2009 ROC West-Brabant Samenvattende presentatie van de uitkomsten van het onderzoek onder gediplomeerden van het MBO van ROC West-Brabant van 2008-2009 met de MBO-LoopbaanKaart 2009 Dossier

Nadere informatie

Opleidingen hout en meubel 2014-2015. Een selectie van data van DUO 1-10-14

Opleidingen hout en meubel 2014-2015. Een selectie van data van DUO 1-10-14 Opleidingen hout en meubel 2014-2015 Een selectie van data van DUO 1-10-14 23 maart 2015 Onderwijsdeelname 2014-2015 Jaarlijks ontvangt SH&M via SBB in februari de onderwijsdata van DUO. Het betreft de

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 1999-4Middelbaar BeroepsOnderwijs ROA De cijfers in deze publicatie zijn gebaseerd op de jaarlijkse schoolverlatersonderzoeken van het Researchcentrum voor

Nadere informatie

céáíéå=éå=åáàñéêë= HBO-Monitor 2012: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo juni 2013

céáíéå=éå=åáàñéêë= HBO-Monitor 2012: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo juni 2013 céáíéå=éå=åáàñéêë= HBO-Monitor 2012: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo juni 2013 céáíéå=éå=åáàñéêë 2 Inleiding In deze factsheet staan de arbeidsmarktresultaten van hbo-afgestudeerden

Nadere informatie

Rapportage Kunsten-Monitor 2014

Rapportage Kunsten-Monitor 2014 Rapportage Kunsten-Monitor 2014 Inleiding In 2014 heeft de AHK deelgenomen aan het jaarlijkse landelijke onderzoek onder recent afgestudeerden: de Kunsten-Monitor. Alle bachelor en master afgestudeerden

Nadere informatie

Middelbaar beroepsonderwijs regio Arnhem

Middelbaar beroepsonderwijs regio Arnhem Deze factsheet toont de ontwikkeling van het aantal studenten in het middelbaar beroepsonderwijs in de regio Arnhem. De cijfers geven inzicht in de ontwikkelingen per sector, niveau en leerweg. Daarnaast

Nadere informatie

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden HBO-Monitor 2017 De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden Managementsamenvatting In deze factsheet staat de arbeidsmarktpositie van de hbo-afgestudeerden uit studiejaar 2015-2016 centraal. Eind 2017,

Nadere informatie

SCHOOLVERLATERSONDERZOEK Onderzoek onder studenten die uw instelling in schooljaar 2013/2014 met een diploma hebben verlaten

SCHOOLVERLATERSONDERZOEK Onderzoek onder studenten die uw instelling in schooljaar 2013/2014 met een diploma hebben verlaten Schoolverlatersonderzoek MBO Inzicht in het extern rendement Gericht werken aan kwaliteitsbeleid SCHOOLVERLATERSONDERZOEK Onderzoek onder studenten die uw instelling in schooljaar 2013/2014 met een diploma

Nadere informatie

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2014: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. April 2015

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2014: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. April 2015 Feiten en cijfers HBO-Monitor 2014: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo April 2015 Feiten en cijfers 2 Inleiding In deze factsheet staan de arbeidsmarktresultaten van hbo-afgestudeerden

Nadere informatie

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden HBO-Monitor 2018 De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden Managementsamenvatting In deze factsheet staat de arbeidsmarktpositie van de hbo-afgestudeerden uit studiejaar 2016-2017 centraal. Eind 2018,

Nadere informatie

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers Research Centre for Education and the Labour Market ROA Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2014/1 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2013: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. juni 2014

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2013: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. juni 2014 Feiten en cijfers HBO-Monitor 2013: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo juni 2014 Honderden Feiten en cijfers 2 Inleiding In deze factsheet staan de arbeidsmarktresultaten van hbo-afgestudeerden

Nadere informatie

Schoolverlaters uit het Beroepsonderwijs

Schoolverlaters uit het Beroepsonderwijs Schoolverlaters uit het Beroepsonderwijs Digitale en schriftelijk Schoolverlaters - Panelonderzoek 12 WoonWerk Jonna Stasse Woerden, augustus 2006 In geval van overname van het datamateriaal is bronvermelding

