Een kritische noot van Emanuel van Praag over de uitspraak inzake Curatoren c.s. tegen DNB, gepubliceerd in JOR2015/206.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Een kritische noot van Emanuel van Praag over de uitspraak inzake Curatoren c.s. tegen DNB, gepubliceerd in JOR2015/206."

Transcriptie

1 Een kritische noot van Emanuel van Praag over de uitspraak inzake Curatoren c.s. tegen DNB, gepubliceerd in JOR2015/206. mr. E.J. van Praag, Senior Regulatory Affairs Counsel bij NN Investment Partners en promovendus aan de UvA. Deze noot is geschreven op persoonlijke titel. 1. Het faillissement van DSB is inmiddels bijna vijf jaar geleden, maar blijft de gemoederen bezighouden. Inmiddels kijken de curatoren (samen met een aantal gedupeerden die zich hebben verenigd in claimstichtingen) naar andere partijen dan DSB zelf die bij het drama van DSB een rol hebben gespeeld. Zowel DNB als AFM zijn door gedupeerden aangesproken. AFM is inmiddels in hoogste instantie met de schrik vrijgekomen (HR 21 november 2014, «JOR» 2015/11, m.nt. Van Tilborg). Rb. Amsterdam oordeelt nu dat ook DNB niet aansprakelijk is voor de schade die gedupeerden door het faillissement hebben geleden. Ik licht deze uitspraak hierna toe en plaats enkele kritische kanttekeningen. 2. In essentie maken de curatoren DNB drie verwijten: (i) DNB had in december 2005 nooit een bankvergunning aan DSB mogen verlenen, (ii) DNB had in de periode tussen verlening van de bankvergunning en het faillissement in oktober 2009 harder moeten ingrijpen bij DSB en (iii) DNB heeft door toepassing van een haircut op de kredietfaciliteit van DNB aan DSB op 6 oktober 2009 het faillissement van DSB bespoedigd, althans een zachte landing onmogelijk gemaakt. 3. Eerst zet de rechtbank het beoordelingskader uiteen (r.o. 5.1 t/m 5.4). Omdat de verwijten de periode voor 7 juni 2012 betreffen, speelt de aansprakelijkheidsbeperking van art. 1:25d Wft die per die datum is ingegaan geen rol. De rechtbank start op bekend terrein door te verwijzen naar de leading cases van HR 12 oktober 2006, «JOR» 2006/295, m.nt. Busch (Vie d Or) en HR 21 november 2014, «JOR» 2015/11, m.nt. Van Tilborg (de zaak tegen de AFM). De rechtbank voegt hieraan toe dat een toezichthouder onder omstandigheden in redelijkheid tot het oordeel kan komen dat een keuze voor informele instrumenten, in plaats van een beroep op wettelijke bevoegdheden, de voorkeur verdient. De rechtbank geeft aan dat de destijds gangbare wijze van toezicht houden door DNB een informele was, omdat financiële instellingen toch wel naar DNB luisterden. Dat achteraf misschien is gebleken, dat DSB hardleers was, betekent naar het oordeel van de rechtbank niet automatisch dat DNB destijds gehouden was eerder formele toezichtsinstrumenten te hanteren. 4. Dan behandelt de rechtbank het verwijt dat DNB aansprakelijk zou zijn, omdat DNB in 2005 geen bankvergunning aan DSB zou hebben mogen verlenen (r.o. 5.5 t/m 5.9). 5. Ten eerste stellen de curatoren dat DNB de bankvergunning had moeten weigeren, omdat de beoogde bestuurders van DSB onvoldoende ervaring en opleiding zouden hebben gehad in het bankiersvak, en vanwege het feit dat zij bestuurders waren van financiële ondernemingen toen deze boetes opgelegd kregen van de AFM en de Belastingdienst. De rechtbank verwerpt deze stellingen. De rechtbank oordeelt dat DNB in redelijkheid tot het oordeel kon komen, dat de bestuurders tezamen met de commissarissen over voldoende kennis beschikten om een betrekkelijk eenvoudige bank als DSB te leiden. Ook kon DNB naar het oordeel van de rechtbank in redelijkheid vaststellen dat er geen reden was om te twijfelen aan de betrouwbaarheid van de bestuurders. Volgens de rechtbank hoeft in het kader van de betrouwbaarheidstoets een boete aan een onderneming niet automatisch te worden

2 toegerekend aan een bestuurder van deze onderneming. Relevant om op te merken is dat het hier een beoordeling naar de destijds gangbare inzichten betrof. Het is mijn overtuiging dat een bestuur met dergelijke kwaliteiten thans niet meer door de bestuurderstoets van DNB zou komen. 6. Ten tweede zou volgens de curatoren reeds bij vergunningverlening de administratieve organisatie en interne controle (AO/IC) van DSB niet hebben voldaan. De curatoren stellen dat DSB niet volledig voldeed aan de regeling organisatie en beheersing (ROB). De ROB was een in de Staatscourant (jaargang 2001, nr. 65) gepubliceerde beleidsregel van DNB, waarmee DNB de verplichting om een adequate AO/IC te hebben nader invulde. Naar het oordeel van de rechtbank stonden de gebreken bij DSB in de AO/IC niet eraan in de weg dat DNB een vergunning verleende. De door DNB aan te leggen maatstaf luidde, zo oordeelde de rechtbank, dat DNB de vergunning verleent tenzij DNB van oordeel is dat de onderneming of instelling niet in staat zal zijn om haar voornemens ten uitvoer te leggen dan wel om aan de aan haar uit hoofde van het toezicht te stellen eisen te voldoen, waarbij de ROB één van de relevante gezichtspunten vormt. De afwijkingen van de ROB waren niet zo ernstig, dat DNB niet in redelijkheid tot het oordeel kon komen dat DSB in staat zou zijn om haar voornemens ten uitvoer te leggen en te voldoen aan de eisen van het toezicht. 7. Ik plaats enkele kanttekeningen bij dit oordeel van de rechtbank. De Wtk (art. 9) bepaalt dat de bankvergunning verleend moet worden, tenzij er een reden is om hiervan af te zien. Bij bepaalde vergunningvoorwaarden heeft DNB geen beoordelingsvrijheid. Het betreft hier onder meer het vereiste om voldoende regulatoir kapitaal te hebben, het vereiste om twee bestuurders en drie commissarissen te hebben en de verplichting van de bank haar zetel in Nederland te hebben. Dat DNB hier geen beoordelingsvrijheid heeft, ligt voor de hand, nu het eenvoudig is om vast te stellen of aan deze eisen is voldaan. Er komt weinig oordeelsvorming bij kijken om vast te stellen of een bank haar zetel heeft in Nederland of dat het regulatoir kapitaal aanwezig is. Bij andere bepalingen heeft DNB wel beoordelingsvrijheid, onder meer ten aanzien van de deskundigheid en betrouwbaarheid van bestuurders en commissarissen. Dit ligt voor de hand, aangezien deskundigheid en betrouwbaarheid naar hun aard een beoordeling vragen. Zoals de rechtbank terecht vaststelde, had DNB evenzeer beoordelingsvrijheid ten aanzien van de vraag of de bank in staat zal zijn om haar voornemens ten uitvoer te leggen dan wel om aan de aan haar uit hoofde van het toezicht te stellen eisen te voldoen. Naar mijn oordeel betekent deze beoordelingsvrijheid echter niet automatisch dat DNB ook een bankvergunning mag verlenen als niet volledig aan het ROB wordt voldaan. Dit vereist nog een tussenstap. DNB kan namelijk alleen in redelijkheid tot het oordeel komen dat een bank, zoals DSB die niet volledig aan het ROB voldeed, wel aan de uit hoofde van het toezicht te stellen eisen voldoet als de ROB niet volledig verbindend is maar slechts gezichtspunten bevat. Waaruit zou moeten blijken dat de ROB slechts gezichtspunten bevat en niet volledig verbindend is, motiveert de rechtbank niet. Een andere mogelijkheid is dat DNB een beleidsmatige keuze heeft gemaakt en besliste dat, hoewel DSB niet volledig aan de ROB en daarmee aan alle uit het hoofde van het toezicht te stellen eisen voldoet, het toch wenselijk was DSB een bankvergunning te verlenen. De vraag is dan echter waaraan DNB deze beleidsvrijheid ontleent. Dit is immers iets anders dan beoordelingsvrijheid. Bij mij blijft dus de vraag hangen waarom DNB aan DSB, hoewel DSB reeds op dat moment op enkele punten niet voldeed aan de ROB, toch een bankvergunning mocht verlenen. Naar mijn oordeel is deze vraag niet adequaat door de rechtbank beantwoord. 8. Vervolgens gaat de rechtbank in op de vermeende fouten bij het toezicht na vergunningverlening (r.o t/m 5.19).

