REGLEMENT TUCHTRECHT VAN DE STICHTING TUCHTRECHTSPAAK VAN DE NEDERLANDSE ASSOCIATIE VOOR PSYCHOTHERAPIE

Transcriptie

1 REGLEMENT TUCHTRECHT VAN DE STICHTING TUCHTRECHTSPAAK VAN DE NEDERLANDSE ASSOCIATIE VOOR PSYCHOTHERAPIE Begrippen - NAP: de Nederlandse Associatie voor Psychotherapie. - Tuchtstichting: de stichting Tuchtrechtspraak NAP, een onafhankelijke stichting, waarin de tuchtrechtspraak van de NAP is ondergebracht. - ALV: de algemene ledenvergadering van een vereniging. - Beroepsbeoefenaar: therapeut die is aangesloten bij een organisatie die lid is van de NAP. - Klager: een persoon die een klacht heeft ingediend. - Klacht: een handelen of nalaten in strijd met de wet of met de door de organisatie voor de beroepsbeoefenaar geldende normen voor professioneel handelen. - Aangeklaagde/verweerder: de persoon tegen wie een klacht is ingediend. - Appellant; degene die een beroepsschrift indient. - Raadsman: persoon die door klager of aangeklaagde is gemachtigd hem bij te staan tijdens de procedure en die juridisch is geschoold. - ALV Beroepscommissie: een commissie benoemd door de ALV op voordracht van het Bestuur van de organisatie die lid is van de NAP. De commissie bestaat uit leden van de beroepsorganisatie die als therapeut zijn opgeleid en staan geregistreerd en die beschikken over tenminste vijf jaar ervaring in het uitoefenen van de psychotherapie. De leden zijn beschikbaar als lid van de Klachtencommissie van hun beroepsorganisatie, het Tuchtcollege en het College van Beroep van de Stichting Tuchtrechtspraak van de NAP. De besturen van de lidorganisatie van de NAP dienen er zorg voor te dragen, dat er binnen hun ALV Beroepscommissies voldoende gekwalificeerde personen zijn op wie een beroep kan worden gedaan tot het vormen van de colleges voor de tuchtrechtspraak. Tuchtrechtspraak Doel: - het bewaken en het verbeteren van de kwaliteit van de uitoefening van het beroep. - bijdragen van het vertrouwen van de samenleving in het beroep. - het verstevigen van de beroepsidentiteit. Uitgangspunten: - een onpartijdige en deskundige behandeling van de klacht - een behandeling in twee instanties - hoor en wederhoor van partijen - hoor van getuigen en deskundigen - recht op bijstand door een raadsman - toetsing van het handelen aan de wet en aan de door de beroepsgroep vastgestelde normen voor professioneel handelen - mogelijkheid disciplinaire maatregelen op te leggen en de uitspraak te publiceren. 1 Reglement Tuchtstichting NAP, versie van 21 augustus 2012