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2011 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2011 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2011 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2012/1 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden HBO-Monitor 2016 De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden Managementsamenvatting In deze factsheet staat de arbeidsmarktpositie van de hbo-afgestudeerden uit studiejaar 2014/2015 centraal. Eind 2016,

Nadere informatie

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2015: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. Juni 2016

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2015: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. Juni 2016 Feiten en cijfers HBO-Monitor 2015: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo Juni 2016 Feiten en cijfers 2 Inleiding In deze factsheet staan de arbeidsmarktresultaten van hbo-afgestudeerden

Nadere informatie

Schoolverlatersonderzoek MBO. Onderzoek onder studenten die uw instelling in schooljaar 2014/2015 met een diploma hebben verlaten.

Schoolverlatersonderzoek MBO. Onderzoek onder studenten die uw instelling in schooljaar 2014/2015 met een diploma hebben verlaten. Schoolverlatersonderzoek MBO BO Onderzoek onder studenten die uw instelling in schooljaar 2014/2015 met een diploma hebben verlaten. Inleiding Sinds 1995 voeren wij jaarlijks voor ROC s, AOC s en vakscholen

Nadere informatie

De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren Techniek, Economie & Handel, Zorg & Welzijn, en Landbouw

De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren Techniek, Economie & Handel, Zorg & Welzijn, en Landbouw De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren Techniek, Economie & Handel, Zorg & Welzijn, en Landbouw Colofon Titel De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren

Nadere informatie

Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [ ]

Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [ ] Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [12-3-2018 ] 1. Inleiding Op 14 oktober 2015 heeft Tweede Kamerlid Straus een motie ingediend om een indicator voor de tevredenheid van werkgevers

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2013 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2013 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2013 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2014/2 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007 LelyStadsGeluiden De mening van de jongeren gepeild School en werk 007 In 007 hebben.37 jongeren meegewerkt aan de jongerenenquête. Het onderzoek had als doel om in kaart te brengen wat jongeren doen,

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2013/2 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 1999- ROA Colofon Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA). Niets uit deze uitgave mag op enige manier worden verveelvoudigd zonder voorafgaande

Nadere informatie

Schoolverlatersonderzoek MBO Inzicht in uw extern rendement

Schoolverlatersonderzoek MBO Inzicht in uw extern rendement Schoolverlatersonderzoek MBO Inzicht in uw extern rendement Gediplomeerden schooljaar 2018-2019 Wat zijn de schoolverlaters gaan doen na diplomering? Hoe beoordelen uw (gediplomeerde) schoolverlaters de

Nadere informatie

Rapportage tevredenheidsonderzoek onder BPV-bedrijven/instellingen van ROC Friese Poort 2015

Rapportage tevredenheidsonderzoek onder BPV-bedrijven/instellingen van ROC Friese Poort 2015 Rapportage tevredenheidsonderzoek onder BPV-bedrijven/instellingen van ROC Friese Poort 2015 Juli 2015 Samenvatting Van april tot en met eind juni 2015 heeft er een tevredenheidsonderzoek onder BPVbedrijven/instellingen

Nadere informatie

Aantal respondenten 1758 1707 1578 13981 Aantal benaderd 4500 4404 4344 36949

Aantal respondenten 1758 1707 1578 13981 Aantal benaderd 4500 4404 4344 36949 Onderwijs & Kwaliteit Eerste rapportage HBO-Monitor 2013 Op 3 april 2014 zijn de resultaten van de jaarlijkse HBO-monitor (enquête onder afgestudeerden) over 2013 binnengekomen. Het onderzoek betreft studenten

Nadere informatie

Van mbo en havo naar hbo

Van mbo en havo naar hbo Van mbo en havo naar hbo Dick Takkenberg en Rob Kapel Studenten die naar het hbo gaan, komen vooral van het mbo en de havo. In het algemeen blijven mbo ers die een opleiding in een bepaald vak- of studiegebied