3 9. Ten eerste stellen de curatoren dat DNB onvoldoende hard heeft opgetreden tegen geconstateerde problemen inzake de governance, solvabiliteit en related party transactions. De rechtbank verwerpt deze verwijten bij gebrek aan feitelijke onderbouwing. Naar het oordeel van de rechtbank hebben de curatoren onvoldoende toegelicht waarom andere keuzes tot betere resultaten zouden hebben geleid en waarom de door DNB gemaakte keuzes niet in redelijkheid konden worden gemaakt. 10. Ten tweede stellen de curatoren dat het verdienmodel van DSB tot een prudentieel risico leidde waartegen DNB had moeten optreden. Ook deze stelling wordt door de rechtbank verworpen. De rechtbank oordeelt dat DNB als prudentieel toezichthouder zich slechts met een verdienmodel mag bemoeien wat men ook op morele gronden van een verdienmodel kan vinden indien dit verdienmodel tot prudentiële risico s leidt. De rechtbank oordeelt dat de prudentiële risico s van het verdienmodel zich pas kort voor het faillissement van DSB in alle ernst openbaarden. Voordien was er geen reden tot grote zorgen en dus ook geen reden waarom DNB in alle redelijkheid niet kon volstaan met informele maatregelen om dit verdienmodel bij te sturen. 11. Ten derde stellen de curatoren dat DNB eerder had moeten optreden tegen de overheersende invloed van de heer Scheringa. Ook hier krijgen de curatoren de feiten niet rond. De rechtbank oordeelt dat het DGA-model voor een bank niet verboden is. De curatoren hebben niet duidelijk gemaakt dat de situatie in de onderneming beter zou zijn geweest indien Scheringa veel eerder zou zijn heengezonden en zij zijn niet ingegaan op de vraag waarom DNB niet in redelijkheid kon kiezen voor het intensieve voortdurende overleg, zoals zij heeft gedaan. 12. Ook de andere stellingen van de curatoren (onder meer dat DNB niet had mogen afzien van haar voornemen een stille curator te benoemen vanwege de komst van Gerrit Zalm, en harder had moeten optreden tegen ongeoorloofde acquisities en overtreding van de grote posten regeling) worden door de rechtbank verworpen bij gebrek aan feitelijke onderbouwing. De rechtbank vat zelf haar oordelen samen: De slotsom is dat ter zake van het door DNB uitgeoefende toezicht evenmin is komen vast te staan dat DNB in redelijkheid niet tot de gemaakte keuzes heeft kunnen komen en dat ook overigens is gesteld noch gebleken dat andere in het kader van het toezicht te maken keuzes de door Curatoren c.s. en de gezamenlijke schuldeisers van DSB Bank als gevolg van het faillissement van DSB Bank geleden schade hadden kunnen voorkomen. 13. Ik ben niet heel erg gecharmeerd van het oordeel van de rechtbank ten aanzien van deze eerste twee verwijten. Teleurstellend en naar mijn oordeel niet helemaal juist is, dat de rechtbank alle stellingen van de curatoren los behandelt. Met andere woorden: steeds per stelling over wat er zou zijn misgegaan, beoordeelt de rechtbank of een redelijk handelend toezichthouder anders had moeten handelen en wat dan het effect zou zijn geweest. Hiermee doet de rechtbank mijns inziens onvoldoende recht aan het feit dat de toezichthistorie bij het bepalen van eventuele vervolgstappen moet worden meegewogen. Ik citeer uit Vie d Or (r.o ): Treft de Verzekeringskamer enigerlei maatregel, dan dient zij nauwlettend erop toe te zien dat deze maatregel het beoogde effect heeft en, zo dit niet het geval blijkt te zijn, behoort zij een meer effectieve maatregel te nemen. De beoordeling van de keuze van de Verzekeringskamer tot het treffen of achterwege laten van een bepaalde maatregel dient dan ook mede te geschieden met inachtneming van het geheel van het voordien uitgeoefende toezicht en de in dat kader reeds getroffen maatregelen en gebleken effecten. Ik mis de afweging van de rechtbank waarom op basis van deze opeenhoping van misschien op