2 Colleges De tuchtrechtspraak in eerste aanleg is opgedragen aan het Tuchtcollege, de tuchtrechtspraak in hoger beroep aan het College van Beroep. De Colleges nemen een onafhankelijke positie in ten opzichte van elkaar en binnen de Tuchtstichting. De leden kunnen zich verschonen of kunnen worden gewraakt indien over hen feiten of omstandigheden bestaan waardoor de onpartijdigheid kan worden geschaad. De leden van het College beslissen binnen veertien dagen over een verzoek tot schoning of wraking van een lid. Een lid dat is verschoond of is gewraakt wordt vervangen door een ander lid. Het bestuur van de Tuchtstichting draagt zorg voor een adequate secretariële en beleidsmatige ondersteuning van de Colleges. Aan de Colleges wordt een jurist als ambtelijk secretaris toegevoegd. Deze heeft een adviserende stem en formuleert de beslissingen. De ambtelijk secretaris is geen lid van een organisatie die lid is van de NAP. De ambtelijk secretaris wordt benoemd en ontslagen door het bestuur van de Tuchtstichting na overleg met het betreffende College. Samenstelling Het Tuchtcollege wordt samengesteld uit vijf leden: - twee onafhankelijke leden in de functie van voorzitter en plaatsvervangend voorzitter. - drie leden die bij voorkeur behoren tot de ALV-Beroepscommissie van de beroepsorganisatie waarvan aangeklaagde lid is of, indien dit niet mogelijk is, de ALV- Beroepscommissie van een andere aangesloten beroepsorganisatie mits in dezelfde of een aanverwante modaliteit werkzaam. Het College van Beroep wordt samengesteld uit vijf leden: - drie onafhankelijke leden, waaronder de voorzitter en plaatsvervangend voorzitter. - twee leden die bij voorkeur behoren tot de ALV-Beroepscommissie van de beroepsorganisatie waarvan aangeklaagde lid is of, indien dit niet mogelijk is, de ALV- Beroepscommissie van een andere aangesloten beroepsorganisatie mits in dezelfde of een aanverwante modaliteit werkzaam. Een van de onafhankelijke leden is opgeleid in het Nederlands Recht en heeft ervaring met rechtspraak en/of advocatuur. Hij is niet betrokken bij de NAP en de organisatie waarvan de aangeklaagde lid is. De voorzitter van het College kiest bij toerbeurt welke leden uit de ALV Beroepscommissie over de onderhavige klacht zullen oordelen. De leden mogen niet eerder over de zaak hebben geoordeeld in een klachtenprocedure. Benoeming en ontslag 2 Reglement Tuchtstichting NAP, versie van 21 augustus 2012

3 De leden van de Colleges worden door het bestuur van de Tuchtstichting benoemd en ontslagen. Benoeming vindt plaats voor een periode van vier jaar. Herbenoeming is telkens mogelijk. De leden treden af bij het bereiken van de leeftijd van 75 jaar of als zij niet meer voldoen aan de voor de benoeming gestelde eisen. De leden blijven in functie totdat in hun opvolging is voorzien. Taken Het Tuchtcollege is belast met het behandelen van klachten in eerste aanleg. Het College van Beroep is belast met het behandelen van klachten in hoger beroep. Behandeling gebeurt door middel van: - onderzoek van door partijen overgelegde stukken en van het verhandelde ter hoorzitting; - het toetsen van het handelen van de beroepsbeoefenaar aan de wet en aan de normen voor professioneel handelen die gelden voor zijn beroepsgroep; - het doen van een uitspraak over de klacht; - het eventueel opleggen van een disciplinaire maatregel. - het publiceren van geanonimiseerde uitspraken. Geheimhouding De leden van het College, de ambtelijk secretaris en het secretariaat zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen in deze hoedanigheid ter kennis komt, behoudens het bepaalde in artikel 19 lid 5. Stukken die op de zaak betrekking hebben zijn geheim en uitsluitend ter inzage van de leden van het College, de ambtelijk secretaris en het secretariaat dat de Colleges ondersteunt. De zittingen van de Colleges zijn niet openbaar, tenzij het College anders beslist. Vergoeding De leden en de ambtelijk secretaris ontvangen vacatiegeld en een onkostenvergoeding. De voorzitter kan aan getuigen en deskundigen een vergoeding voor gemaakte kosten verlenen. Bij de uitspraak worden deze ten laste gebracht van een van beide partijen. De hoogte van de vergoedingen wordt vastgesteld door het bestuur van de Tuchtstichting. Procedure in eerste aanleg Klacht Artikel 1. Klachtgerechtigd is een cliënt of zijn wettelijk vertegenwoordiger. Cliënt is de persoon die een behandelrelatie heeft (gehad) met een beroepsbeoefenaar die is aangesloten bij een lidorganisatie van de NAP en die daardoor in zijn belangen is geraakt of dreigt te worden geraakt. 3 Reglement Tuchtstichting NAP, versie van 21 augustus 2012

