Raadsvergadering 18 februari 2014

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Raadsvergadering 18 februari 2014"

Transcriptie

1 Raadsvergadering 18 februari 2014 Orgaan: Locatie: Datum: Aanvang: Gemeenteraadsvergadering Julianastraat 34, 5251 ED Vlijmen dinsdag 18 februari :30 uur 1. Opening 2. Vaststelling van de agenda Stukken AGENDA raad Spreekrecht Samenvatting Ingevolge het RvO voor de vergaderingen van de raad bestaat de gelegenheid voor het publiek om in te spreken over agendapunt 20 en 21. Stukken Inspreken RV 4. Ingekomen stukken en mededelingen Stukken RV Ingekomen Stukken Raad pdf Besluitenlijst Bestuur en Beheer 28 januari 2014.pdf Besluitenlijst Ruimte 29 januari 2014.pdf Besluitenlijst Samenleving 30 januari 2014.pdf BIJL Vragen art 61 Broos sloop gemeentelijke gebouwen.pdf BIJL Wachtbrief art 61 Broos sloop gemeentelijke gebouwen.pdf BIJL Antw art 61 Broos DMP sloop gemeentelijke panden.pdf BIJL Antw art 61 Broos DMP BIJLAGE sloop gemeentelijke panden.pdf BIJL Vragen art 61 de Wild rotzooi in duinen.pdf BIJL Wachtbrief art 61 de Wild rotzooi in duinen.pdf

2 BIJL Antw art 61 de Wild rotzooi in duinen.pdf BIJL Vragen art 61 Vonk subsidie en gemeentelijk vastgoed.pdf BIJL Antw art 61 Vonk subsidie en gemeentelijk vastgoed.pdf BIJL Antw art 61 HVonk BIJLAGE subsidie en gemeentelijk vastgoed.pdf BIJL Antw art 61 Vonk BIJLAGE subsidie en gemeentelijk vastgoed.pdf BIJL Vragen art 61 Rijnders vervolgaanpak GOL.pdf BIJL Antw art 61 Rijnders GOL.pdf BIJL Vragen art 61 Vd Brandt Nassaudwarsstraat pdf BIJL Antw art 61 Vd Brandt GB Nassaudwarsstr 5.pdf BIJL Vragen art 61 Vd Lee de Putter pdf BIJL Antw art 61 Vd Lee HT De Putter.pdf BIJL Vragen art 61 vdlee parkeren vesting.pdf BIJL Antw art 61 Vd Lee parkeren vesting Heusden.pdf BIJL Vragen art 61 Vonk dienstverlening aan bedrijven.pdf BIJL Antw art 61 Vonk dienstverlening aan bedrijven.pdf BIJL Vragen art 61 Vonk Voorste Venne.pdf BIJL Antw art 61 Vonk Voorste Venne (2).pdf 5. Trekking naam voor stemming 6. Verslag van de raadsvergadering van 17 december 2013 Stukken Verslag raadsvergadering pdf 7. Notitie hondenbeleid

3 Stukken RV Hondenbeleid pdf Memo nav IV Notitie Hondenbeleid.pdf BIJL Notitie Hondenbeleid pdf 8. Algemene Plaatselijke Verordening 2014 Stukken RV Algemene Plaatselijke Verordening pdf Memo nav IV Algemene Plaatselijke Verordening 2014.pdf Bijlage 1 bij memo nav IV APV 2014.pdf Bijlage 2 bij memo nav IV APV 2014.pdf 9. Aanvraag bijdrageregeling kosten opsporing en ruiming conventionele explosieven Tweede WO Stukken RV aanvraag rijksbijdrage explosievenonderzoek 2014 versie pdf Memo bijdrageregeling explosieven Tweede WO pdf BIJL Verzoek Waterschap Aa en Maas pdf 10. Woonvisie Stukken RV Woonvisie pdf Memo nav IV Woonvisie Dromen waarmaken.pdf 11. Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden Stukken RV doelgroepenverordening pdf Memo nav IV doelgroepenverordening pdf BIJL Doelgroepenverordening pdf

4 12. VERVALLEN 13. Bestemmingsplan Haarsteegsestraat 99 Haarsteeg Stukken RV vaststelling BP Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg versie.pdf Memo nav IV BP Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg.pdf BIJL nota zienswijzen pdf 14. Bestemmingsplan Gasbedrijf Touwslager Stukken RV Bp Gasbedrijf Touwslager pdf BIJL zienswijzennota Bp Gasbedrijf Touwslager pdf BIJL wijzigingennota Bp Gasbedrijf Touwslager pdf BIJL verantwoording groepsrisico Bp Gasbedrijf Touwslager pdf BIJL aanvulling QRA Bp Gasbedrijf Touwslager pdf 15. Bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg herziening 2013 Stukken RV Bp Vlijmen en Vliedberg Herziening pdf Memo nav IV Bp Vlijmen en Vliedberg herziening 2013.pdf BIJL Nota zienswijzen en wijzigingen pdf 16. Welstandsvrije projectmatige kavels Geerpark Stukken RV aanwijzen welstandsvrije projectmatige kavels Geerpark pdf BIJL verbeelding projectmatige kavels Geerpark fase pdf 17. Beleidskader Transitie Sociaal Domein

5 Stukken RV Beleidskader Transitie Sociaal Domein pdf Memo nav IV Beleidskader Transitie Sociaal Domein.pdf BIJL Beleidskader Transitie Heusden pdf BIJL advies WMO adviesraad transitie sociaal domein pdf 18. Beleidskader Jeugdstelsel Hart van Brabant Stukken RV beleidskader jeugdstelsel hart van brabant pdf BIJL Overzicht beslispunten beleidskader jeugdstelsel hart van brabant pdf 19. Regioproces Bedijkte Maas Stukken RV Consultatie Regioproces Bedijkte Maas pdf BIJL Aanbiedingsbrief Consultatie regioproces Bedijkte Maas-O.pdf BIJL essenties vookeurstrategie Consultatie regioproces Bedijkte Maas pdf BIJL Kaarten en Tabellen Consultatie Regioproces Bedijkte Maas pdf BIJL Luchtfoto dijkverlegging Regioproces Bedijkte Maas pdf 20. Normenkader rechtmatigheid 2013 Stukken RV normenkader pdf 21. Eerste wijziging legesverordening 2014 Stukken RV 1e wijziging Legesverordening 2014 en Tarieventabel pdf BIJL besluit 1e wijziging Legesverordening 2014 en Tarieventabel pdf 22. Instellen commissie en onderzoek geloofsbrieven nieuwe raadsleden

6 Stukken RV Instellen commissie onderzoek Geloofsbrieven pdf 23. Sluiting

7 AGENDA raad (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11408#

8 Oproeping voor de openbare vergadering van de raad van de gemeente Heusden te houden op dinsdag 18 februari 2014 om uur in het gemeentehuis Vlijmen. AGENDA 1. Opening 2. Vaststelling van de agenda 3. Spreekrecht Ingevolge het RvO voor de vergaderingen van de raad bestaat de gelegenheid voor het publiek om in te spreken over agendapunt 20 en Ingekomen stukken en mededelingen Raadsvoorstel Bijlagen: 1. Besluitenlijsten Informatievergaderingen; 2. Antwoorden art 61 RvO 5. Trekking naam voor stemming 6. Verslag van de raadsvergadering van 17 december 2013 Bijlage: Verslag raadsvergadering 7. B Notitie hondenbeleid Raadsvoorstel Bijlagen: 1. Notitie; 2. Memo Ter inzage: 1. Enquête; 2. Resultaten enquête 8. A Algemene Plaatselijke Verordening 2014 Raadsvoorstel Bijlage: Memo met 2 bijlagen Ter inzage: APV Algemene Plaatselijke Verordening 2014 met toelichting 9. B Aanvraag bijdrageregeling kosten opsporing en ruiming conventionele explosieven Tweede WO Raadsvoorstel Bijlagen: 1. Memo; 2. Verzoek Waterschap Aa en Maas 10. A Woonvisie Raadsvoorstel Bijlage: Memo Ter inzage: Aangepaste Woonvisie Heusden Dromen waarmaken 11. B Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden Raadsvoorstel Bijlagen: 1. Memo; 2. Aangepaste verordening doelgroepen sociale woningbouw 12. VERVALLEN 13. A Bestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg Raadsvoorstel Bijlagen: 1. Nota van Zienswijze; 2. Memo Ter inzage: Ontwerpbestemmingsplan 14. A Bestemmingsplan Gasbedrijf Touwslager Raadsvoorstel Bijlagen: 1. Nota van zienswijzen; 2. Wijzigingsnota; 3. Verantwoording Groepsrisico; 4. QRA Ter inzage: Ontwerpbestemmingsplan 15. B Bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg herziening 2013 Raadsvoorstel Bijlagen: 1. Memo; 2. Aangepaste nota van zienswijzen Ter inzage: 1. Bestemmingsplan; 2. Overzicht wijziging groenbestemming; 3. Notitie externe veiligheid; 4. Verantwoording groepsrisico; 5. LPG rekentool; 6. QRA (kwantitatieve risicoanalyse) 16. A Welstandsvrije projectmatige kavels Geerpark Raadsvoorstel Bijlage: Verbeelding fase 1 A: Besluitvorming zonder bespreking B: Besluitvorming met bespreking R: Rechtstreeks in de Raad

9 17. B Beleidskader Transitie Sociaal Domein Raadsvoorstel Bijlagen: 1. Memo; 2. Aangepast Beleidskader Transitie; 3. Advies WMO-adviesraad 18. A Beleidskader Jeugdstelsel Hart van Brabant Raadsvoorstel Bijlage: Overzicht beslispunten Ter inzage: Beleidskader 19. A Regioproces Bedijkte Maas Raadsvoorstel Bijlagen: 1. Aanbiedingsbrief Consultatie; 2. Essenties voorkeursstrategie; 3. Kaarten en tabellen; 4. luchtfoto Ter inzage: 1. Algemene informatie; 2. Contouren; 3. Gebiedsvisie; 4. Voorkeursstrategie; 5. Vragen en antwoorden consultatie 20. R Normenkader rechtmatigheid 2013 Raadsvoorstel Bijlage: Advies auditcommissie (wordt op 14 februari g d en op de website geplaatst) Ter inzage: Regels normenkader rechtmatigheid R Eerste wijziging legesverordening 2014 Raadsvoorstel Bijlage: Besluit eerste wijziging legesverordening R Instellen commissie en onderzoek geloofsbrieven nieuwe raadsleden Raadsvoorstel 23. Sluiting Heusden, De voorzitter, Drs. J. Hamming A: Besluitvorming zonder bespreking B: Besluitvorming met bespreking R: Rechtstreeks in de Raad

10 Einde bijlage: AGENDA raad Terug naar het agendapunt

11 Inspreken RV (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11522#

12 Inspreken bij de raadsvergadering? Als een onderwerp niet eerder in een informatievergadering is behandeld, kunt u gebruik maken van het spreekrecht. U meldt dit uiterlijk 24 uur voor aanvang van de vergadering bij de raadsgriffier. De volgende regels uit het Reglement van Orde gelden: Artikel 37. Spreekrecht (inspreken) 1. Indien, vanwege bijzondere omstandigheden, een voorstel of onderwerp rechtstreeks zonder voorafgaande behandeling in de informatievergadering aan de raad wordt voorgelegd, hebben belanghebbenden of hun vertegenwoordigers bij de behandeling van het agendapunt Spreekrecht gelegenheid om het woord te voeren over een dergelijk op de agenda geplaatst voorstel of onderwerp. Een inspreker krijgt maximaal vijf minuten het woord. Gedurende maximaal dertig minuten is er gelegenheid om in te spreken. Als er meer dan zes sprekers zijn, verdeelt de voorzitter het inspreekhalfuur evenredig over de sprekers. De voorzitter van de vergadering kan in bijzondere gevallen afwijken van de maximumduur van de spreektijd. 2. Belanghebbenden of hun vertegenwoordigers kunnen niet het woord voeren over: a. een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar of beroep bij de rechter openstaat, of heeft opengestaan; b. benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen; c. een klacht die ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend. 3. Inspreken bij de behandeling van een bestemmingsplan en daarmee vergelijkbare plannen is uitsluitend toegestaan in de vorm van een mondelinge toelichting op een eerder ingediende zienswijze. Deze zienswijze moet als zienswijze zijn aangeduid in het raadsvoorstel of de daarbij behorende stukken. 4. Degene, die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit tenminste 24 uur vóór aanvang van de raadsvergadering aan de griffier. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres en telefoonnummer en het voorstel of onderwerp waarover hij het woord wil voeren. 5. De raadsvoorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding. De raadsvoorzitter kan van de volgorde afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering. 6. De spreker voert het woord, nadat de raadsvoorzitter hem dit heeft verleend. De raadsvoorzitter of een raadslid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de burger.

13 Einde bijlage: Inspreken RV Terug naar het agendapunt

14 RV Ingekomen Stukken Raad pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11410#

15 Onderwerp Ingekomen Stukken Raad Z Zaaknummer Raadsvoorstel Inleiding Conform artikel 41 van het reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken, waarvan de onderwerpen behoren tot de bevoegdheden van de raad, geplaatst te worden op de lijst van ingekomen stukken. Feitelijke informatie Stukken ter kennisname aan de raad: december 2013, provincie Noord-Brabant, stappenplan proces (Veer-)Krachtig Bestuur in Brabant als opmaat naar een Krachtig Brabant ( ) 2. 8 januari 2014, gemeente Someren, motie m.b.t. schaliegas ( ) januari 2014, gemeente Tubbergen, motie m.b.t. winning schalie- en steenkoolgas ( ) Stukken ter kennisname aan de raad en ter afdoening in handen college: december 2013, J. Frenken s-hertogenbosch, bezwaar tegen plannen om het gebouw van de Goddelijke Voorzienigheidskerk in Vlijmen te slopen i.v.m. de door hem gemaakte glas-in-loodramen. Antwoordbrief college d.d. 23 december 2013 ( ) december 2013, provincie Noord-Brabant, beoordeling begroting 2014 in het kader van financieel toezicht ( ) 6. januari 2014, diverse inwoners, vraag of de gemeente deelneemt aan het HIER Klimaatstraatfeest met reactie college ( / / / / ) 7. januari 2014, diverse inwoners, vraag of gemeente Heusden ook een Zonatlas-gemeente wordt in het kader van de HIER Klimaatcampagne ( / / / ) 8. januari 2014, diverse inwoners, verzoek om over te gaan tot dynamische LEDstraatverlichting in het kader van het HIER Klimaatstraatfeest 2014 ( / / / / ) Schriftelijke vragen op grond van artikel 61 reglement van orde: (vragensteller kan o.g.v. artikel 61 lid 5 van het reglement van orde vragen om behandeling na het laatste onderwerp op de agenda van deze raadsvergadering) november 2013, vragen ex art. 61 RvO door F. van der Lee (Heusden Transparant) inzake parkeren vesting. Antwoordbrief college d.d. 17 december 2013 ( ) november 2013, vragen ex art. 61 RvO door H. Vonk (D66) inzake De Voorste Venne. Antwoordbrief college d.d. 17 december 2013 ( ) december 2013, vragen ex art. 61 RvO door H. Vonk (D66) inzake dienstverlening aan bedrijven. Antwoordbrief college d.d. 14 januari 2014 ( ) december 2013, vragen ex art. 61 RvO door M. de Wild (PvdA) inzake rotzooi in duingebied grondgebied Heusden. Wachtbrief college d.d. 17 december Antwoordbrief college d.d. 21 januari 2014 ( ) 1

16 Onderwerp Ingekomen Stukken Raad Z Zaaknummer december 2013, vragen ex art. 61 RvO door D. Rijnders (CDA) inzake vervolgaanpak Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat. Antwoordbrief college d.d. 21 januari 2014 ( ) december 2013, vragen ex art. 61 RvO door H. Vonk (D66) inzake subsidie en gemeentelijk vastgoed. Antwoordbrief college d.d. 28 januari 2014 ( ) december 2013, vragen ex art. 61 RvO door R. Broos (DMP Heusden) inzake sloop van gemeentelijke panden. Wachtbrief college d.d. 30 januari Antwoordbrief college d.d. 4 februari 2014 ( ) januari 2014, vragen ex art. 61 RvO door F. van der Lee (Heusden Transparant) inzake woningbouwlocatie de Putter. Antwoordbrief college d.d. 4 februari 2014 ( ) januari 2014, vragen ex art. 61 RvO door C. van den Brandt (Gemeentebelangen) inzake Nassaudwarsstraat 5, Vlijmen. Antwoordbrief college d.d. 4 februari 2014 ( ) Advies: Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Namens de agendacommissie, mw. drs. E.J.M. de Graaf 2

17 Onderwerp Ingekomen Stukken Raad Z Zaaknummer De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gelet op de Gemeentewet en het Reglement van orde; b e s l u i t : de ingekomen stukken conform het voorstel van de agendacommissie af te doen. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 3

18 Einde bijlage: RV Ingekomen Stukken Raad pdf Terug naar het agendapunt

19 Besluitenlijst Bestuur en Beheer 28 januari 2014.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11411#

20 Besluitenlijst informatievergadering Bestuur en Beheer (Voor meer informatie over deze vergadering kunt u het audioverslag raadplegen op onze website) Vergadering 28 januari 2014 Voorzitter Dhr. R. Boersma Plaats Vlijmen Deelnemers Raadsleden Mevr. mr. J.E.P. Pijnenburg (HeusdenEén) Dhr. A.J.L. van Delft ; Dhr. ing. A.P.M. van den Hoven (Gemeentebelangen) Dhr. R. Heesbeen (PvdA) Mevr. A.T.E. Muskens-de Bont (CDA) Dhr. T.M. de Laat; Dhr. R.P.J. Broos (D.M.P. Heusden) Mevr. A.C.A. Couwenberg (VVD) Dhr. drs. P.C.M. Verboven (GroenLinks) Dhr. J. W. Vonk (D66) Dhr. F.A. van der Lee (Heusden Transparant) Griffier Mevr. drs. E.J.M. de Graaf Fractieondersteuners Dhr. Th. van Bokhoven; Dhr. X.B. Buisman (Heusden Eén) Mevr. P.H.E. Scheffers-de Bilde (PvdA) Mevr. M. J.H. Stevens (GroenLinks) Dhr. H.J. Kleian (Heusden Transparant) Portefeuillehouders Dhr. drs. J. Hamming Mevr. drs. M. Mulder Dhr. dr. M.G.M. van der Poel Ambtenaren Dhr. C. Hamers (5), Dhr. M. Kuper (10) Mevr. Y. Deen (6), Dhr. M. van de Woestijne (7) Dhr. B. van der Vecht (8) A (A-lijst) = besluitvorming zonder bespreking in raadsvergadering B (B-lijst) = besluitvorming na bespreking in raadsvergadering V (vóór) = toezeggingen door de portefeuillehouder met actie vóór de raadsvergadering L (langere termijn) = toezeggingen door de portefeuillehouder met actie op langere termijn Nr Agendapunt 2. Vaststelling agenda Omdat er een inspreker is over Agendapunt 10 (bedijkte Maas), stelt de voorzitter voor om dit agendapunt te bespreken ná 5. De agenda wordt met deze wijziging vastgesteld. 3. Spreekrecht Inspreker: Dhr. G. Elbertsen (namens de heer P. van der Vleuten) m.b.t. agendapunt 10 Bedijkte Maas 4. Besluitenlijst Vastgesteld 5. Verzoek o.g.v. art 13 lid 9 RvO: Brieven familie Boelens Nieuwkuijk inzake overlast industrieterrein Nieuwkuijk 10 Raadsvoorstel 19 Regioproces Bedijkte Maas 6. Raadsvoorstel 8 Algemene Plaatselijke Verordening Raadsvoorstel 9 Bijdrageregeling kosten opsporing en ruiming conventionele explosieven Tweede WO L A A V A Sprekers: Burgemeester Hamming, Van den Hoven (Gemeentebelangen), Muskens (CDA), Hamers (ambtenaar), Heesbeen (PvdA), Van der Lee (Heusden Transparant), Vonk (D66), Verboven (GroenLinks), De Laat (D.M.P. Heusden) Toezegging: de burgemeester zal verslag doen van resultaten van de poging om tot een verbetering van de situatie te komen. Sprekers: Broos (D.M.P. Heusden), Van Bokhoven (Heusden Eén), Van Delft (Gemeentebelangen), Verboven (GroenLinks), Vonk (D66), Van der Lee (Heusden Transparant), Muskens (CDA), Heesbeen (PvdA), wethouder Van der Poel, Kuper (ambtenaar). Sprekers: Kleian (Heusden Transparant), Van der Hoven (Gemeentebelangen), De Laat (D.M.P. Heusden), Muskens (CDA), burgemeester Hamming, Deen (ambtenaar) Toezegging burgemeester om schriftelijke informatie te geven over: - Terugkoppeling over effecten afschaffen collectevergunning - Aanwijzigingenbesluit gevaarlijke dieren - Veroorzaken gladheid - Waar ligt scheiding tussen grote en kleine evenementen - Nadere regels onversterkte muziek - Wijziging om hogere leeftijdgrens alcoholgebruik Sprekers: Scheffers (PvdA), Van Delft (Gemeentebelangen), Pijnenburg (Heusden Eén), de Laat (D.M.P. Heusden), wethouder Mulder, van de Woestijne (ambtenaar), Couwenberg (VVD), Muskens (CDA).

21 8. Raadsvoorstel 11 Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden 9. Raadsvoorstel 12 Algemene erfpachtvoorwaarden en modelovereenkomst 11 Rondvraag Geen rondvraag Vastgesteld op: dinsdag 15 april 2014 B Sprekers: Vonk (D66), Stevens (GroenLinks), Kleian (Heusden Transparant), Heesbeen (PvdA), Van Delft (Gemeentebelangen), Pijnenburg (Heusden Eén), Broos (D.M.P. Heusden), Muskens (CDA), wethouder van der Poel, Van der Vecht (ambtenaar) Toezegging wethouder: V De tekst van het besluit wordt gewijzigd zodat duidelijk is dat de wijzigingsbevoegdheid van het college geen aanzienlijke wijzigingen betreft, doch aanpassingen aan wijzigende omstandigheden. V In de verordening wordt aangegeven dat de aanleiding voor deze verordening is gelegen in de ontwikkeling van Geerkpark. -- Sprekers: Couwenberg (VVD), Scheffers (PvdA), Vonk (D66), Kleian (Heusden Transparant), Stevens (GroenLinks), Van den Hoven (Gemeentebelangen), Van Bokhoven (Heusden Eén), Broos (D.M.P. Heusden), Muskens (CDA), wethouder Van der Poel. De vergadering stelt aan de agendacommissie voor om het raadsvoorstel niet te agenderen voor volgende raadsvergadering Mevr. drs. E.J.M. de Graaf Griffier

22 Einde bijlage: Besluitenlijst Bestuur en Beheer 28 januari 2014.pdf Terug naar het agendapunt

23 Besluitenlijst Ruimte 29 januari 2014.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11412#

24 Besluitenlijst informatievergadering Ruimte (Voor meer informatie over deze vergadering kunt u het audioverslag raadplegen op onze website) Vergadering 29 januari 2014 Voorzitter Mevr. A.T.E. Muskens-de Bont Plaats Vlijmen Deelnemers Raadsleden Dhr. J.M.A. Aerts (Heusden Eén) Dhr. ing. A.G.M. van Bladel (HeusdenEén) Dhr. C.M.M. Musters (Gemeentebelangen) Dhr. W.T.T.M. Herman (Gemeentebelangen) Dhr. R. Heesbeen (PvdA) Mevr. Ir. D.F.M.J. Rijnders-Huisman(CDA) Dhr. C.R.M. van Rooij ( D.M.P. Heusden) Mevr. J. van Aart (VVD) Dhr. drs. P.C.M. Verboven (GroenLinks) Dhr. J. W. Vonk (D66) Dhr. F.A. van der Lee (Heusden Transparant) Dhr. L.H.F. van der Steen (Heusden Transparant) Fractieondersteuners Dhr. H.C.A. de Langen (Heusden Eén) Mevr. A.J. van Ruremonde-Van der Lee (Gemeentebelangen) Dhr. M.A.W. Meesters (D.M.P. Heusden) Portefeuillehouders Dhr. C.A.M. van Bokhoven Dhr. dr. M.G.M. van der Poel Griffier Mevr. mr. M.C. van Dijk (plv) Ambtenaren en externen Dhr. Schalken, dhr. Roelofsma (insprekers) (3) Dhr. Herbert Coopmans (projectleider Heijmans) (5) Dhr. Van der Vecht (ambtenaar) (6) Mevr. Corten (ambtenaar) (7) Dhr. Kuper (ambtenaar) (8, 10) Dhr. Molijn (ambtenaar) (9, 11) A (A-lijst) = besluitvorming zonder bespreking in raadsvergadering B (B-lijst) = besluitvorming na bespreking in raadsvergadering V (vóór) = toezeggingen door de portefeuillehouder met actie vóór de raadsvergadering L (langere termijn) = toezeggingen door de portefeuillehouder met actie op langere termijn Nr. Agendapunt 1. Opening 2. Vaststelling agenda Wijziging agenda: Agendapunt 9 wordt als eerste behandeld; agendapunt 5 wanneer de architect is gearriveerd. 3. Spreekrecht 1. Dhr. Schalken namens Harmonie St. Cecilia; toelichting op zienswijze 38/41 bp Vlijmen Vliedberg herziening Dhr. Roelofsma (mede namens zijn echtgenote, de familie Van Eden en de Buurtvereniging); toelichting op zienswijze 8/13 bp Vlijmen Vliedberg herziening Besluitenlijst van 27 november 2013 De besluitenlijst wordt ongewijzigd vastgesteld. 5. Toelichting op voorlopig ontwerp Centrum Vlijmen. In de ontwikkel- en realisatieovereenkomst voor het Centrumplan Vlijmen is vastgelegd dat het college bevoegd is om goedkeuring te geven aan het Voorlopig ontwerp (VO) en Definitief Ontwerp (DO). Het college heeft toegezegd om zowel het VO als DO ter kennisname aan de raad te presenteren. Daarom presenteert het college het VO in Sprekers: Herbert Coopmans (projectleider Heijmans), Van Bladel (Heusden Eén), Herman (Gemeentebelangen), Aerts (Heusden Eén), Heesbeen (PvdA), Meesters (DMP Heusden), Van der Lee (Heusden Transparant), Musters (Gemeentebelangen), De Langen (Heusden Eén)

25 de informatievergadering Ruimte. 6. Raadsvoorstel 10 Woonvisie 7. Raadsvoorstel 13 Bestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg 8. Raadsvoorstel 14 Bestemmingsplan Gasbedrijf Touwslager 9. Raadsvoorstel 15 Bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg herziening Raadsvoorstel 16 Welstandsvrije projectmatige kavels Geerpark 11. Voorontwerpbestemmingsplan Bedrijventerrein Heesbeen Bijlage: Memo A V V V V A V A B V V V V A Sprekers: Musters (Gemeentebelangen), Verboven (GroenLinks), Van der Lee (Heusden Transparant), Heesbeen (PvdA), Van Rooij (DMP Heusden), Van Bladel (Heusden Eén), Vonk (D66), Van Aart (VVD), Rijnders (CDA), wethouder Van der Poel, Van der Vecht (ambtenaar) Toezeggingen van de wethouder: 1. De fouten op pagina 27 (3030 i.p.v. 2030) en pagina 35 (2740 i.p.v woningen) van de Woonvisie worden hersteld. 2. Er zit een onjuiste bijlage in de Woonvisie; dit wordt hersteld. 3. Het uitvoeringsprogramma wordt jaarlijks gemaakt en een evaluatie maakt hier deel van uit. 4. Er wordt een passage opgenomen m.b.t. inbreidingslocaties en m.b.t. de positie van monumenten. Sprekers: Herman (Gemeentebelangen), Verboven (GroenLinks), Aerts (Heusden Eén), Meesters (DMP Heusden), wethouder Van Bokhoven, Corten (ambtenaar) Toezegging van de wethouder: Het raadsvoorstel onder Procedure wordt aangepast. Sprekers: Van Bladel (Heusden Eén), Meesters (DMP Heusden), wethouder Van Bokhoven, Kuper (ambtenaar) Sprekers: Rijnders (CDA), Van Aart (VVD), Vonk (D66), Van Bladel (Heusden Eén), Van Rooij (DMP Heusden), Van der Lee (Heusden Transparant), Verboven (GroenLinks), Herman (Gemeentebelangen), wethouder Van Bokhoven, Molijn (ambtenaar), Van Ruremonde (Gemeentebelangen), Toezeggingen van de wethouder: 1. De Nota van Wijzigingen wordt aangevuld naar aanleiding van de vraag van Herman (Gemeentebelangen) over de verwijzing naar een passage op pagina 27 onder punt Er volgen definities van de termen uitvoerbaarheid, ruimtelijke aanvaardbaarheid en maatschappelijke aanvaardbaarheid. 3. de procedure wordt nogmaals bekeken, met name of er niemand procedureel benadeeld (Nobellaan/Achterstraat). 4. Er volgt een beknopte beschrijving van de aspecten m.b.t. externe veiligheid Koninklijke Sanders. Sprekers: De Langen (Heusden Eén), Van Rooij (DMP Heusden), wethouder Van der Poel, Sprekers: Van der Lee (Heusden Transparant), Musters (Gemeentebelangen), Rijnders (CDA), Vonk (D66), Aerts (Heusden Eén), Meesters (DMP Heusden), wethouder Van

26 Ter inzage: der Poel, Molijn (ambtenaar) Voorontwerpbestemmingsplan 12. Rondvraag Sprekers: Van der Lee (Heusden Transparant), Van Rooij (DMP Heusden), wethouder Van Bokhoven Van Rooij stelt een rondvraag over terugkoppeling over de nadere uitwerking m.b.t. de aanleg van een fietspad langs de Tuinbouwweg. De wethouder meldt dat een memo volgt. Vastgesteld op: woensdag 16 april 2014 Mevr. mr. M.C. van Dijk Plv. Griffier

27 Einde bijlage: Besluitenlijst Ruimte 29 januari 2014.pdf Terug naar het agendapunt

28 Besluitenlijst Samenleving 30 januari 2014.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11413#

29 Besluitenlijst informatievergadering Samenleving (Voor meer informatie over deze vergadering kunt u het audioverslag raadplegen op onze website) Vergadering 30 januari 2014 Voorzitter Dhr. R.P.J. Broos Plaats Vlijmen Deelnemers Raadsleden Mevr. J.M.C.J.M. van den Dungen (HeusdenEén) Dhr. C.P.P.M. van den Brandt (Gemeentebelangen) Dhr. H.E. Simsek (Gemeentebelangen) Dhr. R. Heesbeen (PvdA) Dhr. Drs. J.J. G. Levink (CDA) Dhr. C.R.M. van Rooij ( D.M.P. Heusden) Dhr. drs. P.C.M. Verboven (GroenLinks) Dhr. R. Boersma (Heusden Transparant) Mevr.mr.drs. L.A. J. van der Heijden (Heusden Transparant) A (A-lijst) = besluitvorming zonder bespreking in raadsvergadering B (B-lijst) = besluitvorming na bespreking in raadsvergadering V (vóór) = toezeggingen door de portefeuillehouder met actie vóór de raadsvergadering L (langere termijn) = toezeggingen door de portefeuillehouder met actie op langere termijn Nr. Agendapunt 1. Opening Fractieondersteuners Mevr. J.C.G.M. Hooghiemstra (D.M.P. Heusden) Dhr. T.A.H.M. Blankers (VVD) Mevr. M.W. Bruins (VVD) Dhr. J.C.M. Wagtmans (PvdA) Mevr. M.A.T. Merkx (GroenLinks) Dhr. L.J.M. Hulsebos (D66) Dhr. M.G.T. van der Aa (D66) Portefeuillehouders Dhr. W.A. van Engeland Mevr. drs. M. Mulder Griffier Mevr. mr. M.C. van Dijk (plv) In- en meesprekers Mevr. L van Geffen (Modus), Mevr. P. Gerris (Juvans), Dhr. R. Koevoets (Contour DeTwern), Mevr. M. Overdam (Mee), Mevr. M. van Tilburg (GGD) Ambtenaren en externen Dhr. Van der Pas (directeur Scala) (5) Mevr. Pennekamp (Mikz), dhr. Brokx (SPH) (6) Mevr. Broeders, mevr. Titulaer (7) Mevr. Piggen, dhr. Dumont (8, 9) Mevr. Verbiesen (11) 2. Vaststelling agenda Agendapunt 3a komt aan de orde op moment dat dhr. Musters gearriveerd is. 3. Spreekrecht Geen insprekers 3a. Terugkoppeling uit het AB van Baanbrekers Door Kees Musters Sprekers: Musters, Levink (CDA), Van den Brandt (Gemeentebelangen), wethouder Mulder, Bruins (VVD), Hulsebos (D66) Vastgesteld. 4. Besluitenlijst 28 november Stichting Scala Sprekers: wethouder Van Engeland, Van der Pas (directeur Scala), Bruins (VVD), Van den Brandt (Gemeentebelangen), Wagtmans (PvdA), Merkx (GroenLinks) 6. Samenwerking Mikz en SPH 7. Raadsvoorstel 7 Notitie hondenbeleid B Sprekers: wethouder Van Engeland, Pennekamp (Mikz), Brokx (SPH), Merkx (GroenLinks), Wagtmans (PvdA), Levink (CDA), Van Rooij (DMP Heusden), Hulsebos (D66) Sprekers: Heesbeen (PvdA), Hulsebos (D66), Blankers (VVD), Simsek

30 (Gemeentebelangen), Hooghiemstra (DMP Heusden), Levink (CDA), Van den Dungen (Heusden Eén), Merks (GroenLinks), Van der Heijden (Heusden Transparant), wethouder Mulder, Titulaer (ambtenaar) 8. Raadsvoorstel 17 Beleidskader Transitie Sociaal Domein L L B Toezeggingen van de wethouder: 1. Er wordt gekeken of duidelijker gecommuniceerd kan worden over waar de grens van de bebouwde kom ligt. 2. Er wordt nagegaan of buurtpreventie hier toepasbaar is. Sprekers: wethouder Van Engeland, Van Geffen (Modus), Boersma (VVD), Hulsebos (D66), Van den Brandt (Gemeentebelangen), Van Rooij (DMP Heusden), Levink (CDA), Heesbeen (PvdA), Van den Dungen (Heusden Eén), Merkx (GroenLinks), Piggen (ambtenaar), Dumont (ambtenaar), wethouder Mulder, Koevoets (Contour De Twern) 9. Raadsvoorstel 18 Beleidskader jeugdstelsel Hart van Brabant 10. Memo Stand van Zaken Voorste Venne verzoek ex art 13 bespreking in informatievergadering V V V A Toezeggingen van de wethouder: 1. Er wordt gekeken of paragraaf 3.3 op pagina 14 voldoende duidelijk en samenhangend is. 2. Er wordt gekeken of gepaster geformuleerd kan worden ( nukken en grillen ). 3. Er wordt gekeken of de Participatiewet voldoende aan bod komt in het 3D-model. Sprekers: Merkx (GroenLinks), Levink (CDA), Van den Dungen (Heusden Eén), Wagtmans (PvdA), Bruins (VVD), Hulsebos (D66), Van Tilburg (GGD), wethouder Van Engeland, Piggen (ambtenaar) Sprekers: wethouder Van Engeland, Boersma (Heusden Transparant), Hulsebos (D66), Blankers (VVD), Levink (CDA), wethouder Van Engeland 11. Rondvraag Sprekers: Van den Brandt (Gemeentebelangen), wethouder Van Engeland, Verbiesen (ambtenaar), Heesbeen (PvdA) Vastgesteld op: donderdag 17 april 2014 Van den Brandt (Gemeentebelangen) stelt een vraag over de memo inzake Jaarverslag leerplicht Wethouder Van Engeland beantwoordt de vraag. Mevr. drs. E.J.M. de Graaf Griffier

31 Einde bijlage: Besluitenlijst Samenleving 30 januari 2014.pdf Terug naar het agendapunt

32 BIJL Vragen art 61 Broos sloop gemeentelijke gebouwen.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11426#

33 Onderwerp Vragen ex art 61: collegebesluit 3 dec. sloop gemeentelijke panden Geacht College, Aan: College van B&W van de gemeente Heusden Kopie aan: Op 3 december heeft u, n.a.v. eerdere besluitvorming in de gemeenteraad inzake privatisering gemeentelijke gebouwen, een besluit genomen inzake de voorgenomen sloop van een aantal gemeentelijke eigendommen (als onderdeel van de door u uitgewerkte aanvullende strategie). Voordat daadwerkelijk de sloopopdracht verstrekt wordt wil de fractie DMP- Heusden over een aantal gebouwen (zoals genoemd in uw besluit) nog nadere informatie. Hieronder treft u een aantal vragen aan die betrekking hebben op de panden: - Voormalig Mavo-gebouw, Demer 1, Heusden - Gymzaal, Herptsestraat 4, Heusden - Nieuwenrooy, Rembrandstraat 25, Oudheusden - Vlijmen, Pastoor Smoldersstraat 6 Datum Van DMP Heusden Vragen: 1. Kunt u m.b.t. de bovenstaande gebouwen een overzicht verstrekken inzake de inkomsten en kosten over de afgelopen twee jaar? 2. Kunt u per gebouw aangeven of er voor de gebruikers een alternatieve locatie/ accommodatie voorhanden is? 3. Heeft de gemeente een inspanningsverplichting bij het zoeken en aanbieden van een andere ruimte? 4. Als er concrete nieuwe mogelijkheden zich aandienen waarbij het gebouw kostendekkend kan worden geëxploiteerd, bent u dan bereid nog niet tot sloop over te gaan? 5. Als sloop toch wordt doorgezet (v.w.b. bovenstaande locaties) welke plannen zijn er dan met het perceel? In afwachting van uw antwoord. Met vriendelijke groet, Namens de fractie DMP Heusden, René Broos DMP Heusden info@dmpheusden.nl Website: Voorzitter: Martijn van Esch Secretariaat: Kees de Hart Raadsleden: Thijs de Laat, Joost Meijer, René Broos, Kees van Rooij

34 Einde bijlage: BIJL Vragen art 61 Broos sloop gemeentelijke gebouwen.pdf Terug naar het agendapunt

35 BIJL Wachtbrief art 61 Broos sloop gemeentelijke gebouwen.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11435#

36 DMP Heusden RPJ Broos Wijksestraat BH HEUSDEN ONS KENMERK: UW KENMERK: UW BRIEF VAN: 30 januari 2014 BEHANDELD DOOR: Dhr. C.J.G. van Looy DOORKIESNUMMER: (073) ADRES: ONDERWERP: Art. 61 vraag sloop gemeentelijke gebouwen AANTAL BIJLAGEN: 0 DATUM: 30 januari 2014 VERZ. 30 januari 2014 Beste meneer Broos, In uw brief van 30 december 2013 stelt u in het kader van artikel 61 Reglement van Orde vragen over de sloop gemeentelijke gebouwen. Om tot een zorgvuldige beantwoording van uw vragen te komen hebben wij wat meer tijd nodig dan de vastgestelde termijn van 30 dagen. U kunt het antwoord zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 13 februari 2014, tegemoet zien. Met vriendelijke groet, POSTADRES Gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen BEZOEKADRESSEN Julianastraat 34 Vlijmen Raadhuisplein 16 Drunen het college van Heusden, de secretaris, mr. J.T.A.J. van der Ven de burgemeester, drs. J. Hamming T F (073) E INFO@HEUSDEN.NL DIGITAAL LOKET BANKRELATIE NL54BNGH Gemeente Heusden gebruikt uw persoonsgegevens uitsluitend voor het doel waartoe zij zijn verstrekt. Indien u daarover inhoudelijk meer wilt weten kunt u contact opnemen met de behandelend ambtenaar van onze gemeente (Wet Bescherming Persoonsgegevens, artikel 33 en 34)

37 Einde bijlage: BIJL Wachtbrief art 61 Broos sloop gemeentelijke gebouwen.pdf Terug naar het agendapunt

38 BIJL Antw art 61 Broos DMP sloop gemeentelijke panden.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11415#

39 R.P.J. Broos Wijksestraat BH Heusden ONS KENMERK: UW BRIEF VAN: 30 december 2013 BEHANDELD DOOR: Chris van Looy ONDERWERP: artikel 61 Rvo-vragen over sloop van gemeentelijke panden AANTAL BIJLAGEN: 1 DATUM: 4 februari 2014 VERZ. 4 februari 2014 Beste meneer Broos, In uw brief van 30 december 2013 stelt u vragen op grond van artikel 61 van het Reglement van orde over de sloop van een aantal gemeentelijke panden. De antwoorden op deze vragen vindt u hieronder. Vraag 1: Kunt u m.b.t. de bovenstaande gebouwen een overzicht verstrekken inzake de inkomsten en kosten over de afgelopen twee jaar? POSTADRES Gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen BEZOEKADRESSEN Julianastraat 34 Vlijmen Raadhuisplein 16 Drunen T F (073) E INFO@HEUSDEN.NL DIGITAAL LOKET BANKRELATIE NL54BNGH Antwoord In de bijlage staan de door u genoemde panden weergegeven met daarbij voor elk pand de kosten en baten voor 2012 en In het overzicht zijn de kosten weergegeven die voortkomen uit de inzet van gemeentelijk personeel die noodzakelijk is voor het beheer van het pand. De uren worden niet per object geregistreerd, dus dit betreft een globale inschatting. Ook bestaat het risico dat er hoge incidentele kosten komen aan de panden, die nu niet zijn geraamd. In 2012 zijn er voor de Parklaan 2 in Vlijmen bijvoorbeeld wettelijk noodzakelijke aanpassingen aan het pand gedaan voor in totaal ,00. Vraag 2 en 3 Kunt u per gebouw aangeven of er voor de gebruikers een alternatieve locatie/ accommodatie voorhanden is? Heeft de gemeente een inspanningsverplichting bij het zoeken en aanbieden van een andere ruimte? Antwoord Alleen de panden aan de Demer 1 en Herpsestraat 4 in Heusden zijn in gebruik. Rembrandtlaan 25 en Pastoor Smoldersstraat 6 staan leeg. Gemeente Heusden gebruikt uw persoonsgegevens uitsluitend voor het doel waartoe zij zijn verstrekt. Indien u daarover inhoudelijk meer wilt weten kunt u contact opnemen met de behandelend ambtenaar van onze gemeente (Wet Bescherming Persoonsgegevens, artikel 33 en 34)

40 Ons kenmerk Onderwerp artikel 61 Rvo-vragen over sloop gemeentelijke panden Datum 4 februari 2014 Pagina 2 van 2 Op 20 december 2011 heeft de raad de Notitie criteria privatisering gemeentelijke gebouwen vastgesteld. Op grond van deze notitie heeft de gemeente alleen een inspanningsverplichting voor vervangende huisvesting van Stichting Eigenwijs (Constantijn Huijgensstraat 3, Vlijmen), Stichting Scouting Sint Jan (Kerkstraat 33b, Elshout) en VTC Drunen (Willem van Oranjestraat 1, Drunen). Voor de organisaties en personen die gebruik maken van de panden aan de Demer 1 en Herptseweg 4 bestaat er dus geen inspanningsverplichting. Voor VTC Drunen is inmiddels vervangende huisvesting gevonden. Zij zullen hun activiteiten verplaatsen naar de nabij gelegen Zandley. Vraag 4 Als er concrete nieuwe mogelijkheden zich aandienen waarbij het gebouw kostendekkend kan worden geëxploiteerd, bent u dan bereid nog niet tot sloop over te gaan? Antwoord In de voorjaarsnota van 2013 hebben wij de taakstelling vastgesteld om in de periode een opbrengst te realiseren van ,00 met de verkoop van gemeentelijk onroerend goed. Onze inschatting is dat met de sloop en daarna verkoop van het resterende perceel de hoogste opbrengst gehaald kan worden. Instandhouding van het gebouw en verhuur of verkoop in de huidige staat brengt minder op en draagt niet of nauwelijks bij aan bovengenoemde taakstelling. Vraag 5 Als sloop toch wordt doorgezet (v.w.b. bovenstaande locaties) welke plannen zijn er dan met het perceel? Antwoord De insteek is om woningbouw te realiseren op elk perceel, om een zo hoog mogelijke opbrengst te krijgen. Deze opbrengst kan dan weer bijdragen aan de taakstelling om een opbrengst te realiseren van ,00 met de verkoop van gemeentelijk onroerend goed. Met vriendelijke groet, het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming

41 Einde bijlage: BIJL Antw art 61 Broos DMP sloop gemeentelijke panden.pdf Terug naar het agendapunt

42 BIJL Antw art 61 Broos DMP BIJLAGE sloop gemeentelijke panden.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11414#

43 Adres Jaar Kosten Baten Onderhoudskosten nutskosten Verzekeringspremie Personeelskosten OZB Huuropbrengsten Demer 1 Heusden ,00 0,00 591, ,00 603, , ,00 0,00 522, ,00 808, ,04 Herptsestraat 4 Heusden , ,54 492, ,00 313, , ,00 Nog niet bekend 476, ,00 410, ,66 Rembrandtlaan 25 Oudheusden ,00 0, , ,00 838,00 0, ,00 0, , ,00 866,00 0,00 Pastoor Smoldersstraat 6 Vlijmen ,00 0,00 457, ,00 215, , ,00 0,00 404, ,00 260,00 0,00 Adres Geraamde onderhoudskosten voor de periode Demer 1 Heusden ,00 Herptsestraat 4 Heusden ,00 Rembrandtlaan 25 Oudheusden 4.500,00 Pastoor Smoldersstraat 6 Vlijmen 3.500,00

44 Einde bijlage: BIJL Antw art 61 Broos DMP BIJLAGE sloop gemeentelijke panden.pdf Terug naar het agendapunt

45 BIJL Vragen art 61 de Wild rotzooi in duinen.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11434#

46 heusden Drunen, 2 december 2013 Aan het College van de gemeente Heusden, Via e/mail griffie Betreft vragen o.g.v. artikel 61 RvO inzake `rotzooi in duingebied grondgebied Heusden. Geacht college, Vanmorgen 2 december publiceerde Het Brabants Dagblad een artikel over de vele restanten van caravans en huisjes die nog in de duinen en bossen aanwezig zijn. Natuurmonumenten heeft al veel `snipperkavels` opgekocht. Voor het opkopen van een honderdtal kaveltjes, die voornamelijk aan de noordkant van de duinen liggen, is geen geld meer beschikbaar. Dat afval, afval aantrekt, is voor iedere wandelaar en recreant te constateren. Op een aantal plekken ziet het bos er uit als een vuilnisbelt. Natuurmonumenten stelt dat een aantal van die kaveltjes op Heusdens grondgebied liggen. Volgens ons vorig jaar vastgesteld handhavingsbeleid, moet de gemeente bij grove vervuiling altijd overgaan tot opruimen van dat afval. Het is daarom niet nodig de perceeltjes op te kopen. Wel mag zij de kosten op de vervuiler verhalen. Volgens het krantenartikel beschikt natuurmonumenten over de adressen van de eigenaren. Vraag 1: Liggen er inderdaad van deze percelen op Heusdens grondgebied? Vraag 2: Zo ja, gaat u handhavend optreden tegen deze grove vervuiling waardoor er een eind komt aan een jarenlange slepende kwestie? Vraag 3: Gaat u de (grove) vervuiling opruimen, ook als onverhoopt de kosten niet verhaald kunnen worden? Met vriendelijke groet, Namens de fractie van de Partij van de Arbeid, Marianne de Wild.

47 Einde bijlage: BIJL Vragen art 61 de Wild rotzooi in duinen.pdf Terug naar het agendapunt

48 BIJL Wachtbrief art 61 de Wild rotzooi in duinen.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11409#

49 M. de Wild Populierstraat AJ DRUNEN ONS KENMERK: UW KENMERK: UW BRIEF VAN: 2 december 2013 BEHANDELD DOOR: Mevr. A. Verwijs DOORKIESNUMMER: (073) ADRES: info@heusden.nl ONDERWERP: vragen o.g.v. artikel 61 RvO inzake 'rotzooi in duingebied' grondgebied Heusden AANTAL BIJLAGEN: DATUM: 17 december 2013 VERZ. 17 december 2013 Beste mevrouw De Wild, In uw brief van 3 december 2013 stelt u in het kader van artikel 61 Reglement van Orde vragen over vervuiling in de duinen op het grondgebied van onze gemeente. Om tot een zorgvuldige beantwoording van uw vragen te komen hebben wij wat meer tijd nodig dan de vastgestelde termijn van 30 dagen. U kunt het antwoord zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 30 januari 2014, tegemoet zien. Met vriendelijke groet, het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, POSTADRES Gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming BEZOEKADRESSEN Julianastraat 34 Vlijmen Raadhuisplein 16 Drunen T F (073) E INFO@HEUSDEN.NL DIGITAAL LOKET BANKRELATIE NL54BNGH Gemeente Heusden gebruikt uw persoonsgegevens uitsluitend voor het doel waartoe zij zijn verstrekt. Indien u daarover inhoudelijk meer wilt weten kunt u contact opnemen met de behandelend ambtenaar van onze gemeente (Wet Bescherming Persoonsgegevens, artikel 33 en 34)

50 Einde bijlage: BIJL Wachtbrief art 61 de Wild rotzooi in duinen.pdf Terug naar het agendapunt

51 BIJL Antw art 61 de Wild rotzooi in duinen.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11416#

52 M. de Wild Populierstraat AJ DRUNEN ONS KENMERK: UW KENMERK: UW BRIEF VAN: 2 december 2013 BEHANDELD DOOR: Anne-Marie Verwijs DOORKIESNUMMER: (073) ADRES: info@heusden.nl ONDERWERP: beantwoording vragen art. 61 Rvo over 'rotzooi in duingebied' grondgebied Heusden AANTAL BIJLAGEN: DATUM: 21 januari 2014 VERZ. 21 januari 2014 Beste mevrouw De Wild, In antwoord op uw brief van 2 december 2013 vindt u hieronder de beantwoording van uw schriftelijk gestelde vragen over vervuiling van snipperkavels in de duinen op Heusdens grondgebied. Vraag 1 Liggen er inderdaad van deze percelen op Heusdens grondgebied? POSTADRES Gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen BEZOEKADRESSEN Julianastraat 34 Vlijmen Raadhuisplein 16 Drunen T F (073) E INFO@HEUSDEN.NL DIGITAAL LOKET BANKRELATIE NL54BNGH Antwoord Ja, er liggen zogenaamde snipperkavels op Heusdens grondgebied. Deze percelen zijn in particulier eigendom. Er zijn in totaal 30 percelen waarop nog caravans en andere bouwwerken staan. Op twintig van deze percelen hebben de eigenaren nog het recht om te kamperen. De aanwezigheid van caravans en andere bouwwerken is hier toegestaan. Dit is vastgelegd in het bestemmingsplan Heusden Buitengebied. Hierin is een persoonsgebonden overgangsrecht opgenomen. Vanwege het artikel in het Brabants Dagblad van 2 december 2013 is contact opgenomen met Natuurmonumenten. Hieruit is gebleken dat deze percelen niet vervuild zijn. Op de tien andere percelen is het recht om te kamperen, vervallen. De (restanten van) caravans en bouwwerken moeten van deze percelen worden verwijderd. Volgens Natuurmonumenten zijn deze percelen niet erg vervuild. Natuurmonumenten gaf aan dat het grootste deel van de problematiek in de gemeente Haaren speelt. Zowel het aantal vervuilde percelen als de mate van vervuiling is daar veel groter. Vraag 2 Zo ja, gaat u handhavend optreden tegen deze grove vervuiling waardoor er een eind komt aan een jarenlange slepende kwestie? Antwoord In de afgelopen jaren hebben wij ingezet op het zoveel mogelijk vrijwillig laten opruimen van de percelen. Veel eigenaren hebben hun percelen verkocht aan Natuurmonumenten. Hierdoor zijn al veel percelen in onze gemeente opgeruimd. Zo hebben wij ook contact gehad met de eigenaren van de tien percelen waar geen caravans/bouwwerken meer mogen staan. Zij willen hun percelen niet Gemeente Heusden gebruikt uw persoonsgegevens uitsluitend voor het doel waartoe zij zijn verstrekt. Indien u daarover inhoudelijk meer wilt weten kunt u contact opnemen met de behandelend ambtenaar van onze gemeente (Wet Bescherming Persoonsgegevens, artikel 33 en 34)

53 Ons kenmerk Onderwerp beantwoording vragen art. 61 Rvo over 'rotzooi in duingebied' grondgebied Heusden Datum 21 januari 2014 Pagina 2 van 2 verkopen aan Natuurmonumenten. In 2014 gaan we daarom zonodig juridische procedures starten, om de percelen opgeruimd te krijgen. Daarnaast controleren we regelmatig of sprake is van gevaarlijke situaties. Is dit het geval dan wordt direct actie ondernomen. Vraag 3 Gaat u de (grove) vervuiling opruimen, ook als onverhoopt de kosten niet verhaald kunnen worden? Antwoord Hierbij is er onderscheid tussen gedumpt afval enerzijds en (resten van) caravans en bouwwerken anderzijds. Als wij een melding krijgen van een dumping van afval in de Loonse en Drunense duinen, wordt hier direct actie op ondernomen. Het afval wordt verwijderd, ook als de kosten niet verhaald kunnen worden. Dit gebeurt in goed overleg met Natuurmonumenten. Bij het opruimen van (restanten van) caravans en bouwwerken maakt het kostenverhaal onderdeel uit van de juridische procedure. Met vriendelijke groet, het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming

54 Einde bijlage: BIJL Antw art 61 de Wild rotzooi in duinen.pdf Terug naar het agendapunt

55 BIJL Vragen art 61 Vonk subsidie en gemeentelijk vastgoed.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11432#

56 Heusden College van B en W van de gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen Betreft: Art. 61 vragen subsidie aanzegbrief en gemeentelijke panden Vlijmen, 27 december 2013 Geacht College, Het subsidiebeleid is volop in beweging. Eerst de rapportage door de rekenkamercommissie in maart Vervolgens een bezuiniging op subsidies in mei, een plan van aanpak ontwikkeling nieuw subsidiebeleid in oktober, en tenslotte het opzeggen van de subsidierelaties sociale domein in november. Verder loopt al langer de discussie over gemeentelijk vastgoed. In dat kader heeft het college in december een voorstel gedaan voor het slopen van gemeentelijke gebouwen. Subsidie en vastgoed hebben een relatie waar het gaat om vastgoed dat gebruikt wordt door organisaties die door de gemeente gesubsidieeerd worden. D66 Heusden heeft daarbij de volgende vragen: 1. Welke organisaties die door de gemeente gesubsidieerd worden maken gebruik van panden in gemeentelijk eigendom? 2. Wat is de commerciële waarde van die panden (in EUR huur per maand)? 3. Wat is de bijdrage van de betreffende verenigingen in deze? 4. Mogen we het verschil tussen 2. En 3. zien als verborgen subsidie? 5. Is het college het met D66 Heusden eens dat de bedragen onder 2., 3. en 4. zichtbaar gemaakt dienen te worden in het subsidie overzicht? 6. Is één of meer van de panden genoemd in het besluit AVG strategie panden 2013 in gebruik bij een gesubsidieerde instelling? 7. Zo ja, om welke panden gaat het eventueel? En onder welke voorwaarden krijgen deze instellingen een nieuw gemeentelijk pand aangeboden? Met vriendelijke groeten, Han Vonk Fractievoorzitter D66 Heusden D66 Heusden Contact Informatie Copernicuslaan 4 Telefoon info@d66heusden.nl 5251 ZC Vlijmen Mobiel: Internet

57 Einde bijlage: BIJL Vragen art 61 Vonk subsidie en gemeentelijk vastgoed.pdf Terug naar het agendapunt

58 BIJL Antw art 61 Vonk subsidie en gemeentelijk vastgoed.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11424#

59 J.W. Vonk Copernicuslaan ZC VLIJMEN ONS KENMERK: UW BRIEF VAN: 27 december 2013 BEHANDELD DOOR: Chris van Looy ONDERWERP: Artikel 61 Rvo-vragen over subsidie en gemeentelijk vastgoed AANTAL BIJLAGEN: 1 DATUM: 28 januari 2014 VERZ. 28 januari 2014 Beste meneer Vonk, In uw brief van 27 december 2013 stelt u vragen op grond van artikel 61 van het Reglement van orde over subsidie en vastgoed dat gebruikt wordt door organisaties die door de gemeente worden gesubsidieerd. Onderstaand geven wij u antwoord op de gestelde vragen. Vraag 1: Welke organisaties die door de gemeente gesubsidieerd worden maken gebruik van panden in gemeentelijk eigendom? Antwoord Bij deze brief treft u als bijlage een lijst aan waarop alle gemeentelijke panden staan waarin door de gemeente gesubsidieerde organisaties zijn gehuisvest. Vraag 2 Wat is de commerciële waarde van die panden (in EUR huur per maand)? POSTADRES Gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen BEZOEKADRESSEN Julianastraat 34 Vlijmen Raadhuisplein 16 Drunen T F (073) E INFO@HEUSDEN.NL DIGITAAL LOKET BANKRELATIE NL54BNGH Antwoord De commerciële huurprijs van deze panden is niet bekend. De huurtarieven zijn veelal historisch zo gegroeid. Bovendien rust op veel panden een bestemming die commercieel gebruik in de weg staat. Wij spreken liever van een marktconforme huur. Dat doet meer recht aan de bestemming en mogelijkheden van het betreffende pand. Vraag 3 Wat is de bijdrage van de betreffende verenigingen in deze? Antwoord Op de bijgevoegde lijst is aangeven hoeveel huur of gebruiksvergoeding de betreffende organisatie aan de gemeente betaalt. Gemeente Heusden gebruikt uw persoonsgegevens uitsluitend voor het doel waartoe zij zijn verstrekt. Indien u daarover inhoudelijk meer wilt weten kunt u contact opnemen met de behandelend ambtenaar van onze gemeente (Wet Bescherming Persoonsgegevens, artikel 33 en 34)

60 Ons kenmerk Onderwerp Artikel 61 Rvo-vragen over subsidie en gemeentelijk vastgoed Datum 28 januari 2014 Pagina 2 van 3 Vraag 4 Mogen we het verschil tussen 2. en 3. zien als verborgen subsidie? Antwoord Het uitgangspunt van het college is om bij alle verhuur een marktconforme prijs te berekenen. Om die reden is er volgens ons dan ook geen sprake van verborgen subsidie. Alleen in gevallen waarin sprake is van een oud huurcontract zullen wij deze moeten respecteren en kan er sprake zijn van een lagere huur dan marktconform. Vraag 5 Is het college het met D66 Heusden eens dat de bedragen onder 2., 3. en 4. zichtbaar gemaakt dienen te worden in het subsidie overzicht? Antwoord Nee, in dit overzicht worden alleen de directe subsidies vermeld. In 2008 heeft de raad besloten om de accommodatiesubsidies af te schaffen om een duidelijke scheiding aan te brengen tussen subsidies en de eigen verantwoordelijkheid van organisaties om zelf in de huisvesting te voorzien. Vraag 6 en 7 Is één of meer van de panden genoemd in het besluit AVG strategie panden 2013 in gebruik bij een gesubsidieerde instelling? Zo ja, om welke panden gaat het eventueel? En onder welke voorwaarden krijgen deze instellingen een nieuw gemeentelijk pand aangeboden? Antwoord Ja, het betreft de panden: - Kerkstraat 33a, Elshout (in gebruik bij: Stichting Scouting Sint Jan); - Kerkstraat 33b, Elshout (in gebruik bij: K.P.J. Drunen-Elshout); - Constantijn Huijgensstraat 3, Vlijmen (in gebruik bij: Stichting Eigenwijs); - Jacob van Lennepstraat 2, Vlijmen (in gebruik bij E.H.B.O. Vereniging Vlijmen); - Parklaan 2, Vlijmen (in gebruik bij: Koninklijke Harmonie St. Cecilia Haarsteeg, Stichting de Aleph, Stichting Muziektheater Applaus, Stichting Vluchtelingenwerk West-,Oost-Brabant en de Bommelerwaard, Voedselbank); - Demer 1, Heusden (in gebruik bij Stichting Creatief Centrum). Op 20 december 2011 heeft de raad de Notitie criteria privatisering gemeentelijke gebouwen vastgesteld.

61 Ons kenmerk Onderwerp Artikel 61 Rvo-vragen over subsidie en gemeentelijk vastgoed Datum 28 januari 2014 Pagina 3 van 3 Op grond van deze notitie heeft de gemeente alleen een inspanningsverplichting voor vervangende huisvesting van Stichting Eigenwijs (Constantijn Huijgensstraat 3, Vlijmen) en Stichting Scouting Sint Jan (Kerkstraat 33b, Elshout). In bovengenoemde notitie is ook een inspanningsverplichting opgenomen voor VTC Drunen die gevestigd is in de Willem van Oranjestraat 1 in Drunen. Wij hebben eerder een besluit genomen over het afstoten van dit pand en voor VTC Drunen is inmiddels vervangende huisvesting gevonden. Zij zullen hun activiteiten verplaatsen naar de nabij gelegen Zandley. Met vriendelijke groet, het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming

62 Einde bijlage: BIJL Antw art 61 Vonk subsidie en gemeentelijk vastgoed.pdf Terug naar het agendapunt

63 BIJL Antw art 61 HVonk BIJLAGE subsidie en gemeentelijk vastgoed.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11417#

64 PLAATSNAASTRAATNAAM HUISNUMMHU POSTCODE OMS_PANDNAAM_DEBITEUR SOORT Huurprijs termijn Opmerking Drunen Admiraalsweg MR Eigendom Stichting De Twern Welzijn ,36 per jaar Drunen Afrikalaan MD Eigendom Stichting De Voorste Venne Welzijn ,45 per jaar totaalbedrag van huur aan de Voorste Venne Drunen Afrikalaan MD Eigendom Stichting De Voorste Venne Welzijn 0,00 per jaar Drunen Afrikalaan MD Eigendom Stichting De Voorste Venne Welzijn 0,00 per jaar Drunen Afrikalaan MD Eigendom Stichting De Voorste Venne Welzijn 0,00 per jaar Drunen Afrikalaan MD Eigendom Stichting De Voorste Venne Welzijn 0,00 per jaar Haarsteeg Ambrosiushof HD Eigendom Creativiteitscentrum De Ark Welzijn 6.921,05 per jaar Drunen Anton Pieckplein LZ Eigendom Stichting De Voorste Venne Welzijn 0,00 per jaar Drunen Aziëlaan JB Eigendom Gymnastiek- en Jazzvereniging S.H.J. Binnensport ,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Drunen Aziëlaan JB Eigendom Judoclub Drunen Binnensport 5.084,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Vlijmen Burgemeester Zwaansweg CJ Eigendom Dameskorfbalvereniging NDZW Binnensport 4.581,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Vlijmen Burgemeester Zwaansweg CJ Eigendom Omnivereniging S.C. Elshout Voetbal Binnensport 337,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Vlijmen Burgemeester Zwaansweg CJ Eigendom Vlijmense Mixed Hockey Club Binnensport 7.298,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Vlijmen Burgemeester Zwaansweg CJ Eigendom Voetbalvereniging RKDVC Binnensport 729,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Burgemeester Zwaansweg CJ Eigendom Voetbalvereniging RKVV Nieuwkuijk Binnensport 231,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Vlijmen Burgemeester Zwaansweg CJ Eigendom Openbare Bibliotheek Heusden Welzijn ,44 per jaar Vlijmen Constantijn Huijgensstraat LW Eigendom Stichting Eigenwijs Welzijn 570,93 per maand Vlijmen De Hoge Heide 1 A 5251LB Eigendom Voetbalvereniging Vlijmense Boys Binnensport 473,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Vlijmen De Hoge Heide 1 A 5251LB Eigendom Volleybalclub Minerva Binnensport ,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Vlijmen De Hoge Heide LA Eigendom Voetbalvereniging Vlijmense Boys Buitensport 3.130,09 per jaar Elshout Dekkerseweg 17 A 5154PJ Eigendom S.C. Elshout Buitensport 2.443,00 per jaar totaal bedrag voor het gehele complex van S.C. Elshout Elshout Dekkerseweg PJ Eigendom S.C. Elshout Buitensport 0,00 per jaar Heusden Demer AB Eigendom Stichting Creatief Centrum Heusden Welzijn 828,39 per maand Heusden Demer 30 A 5256AD Eigendom Stichting het Gouverneurshuis Welzijn 0,00 per jaar Drunen Grotestraat JD Eigendom Stichting De Voorste Venne Welzijn 0,00 per jaar Drunen Grotestraat JD Eigendom Stichting De Voorste Venne Welzijn 0,00 per jaar Drunen Grotestraat 69 A 5151JD Eigendom Stichting De Voorste Venne Welzijn 0,00 per jaar Drunen Grotestraat JD Eigendom Stichting De Voorste Venne Welzijn 0,00 per jaar Drunen Grotestraat JD Eigendom Stichting De Voorste Venne Welzijn 0,00 per jaar Drunen Grotestraat JD Eigendom Stichting De Voorste Venne Welzijn 0,00 per jaar Heusden Herptsestraat AE Eigendom Voetbalvereniging HHC 09 Binnensport 65,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Vlijmen Jacob van Lennepstraat LX Eigendom E.H.B.O. Vereniging Vlijmen Welzijn 1.561,80 per jaar Vlijmen Julianastraat ED Eigendom Heusdense Televisie en Radio Stichting (HWelzijn 219,32 per maand OudheusdeKasteellaan 23 A 5256GV Eigendom Gymnastiekvereniging Inion Binnensport ,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 OudheusdeKasteellaan GV Eigendom Sportbedrijf gemeente Heusden Binnensport 0,00 per jaar Zie bedrag bij Kasteellaan 23 OudheusdeKasteellaan GV Eigendom De Stichting Openbare Bibliotheek Welzijn 406,47 per jaar OudheusdeKasteellaan GV Eigendom GGD Hart voor Brabant Welzijn 8.864,37 per jaar OudheusdeKasteellaan GV Eigendom Juvans Drunen Welzijn 2.672,19 per jaar OudheusdeKasteellaan GV Eigendom Stichting Modus Welzijn 0,00 per maand Elshout Kerkstraat AN Eigendom Stichting Elshout Vooruit Buitensport ,08 per jaar Nieuwkuijk Kerkstraat 14 D 5253AP Eigendom Voetbalvereniging R.K.V.V. Nieuwkuijk Buitensport 3.359,13 per maand Elshout Kerkstraat 33 B 5154AM Eigendom K.P.J. Drunen-Elshout Welzijn 2.536,34 per jaar Elshout Kerkstraat 33 A 5154AM Eigendom Stichting Scouting Sint Jan Welzijn 1.902,26 per jaar Nieuwkuijk Kerkstraat 19 B 5253AN Eigendom Stichting Stuurgroep Vlijmen Welzijn ,84 per jaar OudheusdeMargrietstraat 2 A 5256KV Eigendom Tennisvereniging Heusden Buitensport 1,00 per jaar De ondergrond wordt gehuurd, het complex is gerealiseerd door de club zelf. Juridisch is de gemeente wel eigenaar Nieuwkuijk Meerdijk 18 A 5253BX Eigendom Jorisgilde van Onsenoort St. Buitensport 0,00 per jaar De ondergrond wordt gehuurd, het complex is gerealiseerd door de club zelf. Juridisch is de gemeente wel eigenaar Nieuwkuijk Nieuwkuijkseweg PA Eigendom Schaats- en Trainingsclub Willy van den BBuitensport 0,00 per jaar Nieuwkuijk Nieuwkuijkseweg PA Eigendom Skeeler Vrienden Drunen Buitensport 0,00 per jaar Nieuwkuijk Nieuwkuijkseweg PA Eigendom Team Brabant 2000 Buitensport 1.145,16 per jaar totaal bedrag voor het gehele complex aan de Nieuwkuijkseweg 3 Vlijmen Parklaan RC Eigendom Koninklijke Harmonie St. Cecilia HaarsteeWelzijn 60,00 per maand geen index Vlijmen Parklaan RC Eigendom Stichting de Aleph, Ateliers voor BeeldenWelzijn 120,00 per maand geen index Vlijmen Parklaan RC Eigendom Stichting Muziektheater Applaus Welzijn 75,00 per maand geen index Vlijmen Parklaan RC Eigendom Stichting Vluchtelingenwerk West-,Oost-Welzijn 75,00 per maand geen index Vlijmen Parklaan RC Eigendom Voedselbank Welzijn 15,00 per maand geen index Haarsteeg Pater van den Elsenstraat 25 A 5254JG Eigendom Stichting De Twern Welzijn ,97 per jaar Heusden Pelsestraat AT Eigendom Stichting Heusdens Buro voor Toerisme Welzijn ,99 per jaar Vlijmen Priemsteeg CW Eigendom Rooms-Katholieke Voetbalvereniging Ha Buitensport 5.191,38 per jaar Drunen Prins Hendrikstraat GB Eigendom Drunense Atletiek Klub Binnensport 553,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Drunen Prins Hendrikstraat GB Eigendom Handbalvereniging Avanti Binnensport ,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Drunen Prins Hendrikstraat GB Eigendom Omnivereniging S.C. Elshout Handbal Binnensport 8.641,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Drunen Prins Hendrikstraat GB Eigendom Skeelervrienden Drunen Binnensport 303,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 Drunen Prins Hendrikstraat GB Eigendom Mixed Hockey Club Drunen Buitensport 2.901,06 per jaar totaal bedrag voor het gehele complex van MHCD Drunen Prins Hendrikstraat 80 A 5151GB Eigendom Mixed Hockey Club Drunen Buitensport 0,00 per jaar Drunen Prins Hendrikstraat GB Eigendom Mixed Hockey Club Drunen Buitensport 0,00 per jaar Heusden Putterstraat AN Recht van estichting het Gouverneurshuis Welzijn 0,01 per jaar Drunen Rooseveltstraat CR Eigendom Stichting Openbare Bibliotheek Welzijn ,44 per jaar Drunen Torenstraat JR Eigendom Avanti Buitensport 1.603,22 per jaar Huurprijs 2014 voor alleen het gebouw bedraagt 1603,22 Drunen Torenstraat 150 A 5151JR Eigendom F.C. Drunen Buitensport 2.519,34 per jaar Huurprijs 2014 voor alleen het gebouw bedraagt 2519,34 Drunen Torenstraat JK Eigendom Stichting Jong Nederland,Drunen Welzijn ,95 per jaar Drunen Vennestraat CC Eigendom Badmintonclub Drunen Binnensport ,00 per jaar Betreft huurprijs over 2013 OudheusdeVermeerstraat 58 A 5256HL Eigendom Stichting De Twern Welzijn ,63 per jaar Drunen Willem van Oranjestraat VP Eigendom V.T.C. Drunen Welzijn 5.567,07 per jaar

65 Einde bijlage: BIJL Antw art 61 HVonk BIJLAGE subsidie en gemeentelijk vastgoed.pdf Terug naar het agendapunt

66 BIJL Antw art 61 Vonk BIJLAGE subsidie en gemeentelijk vastgoed.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11422#

67

68

69 Einde bijlage: BIJL Antw art 61 Vonk BIJLAGE subsidie en gemeentelijk vastgoed.pdf Terug naar het agendapunt

70 BIJL Vragen art 61 Rijnders vervolgaanpak GOL.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11427#

71 Drunen, 22 december 2013 Heusden Aan het College van de gemeente Heusden Betreft: artikel 61 vragen vervolgaanpak Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat Geacht college, Afgelopen week heeft het college een besluit genomen om korte termijn maatregelen te nemen voor de verkeersoverlast in de Eindstraat in Drunen. Het CDA Heusden vindt het een goede zaak dat het college nu eindelijk een oplossing biedt voor dit acute probleem, dat begin september is ontstaan als gevolg van de afsluiting van de op- en afritten van de A59 bij de Wolput. Gelukkig zijn er tussen september en nu geen levensbedreigende ongelukken gebeurd, maar via deze weg willen wij het college wel vragen bij de vervolgaanpak van het GOL dergelijke problemen te voorkomen, door voor afsluiting van op- en afritten de gevolgen hiervan te overzien en bespreekbaar te maken met alle belanghebbenden. Daarnaast willen wij het college vragen zodra bewoners zich melden met dit soort problemen, snel tot actie over te gaan, en niet bewoners maandenlang aan het lijntje te houden. Zeker niet nadat al jarenlang met enige regelmaat door de bewoners aan de bel wordt getrokken. Nu het GOL ook in de andere gemeenten, het waterschap en de provinciale Staten is vastgesteld, is dit voor het CDA aanleiding om de volgende vragen te stellen. 1) Wanneer worden de maatregelen voor de Eindstraat e.o. uitgevoerd en hoe wordt hierover gecommuniceerd naar alle betrokkenen van de betrokken straten? 2) Bij de besluitvorming over het GOL in Waalwijk is gevraagd de aansluiting van Drunen West via de noordelijke parallelstructuur naar Waalwijk over te hevelen naar fase 1 van het GOL. Dit is essentieel voor de ontsluiting van Waalwijk, ook om te voorkomen dat de Overlaatweg een nieuwe flessenhals wordt, met de nodige gevolgen voor Drunen West. Is dit al besproken in de stuurgroep en zo ja welk besluit is hierover genomen? 3) De mogelijkheden om naast fase 1 ook fase 2 te realiseren hangen sterk af van het verwachte aanbestedingsvoordeel. Op welke wijze vindt aanbesteding (turn key, lump sum of anderszins) plaats, van Vlijmen Oost door de gemeente, en later Drunen West door de provincie, zodat de kans om geld over te houden voor fase 2 zo groot mogelijk is? 4) De aanpak van de op- en afrit bij de Wolput/Nieuwkuijk staat ook in fase 2. Zodra Geerpark en Centrumplan Vlijmen gerealiseerd zijn, is de verwachting dat de drukte hier alleen maar toe zal nemen. De uitwerking van deze aansluiting staat nog aan het begin, bewoners van o.a. Parallelweg Oost zijn nog niet betrokken, terwijl de beschikbare ruimte zeer beperkt is. Hoe gaat de gemeente de bewoners betrekken bij het zoeken naar oplossingsrichtingen en het voorkomen van onleefbare omstandigheden? 5) Hoe garandeert de gemeente dat overal in de gemeente voldaan wordt aan de wettelijke milieunormen van fijnstof, geluid en verkeersveiligheid, ook in tussenfases die wellicht bij uitblijven van fase 2 jaren kunnen gaan duren? Is monitoring opgenomen in alle deelprojecten van het GOL? Het CDA Heusden ziet de beantwoording van deze vragen met belangstelling tegemoet. Met vriendelijke groeten, Desiree Rijnders-Huisman, fractievoorzitter CDA Heusden

72 Einde bijlage: BIJL Vragen art 61 Rijnders vervolgaanpak GOL.pdf Terug naar het agendapunt

73 BIJL Antw art 61 Rijnders GOL.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11418#

74 D.F.M J. Rijnders - Huisman Mesdagplein SV DRUNEN ONS KENMERK: UW KENMERK: UW BRIEF VAN: 22 december 2013 BEHANDELD DOOR: Dick Veen DOORKIESNUMMER: ADRES: info@heusden.nl ONDERWERP: beantwoording vragen art. 61 Rvo over vervolgaanpak Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat AANTAL BIJLAGEN: - DATUM: 21 januari 2014 VERZ. 21 januari 2014 Beste mevrouw Rijnders - Huisman, In antwoord op uw brief van 22 december 2013 vindt u hieronder de beantwoording van uw schriftelijk gestelde vragen over de vervolgaanpak van de Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat. Naar aanleiding van de aanhef van uw brief merken wij allereerst het volgende op. In de beantwoording van uw brief gaan wij ervan uit dat u in de eerste alinea met de afsluiting van de op- en afritten van de A59 bij de Wolput, de afsluiting van aansluiting 41 op de A59 Drunen / Elshout (Wolfshoek) bedoelt. POSTADRES Gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen BEZOEKADRESSEN Julianastraat 34 Vlijmen Raadhuisplein 16 Drunen T F (073) E INFO@HEUSDEN.NL DIGITAAL LOKET Verder blijkt uit de eerste alinea van uw brief, dat u niet op de hoogte bent van het zorgvuldige traject, dat wij in de afgelopen drie maanden hebben doorlopen, om in goed overleg met de omwonenden te komen tot een bevredigende, tijdelijke verkeersoplossing. Dit proces is als volgt verlopen. Op 10 oktober 2013 is er al het eerste overleg geweest met omwonenden, waarbij direct een vervolgoverleg op 3 december 2013 is gepland. Daarna hebben wij alle mogelijkheden laten onderzoeken en hebben deze besproken met de politie en Veilig Verkeer Nederland. Op 3 december 2013 bespraken wij een uitgewerkt voorstel met de bewoners. Dit voorstel is vanwege opmerkingen van de bewoners nog aangepast. Op 17 december 2013 hebben wij hierover een besluit genomen. Vraag 1 Wanneer worden de maatregelen voor de Eindstraat e.o. uitgevoerd en hoe wordt hierover gecommuniceerd naar alle betrokkenen van de betrokken straten? Antwoord Over de procedure die gevolgd wordt voor de tijdelijke verkeersituatie in de Eindstraat, verwijzen wij u naar de aan u verzonden van de griffie van 7 januari Momenteel zijn wij overigens al in gesprek met alle betrokkenen en wij zullen hen informeren over de planvorming. BANKRELATIE NL54BNGH Gemeente Heusden gebruikt uw persoonsgegevens uitsluitend voor het doel waartoe zij zijn verstrekt. Indien u daarover inhoudelijk meer wilt weten kunt u contact opnemen met de behandelend ambtenaar van onze gemeente (Wet Bescherming Persoonsgegevens, artikel 33 en 34)

75 Ons kenmerk Onderwerp beantwoording vragen art. 61 Rvo over vervolgaanpak Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat Datum 21 januari 2014 Pagina 2 van 3 Vraag 2 Bij de besluitvorming over het GOL in Waalwijk is gevraagd de aansluiting van Drunen West via de noordelijke parallelstructuur naar Waalwijk over te hevelen naar fase 1 van het GOL. Dit is essentieel voor de ontsluiting van Waalwijk, ook om te voorkomen dat de Overlaatweg een nieuwe flessenhals wordt, met de nodige gevolgen voor Drunen West. Is dit al besproken in de stuurgroep en zo ja welk besluit is hierover genomen? Antwoord Het voorstel van de gemeente Waalwijk is in de stuurgroep besproken maar er is nog geen besluit over genomen. De partijen in de stuurgroep staan positief tegenover het voorstel, dat nog verder uitgewerkt moet worden. Vraag 3 De mogelijkheden om naast fase 1 ook fase 2 te realiseren hangen sterk af van het verwachte aanbestedingsvoordeel. Op welke wijze vindt aanbesteding (turn key, lump sum of anderszins) plaats, van Vlijmen Oost door de gemeente, en later Drunen West door de provincie, zodat de kans om geld over te houden voor fase 2 zo groot mogelijk is? Antwoord Zoals beschreven in artikel 5 van de door alle partijen vastgestelde Bestuursovereenkomst (BOK) - GOL is de provincie Noord-Brabant opdrachtgever van deze door u genoemde aanbestedingen. Afhankelijk van het moment van aanbesteding en het dan aanwezige aanbestedingsklimaat, zal de meest wenselijke aanbestedingsstrategie worden gekozen. Vraag 4 De aanpak van de op- en afrit bij de Wolput/Nieuwkuijk staat ook in fase 2. Zodra Geerpark en Centrumplan Vlijmen gerealiseerd zijn, is de verwachting dat de drukte hier alleen maar toe zal nemen. De uitwerking van deze aansluiting staat nog aan het begin, bewoners van o.a. Parallelweg Oost zijn nog niet betrokken, terwijl de beschikbare ruimte zeer beperkt is. Hoe gaat de gemeente de bewoners betrekken bij het zoeken naar oplossingsrichtingen en het voorkomen van onleefbare omstandigheden? Antwoord De algehele planuitwerking voor dit onderdeel moet nog starten en het is prematuur om vooruitlopend daarop het communicatietraject daarvoor aan te geven. Natuurlijk zal dit communicatietraject wel uiterst zorgvuldig worden gepland en uitgevoerd. Vraag 5 Hoe garandeert de gemeente dat overal in de gemeente voldaan wordt aan de wettelijke milieunormen van fijnstof, geluid en verkeersveiligheid, ook in tussenfases die wellicht bij uitblijven van fase 2 jaren kunnen gaan duren? Is monitoring opgenomen in alle deelprojecten van het GOL? Antwoord Provincie en gemeente zullen uiteraard de wettelijke voorschriften volgen. Dit geldt ook voor de tussenfase en de door u aangegeven monitoring.

