Rapport RAPPORTAGE LUCHTKWALITEIT VOORONTWERP- BESTEMMINGSPLAN HAVEN ZUID VOOR DE GEMEENTE ALBLASSERDAM. F.R. van Gaalen. Luchtkwaliteit Haven Zuid

Transcriptie

1 Rapport Dossier Project AL Kenmerk Opsteller F.R. van Gaalen Datum Onderwerp Titel Luchtkwaliteit Haven Zuid RAPPORTAGE LUCHTKWALITEIT VOORONTWERP- BESTEMMINGSPLAN HAVEN ZUID VOOR DE GEMEENTE ALBLASSERDAM Opdrachtgever Contactpersoon Opdrachtnemer Contactpersoon Gemeente Alblasserdam Dhr. M. Rutherglen Cortgene 2 Postbus AA Alblasserdam Dhr. F.R. van Gaalen

2 2 Projectcode AL , 11 april 2008

3 Inhoud 1. Inleiding 5 2. Luchtsituatie omgeving Haven Zuid 6 3. Invloed verkeer op luchtsituatie bij aanvang planrealisatie (2010) 8 4. Luchtsituatie onder invloed van verkeer 2015 / Cumulatie met andere bronnen A Scheepvaart Bedrijven Optellen van de bijdragen 9 6. Resumé luchtkwaliteit Conclusies 13 Bijlagen: Bijlage 1 Plattegrond locale situatie Bijlage 2 Prints CAR II /2015/2020 Bijlage 3 Print bijdrage immissies door A15 Bijlage 4 Bijdrage immissies industriële bronnen Bijlage 4 Prints bijtelling immissies middels CAR II.7.0 Projectcode AL , 11 april

4 4 Projectcode AL , 11 april 2008

5 1. Inleiding Naar aanleiding van de nadrukkelijke aandacht van de provincie Zuid-Holland voor de luchtproblematiek en kritische uitspraken van de Raad van State heeft de gemeente Alblasserdam de Milieudienst verzocht het Voorontwerp bestemmingsplan Haven Zuid (zie bijlage 1) te toetsen aan het gestelde in de Wet luchtkwaliteit. Op 15 november 2007 is de Wet van 11 oktober 2007 tot wijziging van de Wet milieubeheer ( Wet luchtkwaliteit ) van kracht geworden dat het Besluit luchtkwaliteit 2005 vervangt. De Wet luchtkwaliteit betreft hoofdstuk 5, titel 5.2 onderdeel luchtkwaliteitseisen van de Wet milieubeheer. Een nieuw element hierin is, dat projecten, die niet in betekenende mate (NIBM) bijdragen aan de luchtkwaliteit ook zijn toegestaan bij overschrijdingen van de grenswaarden. Een project wordt als NIBM beschouwd als aannemelijk is, dat het project niet leidt tot een toename van de concentraties van NO 2 of PM 10 van meer dan 3% (1,2 µg/m 3 ). In de ministeriële regeling Niet in betekenende mate worden categorieën van gevallen, die in elk geval als niet in betekenende mate worden aangemerkt, genoemd. Zolang het NSL (Nationaal Samenwerkings-programma Luchtkwaliteit) nog niet definitief is vastgesteld, geldt een maximale toename van 1 % (0,4 µg/m 3 ) als criterium. De Wet Milieubeheer (bijlage 2) definieert grenswaarden. Parameters die van belang zijn bij verkeersbelastingen zijn: jaargemiddelde concentratie stikstofdioxide (NO 2), jaargemiddelde concentratie PM 10 en het aantal overschrijdingen per jaar van 24-uurwaarde PM 10 boven de grenswaarde (van 50 microgram/m 3 ).Voor NO 2 geldt de grenswaarde in Voor fijn stof (PM 10) is 2005 het jaar van de grenswaarde. Voor die tijd zijn hogere waarden, plandrempelwaarden, van kracht. Navolgend wordt de luchtsituatie beschreven, waarbij in eerste instantie wordt getoetst aan de regeling niet in betekenende mate. Er wordt voor de luchtinformatie gebruik gemaakt van de meest recente luchtinformatie. Projectcode AL , 11 april

