Specifieke magneetveldzones hoogspanningslijnen Eindhoven Berekeningen 2011

Transcriptie

1 Specifieke magneetveldzones hoogspanningslijnen Eindhoven Berekeningen 2011

2

3 Specifieke magneetveldzones hoogspanningslijnen Eindhoven Berekeningen 2011 In opdracht van Opgesteld door Auteur Gemeente Eindhoven SRE Milieudienst Keizer Karel V Singel 8 Postbus AK Eindhoven Th. Hurkens Projectnummer Datum 25 november 2011 Status 25 november projectnummer

4 25 november projectnummer

5 Inhoudsopgave 1 MANAGEMENTINFORMATIE 7 2 INLEIDING 9 3 ACHTERGRONDEN EN UITGANGSPUNTEN 10 4 LOCATIEGEGEVENS / GEGEVENS NETKAART RIVM 11 5 RESULTATEN 13 Bijlagen BIJLAGE 1 MASTGEGEVENS LIJN BEST EINDHOVEN NOORD 19 BIJLAGE 2 MASTGEGEVENS LIJN EINDHOVEN N EINDHOVEN O 27 BIJLAGE 3 MASTGEGEVENS LIJN GEERTRUIDENBERG EHV O 37 BIJLAGE 4 MASTGEGEVENS LIJN EERDE EINDHOVEN O 43 BIJLAGE 5 MASTGEGEVENS LIJN EINDHOVEN O EINDHOVEN Z 47 BIJLAGE 6 BEGRIPPEN november projectnummer

7 1. Managementinformatie Aanleiding De magneetveldzone rond de hoogspanningslijnen markeert een gebied waarin het magnetische veld, gemiddeld over een jaar genomen, sterker is dan 0,4 microtesla. In 2005 is landelijk voorzorgsbeleid opgesteld. In dat beleid is aangegeven dat zoveel als redelijkerwijs mogelijk is voorkomen moet worden dat er in de buurt van bovengrondse hoogspanningslijnen nieuwe situaties ontstaan waar kinderen langdurig worden blootgesteld aan magnetische veldsterkten die jaargemiddeld boven 0,4 microtesla liggen. Daartoe heeft het rijk zogenaamde indicatieve zones vastgesteld waarbinnen bouwplannen niet (zonder meer) mogelijk zijn. Dit vergt expliciete berekening en toetsing van de omvang van magneetveldzone die specifieke zone wordt genoemd. Indicatieve magneetveldzones zijn terug te vinden op de netkaart van het RIVM. In de praktijk is gebleken dat er aanzienlijke verschillen kunnen optreden tussen de indicatieve en specifieke magneetveldzones. Door het RIVM is aangegeven dat met name in Noord Brabant de specifieke zone bij 150 kv-lijnen groter kan zijn dan de indicatieve zone. Er lopen diverse hoogspanningslijnen door Eindhoven, ook door gebieden waar bebouwing aanwezig is (woningen, scholen, kinderdagverblijven). Nader onderzoek Met het oog op gewenste duurzame ontwikkeling van de stad c.q. het voorkomen van ruimtelijke weeffouten, is opdracht gegeven de specifieke magneetveldzones te berekenen. Dat is gedaan rondom de in Eindhoven aanwezige 150 kv lijnen in de omgeving van woongebieden (in het noorden en ten oosten van de stad). a. Best Eindhoven (150 kv) b. Eindhoven Noord Eindhoven Oost (150 kv) c. Eindhoven Oost Heeze (150 kv) Resultaten Gebleken is dat de specifieke zones op de meeste plekken (substantieel) afwijkt van de indicatieve zones, zowel groter als kleiner (zie onderstaande tabel). De verklaring voor de verschillen is dat de magneetveldzone afhankelijk is van zaken als de vorm en afmetingen van de mast (positie en afstand van geleiders ten opzichte van elkaar), de ontwerpbelasting, de doorhang van geleiders tussen masten, de afstand van geleiders tot het maaiveld, fasenverschuiving tussen geleiders (klokgetal) e.d. 25 november projectnummer