76 Ons kenmerk Onderwerp beantwoording vragen art. 61 Rvo over vervolgaanpak Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat Datum 21 januari 2014 Pagina 3 van 3 In zijn algemeenheid merken wij nog op dat het GOL, los van wettelijke normen voor elke individuele locatie, per saldo een enorme verbetering van luchtkwaliteit, geluidoverlast en verkeersveiligheid oplevert. Voor uw informatie merken wij verder nog op dat vorenstaande antwoorden zijn afgestemd met de provincie Noord-Brabant. Met vriendelijke groet, het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming

77 Einde bijlage: BIJL Antw art 61 Rijnders GOL.pdf Terug naar het agendapunt

78 BIJL Vragen art 61 Vd Brandt Nassaudwarsstraat pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11428#

79 Drunen, 8 januari 2014 Aan het College van de gemeente Heusden (via griffie) Betreft: vragen ex art 61 RvO omgevingsvergunning Nassaudwarsstraat Geacht college, Op 4 oktober 2013 heeft Marja Kivits, alias Marie van de Middelhaai, in lekker sappig Vlijmens dialect, lekker scherp en zonder omwegen, haar probleem m.b.t. de kosten voor een omgevingsvergunning voor de realisatie van een rieten kap op Brabants mooiste boerderij aan de kaak gesteld (zie brief in de bijlage). Vanuit Gemeentebelangen Heusden hebben we ervaren dat heel veel inwoners sympathie hebben met de "strijd tegen het water" die Marie van de Middelhaai heeft gevoerd om haar boerderij "waterdicht" te krijgen! Wij hebben bewondering voor deze inwoonster van de gemeente Heusden, een echte "DOENER", die met heel veel enthousiasme en doorzettingsvermogen veel geld bij elkaar heeft gesprokkeld om de rieten kap op haar fantastische boerderij te laten vervangen. Voor het vervangen van een rieten kap is volgens onze informatie normaal gesproken geen omgevingsvergunning noodzakelijk. Echter in deze situatie gaat het om een rijksmonument en dan is Marie van de Middelhaai, zoals ook anderen die eigenaar zijn van een rijksmonument, verplicht een omgevingsvergunning aan te vragen. Aan het verkrijgen van een omgevingsvergunning zijn automatisch ook legeskosten verbonden. En daar wringt nu net de schoen...! Vanuit Gemeentebelangen begrijpen wij de frustratie hierover wel want Marie van de Middelhaai heeft al haar energie ingezet op de financiering van de vervanging van de rieten kap op haar prachtige oude boerderij en is vervolgens geconfronteerd met een, niet ingecalculeerd, behoorlijk bedrag aan legeskosten. "Een koude douche terwijl ze dacht lekker droog te zitten"! Naar wij begrepen hebben is er op diverse manieren al gezocht naar een oplossing voor dit "probleem" maar geen van de mogelijke oplossingen zijn om uiteenlopende redenen haalbaar. Zeker ook omdat rekening moet worden gehouden met mogelijke precedentwerking. Hierdoor is het kwijtschelden van de legeskosten niet wenselijk. Ondanks de reeds gedane inspanningen om een oplossing voor Marie van de Middelhaai te vinden wil Gemeentebelangen Heusden u toch nog vragen om een extra inspanning te leveren om tot een (gedeeltelijke?) oplossing te komen. Wij doen u daarbij de suggestie om haar op een ludieke manier een optreden te laten verzorgen en haar prestatie te honoreren door een gepaste bijdrage te leveren ter ondersteuning van de te betalen legeskosten. Onze gedachten gaan daarbij uit naar een muzikaal optreden of voordracht van Marie van de Middelhaai voor het begin van een

80 raadsvergadering en/of op de "Dromen. Doen. Heusden dag" op 26 januari a.s. Ons argument daarbij is dat de gemeente Heusden daarmee op een mooie, ludieke en creatieve manier waardering uitspreekt voor de grote inspanning die Marie van de Middelhaai heeft verricht en dat de gemeente Heusden "verrekte trots" is dat de mooiste boerderij van Brabant in de gemeente Heusden staat. Wij willen u dan ook de volgende vragen voorleggen: 1. Is het juist dat voor het vervangen van een rieten kap op een normale woning geen legeskosten verschuldigd zijn terwijl dat bij een rijksmonument wel het geval is? Indien U op vraag 1 bevestigend antwoord: 2. Is het mogelijk om Marie van de Middelhaai uit te nodigen voor een ludiek optreden bij een gemeentelijk evenement om haar zodoende in de gelegenheid te stellen de legeskosten op die manier (symbolisch) (al dan niet gedeeltelijk) zelf te laten verdienen. Wij zien uw reactie met belangstelling tegemoet. Met vriendelijke groet, Caspar van den Brandt, Fractievoorzitter Gemeentebelangen Heusden.

81 Einde bijlage: BIJL Vragen art 61 Vd Brandt Nassaudwarsstraat pdf Terug naar het agendapunt

82 BIJL Antw art 61 Vd Brandt GB Nassaudwarsstr 5.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11419#

83 C. van den Brandt ONS KENMERK: UW KENMERK: UW BRIEF VAN: 8 januari 2014 BEHANDELD DOOR: Edwin Roosenboom DOORKIESNUMMER: (073) ADRES: info@heusden.nl ONDERWERP: beantwoording art. 61 Rvo-vragen over Nassaudwarsstraat 5, Vlijmen AANTAL BIJLAGEN: DATUM: 4 februari 2014 VERZ. 4 februari 2014 Beste meneer Van den Brandt, In antwoord op uw brief van 8 januari 2014 vindt u hieronder de beantwoording van uw schriftelijk gestelde vragen over de leges omgevingsvergunning voor de Nassaudwarsstraat 5 in Vlijmen. Vraag 1 Is het juist dat voor het vervangen van een rieten kap op een normale woning geen legeskosten verschuldigd zijn terwijl dat bij een rijksmonument wel het geval is? Antwoord Dit is juist als het alleen gaat over het vervangen van riet (de dakbedekking; en dus niet de dakconstructie). POSTADRES Gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen BEZOEKADRESSEN Julianastraat 34 Vlijmen Raadhuisplein 16 Drunen T F (073) E INFO@HEUSDEN.NL DIGITAAL LOKET BANKRELATIE NL54BNGH Voor wat betreft het vervangen van riet bij een monument staat in de informatiefolder van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed: Voor het opstoppen van een rietdekking is geen vergunning nodig. Maar wanneer al het riet wordt vervangen is wel een vergunning nodig. Ditzelfde geldt overigens ook voor een pannendak of leiendak. Voor meer informatie kunt u de weblink raadplegen. Wat zegt de regelgeving over het vervangen van riet? Artikel 3a van bijlage II behorende bij het Besluit Omgevingsrecht is van toepassing. Dit artikel zegt: Een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de wet is niet vereist, indien deze activiteit betrekking heeft op: gewoon onderhoud als bedoeld in artikel 2, onderdeel 1 (=gewoon onderhoud, voor zover detaillering, profilering en vormgeving niet wijzigen), voor zover ook materiaalsoort en kleur niet wijzigen, en bij een tuin, park of andere aanleg, de aanleg niet wijzigt. Gemeente Heusden gebruikt uw persoonsgegevens uitsluitend voor het doel waartoe zij zijn verstrekt. Indien u daarover inhoudelijk meer wilt weten kunt u contact opnemen met de behandelend ambtenaar van onze gemeente (Wet Bescherming Persoonsgegevens, artikel 33 en 34)

84 Ons kenmerk Onderwerp beantwoording art. 61 Rvo-vragen over Nassaudwarsstraat 5, Vlijmen Datum 4 februari 2014 Pagina 2 van 2 Conclusie vergunningplicht vervangen riet: Ondanks de informatiefolder van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed zou misschien gesteld kunnen worden dat het geheel vervangen van het rieten dak (alleen riet), valt onder normaal onderhoud en dus vergunningvrij is. In dat geval zou ten onrechte voor het vervangen van het riet een vergunning zijn gevraagd/verleend. Echter, de vergunning voorziet in dit geval ook in het vervangen van sporen. Het vervangen van sporen is zondermeer omgevingsvergunningplichtig voor de onderdelen bouwen en monumenten. In de verleende omgevingsvergunning zijn voor beide onderdelen de minimale leges in rekening gebracht. Voor de hoogte van de leges maakt het geen verschil of het vervangen van riet nu wel of niet deel uitmaakt van de vergunning. Vraag 2 Is het mogelijk om Marie van de Middelhaai uit te nodigen voor een ludiek optreden bij een gemeentelijk evenement om haar zodoende in de gelegenheid te stellen de legeskosten op die manier (symbolisch) (al dan niet gedeeltelijk) zelf te laten verdienen? Antwoord Het college heeft hierover inmiddels contact met Marie van de Middelhaai en in de lijn van deze suggestie wordt een oplossing gevonden. Met vriendelijke groet, het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming

85 Einde bijlage: BIJL Antw art 61 Vd Brandt GB Nassaudwarsstr 5.pdf Terug naar het agendapunt

86 BIJL Vragen art 61 Vd Lee de Putter pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11429#

87 College van B&W gemeente Heusden BEHANDELD DOOR F. van der Lee ONDERWERP Vragen o.g.v. art. 61 De Putter ONS NUMMER Geacht College, UW BRIEF DD N.v.t. BIJLAGE(N) Geen DATUM 5 januari 2014 Naar aanleiding van de berichtgeving door het college dat door de verkoop een tekort ontstaat in het bestemmingsplan de Putter van ,-- hebben wij de volgende vragen : 1. Het tekort wijkt enorm af van de opdracht van de raad aan het college om tot een sluitende begroting te komen. Deze worden niet gehaald, wat zijn de redenen dat deze afspraken niet gehaald worden? 2. Waarom houdt het college nu uitverkoop van bouwgronden, terwijl dit programmatisch niet nodig is? 3. Waarom een vermoedelijk hoog aandeel starterswoningen, die tot verlies leiden. Waarom deze woningen niet aan de exploitatie van grotere woongebieden toedelen? 4. Nu moet het college ,-- afboeken, terwijl als je een en ander in de boeken laat staan dit niet nodig is.? 5. Wacht bv. twee of drie jaar en breng het plan dan in een nieuw kader op de markt. Je mag toch verwachten, dat op middellange termijn de woningenmarkt aantrekt? Heusden Transparant stelt voor dit plan terug te trekken (de haastige spoed heeft schijnbaar tot een onevenwichtige planvorming geleid) waardoor extra (onnodige) tekorten ontstaan op de begroting In afwachting van uw reactie verblijf ik, F. van der Lee Heusden Transparant POSTADRES: LINDESTRAAT AM DRUNEN TEL.: INFO@HEUSDENTRANSPARANT.NL WEBSITE

88 Einde bijlage: BIJL Vragen art 61 Vd Lee de Putter pdf Terug naar het agendapunt

89 BIJL Antw art 61 Vd Lee HT De Putter.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11420#

90 F. van der Lee Lindestraat AM DRUNEN ONS KENMERK: UW KENMERK: UW BRIEF VAN: 5 januari 2014 BEHANDELD DOOR: Oscar van Limburg DOORKIESNUMMER: (073) ADRES: info@heusden.nl ONDERWERP: beantwoording art. 61 Rvo-vragen de Putter AANTAL BIJLAGEN: DATUM: 4 februari 2014 VERZ. 4 februari 2014 Beste meneer Van der Lee, In uw brief van 5 januari 2014 heeft u ons vragen gesteld over de woningbouwlocatie de Putter in Vlijmen. De antwoorden op deze vragen vindt u hieronder. Vraag 1 Het tekort wijkt enorm af van de opdracht van de raad aan het college om tot een sluitende begroting te komen. Deze worden niet gehaald, wat zijn de redenen dat deze afspraken niet gehaald worden? POSTADRES Gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen BEZOEKADRESSEN Julianastraat 34 Vlijmen Raadhuisplein 16 Drunen T F (073) E INFO@HEUSDEN.NL Antwoord Tijdens de bestemmingsplanprocedure zijn er door de zienswijzen van de omwonenden aanpassingen doorgevoerd in het bestemmingsplan die invloed hebben op het resultaat van de grondexploitatie (zoals de bestemming voor meer groen). Daarnaast hebben wij geïnteresseerde marktpartijen gevraagd een bieding op de gronden te doen onder voorwaarde dat zij voor eigen rekening en risico het gebied gaan ontwikkelen. Ook het afkopen van het ontwikkelrisico heeft invloed op de opbrengst. Daartegenover staat dat de gemeente een gegarandeerde opbrengst heeft. Vraag 2 Waarom houdt het college nu uitverkoop van bouwgronden, terwijl dit programmatisch niet nodig is? Antwoord Programmatisch is de oplevering van de woningen in de Putter opgenomen voor de jaren Om dit resultaat te kunnen halen is het nodig nu een overeenkomst te sluiten met een ontwikkelende partij. Zie ook hierna het antwoord op vraag 5 voor een nadere toelichting op het effect van uitstel. DIGITAAL LOKET BANKRELATIE NL54BNGH Gemeente Heusden gebruikt uw persoonsgegevens uitsluitend voor het doel waartoe zij zijn verstrekt. Indien u daarover inhoudelijk meer wilt weten kunt u contact opnemen met de behandelend ambtenaar van onze gemeente (Wet Bescherming Persoonsgegevens, artikel 33 en 34)

91 Ons kenmerk Onderwerp beantwoording art. 61 Rvo-vragen de Putter Datum 5 februari 2014 Pagina 2 van 2 Vraag 3 Waarom een vermoedelijk hoog aandeel starterswoningen, die tot verlies leiden. Waarom deze woningen niet aan de exploitatie van grotere woongebieden toedelen? Antwoord De bieding is tot stand gekomen op basis van de ruimte die het bestemmingsplan biedt. De geselecteerde ontwikkelaar is daarbij niet uitgegaan van de bouw van starterswoningen. Vraag 4 Nu moet het college ,-- afboeken, terwijl als je een en ander in de boeken laat staan dit niet nodig is? Antwoord Zie het antwoord hierna op vraag 5. Vraag 5 Wacht bv. twee of drie jaar en breng het plan dan in een nieuw kader op de markt. Je mag toch verwachten, dat op middellange termijn de woningenmarkt aantrekt? Antwoord Met de vragen 4 en 5 en uw eindconclusie constateert u dat het beter is om de locatie de Putter nu nog niet te ontwikkelen en te wachten op herstel van de woningmarkt. Het uitstellen van de Putter leidt echter tot meer samenloop van het aanbod van woningbouw, met het risico dat er nog meer vertraging in de afzet ontstaat en daarmee de opbrengsten nog meer onder druk komen te staan. Wij zijn dan ook van mening dat uitstel van de Putter niet leidt tot betere resultaten van de grondexploitatie en een betere programmering van de woningbouw. Daarbij komt dat het ook niet is te verwachten dat de rentelasten van de boekwaarde en het ontstane tekort gecompenseerd kunnen worden door een stijging van de grondprijzen in de komende jaren. Met vriendelijke groet, het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming

92 Einde bijlage: BIJL Antw art 61 Vd Lee HT De Putter.pdf Terug naar het agendapunt

93 BIJL Vragen art 61 vdlee parkeren vesting.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11430#

94 College van B&W gemeente Heusden BEHANDELD DOOR F. van der Lee ONDERWERP Vragen art 61 Gem. wet UW BRIEF DD N.v.t. BIJLAGE(N) Geen DATUM Geacht College, In de recent vastgestelde begroting 2014 wordt door het College op pagina 28 van de Programmabegroting ten aanzien van de parkeervisie vesting Heusden gesteld dat de eerste fase is afgerond en dat het tweede deel zal plaatsvinden in 2013 in overleg met onder andere bewoners en ondernemers. Zeer recent ontvingen wij een brief van de Bewonersvereniging en Ondernemersvereniging Heusden waarin wordt gesteld dat fase 1 nog niet volledig is uitgevoerd en dat er nog geen evaluatie heeft plaatsgevonden! Men heeft sedert juni van dit jaar zelfs niets meer van de wethouder gehoord. Wij kunnen ons niet aan de indruk onttrekken dat of de bewoners en ondernemers van de vesting dan wel de raad door de wethouder in het ootje genomen worden. Vorenstaande vormt voor ons aanleiding tot de volgende vragen: 1. Klopt de stelling van beide organisaties dat Fase 1 nog niet volledig is uitgevoerd? Zo neen, waarom niet? 2. Klopt het ook dat er nog geen begin is gemaakt met de evaluatie? Zo neen, waarom niet? 3. Indien vraag 2 wordt beantwoord in de zin van dat er nog niet geëvalueerd is, wanneer start de evaluatie dan wel? 4. Indien vraag 2 wordt beantwoord in de zin van dat er wel geëvalueerd is, waarom is dat dan niet in samenspraak met beide organisaties gebeurd zoals toegezegd door de wethouder? 5. Wanneer kunnen wij het in de Begroting 2014 toegezegde voorstel tot parkeerreguleringsmaatregelen voor de vesting tegemoet zien, 2013 duurt nog precies 6 weken? POSTADRES: LINDESTRAAT AM DRUNEN TEL.: INFO@HEUSDENTRANSPARANT.NL WEBSITE

95 In afwachting van uw reactieverblijf ik, met vriendelijk groet, F. van der Lee Fractievoorzitter Heusden Transparant

96 Einde bijlage: BIJL Vragen art 61 vdlee parkeren vesting.pdf Terug naar het agendapunt

97 BIJL Antw art 61 Vd Lee parkeren vesting Heusden.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11421#

98 De heer F. van der Lee Lindestraat AM DRUNEN ONS KENMERK: UW KENMERK: UW BRIEF VAN: 21 november 2013 BEHANDELD DOOR: Jolanda van der Borgh ONDERWERP: vragen art. 61 Rvo over parkeren vesting Heusden AANTAL BIJLAGEN: DATUM: 17 december 2013 VERZ. 18 december 2013 Beste meneer Van der Lee, In uw brief van 21 november 2013 heeft u ons vragen gesteld over het parkeren in de vesting Heusden. De antwoorden op deze vragen vindt u hieronder. Vraag 1 Klopt de stelling van beide organisaties dat fase I nog niet volledig is uitgevoerd? Zo neen, waarom niet? POSTADRES Gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen BEZOEKADRESSEN Julianastraat 34 Vlijmen Raadhuisplein 16 Drunen T F (073) E INFO@HEUSDEN.NL DIGITAAL LOKET BANKRELATIE NL54BNGH Antwoord Met uitzondering van het herzien van het parkeervergunningenbeleid en het plaatsen van enkele lichtmasten zijn alle maatregelen uit fase I afgerond. Het parkeervergunningenbeleid is nog niet herzien omdat dit verband houdt met de discussie over verdienmogelijkheden van betaald parkeren en het treffen van parkeerreguleringsmaatregelen (fase II). Vraag 2 Klopt het ook dat er nog geen begin is gemaakt met de evaluatie? Zo neen, waarom niet? Antwoord Op 20 december 2012 en op 24 mei en 24 juni 2013 heeft de portefeuillehouder gesproken met de bewoners- en ondernemersvereniging over de gerealiseerde maatregelen uit fase I. Daarnaast is een nachtelijk parkeeronderzoek gehouden, waarbij de uitkomsten in 2013 zijn vergeleken met de uitkomsten in dezelfde periode van voor de realisatie van de maatregelen uit fase I. Het overleg met de bewoners- en ondernemersvereniging en het nachtelijk parkeeronderzoek worden gezien als een evaluatie. Gemeente Heusden gebruikt uw persoonsgegevens uitsluitend voor het doel waartoe zij zijn verstrekt. Indien u daarover inhoudelijk meer wilt weten kunt u contact opnemen met de behandelend ambtenaar van onze gemeente (Wet Bescherming Persoonsgegevens, artikel 33 en 34)

99 Ons kenmerk Onderwerp vragen art. 61 Rvo over parkeren vesting Heusden Datum 17 december 2013 Pagina 2 van 2 Vraag 3 Indien vraag 2 wordt beantwoord in de zin dat er nog niet geëvalueerd is, wanneer start de evaluatie dan wel? Antwoord Niet van toepassing. Vraag 4 Indien vraag 2 wordt beantwoord in de zin van dat er wel geëvalueerd is, waarom is dat dan niet in samenspraak met beide organisaties gebeurd zoals toegezegd door de wethouder? Antwoord Zoals al eerder is aangegeven, is meerdere malen gesproken met de bewonersen ondernemersvereniging. Vraag 5 Wanneer kunnen wij het in de begroting 2014 toegezegde voorstel tot parkeerreguleringsmaatregelen voor de vesting tegemoet zien, 2013 duurt nog precies 6 weken? Antwoord Het college neemt voor het einde van dit jaar een besluit over parkeren vesting Heusden fase II. Met vriendelijke groet, het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming

100 Einde bijlage: BIJL Antw art 61 Vd Lee parkeren vesting Heusden.pdf Terug naar het agendapunt

101 BIJL Vragen art 61 Vonk dienstverlening aan bedrijven.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11431#

102 Heusden College van B en W van de gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen Betreft: Art. 61 vragen Dienstverlening aan bedrijven Vlijmen, 15 december 2013 Geacht College, In 2012 heeft de KvK een onderzoek naar bereikbaarheid van gemeenten in Nederland uitgevoerd. Daarover heeft zij rapport getiteld Hoe hard lopen gemeenten voor ondernemers? - Koplopers en achterblijvers in de dienstverlening aan het Nederlandse bedrijfsleven uitgebracht. Met name bij de telefonische benadering scoorde de gemeente Heusden slechts middelmatig. In de paragrafen 2.2 en 2.4 van de rapportage doet de KvK de volgende suggesties voor verbetering voor de gemeente Heusden: 2.2 Wat dient te worden verbeterd naar aanleiding van mysterycalling Wanneer een medewerker niet bereikbaar is, bied dan aan om de klant terug te bellen en kom deze afspraak ook na. Wanneer zaken onduidelijk zijn, vraag dan meer door. Controleer of een antwoord duidelijk is. Probeer zo veel mogelijk aan de telefoon af te wikkelen, dat scheelt niet alleen de ondernemer tijd, maar ook de gemeentemedewerkers. 2.4 Wat dient te worden verbeterd naar aanleiding van mysterymailing Maak structureel gebruik van een auto-reply. Reageer op alle s die worden ontvangen. Probeer een standaard opzet voor een te maken, bijvoorbeeld: Hartelijk dank voor uw mail over [onderwerp]. In deze kan ik het volgende melden [antwoord]. Voor eventuele vragen ben ik bereikbaar op.. Nog een fijne dag gewenst. Gebruik de juiste aanhef. D66 Heusden heeft hierbij de volgende vragen: 1. Onderschrijft het College de conclusies van het rapport? 2. Zo nee, waarom niet? 3. Zo ja, zijn verbeteracties in gang gezet? a. Zo nee, waarom niet? b. Zo ja, wat is de status van deze acties? Met vriendelijke groeten, Han Vonk Fractievoorzitter D66 Heusden D66 Heusden Contact Informatie Copernicuslaan 4 Telefoon info@d66heusden.nl 5251 ZC Vlijmen Mobiel: Internet

103 Einde bijlage: BIJL Vragen art 61 Vonk dienstverlening aan bedrijven.pdf Terug naar het agendapunt

104 BIJL Antw art 61 Vonk dienstverlening aan bedrijven.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11423#

105 J.W. Vonk Rossinistraat KJ DRUNEN ONS KENMERK: UW KENMERK: UW BRIEF VAN: 15 december 2013 BEHANDELD DOOR: René Megens DOORKIESNUMMER: (073) ADRES: ONDERWERP: beantwoording art. 61 Rvo-vragen over dienstverlening aan bedrijven AANTAL BIJLAGEN: DATUM: 14 januari 2014 VERZ. 14 januari 2014 Beste meneer Vonk, In antwoord op uw brief van 15 december 2013 vindt u hieronder de beantwoording van uw schriftelijk gestelde vragen over het onderzoek dat de Kamer van Koophandel eind 2012 heeft uitgevoerd bij de gemeente Heusden. Dit onderzoek ging over de bereikbaarheid van de gemeente in het kader van dienstverlening aan het Nederlandse bedrijfsleven. We konden in het rapport van de Kamer van Koophandel (uitgevoerd door: SCC Consultancy, Breda; september-oktober 2012) geen suggesties terugvinden in de paragrafen 2.2 en 2.4. Wij gaan er daarom van uit dat het hier om een schrijffout gaat en dat u de paragrafen 3.2 en 3.4 bedoelt. Voorop moet worden gesteld dat de gemeente Heusden op beide onderzoeken gemiddeld tot goed scoort. Bij mysterycalling zo goed als op het gemiddelde (6,27 ten opzichte van 6,2) en bij mysterymailing ruimschoots boven het gemiddelde (7,87 ten opzichte van 6,5). POSTADRES Gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen BEZOEKADRESSEN Julianastraat 34 Vlijmen Raadhuisplein 16 Drunen T F (073) E INFO@HEUSDEN.NL DIGITAAL LOKET Als de gemeente Heusden de dienstverlening aan haar inwoners en het Nederlandse bedrijfsleven kan verbeteren, dan zal zij dit uiteraard altijd doen. De gemeente Heusden heeft niet voor niets het credo Dromen.Doen.Heusden. Een gemeente voor doeners met een droom. Vraag 1 Onderschrijft het College de conclusies van het rapport? Antwoord Wij onderschrijven de conclusies van het onderzoek grotendeels en hebben in de organisatie de aanbevelingen besproken en opgepakt. BANKRELATIE NL54BNGH Gemeente Heusden gebruikt uw persoonsgegevens uitsluitend voor het doel waartoe zij zijn verstrekt. Indien u daarover inhoudelijk meer wilt weten kunt u contact opnemen met de behandelend ambtenaar van onze gemeente (Wet Bescherming Persoonsgegevens, artikel 33 en 34)

106 Ons kenmerk Onderwerp beantwoording art. 61 Rvo-vragen over dienstverlening aan bedrijven Datum 14 januari 2014 Pagina 2 van 2 Vraag 2 Zo nee, waarom niet? Antwoord Niet van toepassing. Vraag 3 en 3b Zo ja, zijn verbeteracties in gang gezet? En zo ja, wat is de status van deze acties? Antwoord Ja, er zijn verbeteracties in gang gezet. Het verbeteren van onze dienstverlening (in het kader van HeuseService!) is binnen onze organisatie overigens een continu proces. Het gaat hierbij om alle teams die op de een of andere manier contact hebben met individuele klanten en (voor dit onderwerp in het bijzonder) met het bedrijfsleven. Alle betrokken medewerkers hebben dezelfde instructie gehad over het correct afhandelen van een telefonisch en contact. Overigens blijven wij wel de vrijheid geven om hier een (gedeeltelijk) persoonlijke invulling aan te geven. Wij zijn van mening dat dit de dienstverlening ten goede komt. Ingaand op de genoemde punten van de aanbevelingen van het rapport, merken we het volgende op: - We bieden standaard aan om de klant terug te bellen, hiertoe maken wij dan in het zaaksysteem een terugbelnotitie aan. Op het nakomen van deze terugbelbelofte wordt strikt gestuurd. - Alle medewerkers van het Klantcontactcentrum hebben de instructie om goed door te vragen. Dit vraagt om een goede individuele aanpak. - Uiteraard proberen we zoveel als mogelijk aan de telefoon af te wikkelen. - De auto-reply wordt dagelijks gecontroleerd op werking. - We reageren op alle s. - We werken in onze correspondentie met standaardsjablonen. In incidentele gevallen kan het voorkomen dat daarvan wordt afgeweken. Deze vrijheid willen wij, in het belang van het contact met de klant, blijven behouden. Met vriendelijke groet, het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming

107 Einde bijlage: BIJL Antw art 61 Vonk dienstverlening aan bedrijven.pdf Terug naar het agendapunt

108 BIJL Vragen art 61 Vonk Voorste Venne.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11433#

109 Heusden College van B en W van de gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen Betreft: Art. 61 vragen Voorste Venne Vlijmen, 24 november 2013 Geacht College, D66 heeft via het memo van het college vernomen dat geen garantie voor de bestuurdersaansprakelijkheid wordt gegeven aan het bestuur van de Stichting De Voorste Venne. De verzekeringsmaatschappij kon dit ook niet. Naar aanleiding van dat feit is het voltallige bestuur afgetreden. D66 heeft naar aanleiding van het aftreden van het bestuur van de Voorste Venne de volgende vragen: 1. Welke gevolgen zal het ontbreken van een bestuur volgens het college hebben voor de toekomst van de Voorste Venne? 2. Gaat het college in dit verband handelen en zo ja, welke activiteiten zullen worden ondernomen? 3. Wat doet het college om te voorkomen dat de cultuuruitingen in het gebouw van de Voorste Venne zich in een verdergaande neerwaartse spiraal gaan bewegen? 4. Wat doet het college om de gebouwen van de Voorste Venne duurzaam te behouden voor de toekomst? Met vriendelijke groeten, Han Vonk Fractievoorzitter D66 Heusden D66 Heusden Contact Informatie Copernicuslaan 4 Telefoon info@d66heusden.nl 5251 ZC Vlijmen Mobiel: Internet

110 Einde bijlage: BIJL Vragen art 61 Vonk Voorste Venne.pdf Terug naar het agendapunt

111 BIJL Antw art 61 Vonk Voorste Venne (2).pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11425#

112 J.W. Vonk Rossinistraat KJ DRUNEN ONS KENMERK: UW KENMERK: UW BRIEF VAN: 24 november 2013 BEHANDELD DOOR: Wilfried Janssens DOORKIESNUMMER: (073) ADRES: ONDERWERP: beantwoording art. 61 Rvo-vragen over De Voorste Venne AANTAL BIJLAGEN: DATUM: 17 december 2013 VERZ. 18 december 2013 Beste meneer Vonk, In antwoord op uw brief van 24 november 2013 vindt u hieronder de beantwoording van uw schriftelijk gestelde vragen over De Voorste Venne. Vraag 1 Welke gevolgen zal het ontbreken van een bestuur volgens het college hebben voor de toekomst van de Voorste Venne? Antwoord Het ontbreken van het bestuur kan consequenties hebben met als uiterste gevolg dat de continuïteit niet gewaarborgd kan worden. De directie zorgt er op dit moment voor dat de dagelijkse gang van zaken wordt gecontinueerd. Vraag 2 Gaat het college in dit verband handelen en zo ja, welke activiteiten zullen worden ondernomen? POSTADRES Gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen BEZOEKADRESSEN Julianastraat 34 Vlijmen Raadhuisplein 16 Drunen T (073) F (073) E INFO@HEUSDEN.NL DIGITAAL LOKET BANKRELATIE nl54bngh Antwoord Er ligt inderdaad een taak voor ons en wij zijn actief bezig om op basis van artikel 2:299 van het Burgerlijk wetboek zo spoedig mogelijk in de bestuursleemte te voorzien. Wij verwachten eind februari 2014 hierover de nodige duidelijkheid te kunnen geven. Vraag 3 Wat doet het college om te voorkomen dat de cultuuruitingen in het gebouw van de Voorste Venne zich in een verdergaande neerwaartse spiraal gaan bewegen? Antwoord Het college wil de huidige impasse doorbreken door samen met het nieuwe bestuur zo snel als mogelijk invulling geven aan de beoogde samenwerking tusssen de gebruikers van het complex. Vraag 4 Wat doet het college om de gebouwen van de Voorste Venne duurzaam te behouden voor de toekomst? Gemeente Heusden gebruikt uw persoonsgegevens uitsluitend voor het doel waartoe zij zijn verstrekt. Indien u daarover inhoudelijk meer wilt weten kunt u contact opnemen met de behandelend ambtenaar van onze gemeente (Wet Bescherming Persoonsgegevens, artikel 33 en 34)

113 Ons kenmerk Onderwerp beantwoording art. 61 Rvo-vragen over De Voorste Venne Datum 17 december 2013 Pagina 2 van 2 Antwoord Het college is zich ervan bewust dat forse investeringen een vereiste zijn om het gebouw te behouden voor de toekomst. We merken wel op dat de noodzakelijke investeringen pas goed kunnen worden bepaald als er bestuurlijke overeenstemming is (tussen de grote organisaties binnen De Voorste Venne) over de gewenste richting. Met vriendelijke groet, het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming

114 Einde bijlage: BIJL Antw art 61 Vonk Voorste Venne (2).pdf Terug naar het agendapunt

115 Verslag raadsvergadering pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11436#

116 VERSLAG Openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op dinsdag 17 december 2013 van uur tot uur in het gemeentehuis Voorzitter: J. Hamming Griffier: E.J.M. de Graaf Aanwezige leden: J.M.A. Aerts (Heusden Eén), A.G.M. van Bladel (Heusden Eén), J.M.C.J.M. van den Dungen (Heusden Eén), J.E.P. Pijnenburg (Heusden Eén) vanaf uur, A.P.M. van den Hoven (Gemeentebelangen), C.P.P.M. van den Brandt (Gemeentebelangen), A.J.L. van Delft (Gemeentebelangen), C.M.M. Musters (Gemeentebelangen), H.E. Şimşek (Gemeentebelangen), W.T.T.M. Herman (Gemeentebelangen), T.M. de Laat (DMP Heusden) vanaf uur, R.P.J. Broos (DMP Heusden), J.J.P.M. Meijer (DMP Heusden), C.R.M. van Rooij (DMP Heusden), A.C.A. Couwenberg (VVD), J. van Aart (VVD) vanaf uur, A.T.E. Muskens-de Bont (CDA), D.F.M.J. Rijnders-Huisman (CDA), J.J.G. Levink (CDA), R. Heesbeen (PvdA), M. de Wild (PvdA), F.A. van der Lee (Heusden Transparant) vanaf uur, L.H.F. van der Steen (Heusden Transparant), L.A.J. van der Heijden (Heusden Transparant), R. Boersma (Heusden Transparant), J.W. Vonk (D66), P. Verboven (GroenLinks) Wethouders: W.A. van Engeland, C.A.M. van Bokhoven, M. Mulder, M. van der Poel Afwezigen: - Overige aanwezigen: vertegenwoordigers van de pers, publiek J. Verhoof-v.d. Griendt (notulist) 1. Opening De voorzitter opent de vergadering om uur met het openingswoord en heet de aanwezigen welkom. 2. Vaststelling van de agenda Mevrouw Van der Heijden (Heusden Transparant) merkt op dat één dag voor de vergadering gewijzigde raadsstukken digitaal worden toegestuurd. Dit is niet conform de afspraak. Het laat aanleveren van de stukken gaat ten koste van de kwaliteit van besturen en gevraagd wordt meer aandacht hieraan te geven. Hierna is de agenda vastgesteld. 3. Spreekrecht De voorzitter constateert dat er geen insprekers zijn. 4. Ingekomen stukken en mededelingen De voorzitter deelt mee dat de heer De Laat, de heer Van der Lee, mevrouw Van Aart en mevrouw Pijnenburg iets later zullen aanschuiven. De ingekomen stukken en mededelingen worden voor kennisgeving aangenomen. 5. Trekking naam voor stemming Eventuele hoofdelijke stemmingen in deze vergadering beginnen bij de heer Van der Steen. 6. Vaststelling van de verslagen van de raadsvergaderingen van 29 oktober en 7 november 2013 De voorzitter concludeert dat de verslagen van de raadsvergaderingen van 29 oktober 2013 en 7 november 2013 ongewijzigd zijn vastgesteld. 7. Regeling Paracommercie Drank- en Horecawet 2013 De voorzitter deelt mee dat de heer Verboven niet deelneemt aan de beraadslaging en de stemming om de schijn van belangenverstrengeling te vermijden. De heer Van den Hoven neemt de voorzittershamer over, daar de burgemeester portefeuillehouder is bij dit agendapunt. Raadsvergadering Heusden

117 Mevrouw Couwenberg (VVD) is niet op zoek naar nog meer regelgeving, maar is tevreden met deze nota door de vereenvoudiging en roept collega s op niet nog meer regels voor te schrijven. Mevrouw De Wild (PvdA) vindt het jammer dat men bij deze verordening het alcoholmatigingsbeleid voor jongeren wil meenemen. Dit vertroebelt de discussie over de oneerlijke concurrentie met de reguliere horeca. De verantwoordelijkheid ligt ook bij de verenigingen zelf. Zijn bijeenkomsten van persoonlijke aard in buurthuizen nu expliciet verboden of alleen het schenken van alcohol bij deze bijeenkomsten? Het Sint Hubertus gilde vraagt of het wel of niet een paracommerciële instelling is. Gevraagd wordt hoe het college hiermee omgaat. Mevrouw Van der Heijden (Heusden Transparant) onderkent de noodzaak voor nadere regelgeving op dit punt. Aan het college wordt gevraagd het woord semi-paracommercieel toe te lichten in de begrippenlijst of het woord te verwijderen uit de toelichting. Spreekster dient een amendement in om de startschenktijd op zon- en feestdagen aan te passen naar uur. De heer Broos (DMP Heusden) is blij dat er onderscheid wordt gemaakt tussen commerciële en niet-commerciële sportkantines. Een vaste bloktijd waarbinnen alcoholhoudende drank mag worden geschonken geeft duidelijkheid, maar het is een nadeel voor de zondagochtend en de door verenigingen georganiseerde clubavonden. Spreker vraagt bij de lijst van uitzonderingen in het belang van de vereniging de uitzonderingssituaties op te nemen voor de eindtijd van speciale clubavonden voor de ledenbinding. Hierbij kan worden uitgegaan van een gelimiteerd aantal festiviteiten per jaar en het feit dat hiervoor een verzoek moet worden ingediend. DMP Heusden vraagt in te stemmen met een verfijning van dit onderdeel en dient hiervoor een amendement in. Na instemming van deze wijziging kan men akkoord gaan met het besluit. De heer Van den Brandt (Gemeentebelangen) ondersteunt de preventie en alcoholmatiging bij de jeugd. Verenigingen hebben en nemen ook een eigen verantwoordelijkheid hierin. Het voorstel moet realistisch zijn en de sociale context van de verenigingen moet niet uit het oog worden verloren. Gevraagd wordt de schenktijd op zondag aan te passen naar uur omdat veel activiteiten niet aansluiten op de voorgestelde schenktijden. Gemeentebelangen dient hiervoor een amendement in ook namens Heusden Eén. Spreker steunt het amendement van DMP Heusden omdat het incidenteel mogelijk moet zijn om de eindtijd aan te passen. Mevrouw Van den Dungen (Heusden Eén) vindt dat vanuit het oogpunt van maatschappelijke verantwoordelijkheid het alcoholgebruik onder de jeugdigen moet worden teruggedrongen. Iedereen dient een voorbeeld te geven bij alcoholmatiging. Het is prima om schenktijden vast te stellen, maar voor veel verenigingen ontstaat hierdoor een vervelende situatie. Daarom wordt gevraagd de schenktijden op zondag aan te passen. Hiervoor is samen met Gemeentebelangen een amendement ingediend. Het amendement van DMP Heusden ligt in het verlengde van de ideeën van Heusden Eén en kan worden gesteund. De heer Vonk (D66) vindt dat niet alleen alcoholmisbruik onder jongeren moet worden tegengegaan, maar ook onder ouderen en hoopt dat de aanpassing van de schenktijden de discussies binnen de clubs op gang brengt. De uitzondering voor de commerciële uitbaters is een goede zaak. Spreker steunt de opmerking van DMP Heusden om bij uitzonderingen coulant om te gaan met de eindtijden en uit zijn bedenkingen over de wijziging van de schenktijden op zondag naar uur. Mevrouw Muskens-de Bont (CDA) kan zich in grote lijnen vinden in het voorstel en zegt dat de richtlijnen passend in de tijd zijn en maatwerk voor individuele gevallen mogelijk is. Dit voorstel is geen handvat om het overmatige alcoholgebruik bij de jeugd terug te dringen. De verantwoordelijkheid ligt bij de verenigingen en de ouders. Een actie voor preventief gebruik zou wel door de gemeente gestimuleerd kunnen worden. Het is geen probleem voor het CDA als de schenktijd op zondagmorgen begint om uur. Het is belangrijk dat er maatwerk wordt gegeven waar dit nodig is. Verzocht wordt om in gesprek te gaan met het Sint Hubertus Gilde om maatwerk te leveren. Een evaluatie met de vereniging is al toegezegd om te kijken of de wet wordt uitgevoerd zoals bedoeld. Het CDA onderschrijft het amendement van Gemeentebelangen en Heusden Eén, maar begrijpt het amendement van DMP Heusden niet omdat er een vergunning moet worden aangevraagd voor een evenement en de gemeente hier de openingstijden en schenktijden kan aangeven. Als de tijden hierin niet veranderd kunnen worden sluit het CDA zich toch aan bij DMP Heusden. 2 Raadsvergadering Heusden

118 Burgemeester Hamming zegt dat het op pagina 2 gaat over het verbod op alcoholschenken en niet over bijeenkomsten. Een bijeenkomst zonder alcohol is dus wel mogelijk. De gildes vallen ook onder paracommercie. De aanpassing van de schenktijden moet wel uitvoerbaar zijn. Het amendement van DMP Heusden creëert onduidelijkheid en handhavingsproblemen. De doelstellingen zijn alcoholmatiging, duidelijkheid, de belangen van de horeca en handhaving duidelijk maken. Als er veel verschillende tijden worden gehanteerd en veel uitzonderingen worden gemaakt, is dit niet te handhaven. De raad beslist zelf of de schenktijd op zondagochtend wordt aangepast. Voor evenementen hoeft niet apart een vergunning te worden aangevraagd, maar hier kan wel eenmalig een aanvraag voor ontheffing van sluitingstijd worden ingediend. Het reguliere beleid is 12 uur als eindtijd. De belangen voor de horeca zijn ook belangrijk. Hierin is een evenwicht gezocht. Er kan gekeken worden naar maatwerk, maar het is belangrijk om hoofdlijnen vast te stellen en de uitvoerbaarheid en handhaving te benadrukken. Mevrouw Van der Heijden (Heusden Transparant) kan instemmen met het amendement van Gemeentebelangen om de schenktijd op zondag aan te passen naar uur, waardoor het amendement van Heusden Transparant overbodig wordt en wordt ingetrokken. De heer Broos begrijpt dat het in de huidige regeling mogelijk is om eenmalig een ontheffing aan te vragen. Gevraagd wordt dit 4 keer jaar mogelijk te maken voor speciale gelegenheden en de toevoeging in het amendement te handhaven. Mevrouw Muskens-de Bont (CDA) kan er niet mee akkoord gaan om vooraf een vrijbrief te geven. De heer Van den Brandt (Gemeentebelangen) zegt dat dit niet uitvoerbaar en handhaafbaar is door het grote aantal verenigingen. De burgemeester stelt zich terughoudend op over de vrijstellingen, waardoor er een spagaat ontstaat. De burgemeester kan ook een meer ruimhartige opstelling innemen. Mevrouw Couwenberg (VVD) is voorstander van uitvoerbaarheid en vindt het te ver gaan om de uitzonderingen toe te staan en kan daardoor niet instemmen het amendement van DMP Heusden. Spreekster stelt voor de schenktijden op zondag te handhaven op uur. Mevrouw Muskens-de Bont (CDA) stelt voor om de eenmalige uitzondering te veranderen in incidentele vrijstelling. Dan kan de gemeente maatwerk leveren. De heer Van den Brandt (Gemeentebelangen) begrijpt het standpunt van de VVD niet over de schenktijden bij de activiteiten en tradities op zondagochtend en vindt dat volwassenen hun eigen verantwoordelijkheid hierin kunnen nemen. Mevrouw Couwenberg (VVD) zegt dat men eigenlijk 24 uur per dag zelf deze verantwoordelijkheid moet kunnen nemen, maar mensen hebben ook last van de gevolgen. Daarom neemt de overheid verantwoordelijkheid hierin. Tradities kunnen wijzigen in de loop van een tijd waar men anders omgaat met alcohol. De heer Van den Brandt (Gemeentebelangen) vindt het jammer dat er geen waarde wordt gehecht aan tradities. De doelstelling is niet alleen alcoholmatiging, maar ook een sociale binding wordt hierdoor onthouden. Spreker ondersteunt de opmerking van het CDA, omdat het benauwend is dat er zeer terughoudend wordt omgegaan met sluitingstijden. Mevrouw Van den Dungen (Heusden Eén) is akkoord met de aanvulling van het CDA en vindt dat men moet proberen maatwerk te leveren bij speciale activiteiten. Mevrouw Van der Heijden (Heusden Transparant) steunt de opmerkingen over de uitvoerbaarheid en de concurrentiepositie van de horeca en wacht de reactie van de burgemeester af. De heer Broos heeft dezelfde bedoeling als het CDA en heeft gezocht naar een pragmatische oplossing en vindt dat er een coulantere opstelling moet zijn over de aantallen. Het is de vraag of dit in de regeling moet worden opgenomen. Mevrouw De Wild (PvdA) steunt de opmerking van het CDA en gaat niet akkoord met het amendement van DMP Heusden. De PvdA gaat akkoord met de schenktijden op zondag vanaf uur en steunt het amendement van Gemeentebelangen en Heusden Eén. De heer Vonk (D66) zegt dat de burgemeester de bevoegdheid heeft om de toetsingskaders te maken. Hier kan worden aangegeven wat wordt bedoeld met incidentele vrijstelling, zodat het duidelijk is voor de handhaving. Spreker kan zich vinden in de aanpassing van de schenktijden op zondag naar uur, maar wil voor de andere dagen de tijd van uur handhaven. Burgemeester Hamming zegt dat het bestaand beleid is dat er een rechtstreekse ontheffing blijft bestaan. Dit betekent dat eenmalig een bijzondere ontheffing kan worden gevraagd. Dit wordt per aanvraag pragmatisch beoordeeld. Hij ontraadt het om deze regeling te wijzigen. Eenduidigheid is belangrijk voor handhaving. Hij verzoekt om de ontheffingsregeling te handhaven en niet te wijzigen. De heer Broos (DMP Heusden) is van mening dat er wordt tegemoetgekomen aan de vraag en trekt het amendement in. 3 Raadsvergadering Heusden

119 De voorzitter constateert dat het amendement van Gemeentebelangen en Heusden Eén is aangenomen met 22 stemmen voor en 2 stemmen tegen van de VVD (de heer Verboven (GroenLinks) neemt niet deel aan de stemming). De voorzitter concludeert dat wordt besloten conform het geamendeerde besluit van burgemeester en wethouders en geeft de voorzittershamer terug aan burgemeester Hamming. 8. Tweede Bestuursrapportage Mevrouw Van der Heijden (Heusden Transparant) constateert dat de uitkomsten van deze berap duidelijk maken dat de begroting 2014 niet klopt. Het positieve resultaat is het gevolg van het doorschuiven van zaken naar Het is een symbolisch gebaar om het geraamde voorstel voor de Voorste Venne structureel beschikbaar te houden voor toekomstige ontwikkelingen. De Heusdense gemeenschap heeft recht op concrete voorstellen. De oorzaak van de bezwaarprocedures over de WOZ moet worden gezocht bij eigen handelen van de gemeente. Mevrouw Couwenberg (VVD) ziet een fors tekort in de berap met structurele effecten naar de toekomst. Het is jammer dat er niet is geluisterd naar de opmerkingen over de eerste berap om direct in te grijpen in de tekorten. De uitgaven moeten in verhouding worden gebracht met de inkomsten. De heer Van Rooij (DMP Heusden) zegt dat de vraag over het onderhoud van de civiele kunstwerken onbevredigend is beantwoord op het gebied van veiligheid en de kosten voor beheersing hiervan. Gevraagd wordt waar de kosten van euro voor het onderhoud van de civiele kunstwerken vandaan komen. Zijn deze kosten in het beheerplan wegen opgenomen zoals is toegezegd? De heer Musters (Gemeentebelangen) heeft bij de informatievergadering een vraag gesteld over de groencompensatie langs de A59 door het vervangen van de dode bomen en informeert naar de bewaking van het proces. Wie controleert dat alles plaatsvindt conform afspraken? Mevrouw Van den Dungen (Heusden Eén) zegt dat er financiële tegenvallers zijn, maar ook meevallers. Sporthal Dillenburg in Drunen moet wel zo snel mogelijk worden gerealiseerd. De afwijkingen zijn duidelijk uiteengezet. De vragen zijn tijdens de informatieavonden naar tevredenheid beantwoord. Heusden Eén is akkoord met de te voteren kredieten en mutaties bij reserve. Door de stand van zaken van de ombuigingen wordt iedereen op de hoogte gesteld over de voortgang en de realisatie. Het is populistisch om te roepen dat het college niet luistert, maar er zijn geen alternatieven aangereikt door andere partijen. De gemeente voert een gedegen en goed financieel beleid. Heusden Eén kan daarom akkoord gaan met de berap. De heer Levink (CDA) merkt op dat het CDA wel een alternatieve voorjaarsnota had ingediend. Spreker maakt zich zorgen over de Wmo en vraagt zich af of de maatregelen passen in de vastgestelde kaders. Voorgesteld wordt om tijdens de volgende informatievergadering Samenleving toe te lichten waar de effecten zitten en of het past binnen de kaders. Het gaat ook over de ruimhartigheid en flexibiliteit bij Wmo-aanvragen. Ook wordt aandacht gevraagd voor de financiële situatie bij Baanbrekers. Er is geen financiële doorrekening gemaakt voor de komende jaren. Gevraagd wordt hoe Baanbrekers gereageerd heeft op de keuze van Loon op Zand voor het groenonderhoud door een andere partij. Heeft Baanbrekers deze situatie geëvalueerd? Het CDA heeft meerdere keren aandacht gevraagd voor de GGD. Begin januari 2014 is er een afspraak gepland met wethouder Van Engeland. Spreker is van mening dat de gemeente een bedrag te vorderen van heeft de GGD, omdat deze niet aan de prestatieverplichting heeft voldaan. De vragen over de kosten voor de bedrijfsvoering zijn beantwoord in een memo. Het CDA blijft van mening dat de raad de bevoegdheid heeft om de fte s te mogen aansturen. Gevraagd wordt of het college een overzicht wil geven van het aantal fte s, zodat bekend is in hoeverre de ambtelijke organisatie is geslonken. Spreker is blij met de toezegging over de voortgangsrapportage van Metal Valley. Bij de informatievergadering is ervoor gepleit om het project Groenewoud I om te zetten naar Metal Valley om meer rapportagemomenten te krijgen. Gevraagd wordt welke kosten aan de presentator van de subsidiebijeenkomsten zijn besteed? Het CDA dient een amendement in over de Voorste Venne om het bedrag van euro niet gereserveerd te laten staan. De vraag is om de dekking ten gunste van de exploitatie vrij te laten vallen. Gevraagd wordt hierin consequent te handelen. 4 Raadsvergadering Heusden

120 De heer Vonk (D66) zegt dat er bij de WOZ hogere kosten staan vermeld door proceskostenvergoedingen. De vraag is in hoeverre de taxaties goed zijn geweest. Gevraagd wordt meer tijd hieraan te besteden, zodat er minder bezwaren komen. De Voorste Venne wordt in een keer afgeboekt. In de laatste zin staat dat het krediet gelijk blijft. Gevraagd wordt waarom het bedrag van euro niet van het krediet wordt afgehaald. Bij de Wmo wordt gesproken in verwachtingen, maar deze worden niet concreet uitgewerkt. Er wordt ook structureel afgeboekt voor 2014 zodat de Wmo-doelstelling is behaald, maar deze berap gaat over Het budget kan ook gaan toenemen, omdat verzorgingstehuizen minder personeel aannemen en mensen langer thuis moeten blijven. Spreker wil dit eerst onderzoeken voordat het structureel wordt afgevoerd. Er wordt besloten dat de aanpassingen worden gedaan voor het jaar 2013 en daarom valt het bedrag van euro hierbuiten. Wethouder Mulder legt de systematiek uit. Er vindt een scherpe sturing plaats. Het college luistert wel, maar is het er niet altijd mee eens. Met minder proceskosten kunnen de burgers dezelfde rechten krijgen. De proceskosten komen nu bij commerciële bureaus terecht. Door tijdig met de inwoners in gesprek gaan over taxatie van objecten kunnen deze kosten worden voorkomen. Men is er niet op tegen om aanpassingen te doen. De aanloopkosten bij de Voorste Venne die nu zijn opgenomen, gaan over een ander plan met een andere looptijd. Daarom wordt het bedrag van euro in deze berap wel afgeboekt, maar de structurele lasten blijven staan omdat deze nog niet duidelijk zijn. De raad heeft een bezuinigingstaakstelling gegeven bij de Wmo. De wethouder is bereid dit verder toe te lichten. Over Baanbrekers is bij de werkbegroting in het AB afgesproken dat er een begrotingwijziging wordt doorgestuurd aan de raad. Het resultaat blijft negatief. Volgend jaar worden de jaarstukken opgesteld en wordt er een doorkijk gegeven naar meer jaren. Bij de aanbesteding over het groen van Loon op Zand heeft WML Facilitair ingeschreven en niet Baanbrekers. Baanbrekers is voor 50% vennoot hierin. Deze aanbesteding wordt in januari 2014 definitief. Vervolgens wordt dit geëvalueerd. De bezuinigingen op de bedrijfsvoering lopen in de pas. Het aantal fte s is terug te vinden in het sociaal jaarverslag. De kosten van de presentator worden nog doorgegeven. Zij kan niet instemmen met het amendement over het bedrag van structureel, omdat het niet verstandig is hierin momenteel een verandering aan te brengen. Het structureel effect bij de woningaanpassingen is ingerekend, omdat de aannames ook gelden voor de komende jaren. Het college is van mening dat het een structureel effect is dat er een eigen bijdrage als drempel wordt gevraagd. Wethouder Van Bokhoven zegt dat het onderzoek naar de staat van de civiele kunstwerken is afgerond en de gebreken moeten worden opgelost. Verwacht wordt dat dit in januari 2014 bij het college komt met de bijbehorende kosten. De compensatie van de bomen wordt door de gemeente zelf gecontroleerd. Hij kan de stand van zaken via een memo aangeven. De heer Levink (CDA) handhaaft het amendement en vraagt aan de raad het verzoek te steunen om in de volgende samenlevingsbijeenkomst de Wmo aan de orde te stellen en de toetsing met de kaders. Gevraagd wordt om een overzicht aan te leveren van de fte s per 31 december Mevrouw Van der Heijden (Heusden Transparant) vindt het negatief saldo een trend van het college. Er vinden geen tussentijdse bijstellingen plaats voor bezuinigingen. Heusden Transparant heeft er moeite mee dat de jaarrekening steeds niet positief wordt afgesloten en kan niet instemmen met het amendement van het CDA. Het is belangrijk dat de Voorste Venne nog op de agenda blijft staan en vraagt zaken tijdig uit te voeren. De heer Vonk (D66) pleit ervoor om de Wmo snel op de agenda te zetten, omdat de argumentatie van het college zwak is en de verwachtingen niet kloppen. Spreker is van mening dat de argumentatie over de proceskosten bij het bestuursrecht niet juist is. De heer Musters (Gemeentebelangen) wil dat het college de zaak goed voorbereidt, voordat de Wmo bij de informatievergadering Samenleving wordt besproken. Het bedrag van euro wordt afgeboekt van de exploitatie, maar het CDA wil ook het krediet van de Voorste Venne verlagen. De logica ontbreekt hier en daarom kan het amendement van het CDA niet worden gesteund. Spreker wacht de definitieve plannen dit voorjaar af en dan is er nog tijd genoeg om het krediet te verlagen. De heer Van Rooij (DMP Heusden) kan niet akkoord gaan met het amendement van het CDA, omdat het gaat over verschillende plannen en looptijden. De opmerking van voorgaande spreker over de voorbereiding voor het overleg over de Wmo in januari wordt gesteund. Raadsvergadering Heusden

121 Mevrouw Van den Dungen (Heusden Eén) sluit zich aan bij DMP Heusden over de Wmo. De Voorste Venne moet op de agenda blijven en men wil eerst de definitieve plannen afwachten. Daarom zal Heusden Eén het amendement niet steunen. De voorzitter constateert dat het amendement wordt verworpen met 3 stemmen voor van het CDA en 21 stemmen tegen. De voorzitter concludeert dat unaniem wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. PAUZE UUR UUR 9. Winkeltijdenverordening gemeente Heusden 2014 Mevrouw Van den Dungen (Heusden Eén) zegt dat er tegenstrijdigheden staan in de reacties van de winkeliersverenigingen. Gevraagd wordt ervoor te waken dat de winkeltijdenverordening teveel wordt vastgezet, omdat de kleine middenstand moet worden ontzien. Ook wordt aandacht gevraagd voor de briefwisseling van de ondernemers. Na de toelichting van DMP Heusden over hun amendement zal Heusden Eén hier in tweede termijn op terugkomen. Mevrouw Muskens-de Bont (CDA) zegt dat de wens van de supermarkt duidelijk is. In het gewone segment wordt de omzet niet groter. De kleine middenstanders krijgen een omzetverlaging. De supermarkten gaan meer energie verbruiken en dit is geen positieve bijdrage aan het milieu. De personele inzet op zondag gaat ten koste van sociale activiteiten. De levendigheid in het dorp wordt niet vergroot door het verruimen van de openingstijden van de supermarkten op zondag. Weinig mensen zien de noodzaak hiervan in en vinden de openingstijden van de winkels ruim voldoende. Voor de consument en de middenstand is de verruiming niet nodig, omdat de openstelling niet leidt tot een hogere consumptie. Het leidt in zeer beperkte mate tot meer levendigheid in de dorpen, maar wel tot een hoger energieverbruik en een minder sociaal leven voor de werknemers. Er wordt alleen voldaan de wens van de supermarkten. Het CDA is geen voorstander van het voorstel. De heer Vonk (D66) vindt dat de gemeente de kans moet aangrijpen tot een volledige openstelling voor alle winkels binnen deze gemeente. Een tweedeling is ongewenst. Ook de ondernemers kunnen hun kansen pakken. De winkeliers hebben aangegeven voorstander te zijn van volledige vrijstelling voor winkeltijden op zondag. Het is ook goed voor de werkgelegenheid. Om de handhaving te vereenvoudigen kan de verordening worden aangepast. Daarom heeft D66 een amendement voorbereid. De heer Van den Hoven (Gemeentebelangen) heeft gekeken naar het winkelbestand en heeft gezien dat er veel zelfstandige ondernemingen zijn. Ook kwalitatief scoren deze winkels goed. Het college verwoordt via een onderzoek dat er weinig of geen behoefte is aan verruiming van winkeltijden. Gemeentebelangen vindt dat er een maximum aantal van 18 zondagen per jaar gehandhaafd moet worden. Spreker kan zich vinden in een ander regime voor de vesting Heusden, waar de winkeltijden worden verruimd op zondagmiddag. Spreker kan instemmen met de wens van de supermarkten om 52 zondagen per jaar open te zijn en te kijken hoe dit loopt in Het is belangrijk om de resultaten na één jaar te evalueren. De heer Broos (DMP Heusden) zegt dat het voorstel hinkt op twee benen. Aan de ene kant biedt de gemeente de vrijheid aan de ondernemers voor verruiming van de openingstijden, waarbij een deel van de ondernemers de mogelijkheid wordt geboden alle zondagen open te zijn. Aan de andere kant is de gemeente behoudend en voorzichtig met uitbreiding van de openingstijden. Binnen de ondernemersvereniging is er een duidelijk verschil van mening. Ook zijn er winkeliers die willen meebewegen met de veranderde eis van de consument en de concurrentie uit andere gemeenten. DMP Heusden is er voorstander van om ruimte te geven aan de ondernemers en is tegenstander van branchedifferentiatie. Het is niet aan de gemeente om hierover debat te voeren. Het past in dit tijdsbeeld en binnen de uitgangspunten van de terugtrekkende overheid. Er zal altijd een discussie zijn over waar de grens ligt en wat de uitzonderingen zijn. Gevraagd wordt geen onderscheid te maken tussen de verschillende kernen en branches voor de zondagsvrijstelling. DMP Heusden dient hiervoor een amendement in, maar doet geen uitspraak over het aantal koopzondagen. Raadsvergadering Heusden

122 De heer Heesbeen (PvdA) is tevreden, omdat het college de nuance heeft gezocht en gevonden. Hoe gaat het college om met de Vlijmense onderneming Verbruggen die heeft ingesproken? De discussie is moeilijk maar men is blij met het beleid en wacht de evaluatie af. De heer Verboven (GroenLinks) zegt dat de beslissing bij de winkeliers moet liggen. Het voorstel is prima, omdat het zoveel mogelijk uitgaat van wat de ondernemers hebben aangegeven. Spreker wil de evaluatie afwachten. Mevrouw Couwenberg (VVD) vindt dat de regelgeving zo ruim mogelijk mag zijn. De markt kan zelf bepalen wat er wel en niet kan. Spreekster is verbaasd over de beperkingen die Gemeentebelangen oplegt. Na een jaar kunnen de excessen worden bekeken. Branchedifferentiatie is niet gewenst. Voor de leefbaarheid in het dorp kan er gekeken worden naar geschikte openingstijden op zondag. Mevrouw Van der Heijden (Heusden Transparant) zegt dat de beantwoording van de vragen in de informatievergadering onvoldoende is geweest. De consequentie van een afwijkend standpunt van ondernemers uit Drunen is niet duidelijk geworden. Volgens het voorstel mag een inpandige slijterij in een supermarkt niet geopend zijn, terwijl dit niet geldt voor de bakker en de slager in de supermarkt. De meerderheid geeft aan dat de detailhandel ook op zondag open mag zijn. Heusden Transparant heeft een amendement voorbereid, maar dient dit niet in. Spreekster is voorstander van zo ruim mogelijke openingstijden. Het is de taak van de ondernemer om hierover te beslissen en de detailhandel kan hieraan zelf invulling geven. Wethouder Van der Poel zegt dat de motivatie komt uit de ondernemersverenigingen. De ondernemers uit de vesting Heusden vinden de openingstijden prima, ook op andere locaties. In Vlijmen bleek uit de enquête onder de leden dat de meerderheid geen voorstander was van uitbreiding. De vertegenwoordigers van de ondernemersvereniging uit Drunen gaven aan dat zij alle zondagen open wilden zijn, maar hadden de leden niet geraadpleegd. De drie ondernemersverenigingen vinden dit voorstel een prima compromis om te starten en na een jaar te evalueren. Vanuit de ondernemersverenigingen denkt men minder te vrezen te hebben van de concurrentie van supermarkten, maar wel van die van andere detaillisten. Daarom wil men een beperkte openstelling hebben van 18 zondagen per jaar. Hij respecteert de mening van het CDA, maar maakt de kanttekening dat de inwoners wel op zondag naar andere gemeentes kunnen gaan waar de supermarkten alle zondagen open zijn. De winkeliers willen bekijken of de extra openingstijden extra omzet met zich meebrengen. Het amendement van DMP is niet helder. Ook is niet duidelijk aangegeven wat men wil met het onderscheid tussen de kernen. In de informatievergadering is aangegeven dat er ontheffing kan worden verleend als er een goede reden voor is. De inpandige slijterijen en bloemisten bij de supermarkt horen niet bij de supermarkt. Het onderscheidende criterium is dat dit voor de kassa plaatsvindt. De ondernemersverenigingen hebben aangegeven dat ook als de supermarkt het hele jaar open is, dat niet betekent dat de kleine middenstanders dit ook willen. De heer Vonk (D66) heeft aan willekeurige ondernemers gevraagd wat zij willen. Zij hebben aangegeven geen oneerlijke concurrentie te willen en op alle dagen open willen kunnen zijn. Op deze basis is het amendement geschreven. Er staan vreemde en ongewenste regelingen in het vrijstellingenbesluit die eruit moeten worden gehaald. De ondernemers willen zelf bepalen wanneer de winkel open is. Gevraagd wordt meer vrijheid aan de ondernemers te geven en geen inperkingen. Mevrouw Couwenberg (VVD) ondersteunt het betoog van D66. Bij ruime openingstijden kan de markt zelf bepalen wat er nodig is. Daarom kan de VVD de amendementen steunen die de vrijheid van de ondernemers promoten. De heer Van den Hoven (Gemeentebelangen) vraagt of D66 ook bij de bewoners in de winkelcentra heeft geïnformeerd. Bij de paracommercie is het belangrijk heldere regels aan te geven. De tijden zijn voldoende ruim gesteld. Spreker wil ook de wensen van de kleine winkeliers honoreren en hen een moment van rust gunnen. Mevrouw Couwenberg (VVD) vraagt waarom de gemeente de bewoner helderheid moet geven. Dit is een spel tussen de bewoners en de winkeliers. De heer Vonk (D66) zegt dat bewoners hebben aangegeven dat zij een keuzevrijheid willen hebben. De gemeente hoeft dit niet te beslissen voor de ondernemer. De heer Van den Hoven (Gemeentebelangen) vraagt over het amendement van DMP Heusden of het de bedoeling is om de koopzondagen bij Heusden vesting terug te brengen naar 18 dagen. Raadsvergadering Heusden

123 De heer Broos (DMP Heusden) wil met het amendement geen branchedifferentiatie en de ondernemers in de vesting Heusden niet tekort doen en de tijden opnemen zoals in artikel 2.1. Het amendement betekent dus dat er alleen maar artikel 2 is, met tijden vanaf 12 uur tot 6 uur. Mevrouw Muskens-de Bont (CDA) vindt de belangrijkste boodschap dat het oneerlijke concurrentie is als de supermarkten op zondag wel open mogen zijn en de kleine ondernemer niet. Voorgesteld wordt om 18 koopzondagen mogelijk te maken voor supermarkten en kleine ondernemers. De winkeliersverenigingen van de kernen kunnen hier ook een verdeling in maken, zodat de winkeliers zelf kunnen bepalen wanneer hun winkel open is. Mevrouw Van der Heijden (Heusden Transparant) is van mening dat de winkeliersverenigingen deze keus niet kunnen maken. Spreekster sluit zich aan bij de opmerkingen van de VVD over de vrijheid voor de ondernemer en de ruime openingstijden. Heusden Transparant sluit zich aan bij het amendement van D66, maar vraagt meer duidelijkheid over Heusden vesting. Mevrouw Van den Dungen (Heusden Eén) wenst zo ruim mogelijke openingstijden, maar wel bepaald door de markt. Er moet wel een samenhang zijn in de tijden, maar dit kan door de ondernemers zelf worden bepaald. Heusden Eén steunt het amendement van DMP Heusden en is tegen het amendement van D66. De heer Vonk (D66) legt uit dat het amendement van D66 vrijheid geeft van openingstijden aan alle ondernemers in alle kernen. D66 wordt voorgesteld artikel 3 te verwijderen, omdat hierin de beperkingen staan opgenomen. Wethouder Van der Poel bespeurt dat men denkt dat de ondernemers blij zullen zijn met het vrijgeven van de openingstijden voor de middenstanders, maar men doet de meerderheid van de kleine ondernemers hier geen plezier mee. Dit blijkt uit de gesprekken met de ondernemersverenigingen. De heer Vonk (D66) is het niet eens met de laatste opmerking, omdat ook is aangegeven dat niet altijd is gecommuniceerd met de leden. De voorzitter constateert dat het amendement van D66 wordt verworpen met 20 stemmen tegen en 7 stemmen voor van D66, Heusden Transparant en de VVD. De heer Broos (DMP Heusden) wijzigt het amendement zodat de branchedifferentiatie komt te vervallen en artikelen 2.1, 2.2. en 2.3. komen te vervallen, waardoor er één artikel 2 is met een algemene vrijstelling die uitgaat van de genoemde tijd zoals bij 2.1. Dit betekent een algemene vrijstelling, waarbij de tekst geldt voor alle kernen. Gelijk aan het amendement van D66 maar met een gewijzigde tijd, gelijk met vesting Heusden. De voorzitter constateert dat het amendement van DMP Heusden is aangenomen met 17 stemmen voor van GroenLinks, de VVD, Heusden Transparant, mevrouw De Wild (PvdA), DMP Heusden, Heusden Eén en D66 en 10 stemmen tegen van de heer Heesbeen (PvdA), Gemeentebelangen en het CDA. Naast Gemeentebelangen en CDA stemt de heer Heesbeen (PvdA) tegen het geamendeerde voorstel. De voorzitter concludeert dat wordt besloten conform het geamendeerde besluit van burgemeester en wethouders. 10. Bestrijding onkruid op verharding De heer Verboven (GroenLinks) is verheugd over de nieuwe ontwikkelingen. De heer Heesbeen (PvdA) is ook blij met deze ontwikkelingen. De PvdA kiest voor hetzelfde bedrag en minder kwaliteit in de toekomst in plaats voor verhoging van het bedrag tegen dezelfde kwaliteit. De heer Van Delft is blij dat nu wordt uitgevoerd wat in 2010 is besloten en wil dat de raad op de hoogte wordt gebracht van de resultaten van de proeven door de provincie. Er moet nog worden afgewacht of er geen risico s kleven aan het voorstel, omdat de aanbesteding nog moet plaatsvinden. De heer Aerts (Heusden Eén) zegt dat er een wetsvoorstel wordt behandeld om per 1 januari 2015 of 2016 een algeheel verbod in te voeren op de onkruidbestrijding van openbare verhardingen, waardoor deze discussie overbodig wordt. Hij is benieuwd naar de uitkomsten van het rapport van CLM. Raadsvergadering Heusden

124 Mevrouw Rijnders-Huisman (CDA) vindt dit een besluit zonder nieuwe inhoud, omdat dit in 2013 al was genomen. Gevraagd wordt of het college er bewust voor heeft gekozen om de uitvoeringszaken hierin op te nemen. Het CDA vindt de zinsnede uit het raadsvoorstel over de voorgeschiedenis vreemd. Sinds wanneer is het coalitieprogramma kaderstellend, want bij de voorgeschiedenis staat dat dit een raadsbesluit is. De heer Vonk (D66) is blij dat men een onderzoek heeft geraadpleegd en dat het besluit dat eerder is genomen wordt uitgevoerd. Het is een goede zaak dat ondernemers proeven gaan doen, maar niet dat de gemeente geld hierin moet steken. Gevraagd wordt bij het bestek op te nemen dat innovatieve methodes door ondernemers zelf moeten worden uitgevoerd. Er moet wel bij de aanbesteding worden meegenomen welke kwaliteit er wordt verwacht, zodat de uitvoering kan worden gecontroleerd. Wethouder Van Bokhoven zegt dat men eerder heeft aangegeven de huidige kwaliteit te willen handhaven. Als er met minder kwaliteit genoegen wordt genomen, hoort daar ook een andere prijs bij. In de aanbesteding wordt de prijs bepaald. Eerder is aangegeven dat men een proeftuin wil zijn voor onkruidbestrijding. De kwaliteit komt aan de orde bij de aanbesteding. De markt zal de prijs bepalen om de kwaliteit te handhaven. Hiervan wordt melding gemaakt in de berap. Verwacht wordt dat het oude prijspeil niet gehandhaafd kan worden. In het coalitieakkoord spreekt men af om bepaalde doelen te bewerkstelligen, vandaar dat een aantal uitvoeringen in de memo van het besluit staat. Mevrouw Van der Heijden (Heusden Transparant) kan geen antwoord geven over de kwaliteit. Spreekster vindt dat de kwaliteit en de opties ook in het stuk hadden moeten staan. De heer Vonk (D66) wil de vastgestelde kwaliteit handhaven en niet een mindere. De heer Heesbeen (PvdA) wil instemmen met minder kwaliteit als dit onontkoombaar is. De PvdA wil extra geld liever voor andere zaken inzetten. De heer Aerts (Heusden Eén) wil kijken naar de beste methode en stelt voor de proeftuin in werking te stellen. De heer Van Rooij (DMP Heusden) zegt dat de methodieken te beschrijven zijn en dat de kwaliteit hiermee aangegeven kan worden. Uit onderzoek is gebleken dat een combinatie van een aantal methodes het beste werkt. De voorzitter concludeert dat unaniem wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 11. Nota Werk blijven maken van armoede De voorzitter concludeert dat unaniem wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders e Wijziging gemeenschappelijke regeling Baanbrekers De voorzitter deelt mee dat de heer Musters en mevrouw Couwenberg niet mee doen aan de beraadslagingen om de schijn van belangenverstrengeling te voorkomen. De heer Boersma (Heusden Transparant) zegt dat de inkomens van de medewerkers van Baanbrekers in de pas moeten lopen met wat maatschappelijk aanvaardbaar is. Waarom is er bij de leden van het algemeen bestuur een stapeling van inkomens en vergoedingen? De aanmeldingen om bestuurslid te worden zijn vrijwillig. Aan de wethouder wordt gevraagd om de vergoedingsregeling niet toe te passen en een positief signaal af te geven aan de medewerkers en de samenleving. Mocht de raad wel besluiten een vergoeding hiervoor te vragen dan zou dit geld aan een goed doel besteed kunnen worden. De heer Levink (CDA) vindt een vergoeding voor de bestuursleden op zijn plaats, omdat dit extra verantwoordelijkheden met zich meebrengt. Wethouder Mulder ondersteunt de opmerking van het CDA. Een vergoeding is terecht voor het algemeen bestuur bij Baanbrekers vanwege de verantwoordelijkheden. De vergoeding van maximaal 75 euro geldt alleen voor de raadsleden en niet voor de wethouders. Mevrouw Van den Dungen (Heusden Eén) ondersteunt de opmerking van de wethouder, omdat het een intensieve taak is en deze door samenvoeging van ISD en WML nog intensiever is geworden. Raadsvergadering Heusden