6 2. Luchtsituatie omgeving Haven Zuid Bij de toetsing van de factor lucht moet naast de huidige situatie ook het toekomstige luchtbeeld worden geschetst. Binnen het plangebied liggen de inrichting van Oceanco, een hotel en een aantal woningen. Het plan voorziet verder in de realisatie van een brandweerkazerne, kleinschalige bedrijven, woningen, een hotel, toeristische voorzieningen en een transferium. Volgens de huidige planning zal in 2010 met de realisatie worden aangevangen, welke een aantal jaren in beslag zal nemen. De verkeersgegevens voor 2006 worden afgeleid uit de RVMK Drechtsteden (versie 3.0 d.d ) voor Voor de Ruigenhil is echter gebruik gemaakt van verkeerstellingen van oktober Deze waarden zijn ook als invoer voor de Helling en de Dam gebruikt. Hierbij is rekening gehouden met een autonome groei van 0,9 % per jaar. De ontsluiting van de planlocatie zal geschieden via de Ruigenhil en de Helling. Bij de berekening is uitgegaan van een toename van het aantal verkeersbewegingen op de ontsluitingswegen als gevolg van de realisatie van woningen, toeristische voorzieningen en het transferium. Tegelijkertijd zal de huidige stalling van vrachtwagens hier verdwijnen. De verkeersbewegingen van en naar bedrijven zal gelijk worden aan de huidige verkeersintensiteit op de Zuiderstek. De vrachtwagenstalling binnen het plangebied zal verdwijnen, hetgeen een vermindering van het aantal vrachtwagenbewegingen met zich mee brengt. Tevens zal als gevolg van de realisatie van het transferium het aantal toeristen, dat in plaats van met de auto van de Ruigenhil naar de molens van Kinderdijk (traject Dam-Molenstraat) rijdt afnemen, doordat deze vanaf Haven Zuid er per boot heengaan. Hiermede zal gesaldeerd worden. Bij planrealisatie zal de Ruigenhil gereconstrueerd worden. Dit houdt in, dat er een extra opstelstrook voor naar de planlocatie afslaand verkeer wordt gemaakt. Bovendien wordt de verkeersstroom van de Grote Beer naar de Helling en de Ruigenhil middels dynamisch verkeersmanagement gereguleerd. Hierdoor zal de doorstroming wijzigen van stagnerend stadsverkeer naar stadsverkeer met minder congestie (doorstromend) met een stagnatiefactor van 7 % (minder dan 1 uur per dag). De doorstroming op de Grote Beer zal stagnerend stadsverkeer blijven, zodat de invloed op de luchtkwaliteit aldaar als verwaarloosbaar wordt beschouwd. De Grote Beer is derhalve verder niet in de beschouwing meegenomen. Verder zijn de openstelling van de Oude Torenweg voor vrachtverkeer in de beschouwing betrokken. Hierdoor zal voor de jaren 2010 en later het aandeel vrachtverkeer op de Ruigenhil, de Dam en de Helling verlaagd zijn. De gegevens hiervan zijn overgenomen uit een nog niet gepubliceerde studie over de luchten geluidsaspecten bij opening van de Oude Torenweg voor vrachtverkeer ( Rapportage luchtkwaliteit openstelling Oude Torenweg voor alle verkeer ). De invloed, die dit heeft op personenauto s is vooralsnog buiten beschouwing gelaten. Dit zal echter voor de Helling, de Ruigenhil en de Dam een verlaging van de hier gepresenteerde immissies inhouden. Hiervoor wordt ook verwezen naar de bovengenoemde studie. Tevens zijn de ontwikkelingen van de plannen Mercon Kloos en Alblasserwerf meeberekend. Hierbij is er voor het Plan Mercon Kloos vanuit gegaan, dat de ontsluiting voor 50 % via de Oost Kinderdijk, voor 40 % via de West Kinderdijk en voor 10 % via het Zwarte Paard (niet in deze beschouwing opgenomen ) plaats vindt. In 2010 zal naar verwachting 50 % van het plan gerealiseerd zijn. in 2015 zal het plan geheel gerealiseerd zijn. Voor het Plan Alblasserwerf is er vanuit gegaan, dat de ontsluiting volledig via De Haven plaats vindt. In 2015 zal naar verwachting het gehele plan gerealiseerd zijn. In tabel 1 zijn de wijzigingen in het aantal verkeersbewegingen als gevolg van de planrealisatie vermeld. 6 Projectcode AL , 11 april 2008