Nadere informatie

index Technocentrum Kwantitatieve regioanalyse technisch beroepsonderwijs Provincie Noord-Brabant

index Technocentrum Kwantitatieve regioanalyse technisch beroepsonderwijs Provincie Noord-Brabant index Technocentrum Kwantitatieve regioanalyse technisch beroepsonderwijs Provincie Noord-Brabant Inhoudsopgave 1. Mbo Techniek... 3 1.1 Deelnemers mbo techniek... 3 1.1.1 Onderwijsinstellingen... 3 1.1.2

Nadere informatie

AGRARISCH ZORGBEDRIJF

AGRARISCH ZORGBEDRIJF AGRARISCH ZORGBEDRIJF Onderwijs 2013-2014 Deze factsheet bevat specifieke informatie over het middelbaar beroepsonderwijs voor agrarische zorgbedrijven. Onderwerpen die aan bod komen zijn: aantal deelnemers,

Nadere informatie

Zzp ers in de provincie Utrecht 2013. Onderzoek naar een groeiende beroepsgroep

Zzp ers in de provincie Utrecht 2013. Onderzoek naar een groeiende beroepsgroep Zzp ers in de provincie Utrecht 2013 Onderzoek naar een groeiende beroepsgroep Ester Hilhorst Economic Board Utrecht Februari 2014 Inhoud Samenvatting Samenvatting Crisis kost meer banen in 2013 Banenverlies

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters: een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt

Voortijdig schoolverlaters: een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt : een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt Harry Bierings en Robert de Vries Direct nadat zij school hadden verlaten, maar ook nog vier jaar daarna, hebben voortijdig naar verhouding vaak geen baan. Als

Nadere informatie

Opleidingsniveau stijgt

Opleidingsniveau stijgt Opleidingsniveau stijgt Grote doorstroom naar hogere niveaus Meer leerlingen vanuit vmbo naar havo Grote groep mbo ers naar het hbo 10 Jongens groeien gedurende hun onderwijsloopbaan Jongens na een diploma

Nadere informatie

Schoolverlatersonderzoek MBO Hoe vergaat het uw oud-studenten?

Schoolverlatersonderzoek MBO Hoe vergaat het uw oud-studenten? Schoolverlatersonderzoek MBO Hoe vergaat het uw oud-studenten? Schooljaar 2017-2018 Onderzoek onder studenten die uw instelling in schooljaar 2017/2018 met een diploma hebben verlaten. Inleiding Sinds

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Gelderland

Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Gelderland Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Gelderland Overview Hieronder wordt ingegaan op een aantal arbeidsmarktaspecten in de regio Gelderland, die op basis van de resultaten van het huidige monitoronderzoek

Nadere informatie

Onderzoek Alumni Bètatechniek

Onderzoek Alumni Bètatechniek Onderzoek Alumni Bètatechniek 0 meting - Achtergrond Eén van de knelpunten op de Nederlandse arbeidsmarkt is een tekort aan technisch geschoolden. De Twentse situatie is hierin niet afwijkend. In de analyse

Nadere informatie

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs 7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs Vergeleken met autochtonen is de participatie in het hoger onderwijs van niet-westerse allochtonen ruim twee keer zo laag. Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/

Nadere informatie

De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hoger beroepsonderwijs. HBO-Monitor 2007. G.W.M. Ramaekers

De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hoger beroepsonderwijs. HBO-Monitor 2007. G.W.M. Ramaekers De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hoger beroepsonderwijs HBO-Monitor 2007 G.W.M. Ramaekers Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde

Nadere informatie

Werkloosheid Redenen om niet actief te

Werkloosheid Redenen om niet actief te Sociaal Economische Trends 2013 Sociaaleconomische trends Werkloosheid Redenen 2004-2011 om niet actief te zijn Stromen op en duren de arbeidsmarkt Werkloosheidsduren op basis van de Enquête beroepsbevolking

Nadere informatie

A fbouw. Ontwikkeling aantal leerlingen Afbouw 2013/2014 Statistisch jaaroverzicht deel 1. Datum: januari 2014 Auteur: Sanne Saalbrink