8 Hoogspanningslijn 150 kv Indicatieve zone (aan weerszijde van de lijn) Specifieke zone (aan weerszijde van de lijn) Eindhoven Noord-west Best Grote Beek 80 m 50 m Eindhoven Noord Eindhoven Oost a. mast 1-18 Grote Beek J.F.Kennedylaan) b. mast J.F. Kennedylaan Waterzuivering 80 m m 80 m 125 m Eindhoven Oost mast Waterzuivering Daalakkersweg 80 m m westzijde 75 m oostzijde 1 Eindhoven Oost Daalakkersweg - Collseweg 80 m 90 m 1) In Eindhoven oost subtraject 3 lopen twee andere hoogspanningslijnen parallel aan het tracé Eindhoven Noord Eindhoven Oost, te weten Eerde - Eindhoven (150 kv) en Geertruidenberg Eindhoven (380 kv). Al deze lijnen liggen dermate dicht bij elkaar dat ze van invloed zijn op de uiteindelijke magneetveldzones. Al deze lijnen zijn in de berekeningen meegenomen. In de praktijk liggen hierdoor meer woningen en kwetsbare functies binnen de magneetveldzone van 0,4 microtesla. De mogelijkheden voor ruimtelijke verdichtingen zijn daardoor beperkt. Mogelijkheden tot verbetering Er zijn technische mogelijkheden om de magneetveldzones te reduceren, zoals het optimaliseren van fasen en/of het plaatsen van een gunstiger type van masten. Optimalisatie van de fasen in Eindhoven kan echter elders in het net een verslechtering tot gevolg hebben. Theoretisch is het ook mogelijk de lijnen om te leggen, maar dat zal in de stedelijke omgeving van Eindhoven niet zo makkelijk zijn en veel tijd in beslag nemen. Meer en sneller resultaat kan naar verwachting worden verkregen door lijnen ondergronds te brengen. Dat is met 150kV lijnen technisch mogelijk. Het ministerie van E, I&L heeft de Tweede Kamer recent voorgesteld daartoe landelijk over te willen gaan en dit nader uit te werken in een saneringsprogramma, het zogenaamde verkabelingsprogramma. (In rapport /2009 Verkenning van extreem-laagfrequente - ELF- magnetische velden bij verschillende bronnen van het RIVM zijn voor enkele ondergrondse 150 kv-lijnen relatief kleine specifieke magneetveldzones gemeten). Aanbevelingen Met het rijk in overleg treden ter spoedige uitwerking van het verkabelingsprogramma; De specifieke zones opnemen in de risicokaart van GEOgids Nader onderzoek (laten) verrichten naar de omvang van magneetveld bij ondergrondse plaatsing. 25 november projectnummer

9 2. Inleiding In verband met mogelijk nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen en inzicht in risico s in Eindhoven is het van belang dat de specifieke magneetveldzones nabij hoogspanningslijnen in kaart worden gebracht. Binnen de specifieke magneetveldzone gelden beperkingen voor de realisatie van nieuwe kwetsbare objecten of uitbreiding van bestaande kwetsbare objecten. Als kwetsbaar object worden aangemerkt: woningen, scholen en kinderdagverblijven. Voorkomen moet worden dat ongewenste nieuwe situaties ontstaan. Ook voor de Sector Vastgoed- en Grondbedrijf is het belangrijk om te weten welke specifieke magneetveldzones er binnen de gemeente aanwezig zijn. Grond- en Vastgoed heeft volledig overzicht over de eigendommen van de gemeente, en onderwijshuisvesting maakt deel uit van de portefeuille van Grond- en Vastgoed. Van alle hoogspanningslijnen in Nederland ( 50 kv) zijn indicatieve magneetveldzones vastgesteld. Deze zijn te vinden op de landelijke netkaart. De netkaart is te vinden op de website van het RIVM. In de meeste gevallen is die zone toereikend, echter, uitgerekend in Brabant komt het nog wel eens voor dat met name bij 150 kv-lijnen de indicatieve zone te klein is ingeschat, en de specifieke (berekende) zone groter is. Dat houdt in dat het beperkingengebied voor nieuwe ontwikkelingen voor kwetsbare objecten in werkelijkheid groter is. Met het oog op gewenste duurzame ontwikkeling van de stad c.q. het voorkomen van nieuwe ruimtelijke weeffouten, is opdracht gegeven de specifieke magneetveldzones te berekenen. Dat is gedaan rondom de in Eindhoven aanwezige 150 kv lijnen in de omgeving van woongebieden (in het noorden en ten oosten van de stad). - Best Eindhoven (150 kv) - Eindhoven Noord Eindhoven Oost (150 kv) - Eindhoven Oost Heeze (150 kv) 25 november projectnummer