125 Zij vraagt of Heusden Transparant de volgende keer wil deelnemen in het algemeen bestuur van Baanbrekers. De heer Boersma (Heusden Transparant) stemt tegen het voorstel. De voorzitter concludeert dat wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 13. Evaluatie Kadernota Sport en bewegen gemeente Heusden 2008 De heer Levink (CDA) merkt op dat de evaluatie niet op een meetbare wijze is verlopen. Ook in de Wijkatlas ontbreekt een aantal zaken. Deze evaluatie is geen goede basis voor een nieuwe Sportnota. De doelstellingen moeten SMART geformuleerd worden door te starten met een nulmeting. In tabellen staat aangegeven dat de sportdeelname van de jeugd in deze gemeente 90% is. Gevraagd wordt uitleg te geven welk deel van de totale populatie wordt bedoeld met dit percentage. Uit cijfers in de nieuwe wijkatlas blijkt dat de participatie is gedaald. Bij aanbeveling 1 wordt geconcludeerd dat gemeente aanbodgedreven sportaccommodaties wil handhaven, in plaats van vraaggerelateerde sportaccommodaties. De wethouder heeft aangegeven dit gemeentebreed te bekijken. Het aanbodgedreven accommodatieaanbod is niet altijd gewenst. Door demografische ontwikkelingen blijkt sportparticipatie zich per leeftijd verschillend te ontwikkelen. In de evaluatienota wordt verwezen naar buurtsportcoaches die toenemen en gericht zijn op een hogere participatie. Spreker is het niet eens met aanbeveling 1 over de uitbreiding van de accommodaties. Ook is men niet akkoord met benchmarking bij aanbeveling 3, omdat de gemeentes niet vergelijkbaar zijn. Gevraagd wordt een kader toe te voegen over het ouderenproof en gehandicaptenproof maken van de sportaccommodaties. Spreker vraagt zich af of de uitbreiding met vier sportcoaches te veel is, omdat de behoefte hieraan niet duidelijk is. Het programma is aanbodgedreven in plaats van vraaggedreven. Voorgesteld wordt om te informeren naar de behoeftes omtrent sport en sportaccommodaties. Spreker benadrukt dat het belangrijk is om in de Sportnota op te nemen dat de zwemlesparticipatie bij andere culturen verhoogd dient te worden en stelt voor de kleur van de Wijkatlas per jaar te veranderen voor de herkenning van het jaartal. De heer Vonk (D66) vindt de evaluatie lastig, omdat de doelstellingen niet SMART zijn en er niet gekeken is naar de effecten. Het is niet helder of de doelstellingen zijn gehaald. Er is geen verbinding gelegd tussen de evaluatie en de doelstellingen van het beleid. Het is jammer dat er geen overkoepelend orgaan is voor de verenigingen. De gemeente zou mee kunnen nadenken hoe dit kan worden gerealiseerd. De aanbevelingen zijn erg strikt. Nergens uit de evaluatie blijkt waarom de 50/50-regeling is losgelaten. Benchmarken voegt niets toe omdat elke gemeente een ander beleid heeft. Deze gemeente kan als voorbeeld dienen vanwege de goede accommodaties en voorzieningen. Het is goed om de resultaten bij de subsidieverstrekking te betrekken. D66 ondersteunt de ontwikkeling om het aantal sportcoaches uit te breiden, maar er moet op tijd worden ingespeeld op het financiële gat dat ontstaat na De heer Verboven (GroenLinks) vindt dat men geen goede evaluatie kan maken omdat de 50/50- regeling is losgelaten. Er kan alleen aanbodgestuurd worden geopereerd, omdat vraaggestuurd niet te betalen is. Spreker is het niet eens met het CDA dat de cultuur vraaggestuurd opereert. Mevrouw Couwenberg (VVD) vindt dat het lijkt alsof men nooit heeft geloofd in de kadernota Sport, omdat de doelen niet zijn uitgevoerd. De raad heeft het lef niet gehad dit eerder aan te geven. Een aantal clubs heeft wel gebruik gemaakt van mogelijkheden tot uitbreiding. De laatste vijf jaar zijn er geen keuzes gemaakt. De VVD wil dat alle fracties duidelijk maken waar zij heen willen met de sport. De doelstellingen zijn niet gemeten en daarmee vervalt het fundament van de evaluatie, waardoor deze evaluatie niet gebruikt kan worden. Het is slecht dat recentelijk besloten is om een aantal investeringen te doen, omdat het voor de andere verenigingen de komende periode niet mogelijk is. Er moet gemeentebreed worden gekeken wat er nodig is. Aan het college wordt gevraagd om te kijken of zich vanuit het veld personen met een helikopterview willen inzetten. Het uitgangspunt van de 50/50-regeling is losgelaten, maar dit heeft geen eerlijke kans gehad. Men had hier in tien jaar tijd naartoe kunnen werken. De VVD kan niet instemmen met het voorstel. Raadsvergadering Heusden

126 Mevrouw Van der Heijden (Heusden Transparant) kan in grote lijnen instemmen met de VVD. Ad hoc is er een voorstel aangenomen. Het is te laat om nu nog een benchmark te doen. Heusden Transparant kan er niet mee instemmen om de aanbodgerichte vraag op te nemen en kan niet instemmen met het voorstel. Wethouder Van Bokhoven zegt dat in de informatievergadering is geconstateerd dat er een goed sportaanbod is binnen deze gemeente. Dit blijkt uit het hoge aantal deelnemers en heeft ook te maken met de samenvoeging van accommodaties. Gemeentebreed is bekeken hoe deze accommodaties in stand kunnen worden gehouden. Er is niet gekozen voor uitbreidingsinvesteringen voor de komende periode van de kadernota Sport. Voorgesteld wordt om een uitbreidingsverzoek bij het college neer te leggen. Ook uit andere kernen kan men deelnemen aan sportverenigingen binnen deze gemeente. Het college blijft bij het standpunt dat het sportaanbod ruim voldoende is. De verenigingen kunnen ook gaan samenwerken en een gezamenlijke oplossing zoeken bij de sportaccommodaties. Mevrouw Couwenberg (VVD) is van mening dat het verhaal van de wethouder gaat over een kadernota voor de toekomst en niet over een evaluatie. Wethouder Van Bokhoven geeft antwoord op de vragen en licht de aanbevelingen toe. Het uitgangspunt over de 50/50-regeling is eerder losgelaten. De bestaande investeringsvragen voor uitbreiding zijn afgewerkt en waren vaak langlopende trajecten. Vervolgens worden er nieuwe kaders gesteld zodat de nieuwe kadernota Sport duidelijkheid schept voor de verenigingen. Het initiatief vanuit Scala en de Schroef over de uitbreiding van het aantal sportcoaches wordt gestimuleerd vanuit de rijksoverheid en gebeurt budgettair neutraal voor de gemeente. Het is een verrijking voor de jeugd en de doelgroep wordt uitgebreid. Hij ondersteunt GroenLinks en bevestigt dat aanbodgericht werken betaalbaar is en vraaggericht werken niet. Uit onderzoek naar zwemvaardigheid bij de jeugd is gebleken dat er groeperingen zijn die geen zwemdiploma hebben en samen met Scala wordt bekeken hoe deze doelgroepen bereikt kunnen worden. Bij benchmarken moeten geen appels met peren worden vergeleken. Het is nuttig om te bekijken hoe andere gemeentes hiermee omgaan. In het verleden is er een platform Sport en bewegen geweest. De Schroef heeft veel contacten en zal signalen terugkoppelen naar de gemeente. Hij zal het antwoord nog opzoeken bij welk deel van de populatie het percentage van 90% behoort. De heer Levink (CDA) kan niet instemmen met deze kadernota. Als een vereniging een ledenstop moet hanteren is dit nadelig voor de levensvatbaarheid en is dit een langdurig probleem. Spreker heeft geprobeerd de tegenstrijdigheden in het rapport aan te geven over de aanbodgerichte accommodatie en de rest van het beleid. Wethouder Van Bokhoven is van mening dat er geen ledenstop nodig is als verenigingen gebruik kunnen maken van elkaars accommodaties. Het CDA, Heusden Transparant, VVD, D66 en GroenLinks stemmen tegen het voorstel. De voorzitter concludeert dat wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 14. Legesverordening en verordening lijkbezorgingsrechten 2014 De voorzitter concludeert dat unaniem wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 15. Naar een excellente Agrifood regio Noordoost Brabant De voorzitter concludeert dat unaniem wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 16. Masterplan de Grassen Mevrouw De Wild (PvdA) benadrukt dat dit een mooi plan is en uit haar complimenten voor de structuur van water, wegen en groen. Spreekster gaat ervan uit dat wijzigingen in de hoofdstructuur terugkomen naar de raad. De PvdA heeft alle vertrouwen in de uitwerking en ziet uit naar de bestemmingsplannen. De heer Van der Lee (Heusden Transparant) vindt dat dit een eerste grondslag kan zijn voor het bestemmingsplan. De eerste stap is gesprekken met bewoners van aangrenzende wijken om draagvlak te creëren. Heusden Transparant wil vasthouden aan de ingeslagen weg. Spreker vraagt of het wel een goede zaak is, omdat er nu al wordt uitgegaan van een volledig bestemmingsplan voor De Grassen. Voorgesteld wordt om te wachten tot de bouw aantrekt. Er is een groot financieel gevaar als het bestemmingsplan begin 2014 wordt goedgekeurd en de bouw niet snel aantrekt. 11 Raadsvergadering Heusden

127 Ook ligt er nog een claim van de firma Van Wanrooij. Spreker vraagt om voorafgaand aan het bestemmingsplan een exploitatieberekening te geven over dit gebied en is zeer terughoudend met de doorvoering van het bestemmingsplan De Grassen in De heer Van Rooij (DMP Heusden) is blij met het initiatief om een voorlichtingsavond te organiseren. De grootste zorgen van de bewoners zijn hierdoor weggenomen en ook de zorgen voor het plan Geerpark blijken niet realistisch. Gevraagd wordt een aantal aandachtspunten te bewaken en burgers en raad te informeren over de voortgang van: de kwaliteitsaspecten van het plan, geen eenheidsbebouwing, het doorrekenen van verkeersproblemen bij de carré-rotonde, meerdere ontsluitingsmogelijkheden voor langzame verkeersdeelnemers, duidelijke afstemming tussen ambities en mogelijkheden. Als de Vijfhoevenlaan als enige toegangsweg wordt opgenomen voorziet men problemen voor de hulpdiensten. Gevraagd wordt tijdig voor een goede afstemming te zorgen. Het opnemen van de OV-aansluiting lijkt een goed plan. De heer Herman (Gemeentebelangen) sluit zich aan bij de woorden van de PvdA. Spreker vraagt nogmaals de Voordijk vrij te stellen van vracht- en bouwverkeer. De wethouder heeft toegezegd dat dit een punt van aandacht is. De heer Van Bladel (Heusden Eén) heeft geen antwoord ontvangen op de vraag of de achtertuinen aan de De Jonglaan bij het plan de Grassen verlengd kunnen worden. Door het plan loopt een watersingel die mede kan worden ingericht voor ontspanning. In april is de suggestie gedaan om de watersingel in te richten volgens de drooggelegde rivier in Valencia. Mevrouw Rijnders-Huisman (CDA) vraagt zich af of het nodig is om op dit moment geld te investeren om de Grassen te ontwikkelen en of de huidige klanten een stabiele groep vormen. Elders in de gemeente is voldoende potentiële bouwgrond aanwezig. Het bouwrijp maken van de Grassen kost veel geld. Men kan beter wachten met de planvorming tot de markt is aangetrokken. Voorgesteld wordt om eerst de plekken te gebruiken die beschikbaar zijn. Het CDA sluit zich aan bij de opmerking van Heusden Transparant over de reële termijn. De heer Vonk (D66) vindt dat het Geerpark en de Grassen gelijk moeten opgaan met de ontwikkelingen van de randweg Vlijmen, omdat er anders geen goede ontsluiting is. De duurzaamheid staat hier niet zo goed beschreven als bij het Geerpark. Er wordt aandacht gevraagd voor een goede bereikbaarheid voor de fietser en de voetganger. Gevraagd wordt goed in gesprek te blijven met omwonenden en deze samen met de raad mee te nemen in het proces. Wethouder Van Bokhoven legt uit dat dit de onderlegger is voor het bestemmingsplan. De omwonenden en belangstellenden hebben positief gereageerd op de plannen. De planning is om 825 woningen in tien jaar te realiseren. Er wordt niet meer bouwrijp gemaakt dan nodig is. Naar gelang de markt dat vraagt, vinden de ontwikkelingen plaats. De afspraken die gemaakt zijn, zijn pas aan de orde op het moment dat de plannen worden uitgevoerd. De eerste fase is aan de zuidwestkant en dit is eigendom van de gemeente Heusden, waardoor er geen extra kosten nodig zijn. De bestemmingsplanprocedure duurt een jaar en er zijn al voldoende vragen. Als het gebied klaarligt, kunnen de deelgebieden makkelijker worden uitgebouwd. Woningmarktonderzoek heeft vastgesteld dat het een goede locatie is. Binnenkort zijn er weer gesprekken met bewoners aan de De Jonglaan voor mogelijke verlenging van de tuin. Hij zal het voorstel over de drooggelegde rivier in Valencia nog bekijken. Het is onwenselijk dat er bouwverkeer gaat rijden over de Voordijk. De tips van de DMP Heusden worden ter harte genomen. Het is een toegevoegde waarde als er meerdere plannen in de markt worden gezet en meerdere personen worden aangetrokken. De heer Van der Lee (Heusden Tranparant) heeft andere voorwaarden gelezen, waarin staat vermeld bij het gereedkomen van het bestemmingsplan. Aan de wethouder wordt gevraagd dit nader te bekijken. Spreker legt een stemverklaring af, omdat hij wel voorstander is van het plan, maar bedenkingen heeft omdat hij iets anders in de voorwaarden heeft gelezen. Mevrouw Rijnders-Huisman (CDA) legt een stemverklaring af. Zij is niet tegen het plan, maar wel om dit nu met deze snelheid door te zetten naar een bestemmingsplan. De voorzitter concludeert dat unaniem wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. Raadsvergadering Heusden

128 17. Kernmanagement Drunen en verordening reclamebelasting De heer Heesbeen (PvdA) geeft het voordeel van de twijfel aan dit plan, maar plaatst een kanttekening bij de hoogte van het bedrag. Gevraagd wordt een differentiatie aan te brengen voor grote en kleinere winkels. Aan de fracties wordt gevraagd wat zij ervan vinden om het bedrag standaard te verlagen van 500 euro naar 350 euro. De heer Verboven (GroenLinks) vindt dit een vorm van overregulering en blijft tegen deze verordening, omdat dit geen taak is van de gemeente. Mevrouw Couwenberg (VVD) heeft gekeken naar het doel van deze belasting en geeft het voordeel aan de winkeliers in het kernmanagement die gezamenlijk optrekken. Als blijkt dat de achterban niet blij is met het kernmanagement dan zal de VVD aan de raad voorstellen hiermee te stoppen. De VVD is geen voorstander van het heffen van belasting, maar hiermee kunnen de grote ketens worden benaderd die nu geen bijdrage leveren aan de activiteiten. Spreekster is blij met de aanpassing van het convenant, waarin duidelijk is dat de gemeente een faciliterende rol speelt. Dit betekent dat de gemeente zich ook niet moet bemoeien met de hoogte van het bedrag. De VVD kan instemmen met het voorstel. De heer Van der Lee (Heusden Transparant) vindt dat het kernmanagement op los zand drijft. Het bestuur heeft zijn best gedaan verbeteringen aan te brengen, maar de grondslag voor het kernmanagement is nog niet aanwezig. De gemeente wordt dan gebruikt als incassobureau voor de middenstanders. De waardering is niet groot en het bestaansrecht is wankel. De opmerkingen over de SPD waren niet lovend. De resultaten van de enquête van Heusden Transparant worden verspreid en deze wijken niet ver af van de enquête van Avans. De dreiging dat er dan niets meer in Drunen wordt georganiseerd is overtrokken. Heusden Transparant constateert dat er geen draagvlak is bij ondernemers voor kernmanagement onder deze voorwaarden en vindt dat de gemeente zich niet voor het karretje moet laten spannen. Het financiële plaatje schept geen vertrouwen voor de toekomst. Heusden Transparant stemt tegen het voorstel. De heer De Laat (DMP Heusden) meldt dat er veel werk is verricht door ondernemers in Drunen. Het draagvlak is inmiddels toegenomen, maar dit blijkt niet uit de financiële bijdrage. DMP Heusden is geen voorstander van het uitvoeren van taken die niet tot de corebusiness van gemeente horen. De inwoners zijn erbij gebaat dat er een goed leefklimaat is met goede voorzieningen en activiteiten. Als SPH afhaakt zijn er dan andere ondernemers die dit kunnen overnemen? Welke rol heeft het college in de evaluatie tussen ondernemers en de gemeente? Spreker is van mening dat de ondernemers zelf deze bijdrage kunnen bepalen. De heer Van den Hoven (Gemeentebelangen) zegt dat in december 2012 zes aanbevelingen zijn aangegeven, zoals: het draagvlak vergroten, rapport kernmanagement concreter maken, met een minder ambitieus budget starten, belastinggebied verkleinen door de aanloopstraat in te korten, medische voorzieningen uitsluiten van reclamebelastingen, onderzoeken of andere heffingen beter bruikbaar zijn. Het college en de Stichting Promotie Drunen zijn hiermee aan de slag gegaan en hebben een onderzoek in laten stellen. Door de conclusies hiervan zijn de plannen bijgesteld. Dit past prima bij de aanbevelingen die door Gemeentebelangen zijn gedaan. Het is belangrijk om gezamenlijk op te trekken en dat de ondernemersvereniging Drunen hiermee aan de slag gaat als een gerespecteerde vertegenwoordiger van de ondernemers. Veel ondernemers in het centrum leveren al een financiële bijdrage van 500 euro. Spreker is verbaasd over de wijziging van artikel 10 in het convenant. Zowel voor de gemeente als de stichting is een gedegen evaluatie belangrijk en daarom pleit men voor een tweezijdige evaluatie. Gemeentebelangen kan instemmen met het voorstel Mevrouw Pijnenburg (Heusden Eén) is positief over het voorstel en benadrukt dat het om een eigen initiatief van de ondernemers gaat. Naar aanleiding van opmerkingen uit een vorige raadsvergadering is het gebied ingeperkt, de zorg erbuiten gelaten en een enquête uitgevoerd. Gebleken is dat de meerderheid voorstander is. Op deze wijze kunnen de activiteiten in stand worden gehouden. De heer Vonk (D66) merkt op dat het draagvlak voor kernmanagement nog mager is. De hulp van de gemeente wordt ingeroepen als kassier van de stichting. Het is een uitdaging voor de ondernemers om weer met elkaar in gesprek te gaan. De gemeente moet het vrije ondernemerschap niet in de wielen rijden en wil het ondernemerschap bij de ondernemer laten. Raadsvergadering Heusden

129 Mevrouw Muskens-de Bont (CDA) zegt dat de aandachtspunten zijn opgepakt en verbeteringen zijn doorgevoerd in het voorstel. De ketens en supermarkten zijn niet aangesloten bij de winkeliersvereniging. De niet aangesloten ondernemers delen wel mee in de lusten maar niet in de lasten. Het CDA kan akkoord gaan met het voorstel, omdat men geen beter alternatief kan vinden, maar de vergroting van het draagvlak wordt niet bereikt. Misschien moet er gekozen worden voor een andere organisatievorm. Nu is er gekozen voor een stichting. Deze is alleen verantwoording verschuldigd aan het stichtingbestuur. Een kernmanagement kan ook in een andere vorm worden opgezet zoals een vereniging, waarvan alle ondernemers automatisch lid worden. Het bestuur wordt dan gekozen door de leden en is verplicht een werkplan op te stellen en financiële verantwoording verschuldigd. Door deze vorm zullen ondernemers interactief betrokken worden bij de ontwikkelingen in het centrum. Als de stichting wordt omgezet naar een vereniging wordt de doelstelling behaald. Het CDA heeft een amendement voorbereid om een groter draagvlak te creëren bij de ondernemers voor het kernmanagement. Het CDA kan zich vinden in een differentiatie voor grotere en kleinere bedrijven. Het CDA dient een motie in. Wethouder Van der Poel zegt dat er op verzoek van de raad een aangepast voorstel is ingediend. De differentiatie bij reclamebelasting is alleen mogelijk via de omvang van de reclame en erg ingewikkeld, waardoor deze niet is doorgevoerd. Als er een verlaging komt van het bedrag is er niet voldoende startkapitaal beschikbaar. De meeste suggesties uit vorige beraadslagingen zijn meegenomen, dus er zijn wel veranderingen doorgevoerd. Omdat er weinig draagvlak is, is dit een beproefd middel voor een eerlijke verdeling. De respons op de enquête door de winkeliers in de kern is voldoende groot 69 %. 62 % hiervan is bereid mee te betalen. De cijfers bestrijden dat het draagvlak onvoldoende is. Het is nodig om het belang voor de evenementen in de kern te borgen. Het is een initiatief van de ondernemers en hoort primair thuis bij de ondernemers. De gemeente is faciliterend en bemoeit zich niet met de inhoud. Daarom is het niet nodig om deze afspraken in een convenant op te nemen. De motie van het CDA is een goede suggestie, maar de gemeente wil de stichting niet verplichten om te veranderen in een verenigingsvorm. Hij zegt toe om hierover in gesprek te gaan en neemt de motie over. De heer De Laat (DMP Heusden) wil weten wat het CDA doet met het voorstel als deze motie wordt aangenomen. Mevrouw Muskens-de Bont (CDA) zegt dat er meer draagvlak komt bij een vereniging doordat de leden meebetalen en meebesluiten. Gevraagd wordt het voorstel nog niet in stemming te brengen. Vervolgens kan het college de voordelen bekijken van een verenigingsvorm. De heer Van der Lee (Heusden Transparant) zegt dat een overgrote meerderheid van de ondernemers niet akkoord is met de hoogte van de bijdrage. Er is een grotere belangstelling als het bedrag wordt gedifferentieerd. Mevrouw De Wild (PvdA) zegt dat de belasting een methode is om de ondernemersvereniging te ondersteunen. Het is maar de vraag of er een grotere betrokkenheid komt door een verenigingvorm. Mevrouw Muskens-de Bont (CDA) zegt dat de motie wordt ingetrokken na de toezegging van de wethouder. De heer De Laat (DMP Heusden) vraagt een korte schorsing aan. De voorzitter schorst de vergadering voor tien minuten en heropent de vergadering om uur. De heer Van der Lee (Heusden Transparant) heeft aangegeven dat het bedrag van 500 euro geen draagvlak heeft. Een aantal ondernemers heeft aangegeven een protest hiertegen aan te tekenen. Het is jammer dat er in het afgelopen jaar geen modus is gevonden. De heer Aerts (Heusden Eén) legt op persoonlijke titel een stemverklaring af en is tegen het voorstel. Er is een fragiele meerderheid en het is niet van deze tijd om ondernemers dwingend iets op te leggen. De heer De Laat (DMP Heusden) zegt dat hij samen de heer Broos voor zal stemmen, maar de andere fractiegenoten niet. Aan de wethouder wordt gevraagd toe te zeggen dat het college nadrukkelijk evalueert en de vinger aan de pols blijft houden. Het inwonersbelang heeft de doorslag gegeven om nu voor te stemmen. De heer Van Rooij (DMP Heusden) is voor een kernmanagement, maar tegen de rol die de gemeente daarin speelt. De heer Meijer (DMP Heusden) is voor een kernmanagement, maar is het niet eens met de dwingende manier waarop die wordt opgezet. De heer Vonk (D66) draagt het kernmanagement een warm hart toe en vindt het jammer dat de ondernemers er niet zelf uitgekomen zijn en is ertegen dat de gemeente als kassier optreedt voor de ondernemers. Raadsvergadering Heusden

130 Naast GroenLinks en Heusden Transparant geven de heer Van Rooij (DMP Heusden), de heer Meijer (DMP Heusden), de heer Aerts (Heusden Eén) en de heer Vonk (D66) bij stemverklaring aan dat zij tegen het voorstel stemmen. De voorzitter concludeert dat wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 18. Aanwijzen welstandsvrije kavels Geerpark Mevrouw Rijnders-Huisman (CDA) is er voorstander van deze kavels welstandsvrij te maken en vraagt zich af of de verkoopbaarheid groter kan worden door de eis van energieneutrale woningen anders in te vullen. Gevraagd wordt de percelen aan de rand de mogelijkheid te bieden van een gasvoorziening en de energieneutrale eis op een andere manier in te vullen. Wethouder Van der Poel heeft geen signalen dat de verkoopbaarheid hierdoor wordt belemmerd en daarom houdt men vast aan het uitgangspunt. Er kan altijd gekeken worden naar een andere invulling van duurzaamheid. Mevrouw Rijnders-Huisman (CDA) vraagt of de wethouder hierover wil nadenken als er vraag naar is. Wethouder Van der Poel zal erover nadenken als het lastig of niet te realiseren is, maar bij voorbaat is dit niet aan de orde. De voorzitter concludeert dat unaniem wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 19. Hernieuwde aanvraag zendtijdtoewijzing HTR De voorzitter concludeert dat unaniem wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 20. Exploitatieplan Centrum Vlijmen eerste herziening De voorzitter deelt mee dat mevrouw Van der Heijden (Heusden Transparant) niet deelneemt aan de beraadslaging en de stemming om de schijn van belangenverstrengeling te vermijden. Wethouder Van der Poel licht het proces toe. In juni is het exploitatieplan vastgesteld tegelijk met het bestemmingsplan. In de zomerperiode is besloten het exploitatieplan te herzien en het kan in dezelfde procedure meelopen als het oorspronkelijke exploitatieplan. Daardoor zijn de stukken op een ongebruikelijke manier toegestuurd. Op de eerste herziening zijn zienswijzen ingediend die geen aanleiding gaven om de eerste herziening aan te passen. Vervolgens is een aantal onvolkomenheden aangepast die geen inhoudelijk effect hebben op de berekeningen en is dit aan de raad voorgelegd. Daarom het voorstel om eerst de herziening van het exploitatieplan vast te stellen inclusief de ambtshalve wijzigingen en tegelijkertijd de zienswijzennota. De heer Van der Lee (Heusden Transparant) zegt dat veel wijzigingen aanpassingen zijn, die zijn terug te vinden in de zienswijzen. Heusden Transparant heeft er geen vertrouwen in dat deze wijzigingen voldoende zijn en zal tegen het plan stemmen. De wijzigingen zouden een financieel voordeel geven, maar de kosten zijn meer toegenomen dan de opbrengsten. Gevraagd wordt hoe wordt gewaarborgd dat de sociale huurwoningen onder de huurtoeslaggrens van 500/600 euro komen. Mevrouw Van Aart (VVD) schrikt ook van de hoeveelheid aanpassingen. Een aantal inhoudelijke aanpassingen had voorkomen kunnen worden. Het is slordig dat de uitgangsprijzen niet up-to-date waren. De VVD wil constructief meedenken, maar hoopt dat een tweede herziening niet nodig is. Gevraagd wordt het financieel voordeel aan te geven. De heer Verboven (GroenLinks) zegt dat de gemeente zich geen juridische onvolkomenheden kan veroorloven en pleit voor deze eerste herziening. De heer Musters (Gemeentebelangen) vindt het voorstel moeilijk te doorgronden en de gemaakte fouten slordig. De ingediende zienswijzen geven geen aanleiding voor wijzigingen, maar er zijn wel ambtshalve wijzigingen toegevoegd. Omdat dit verwarring wekte, heeft hij een toelichting gevraagd bij de ambtenaren, waardoor er veel is verduidelijkt. De kostenstijging zit in de inbreng van panden. De grote hoeveelheid aanpassingen van de tekst wordt veroorzaakt door andere uitgifteprijzen en een andere systematiek. In deze herziening gaat men uit van de vierkante meters winkelvloeroppervlakte. Raadsvergadering Heusden

131 Vervolgens is er een tweede memo verstuurd met een tekstwijziging over de vierkante meters en de mededeling dat het een wijziging is van het exploitatieplan en niet van het bestemmingsplan. Gemeentebelangen kan dankzij de extra uitleg instemmen met het voorstel. Gevraagd wordt hoe dit voorstel een rol gaat spelen in de Raad-van-Stateprocedures en of de nieuwe herziening tijdig in Den Haag is. De heer Van Bladel (Heusden Eén) zegt dat er veel wijzigingen zijn geweest en dat het plan onduidelijkheden oproept. Gevraagd wordt waardoor het verschil ontstaat bij het aantal parkeerplaatsen op pagina 15. Men gaat ervan uit dat het het uitgangspunt blijft dat de parkeergarage, de infrastructuur en onderliggende grond eigendom van de gemeente Heusden blijven. Dan kan men instemmen met het plan. De heer Levink (CDA) zegt dat uit de tabel blijkt dat de bijdrage van de exploitatie is gestegen. Gevraagd wordt hoe dit zit met de particuliere initiatiefnemers. Waar worden de parkeerplaatsen gepositioneerd als het aantal toeneemt? Er wordt uitleg gevraagd waarom vanaf 2017 de omgevingsvergunningen worden uitgegeven, terwijl de bouw eerder start. Spreker is benieuwd naar de stand van zaken van de verkoop. Wethouder Van der Poel legt uit dat het exploitatieplan en bestemmingsplan in juni 2013 zijn goedgekeurd. Een deel van de zienswijze had destijds betrekking op de berekening van de inbrengwaarde. Experts hebben aangegeven dat dit een goede berekeningsmethode was en dat de zienswijze ondervangen zou kunnen worden door de taxatie te corrigeren. Vervolgens is het exploitatieplan aangepast omdat er een andere berekening kwam voor de bijdrage en kwam er een eerste herziening met een fundamentele wijziging. Daarna zijn ambtshalve wijzigingen op detailniveau gemaakt die geen invloed hebben op het exploitatieplan. De reden voor de eerste herziening was juridisch. Dit heeft consequenties voor de exploitatiebijdrage. De hoogte van de bijdrage hangt af van de plannen van de initiatiefnemers. Daarom is er in de plannen geen rekening gehouden met de bijdrage. Het is de bedoeling de exploitatieplannen ieder jaar te herzien. Na behandeling bij de Raad van State wordt het plan jaarlijks herzien en bijgesteld. Er zijn inderdaad slordigheidjes in het plan geslopen. De ambtshalve wijzigingen staan los van de zienswijzen. De zienswijzen gaven geen reden om het plan aan te passen. De tekst in het raadsvoorstel aan het college was juist geformuleerd, maar de tekst die aan de raad is toegestuurd niet. Als het plan nu in de raad wordt vastgesteld loopt er nog een termijn van 6 weken en kan dit op korte termijn naar de Raad van State en is er geen tijdsverlies. De 336 parkeerplaatsen zijn de plaatsen in het plangebied van Heijmans. De 430 parkeerplaatsen gaan over het totale gebied. Hij bevestigt de vraag van Heusden Eén dat de parkeergarage en ondergrond in bezit zijn van de gemeente. De vraag van het CDA over de verhoging van de exploitatiebijdrage heeft te maken met andere grondslagen waarop de berekeningen zijn gemaakt, maar het zijn aannames. Het jaartal 2017 voor de omgevingsvergunningen geldt voor de initiatieven die buiten het plangebied van Heijmans vallen. Hij kan zich niet herinneren dat hij heeft aangegeven dat er een financieel voordeel te behalen was, maar zal het geluid nog naluisteren. De prijsafspraken over de huurappartementen lopen tussen Woonveste en Heijmans. Initiatiefnemers die meer dan 1000 m2 uitbreidingsruimte hebben moeten een exploitatiebijdrage betalen. De berekeningswijze van nu betekent dat de bijdrage lager is dan in het oorspronkelijke plan, maar dit is theoretisch omdat dit ook afhankelijk is van het aantal vierkante meters. De heer Levink (CDA) zegt dat de grondprijzen zijn aangepast en gevraagd wordt waarom deze zo fundamenteel anders zijn dan in juni Gevraagd wordt een rekenvoorbeeld toe te sturen waarin staat wanneer de exploitatiebijdrage wordt verlaagd. Wethouder Van der Poel zegt dat in de eerste versie is uitgegaan van een algemene grondprijs en in de nadere specificatie is naar de kern Vlijmen gekeken. Hij zal het rekenvoorbeeld toesturen. De voorzitter concludeert dat wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 21. Jaarrekening 2012, voorlopige realisatie 2013 en begroting 2014 BAZN in liquidatie De voorzitter concludeert dat unaniem wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. Raadsvergadering Heusden

132 22. Wijziging leden informatievergaderingen De voorzitter concludeert dat unaniem wordt besloten conform het voorstel van het presidium. 23. Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om uur uur en dankt de aanwezigen voor hun inbreng en wenst iedereen fijne feestdagen en een goede jaarwisseling. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van de gemeente Heusden van 18 februari 2014, de griffier, de voorzitter, Mw. drs. E.J.M. de Graaf De heer drs. J. Hamming Raadsvergadering Heusden

133 Einde bijlage: Verslag raadsvergadering pdf Terug naar het agendapunt

134 RV Hondenbeleid pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11440#

135 Onderwerp Notitie Hondenbeleid gemeente Heusden Raadsvoorstel Inleiding Overlast van hondenpoep is ergernis nummer één in Nederland. Sinds 1997 beschikt de gemeente Heusden daarom over een hondenbeleid. Een aantal aspecten van dit beleid voldoet niet meer aan de huidige situatie en vraagt om aanpassing. Daarom wordt u nu voorgesteld om de nieuwe kaders voor het hondenbeleid vast te stellen. Feitelijke informatie In bijgevoegde beleidsnotitie wordt verder ingegaan op de aanleiding, actuele ontwikkelingen, de huidige situatie en daarin staan vervolgens de nieuwe kaders voor het hondenbeleid. De vaststelling van hondenbeleid is formeel onze (uitvoerings)bevoegdheid. De overlast van honden is echter een grote ergernis. Daarom is op 29 augustus 2013 al een discussie gevoerd in de informatievergadering Samenleving. De resultaten van deze discussie zijn verwerkt tot dit voorstel voor nieuwe kaders voor het hondenbeleid in de bijgevoegde beleidsnotitie Hondenbeleid gemeente Heusden. Bij het opstellen van de beleidsnotitie zijn ook de resultaten verwerkt uit de (straat)interviews onder 355 inwoners (hondenbezitters en niet-hondenbezitters) van de gemeente Heusden. Deze resultaten zijn, gezien de keuze van de geïnterviewden (namelijk grotendeels op straat), niet noodzakelijkerwijs representatief voor de gemiddelde Heusdense burger maar geven wel een vrij goed beeld van de mening en wensen van de inwoners. Het nieuwe hondenbeleid is gebaseerd op de bepalingen van de huidige Algemene Plaatselijke Verordening (APV). De APV is geactualiseerd en wordt in dezelfde raadscyclus ter vaststelling aan u aangeboden. Het nieuwe hondenbeleid is getoetst aan de bepalingen in de nieuwe APV. Deze vormen de basis voor het beleid. Afweging Met het vaststellen van de nieuwe kaders voor het hondenbeleid kan de overlast van hondenpoep en loslopende honden worden aangepakt. Inzet van Middelen Dekking De extra kosten van het nieuwe hondenbeleid bedragen in het eerste jaar na invoering circa ,00. De hondenbelasting is een algemeen dekkingsmiddelen en is ook als zodanig in onze begroting verwerkt. Er hoeft dan geen relatie met de kosten voor honden te zijn. Er wordt echter wel naar de kosten voor honden gekeken. Zo kijkend, vertoont de hondenbelasting in de lopende begroting een overdekking. Door de verwerking als algemeen dekkingsmiddel maakt de overdekking onderdeel uit van het begrotingssaldo. Het mogelijk inzetten van de overdekking om de extra kosten van het hondenbeleid te dekken, leidt dus altijd tot een tekort voor de extra kosten in de begroting waarvoor aanvullende middelen beschikbaar gesteld moeten worden. Voor 2014 zullen deze extra kosten in de Bestuursrapportage worden opgenomen. Risico's Er zijn geen risico's verbonden aan dit voorstel. Procedure Vervolgstappen 1

136 Onderwerp Notitie Hondenbeleid gemeente Heusden Er is geen wettelijke verplichting tot het verlenen van inspraak voor deze beleidsnotitie. Omdat voorafgaand aan het opstellen van de notitie de wensen van de inwoners al gepeild zijn met de enquêtes, wordt de beleidsnotitie niet ter inspraak voorgelegd. Nadat de nieuwe kaders voor het hondenbeleid door u zijn vastgesteld, nemen wij de uitvoering ter hand en starten de diverse in de beleidsnotitie opgenomen acties. Inkoop Voor de aanschaf van de nieuwe hondenpoepcontainers en de aanleg van de hondenuitrenvelden zullen onderhandse aanbestedingsprocedures worden opgestart. De lediging van de nieuwe hondenpoepcontainers zal worden ondergebracht bij de Afvalstoffendienst s-hertogenbosch, die op basis van de Gemeenschappelijke Regeling de huidige hondenpoepcontainers al ledigt. Communicatie Er wordt een plan van aanpak opgesteld voor de communicatie van het nieuwe beleid. Als communicatiemiddelen worden daarbij de gemeentelijke informatiepagina, een informatiefolder met plattegronden van de hondenuitrenvelden, de website en aangepaste bebording gebruikt. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 2

137 Onderwerp Notitie Hondenbeleid gemeente Heusden De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 7 januari 2014; gezien het memo naar aanleiding van de informatievergadering; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : de notitie Hondenbeleid gemeente Heusden, met daarin de nieuwe kaders voor het hondenbeleid, vast te stellen. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 3

138 Einde bijlage: RV Hondenbeleid pdf Terug naar het agendapunt

139 Memo nav IV Notitie Hondenbeleid.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11439#

140 M E M O R A A D Aan: de leden van de raad Van: college van Heusden Datum: 4 februari 2014 Onderwerp: hondenbeleid Doel: te betrekken bij de behandeling van het raadsvoorstel 'Notitie hondenbeleid' Aanleiding: informatie (algemeen) Aard informatie: openbaar Aanleiding Op 30 januari 2014 is de Notitie hondenbeleid behandeld in de informatievergadering van het cluster Samenleving. Gebleken is dat in de notitie en raadsvoorstel enkele kleine omissies zijn geslopen. In dit memo worden de juiste gegevens gemeld. De betreffende omissies doen niets af aan de conclusies en het raadsbesluit tot het stellen van kaders voor het nieuwe hondenbeleid. Informatie Notitie Paragraaf 2.3 Draagvlak De correcties zijn de volgende: - Pagina 7, regel 10: 56% moet zijn 57%; - Pagina 7, regel 12: 12% moet zijn 9%; - Pagina 7, regel 19: Bijna de helft moet zijn De helft ; - Pagina 7, regel 21: Iets meer moet zijn Iets minder ; - Pagina 7, regel 24: bijna de helft moet zijn de helft ; Paragraaf 8.1 Kosten In deze paragraaf zijn de totale kosten voor de diverse maatregelen foutief vermeld. De totale extra kosten bedragen ,00. De genoemde kosten van de diverse maatregelen zijn correct. Raadsvoorstel In het raadsvoorstel is per abuis een foutief aantal geïnterviewden vermeld. Het juiste aantal geïnterviewden is 320. In de notitie is dit aantal juist vermeld.

141 Einde bijlage: Memo nav IV Notitie Hondenbeleid.pdf Terug naar het agendapunt

142 BIJL Notitie Hondenbeleid pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11441#

143 Hondenbeleid

144 Inhoud 1. Inleiding Achtergrond (Evaluatie) huidig beleid Feiten en cijfers Specifieke regels Nieuw beleid Inleiding Beleidsuitgangspunten Draagvlak Faciliteren Hondenuitrenvelden Reinigen Hondenpoepzuiger Hondenpoepcontainers Communicatie Handhaving Vergelijking met andere gemeenten Financiën Kosten Hondenbelasting /14

145 1. Inleiding 1.1 Achtergrond Overlast van hondenpoep is ergernis nummer één in Nederland. Ook in de gemeente Heusden is hondenpoep een grote bron van ergernis. Uit de wijkatlas 2013 blijkt dat hondenpoep in alle kernen hoog scoort als het gaat om overlast: 42% van de ondervraagden ervaart vaak overlast van hondenpoep. De mate waarin overlast wordt ondervonden van hondenpoep is sinds 2009 gestegen: in 2009 was dit percentage 35% en in %. Het is dus nodig om overlast van honden(poep) aan te pakken. Een middel hiertoe is beleid met bijbehorende voorzieningen en maatregelen. Deze notitie bevat nieuwe kaders voor het hondenbeleid. 1.2 (Evaluatie) huidig beleid Sinds 1997 beschikt de gemeente Heusden over hondenbeleid. De belangrijkste regels zijn, kort samengevat: - binnen de bebouwde kom moet de hond altijd aangelijnd zijn; - honden mogen niet verblijven of lopen op een voor het publiek toegankelijke en kennelijk als zodanig ingerichte kinderspeelplaats, speelweide of zandbak; - binnen de bebouwde kom moet hondenpoep worden opgeruimd; - degene die de hond uitlaat moet altijd een doeltreffend opruimmiddel kunnen tonen, dat geschikt is voor het verwijderen van hondenpoep. De regels zijn opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV). Wanneer men zich niet aan de regels houdt, kan men hiervoor een boete krijgen. In de loop der jaren zijn op basis van het hondenbeleid allerlei voorzieningen getroffen zoals de aanleg van hondenuitrenvelden en een hondentoilet, de aanschaf van een hondenpoepzuiger en het plaatsen van hondenpoepcontainers. Daarnaast wordt handhavend opgetreden tegen overtreding van de in de APV vastgelegde regels met betrekking tot honden en wordt er over het hondenbeleid (en de bijbehorende regels) gecommuniceerd. De onderdelen van het hondenbeleid worden hierna kort toegelicht. Hondenuitrenvelden Er zijn zeven hondenuitrenvelden in Drunen, één in Vlijmen en één in Haarsteeg. Daarnaast bevindt het enige hondentoilet zich in Drunen. Op deze hondenuitrenvelden mogen honden los lopen en hoeft de hondenpoep niet te worden opgeruimd. De gemeente maakt de velden schoon met de hondenpoepzuiger. In de voorjaarsnota 2003 is gesteld dat geen extra hondenuitrenvelden meer worden aangelegd; alleen bij de ontwikkeling van nieuwe woonwijken worden de mogelijkheden voor aanleg van een hondenuitrenveld onderzocht. Sinds 2003 is er geen nieuw hondenuitrenveld meer aangelegd. De spreiding van deze voorziening is verre van optimaal. Hondenpoepzuiger De hondenpoepzuiger maakt naast de hondenuitrenvelden ook nog circa 50 specifieke locaties schoon (bij scholen, speelveldjes, etcetera). De hondenpoepzuiger is sinds februari 2006 in ons bezit en is daarmee nog niet afgeschreven (de afschrijvingstermijn is gesteld op tien jaar). De machine vertoont echter al geruime tijd behoorlijke gebreken. De kosten aan reparatie en onderhoud hebben inmiddels de kosten van aanschaf 2/14

146 (circa ,00) overstegen 1. De verwachting is dat deze kosten, gezien de leeftijd van de hondenpoepzuiger, de komende jaren alleen maar zullen toenemen. Hondenpoepcontainers In de gemeente Heusden bevinden zich circa 100 hondenpoepcontainers. Deze worden eenmaal per twee weken geleegd door de Afvalstoffendienst van de gemeente s-hertogenbosch. De containers staan in de kernen Drunen, Vlijmen, Oudheusden, Nieuwkuijk, Haarsteeg en Elshout. De spreiding binnen de grotere kernen is relatief goed, in de kleinere kernen is er een minder goede spreiding. In Heusden staat geen enkele hondenpoepcontainer, terwijl daar wel mogelijkheden toe zijn en er ook meldingen en klachten worden ontvangen over overlast van hondenpoep. Ook in Hedikhuizen, Heesbeen, Herpt en Doeveren staan geen hondenpoepcontainers, maar dit is gezien het karakter van deze kernen en het ontbreken van meldingen en klachten over overlast ook niet noodzakelijk. Handhaving De gemeente houdt toezicht op naleving van de regels van het hondenbeleid. Er wordt, naast algemene inspectierondes, voornamelijk gehandhaafd op basis van signalering (meldingen en klachten). In de loop der jaren is de hoeveelheid uren die hieraan wordt besteed fors afgenomen. In 1997 besteedde de toenmalige hondenwachter 100% van zijn werktijd (fulltime aanstelling) aan het toezicht op het hondenbeleid en de afhandeling van klachten en meldingen. Daarnaast besteedde ook de bijzonder opsporingsambtenaar (BOA) 50% van zijn tijd hieraan. Bij de vaststelling van de begroting 2004 besloot de raad om een bezuiniging door te voeren op het toezicht op honden waarmee het aantal uren toezicht per 1 januari 2004 met 50% werd verminderd. Daarnaast wordt sinds 2004 integraal gehandhaafd, waardoor de beschikbare BOA-capaciteit ook gedeeltelijk op het gebied van vooral milieu, veiligheid en APV wordt ingezet. In 2005 werd in totaal nog circa 800 uur besteed aan toezicht op honden, in 2012 was dit gedaald naar 625 uur. In het uitvoeringsprogramma Integrale Handhaving 2013 is het toezicht op honden opgenomen onder de categorie gemiddelde noodzaak. Er wordt op wisselende momenten (ook in de vroege ochtend en laat op de avond) en zo gericht mogelijk in de wijken gecontroleerd. Het toezicht is primair gericht op voetgangersgebieden, parken en speelterreinen. Ook worden locaties waarover meldingen en klachten zijn ontvangen gecontroleerd. In 2013 is er, net als in 2012, 625 uur besteed aan toezicht op honden. Communicatie De hondenfolder dateert van november De informatie die in de folder staat is daarmee op dit moment achterhaald. Zo wordt er in de folder nog gesteld dat de gemeente één à twee hondenuitrenvelden per jaar wil aanleggen en bevat de folder informatie over de hondenpenning, die al sinds maart 2009 is afgeschaft. Door deze achterhaalde informatie wordt de hondenfolder niet meer verstrekt. Daarnaast werd ieder jaar bij de aanslag hondenbelasting informatie gevoegd over de regels over het uitlaten van honden. De gemeentelijke website bevat actuele informatie over de regels van het hondenbeleid. Daarnaast wordt over dit onderwerp af en toe een publicatie geplaatst op de website en in de gemeentelijke informatiepagina s. 1 De onderhoudskosten van machines zijn normaal gesproken veel lager. 3/14

147 1.3 Feiten en cijfers Hondenbezit Als een inwoner van de gemeente Heusden één of meerdere honden bezit, moet dit worden gemeld bij de gemeente. In 2012 waren er 3939 geregistreerde honden in de gemeente aanwezig. Deze zijn als volgt verdeeld over de kernen (weergegeven van hoog naar laag): Kern Aantal honden Percentage Drunen ,9% Vlijmen ,4% Oudheusden 302 7,7% Haarsteeg 226 5,7% Nieuwkuijk 212 5,4% Elshout 159 4,0% Heusden 120 3,0% Herpt 83 2,1% Hedikhuizen 38 1,0% Heesbeen 19 0,5% Doeveren 12 0,3% Totaal % Conform de APV mogen er binnen de bebouwde kom per adres maximaal drie honden worden gehouden. Voor meer honden per adres is een ontheffing nodig. Voor het vestigen van een kennel is ook een ontheffing nodig en bovendien moet het bestemmingsplan dit toestaan wanneer sprake is van bedrijfsmatigheid. Hondenbelasting De Gemeentewet geeft gemeenten de bevoegdheid om een belasting te heffen voor het houden van een hond. Eén van de redenen voor hondenbelasting is dat honden zorgen voor bevuiling van de openbare ruimte. Het onderscheid in artikel 226 Gemeentewet tussen houders van honden en andere personen vormt geen discriminatie. Voor heffing van hondenbelasting is niet vereist dat een relatie wordt gelegd met bepaalde kosten die de gemeente moet maken in verband met het houden van honden binnen haar grenzen (uitspraak Hoge Raad nr. 13/01116 van 18 oktober 2013). De tarieven voor de hondenbelasting in de gemeente Heusden in 2014 zijn als volgt: - voor een eerste hond 59,40 - voor een tweede hond 87,12 - voor een derde hond en meer 104,76 - voor een kennel/pension 296,64 Deze tarieven zijn gemiddeld: in Waalwijk zijn de tarieven iets lager en in Tilburg en Den Bosch hoger. Vught heft geen hondenbelasting. Kosten en opbrengsten De jaarlijkse totale kosten bedroegen in 2012 circa ,00. Daar tegenover stonden opbrengsten van circa ,00. De overdekking van circa ,00 draagt structureel bij aan de algemene middelen. 4/14

148 In onderstaande tabel is een uitsplitsing van de kosten weergegeven. Onderdeel Werkelijke kosten 2012 (afgerond) Bemensing hondenpoepzuiger ,00 Diverse aanschaffingen (reparaties hondenpoepzuiger, ,00 onderhoud hondenuitrenvelden, stickers, containers, etcetera) Inzamelkosten hondenpoepcontainers ,00 Verzekeringen (hondenpoepzuiger) 700,00 Kapitaallasten (hondenpoepzuiger) 6.700,00 Uren personeel diverse posten ,00 Invorderingskosten hondenbelasting ,00 Uren eigen personeel innen hondenbelasting ,00 Kosten asiel 8.600,00 Kosten inhuur handhaving (P1) ,00 Calculatorische btw 9.500,00 Tot de kosten voor de invordering van de hondenbelasting behoren: - vervaardigen en versturen van aanslagen hondenbelasting via een printservicebureau; - controle op de registratie van honden (in 2012 heeft er een volledige controle plaatsgevonden waardoor de kosten hoger waren dan gebruikelijk; normaal wordt een derde van de gemeente gecontroleerd); - invoering van automatische incasso, gecombineerd kohier met de onroerende zaakbelasting (deze kosten waren grotendeels initiële kosten voor inrichting van de applicatie, etcetera). De kosten voor asiel zijn onderverdeeld in contributiekosten en kosten per opvang van zwerfdieren. Jaarlijks worden contributiekosten van 0,39 per inwoner betaald aan Asiel Waalwijk e.o. voor het in stand houden van een dergelijke opvanginstelling voor dieren. Daarnaast bedraagt de opvang per hond 184,00. Voor het innen van de hondenbelasting worden door eigen personeel onder andere de volgende werkzaamheden verricht: het afhandelen van aan- en afmeldingen, het opleggen van de aanslagen, het verwerken van verordeninggegevens in de software, het afhandelen van bezwaarschriften, het behandelen van verminderingen en het verstrekken van informatie aan inwoners. Processen-verbaal Er zijn in de gemeente Heusden in bestuurlijke strafbeschikkingen opgelegd wegens het niet aanlijnen van de hond en het niet opruimen van hondenpoep. De boetebedragen voor deze overtredingen waren in 2012 respectievelijk 90,00 en 130,00. Hoewel het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) het opleggen, bezwaar (verzet) en inning van de beschikking verzorgt, komen de kosten voor de handhaving wel volledig voor rekening van de gemeente. Ook moet de gemeente sinds 2011 de aankondiging van de (straf)beschikking zelf aanleveren aan het CJIB en dat houdt een lastenverzwaring in voor de gemeente. De gemeente krijgt als tegemoetkoming in de gemaakte kosten voor iedere strafbeschikking (proces-verbaal) een vergoeding van 40,00. Deze vergoeding is niet kostendekkend. In 2012 bedroeg de vergoeding in totaal 2.880,00. Met ingang van 2014 geldt een financieel plafond voor deze vergoeding en is het uiteindelijke bedrag aan vergoeding onzeker. 5/14

149 1.4 Specifieke regels In de APV is, in artikel 2.57, lid 1 sub a 2, opgenomen dat een hond niet mag verblijven of mag lopen op een voor het publiek toegankelijke en kennelijk als zodanig ingerichte kinderspeelplaats, zandbak of speelweide of op een andere door het college aangewezen plaats. Speelveldjes Op specifieke locaties in de gemeente, zoals kinderspeelplaatsen (met speeltoestellen), zandbakken of speelweides, zijn verbodsborden geplaatst. Met de plaatsing van deze borden is dus kenbaar gemaakt dat het op deze locaties niet is toegestaan om er te verblijven met een hond of een hond los te laten lopen. Nieuwkuijkse Wiel / Afgraving Op 16 mei 2006 heeft het college een aantal verboden voor honden ingesteld voor de Afgraving in Drunen en de Nieuwkuijkse Wiel in Nieuwkuijk. De verboden houden in dat het jaarlijks van 1 mei tot 1 september verboden is honden los te laten lopen op de ligweide bij de Nieuwkuijkse Wiel en het zandstrand bij de Afgraving. Honden mogen hier wel aangelijnd verblijven. Ook mogen de honden in de genoemde periode vanaf deze ligweide en zandstrand niet het water in. Deze verboden worden ook aangegeven met borden. In het verdere gebied rondom de Nieuwkuijkse Wiel en de Afgraving mogen de honden wel los lopen en het water in. Loonse en Drunense Duinen In de Duinverordening van de gemeente Heusden is opgenomen dat op specifieke, als zodanig aangegeven terreingedeelten in het Nationaal Park, geen honden mogen verblijven of lopen gedurende een specifiek vastgesteld tijdvak. Daarnaast mogen honden alleen loslopen op specifieke, als zodanig aangegeven terreingedeelten. In de overige delen van het gebied mogen honden wel lopen, mits aangelijnd. Daarbij blijft uitgangspunt dat honden geen overlast aan anderen mogen bezorgen. 2. Nieuw beleid 2.1 Inleiding Het huidige hondenbeleid verwoordt de huidige situatie niet meer adequaat en vraagt daarom aanpassing. Deze notitie bevat hierna de nieuwe kaders. Het nieuwe hondenbeleid heeft, net als het huidige beleid, tot doel de overlast van honden aan te pakken en op deze manier de grote ergernis van vele inwoners over hondenpoep en loslopende honden te verminderen. 2.2 Beleidsuitgangspunten Het nieuwe hondenbeleid is gebaseerd op de regels uit de APV. In de APV zijn onder andere bepalingen opgenomen over de opruim- en aanlijnplicht binnen de bebouwde kom, behalve op door het college aangewezen locaties, en het altijd beschikken over een doeltreffend opruimmiddel bij het uitlaten van een hond. De opruimplicht wordt in dit nieuwe hondenbeleid verruimd waardoor er overal binnen de bebouwde kom een opruimplicht geldt. Dit wordt hierna toegelicht in paragraaf APV /14

150 Verder rust het beleid op de pijlers faciliteren, reinigen, handhaven en communiceren. 2.3 Draagvlak In december 2013 zijn in Drunen, Heusden, Oudheusden en Vlijmen enquêtes uitgevoerd onder inwoners van onze gemeente. De vragen betroffen onder andere de tevredenheid en bekendheid van de inwoners met de regels, voorzieningen en handhaving van het hondenbeleid. In totaal zijn 320 enquêtes ingevuld. Aan de enquête hebben zowel hondenbezitters (33% van de ondervraagden) als niet-hondenbezitters (67%) deelgenomen. Resultaten De resultaten van de uitgevoerde enquêtes zijn, kort samengevat als volgt 3. Ruim de helft van de ondervraagden (57%) ervaart een probleem met hondenpoep; het aantal ondervraagden dat (soms) overlast ondervindt van loslopende honden is veel kleiner. Slechts 19% van de ondervraagden ervaart loslopende honden als een probleem en nog eens 12% ervaart dat soms als een probleem. De overlast van hondenpoep en loslopende honden wordt voornamelijk ervaren op stoepen en straten en in het openbaar groen (voornamelijk grasveldjes). Ruim een derde (38%) van de ondervraagden vindt dat er te weinig hondenuitrenvelden zijn in onze gemeente; eenzelfde aantal heeft hierover geen mening. Ruim een derde van de ondervraagden vindt dat er voldoende hondenpoepcontainers zijn; er is een zelfde aantal die het hier niet mee eens zijn of geen mening hebben. Bijna de helft van de ondervraagden vindt dat de opruimplicht moet gaan gelden op hondenuitrenvelden. Ruim een derde vindt dit niet. Iets meer dan de helft van de ondervraagden vindt dat de gemeente te weinig controle uitvoert op naleving van deze regels. Hondenbezitters Van de hondenbezitters vindt bijna de helft dat er te weinig hondenuitrenvelden zijn, maar voldoende hondenpoepcontainers. Bijna de helft vindt dat de opruimplicht moet gaan gelden op de hondenuitrenvelden. Niet-hondenbezitters Van de niet-hondenbezitters vindt circa een derde dat er te weinig hondenuitrenvelden zijn, maar voldoende hondenpoepcontainers. Iets meer dan de helft vindt dat de opruimplicht moet gaan gelden op de hondenuitrenvelden. Opzet De enquête is opgezet om een beeld te krijgen van de mening van inwoners van de gemeente Heusden. Uit praktische overwegingen is ervoor gekozen om inwoners, die aan het winkelen zijn en/of op de markt liepen 3 Voor de vragenlijst en een overzicht van alle resultaten wordt verwezen naar de bijlage. 7/14

151 te interviewen. Dit maakte het beantwoorden van de vragen laagdrempelig en heeft de inwoners de gelegenheid gegeven om spontaan en direct te reageren. Omdat de ondervraagden op straat zijn geïnterviewd is de uitkomst echter niet noodzakelijkerwijs representatief voor de gemiddelde burger van Heusden. Winkelende burgers zijn namelijk oververtegenwoordigd. Het geeft niettemin wel zinvolle informatie van wat er zoal onder inwoners leeft. 3. Faciliteren 3.1 Hondenuitrenvelden Honden moeten de ruimte krijgen om, ook binnen de bebouwde kom, te rennen en te spelen. De hondenuitrenvelden bieden deze mogelijkheid. Opruimplicht in hondenuitrenvelden Anders dan nu het geval is, gaat ook in de hondenuitrenvelden de opruimplicht gelden. Er geldt dan in de gehele bebouwde kom een opruimplicht voor hondenpoep. Dit zorgt voor eenduidigheid in de regels wat kan bijdragen aan de naleving ervan. Bovendien is de verwachting dat de velden in dat geval vaker worden gebruikt dan nu. Een aantal inwoners gaf bij de enquêtes aan dat zij hun hond niet op de hondenuitrenvelden laten rennen vanwege de aanwezige hondenpoep danwel ontbrekende hygiëne en daarmee gepaard gaande ziektes. Bijkomend voordeel hiervan is dat de velden niet meer wekelijks hoeven te worden schoongemaakt door de hondenpoepzuiger, de hondenbezitter moet de hondenpoep immers zelf opruimen. De schoonmaakfrequentie kan daarom worden teruggeschroefd naar een maandelijkse schoonmaakronde. Daarnaast worden de velden ook maal per jaar gemaaid, waardoor de eventueel aanwezige hondenpoep wordt meegenomen of platgedrukt en daardoor minder zichtbaar is. Door het terugbrengen van de schoonmaakfrequentie van de hondenpoepzuiger raakt het veld minder snel beschadigd (door de draaibewegingen van de hondenpoepzuiger) en is er minder onderhoud nodig. Aanleg van nieuwe hondenuitrenvelden De raad wenst meer hondenuitrenvelden in onze gemeente. Ook circa een derde van onze inwoners, zowel hondenbezitters als niet-hondenbezitters, heeft dit aangegeven. Daarom wordt gestreefd naar de aanleg van nieuwe hondenuitrenvelden. De beoogde locatie voor een nieuw hondenuitrenveld moet als zodanig binnen het bestemmingsplan passen. In Oudheusden zijn op dit moment geen hondenuitrenvelden. Er zijn echter wel locaties waar een hondenuitrenveld gerealiseerd kan worden. Gestreefd wordt naar de aanleg van een hondenuitrenveld in Oudheusden en zo mogelijk twee. In Vlijmen is er momenteel één hondenuitrenveld. Ook in Vlijmen zijn locaties denkbaar waar de aanleg van één of twee hondenuitrenvelden mogelijk is. In Drunen zijn al zeven hondenuitrenvelden. Hier zijn dan ook geen nieuwe hondenuitrenvelden voorzien. 8/14

152 In de overige kernen is geen noodzaak tot de aanleg van hondenuitrenvelden omdat het grotendeels kleinere kernen betreft waar op iedere locatie de afstand tot het buitengebied (buiten de bebouwde kom geldt geen aanlijn- en opruimplicht) relatief klein is of omdat er geen mogelijke locaties voorhanden zijn. Net zoals nu al het geval is, worden bij nieuwbouwprojecten de mogelijkheden voor de aanleg van een hondenuitrenveld onderzocht. Voordeel van deze locaties is dat de nieuwe bewoners al weten waar er eventueel een hondenuitrenveld wordt aangelegd, voordat zij een nieuwbouwwoning kopen. Het draagvlak zal hier dan ook groter (ofwel de weerstand minder) zijn. Daarnaast zijn nieuwe hondenuitrenvelden ook mogelijk op eigen initiatief van en met draagvlak in de omgeving/wijk. Criteria voor hondenuitrenvelden Locaties waar hondenuitrenvelden kunnen worden aangelegd, moeten voldoen aan nog nader te bepalen criteria over afstand tot woningen, spreiding, etcetera. Deze zullen in acht worden genomen bij de procedure voor het aanleggen van de nieuwe hondenuitrenvelden. Procedure aanwijzen van hondenuitrenvelden Het college zal de procedure voor de aanleg van nieuwe hondenuitrenvelden starten nadat deze beleidsnotitie is vastgesteld door de raad. Daarbij hoort in ieder geval de toets aan het bestemmingsplan en de procedure voor het aanwijzen van hondenuitrenvelden. Ook is een voorafgaand participatietraject met de buurt belangrijk om bezwaren achteraf zoveel mogelijk te voorkomen. In de APV is, in artikel 2.57, lid 1 sub b 4 opgenomen dat een hond niet mag verblijven of mag lopen binnen de bebouwde kom op de weg zonder dat die hond is aangelijnd. In de geactualiseerde APV (2014) staat niet meer opgenomen dat geen aanlijnplicht binnen de bebouwde kom geldt op door het college aangewezen hondenuitrenvelden. In plaats daarvan is opgenomen dat het college plaatsen (binnen de bebouwde kom) kan aanwijzen, waar de aanlijnplicht niet geldt. Het zal dan meestal om hondenuitrenvelden gaan, maar deze worden niet langer expliciet genoemd. Het aanwijzen van een hondenuitrenveld is een besluit in de zin van de Awb (Algemene wet bestuursrecht). Omdat zo n besluit voor meerdere belanghebbenden, zoals omwonenden, gevolgen kan hebben, is het vanuit het oogpunt van zorgvuldigheid gewenst om over een voorgenomen aanwijzing inspraak te verlenen. Hoewel het op grond van de inspraakverordening niet verplicht is, volgen we normaal de uitgebreide openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4. Dit betekent dat het ontwerpbesluit van het college zes weken ter inzage wordt gelegd met de mogelijkheid voor belanghebbenden om zienswijzen in te dienen. Bij het volgen van deze procedure staat tegen het definitieve besluit rechtstreeks beroep bij de rechtbank open. Hondentoilet Een hondentoilet is een niet-omheinde zandbak, waar de opruimplicht niet geldt en de hondenpoep dus niet hoeft te worden opgeruimd door de persoon die de hond uitlaat. De hondenpoepzuiger maakt deze locatie wekelijks schoon. De aanlijnplicht geldt er wel. Het enige hondentoilet in de gemeente ligt in Drunen. 4 APV /14

153 Deze voorziening is niet als zodanig opgenomen in het huidige hondenbeleid. Omdat in het nieuwe beleid voor een algehele opruimplicht wordt gekozen, zal het hondentoilet worden ontmanteld. Dit zorgt voor eenduidigheid in de nieuwe regels. De hondenpoepzuiger hoeft deze locatie niet meer schoon te maken. De locatie kan worden ingericht zoals, en toegevoegd aan, het omringende grasveld. 4. Reinigen 4.1 Hondenpoepzuiger De opruimplicht gaat overal binnen de bebouwde kom gelden, ook in de hondenuitrenvelden. In principe is de inzet van de hondenpoepzuiger dus niet nodig. De verwachting is echter dat deze opruimplicht niet altijd wordt nageleefd (dat is immers nu ook niet het geval). Vanuit het oogpunt van HeuseService wordt de hondenpoepzuiger toch ingezet. Er is een aantal scenario s voor de inzet van de hondenpoepzuiger. Zo kan nog tot (circa februari) 2016 gebruik worden gemaakt van de huidige hondenpoepzuiger, waarna de machine is afgeschreven. Ook kan, gezien de hoge reparatie- en onderhoudskosten van de huidige machine, nu direct een nieuwe hondenpoepzuiger worden aangeschaft. Tenslotte kan de samenwerking worden gezocht met bijvoorbeeld de gemeente Waalwijk, die ook een hondenpoepzuiger in bedrijf heeft. Hiervoor is al een eerste verkenning uitgevoerd. Omdat in de hele gemeente een algehele opruimplicht geldt, ook in de hondenuitrenvelden, hoeft de hondenpoepzuiger in principe minder vaak te worden ingezet. De aanschaf van een nieuwe hondenpoepzuiger is in dat opzicht een dure, wellicht overbodige, investering. Daarom is de optie om samenwerking te zoeken met de gemeente Waalwijk realistischer. Omdat de hondenpoepzuiger nog niet is afgeschreven en de mogelijkheden tot samenwerking met de gemeente Waalwijk nog verder moeten worden uitgezocht, wordt de hondenpoepzuiger voorlopig nog ingezet totdat deze is afgeschreven. In de tussenliggende periode zal verder worden overgelegd met de gemeente Waalwijk. 4.2 Hondenpoepcontainers Om onze inwoners voldoende gelegenheid te bieden om de algehele opruimplicht binnen de bebouwde kom na te leven, is het belangrijk dat er voldoende hondenpoepcontainers zijn geplaatst. In de volgende kernen wordt gestreefd naar de plaatsing van extra hondenpoepcontainers (verspreid over de betreffende kern, tenzij specifieker aangegeven): - Drunen, negen stuks; - Elshout, twee stuks; - Haarsteeg, twee stuks; - Herpt, twee stuks; - vesting Heusden, zeven stuks (langs de Demer en aan de rand van de vesting); 10/14

154 - Nieuwkuijk drie stuks; - Vlijmen, negen stuks. Dit komt uit op een totaal circa 35 extra hondenpoepcontainers. De aantallen zijn indicatief en gebaseerd op een eerste inventarisatie van mogelijke locaties. De locaties moeten daarbij voldoen aan nog nader te bepalen criteria over afstand tot woningen, spreiding, etcetera. Deze zullen in acht worden genomen bij de uitvoering. 5. Communicatie Communicatie is van wezenlijk belang om het hondenbeleid te laten slagen. Er wordt ingezet op een communicatiestrategie die op heldere en effectieve wijze de hoofdpunten, de belangrijkste regels, van het hondenbeleid benadrukt. Deze komen dan steeds herkenbaar terug in alle gemeentelijke communicatie over het hondenbeleid. Nadat de nieuwe kaders voor het hondenbeleid zijn vastgesteld door de raad, zal de communicatiestrategie verder worden uitgewerkt. Hierbij hoort in ieder geval duidelijke en actuele informatie op de gemeentelijke website, waaronder ook plattegronden met een duidelijke weergave van de hondenuitrenvelden. Ondersteunend hieraan komt er een nieuwe hondenfolder waarin alle regels en de plattegronden duidelijk zijn opgenomen. Daarnaast wordt regelmatig gepubliceerd op de gemeentelijke informatiepagina over de regels maar ook over geconstateerde overtredingen en opgelegde processen-verbaal. De situatie ter plaatse moet ook voldoende duidelijk zijn, zeker nu ook op hondenuitrenvelden de opruimplicht gaat gelden. Alleen dan kan extra en gerichtere handhaving succesvol zijn. Op deze locaties en bij bijvoorbeeld speelvelden etcetera moet daarom extra en duidelijke bebording worden geplaatst. Ook moeten de regels (vaker) duidelijk worden gemaakt op de gemeentelijke website en informatiepagina, ter ondersteuning van een goede handhaving. Verder zorgt het communiceren, over hoe de opbrengsten van de hondenbelasting worden besteed aan voorzieningen voor het hondenbeleid, voor draagvlak bij inwoners en wellicht gedragsverandering bij hondenbezitters. Tenslotte wordt er ook naar gestreefd om op wijk- en buurtgericht niveau mensen te stimuleren om elkaar aan te spreken. Dit kan bereikt worden door bijvoorbeeld buurtverenigingen of scholen hierbij te betrekken. 6. Handhaving Met het nieuwe beleid worden de regels uniformer en duidelijker. Er wordt immers een algehele opruimplicht ingesteld. Dit vraagt om een gedragsverandering van de hondenbezitters. Er zal echter, net als nu, een groep hondenbezitters zijn die niet (direct) bereid is de regels op te volgen. Om toch de overlast van hondenpoep te verminderen, is het nodig om in te zetten op extra handhaving van de regels. 11/14

155 Enerzijds zou dit kunnen worden bereikt door strenger te handhaven: in plaats van waarschuwen direct een proces-verbaal opleggen. De omstandigheden van de overtreding spelen daarbij echter een grote rol en, afhankelijk daarvan, zal een BOA altijd passend handelen. Bij handhaving speelt daarnaast de pakkans een grote rol. Deze pakkans is bij overtreding van de opruim- en aanlijnplicht beperkt: een overtreder moet op heterdaad worden betrapt om proces-verbaal te kunnen opmaken. Anderzijds kan er gerichter worden gehandhaafd. Als handhavers meer zichtbaar zijn voor de inwoners kan hiervan een preventieve werking uitgaan. Wanneer de zogenaamde hotspots, waar doorgaans veel overlast is van hondenpoep, bijvoorbeeld vaker worden gecontroleerd kan dit een positieve uitwerking hebben (het naleefgedrag verhogen en overlast van hondenpoep verlagen). Ten slotte, en deels ook voortvloeiend uit het voorgaande, kunnen er meer uren worden ingezet op handhaving van de regels. Op deze manier kan zowel gerichter worden gehandhaafd op hotspots, als eventueel ingezet worden op (strengere) handhaving in de gehele gemeente. Ingezet wordt op circa 300 uren extra per jaar. 7. Vergelijking met andere gemeenten Tijdens het overleg met de gemeente Waalwijk is informatie gekregen over het door hen gevoerde hondenbeleid. Daarnaast is telefonisch navraag gedaan bij de gemeenten Heemskerk, Leeuwarden, Meerssen, Nieuwkoop, Rijswijk en Veghel. Voor deze gemeenten is gekozen omdat zij recent nieuw beleid hebben vastgesteld, nieuwe voorzieningen hebben getroffen of voorzieningen hebben afgeschaft. Samengevat geldt het volgende in deze gemeenten: - De opruimplicht geldt in een aantal gemeenten altijd en overal, in andere gemeenten alleen binnen de bebouwde kom. - Alleen Veghel en Waalwijk hebben gebieden (respectievelijk uitlaatroutes en hondentoiletten) waar de opruimplicht niet geldt. - De aanlijnplicht geldt in sommige gemeenten overal, in andere gemeenten alleen binnen de bebouwde kom, behalve in de losloopgebieden. - Alle bevraagde gemeenten beschikken over losloopgebieden waar de aanlijnplicht niet geldt. - Alleen Veghel en Waalwijk beschikken over een hondenpoepzuiger. - In de meeste gemeenten staan verbods- en/of gebodsborden om de regels te communiceren. In Veghel zijn verbodsborden nabij de voor honden verboden locaties (zoals speeltuintjes en schoolpleinen) verwijderd, omdat hondenbezitters meldden dat het hen door de borden niet duidelijk was waar de honden wel en niet mogen verblijven. - In alle gemeenten mag de hondenpoep worden gedeponeerd in de gewone afvalbakjes en zijn er geen speciale hondenpoepcontainers. - In alle gemeenten is, met het nieuwe beleid, meer en/of gerichter ingezet op handhaving. - In alle gemeenten zijn speciale hondenfolders uitgegeven. Daarnaast worden er in sommige gemeenten speciale campagnes opgezet, plattegronden met hondenlosloopgebieden etcetera of ansichtkaarten verstrekt. Daarnaast maken alle gemeenten gebruik van de gemeentelijke 12/14

156 informatiepagina s en in sommige gevallen ook van social media om het hondenbeleid en de regels onder de aandacht van de inwoners te brengen. - In sommige gemeenten zijn de wensen voor het nieuwe hondenbeleid onder de inwoners geïnventariseerd, in andere gemeenten niet. 8. Financiën 8.1 Kosten De aanleg van een hondenuitrenveld (een gemiddelde grootte van circa 20m x 20m = 400m2) kost circa 6.400,00. De kosten bestaan voornamelijk uit het aanbrengen van een hekwerk en haag rondom, het plaatsen van een poort, tegels, bank en afvalbak en het inzaaien van gras. Uitgaande van de aanleg van maximaal vier nieuwe hondenuitrenvelden komen de totale kosten uit op circa ,00. Gestreefd wordt naar de aanleg van één hondenuitrenveld per jaar, waarbij de jaarlijkse kosten uitkomen op maximaal circa 6.400,00. Door de opruimplicht op de hondenuitrenvelden wordt er een besparing gerealiseerd op het reinigen ervan, de schoonmaakfrequentie wordt aangepast van eenmaal per week naar eenmaal per maand. De afvoerkosten van opgezogen hondenpoep dalen, niet in te schatten is echter hoeveel minder hondenpoep er wordt opgezogen. Deze besparing is dus lastig te kwantificeren. De aanschafkosten van een hondenpoepcontainer (minicontainer inclusief beugel en betonvoet) bedragen circa 320,00 per stuk. De lediging van een hondenpoepcontainer door de Afvalstoffendienst kost jaarlijks circa 195,00 per container. Met het plaatsen van circa 35 hondenpoepcontainers is een investering gemoeid van ,00. De kapitaallast hiervan bedraagt 1.195,00 per jaar. De overige extra jaarlijkse kosten bedragen circa 6.825,00. Voor de hondenpoepzuiger hoeven in eerste instantie geen extra kosten te worden gemaakt omdat de huidige hondenpoepzuiger voorlopig in dienst blijft. Hoe de kostenontwikkeling er daarna uitziet, moet nog nader worden uitgewerkt en is afhankelijk van een eventuele samenwerking met de gemeente Waalwijk. Als samenwerking niet mogelijk is en aanschaf van een nieuwe hondenpoepzuiger noodzakelijk blijkt, moet rekening worden gehouden met investeringskosten van circa ,00 tot ,00. Inclusief bijkomende kosten als verzekering, etcetera betekent dit een jaarlijkse exploitatielast van circa ,00. De inzet van extra en gerichtere handhaving kost jaarlijks circa ,00. Daarbij is uitgegaan van 300 uur extra per jaar, zowel door inzet van eigen BOA s als inhuur. De extra communicatie (zoals een folder, plattegronden, extra borden, etcetera) brengt een geschatte eenmalige kostenpost met zich mee van circa ,00. 13/14

157 Voor het eerste jaar na invoering van het nieuwe hondenbeleid bedragen de totale extra kosten ,00. De jaren erna zullen de jaarlijkse kosten, uitgaande van de huidige gegevens, circa ,00 minder zijn. 8.2 Hondenbelasting Het tarief van de hondenbelasting wordt niet gewijzigd. De hondenbelasting is een algemeen dekkingsmiddel en wordt als zodanig in onze begroting gebruikt. Dit heeft tot gevolg dat, ook al wordt de huidige overdekking ingezet voor de dekking van de extra kosten, er toch een nadeel tot het bedrag van de extra kosten in de begroting ontstaat. 14/14

158 Einde bijlage: BIJL Notitie Hondenbeleid pdf Terug naar het agendapunt

159 RV Algemene Plaatselijke Verordening pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11447#

160 Onderwerp Algemene Plaatselijke Verordening 2014 Raadsvoorstel Inleiding Bijgaand treft u een geactualiseerde versie van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) aan met het voorstel deze vast te stellen. Feitelijke informatie De APV bevat gemeentelijke spelregels en is ook vaak een aanvulling op wet- en regelgeving vanuit hogere overheden zoals rijk en provincie. In grote lijnen gaat het om regels op het gebied van openbare orde en veiligheid in het openbaar gebied, evenementen, horeca, het kappen van bomen of de aanleg van een inrit, (parkeer)gedrag etcetera. Afweging De APV is naast tussentijdse aanpassingen voor het laatst in zijn geheel herzien in Daarom is er reden deze verordening nu opnieuw volledig te actualiseren. Daarmee sluit de APV dan weer optimaal aan bij veranderde wetgeving, jurisprudentie en wensen uit de praktijk. Bij de vorige herziening van de APV stond het uitgangspunt van deregulering heel nadrukkelijk voorop. Uiteraard hebben we nu ook oog gehouden voor de vraag op welke punten de regels vereenvoudigd kunnen worden en waar de administratieve lasten kunnen worden verminderd. Bij de uitvoering blijkt wel dat we op sommige punten tegen de grens aan lopen van wat in praktijk nog werkbaar en duidelijk is. Waar sommige regels of vergunningplichten zijn geschrapt, komen er aan de andere kant verzoeken om nieuwe regels. De vraag over welke onderwerpen een regeling wenselijk wordt geacht, is namelijk vaak aan maatschappelijke ontwikkelingen onderhevig. Bij de keuze voor een (nieuwe) bepaling is heel nadrukkelijk beoordeeld wat het toegevoegde belang daarvan is en of er voldoende mogelijkheid is om de nieuwe regel te handhaven. De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft het model van de APV in 2012 herzien. Net zoals voorgaande keren hebben we de laatste versie van het model van de VNG als basis genomen. Toch verschilt de APV van Heusden op meerdere onderdelen met de modelverordening. Dit is niet ongebruikelijk, omdat de APV de lokale invulling bevat van regels, die van invloed zijn op de openbare ruimte. Voor een weergave van de wijzigingen en de verschillen met de modelverordening verwijzen wij u naar de toelichting en naar de bij dit voorstel gevoegde overzichtstabel. Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel. Risico's Er zijn geen risico's verbonden aan dit voorstel. Procedure Uw besluit treedt op 1 maart 2014 in werking nadat dit bekend is gemaakt en ter inzage gelegd. Vanaf 1 januari 2014 is de gemeente verplicht de algemeen verbindende voorschriften (zoals verordeningen en gebiedsaanwijzingen) bekend te maken door publicatie in een elektronisch gemeenteblad. De gemeente doet dit via een gemeenschappelijke voorziening voor officiële publicaties op de website Uw besluit wordt verder ook nog bekendgemaakt op de gemeentelijke website en op de informatiepagina in De Scherper. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 1

161 Onderwerp Algemene Plaatselijke Verordening 2014 De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 7 januari 2014; gelet op artikel 149 Gemeentewet; gezien het memo naar aanleiding van de informatievergadering; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : - de geldende Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Heusden in te trekken; - de Algemene Plaatselijke Verordening 2014 vast te stellen. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 2

162 Einde bijlage: RV Algemene Plaatselijke Verordening pdf Terug naar het agendapunt

163 Memo nav IV Algemene Plaatselijke Verordening 2014.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11446#

164 M E M O R A A D Aan: de leden van de raad Van: college van Heusden Datum: 4 februari 2014 Onderwerp: Algemene Plaatselijke Verordening 2014 Doel: te betrekken bij de behandeling van het raadsvoorstel Aanleiding: toezegging Aard informatie: openbaar Geachte leden van de raad, Aanleiding Naar aanleiding van de behandeling van het raadsvoorstel Algemene Plaatselijke Verordening 2014 tijdens de Informatievergadering Bestuur en Beheer op 28 januari 2014 zijn door de burgemeester de volgende toezeggingen gedaan. Er wordt schriftelijke informatie verstrekt over: 1. De effecten van het afschaffen van de collectevergunning; 2. Het besluit tot het aanwijzen van schadelijke (overlastgevende) dieren; 3. Veroorzaken van gladheid; 4. Waar de scheiding ligt tussen grote en kleine evenementen; 5. Nadere regels onversterkte muziek; 6. De wijziging van de bepaling over alcoholgebruik in verband met de hogere leeftijdsgrens in de Drank- en Horecawet. Hierna wordt puntsgewijs gereageerd op deze toezeggingen. Informatie 1. Er zijn bij de gemeente geen klachten of meldingen bekend over het houden van collectes. Uit navraag bij de politie blijkt echter dat zij hierover wel met enige regelmaat klachten ontvangt. Het gaat dan om collectanten, die collecteren voor een niet bestaand of niet erkend doel. Wij zien echter om de volgende redenen geen aanleiding tot het weer invoeren van een vergunningplicht. Met het weer invoeren van een vergunningplicht krijgen degenen, die zich inzetten voor een goed doel, te maken met lastenverzwaring. En juist degenen, die te kwader trouw zijn, vragen toch geen vergunning aan. Dit betekent dat een vergunningplicht niet preventief werkt. Wanneer de politie naar aanleiding van een melding de nepcollectanten op het spoor komt, heeft ze de mogelijkheid ze te verbaliseren op het niet kunnen tonen van een legitimatiebewijs. 2. Het college heeft op 28 oktober 1997 besloten dat het houden van meer dan drie honden binnen de bebouwde kom zonder ontheffing verboden is (bijlage 1). Dit is een zogenaamd uitvoeringsbesluit. Dit besluit is destijds genomen op basis van een oudere versie van de APV, maar het is op basis van de overgangsbepalingen en op grond van artikel 2:60, tweede lid APV nog steeds geldig.