A fbouw. Ontwikkeling aantal leerlingen Afbouw 2013/2014 Statistisch jaaroverzicht deel 1. Datum: januari 2014 Auteur: Sanne Saalbrink A fbouw Ontwikkeling aantal leerlingen Afbouw 2013/2014 Statistisch jaaroverzicht deel 1 Datum: januari 2014 Auteur: Sanne Saalbrink Colofon Savantis is een kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Zeeland/West-Brabant

Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Zeeland/West-Brabant Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Zeeland/West-Brabant Overview Hieronder wordt ingegaan op een aantal arbeidsmarktaspecten in de regio Zeeland, West Brabant, die op basis van de resultaten van het

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017 ROA Titel Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017 Per Bles Christoph Meng ROA Fact Sheet ROA-F-2018/11 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt ROA Research Centre For Education and

Nadere informatie

Aantal deelnemers paardensport 2013-2014: 293. Meest gevolgde niveau: 4

Aantal deelnemers paardensport 2013-2014: 293. Meest gevolgde niveau: 4 PAARDENSPORT Onderwijs 2013-2014 Deze factsheet bevat specifieke informatie over het middelbaar beroepsonderwijs voor de paardensport. Onderwerpen die aan bod komen zijn: aantal deelnemers, aantal gediplomeerden

Nadere informatie

Facts & Figures. Aansluiting arbeidsmarkt

Facts & Figures. Aansluiting arbeidsmarkt Facts & Figures Aansluiting arbeidsmarkt 1 De Nationale Alumni Enquête (NAE, voorheen WO-Monitor) wordt tweejaarlijks afgenomen onder de afgestudeerden van de ruim 800 masteropleidingen aan de Nederlandse

Nadere informatie

FACTSHEET Verwante en niet-verwante doorstroom in de beroepskolom

FACTSHEET Verwante en niet-verwante doorstroom in de beroepskolom FACTSHEET Verwante en niet-verwante doorstroom in de beroepskolom In het Nederlands onderwijsbestel moeten kinderen op jonge leeftijd belangrijke keuzes maken die de rest van hun loopbaan beïnvloedt. De

Nadere informatie

Brug of kloof? De ervaringen van HAVO- en VWO-schoolverlaters over de aansluiting tussen VO en HO vóór en ná de invoering tweede fase VO

Brug of kloof? De ervaringen van HAVO- en VWO-schoolverlaters over de aansluiting tussen VO en HO vóór en ná de invoering tweede fase VO Brug of kloof? De ervaringen van HAVO- en VWO-schoolverlaters over de aansluiting tussen VO en HO vóór en ná de invoering tweede fase VO ROA-R-2005/8 Robert de Vries Rolf van der Velden Researchcentrum

Nadere informatie

Analyse instroom

Analyse instroom Instroomontwikkeling 2016 2017 In 2016 was er een instroomtoename van 5,5% bij de hbo-bachelor- en ad-opleidingen, opgebouwd uit: Een toename van de directe doorstroom vanuit havo, mbo en vwo met 1,0%

Nadere informatie

Uitkomsten BPV Monitor 2017

Uitkomsten BPV Monitor 2017 Uitkomsten BPV Monitor 2017 Landelijke rapportage Publicatie maart 2018 SBB, Zoetermeer Inleiding Iedere mbo-student volgt een deel van de beroepsopleiding in één van de 250.000 erkende leerbedrijven.

Nadere informatie

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2010: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. juli 2011

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2010: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. juli 2011 Feiten en cijfers HBO-Monitor 2010: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo juli 2011 2 Feiten en cijfers HBO-Monitor 2010: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo Afgestudeerden

Nadere informatie

Kwaliteit van gediplomeerde schoolverlaters van creatieve MBO-opleidingen

Kwaliteit van gediplomeerde schoolverlaters van creatieve MBO-opleidingen Kwaliteit van gediplomeerde schoolverlaters van creatieve MBO-opleidingen Johan Coenen Timo Huijgen Christoph Meng Ger Ramaekers ROA-R-2010/6 Colofon Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA).