4 zichzelf kleine onvolkomenheden, zowel bij de vergunningverlening als bij het lopend toezicht, niet eerder geëscaleerd moest worden. 14. Opvallend is verder dat de rechtbank de bal wel erg bij de curatoren neerlegt. Keer op keer wordt geoordeeld dat de curatoren niet voldoende hebben gemotiveerd of bewezen dat DNB niet in redelijkheid tot haar keuzes kon komen. Dit is echter inherent aan de aard van de aansprakelijkheid. Er zijn immers maar twee wijzen om aan te tonen dat een professional niet redelijk heeft gehandeld. De eerste wijze is door aan te tonen dat collega-professionals anders handelen. DNB was destijds echter de enige prudentiële toezichthouder in Nederland (inmiddels hebben wij ook de ECB). DNB is daardoor haar eigen referentiekader. Omdat DNB naar het oordeel van de rechtbank niet van haar eigen destijds gangbare wijze van toezichthouden afweek, kon dus niet worden aangetoond dat andere professionals gewoonlijk anders handelen. De tweede wijze is door aan te tonen dat een redelijk handelende professional niet tot de gemaakte keuzes had kunnen komen. Dan zal echter moeten worden aangetoond dat DNB destijds overduidelijk had moeten inzien dat een andere keuze beter zou zijn geweest. Bij een activiteit zoals toezicht is dit in de praktijk moeilijk aan te tonen. Vandaar dat de stellingen van de curatoren steeds op feitelijke gronden worden verworpen. Waarom de rechtbank elke keer meende dat de curatoren onvoldoende hebben aangetoond dat het handelen van DNB de redelijkheidstoets kon doorstaan, is voor de lezer niet altijd even inzichtelijk. Is dit, omdat de curatoren inderdaad weinig hebben gesteld, of is dit omdat de rechtbank het moeilijk vond te beredeneren waarom bepaald handelen redelijk was? 15. Ten derde verwijten de curatoren DNB dat deze in oktober 2009 een haircut heeft toegepast op de waarde van het door DSB aan DNB aangeboden onderpand. Ik licht dit verwijt toe. 16. Gedurende de kredietcrisis konden banken moeizaam van elkaar lenen. Om toch voldoende liquiditeit in het financiële systeem te krijgen verruimde de ECB als onderdeel van haar monetaire beleid de mogelijkheid om bij haar te lenen. Echter ook de ECB wil natuurlijk haar geld terug. Vandaar dat de ECB alleen leent aan banken als hiervoor voldoende onderpand wordt geleverd. Dit onderpand wordt regelmatig gewaardeerd. Als het onderpand minder waard is, kan de bank op basis van dit onderpand minder lenen. Daarnaast houdt de ECB een buffer aan in de beleningswaarde van het onderpand, zodat ook als het onderpand enigszins in waarde daalt, de schuld van de bank aan de ECB nog steeds voldoende gedekt is. Het verschil tussen de nominale waarde van het onderpand en de waarde waarvoor de ECB dit accepteert, is de haircut. In essentie is dit allemaal niet anders dan bij een particuliere klant die effectenkrediet krijgt bij zijn retailbank. 17. DSB maakte ook van deze ECB-faciliteit gebruik. Deze faciliteit kreeg DSB, bij het Nederlandse filiaal van de ECB, te weten DNB. Als onderpand leverde DSB gesecuritiseerde leningen aan haar eigen klanten in. Op 4 oktober 2009 paste DNB een haircut toe. DNB stelde de beleenbaarheidswaarde van het onderpand naar beneden bij. Het gevolg was dat de DSB op basis van hetzelfde onderpand opeens significant minder kon lenen. De bodem van de schatkist van DSB kwam hierdoor sneller in zicht. Als DSB wel over deze ECB-liquiditeiten had beschikt, had DSB langer klanten kunnen blijven uitbetalen. Uiteraard had DSB dan wel in plaats van aan haar klanten een schuld aan DNB gehad. 18. De rechtbank komt tot het oordeel dat de haircut niet leidt tot aansprakelijkheid van DNB. De essentie van het oordeel van de rechtbank is, dat DSB ook failliet was gegaan zonder de haircut. De gedachte is blijkbaar dat ook zonder de haircut DSB onvoldoende

5 liquiditeiten had om de bankrun te overleven en dat de haircut ook geen andere oplossing die beter was voor de klanten van DSB. Pas daarna beantwoordt de rechtbank de vraag of de haircut rechtmatig was. De rechtbank komt tot het oordeel dat een goede risicobeheersing van DNB de haircut rechtvaardigde, omdat er in de markt destijds nauwelijks belangstelling was voor de gesecuritiseerde leningen die DSB als onderpand aanbood. 19. Ook hierbij plaats ik enige kritische kanttekeningen. Het is mij namelijk niet duidelijk aan welke norm de rechtbank het handelen van DNB heeft getoetst. Mocht de rechtbank hier de Vie d Or-norm hebben gehanteerd, dan is dit mijns inziens onjuist. De haircut heeft DNB namelijk niet toegepast als toezichthouder, maar als centrale bank die monetair beleid uitvoert. Naar mijn oordeel zou de rechtmatigheid van de haircut moeten worden getoetst aan de General Documentation on Eurosystem Monetary Policy Instruments and Procedures van de ECB en eventuele verdere privaatrechtelijke documentatie die is afgesloten tussen DNB en DSB. Overigens heeft DNB ook zelf verwezen naar dit document toen zij de haircut toepaste (zie r.o ). 20. Tot slot nog een opmerking over de hoedanigheid van de eisende partijen. De rechtbank komt mijns inziens terecht tot het oordeel dat de curatoren eigenlijk weinig in de procedure te zoeken hebben (r.o. 5.21). De rechtbank oordeelt dat de curatoren alleen een Peeters/Gatzenvordering kunnen instellen, als zij optreden namens alle gezamenlijke schuldeisers. Dit is alleen het geval als er vermogen aan de boedel is onttrokken en dit vermogen hierin moet terugkeren. De curatoren kunnen namelijk geen vordering instellen namens slechts een deel van de boedelcrediteuren (HR 16 september 2005, «JOR» 2006/52, m.nt. SCJJK). Het zal echter duidelijk zijn dat niet alle crediteuren van de boedel van DSB ook een vordering jegens DNB hebben. Zo zullen normale schuldeisers zoals de cateraar, de energieleverancier en de Belastingdienst in ieder geval geen vordering hebben op DNB uit hoofde van tekortschietend toezicht. Bij deze normale schuldeisers ontbreekt de relativiteit van de gestelde normschending. Het is immers niet voorstelbaar, dat het toezicht van DNB mede strekt ter bescherming van de cateraar die toevallig levert aan een bank in plaats van aan een andere onderneming. Uitsluitend de vordering inzake de haircut leent zich mijns inziens voor een Peeters/Gatzen-vordering, nu het hier niet gaat om een onrechtmatige daad jegens schuldeisers van DSB, maar om een handeling jegens DSB zelf die het voortbestaan van DSB als geheel betreft. Mocht een rechter in hoger beroep tot het oordeel komen dat DNB wel onrechtmatig heeft gehandeld, dan is dit naar mijn oordeel behalve met betrekking tot de haircut dus niet tegen de curatoren. 21. De rechtbank gaat niet in op de hoedanigheid van de andere partijen. Dat is jammer, omdat ook hier nog wel wat zinnigs over valt te zeggen. Ik meen dat er een onderscheid zou moeten worden gemaakt tussen de gedupeerde depositohouders enerzijds en de klanten die claimen dat DSB onjuist financieel advies heeft gegeven (of op andere wijze de zorgplicht heeft geschonden) anderzijds. Het toezicht van DNB heeft als doel het beschermen van de depositohouders. Het is immers juist het feit dat er depositohouders zijn, dat DSB doet kwalificeren als bank en maakt dat DSB onder prudentieel toezicht komt van DNB. Het geven van financieel advies is echter niet voorbehouden aan banken. Ook nauwelijks gekapitaliseerde financiële dienstverleners die niet onder (prudentieel) toezicht van DNB staan mogen financieel advies geven. Ik betwijfel daarom of het prudentieel toezicht van DNB mede strekt ter bescherming van klanten die DSB slechts verwijten dat het advies onjuist was.

6 22. Gegeven de grote financiële belangen zullen partijen ongetwijfeld in hoger beroep en daarna in cassatie gaan. Bij Vie d Or heeft tussen het faillissement op 11 december 1995 en de uitspraak van de Hoge Raad op 13 oktober jaar, 10 maanden en 2 dagen gezeten. Als dit richtinggevend is, zullen wij op 23 augustus 2020 uitsluitsel krijgen over de aansprakelijkheid van DNB inzake het faillissement van DSB. Deze noot is geschreven op persoonlijke titel.