165 3. Het verbod tot het veroorzaken van gladheid is sinds 2009 uit de APV geschrapt overeenkomstig het model van de VNG. De reden is dat het verbod geen toegevoegde waarde heeft ten opzichte van de verboden, genoemd in artikel 427, aanhef en onder 4º Wetboek van Strafrecht en artikel 5 Wegenverkeerswet Daarin is geregeld dat het verboden is hinder te veroorzaken aan het verkeer, waaronder ook voetgangers. 4. In het evenementenbeleid wordt aangegeven waar de scheiding tussen grote en kleine evenementen ligt. Globaal gesproken heeft het onderscheid te maken met het aantal deelnemers, de tijden, de locatie, waar een evenement wordt georganiseerd etc. In bijlage 2 vindt u de voorwaarden, waaronder geen vergunning vereist is voor een evenement. 5. Artikel 4:5 APV geeft het college de mogelijkheid voorwaarden te stellen over onversterkte muziek vanuit inrichtingen. Het gaat dan bijvoorbeeld over optredens van akoestische bands of koren. In de modelverordening van de VNG zijn over dit onderwerp expliciet voorwaarden opgenomen. Wij stellen voor om alleen maar de mogelijkheid voor het stellen van voorwaarden op te nemen, omdat we willen onderzoeken of hier in praktijk behoefte aan is. 6. In artikel 2:48 APV is een verbod opgenomen tot alcoholgebruik op door het college aangewezen openbare plaatsen. Als gevolg van de wijziging van de Drank- en Horecawet is dit artikel onverbindend geworden voor personen onder de 18 jaar, omdat in de wet eenzelfde verbod is opgenomen. Op advies van het OM stellen we voor dit te repareren door de werking van deze bepaling uit te sluiten voor situaties, waarin de hogere wetgeving voorziet. Wij stellen voor artikel 2:48 APV als volgt te wijzigen (toevoeging derde lid): Artikel 2:48 Verboden drankgebruik 1. Het is verboden op een openbare plaats, die deel uitmaakt van een door het college aangewezen gebied, alcoholhoudende drank te gebruiken of aangebroken flessen, blikjes en dergelijke met alcoholhoudende drank bij zich te hebben. 2. Het verbod is niet van toepassing op: a. een terras dat behoort bij een horecabedrijf als bedoeld in artikel 1 van de Drank- en Horecawet; en b. een andere plaats dan een horecabedrijf als bedoeld onder a, waarvoor een ontheffing geldt krachtens artikel 35 van de Drank- en Horecawet. 3. Het verbod bedoeld in het eerste lid is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door of namens de Drank- en Horecawet. Bijlagen: 2 - Uitvoeringsbesluit houden van meer dan 3 honden (1); - Voorwaarden vergunningvrije evenementen (2)

166 Einde bijlage: Memo nav IV Algemene Plaatselijke Verordening 2014.pdf Terug naar het agendapunt

167 Bijlage 1 bij memo nav IV APV 2014.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11444#

168

169 Einde bijlage: Bijlage 1 bij memo nav IV APV 2014.pdf Terug naar het agendapunt

170 Bijlage 2 bij memo nav IV APV 2014.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11445#

171 Procedures evenementen Wilt u een evenement organiseren. Dan is hier misschien een evenementenvergunning voor nodig. - Uw evenement is vrij van de meldingsplicht: 1. Er zijn minder dan 150 deelnemers/bezoekers aanwezig bij een evenement in de openlucht; 2. Er zijn minder dan 50 personen tegelijkertijd in een tent aanwezig; 3. Er zijn minder dan 50 personen tegelijkertijd in een gebouw aanwezig of als er wel meer dan 50 personen aanwezig zijn in een gebouw, is er voor het gebouw een gebruiksvergunning (omgevingsvergunning voor brandveilig gebruik) aanwezig en bij het evenement het aantal bezoekers niet hoger is dan de gebruiksvergunning toestaat en het gebruik niet anders is dan aangegeven in de gebruiksvergunning; 4. Het evenement duurt tot maximaal uur; 5. Het evenement vindt niet vóór op een zondag/of een daaraan gelijkgestelde nationale feestdag in de nabijheid van een kerk plaats; 6. Er wordt geen versterkte muziek ten gehore gebracht waarbij het volume harder is dan een achtergrondniveau (ong. 75 db(a); 7. Het luchtverkeer wordt niet gehinderd; 8. Er is geen sprake van en wedstrijd met voertuigen op de weg; 9. Het evenement vindt niet gelijktijdig plaats met een groter evenement of is niet aan een groter evenement gerelateerd; 10. Het evenement valt niet samen met een ander evenement op deze locatie; 11. Het evenement vindt niet plaats op of in de directe nabijheid van het Raadhuisplein te Drunen, de roeivijver te Drunen, wielerbaan de Heuvelen te Nieuwkuijk, de Vismarkt te Heusden of het Plein te Vlijmen; 12. Het evenement duurt maximaal 1 dag; 13. Er vindt niet op bedrijfsmatige wijze verstrekking van alchoholhoudende dranken plaats noch wordt hierbij op enige wijze voor de alchoholhoudende dranken per consumptie betaald; 14. Ten behoeve van het evenement hoeft de openbare weg niet te worden afgesloten; 15. Er is geen wegafsluiting of belemmering binnen een straal van 500 meter van de beoogde evenementenlocatie. Voor wegafsluitingen en/of wegwerkzaamheden kunt u kijken op:

172 Geen melding nodig, wel gelden er algemene regels (algemeen en toegespitst op bepaalde activiteiten). - Voor uw evenement dient u een melding te doen 1. Er zijn minder dan 150 deelnemers/bezoekers aanwezig bij een evenement in de openlucht; 2. Er zijn minder dan 50 personen tegelijkertijd in een tent aanwezig; 3. Er zijn minder dan 50 personen tegelijkertijd in een gebouw aanwezig of als er wel meer dan 50 personen aanwezig zijn in een gebouw, is er voor het gebouw een gebruiksvergunning (omgevingsvergunning voor brandveilig gebruik) aanwezig en bij het evenement het aantal bezoekers niet hoger is dan de gebruiksvergunning toestaat en het gebruik niet anders is dan aangegeven in de gebruiksvergunning; 4. Het evenement duurt tot maximaal uur; 5. Het evenement vindt niet vóór uur op een zondag/of een daaraan gelijkgestelde nationale feestdag in de nabijheid van een kerk plaats; 6. Er wordt geen versterkte muziek ten gehore gebracht waarbij het volume harder is dan een achtergrondniveau (ong. 75 db(a); 7. Het luchtverkeer wordt niet gehinderd; 8. Er is geen sprake van en wedstrijd met voertuigen op de weg; 9. Het evenement vindt gelijktijdig plaats met een groter evenement en is aan het grotere evenement gerelateerd; 10. Het evenement valt niet samen met een ander evenement op deze locatie; 11. Het evenement vindt plaats op of in de directe nabijheid van het Raadhuisplein te Drunen, de roeivijver te Drunen, wielerbaan de Heuvelen te Nieuwkuijk, de Vismarkt te Heusden of het Plein te Vlijmen; 12. Het evenement duurt maximaal 1 dag; 13. Er vindt niet op bedrijfsmatige wijze verstrekking van alchoholhoudende dranken plaats noch wordt hierbij op enige wijze voor de alchoholhoudende dranken per consumptie betaald; 14. Ten behoeve van het evenement moet de openbare weg worden afgesloten; 15. Er is geen wegafsluiting of belemmering binnen een straal van 500 meter van de beoogde evenementenlocatie. Voor wegafsluitingen en/of wegwerkzaamheden kunt u kijken op:

173 Gebruik van het formulier melding kleinschalig evenement - Voor uw evenement is een evenementenvergunning noodzakelijk Als het evenement niet voldoet aan de uitgangspunten, zoals genoemd bij de meldingsplichtige evenementen, dan is een vergunning nodig. Bijvoorbeeld als het evenement langer duurt dan 1 dag of meer bezoekers trekt dan 150.

174 Einde bijlage: Bijlage 2 bij memo nav IV APV 2014.pdf Terug naar het agendapunt

175 RV aanvraag rijksbijdrage explosievenonderzoek 2014 versie pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11451#

176 Onderwerp Aanvraag bijdrage kosten opsporing en ruiming explosieven versie Raadsvoorstel Inleiding Een aantal gemeenten krijgt bij gebiedsontwikkeling te maken met het onschadelijk maken van explosieven uit de Tweede Wereldoorlog. De gemeentebesturen zijn in zijn algemeenheid bij deze gebiedsontwikkelingen verantwoordelijk voor het opsporen en ruimen van deze explosieven. Een aanvraag om vergoeding van de aan opsporing en ruiming van explosieven verbonden kosten kan met een beroep op de bijdrageregeling Kosten en opsporing ruiming conventionele explosieven Tweede Wereldoorlog worden ingediend worden bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Hiervoor is een raadsbesluit noodzakelijk. Feitelijke informatie Geregeld doen zich situaties voor waarin van een gemeente wordt verwacht dat zij in actie komt in verband met explosieven uit de Tweede Wereldoorlog: - bij een spontane vondst van een explosief dat onmiddellijk moet worden geruimd, waarbij tegelijk wordt geverifieerd of nog meer explosieven in de directe omgeving achtergebleven zijn; - bij voorgenomen grond- en/of baggerwerkzaamheden in een gebied waarvan vermoedens bestaan dat er (resten van) explosieven in de grond zitten; - bij aanwijzingen dat er explosieven aanwezig zijn op het grondgebied van de gemeente, waarbij geen grond- en/of baggerwerkzaamheden worden uitgevoerd. Gemeenten kunnen een rijksbijdrage aanvragen voor de kosten van opsporing en ruiming van deze explosieven. In voorgaande jaren is ook door onze gemeente van deze mogelijkheid gebruik gemaakt. Wij verwijzen u bijvoorbeeld naar uw besluit van 5 februari 2013 over de GOL-projecten en Geerpark. En eerder werd onder andere ook om een bijdrage verzocht voor het plangebied De Grassen. Vanaf 1 oktober 2009 geldt er een gewijzigde bijdrageregeling voor kosten in opsporing en ruiming van conventionele explosieven uit de Tweede Wereldoorlog. Hierbij is een onderscheid gemaakt tussen zogenaamde veelgebruikende gemeenten (maatstafgemeenten) en overige gemeenten, aangeduid als vangnetgemeenten. Heusden is momenteel aangemerkt als een vangnetgemeente (periode ). Vangnetgemeenten kunnen na een verzoek daartoe bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een bijdrage van 70% van de geraamde kosten ontvangen uit het gemeentefonds. Alleen een door een raadsbesluit bekrachtigde raming is basis voor een suppletie uit het gemeentefonds. Kort geformuleerd komt deze regeling erop neer, dat u expliciet verzoekt een suppletie van deze kosten te ontvangen uit het gemeentefonds en daartoe een besluit neemt. Uit dit raadsbesluit moet blijken, dat de opsporing en ruiming uit veiligheidsoverwegingen noodzakelijk is en welke uitgaven daarmee gepaard gaan. Vòòr 1 maart 2014 moet dit verzoek zijn aangeleverd. In de gemeentelijke organisatie is in 2013 bij gebiedsontwikkelingen geïnventariseerd waar onderzoek naar en vervolgacties in de vorm van ruiming van explosieven uit de Tweede Wereldoorlog noodzakelijk blijken. Hierbij zijn en worden telkens gecertificeerde bedrijven voor opsporing van conventionele explosieven betrokken. De inventarisatie levert het volgende op: - bij het ministerie van BZK is eerder detectieonderzoek in Geerpark aangemeld voor een bedrag van ,00; nadien is aanvullend onderzoek nodig gebleken voor een bedrag van ,00 exclusief btw; - voor het Ei van Drunen is slechts een beperkte aanvulling nodig gebleken van 2.420,00 exclusief btw; 1

177 Onderwerp Aanvraag bijdrage kosten opsporing en ruiming explosieven versie - voor het Centrumplan Vlijmen is de noodzaak van detectie en opsporing van explosieven op basis van historisch onderzoek duidelijk. Na historisch onderzoek ter waarde van 3.950,00 zijn de kosten voor het uitvoeren van detectie volgens offerte geraamd op ,00 exclusief btw; - voor het Europese LIFE+-project Blues in the marshes, waarbij natuurherstel nagestreefd wordt in het gebied van de Heidijk tot aan de Wethouder Van Buulweg, is uit historisch vooronderzoek in opdracht van Waterschap Aa en Maas gebleken dat het gebied verdacht is op de aanwezigheid van niet gesprongen explosieven. Het gebied dat nader onderzocht wordt, zal beperkt blijven tot een hectare, te weten het gebied dat gebruikt zal worden voor grondwerk voor poelen en het uitkijkplatform bij de Heidijk. Hiervoor is offerte uitgebracht voor 9.250,00 exclusief btw. Afweging Nu deze gebiedsontwikkelingen zonder uitzondering actueel zijn en detectie-onderzoek in het voorbereidende stadium noodzakelijk is gebleken, dan wel in de nabije toekomst noodzakelijk is, verdient het aanbeveling een aanvraag om een bijdrage bij het ministerie van BZK in te dienen en daarin de verschillende projecten te melden en te specificeren. De locaties worden daarbij voor het ministerie verduidelijkt op kaart. Inzet van Middelen De kosten van de historische vooronderzoeken, vervolgonderzoeken en ruiming bij de hiervoor genoemde nieuwbouw-, infrastructurele projecten en aanlegwerkzaamheden voor natuurherstel zijn ten laste gekomen (of komen nog ten laste) van de voorbereidings- of uitvoeringskredieten van deze projecten. Op basis van offertes zijn de kosten voor detectie uitgekomen op respectievelijk ,00 voor het Geerpark, 2.420,00 voor aanvullende detectiekosten voor het Ei van Drunen, ,00 voor het Centrumplan Vlijmen en 9.250,00 voor het natuurherstelproject aan de Heidijk. In totaal voor alle projecten dus ,00 en dit is exclusief btw. Uitgaande van de toekenning van de rijksbijdrage van 70% blijft 30% van de geraamde kosten, te weten ,50 voor rekening van de gemeente. Risico's Er zijn geen risico's verbonden aan dit voorstel. Procedure Zodra u heeft ingestemd met het voorstel om de bijdrage aan te vragen, zal het verzoek tot uitkering van de suppletie voor opsporing en ruiming van conventionele explosieven worden ingediend bij het ministerie van BZK. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 2

178 Onderwerp Aanvraag bijdrage kosten opsporing en ruiming explosieven versie De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 7 januari 2014; gezien het memo van het college van 4 februari 2014; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : - vast te stellen, dat mede op basis van historisch vooronderzoek is gebleken dat opsporing, detectie en ruiming van conventionele explosieven uit de Tweede Wereldoorlog op de locatie van de aansluiting van de A59 op het onderliggende wegennet ter hoogte van het Ei van Drunen, het projectgebied Geerpark, het Centrumplan Vlijmen en het natuurherstelgebied tussen Heidijk en Wethouder Van Buulweg en het Vlijmens Ven, uit veiligheidsoverwegingen noodzakelijk is; - een aanvraag op basis van de bijdrageregeling kosten opsporing en ruiming conventionele explosieven Tweede Wereldoorlog in te dienen bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties betreffende de aan deze opsporing en ruiming verbonden kosten, geraamd op ,00 exclusief btw; - op verzoek van Waterschap Aa en Maas een aanvraag op basis van de bijdrageregeling kosten opsporing en ruiming conventionele explosieven Tweede Wereldoorlog in te dienen bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties betreffende de aan deze opsporing en ruiming verbonden kosten, geraamd op ,00 exclusief btw. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 3

179 Einde bijlage: RV aanvraag rijksbijdrage explosievenonderzoek 2014 versie pdf Terug naar het agendapunt

180 Memo bijdrageregeling explosieven Tweede WO pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11450#

181 M E M O R A A D Aan: de leden van de raad Van: college van Heusden Datum: 4 februari 2014 Onderwerp: Aanpassing van aanvraag rijksbijdrage voor opsporing en ruiming explosieven Doel: Wijzigen van raadsbesluit Aanvraag bijdrage kosten opsporing en ruiming explosieven, zaaknr Aanleiding: informatie (algemeen) Aard informatie: openbaar Aanleiding De gemeente Heusden en Waterschap Aa en Maas werken samen aan de voorbereiding en uitvoering van HoWaBo en het Europese LIFE+-project Blues in the Marshes. De gemeentelijke inspanningen zijn in dit kader met name gericht op natuurherstel in het gebied direct ten zuiden van en aan de Heidijk. Nieuwe gegevens Voor het Vlijmens Ven ressorteert het voorbereidende onderzoek qua subsidiering onder het Europese LIFE+-project. Voor het benaderen en opsporen van munitie, dat is het vervolg op het detectieonderzoek, heeft het Waterschap Aa en Maas zich op 30 januari 2014 tot de gemeente Heusden gewend met het verzoek ook deze kosten in het aanhangige raadsvoorstel mee te nemen. Immers, pas op 29 januari 2014 tekende zich af aan de hand van een offertevoorstel van een daartoe gecertificeerd bureau en aan de hand van een vervolgdoorkijk welke kosten zijn voorzien in het benaderen en opsporen van explosieven uit WOII in het Vlijmens Ven. In de offerte, welke is uitgebracht aan het waterschap, is een bedrag van ,- opgenomen voor de eerste 10 ha. Extrapolatie over een gebied van 100 ha voorziet volgens het Waterschap Aa en Maas in extra kosten van ,-. Het schriftelijke verzoek van het Waterschap Aa en Maas d.d. 04 februari 2014, waarin deze nieuwe omstandigheden zijn beschreven, is bijgevoegd. Hoewel de gemeente al eerder en meermalen, met name in het kader van het LIFE+-project, het waterschap heeft gewezen op het kenbaar maken van dergelijke verzoeken, geeft dit verzoek voor het eerst inzicht in daadwerkelijke kosten volgens de voorwaarden van de regeling. Dit verzoek kan worden meegenomen onder de voorwaarde dat de gemeente Heusden enkel in de declaratie een loketfunctie vervult. Er is geen sprake van een gemeentelijke bijdrage als onverhoopt de gemeentelijke bijdrage om welke reden dan ook niet zou worden toegekend. Hierbij zij meegewogen, dat de vervolgonderzoeken noodzakelijk zijn in 2014 en de gemeente Heusden nog in de vangnetregeling zit en dit in ieder geval volgend jaar niet meer geldt. Wij stellen voor de besluittekst van het raadsvoorstel van 18 februari a.s. aan te vullen met de verwijzing naar het noodzakelijkheidcriterium en separate opname van de bedragen. Het ministerie heeft op een soortgelijk verzoek in de gemeente Vught (in december 2013) laten weten dat het in de praktijk vaker voorkomt dat gemeenten kosten van waterschappen declareren.

182 Wijzigingsvoorstel Wij stellen voor het voorstel van 18 februari als volgt te wijzigen: - vast te stellen, dat mede op basis van historisch vooronderzoek is gebleken dat opsporing, detectie en ruiming van conventionele explosieven uit de Tweede Wereldoorlog op de locatie van de aansluiting van de A59 op het onderliggende wegennet ter hoogte van het Ei van Drunen, het projectgebied Geerpark, het Centrumplan Vlijmen en het natuurherstelgebied tussen Heidijk en Wethouder Van Buulweg en het Vlijmens Ven, uit veiligheidsoverwegingen noodzakelijk is; - een aanvraag op basis van de bijdrageregeling kosten opsporing en ruiming conventionele explosieven Tweede Wereldoorlog in te dienen bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties betreffende de aan deze opsporing en ruiming verbonden kosten, geraamd op ,00 exclusief btw. - op verzoek van Waterschap Aa en Maas een aanvraag op basis van de bijdrageregeling kosten opsporing en ruiming conventionele explosieven Tweede Wereldoorlog in te dienen bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties betreffende de aan deze opsporing en ruiming verbonden kosten, geraamd op ,00 exclusief btw.

183 Einde bijlage: Memo bijdrageregeling explosieven Tweede WO pdf Terug naar het agendapunt

184 BIJL Verzoek Waterschap Aa en Maas pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11449#

185

186 Einde bijlage: BIJL Verzoek Waterschap Aa en Maas pdf Terug naar het agendapunt

187 RV Woonvisie pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11452#

188 Onderwerp Woonvisie Heusden Dromen waarmaken Raadsvoorstel Inleiding In 2008 hebben we de Nota Volkshuisvesting 2030 vastgesteld. Deze nota is sterk gericht op de nieuwbouwopgave. Hierin hebben we accenten gezet die passen bij de kwalitatieve opgaven in Heusden (met speciale aandacht voor lage inkomens, starters en senioren) en hebben we ons uitgesproken voor een bijdrage aan de regionale bouwopgaven. Sinds 2008 is de context sterk veranderd. De economische ontwikkelingen en verandering in regelgeving (zowel in de huur- als de koopsector) hebben een behoorlijke invloed op het functioneren van de woningmarkt. De tijd dat elke woning zomaar afzet kende, is voorbij. De consument zal nadrukkelijker centraal moeten komen te staan. Deze consument wordt kritischer, mede ingegeven door beperkte financieringsmogelijkheden, en wacht af. Planmatige (her-) ontwikkeling van gebieden maakt steeds meer plaats voor organische ontwikkeling en kansen voor verandering liggen meer en meer in de bestaande woongebieden. Reden genoeg om de woonvisie te actualiseren. Bijgaand treft u daarom de Woonvisie Heusden Dromen waarmaken ter vaststelling aan. Deze visie speelt in op de actualiteit en gaat over de volkshuisvestelijke ontwikkelingen in de komende beleidsperiode met een doorkijk van tien jaar. Feitelijke informatie De woonvisie heeft de volgende functies. - de woonvisie geeft richting aan het handelen van de gemeente en fungeert als afwegingskader voor de vele beslissingen die de gemeente op het gebied van wonen moet maken; - de woonvisie is helder over de rolopvatting en de inzet van de gemeente. Daarmee geeft de woonvisie uitdrukking aan het credo dromen, doen, Heusden, waarmee een andere manier van werken is ingezet; - de woonvisie legt een basis onder samenwerking met partners en inwoners, in het bijzonder de prestatieafspraken met Woonveste; - de woonvisie legt relaties met de Structuurvisie Heusden en met beleidsnotities op het gebied van wonen, welzijn en zorg. Visie: aantrekkelijk wonen in Heusden maken we samen We handelen vanuit de opvatting dat de meeste inwoners van Heusden prima in staat zijn om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor de woonsituatie en dat de partners in wonen de expertise bezitten om, gegeven de gewenste kwaliteiten, plannen te optimaliseren. Onze rol bestaat uit het voeren van de regie, met name op die punten waar niet vanzelfsprekend aan de vraag tegemoetgekomen wordt of waar gewenste kwaliteiten niet vanzelf tot stand komen. De volgende vijf speerpunten voor de periode zijn daarbij leidend. - Bewoners maken Heusden Met Dromen.Doen.Heusden stellen we onze burgers in staat initiatief te nemen in het beïnvloeden of creëren van de gewenste leefomgeving. We willen met deze woonvisie deze filosofie verder gestalte geven. - Betaalbaarheid gewaarborgd We vinden het belangrijk dat ook mensen met een beperkt inkomen keuze hebben op de woningmarkt in Heusden. We kijken daarbij naar starters en de positie van middeninkomens. We zien energiebesparing als belangrijke mogelijkheid om woonlasten te beperken. - Inspelen op de groeiende vraag naar wonen met zorg We willen de groeiende vraag naar wonen met welzijn en zorg faciliteren, rekening houdend met de kansen binnen de gedefinieerde woonservicezones en de wetenschap dat mensen veel vaker zelf verantwoordelijk zijn voor het organiseren van de zorg aan naasten. 1

189 Onderwerp Woonvisie Heusden Dromen waarmaken - Nieuwbouw als kans voor variatie in het woonaanbod en voor initiatief van burgers We hebben een uitbreidingsopgave met het oog op de, zij het afvlakkende, huishoudengroei. De nieuwbouwmogelijkheden benutten we om leemten op te vullen en om mensen of organisaties de gelegenheid te geven iets nieuws te creëren. Dat betekent dat we met nieuwbouw (ook) inspelen op de veranderingen in de bevolking naar meer kleine en meer oudere huishoudens. We kiezen nadrukkelijk voor een organische- en consumentgestuurde aanpak van gebiedsontwikkeling. - Benutten kracht bestaande wijken In de bestaande wijken kiezen we voor een integrale benadering (wonen, openbare ruimte, voorzieningen) en zorgen ervoor dat burgers en andere partijen zo veel mogelijk het heft in eigen handen kunnen nemen. Afweging In de inleiding van dit voorstel is aangegeven dat actualisatie van de Nota Volkshuisvesting 2030 nodig is. Met Dromen waarmaken sluit de woonvisie aan bij Dromen.Doen.Heusden. Naast de geformuleerde bouwopgaven hebben we ook de verwachting dat mensen of organisaties de gelegenheid krijgen om hun dromen waar te maken. Het voorstel is dan ook om in te stemmen met de visie en speerpunten op wonen voor de beleidsperiode en de Woonvisie Heusden Dromen waarmaken vast te stellen. De woonvisie wordt nader uitgewerkt in een uitvoeringsprogramma. Inzet van Middelen De kosten voor het opstellen van de woonvisie komen ten laste van het budget dat hier bij de eerste bestuursrapportage 2013 voor beschikbaar is gesteld. De woonvisie heeft geen directe financiële gevolgen voor bouwgrondexploitaties die de gemeente voert. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 2

190 Onderwerp Woonvisie Heusden Dromen waarmaken De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 14 januari 2014; gezien het memo naar aanleiding van de informatievergadering; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : de Woonvisie Heusden Dromen waarmaken vast te stellen. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 3

191 Einde bijlage: RV Woonvisie pdf Terug naar het agendapunt

192 Memo nav IV Woonvisie Dromen waarmaken.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11453#

193 M E M O R A A D Aan: de leden van de raad Van: college van Heusden Datum: 3 februari 2014 Onderwerp: woonvisie "Dromen waarmaken" Doel: ter kennisname/ter informatie Aanleiding: toezegging Aard informatie: openbaar Aanleiding In de informatieve raadsvergadering ruimte van 29 januari 2014 zijn ten aanzien van de woonvisie de volgende toezeggingen gedaan. 1. De fouten op pagina 27 (p56 nieuw) (3030 i.p.v. 2030) en pagina 35 (p67 nieuw) (2740 i.p.v woningen) van de Woonvisie worden hersteld. 2. Er zit een onjuiste bijlage in de Woonvisie; dit wordt hersteld. 3. Het uitvoeringsprogramma wordt jaarlijks gemaakt en een evaluatie maakt hier deel van uit. 4. Er wordt een passage opgenomen a) m.b.t. inbreidingslocaties en b) m.b.t. de positie van monumenten. Informatie 1. Pagina 56 is gewijzigd in en pagina 67 is woningen veranderd in woningen. 2. De opmerking over de onjuiste bijlage betreft bijlage 1. Deze is vervangen en sluit aan bij de doelgroepenverordening. 3. De woonvisie wordt uitgewerkt in een werkagenda/uitvoeringsprogramma. Over dit programma wordt de raad jaarlijks geïnformeerd. 4. a) Op pagina 68 is aan de zin Bijzondere aandacht voor het verduurzamen van gebieden in bestaand bebouwd gebied het woord (inbreiding) toegevoegd. Aan de zin in de voetnoot is het woord eerst als volgt tussengevoegd: Conform de duurzaamheidsladder zijn/worden eerst de mogelijkheden binnen bestaand bebouwd gebied benut. b) Ten aanzien van de positie van monumenten is op pagina 39 aan de voorlaatste alinea toegevoegd de zin Daarbij wordt natuurlijk wel rekening gehouden met andere belangen, met name waar het monumenten betreft.

194 Einde bijlage: Memo nav IV Woonvisie Dromen waarmaken.pdf Terug naar het agendapunt

195 RV doelgroepenverordening pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11458#

196 Onderwerp Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden Raadsvoorstel Inleiding De Wet ruimtelijke ordening (Wro) biedt gemeenten de mogelijkheid om in bestemmingsplannen te eisen dat een bepaald percentage sociale huur- en/of sociale koopwoningen gerealiseerd moet worden. In het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) heeft de rijksoverheid gedefinieerd wat wordt begrepen onder sociale huur- en koopwoningen. De definiëring van de doelgroep voor deze woningen wordt in het Bro echter bij de gemeente gelegd. Dit betekent dat de gemeente een doelgroepenverordening moet hebben om kwalitatieve locatieeisen te kunnen stellen in nieuwe bestemmingsplannen en exploitatieplannen. In de betreffende verordening definieert de gemeente de doelgroepen voor sociale huur- en koopwoningen door middel van inkomensgrenzen. Daarnaast moet in deze verordening de instandhoudingtermijn voor deze woningen worden bepaald, binnen de in het Bro gestelde grenzen. Feitelijke informatie Het gemeentelijk woonbeleid voorziet onder meer in sturing op aard en aantal van nieuw te bouwen sociale koop- en huurwoningen. In het verlengde van het bovenstaande treft u daarom bijgaand de Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden aan. De verordening ligt ter vaststelling voor en geeft zo de wettelijk vereiste basis om het gemeentelijk woonbeleid over nieuw te bouwen sociale koop- en huurwoningen toe te kunnen passen in nieuwe bestemmingsplannen en exploitatieplannen. In het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is de definitie van sociale huur- en koopwoningen opgenomen en hoe lang deze woningen minimaal voor de doelgroep behouden moeten blijven. Een sociale huurwoning is een woning met een aanvangshuurprijs onder de grens van de huurtoeslag. De instandhoudingtermijn is minimaal tien jaar. Een sociale koopwoning is een woning met een koopprijs van ten hoogste het bedrag genoemd in het Besluit Beheer Sociale Huursector (tot ,00). De instandhoudingtermijn is minimaal één en maximaal tien jaar. Voor wat betreft de definiëring van de doelgroep wordt aansluiting gezocht bij de bestaande huurtoeslaggrens. Door de samenwerking en de als gevolg daarvan gemaakte afspraken tussen gemeente en Woonveste om gezamenlijk Geerpark te ontwikkelen is een doelgroepenverordening verplicht op grond van de Wet ruimtelijke ordening. Met vaststelling van de doelgroepenverordening ontstaat een wettelijke basis om, indien nodig, uitvoering van het gemeentelijk woonbeleid in nieuwe bestemmingsplannen en exploitatieplannen af te dwingen. Afweging Het voorstel is om de doelgroepen en instandhoudingtermijnen als volgt in de verordening vast te laten stellen: doelgroep sociale huur: huishoudens met een inkomen tot ,00; doelgroep sociale koop: huishoudens met een inkomen tot ,00; instandhoudingtermijn sociale huur: tien jaar; instandhoudingtermijn sociale koop: één jaar. Op basis hiervan is duidelijk binnen welke prijsgrenzen de sociale huur- en koopwoningen moeten worden gerealiseerd en toegewezen, wanneer de gemeente in een bestemmingsplan een realisatiepercentage eist. De voorliggende verordening voorziet in een bevoegdheid voor ons om in geval van gewijzigde omstandigheden (wijziging huurtoeslaggrens) de inkomensgrenzen snel aan te kunnen passen. Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel. 1

197 Onderwerp Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden Risico's Er zijn geen risico's verbonden aan dit voorstel. Procedure Uw besluit treedt pas in werking nadat dit is bekend gemaakt in het elektronisch gemeenteblad. De gemeente doet dit via een gemeenschappelijk voorziening voor officiële publicaties op de website Uw besluit wordt verder ook nog bekendgemaakt op de informatiepagina Nu & Morgen in De Scherper. De verordening zal met ingang van 1 maart 2014 in werking treden. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 2

198 Onderwerp Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 14 januari 2014; gelet op de artikelen eerste lid Besluit ruimtelijke ordening, 147 en 149 van de Gemeentewet; gezien het memo naar aanleiding van de informatievergadering; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : de Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden vast te stellen. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 3

199 Einde bijlage: RV doelgroepenverordening pdf Terug naar het agendapunt

200 Memo nav IV doelgroepenverordening pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11457#

201 M E M O R A A D Aan: de leden van de raad Van: college van Heusden Datum: 3 februari 2014 Onderwerp: Doelgroepenverordening Doel: te betrekken bij de behandeling van het raadsvoorstel Doelgroepenverordening Aanleiding: toezegging Aard informatie: openbaar Aanleiding In de informatievergadering Bestuur en Beheer van 28 januari 2014 heeft u bij de behandeling van de doelgroepenverordening het volgende aangegeven: a. de tekst van het besluit wordt gewijzigd zodat duidelijk is dat de wijzigingsbevoegdheid van het college geen aanzienlijke wijzigingen betreft, doch aanpassingen aan wijzigende omstandigheden. b. Aangegeven wordt dat de aanleiding voor deze verordening is gelegen in de ontwikkeling van Geerpark. Hierna is opgenomen op welke wijze de toezeggingen zijn verwerkt. Informatie Ad. a Wijzigingsbevoegdheid college inkomensgrenzen De bestaande tekst in de verordening van artikel 6 luidde: Artikel 6 Wijziging prijzen genoemd in artikel 3 en 4 Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de inkomensgrenzen genoemd in de artikelen 3 en 4 van deze verordening te wijzigen. Aan dit artikel 6 is een nieuw tweede lid toegevoegd met de volgende tekst: Artikel 6 Wijziging prijzen genoemd in artikel 3 en 4 a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de inkomensgrenzen genoemd in de artikelen 3 en 4 van deze verordening te wijzigen. b. Indien het andere wijzigingen betreft dan aanpassingen in de Wet op de huurtoeslag en het Besluit beheer sociale huursector als bedoeld in het eerste lid van dit artikel, wordt de raad geconsulteerd. Ad.b Doelgroepenverordening n.a.v. Geerpark De oorspronkelijke tekst van het raadsvoorstel luidde: De Wet ruimtelijke ordening (Wro) biedt gemeenten de mogelijkheid om in bestemmingsplannen te eisen dat een bepaald percentage sociale huur- en/of sociale koopwoningen gerealiseerd moet worden. In het "Besluit ruimtelijke ordening" (Bro) heeft de rijksoverheid gedefinieerd wat wordt begrepen onder sociale huur- en koopwoningen. De definiëring van de doelgroep voor deze woningen wordt in het Bro echter bij de gemeente gelegd. Dit betekent dat de gemeente een doelgroepenverordening moet hebben om kwalitatieve locatie-eisen te kunnen stellen in nieuwe bestemmingsplannen en exploitatieplannen. De aangepaste tekst van het raadsvoorstel (aanvulling onderstreept) luidt: De Wet ruimtelijke ordening (Wro) biedt gemeenten de mogelijkheid om in bestemmingsplannen te eisen dat een bepaald percentage sociale huur- en/of sociale koopwoningen gerealiseerd moet worden. Wanneer op basis van een aangegane samenwerking om een locatie gezamenlijk te ontwikkelen vooraf een exploitatieplan wordt opgesteld en openbaar wordt is een

202 doelgroepenverordening verplicht. Dit is het geval in Geerpark door de samenwerking tussen gemeente en Woonveste. In het "Besluit ruimtelijke ordening" (Bro) heeft de rijksoverheid gedefinieerd wat wordt begrepen onder sociale huur- en koopwoningen.

203 Einde bijlage: Memo nav IV doelgroepenverordening pdf Terug naar het agendapunt

204 BIJL Doelgroepenverordening pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11456#

205 De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 14 januari 2014, documentnummer ; gelet op artikelen 1.1.1, eerst lid, onder d en e van het Besluit ruimtelijke ordening, 147 en 149 van de Gemeentewet; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : vast te stellen: Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden Artikel 1 Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: a) Sociale huurwoning: een huurwoning van een toegelaten instelling met een aanvangshuur onder de grens als bedoeld in artikel 13, eerste lid, onder a van de Wet op de huurtoeslag. b) Sociale koopwoning: een koopwoning met een koopprijs vrij op naam van ten hoogste het bedrag genoemd in artikel 26, tweede lid, onder g, van het Besluit beheer sociale huursector. c) Huishouden: een huishouden, bestaande uit een natuurlijk persoon en/of zijn niet duurzaam gescheiden levende echtgenoot of geregistreerd partner, of degene die met hem een gezamenlijke huishouding voert of zal gaan voeren in de te huren of aan te kopen woning, niet zijnde kinderen of pleegkinderen. d) inkomen : verzamelinkomen op basis van de Wet op de inkomstenbelasting 2001 of, wanneer geen inkomstenbelasting wordt geheven, het belastbare loon volgens de Wet op de loonbelasting 1964; Artikel 2 Doel De gemeenteraad van Heusden geeft in deze verordening uitvoering aan het gestelde in artikel 1.1.1, eerst lid, onder d en e van het Besluit ruimtelijke ordening. Artikel 3 Doelgroep sociale huurwoningen De doelgroep voor sociale huurwoningen met een huurprijs tot de maximale huurgrens als bedoeld in de Wet huurtoeslag zijn huishoudens met een inkomen tot ,-- bruto (peildatum ). Artikel 4 Doelgroep sociale koopwoningen De doelgroep voor sociale koopwoningen zijn huishoudens die op het moment van de start van de inschrijfprocedure een inkomen hebben over het peiljaar van maximaal bruto (peildatum ). Artikel 5 Instandhouding a. Sociale huurwoningen dienen gedurende een termijn van ten minste 10 jaar na ingebruikname voor de doelgroep beschikbaar te blijven. b. Sociale koopwoningen dienen gedurende een termijn van ten minste 1 jaar na ingebruikname voor de doelgroep beschikbaar te blijven

206 Artikel 6 Wijziging prijzen genoemd in artikel 3 en 4 a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de inkomensgrenzen genoemd in de artikelen 3 en 4 van deze verordening te wijzigen. b. Indien het andere wijzigingen betreft dan aanpassingen in de Wet op de huurtoeslag en het Besluit beheer sociale huursector als bedoeld in het eerste lid van dit artikel, wordt de raad geconsulteerd. Artikel 7 Hardheidsclausule Burgemeester en wethouders zijn bevoegd in gevallen waarin de toepassing van deze verordening naar hun oordeel tot een bijzondere hardheid leidt af te wijken van deze verordening. Artikel 8 Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking op de dag na de bekendmaking in het elektronisch gemeenteblad op de website Artikel 9 Citeertitel De verordening kan worden aangehaald als Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 18 februari 2014 De raad van de gemeente Heusden, de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming

207 Einde bijlage: BIJL Doelgroepenverordening pdf Terug naar het agendapunt

208 RV vaststelling BP Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg versie.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11464#

209 versie Onderwerp Vaststelling bestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg Raadsvoorstel Inleiding Met dit voorstel wordt het ontwerpbestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg aan u voorgelegd ter vaststelling. Feitelijke informatie Plangebied Het plangebied ligt in Haarsteeg en omvat een deel van het woon en agrarische perceel aan de Haarsteegsestraat 99 in Haarsteeg. Doel bestemmingsplan Op het perceel aan de Haarsteegsestraat 99 is een gemengd agrarisch bedrijf gevestigd. Dit is te klein van omvang om rendabel te kunnen zijn. De eigenaar wenst het bedrijf te beëindigen en de bedrijfsbebouwing grotendeels te slopen in ruil voor de bouw van drie vrijstaande woningen. Voor het bestemmingsplan met de toelichting, regels en verbeelding wordt verwezen naar het digitale plan NL.IMRO.0797.BPhaarstgsstr99-ON01. Resultaat inzage ontwerp Het ontwerp van het bestemmingsplan heeft ter inzage gelegen van 3 oktober 2013 tot en met 14 november Ook is het plan toegezonden aan de relevante overheidinstanties. Afweging Het plan past binnen het geldende beleid van de gemeente Heusden en dat van andere relevante overheden. Daarnaast blijkt uit de toelichting van het plan dat het geen nadelige effecten heeft voor de directe omgeving. De waarden en functies van de betrokken gronden worden niet belemmerd. Zie hiervoor de toelichting van het bestemmingsplan. Het bestemmingsplan sluit aan op de uitgangspunten van het handboek bestemmingsplannen van de gemeente Heusden. Voor het plan zijn dezelfde modelregels als voor de andere Heusdense bestemmingsplannen gebruikt. Zienswijze Er is één zienswijze binnengekomen op dit plan. Voor de beantwoording van die zienswijze verwijzen wij u naar de Nota zienswijzen. Het bestemmingsplan is niet aangepast naar aanleiding van de zienswijze. 1

210 versie Onderwerp Vaststelling bestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg Exploitatie U bent in beginsel verplicht bij de vaststelling van een bestemmingsplan ook een exploitatieplan vast te stellen. Voor dit plan is echter een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de initiatiefnemers waarin het kostenverhaal is geregeld. Het stellen van locatie-eisen of faseringseisen is voor dit bestemmingsplan niet noodzakelijk. Daarom hoeft u in dit geval geen exploitatieplan vast te stellen. Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel. Risico's Er zijn geen risico's verbonden aan dit voorstel. Procedure Vervolgstappen U stelt het bestemmingsplan ongewijzigd vast. De bekendmaking van het besluit tot vaststelling van het ontwerpbestemmingsplan zal na uw besluit worden gedaan. Na publicatie wordt het bestemmingsplan voor een periode van zes weken ter visie gelegd. In deze periode kan beroep tegen het bestemmingsplan worden ingesteld. Communicatie Het bestemmingsplan wordt gepubliceerd in de Staatscourant, op de gemeentelijke informatiepagina in de Scherper en op de gemeentelijke website. Ook zal publicatie via elektronische weg plaats vinden op de landelijke voorziening ruimtelijkeplannen.nl. Daarnaast wordt het plan toegezonden aan belanghebbende andere overheden. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 2

211 versie Onderwerp Vaststelling bestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 17 december 2013; gezien het memo naar aanleiding van de informatievergadering; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : - het ontwerpbestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg vast te stellen, met de daarbij behorende regels, toelichting en verbeelding, vervat in het digitale gebiedsgerichte besluit met identificatie: NL.IMRO.0797.BPhaarstgsstr99-ON01; - de ingekomen zienswijze te beantwoorden conform de Nota zienswijzen; - geen exploitatieplan als bedoeld in artikel 6:12 Wro vast te stellen. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 3

212 Einde bijlage: RV vaststelling BP Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg versie.pdf Terug naar het agendapunt

213 Memo nav IV BP Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11463#

214 M E M O R A A D Aan: de leden van de raad Van: college van Heusden Datum: 4 februari 2014 Onderwerp: Raadvoorstel Bp Haarsteegsestraat 99 Doel: ter kennisname/ter informatie Aanleiding: toezegging Aard informatie: openbaar Aanleiding Bij controle van het voorstel voor de vaststelling van het bestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg is gebleken dat in het voorstel dat op agenda van de raad staat een verkeerde proceduretekst is opgenomen. Informatie Het bestemmingsplan wordt ongewijzigd vastgesteld. De juiste tekst bij Procedure is: U stelt het bestemmingsplan ongewijzigd vast. De bekendmaking van het besluit tot vaststelling van het ontwerpbestemmingsplan zal na uw besluit worden gedaan. Na publicatie wordt het bestemmingsplan voor een periode van zes weken ter visie gelegd. In deze periode kan beroep tegen het bestemmingsplan worden ingesteld.

215 Einde bijlage: Memo nav IV BP Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg.pdf Terug naar het agendapunt

216 BIJL nota zienswijzen pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11462#

217 Nota zienswijzen Behorende bij Bestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg Vastgesteld in de raadsvergadering van 18 februari 2014 Inleiding Het ontwerp van het bestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg heeft vanaf 3 oktober 2013 gedurende zes weken ter inzage gelegen. Gedurende deze termijn is in totaal één zienswijze ingediend door Ecologisch Kennis Centrum, Hazendansweg 36a, 3520 Zonhoven (België), gemachtigd namens de heer P.F.M. Schreuder, Haarsteegsestraat 97, 5254 JP Haarsteeg en ontvangen op 21 oktober De zienswijze is ontvankelijk. In de beantwoordingmatrix is een samenvatting gegeven van de door reclamant ingediende zienswijze tegen het voorliggende plan per onderdeel. In de derde kolom is de gemeentelijke reactie gegeven. In de laatste kolom is aangegeven in hoeverre de zienswijze aanleiding heeft gegeven tot bijstelling van het plan. Beantwoording zienswijze Nr. Zienswijze Reactie gemeente Heusden Gevolgen voor dit plan 1 Reclamant heeft ook beroep aangetekend tegen het bestemmingsplan Heusden Buitengebied, waaronder Haarsteegsestraat 99 en verwijst voor wat betreft de zienswijze op het bestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg naar de in het Het plangebied van dit bestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg maakt geen onderdeel uit van het ontwerpbestemmingsplan Buitengebied en het vervolgens door de raad gewijzigd vastgestelde bestemmingsplan Heusden Buitengebied, waartegen reclamant beroep heeft aangetekend. Alle Geen 1

218 kader van het bestemmingsplan Heusden Buitengebied ingediende beroepsschrift en de daarop komende uitspraak van de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Reclamant verzoekt dan ook om de ingezette bestemmingsplanprocedure in te trekken. 2 Reclamant geeft aan dat door vaststelling van het bestemmingsplan Haarsteegsestraat 99, Haarsteeg zijn eigendommen in waarde dalen. 3 Tevens geeft reclamant aan dat de grond waarop een woning is beoogd naast de woning van reclamant grond betreft van hoge cultuurhistorische waarde (gezien recent een oude fundering is gevonden van de eerste kapel van de paters van Onsenoort). opmerkingen in de beroepszaak doen voor wat betreft dit bestemmingsplan daarom niet ter zake. De gemeente ziet daarom geen aanleiding om dit bestemmingsplan in te trekken. In de Wet ruimtelijke ordening is aangegeven welke regels van toepassing zijn voor de compensatie van planschade als gevolg van een planologische maatregel. Een tegemoetkoming in planschade kan pas worden aangevraagd wanneer de planologische maatregel onherroepelijk is. De door reclamant bedoelde vondst van een oude fundering is niet recent, maar verwijst naar een oude vondst. In september 2013 heeft de heemkundekring Onsenoort een oud artikel uit dagblad de Stem van 6 november 1950 in hun blad opgenomen, waarin over deze vondst werd bericht. In het oude artikel is niet duidelijk waar de toenmalige vondst exact was gelegen, enkel dat deze aan het einde van het Laantje van Onsenoort lag. Dit laantje kwam, tot begin jaren zestig ter hoogte van de perceelsgrenzen van huisnummer 97 en 99 uit in de Haarsteegsestraat. Overigens wordt in dit artikel verwezen naar de kapel die vroeger, in 1572 of 1692, in Haarsteeg stond. Deze kapel hoorde bij de parochie van Hedikhuizen, en was geen kapel van de paters van Onsenoort. Dit wordt ook niet in het artikel gesuggereerd. De noordelijke zijde van de Haarsteegsestraat behoorde tot de parochie van Hedikhuizen. De kapel heeft ook op het grondgebied van de parochie van Hedikhuizen gestaan, dus aan de noordelijke zijde van de Haarsteegsestraat en daarom niet in het plangebied. Zie ook de informatie op de website van de huidige parochie: Waarin is aangegeven: Deze kapel is onderdeel van de parochie Hedikhuizen, waar het gebied ten noorden van de Haarsteegsestraat, dan toe behoort. Deze Geen Geen 2

219 kapel stond op de plaats waar vroeger de Laan van Onsenoort op de Haarsteegsestraat uitkwam. Van een fundering met cultuurhistorische waarde ter plaatse van het plangebied is geen sprake. In paragraaf 3.1 en van de toelichting is al een onderbouwing gegeven ten aanzien van de cultuurhistorie. 3

220 Einde bijlage: BIJL nota zienswijzen pdf Terug naar het agendapunt

221 RV Bp Gasbedrijf Touwslager pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11468#

222 Zaaknummer: Onderwerp Bestemmingsplan Gasbedrijf Touwslager Raadsvoorstel Inleiding Met dit voorstel wordt het ontwerpbestemmingsplan Gasbedrijf Touwslager aan u voorgelegd ter vaststelling. Feitelijke informatie Plangebied Het plangebied ligt ten westen van de Touwslager en ten noorden van de A59 bij Nieuwkuijk en beslaat een perceel van ruim 1 hectare. Doel bestemmingsplan Het plan heeft tot doel om de vestiging mogelijk te maken van een gasbedrijf. Met dit plan wordt uitvoering gegeven aan de vaststellingsovereenkomst waarmee u heeft ingestemd op 17 september Voor het ontwerpbestemmingsplan met de toelichting, regels en verbeelding wordt verwezen naar: of Resultaat inzage ontwerp Het ontwerp van het bestemmingsplan heeft ter inzage gelegen van 10 oktober 2013 tot en met 20 november Ook is het plan toegezonden aan de relevante overheidinstanties. Er zijn vijf zienswijzen ontvangen. We verwijzen u voor de zienswijzen naar de Nota zienswijzen bij dit voorstel. Afweging Het plan past binnen het geldende beleid van de gemeente Heusden en dat van andere relevante overheden. Daarnaast blijkt uit de toelichting van het plan dat het geen nadelige effecten heeft voor de directe omgeving. De waarden en functies van de betrokken gronden worden niet belemmerd. We verwijzen hiervoor naar de toelichting van het bestemmingsplan. Het bestemmingsplan sluit aan op de uitgangspunten van het handboek bestemmingsplannen van de gemeente Heusden. De planregels zijn specifiek toegesneden op de vestiging van een gasbedrijf op een perceel dat weliswaar grenst aan een bedrijventerrein, maar dat verder omringd is door agrarisch gebied. Zienswijzen Voor een overzicht van de beantwoording van de zienswijzen verwijzen wij u naar de Nota zienswijzen. Zie ook dit document en de Nota van wijzigingen voor de aanpassingen van het bestemmingsplan vanwege de zienswijzen. Daarnaast zijn er ambtshalve enkele aanpassingen doorgevoerd. Voor de wijzigingen wordt verwezen naar de Nota van wijzigingen. Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel. Er hoeft geen exploitatieplan te worden vastgesteld. Er is namelijk geen sprake van een bouwplan als bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening waarvoor kostenverhaal moet worden gedekt. Ook het stellen van locatie-eisen of faseringseisen is voor dit bestemmingsplan niet noodzakelijk. Bij de vaststelling van het bestemmingsplan moet dit expliciet door u worden besloten. 1

223 Zaaknummer: Onderwerp Bestemmingsplan Gasbedrijf Touwslager Risico's Het geprojecteerde bedrijf voldoet aan de normen voor externe veiligheid. Voor het plaatsgebonden risico wordt verwezen naar de QRA, en voor het groepsrisico naar de afweging groepsrisico die als bijlage aan de toelichting is gevoegd. Procedure Vervolgstappen Het bestemmingsplan wordt aangepast naar aanleiding van de voorgestelde wijzigingen. Uw raad stelt het bestemmingsplan dan ook gewijzigd vast. De bekendmaking van het besluit tot vaststelling van het ontwerpbestemmingsplan moet geschieden binnen zes weken na de vaststelling. Omdat voorgesteld wordt het bestemmingsplan gewijzigd vast te stellen, moet het vastgestelde bestemmingsplan nogmaals aan de provincie Noord-Brabant worden toegezonden, zodat deze kan beoordelen of geen provinciale belangen worden geschaad. Na publicatie wordt het bestemmingsplan voor een periode van zes weken ter visie gelegd. In deze periode kan beroep tegen het bestemmingsplan worden ingesteld. Communicatie Het bestemmingsplan wordt gepubliceerd in de Staatscourant, op de gemeentelijke informatiepagina in de Scherper en op de gemeentelijke website. Ook zal publicatie via elektronische weg plaats vinden op de landelijke voorziening ruimtelijkeplannen.nl. Daarnaast wordt het plan toegezonden aan belanghebbende andere overheden. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 2

224 Zaaknummer: Onderwerp Bestemmingsplan Gasbedrijf Touwslager De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 14 januari 2014; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : - in te stemmen met de beantwoording van de zienswijzen en de ambtshalve wijzigingen zoals voorgesteld in de Nota zienswijzen, respectievelijk de Nota van wijzigingen; - geen exploitatieplan als bedoeld in art 6.12 Wro vast te stellen; - het ontwerpbestemmingsplan Gasbedrijf Touwslager gewijzigd vast te stellen, met de daarbij behorende regels, toelichting en verbeelding, vervat in het digitale gebiedsgerichte besluit met identificatie: NL.IMRO.0797.BPgasbedrijfTouwsl-VG01. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 3

225 Einde bijlage: RV Bp Gasbedrijf Touwslager pdf Terug naar het agendapunt

226 BIJL zienswijzennota Bp Gasbedrijf Touwslager pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11467#

227 Nota zienswijzen Behorende bij bestemmingsplan Gasbedrijf Touwslager Vastgesteld in de raadsvergadering van 18 februari 2014 Inleiding Het ontwerp van bestemmingsplan Gasbedrijf Touwslager heeft vanaf 10 oktober 2013 gedurende zes weken ter inzage gelegen. Gedurende deze termijn zijn in totaal vijf zienswijzen ingediend. De volgende personen of instanties dienden een zienswijze in: 1 Brandweer Brabant Noord, Postbus 218, 5201 AE s-hertogenbosch, ontvangen op 3 december 2013; 2 Rijkswaterstaat, Ministerie van lnfrastructuur en Milieu, Postbus 25, 6200 MA Maastricht, ontvangen op 22 november 2013; 3 J.A.C. van Zon, Tuinbouwweg 18, 5254 VJ Haarsteeg, ontvangen op 12 september 2013 en nadien opnieuw mondeling ingebracht tijdens de termijn; 4 Pelleting Recycling Equipment Suppliers International B.V., Mandenmaker 38, Het Hoog nr. 6106, 5253 RC Nieuwkuijk, ontvangen op 13 november Waterschap Aa en Maas, Postbus 5049, 5201 GA s-hertogenbosch, ontvangen op 27 september In de beantwoordingmatrix is in de eerste kolom is via het nummer terug te vinden welke reclamant deze reactie heeft ingediend. In de derde kolom is de zienswijze van reclamant per onderdeel weergegeven en in de vierde kolom is deze voorzien van een gemeentelijke reactie. In de laatste kolom is aangegeven in hoeverre de zienswijze aanleiding heeft gegeven tot bijstelling van het plan. 1

228 Beantwoording zienswijzen Recl. Zienswijze Reactie gemeente Heusden Gevolgen voor dit plan 1 A Omdat sprake is van een ruimtelijk besluit welke oprichting van deze inrichting op deze locatie mogelijk maakt dient het groepsrisico te worden verantwoord. In het ontwerpbestemmingsplan wordt in hoofdstuk 4 ingegaan op het aspect externe veiligheid. Dit hoofdstuk geeft geen aanleiding tot het maken van opmerkingen uitgezonderd de conclusie op pagina 18: "Uit bovenstaande figuur is te zien dat, voor de aangevraagde situatie, de oriëntatiewaarden niet worden overschreden en daarmee door de gemeente het groepsrisico te verantwoorden is". Reclamant wijst er op dat de verantwoording van het groepsrisico verder gaat dan alleen een beoordeling van het risico op een ongeval. De berekening van het plaatgebondenen groepsrisico vormt een van de vijf elementen waaruit een groepsrisicoverantwoording bestaat. In de verantwoording dient o.a. aandacht te worden besteed aan de aspecten zelfredzaamheid en bestrijdbaarheid. De veiligheidsregio adviseert het bevoegd gezag over deze twee elementen deel uitmakend van de groepsrisicoverantwoording. B Een QRA (kwantitatieve risico-analyse) is opgesteld waarin het plaatsgebonden en groepsrisico wordt beschreven. De QRA vormt het uitgangspunt voor de advisering van reclamant. Omdat verlading van gassen voornamelijk. overdag zal plaatsvinden wordt een effectafstand van 372 meter (dag/weerstype 09) voor dit advies gehanteerd. Opgemerkt wordt dat in de QRA in tabellen voor identieke scenario's verschillende afstanden beschreven worden. C Reclamant adviseert om in de milieuvergunning op te nemen of via een privaatrechtelijke overeenkomst met de inrichting een afspraak te maken, dat de inrichting alleen bevoorraad wordt door tankauto's voorzien van de maatregelen uit het LPG convenant. De verantwoordingsplicht over het groepsrisico is verduidelijkt en als afzonderlijke bijlage opgenomen, zie bijlage: verantwoording groepsrisico. Bij de verantwoording is gebruik gemaakt van het advies van de veiligheidsregio. Vanwege deze opmerking zal het QRA worden aangevuld, c.q. bijgesteld in een aanvullende memo. Het advies van reclamant wordt bij aanvraag van de omgevingsvergunning mede betrokken. De verantwoording groepsrisico wordt als bijlage bij het bestemmingsplan gevoegd. De QRA wordt aangevuld met een memo dat aan dit rapport zal worden gehecht en daarvan onderdeel uitmaakt. Geen. 2

229 Recl. Zienswijze Reactie gemeente Heusden Gevolgen voor dit plan 2 A Het plan maakt de vestiging van een gasbedrijf ten noorden van de A59 en ten westen van de Touwslager mogelijk. In de juridische regeling is geen overlegzone opgenomen, zoals dit wel gedaan is voor het aangrenzende bestemmingsplan Heusden Buitengebied. Reclamant verzoekt om een dergelijke regeling op te nemen in onderhavig bestemmingsplan. Een dergelijke overlegzone legt de verplichting op om in overleg te treden. Voorafgaand aan het opstellen van het ontwerpplan zijn de inrichtingschets van het geprojecteerde terrein en de QRA al voorgelegd aan reclamant. Naar aanleiding van die toezending werd de volgende reactie gegeven: Inhoudelijk heeft Rijkswaterstaat geen commentaar op de voorziene ontwikkeling. Gezien deze eerdere overlegreactie en de bezwaren die de initiatiefnemer heeft tegen het opnemen van een dergelijk verplichting, wordt afgezien van het opnemen van de overlegzone. Geen. 3 A Grond van reclamant ligt in een straal van 80 meter (veiligheidszone van het toekomstige gasvulstation). Reclamant maakt bezwaar, omdat dat betekent dat de toekomstige waarde van de grond sterk benadeeld wordt. Er durft zich namelijk nooit meer een bedrijf naast een gasvulstation met open opslag van gasflessen te vestigen. 4 A De onderbouwing van het bestemmingsplan is onjuist, onvolledig en gedateerd. Het ontwerp houdt in geen enkel opzicht rekening met de onderneming van reclamant welke sinds 2012 gevestigd is. Het bestemmingsplan geeft herhaaldelijk een onjuiste weergave van de huidige situatie ter plekke. Het ontwerp bevat diverse luchtfoto s en illustraties waarbij in alle gevallen het bedrijfspand van reclamant ontbreekt. Het bedrijfspand is reeds sinds 2012 gevestigd direct ten noordoosten van het perceel aan de Touwslager waarvoor eventuele herbestemming aan de orde is. Uit de paragraaf externe veiligheid blijkt in voldoende mate dat wordt voldaan aan de gestelde eisen inzake externe veiligheid. Voor de percelen van reclamant geldt dat het plaatsgebonden risico niet over deze percelen is gelegen noch wordt de oriënterende waarde inzake het groepsrisico overschreden. Daarbij is rekening gehouden met de huidige planologische mogelijkheden van het perceel. Bij eventueel op termijn te wijzigen (planologische) gebruiksmogelijkheden zal op dat moment bekeken moeten worden in hoeverre de oriënterende waarde wordt overschreden en of het groepsrisico te verantwoorden is. Gezien de uitkomsten uit het huidige onderzoek inzake externe veiligheid lijken er door de komst van het gasbedrijf geen onoverkomelijke bezwaren te ontstaan voor eventuele ontwikkelingen in de omgeving. Ten tijde van het opstellen van het bestemmingsplan was er geen recentere luchtfoto beschikbaar. Dit wil niet zeggen dat geen rekening is gehouden met de belangen van reclamant. Het kaartmateriaal in de toelichting wordt aangepast met gebruikmaking van de nieuwste luchtfoto s (2013). Geen. De kaartjes in de toelichting zullen worden voorzien van de meest recente luchtfoto (2013) B Daarnaast is in de Kwantitatieve Risicoanalyse (QRA) In het onderzoek is weliswaar nog niet uitgegaan van de De aanvullingen zullen worden opgenomen in 3

230 Recl. Zienswijze Reactie gemeente Heusden Gevolgen voor dit plan uitgevoerd op geen enkele wijze rekening gehouden met het bedrijf van reclamant. De QRA geeft aan dat de kantoren van AD Bouwman BV, AK for Pet's BV, Van Bijnen Logistics BV en Leebo BV de dichtstbijzijnde kwetsbare objecten zijn. Dit is feitelijk onjuist aangezien het bedrijfspand van reclamant veel dichter bij het toekomstige gasvulstation gelegen is. Reclamant acht het dan ook zeer kwalijk en onjuist dat het bedrijf niet in het onderzoek is betrokken en dat er geen individuele risk ranking is uitgevoerd voor het bedrijf. Reclamant vindt dit een onverantwoorde situatie. C Het gasvulstation zal feitelijk aangesloten worden op bedrijventerrein Het Hoog. De aard van de bedrijfsactiviteiten zijn in geen geval te vereenzelvigen met de toegestane activiteiten op het bedrijventerrein. Het gasvulstation zal feitelijk (wellicht niet theoretisch, maar wel praktisch) onderdeel gaan uitmaken van Bedrijventerrein Het Hoog. Immers, het bedrijf zal de toegangswegen en faciliteiten van het bedrijventerrein benutten. Echter, de activiteiten van het gasvulstation zijn totaal niet te vereenzelvigen met de toegestane activiteiten op Bedrijventerrein Het Hoog. Immers; voor de beoogde bedrijfsactiviteiten zal mogelijk sprake zijn van een milieucategorie 5.1 (conform de toelichting op het ontwerpbestemmingsplan), terwijl voor Bedrijventerrein Het Hoog een maximale milieucategorie van 4 geldt. Daarnaast zal het bedrijf gedeeltelijk verkopen aan particulieren wat op bedrijventerrein Het Hoog niet is toegestaan. D Indien wordt ingestemd met herbestemming van het perceel aan de Touwslager zal dit mogelijk ernstige waardevermindering tot gevolg hebben. In de bestaande situatie is er vanuit ons kantoor sprake van een vrij zicht op de A59 aan de zuidwest zijde, over het nieuw te bestemmen perceel. Het ontwerp van het in 2011/2012 door reclamant aanwezigheid van het bedrijf van appellant, maar is er wel rekening gehouden met de mogelijkheden die op grond van het bestemmingsplan waren en zijn toegelaten. De vestiging van het bedrijf paste in die mogelijkheden. In het aanvullend memo op de QRA zal de vestiging van PRES Int. Worden opgenomen als een bestaand object.. Hoewel het bedrijf qua situering inderdaad aansluit op Het Hoog, maakt het in stedenbouwkundig opzicht geen onderdeel uit van dit terrein. Het bedrijf wijkt niet alleen af door haar activiteiten (opslag van en handel in gassen), maar ook doordat de verplichting is opgelegd om een landschappelijke inpassing te realiseren, waardoor het bedrijf aansluiting behoudt met het omliggende landelijk gebied en zich onderscheidt van de openheid en stedelijke uitstraling die kenmerkend is voor Het Hoog. Mede omdat een plaatsing van het bedrijf op Het Hoog niet haalbaar was, gezien de bestemmingsregeling en de veiligheidsnormering, is gekozen voor een situering buiten dit bedrijventerrein en een regeling die specifiek op het geprojecteerde gasbedrijf is toegesneden. Dat betekent inderdaad dat de bestemming een afwijkend bebouwings- en gebruiksregime heeft dan de bedrijven die op Het Hoog gevestigd zijn. Overigens legt die bestemming ook extra verplichtingen en beperkingen op zoals de hierboven genoemde landschappelijke inpassing, en een bestemmingsomschrijving die geen bedrijven toestaat van een ander bedrijfstype dan het omschreven gasbedrijf. Er zal door de komst van het bedrijf sprake zijn van een verminderd uitzicht op het agrarische perceel en Rijksweg A59. Gelet op de invulling van de ontwikkeling mag worden aangenomen dat de aantasting niet onevenredig is. In de Structuurvisie van de gemeente, vastgesteld 21 juli 2009 is al aangegeven dat de gronden te westen van het huidige een memo dat aan de QRA rapport zal worden gehecht aan daarvan onderdeel uitmaakt. Geen. Geen. 4

231 Recl. Zienswijze Reactie gemeente Heusden Gevolgen voor dit plan nieuw gebouwde bedrijfspand is volledig aangepast op de bestaande situatie met vrij zicht op de A59 over het nieuw te bestemmen perceel. Ons volledig met glas omgeven kantoor is met opzet geplaatst aan de zuidwest zijde van het pand, zodat vanuit het kantoor zicht is op de agrarische gronden en de A59 ten zuidwesten van het pand. Het vestigen van een gasvulstation aan deze zijde zal mijns inziens een forse waardevermindering van het onroerend goed tot gevolg hebben. 5 A Reclamant geeft aan dat het belangrijk is dat wordt voorkomen dat vervuilingen het oppervlaktewater van het aangrenzende watergangenstelsel inspoelen. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan een bodempassage. B De wateropgave betreft 459 m3 op basis van m2 ( m) in plaats van 423 m3. bedrijventerrein Het Hoog op termijn omgezet kunnen worden in bedrijvigheid. Daarnaast wordt opgemerkt dat het vrije zicht vanaf de zuidwestzijde op het moment al in zekere mate beperkt wordt door de bestaande beplanting op het terrein ten zuiden van de geprojecteerde bedrijfslocatie. Deze opmerking is met de toegevoegde suggestie onder de aandacht gebracht van de initiatiefnemer. Deze gecorrigeerde wateropgave wordt overgenomen. Geen. De waterparagraaf in de toelichting wordt op dit punt aangepast. 5

232 Einde bijlage: BIJL zienswijzennota Bp Gasbedrijf Touwslager pdf Terug naar het agendapunt

233 BIJL wijzigingennota Bp Gasbedrijf Touwslager pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11471#

234 Nota van wijzigingen Behorend bij bestemmingsplan Gasbedrijf Touwslager Nr. Planonderdeel Aanleiding Wijziging 1 Verbeelding en planregels Initiatiefnemer heeft afgezien van archeologisch onderzoek voorafgaand aan vaststelling van dit bestemmingsplan Op verbeelding worden de dubbelbestemmingen Waarde Archeologie 3 en 4 opgenomen. De bijbehorende planregels hebben de volgende inhoud: WAARDE - ARCHEOLOGIE Bestemmingsomschrijving De voor Waarde - Archeologie 3 aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. 4.2 Bouwregels a Voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen moet de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen, voor bouwwerken met een oppervlakte groter dan 500 m², een rapport overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag zullen worden verstoord, naar oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate zijn vastgesteld. b Een rapport is niet noodzakelijk als naar het oordeel van burgemeester en wethouders de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd. c Als uit het in dit lid onder a of b bedoelde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen zullen of kunnen worden verstoord, kunnen burgmeester en wethouders één of meerdere van de volgende voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning voor het bouwen: 1 de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden;

235 Nr. Planonderdeel Aanleiding Wijziging 2 de verplichting tot het doen van opgravingen; 3 de verplichting de werken of werkzaamheden die leiden tot de bodemverstoring, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de vergunning te stellen kwalificaties. 4.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden Vergunningplicht Het is binnen deze bestemming verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren: a het uitvoeren van grondbewerkingen dieper dan 0,50 m onder het maaiveld, zoals afgraven, diepploegen, egaliseren, frezen, scheuren van grasland, aanleg of rooien van bos, boomgaard of diepwortelende beplanting, aanbrengen van oppervlakteverhardingen, aanleggen van drainage, verwijderen van funderingen; b het graven, dempen, dan wel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, sloten en greppels; c het aanleggen van leidingen dieper dan 0,50 m onder het maaiveld Uitzonderingen Het in lid vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die: a het normale onderhoud en/of gebruik betreffen; b al in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende vergunning al mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan Toelaatbaarheid a De in lid genoemde vergunning kan slechts worden verleend als geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. b Voordat over de aanvraag wordt beslist, moet de aanvrager een rapport overleggen waarin de archeologische waarde van het terrein, dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld. c Een rapport is niet noodzakelijk als naar het oordeel van burgemeester en wethouders de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd.

236 Nr. Planonderdeel Aanleiding Wijziging 4.4 Wijzigingsbevoegdheid Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door: a de bestemming Waarde - Archeologie 3 te wijzigen of geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel gemeentelijk archeologiebeleid hiertoe aanleiding geeft. WAARDE - ARCHEOLOGIE Bestemmingsomschrijving De voor Waarde - Archeologie 4 aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. 5.2 Bouwregels a Voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen, voor bouwwerken met een oppervlakte groter dan 5000 m², een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag zullen worden verstoord, naar oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate zijn vastgesteld. b Een rapport is niet noodzakelijk indien naar het oordeel van burgemeester en wethouders de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd. c Als uit het in dit lid onder a of b bedoelde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen zullen of kunnen worden verstoord, kunnen burgmeester en wethouders één of meerdere van de volgende voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning voor het bouwen: 1 de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden; 2 de verplichting tot het doen van opgravingen; 3 de verplichting de werken of werkzaamheden die leiden tot de bodemverstoring, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de vergunning te stellen kwalificaties.