10 3. Achtergronden en uitgangspunten Elektromagnetische velden en gezondheid Elektromagnetische velden kunnen het functioneren van het menselijk lichaam beïnvloeden. Boven een bepaalde waarde van de veldsterkte leiden die velden tot acute effecten, zoals het zien van lichtflitsen en onwillekeurige spiersamentrekkingen. In de buurt van de elektriciteitsvoorziening gaat het om wisselende velden met een frequentie van 50 Hz. Voor de magnetische veldsterkte heeft de Europese Commissie bij 50 Hz een referentieniveau voor leden van de bevolking van 100 microtesla aanbevolen. Beneden het referentieniveau veroorzaakt het magnetische veld geen acute effecten. Veel minder duidelijk is wat de effecten van langdurige blootstelling aan lagere magnetische veldsterkten zijn. Het onderzoek in de buurt van bovengrondse hoogspanningslijnen wijst er op dat kinderen die dicht bij een dergelijke hoogspanningslijn wonen, waar het magnetische veld relatief sterk is, mogelijke extra risico op leukemie lopen. Het (mogelijk) verhoogde risico op kinderleukemie tekent zich af bij langdurige blootstelling aan magnetische veldsterkten hoger dan ergens tussen 0,2 en 0,5 microtesla. Rijksbeleid Op grond van deze gegevens en uitgaande van het voorzorgsbeginsel heeft het ministerie van VROM in 2005 een advies voor het hoogspanningslijnenbeleid aan gemeenten, netbeheerders en provincies uitgebracht. In dat advies raadt VROM aan zoveel als redelijkerwijs mogelijk is te voorkomen dat er in de buurt van bovengrondse hoogspanningslijnen nieuwe situaties ontstaan waar kinderen langdurig worden blootgesteld aan magnetische veldsterkten die jaargemiddeld boven 0,4 microtesla liggen. Zoneberekening De manier waarop deze specifieke magneetveldzone waar het magnetische veld gemiddeld over een jaar boven de 0,4 microtesla ligt kan worden berekend, is vastgelegd in een handreiking die door het RIVM wordt beheerd. De berekening in deze rapportage is uitgevoerd volgens die handreiking (versie 3.0) in mei 2011 door SRE Milieudienst, met rekenmodel EFC 400, versie V SRE Milieudienst is aangemerkt als: bureau waarvan bekend is dat het ervaring heeft met zoneberekeningen volgens de handreiking. Om de onzekere wetenschappelijke aanwijzingen te vertalen naar een concrete zoneberekening zijn in de genoemde handreiking bepaalde keuzes en vereenvoudigingen gemaakt. Vereenvoudigingen zijn onvermijdelijk omdat de volledige karakteristieken van de stroom niet altijd en overal in het hoogspanningsnet bekend zijn. Een belangrijke vereenvoudiging is dat de berekening plaatsvindt tussen twee opeenvolgende masten. Een tweede vereenvoudiging is dat de stroom door de bliksemdraden (en andere geleiders in de buurt van de hoogspanningslijn) niet in de berekening wordt meegenomen. Een derde vereenvoudiging is dat de specifieke magneetveldzone wordt voorgesteld door rechte lijnen evenwijdig aan de hoogspanningslijn. Deze vereenvoudigingen leiden ertoe dat de in deze rapportage berekende specifieke magneetveldzone niet de werkelijke sterkte van het magnetische veld op een bepaalde locatie op een bepaald tijdstip weergeeft, maar een toekomstgerichte magneetveldzone die past binnen het hoogspanningslijnenbeleid van de rijksoverheid. 25 november projectnummer