Nieuwsbrief DSBspaarder.nl

Nieuwsbrief DSBspaarder.nl Nieuwsbrief nummer 20, 19 juni 2012 In deze nieuwsbrief slechts aandacht voor één onderwerp. Vandaag is om 11:00 het onderzoek van curatoren naar de oorzaken van het faillissement gepubliceerd. In de crediteuren

Nadere informatie

Jurisprudentie Ondernemingsrecht

Jurisprudentie Ondernemingsrecht Jurisprudentie Ondernemingsrecht 3 februari 2015 Mr. P.J. Peters 1 HR 23 mei 2014, JOR 2014, 229 Kok/Maas q.q. Bestuurdersaansprakelijkheid/selectieve betaling Casus P. Kok ( Kok ) 100% bestuurder Kok

Nadere informatie

Over ontslagvergoeding: ontbinding of opzegging?

Over ontslagvergoeding: ontbinding of opzegging? Over ontslagvergoeding: ontbinding of opzegging? september 2009 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel noch de auteur noch

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 059 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Faillissementswet, alsmede enige andere wetten in verband met de introductie van aanvullende

Nadere informatie

MEINDERT OOSTERHOF, in zijn hoedanigheid van gerechtsdeurwaarder, kantoorhoudende te Drachten,

MEINDERT OOSTERHOF, in zijn hoedanigheid van gerechtsdeurwaarder, kantoorhoudende te Drachten, Vonnis RECHTBANK LEEUWARDEN Sector kanton Locatie Heerenveen zaak-/rolnummer: 371218 CV EXPL i 1-5231 vonnis van de kantonrechter d.d. 14 maart 2012 inzake X wonende te eiser. procederende met toevoeging.

Nadere informatie

Aansprakelijkheid van toezichthouders wegens inadequaat handhavingstoezicht

Aansprakelijkheid van toezichthouders wegens inadequaat handhavingstoezicht Aansprakelijkheid van toezichthouders wegens inadequaat handhavingstoezicht VIDE Jaarcongres 15 juni 2012 A.J. (Lian) van Poortvliet aj.vanpoortvliet@pelsrijcken.nl June 17, 2012 Programma Juridisch kader

Nadere informatie

DEEL III. Het bestuursprocesrecht

DEEL III. Het bestuursprocesrecht DEEL III Het bestuursprocesrecht Inleiding op deel III In het voorgaande deel is het regelsysteem van art. 48 (oud) Rv besproken voor zover dit relevant was voor art. 8:69 lid 2 en 3 Awb. In dit deel

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 2 Datum: 19 maart 2015

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 2 Datum: 19 maart 2015 Dit verslag ziet uitsluitend op hetgeen zich in de afgelopen verslagperiode heeft voorgaan. Daar waar de nummering ontbreekt, zijn de betreffende onderwerpen niet (langer) van toepassing en wordt voor

Nadere informatie

Turbo-liquidatie en de bestuurder

Turbo-liquidatie en de bestuurder Turbo-liquidatie en de bestuurder Juni 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 5 Datum: 20 juli 2015

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 5 Datum: 20 juli 2015 Hoewel de informatie in dit openbaar verslag en het bijbehorend financieel verslag zo zorgvuldig mogelijk is samengesteld, staat de curator niet in voor de volledigheid en juistheid daarvan. Mogelijk is

Nadere informatie

http://www.legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=1184...

http://www.legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=1184... Page 1 of 6 JOR 2013/309 CBB, 14-08-2013, 13/396, ECLI:NL:CBB:2013:160 Overtreding van art. 4:23 Wft, Publicatie van de opgelegde boete, Afwijzing verzoek tot schorsing van publicatie totdat in hoger beroep

Nadere informatie

Antwoorden op de kamervragen van de vaste commissie voor Financiën van 20 december 2005 en 11 januari 2006.

Antwoorden op de kamervragen van de vaste commissie voor Financiën van 20 december 2005 en 11 januari 2006. Bijlage I en op de kamervragen van de vaste commissie voor Financiën van 20 december 2005 en 11 januari 2006. Vragen d.d. 20 december 2005: Vraag 1 Hoe heeft dit kunnen gebeuren in Nederland? Zie hoofdstuk

Nadere informatie

Onder Professoren. Aansprakelijkheid van bestuurders. 14 april 2015 VAAN Utrecht. prof. mr. Claartje Bulten

Onder Professoren. Aansprakelijkheid van bestuurders. 14 april 2015 VAAN Utrecht. prof. mr. Claartje Bulten Onder Professoren Aansprakelijkheid van bestuurders 14 april 2015 VAAN Utrecht prof. mr. Claartje Bulten Aansprakelijkheid van bestuurders Onderwerpen Interne aansprakelijkheid Externe aansprakelijkheid

Nadere informatie

Sytsma c.s. / Van der Heiden. Hoge Raad 5 oktober 2012, Ondernemingsrecht 2013/22 noot: J.W.P.M. van der Velden i

Sytsma c.s. / Van der Heiden. Hoge Raad 5 oktober 2012, Ondernemingsrecht 2013/22 noot: J.W.P.M. van der Velden i Sytsma c.s. / Van der Heiden Hoge Raad 5 oktober 2012, Ondernemingsrecht 2013/22 noot: J.W.P.M. van der Velden i Onderscheid aanbieden effecten aan het publiek en effectenbemiddeling. Prospectusaansprakelijkheid.

Nadere informatie

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- EERSTE FAILLISSEMENTSVERSLAG TEVENS EINDVERSLAG Inzake : UPMEDIA B.V. Faillissementsnummer : C/06/13/179 F Datum faillissement : 19 maart 2013 Rechter-Commissaris : Mr. J.S.W. Lucassen Curator : Mr. J.

Nadere informatie

Zorginstellingen in zwaar weer: de do s en don ts

Zorginstellingen in zwaar weer: de do s en don ts Zorginstellingen in zwaar weer: de do s en don ts Ook zorginstellingen ondervinden last van de economische crisis en de bezuinigingsmaatregelen die daarvan het gevolg zijn. Van belang is daarom dat zij

Nadere informatie

Wanneer is eigenlijk sprake van feitelijk leidinggeven of opdracht geven?

Wanneer is eigenlijk sprake van feitelijk leidinggeven of opdracht geven? Q&A Inleiding Met de inwerkingtreding op 1 juli 2009 van de Vierde tranche van de Algemene wet bestuursrecht is het mogelijk om, indien sprake is van een overtreding door een rechtspersoon, ook de feitelijk

Nadere informatie

Wat was de aanleiding voor de AFM om onderzoek te doen naar vermogensscheiding?

Wat was de aanleiding voor de AFM om onderzoek te doen naar vermogensscheiding? & wijzigingen Nrgfo Wft op het vlak van vermogensscheiding Wat was de aanleiding voor de FM om onderzoek te doen naar vermogensscheiding? Nationale ontwikkelingen in combinatie met nieuwe regelgeving als

Nadere informatie

vonnis afdeling privaatrecht zaaknummer / rolnummer: C/13/553686 / HA ZA 13-17 15 in de zaak van

vonnis afdeling privaatrecht zaaknummer / rolnummer: C/13/553686 / HA ZA 13-17 15 in de zaak van vonnis RECHTBANK AMSTERDAM afdeling privaatrecht zaaknummer / rolnummer: C/13/553686 / HA ZA 13-17 15 Vonnis van 29 april 2015 in de zaak van 1. mr. Rutger Jan SCHIMMELPENNINCK en mr. Bernardus franciscus

Nadere informatie

Onrechtmatige daad. Benadeling van de boedel. Misbruik van rechtspersoonlijkheid.