4 Artikel 2 De klacht wordt schriftelijk ingediend bij het secretariaat van de Tuchtstichting. Artikel 3 Het secretariaat: - bevestigt de ontvangst van de klacht. - vermeldt de datum van ontvangst op het klaagschrift. - stuurt de klacht naar de voorzitter van het Tuchtcollege. - stuurt een afschrift van de klacht aan aangeklaagde. Artikel 4 Het klaagschrift bevat: 1. de naam, adres en woonplaats van de klager; 2. de feiten waarover wordt geklaagd; 3. naam, adres en praktijkadres van aangeklaagde; 4. de betrokkenheid van klager bij het beroepsmatig handelen van aangeklaagde en het belang van klager dat wordt geraakt of dreigt te worden geraakt. Het klaagschrift is ondertekend door klager of zijn raadsman. Artikel 5 Indien het klaagschrift onduidelijk of onvolledig is, kan het College aan klager een toelichting vragen. Artikel 6 Het College beslist tot niet ontvankelijkheid indien: a. het klaagschrift te laat is ingediend; b. het klaagschrift is ingediend door een niet klachtgerechtigde; c. aangeklaagde geen lid is van een beroepsorganisatie die als geregistreerd staat aangesloten bij de NAP; d. het klaagschrift niet voldoet aan de in artikel 4 gestelde eisen, nadat het College aan klager vier weken de tijd heeft gegeven aanvullende gegevens te verstrekken. e. het College eerder een uitspraak heeft gedaan in dezelfde klacht; f. de feiten meer van vijf jaar geleden hebben plaatsgevonden. Indien de klacht niet ontvankelijk wordt verklaard wordt dit schriftelijk medegedeeld aan klager en aangeklaagde. Voorlopig onderzoek Artikel 7 1. De voorzitter van het College kan een voorlopig onderzoek instellen. Hij kan daartoe partijen, getuigen en deskundigen horen en een onderzoek ter plaatse instellen. 2. De voorzitter kan een lid van het College verzoeken het voorlopig onderzoek bij te wonen. Dit lid mag aan het onderzoek ter zitting niet meer deelnemen. 3. De voorzitter wordt tijdens het onderzoek bijgestaan door de ambtelijk secretaris. Deze zorgt voor de verslaglegging en de correspondentie. 4 Reglement Tuchtstichting NAP, versie van 21 augustus 2012

5 Artikel 8 De voorzitter kan een klacht die kennelijk ongegrond is of van onvoldoende gewicht bij een met redenen omklede beslissing schriftelijk afwijzen. Hiertegen is geen beroep mogelijk. In alle andere gevallen verwijst de voorzitter de klacht, zodra deze voldoende is voorbereid, naar de zitting van het College. Klager en aangeklaagde worden hierover schriftelijk geïnformeerd. De NAP, de beroepsorganisatie waarvan aangeklaagde lid is en de Tuchtstichting ontvangen hiervan een afschrift. Behandeling Artikel 9 1. Aangeklaagde wordt in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren. Desgewenst krijgen partijen gelegenheid voor repliek respectievelijk dupliek. 2. Daarna worden partijen schriftelijk uitgenodigd voor de hoorzitting. De uitnodiging bevat de samenstelling van het College, de plaats van de zitting en de namen van getuigen en deskundigen die worden gehoord. Tussen de uitnodiging en de zitting zit een termijn van minimaal vier weken. Artikel De ambtelijk secretaris zorgt ervoor dat twee weken voor de terechtzitting alle op de zaak betrekking hebbende stukken worden gezonden aan klager, aangeklaagde of hun raadslieden of voor hen ter inzage liggen op het kantoor van de Tuchtstichting. Artikel Klager, aangeklaagde en het College kunnen ter zitting getuigen en deskundigen doen horen. Indien partijen van deze mogelijkheid gebruik wensen te maken, dan dienen zij het College en elkaar hiervan minimaal veertien dagen voor de zitting op de hoogte te stellen. Artikel Het College bestaat uit drie leden, waaronder de voorzitter. 2. De voorzitter leidt de zitting. Hij handhaaft de orde, kan iemand verzoeken de zitting te verlaten en roept zo nodig hulp in. Het stellen van vragen verloopt via tussenkomst van de voorzitter. 3. De voorzitter kan, ambtshalve of op verzoek van klager of aangeklaagde, de behandeling ter zitting schorsen. Artikel Indien aangeklaagde niet op de terechtzitting is verschenen en de behandeling van de klacht daardoor naar het oordeel van het College onmogelijk is, kan het College besluiten aangeklaagde voor een nieuwe zitting op te roepen. Artikel 14 Partijen worden in elkaars aanwezigheid gehoord. Op verzoek van klager of aangeklaagde kan de voorzitter besluiten partijen apart te horen. Klager en aangeklaagde krijgen het recht voor het sluiten van de zitting als laatste het woord te voeren. 5 Reglement Tuchtstichting NAP, versie van 21 augustus 2012