11 4. Locatiegegevens / gegevens netkaart RIVM Eindhoven heeft opdracht gegeven om de specifieke magneetveldzone te berekenen zoals aangegeven op onderstaande situatieschets. 1. Eindhoven Noord Best (mastnr. 1 t/m 16) 2. Eindhoven Noord Eindhoven Oost (mastnr. 1 t/m 32) 3. Geertruidenberg Eindhoven Oost (mastnr. 173 t/m 180) 4. Eerde Eindhoven Oost (mastnr. 114 t/m 121) 5. Eindhoven Oost Eindhoven Zuid (richting Heeze, mastnr. 138a t/m 137) 25 november projectnummer

12 Het RIVM beheert de netkaart van de indicatieve zones binnen Nederland. Van de hierboven aangegeven lijnen is op de netwerkkaart de volgende informatie beschikbaar: 1. Lijnnaam: Eindhoven Noord - Best Spanning: 150 kv Indicatieve zone: 2x 80 meter 2. Lijnnaam: Eindhoven Noord Eindhoven Oost Spanning: 150 kv Indicatieve zone: 2x 80 meter 3. Lijnnaam: Geertruidenberg Eindhoven Oost Spanning: 380 kv Indicatieve zone: 2x 150 meter 4. Lijnnaam: Eerde Eindhoven Oost Spanning: 150kV Indicatieve zone 2x 80 meter 5. Lijnnaam: Eindhoven Oost - knp Eindhoven Zuid (richting Heeze) Spanning: 150kV Indicatieve zone: 2x 80 meter 25 november projectnummer

13 5. Resultaten De berekeningen zijn uitgevoerd conform de handreiking voor het berekenen van de breedte van de specifieke magneetveldzone bij bovengrondse hoogspanningslijnen. De handreiking is toegepast voor de volgende trajecten (met mastnummers): - Best Eindhoven Noord (masten 1 t/m 16) - Eindhoven Noord Eindhoven Oost (masten 1 t/m 26) - Eindhoven Oost Eindhoven Zuid (richting Heeze, mast 138a 137) De overige masten van drie trajecten aan de oostzijde van Eindhoven liggen dicht bij elkaar en de magneetveldzones overlappen en beïnvloeden elkaar. Het betreft hier de volgende lijnen en mastnummers: - Eindhoven Noord Eindhoven Oost (masten 26 t/m 32) - Geertruidenberg Eindhoven (masten 173 t/m 180) - Eerde Eindhoven Oost (masten 114 t/m 121) De handreiking voorziet niet in een rekenmethode voor deze afwijkende situatie. Conform de handreiking is het RIVM om advies gevraagd welke rekenwijze moet worden gehanteerd die het beste aansluit bij het rijksbeleid. Het RIVM heeft het volgende advies gegeven: Bij de berekening aan parallelle lijnen moet de wederzijdse beïnvloeding worden meegenomen. Dat kan door beide lijnen in EFC-400 (zijnde het rekenprogramma) op de juiste positie in te voeren en van de juiste stromen te voorzien. EFC-400 houdt automatisch met de beïnvloeding rekening. Het advies van RIVM is opgevolgd. In het rekenmodel zijn alle masten van de drie trajecten ingevoerd en zijn vervolgens de magneetveldzones berekend. De mastgegevens zijn opgevraagd bij netbeheerder Tennet. Deze gegevens zijn weergegeven in de bijlagen 1 t/m 5. De resultaten van alle berekeningen luiden als volgt: 1. Lijn Best Eindhoven SPECIFIEKE MAGNEETVELDZONE (M) VELD CIRCUIT WIT CIRCUIT ZWART november projectnummer