Nadere informatie

MBO: Tevredenheid en aansluiting met vervolgonderwijs en arbeidsmarkt

MBO: Tevredenheid en aansluiting met vervolgonderwijs en arbeidsmarkt MBO: Tevredenheid en aansluiting met vervolgonderwijs en arbeidsmarkt Christoph Meng Esther Soudant Jesper van Thor ROA-R-2010/3 Colofon Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA). Niets uit

Nadere informatie

Langdurige werkloosheid in Nederland

Langdurige werkloosheid in Nederland Langdurige werkloosheid in Nederland Robert de Vries In 25 waren er 483 duizend werklozen. Hiervan waren er 23 duizend 42 procent langdurig werkloos. Langdurige werkloosheid komt vooral voor bij ouderen.

Nadere informatie

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007 Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 2e kwartaal 2007 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien

Nadere informatie

Sectorkamer Mobiliteit, transport, logistiek en maritiem

Sectorkamer Mobiliteit, transport, logistiek en maritiem Resultaten Kans op werk 2019 Sectorkamer Mobiliteit, transport, logistiek en maritiem SBB, 31 januari 2019 190131 Resultaten Kans op werk 2019 MTLM 1 Inhoudsopgave blz Inleiding 3 1 Toelichting 4 2 Vergelijking

Nadere informatie

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt Tussen maart en mei is het aantal mensen met een baan met gemiddeld 6 duizend per maand gestegen. De stijging is volledig aan vrouwen toe te schrijven. Het

Nadere informatie

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014 Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos

Nadere informatie

Arbeidsmarkt- en Onderwijsinformatie Onderzoek Sector Uiterlijke Verzorging

Arbeidsmarkt- en Onderwijsinformatie Onderzoek Sector Uiterlijke Verzorging Arbeidsmarkt- en Onderwijsinformatie Onderzoek Sector Uiterlijke Verzorging 214-218 Colofon Al meer dan 65 jaar is KOC Nederland het kenniscentrum voor de sector Uiterlijke Verzorging (kapper, schoonheidsspecialist,

Nadere informatie

Zorgplicht arbeidsmarktperspectief ZORGEN VOOR WERKZAME OPLEIDINGEN. Arbeidsmarktintrede van mbo-gediplomeerden. september 2016

Zorgplicht arbeidsmarktperspectief ZORGEN VOOR WERKZAME OPLEIDINGEN. Arbeidsmarktintrede van mbo-gediplomeerden. september 2016 ZORGEN VOOR WERKZAME OPLEIDINGEN Arbeidsmarktintrede van mbo-gediplomeerden Auteurs Christoph Meng & Annelore Verhagen, Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) september 2016 Jaarlijks krijgen

Nadere informatie

Studenten aan lerarenopleidingen

Studenten aan lerarenopleidingen Studenten aan lerarenopleidingen Factsheet januari 219 In de afgelopen vijf jaar is het aantal Amsterdamse studenten dat een lerarenopleiding volgt met ruim 9% afgenomen. Deze daling is het sterkst voor

Nadere informatie

Notitie Aansluiting vanuit het onderwijs op de arbeidsmarkt van jongens en meisjes met een diploma gehaald op het mbo bol-voltijd of ho voltijd

Notitie Aansluiting vanuit het onderwijs op de arbeidsmarkt van jongens en meisjes met een diploma gehaald op het mbo bol-voltijd of ho voltijd Notitie a Aansluiting vanuit het onderwijs op de arbeidsmarkt van jongens en meisjes met een diploma gehaald op het mbo bol-voltijd of ho voltijd Juli 2014 Nelet Kuipers, team Onderwijs SQS 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

De hbo er aan het werk

De hbo er aan het werk De hbo er aan het werk Hogescholen leiden op voor de arbeidsmarkt. Dat doen zij met succes. Het overgrote deel van de studenten vindt binnen 3 maanden een baan op minimaal hbo-niveau. Beroepen en functies

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014 Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 214 Willemstad, Maart 214 Inleiding In juni 214 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) de bedrijven benaderd met vragenlijsten op Curaçao. Doel van deze

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. April 2016

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. April 2016 Feiten en cijfers Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs April 2016 Feiten en cijfers 2 Het algemene beeld Start van de studie uitval en wisselaars Tal van inspanningen bij hogescholen