237 Nr. Planonderdeel Aanleiding Wijziging 5.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden Vergunningplicht Het is binnen deze bestemming verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren: a het uitvoeren van grondbewerkingen dieper dan 0,50 m onder het maaiveld, zoals afgraven, diepploegen, egaliseren, frezen, scheuren van grasland, aanleg of rooien van bos, boomgaard of diepwortelende beplanting, aanbrengen van oppervlakteverhardingen, aanleggen van drainage, verwijderen van funderingen; b het graven, dempen, dan wel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, sloten en greppels; c het aanleggen van leidingen dieper dan 0,50 m onder het maaiveld Uitzonderingen Het in lid vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke: a het normale onderhoud en/of gebruik betreffen; b reeds in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende vergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan Toelaatbaarheid a De in lid genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. b Alvorens over de aanvraag wordt beslist, dient de aanvrager een rapport te overleggen waarin de archeologische waarde van het terrein, dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld. c Een rapport is niet noodzakelijk als naar het oordeel van burgemeester en wethouders de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd. 5.4 Wijzigingsbevoegdheid Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door: b de bestemming Waarde - Archeologie 4 te wijzigen of geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, als op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel gemeentelijk archeologiebeleid hiertoe aanleiding geeft.

238 Nr. Planonderdeel Aanleiding Wijziging Op de verbeelding worden deze dubbelbestemmingen opgenomen conform de begrenzing op de gemeentelijke archeologische beleidsadvieskaart. Daarin is het roze gebied aangewezen als archeologische gebied met waarde 3, en het oranje gebied als archeologisch gebied met waarde 4. 2 Toelichting paragraaf Toelichting paragraaf 4.6 Verwerking aanvulling planregels en verbeelding met archeologische verplichting. Zienswijze 5 Fig: Uitsnede archeologische beleidsadvieskaart Aan de conclusie van paragraaf 4.4 wordt de volgende tekst toegevoegd: Omdat daarom niet kan worden uitgesloten dat er ter plaatse archeologische waarden aanwezig zijn, zijn ter bescherming van die waarden archeologische dubbelbestemmingen opgenomen die corresponderen met de begrenzing en de normering van de archeologische beleidsadvieskaart. De laatste zin voorafgaand aan de conclusie die luidt: Voor alle 3 de voorzieningen geldt dat de te bergen en/of infiltreren volume T10+10%: 423 m³ dient te zijn. Wordt gewijzigd in: Voor alle 3 de voorzieningen geldt dat de te bergen en/of infiltreren volume T10+10%: 459 m³ dient te zijn. 4 Bijlagen Zienswijze 1 Aan de toelichting wordt een verantwoording van het groepsrisico toegevoegd in de vorm van een bijlage. 5 QRA Zienswijze 1 en 4 Aan de QRA (kwantitatieve risico-analyse) wordt een memo toegevoegd waarin de in de Nota zienswijzen vermelde aanvullingen/bijstellingen zijn opgenomen.

239 Einde bijlage: BIJL wijzigingennota Bp Gasbedrijf Touwslager pdf Terug naar het agendapunt

240 BIJL verantwoording groepsrisico Bp Gasbedrijf Touwslager pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11470#

241 Verantwoording groepsrisico Behorende bij Bestemmingsplan Gasbedrijf Touwslager Inleiding Aangezien er sprake is van een ruimtelijk plan dat de oprichting van een inrichting vallend onder het Bevi (Besluit externe veiligheid inrichtingen) mogelijk maakt, is het bevoegd gezag verplicht om een beoordeling en afweging van de externe veiligheid mee te nemen bij de besluitvorming. Met voorliggend document heeft de gemeente Heusden invulling gegeven aan de verantwoording van het groepsrisico. Voor deze verantwoording groepsrisico is ook advies aangevraagd bij de Veiligheidsregio Brabant Noord. Het ingediende advies, opgenomen als bijlage, is in deze verantwoording verwerkt. Wettelijk kader Het externe veiligheidsbeleid in Nederland berust op een tweetal kwantitatieve pijlers; het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. Plaatsgebonden risico: Het plaatsgebonden risico is de berekende kans per jaar, dat een persoon overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval bij een risicobron, aangenomen dat hij op die plaats permanent en onbeschermd verblijft. De norm in een nieuwe situatie voor kwetsbare objecten, zoals woningen, bedraagt de kans van 1 op 1 miljoen per jaar. Het gebied waarbinnen deze norm wordt overschreden wordt begrensd door de 10-6 contour. Deze norm is juridisch hard. Groepsrisico: Het groepsrisico is een maat om de kans weer te geven dat een incident met dodelijke slachtoffers voorkomt. Tevens wordt het groepsrisico beschouwd als maat voor de maatschappelijke ontwrichting welke kan ontstaan ten gevolge van een incident. Het gebied waarbinnen het groepsrisico dient te worden beschouwd is het invloedsgebied. Het groepsrisico is niet ruimtelijk, met contouren, weer te geven. Verantwoording groepsrisico inrichtingen: De verantwoordingsplicht groepsrisico is van toepassing binnen het invloedsgebied van een risicovolle inrichting waarop het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) van toepassing is. In artikel 2, lid 1 van het Bevi is opgesomd wat wordt verstaan onder risicovolle inrichtingen. Voor de toepassing van het Bevi, wordt een ruimtelijk besluit gezien als een nieuwe situatie. Het verantwoorden van het groepsrisico houdt in dat de gemeente bij de besluitvorming het volgende motiveert: - het aantal personen in het invloedsgebied;

242 - het groepsrisico; - de mogelijkheden tot risicovermindering; - de alternatieven; - de mogelijkheden om de omvang van de ramp te beperken; - de mogelijkheden tot zelfredzaamheid. In het navolgende zijn de genoemde elementen uit de wettelijke verantwoordingsplicht gemotiveerd. Groepsrisico Door adviesbureau Tebodin zijn risicoberekeningen uitgevoerd om de hoogte van het groepsrisico te bepalen. Uit deze berekening is naar voren gekomen dat het groepsrisico toeneemt, maar onder de oriëntatiewaarde blijft. Voor een uitgebreide toelichting en het aantal personen in het invloedsgebied wordt verwezen naar de rapportage van de risicoberekeningen. Deze is als bijlage toegevoegd. Mogelijkheden tot risicovermindering en alternatieven Gezien de uitkomsten uit de berekeningen waarbij de oriëntatiewaarde niet wordt overschreden en gelet op de advisering van de veiligheidsregio (zie onder zelfredzaamheid en bestrijdbaarheid ) zijn verdere optimaliseringsmogelijkheden niet nader beschouwd. In de toelichting op het bestemmingsplan is reeds aangegeven waarom specifiek deze locatie is gekozen. Op het beoogde terrein zelf zijn geen alternatieve inrichtingsmogelijkheden aanwezig die direct van invloed zijn op de effectafstanden en risico s. Zelfredzaamheid en bestrijdbaarheid Over de vaststelling van het bestemmingsplan is advies bij de veiligheidsregio aangevraagd. De betreffende advisering is verwoord in de als bijlage opgenomen brief van 28 november Samenvattend luidt het advies: Scenario en gevolgen Het maatgevend scenario is een BLEVE (kokende vloeistof-gasexpansie-explosie). Uit de QRA (kwantitatieve risico-analyse) blijkt dat de kans op een BLEVE erg klein is. Dit geldt zeker in het geval dat afleverende tankauto's voorzien zijn van de maatregelen zoals beschreven in het Convenant LPG autogas, juni Indien dit niet het geval is kan een BLEVE zich na 15 minuten voordoen. Mocht een BLEVE plaatsvinden zijn effecten op een afstand van maximaal 372 meter te verwachten. Uitgaande van het feit dat het verlading van propaan overdag plaats vindt mag aangenomen worden dat de meeste mensen in het invloedsgebied binnen verblijven. Uit de slachtofferberekening blijkt dat het aantal slachtoffers, indien men binnen verblijft beperkt is. Het hulpaanbod van de Veiligheidsregio is afgestemd op de hulpvraag ten tijde van het maatgevend scenario. Beoordeling zelfredzaamheid Binnen het effectgebied van de inrichting bevinden zich vooral bedrijven. In het gebied bevinden zich geen grote groepen kwetsbare personen. Aangenomen kan worden dat de zelfredzaamheid op bedrijventerreinen waar geen kwetsbare groepen aanwezig zijn goed is. Indien gevaar dreigt kan o.a. via social media een waarschuwing verspreid worden. Hiermee kan de zelfredzaamheid worden geoptimaliseerd.

243 Conclusie Beoordeling bestrijdbaarheid De bestrijdbaarheid is afhankelijk van bereikbaarheid, de opkomsttijd van de hulpdiensten en de aanwezigheid van voldoende bluswater. De inrichting is tweezijdig bereikbaar, Via een calamiteiteningang is de inrichting zelf ook via twee zijden toegankelijk. De opkomsttijd van de brandweer bedraagt ca min. De bluswatervoorziening is afgestemd op het aanwezige risicoprofiel. Indien de afleverende tankauto's zijn voorzien van de maatregelen zoals beschreven in het Convenant LPG autogas, juni 2005 is het risico op een BLEVE erg klein en kan door het inzetten van een adequate koeling erger worden voorkomen. Indien de afleverende tankauto's hier niet van voorzien is bestaat de mogelijkheid dat niet binnen de beschikbare tijd een adequate koeling kan worden opgezet. Er zal voor een defensieve inzet worden gekozen waarbij de focus op het ontruimen van het effect gebied ligt. De bestrijdbaarheid wordt afhankelijk van bovenstaande voorwaarde als goed c.q. redelijk beoordeeld. Geadviseerd wordt om in de milieuvergunning op te nemen of via een privaatrechtelijke overeenkomst met de inrichting een afspraak te maken, dat de inrichting alleen bevoorraad wordt door tankauto's voorzien van de maatregelen uit het LPG convenant. De gemeente Heusden acht, gezien de uitgevoerde risicoberekeningen, de getroffen maatregelen en de advisering van de veiligheidsregio, de toename van het groepsrisico verantwoord. In het kader van de omgevingsvergunning zullen met de initiatiefnemer van de inrichting afspraken gemaakt worden dat de inrichting alleen bevoorraad wordt door tankauto's voorzien van de maatregelen uit het LPG convenant.

244 Einde bijlage: BIJL verantwoording groepsrisico Bp Gasbedrijf Touwslager pdf Terug naar het agendapunt

245 BIJL aanvulling QRA Bp Gasbedrijf Touwslager pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11469#

246

247

248 Einde bijlage: BIJL aanvulling QRA Bp Gasbedrijf Touwslager pdf Terug naar het agendapunt

249 RV Bp Vlijmen en Vliedberg Herziening pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11476#

250 Onderwerp Bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg Herziening 2013 Raadsvoorstel Inleiding Met dit voorstel wordt het ontwerpbestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg Herziening 2013 aan u voorgelegd ter vaststelling. Feitelijke informatie Plangebied Het plangebied ligt in Vlijmen en wordt gevormd door de plangrens van het geldende bestemmingsplan Kom Vlijmen, inclusief de Vliedberg. Het bestaat uit twee deelgebieden die van elkaar gescheiden zijn door de A59. Ten noorden van deze autosnelweg ligt de historische kern Vlijmen. Dit deelgebied bestaat globaal uit de bestaande kern van Vlijmen en een deel van de Voordijk. De wijk Vliedberg ligt aan de zuidkant van de autosnelweg A59. Dit deelgebied wordt globaal begrensd door het gebied tussen de Heidijk en de autosnelweg A59 en sluit aan op de kern van Nieuwkuijk. Uit het plangebied zijn enkele gebieden gelaten waarvoor wij een apart (ontwikkelend) bestemmingsplan hebben opgesteld: - Centrumgebied (al door u vastgesteld); - De Putter/voormalige gemeentewerf Vlijmen (al door u vastgesteld). 1

251 Onderwerp Bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg Herziening 2013 Doel bestemmingsplan Het bestemmingsplan is een gedeeltelijke herziening van het geldende bestemmingsplan. Het gaat hier nadrukkelijk niet inhoudelijk om een heel nieuw bestemmingsplan voor Vlijmen. De geldende bestemmingsregelingen zijn merendeels intact gebleven, maar voor enkele zaken is wijziging noodzakelijk: - Op het geldende bestemmingsplan zijn destijds een aantal beroepen ingediend. De Raad van State heeft naar aanleiding daarvan een aantal percelen uit het plan geknipt. Voor deze percelen moet u dus nog een nieuw digitaal bestemmingsplan vaststellen. - Daarnaast zijn er enkele percelen waarbij omstandigheden een aangepaste planologische regeling noodzakelijk maken. Het gaat daarbij om enkele verzoeken en enkele ambtshalve wijzigingen. - Alle bestemmingsplannen van de gemeente Heusden worden opgesteld volgens eenzelfde systematiek. Die modelregels zijn echter geen statisch document. Inmiddels zijn er enkele wijzigingen doorgevoerd. Deze verhogen de leesbaarheid en geven extra mogelijkheden (bijvoorbeeld voor bed & breakfast en mantelzorg). - U heeft ons de taak gesteld (5 februari 2013) om middelen op te brengen door de verkoop van gemeentelijke eigendommen. Dit bestemmingsplan draagt bij aan de verdere ontwikkelingsmogelijkheden van enkele gemeentelijke eigendommen. De bestemmingen zoals deze zijn vastgelegd in het geldende bestemmingsplan blijven intact, behalve de hierboven genoemde onderdelen. In de toelichting van het ontwerpbestemmingsplan is duidelijk te lezen welke delen gewijzigd zijn. Er hebben zich geen gewijzigde ruimtelijke omstandigheden voorgedaan. Omwille van de leesbaarheid en herkenbaarheid van het bestemmingsplan zijn alle wijzigingen verwerkt tot een integraal bestemmingsplan: Vlijmen en Vliedberg herziening De plankaart bestaat dus niet uit een aantal losse kaartjes, maar wordt gevormd door de kaart van het geldende plan met de verwerkte wijzigingen. Voor het ontwerpbestemmingsplan met de toelichting, regels en verbeelding wordt verwezen naar: of Resultaat inzage ontwerp Het ontwerp van het bestemmingsplan heeft ter inzage gelegen van 29 augustus 2013 tot en met 16 oktober Ook is het plan toegezonden aan de relevante overheidinstanties. Er zijn 41 zienswijzen ontvangen. Voor de zienswijzen verwijzen we naar de Nota zienswijzen en wijzigingen bij dit voorstel. Afweging Het plan past binnen het geldende beleid van de gemeente Heusden en dat van andere relevante overheden. Daarnaast blijkt uit de toelichting van het plan dat het geen nadelige effecten heeft voor de directe omgeving. De waarden en functies van de betrokken gronden worden niet belemmerd. We verwijzen hiervoor naar de toelichting van het bestemmingsplan. Het bestemmingsplan sluit aan op de uitgangspunten van het handboek bestemmingsplannen van de gemeente Heusden. Voor het plan zijn dezelfde modelregels als voor de andere Heusdense bestemmingsplannen gebruikt. Zienswijzen en wijzigingen Voor een overzicht van de beantwoording van de zienswijzen verwijzen wij u naar de Nota zienswijzen en wijzigingen. Hierin ziet u ook de aanpassingen van het bestemmingsplan naar aanleiding van de zienswijzen. Daarnaast zijn er ambtshalve enkele aanpassingen doorgevoerd. Voor de wijzigingen wordt verwezen naar de Nota van wijzigingen. 2

252 Onderwerp Bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg Herziening 2013 Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel. Er hoeft geen exploitatieplan te worden vastgesteld. Er is namelijk geen sprake van een bouwplan als bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening waarvoor kostenverhaal moet worden gedekt. Ook het stellen van locatie-eisen of faseringseisen is voor dit bestemmingsplan niet noodzakelijk. Bij de vaststelling van het bestemmingsplan moet dit expliciet door u worden besloten. Risico's Het betreft hier een conserverend bestemmingsplan en bovendien slechts een reparatieplan van het geldende bestemmingsplan. Toch dicteert landelijke regelgeving dat het beslissend bestuursorgaan opnieuw een beoordeling van veiligheidsaspecten maakt en het groepsrisico verantwoordt. De Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant heeft in naam van de gemeente Heusden een notitie geschreven over de externe veiligheidsaspecten. Deze wordt als paragraaf in de toelichting van het bestemmingsplan opgenomen maar is voor de leesbaarheid nu als losse bijlage bij dit voorstel gevoegd. Bij deze notitie horen twee berekeningen. Uit de notitie komt naar voren dat dit bestemmingsplan geen nadelige gevolgen heeft voor de veiligheid, noch dat de risico s voor de functies binnen het plangebied onaanvaardbaar zijn. Over het groepsrisico concludeert de notitie dat een verantwoording groepsrisico moet worden opgesteld voor de aanwezige Bevi-inrichtingen. Dit document is ook bijgevoegd bij het voorstel en hiermee heeft de gemeente Heusden invulling gegeven aan de verantwoording van het groepsrisico. Procedure Vervolgstappen - Het bestemmingsplan wordt aangepast naar aanleiding van de voorgestelde wijzigingen. Uw raad stelt het bestemmingsplan dan ook gewijzigd vast. De bekendmaking van het besluit tot vaststelling van het ontwerpbestemmingsplan moet geschieden binnen zes weken na de vaststelling. Omdat voorgesteld wordt het bestemmingsplan gewijzigd vast te stellen, moet het vastgestelde bestemmingsplan nogmaals aan de provincie Noord-Brabant worden toegezonden, zodat deze kan beoordelen of geen provinciale belangen worden geschaad. Na publicatie wordt het bestemmingsplan voor een periode van zes weken ter visie gelegd. In deze periode kan beroep tegen het bestemmingsplan worden ingesteld. bij de Raad van State. Communicatie Het bestemmingsplan wordt gepubliceerd in de Staatscourant, op de gemeentelijke informatiepagina in de Scherper en op de gemeentelijke website. Ook zal publicatie via elektronische weg plaats vinden op de landelijke voorziening ruimtelijkeplannen.nl. Daarnaast wordt het plan toegezonden aan belanghebbende andere overheden. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. 3

253 Onderwerp Bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg Herziening 2013 Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 4

254 Onderwerp Bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg Herziening 2013 De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 14 januari 2014; gezien het memo naar aanleiding van de informatievergadering; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : - in te stemmen met de beantwoording van de zienswijzen en de ambtshalve wijzigingen, zoals voorgesteld in de Nota zienswijzen en wijzigingen; - het ontwerpbestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg Herziening 2013 vast te stellen, met de daarbij behorende regels, toelichting en verbeelding, vervat in het digitale gebiedsgerichte besluit met identificatie: NL.IMRO.0797.BPVlijmenHerzien-VG01; - geen exploitatieplan als bedoeld in artikel 6:12 Wro vast te stellen; - de provincie Noord-Brabant te verzoeken om een spoedige behandeling en inhoudelijke reactie binnen de wettelijke termijn op het vastgestelde bestemmingsplan. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 5

255 Einde bijlage: RV Bp Vlijmen en Vliedberg Herziening pdf Terug naar het agendapunt

256 Memo nav IV Bp Vlijmen en Vliedberg herziening 2013.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11475#

257 M E M O R A A D Aan: de leden van de raad Van: college van Heusden Datum: 4 februari 2014 Onderwerp: Vaststelling bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg Herziening 2013 Doel: te betrekken bij de behandeling van raadsvoorstel Aanleiding: toezegging tijdens de informatievergadering d.d. 29 januari 2014 Aard informatie: openbaar Aanleiding Tijdens de informatievergadering Ruimte zijn er een aantal toezeggingen gedaan door de portefeuillehouder. Deze zijn: 1. De Nota van Wijzigingen wordt aangevuld naar aanleiding van de vraag van T. Herman (Gemeentebelangen) over de verwijzing naar een passage op pagina 27 onder punt Er volgen definities van de termen uitvoerbaarheid, ruimtelijke aanvaardbaarheid en maatschappelijke aanvaardbaarheid. 3. De procedure van wijzigingsbevoegdheid naar bestemming wordt nogmaals bekeken, met name of er niemand procedureel benadeeld (Nobellaan/Achterstraat). 4. Er volgt een beknopte beschrijving van de aspecten m.b.t. externe veiligheid Koninklijke Sanders. Deze memo gaat in op deze actiepunten. Informatie 1. Aanvulling Nota van wijzigingen De Nota van wijzigingen is aangevuld met onderstaande passage. Het college heeft 3 december 2013 besloten het pand op dit perceel te slopen en het perceel te verkopen. Dit besluit maakt deel uit van de taakstelling uit het genoemde raadsbesluit. Het bestaande gebruik is tijdelijk. Het college verwacht dat deze gebouwen niet te privatiseren zijn. Tegelijkertijd met deze memo stuurt het college de aangepaste Nota van wijzigingen. Verder is geconstateerd dat er per abuis geen bouwvlak is opgenomen op de percelen Korte Heistraat 19A t/m 23A. Na vaststelling van het bestemmingsplan wordt dit gecorrigeerd. De Nota van wijzigingen is hierop aangepast. 2. Definities termen Maatschappelijke aanvaardbaarheid: Is een criterium dat gehanteerd wordt om de impact die een plan heeft op de samenleving te beoordelen. Het is in vergaande mate in normatief oordeel over de gevolgen die het plan in maatschappelijk opzicht heeft. Een plan dat de sociale structuur in een straat, buurt of wijk dreigt te ontwrichten kan om die reden maatschappelijk onaanvaardbaar worden bevonden. Ook wordt in dit kader altijd beoordeeld of het ruimtelijk plan middels de correcte procedure ter inzage is gelegd. Het resultaat van die inzage en eventuele inspraak wordt opgenomen. Ruimtelijke uitvoerbaarheid: Heeft betrekking op de mogelijkheden om het plan daadwerkelijk te realiseren. Een bestemming of wijzigingsbevoegdheid kan alleen worden opgenomen als aannemelijk is dat deze ook werkelijk tot

258 stand zal komen. Hierbij wordt de huidige situatie beoordeeld, het toekomstperspectief, maar ook de ruimtelijke aanvaardbaarheid van de opgenomen mogelijkheden. Ruimtelijke aanvaarbaarheid: Is het criterium waarmee beoordeeld wordt of het plan voldoet aan alle regels en richtlijnen die gelden voor de nieuwe bestemming zelf en de omgeving. Het gaat dan meer specifiek over de effecten van de nieuwe ontwikkeling op de leefomgeving. Hierbij wordt gekeken naar een breed spectrum van zaken die daarop betrekking hebben zoals milieu, verkeer, bodem, luchtkwaliteit, waterberging, cultuurhistorie, etc. Deze aspecten worden objectief beoordeeld. Is een project niet ruimtelijk aanvaardbaar, dan stelt de wet dat het niet uitgevoerd mag worden. Voor een deel van de ruimtelijke aspecten geldt dat er landelijke richtlijnen en wetgeving is. Voor anderen wordt er getoetst aan geldend beleid (rijk, provinciaal, gemeentelijk). Een andere naamgeving van dit begrip is: een goede ruimtelijke ordening. Deze naamgeving wordt vaak gebruikt in juridische procedures. 3. Juridische houdbaarheid Dit actiepunt betreft de verandering van een wijzigingsbevoegdheid in het ontwerpbestemmingsplan, naar een bestemming met bouwvlak in het vast te stellen bestemmingsplan. Gevraagd werd om de juridische correctheid en houdbaarheid hiervan aan te tonen. De Raad van State heeft in zijn uitspraak van 31 oktober 2012 (nr /1/R3) aangegeven dat een wijziging na het ontwerpbestemmingsplan doorgevoerd kan worden. Dit betrof een beroep tegen de weigering van de gemeenteraad om een bestemming voor een kampeerterrein op te nemen. De appellant had zijn plannen aangeleverd bij het ontwerpbestemmingsplan en had deze ver onderbouwd. Ook was er al een principebesluit van het college. De betreffende gemeente oordeelde echter dat dit niet mogelijk is, omdat het bestemmingsplan al te ver in de procedure was. De Raad van State verklaarde het beroep gegrond en oordeelde dat de gemeente toch de bestemming op had moeten nemen. Daaruit valt af te leiden dat het opnemen van een nieuwe bestemming na de ontwerpfase nog mogelijk is, mits voldoende onderbouwd. De verandering van wijzigingsbevoegdheid naar directe bestemming tast de rechtsbescherming van belanghebbenden niet aan. Het aantal momenten dat men kan inspreken vermindert, maar men heeft al de mogelijkheid gehad om op de wijzigingsbevoegdheid te reageren. Ook krijgen belanghebbenden nog de kans om beroep in te dienen. In beide gevallen gaat het om dezelfde ontwikkeling (één woning binnen duidelijke kaders). De ingediende zienswijzen gaan dan ook expliciet in op de toevoeging van deze woning en zijn voldoende concreet. Bovendien is de mogelijke toevoeging van de woning al uitvoerig bediscussieerd in de raad. Zienswijzen zijn toegelicht. Er zijn al voldoende mogelijkheden geweest om argumenten ten aanzien van dit plan tijdig aan de raad kenbaar te maken. Zowel de wetgever als de gemeente Heusden streven er al enige tijd naar om een stapeling van procedures te voorkomen. Hier gaat de Nota van wijzigingen al impliciet op in. In gevallen waarin een extra procedure niet noodzakelijk is vanuit ruimtelijke, procedurele en maatschappelijke overwegingen, maakt het bestemmingsplan een ontwikkeling direct mogelijk. Een ander voorbeeld van dit standpunt is de Crisis en Herstelwet, waarmee de wetgever al zorgt voor een snellere behandeling van beroepen. 4. Externe veiligheid Koninklijke Sanders In de stukken bij het raadsvoorstel is al het nodige beschreven over het aspect externe veiligheid. De Notitie externe veiligheid en de Verantwoording van het groepsrisico geven een duidelijke weergave van de verschillende onderwerpen. Begrippen zijn uitgelegd. Beide stukken gaan in op Koninklijke

259 Sanders. Het college gaat er dan ook vanuit dat met deze stukken invulling gegeven is aan het actiepunt. Het groepsrisico bevindt zich binnen het bedrijventerrein en buiten de plangrens van bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg Herziening Het invloedsgebied van het groepsrisico van Koninklijke Sanders reikt verder (tot c. 210 meter van de inrichting) en reikt deels over een deel van het plangebied (deel van Vliedberg). Uit onderzoek blijkt dat het groepsrisico van de inrichting is gelegen ruim onder de oriënterende waarde. Het groepsrisico bedraagt minder dan 0.1 van de oriënterende waarde. Het risico is dus verantwoord. Ter verduidelijking is hieronder een weergave van het plaatsgebonden risico opgenomen. De rode cirkel is de maatgevende cirkel.

260 Einde bijlage: Memo nav IV Bp Vlijmen en Vliedberg herziening 2013.pdf Terug naar het agendapunt

261 BIJL Nota zienswijzen en wijzigingen pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11474#

262 Nota zienswijzen en wijzigingen Behorende bij bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg Herziening 2013 Vastgesteld in de raadsvergadering van 18 februari 2014 Inleiding Het ontwerp van bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg Herziening 2013 heeft vanaf 29 augustus 2013 gedurende zes weken ter inzage gelegen. Gedurende deze termijn zijn in totaal acht brieven met 41 zienswijzen ingediend. Ook is er van twee overheidinstanties een reactie ontvangen. Beoordeling Alle zienswijzen zijn ontvankelijk. In de beantwoordingmatrix is aangegeven in hoeverre de zienswijzen aanleiding hebben gegeven voor bijstelling van het plan. Wijzigingen Naast eventuele wijzigingen naar aanleiding van reacties en zienswijzen is er nog een aantal wijzigingen doorgevoerd. De laatste matrix vermeldt deze. 1

263 Instantie Reactie Reactie gemeente Heusden Gevolgen voor dit plan Provincie Noord- Brabant Waterschap Aa en Maas Brandweer Brabant- Noord Gasunie Geen opmerkingen. / Geen Geen opmerkingen. / Geen Als het college gebruik maakt van de wijzigingsbevoegdheid voor de locatie Parklaan 2 (wijzigingsgebied 4), dan is aanvullend onderzoek nodig voor het aspect externe veiligheid. Dat is nu nog niet aan de orde. De locatie van het gasontvangstation ter hoogte van Parallelweg West 2 is momenteel bestemd als Bedrijf met aanduiding nutsvoorziening. Naast het gasontvangstation is tevens een gasontvangstation van de regionale netbeheerder aanwezig. De huidige gekozen bestemming voldoet niet, want: a. Gasontvangstations vallen naar de mening van de Gasunie niet onder definitie van nutsvoorzieningen (art van de planregels) b. Er wordt niet voldaan aan de voorwaarden in artikel van de planregels. De aanwezige gasontvangstations zijn al groter dan 20m 2. Indien het college gebruik maakt van deze wijzigingsbevoegdheid, dan neemt het dit onderwerp mee in haar overwegingen. De toegekende bestemming voldoet inderdaad niet. De gevraagde aanduiding is logisch. Ten aanzien van de genoemde afmetingen het volgende: de gebouwen zijn in werkelijkheid groter dan de vermelde 121 vierkante meter (te weten; 124 m 2 ). De erfafscheidingen zijn in de huidige situatie niet 3,5 meter hoog. Gezien de functie van de gebouwen is een hogere erfafscheiding logisch, maar een hoogte van 3,5 meter zorgt voor een afname van het woongenot van omwonenden. Geen. De aanduiding nutsvoorziening is ter plaatse veranderd in de aanduiding gasontvangstation. Aan de regels in de bestemming Bedrijf is de volgende bepaling aan de bouwregels toegevoegd voor gronden met de aanduiding gasontvangstation : a. De oppervlakte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 125 m 2 ; b. De bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 4 meter; c. De bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2,5 meter. 2

264 Gelet op het beleid van de Gasunie en de veiligheidsaspecten die gelden voor gasontvangstations verzoekt de Gasunie om de locatie van de gasontvangsations te bestemmen als Bedrijf met een aanduiding gasontvangstation, inclusief de volgende bouwregels. Voor het bouwen van bouwwerken gelden de volgende bepalingen: a. De oppervlakte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 121 m 2. b. De bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 4 meter. c. De bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 3,5 meter. Op de hoek van de Parallelweg West en de Jonkheer de la Courtstraat is een pand gevestigd met de enkelbestemming Gemengd. De afstand van het gasontvangstation (Bedrijf - Nutsvoorziening) tot aan dit pand bedraagt (bouwvlak) circa 10 meter. De afstand gemeten tussen de beide enkelbestemmingen bedraagt nul meter. Het pand kan en mag gebruikt worden als bedrijf/kantoor. Dit pand is kleiner dan 1500m 2 en uit het Besluit externe veiligheid inrichtingen volgt dan dat dergelijke kantoren in principe geen kwetsbaar object zijn. Het betreft een klein pand, zoals al vermeld in de reactie van de GasUnie. Gezien de beperkte oppervlakte is het zeer onwaarschijnlijk dat er 50 personen in het pand kunnen verblijven. Volgens de bedrijfsinformatie van het gevestigde bedrijf werken er 8 personen. Gezien de afmetingen, de daarmee samenhangende gebruiksmogelijkheden en de beschikbare informatie wijst de raad dit perceel en het pand niet aan als een kwetsbaar object. Geen. Echter uit de toelichting van het Bevi blijkt dat 3

265 wanneer in gebouwen doorgaans grote aantallen personen gedurende een groot gedeelte van de dag aanwezig zijn, sprake kan zijn van een kwetsbaar object. Als criterium wordt dan gehanteerd dat er in een gebouw 50 mensen kunnen verblijven. Gasunie verzoekt om aan te geven of de raad dit pand met de huidige bestemming als kwetsbaar object of als beperkt kwetsbaar object bestempelt. Op het adres Jonkheer de la Courtstraat 5 staat een woning. Aan die woning lijkt (of is) een garage aangebouwd. De afstand van ons station tot de garage bedraagt circa 12 meter. Gasunie kan niet nagaan of de garage interne verbindingen heeft met het huis. Wanneer er wel interne verbindingen zijn, dan is sprake van een kwetsbaar object en is er strijd met het Activiteitenbesluit. De Gasunie verzoekt om duidelijkheid over het bovenstaande. Wanneer de garage wel een interne verbinding heeft met de woning onderdeel is van het kwetsbare object, moet de gemeenteraad een weloverwogen beslissing maken. Op 23 november 1990 is door NV ENWA Midden Brabant een kennisgeving Besluit gasdrukregel- en meetstations Hinderwet ingediend voor een gasontvangstation (DI 0800) aan de Parallelweg West 2 in Vlijmen. Het betreft dit gasstation. In de kennisgeving wordt aangegeven dat het gasontvangstation behoort tot categorie C2. Volgens het besluit is van een categorie C2 station de aanvoerdruk max 6.700kPa en de nominale belasting max m 3 per uur. De afstand van het gasstation tot categorie I objecten en woningen van derden moet dan ten minste 10 meter bedragen. Deze kennisgeving is uitgangspunt voor het bestemmingsplan. De genoemde aanbouw ligt op meer dan 10 meter van het station. Op de verbeelding is een aanduiding veiligheidzone rondom het gasontvangstation opgenomen. In de veiligheidzone zijn geen kwetsbare objecten toegestaan. Deze regel is toegevoegd aan artikel 24. In de zienswijze van de Gasunie wordt aangegeven dat de aanvoerdruk 40 bar ( kpa) bedraagt. Dit is aanzienlijk meer dan aangegeven in de kennisgeving 4

266 uit Voor de uitbreiding is geen melding/vergunning ingediend. Deze situatie komt derhalve niet overeen met de bekende situatie. De gemeente Heusden zal in overleg treden met de GasUnie, teneinde de situatie helder te krijgen. Is aanpassing van het planoligisch regime noodzakelijk, dan zal de raad hierin voorzien. De thans gestelde voorwaarden in lid 18.3 zijn niet volledig. In artikel 14, derde lid Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) is bepaald dat de veiligheid van de in de belemmeringenstrook gelegen buisleiding niet mag worden geschaad en geen kwetsbaar object wordt toegelaten. Gelet op het bovenstaande verzoekt de Gasunie de zinsnede " Overige gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn niet toegestaan uit oogpunt van externe veiligheid en energieleveringszekerheid binnen lid 18.3 aan te vullen. Op pagina 32 van de plantoelichting wordt verwezen naar de AMvB Buisleidingen. Dit behoort het Besluit externe veiligheid Om in ieder geval de verdere bouw van gevoelige objecten te voorkomen is een aanduiding en een regel in het bestemmingsplan nodig. Artikel 18.3 is een afwijkingsbevoegdheid van artikel Artikel 18.2 vermeldt reeds dat gebouwen niet toegestaan zijn, behoudens bouwwerken voor het gastransport. De afwijkingsbevoegdheid mag alleen toegepast worden indien energieleveringszekerheid gewaarborgd is en schriftelijk advies ingewonnen is van de leidingbeheerder. Er is derhalve geen reden om beide artikelen te wijzigen. De paragraaf Externe veiligheid in paragraaf 5.2 van de toelichting geeft hier inderdaad geen informatie over. Deze Geen. Naastgenoemde paragraaf van de toelichting is aangevuld. Als bijlagen bij de toelichting zijn toegevoegd: 5

267 buisleidingen te zijn. Sinds 1 januari 2011 is het Bevb van kracht. De Gasunie wijst erop dat de gemeenteraad op grond van artikel 11 en 12 Bevb aandacht dient te besteden aan het plaatsgebonden- en groepsrisico. paragraaf is uitgebreid. Ook zijn twee berekeningen uitgevoerd. Uit de tekst blijkt dat dit bestemmingsplan niet leidt tot een verslechtering van de veiligheid. Wel dient de raad het groepsrisico te verantwoorden voor Bevi-inrichtingen. De raad heeft dit bij de vaststelling van het bestemmingsplan besloten. - Resultaten van de LPG-rekentool - Kwantitatieve risico-analyse hogedruk aardgasbuisleidingen Indiener Nr. Inspraakreactie Reactie gemeente Heusden Gevolgen voor dit plan Mevr. A.M. Klerx, Vlijmense Dijk EL Vlijmen 1. Als gevolg van gewijzigde omstandigheden is het niet meer wenselijk de huidige bestemmingen van het perceel intact te laten. Het perceel is gelegen in de bebouwde kom met rondom meerdere woonwijken. Verdere woningbouw op het perceel zou goed passen in de omgeving. Het gehele perceel zou in aanmerking moeten komen voor woningbouw; dit past in het streven van een zuinig ruimtegebruik zoals verwoord in de Interim Structuurvisie. Het streven hierbij is om een zwaar accent te leggen op inbreiding en herstructurering als alternatief voor uitbreiding ten koste van het open gebied. Het betreffende perceel biedt een uitgelezen kans hiertoe. De gemeente is bereid mee te denken over ontwikkelingen als de voorgestelde. De indiener van de zienswijze kan hiervoor een principeverzoek indienen, waarna het college een standpunt inneemt over de dan bekende feiten en omstandigheden. Een dergelijk principeverzoek is nog niet gedaan. Fysiek biedt het perceel ruimte aan meer woningen. Om extra woningen op het perceel mogelijk te maken is het echter nodig dat de ruimtelijke aanvaardbaarheid aangetoond wordt. Deze heeft de indiener van de zienswijze niet overlegd. Er missen meerdere gegevens, zoals een toets aan beleid en een afweging over de ruimtelijke aspecten (milieu, archeologie, etc.). Een stedenbouwkundig ontwerp of schets is ook niet aangeleverd. Geen. 6

268 Deze gegevens zijn niet aangeleverd bij de zienswijze. Daardoor ligt het niet in de rede om extra woningen op het perceel op te nemen in het bestemmingsplan. 2. De bestemming van het deel van het perceel met de aanduiding specifieke vorm van wonen agrarische nevenactiviteit (sw-an) dient te worden opgeheven; een agrarisch bedrijf op deze locatie past niet in de omliggende woonomgeving. Een agrarisch bedrijf laat zich inderdaad niet verenigen met een woonomgeving. De aanduiding wordt verwijderd. De aanduiding specifieke vorm van wonen agrarische nevenactiviteit (sw-an) is verwijderd van de verbeelding. 3. De specifieke bouwaanduiding gemeentelijk monument dient teniet te worden gedaan, gezien de deplorabele staat waarin het gebouw verkeert en de verwachting dat dit niet verbetert in de komende jaren. Deze aanduiding komt voort uit de status van de woning. Dit is een gemeentelijk monument. Alle gemeentelijke monumenten zijn in dit bestemmingsplan nader aangeduid. Zolang de woning de monumentale status heeft, blijft ook de aanduiding opgenomen. Geen. Een bestemmingsplan is bovendien geen middel om de monumentale status van het gebouw op te heffen. Hiervoor kan een apart verzoek gedaan worden. Geeraeds Van den Dungen Advocaten Namens R.K. parochie van de Goddelijke Voorzienigheid 4. De zienswijze heeft betrekking op het perceel Nassaulaan 2, waar een kerk en een parochie op staan. Op 27 juni 2013 is een verzoek ingediend voor een principeuitspraak over het wijzigen van de huidige bestemming van het genoemde perceel in de bestemming Wonen. Doel is een woonzorg-steunpunt te realiseren na de gedeeltelijke sloop van de kerk en de pastorie. Het plan bestaat uit 45 zelfstandige De gemeente is bereid mee te denken over ontwikkelingen als de voorgestelde. De indiener van de zienswijze kan hiervoor een principeverzoek indienen, waarna het college een standpunt inneemt over de dan bekende feiten en omstandigheden. Dat besluit heeft nog niet plaatsgevonden. Zowel bij het opnemen van de gevraagde bestemming als de gevraagde Geen. 7

269 Nassaulaan JC Vlijmen appartementen voor ouderen. Ook moet het mogelijk blijven een deel van het gebouw als kerk te gebruiken. De bestemming Maatschappelijk staat de plannen niet toe. Ook staan de bijbehorende bouwregels de gewenste bouw uit de plannen niet toe. Indiener van de zienswijze verzoekt om een wijziging van het bestemmingsplan. Hiervoor noemt hij de volgende mogelijkheden: a. Het perceel krijgt een bestemming Maatschappelijk en Wonen, of een andere bestemming die de realisering van het plan geheel mogelijk maakt. b. De raad neemt een wijzigingsbevoegdheid op, waarmee de gewenste bestemming en bouwhoogte in een later stadium te realiseren zijn. wijzigingsbevoegdheid moet de ruimtelijke aanvaardbaarheid aangetoond worden. Bij het genoemde principeverzoek en bij de zienswijze zijn echter geen documenten overlegd waaruit de ruimtelijke aanvaardbaarheid blijkt. Er missen een aantal gegevens, zoals een toets aan beleid en een afweging over de ruimtelijke aspecten (milieu, archeologie, etcetera.). Hierdoor kan er op dit moment niet meegewerkt worden aan het gevraagde Zodra de reclamant de ruimtelijke aanvaardbaarheid heeft aangetoond, neemt de gemeente de aanvraag opnieuw in overweging. Adviesbureau De Meijer Namens M.L.G. de Vaan Wilhelminastraat 29b 5251 ER Vlijmen 5. Het bedrijf van de indiener van de zienswijze is niet adequaat opgenomen in het bestemmingsplan. Het perceel heeft een bedrijfsbestemming in het bestemmingsplan, met op de verbeelding de aanduiding sb-tb (specifieke vorm van bedrijf timmerbedrijf). Deze aanduiding is echter niet in de bestemming Bedrijf opgenomen. Daardoor geldt voor het perceel de maximum bedrijfsoppervlakte, zoals die in de Staat van bedrijfsactiviteiten opgenomen is (< 200 m 2 ), terwijl het bedrijf in de huidige staat groter is. Er is sprake van een omissie. De regels van de bestemming Bedrijf moet een bepaling bevatten waarmee de bestaande vergunde activiteiten van het bedrijf mogelijk blijven, afwijkend van de algemene Staat van bedrijfsactiviteiten. In de regels is de aanduiding specifieke vorm van bedrijf timmerbedrijf opgenomen. Ook is een regel toegevoegd waarmee de bedrijfsactiviteiten in hun huidige vorm voortgezet kunnen worden. 8

270 Verzocht wordt om alsnog het bedrijf adequaat op te nemen. 6. Niet alle bedrijfsbebouwing ligt in het bouwvlak. Daardoor is het bestemmingsplan niet in overeenstemming met de feitelijke situatie en is niet zorgvuldig gehandeld. Verzocht wordt om alle bedrijfsgebouwen op te nemen in het bouwvlak. 7. Het ontwerpbestemmingsplan staat de bouw van een bedrijfswoning niet toe. Indiener van zienswijze is van mening dat de noodzaak voor een bedrijfswoning bestaat. De noodzaak is gelegen in de manier waarop bescherming kan worden geboden tegen diefstal en vernieling op het bedrijfsperceel. Volgens de indiener zijn er geen bezwaren voor de bouw van een bedrijfswoning. Daarvoor wordt aangedragen dat: 1. Het perceel niet meer in het buitengebied ligt en dat daardoor de beletselen voor het bouwen van woningen in het buitengebied, nu niet meer voor dit perceel gelden. Door het perceel op te nemen in een bestemmingsplan voor een stedelijk gebied en doordat het perceel na de bouw van woonwijk De Grassen onderdeel is van de rand van het dorp Vlijmen, ligt het in de bebouwde kom. 2. Een bedrijfswoning geen beperking oplevert voor de bedrijfsvoering van de omliggende bedrijven. Alle bedrijfsgebouwen zijn opgenomen in een bouwvlak. Hierdoor staat het bestemmingsplan wel degelijk deze gebouwen toe. De indiener van de zienswijze toont de ruimtelijke aanvaardbaarheid van de woning slechts beperkt aan. De genoemde noodzaak en de drie vermelde argumenten zijn hiervoor niet voldoende. Er heeft geen onderzoek plaatsgevonden naar milieuhygiënische kenmerken, cultuurhistorische kenmerken, geldend beleid en andere ruimtelijke aspecten. Dat een perceel binnen de bebouwde kom betekent niet zonder meer dat er sprake is van een verantwoord woon- en leefklimaat, noch dat het binnen het geldend beleid past. Bovendien heeft de indiener van de zienswijze geen locatie aangegeven voor de gewenste bedrijfswoning. Een stedenbouwkundige afweging kan derhalve ook niet plaatsvinden. Er kan dan ook geen specifieke aanduiding voor een bedrijfswoning opgenomen worden. Geen. Geen. 9

271 3. Een bedrijfswoning geen afbreuk doet aan het karakter van het gebied. Bovendien voorziet de nieuwbouwwijk De Grassen in de toekomst in meer woningen in de omgeving. In het verleden heeft de indiener van de zienswijze al eens verzocht om de mogelijkheid voor een bedrijfswoning. Dat is onder andere gedaan door middel van een zienswijze op het bestemmingsplan Kom Vlijmen, inclusief de Vliedberg (het geldende bestemmingsplan). Doordat er in het ontwerpbestemmingsplan geen afweging is gemaakt over de mogelijkheden voor een bedrijfswoning, voldoet het bestemmingsplan niet aan de uitgangspunten van een goede ruimtelijke ordening. De raad is in principe wel van mening dat een bedrijfswoning aanvaardbaar kan worden geacht bij een bedrijfsbestemming in dit plangebied. Hiervoor dient de aanvrager de ruimtelijke aanvaardbaarheid aan te tonen. Met de afwijkingsbevoegdheid in artikel 5.4, lid b kan een bedrijfswoning alsnog mogelijk gemaakt worden. Deze afwijkingsbevoegdheid bevat enkele voorwaarden om de ruimtelijke aanvaardbaarheid te waarborgen. De indiener van de zienswijze verzoekt om een aanduiding bedrijfswoning op het perceel, zodat een bedrijfswoning mogelijk wordt. K.P. Roelofsma & M.E. van der Zeeuw Achterstraat CV Vlijmen 8. De zienswijze gaat in op het opnemen van een wijzigingsbevoegdheid voor het bouwen van een woning op het perceel Achterstraat- Nobellaan (wijzigingsgebied 2). Indiener geeft aan dat onzorgvuldig is omgegaan met deze wijzigingsbevoegdheid, evenals het opnemen van de bestemmingen Wonen en Tuin in het geldende bestemmingsplan Kom Vlijmen, inclusief de Vliedberg. Zowel het geldende bestemmingsplan als het voorliggende bestemmingsplan zijn gepubliceerd conform de wettelijke voorschriften. Indiener van de zienswijze is op de hoogte van beide plannen, zoals ook blijkt uit de zienswijze. Het proces is derhalve zorgvuldig doorlopen. Geen. 10

272 Indieners van de zienswijze zijn van mening dat bij het laatst genoemde niet gecommuniceerd is met omwonenden van het perceel. Ook zijn de indieners van de zienswijze van mening dat bij het opnemen van de wijzigingsbevoegdheid op genoemd perceel de gemeente dit vooraf en actief had moeten communiceren met de omwonenden. Dit alles maakt dat het proces onzorgvuldig verlopen is. 9. De Achterstraat en het bij 8. genoemde perceel hebben een hoge cultuurhistorische waarde. Dit staat naar mening van de indieners van de zienswijze niet duidelijk genoeg omschreven in de toelichting van het ontwerpbestemmingsplan. 10. De bouw van een woning op deze plaats doet afbreuk aan de cultuurhistorische waarde van de Achterstraat. Naar mening van de indieners van de zienswijze beïnvloedt de bouw van een woning het karakter van de plek op een negatieve manier. De wijzigingsbevoegdheid mist bovendien een goede kaderstelling waarmee aantasting van het karakter voorkomen kan worden. Er wordt verzocht om in samenspraak met de buurt deze kaderstelling verder aan te scherpen, mocht het college de wijzigingsbevoegdheid in stand te laten en daarvan gebruik te maken. Dit is wel degelijk omschreven in de toelichting, bij de kopjes Stedenbouwkundige aspecten en Cultuurhistorie en archeologie. Het genoemde perceel heeft overigens geen cultuurhistorische waarden, zoals ook beschreven is in de Cultuurhistoriekaart van de gemeente Heusden. De cultuurhistorische waarde van de Achterstraat als geheel wordt ook door de raad van Heusden erkend. De Achterstraat is één van de historische linten van Vlijmen. Dit is o.a. te herkennen aan de bouwrichting van de bebouwing en de aanwezige oudere bebouwing. De wijzigingsbevoegdheid is veranderd naar een directe bouwmogelijkheid (zie Nota van wijzigingen). Er is een bouwvlak opgenomen. De vorm van de aanwezige woon- en tuinbestemmingen is hierop aangepast. De genoemde kaderstelling is Geen. Geen. 11

273 11. De Achterstraat is een drukke verkeersroute, vooral voor schoolgaande jeugd. Het is daarom wenselijk dat de kruising tussen de Achterstraat en de Nobellaan zo overzichtelijk mogelijk is. Bouw van een woning tast die overzichtelijkheid aan. Er ontstaat een verkeersonveilige situatie. 12. Het huidige gebruik als hondenuitrenveld heeft een hoge waarde voor de buurt. Omliggende straten worden ontlast. dus niet meer aan de orde, aangezien de wijzigingsbevoegdheid niet meer aan de orde is. Bij de situering van het bouwvlak is rekening gehouden met de cultuurhistorische waarden. De nieuwbouw van één woning past in de structuur van de Achterstraat. De straat kenmerkt zich door veel vrijstaande woningen. Het betreft een vrij liggend bouwvlak dat in de bouwrichting en hoogtematen aansluit bij de omliggende bebouwing. De Achterstraat en Nobellaan maken deel uit van een 30 km-zone. Op de betreffende kruising is een plateau aanwezig dat de weggebruikers attendeert op mogelijk verkeer van links of rechts. Het bouwvlak is op enige afstand van de kruising gesitueerd, op dezelfde afstand als de gebouwen op de nummers 42 en 48 en de woningen aan de Nobellaan. Hierdoor is het kruispunt overzichtelijk. Het veld is geen officieel hondenuitrenveld. In de buurt zijn andere (groen)voorzieningen waar honden uitgelaten kunnen worden. Geen. Geen. Momenteel wordt het hondenbeleid herzien. Hiervoor is een inventarisatie gemaakt van groenstroken die eventueel in aanmerking zouden komen als hondenuitrenveld (het enige soort 12

274 J.J.G. Levink & A.L.W.M. Levink Nobellaan XL Vlijmen 13. Op basis van het genoemde bij de punten 8 t/m 12 verzoeken de indieners van de zienswijze aan het college geen gebruik te maken van de wijzigingsbevoegdheid. Aanvullend vragen de indieners om het perceel bij het eerstvolgende nieuwe bestemmingsplan voor deze locatie een groenbestemming op te nemen. Indien dat niet gebeurt vragen de indieners van de zienswijze om een ruimtelijk-planologische motivatie hiervoor. hondenuitlaatplek dat we in Heusden kennen). Het voorliggende perceel komt daarvoor niet in aanmerking. Het is te klein als uitrenplek en ligt bovendien te dicht bij bestaande woningen. De wijzigingsbevoegdheid is veranderd naar een directe bouwmogelijkheid (zie Nota van wijzigingen). De toelichting bevat een ruimtelijke onderbouwing. 14. Zienswijze als bij 8. (communicatie) Beantwoording als bij 8. Gevolgen voor het plan hetzelfde als bij Na het in werking treden van het voorliggende bestemmingsplan kan het college zonder relevante inspraak de groenstrook naar woning transformeren. 16. Het is onduidelijk of er wel genoeg ruimte is voor een woning, als men randvoorwaarden als aanwezige rooilijnen en verkeersveiligheid in ogenschouw neemt. De wijzigingsbevoegdheid is vervangen door een directe bestemming (zie de matrix met wijzigingen). Een beantwoording van deze zienswijze is niet meer relevant. Deze ruimte is er. Het betreft een fors perceel. Het opgenomen bouwvlak heeft dezelfde rooilijnen als de naastgelegen bouwlinten en is op 3 meter afstand van de westelijke perceelsgrens gelegen. Geen. Geen. Geen. 13

275 17. Het is onduidelijk of hier een woning gebouwd kan worden met een aantrekkelijke architectuur, die past in de omgeving. 18. Door de bouw van een woning wordt de kwaliteit van de buurt en de Nobellaan aangetast. Met de bouw van de woning wordt de entree van de Nobellaan minder goed van kwaliteit en ruimtelijke beleving. Het ritme van de bebouwing aan de Nobellaan houdt nu op bij het laatste bestaande huis. Voortzetting zal stedenbouwkundig geforceerd overkomen. 19. De rechten van de indieners van de zienswijzen worden aangetast door de wijzigingsbevoegdheid. De rechtszekerheid is in het geding. 20. De gemeenteraad wordt buitenspel gezet. Het college maakt het de raad op deze manier onmogelijk om op basis van een Zie hetgeen vermeld is bij de beantwoording van 10. en 16. voor wat betreft de stedenbouwkundige inpassing. De bouwvorm van de woning past binnen de omgeving. Ten aanzien van de architectuur; het perceel ligt in een welstandsvrij gebied. Daarmee heeft de raad aangegeven dat in dit gebied de toets op architectonische kenmerken niet nodig is. De toelichting motiveert reeds waarom de bouw van een vrijstaande woning hier stedenbouwkundig aanvaardbaar is en het karakter van de Achterstraat en de Nobellaan niet aantast. De woning volgt het ritme van de naastgelegen woningen. Het bestemmingsplan heeft ter inzage gelegen. Men had de kans om een zienswijze in te dienen, zoals ook gebeurd is. Ook bij het geldende bestemmingsplan, waar de bestemming reeds gewijzigd is, had men deze mogelijkheid. Beide plannen volgden de algemene voorbereidingsprocedure uit de Algemene wet bestuursrecht. De rechtszekerheid is dus niet aangetast. De gemeenteraad wordt niet buitenspel gezet. Sterker, de gemeenteraad is het bevoegd orgaan voor het vaststellen van Geen. Geen. Geen. Geen. 14

276 concrete afweging van belangen (optimalisering inkomsten/opbrengst, woningbehoefte, maatschappelijke belangen, omgevingskwaliteit, e.d.) mede te bepalen wat er met deze groene locatie gebeurt. Het transformeren van dit soort groenlocaties is een te belangrijk besluit om de raad te kunnen passeren. 21. Het is vreemd dat het college de bouw van één woning (op deze locatie) mogelijk wil maken. Op andere plaatsen zijn er al woningbouwplannen gestart, bijvoorbeeld het Geerpark en De Grassen. Op andere locaties in de nabije omgeving (Achterstraat, Wilhelminastraat, Molenpark) wordt al jarenlang zonder succes bouwgrond te koop aangeboden. Er is dus geen behoefte aan een woningbouwlocatie en dus ook geen noodzaak om de bestemming te wijzigen. het voorliggende bestemmingsplan. Daarbij besluit zij dus ook over het al dan niet opnemen van een wijzigingsbevoegdheid of een directe bestemming. Het is dus niet het college dat alleen besluit over de aanvaardbaarheid van de bouw van een woning, maar zeker ook de gemeenteraad. Uit prognoses voor en onderzoek naar de woonbehoefte in de gemeente Heusden blijkt dat er wel degelijk behoefte is aan bouwkavels. In deze planning staan concrete bouwplannen, zo ook deze ontwikkeling, maar ook minder vastomlijnde plannen in de verdere toekomst. Het klopt dat op dit moment in de gemeente, maar ook elders veel woningen te koop staan. Woningen staan langer te koop dan een aantal jaren terug. Dit wil niet zeggen dat er geen behoefte is aan woningen of dat er een woningoverschot zou zijn. Het geeft wel aan dat vraag en aanbod op de koop- en de huurmarkt niet met elkaar in verhouding zijn. Desondanks is er wel een groeiende behoefte aan woningen doordat er in de gemeente sprake is van een geboorteoverschot, de gemiddelde huishoudengrootte in de komende jaren daalt en de gemeente een taak heeft om op bovengemeentelijk niveau te voorzien in woningbouw (opvang Geen. 15

277 uit andere gemeenten). De provincie is verantwoordelijk om de vraag naar woningen te kwantificeren en binnen de provincie te programmeren. De door de provincie gemaakte doorrekening is derhalve bepalend voor de woningbouwprogrammering van de gemeente. Opgemerkt wordt dat het belangrijk is om een diversiteit aan woningbouwlocaties aan te bieden, juist in deze vraaggestuurde markt is het belangrijk er voldoende aanbod is in alle categorieën. Het is belangrijk om voldoende planologische capaciteit beschikbaar te hebben, gelet op de doorlooptijd van ruimtelijke plannen. Als deze capaciteit beschikbaar is, is het immers mogelijk om bij het aantrekken van de woningmarkt snel te kunnen reageren. Het niet in ontwikkeling nemen van verschillende van deze locaties zoals deze zal ertoe leiden dat de gemeente niet in haar volkshuisvestelijke taak kan voorzien. Een ander maatschappelijk belang is de financiële situatie. Het niet in ontwikkeling nemen van deze locaties heeft financiële gevolgen voor de gemeenschap. 22. Zienswijze als bij 11. (verkeersveiligheid) Beantwoording als bij 11. Gevolgen voor het plan hetzelfde als bij De omvang van de bebouwing moet binnen De rooilijnen van het bouwvlak zijn Geen. 16

278 de rooilijnen van de Achterstraat en de Nobellaan blijven en wordt daardoor beperkt. De indieners van de zienswijze zijn bang dat daardoor de toekomstig bouwer van het perceel extra bebouwing wil realiseren elders op het perceel, bijvoorbeeld dicht bij de buren aan de Achterstraat. Hierdoor ontstaat een te intensieve bebouwing. 24. De groenvoorzieningen in de wijk bepalen mede de hoge belevings- en omgevingskwaliteit. De indieners van de zienswijze vrezen dat met de genoemde wijzigingsbevoegdheid een trend ingezet wordt. Er wordt gevreesd voor het verdwijnen van het groen. inderdaad aangepast aan die van de Achterstraat en de Nobellaan. Desondanks is er meer dan voldoende ruimte over voor een woning met normale afmetingen. Het bouwvlak ligt vrij van de perceelsgrenzen. Er is bovendien sprake van een perceel, groter dan de meeste andere percelen in de omgeving. Door eventuele bebouwing neemt de bebouwings-dichtheid niet onevenredig toe. De regels van de bestemming Wonen garanderen bovendien een zorgvuldige inpassing qua bebouwingsoppervlakte. Het is niet zo dat alle groenpercelen in Vlijmen verkocht gaan worden. Om te stellen dat hier een trend ontstaat, is dan ook voorbarig en overdreven. Wel is het logisch dat het college en de raad in het kader van het op orde houden van de gemeentelijke financiën kritisch kijken naar bestaande en nieuwe groenvoorzieningen. Zijn deze daadwerkelijk nodig voor de groenbeleving, recreatie, honden uitlaten en andere zaken? Elk perceel en elke aanvraag wordt op zijn merites beoordeeld. Hierbij wordt steeds opnieuw de waarde van het perceel beoordeeld. Een belangrijke rol speelt het Groenstructuurplan. Het perceel is niet opgenomen in het Groenstructuurplan. Dat plan bevat alle belangrijke en omvangrijke 17

279 S.M.E. Wouters & A.H.P. Derriks Nobellaan XL Vlijmen A.H.J.W. Eekels & H.J. Eekels Nobellaan XK Vlijmen A.C.J.M. Vissers Nobellaan XL Vlijmen G.J.A.M. van Halteren & Y.M.E. van Halteren Korthagen Nobellaan XL Vlijmen H.J. van Eden & E.J.F. van Eden 25. Op basis van het genoemde bij de punten 14 t/m 24 verzoeken de indieners van de zienswijze aan de raad om de wijzigingsbevoegdheid te verwijderen. Indien de raad de bevoegdheid toch in stand laat, wordt verzocht om in overleg te treden voordat de volgende stap genomen wordt (wijzigingsbevoegdheid toepassen). groenstructuren. Dit perceel is ook te klein om substantieel bij te dragen aan de groenstructuur. De wijzigingsbevoegdheid is vervangen door een directe bestemming (zie de matrix met wijzigingen). Een beantwoording van deze zienswijze is niet meer relevant. 26. Zienswijzen exact hetzelfde als bij 14. t/m 25 Beantwoording als bij 14. t/m 25 Gevolgen voor het plan hetzelfde als bij 14. t/m Zienswijzen exact hetzelfde als bij 14. t/m 25 Beantwoording als bij 14. t/m 25 Gevolgen voor het plan hetzelfde als bij 14. t/m Zienswijzen exact hetzelfde als bij 14. t/m 25 Beantwoording als bij 14. t/m 25 Gevolgen voor het plan hetzelfde als bij 14. t/m Zienswijzen exact hetzelfde als bij 14. t/m 25 Beantwoording als bij 14. t/m 25 Gevolgen voor het plan hetzelfde als bij 14. t/m Zienswijze als bij 8. (communicatie) Beantwoording als bij 8. Gevolgen voor het plan hetzelfde als bij 8. Geen. 18

280 van Ooijen Achterstraat CS Vlijmen 31. Zienswijze als bij 11. (verkeersveiligheid) Beantwoording als bij 11. Gevolgen voor het plan hetzelfde als bij Zienswijze als bij 12. (hondenuitrenveld) Beantwoording als bij 12. Gevolgen voor het plan hetzelfde als bij De indieners van de zienswijze hebben nu nog vrij uitzicht op de groenstrook. Dit speelde mee in de aankoop tot de woning. Als gevolg van de woningbouwontwikkeling zal sprake zijn van een in beperkte mate vermindering van uitzicht en privacy. In het bestemmingsplan is zoveel mogelijk rekening gehouden met de belangen van de direct omwonenden. Gelet op de invulling van de ontwikkeling mag worden aangenomen dat het woongenot, de leefkwaliteit en de rust niet onevenredig worden aangetast, omdat woningbouw wordt toegelaten met een lage woningdichtheid. Dit sluit aan op de bestaande woonomgeving. Uit jurisprudentie blijkt dat er geen sprake kan zijn van een algemeen recht op vrij uitzicht, leefkwaliteit, woongenot en of rust. Op grond hiervan vinden wij dat de belangen zwaarwegend zijn, maar de aantasting van het leefgenot van reclamant niet onevenredig wordt aangetast dat daarom afgezien zou moeten worden van woningbouw op de locatie. Geen. 19

281 Vereniging Woongebied Achterstraat Achterstraat CV Vlijmen 34. De zienswijze gaat in op het opnemen van een wijzigingsbevoegdheid voor het bouwen van een woning op het perceel Achterstraat- Nobellaan (wijzigingsgebied 2). In tegenstelling tot wat de toelichting van het ontwerpbestemmingsplan aangeeft, is de open ruimte op de hoek van de Nobellaan en de Achterstraat wel degelijk belangrijk voor de beide straten. Het perceel heeft als groen een waarde voor de buurt. Het perceel is niet opgenomen in het Groenstructuurplan. Dat plan bevat alle belangrijke en omvangrijke groenstructuren. Dit perceel is ook te klein om substantieel bij te dragen aan de groenstructuur. Bovendien is de open en onverharde ruimte niet nodig voor de waterberging in het gebied. Geen. 35. Het bebouwen van dit perceel lijkt vooral ingegeven door financiële motieven, en staat niet stil bij de wensen van de inwoners van Vlijmen. Uit prognoses voor en onderzoek naar de woonbehoefte in de gemeente Heusden blijkt dat er wel degelijk behoefte is aan bouwkavels. In deze planning staan concrete bouwplannen, zo ook deze ontwikkeling, maar ook minder vastomlijnde plannen in de verdere toekomst. Het klopt dat op dit moment in de gemeente, maar ook elders veel woningen te koop staan. Woningen staan langer te koop dan een aantal jaren terug. Dit wil niet zeggen dat er geen behoefte is aan woningen of dat er een woningoverschot zou zijn. Het geeft wel aan dat vraag en aanbod op de koop- en de huurmarkt niet met elkaar in verhouding zijn. Desondanks is er wel een groeiende behoefte aan woningen doordat er in de gemeente sprake is van een geboorteoverschot, de gemiddelde huishoudengrootte in de komende jaren daalt en de gemeente een 20

282 taak heeft om op bovengemeentelijk niveau te voorzien in woningbouw (opvang uit andere gemeenten). De provincie is verantwoordelijk om de vraag naar woningen te kwantificeren en binnen de provincie te programmeren. De door de provincie gemaakte doorrekening is derhalve bepalend voor de woningbouwprogrammering van de gemeente. Opgemerkt wordt dat het belangrijk is om een diversiteit aan woningbouwlocaties aan te bieden, juist in deze vraaggestuurde markt is het belangrijk er voldoende aanbod is in alle categorieën. Het is belangrijk om voldoende planologische capaciteit beschikbaar te hebben, gelet op de doorlooptijd van ruimtelijke plannen. Als deze capaciteit beschikbaar is, is het immers mogelijk om bij het aantrekken van de woningmarkt snel te kunnen reageren. Het niet in ontwikkeling nemen van verschillende van deze locaties zoals deze zal ertoe leiden dat de gemeente niet in haar volkshuisvestelijke taak kan voorzien. Een ander maatschappelijk belang is de financiële situatie. Het niet in ontwikkeling nemen van deze locaties heeft financiële gevolgen voor de gemeenschap. 36. Zienswijze als bij 11. (verkeersveiligheid) Beantwoording als bij 11. Gevolgen voor het plan hetzelfde als 21

283 bij Een zinvolle bestemming voor de groenstrook is het gebruik als hondenuitrenplek. Volgens de indiener van de zienswijze heeft de omgeving momenteel nogal wat overlast van hondenpoep. Er zijn veel hondenbezitters in de buurt en maar weinig geschikte uitlaatplekken in en rond de Achterstraat. Daarom verzoekt de indiener van de zienswijze om de bestemming te wijzigen naar groen, de wijzigingsbevoegdheid te verwijderen en het perceel in te richten als hondenuitrenplek. Momenteel wordt het hondenbeleid herzien. Hiervoor is een inventarisatie gemaakt van groenstroken die eventueel in aanmerking zouden komen als hondenuitrenveld (het enige soort hondenuitlaatplek dat we in Heusden kennen). Het voorliggende perceel komt daarvoor niet in aanmerking. Het is te klein als uitrenplek en ligt bovendien te dicht bij bestaande woningen. Harmonie St. Cecilia Haarsteeg Parklaan 2 Vlijmen 38. De zienswijze gaat in op het opnemen van een wijzigingsbevoegdheid voor het bouwen van woningen op het perceel Parklaan 2 (wijzigingsgebied 4). Er is geen duidelijkheid over de aard van de eventueel te bouwen woningen op het perceel. Pas zodra er een concreet plan is, kan de raad pas een zorgvuldige afweging maken over de transformatiemogelijkheden. Daarom is het opnemen van een wijzigingsbevoegdheid niet deugdelijk gemotiveerd. De genoemde afweging wordt pas gemaakt ten tijde van de aanvraag van de wijzigingsbevoegdheid. Dan wordt er een concreet plan ingediend. In dit stadium hoeft het type woningbouw niet gedefinieerd te worden. Wel moet beoordeeld worden of woningbouw mogelijk is. Dit is gemotiveerd in de toelichting. Geen. 39. De noodzaak voor woningbouw op dit perceel is niet aangetoond. Daarom is het opnemen van een wijzigingsbevoegdheid niet deugdelijk gemotiveerd. De oorspronkelijke gebruiker van het gebouw heeft het gebruik al enige tijd gestaakt. Het huidige gebruik is slechts tijdelijk. Voor de gebruikers zijn andere locaties voorradig. Onder andere binnen het gemeentelijk vastgoed, maar ook in andere ruimten. In haar besluit van 3 Geen. 22

284 december 2013 heeft het college besloten om voorliggend pand te slopen en het perceel te verkopen. Voor het pand ontbreken de onderhoudsbudgetten, zijn de beheerskosten hoger dan de te verwachten opbrengsten in de huidige staat, dan wel is niet in privatisering voorzien. Uit prognoses voor en onderzoek naar de woonbehoefte in de gemeente Heusden blijkt dat er wel degelijk behoefte is aan bouwkavels. In deze planning staan concrete bouwplannen, zo ook deze ontwikkeling, maar ook minder vastomlijnde plannen in de verdere toekomst. Het klopt dat op dit moment in de gemeente, maar ook elders veel woningen te koop staan. Woningen staan langer te koop dan een aantal jaren terug. Dit wil niet zeggen dat er geen behoefte is aan woningen of dat er een woningoverschot zou zijn. Het geeft wel aan dat vraag en aanbod op de koop- en de huurmarkt niet met elkaar in verhouding zijn. Desondanks is er wel een groeiende behoefte aan woningen doordat er in de gemeente sprake is van een geboorteoverschot, de gemiddelde huishoudengrootte in de komende jaren daalt en de gemeente een taak heeft om op bovengemeentelijk 23

285 niveau te voorzien in woningbouw (opvang uit andere gemeenten). De provincie is verantwoordelijk om de vraag naar woningen te kwantificeren en binnen de provincie te programmeren. De door de provincie gemaakte doorrekening is derhalve bepalend voor de woningbouwprogrammering van de gemeente. Opgemerkt wordt dat het belangrijk is om een diversiteit aan woningbouwlocaties aan te bieden, juist in deze vraaggestuurde markt is het belangrijk er voldoende aanbod is in alle categorieën. Het is belangrijk om voldoende planologische capaciteit beschikbaar te hebben, gelet op de doorlooptijd van ruimtelijke plannen. Als deze capaciteit beschikbaar is, is het immers mogelijk om bij het aantrekken van de woningmarkt snel te kunnen reageren. 40. De huidige functie en het huidige gebruik van het perceel/gebouw worden niet Het niet in ontwikkeling nemen van verschillende van deze locaties zoals deze zal ertoe leiden dat de gemeente niet in haar volkshuisvestelijke taak kan voorzien. Een ander maatschappelijk belang is de financiële situatie. Het niet in ontwikkeling nemen van deze locaties heeft financiële gevolgen voor de gemeenschap.. Het huidige gebruik is een tijdelijke situatie. Dit is in het verleden ook Geen. 24

286 genoemd in de toelichting. Deze hebben een maatschappelijke betekenis. Vijf maatschappelijke en culturele organisaties maken momenteel intensief gebruik van het gebouw. Daardoor is het pand inmiddels een belangrijke spil geworden in het culturele, maatschappelijke en sociale leven binnen de gemeente Heusden. Derhalve zou deze maatschappelijke betekenis afgewogen moeten worden tegen transformatie van het perceel. Dat is niet gebeurd. Daarom is het opnemen van een wijzigingsbevoegdheid niet deugdelijk gemotiveerd. 41. Op basis van het genoemde bij de punten 38. t/m 40. verzoeken de indieners van de zienswijze aan de raad om de wijzigingsbevoegdheid te verwijderen. gecommuniceerd met de gebruikers en is ook zodanig vastgelegd. Voor de gebruikers is in andere gemeentelijke gebouwen ruimte voorhanden. Het gebouw op zich heeft dan ook geen speciale rol in de gemeenschap. Op basis van de argumenten in de toelichting van het bestemmingsplan en het hierboven vermelde acht de raad het in stand laten van de wijzigingsbevoegdheid aanvaarbaar. Geen. 25

287 Nr. Onderwerp Wijziging van het plan 1. In de bestemming Groen zijn gebouwen niet toegestaan, behoudens nutvoorzieningen. In dezelfde bestemming is het echter wenselijk om een gebouw voor een (jongeren-)ontmoetingsplaats te kunnen bouwen. Dat is geen nutsvoorziening. Deze bouwwerken hebben vaak meer dan één muur en zijn derhalve een gebouw. Teneinde plek te creëren voor de jeugd is het wenselijk dit soort bouwwerken mogelijk te maken in de bestemming groen. 2. Op het oostelijke deel van het perceel Costerlaan 44 staat een bijgebouw. Hierop is in het geldende plan ten onrechte een tuinbestemming opgenomen. Volgens de plansystematiek van de gemeente Heusden zou hierop een woonbestemming moeten rusten. 3. De woonbestemming dicteert dat het aantal woningen niet meer bedragen dan het bestaande aantal of het aantal zoals vermeld op de verbeelding. Binnen de gemengde bestemming zijn woningen ook toegestaan en is het derhalve logisch om dezelfde bepaling op te nemen. 4. Ten onrechte vermeldt de toelichting dat het Groenstructuurplan vastgesteld is in maart De raad heeft het echter vastgesteld op 21 juli Op een aantal adressen is ten onrechte de aanduiding gemeentelijk monument opgenomen. 6. De verbeelding bevat voor de woningen in de volgende straten een goothoogte van 4,6 m en een nokhoogte van 6 m. Deze hoogten zijn echter in werkelijkheid anders. De maximumhoogten uit de bestemming Wonen volstaan. - Oranjelaan (huisnummers 2 t/m 34) - Irenelaan 7. De paragraaf externe veiligheid (5.2) in de toelichting was beperkt. Er was uitgegaan van het gegegeven dat het plan een conserverend plan is en dat een nader onderzoek naar externe veiligheidaspecten niet noodzakelijk is. Aan artikel is een zinsdeel toegevoegd: Op of in deze gronden mogen gebouwen worden gebouwd, uitsluitend ten behoeve van nutsvoorzieningen en (jongeren-)ontmoetingsplaatsen. De woonbestemming is aangepast aan de bestaande bouw. Er is een strook met een tuinbestemming intact gebleven, omdat er sprake is van een hoekwoning. In de bestemming Gemengd is de onderstaande bepaling toegevoegd: Het aantal woningen mag niet meer bedragen dan het bestaande aantal, dan wel het ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' aangegeven aantal. De vaststellingsdatum is aangepast in de toelichting. De locaties met de aanduiding gemeentelijk monument op de verbeelding zijn vergeleken met de monumentenlijst. Waar nodig is de aanduiding verwijderd van de verbeelding. De specifieke hoogteaanduiding bij genoemde woningen is verwijderd. Naastgenoemde paragraaf van de toelichting is aangevuld. Als bijlagen bij de toelichting zijn toegevoegd: - Resultaten van de LPG-rekentool 26

288 Dat is echter wel het geval. Teneinde dit aspect beter te kunnen belichten en mede naar aanleiding van een zienswijze, is uitbreiding van deze paragraaf dus gewenst. Onderdeel van de paragraaf zijn de resultaten van twee berekeningen: - LPQ-rekentool - Kwantitatieve risicoanalyse hogedruk aardgasleiding Het bestemmingsplan staat geen extra ontwikkelingen toe die de veiligheid verslechteren. Er is geen significante toename van het groepsrisico. Omdat een deel van het plangebied gelegen is binnen het invloedsgebied van Bevibedrijven is een verantwoording van het groepsrisico onderdeel van de vaststelling van het bestemmingsplan. Op basis van de beschouwde scenario s en het gelijkblijvende groepsrisico acht de gemeente het groepsrisico voor het bestemmingsplan kom Vlijmen en de Vliedberg verantwoord. De raad heeft bij de vaststelling van het bestemmingsplan een besluit genomen over het groepsrisico. 8. Het college heeft op 3 december 2013 besloten de panden op de onderstaande adressen te slopen en de percelen in de markt te zetten. Deze informatie hoort in de toelichting van het bestemmingsplan. - Jacob van Lennepstraat 2/Constantijn Huijgensstraat 3 - Pastoor Smoldersstraat 6 - Parklaan 2 9. In paragraaf 4.4 staat geschreven dat de maximum nokhoogte van omliggende woningen 11 meter bedraagt. Dit is niet het geval. Voor het grootste deel van de woningen in de buurt bedraagt de maximum nokhoogte 10 meter. 10. Voor het perceel Priemsteeg 9 (nr. 3826) bevat het ontwerpbestemmingsplan een wijzigingsbevoegdheid. Met die bevoegdheid kan de huidige bestemming gewijzigd worden in een woon- en tuinbestemming met bijbehorend bouwvlak. Dit, zodat er een woning gebouwd kan worden op dit perceel. - Kwantitatieve risico-analyse hogedruk aardgasbuisleidingen In de paragraven 4.2, 4.3 en 4.4 is de volgende passage opgenomen over genoemd collegebesluit: Het college heeft 3 december 2013 besloten het pand op dit perceel te slopen en het perceel te verkopen. Dit besluit maakt deel uit van de taakstelling uit het genoemde raadsbesluit. Het bestaande gebruik is tijdelijk. Het college verwacht dat deze gebouwen niet te privatiseren zijn. Het genoemde getal in de toelichting is aangepast. Artikel 26.7 is verwijderd uit de regels. Wijzigingsgebied 6 is verwijderd van de verbeelding. Op de verbeelding zijn de bestemmingen Wonen, Tuin en een bouwvlak toegekend aan het genoemde perceel. Paragraaf 4.5 van de toelichting is aangevuld met informatie over de waterhuishouding en de financiële uitvoerbaarheid. 27