6 Artikel De ambtelijk secretaris maakt een verslag van het verhandelde ter terechtzitting. 2. Het verslag bevat de zakelijke inhoud van de verklaringen van klager, aangeklaagde en van getuigen en deskundigen. 3. Het verslag wordt door de voorzitter en de ambtelijk secretaris ondertekend. Uitspraak Artikel Het College beslist in raadkamer. Het College baseert de uitspraak uitsluitend op hetgeen ter zitting naar voren is gebracht en de overgelegde stukken. 2. Het College beslist bij meerderheid van stemmen. 3. De ambtelijk secretaris formuleert een concept uitspraak. Deze wordt door het College bekrachtigd en ondertekend. Artikel Indien in raadkamer blijkt dat aanvullend onderzoek nodig is, kan het College besluiten de behandeling ter terechtzitting te hervatten of een nieuw voorlopig onderzoek in te stellen, gevolgd door een nieuwe behandeling ter zitting. 2. De artikelen 9 tot en met 20 zijn van overeenkomstige toepassing. Artikel 18 Indien aangeklaagde in strijd heeft gehandeld met de wet, de voor zijn beroepsgroep geldende normen of op een andere wijze heeft gehandeld in strijd met een goede uitoefening van zijn beroep kan het College een van de volgende maatregelen opleggen: a. waarschuwing; b. berisping; c. een geldboete tot een maximum van 4.500,-. Deze vervalt aan de Tuchtstichting. de. schorsing voor maximaal één jaar in de rechten van de ECP-registratie en de rechten van het lidmaatschap van de lidorganisatie van de NAP, waarbij aangeklaagde is aangesloten; f. schrappen uit het ECP-register. Het Tuchtcollege bericht de Registrar van de EAP, thans gevestigd te Londen, om het Eurocertificaat voor Psychotherapie (ECP) in te trekken en sommeert de betreffende lidorganisatie om de aangeklaagde als lid te schrappen/uit het lidmaatschap te ontzetten. Artikel Het College beslist - met uitzondering van het bepaalde in artikel 17 - binnen twee maanden na het sluiten van het onderzoek ter terechtzitting over de gegrondheid van de klacht. Als het College afwijkt van deze termijn, stelt het partijen hiervan tijdig in kennis. 2. De uitspraak bevat: a. naam, adres en woonplaatsen van klager, aangeklaagde en hun raadslieden; b. de feiten en omstandigheden, die naar aanleiding van de klacht zijn onderzocht; c. de motieven voor de uitspraak; d. een eventuele maatregel die is opgelegd; e. de namen van de leden van het College en de ambtelijk secretaris die de zaak hebben behandeld. f. het rechtsmiddel dat tegen de beslissing openstaat. 6 Reglement Tuchtstichting NAP, versie van 21 augustus 2012