Onrechtmatige daad. Benadeling van de boedel. Misbruik van rechtspersoonlijkheid. Annotatie bij HR 27-02-2009, C07/168HR, LJN BG6445 Onrechtmatige daad. Benadeling van de boedel. Misbruik van rechtspersoonlijkheid. [BW art. 6:162] Een gefailleerde natuurlijke persoon heeft de eigendom

Nadere informatie

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Hypotheek Visie Centrale B.V., gevestigd te Best, hierna te noemen Aangeslotene.

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Hypotheek Visie Centrale B.V., gevestigd te Best, hierna te noemen Aangeslotene. Niet-bindende uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2013-130 d.d. 1 mei 2013 (mr. E.M. Dil-Stork, voorzitter, prof.mr. M.L. Hendrikse en mr. J.Th. de Wit, leden en mevrouw mr. M.

Nadere informatie

Lezing LWV. Ondernemen via een rechtspersoon: (schijn)veilig? Roermond, 7 juni 2012

Lezing LWV. Ondernemen via een rechtspersoon: (schijn)veilig? Roermond, 7 juni 2012 Lezing LWV Ondernemen via een rechtspersoon: (schijn)veilig? Roermond, 7 juni 2012 Casus 1: Een bestuurder van een BV beseft, dat het faillissement van de BV onvermijdelijk is. Hij laat de BV nog enkele

Nadere informatie

http://zoeken.rechtspraak.nl/detailpage.aspx?ljn=bq0921&u_...

http://zoeken.rechtspraak.nl/detailpage.aspx?ljn=bq0921&u_... LJN: BQ0921, Rechtbank Amsterdam, 460637 / HA ZA 10-1777 Datum uitspraak: 13-04-2011 Datum publicatie: Rechtsgebied: 13-04-2011 Civiel overig Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig Inhoudsindicatie:

Nadere informatie

De Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft wordt als volgt gewijzigd:

De Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft wordt als volgt gewijzigd: CONSULTATIEVERSIE Besluit van ( datum), houdende wijziging van de Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft van 15 november 2006 in verband met regels met betrekking tot de bescherming

Nadere informatie

Mijnheer de Minister, dames en heren,

Mijnheer de Minister, dames en heren, Speaking notes Professor Scheltema tijdens de perspresentatie van het onderzoek naar de DSB Bank aan de minister van Financiën in Nieuwspoort, 29 juni 2010, 10.00 uur. Mijnheer de Minister, dames en heren,

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

De vennootschap PARODONTOLIEPRAKTIJK ZEELAND B.V. Insolventienummer: F.02/15/487 F

De vennootschap PARODONTOLIEPRAKTIJK ZEELAND B.V. Insolventienummer: F.02/15/487 F OPENBAAR VERSLAG NR. 1 EX ARTIKEL 73A FAILLISSEMENTSWET Faillissement: De vennootschap PARODONTOLIEPRAKTIJK ZEELAND B.V. Insolventienummer: F.02/15/487 F Curator: Mr. M.L. Huisman Rechter-commissaris:

Nadere informatie

Uit: Hoge Raad 29-5-2015, 14/01835, ECLI:NL:HR:2015:1406 (Beroepsfout advocaat bij advisering)

Uit: Hoge Raad 29-5-2015, 14/01835, ECLI:NL:HR:2015:1406 (Beroepsfout advocaat bij advisering) Tijdschrift voor Bouwrecht (TBR), januari 2016, Nr. 1, TBR 2016/15 Uit: Hoge Raad 29-5-2015, 14/01835, ECLI:NL:HR:2015:1406 (Beroepsfout advocaat bij advisering) Mr. F.B. Bakels, mr. C.A. Streefkerk, mr.

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. E.L.A. Van Emden, voorzitter en mr. J. Hadziosmanovic, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. E.L.A. Van Emden, voorzitter en mr. J. Hadziosmanovic, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2017-419 (mr. E.L.A. Van Emden, voorzitter en mr. J. Hadziosmanovic, secretaris) Klacht ontvangen op : 3 augustus 2016 Ingediend door : Consumenten

Nadere informatie

- 1 - De Nederlandsche Bank NV (DNB) legt een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80 en 1:81 van de Wft, op aan:

- 1 - De Nederlandsche Bank NV (DNB) legt een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80 en 1:81 van de Wft, op aan: - 1 - Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete aan Matrix Asset Management B.V. als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht Gelet op artikel 1:80, 1:81, 1:98 en 3:72,

Nadere informatie

No.W /III 's-gravenhage, 21 april 2011

No.W /III 's-gravenhage, 21 april 2011 ... No.W06.11.0108/III 's-gravenhage, 21 april 2011 Bij Kabinetsmissive van 8 april 2011, no.11.000859, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Financiën, bij de Afdeling advisering van

Nadere informatie

Onvoldoende toezicht op een advocaat die het geld van zijn cliënten onzorgvuldig beheert

Onvoldoende toezicht op een advocaat die het geld van zijn cliënten onzorgvuldig beheert NOTENKRAKER Onvoldoende toezicht op een advocaat die het geld van zijn cliënten onzorgvuldig beheert Rb. Den Haag 16 september 2009, NJF 2010, 8, LJN BJ8974 1 Inleiding In toenemende mate worden ook vrije

Nadere informatie

College van Beroep voor het bedrijfsleven (VV), AWB 13/159, LJN: BZ8475

College van Beroep voor het bedrijfsleven (VV), AWB 13/159, LJN: BZ8475 21-03-2013 College van Beroep voor het bedrijfsleven (VV), AWB 13/159, LJN: BZ8475 Datum uitspraak: 21-03-2013 Datum publicatie: 24-04-2013 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Voorlopige

Nadere informatie

VOLSTORTING VAN AANDELEN BIJ OPRICH- TING BESLOTEN VENNOOTSCHAP NAAR NE- DERLANDS RECHT

VOLSTORTING VAN AANDELEN BIJ OPRICH- TING BESLOTEN VENNOOTSCHAP NAAR NE- DERLANDS RECHT VOLSTORTING VAN AANDELEN BIJ OPRICH- TING BESLOTEN VENNOOTSCHAP NAAR NE- DERLANDS RECHT PAS OP VOOR AANSPRAKELIJKHEID! Bij faillissement van een kapitaalvennootschap naar Nederlands recht, onderzoekt de

Nadere informatie

Openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet. Nummer: 1 Datum: 28 januari 2014. Datum uitspraak : 19 november 2013 : mr. E.J.R.

Openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet. Nummer: 1 Datum: 28 januari 2014. Datum uitspraak : 19 november 2013 : mr. E.J.R. Openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet Nummer: 1 Datum: 28 januari 2014 Gegevens onderneming : De besloten vennootschap Lancelot Vermogensbeheer B.V., statutair gevestigd te Amsterdam met als

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 8 Datum: 13 januari 2014

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 8 Datum: 13 januari 2014 FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 8 Datum: 13 januari 2014 Gegevens failliet : de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid DE KLOK LOGISTICS NEDERLAND B.V., gevestigd te (6504 AC) Nijmegen, aan

Nadere informatie

IN HET FAILLISSEMENT VAN R.O. VAN HERPT BV DE DATO

IN HET FAILLISSEMENT VAN R.O. VAN HERPT BV DE DATO 4 e OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG EX ARTIKEL 73A FW IN HET FAILLISSEMENT VAN R.O. VAN HERPT BV DE DATO 13 JULI 2015 Gegevens curandus/ onderneming Statutaire naam : R.O. van Herpt BV Adres : gevestigd

Nadere informatie

273. Herzien publicatieregime boetes en dwangsommen

273. Herzien publicatieregime boetes en dwangsommen 273. Herzien publicatieregime boetes en dwangsommen Mr. K. FrielinK Met ingang van 1 augustus 2014 is Afdeling 1.5.2. Wft (publicatiemogelijkheden van de toezichthouders) op onderdelen sterk gewijzigd

Nadere informatie

Nummer: 10 Datum: 14 mei 2013

Nummer: 10 Datum: 14 mei 2013 Openbaar faillissementsverslag rechtspersoon (ex art. 73A Fw.) Nummer: 10 Datum: 14 mei 2013 Gegevens onderneming: Timmerfabriek Barsema Tolbert BV Faillissementsnummer: F 10/324 Datum uitspraak: 7 december

Nadere informatie

PH Presentatie 28 mei 2018

PH Presentatie 28 mei 2018 PH 1104 Presentatie 28 mei 2018 1 AGENDA 1. Inleiding vernieuwing PH 1104 2. Meldingsplicht 3. Verantwoordelijkheid accountant in relatie tot COS 250 4. Mogelijke gevolgen niet naleven wet- en regelgeving

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 14 Datum: 16 januari 2017

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 14 Datum: 16 januari 2017 C. Tadema Beheer BV F 17/12/269 FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 14 Datum: 16 januari 2017 In dit verslag worden de werkzaamheden en de stand van de boedel beschreven over de afgelopen periode. De curator

Nadere informatie

De Nederlandsche Bank N.V. Consultatie. CRD II Implementatie (nieuwe) Regeling Hybride kapitaalinstrumenten banken 2010

De Nederlandsche Bank N.V. Consultatie. CRD II Implementatie (nieuwe) Regeling Hybride kapitaalinstrumenten banken 2010 De Nederlandsche Bank N.V. Consultatie CRD II Implementatie (nieuwe) Regeling Hybride kapitaalinstrumenten banken 2010 28 juni 2010 1 Regeling van De Nederlandsche Bank NV van [datum], tot vaststelling

Nadere informatie

BESLUIT. I. Juridisch kader. Dienst uitvoering en toezicht Energie

BESLUIT. I. Juridisch kader. Dienst uitvoering en toezicht Energie Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT Nummer: Betreft: 101758_13-4 Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers op grond van artikel 95d,

Nadere informatie

Aansprakelijkheid commissarissen

Aansprakelijkheid commissarissen 1 november 2012 Aansprakelijkheid commissarissen Suzan Winkels-Koerselman Turnaround Advocaten Een klein, modern en gespecialiseerd advocatenkantoor Digitaal dossier Wij bieden de inzet van ervaren onafhankelijke

Nadere informatie

Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen

Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen Artikel 24 Lid 1 Lid 2 Pandrecht Pandrecht Verkoop van verpande goederen Artikel 24 lid 1 Pandrecht Algemeen Het verschil tussen pand en retentie Het pandrecht in de AVC 2002 is nieuw ten opzichte van

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag. Datum 20 maart 2013 Betreft Beantwoording vragen lid Van Hijum

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag. Datum 20 maart 2013 Betreft Beantwoording vragen lid Van Hijum > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- EERSTE FAILLISSEMENTSVERSLAG Inzake : Wiblu B.V. Faillissementsnummer : C05/13/601F Datum faillissement : 25 juni 2013 Rechter-Commissaris : Mr. S.S. van Nijen Curator : Mr. J. Zeegers Datum : 31 juli

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over Huurcommissie te Den Haag. Datum: 14 september Rapportnummer: 2012/146

Rapport. Rapport over een klacht over Huurcommissie te Den Haag. Datum: 14 september Rapportnummer: 2012/146 Rapport Rapport over een klacht over Huurcommissie te Den Haag. Datum: 14 september 2012 Rapportnummer: 2012/146 2 Klacht Verzoekster, een BV, klaagt erover dat de Huurcommissie te Den Haag haar verzoek

Nadere informatie

Rapport. 2014/109 de Nationale ombudsman 1/5

Rapport. 2014/109 de Nationale ombudsman 1/5 Rapport 6 Onmacht of onwil: een onderzoek naar een klacht over het UWV, dat een transgender niet als "mevrouw" heeft aangeschreven in (geautomatiseerde) correspondentie Oordeel Op basis van het onderzoek

Nadere informatie

Corporate Alert: de 403-verklaring

Corporate Alert: de 403-verklaring Corporate Alert: de 403-verklaring Kort na elkaar heeft de Hoge Raad twee uitspraken gedaan over vragen waartoe de 403- verklaring aanleiding geeft. De meest in het oog springende beslissing (HR 20 maart

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. R.E. van Lambalgen, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. R.E. van Lambalgen, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-758 (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. R.E. van Lambalgen, secretaris) Klacht ontvangen op : 3 januari 2018 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Toelichting bij aanvraagformulier voor een verklaring van geen bezwaar (vvgb) artikel 3:96 Wft. Alleen van toepassing op banken met zetel in

Toelichting bij aanvraagformulier voor een verklaring van geen bezwaar (vvgb) artikel 3:96 Wft. Alleen van toepassing op banken met zetel in Toelichting bij aanvraagformulier voor een verklaring van geen bezwaar (vvgb) artikel 3:96 Wft. Alleen van toepassing op banken met zetel in Nederland Toelichting bij aanvraagformulier voor een verklaring

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Vijfde openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet - tevens eindverslag

Vijfde openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet - tevens eindverslag Vijfde openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet - tevens eindverslag Datum: 10 april 2014 Gegevens gefailleerde : de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid DÖNER B.V., handelend

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG aanvangsverslag datum: 23 mei 2011

FAILLISSEMENTSVERSLAG aanvangsverslag datum: 23 mei 2011 FAILLISSEMENTSVERSLAG aanvangsverslag datum: 23 mei 2011 Naam: Marmo Metaal B.V. / Wezep Personeelsdiensten B.V. Faillissementsnummer: F 11/95 en F 11/94 Datum uitspraak: 22 maart 2011 Curator: mr. L.J.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 768 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Faillissementswet in verband met de samenloop van de vordering op de boedel ingeval

Nadere informatie

Verslagperiode : 10 februari 2015 t/m 13 mei 2015 Bestede uren in verslagperiode 3

Verslagperiode : 10 februari 2015 t/m 13 mei 2015 Bestede uren in verslagperiode 3 OPENBAAR FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 3 Datum: 13 mei 2015 Gegevens onderneming Faillissementsnummer : HAARZUILENSE PROJECTONTWIKKELINGSMAATSCHAPPIJ B.V. Datum uitspraak : 7 oktober 2014 Curator R-C :

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 71642 23 december 2016 Besluit van 22 november 2016, houdende wijziging van de Nadere regeling gedragstoezicht financiële