289 Het perceel is relatief makkelijk te transformeren tot woonperceel. Direct bestemmen is doelmatiger dan het opnemen van een wijzigingsbevoegdheid. Bovendien is door het direct te bestemmen een zorgvuldige stedenbouwkundige inpassing te waarborgen. Hiermee past de woning in het straatbeeld. Het bouwvlak is op dezelfde locatie gelegd als het huidige gebouw. De toelichting van het ontwerpbestemmingsplan motiveert de ruimtelijke aanvaardbaarheid van die ontwikkeling. Die motivatie is aangevuld met de informatie genoemd bij punt 11. in deze matrix. Ook is informatie toegevoegd over de waterhuishouding en de financiële uitvoerbaarheid. 11. Voor het perceel, genoemd bij 10. is een bodemonderzoek uitgevoerd. Op basis van de bovengenoemde onderzoeksresultaten is ter plaatse van de onderzoekslocatie sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging met lood en zink in de bovengrond. De resultaten en het onderzoek zijn toegevoegd aan de toelichting. Dit betekent dat een deel van de grond gesaneerd moet worden alvorens het perceel verder ontwikkeld kan worden. Ten tijde van een aanvraag voor een omgevingsvergunning ter plaatse dient een aanvullend onderzoek aangeleverd te worden, met een bepaling van de exacte hoeveelheden sterk verontreindigde grond en/of grond die voldoet aan functieklasse 28

290 wonen. Dit aanvullende onderzoek kan pas uitgevoerd worden zodra het bestaande gebouw gesloopt is. Voor het toekennen van de woonbestemming is het huidige onderzoek voldoende. 12. Voor het perceel Achterstraat-Nobellaan (nr. 5029) bevat het ontwerpbestemmingsplan een wijzigingsbevoegdheid. Met die bevoegdheid kan de huidige bestemming gewijzigd worden in een woon- en tuinbestemming met bijbehorend bouwvlak. Dit, zodat er een woning gebouwd kan worden op dit perceel. Het perceel is relatief makkelijk te transformeren tot woonperceel. Direct bestemmen is doelmatiger dan het opnemen van een wijzigingsbevoegdheid. Bovendien is door het direct te bestemmen een zorgvuldige stedenbouwkundige inpassing te waarborgen. Hiermee past de woning in het straatbeeld en wordt tegemoet gekomen aan enkele zienswijzen. Artikel 26.3 is verwijderd uit de regels. Wijzigingsgebied 6 is verwijderd van de verbeelding. Op de verbeelding zijn de bestemmingen Wonen, Tuin en een bouwvlak toegekend aan het genoemde perceel met een maximale goot- en bouwhoogte van respectievelijk 4,5 en 9 m. Paragraaf 4.1 van de toelichting is aangevuld met informatie over de waterhuishouding en de financiële uitvoerbaarheid. De toelichting van het ontwerpbestemmingsplan motiveert de ruimtelijke aanvaardbaarheid van die ontwikkeling. Die motivatie is aangevuld met de informatie genoemd bij de punt 13. en 14. in deze matrix. Ook is informatie toegevoegd over de waterhuishouding en de financiële uitvoerbaarheid. 29

291 13. Voor het perceel, genoemd bij 12. vermeldt de archeologische verwachtingenkaart van de gemeente Heusden een hoge verwachtingswaarde. Het is aannemelijk dat de archeologische waarden op dit perceel reeds verstoord zijn. Desalniettemin is dat niet zonder meer uit te sluiten, totdat een onderzoek uitgevoerd is. Een dubbelbestemming garandeert dat een dergelijk onderzoek uitgevoerd wordt ten tijde van de vergunningaanvraag voor bebouwing. Op het perceel, genoemd bij 12. is een archeologische dubbelbestemming opgenomen op de verbeelding en in de regels. De toelichting bevat een verwijzing. De dubbelbestemming dicteert dat een vergunning voor een bouwwerk slechts verleend wordt indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn of niet geschaad worden. Een archeologisch onderzoek is niet nodig indien de verstoring kleiner is dan 100 m2 of minder diep dan 50 cm. Deze dubbelbestemming 30

292 14. Voor het perceel, genoemd bij 12. is een bodemonderzoek uitgevoerd. Uit dit onderzoek zijn geen belemmeringen voortgekomen voor de bouw van een woning en het gebruik van het perceel als woonperceel. 15. De voormalige ontwikkelingslocatie aan de Kees Klerxstraat was uit het plangebied van het ontwerp gelaten, omdat voor de locatie een ander bestemmingsplan voorbereid werd. De raad heeft echter besloten dat deze locatie niet verder ontwikkeld wordt. De bestaande regeling kan dus gehandhaafd blijven. komt overeen met de dubbelbestemming Waarde - Archeologie 2 uit het bestemmingsplan Heusden Buitengebied. De resultaten en het onderzoek zijn toegevoegd aan de toelichting. Deze locatie is in het bestemmingsplan opgenomen. De bestemmingen uit het geldende bestemmingsplan zijn overgenomen op de verbeelding. 16. Per abuis is er geen bouwvlak opgenomen op de percelen Korte Heistraat 19A t/m 23A, terwijl betreffende woningen er al lange tijd staan. Op genoemde percelen is een bouwvlak opgenomen. 31

293 32

294 Einde bijlage: BIJL Nota zienswijzen en wijzigingen pdf Terug naar het agendapunt

295 RV aanwijzen welstandsvrije projectmatige kavels Geerpark pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11479#

296 Onderwerp Aanwijzen welstandsvrije projectmatige kavels Geerpark Raadsvoorstel Inleiding Meer ruimte voor nieuwe initiatieven in de gemeente en de mogelijkheid om je droomhuis te bouwen. Dat wil de gemeente Heusden verder vormgeven. In navolging van het voorstel over het welstandsvrij maken van de vrije kavels te Geerpark (fase 1), doen wij u nu het voorstel om ook de projectmatige kavels welstandsvrij te maken. Feitelijke informatie Dromen. doen. Heusden. Al geruime tijd promoten wij dat je je droomhuis kunt bouwen in gemeente Heusden. Echter op dit moment ligt er in de meeste ontwikkelingsgebieden (waaronder ook Geerpark) een beeldkwaliteitsplan of is de welstandsnota van toepassing waardoor men toch rekening moet houden met eisen over de bebouwing (verschijningsvorm). De locatie De projectmatige kavels in fase 1 waar dit voorstel over gaat, liggen in de bebouwingsstrook langs de Priemsteeg, ten zuiden van de voetbalvelden van VV Haarsteeg, benoemd als Morgen I en Morgen II. Daarnaast betreft het de projectmatige kavels in de strook aan de Mortelweg. Deze gebieden zijn op de kaart behorende bij dit voorstel aangeduid. Wat wordt er nog wel geregeld? Voor de ontwikkeling van Geerpark is een masterplan opgesteld waarin de verschillende ambities in één integraal ontwerp zijn vervat. Het masterplan (waaronder het beeldkwaliteitsinstrumentarium) is op 26 maart 2013 door u vastgesteld. Het beeldkwaliteitsinstrumentarium zal niet langer van toepassing zijn op het gebied waarover dit voorstel gaat. Met het aanwijzen van een welstandsvrij gebied binnen de planontwikkeling wordt het stedenbouwkundig plan (de opbouw) niet verlaten. De basis, het zogenaamde raamwerk, van het stedenbouwkundig plan blijft overeind (waterslinger, stroken en hoven). Dit raamwerk is in de bestemmingsplanregeling vastgelegd. Hetzelfde geldt voor regels over de omvang en situering van de bebouwing. Deze regels zijn ook vastgelegd in het bestemmingsplan. Ook andere uitgangspunten, zoals ten aanzien van duurzaamheid en waterberging, blijven van toepassing. Afweging Met het aanwijzen van welstandsvrije kavels willen wij de ontwikkelende partijen zoveel mogelijk faciliteren. Daarnaast ontstaat er meer diversiteit in de woonwijken van gemeente Heusden. Wij stellen u daarom voor om, overeenkomstig de bijgevoegde kaart, een welstandsvrije zone aan te wijzen binnen het plangebied Geerpark. Het betreft de projectmatige kavels in de plandelen Morgen I en II en de bebouwingsstrook aan de Mortelweg. Inzet van Middelen Door het introduceren van een welstandsvrije zone zullen minder plannen aan de welstandscommissie worden voorgelegd. Dit betekent voor de gemeente een besparing in de kosten voor de commissie Ruimtelijke kwaliteit. De leges voor welstand zullen echter ook niet meer in rekening worden gebracht, waardoor het effect per saldo minimaal is. Risico's 1

297 Onderwerp Aanwijzen welstandsvrije projectmatige kavels Geerpark Het risico bestaat dat er bezwaren komen tegen uw besluit. Om te voorkomen dat potentiële kopers worden teleurgesteld, informeren wij ze dat u mogelijk het besluit neemt om een deel van het gebied welstandsvrij te maken. Tot nu toe hebben de potentiële kopers daar positief op gereageerd. Procedure U bent op grond van de Woningwet bevoegd welstandsvrije gebieden aan te wijzen en de welstandsnota op dat punt te wijzigen. De Woningwet schrijft een inspraaktraject voor in het geval de raad van plan is dat te doen. We willen graag een snel resultaat. De procedure is daarom direct door ons opgestart zodat een besluit door u op 18 februari aanstaande mogelijk is. Het beleidsvoornemen tot het aanwijzen van welstandsvrije projectmatige kavels in Geerpark ligt van 19 december 2013 tot en met 29 januari 2014 ter inzage. Het voorstel wordt verder, zoals gebruikelijk, behandeld in de informatievergadering Ruimte van 29 januari De inspraakperiode is dezelfde dag afgelopen. Afwijkend van de normale gang van zaken is het onvermijdelijk dat een inspraaknota met uw reactie op eventuele inspraakreacties pas na de informatievergadering Ruimte wordt nagezonden. Gelet op het onderwerp en de locatie lijkt de kans op inspraakreacties klein. Eventuele inspraakreacties en inspraaknota worden dus nagestuurd en deze stukken kunnen dan tijdens de raadsvergadering inhoudelijk worden besproken. Uw besluit treedt pas in werking nadat dit bekend is gemaakt en ter inzage gelegd. Het besluit zal worden opgenomen in het gemeenteblad. Dit zal worden bekendgemaakt op de gemeentelijke website en op de informatiepagina in De Scherper. Het besluit zelf is in te zien op Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 2

298 Onderwerp Aanwijzen welstandsvrije projectmatige kavels Geerpark De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 17 december 2013; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : tot het aanwijzen van een welstandvrije zone binnen het plangebied Geerpark bestaande uit de projectmatige kavels in de plandelen Morgen I en II, en de vrije kavels in de bebouwingsstrook aan de Mortelweg, overeenkomstig de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte kaart. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 3

299 Einde bijlage: RV aanwijzen welstandsvrije projectmatige kavels Geerpark pdf Terug naar het agendapunt

300 BIJL verbeelding projectmatige kavels Geerpark fase pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11478#

301 Fase 1a Fase 1c Fase 1a Geerpark Projectmatige Kavels Fase 1a en 1c projectnr.: schaal: datum: De auteursrechten van de grootschalige basiskaart Nederland (GBKN) en de kadastrale kaart berusten bij de Staat der Nederlanden. Krachtens dit auteursrecht mogen de gbkn en de kadastrale gegevens niet aan derden ter beschikking worden gesteld. Voor eventueel blijkende onvolledigheden of onjuistheden wordt door de gemeente Heusden geen enkele aansprakelijkheid of verantwoordelijkheid aanvaard. - nvt

302 Einde bijlage: BIJL verbeelding projectmatige kavels Geerpark fase pdf Terug naar het agendapunt

303 RV Beleidskader Transitie Sociaal Domein pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11520#

304 Onderwerp Beleidskader Transitie Sociaal Domein Heusden Raadsvoorstel Inleiding De rijksoverheid heeft besloten om met ingang van 1 januari 2015 een omvangrijke decentralisering van taken plaats te laten vinden in het brede sociale domein. Vanaf dat moment zullen taken op het gebied van werk en inkomen, de jeugdhulp en de Algemene wet bijzondere ziektekosten (Awbz) door de gemeenten worden uitgevoerd. De wettelijke basis hiervoor is nog onderwerp van parlementaire behandeling en wordt gevormd door de conceptwetteksten van: - de Participatiewet; - de Jeugdwet; - de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Er is dus nog geen vastgesteld wettelijk kader en er kleven dus nog de nodige onzekerheden aan de hele decentraliseringsoperatie. Wachten op zekerheid is echter geen optie. Dan zijn we te laat om alles nog in goede banen te kunnen leiden. Met inachtneming van de hiervoor genoemde onzekerheden, maar met de bedoeling om richting te kunnen geven aan een optimale uitvoering van deze nieuwe taken, is bijgaand beleidskader Transitie Sociaal Domein Heusden opgesteld. Wij stellen u voor om dit beleidskader vast te stellen en op basis daarvan de transitie in het Heusdense sociaal domein verder gestalte te geven. Feitelijke informatie Hiervoor is al aangegeven dat er sprake is van onzekerheden die de voorbereiding op het overnemen van de nieuwe taken lastig maken. Het gaat hier ondermeer over het exacte takenpakket, de omvang van de nieuwe doelgroep en de omvang van het budget dat we hiervoor van de rijksoverheid krijgen. Naar verwachting zal hierover pas medio 2014 meer duidelijkheid ontstaan. Wat we wel zeker weten, is dat de overheveling van taken van het rijk naar de gemeenten gepaard zal gaan met een forse korting op de beschikbaar te stellen budgetten. In hoofdstuk 6 van het beleidskader is dit nader uitgelegd. Hierdoor is ook duidelijk dat het niet raadzaam is om de bestaande systematiek onder gemeentelijke vlag voort te zetten. Het zal fundamenteel anders moeten. De decentralisering van taken krijgt daardoor de status van transitie, een overgang van een bestaande naar een nieuwe situatie. Het terugbrengen van ondersteuning en zorg naar en dichtbij onze inwoners en hun sociale omgeving fungeert daarbij als leidraad. Zoals aangegeven, kent elke decentralisatie een eigen wettelijk regiem. De Jeugdwet schrijft ondermeer voor dat een aantal vormen van hulp in regionaal verband moet worden georganiseerd en aangeboden. Een daarop toegespitst regionaal beleidskader jeugd ligt daarom tegelijkertijd met het voorliggende beleidskader ter besluitvorming voor. Ondanks de separate wetgevingstrajecten kiezen we voor de gehele transitie voor een integrale benadering van de nieuwe taken, een zogenaamde 3D-benadering. De oplossingsrichtingen worden niet alleen binnen de kolom van de betreffende decentralisatie gezocht, maar benaderd vanuit een breed perspectief van de verschillende levensdomeinen. Beleidskaders De relevante beleidskaders zijn in de bijgaande notitie opgenomen. Bij wijze van resumé en voor een concretisering van de besluitvorming treft u onderstaand een kort overzicht aan. ` Eigen kracht als vertrekpunt Het zelfoplossend vermogen van de inwoner vormt voortaan het begin van de oplossing. Pas als alle mogelijkheden dichtbij zijn benut, komen verder weg liggende voorzieningen in beeld. 1

305 Onderwerp Beleidskader Transitie Sociaal Domein Heusden Versterking nulde en eerste lijn Om het potentieel aan eigen kracht van onze inwoners zo optimaal mogelijk te kunnen benutten, is een versterking van de nulde en eerste lijn noodzakelijk. De mogelijkheden op het gebied van vrijwilligerswerk, mantelzorg, verenigingsleven, etcetera moeten zo veel mogelijk worden gefaciliteerd. Meer voorzieningen algemeen toegankelijk Veel ondersteunende voorzieningen zijn op dit moment alleen via indicatiestelling en op individuele basis beschikbaar in de tweedelijnszorg. We streven ernaar om zo veel mogelijk individuele voorzieningen algemeen toegankelijk te maken. Het gaat hierbij onder meer om (onderdelen) van hulp bij het huishouden. 3D benadering: één huishouden, één plan, één regisseur De wetgever benadert de decentralisaties vanuit afzonderlijke wetgeving. Wij hebben de overtuiging dat alleen wanneer er sprake is van een integrale benadering, er daadwerkelijk sprake kan zijn van een succesvolle kanteling. Ondersteuning dichtbij Om te zorgen voor een kanteling is het van belang de ondersteuning naar de inwoner te brengen in plaats van de inwoner te verwijzen naar de hulp. Een stevige nulde en eerste lijn zorgt per definitie voor laagdrempelige en algemeen toegankelijke voorzieningen dichtbij de (hulpvragende) inwoner. De uitgangspunten van het wijk- en buurtgericht werken zijn hierbij leidend. Maatschappelijk resultaat Elk huishouden komt in aanmerking voor een passende oplossing die is toegespitst op de in beeld gebrachte problematiek. Er is sprake van maatwerk in plaats van een claim op een standaard aanbod. Rolverdeling De rol van de (lokale) overheid is ook aan transitie onderhevig en verschuift van het voorschrijven van oplossingen naar ondersteuning bij het zelf oplossen van problemen. We moeten de natuurlijke organisatiereflex van een overheid leren te weerstaan en initiatieven durven los te laten op onze inwoners. Een rolverschuiving die uitermate goed aansluit bij onze slogan Dromen. Doen. Heusden.. Gemeentelijk vangnet Een groot deel van onze inwoners kan zichzelf redden. Een kleiner deel van onze inwoners zal zich echter zelf, of met behulp van hun sociale omgeving, (tijdelijk) onvoldoende kunnen redden. Deze inwoners zijn aangewezen op specialistische vormen van ondersteuning en zorg uit de tweede lijn. Het is onze gemeentelijke verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat deze inwoners op gepaste wijze toegang krijgen tot deze vormen van ondersteuning en zorg. Uitgangspunt hierbij blijft, lichte ondersteuning waar mogelijk en zware ondersteuning indien nodig. Afweging De door het rijk ingezette decentralisering van taken in het sociale domein heeft grote gevolgen voor alle participanten in dat sociale domein. De bijgaande notitie schetst het algemene beleidskader waarbinnen deze transitie in het Heusdense sociale domein gestalte moet krijgen. Het is daarmee een startpunt voor aanvullend beleid dat ervoor moet zorgen dat we op 1 januari 2015 klaar zijn om invulling te kunnen geven aan onze nieuwe taken. Dit beleidskader is afgestemd met de gemeenten in de subregio De Langstraat, Waalwijk en Loon op Zand. De kaders laten een grote mate van overeenstemming zien. Omdat de drie gemeenten ervoor kiezen om de ondersteuning zo dichtbij mogelijk te organiseren, kan de lokale invulling op onderdelen verschillend zijn. Inzet van Middelen De omvang aan inzet van financiële middelen op het gebied van de drie decentralisaties is groot. Het gaat bij benadering om een totaalbudget van meer dan 20 mln. dat via een apart sociaal fonds aan de gemeenten beschikbaar wordt gesteld. Verder is sprake van verschillende kortingspercentages van rijkswege op de beschikbaar te stellen budgetten. Het gaat hierbij om percentages die variëren van 4% tot 40%. 2

306 Onderwerp Beleidskader Transitie Sociaal Domein Heusden Meer duidelijkheid over de omvang van de budgetten en de toegepaste kortingen is echter pas te verwachten via de meicirculaire De uiteindelijke omvang van het budget zal het financieel kader vormen waarbinnen de vormgeving van de transitie plaats moet vinden. Zowel inwoners als aanbieders van zorg en ondersteuning zullen hun aandeel moeten leveren in de uitdaging om adequate ondersteuning te blijven leveren binnen de beschikbare budgetten. Aanbieders zullen er in die zin rekening mee moeten houden dat de kortingen van rijkswege in eerste instantie op hen worden afgewenteld. Daarnaast zal worden onderzocht voor welke onderdelen van de transities het mogelijk is om een eigen bijdrage te vragen. In 2014 zal ook duidelijk worden welke rol een aantal gesubsidieerde instellingen in de transities krijgt waardoor nieuwe subsidieafspraken gemaakt moeten worden. De verdere financiële uitwerking zal gekoppeld zijn aan de inhoudelijke invulling die in de loop van 2014 concreter vorm zal krijgen. Risico's De risico s die gemeenten lopen bij deze transitie zijn groot. Er zal worden gekort op de omvang van de budgetten, de vraag naar ondersteuning en zorg neemt toe en de tijd, die beschikbaar is om de beoogde transitie in denken en doen binnen het sociale domein tot stand te brengen, is kort. De VNG onderkent deze risico s en is hierover in onderhandeling met de rijksoverheid. Het vergroten van de financiële armslag is daarbij een belangrijk punt van gesprek. Wmo-adviesraad Aan de Wmo-adviesraad is gevraagd om advies uit te brengen over het conceptbeleidskader. Het advies treft u bijgaand aan. Procedure Het vaststellen van het voorliggende beleidskader is een eerste stap en geeft richting aan de manier waarop in het voorbereidingsjaar 2014 invulling moet worden gegeven aan de regionale en lokale organisatie van het sociaal domein. Met u is afgesproken om het thema transitie periodiek te bespreken in de loop van Op die momenten worden ook de vervolgstappen besproken. Vervolgstappen die we nu in beeld hebben, betreffen: - organisatorische vormgeving van de toegang: juni 2014; - vaststellen verordening voorzieningen: september 2014; - invulling inkoop: november Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 3

307 Onderwerp Beleidskader Transitie Sociaal Domein Heusden De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 21 januari 2014; gelet op de conceptteksten van de Wet maatschappelijke ondersteuning, de Jeugdwet en de Participatiewet; gezien het memo naar aanleiding van de informatievergadering; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : het Beleidskader Transitie Sociaal Domein Heusden vast te stellen. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 4

308 Einde bijlage: RV Beleidskader Transitie Sociaal Domein pdf Terug naar het agendapunt

309 Memo nav IV Beleidskader Transitie Sociaal Domein.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11519#

310 M E M O R A A D Aan: de leden van de raad Van: college van Heusden Datum: 3 februari 2014 Onderwerp: Tekstuele aanpassingen Beleidskader Transitie Sociaal Domein Doel: ter kennisname/ter informatie Aanleiding: toezegging Aard informatie: openbaar Aanleiding Tijdens de informatievergadering samenleving van 30 januari 2014 is door wethouder Van Engeland een drietal toezeggingen gedaan. Het betreffen tekstuele aanpassingen aan het Beleidskader Transitie Sociaal Domein. Informatie De oorspronkelijke formulering nukken en grillen op bladzijde 5 is vervangen door een meer neutrale weergave. Paragraaf 3.3 op bladzijde 14 is meer samenhangend opgesteld. Het streven is erop gericht om een aantal individueel verstrekte voorzieningen collectief en algemeen toegankelijk te maken. Een aantal voorbeelden is ter verduidelijking opgesomd. Aan het eind van de paragraaf is aangegeven dat subsidie een belangrijk middel kan zijn om deze overgang van individueel naar collectief mogelijk te maken. In zijn algemeenheid is getracht het aandeel van de Participatiewet in de integrale 3D benadering beter voor het voetlicht te brengen. Werk en inkomen maakt integraal onderdeel uit van de totale transitie in het sociale domein. Als zodanig is dit vindbaar in de nulde lijn via de basisprofessionals die op de negen levensdomeinen actief zijn op de diverse vindplaatsen (blz. 19). Verder is het de bedoeling dat de generalistische invulling van een gebiedsgericht team ook het aandachtsveld werk en inkomen herbergt (blz. 19). Het aandachtsveld werk en inkomen maakt in het voorkomende geval onderdeel uit van het arrangement dat van toepassing is op een huishouden dat daarvoor in aanmerking komt (blz. 21). De uitvoeringsorganisatie Baanbrekers wordt door de drie gemeenten vanuit deze integrale benadering ingezet.

311 Einde bijlage: Memo nav IV Beleidskader Transitie Sociaal Domein.pdf Terug naar het agendapunt

312 BIJL Beleidskader Transitie Heusden pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11518#

313 Beleidskader Transitie Sociaal Domein Heusden 1

314 Inhoudsopgave 1. Inleiding Wettelijk kader Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Wmo inhoudelijk Gebruik Wmo De Jeugdwet Jeugdwet inhoudelijk Regionaal beleidskader Gebruik Jeugdwet De Participatiewet Participatiewet inhoudelijk Gebruik Participatiewet Visie en uitgangspunten Eigen kracht als vertrekpunt Versterking nulde en eerste lijn Meer voorzieningen algemeen toegankelijk D-benadering: één huishouden, één plan, één regisseur Ondersteuning dichtbij Maatschappelijk resultaat Rolverdeling Gemeentelijk vangnet Ondersteuning en zorg beschikbaar In de nulde lijn In de eerste lijn Gebiedsgericht team Toegang tweede lijn Keuzevrijheid en inkoop Mogelijkheden zorg Inkoop Overgangsrecht Inkoop nulde en eerste lijn Inkoop tweede lijn Financiële kaders Kortingspercentages Kosten en budgetten Bijlage 1 Begrippenkader Bijlage 2 Afkortingenlijst Bijlage 3 Overzicht zorgaanbieders Bijlage 4 Stroomschema

315 1. Inleiding Het Kabinet Rutte II heeft in het regeerakkoord vast laten leggen dat tijdens deze regeerperiode ( ) de langdurige zorg grondig wordt hervormd. In Nederland is volgens dit regeerakkoord de laatste decennia namelijk een te zwaar opgetuigde verzorgingsstaat opgebouwd met zorg en welzijn voor iedereen. Het gevolg is dat onze huidige verzorgingsstaat op termijn niet betaalbaar te houden is. Daarnaast komen er ook steeds meer bezwaren van ideologische aard. De nadruk is verschoven van de hulpvragende en zijn omgeving naar de professionele hulpverlening. Een grote groep inwoners is het zelfoplossend vermogen kwijtgeraakt door de vanzelfsprekendheid in onze huidige verzorgingsstaat dat het voor de inwoner wel wordt opgelost. Om dit tij te kunnen keren, zullen ingrijpende veranderingen moeten worden doorgevoerd. Een kanteling in denken en doen is noodzakelijk. De rijksoverheid en de gemeenten gaan er vanuit dat deze veranderingen het beste door gemeenten kunnen worden uitgevoerd. Zij vormen immers de overheidslaag die het dichtst bij de inwoners staat. De gemeente kent de inwoners beter dan de rijksoverheid en is dus beter in staat om in te spelen op de behoeften van de inwoner. De rijksoverheid heeft daarom besloten om met ingang van 1 januari 2015 een omvangrijke decentralisering van taken plaats te laten vinden in het brede sociale domein. Vanaf dat moment zullen taken op het gebied van werk en inkomen, de jeugdhulp en de Algemene wet bijzondere ziektekosten (Awbz) door gemeenten worden uitgevoerd. Een nadere omschrijving van het wettelijk kader en de bijbehorende taken komt in hoofdstuk 2 van deze notitie aan de orde. Om de betaalbaarheid van ons zorgsysteem ook op de langere termijn te kunnen waarborgen, zal de geplande overheveling van taken gepaard gaan met een behoorlijke korting op de bestaande rijksbudgetten. Alleen al daarom zal het niet mogelijk zijn om de bestaande werkwijze onder gemeentelijke vlag voort te zetten. Het zal fundamenteel anders moeten. De decentralisering van taken krijgt daardoor de status van transitie, een overgang van een bestaande naar een nieuwe situatie. Het terugbrengen van ondersteuning en zorg naar en dichtbij onze inwoners en hun sociale omgeving fungeert daarbij als leidraad. Wij kiezen hierbij voor een integrale benadering van de nieuwe taken, een zogenaamde 3Dbenadering. De oplossingsrichtingen worden niet alleen binnen de kolom van de betreffende decentralisatie gezocht, maar benaderd vanuit een breed perspectief van de verschillende levensdomeinen. In hoofdstuk 3 gaan wij hier nader op in. Deze notitie schetst het algemene beleidskader waarbinnen deze transitie in het Heusdense sociale domein gestalte moet krijgen. Het is daarmee slechts een startpunt voor aanvullend beleid dat ervoor moet zorgen dat we op 1 januari 2015 klaar zijn om invulling te kunnen geven aan onze nieuwe taken. Dit beleidskader is afgestemd met de gemeenten in de (sub)regio De Langstraat, Waalwijk en Loon op Zand. De kaders laten een grote mate van overeenstemming zien. De lokale invulling kan op onderdelen verschillend zijn. 3

316 De opbouw van deze notitie is als volgt. Hoofdstuk 2 gaat nader in op de wettelijke kaders van de afzonderlijke wetgeving waarbinnen de transitie plaats moet gaan vinden. In hoofdstuk 3 schetsen we onze visie en de daarbij behorende uitgangspunten op basis waarvan we invulling willen geven aan de transitie. In hoofdstuk 4 gaan we nader in op de vraag hoe we ervoor gaan zorgen dat ondersteuning en zorg beschikbaar blijven voor onze inwoners die dit werkelijk nodig hebben. Hoofdstuk 5 belicht het onderwerp keuzevrijheid voor de inwoner die ondersteuning nodig heeft. Hoofdstuk 6 sluit af met het financieel perspectief waarbinnen de transitie plaats moet vinden. 4

317 2. Wettelijk kader In de inleiding van deze notitie is al aangegeven dat we te maken hebben met drie decentralisaties die weliswaar een sterke onderlinge samenhang vertonen, maar van rijkswege toch worden voorzien van een eigen wettelijk kader. Ten tijde van het schrijven van deze notitie zijn deze wettelijke kaders nog onderwerp van parlementaire behandeling en is er dus nog geen sprake van wettelijke zekerheden. Met name op het gebied van de exacte taken, de omvang van de doelgroep en de beschikbare financiën voor gemeenten zijn nog de nodige onduidelijkheden. Dit maakt de gemeentelijke opdracht er niet eenvoudiger op. Als we echter gaan wachten met het vaststellen van beleidskaders en de daaropvolgende implementatie totdat er sprake is van volledige duidelijkheid, zijn we waarschijnlijk te laat. We moeten erop vertrouwen dat de parlementaire behandeling van de afzonderlijke trajecten tijdig wordt afgerond en het beleid en de daaropvolgende uitvoering noodgedwongen baseren op een aantal aannames. De voorliggende notitie moet dus ook vanuit dat perspectief worden bezien. De grote lijn is duidelijk, maar de meer gedetailleerde invulling van de nieuwe taken zal mede afhankelijk zijn van de wijzigingen die gedurende het wetgevingstraject nog plaats kunnen vinden. Hierna volgt een korte uitleg van het huidig wettelijk kader voor de drie decentralisaties en een indicatie van het aantal inwoners van Heusden dat op dit moment gebruik maakt van voorzieningen op dat gebied. 2.1 Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) regelt dat mensen met een beperking, chronische, psychische of psychosociale problemen ondersteuning krijgen om te bevorderen, dat zij zo lang mogelijk thuis of in de eigen leefomgeving kunnen blijven wonen. Het kan gaan om ouderen, mensen met een beperking of mensen met psychische problemen Wmo inhoudelijk De Wmo bestaat sinds 1 januari 2007 en is destijds in het leven geroepen om het bestaande gemeentelijke welzijnswerk te verstevigen met functies uit de Wet voorzieningen gehandicapten (woningaanpassingen, vervoersvoorzieningen, rolstoelen) en de Awbz (hulp bij het huishouden). In de vernieuwde Wmo, die ingaat op 1 januari 2015, staan drie doelen centraal: 1. Het bevorderen van sociale samenhang, de mantelzorg, het vrijwilligerswerk en de veiligheid en leefbaarheid in de gemeente, alsmede het voorkomen en bestrijden van huiselijk geweld. 2. Het ondersteunen van de zelfredzaamheid en de participatie van personen met een beperking of met chronische, psychische of psychosociale problemen, zoveel mogelijk in de eigen leefomgeving. 3. Het bieden van opvang (maatschappelijke opvang, vrouwenopvang, beschermd wonen en verslavingszorg vallen hieronder). 5

318 De belangrijkste veranderingen of aanscherpingen ten opzichte van de bestaande Wmo hebben betrekking op de begrippen zelfredzaamheid en participatie. Gemeenten moeten mantelzorgers en vrijwilligers ondersteunen en algemene voorzieningen en maatwerkvoorzieningen bieden. Dit alles met de bedoeling de zelfredzaamheid en participatie van de inwoners te vergroten. Verder wordt in de nieuwe Wmo het begrip maatwerkvoorziening geïntroduceerd in plaats van de compensatieplicht. Van belang in dit verband is de dialoog tussen de inwoner en de gemeente over de benodigde ondersteuning. De gemeente en de inwoner hebben meer ruimte dan voorheen om samen tot oplossingen te komen die zijn toegesneden op individuele en lokale omstandigheden. Het keukentafelgesprek zoals we dat in Heusden al een aantal jaren hebben geïntroduceerd, krijgt daarmee dus een wettelijke basis. De achterhaalde negen prestatievelden 1 uit de huidige Wmo komen hiermee te vervallen. Vanuit de Awbz komen met ingang van 2015 de volgende onderdelen over naar de Wmo: 1. Begeleiding, hierbij gaat het bijvoorbeeld om dementerenden die een aantal keren per week op een locatie deelnemen aan een groepsactiviteit (dagbesteding). 2. Kortdurend verblijf, hierbij gaat het bijvoorbeeld om opvang van verstandelijk gehandicapten in het weekend om de mantelzorgers te ontzien. 3. Persoonlijke verzorging, hierbij gaat het bijvoorbeeld om hulp bij het wassen of douchen of eenvoudige medische handelingen. In het begrippenkader in bijlage 1 worden deze onderdelen nader toegelicht. Eventueel noodzakelijk vervoer ten behoeve van begeleiding en/of kortdurend verblijf valt straks ook onder de gemeentelijke verantwoordelijkheid. Voor wat betreft het onderdeel persoonlijke verzorging is op het moment van schrijven van deze notitie nog onzeker of dit ook werkelijk wordt overgeheveld naar de gemeenten. Het Kabinet heeft namelijk aangegeven er de voorkeur aan te geven om dit onderdeel onder te brengen bij de Zorgverzekeringswet (Zvw). Met de uitgangspunten van de nieuwe wet betekent dit dat het wettelijke recht op zorg, zoals dat nu is opgenomen in de Awbz, komt te vervallen. Voor de inwoners met een langere indicatie na 1 januari 2015 geldt waarschijnlijk een overgangsregeling voor een periode van één jaar. Welke veranderingen dit voor de betreffende inwoner precies tot gevolg zal hebben, is nu nog niet duidelijk. De zware, onverzekerbare zorg (bijvoorbeeld binnen verpleeghuizen) voor de meest kwetsbare mensen blijft in de kern-awbz die in de toekomst waarschijnlijk Wet langdurige intensieve zorg (Liz) gaat heten Gebruik Wmo Op de peildatum 1 januari 2013 maakten circa 1130 inwoners aanspraak op het gebruik van Awbz producten die straks worden overgeheveld naar de gemeente. 1 Leefbaarheid, Jeugd, Informatie en advies, Mantelzorg en vrijwilligers, Participatie, Voorzieningen, Maatschappelijke opvang, Openbare geestelijke gezondheidszorg, Verslavingszorg. 6

319 Daarbij gaat het om ondersteuning in de vorm van de verschillende vormen van begeleiding, kortdurend verblijf en persoonlijke verzorging. Als de functie persoonlijke verzorging niet wordt overgeheveld naar de gemeenten, betekent dit een halvering van het genoemde aantal inwoners. Deze gegevens komen van de Decentralisatie Monitor (Wmo Kantoor, 2013) en hebben betrekking op alle inwoners die niet in een instelling zijn gehuisvest (intramuraal). Van deze Awbz producten wordt ongeveer 21% verstrekt in de vorm van een persoonsgebonden budget (PGB) en 79% in de vorm van Zorg in Natura (ZIN). 2.2 De Jeugdwet In de huidige situatie is de zorg voor de jeugd georganiseerd in tal van wetten en voorzieningen en al jaren wordt gewerkt aan een stroomlijning hiervan. De ontwikkelingen rondom het Centrum Jeugd en Gezin (CJG) zijn hier een voorbeeld van. De nieuwe wet verlegt een groot deel van de taken rondom de jeugdhulp naar het lokale (gemeentelijke) of regionale niveau. Van de drie decentralisaties is de parlementaire voortgang van de Jeugdwet het verst gevorderd. De Tweede Kamer heeft zich hierover reeds uitgesproken en de Eerste Kamer is op het moment van schrijven van deze notitie aan zet. In vervolg hierop is ook de implementatie van deze wetgeving het verst gevorderd Jeugdwet inhoudelijk De gemeente krijgt vanaf 1 januari 2015 de regie over alle jeugdhulp 2 voor 0-18 jaar. Het gaat daarbij om het volgende takenpakket: - De geestelijke gezondheidszorg voor de jeugd (j-ggz). De j-ggz biedt hulp aan kinderen, jongeren en adolescenten van 0 tot 23 jaar met psychiatrische of psychosociale klachten die zo ernstig zijn dat zij daardoor in hun ontwikkeling worden bedreigd. Hieronder valt ook enkelvoudige, ernstige dyslexiezorg voor 7-13 jarigen. - De provinciale jeugdzorg. Hieronder vallen: - de toegang tot de diverse vormen van jeugdzorg via Bureau Jeugdzorg; - het advies- en meldpunt kindermishandeling (AMK); - de kindertelefoon; - ambulante jeugdzorg: hulpverlening aan jeugdigen of hun opvoeders bij opgroeien opvoedingsproblemen op locatie van de instelling of thuis in het gezin; - residentiële jeugdzorg: hulpverlening waarbij kinderen of jongeren van 0-18 jaar, op vrijwillige basis, (tijdelijk) dag en nacht buiten hun eigen omgeving verblijven, onder meer in leefgroepen, behandelgroepen, gezinsgroepen en kamertrainingscentra; - pleegzorg. - De jeugdzorg Plus of de gesloten jeugdzorg. Dit is een vorm van zorg en behandeling voor jongeren met ernstige gedragsproblemen. Jongeren worden gedwongen opgenomen en krijgen in hun eigen belang hulp in een gesloten omgeving. Jeugdzorgplus is niet bedoeld als straf. 2 Dit is op basis van het wetsvoorstel van 1 juli

320 - De jeugdreclassering: hulpverlening aan jeugdigen die verdacht worden van of veroordeeld zijn wegens een strafbaar feit. Deze wordt uitgevoerd door het Bureau Jeugdzorg in opdracht van de Raad voor de Kinderbescherming, de officier van justitie of de kinderrechter. Dit kan zowel binnen een gedwongen als binnen een vrijwillig, maar niet vrijblijvend kader worden ingezet 3. In het huidige stelsel is dit ondergebracht bij Bureau Jeugdzorg. - De jeugdbescherming. Dit is onvrijwillige hulpverlening op grond van een door de kinderrechter uitgesproken maatregel, waardoor het ouderlijk gezag wordt beperkt of ontnomen (onder toezichtstelling), omdat er sprake is van een ernstige bedreiging voor het kind vanwege mishandeling of verwaarlozing, van een ernstige wetsovertreding door minderjarigen of als het ouderlijk gezag ontbreekt. - De zorg voor de jeugd met een (licht)verstandelijke beperking (jeugd-vb). Met uitzondering van de verblijfszorg voor jeugdigen die heel hun leven intensieve 24- uurszorg nodig zullen hebben. - Begeleiding, persoonlijke verzorging en kortdurend verblijf voor jeugdigen met verstandelijke, lichamelijk of zintuiglijke beperking of een somatische of psychiatrische aandoening of beperking. De nieuwe Jeugdwet geeft bepaald niet alle ruimte voor de vrije invulling door de gemeente. De Jeugdwet legt verplichtingen op rondom de zorg die geleverd moet worden en wat betreft de samenwerkingsverbanden die hiervoor moeten worden aangegaan. Voor wat betreft de wettelijk verplichte levering van jeugdhulp gaat het om: - directe hulp in situaties waarbij er sprake is van onveiligheid voor het kind; - een 24-uurs crisisdienst; - maatregelen die worden opgelegd door tussenkomst van een rechter. Deze maatregelen moeten door de gemeente geleverd en uitgevoerd worden; - de continuering van de zorg die onder de huidige Wet op de jeugdzorg valt voor de bestaande cliënten en de cliënten op de wachtlijst in Voor cliënten in de jeugdreclassering en jeugdbescherming kan hierbij overigens wel worden gezocht naar een alternatief aanbod. Voor wat betreft de wettelijk verplichte samenwerkingsverbanden in de regio of met organisaties gaat het om: - de jeugdbescherming en jeugdreclassering, de zorg die valt onder veiligheid en in het gedwongen kader, moeten vanuit de wet op regionaal niveau worden georganiseerd (in het geval van Heusden gaat het om de regio Hart van Brabant) en aansluiten bij het zorg- en veiligheidshuis; - de jeugdbeschermingsmaatregelen (b.v. diverse vormen van voogdij, maar ook jeugdreclassering) moeten worden uitgevoerd door gecertificeerde instellingen. 3 Als de jongere zich niet aan de afspraken houdt, moet hij/zij alsnog zijn straf uitzitten. 8

321 Deze gecertificeerde instellingen bepalen welke jeugdhulp nodig is en de gemeente heeft een leveringsplicht. Deze zorg wordt nu uitgevoerd door Bureau Jeugdzorg, maar deze organisatie houdt per 1 januari 2015 op te bestaan; - de samenwerking met de Raad voor de Kinderbescherming moet worden vastgelegd in een protocol Regionaal beleidskader Zoals uit het bovenstaande blijkt, moet een deel van de taken op het gebied van jeugdzorg in regionaal verband worden opgepakt. Heusden werkt hiervoor samen in de regio Hart van Brabant. Daarnaast is vanuit de regionale samenwerking gekeken naar taken die voordeel opleveren als wij dit regionaal oppakken. De onderdelen die verplicht of wenselijk regionaal worden vorm gegeven, zijn opgenomen in het regionale beleidskader. Dit regionale beleidskader ligt tegelijkertijd met dit lokale Beleidskader Transitie ter vaststelling voor. 1. Het Regionale beleidskader heeft raakvlakken met de lokale verantwoordelijkheid. De lokale verantwoordelijkheid gaat uit van een toereikend basisaanbod aan ondersteuning voor kinderen, jongeren en ouders. 2. Een frontlijn 4 met minimaal de volgende hoofdfuncties: - vraagverheldering, met toepassing van de regionaal ontwikkelde instrumenten quick scan en integrale vraaganalyse ; - bepalen van benodigde ondersteuning; - uitvoeren of regelen van ondersteuning; - toegang tot gespecialiseerde (jeugd)hulp; - regievoering. 3. Het mandaat van de frontlijn voor het toewijzen van hulp uit het basisaanbod. Toewijzing van specialistische hulp gebeurt altijd na overleg tussen de frontlijnmedewerker en (een of meer) leden van het specialistisch team. Meervoudige oordeelsvorming is een voorwaarde voor het inzetten van specialistische hulp. 4. Binnen het mandaat van de frontlijn wordt er onderscheid gemaakt tussen vrij toegankelijk aanbod en specialistisch aanbod. Voor de afbakening hanteren we vooralsnog als richtlijn een bedrag van 3.000,00 per traject 5. Een aandachtspunt voor de lokale inrichting van de decentralisatie jeugdhulp is de samenwerking met de huisartsen, medisch specialisten en de jeugdarts. Deze professionals krijgen binnen de Jeugdwet namelijk de ruimte om direct te kunnen verwijzen naar alle vormen van jeugdhulp. Een ander aandachtspunt is de relatie van de Jeugdwet met de reeds vastgestelde wet Passend Onderwijs. Met de invoering van Passend Onderwijs (1 augustus 2014) wil men komen tot een efficiënt en effectief stelsel van onderwijs waarin leerlingen het onderwijs krijgen wat bij hen past. Door het aanbieden van extra ondersteuning op school zijn er minder leerlingen die doorverwezen worden naar het speciaal onderwijs. 4 Lokale organisatie van de nulde en eerste lijn 5 Beargumenteerde uitzonderingen zijn mogelijk; hiervoor geldt een regionale meldplicht. In 2015 monitoren we de effectiviteit van deze afbakening en bekijken we of deze in 2016 bijgesteld moet worden. 9

322 De leerlingen voor wie ondersteuning binnen Passend Onderwijs nodig is, zijn vaak ook de jeugdigen die opvoed- en opgroeiondersteuning of jeugdhulp krijgen Gebruik Jeugdwet Op basis van cijfers over zorggebruik, de kosten en de wijze van financiering is het mogelijk om een voorzichtige inschatting te maken over de omvang van de doelgroep. Uit landelijke cijfers blijkt dat zo n 15% van de jeugdigen serieuze problemen ervaart bij het opgroeien (in Heusden zouden dit ongeveer 1400 jeugdigen zijn). Op basis van de beschikbare gegevens uit de landelijke jeugdmonitor 6 kunnen we een voorlopige inschatting geven van het gebruik van de jeugdzorg. De jeugdmonitor gaat uit van ongeveer 1300 Heusdense jeugdigen in de jeugdhulp. Hiervan zijn er zo n 235 die nu jeugdzorg en begeleiding krijgen vanuit de Awbz (o.a. verstandelijk en lichamelijk gehandicapten), 865 jeugdigen die zorg krijgen vanuit de Zorgverzekeringswet (Zvw, met name j-ggz) en 215 jeugdigen die ondersteund worden vanuit de provinciale jeugdzorg. 2.3 De Participatiewet Mensen met een bijstandsuitkering en gedeeltelijk arbeidsongeschikten vinden vaak moeilijk werk. Met de Participatiewet wil het kabinet hen helpen weer mee te doen in de samenleving. Zo veel mogelijk mensen moeten zo optimaal mogelijk participeren in de samenleving. Betaald werk of vrijwilligerswerk met behoud van uitkering is hiervoor vaak een belangrijke voorwaarde Participatiewet inhoudelijk De Participatiewet voegt de Wet werk en bijstand (Wwb), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een deel van de Wajong 7 samen. Er is straks dus één regeling voor iedereen die in staat is om te werken. Voor mensen die nog geen werk hebben gevonden, blijft er een sociaal vangnet in de vorm van een bijstandsuitkering. De Wajong blijft verder bestaan voor de groep die volledig en voor altijd arbeidsongeschikt is en de Wsw is er alleen nog maar voor de mensen die in aanmerking komen voor beschut werk. Hierbij is ook geen nieuwe instroom meer mogelijk. De Participatiewet moet wel zo veel mogelijk voorkomen dat mensen in dit vangnet blijven hangen. 6 K2 factsheet meicirculaire 2013 bijlage 1 cijfers CBS jeugdmonitor Midden-Brabant. Voor de complete jeugdmonitor zie 7 Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten 10

323 Concreet betekent dit voor de inwoners van Heusden het volgende: - een inwoner die een bijstandsuitkering heeft of aanvraagt bij de gemeente moet zo snel mogelijk weer werk vinden. Daarop wordt hij voorbereid door b.v. contacten met werkgevers via bedrijfsbezoeken e.d. (Talent2Work) en eventueel een gerichte opleiding of training; - mensen die nu een uitkering hebben op basis van de Wajong, de Wwb of de Wsw zullen, voor zover zij (gedeeltelijk) kunnen werken, ook regulier werk moeten vinden. Werkgevers worden geacht mee te werken aan het realiseren van banen voor mensen met een arbeidsbeperking. Hierover zijn in de vorm van een banenquotum 8 op rijksniveau afspraken gemaakt in het Sociaal Akkoord; - van inwoners waarvoor de afstand tot de arbeidsmarkt nog te groot is, kan een tegenprestatie worden gevraagd. Dat kan zijn vrijwilligerswerk, onbetaald werk, enz. Deze tegenprestatie wordt door de wetgever omschreven vanuit de gedachte voor wat, hoort wat. Zonder deze grondgedachte uit het oog te verliezen, opteren wij echter voor een benadering waarbij de geformuleerde reïntegratiedoelstelling, een zo optimaal mogelijke participatie in de maatschappij, voorop staat. In feite betekent dit voor inwoners dat niemand aan de kant hoeft te blijven staan, maar ook niet kàn blijven staan. De inzet van inwoners als vrijwilligers is ook nodig om aan de stijgende vraag naar hulp in de samenleving te kunnen voldoen. Huishouduitkeringstoets Naast de begeleiding naar werk is in de wet ook een beperking opgenomen ten aanzien van het recht op inkomensondersteuning doordat niet naar het individuele inkomen wordt gekeken, maar een zogenaamde huishouduitkeringstoets wordt gedaan. Dit voorkomt dat binnen een huishouden sprake kan zijn van een stapeling van uitkeringen, waardoor de inkomsten hoger zouden kunnen zijn dan in een huishouden waar wel sprake is van betaalde arbeid. Dit kan vooral consequenties hebben voor mensen die nu onder de werking van de Wsw of Wajong vallen. Arbeidsmarktregio s en werkbedrijven Nederland is onderverdeeld in 35 arbeidsmarktregio's. De gemeente Heusden maakt onderdeel uit van regio 27, Brabant Midden. De arbeidsmarktregio s krijgen een belangrijke rol om mensen met een arbeidsbeperking aan het werk te helpen. In elk arbeidsmarktregio moet een Werkbedrijf worden ingericht. Gemeenten hebben een sturende rol bij de totstandkoming van deze Werkbedrijven. Werkgevers- en werknemersorganisaties nemen deel aan het bestuur. De Werkbedrijven spelen een belangrijke rol bij het plaatsen van mensen op de extra banen uit de banenafspraak (banenquotum) die de sociale partners met het kabinet hebben gemaakt. Werkbedrijven hebben onder andere als doel om werkgevers die mensen met een arbeidsbeperking in dienst nemen te 'ontzorgen'. In samenspraak met in eerste instantie de gemeenten in de subregio de Langstraat en de overige gemeenten in regio 27, zal nader moeten worden bezien hoe het regionale werkbedrijf verder wordt vorm gegeven. 8 Creëren van extra banen tot 2026 voor mensen die niet in staat zijn een inkomen op het niveau van het wettelijk minimum te verdienen. 11

324 Wat ons betreft is deze vormgeving er met name op gericht om een vorm te vinden die past bij de kenmerken van onze arbeidsmarktregio en daarnaast aansluit bij vanuit de historie bestaande structuren. Een en ander moet met name de bestaande gemeenschappelijke regeling Baanbrekers ondersteunen. Beschut werk Een belangrijke bepaling in de nieuwe wet is de Voorziening voor beschut werk. Deze voorziening is bedoeld voor mensen die door hun lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking een zodanige mate van begeleiding en aanpassingen van de werkplek nodig hebben, dat niet van een reguliere werkgever mag worden verwacht dat men deze mensen in dienst neemt. Met de voorziening voor beschut werk kan de gemeente deze mensen toch nog in een dienstbetrekking laten werken. Het is een gemeentelijke taak om in samenspraak met het regionaal werkbedrijf deze voorziening voor beschut werk te organiseren. Op termijn moet dit landelijk plaatsen voor beschut werk opleveren. De financiering daarvan zal plaats moeten vinden via de geldende CAO-bepalingen en via een daarop gerichte loonkostensubsidie. 9 Het organiseren van deze voorziening zal in eerste instantie op subregionaal niveau van de Langstraat worden vorm gegeven via een daarvoor op te stellen verordening met de gemeenten Loon op Zand en Waalwijk. In het verlengde daarvan zal tevens afstemming moeten worden gezocht met het regionaal werkbedrijf. Baanbrekers In aanloop naar de invoering van de Participatiewet hebben de gemeenten Heusden, Loon op Zand en Waalwijk al besloten de ISD-ML (intergemeentelijke sociale dienst) en WML (sociale werkvoorziening) te laten fuseren tot één uitvoeringsorganisatie: Baanbrekers. Baanbrekers is per 1 januari 2013 van start gegaan. Ter voorbereiding op de komst van de Participatiewet hebben de gemeenteraden van de gemeenten in de Langstraat in het tweede kwartaal 2013 de nota Iedereen doet mee vastgesteld. De kaders die daarin zijn vastgesteld door de gemeenteraden zijn in deze notitie opgenomen Gebruik Participatiewet Het aantal inwoners uit de gemeente Heusden dat te maken gaat krijgen met de Participatiewet, ziet er als volgt uit. - De Wsw heeft in Heusden betrekking op rond de 225 inwoners en 15 op de wachtlijst. Ongeveer 440 inwoners maken gebruik van de Wajong. - De Wwb uitkering wordt door 524 inwoners gebruikt (Bron: bestuursrapportage derde kwartaal 2013 Baanbrekers). 9 Verschil tussen het wettelijk minimumloon en de loonwaarde. De subsidie is maximaal 70% van het wettelijk minimumloon. 12

325 3. Visie en uitgangspunten Meer doen met minder middelen. Zowel in deze notitie als in het beleidskader Wmo Meerdoen in Heusden 10 speelt dit uitgangspunt een belangrijke rol. Mede gelet op de kortingen op de rijksbudgetten zal het met name op de langere termijn geen optie zijn om de bestaande werkwijze over te nemen. Er zal dus sprake moeten zijn van een fundamenteel andere aanpak. Er moet dus sprake zijn van omdenken. Om deze andere aanpak gestalte te kunnen geven, schetsen we in dit hoofdstuk een aantal belangrijke kaders die de pijlers moeten vormen onder de gemeentelijke visie op het gebied van de transitie. De gemeente Heusden streeft naar een op welzijn gerichte samenleving waarin inwoners zichzelf en anderen helpen en waarin mensen sociaal en economisch zelfredzaam zijn, een participatiesamenleving. Daarbij gaan we in eerste instantie uit van de eigen kracht van inwoners en hun sociale netwerk. Voor een kleinere groep (kwetsbare) inwoners die (tijdelijk of permanent, geheel of gedeeltelijk) niet zelfstandig kunnen zijn bieden we zo tijdelijk mogelijke ondersteuning. 3.1 Eigen kracht als vertrekpunt De eigen kracht van onze inwoners is het vertrekpunt voor het vinden van een passende oplossing. Niet het probleem of de beperking waar een inwoner mee worstelt staat centraal, maar het zelfoplossend vermogen van de inwoner in kwestie. Een inwoner met een hulpvraag: - is primair zelf verantwoordelijk voor zijn eigen hulpvraag en oplossing; - klopt voor hulp zo nodig aan bij het eigen sociale netwerk; - kan deze hulp versterken via georganiseerd vrijwilligerswerk; - kan in vervolg daarop gebruik maken van algemene of collectieve voorzieningen; - krijgt in het uiterste geval steun van professionele, individuele voorzieningen. Schematisch ziet dit er als volgt uit: Figuur 1 Eigen kracht cirkel 10 Vastgesteld gemeenteraad 22 mei

326 3.2 Versterking nulde en eerste lijn Het sociaal domein is opgedeeld in verschillende onderdelen om de intensiteit van de mogelijke ondersteuning aan te geven. Men spreekt van nulde en eerste lijn aan de ene kant en van tweedelijnszorg aan de andere kant. Met de nulde en eerste lijn wordt met name het gewone leven bedoeld en de tweedelijnszorg omvat specialistische zorg. Om het potentieel aan eigen kracht van onze inwoners zo optimaal mogelijk te kunnen benutten, is een versterking van de nulde en eerste lijn noodzakelijk. In de nulde en eerste lijn speelt zich immers het normale leven af en spelen mantelzorg, vrijwilligerswerk, verenigingsleven en huisartsenzorg een belangrijke rol. Deze lokale organisatie wordt binnen de jeugdhulp de frontlijn genoemd. In het begrippenkader in bijlage 1 wordt deze terminologie nader beschreven. Alleen dan als er sprake is van een degelijke basis waar onze inwoners op kunnen rekenen, slagen we erin om inwoners met succes gebruik te laten maken van hun zelfoplossend vermogen. 3.3 Meer individuele voorzieningen algemeen toegankelijk In het verlengde van de noodzaak tot versterking van de nulde en eerste lijn, streven wij ernaar om zo veel mogelijk individuele voorzieningen die nu alleen via een Wmo- of Awbzindicatie toegankelijk zijn in de tweede lijn, algemeen toegankelijk en beschikbaar te maken in de nulde en eerste lijn. Het mes snijdt hierbij aan twee kanten. De eigen kracht en het zelfoplossend vermogen van de inwoner wordt vergroot en relatief dure individuele voorzieningen worden een stuk goedkoper voor iedereen toegankelijk. Voorbeelden van mogelijkheden om individuele voorzieningen collectief en algemeen toegankelijk aan te bieden, zijn: - het realiseren van een scootmobielpool; - het stimuleren en faciliteren van het hergebruik van hulpmiddelen 11 ; - (delen van) de hulp bij het huishouden algemeen toegankelijk maken. We onderzoeken of het mogelijk is diensten zoals ramen wassen, tuin bijhouden, en boodschappen doen zodanig aan te bieden dat mensen met een bijstandsuitkering daar leer- en werkervaring kunnen opdoen. Dit versterkt tevens de integratie met de Participatiewet. Ook inwoners die geen recht hebben op hulp bij het huishouden, maar dit wel willen inkopen, kunnen hiervan gebruik maken; - het combineren van verschillende vormen van vervoer (Wmo, leerlingenvervoer, Awbz-vervoer), zodat we door slimme combinaties kosten kunnen besparen. Daarnaast investeren we in ondersteuning die erop gericht is om burgers zelfstandig te leren reizen, zodat zij minder/geen gebruik meer hoeven te maken van door de gemeente georganiseerde vervoersvoorzieningen; - de lokale inbedding en organisatie van de jeugdhulp tot de in het regionaal beleidskader jeugd vastgelegde limiet van 3.000,00. Het is verder de bedoeling om ook de herijking van het gemeentelijk subsidiebeleid een rol te laten spelen bij deze versterking van de nulde en eerste lijn. De financiering van algemeen toegankelijke voorzieningen in deze frontlijn vindt immers veelal plaats door middel van de subsidiëring van organisaties die dergelijke diensten aanbieden. 11 Rolstoel, scootmobiel, woningaanpassing, vervoersvoorziening. 14

327 De aanbeveling van de rekenkamercommissie om meer en beter inzicht in het maatschappelijk rendement van subsidies tot stand te brengen, is hierbij een belangrijk uitgangspunt. Ons subsidiebeleid zal transitieproof moeten zijn D-benadering: één huishouden, één plan, één regisseur De wetgever benadert de decentralisaties vanuit afzonderlijke wetgeving. Wij hebben de overtuiging dat alleen wanneer er sprake is van een integrale benadering vanuit het streven naar optimale participatie, er daadwerkelijk sprake kan zijn van een succesvolle kanteling. Een hulpvraag van een inwoner heeft vaak invloed op het hele huishouden en raakt vaak meerdere leefgebieden. Het succesvol versterken en terugzetten van inwoners in hun eigen kracht en het leveren van ondersteuning bij het oplossen van problemen vraagt om een 3Daanpak voor het hele huishouden. we gaan uit van een integrale maatwerkoplossing waarbij op basis van de benadering één huishouden, één regisseur, één plan wordt gewerkt. 3.5 Ondersteuning dichtbij Om te zorgen voor een kanteling is het van belang de ondersteuning naar de inwoner te brengen in plaats van de inwoner te verwijzen naar de hulp. Een stevige nulde en eerste lijn zorgt per definitie voor laagdrempelige en algemeen toegankelijke voorzieningen dichtbij de (hulpvragende) inwoner. Ook als de noodzaak bestaat tot ondersteuning die verder reikt dan de nulde of de eerste lijn, is het van belang deze ondersteuning zo dichtbij mogelijk te organiseren. Een belangrijk voordeel van ondersteuning dichtbij de inwoner is dat er dan beter gebruik gemaakt kan worden van ondersteuning binnen het sociale netwerk zoals van mantelzorg en/of ondersteuning door vrijwilligers. Een ander voordeel is dat de inwoner onderdeel blijft van de buurt en de wijk waar hij woont. Daarom zoeken we bij het organiseren van ondersteuning dichtbij ook aansluiting bij onze uitgangspunten op het gebied van kern- wijk- en buurgericht werken. Het beleid rondom de woonservicezones 12 speelt hierin eveneens een belangrijke rol. Daar waar het om kwalitatieve, kostentechnische of wettelijke redenen noodzakelijk is om ondersteuning en zorg in regionaal verband te organiseren, doen we dat in samenspraak met Loon op Zand en Waalwijk in Langstraatverband. Als een groter georganiseerd verband noodzakelijk is, zoals bijvoorbeeld bij diverse vormen van jeugdhulp, gebeurt dat in de regio Hart van Brabant. 3.6 Maatschappelijk resultaat De inwoner met zijn hulpvraag staat centraal. De inwoner verwacht geen standaard aanbod of een fractie van de oplossing, maar heeft een doel gedefinieerd in de vorm van een maatschappelijk resultaat: ik wil werk, ik wil van mijn schulden af, etc. De inwoner wil geholpen worden bij het bereiken van dat resultaat. De oplossing moet dus op maat gesneden zijn. 12 Raadsbesluit 23 september

328 Een logisch gevolg hiervan is echter ook dat de inwoner geen automatisch beroep meer kan doen op een bepaald aanbod. Als bijvoorbeeld de buurman met een vergelijkbare beperking een scootmobiel heeft, betekent dit niet automatisch dat er ook nu sprake zal zijn van een voorziening in de vorm van een scootmobiel. Elk huishouden krijgt immers zijn eigen passende oplossing. Als inwoner kun je geen voorziening meer claimen, wel is er ondersteuning bij het meedenken over oplossingen. Voor de aanbieders betekent dit dat de wijze van levering en verantwoording in lijn moet zijn met de doelstelling van de inwoner. Maatwerk in plaats van standaard aanbod. Resultaten in plaats van inspanningen. 3.7 Rolverdeling We willen bereiken dat inwoners verantwoordelijkheid nemen voor zichzelf en voor hun omgeving en dat zij daartoe initiatieven ondernemen. Daarnaast willen wij bereiken dat algemene voorzieningen voor iedereen ook echt toegankelijk zijn, zowel fysiek als sociaal. Tenslotte willen wij eraan bijdragen dat inwoners langer thuis kunnen blijven wonen. Wij zijn ons ervan bewust dat onze rol met betrekking tot de sociale omgeving beperkt is. Mede omdat wij niet overal verantwoordelijk voor willen en kunnen zijn. Tegelijkertijd realiseren wij ons dat de sociale omgeving erg belangrijk is om onze doelstellingen in het sociale domein te realiseren. Hoe meer inwoners zelf en met hun omgeving op kunnen vangen, hoe minder professionele hulp er nodig is. De rol van de (lokale) overheid is daardoor ook aan transitie onderhevig en verschuift van het voorschrijven van oplossingen naar ondersteuning bij het zelf oplossen van problemen. We moeten de natuurlijke organisatiereflex van een overheid leren te weerstaan en initiatieven durven los te laten op onze inwoners. Een rolverschuiving die uitermate goed aansluit bij onze slogan Dromen. Doen. Heusden. Als gemeente nemen wij daarmee de rol op ons van sociaal makelaar voor bewonersinitiatieven: aansluiten, uitnodigen, stimuleren, faciliteren, netwerken, erkennen, waarderen, meedenken, ondersteunen en bij elkaar brengen. Hierbij valt te denken aan: - het stelselmatig betrekken van de mantelzorger bij het (keukentafel)gesprek. Is de draagkracht van het hele huishouden in orde? Kunnen ouders de zorg voor hun kind aan, of de partner de zorg voor de dementerende? - overbodige wet- en regelgeving uit de weg te helpen, zodat inwoners zichzelf kunnen organiseren en elkaar onderling kunnen helpen; - stimuleren van maatschappelijke initiatieven in het sociale domein; - een maatschappelijk initiatievenloket voor inwoners; - het stimuleren van de samenwerking tussen organisaties voor informele hulp en professionele aanbieders, zodat zij gebruik kunnen maken van elkaars expertise en ervaring (scholing, financiële vraagstukken, inzet vrijwilligers, advies en ondersteuning, enzovoorts) 16

329 3.8 Gemeentelijk vangnet De directe gemeentelijke bemoeienis op het gebied van ondersteuning en zorg kan op basis van de hiervoor geschetste uitgangspunten voor een groot deel worden losgelaten. De nulde en eerste lijn zal zich in principe grotendeels zelf kunnen bedruipen. Een deel van onze inwoners zal zich echter zelf of met behulp van hun sociale omgeving (tijdelijk) onvoldoende kunnen redden. Deze inwoners zijn aangewezen op specialistische vormen van ondersteuning en zorg uit de tweede lijn. Het is onze gemeentelijke verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat deze inwoners op gepaste wijze toegang krijgen tot deze vormen van ondersteuning en zorg. Uitgangspunt hierbij blijft: lichte ondersteuning waar mogelijk en zware ondersteuning indien nodig. Het organiseren van deze toegang op een dusdanige wijze dat misbruik van voorzieningen wordt voorkomen en inwoners die dit daadwerkelijk nodig hebben, daar ook gebruik van kunnen maken, is een belangrijke gemeentelijke uitdaging. Het gaat hierbij om de invulling van een soortement van poortwachtersfunctie via een daartoe in te richten Toegang. Belangrijke uitgangspunten in dit verband zijn: - het zo onafhankelijk mogelijk van aanbieders van ondersteuning en zorg organiseren van de toegang; - het zorgen voor voldoende keuzevrijheid voor onze inwoners in geval van een noodzakelijk gebruik van ondersteuning of zorg. Figuur 2 geeft de verhouding in hoofdlijnen tussen de nulde, eerste en tweede lijn aan. In hoofdstuk 4 van deze notitie gaan we nader in op de wijze waarop we de gemeentelijke poortwachtersfunctie gestalte willen geven. Figuur 2 Nulde, eerste en tweede lijn 17

330 4. Ondersteuning en zorg beschikbaar Van onze inwoners redt ongeveer 80% zichzelf. Ongeveer 20% van alle inwoners is in meer of mindere mate kwetsbaar. Van hen heeft 8% te maken met enkelvoudige casuïstiek, 7% met meervoudige casuïstiek, 3% met multicasuïstiek ( er is meer aan de hand : er zijn problemen op meerdere domeinen of leefgebieden en/of er zijn meerdere leden van een huishouden betrokken) en 2% met hoogcomplexe casuïstiek (zie figuur 3). Vanzelfsprekend gaat het om gemiddelden. Per kern of wijk kunnen zich verschillen voordoen. In kwantitatief opzicht lijkt er dus niet veel aan de hand. Schijn bedriegt echter. De problematiek in de roodgekleurde regionen is in menselijk opzicht fors. Verder moeten we constateren dat voor wat betreft de financiële inzet van middelen het overgrote deel daarvan wordt ingezet voor een klein deel van onze inwoners. De huidige verdeling is niet per definitie onterecht, maar ons streven is er wel op gericht om de weegschaal wat meer in evenwicht te brengen. Figuur 3 Zelfredzaamheid 4.1 In de nulde lijn In de nulde lijn speelt het normale leven zich af. Al dan niet met behulp van de sociale omgeving redt men zichzelf en is er geen behoefte aan meer complexe vormen van ondersteuning. Het gaat hierbij om de informele netwerken tussen inwoners via familie, mantelzorg, vrienden, lotgenoten, verenigingen, etc. Ook de wat meer formele voorzieningen in de wijk of buurt zoals scholen, buurthuizen, speelvoorzieningen en bibliotheken spelen een belangrijke rol in de nulde lijn. Zoals hierboven is aangegeven gaat het om het grootste deel van onze inwoners en kan gemeentelijke bemoeienis in principe beperkt blijven tot vormen van facilitering, het zorgen voor de aanwezigheid van basisvoorzieningen en activiteiten gericht op preventie. 4.2 In de eerste lijn In de eerste lijn wordt basishulp geboden door professionele aanbieders (basisprofessionals) aan inwoners met enkelvoudige vragen over wonen, zorg, welzijn, vrije tijd, werk, inkomen, leren, opvoeden en veiligheid. Het gaat dus om enkelvoudige casuïstiek. 18

331 Deze ondersteuning is voor inwoners in principe vrij en direct toegankelijk. Er kan echter sprake zijn van een door de gemeente te bepalen eigen bijdrage. Het gaat over in de tijd beperkte ondersteuning die is gebonden aan een (nader te bepalen) maximum. Als deze maximale tijdsduur wordt overschreden, spreken we over langdurige basishulp en verloopt deze alsnog via de toegang (zie paragraaf 4.3). De reguliere basishulp omvat de volgende vormen van ondersteuning: algemeen maatschappelijk werk, sociaal-cultureel werk, eerstelijns psychologische ondersteuning, cliëntondersteuning, preventieve gezondheidszorg, thuiszorg en kortdurende enkelvoudige ambulante ondersteuning door de maatschappelijke opvang en vrouwenopvang, verslavingszorg, geestelijke gezondheidszorg, verstandelijk gehandicaptenzorg en jeugdzorg. De gemeenten organiseren een deel van deze hulp. Een ander deel wordt georganiseerd door zorgverzekeraars, zorgkantoor, woningcorporaties, onderwijs en rijk. Daar waar de regie bij deze partners ligt, streven wij naar samenwerking zodat de hulp onderling is afgestemd en effectief en efficiënt georganiseerd wordt. De ondersteuning is er op gericht om inwoners zodanig te versterken dat zij in de toekomst deze of vergelijkbare vragen zelf en/of met hulp van hun sociale omgeving of informele ondersteuning kunnen oplossen (dus oplossen van problemen en preventie). De aanpak is individueel als het moet en collectief als het kan (groepswerk, trainingen, cursussen). De hulp wordt zo veel mogelijk georganiseerd in de eigen omgeving en is niet doelgroepgericht, maar doel- en resultaatgericht. Basisprofessionals op de negen domeinen (wonen, zorg, welzijn, vrije tijd, werk, inkomen, leren, opvoeden en veiligheid) werken op alle mogelijke vind- en actieplaatsen in een gebied: op kinderopvang, scholen, wijkpleinen, gezondheidscentra, verzorgingshuizen, buurthuizen et cetera. Basisprofessionals houden zich hoofdzakelijk bezig met enkelvoudige casuïstiek op hun domein. Zij kijken hierbij zowel naar kansen als problemen. Alle basisprofessionals herkennen situaties waarin er meer aan de hand is (vroegsignalering): er zijn problemen op meerdere leefgebieden (domeinen) en/of het betreft meerdere leden van een huishouden (gezin). In die situaties schalen zij op Gebiedsgericht team Als de problematiek meervoudig is of als er sprake is van multicasuïstiek, zal de basishulp niet langer toereikend zijn. Om te voorkomen dat in dergelijke gevallen te snel een beroep moet worden gedaan op specialistische zorg uit de tweede lijn, willen wij gebiedsgerichte teams in het leven roepen. Een gebiedsgericht team bestaat uit generalisten die basale, maar professionele kennis hebben van de volgende werksoorten: (jeugd)welzijnswerk, werk&inkomen, maatschappelijk werk, (jeugd)gezondheidszorg, jeugdhulp, onderwijs, kinderopvang, (jeugd) geestelijke gezondheidszorg, verslavingszorg, maatschappelijke opvang, (jeugd) licht verstandelijk gehandicaptenzorg, gemeentelijke dienstverlening, gemeentelijke toegangsexpertise Wmo & Jeugdhulp en toegangsexpertise Awbz. Het gebiedsgericht team ontwikkelt samen met de inwoner/het huishouden een individueel arrangement gericht op de aanpak van alle problemen in onderlinge samenhang en voert (indien de burger, het huishouden of zijn sociale omgeving dat zelf niet kan) regie op de uitvoering van een arrangement. De generalisten van het gebiedsteam werken in de wijk vanuit één of meerdere fysieke uitvalsbases. Daarnaast werken zij outreachend (vindplaatsgericht). 19

332 Een gebiedsgericht team wordt door de gemeente aangestuurd. Wat ons betreft via een populatiegerichte bekostiging zoals nader uitgelegd in paragraaf en wellicht ook door de aansturing in handen te leggen van een coördinator in gemeentelijke dienst. De generalisten van het gebiedsgerichte team zijn afkomstig van zowel de gemeente als maatschappelijke organisaties. Vooralsnog blijven deze generalisten in dienst bij hun oorspronkelijke werkgever, maar ze hebben de integrale opgave om maximaal te sturen op de inzet van eigen kracht en de sociale omgeving. Het gebiedsgericht team vervult in dit opzicht zowel een helpdeskfunctie als een functie op het gebied van handhaving. Het signaleren en melden van het misbruik van voorzieningen is ook onderdeel van de integrale opgave. Wanneer er professionele ondersteuning nodig is, bieden zij zelf basishulp of organiseren zij de inzet van andere basishulp. Ook kunnen zij toegang tot specialistische zorg bewerkstelligen (zie paragraaf 4.3). Het gebiedsgericht team zoals wij ons dat voorstellen is een doorontwikkeling van het huidige CJG en de pilot zoals die het afgelopen jaar in een aantal wijken in Drunen en Waalwijk is uitgevoerd door de Wijkschakel. Het betreft hier een samenwerkingsverband van een viertal instellingen: Schakelring, RIBW 13, Thebe en Prisma gericht op zo basaal mogelijke ondersteuning op wijkniveau. De wijkverpleegkundige speelt hierin een prominente rol. Beide samenwerkingsverbanden werken al deels volgens uitgangspunten als eigen kracht, generalistisch, oplossingsgericht, etc. Dit biedt een goede basis voor verdere doorontwikkeling. 4.3 Toegang tweede lijn Specialistische zorg wordt geboden door professionele aanbieders aan inwoners met complexe en/of meervoudige vragen op meerdere leefgebieden: meervoudige, multi- en hoogcomplexe casuïstiek. Het gaat om specialistische zorg die dusdanig specifieke kennis en competenties vereist dat borging in de sociale omgeving of basishulp van de nulde en eerste lijn niet realistisch (schaalgrootte en kosten) en wenselijk is. Voor deze vormen van zorg is een formele toegang noodzakelijk en moet een beschikking op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) worden afgegeven. Concreet gaat het om professionele, specialistische interventies die bestaan uit de complexere delen van de begeleiding, de dagbesteding, het kortdurend verblijf en mogelijk de persoonlijke verzorging. Daarnaast gaat het ook om maatwerkvoorzieningen op grond van de Wmo, zoals de hulp bij het huishouden, vervoersvoorzieningen, woonvoorzieningen en hulpmiddelen/rolstoelen. Een en ander voor zover deze voorzieningen niet collectief kunnen worden gebruikt. Organisaties die specialistische hulp aanbieden zijn o.a. organisaties op het gebied van maatschappelijke opvang en vrouwenopvang, verslavingszorg, thuiszorgorganisaties, ouderenzorg, geestelijke gezondheidszorg, verstandelijk gehandicaptenzorg, lichamelijk gehandicaptenzorg, een aantal vrijwilligersorganisaties (zoals Humanitas), enkele landelijk werkende organisaties met zeer specialistische dienstverlening zoals Kentalis (dienstverlening voor mensen die doofblind, doof of slechthorend zijn). Ook voor deze zorg geldt dat slechts een deel wordt georganiseerd door de gemeente en een (groter) deel door de zorgverzekeraars en het zorgkantoor. 13 Regionale Instelling voor Beschermd Wonen 20