7 Tabel 1a: Invloed Realisatie Haven Zuid op verkeersbewegingen Plangebied (mvt/etmaal) Plangebied Licht Middelzwaar Zwaar Bussen Bedrijven Woningen Toerisme Transferium Busvervoer Vrachtwagenstalling Tabel 1b: Invloed Realisatie Haven Zuid op verkeersbewegingen Ruigenhil & Helling (mvt/etmaal) Ruigenhil / Helling Licht Middelzwaar Zwaar Bussen Bedrijven Woningen Toerisme Transferium Busvervoer Vrachtwagenstalling Tabel 1c: Invloed Realisatie Haven Zuid op verkeersbewegingen Traject Dam-Molenstraat (mvt/etmaal) Dam-Molenstraat Licht Middelzwaar Zwaar Bussen Bedrijven Woningen Toerisme Transferium Busvervoer Vrachtwagenstalling Met behulp van CAR II.7.0 wordt de invloed van de verwachte wijzigingen van het aantal verkeersbewegingen op de luchtkwaliteit bepaald. Conform de Regeling Beoordeling luchtkwaliteit 2007 wordt gerekend met afstanden van 5 (NO 2) en 10 (PM 10) meter van de wegrand. Als de afstand van de wegrand tot gevels van gevoelige bestemmingen kleiner is, wordt gerekend met de afstand van de wegrand tot de gevel (o.a. Ruigenhil). Dit vergelijk is uitgevoerd voor de verwachte situatie in de jaren 2010, 2015 en De met behulp van CAR II.7.0 berekende waarden zijn gecorrigeerd voor de invloed van zeezout, welke zich van nature in de lucht bevindt (conform bijlage 4 van de ministeriële regeling Beoordeling luchtkwaliteit 2007). De berekende jaargemiddelde concentratie van PM 10 is derhalve verlaagd met 5 µg/m 3. Het aantal dagen, dat de 24-uurgemiddelde concentratie wordt overschreden, is gecorrigeerd door een vermindering met 6 dagen. Projectcode AL , 11 april

8 3. Invloed verkeer op luchtsituatie bij aanvang planrealisatie (2010) Met behulp van CAR II.7.0 is de situatie in 2010 (zie bijlage 2) beschreven. Hierbij is ervan uitgegaan, dat er dan de planrealisatie dan nog niet heeft plaats gevonden. Jaargemiddelde concentraties NO 2 en PM 10 in 2010 De CAR-berekeningen geven aan dat zonder planrealisatie op de Ruigenhil de grenswaarde van NO 2 (40 µg/m 3 ; Wet Luchtkwaliteit) wordt overschreden. De grenswaarde van PM 10 (40 µg/m 3 ) wordt op geen van de beschouwde wegvakken overschreden. Bijlage 2 geeft de bijbehorende CAR-prints. Aantallen grenswaarde overschrijdingen PM 10 in 2010 De norm is, dat 35 overschrijdingen van de grenswaarde van de 24-uur gemiddelde concentratie (50 µg/m 3 ) per jaar zijn toegestaan. Het aantal overschrijdingen in de buitenlucht van de grenswaarde bedraagt op alle beschouwde wegvakken binnen het plangebied minder dan 35 (zie bijlage 2). 4. Luchtsituatie onder invloed van verkeer 2015 / 2020 Met behulp van CAR II.7.0 is de situatie in 2015 en 2020 (zie bijlage 2) beschreven. Jaargemiddelde concentraties NO 2 en PM 10 Uit de CAR-berekeningen volgt, dat er zich nog in 2015 en 2020 noch in de situatie zonder planrealisatie noch in de situatie met planontwikkeling overschrijdingen van de grenswaarde van de NO 2 (40 µg/m 3 ) concentratie wordt geconstateerd. Ook overschrijdingen van de grenswaarde PM 10 (40 µg/m 3 ) treden noch in 2015 noch in 2020 op. De berekeningen geven tevens aan dat zowel in 2015 als in 2020 op alle beschouwde locaties aan het NIBM-criterium wordt voldaan. Aantallen grenswaarde overschrijdingen PM 10 De norm is dat 35 overschrijdingen van de grenswaarde van de 24-uur gemiddelde concentratie per jaar zijn toegestaan. Bij de verwachte verkeersintensiteit zal dan noch in 2015 noch in 2020 het aantal overschrijdingen in de buitenlucht op de beschouwde locaties meer dan 35 dagen per jaar bedragen en derhalve zal de norm dan niet worden overschreden. 8 Projectcode AL , 11 april 2008