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. MBO-Diploma 2010: Doorleren of werk zoeken? ROA-F-2011/1. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. MBO-Diploma 2010: Doorleren of werk zoeken? ROA-F-2011/1. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA MBO-Diploma 2010: Doorleren of werk zoeken? ROA Fact Sheet ROA-F-2011/1 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt Postbus 616 6200 MD Maastricht

Nadere informatie

1. Teller UZS in RMC Regio Utrecht

1. Teller UZS in RMC Regio Utrecht Voorblad bij Rapportage UzS oktober 2014 t/m 1 okt 2015 RMC Regio Utrecht 1. Teller uitschrijvingen zonder startkwalificatie 2. Leeswijzer 3. Conclusies en aanbevelingen 1. Teller UZS in RMC Regio Utrecht

Nadere informatie

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 Cees Maas De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 laten geen gunstig beeld zien. De werkgelegenheid nam nog wel toe, maar de groei was veel kleiner dan in voorafgaande

Nadere informatie

Jongeren op de arbeidsmarkt

Jongeren op de arbeidsmarkt Jongeren op de arbeidsmarkt Tanja Traag In 23 was 11 procent van alle jongeren werkloos. Jongeren die geen onderwijs meer volgen, hebben een andere positie op de arbeidsmarkt dan jongeren die wel een opleiding

Nadere informatie

Inleiding. De belangrijkste conclusies uit de BijBanen Monitor september 2007 zijn:

Inleiding. De belangrijkste conclusies uit de BijBanen Monitor september 2007 zijn: Inleiding De bijbanenmarkt is volop in ontwikkeling. De economie trekt aan en de schreeuw om jong talent wordt groter. De bijbaantjes liggen voor het oprapen en de jongeren hebben ruimschoots de keuze.

Nadere informatie

Samenvatting onderzoek Medewerkers in het MBO

Samenvatting onderzoek Medewerkers in het MBO Samenvatting onderzoek Medewerkers in het MBO Uitgevoerd door ABF Research in opdracht van SOM Aanleiding De arbeidsmarkt voor mbo-personeel is dynamisch. Nieuw personeel stroomt in en ander personeel

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

Ouders op de arbeidsmarkt

Ouders op de arbeidsmarkt Ouders op de arbeidsmarkt Ingrid Beckers en Johan van der Valk De bruto arbeidsparticipatie van alleenstaande s is sinds 1996 sterk toegenomen. Wel is de arbeidsparticipatie van paren nog steeds een stuk

Nadere informatie

Uitkomsten BPV Monitor 2016

Uitkomsten BPV Monitor 2016 Uitkomsten BPV Monitor 2016 Landelijke rapportage over de kwaliteit van stages en leerbanen in het mbo Publicatie 7 februari 2017 SBB, Zoetermeer 1 Inleiding Iedere mbo-student volgt een deel van de beroepsopleiding

Nadere informatie

Stromen door het onderwijs

Stromen door het onderwijs Stromen door het onderwijs Vanuit het derde leerjaar van het vo 2003/2004 Erik Fleur DUO/IP Juni 2013 1. Inleiding In schooljaar 2003/2004 zaten bijna 200 duizend leerlingen in het derde leerjaar van het

Nadere informatie

Erratum Jaarboek onderwijs 2008

Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Centraal Bureau voor de Statistiek Erratum 13 december 2007 Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Ondanks de zorgvuldigheid waarmee deze publicatie is samengesteld, is een aantal zaken niet juist vermeld. Onze

Nadere informatie

Herziening MBO voor leerbedrijven. Versie 1.0 september 2015

Herziening MBO voor leerbedrijven. Versie 1.0 september 2015 Herziening MBO voor leerbedrijven Versie 1.0 september 2015 De presentatie in het kort Het mbo-onderwijs verandert Keuzedelen, nieuw in de mbo-opleiding Kansen voor het bedrijfsleven Het mbo-onderwijs

Nadere informatie

Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant HBO

Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant HBO Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant HBO 1 - Onderwijs in Kaart 2018-hbo.docx - 16-6-2017 Transvorm Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Hbo Gezondheidszorg en Sociale Studies