333 Daarom streven wij ook hier naar samenwerkingsafspraken met deze partners, bijvoorbeeld door samen pilots op te zetten op onderdelen waar inwoners zich in het grijze gebied bevinden tussen Wmo en LIZ en in het kader van preventie. De specialistische zorg maakt in principe onderdeel uit van een breder arrangement dat ook uit ondersteuning vanuit de nulde en eerste lijn bestaat. Ook de specialistische zorg wordt zo veel mogelijk in de eigen omgeving aangeboden en is gericht op het versterken van de eigen kracht en de sociale omgeving. Waar mogelijk is er ook bij de uitvoering van de specialistische zorg sprake van een belangrijke bijdrage van vrijwilligers, ervaringsdeskundigen en lotgenoten. Indien mogelijk is de inzet van specialistische zorg tijdelijk. Zodra dat mogelijk is, wordt de ondersteuning teruggebracht naar de sociale omgeving of de basishulp uit de nulde en eerste lijn. Indien een inwoner/huishouden meerdere vormen van ondersteuning en zorg krijgt van meerdere hulpverleners, dan is het belangrijk dat deze ondersteuning wordt gecoördineerd. Hiervoor is de inwoner in eerste instantie zelf verantwoordelijk. Is de inwoner hiertoe (tijdelijk) niet in staat en kan ook niemand vanuit de sociale omgeving deze rol op zich nemen, dan neemt een professional deze rol op zich. Het gaat hierbij dan veelal om zeer specialistische ondersteuning en/of complexe problematiek. De professionele coach komt in dat geval voort uit het gebiedsgerichte team. Vanuit het principe één huishouden, één regisseur, één plan zorgt deze coach er in samenspraak met het huishouden voor dat er een op maat gesneden plan in de vorm van een arrangement tot stand komt. Figuur 4 Arrangement op maat Om te kunnen beoordelen of, in welke mate en op welke wijze een arrangement beschikbaar moet komen, wordt Het gesprek aangegaan met de inwoner die behoefte heeft aan ondersteuning. Voor dit gesprek geldt een wettelijke termijn van zes weken. Gedurende die tijd wordt in samenspraak met de betreffende inwoner in eerste instantie vanuit het gebiedsgerichte team beoordeeld hoe zelfredzaam de inwoner in kwestie is en welke ondersteuning op maat nodig is. Het gesprek mondt uit in een schriftelijk verslag. Hierin wordt onder meer aangegeven welke oplossingen (welk arrangement) de inwoner en de medewerker van het team hebben afgesproken. Het gaat hierbij dan om: - de inzet van de inwoner zelf; - de inzet van de sociale omgeving van de inwoner; 21

334 - de inzet van kortdurende basishulp; - de inzet van langdurige basishulp; - de inzet van specialistische zorg. Het besluit over de toekenning van de langdurige basishulp en de specialistische hulp (inclusief maatwerkvoorzieningen Wmo) wordt in de Toegang door de gemeente geformaliseerd in de vorm van een beschikking. Dit is belangrijk omdat hiervoor een formeel besluit nodig is op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Tegen dit besluit is bezwaar en beroep mogelijk. Artikel van de conceptwettekst Wmo staat het ons ook niet toe om deze bevoegdheid te mandateren aan derden. Tenzij het gaat om een ander bestuursorgaan zoals bijvoorbeeld een gemeenschappelijke regeling. Ondanks het streven om zo veel mogelijk ondersteuning en zorg te organiseren in de nulde en de eerste lijn, zullen we er rekening mee moeten houden dat een substantieel deel van onze inwoners afhankelijk zal blijven van meer specialistische zorg uit de tweede lijn. In een stroomschema in bijlage 4 is weergegeven langs welke weg een mogelijke vraag tot ondersteuning of zorg kan bewandelen om tot een passende oplossing te komen. Als voor de beoordeling van de vraag om ondersteuning en/of zorg op lokaal niveau onvoldoende expertise aanwezig is, zal de hulp van een regionaal expertteam worden ingehuurd. Analoog aan de wijze waarop dat in regionaal verband in Hart van Brabant gebeurt voor jeugdhulp, streven wij ernaar om dit ook voor overige hulpvragen op deze wijze in regionaal verband te organiseren. Figuur 5 geeft schematisch weer hoe ondersteuning en zorg in Heusden worden georganiseerd. Figuur 5 Ondersteuning en zorg Nulde lijn Eerste lijn Toegang Tweede lijn Gemeente 22 3

335 5. Keuzevrijheid en inkoop Om een succesvol beroep op de eigen kracht en het zelfoplossend vermogen van onze inwoners mogelijk te kunnen maken, is keuzevrijheid op de marktplaats van ondersteuning en zorg een vereiste. Als gemeente streven we er dan ook naar om deze keuzevrijheid voor onze inwoners te optimaliseren. Een groot en gedifferentieerd aanbod in met name de nulde en eerste lijn is daarbij belangrijk. Richting de tweede lijn moeten we als gemeente zorgen voor een uitgekiende inkoop met kwaliteitsrijke partners, zodat de gewenste arrangementen op maat ook geleverd kunnen worden. Om een idee te geven van het veld van zorgaanbieders dat op dit moment in onze gemeente actief is, treft u in bijlage 3 bij deze notitie een overzicht aan van de aanbieders die Awbz gecertificeerd zijn. 5.1 Mogelijkheden zorg In het algemeen zijn er drie mogelijkheden om zorg te verkrijgen. Via zorg in natura (ZIN), via het Persoonsgebonden Budget (PGB) en door middel van vouchers. Zorg in Natura Bij zorg in natura krijgt de inwoner direct met een zorgaanbieder te maken en wordt de financiële afwikkeling van deze zorg buiten hem om geregeld. PGB Bij een PGB krijgt de inwoner een bepaald budget op de eigen bankrekening of wordt het budget beheerd door de Sociale Verzekeringsbank (SVB). De inwoner koopt daarvan zelf de gevraagde zorg in. Ook vanaf 2015 zal naar verwachting een PGB-regeling worden gehandhaafd in de nieuwe Wmo. Er zullen waarschijnlijk wel strengere voorwaarden hieraan worden gesteld. Verder kan de gemeente aanvullend daarop ook nog regels opstellen. Op basis van de huidige concept wettekst zal een PGB alleen worden verstrekt indien: - de persoon in kwestie in staat wordt geacht de bijbehorende taken op een verantwoorde wijze uit te voeren; - de persoon zich gemotiveerd op het standpunt stelt dat hij de voorziening niet geleverd wenst te krijgen door een aanbieder; - de voorzieningen van goede kwaliteit zijn. Verder kan de gemeente stellen dat een budget voor bepaalde voorzieningen niet mogelijk is, of onder welke voorwaarden het budget wordt verstrekt. Dit zal dan in de gemeentelijke verordening moeten zijn opgenomen. Ter voorkoming van misstanden is het straks niet meer mogelijk een geldbedrag aan de klant te verstrekken, maar stelt de gemeente een budget beschikbaar waaruit de SVB namens het college betalingen kan doen aan degene die de aanvrager heeft ingeschakeld voor zijn ondersteuning. De gemeente toetst of de aanbieder voldoet aan de voorwaarden. In het wetsvoorstel jeugd is het uitgangspunt dat jeugdhulp via ZIN wordt geleverd. De mogelijkheid van het toekennen van een PGB bestaat wanneer de jeugdige en de ouder dit wensen. In tegenstelling tot de bestaande regeling is er geen sprake meer van direct beschikbaar stellen van budgetten aan inwoners maar zal er gekozen worden voor een andere wijze van beschikbaar stellen, bijvoorbeeld door middel van vouchers. 23

336 In zijn algemeenheid bestaat bij ons een positieve grondhouding ten aanzien van het gebruik van het PGB. Het PGB optimaliseert immers de leidende principes die de basis vormen voor de transitie in het sociale domein: eigen kracht, regie bij de inwoner en keuzevrijheid. Het PGB is echter niet voor elke situatie geschikt en uiteraard hebben ook wij rekening te houden met de wettelijke beperkingen ten aanzien van het gebruik daarvan. Vouchers Bij het voucher systeem krijgt de inwoner een aantal waardebonnen ter beschikking waarmee de gevraagde ondersteuning ingekocht kan worden bij door de verstrekker geselecteerde zorgaanbieders. De leverancier kan de waardebonnen bij de gemeente indienen en krijgt zo zijn geld. Bestaand vouchersystemen zijn onze eigen HeusdenPas en de Alfacheque. Met de bedoeling de regie over het eigen leven en de daarbij behorende ondersteuning en zorg meer bij onze inwoners terug te leggen, gaan we bekijken op welke wijze het mogelijk is de werking van de HeusdenPas en de Alfacheque te integreren en te versterken. In onderstaande tabel zijn de mogelijkheden per decentralisatie voor onze inwoners samengevat. Decentralisatie Wettelijke mogelijkheden Bijzonderheden Awbz/Wmo - Zorg in natura - PGB in de vorm van een persoonsvolgend budget via SVB - Voucher Jeugdwet - Zorg in natura - PGB - Voucher Participatiewet - Re-integratie in de vorm van natura: arrangement - Inkomensondersteuning PGB moet worden aangeboden maar er worden wel voorwaarden aan verbonden. Eigen bijdrage is mogelijk. Keuzevrijheid of je wel of geen PGB aanbiedt. Eigen bijdrage is mogelijk. Geen keuzevrijheid voor gemeenten. Eigen bijdrage via b.v. vrijwilligerswerk 5.2 Inkoop De hiervoor geschetste varianten ten aanzien van het verkrijgen van ondersteuning en zorg heeft uiteraard consequenties voor de wijze waarop wij als gemeente de inkoop daarvan gaan realiseren. Voor wat betreft de aard en wijze waarop dat in de nulde en eerste lijn plaats kan vinden, zijn wij als gemeente Heusden zelf aan zet. Voor wat betreft de inkoop in met name de tweede lijn hebben we als gemeente nadrukkelijk te maken met wettelijk bepaald overgangsrecht en daarover gemaakte afspraken in (sub)regionaal verband. 24

337 5.2.1 Overgangsrecht In de concept wettekst van zowel de nieuwe Wmo als de Jeugdwet zijn de volgende zaken opgenomen die van belang zijn voor inkoop: - Er is sprake van overgangsrecht: inwoners die nu zorg op basis van de Awbz krijgen, hebben in 2015 recht op dezelfde zorg (hetzelfde aanbod bij dezelfde aanbieder). Alleen aan inwoners die in 2015 voor het eerst een beroep op zorg doen én waarvan de indicatie in 2015 vervalt, kan de gemeente een nieuw aanbod doen. Dit kan ook aan inwoners van wie de indicatie doorloopt, maar alleen dan als hierover overeenstemming wordt bereikt. Dit geldt zowel voor ZIN als PGB. Voor beschermd wonen geldt een overgangstermijn van 5 jaar en voor pleegzorg is zelfs geen maximale duur vastgelegd. Continuïteit van zorg geldt dus voor maximaal één jaar na de transitie (i.c. in 2015), met uitzondering van pleegzorg. - Cliënten die op de wachtlijst staan, vallen eveneens onder het overgangsrecht. Deze worden na 1 januari 2015 toegeleid naar de zorg waarop zij aanspraak hebben. - Gemeenten moeten diversiteit in het aanbod aanbieden, zodat inwoners keuzemogelijkheden hebben. - Zelfredzaamheid en participatie zijn belangrijke uitgangspunten. Eigen verantwoordelijkheid van de inwoner staat voorop en moet worden ingebed in inkoopcontracten. - Gemeenten moeten inwoners actief bij het inkoopbeleid betrekken. - Gemeenten moeten (onder voorwaarden) de mogelijkheid van een PGB bieden. - Aanbieders moeten aan bepaalde eisen voldoen (kwaliteit, klachtenregeling etc.). Het overgangsrecht betekent dat gemeenten in 2015 met alle bestaande partners in zee moeten, omdat inwoners die nu al zorg ontvangen recht hebben op dezelfde zorg. Alleen voor de nieuwe instroom in 2015 én voor personen waarvan de indicatie in de loop van 2015 afloopt, heeft de gemeente wél beleidsvrijheid en kan zij zelf bepalen op welke wijze en in welke mate ondersteuning en zorg moet worden georganiseerd. In het voorkomende geval kan vervolgens met partners naar keuze contracten worden gesloten. De financiële gevolgen van dit overgangsrecht zijn nog niet duidelijk. De VNG heeft bij het Rijk financiële compensatie voor dit overgangsrecht gevraagd en stelt dat het niet terecht is dat het financiële risico eenzijdig bij gemeenten wordt neergelegd. Gemeenten hebben een financieel probleem als het Rijk hen niet compenseert voor deze kosten Inkoop nulde en eerste lijn Het initiatief en de verantwoordelijkheid tot het vinden van ondersteuning en zorg in de nulde en eerste lijn is grotendeels een verantwoordelijkheid van de inwoners zelf. Als gemeente moeten we er in faciliterende zin voor zorgen dat men voor dergelijke informele en basiszorg met succes terecht kan in het lokale sociale domein. Het subsidiemiddel is hiervoor een belangrijk instrument. Zoals al eerder in deze notitie is aangegeven zal de herijking van dit instrument mede in het teken komen te staan van het na te streven maatschappelijk rendement in de nulde en eerste lijn. 25

338 Met belangrijke aanbieders van vormen van algemeen toegankelijke voorzieningen zoals Modus, Maatschappelijk werk Juvans en ContourdeTwern zullen hierover nadere afspraken worden gemaakt. Ook de financiële afspraken met de in het leven te roepen gebiedsgerichte teams zullen in principe functiegericht op basis van een daartoe strekkende subsidieafspraak worden vormgegeven. We onderzoeken hierbij de mogelijkheid van een vorm van populatiegerichte bekostiging waarbij de betreffende gebiedsgerichte teams worden gecontracteerd op basis van een vast bedrag per inwoner. In nauwe samenwerking met eerstelijnszorg zoals huisartsen en wijkverpleegkundigen wordt in ruil voor het beschikbaar te stellen budget gewerkt aan meetbaar te omschrijven doelen zoals het voorkomen van overlast en verwaarlozing, versterking van de zelfredzaamheid in een wijk, etc. Een dergelijke vorm van bekostiging past goed bij gebiedsgerichte teams met integrale verantwoordelijkheid en veel zeggenschap over wat ze doen en wie ze daarbij nodig hebben. Een dergelijk team is feitelijk een collectieve voorziening. Individuele voorzieningen zijn dan pas nodig als de collectieve voorziening niet voldoet, als het met de capaciteit en expertise van het gebiedsgerichte team bijvoorbeeld niet mogelijk of wenselijk is om iemand langdurig te ondersteunen. Het is deels de verantwoordelijkheid van het gebiedsgerichte team om door het versterken van samenredzaamheid en dergelijke het aantal verzoeken om individuele voorzieningen zo veel mogelijk te beperken Inkoop tweede lijn Het inkoopproces voor specialistische hulp zal in (sub)regionaal verband worden vormgegeven. De exacte vormgeving daarvan is ook nog onderwerp van studie en belegd bij een daarvoor in het leven geroepen regionale werkgroep in de Langstraat. Vooralsnog hanteren we hierbij twee sporen. Het eerste spoor vloeit voort uit het overgangsrecht en betekent dat we voor 2015 alle aanbieders contracteren die ook in 2014 zorg verleenden aan inwoners van onze gemeente op het gebied van de Awbz en de Wet op de Jeugdzorg. Er zal sprake zijn van een taakstellend budget waarbij de budgetkorting die van rijkswege wordt toegepast, leidend is. Het tweede spoor gaat om het contracteren van aanbieders voor inwoners die vanaf 2015 voor het eerst een beroep doen op zorg en/of waarvan de indicatie in de loop van 2015 afloopt, streven we naar een inkoopprocedure waarbij we rechtstreeks onderhandelen met een zo klein mogelijke selectie van aanbieders. Voor deze selectie van aanbieders hanteren we de volgende criteria: - voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen; - onderschrijven van de gemeentelijke visie en uitgangspunten en de competenties hebben om hieraan uitwerking te geven; - innovatief zijn; - financieel stabiel zijn; - samenwerken met andere aanbieders op basis van flexibele arrangementen; - kennis hebben van de sociale kaart van de gemeente. 26

339 6. Financiële kaders Om de gemeenten in staat te stellen de transitie in goede banen te leiden, heeft het kabinet besloten om daarvoor een zogenaamd sociaal deelfonds in het leven te roepen. Deze ontschotting van budgetten moet gemeenten beter in staat stellen om de problematiek in het sociaal domein integraal te benaderen. Het sociaal deelfonds wordt gecreëerd vanuit diverse geldstromen. Het bestaat uit het Participatiebudget, middelen voor de maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en middelen voor de uitvoering van de Jeugdwet. Daarnaast wordt nog bezien of onderdelen binnen het gemeentefonds zodanige inhoudelijke en beleidsmatige raakvlakken hebben, dat ze vanuit de optiek van sturing en verantwoording logischerwijs aan het sociaal deelfonds kunnen worden toegevoegd. Te denken valt aan de al bestaande Wmo-middelen en/of de bestaande gemeentefondsmiddelen voor maatschappelijke ondersteuning en jeugd en/of de uitvoeringskosten van de Wwb. Het kabinet kiest ervoor de huidige middelen voor het Inkomensdeel van de Wwb, die op dit moment als specifieke uitkering worden verstrekt, per 1 januari 2015 niet toe te voegen aan het sociaal deelfonds. Het kabinet is van mening dat dit op dit moment geen toegevoegde waarde heeft. 6.1 Kortingspercentages De budgettaire omvang van het sociaal deelfonds is vooralsnog onduidelijk. Naar verwachting gaat het hierbij om de optelsom van de historische budgetten op de verschillende deelterreinen, maar met inachtneming van een op te leggen efficiencykorting. Op basis van de landelijke berichtgeving zijn wij in de verwachting dat pas in de meicirculaire van 2014 meer duidelijkheid zal worden gegeven over het budget per gemeente en de gehanteerde kortingen. Voor wat betreft deze kortingspercentages gaan wij op basis van de huidige berichtgeving vooralsnog uit van de volgende kortingen: - 4% korting op het budget jeugdhulp in 2015 tot 15% in % korting op het budget Wmo-begeleiding in % korting op het budget Hulp bij het Huishouden in % korting op het budget Wajong, wat overgaat van UWV naar gemeenten - Tot 28% korting op het Participatiebudget in Dit heeft te maken met de afbouw Wsw. Complicerende factoren daarbij zijn dat een deel van het takenpakket en een deel van de bestedingen is vastgelegd in wetgeving of sterk wordt beïnvloed door gedeeltelijk verplichte (sub) regionale samenwerkingsverbanden. Dit geldt dus zowel voor een deel van de omvang van het takenpakket als voor een deel van de beschikbare budgetten. Denk hierbij aan: - het recht op en de hoogte van uitkeringen; - de plicht tot regionale samenwerking in de jeugdzorg; - de plicht om een crisisdienst te organiseren; - de continuering van langlopende indicaties in de huidige AWBZ; - de verplichte honorering van het overgangsrecht. 27

340 6.2 Eigen bijdragen De wetgever biedt mogelijkheden om met name voor individuele maatwerkvoorzieningen een eigen bijdrage in rekening te brengen. Zowel qua omvang als voor wat betreft de wijze van inning hebben we echter te maken met de nodige wettelijke beperkingen. Inkomen en vermogen mogen bijvoorbeeld geen reden zijn om een voorziening af te wijzen en de omvang is gebonden aan wettelijke maxima. Te meer omdat wij van mening zijn dat het hanteren van een systematiek van eigen bijdragen invulling kan geven aan de uitgangspunten van eigen kracht en eigen verantwoordelijkheid, betreuren wij deze wettelijke restricties. Op het gebied van het gebruik van algemeen toegankelijke voorzieningen bestaat meer gemeentelijke beleidsvrijheid. Daar waar mogelijk en met de bedoeling om het gebruik van dergelijke voorzieningen voor iedereen beschikbaar en toegankelijk te houden, zullen wij het hanteren van een drempelbedrag voor dergelijke voorzieningen nadrukkelijk overwegen. 6.3 Kosten en budgetten Er is kortom dus nog maar weinig houvast om een goede inschatting te maken van de consequenties van de transities om te komen tot een eenduidig financieel kader. Om desondanks toch een bepaald beeld te kunnen schetsen, geven we in deze paragraaf weer met welke kostenposten we rekening moeten houden en met welke historische budgetten we per decentralisatie te maken hebben. Kostenposten Voor wat betreft de kostenposten gaat het om: - invoeringskosten (deze zijn eenmalig om de ontwikkeling voor te bereiden en hebben we reeds ontvangen voor jeugdzorg en AWBZ-Wmo); - uitvoeringskosten (dit zijn structurele kosten die we voor de (interne) organisatie van de uitvoering van taken moeten maken zoals ICT, inrichten loket, beleid, monitoring, etcetera, zeg maar de procesverplichtingen); - financiering van de uitvoering van taken (dit zijn kosten voor de uitvoering van de ondersteuning aan inwoners die we laten uitvoeren door maatschappelijke instellingen). De uitvoeringskosten en de wijze waarop de dekking plaatsvindt dienen uiteindelijk een plaats te krijgen in een implementatieplan voor de transities. Budgetten Voor wat betreft de budgetten weten we het volgende. Decentralisatie Awbz In 2012 is voor cliënten in Heusden ongeveer 6 miljoen uitgegeven voor begeleiding inclusief vervoer (bron: decentralisatie monitor WMO-kantoor). De verwachting is dat hier een korting op wordt toegepast van tenminste 25%. Decentralisatie Jeugd In de meicirculaire 2013 is een indicatie opgenomen van het bedrag dat gemeenten in 2015 voor de decentralisatie Jeugd gaan ontvangen. De bijdrage voor de gemeente Heusden is hierbij voorlopig bepaald op 7,1 miljoen. Maar zoals gezegd is nog veel onduidelijk over het uiteindelijk over te hevelen budget. 28

341 Op basis van die meicirculaire 2013 is berekend dat 71,8 % van het totale regiobudget ( ,00) moet worden ingezet voor regionale taken en 2,2 % moet worden ingezet voor landelijke taken. Ongeveer 15 % wordt ingezet voor lokale taken zoals de enkelvoudige ambulante zorg (3%). De resterende 11 % zijn bestemd voor uitvoeringskosten (2%), risicoreservering (2%) en innovatie (7%). In het regionaal beleidskader Jeugd zijn deze punten ter besluitvorming opgenomen. Participatiewet De bestaande budgetten voor de Wsw, de Wajong en reïntegratie worden per 1 januari 2015 gebundeld. Onder voorbehoud komt er in totaal 11 miljard beschikbaar voor de uitvoering van de Participatiewet. Dit bedrag bestaat voor circa 7,8 miljard uit geld dat nu al via specifieke uitkeringen aan de gemeenten wordt verstrekt voor de Wet werk en bijstand (Wwb) en de Wet sociale werkvoorziening (Wsw). Daarnaast is er voor de uitvoering van de Participatiewet een te decentraliseren bedrag van 3,2 miljard beschikbaar, vooral voortkomend uit de Wajong die nu nog door de UWV wordt uitgevoerd. Op basis van de Miljoenennota 2014 kunnen we voor het participatiebudget stellen, dat dit budget wordt gekort oplopend tot ongeveer 20% in Wat hiervan de financiële effecten zijn voor onze gemeente, is momenteel niet aan te geven. Ook op dit gebied verwachten we pas meer duidelijkheid in de meicirculaire Met de taken die de gemeente krijgt overgedragen komt ook een aantal risico s mee. Op dit moment is er nog veel onduidelijkheid over de hoogte van het budget en op onderdelen ook nog over de taken die we moeten uitvoeren. In ieder geval komt er wel een korting op het budget en is de gemeente op meerdere onderdelen verplicht de zorg waar inwoners op 31 december 2014 recht op hebben minstens een jaar te continueren. Dat kan ook veel langer zijn op grond van de afgegeven indicaties. De uiteindelijke omvang van het budget zal het financieel kader vormen waarbinnen de vormgeving van de transitie plaats moet vinden. Zowel inwoners als aanbieders van zorg en ondersteuning zullen hun aandeel moeten leveren in de uitdaging om adequate ondersteuning te blijven leveren binnen de beschikbare budgetten. Aanbieders zullen er in die zin rekening mee moeten houden dat de kortingen van rijkswege in eerste instantie op hen worden afgewenteld. 29

342 Bijlage 1 Begrippenkader Inwoner In plaats van klant, cliënt, bewoner, burger. Aanbieder Verzamelnaam voor, (zorg)leveranciers, instellingen, enz. Ondersteuning Verzamelnaam voor alle vormen van hulp, begeleiding, Wmo en Jeugdzorg, verstrekkingen die onder de gemeente vallen. Nulde lijn Sociale omgeving, gewone leven of basisinfrastructuur. Bestaande uit: sociaal netwerk: verbindingen of netwerken, tussen mensen via, verenigingen, sociale media, kerk, mantelzorg, vrijwilligers, familie, zelforganisatie, enz. sociale voorzieningen: basisvoorzieningen in de gemeente als bibliotheken, buurthuizen, scholen, kindercentra, gezondheidscentra, theater, openbare ruimte, speelgelegenheden Eerste lijn Basishulp. Zonder besluit toegankelijke ondersteuning, in te zetten door basisteam jeugd of sociale wijkteams, experts, specialisten of rechtstreeks door lokale partners. Kan zowel individueel zijn als collectief. Bijvoorbeeld een aantal sessies maatschappelijk werk, een cursus budgetbeheer, opvoedingsondersteuning aan huis, een aantal gesprekken met een eerstelijns psycholoog, inloop voor dementerenden, enz. Deze hulp kan wel gelimiteerd zijn qua duur of aantal sessies. Tweede lijn Specialistische hulp. Tweedelijns behandeling, begeleiding, verblijf, die geboden wordt door gespecialiseerde professionals of instellingen of hulp die om een besluit vraagt. Dit is niet vrij toegankelijk maar alleen op verwijzing via gemeentelijke tussenkomst, huisarts, of gecertificeerde instelling jeugd beschikbaar. Kan zowel individueel als collectief worden aangeboden. Begeleiding Begeleiding in de Awbz is bedoeld om de zelfredzaamheid van personen te bevorderen, te behouden of te compenseren zodat een verblijf in een instelling of verwaarlozing zo lang mogelijk wordt uitgesteld. Begeleiding binnen de Awbz is mogelijk in de vorm van individuele begeleiding of als begeleiding in groepsverband. Voorbeelden van activiteiten die nu vanuit de begeleiding worden geboden, zijn: - woonbegeleiding; - praktische pedagogische thuishulp en gezinsondersteuning (PPG); - begeleiding tijdens voorgezet speciaal onderwijs; - thuisbegeleiding; 30

343 - dagactiviteiten voor GGZ (DAC); - dagbesteding voor verstandelijk beperkten; - logeerhuizen; - zaterdagopvang voor kinderen met verstandelijke beperking; - sport voor verstandelijk beperkten; - vakantie activiteiten voor verstandelijk beperkten; - belevenis- en uitgaanscentrum; - activerende psychiatrische thuiszorg; - inloophuizen; - begeleiding bij rehabilitatietrajecten verslaafden; - ontmoetingsgroepen. Kortdurend verblijf Bij kortdurend verblijf logeert iemand maximaal 72 uur per week in een instelling. Bijvoorbeeld in een gehandicapteninstelling, verpleeghuis of verzorgingshuis. Hierdoor wordt degene die thuis die persoon verzorgt even ontlast. Persoonlijke verzorging Bij persoonlijke verzorging gaat het om het ondersteunen bij of het overnemen van activiteiten op het gebied van de algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL). Ook eenvoudige verpleegkundige handelingen behoren tot persoonlijke verzorging. Bij persoonlijke verzorging moeten we dus denken aan hulp bij het wassen of douchen, hulp bij uiterlijke verzorging, hulp bij de toiletgang, hulp bij eten en drinken, hulp bij beweging (wisselligging, verplaatsen). Ook hulp bij medicijngebruik (tabletten, zetpillen, oogdruppels, zalven), hulp bij cathetergebruik (legen van urinezakjes, maagzakjes) en het schoonhouden van bijvoorbeeld een stoma vallen onder persoonlijke verzorging. Frontlijn Lokale organisatie van de nulde en eerste lijn. Gedwongen jeugdhulp De uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen, jeugdreclassering en gesloten jeugdhulp door gecertificeerde instellingen. Expert/expertteam Specialisten die door basisprofessionals kunnen worden geraadpleegd voor advies, diagnose, second opinion, (bij)scholing. 31

344 Bijlage 2 Afkortingenlijst AMK/AMHK : Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling Awb : Algemene wet bestuursrecht Awbz : Algemene wet bijzondere ziektekosten CJG : Centrum voor Jeugd en Gezin LIZ : Wet Langdurige Intensieve Zorg PGB : Persoonsgebonden Budget UWV : Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen VNG : Vereniging van Nederlandse Gemeenten Wmo : Wet maatschappelijke ondersteuning Wsw : Wet sociale werkvoorziening Wajong : Wet werk- en arbeidsondersteuning jonggehandicapten Wwb : Wet werk en bijstand ZIN : Zorg In Natura Zvw : Zorgverzekeringswet ZZP : Zorgzwaartepakket ZZP-ers : Zelfstandigen Zonder Personeel 32

345 Bijlage 3 Overzicht zorgaanbieders Thebe Thuiszorg Vivent Thuiszorg Zorgcentrum Zandley (Schakelring) Zorgcentrum Sint Janshof (Schakelring) Prisma Cello Verpleeghuis Eikendonk (Schakelring) Actief Zorg RIBW Midden-Brabant Zorgcentrum Sint Antonius (Schakelring) Reinier van Arkelgroep Duinendaal Buro Maks Huize Vincentius Amarant Noordoost Brabant Pantein GGMD Doven en Slechthorenden ZZP Groenen van der Velden De Aarde H. J. Bogaard MOBY Thuiszorg SWLC Woon en Dagbesteding Thuiszorg IVT Zorgcentrum De Grevelingen Professionals NAH Gemini Zorg en Dienstverlening Viataal Zorgcentrum Wijkestein Amarant Midden-Brabant Atlantiszorg Mens en Welzijn CCC Zorg Midden-Brabant Verzorgingshuis Elisabeth Hemelrijksche Hoeve Impegno Midden-Brabant Philadelphia Zorg Privazorg VITA Zorg en Welzijn Woonvorm Humanitas s-hertogenbosch Zorghuis Sefkat Thebe Thuiszorg Vivent Thuiszorg Zorgcentrum Zandley Zorgcentrum Sint Janshof Prisma 33

346 Bijlage 4 Stroomschema Eerste contact Eerste contact Eenvoudige vraag Voldoende zelfredzaam Kwetsbare situatie Directe afhandeling Gesprek Complexe vraag Gesprek Gesprek Gesprek Ondersteuning Resultaten en doelen Oplossingen Opstellen plan Opstellen plan Eigen kracht Versterken Uitvoeren plan Opstellen plan Sociaal Netwerk Versterken Uitvoeren plan Voorzieningen Geen Toegang Uitvoeren plan Toegang Toetsing plan Uitvoeren plan Uitvoeren plan Resultaat Positief Negatief Doorgaan of afronden Gesprek 34

347 Einde bijlage: BIJL Beleidskader Transitie Heusden pdf Terug naar het agendapunt

348 BIJL advies WMO adviesraad transitie sociaal domein pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11521#

349 Wmo- adviesraad Heusden Demer AB Heusden Aan de Hr.W. van Engeland Wethouder gemeente Heusden Heusden, 17 januari 2014 B etreft : advi esaanvraag concept beleidsk ade'r Transitie S ociaal Domein Geachte heer van Engeland, Met de brief van 17 decemb er 2013 ontvingen wij uw verzoek om advies uit te brengen over het concept beleidskader Transitie Sociaal Domein. Aan dat verzoek voldoen wij blj deze. De Wmo-adviesraad heeft van het heldere en derhalve goed leesbare concept beleidsplan kennis genomen. Het is op onze vergadering van 13 januari jl. aan de orde geweest. WU zien het, gelet alle onduidelijkheden van het moment, als een goede leidraad om met voortvarendheid te werken aan de verdere invulling van de transitie in het sociale domein. Het geeft in grote lijnen weer wat de gemeente beoogt. Het geeft ook een duidelijke indicatie van het vele werk wat nog moet worden gedaan om per 1 januari 2015 de daadwerkelijke uitvoering te kunnen realiseren. De Wmo-adviesraad kan daarom instemmen met het thans voorliggende beleidskader. De Wmo-adviesraad heeft ervan afgezien om meer in detail op het concept beleidskader in te gaan. In de gegeven situatie is zij van mening dat zai moeten worden gewacht op de verdere ontwikkelingen en de meer concrete uitvoering van de plannen. U heeft aangegeven dat u de Wmo-adviesraad het hele jaar door daarbij zalbetrekken. M.a.w. er zal het hele jaar ruime gelegenhetdzijnu over (onderdelen van) de transitie van advies tevoorzien. Dat hjkt ons ook het juiste moment om aan u alternatieven te presenteren (voor onderdelen) mocht daar voor ons aanleiding toe zijn. Bij het voorgaande maken wij nog de volgende kanttekeningen: 1. In het voorliggende stuk ontbreekt een tijdspad. Gezien het vele werk maken wij ons zorgen over de tijdige uitvoering per 1-I De Adviesraad is er klaar voor om op elk gewenst moment haar ondersteunende enlof adviserende rol waar te maken 3. Inparagraaf op blz. 8 wordt gesproken over "het leveren van maatregelen". Ons is niet duidelijk wat daarmee wordt bedoeld. 4. In bijlage 1 Begrippenkader haalt u bij de Eerste lijn als voorbeeld de Fysiotherapie aan.deze opmerking is achterhaald en ook dan nog onjuist.

350 Wij hopen hiermee uw brief te hebben beantwoord. Mocht u nog vragen hebben dan reken ik erop dat u niet zult aarzelenmij daarvoor te benaderen. In alle gevallen horen wlj graagvan u een reactie naar aanleiding van ons advies. Met vriendelijke groet J.Verheij-Veneijt Voorzitter Wmo-adviesraad.

351 Einde bijlage: BIJL advies WMO adviesraad transitie sociaal domein pdf Terug naar het agendapunt

352 RV beleidskader jeugdstelsel hart van brabant pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11483#

353 Onderwerp Beleidskader Jeugdstelsel Hart van Brabant Raadsvoorstel Inleiding De nieuwe wet op de Jeugdhulp (Jeugdwet) gaat op 1 januari 2015 in 1. Er komt dan één financieringsstroom voor de jeugdhulp binnen één wettelijk kader, waar er nu nog diverse geldstromen en verantwoordelijkheden 2 zijn. Om aan deze transitie Jeugdhulp invulling te geven is het Beleidskader Jeugdstelsel Hart van Brabant opgesteld. Dit beleidskader geeft meer informatie over hoe we de jeugdzorgtaken regionaal gaan vormgeven. Het voorstel is om dit regionale beleidskader vast te stellen. Feitelijke informatie Het Beleidskader Jeugdstelsel Hart van Brabant in het kort Het Beleidskader Jeugdstelsel Hart van Brabant is een kaderstellende notitie waaraan de gemeenten zich verbinden. Dit regionale beleidskader sluit aan op ons lokale beleidskader rondom de transities, dat zich richt op de lokale uitwerking van de transities rondom de Wmo-AWBZ, Participatiewet en Jeugdwet. Dit lokale beleidskader ligt tegelijkertijd met het regionale Beleidskader Jeugdstelsel ter besluitvorming voor (separaat voorstel voor uw vergadering van 18 februari 2014). Het regionale Beleidskader Jeugdstelsel richt zich op de regionale afspraken en keuzes rondom de Jeugdwet. De ambitie van het regionale beleidskader reikt verder dan een verantwoorde overdracht: de komende jaren werken we aan een vernieuwing van het stelsel (transformatie). Het beleidskader is samen te vatten in een aantal beslispunten. Deze richten zich onder andere op de regionale afspraken die invloed hebben op de lokale inrichting, de specialistische hulp, de regionale samenwerking, inbreng van de cliënt en het gezin en de kosten van het jeugdstelsel. In het beleidskader is ook opgenomen dat we een warme overdracht willen realiseren en in 2015 een zachte landing waarborgen voor de aanbieders bij wie de betrokken jeugdigen of gezinnen in zorg zijn. Dit is uitgewerkt in het Regionaal Transitiearrangement wat onderdeel uitmaakt van het regionale beleidskader. Het beleidskader is opgesteld in een tijd van veel veranderingen en ontwikkelingen. Om die reden zal het in 2017 in zijn geheel worden geëvalueerd en is er ruimte om zaken (waaronder de verdeling van het beschikbare budget) tussentijds bij te stellen. Relatie andere ontwikkelingen De Jeugdwet heeft raakvlakken met de al vastgestelde wet Passend Onderwijs. In het beleidskader is opgenomen dat de gemeenten gezamenlijk de overleggen met de Samenwerkingsverbanden Primair en Voortgezet onderwijs voeren. Dit gebeurt op de schaal van de samenwerkingsverbanden van het onderwijs. Daarnaast houdt het beleidskader rekening met de raakvlakken met de transitie Wmo-AWBZ en de Participatiewet. Regionale samenwerking De Jeugdwet verplicht de gemeenten om voor het opgedragen kader in regionaal verband samen te werken. De negen gemeenten van Hart van Brabant hebben aangegeven met elkaar ook voor complexe, specialistische of schaarse zorg- en hulpvormen regionale afspraken te maken. Hierbij wordt gebruik gemaakt van bestaande bestuurlijke structuren door aan te sluiten op de Gemeenschappelijke Regeling Hart van Brabant. Ook wat betreft de uitvoeringstructuur (ondermeer gezamenlijke inkoop en monitoring) wordt aangesloten bij bestaande structuren. Dit wordt ondergebracht bij de gastgemeente Tilburg met daarom heen het ambtelijke overleg Regio Hart van Brabant. Hierdoor wordt de koppeling met het lokale veld geborgd. 1 De Jeugdwet is op 17 oktober vastgesteld door de Tweede Kamer. Naar verwachting zal uiterlijk eind januari 2014 de Eerste Kamer de wet vaststellen. 2 Op dit moment zijn zowel het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, het ministerie van Veiligheid en Justitie, de provincie Noord-Brabant, de gemeente als de zorgverzekeraar verantwoordelijk voor een gedeelte van de jeugdzorg en de jeugdhulpverlening. 1

354 Onderwerp Beleidskader Jeugdstelsel Hart van Brabant Afweging Door het vaststellen van het regionale Beleidskader Jeugdstelsel Hart van Brabant geven we weer hoe we gaan samenwerken binnen de Transitie Jeugdzorg. Het regionale beleidskader sluit aan op het lokale beleidskader wat zich richt op alle transities binnen het sociale domein. Inzet van Middelen In het beleidskader geven we een indicatieve verdeling van het decentralisatiebudget (het getotaliseerde budget dat via de decentralisatie-uitkering naar de gemeenten van de regio komt) naar bestedingsdoelen. Deze inzetverdeling is indicatief, gebaseerd op de meicirculaire We verwachten met de meicirculaire 2014 zicht te krijgen op de definitieve beschikbare budgetten in De indicatieve opbouw van de inzet van het budget is als volgt: - Landelijke jeugdhulp: 2,2%. Dit is bedoeld voor de inkoop van zeer gespecialiseerde zorg en randvoorwaardelijke voorzieningen op landelijk niveau. - Regionale jeugdhulp: ruim 71,8%. De jeugdhulp die we regionaal gaan inkopen (hoofdstuk 4 beleidskader). - Lokale jeugdhulp en taken: zo'n 15 %. Dit is bestemd voor de inkoop van de lokale taken zoals: enkelvoudige ambulante begeleiding en behandeling, enkelvoudige vormen van diagnostiek, trainingen, cursussen en advies en informatie. Maar ook voor de inrichting van de frontlijn/toegang. - Uitvoeringskosten: 2%. Dit is met name bedoeld voor de regionale uitvoeringskosten. - Risicoreservering: 2%. Dit wordt gereserveerd voor calamiteiten en risico's in een bestemmingsreserve jeugdhulp (hoofdstuk 9 beleidskader). - Innovatie: 7%. Dit gaat zowel om innovatie binnen de regionale jeugdhulp als innovatie voor de lokale jeugdhulp en lokale inrichting. Onderstaande tabel is een indicatieve verdeling voor het jaar Het bedrag is gebaseerd op het historisch budget waarbij rekening gehouden is met de taakstelling voor 2015 (betreft informatie uit meicirculaire 2013, definitieve gegevens voor 2015 worden verwacht bij de meicirculaire 2014). Landelijke jeugdhulp 2,2% Regionale jeugdhulp 71,8% Lokale jeugdhulp en taken 15,0% Uitvoeringskosten 2,0% Risicoreservering 2,0% Innovatie 7,0% % Bovenstaand overzicht geeft alleen een globaal beeld van de te verwachten rijksbijdragen, die als richtinggevend budget dienen. Het geeft nog geen beeld over de daadwerkelijk te verwachten kosten. Verdere financiële effecten zijn op dit moment echter nog niet inzichtelijk te maken. Risico's Solidariteit tussen de gemeenten in de regio Hart van Brabant is nodig om schommelingen in het gebruik van (dure) voorzieningen op te kunnen vangen. En om te voorkomen dat de begroting van een lopend jaar wordt overschreden. Zo kunnen we aan de zorgplicht voldoen en de zorg voor cliënten garanderen, ongeacht de financiële positie van de gemeente van herkomst. Voor de vormgeving van deze solidariteit wordt gekozen voor een combinatiemodel van verzekering en verrekening. Gemeenten dragen bij op basis van het gemiddeld verwachte zorggebruik; op basis van het gemiddeld historisch gebruik. De verrekening van de werkelijke kosten vindt plaats over een aantal jaren, bijvoorbeeld vier jaar. Met de schaalgrootte van onze regio en de spreiding van de verrekening over een aantal jaren, vangen we schommelingen voor 2

355 Onderwerp Beleidskader Jeugdstelsel Hart van Brabant individuele gemeenten op. Bij minder gebruik daalt de bijdrage van de gemeente. Dit model is alleen mogelijk bij een meerjarige samenwerkingsperiode van de gemeenten. Procedure Vervolgstappen Na vaststelling van dit beleidskader zal een groot aantal onderwerpen moeten worden uitgewerkt. Dit gebeurt door de gemeenten gezamenlijk, onder bestuurlijke aansturing vanuit het portefeuillehoudersoverleg Jeugd. Er wordt een actielijst opgesteld van activiteiten die de komende tijd moeten worden ondernomen, zoals aanpassing van de gemeenschappelijke regeling en een uitvoeringsprogramma voor de jeugdhulp. Inkoop De eerste drie jaar na de transitiedatum wordt beperkt marktwerking toegepast bij de inkoop van het aanbod. Voor een zorgvuldige overgang is het gewenst om bij de contractering van de - voor ons deels nieuwe - aanbieders optimaal gebruik maken van de kennis en ervaring van de huidige financiers: de provincie, zorgverzekeraars en zorgkantoor. Samen met hen krijgt de inkoop voor het jaar 2015 vorm, waarbij we dit eerste (overgangs)jaar de huidige inkoop- en bekostigingssystemen continueren. Dit is ook afgestemd met de lokale inkoopcoördinatoren. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 3

356 Onderwerp Beleidskader Jeugdstelsel Hart van Brabant De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 17 december 2013; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : het Beleidskader Jeugdstelsel Hart van Brabant vast te stellen en zodoende in te stemmen met de daarin opgenomen beslispunten. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 4

357 Einde bijlage: RV beleidskader jeugdstelsel hart van brabant pdf Terug naar het agendapunt

358 BIJL Overzicht beslispunten beleidskader jeugdstelsel hart van brabant pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11482#

359 Beslispunten regionale beleidskader jeugdstelsel Hart van Brabant Het regionale beleidskader jeugdstelsel Hart van Brabant is samen te vatten in de volgende beslispunten: 1. Het regionale beleidskader Jeugdstelsel Hart van Brabant stellen we vast voor de periode 2015 tot en met Voor deze periode stellen we ons de volgende doelen: - gebruikers van het jeugdhulpaanbod zijn tevreden over bejegening en ondersteuning; - de aangeboden ondersteuning is passend en effectief (naar professionele maatstaven); - het gebruik van specialistische hulp (behandeling, verblijf) gaat omlaag, ten gunste van lichte vormen van hulp (ambulant, tijdig, effectief); - de frontlijn schakelt met inzet van ketenregie aantoonbaar sneller op en af, resulterend in kortere doorlooptijden van het specialistisch aanbod; - minder jeugdigen krijgen een maatregel op last van de kinderrechter, ten gunste van het aantal jeugdigen en gezinnen dat hulp op vrijwillige basis ontvangt; - professionals in en om het jeugdveld handelen aantoonbaar volgens de Meldcode Kindermishandeling. 2. Dit Beleidskader en de daarin opgenomen besluiten wordt in 2017 geëvalueerd. Speciale aandacht geven we hierbij aan de gekozen vorm van regionale samenwerking op het beleidsterrein jeugdhulp, zoals bepaald in de hiervoor overeengekomen gemeenschappelijke regeling. 3. Elke gemeente van Hart van Brabant heeft een toereikend basisaanbod aan ondersteuning voor kinderen, jongeren en ouders. De gemeenten in Midden-Brabant zorgen er voor dat (voorgenomen) keuzes voor het basisaanbod in 2014 zijn gemaakt en vastgelegd in een (concept)lokaal jeugdplan , met de mogelijkheid om, indien nodig, het plan jaarlijks aan te passen. 4. De gemeenten toetsen onderling de lokale plannen voor de jeugd en bovengenoemde afspraken, met als doel van elkaar te leren en inzicht te krijgen in de wisselwerking tussen lokale inzet en regionale aanspraken op regionaal ingekocht specialistisch jeugdaanbod. 5. Elke gemeente in de regio Midden-Brabant richt een frontlijn in met minimaal de volgende hoofdfuncties: - vraagverheldering, met toepassing van de regionaal ontwikkelde instrumenten quick scan en integrale vraaganalyse ; - bepalen van benodigde ondersteuning; - uitvoeren of regelen van ondersteuning; - toegang tot gespecialiseerde (jeugd)hulp; - regievoering. 6. De frontlijn krijgt van gemeenten het mandaat voor het toewijzen van hulp uit het vrij toegankelijke basisaanbod én van specialistische hulp. Toewijzing van specialistische hulp gebeurt altijd na overleg tussen de frontlijnmedewerker en (een of meer) leden van het specialistisch team. Meervoudige oordeelsvorming is een voorwaarde voor het inzetten van specialistische hulp. 7. Voor het mandaat van de frontlijn maken de gemeenten onderscheid tussen vrij toegankelijk aanbod en specialistisch aanbod. Voor de afbakening hanteren we vooralsnog als richtlijn een bedrag van 3.000,00 per traject. Beargumenteerde uitzonderingen zijn mogelijk; hiervoor geldt een regionale meldplicht. In 2015 monitoren we de effectiviteit van deze afbakening en bekijken we of deze in 2016 bijgesteld moet worden.

360 8. Het overleg met het primair en voortgezet onderwijs (OOGO) voeren de gemeenten gezamenlijk op het niveau van de samenwerkingsverbanden primair en voortgezet onderwijs (ondermeer Tilburg e.o. en Langstraat). 9. De gemeenten contracteren één regionaal werkende gecertificeerde instelling die verantwoordelijk wordt voor de uitvoering van door de kinderrechter opgelegde maatregelen. Deze instelling voert zelf uit en kan in voorkomende gevallen landelijk werkende instellingen contracteren voor uitvoering van bovenvermelde taken. 10. De regionale Escalatieprocedure en aanwijzingsbevoegdheid zorg en hulpverlening (zie bijlage 3 van het beleidskader) wordt met dit beleidskader vastgesteld. Gemeenten leggen deze regels vast in de contracten met aanbieders, zowel regionaal als lokaal. 11. Bij het beoordelen van de kwaliteit van de geleverde hulp en ondersteuning laten gemeenten het cliëntoordeel een nadrukkelijke rol spelen, vooral over ervaren bejegening, bijdrage aan resultaten, samenhang en continuïteit en de mate van inzet van "eigen kracht". 12. In de overeenkomsten met aanbieders leggen gemeenten over eigen regie vast dat keuzes voor aanbod en plannen altijd in samenspraak met de kinderen, jongeren en ouders worden gemaakt (met mogelijke uitzondering wanneer sprake is van een maatregel uitgesproken door de rechter). 13. De gemeenten bieden de mogelijkheid van een PGB (conform het bepaalde in de Jeugdwet art ) te besteden bij geregistreerde aanbieders, dit zijn de organisaties en vrijgevestigden die werken conform de kwaliteitseisen zoals vermeld in de jeugdwet. De gemeenten voeren het PGB volgens de wettelijke voorschriften in en stellen het bij voorkeur onder gelijke condities beschikbaar voor jeugdhulp en voor maatschappelijke ondersteuning. 14. De gemeenten in Midden-Brabant ontwikkelen mogelijkheden en instrumenten waarmee burgers en cliënten inbreng kunnen hebben bij regionaal beleid en beleidsbeslissingen. 15. De gemeenten organiseren hun bestuurlijke samenwerking op basis van de bestaande gemeenschappelijke regeling in het verband van Hart van Brabant. De beleids- en besluitvorming en de verantwoording over de regionale inzet gebeurt conform deze regeling. De gemeenten zorgen voor een aanpassing van de regeling ten behoeve van de nieuwe taken in het jeugddomein. Deze aanpassing van de regeling gaat vergezeld met de opstelling van een deelovereenkomst, waarin ook bepalingen worden opgenomen over de evaluatie van de bestuurlijke samenwerking op het jeugdhulpdomein en de mogelijkheid tot uittreden. De aanpassing van de regeling en de deelovereenkomst worden in 2014 aan de raden ter vaststelling voorgelegd. 16. De gezamenlijke beleidsvoorbereiding en de inkoop van jeugdhulp brengen de gemeenten onder bij gastheergemeente Tilburg, met een waarborg voor de (continuering van) ambtelijke inbreng en betrokkenheid vanuit alle gemeenten in de regio. De gastheergemeente voorziet in de uitvoering van de volgende taken: inkopen van het benodigde aanbod, monitoren van resultaten en effecten, verantwoording, kennisontwikkeling, beleids- en inkoopvoorbereiding en beheer van contracten en de budgetten voor risico s en innovatie. 17. Van het totale decentralisatiebudget dat in 2015 overkomt naar de gemeenten bestemmen we indicatief 11% van voor innovatie (7%), risicoverzekering (2%) en gemeentelijke uitvoeringskosten (2%) en 89% voor de uitvoering van jeugdhulp. Dit laatste kan indicatief worden onderverdeeld in landelijk ingekochte voorzieningen (2,2%), lokaal in te kopen jeugdhulp (15%) en het gezamenlijke aanbod (71,8%). Op basis van de definitieve gegevens voor 2015 (via meicirculaire 2014) besluiten de gemeenten via hun respectievelijke begrotingsprocedures 2015 over de definitieve verdeling en budgetten, inclusief de afbakening van wat lokaal, en wat regionaal wordt in gekocht. 18. De bestaande inkoop- en bekostigingssystemen continueren we in het overgangsjaar De gemeenten nemen de contractering van de provinciale jeugd- en opvoedhulp over;

361 gemeenten verzoeken (de) zorgverzekeraar(s) om (onder verantwoordelijkheid van de gemeenten) de inkoop voor de jeugdggz en de lvb-zorg voor 2015 te verrichten. 19. Voor het regionaal voorzieningenaanbod kiezen de Hart van Brabantgemeenten voor het combinatiemodel van verzekering en verrekening, omdat dit model het meest effectief bijdraagt aan de doelstellingen van de jeugdzorg. 20. In de eerste periode na de transitie hebben de gemeenten extra aandacht voor control en monitoring (kwaliteit en financiën) op basis van een driemaandelijkse managementrapportage, om bij te kunnen sturen in geval van ongewenste effecten. De GGD Hart voor Brabant levert een bijdrage in de voorziening van beleidsinformatie, in afstemming met de uitvoeringsorganisatie die is ondergebracht bij de gastheergemeente. 21. De gemeenten hechten groot belang aan innovatie om de transformatie-opgave mogelijk te maken. Van het totale decentralisatiebudget worden middelen afgezonderd (indicatief 7%), die hiervoor zullen worden ingezet. Daarnaast verwachten de gemeenten van de aanbieders dat zij ook binnen hun regulier aanbod met eigen middelen transformeren. We zullen voorstellen ontwikkelen voor de wijze van inzet vanuit het innovatiebudget, waarbij we specifiek aandacht vestigen voor een optimale borging en effectiviteit van de ingezette middelen. Het eerste jaar na de transitie bestaat de veranderopgave vooral uit de totstandkoming van de toegang per gemeente, zodat de inzet vanuit het innovatiebudget in 2015 met voorrang wordt gericht op deze lokale opgave.

362 Einde bijlage: BIJL Overzicht beslispunten beleidskader jeugdstelsel hart van brabant pdf Terug naar het agendapunt

363 RV Consultatie Regioproces Bedijkte Maas pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11485#

364 Onderwerp Consultatie regioproces bedijkte Maas Raadsvoorstel Inleiding In zijn brief van 17 december 2013 vraagt gedeputeerde Van Hout, in zijn rol als voorzitter van het bestuurlijk overleg regioproces bedijkte Maas, naar uw mening over de voorkeurstrategie die voorligt voor het deltaprogramma voor de bedijkte Maas. Die mening moet voor 3 maart 2014 per post of aan de projectleider van het regioproces worden toegezonden, zodat de uitkomsten besproken kunnen worden in het daarop volgende bestuurlijk overleg. Feitelijke informatie De voorzitter vraagt u om antwoord te geven op de volgende vragen: - kunt u de gekozen voorkeurstrategie onderschrijven; - heeft u kanttekeningen of zorgpunten bij de voorkeurstrategie - heeft u opmerkingen over het vervolgtraject? Afweging De gekozen voorkeurstrategie bevat voor de gemeente Heusden, naast een verhoging van de dijken, een dijkverlegging die loopt van Bokhoven tot aan Hedikhuizen (zie onderstaande figuur). Fig. 1: Gebied dat buitendijks komt te liggen door dijkverlegging Deze verlegging heeft ingrijpende gevolgen voor onze gemeente omdat als gevolg daarvan een melkveehouderij, een steenfabriek en het gemaal met bijbehorende bedrijfshal en bedrijfswoning geheel buitendijks komen te liggen. In het kaarten en tabellenboek behorende bij de voorkeurstrategie wordt de invloed op de gebruikers van deze percelen als aandachtspunt benoemd, evenals de effecten op de werkgelegenheid. Dit doet echter onvoldoende recht aan de in het geding zijnde belangen. Bij een ingreep als deze, die een directe bedreiging vormt voor het voorbestaan van een agrarisch bedrijf, maar vooral ook de steenfabriek, moet al in de voorbereidende fase voldoende duidelijkheid bestaan over de manier waarop deze negatieve effecten gecompenseerd kunnen worden. Onduidelijk is op welke manier rekening is gehouden met (de kosten van) een verplaatsing van deze bedrijven. Daar komt bij dat een warme sanering van de betrokken bedrijven wellicht de eigenaren in financiële zin voldoende tegemoet kan komen, maar in maatschappelijk opzicht zeer ongewenst is als dit gepaard gaat met verlies aan werkgelegenheid. Deze onduidelijkheid over de mogelijke negatieve maatschappelijke en economische gevolgen maken het haast onmogelijk om nu al in te stemmen met de voorliggende voorkeurstrategie. Tegen de voorgestelde dijkverhoging zijn er geen bezwaren over de manier waarop deze is opgenomen in de voorkeurstrategie. 1

365 Onderwerp Consultatie regioproces bedijkte Maas Met name de aanduiding van vesting Heusden als kwestbare locatie waar geen dijkverhoging zal worden toegepast, zorgt er voor dat deze maatregel onderschreven kan worden. Fig. 2 maatregelen dijken Omdat nog niet duidelijk is welk ruimtebeslag gepaard gaat met de dijkverhoging, verdient de bestaande bedrijvigheid aan de dijk bij de bedrijventerreinen Bakkerdam en Heesbeen wel aandacht. Uitgangspunt bij de dijkverhoging moet zijn dat de daar aanwezige bedrijven zoveel mogelijk ontzien worden. Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel. Risico's Er zijn geen risico's verbonden aan dit voorstel. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 2

366 Onderwerp Consultatie regioproces bedijkte Maas De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 februari 2014; gezien het voorstel van het college van 14 januari 2014; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : in antwoord op het consultatieverzoek van de voorzitter van het bestuurlijk overleg regioproces bedijkte Maas als volgt te reageren: - niet in te stemmen met de dijkverlegging zoals die is opgenomen in de voorkeurstrategie, omdat er in die strategie geen duidelijkheid wordt gegeven over de maatregelen die genomen worden om mogelijke negatieve maatschappelijke en economische gevolgen te voorkomen; - in te stemmen met de aanduiding van vesting Heusden als kwetsbare locatie; - in te stemmen met de voorgestelde dijkverhoging voor het resterende deel; - als kanttekening/zorgpunt mee te geven dat de bestaande bedrijvigheid op de bedrijventerreinen Bakkersdam en Heesbeen bij de verhoging van de dijken ontzien moet worden. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 3

367 Einde bijlage: RV Consultatie Regioproces Bedijkte Maas pdf Terug naar het agendapunt

368 BIJL Aanbiedingsbrief Consultatie regioproces Bedijkte Maas-O.pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11486#

369

370

371

372

373

374

375 Einde bijlage: BIJL Aanbiedingsbrief Consultatie regioproces Bedijkte Maas-O.pdf Terug naar het agendapunt

376 BIJL essenties vookeurstrategie Consultatie regioproces Bedijkte Maas pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11487#

377 Naar een veilige en aantrekkelijke (bedijkte) Maas voor iedereen! Belangrijkste kenmerken van de potentiële voorkeurstrategie voor de bedijkte Maas (van Heumen/Katwijk tot aan Geertruidenberg), december 2013 Aanleiding en opgave Aanleiding vormt het nationale Deltaprogramma waarin alle overheden, belangenorganisaties, bedrijfsleven en kennisinstituten meedoen. Binnen het Deltaprogramma worden oplossingen gezocht voor de bescherming tegen overstromingen en de zoetwatervoorziening. Dit is ingegeven door de klimaatveranderingen (meer neerslag /hogere zeestanden en drogere perioden). Langs de grote rivieren speelt tevens dat de stabiliteit van dijken om maatregelen vraagt (nieuwe inzichten) en het besef dat de beschermingsnormen voor overstromingen om aanscherping vragen (vanwege toename gevolgen). Voor de bedijkte Maas betekent een en ander dat in 2050 op een verhoging van de maatgevende hoogwaterstand (waarop de dijken worden berekend) van ca. 85 cm gerekend wordt. Het voorwerk De potentiële voorkeurstrategie is het resultaat van een regioproces dat in mei 2012 is begonnen met de verkenning van twee kansrijke strategieën te weten een strategie met louter rivierverruimingsmaatregelen om de genoemde 85 cm te neutraliseren en een strategie louter met dijkverhoging. De maatregelen en mogelijkheden die uit deze fase naar voren kwamen, zijn betrokken bij het opstellen van de potentiële voorkeurstrategie. Status van het resultaat Gezien het hoge tempo waarin binnen het Deltaprogramma tot resultaten gekomen moet worden, kan in deze fase nog niet gesproken worden van bestuurlijk draagvlak voor de potentiële voorkeurstrategie. De huidige potentiële voorkeurstrategie is een initiatief van de voorzitter van het bestuurlijk overleg bedijkte Maas, gedeputeerde Johan van den Hout van de provincie Noord- Brabant. De potentiële voorkeurstrategie sluit zo goed mogelijk aan bij de uitkomsten van het proces in de afgelopen 1,5 jaar. De potentiële voorkeurstrategie ligt ter consultatie voor bij de partijen langs de bedijkte Maas. Eind februari 2014 worden de uitkomsten van de consultatie verwacht waarna in maart bestuurlijk overleg plaatsvindt om tot advisering over de bedijkte Maas te komen aan het rijk. Inhoud van het resultaat De potentiële voorkeurstrategie voor de bedijkte Maas is een mix van maatregelen waarmee enerzijds de bescherming tegen overstromingen is gediend en anderzijds de aantrekkelijkheid van het gebied toeneemt. Naar de toekomst toe kan dit verder benut en uitgebouwd worden waardoor ook nieuwe meekoppelmogelijkheden kunnen ontstaan. Daarnaast borduurt de mix voort op de kenmerken die horen bij de oplossingsrichtingen rivierverruiming en dijkverbetering. Rivierverruiming beperkt verdere verhoging van waterstanden waardoor de risico s verminderen, het zorgt voor een robuuster riviersysteem waardoor de kwetsbaarheid afneemt. Dijkverbetering borduurt voort op een bekende aanpak waarbij dijkverhoging en dijkverbreding (aanpak stabiliteit) tegelijkertijd aangepakt kunnen worden. Over het algemeen is dijkverbetering goedkoper. Een goede mix maakt kostenefficiëncy mogelijk met name door het noodzakelijke grondverzet op elkaar af te stemmen. Hierdoor kan overlast in een bepaalde regio eveneens tot een minimum beperkt blijven. Concreet komt de potentiële voorkeurstrategie neer op inzet van de volgende maatregelen. Op het gebied van rivierverruiming worden de volgende maatregelen voorgesteld: Weerdverlaging langs vrijwel de gehele bedijkte Maas. Dit betekent het afgraven van uiterwaarden vlak langs het zomerbed van de bedijkte Maas. Tussen Cuijk en Ravenstein zijn twee retentiegebieden voorzien die de top

378 van een hoogwatergolf afvangen. Hierdoor zijn benedenstrooms langs de bedijkte Maas minder maatregelen nodig. De retentiegebieden worden voorgesteld op locaties die reeds door het rijk zijn gereserveerd te weten Kraaienbergse Plassen-west en Keent-zuid (Reek). Tegenover Grave (grondgebied Heumen) is een nevengeul voorzien in de uiterwaard (mogelijk te combineren met het weer zichtbaar maken van het hoornwerk Grave). Ter plaats van Alem is het open maken van de oude Maasmeander voorzien. Tussen Bokhoven een Heusden is een dijkverlegging voorzien. Benedenstrooms van Heusden is langs de Bergsche Maas een verbreding van het zomerbed voorzien van ca 25m. Hiermee worden de bestaande uiterwaarden smaller. Op het gebied van dijken worden de volgende maatregelen voorgesteld. Een integrale verhoging van de Maasdijken van 30 cm. Deze verhoging vindt niet plaats op de zogenaamde kwetsbare locaties. Het betreft hier locaties waar een verhoging tot een onaanvaardbare aantasting van landschap, woon/leefomgeving, infrastructuur, cultuurhistorie leidt. Het gaat hier om de locaties Lith, Maren, Kessel, Oud Empel, Bokhoven, Kerkdriel, Heerewaarden, Moordhuizen, Maasbommel. Op deze plaatsen vraagt de stabiliteit van de dijk wel aandacht (bv aanbrengen damwanden in het dijklichaam). Benedenstrooms van Heusden wordt aanvullend op de genoemde 30 cm een extra verhoging van de dijken toegepast van ca 20 cm. Langs het gehele traject van de bedijkte Maas moeten de dijken aan weerszijden in de breedte verbeterd worden om te voldoen aan de nieuwe eisen op het gebied van stabiliteit. Rol van de burger Binnen het Deltaprogramma worden beleidsbeslissingen voorbereid. Dit leidt in deze fase tot een relatief hoog abstractieniveau. Voor alle maatregelen geldt dat een concreet ontwerp pas aan de orde is aan de vooravond van de uitvoering. Dit gebeurt in een latere fase samen met betrokkenen (bewoners/bedrijven/eigenaren). Dit mondt uit in een plan waartegen bezwaar en beroep mogelijk is. Voor veel van de maatregelen geldt dat voorwaarden worden genoemd zowel voor de fase vóór uitvoering (ruimtelijke reservering) als voor de uiteindelijke gebruiksfase. Deze voorwaarden moeten onderdeel vormen van het advies aan het rijk. Uitvoeringstermijnen De uitvoering van maatregelen moet in 2050 gereed zijn, conform de landelijke afspraak om dan het verhoogde veiligheidsniveau gerealiseerd te hebben. Vooralsnog wordt onderscheid gemaakt tussen maatregelen voor en na Het ligt voor de hand om maatregelen aan dijken die tot de grootste reductie van het overstromingsrisico leiden, het eerst aan te pakken. Dit gebeurt dan met grond die vrij komt uit rivierverruimingsmaatregelen. Vervolgfase Rond de samenstelling van de potentiële voorkeurstrategie zijn een aantal onzekerheden aan het licht gekomen die nog invloed kunnen hebben op het uiteindelijke maatregelpakket. In een volgende fase moeten de onzekerheden verkleind worden. Een van de onzekerheden betreft de nadere afstemming met Limburg. Dit kon nog niet ingevuld worden. De afstemming kan tot aanvullende maatregelen leiden aan beide zijden van de spoorbrug Katwijk/Mook (waar het maatregelpakket van bedijkte en onbedijkte Maas elkaar ontmoeten). Samenhang en betekenis Met de voorliggende potentiële voorkeurstrategie wordt een duidelijke richting bepaald, waar in de verdere toekomst op voortgeborduurd kan worden. Na accordering door het rijk liggen belangrijke strategische keuzes vast waarmee rekening gehouden kan worden in de ruimtelijke ordening en inrichting. 2/2

379 Einde bijlage: BIJL essenties vookeurstrategie Consultatie regioproces Bedijkte Maas pdf Terug naar het agendapunt

380 BIJL Kaarten en Tabellen Consultatie Regioproces Bedijkte Maas pdf (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:11488#

381 Potentiële Voorkeurstrategie Bedijkte Maas Regioproces Noord-Brabant en Gelderland Deltaprogramma Rivieren 17 december 2013 Bijlage 2 Kaarten en Tabellenboek

382 Funenpark 1-D 1018 AK Amsterdam / NL bureau@strootman.net T. +31(0) F. +31(0) Jan van Beaumontstraat RN Gouda The Netherlands T. +31 (0) F. +31 (0) info@acaciawater.com In opdracht van:

383 Bijlage 2 Kaarten en Tabellenboek INHOUD 1. Maatregelenpakket Voorkeurstrategie: kaart + overzichtstabel 2. Alle beschikbare maatregelen voor rivierverruiming en dijkversterking: kaart + tabel met onderbouwing 3. Kaart gebiedsvisie 4. Meekoppelkansen: kaart + overzichtstabel

384 1. Maatregelenpakket Voorkeursstrategie Maatregelen Potentiële Voorkeurstrategie bedijkte Maas Hoofdkeuzen Grote ingrijpende maatrgelen Aanvullende keuzen Maatregel Volgnr. Type Weerdvergravingen traject 7 uit de IVM studie 2 Uiterwaardproject Weerdverlagingen pakket 1 27 Uiterwaardproject Hoogwatergeul Grave 45 Nevengeul / Hoogwatergeul Natuurvriendelijke oevers Keent-Loonse waard (NURG) 10 Uiterwaardproject Weerdverlagingen pakket 2 27 Uiterwaardproject Weerdverlagingen pakket 3 27 Uiterwaardproject Weerdvergravingen Traject 8 uit de IVM studie 19 Uiterwaardproject Weerdverlagingen pakket 4 27 Uiterwaardproject Integrale dijkverhoging met 30 cm 55 Dijkverhoging/versterking Retentie Kraaijenbergsche Plassen 5 Groene rivier / retentie / Rivierkering Retentie Keent 7 Groene rivier / retentie / Rivierkering Dijkverlegging Bokhoven 26 Dijkverlegging Zomerbedverbreding Bergsche Maas 53 Zomerbedmaatregel Aanvullend integraal verhogen dijken vanaf km 223/225 (Bokhoven/Well) tot 250 (Geertruidenberg) 58 Dijkverhoging/versterking Knooppunt en uiterwaarden Ravenstein 54 Uiterwaardproject Nevengeul Goudenham 12 Nevengeul / Hoogwatergeul Open maken afgedamde Maasmeander Alem 17 Groene rivier / retentie / Rivierkering

385 Voorlopig maatregelenpakket voorkeurstrategie bedijkte Maas Noord-Brabant en Gelderland - buitendijkse rivierverruimende maatregelen - 30 cm dijkophoging 1. Hoofdkeuze Legenda 2 maatregelen in de concept voorkeurstrategie maatregelen dijken integrale dijkverhoging 30cm 2. Grote ingrepen Voorkeurstrategie kwetsbare locaties (geen dijkverhoging) - twee retentiegebieden - een dijkverlegging - lokale extra dijkophoging extra dijkverhoging maatregelen rivierverruiming - op drie locaties 3. Aanvullende keuzen retentie dijkverlegging uiterwaardvergraving zomerbedverbreding nevengeul/ hoogwatergeul

386

387

388

389

390

391

392

393

394 2. Alle beschikbare maatregelen voor rivierverruiming en dijkversterking Hoofdkeuzen Grote ingrijpende maatrgelen Aanvullende keuzen Maatregelen Potentiële Voorkeurstrategie bedijkte Maas Maatregel Volgnr. Type Weerdvergravingen traject 7 uit de IVM studie 2 Uiterwaardproject Weerdverlagingen pakket 1 27 Uiterwaardproject Hoogwatergeul Grave 45 Nevengeul / Hoogwatergeul Natuurvriendelijke oevers Keent-Loonse waard (NURG) 10 Uiterwaardproject Weerdverlagingen pakket 2 27 Uiterwaardproject Weerdverlagingen pakket 3 27 Uiterwaardproject Weerdvergravingen Traject 8 uit de IVM studie 19 Uiterwaardproject Weerdverlagingen pakket 4 27 Uiterwaardproject Integrale dijkverhoging met 30 cm 55 Dijkverhoging/versterking Retentie Kraaijenbergsche Plassen 5 Groene rivier / retentie / Rivierkering Retentie Keent 7 Groene rivier / retentie / Rivierkering Dijkverlegging Bokhoven 26 Dijkverlegging Zomerbedverbreding Bergsche Maas 53 Zomerbedmaatregel Aanvullend integraal verhogen dijken vanaf km 223/225 (Bokhoven/Well) tot 250 (Geertruidenberg) 58 Dijkverhoging/versterking Knooppunt en uiterwaarden Ravenstein 54 Uiterwaardproject Nevengeul Goudenham 12 Nevengeul / Hoogwatergeul Open maken afgedamde Maasmeander Alem 17 Groene rivier / retentie / Rivierkering Maatregelen niet in Potentiële Voorkeurstrategie bedijkte Maas In de maatregeltabel is in de laatste drie kolommen informatie over hydraulische en kostenefficiëncy opgenomen. Deze moet als volgt begrepen worden. In de middelste van de drie kolommen staat de daling van de waterstand aangegeven die met een bepaalde maatregel wordt bereikt. Dit is de maximale daling op één plaats langs de rivier. In de bovenstaande grafiek is dat met cijfer 1 weergegeven. Omdat rivierverruimingsmaatregelen vaak een behoorlijk lengte-effect hebben, is de maximale daling alleen geen goed beoordelingsaspect. Door de waterstandslijnen met en zonder een maatregel te vergelijken, kan de oppervlakte van de daling in lengterichting van de rivier in beeld gebracht worden. Dit leidt tot de genoemde m2 in de eerste kolom. In de bovenstaande grafiek is dat met cijfer 2 weergegeven. Door de totale kosten van een maatregel te delen door het aantal m2, wordt een indruk verkregen van de kostenefficiëncy. In de derde kolom staat daarom aangegeven wat de kosten per m2 waterstandsdaling zijn in duizenden euro s. Parkeren Overlap Maatregel Volgnr. Type Dijkverlegging Overasselt ** 4 Dijkverlegging Nevengeul Megen 31 Uiterwaardproject Nevengeul Macharen 32 Uiterwaardproject Nevengeul Koornwaard 34 Nevengeul / Hoogwatergeul Aanvullend integraal verhogen dijken vanaf km 166 (Katwijk) tot km 185/200 (Batenburg/Lithoijen) 56 Dijkverhoging/versterking Dijkverlegging Kraaijenbergse plassen ** 1 Dijkverlegging Nevengeul Keent-Loonse waard 9 Nevengeul / Hoogwatergeul Nevengeul Lithse ham 16 Nevengeul / Hoogwatergeul Dijkverlegging Alem 18 Dijkverlegging NVO Empelse waard 22 Overig Hydraulisch obstakel A2 + spoor + oude rijksweg 49 Hydraulisch obstakel Retentie Overasselt 6 Groene rivier / retentie / Rivierkering Zomerbedverbreding traject 7 3 Zomerbedmaatregel Hoogwatergeul Loonse weerd 52 Nevengeul / Hoogwatergeul Hoogwatergeul Niftrik 29 Nevengeul / Hoogwatergeul Retentiegebied Hernen 43 Groene rivier / retentie / Rivierkering Zomerbedverbreding traject 8 20 Zomerbedmaatregel Dijkverlegging Moordhuizen 42 Dijkverlegging Koornwaard (QS) 21 Uiterwaardproject Dijkverlegging Hedel * 25 Dijkverlegging Dijkverlegging Hoenzadriel * 38 Dijkverlegging Dijkverlegging Drongelen * 50 Dijkverlegging Zomerverdieping Bergsche Maas 51 Zomerbedmaatregel Aanvullend integraal verhogen dijken vanaf km 185/200 (Batenburg/Lithoijen) tot 223/225 (Bokhoven/Well) 57 Dijkverhoging Nevengeul Heumen 46 Nevengeul / Hoogwatergeul Combinatiemaatregel Heumen 47 Overig Uiterwaarden project Keent 8 Uiterwaardproject Hydraulisch obstakel spoor Ravenstein 44 Hydraulisch obstakel Nevengeul Diedense uiterdijk 11 Nevengeul / Hoogwatergeul NVO Maasbommel 13 Overig Nevengeul Hemelrijkse waard 14 Nevengeul / Hoogwatergeul Uiterwaarden Hemelrijkse Waard 15 Uiterwaardproject Nevengeul Maasdriel Noord 35 Nevengeul / Hoogwatergeul Hydraulisch obstakel A2 23 Hydraulisch obstakel Nevengeul Hedel 36 Nevengeul / Hoogwatergeul NVO Henriette waard 24 Overig Weerdverlagingen pakket 5 27 Uiterwaardproject Nevengeul Ammerzoden 37 Nevengeul / Hoogwatergeul * Deze dijkverleggingen zijn mogelijk nodig om het doelbereik te halen. Dit hangt af van de rekenkundige onzekerheden rondom maatregel 53, zomerbedverbreding Bergsche Maas. Als de effectiviteit van de zomerbedverbreding tegenvalt, zijn deze dijkverleggingen toch nodig ** Deze dijkverleggingen zijn niet nodig om het doelbereik binnen de regio bedijkte Maas te halen. Mogelijk dat na afstemming met de regio onbedijkte Maas, deze toch in aanmerking komen om op te nemen in de VKS.