9 5. Cumulatie met andere bronnen 5.1 A15 Er is ten aanzien van de beschouwde locatie sprake van cumulatie van emissies, veroorzaakt door het lokale verkeer met emissies, veroorzaakt door verkeer op de A15 (zie bijlage 3). 5.2 Scheepvaart Volgens een studie uitgevoerd door TNO (2005) naar de invloed van scheepvaart op stikstofdioxide langs de Dordtsche Kil en de Oude Maas en ander verricht onderzoek kan worden geconcludeerd, dat de invloed van de scheepvaart op de luchtkwaliteit van de West Kinderdijk en de Oost Kinderdijk circa 8 µg/m 3 bedraagt. 5.3 Bedrijven Aan de zuidzijde van het plangebied ligt de inrichting van Ruigenhill Vastgoed. Deze levert volgens de rapportage Bijdragen aan NO 2- en PM 10-concentraties in 2006 van enkele inrichtingen in Zuid-Holland (Witteveen & Bos, 2007) een bijdrage aan de NO 2- en fijn stofimmissie. (zie bijlage 4). Omdat mag worden aangenomen, dat de bijdrage van het bedrijf al in de achtergrondconcentraties is meegenomen, zal hier sprake zijn van een zekere dubbeltelling, maar het is lastig deze te verdisconteren in het onderhavige onderzoek. 5.4 Optellen van de bijdragen Doordat NO 2 voor een groot deel wordt gevormd door omzetting in de buitenlucht onder invloed van ozon, is de totale NO 2-concentratiebijdrage echter kleiner dan de som van de NO 2-concentratie-bijdragen van de verschillende bronnen. De werkelijke immissie is met de optie Optellen bronbijdragen van CAR II.7.0 berekend. Hierbij is gerekend met een fractie direct uitgestoten NO 2 = 0,07 (zie bijlage 5 en tabel 2). Tabel 2: Bijdrage bronnen aan immissies (µg/m 3 ) Rijksweg Scheepvaart Industrie NO 2 PM 10 NO 2 PM 10 NO 2 PM 10 Molenstraat West Kinderdijk Oost Kinderdijk ,1 0,2 Haven 2 0, ,3 0,8 Dam 2 0, ,4 1 Ruigenhil 4 0, ,5 1 Helling 10 0, ,5 1,2 Zuiderstek / Planlocatie 4 0, ,5 1 Projectcode AL , 11 april

10 Hoewel voor de jaren 2010 en 2015 de bijdragen van het verkeer op de A15, de scheepvaart en de industrie niet gegeven zijn, zijn wij ook voor deze jaren van eenzelfde bijdrage als aangenomen voor 2006 uitgegaan. Hieruit volgt, dat dan de jaargemiddelde concentratie NO 2 langs de Ruigenhil en de Helling in 2010 de grenswaarde overschrijdt (zie ook hoofdstuk 6). Vanaf 2015 treden er geen overschrijdingen van de grenswaarde meer op. De jaargemiddelde concentratie PM 10 wordt in geen van de beschouwde situaties overschreden. Ook is in geen van de beschouwde situaties het aantal dagen, dat de 24-uurgemiddelde de grenswaarde overschrijdt meer dan 35. I 10 Projectcode AL , 11 april 2008