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 11 Datum: 13 mei 2014

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 11 Datum: 13 mei 2014 FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 11 Datum: 13 mei 2014 Gegevens failliet : de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Dynamion B.V., tevens handelende onder de naam MySolutionStore Veenendaal,

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG NR. 6 IN HET FAILLISSEMENT VAN BRINCKSTAETE ADVIESGROEP HAARLEM B.V. d.d. 22 mei 2014

FAILLISSEMENTSVERSLAG NR. 6 IN HET FAILLISSEMENT VAN BRINCKSTAETE ADVIESGROEP HAARLEM B.V. d.d. 22 mei 2014 Hoewel de informatie in dit openbaar verslag en het bijbehorend financieel verslag zo zorgvuldig mogelijk is samengesteld, staat de curator niet in voor de volledigheid en juistheid daarvan. Mogelijk is

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG

FAILLISSEMENTSVERSLAG Pagina 1 van 7 FAILLISSEMENTSVERSLAG FAILLISSEMENTSVERSLAG NR. 2 EX ARTIKEL 73A FAILLISSEMENTSWET Datum: 29 juni 2015 Naam: EURO-Z HOLDING B.V. Adres: Mackayware 36, 8014 RW Zwolle Insolventienummer: F.02/15/118

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. M.G. de Vries, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. M.G. de Vries, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-106 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. M.G. de Vries, secretaris) Klacht ontvangen op : 6 januari 2015 Ingesteld door : Consument Tegen

Nadere informatie

Openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet, tevens eindverslag

Openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet, tevens eindverslag Openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet, tevens eindverslag Nummer: 3 Datum: 15 november 2013 Gegevens onderneming : Monarch Security B.V. Faillissementsnummer : C/16/13/113 F Datum uitspraak

Nadere informatie

BESLUIT. I. Juridisch kader. Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan. DELTA Comfort B.V.

BESLUIT. I. Juridisch kader. Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan. DELTA Comfort B.V. Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT Nummer: Betreft; 101689-5 Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers op grond van artikel 95d, eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2010:BO3339

ECLI:NL:CRVB:2010:BO3339 ECLI:NL:CRVB:2010:BO3339 Instantie Datum uitspraak 05-11-2010 Datum publicatie 10-11-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 09-2207 WSF Bestuursrecht

Nadere informatie

Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe,

Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe, Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe, X Z (belanghebbende), \ beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 4 juli 2013. Bij brief van 11 oktober 2013 heeft de griffier mij

Nadere informatie

DE COMMISSIE GEDRAGSCODE BOUWEND NEDERLAND

DE COMMISSIE GEDRAGSCODE BOUWEND NEDERLAND 60004 DE COMMISSIE GEDRAGSCODE BOUWEND NEDERLAND heeft het volgende overwogen en beslist omtrent het op 21 februari 2013 binnengekomen verzoek van de besloten vennootschap SCHIJF BOUW B.V., gevestigd te

Nadere informatie

De Centrale Raad van Toezicht geeft de volgende uitspraak in de zaak van: G MAKELAARS, NVM-lid, kantoorhoudende te A, beklaagde in hoger beroep

De Centrale Raad van Toezicht geeft de volgende uitspraak in de zaak van: G MAKELAARS, NVM-lid, kantoorhoudende te A, beklaagde in hoger beroep Zie ook 16/2577 Overtreding verbod op handel. Verantwoordelijkheid van de onderneming voor het optreden van de makelaar. De bank wenst als hypotheekhouder van een appartement tot verkoop daarvan over te

Nadere informatie

BESLUIT. I. Juridisch kader. Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan. Essent Retail Energie b.v.

BESLUIT. I. Juridisch kader. Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan. Essent Retail Energie b.v. Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT Nummer: Betreft; 101758_10-11 Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers op grond van artikel 95d,

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 4 Datum: 23 december 2014

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 4 Datum: 23 december 2014 FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 4 Datum: 23 december 2014 In dit verslag worden de werkzaamheden en de stand van de boedel beschreven over de afgelopen periode. De curator baseert zich op aangetroffen gegevens

Nadere informatie

Waar in dit beleidsdocument gerefereerd wordt aan de sectorale wetten dan wordt hiermee bedoeld de Ltk, Ltv, Ltg, Ltt en Lop.

Waar in dit beleidsdocument gerefereerd wordt aan de sectorale wetten dan wordt hiermee bedoeld de Ltk, Ltv, Ltg, Ltt en Lop. Handhavingsbeleid toezicht Centrale Bank van Aruba 1. Inleiding Als de Centrale Bank van Aruba (CBA) een overtreding constateert, maakt zij een afweging hoe zij zal optreden, of er een (bestuurlijke) handhavingsmaatregel

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 52 d.d. 14 juli 2009 (mr R.J. Verschoof, voorzitter, mr drs M.L. Hendrikse en mr M.M. Mendel) 1. Procedure De Commissie beslist met inachtneming

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:2561

ECLI:NL:RBROT:2017:2561 ECLI:NL:RBROT:2017:2561 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 05-01-2017 Datum publicatie 06-04-2017 Zaaknummer C/10/510679 / FT EA 16/2324 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

De gemeente heeft hoger beroep ingesteld. Zo nodig kan bij de Raad van State meteen worden gezegd wat u zelf precies van de aanvraag vindt.

De gemeente heeft hoger beroep ingesteld. Zo nodig kan bij de Raad van State meteen worden gezegd wat u zelf precies van de aanvraag vindt. Raadsvoorstel Inleiding:Ons college heeft op 15 december 2006 op bezwaar besloten een besluit tot bouwvergunning- en vrijstellingverlening te handhaven, voor een carport en veranda op het perceel Laagstraat

Nadere informatie

- 1 - BESLUIT de Nederlandsche Bank NV (hierna: DNB) het navolgende.

- 1 - BESLUIT de Nederlandsche Bank NV (hierna: DNB) het navolgende. - 1 - Gelet op de artikelen 3:5, eerste lid, 1:72, eerste lid, en 1:79 van de Wet op het financieel toezicht (hierna: Wft) en de artikelen 3:2, 3:4, tweede lid, 3:46, 4:8, tweede lid, 5:16, 5:20, eerste

Nadere informatie

CxS/oiaéi cas. Den Haag, 22 OKT 2008 AAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN. Kenmerk: DGB 2008-4936

CxS/oiaéi cas. Den Haag, 22 OKT 2008 AAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN. Kenmerk: DGB 2008-4936 CxS/oiaéi cas Den Haag, 22 OKT 2008 Kenmerk: DGB 2008-4936 X ^_ Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 08/03864) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 29 juli 2008, nr.

Nadere informatie

Bestuurder zijn is niet vrijblijvend.