395 Legenda 2 maatregelen in de concept voorkeurstrategie Alternatieven: RVR+ primaire kering dijk met pipingopgave stuw 245 rivierkilometer maatregelen dijken verzwaring binnendijks verzwaring buitendijks (afhankelijk van hoogteligging binnendijkse bebouwing is binnendijkse oplossing mogelijk) maatwerk kwetsbare locatie (geen dijkverhoging) maatregelen uit blokkendoos rivieren retentie dijkverlegging uiterwaardeproject zomerbedmaatregel nevengeul/ hoogwatergeul hydraulisch obstakel natuurvriendelijke oever RVR + rivierveruiming in winterbed dijkverlegging maatregelen vanuit de visie contour t.b.v. vergraven uiterwaarden op basis van profiel gekanaliseerde Maas aanvullende ruimte voor vergraving uiterwaarden op basis van van visie aanvullende ruimte voor vergraving uiterwaarden op basis van oude meanders `

396 OVERZICHT MAATREGELEN BEDIJKTE MAAS Maatregel met overlap Maatregel maakt deel uit van de voorkeurstrategie (1) Ranking Op basis van leidende principes Hydraulische aspecten nummer M A A T R E G E L Voors Tegens conclusie Hydraulische effectiviteit (m2 ) Maximale verlaging (cm) Kosteneffectivit eit nieuw (Keuro/m2) 46 Nevengeul Heumen (is niet opgenomen want overlapt met maatregel 2, deze is effectiever en past beter in de visie) - ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een laagte in het landschap. - kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. Waterrecreatie dichter bij kern. - Kosteneffectiviteit is slecht 145 Keuro / m Combinatie maatregel Heumen (2,1,5) is niet opgenomen omdat 2, 1 en 5 al afzonderlijk zijn opgenomen) - kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. Waterrecreatie dichter bij kern Weerdvergravingen traject 7 uit de IVM studie - Ondersteunt gelaagdheid in het landschap, past op de reeds vergraven delen van plan Lely uit Dient reliëfvolgend te zijn. - Diverse meekoppelkansen: Grave,scheepswerf en betonfabriek (7,9); project Meer Maas (10,13,14) - Er kan werk met werk worden gemaakt door verzette grond in te zetten voor tevens ter plaatse nodige dijkversterking - Kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - Kosteneffectiviteit is relatief goed/gemiddeld 25 Keuro/m2 toepassen (1) Hoogwatergeul Grave -Ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een laagte in het landschap. -Meekoppelkans: het kroonwerk van Grave als onderdeel van de historische verdedigingswerken weer zichtbaar maken (21). -Kosteneffectiviteit is gemiddeld: 31 Keuro/m2 toepassen (1-2) 381-2, Verhogen dijken met 30 cm (0 cm bij kwetsbare plekken) Past in de visie: karakteristieken van de dijktrajecten blijven gehandhaafd en de onderlingen contrasten blijven bestaan - (beperkte) mogelijkheden voor het aanbrengen van fiets- en wandelroutes. - Werk met werk: combineren met pipingopgave op de korte termijn. - Kostenefficientie is niet precies bekend maar naar verwachting beter dan RvdR maatregel die "goed" scoren. toepasbaar op alle trajecten behalve kwetsbare. (1) 1 Dijkverlegging Kraaijenbergsche plassen - de rivierverruiming levert de nodig waterstanddaling op, ook richting bovenstrooms - Waterschap Aa en Maas wijst op mogelijke stabiliteitsproblemen nieuwe dijk vlak langs Kraaijenbergsche plassen. Uitvoering duur toepassen heeft voorkeur als kosten teruggebracht door mogelijke stablitietsproblemen en omdat nieuwe dijk eerst aangelegd moet worden voordat bestaande kan worden afgegraven. kunnen worden (3) Dit vraagt veel grondaanvoer. - Kosteneffectiviteit is slecht 59 Keuro/m , Retentie Kraaijenbergsche Plassen - Waterstandsverlagend effect op plaatsen, waar met andere rivierverruimende maatregelen niet of lastig waterstandsverlaging kan worden bereikt, en waar dijkverhoging ongewenst is. - mogelijk kansen voor vergroten van natuur- en recreatiegebied - Slechte kosteneffectiviteit 46 Keuro/m2. - Combineren oude Hogendijk met nieuwe forse dijk is lastige ontwerpopgave. - Aanwezige bebouwing en bewoning. toepasen is acceptabel vanwege RvdR-voordelen. Landschappelijke inpassing in gebied lijkt mogelijk. Bewoners en bebouwing zijn echter belangrijk punt van aandacht (3-4) Retentie Overasselt - Is van de retentiegebieden langs de Bedijkte Maas het meest bovenstrooms gelegen dus hydraulisch gunstig, - Is relatief groot van omvang en daardoor (kosten)effectief - Nieuwe dijken doen door hun grootte afbreuk aan de subtiele overgangen in het landschap. De waarde van deze overgangen is beleidsmatig onderschreven door de aanduiding Waardevol Landschap in het komgebied naast het als EHS gebied beschermde rivierduin. - Bezwaar van gemeenten Heumen en Wijchen en provincie Gelderland vanwege de grote negatieve landschappelijke effecten ivm hoge dijken en de negatieve effecten op bestaand landgebruik bijv. sanering van tientallen woningen/bedrijven. - Grenst niet aan de uiterwaarden waardoor in- en uitlaat realiseren leidt tot complicaties: hoogwater(schier)eiland Overasselt/Nederasselt, kruising provinciale weg toepassen is erg problematisch vanwege vanwege maatschappelijke en ruimtelijke gevolgen (kwaliteit, landschap, natuur, landbouw) (5) Dijkverlegging Overasselt - het betreft een relatief kleine verlegging met substantiële hydraulische effectiviteit in het gebied benedenstrooms van Katwijk/Heumen waar een grote hoogwaterveiligheidsopgave geldt. - aantasting kronkelend karakter historische dijktracé toepassen vanwege RvdR-voordelen en relatief gering impact op omgeving (3) Indien nummers in de tabel ontbreken, maar wel op de kaart zijn weergegeven, zijn deze al eerder in de tabel vermeld.

397

398 OVERZICHT MAATREGELEN BEDIJKTE MAAS Maatregel met overlap Maatregel maakt deel uit van de voorkeurstrategie (1) Ranking Op basis van leidende principes Hydraulische aspecten nummer M A A T R E G E L Voors Tegens conclusie Hydraulische effectiviteit (m2 ) Maximale verlaging (cm) Kosteneffectivit eit nieuw (Keuro/m2) 27 traj 1 Weerdvergravingen op basis van eerste fase regioprocessen DPR - Ondersteunt gelaagdheid in het landschap, past op de reeds vergraven delen van plan Lely uit Dient reliëfvolgend te zijn. - Diverse meekoppelkansen: Grave,scheepswerf en betonfabriek (7,9); project Meer Maas (10,13,14) - Er kan werk met werk worden gemaakt door verzette grond in te zetten voor tevens ter plaatse nodige dijkversterking - Kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - Kosteneffectiviteit is relatief goed 26 Keuro/m2 toepassen (1) Retentie Keent - Grote hydraulische effectivieit (~3000 m2) - Waterstandsverlagend effect op plaatsen, waar met andere rivierverruimende maatregelen niet of lastig waterstandsverlaging kan worden bereikt, en waar dijkverhoging ongewenst is. - Ligt in relatief leeg gebied binnen de voormalige Beerse Overlaat en sluit geheel aan op uiterwaard - Nieuwe dijken zijn grote dijken op maasdijkhoogte, wat een forse ingreep is met impact op leefbaarheid in het gebied. - De maatregel heeft aanzienlijke impact op gebruikers/bewoners, dit vraagt voorwaarden - Slechte kosteneffectiviteit 42 Keuro/m2 toepassen is acceptabel vanuit RvdR-voordelen hier en elders langs de Maas ondanks de relatief hoge kosten. Landschappelijke inpassing vraagt nodige aandacht net zoals gebruikers/bewoners. (4) Zomerbed verbreding traject 7 van de IVM-studie - relatief groot hydraulisch effect (~5000 m2 en max verlaging 17 cm) - Bij zomerbedverbreding worden één of beide oevers van het zomerbed weggegraven waardoor het winterbed smaller wordt en de gelaagde opbouw van het winterbed vermindert of verdwijnt. - Zomerbedverbreding leidt mogelijk tot vaardiepte-problemen bij laag water - RWS maakt om morfologische, nautische en onderhoudsredenen bezwaar. De nadelen van zomerbedverbreding zijn in het algemeen minder bezwaarlijk dan bij zomerbedverdieping. Toepassing beperken (3-4) Natuurvriendelijke oevers Keent- Loonse waard (NURG) -Ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een oude meander en een hoge uiterwaard in het landschap. Wordt deels al uitgevoerd. -Kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. -Kosteneffectiviteit lijkt goed (19 Keuro/m2), nader onderzoek hiernaar nog nodig, vanwege het feit dat een deel van de maatregel al uitgevoerd wordt toepassen (1-2) Uiterwaarden project Keent (Is niet meegenomen in het doelbereik omdat deze maatregel overlapt met 27) Wordt deels al uitgevoerd. - ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een oude meander en een hoge uiterwaard in het landschap. - kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - Kosteneffectiviteit is slecht 115 Keuro / m , Nevengeul Loonse Waard - ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een deel van een oude meander in het landschap. - kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. De nevengeul voorziet daarnaast in een extra doorvaarmogelijkheid voor de recreatie. - kosteneffectiviteit is slecht 76 Keuro/m2 - waterstandsdalend effect is zeer beperkt: max 0.5 cm toepassen, past in verschillende principes maar kosteneffectiviteit slecht (3-4) 103-0,5 76 Indien nummers in de tabel ontbreken, maar wel op de kaart zijn weergegeven, zijn deze al eerder in de tabel vermeld.

399

400 OVERZICHT MAATREGELEN BEDIJKTE MAAS Maatregel met overlap Maatregel maakt deel uit van de voorkeurstrategie (1) Ranking Op basis van leidende principes Hydraulische aspecten nummer M A A T R E G E L Voors Tegens conclusie Hydraulische effectiviteit (m2 ) Maximale verlaging (cm) Kosteneffectivit eit nieuw (Keuro/m2) 56 Aanvullend integraal verhogen dijken vanaf km 166 (Katwijk) tot km 185/200 (Batenburg/Lithoijen) - Kansen voor natuurlijke gradienten en recreatieve fiets- en wandelroutes. Lokaal doen zich kansen voor. - Werk met werk: combineren met pipingopgave op de korte termijn. -Kostenefficientie is niet precies bekend, maar naar verwachting beter dan RvdR maatregel die "goed" scoren toepasbaar maar doet afbreuk aan RvdR-principes. Relatief goedkoop bovenop 30 cm (3) 52 Hoogwatergeul Loonse Weerd past bij RvdR - Landschappelijk slecht, doorsnijdt het patroon van kommen en oeverwallen. - Bezwaar van de omliggende gemeenten vanwege de grote negatieve landschappelijke effecten ivm hoge dijken en de negatieve effecten op bestaand landgebruik bijv. sanering van woningen. Is bovendien niet voortgekomen uit de fase Kansrijke strategieën zoals die samen met de regio is ontwikkeld. - Slechte kosteneffectiviteit 67 Keuro/m2 toepassen is erg problematisch vanwege gebiedskarakteristiek (5) Hoogwatergeul Niftrik past bij RvdR - Landschappelijk slecht, doorsnijdt het patroon van kommen en oeverwallen. - Bezwaar van de omliggende gemeenten vanwege de grote negatieve landschappelijke effecten ivm hoge dijken en de negatieve effecten op bestaand landgebruik bijv. sanering van woningen. Is bovendien niet voortgekomen uit de fase Kansrijke strategieën zoals die samen met de regio is ontwikkeld. - Slechte kosteneffectiviteit 55 Keuro/m2 toepassen is erg problematisch vanwege gebiedskarakteristiek (5) , Uiterwaarden Ravenstein - ondersteunt gelaagdheid in het landschap, past op de reeds vergraven delen van plan Lely uit Meekoppelkans: de Heus (24) amoveren veevoederfabriek en herontwikkelen waterfront Ravenstein. Uitgraven historische nevengeul. - Veel bestuurlijk draagvlak bij gemeente Oss - Meekoppelkans in het verbeteren van de railinfrastructuur op het traject den Bosch-Oss-Nijmegen - Slechte kosteneffectiviteit 104 Keuro/m2 op zich toepasbaar maar erg slechte kosteneffectiviteit (4-5) 731-5, traj 2 Weerdvergravingen op basis van eerste fase regioprocessen DPR - Ondersteunt gelaagdheid in het landschap, past op de reeds vergraven delen van plan Lely uit Dient reliëfvolgend te zijn. - Diverse meekoppelkansen: Maasuiterwaarden en project Meermaas (10, 11) - Er kan werk met werk worden gemaakt door verzette grond in te zetten voor tevens ter plaatse nodige dijkversterking - Kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - Kosteneffectiviteit is relatief goed 19 Keuro/m2 toepassen (1) Hydraulisch obstakel spoor Ravenstein ((is niet opgenomen want overlapt met maatregel 54, die past beter in de visie) - Vergroot de leesbaarheid van het landschap - past in gebiedsvisie - Meekoppelkans: de Heus (24) amoveren veevoederfabriek en herontwikkelen waterfront Ravenstein. Op termijn meekoppelkansen spoorverdubbeling. - Veel bestuurlijk draagvlak bij gemeente Oss - Slechte kosteneffectiviteit 99 Keuro/m2 op zich toepasbaar maar erg slechte kosteneffectiviteit (4-5) 519-2, Retentie Hernen - Landschappelijk slecht: doorsnijdt het patroon van kommen en oeverwallen. -Bezwaar van omliggende gemeenten vanwege de grote negatieve landschappelijke effecten ivm hoge dijken en de negatieve effecten op bestaand landgebruik bijv. sanering van woningen. Is bovendien niet voortgekomen uit de fase Kansrijke strategieën zoals die samen met de regio is ontwikkeld. - Geen reservering in Barro - Slechte kosteneffectiviteit toepassen is erg problematisch vanwege gebiedskarakteristiek (5) Nevengeul Diedense Uiterdijk (is niet opgenomen want overlapt met maatregel 27 en 31, deze passen beter in de visie) - Meekoppelkans: Project Meer Maas (11). - Kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - Landschappelijk slecht, doorsnijdt het patroon van hoge en lage uiterwaarden - Overlapt met maatregelen 27 en 31, die beter in de visie passen en meer waterstandsverlagend effect sorteren Nevengeul Gouden Ham - Biedt kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. De nevengeul voorziet daarnaast in een extra doorvaarmogelijkheid voor de recreatie. - Landschappelijk gezien juist: ligt op een oude nevengeul. De huidige dam tussen zomerbed en de geul blijft gehandhaafd - Beperkt hydraulisch effect toepasbaar want RvdR (1-2) Nevengeul Megen - Ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een oude meander in het landschap. - Meekoppelkansen: kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. De nevengeul voorziet daarnaast in een extra doorvaarmogelijkheid voor de recreatie (22, 23) - Slechte kosteneffectiviteit 86 Keuro/m2 - Weinig hydraulisch effect max verlaging 1 cm toepasbaar want RvdR, niet strijdig maar relatief duur en weinig hydraulisch effect (4) Indien nummers in de tabel ontbreken, maar wel op de kaart zijn weergegeven, zijn deze al eerder in de tabel vermeld.

401

402 OVERZICHT MAATREGELEN BEDIJKTE MAAS Maatregel met overlap Maatregel maakt deel uit van de voorkeurstrategie (1) Ranking Op basis van leidende principes Hydraulische aspecten nummer M A A T R E G E L Voors Tegens conclusie Hydraulische effectiviteit (m2 ) Maximale verlaging (cm) Kosteneffectivit eit nieuw (Keuro/m2) 27 traj 3 Weerdvergravingen op basis van eerste fase regioprocessen DPR - Ondersteunt gelaagdheid in het landschap, past op de reeds vergraven delen van plan Lely uit Dient reliëfvolgend te zijn. - Diverse meekoppelkansen:project Meer Maas (12, 13, 14). - Er kan werk met werk worden gemaakt door verzette grond in te zetten voor tevens ter plaatse nodige dijkversterking - Kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - Kosteneffectiviteit is relatief goed 19 Keuro/m2 toepasbaar (1) Natuurvriendelijke oevers Maasbommel (is niet opgenomen want overlapt met maatregel 2 en 27, deze passen beter in de visie) -ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een oude meander en een hoge uiterwaard in het landschap. - natuurontwikkeling levert een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas. Hydr. effectiviteit kan vergroot worden. - Overlap met maatregelen 2 en 27, die veel meer hydraulisch effect hebben - Is al KRW-maatregel 456-2, Nevengeul Hemelrijkse Waard - kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. De nevengeul voorziet daarnaast in een extra doorvaarmogelijkheid voor de recreatie (14). - Gemiddelde kosteneffectiviteit 35 Keuro/m2 - ernstige verstoring van het huidige relief en de geomorfologische waarden - overlap met maatregel 27 die beter in de landschappelijke visie past op zich toepasbaar want RvdR en effectief maar ondersteunt landschap niet (3-4) 541-4, Uiterwaarden Hemelrijkse Waard (overlapt met 27, staat daarom niet aan. Maatregel aanpassen, door DPR laten doorekenen en indien mogelijk wel meenemen) -ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een oude meander in het landschap.wordt al uitgevoerd. - kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. De nevengeul voorziet daarnaast in een extra doorvaarmogelijkheid voor de recreatie (13,14). - Kosteneffectiviteit van 0 Keuro/m2 vraagt nadere uitleg van DPR - overlap met maatregel 27 die beter in de landschappelijke visie past. Aanpassen van maatregel om aan te laten sluiten bij de weerdvergravingen lijkt kansrijk , Nevengeul Macharen - ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een oude meander in het landschap. - kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. De nevengeul voorziet daarnaast in een extra doorvaarmogelijkheid voor de recreatie (22). Nautische verbetering haventoegang - Slechte kosteneffectiviteit 100 Keuro/m2 - klein hydraulisch effect (max waterstandsdaling 0.5 cm) toepasbaar vanwege RvdR en gebiedsvisie maar slechte kosteneffecitiviteit (3-4) 52-0, Dijkverlegging Moordhuizen - Landschappelijk: doet afbreuk aan de karakteristiek van Moordhuizen. - Betekent een forse aantasting van de landschappelijke waarden, daarom weinig draagvlak bij gemeente West Maas en Waal. - Slechte kosteneffectiviteit 56 Keuro/m2 - Klein hydraulisch effect: max verlaging 2 cm - Ligt op een plek waar doelbereik goed met andere maatregelen te halen is, dankzij forse overhoogte van de dijken toepasbaarheid problematisch vanuit gebiedsvisie en kosten (5) Nevengeul Lithse Ham - ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een deel van een oude meander in het landschap. - recreatieve mogelijkheden Lithse Ham - Klein hydraulisch effect: max verlaging 0.5 cm toepasbaar maar ondersteunt visie beperkt. Effectiviteit erg beperkt (3) 85-0,5 34 Indien nummers in de tabel ontbreken, maar wel op de kaart zijn weergegeven, zijn deze al eerder in de tabel vermeld.

403

404 OVERZICHT MAATREGELEN BEDIJKTE MAAS Maatregel met overlap Maatregel maakt deel uit van de voorkeurstrategie (1) Ranking Op basis van leidende principes Hydraulische aspecten nummer M A A T R E G E L Voors Tegens conclusie Hydraulische effectiviteit (m2 ) Maximale verlaging (cm) Kosteneffectivit eit nieuw (Keuro/m2) 20 Zomerbed verbreding traject 8 van de IVM-studie - relatief groot hydraulisch effect (~3000 m2 en max verlaging 17 cm) - Bij zomerbedverbreding worden één of beide oevers van het zomerbed weggegraven waardoor het winterbed smaller wordt en de gelaagde opbouw van het winterbed vermindert of verdwijnt. - Zomerbedverbreding leidt mogelijk tot vaardiepte-problemen bij laag water - RWS maakt om morfologische, nautische en onderhoudsredenen bezwaar. De nadelen van zomerbedverbreding zijn in het algemeen minder bezwaarlijk dan bij zomerbedverdieping. Toepassing beperken (3-4) , Weerdvergravingen Traject 8 uit de IVM-studie - Ondersteunt gelaagdheid in het landschap, past op de reeds vergraven delen van plan Lely uit Dient reliëfvolgend te zijn. - Er kan werk met werk worden gemaakt door verzette grond in te zetten voor tevens ter plaatse nodige dijkversterking - Kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren (18). - Kosteneffectiviteit is relatief gemiddeld/goed 28 Keuro/m2 toepasbaar (1) , Open maken afgedamde Maasmeander Alem - ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een deel van een oude meander in het landschap. - Meekoppelkans: Zandwinning Marensche Waarden zandwinning (19) - Relatief groot hydraulisch effect ( ~2000 m2, max verlaging 12 cm), de kosten zijn echter laag ingeschat en behoeven nader onderzoek - Waterstandsverlaging heeft plaats op trajecten (km ) waar het doelbereik lastig met andere maatregelen is te halen, vanwege aanwezigheid van kwetsbare trajecten en ontbreken van andere effectieve RvdR-maatregelen - Past niet in de visie van Maasdriel op het uiterwaardengebied. Draagvlak is afhankelijk van de verplaatsing van jachthaven en toepasbaar vanwege RvdR, visie en effectiviteit. (2- voetbalvelden + garantie bereikbaarheid. - aandachtspunt is dat er twijfels bestaan over de hydraulische/kosten-effectiviteitsberekening bij de gemeente Maasdriel. Maasdriel: 3) "In het verleden is de maatregel al eens als negatief beoordeeld op kostenefficientie" Dijkverlegging Alem -Bezwaar bij de gemeente Maasdriel. Belangrijk aandachtspunt is de noodzakelijke verplaatsing van bedrijven en boerderijen. op zich toepasbaar maar ondersteunt visie niet en is - Ingreep minder noodzakelijk dan andere, omdat het effect voornamelijk plaatsheeft op een traject, waar de dijken forse overhoogte duur (4-5) hebben 610-3, Nevengeul Maasdriel Noord (is niet opgenomen want overlapt met maatregel 19, deze past beter in de visie) - Meekoppelkans: kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren (22). - doorsnijdt het patroon van hoge lage uiterwaarden, er is geen oude geul aanwezig. - Overlap met maatregel 19, deze past beter in de visie 38 Dijkverlegging Hoenzadriel - geeft redelijke waterstanddaling in een traject waar dijkverhoging niet wenselijk wordt geacht vanwege kwetsbare objecten - voegt niets toe aan visie - enkele bedrijven en 7 binnendijkse woningen moeten verdwijnen - relatief slechte kosteneffectiviteit 49 Keuro/m2 toepasbaar maar is relatief duur (3-4) 577-2, , Hydraulisch obstakel A2 (zit ook in maatregel 49) - vergroot de leesbaarheid van het landschap. Bovendien wordt het in ere herstellen van een oude meander (maatregel 36) mogelijk. - Slechte kosteneffectiviteit 91 Keuro/m Hydraulisch obstakel A2 + spoor + oude rijksweg - vergroot de leesbaarheid van het landschap. Bovendien wordt het in ere herstellen van een oude meander (maatregel 36) mogelijk. - Werk met werk: combineren met eventuele verbreding van de snelweg of de aanleg van een haven tussen de spoorbrug en de A2 - Slechte kosteneffectiviteit 315 Keuro/m2 toepasbaar, ondersteunt visie maar is peperduur en puur vanuit waterveligheid niet realistisch (5) Natuurvriendelijke oevers Empelse Waard - ondersteunt gelaagdheid in het landschap, past op de reeds vergraven delen van plan Lely uit Wordt mogelijknreeds uitgevoerd. - kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - kosteneffectiviteit van 28 Keuro/m2 vraagt om nadere uitleg van DPR toepasbaar, maar heeft weinig effect (3) 102-0, Dijkverlegging Hedel - is visie neutraal mits geen woningen worden getroffen. slechte kosteneffectiviteit 54 Keuro/m2 toepasbaar vanwege waterstandseffect op kwetsbara traject maar is duur (3-4) traj 4 Weerdvergravingen op basis van eerste fase regioprocessen DPR - Ondersteunt gelaagdheid in het landschap, past op de reeds vergraven delen van plan Lely uit Dient reliëfvolgend te zijn. - Meekoppelkansen:CreveCoeur en omgeving, de landschappelijke situering van het fort verbeteren (19). - Er kan werk met werk worden gemaakt door verzette grond in te zetten voor tevens ter plaatse nodige dijkversterking - Kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - Kosteneffectiviteit is relatief goed 22 Keuro/m2 toepasbaar (1) Aanvullend integraal verhogen dijken vanaf km 185/200 (Batenburg/Lithoijen) tot 223/225 (Bokhoven/Well) -Werk met werk: combineren met pipingopgave op de korte termijn. - Kostenefficientie is niet precies bekend, maar naar verwachting beter dan RvdR maatregel die "goed" scoren - Gaat deels ten koste van het karakteristiek verloop kronkeldijken, op enkele plaatsen vermindert de ruimtelijke kwaliteit van waterfronten. toepasbaar maar doet afbreuk aan visie (kwetsbare trajecten) en RvdR-principes. Op kwetsbare trajecten duur (4-5) 21 Koornwaard (QS) - Ondersteunt gelaagdheid in het landschap. Obstakel van de monding van de Zuid-Willemsvaart en demonding van de Rosmalense Aa moeten worden aangepast. - een kostbare sanering heeft geleid tot een duurzame oplossing, waardoor dit gedeelte van de Koornwaard de komende decennia niet wordt vergraven - nauwelijks hydraulisch effect (max waterstandsverlaging 0.1 cm) - kosteneffectiviteit zeer slecht (769 Keuro/m2) niet realistisch vanwege zeer hoge kosten en kapitaalvernietiging (5) 1-0, Nevengeul Koornwaard - ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een deel van een oude meander in het landschap. - kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - Aandachtspunten zijn mogelijk vuilstortplaats, uitmonding ZW-vaart en Rosmalense Aa en aanwezige wielen - kosteneffectiviteit is relatief slecht 47 Keuro/m2, navraag doen bij DPR of aanpassing sluis is meegenomen toepasbaar in betreffende gebied. Relatief slechte kosteneffectiviteit (3) 466-2,5 47 Indien nummers in de tabel ontbreken, maar wel op de kaart zijn weergegeven, zijn deze al eerder in de tabel vermeld.

405

406 OVERZICHT MAATREGELEN BEDIJKTE MAAS Maatregel met overlap Maatregel maakt deel uit van de voorkeurstrategie (1) Ranking Op basis van leidende principes Hydraulische aspecten nummer M A A T R E G E L Voors Tegens conclusie Hydraulische effectiviteit (m2 ) Maximale verlaging (cm) Kosteneffectivit eit nieuw (Keuro/m2) 36 Heropenen oude Maasmeander Hedel/Lieshaven (is niet opgenomen want overlapt met maatregel 49, deze is integraler en past beter in de visie). - ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een deel van een oude meander in het landschap. - kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - Relatief goede kosteneffectiviteit 26 Keuro/m2 - Past niet in de visie van Maasdriel en omgeving om juist een aantal functies in de uiterwaarden te versterken - Overlap met maatregel 27, weerdverlagingen Natuurvriendelijke oever Henriettewaard (is niet opgenomen want overlapt met maatregel 27, deze is integraler en past beter in de visie). - ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een deel van een oude meander in het landschap. - kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - Overlap met maatregel 27, weerdverlagingen - Nauwelijks hydraulisch effect (max verlaging 0.1 cm) 68-0, Nevengeul Ammerzoden (is niet opgenomen want overlapt met maatregel 19, deze is integraler en past beter in de visie). - ondersteunt gelaagdheid in het landschap, ligt ter plaatse van een deel van een oude meander in het landschap. - kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - Overlap met maatregel 27, weerdverlagingen - Klein hydraulisch effect (max verlaging 1.5 cm) 313-1, Dijkverlegging Bokhoven - Relatief groot hydraulisch effect - Effect heeft plaats in traject waar het moeilijk is om met rivierverruiming de opgave op te lossen en waar waterstandsverhoging niet wenselijk is (afvoer regionaal systeem, dijkverhogingen gemeente Den Bosch -Impact op binnendijkse gebruikers van het beoogde gebied (o.a. Steenfabriek), dit vraagt aandacht - Het verplaatsen van de steenfabriek heeft gevolgen voor de werkgelegenheid in omringende gemeentes, dit meenemen in de afweging toepasbaar vanwege karakter en waterstandseffect over lang traject (3) , traj 5 Weerdvergravingen op basis van eerste fase regioprocessen DPR, overlap met maatregel 53 Zomerbedverbreding Bergsche Maas - Ondersteunt gelaagdheid in het landschap. Dient reliëfvolgend te zijn. - Meekoppelkansen: Project Meer Maas (12, 13, 14) - Er kan werk met werk worden gemaakt door verzette grond in te zetten voor tevens ter plaatse nodige dijkversterking - Kansen voor natuurontwikkeling die een wezenlijke bijdrage aan het natuursysteem van de Maas kan leveren. - Kosteneffectiviteit is gemiddeld 31 Keuro/m2 - Niet in eerstkomende jaren t.p.v. Overdiepse Polder (daar loopt nu forse RvdR-maatregel). - Aandachtspunten gemeente Zaltbommel: "Het is cultuurhistorisch waardevol landschap, gevormd door de landbouw. Hier rekening mee houden in de verdere uitwerking en de landbouw weer een functie geven in het gebied. Dit past bij de cultuurhistorie van het gebied en is ook vanuit het oogpunt van beheerkosten wenselijk. Daarnaast is aandachtspunt het pontje dat aan- en afmeert op de plek waar de maatregel nu is getekend. Het pontje is de uitkomst van een moeizame deal met het Rijk en voor de toegankelijkheid van het gebied en de recreatieve waarde is het van belang dat het pontje kan blijven varen" toepasbaar (1-2) Indien nummers in de tabel ontbreken, maar wel op de kaart zijn weergegeven, zijn deze al eerder in de tabel vermeld.

407

408 OVERZICHT MAATREGELEN BEDIJKTE MAAS Maatregel met overlap Maatregel maakt deel uit van de voorkeurstrategie (1) Ranking Op basis van leidende principes Hydraulische aspecten nummer M A A T R E G E L Voors Tegens conclusie Hydraulische effectiviteit (m2 ) Maximale verlaging (cm) Kosteneffectivit eit nieuw (Keuro/m2) 50 Dijkverlegging Drongelen - Effect heeft plaats in traject waar het moeilijk is om met rivierverruiming de opgave op te lossen en waar waterstandsverhoging niet wenselijk is (afvoer regionaal systeem, dijkverhogingen gemeente Den Bosch) - Gemeente Aalburg heeft bezwaar vanwege de problematische landschappelijke inpassing, de hoge investeringskosten en de relatief beperkte hydraulische effectiviteit. - Kosteneffectiviteit slecht 117 Keuro/m2 op zich toepasbaar maar ondersteunt visie niet en is duur (4-5) Zomerbedverdieping Bergsche Maas - Groot hydraulisch effect (~6000 m2, max waterstandsverlaging 19 cm) Berekening op basis van modellen gebruikt in PKB en expert judgment. Dit moet opnieuw worden uitgerekend met de nieuwste modellen. - Effect heeft plaats in traject waar het moeilijk is om met rivierverruiming de opgave op te lossen en waar waterstandsverhoging niet wenselijk is (afvoer regionaal systeem, dijkverhogingen gemeente Den Bosch) - RWS maakt om morfologische en onderhoudsredenen bezwaar. Nadelen zijn o.a.: instabiliteit bodem, terugkerende beheerkosten, verminderde dekking kabels- en leidingen en verdroging oevers. toepasbaar vanwege effectiviteit maar toch lage kostenefficiency. Niet heel duurzaam. (4-5) Zomerbedverbreding Bergsche Maas - Groot hydraulisch effect (~6000 m2, max waterstandsverlaging 23cm), dit moet wel opnieuw worden uitgerekend - Effect heeft plaats in traject waar het moeilijk is om met rivierverruiming de opgave op te lossen en waar waterstandsverhoging niet wenselijk is (afvoer regionaal systeem, dijkverhogingen gemeente Den Bosch) - RWS maakt om morfologische en onderhoudsredenen bezwaar. De nadelen van zomerbedverbreding zijn in het algemeen minder bezwaarlijk dan bij zomerbedverdieping. - Inzetten van deze maatregel betekent het niet inzetten van weerdvergravingsmaatregel 27 traject 5, die beter in de visie past Toepasbaar vanwege effectiviteit, kostenefficiency is slecht, ondersteunt de visie niet. (4-5) Aanvullend integraal verhogen dijken vanaf km 223/225 (Bokhoven/Well) tot 250 (Geertruidenberg) - versterkt moderne dijken in dit tracé omvat met name, die worden versterkt. - kansen voor natuurlijke gradienten en recreatieve fiets- en wandelroutes. Lokaal doen zich kansen voor - Werk met werk: combineren met pipingopgave op de korte termijn. -Kostenefficientie is niet precies bekend, maar naar verwachting beter dan RvdR maatregel die "goed" scoren toepasbaar. Afbreuk aan RvdR-principes wordt minder naar het westen. Relatief goedkoop bovenop 30 cm (3) opmerkingen bij getallen: 1) de getallen van kosteneffectiviteit zijn veranderd per november 2013 vanwege nieuwe inzichten uit het DPR 2) de hydraulische effectiviteit en kosteneffectiviteit van retentie is vanwege nieuwe inzichten van het DPR in oktober met 33% verminderd ten opzichte van eerdere waarden 3) de getallen van hydraulische effectiviteit kunnen iets afwijken van de waarden in de blokkendoos van het DPR vanwege het gebruik Indien nummers in de tabel ontbreken, maar wel op de kaart zijn weergegeven, zijn deze al eerder in de tabel vermeld.

409

410 Indien nummers in de tabel ontbreken, maar wel op de kaart zijn weergegeven, zijn deze al eerder in de tabel vermeld.

411

412 3. Kaart gebiedsvisie De corridor van de Bergsche Maas Open landschap met vergezichten, handhaven opstrekkende verkaveling buitendijks Gelaagd langschap van meanders en kanalen Rivier met begeleidende lage weerden Het oeverpark van Den Bosch Meer samenhang in ontwikkelingen door integrale inrichting Maasoevers, van dijk tot oever Inzetten op en vergroten van de natuurwaarden en extensieve recreatie in het buitendijks gebied in combinatie met de landbouw Benutten van moderne brede dijken voor nieuwe functies zoals doorgaande routes, boomkwekerijen en gradiënten voor natuur Benutten en verbeteren van bestaande dijken in het landschap voor oost-west fietsroutes Uiterwaarden in de luwte Geulen Goede recreatieve verbindingen met de overkant (bruggen en veren) Ontwikkelen agrotoerisme in de Bommelerwaard en goede recreatieve verbindingen over de Maas

413 Het kralensnoer van waterparken Zandwinplassen blijven recreatieve voorzieningen voor water- en verblijfsrecreatie Luwe landschap van de meanderende Maas Karakteristieke kleinschalige kronkeldijken, historische lintdorpen en waterfronten aan de dijk behouden en versterken Verbeteren van de verbinding met het landschap door natuurontwikkeling waar mogelijk (eilanden, gradientoevers enz) bij nieuwe ontwikkelingen en herinrichting Leesbaarheid meanders vergroten door herstel oude waterlopen Behouden en versterken van de leesbaarheid van oeverwallen, donken en kommen binnendijks Het verbeteren van de recreatieve infrastructuur en de relatie binnen- en buitendijks door het creëren doorgaande langzaam verkeersroutes en goede koppelingen tussen binnendijks en buitendijks. Het verbeteren van natte verbindingen (beken kanalen en weteringen) met het achterland

(Gemeentebelangen), griffier,couwenberg (VVD)

(Gemeentebelangen), griffier,couwenberg (VVD) Besluitenlijst informatievergadering Bestuur en Beheer (Voor meer informatie over deze vergadering kunt u het audioverslag raadplegen op onze website onder het kopje raadsinformatie) Vergadering 12 juni

Nadere informatie

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen.

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen. Ingekomen stukken Raad GR 23 Onderwerp: Ingekomen stukken Raad 22-03-2011 Raadsvoorstel Inleiding: Conform artikel 41 van het reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken, waarvan de

Nadere informatie

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen.

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen. Ingekomen stukken Raad V200900758 Onderwerp: Ingekomen stukken Raad 21-07-2009 Raadsvoorstel Inleiding: Conform artikel 41 van het reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken, waarvan

Nadere informatie

Informatievergadering Samenleving 27 november 2014

Informatievergadering Samenleving 27 november 2014 Informatievergadering Samenleving 27 november 2014 Orgaan: Locatie: Datum: Aanvang: Informatievergadering Samenleving Julianastraat 34, 5251 ED Vlijmen donderdag 27 november 2014 19:30 uur 1. Opening 2.

Nadere informatie

Vragen DMP ex art 61 RvO m.b.t. terrasvergunning Wijksestraat

Vragen DMP ex art 61 RvO m.b.t. terrasvergunning Wijksestraat Zaaknummer: VHDPB01 Onderwerp Vragen DMP ex art 61 RvO m.b.t. terrasvergunning Wijksestraat Collegevoorstel Inleiding In de bijgevoegde brief van 8 juni 2010 stelt de fractie DMP Heusden vijf vragen op

Nadere informatie

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Voorgenomen besluit. Zaaknummer: OWZHH25

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Voorgenomen besluit. Zaaknummer: OWZHH25 Zaaknummer: OWZHH25 Onderwerp Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie Frans van der Lee inzake de voorbereidingskosten voor de revitalisering van de Voorste Venne Collegevoorstel Inleiding

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: OOPAD29. Vragen fractie DMP ex. artikel 61 RvO over mantelzorg

Collegevoorstel. Zaaknummer: OOPAD29. Vragen fractie DMP ex. artikel 61 RvO over mantelzorg Zaaknummer: OOPAD29 Onderwerp: Vragen fractie DMP ex. artikel 61 RvO over mantelzorg Collegevoorstel Inleiding In de brief van 8 augustus 2012 stelt de fractie DMP vragen op grond van artikel 61 Reglement

Nadere informatie

Stukken ter kennisname aan de raad en ter afdoening in handen college:

Stukken ter kennisname aan de raad en ter afdoening in handen college: Ingekomen stukken Raad GR 28 Onderwerp: Ingekomen stukken Raad 01-11-2011 Raadsvoorstel Inleiding: Conform artikel 41 van het reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken, waarvan de

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer Vragen art. 61 Rvo Rijnders CDA over dienstapotheek Waalwijk

Collegevoorstel. Zaaknummer Vragen art. 61 Rvo Rijnders CDA over dienstapotheek Waalwijk Zaaknummer 00428310 Onderwerp Vragen art. 61 Rvo Rijnders CDA over dienstapotheek Waalwijk Collegevoorstel Inleiding In de brief van 11 maart 2015 stelt raadslid D.F.M.J. Rijnders-Huisman (CDA) vragen

Nadere informatie

Onderwerp Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie D66 Heusden inzake de koppeling tussen milieuvergunningen en bouwvergunningen

Onderwerp Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie D66 Heusden inzake de koppeling tussen milieuvergunningen en bouwvergunningen Zaaknummer: OLOGGvS02 Onderwerp Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie D66 Heusden inzake de koppeling tussen milieuvergunningen en bouwvergunningen Collegevoorstel Inleiding In de bijgevoegde

Nadere informatie

Art. 61-vragen DMP-Heusden inzake Wet werken naar vermogen

Art. 61-vragen DMP-Heusden inzake Wet werken naar vermogen Zaaknummer: OWZDB33 Onderwerp Art. 61-vragen DMP-Heusden inzake Wet werken naar vermogen Collegevoorstel Inleiding In de bijgevoegde brief van 29 maart 2012 stelt de fractie DMP-Heusden vragen op grond

Nadere informatie

Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie Frans van der Lee inzake de aanbestedingsprocedure van het centrumplan Vlijmen

Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie Frans van der Lee inzake de aanbestedingsprocedure van het centrumplan Vlijmen Onderwerp Zaaknummer: CCTH01 Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie Frans van der Lee inzake de aanbestedingsprocedure van het centrumplan Vlijmen Collegevoorstel Inleiding In de brief van

Nadere informatie

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen.

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen. Raad 200901065 Onderwerp: Ingekomen stukken Raad 10-11-2009 Raadsvoorstel Inleiding: Conform artikel 41 van het reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken, waarvan de onderwerpen

Nadere informatie

Griffier Mevr. drs. E.J.M. de Graaf. 1. Opening. 2. Vaststelling agenda Vastgesteld. 3. Spreekrecht Geen insprekers

Griffier Mevr. drs. E.J.M. de Graaf. 1. Opening. 2. Vaststelling agenda Vastgesteld. 3. Spreekrecht Geen insprekers Besluitenlijst informatievergadering Bestuur en Beheer (oor meer informatie over deze vergadering kunt u het audioverslag raadplegen op onze website onder het kopje raadsinformatie) ergadering 24 april

Nadere informatie

Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie Frans van der lee inzake de aanbestedingsprocedure van het centrumplan Vlijmen

Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie Frans van der lee inzake de aanbestedingsprocedure van het centrumplan Vlijmen Onderwerp Zaaknummer: CCTH01 Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie Frans van der lee inzake de aanbestedingsprocedure van het centrumplan Vlijmen Collegevoorstel Inleiding In de brief van

Nadere informatie

Zaaknummer: KCSVH02. Onderwerp: Artikel 61-vragen CDA openbaarheid nota toelichting bouwgrondexploitatie

Zaaknummer: KCSVH02. Onderwerp: Artikel 61-vragen CDA openbaarheid nota toelichting bouwgrondexploitatie 000498632 Zaaknummer: KCSVH02 Onderwerp: Artikel 61-vragen CDA openbaarheid nota toelichting bouwgrondexploitatie Collegevoorstel Inleiding Bij brief van 10 juni jl vraagt mevrouw Rijnders-Huisman namens

Nadere informatie

beantwoording vragen art. 61 fractie DMP Heusden over de beleidsregels leerlingenvervoer schooljaar

beantwoording vragen art. 61 fractie DMP Heusden over de beleidsregels leerlingenvervoer schooljaar Onderwerp Zaaknummer: OWZIG05 beantwoording vragen art. 61 fractie DMP Heusden over de beleidsregels leerlingenvervoer schooljaar 2010-2011 Collegevoorstel Inleiding In de brief van 26 augustus 2010 stelt

Nadere informatie

Vragen ex art. 61 RvO van de fractie Heusden Eén inzake harmonisatie verhuurbeleid buurthuizen

Vragen ex art. 61 RvO van de fractie Heusden Eén inzake harmonisatie verhuurbeleid buurthuizen College Onderwerp: V200900988 Vragen ex art. 61 RvO van de fractie Heusden Eén inzake harmonisatie verhuurbeleid buurthuizen Collegevoorstel Inleiding: De fractie Heusden Eén heeft op 1 september 2009

Nadere informatie

Onderwerp: Agenda's Informatievergaderingen 27 en 28 november 2007

Onderwerp: Agenda's Informatievergaderingen 27 en 28 november 2007 College V200701161 Onderwerp: Agenda's Informatievergaderingen 27 en 28 november 2007 Collegevoorstel Feitelijke informatie: Bijgevoegd treft u aan de concept-agenda s voor de Informatievergaderingen van

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: OORJB32. vragen artikel 61 Rvo fractie PvdA over parkeren gehandicapten

Collegevoorstel. Zaaknummer: OORJB32. vragen artikel 61 Rvo fractie PvdA over parkeren gehandicapten Zaaknummer: OORJB32 Onderwerp: vragen artikel 61 Rvo fractie PvdA over parkeren gehandicapten Collegevoorstel Inleiding De Fractie PvdA stelt in een brief van 17 januari 2013 een vraag ex artikel 61 Reglement

Nadere informatie

Voor de beantwoording van de vragen wordt verwezen naar de bijgevoegde conceptantwoordbrief.

Voor de beantwoording van de vragen wordt verwezen naar de bijgevoegde conceptantwoordbrief. Zaaknummer: BDLH02 beantwoording vragen art 61 RvO D66 Collegevoorstel Inleiding Bij brief van 15 mei 2010, ingekomen 17 mei 2010 heeft de fractie D66 vragen op grond van art 61 RvO gesteld die betrekking

Nadere informatie

Zaaknummer: b.ologcvt14- collegevoorstel-o

Zaaknummer: b.ologcvt14- collegevoorstel-o 000480875 Zaaknummer: b.ologcvt14- collegevoorstel-o-29052012 Onderwerp: beantwoording vragen ex art. 61 "wederopbouwarchitectuur" Collegevoorstel Inleiding In bijgevoegde brief van 1 mei 2012 stelt de

Nadere informatie

Informatievergadering Ruimte 24 april 2013

Informatievergadering Ruimte 24 april 2013 Informatievergadering Ruimte 24 april 2013 Orgaan: Locatie: Datum: Aanvang: Informatievergadering Ruimte Julianastraat 34, 5251 ED Vlijmen woensdag 24 april 2013 19:30 uur 1. Opening 2. Vaststelling van

Nadere informatie

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen.

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen. Ingekomen stukken Raad GR 25 Onderwerp: Ingekomen stukken Raad 14-06-2011 Raadsvoorstel Inleiding: Conform artikel 41 van het reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken, waarvan de

Nadere informatie

Vragen o.g.v. artikel 61 RvO over Landgoed Hooge Bank

Vragen o.g.v. artikel 61 RvO over Landgoed Hooge Bank College Onderwerp: V20081509 Vragen o.g.v. artikel 61 RvO over Landgoed Hooge Bank Collegevoorstel Inleiding: Op 4 december 2008 heeft de heer Musters namens de fractie Gemeentebelangen een brief gezonden

Nadere informatie

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Zaaknummer: OORAJJ06. Schrijven fractie Heusden Eén over centrum Drunen

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Zaaknummer: OORAJJ06. Schrijven fractie Heusden Eén over centrum Drunen Zaaknummer: OORAJJ06 Onderwerp Schrijven fractie Heusden Eén over centrum Drunen Collegevoorstel Inleiding Op 26 oktober 2010 is van de fractie Heusden Eén de heer F. v.d. Lee een schrijven, per email,

Nadere informatie

Vragen art. 43 Rvo van L. van der Heijden (Heusden Transparant) over EMTÉ s Vlijmen en Drunen

Vragen art. 43 Rvo van L. van der Heijden (Heusden Transparant) over EMTÉ s Vlijmen en Drunen Zaaknummer 00547766 Onderwerp Vragen art. 43 Rvo van L. van der Heijden (Heusden Transparant) over EMTÉ s Vlijmen en Drunen Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis In de brief van 29 maart 2018 stelt

Nadere informatie

Afweging: Voor de beantwoording van de vragen wordt verwezen naar de bijgevoegde conceptantwoordbrief.

Afweging: Voor de beantwoording van de vragen wordt verwezen naar de bijgevoegde conceptantwoordbrief. College Onderwerp: V20100186 Vragen ex artikel 61 RvO van fractie CDA Heusden naar aanleiding van het krantenartikel over stichting De Biezen en het eigenaarschap van buurthuis De Schakel. Collegevoorstel

Nadere informatie

Collegevoorstel. Advies: Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen

Collegevoorstel. Advies: Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen College Onderwerp: V200800511 Vragen ex artikel 61 van het reglement van orde inzake betrokkenheid van het HBT als belanghebbende bij de discussie over de Vismarkt. Collegevoorstel Inleiding: De fractie

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer Vragen artikel 61 Rvo Vd Lee (HT) over Gieterij Drunen BV

Collegevoorstel. Zaaknummer Vragen artikel 61 Rvo Vd Lee (HT) over Gieterij Drunen BV Zaaknummer 00473643 Onderwerp Vragen artikel 61 Rvo Vd Lee (HT) over Gieterij Drunen BV Collegevoorstel Feitelijke informatie In de brief van 19 mei 2016 stelt raadslid F. van der Lee (Heusden Transparant)

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: huur- en bruikleenovereenkomsten Demer 1 Heusden

Collegevoorstel. Zaaknummer: huur- en bruikleenovereenkomsten Demer 1 Heusden Collegevoorstel Inleiding Op 3 december 2013 besloot u om een aantal gemeentelijke panden, waaronder het pand aan de Demer 1 in Heusden, te slopen. Momenteel wordt het pand aan één huurder verhuurd en

Nadere informatie

Vragen op grond van artikel 61 Reglement van Orde van de fractie Gemeentebelangen betreffende een verbindingsweg in het centrum van Drunen.

Vragen op grond van artikel 61 Reglement van Orde van de fractie Gemeentebelangen betreffende een verbindingsweg in het centrum van Drunen. College Onderwerp: V200900954 Vragen op grond van artikel 61 Reglement van Orde van de fractie Gemeentebelangen betreffende een verbindingsweg in het centrum van Drunen. Collegevoorstel Inleiding: Bij

Nadere informatie

Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie VVD inzake De Kern

Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie VVD inzake De Kern Zaaknummer: OWZAP06 Onderwerp Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie VVD inzake De Kern Collegevoorstel Inleiding In de bijgevoegde brief van 13 april 2011 stelt de fractie VVD vragen op grond

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer Vragen art. 61 Rvo F. van der Lee (HT) over jeugdzorg

Collegevoorstel. Zaaknummer Vragen art. 61 Rvo F. van der Lee (HT) over jeugdzorg Zaaknummer 00443378 Onderwerp Vragen art. 61 Rvo F. van der Lee (HT) over jeugdzorg Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis In een brief van 5 augustus 2015 stelt raadslid meneer F. van der Lee (Heusden

Nadere informatie

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Inzet van Middelen. Risico's. Zaaknummer: OLOGJvB26

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Inzet van Middelen. Risico's. Zaaknummer: OLOGJvB26 Zaaknummer: OLOGJvB26 Onderwerp Beslissing op bezwaarschrift m.b.t. weigering verzoek om wijziging van het bestemmingsplan "Buitengebied Vlijmen" ten behoeve van de bouw van een woonhuis, schuur en kassen

Nadere informatie

Voorgesteld wordt de brief van BEM met uw reactie, zoals weergegeven in de bijgevoegde conceptbrief, ter kennis van de raad te brengen.

Voorgesteld wordt de brief van BEM met uw reactie, zoals weergegeven in de bijgevoegde conceptbrief, ter kennis van de raad te brengen. Zaaknummer: OLOGYD15 Onderwerp brief van Bureau Eerlijke Mededinging (BEM) Collegevoorstel Inleiding In een brief van 14 november 2011 attendeert Bureau Eerlijke Mededinging (BEM) de raad op de geldende

Nadere informatie

Aan een inhoudelijke afweging kan uw college dan ook niet toekomen. Daarmee kan het bezwaar niet-ontvankelijk worden verklaard.

Aan een inhoudelijke afweging kan uw college dan ook niet toekomen. Daarmee kan het bezwaar niet-ontvankelijk worden verklaard. Samenvatting: Inleiding: De heer Van Veghel heeft namens zijn moeder, een inwoonster van onze gemeente, bezwaar gemaakt tegen de afgifte van een kapvergunning, verleend aan Woonveste, voor een notenboom

Nadere informatie

Vraag ex artikel 61 van Groen Links inzake loods, Scheepswerf 1 in Heusden

Vraag ex artikel 61 van Groen Links inzake loods, Scheepswerf 1 in Heusden College Onderwerp: V200701213 Vraag ex artikel 61 van Groen Links inzake loods, Scheepswerf 1 in Heusden Collegevoorstel Inleiding: Door Groen Links worden in bijgaande brief ex artikel 61 Reglement van

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: KC vaststellen van de openbare besluitenlijst van 28 januari 2014

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: KC vaststellen van de openbare besluitenlijst van 28 januari 2014 KC vaststellen van de openbare besluitenlijst van 28 januari 2014 Collegevoorstel Feitelijke informatie De openbare besluitenlijst van 28 januari 2014 treft u bijgaand aan. Zaaknummer: 00378078 Voorgenomen

Nadere informatie

IInngekomen IngekomenIngeko GR 29

IInngekomen IngekomenIngeko GR 29 IInngekomen IngekomenIngeko GR 29 Onderwerp Ingekomen Stukken Raad 20-12-2011 Raadsvoorstel Inleiding: Conform artikel 41 van het Reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken, waarvan

Nadere informatie

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen.

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen. Ingekomen stukken Raad 200900766 Onderwerp: Ingekomen stukken Raad 29-09-2009 Raadsvoorstel Inleiding: Conform artikel 41 van het reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken, waarvan

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: OOP vragen art 61 Rvo van der Lee investeringen sport 2013

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: OOP vragen art 61 Rvo van der Lee investeringen sport 2013 Onderwerp: OOP vragen art 61 Rvo van der Lee investeringen sport 2013 Collegevoorstel Zaaknummer: 00364519 Inleiding Raadslid de heer Van der Lee van Heusden Transparant stelt in een brief van 11 oktober

Nadere informatie

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Voorgenomen besluit. Zaaknummer: PBDC16. Vragen art. 61 Heesbeen

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Voorgenomen besluit. Zaaknummer: PBDC16. Vragen art. 61 Heesbeen Zaaknummer: PBDC16 Onderwerp Vragen art. 61 Heesbeen Collegevoorstel Inleiding Op 15 mei heeft de fractie Gemeentebelangen per mail vragen op grond van artikel 61 Reglement van orde gesteld naar aanleiding

Nadere informatie

Onderwerp Beantwoording vragen op grond van artikel 61 Reglement van orde van de fractie Heusden Eén inzake bedden Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ)

Onderwerp Beantwoording vragen op grond van artikel 61 Reglement van orde van de fractie Heusden Eén inzake bedden Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ) Zaaknummer: OWZAD20 Onderwerp Beantwoording vragen op grond van artikel 61 Reglement van orde van de fractie Heusden Eén inzake bedden Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ) Collegevoorstel Inleiding In de bijgevoegde

Nadere informatie

Raadsvergadering 06 mei 2014

Raadsvergadering 06 mei 2014 Raadsvergadering 06 mei 2014 Orgaan: Locatie: Datum: Aanvang: Gemeenteraadsvergadering Julianastraat 34, 5251 ED Vlijmen dinsdag 06 mei 2014 19:30 uur 1. Opening 2. Vaststelling van de agenda Stukken AGENDA

Nadere informatie

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Zaaknummer: OLOGyd02. beslissing op bezwaarschrift C.H. Verbunt

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Zaaknummer: OLOGyd02. beslissing op bezwaarschrift C.H. Verbunt Zaaknummer: OLOGyd02 Onderwerp beslissing op bezwaarschrift C.H. Verbunt Collegevoorstel Inleiding Op 3 januari 2010 heeft dhr. C.H. Verbunt bezwaar gemaakt tegen de weigering van een kapvergunning, gedateerd

Nadere informatie

Vragen ex art. 61 Reglement van orde van de fracties DMP en Van Bokhoven inzake het parkeren van vrachtauto's in woonkernen

Vragen ex art. 61 Reglement van orde van de fracties DMP en Van Bokhoven inzake het parkeren van vrachtauto's in woonkernen College Onderwerp: V200701088 Vragen ex art. 61 Reglement van orde van de fracties DMP en Van Bokhoven inzake het parkeren van vrachtauto's in woonkernen Samenvatting: Inleiding: De raadsfractie DMP en

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: KCJB97. Onderwerp: Vaststellen van de openbare besluitenlijst van 18 december 2012

Collegevoorstel. Zaaknummer: KCJB97. Onderwerp: Vaststellen van de openbare besluitenlijst van 18 december 2012 Onderwerp: Vaststellen van de openbare besluitenlijst van 18 december 2012 Collegevoorstel Zaaknummer: KCJB97 Feitelijke informatie Vaststellen van de openbare besluitenlijst van 18 december 2012. Voorgenomen

Nadere informatie

Vragen artikel 61 Rvo van F. van der Lee (Heusden Transparant) over voetgangers- en fietsoversteekplaats Statenlaan

Vragen artikel 61 Rvo van F. van der Lee (Heusden Transparant) over voetgangers- en fietsoversteekplaats Statenlaan Zaaknummer 00500522 Onderwerp Vragen artikel 61 Rvo van F. van der Lee (Heusden Transparant) over voetgangers- en fietsoversteekplaats Statenlaan Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis In de brief

Nadere informatie

Beantwoording Art. 61 vragen CDA fractie n.a.v. goedkeuring begroting door de provincie.

Beantwoording Art. 61 vragen CDA fractie n.a.v. goedkeuring begroting door de provincie. College Onderwerp: V20100064 Beantwoording Art. 61 vragen CDA fractie n.a.v. goedkeuring begroting door de provincie. Collegevoorstel Inleiding: Naar aanleiding van de brief waarin de provincie de begroting

Nadere informatie

Griffier Mevr. drs. E.J.M. de Graaf

Griffier Mevr. drs. E.J.M. de Graaf Besluitenlijst informatievergadering Bestuur en Beheer (oor meer informatie over deze vergadering kunt u het audioverslag raadplegen op onze website) ergadering 15 januari 2013 oorzitter Dhr. R. Boersma

Nadere informatie

vragen art. 61 Rvo D.Rijnders CDA over zwembad Het Run en die Heygrave

vragen art. 61 Rvo D.Rijnders CDA over zwembad Het Run en die Heygrave Zaaknummer: 00420982 Onderwerp: vragen art. 61 Rvo D.Rijnders CDA over zwembad Het Run en die Heygrave Collegevoorstel Inleiding Raadslid mevrouw D. Rijnders van het CDA stelt in een brief van 20 december

Nadere informatie

besluit op bezwaarschrift tegen besluit toepassing bestuursdwang

besluit op bezwaarschrift tegen besluit toepassing bestuursdwang College Onderwerp besluit op bezwaarschrift tegen besluit toepassing bestuursdwang HHVFW02 Collegevoorstel Inleiding Op 26 februari 2009 heeft het college van Heusden besloten om bestuursdwang toe te passen

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: zwembad Het Run: beantwoording brief Outdoorcentrum Het Run

Collegevoorstel. Zaaknummer: zwembad Het Run: beantwoording brief Outdoorcentrum Het Run Zaaknummer: 00410791 Onderwerp: zwembad Het Run: beantwoording brief Outdoorcentrum Het Run Collegevoorstel Feitelijke informatie/afweging Op 31 oktober 2014 hebben de fractievoorzitters een brief en projectplan

Nadere informatie

Vragen artikel 61 Rvo F. van der Lee (Heusden Transparant) over gebruik gegevens afvalpas

Vragen artikel 61 Rvo F. van der Lee (Heusden Transparant) over gebruik gegevens afvalpas Zaaknummer 00519700 Onderwerp Vragen artikel 61 Rvo F. van der Lee (Heusden Transparant) over gebruik gegevens afvalpas Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis In een brief van 26 juli 2017 stelt

Nadere informatie

VERSLAG Openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op dinsdag 22 mei 2014 van uur tot uur in het gemeentehuis

VERSLAG Openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op dinsdag 22 mei 2014 van uur tot uur in het gemeentehuis VERSLAG Openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op dinsdag 22 mei 2014 van 19.30 uur tot 21.00 uur in het gemeentehuis Voorzitter: Griffier: Aanwezige leden: Tot agendapunt 8: Vanaf agendapunt

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 28 oktober 2014

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 28 oktober 2014 Zaaknummer: 00410067 openbare besluitenlijst college 28 oktober 2014 Collegevoorstel Inleiding De openbare besluitenlijst van 28 oktober 2014 treft u bijgaand aan. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor

Nadere informatie

Vragen artikel 61 Rvo J.W. Vonk (D66 Heusden) over duurzaam bouwen

Vragen artikel 61 Rvo J.W. Vonk (D66 Heusden) over duurzaam bouwen Zaaknummer 00494651 Vragen artikel 61 Rvo J.W. Vonk (D66 Heusden) over duurzaam bouwen Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis Raadslid J.W. Vonk (D66 Heusden) stelt in een brief van 7 december jl.

Nadere informatie

van de openbare informatievergadering van de raad van de gemeente Heusden, gehouden op 6 maart 2007, locatie gemeentehuis te Vlijmen.

van de openbare informatievergadering van de raad van de gemeente Heusden, gehouden op 6 maart 2007, locatie gemeentehuis te Vlijmen. BESLUITENLIJST van de openbare informatievergadering van de raad van de gemeente Heusden, gehouden op 6 maart 2007, locatie gemeentehuis te Vlijmen. I. CLUSTER BESTUUR Voorzitter Griffier H.P.T.M. Willems

Nadere informatie

Stukken ter kennisname aan de raad en ter afdoening in handen college:

Stukken ter kennisname aan de raad en ter afdoening in handen college: Ingekomen stukken Raad 200901467 Onderwerp: Ingekomen stukken Raad 09-02-2010 Raadsvoorstel Inleiding: Conform artikel 41 van het reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken, waarvan

Nadere informatie

Onderwerp Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie D66 Heusden inzake de aankondiging van 130 km op de A59

Onderwerp Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie D66 Heusden inzake de aankondiging van 130 km op de A59 Zaaknummer: OLOGWB20 Onderwerp Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie D66 Heusden inzake de aankondiging van 130 km op de A59 Collegevoorstel Inleiding In de bijgevoegde brief van 9 december

Nadere informatie

Vragen artikel 61 Rvo L. van der Heijden (HT) over buitenonderhoud scholen

Vragen artikel 61 Rvo L. van der Heijden (HT) over buitenonderhoud scholen Zaaknummer 00440651 Onderwerp Vragen artikel 61 Rvo L. van der Heijden (HT) over buitenonderhoud scholen Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis In een brief van 12 juli 2015 stelt raadslid mevrouw

Nadere informatie

Griffier Mevr. drs. E.J.M. de Graaf

Griffier Mevr. drs. E.J.M. de Graaf esluitenlijst informatievergadering estuur en eheer (oor meer informatie over deze vergadering kunt u het audioverslag raadplegen op onze website) ergadering 27 november 2012 oorzitter Dhr. R. oersma Plaats

Nadere informatie

beslissing op bezwaar tegen weigeren Herziene ontheffing ex artikel 87 RVV

beslissing op bezwaar tegen weigeren Herziene ontheffing ex artikel 87 RVV Collegevoorstel Inleiding Op 4 april 2012 is besloten de heer Van Delft geen ontheffing te verlenen om een tweede auto voor zijn oprit naast De Akker 44, die dan op openbare (gemeente)grond komt te staan,

Nadere informatie

Onderwerp Vragen artikel 61 Rvo K. Musters (Gemeentebelangen) over renteclaim Akkerstraat 6-8

Onderwerp Vragen artikel 61 Rvo K. Musters (Gemeentebelangen) over renteclaim Akkerstraat 6-8 Zaaknummer 00474132 Onderwerp Vragen artikel 61 Rvo K. Musters (Gemeentebelangen) over renteclaim Akkerstraat 6-8 Collegevoorstel Feitelijke informatie In de brief van 6 mei 2016 stelt raadslid de heer

Nadere informatie

Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie Van der Lee inzake openstelling zwembad Het Run

Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie Van der Lee inzake openstelling zwembad Het Run Onderwerp Zaaknummer: SBBV10 Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie Van der Lee inzake openstelling zwembad Het Run Collegevoorstel Inleiding In de brief van 10 juni 2011 stelt de fractie

Nadere informatie

Vragen ex art. 61 regelement van orde van de fractie CDA inzake levering bouwperceel

Vragen ex art. 61 regelement van orde van de fractie CDA inzake levering bouwperceel College Onderwerp: V200801521 Vragen ex art. 61 regelement van orde van de fractie CDA inzake levering bouwperceel Collegevoorstel Inleiding: Bij brief, ingekomen 28 november 2008 heeft de fractie CDA

Nadere informatie

BESLUITENLIJST van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Heusden van dinsdag 27 maart 2007

BESLUITENLIJST van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Heusden van dinsdag 27 maart 2007 BESLUITENLIJST van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Heusden van dinsdag 27 maart 2007 Aanwezig: Griffier drs. H.P.T.M. Willems, voorzitter A.J. Emmen Aanwezige leden J.M.A. Aerts ing.

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: vragen art. 61 Rvo Verboven GroenLinks over Weimarfonds 2014

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: vragen art. 61 Rvo Verboven GroenLinks over Weimarfonds 2014 Onderwerp: vragen art. 61 Rvo Verboven GroenLinks over Weimarfonds 2014 Collegevoorstel Zaaknummer: 00378059 Inleiding In de brief van 20 januari 2014 stelt raadslid P. Verboven (GroenLinks) vragen op

Nadere informatie

Vragen art. 61 Rvo van F. van der Lee (Heusden Transparant) over in gebruik nemen kippenschuur aan Kapelstraat 46 Elshout

Vragen art. 61 Rvo van F. van der Lee (Heusden Transparant) over in gebruik nemen kippenschuur aan Kapelstraat 46 Elshout Zaaknummer 00485300 Onderwerp Vragen art. 61 Rvo van F. van der Lee (Heusden Transparant) over in gebruik nemen kippenschuur aan Kapelstraat 46 Elshout Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis Raadslid

Nadere informatie

Beslissing op bezwaar tegen een kapvergunning

Beslissing op bezwaar tegen een kapvergunning Samenvatting: Inleiding: Tegen de kapvergunning voor het rooien van 18 beuken aan de Veilingstraat te Elshout (langs de geluidsschermen aan de A 59) is onder meer bezwaar gemaakt door de heer Van Dijk

Nadere informatie

Stukken ter kennisname aan de raad en ter afdoening in handen college of burgemeester:

Stukken ter kennisname aan de raad en ter afdoening in handen college of burgemeester: Raadsvoorstel Inleiding: Conform artikel 41 van het reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken waarvan de onderwerpen behoren tot de bevoegdheden van de raad, geplaatst te worden

Nadere informatie

Advies: parkeren vrachtauto's Haarsteeg

Advies: parkeren vrachtauto's Haarsteeg College Onderwerp: parkeren vrachtauto's Haarsteeg V200901310 Samenvatting: Inleiding: Op 22 september 2009 heeft uw college besloten dat het niet langer is toegestaan een voertuig, dat met inbegrip van

Nadere informatie

Vragen ex art. 61 RvO van de fractie Heusden Eén inzake organisatorische en financiële problemen stichting de Voorste Venne

Vragen ex art. 61 RvO van de fractie Heusden Eén inzake organisatorische en financiële problemen stichting de Voorste Venne College Onderwerp: V200900925 Vragen ex art. 61 RvO van de fractie Heusden Eén inzake organisatorische en financiële problemen stichting de Voorste Venne Collegevoorstel Inleiding: De fractie Heusden Eén

Nadere informatie

Advies raadswerkgroep grote projecten 18 mei 2011

Advies raadswerkgroep grote projecten 18 mei 2011 Inleiding Deze notitie bevat een advies van de raadswerkgroep informatievoorziening grote projecten over hoe de kaderstellende en controlerende taak van de gemeenteraad bij projectmatig werken (PMW) verder

Nadere informatie

Verzoek van het Heusdense Bedrijvenplatform om aandacht te vragen voor openbaar vervoer op bedrijventerreinen

Verzoek van het Heusdense Bedrijvenplatform om aandacht te vragen voor openbaar vervoer op bedrijventerreinen College Onderwerp: V200701230 Verzoek van het Heusdense Bedrijvenplatform om aandacht te vragen voor openbaar vervoer op bedrijventerreinen Samenvatting: Inleiding: Dor het Heusdens bedrijven platform

Nadere informatie

Vragen van fractie GroenLinks over uitgifte van parkeervergunningen

Vragen van fractie GroenLinks over uitgifte van parkeervergunningen College Onderwerp: V200701280 Vragen van fractie GroenLinks over uitgifte van parkeervergunningen Samenvatting: Inleiding: Op 16 november jl. heeft uw college vragen van de fractie GroenLinks ontvangen

Nadere informatie

VERSLAG Openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op dinsdag 28 maart 2017 van uur tot uur in het gemeentehuis

VERSLAG Openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op dinsdag 28 maart 2017 van uur tot uur in het gemeentehuis VERSLAG Openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op dinsdag 28 maart 2017 van 19.30 uur tot 20.50 uur in het gemeentehuis Voorzitter: Griffier: Aanwezige leden: Wethouders: Afwezigen: Insprekers:

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 3 maart 2015

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 3 maart 2015 Zaaknummer: 00427224 openbare besluitenlijst college 3 maart 2015 Collegevoorstel Inleiding De openbare besluitenlijst van 3 maart 2015 treft u bijgaand aan. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand

Nadere informatie

Vragen artikel 61 Rvo van J.W. Vonk D66 over klimaat, riolering en de Operatie Steenbreek

Vragen artikel 61 Rvo van J.W. Vonk D66 over klimaat, riolering en de Operatie Steenbreek Zaaknummer 00491881 Onderwerp Vragen artikel 61 Rvo van J.W. Vonk D66 over klimaat, riolering en de Operatie Steenbreek Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis In de brieven van 12 en 17 november

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer Onderwerp Openbare besluitenlijst college 25 september 2018

Collegevoorstel. Zaaknummer Onderwerp Openbare besluitenlijst college 25 september 2018 Zaaknummer 00566003 Onderwerp Openbare besluitenlijst college 25 september 2018 Collegevoorstel Feitelijke informatie De openbare besluitenlijst van de collegevergadering van 25 september 2018 treft u

Nadere informatie

Vragen art. 61 Rvo L. van der Heijden (Heusden Transparant) over Donkhof

Vragen art. 61 Rvo L. van der Heijden (Heusden Transparant) over Donkhof Zaaknummer 00524209 Onderwerp Vragen art. 61 Rvo L. van der Heijden (Heusden Transparant) over Donkhof Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis Raadslid mevrouw L. van der Heijden (Heusden Transparant)

Nadere informatie

Aanleiding/voorgeschiedenis De gemeente Waalwijk heeft een brief gestuurd over de voortgang van de samenwerking in De Langstraat.

Aanleiding/voorgeschiedenis De gemeente Waalwijk heeft een brief gestuurd over de voortgang van de samenwerking in De Langstraat. Zaaknummer 00478063 Onderwerp Brief van Waalwijk over De Langstraat samenwerking Collegevoorstel Aanleiding/voorgeschiedenis De gemeente Waalwijk heeft een brief gestuurd over de voortgang van de samenwerking

Nadere informatie

Vragen artikel 61 Rvo F. van der Lee (Heusden Transparant) over komst koffiebranderij

Vragen artikel 61 Rvo F. van der Lee (Heusden Transparant) over komst koffiebranderij Zaaknummer 00525742 Onderwerp Vragen artikel 61 Rvo F. van der Lee (Heusden Transparant) over komst koffiebranderij Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis In een brief van 19 september 2017 stelt

Nadere informatie

Ontvangen brief van dhr. R. van Laarhoven izake leges

Ontvangen brief van dhr. R. van Laarhoven izake leges College Onderwerp: V200801500 Ontvangen brief van dhr. R. van Laarhoven izake leges Collegevoorstel Inleiding: Met dagtekening 9 juli 2008 is een brief ontvangen van de heer R. van Laarhoven gericht aan

Nadere informatie

Aan de bewoners van. Geachte mevrouw, heer,

Aan de bewoners van. Geachte mevrouw, heer, Aan de bewoners van Datum: 26 februari 2015 Zaaknummer: Afdeling: Contactpersoon: Uw brief van: Onderwerp: Ontwikkeling Prinsessenflats Geachte mevrouw, heer, Door middel van deze brief wil ik u graag

Nadere informatie

Vragen art. 61 Rvo L. v.d. Heijden (Heusden Transparant) over residuele grondwaarden

Vragen art. 61 Rvo L. v.d. Heijden (Heusden Transparant) over residuele grondwaarden Zaaknummer 00498318 Onderwerp Vragen art. 61 Rvo L. v.d. Heijden (Heusden Transparant) over residuele grondwaarden Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis Raadslid mevrouw L. van der Heijden (Heusden

Nadere informatie

Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie D66Heusden inzake het uitvoeringsprogramma integrale handhaving 2011

Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie D66Heusden inzake het uitvoeringsprogramma integrale handhaving 2011 Onderwerp Zaaknummer: HHVBE09 Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie D66Heusden inzake het uitvoeringsprogramma integrale handhaving 2011 Collegevoorstel Inleiding In de brief van 4 april

Nadere informatie

Inleiding: Op 29 juli 2009 is door de heer Hop uit Ermelo een informatieverzoek op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) binnengekomen.

Inleiding: Op 29 juli 2009 is door de heer Hop uit Ermelo een informatieverzoek op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) binnengekomen. College Onderwerp: V200901129 Beslissing op bezwaar dhr. J. Hop te Ermelo, tegen de afwijzing van een Wob verzoek. Collegevoorstel Inleiding: Op 29 juli 2009 is door de heer Hop uit Ermelo een informatieverzoek

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 23 mei 2017

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 23 mei 2017 Zaaknummer: 00512630 openbare besluitenlijst college 23 mei 2017 Collegevoorstel Inleiding De openbare besluitenlijst van 23 mei 2017 treft u bijgaand aan. Voorgenomen besluit Het voorstel is om bijgaand

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer Onderwerp Openbare besluitenlijst college 7 mei 2019

Collegevoorstel. Zaaknummer Onderwerp Openbare besluitenlijst college 7 mei 2019 Zaaknummer 00590455 Onderwerp Openbare besluitenlijst college 7 mei 2019 Collegevoorstel Feitelijke informatie De openbare besluitenlijst van de collegevergadering van 7 mei 2019 treft u bijgaand aan.

Nadere informatie

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen.

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen. Ingekomen stukken Raad GR 27 versie Onderwerp: Ingekomen stukken Raad 20-09-2011 Raadsvoorstel Inleiding: Conform artikel 41 van het reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken, waarvan

Nadere informatie

Om dit te kunnen doen, is een aantal besluiten door de gemeenteraad vereist.

Om dit te kunnen doen, is een aantal besluiten door de gemeenteraad vereist. Aan de bewoners van Datum: 26 februari 2015 Zaaknummer: Afdeling: Contactpersoon: Uw brief van: Onderwerp: Datum Tuincentrum De Wilgen verzending: Geachte heer, mevrouw, Door middel van deze brief wil

Nadere informatie

VERSLAG Openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op dinsdag 10 mei 2011 van 19.30 tot 21.50 uur in het gemeentehuis

VERSLAG Openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op dinsdag 10 mei 2011 van 19.30 tot 21.50 uur in het gemeentehuis VERSLAG Openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op dinsdag 10 mei 2011 van 19.30 tot 21.50 uur in het gemeentehuis Voorzitter: H.P.T.M. Willems Raadsgriffier: E.J.M. de Graaf Aanwezige leden:

Nadere informatie

Verslag Vervolg van de openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op woensdag 17 december van tot uur in het gemeentehuis

Verslag Vervolg van de openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op woensdag 17 december van tot uur in het gemeentehuis Verslag Vervolg van de openbare vergadering van de gemeenteraad van Heusden op woensdag 17 december van 20.00 tot 23.35 uur in het gemeentehuis Voorzitter: Griffier: drs. H.P.T.M. Willems drs. E.J.M. de

Nadere informatie

Raadsvergadering 10 februari 2015

Raadsvergadering 10 februari 2015 Raadsvergadering 10 februari 2015 Orgaan: Locatie: Datum: Aanvang: Gemeenteraadsvergadering Julianastraat 34, 5251 ED Vlijmen dinsdag 10 februari 2015 19:30 uur 1. Opening 2. Vaststelling van de agenda

Nadere informatie

AVG vragen artikel 61 Rvo Rijnders CDA en vragen van AJK over verkoop van pachtgrond 2014

AVG vragen artikel 61 Rvo Rijnders CDA en vragen van AJK over verkoop van pachtgrond 2014 Zaaknummer: 00376541 Onderwerp: AVG vragen artikel 61 Rvo Rijnders CDA en vragen van AJK over verkoop van pachtgrond 2014 Collegevoorstel Inleiding In de brief van 14 januari 2014 stelt raadslid D.F.M.J.

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 3 juni 2014

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 3 juni 2014 Zaaknummer: 0392736 openbare besluitenlijst college 3 juni 2014 Collegevoorstel Inleiding De openbare besluitenlijst van 3 juni 2014 treft u bijgaand aan. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand

Nadere informatie

Vragen artikel 61 Rvo J. Levink CDA Heusden over verkeersveiligheid ingang Vlijmen

Vragen artikel 61 Rvo J. Levink CDA Heusden over verkeersveiligheid ingang Vlijmen Zaaknummer 00475758 Onderwerp Vragen artikel 61 Rvo J. Levink CDA Heusden over verkeersveiligheid ingang Vlijmen Collegevoorstel Inleiding In de brief van 7 juni 2016 stelt raadslid J. Levink (CDA Heusden)

Nadere informatie

Per Post CDA-fractie J. Nieuwkerk Sterrestraat EL HEUSDEN

Per Post CDA-fractie J. Nieuwkerk Sterrestraat EL HEUSDEN Per Post CDA-fractie J. Nieuwkerk Sterrestraat 7 5256 EL HEUSDEN Ons kenmerk: Behandeld door: J. Maurix Doorkiesnummer: (073) 513 17 89 E-mailadres: info@heusden.nl Onderwerp: vragen CDA ex art 61 RvO

Nadere informatie