14 2. Lijn Eindhoven Noord Eindhoven Oost SPECIFIEKE MAGNEETVELDZONE (M) VELD CIRCUIT WIT (NOORD) CIRCUIT ZWART (ZUID) Lijn Geertruidenberg Eindhoven Oost SPECIFIEKE MAGNEETVELDZONE (M) VELD CIRCUIT WIT (OOST) CIRCUIT ZWART (WEST) november projectnummer

15 4. Lijn Eindhoven Oost Eindhoven Zuid (Heeze) SPECIFIEKE MAGNEETVELDZONE (M) VELD CIRCUIT WIT CIRCUIT ZWART Op de volgende pagina is de berekende specifieke magneetveldzone op de plattegrond weergegeven. 25 november projectnummer

17 BIJLAGEN 25 november projectnummer

19 Bijlage 1: Masttypen traject Best Eindhoven Noord Mast- en trajectgegevens Best Eindhoven Noord 25 november projectnummer

20 Mastnr Masttype X-coordinaat Y-coordinaat 1 E , ,925 2 S , ,299 3 S , ,782 4 S , ,045 5 S , ,548 6 S , ,762 7 S , ,251 8 S , ,805 9 HA , , SH , ,94 11 SH , , S , , S , , S , , S , ,68 16 E , ,909 Veldlengte (m) Hoogte bij max. doorhang (m) bij 15 C 231,8 26,0 / 19,9 / 18,1 237,1 33,8 / 27,5 / 21,2 238,2 33,8 / 27,5 / 21,2 248,9 27,9 / 21,6 / 15,3 219,8 25,6 / 19,3 / 13,0 241,1 24,6 / 18,3 / 12,0 239,6 24,7 / 18,4 / 12,1 233,3 26,0 / 19,8 / 13,6 239,3 26,6 / 20,5 / 14,4 195,0 28,3 / 22,1 / 16,0 203,2 27,0 / 20,8 / 14,6 238,8 24,7 / 18,4 / 12,1 251,3 27,8 / 21,5 / 15,2 246,9 33,3 / 27,1 / 20,8 245,2 25,6 / 19,5 / 17,6 25 november projectnummer

21 Mastbeelden Best Eindhoven Noord E+0 breedte hoogte hoogte kabel S+9 breedte hoogte hoogte kabel S+0 breedte hoogte hoogte kabel HA+0 breedte hoogte hoogte kabel SH+0 breedte hoogte hoogte kabel november projectnummer