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017 ROA Titel Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017 Per Bles Christoph Meng ROA Fact Sheet ROA-F-2018/11 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt ROA Research Centre For Education and

Nadere informatie

Vakantiewerk onderzoek 2015 FNV Jong. Hans de Jong & Leon Pouwels Juni 2015

Vakantiewerk onderzoek 2015 FNV Jong. Hans de Jong & Leon Pouwels Juni 2015 Vakantiewerk onderzoek 2015 FNV Jong Hans de Jong & Leon Pouwels Juni 2015 Achtergrond Achtergrond 2 Achtergrond SAMPLE 420 Respondenten WEging De data is gewogen op geslacht, leeftijd en opleiding naar

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Noord-Holland

Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Noord-Holland Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Noord-Holland Overview Hieronder wordt ingegaan op een aantal arbeidsmarktaspecten in de regio Noord-Holland, die op basis van de resultaten van het huidige monitoronderzoek

Nadere informatie

VERSHANDEL, LOGISTIEK EN TRANSPORT

VERSHANDEL, LOGISTIEK EN TRANSPORT VERSHANDEL, LOGISTIEK EN TRANSPORT Onderwijs 2013-2014 Deze factsheet bevat specifieke informatie over het middelbaar beroepsonderwijs voor vershandel, logistiek en transport. Onderwerpen die aan bod komen

Nadere informatie

Rapportage BPV-plaatsen RBB 2011/2012

Rapportage BPV-plaatsen RBB 2011/2012 Rapportage BPV-plaatsen RBB Samenvatting In het schooljaar zijn in de regio ruim 2.100 BPV-plaatsen (BeroepsPraktijkVorming/stages) gematcht in de zorgsector door het RBB. Het gaat hier om de opleidingen

Nadere informatie

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Esther van Kralingen Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/ 2 is het aandeel van de niet-westerse allochtonen dat in het hoger onderwijs

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013 Fact sheet nummer 5 maart 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Er zijn ruim 133.000 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam (januari 2012). Met de meeste jongeren gaat het goed in het onderwijs

Nadere informatie

Minder instroom in, meer uitstroom uit arbeidsmarkt

Minder instroom in, meer uitstroom uit arbeidsmarkt Minder instroom in, meer uitstroom uit arbeidsmarkt 07 Arbeidsmarktmobiliteit geringer dan in voorgaande jaren Bijna miljoen mensen wisselen in 2008 van beroep of werkgever Afname werkzame door crisis

Nadere informatie

Onderwijs in Kaart 2018 Zuidoost-Brabant

Onderwijs in Kaart 2018 Zuidoost-Brabant Onderwijs in Kaart 2018 Zuidoost-Brabant Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Zuidoost-Brabant Transvorm Tilburg, mei 2018 Spoorlaan 171 04 5038 CB Tilburg Postbus 4275 5004 JG Tilburg T 088 144 40

Nadere informatie

5. Onderwijs en schoolkleur

5. Onderwijs en schoolkleur 5. Onderwijs en schoolkleur Niet-westerse allochtonen verlaten het Nederlandse onderwijssysteem gemiddeld met een lager onderwijsniveau dan autochtone leerlingen. Al in het basisonderwijs lopen allochtone

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

Bijlage B2. Werken aan de start. Christoph Meng (ROA) Per Bles (ROA)

Bijlage B2. Werken aan de start. Christoph Meng (ROA) Per Bles (ROA) Bijlage B2 Werken aan de start Christoph Meng (ROA) Per Bles (ROA) Inhoud Deel A: Data en selectie... 3 Tabel A.1... 3 Tabel A.2... 4 Tabel A.3... 4 Deel B: Tabellen behorende bij de figuren... 5 Tabel

Nadere informatie

Herziening MBO voor leerbedrijven. Versie 1.0 juli 2015

Herziening MBO voor leerbedrijven. Versie 1.0 juli 2015 Herziening MBO voor leerbedrijven Versie 1.0 juli 2015 De presentatie in het kort Het mbo-onderwijs verandert Keuzedelen, nieuw in de mbo-opleiding Kansen voor het bedrijfsleven Het mbo-onderwijs verandert

Nadere informatie