Bestuurder zijn is niet vrijblijvend. Bestuurder zijn is niet vrijblijvend. Ook in België wordt de verantwoordelijkheid van bestuurders met de dag belangrijker. Nieuwe wetgeving en procedures verplichten bestuurders om meer dan ooit bewust

Nadere informatie

Nummer: 9 Datum: 13 februari 2013

Nummer: 9 Datum: 13 februari 2013 Openbaar faillissementsverslag rechtspersoon (ex art. 73A Fw.) Nummer: 9 Datum: 13 februari 2013 Gegevens onderneming: Timmerfabriek Barsema Tolbert BV Faillissementsnummer: F 10/324 Datum uitspraak: 7

Nadere informatie

Diverse civielrechtelijke aspecten van de aansprakelijkheid van bestuurders. Mijke Sinninghe Damsté & Irene Tax Ontbijtseminar 12 december 2013

Diverse civielrechtelijke aspecten van de aansprakelijkheid van bestuurders. Mijke Sinninghe Damsté & Irene Tax Ontbijtseminar 12 december 2013 Diverse civielrechtelijke aspecten van de aansprakelijkheid van bestuurders Mijke Sinninghe Damsté & Irene Tax Ontbijtseminar 12 december 2013 Programma I. Introductie II. Aansprakelijkheid Bestuurders

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG

FAILLISSEMENTSVERSLAG FAILLISSEMENTSVERSLAG Faillissementsverslag nummer 3 d.d. 3 februari 2010 Gegevens onderneming : Quality Planning B.V. Faillissementsnummer : 09/30 Datum uitspraak Curator Rechter-commissaris : 20 januari

Nadere informatie

Samenvatting: Inleiding: Afweging: Advies:

Samenvatting: Inleiding: Afweging: Advies: Samenvatting: Inleiding: Op 15 december 2006 is op bezwaar besloten een besluit tot bouwvergunning- en vrijstellingverlening te handhaven, voor een carport en veranda op het perceel Laagstraat 14 te Oudheusden.

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG NUMMER 9 TEVENS EINDVERSLAG. in het faillissement van LP DISPLAYS EINDHOVEN B.V.

FAILLISSEMENTSVERSLAG NUMMER 9 TEVENS EINDVERSLAG. in het faillissement van LP DISPLAYS EINDHOVEN B.V. FAILLISSEMENTSVERSLAG NUMMER 9 TEVENS EINDVERSLAG in het faillissement van LP DISPLAYS EINDHOVEN B.V. DATUM: 16 AUGUSTUS 2017 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding / Disclaimer blz. 3 2. Algemene gegevens blz. 3

Nadere informatie

De papieren versie van het verslag is identiek aan de digitale versie van het verslag.

De papieren versie van het verslag is identiek aan de digitale versie van het verslag. De papieren versie van het verslag is identiek aan de digitale versie van het verslag. 2Se OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG Faillissement Faillissementsnummer Surseancedatum : Faillissementsdatum Rechter

Nadere informatie

DE INHOUD VAN HET BIJ DE RECHTBANK GEDEPONEERDE FAILLISSEMENTSVERSLAG EN HET DIGITAAL INGEDIENDE FAILLISSEMENTSVERSLAG ZIJN GELIJK

DE INHOUD VAN HET BIJ DE RECHTBANK GEDEPONEERDE FAILLISSEMENTSVERSLAG EN HET DIGITAAL INGEDIENDE FAILLISSEMENTSVERSLAG ZIJN GELIJK DE INHOUD VAN HET BIJ DE RECHTBANK GEDEPONEERDE FAILLISSEMENTSVERSLAG EN HET DIGITAAL INGEDIENDE FAILLISSEMENTSVERSLAG ZIJN GELIJK FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 1 Datum: 28 mei 2014 Onderneming : Besloten

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/37023

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken

Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken ϕ1 Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken Directie Wetgeving Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Civiele Procespraktijk

Civiele Procespraktijk Civiele Procespraktijk Nr. 13 - september 2010 De volgende onderwerpen worden behandeld: Vordering tot winstafdracht Aansprakelijkheid voor niet-ondergeschikten, en schadebeperkingsplicht Verjaring Klachtplicht

Nadere informatie

Nieuwsbrief NOvA Tuchtrecht Updates

Nieuwsbrief NOvA Tuchtrecht Updates Nieuwsbrief NOvA Tuchtrecht Updates 2019-1 Nummer 1, 2019 INHOUDSOPGAVE 1. Wat een behoorlijk advocaat betaamt Raad van Discipline Amsterdam, ECLI:NL:TADRAMS:2019:28 05-02-2019 Dekenbezwaar. Verweerster

Nadere informatie

De Centrale Raad van Toezicht geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

De Centrale Raad van Toezicht geeft de volgende uitspraak in de zaak van: Zie ook CR16/2577a Verbod op handel. Resultaat van handel niet van belang. Verantwoordelijkheid van de onderneming De bank wenst als hypotheekhouder van een appartement tot verkoop daarvan over te gaan.

Nadere informatie

Uitspraak van de Commissie van Beroep d.d. 22 november 2010

Uitspraak van de Commissie van Beroep d.d. 22 november 2010 Uitspraak GCHB 397-H90020 Zorgplicht hypotheekadviseur i.v.m. termijn financieringsvoorbehoud. 'eigen schuld' cliënt. Bekijk de uitspraak in eerste aanleg Uitspraak van de Commissie van Beroep d.d. 22

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 27 JUNI 2018 P.17.1160.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.17.1160.F I. C. P., Mr. Adrien Masset, advocaat bij de balie te Verviers, II. A.-F. B., Mr. Paul Wouters, advocaat bij het Hof van Cassatie,

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 1 Datum: 3 februari 2015

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 1 Datum: 3 februari 2015 Dit verslag ziet uitsluitend op hetgeen zich in de afgelopen verslagperiode heeft voorgaan. Daar waar de nummering ontbreekt, zijn de betreffende onderwerpen niet (langer) van toepassing en wordt voor

Nadere informatie

Aan : Consumenten van ShopVIP B.V. Van : mr. D.M. van Geel, curator Datum : 19 september 2014. (1) Faillissement ShopVIP B.V.

Aan : Consumenten van ShopVIP B.V. Van : mr. D.M. van Geel, curator Datum : 19 september 2014. (1) Faillissement ShopVIP B.V. INFORMATIEMEMORANDUM T EN BEHOEVE VAN CONSUMENTEN Aan : Consumenten van ShopVIP B.V. Van : mr. D.M. van Geel, curator Datum : 19 september 2014 (1) Faillissement ShopVIP B.V. Bij vonnis van de rechtbank

Nadere informatie

DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-172 d.d. 23 april 2014 (mr. P.A. Offers, voorzitter, mr. B.F. Keulen en drs. L.B. Lauwaars RA, leden en mr. E.J. Heck, secretaris) Samenvatting

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 10

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 10 FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 10 Gegevens onderneming : De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid In Charge B.V., statutair gevestigd te Almere, gevestigd aan de De Ruyterkade 5 (kelder KvK)

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 2 Datum: 19 juni 2017

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 2 Datum: 19 juni 2017 FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 2 Datum: 19 juni 2017 Gegevens failliet : de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid MELIS BEHEER B.V., statutair gevestigd te gemeente Rheden en kantoorhoudende

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG NR. 2 EX. ART. 73a Fw. d.d. 12 juni 2014

FAILLISSEMENTSVERSLAG NR. 2 EX. ART. 73a Fw. d.d. 12 juni 2014 FAILLISSEMENTSVERSLAG NR. 2 EX. ART. 73a Fw. d.d. 12 juni 2014 Gegevens onderneming Insolventienummer Datum uitspraak Curator Rechter-commissaris : AMAZING SPEELAUTOMATEN B.V., statutair gevestigd te Overveen

Nadere informatie

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster LJN: BW9368, Rechtbank Amsterdam, 6 juni 2012 2. De feiten 2.1. [A] en [B] wonen tegenover elkaar in [plaats]. [C] woont

Nadere informatie