22 Steunmast S+0m Best Eindhoven Noord 150 KV 25 november projectnummer

23 Steunmast S+9m Best Eindhoven Noord 150 KV 25 november projectnummer

24 Hoekmast HA+0m Best Eindhoven Noord 150 KV 25 november projectnummer

25 Eindmast E+0m zwart wit Best Eindhoven Noord 150 KV 25 november projectnummer

26 Steun/hoekmast SH + 0m Aantal: 2 Mastnr.: 10 en 11 Best Eindhoven Noord 150 KV 25 november projectnummer

27 Bijlage 2: Masttypen Eindhoven Noord Eindhoven Oost 25 november projectnummer

28 Mast- en trajectgegevens Eindhoven Noord Eindhoven Oost Mastnr Masttype X-coordinaat Y-coordinaat 1 E , ,337 2 HD , ,892 3 D , ,39 4 D , ,582 5 D , ,127 6 D , ,291 7 D , ,244 8 D , ,786 9 H , , H , , HD , ,81 12 D , , D , , D , , D , , D , , H , , D , , D , , D , , D , , D , ,75 23 D , ,655 Veldlengte (m) Hoogte bij max. doorhang (m) bij 15 C 230,2 22,0 / 16,5 / 16,5 175,8 23,6 / 18,1 / 18,1 216,9 21,2 / 15,7 / 15, ,3 / 15,8 / 15,8 215,8 21,2 / 15,7 / 15,7 215,5 21,2 / 15,7 / 15,7 216,2 21,2 / 15,7 / 15,7 215,9 21,6 / 16,1 / 16,1 228,3 21,5 / 16,0 / 16,0 232,8 22,3 / 16,8 / 16,8 230,1 22,0 / 16,5 / 16,5 233,1 20,6 / 15,1 / 15,1 232,8 20,6 / 15,1 / 15, ,7 / 15,2 / 15, ,6 / 15,1 / 15,1 232,9 21,0 / 15,5 / 15,5 186,5 23,4 / 17,9 / 17,9 138,5 26,8 / 21,3 / 19,3 321,8 29,4 / 20,9 / 12,4 327,7 29,1 / 20,6 / 12,1 327,3 29,1 / 20,6 / 12,1 325,9 29,2 / 20,7 / 12,2 25 november projectnummer

29 24 D , , D , , H , , D , , D , , D , , D , , D , ,37 32 E , , ,6 29,3 / 20,3 / 12,3 322,1 29,3 / 20,8 / 12,3 328,4 29,4 / 20,9 / 12,4 351,7 28,2 / 19,7 / 11,2 349,5 27,9 / 19,4 / 10,9 346,2 28,1 / 19,6 / 11,1 353,2 27,7 / 19,2 / 10, ,8 / 19,3 / 10,8 207,2 24,8 / 19,0 / 16,5 25 november projectnummer

30 Mastbeelden Eindhoven Noord Eindhoven Oost E1 HD D1 H1 D2 D3 H2 hoogte breedte hoogte kabel hoogte breedte hoogte kabel hoogte breedte hoogte kabel hoogte breedte hoogte kabel hoogte breedte hoogte kabel hoogte breedte hoogte kabel hoogte breedte hoogte kabel november projectnummer

37 Bijlage 1: Masttypen traject Geertruidenberg Eindhoven Oost 25 november projectnummer

38 Mastgegevens Geertruidenberg Eindhoven Oost Lijngegevens: Lijn: Geertruidenberg - Eindhoven Oost. Mastnummers 173 t/m 180 Circuitgegevens: Er zijn 3 circuits aanwezig, wit, grijs en zwart. Wit is gelegen aan de oostzijde. Grijs is het middencircuit. Het zwarte circuit is gelegen aan de westzijde. Spanning van elk circuit: 380 kv. Ontwerpbelasting per circuit: 1975 MVA. Rekenstroom: 30% van 3000A = 900A (conform handreiking) Positie en fasen zijn in de mastbeelden weergegeven. Mast- en trajectgegevens Geertruidenberg Eindhoven Oost Mastnr Masttype X-coordinaat Y-coordinaat 173 S , , S , , S , , S , , HB , , S , , EA , , HC , ,21 Veldlengte (m) Hoogte bij max. doorhang (m) bij 15 C 379,6 42,1 / 30,0 / 18,9 334,6 40,5 / 28,4 / 17,2 354,6 39,2 / 27,1 / 16,0 370,2 38,4 / 26,7 / 15,5 400,1 36,3 / 24,6 / 13,4 351,8 39,6 / 27,9 / 16,7 109,9 49,7 / 38,42 / 27,1 Paraaf Tennet voor akkoord gegevens bijlage 3: 25 november projectnummer

39 Mastbeelden Geertruidenberg Eindhoven Oost S+10 breedte hoogte hoogte draad h h h h h h S+0 breedte hoogte hoogte draad h h h h h h HB breedte hoogte hoogte draad h h h h h h E+0 breedte hoogte hoogte draad h h h h h h november projectnummer

40 HC+0 breedte hoogte hoogte draad h h h h h h november projectnummer

44 Mastbeelden Eerde - Eindhoven S+0 breedte hoogte hoogte kabel HB+0 hoogte breedte hoogte kabel S+0 breedte hoogte hoogte kabel HE+0 hoogte breedte hoogte kabel november projectnummer