7 3. De uitspraak wordt door de voorzitter en de ambtelijk secretaris ondertekend. 4. De ambtelijk secretaris zendt een afschrift van de uitspraak naar klager en aangeklaagde en de besturen van de NAP en de beroepsorganisatie waarvan de aangeklaagde lid is. Deze zorgen voor de uitvoering van een eventueel opgelegde maatregel. Het bestuur van de Tuchtstichting ontvangt een geanonimiseerd afschrift van de uitspraak. 5. Nadat de uitspraak onherroepelijk is geworden kan het College besluiten tot openbaarmaking hiervan - anoniem - op de wijze die het College wenselijk oordeelt. Artikel 20 Het College besluit de behandeling van een klacht te stoppen: - indien klager de klacht intrekt; - in geval van overlijden van klager of aangeklaagde, tenzij het College anders beslist; - indien aangeklaagde zijn praktijk neerlegt tenzij het College van oordeel is dat het belang van de NAP en de organisatie waarvan aangeklaagde lid is voortzetting van de behandeling vordert. In geval van overlijden van aangeklaagde, wordt de invordering van een geldboete stilgelegd. PROCEDURE IN HOGER BEROEP Beroepsschrift Artikel 21 Klager kan bij het Centraal College in hoger beroep gaan tegen een uitspraak van het Tuchtcollege waarbij: 1. zijn klacht niet ontvankelijk is verklaard; 2. zijn klacht ongegrond is verklaard. Aangeklaagde kan bij het Centraal College in beroep gaan tegen een uitspraak van het Tuchtcollege waarbij: 1. aan hem een maatregel is opgelegd. Artikel 22 Het beroep wordt binnen zes weken na de ontvangst van het afschrift van de beslissing van het Tuchtcollege schriftelijk ingediend bij het secretariaat van het Centraal College. Als datum van indiening geldt het tijdstip van ontvangst op het secretariaat van het College van Beroep. Artikel 23 De ambtelijk secretaris: - vermeldt de datum van ontvangst op het beroepsschrift; - bevestigt de ontvangst aan appellant; - stelt verweerder op de hoogte van het ingestelde beroep door toezending van een afschrift van het beroepsschrift; - stuurt het beroepsschrift naar de voorzitter van het Centraal College. 7 Reglement Tuchtstichting NAP, versie van 21 augustus 2012

8 Artikel 24 Het beroepsschrift bevat: a. naam, adres en woonplaats van appellant; b. een aanduiding van de uitspraak of het gedeelte hiervan waartegen het beroep is gericht; c. de gronden van het beroep. Het beroepsschrift is ondertekend door appellant of zijn raadsman. Gedurende het hoger beroep is de uitspraak van het College geschorst. Artikel 25 Het College verklaart het beroep niet ontvankelijk indien: a. het beroepsschrift te laat is ingediend; b. het beroepsschrift is ingediend door een niet beroepsgerechtigde; c. het beroepsschrift niet voldoet aan de in artikel 24 gestelde eisen, nadat het College aan appellant vier weken de tijd heeft gegeven de benodigde aanvullende gegevens te verstrekken. Behandeling Artikel 26 De artikelen 9 tot en met 20 zijn van overeenkomstige toepassing. Uitspraak Artikel 27 1.Het College van Beroep doet schriftelijk uitspraak binnen vier weken na de behandeling van het beroep. 2. Het College van Beroep kan in beroep; a. de uitspraak van het Tuchtcollege bevestigen; b. de uitspraak van het Tuchtcollege wijzigingen; c. de uitspraak van het Tuchtcollege vernietigen en doen wat het Tuchtcollege had kunnen doen; d. bij een niet ontvankelijk verklaring, de uitspraak van het Tuchtcollege vernietigen en de klacht voor verdere behandeling terugverwijzen naar het Tuchtcollege. 3. De ambtelijk secretaris deelt de uitspraak mee aan appellant, verweerder, de ambtelijk secretaris van het Tuchtcollege, de NAP en de beroepsorganisatie waarvan de betrokken beroepsbeoefenaar lid is. SLOT Artikel 28 1 Dit reglement treedt in de plaats van het Tuchtreglement van de NAP. 2. Wijzigingen van dit reglement worden vastgesteld door het bestuur van de Stichting Tuchtrechtspraak NAP na goedkeuring van de ALV van de NAP. 3. Het behandeld College kan besluiten af te wijken van dit reglement als uitvoering in een bepaald geval onredelijk zou zijn of handhaving vanwege andere redenen ongewenst is. 8 Reglement Tuchtstichting NAP, versie van 21 augustus 2012