48 Mastbeelden Eindhoven Oost Eindhoven Zuid (Heeze) E D7 hoogte breedte hoogte kabel hoogte breedte hoogte kabel november projectnummer

49 BIJLAGE 6 Begrippenlijst adviesbureau Het bureau dat de berekeningen van de breedte van de specifieke magneetveldzone uitvoert. beleidsadvies bovengrondse hoogspanningslijnen Het beleidsadvies bovengrondse hoogspanningslijnen dat op 5 oktober 2005 aan gemeenten, provincies en netbeheerders is gestuurd en dat op 4 november 2008 in een aanvullende brief nader is verduidelijkt. Beide documenten zijn digitaal beschikbaar op de website van het RIVM: onder Downloads (rechts onderaan de webpagina) circuit Een enkel 3-fasensysteem van drie geleiders van één spanningsniveau, vaak aangeduid met een kleurcode. De individuele fasen kunnen opgebouwd zijn uit één of meer geleiders. combinatielijn Hoogspanningslijn waarbij circuits van verschillende spanning worden gecombineerd. Momenteel zijn de volgende combinaties in gebruik: 220 kv met 380 kv, 110 kv met 380 kv en 110 kv met 220 kv. In de toekomst zal de combinatie 150 kv met 380 kv gerealiseerd worden. hoogspanning Het begrip hoogspanning is volgens NEN 1041 en NEN 1010 gedefinieerd als alle spanning boven de 1000 volt voor wisselstroom en boven de 1500 volt voor gelijkstroom. De handreiking beperkt zich tot bovengrondse hoogspanningslijnen met een 50 Hz wisselspanning van volt (50 kv) of hoger. jaargemiddelde stroom De stroom die gemiddeld over een jaar door een geleider van een hoogspanningslijn loopt. MVA Mega.volt.ampère. Eenheid waarin de ontwerpbelasting van een verbinding wordt aangegeven. nieuwe situatie Onder nieuwe situaties worden volgens Bijlage 1 bij het beleidsadvies bovengrondse hoogspanningslijnen van het ministerie van VROM uit 2005 verstaan: nieuwe streek- of bestemmingsplannen, dan wel wijzigingen in bestaande streek- of bestemmingsplannen en nieuwe bovengrondse hoogspanningslijnen, dan wel wijzigingen aan bestaande hoogspanningslijnen. In termen van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening die op 1 juli 2008 van kracht is geworden, zijn nieuwe situaties : nieuwe structuurvisies of bestemmingsplannen, dan wel wijzigingen in bestaande structuurvisies of bestemmingsplannen en nieuwe bovengrondse hoogspanningslijnen dan wel wijzigingen aan bestaande hoogspanningslijnen. 25 november projectnummer

50 ontwerpbelasting De belasting die de geleiders van een hoogspanningslijn op grond van hun thermische eigenschappen gedurende langere tijd maximaal kunnen doorstaan. De ontwerpbelasting is op te vragen bij de netbeheerder. rekenstroom De stroom die voor de berekening van de specifieke magneetveldzone wordt gebruikt. Deze stroom kan worden gezien als een schatting voor de in de toekomst maximaal te verwachten, jaargemiddelde stroomsterkte. De rekenstroom is gerelateerd aan de ontwerpbelasting van een circuit. rijksdriehoekscoördinaten De coördinaten die in Nederland op nationaal niveau worden gebruikt voor geografische aanduidingen en bestanden, op kaarten van het Kadaster, op topografische kaarten en in Geografisch Informatiesystemen (GIS). specifieke magneetveldzone De bijlage bij het beleidsadvies bovengrondse hoogspanningslijnen van 5 oktober 2005 definieert deze specifieke magneetveldzone als de strook grond die zich aan beide zijden langs de hoogspanningslijn uitstrekt en waarbinnen het magneetveld gemiddeld over een jaar hoger dan 0,4 microtesla is of in de toekomst kan worden. 25 november projectnummer