11 6. Resumé luchtkwaliteit Onderstaand staan in tabel 3 t/m 5 de bovenstaande bevindingen uit de CAR-berekeningen weergegeven. Hierbij is gecorrigeerd voor de invloed van zeezout, welke zich van nature in de lucht bevindt (conform bijlage 4 van de ministeriële regeling Beoordeling luchtkwaliteit 2007). Tevens is de invloed van het verkeer op de A15, de scheepvaart op de Noord en de invloed van Ruigenhill Vastgoed aangegeven. In de situatie met planrealisatie is ten opzichte van de situtie zonder planrealisatie rekening gehouden met de gewijzigde verkeersintensiteit op de relevante wegen in combinatie met de eerder genoemde maatregelen om de doorstroming op de Ruigenhil te verbeteren. In beide scenario s is rekening gehouden met de openstelling van de Oude Torenweg voor vrachtverkeer en de ontwikkelingen van de plannen Mercon Kloos en Alblasserwerf. Tabel 3: Luchtkwaliteit Haven Zuid (jaargemiddelde NO 2) Jaargemiddelde NO 2 (µg/m 3 ) Achtergrondconcentratie 25 26,7 21, ,8 20,1 Zonder planrealisatie Molenstraat 28,2 24,4 21,0 West Kinderdijk 36,8 32,9 29,4 Oost Kinderdijk 38,9 34,5 30,6 Haven 37,4 32,3 27,4 Dam 40,3 35,0 29,6 Ruigenhil 45,9 40,0 34,0 Helling 41,8 37,6 33,4 Zuiderstek 32,0 28,1 25,0 Met planrealisatie Molenstraat n.v.t. 24,4 21,0 West Kinderdijk n.v.t. 32,9 29,4 Oost Kinderdijk n.v.t. 34,4 30,6 Haven n.v.t. 32,3 27,4 Dam n.v.t. 34,9 29,6 Ruigenhil n.v.t. 40,5 1) 34,2 Helling n.v.t. 38,0 33,6 Planlocatie n.v.t. 28,5 25,3 VET: Overschrijding grenswaarde 1) zie onderstaande toelichting N.B.: Aangezien in de situatie zonder de bijtelling van bronbijdragen het verschil tussen zonder en met planontwikkeling slechts 0,3 (µg/m 3 ) bedraagt (zie bijlage 2), kan gesteld worden, dat de waarde zonder < 0,1 µg/m 3 naar beneden is afgerond en de waarde met planontwikkeling < 0,1 µg/m 3 naar boven is afgerond. Afgerond op hele eenheden is de waarde met planontwikkeling dus 40 µg/m 3 (Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007) en is er dus geen sprake van overschrijding van de grenswaarde. Projectcode AL , 11 april

12 Tabel 4: Luchtkwaliteit Haven Zuid (jaargemiddelde PM 10) Jaargemiddelde PM 10 (µg/m 3 ) Achtergrondconcentratie 20,8 21,1 19,6 19,9 18,7 25,0 Zonder planrealisatie Molenstraat 21,4 20,1 19,2 West Kinderdijk 21,7 20,3 19,3 Oost Kinderdijk 22,6 21,0 20,0 Haven 24,3 22,6 21,4 Dam 25,7 22,9 21,8 Ruigenhil 27,2 24,7 23,4 Helling 24,6 22,9 21,9 Zuiderstek 22,7 21,4 20,5 Met planrealisatie Molenstraat -- 20,1 19,2 West Kinderdijk -- 20,3 19,3 Oost Kinderdijk -- 21,0 19,9 Haven -- 22,6 21,4 Dam -- 22, Ruigenhil -- 24,7 23,4 Helling -- 23,0 22,0 Planlocatie -- 21,5 20,6 Tabel 5: Luchtkwaliteit Haven Zuid (24-uurgemiddelde PM 10) Aantal overschrijdingen grenswaarde 24-uurgem PM 10 Zonder planrealisatie Molenstraat West Kinderdijk Oost Kinderdijk Haven Dam Ruigenhil Helling Zuiderstek Met planrealisatie Molenstraat West Kinderdijk Oost Kinderdijk Haven Dam Ruigenhil Helling Planlocatie Projectcode AL , 11 april 2008

13 7. Conclusies Bij autonome ontwikkelingen (zonder planrealisatie) zal in 2010 de jaargemiddelde concentratie NO 2 zowel langs de Ruigenhil als langs de Helling de grenswaarde van 40 µg/m 3 overschrijden. In 2015 en 2020 treden dan geen overschrijdingen meer op. De jaargemiddelde concentratie PM 10 wordt noch in 2010, noch in 2015 en 2020 (met en zonder planrealisatie) in geen van de beschouwde situaties overschreden. Ook is in dan alle beschouwde situaties het aantal dagen, dat de 24-uurgemiddelde de grenswaarde overschrijdt niet meer dan 35. Ten aanzien van bovengenoemde bevindingen is er vanuit gegaan, dat de Oude Torenweg voor alle verkeer is opengesteld. De extra verkeersbewegingen bij planrealisatie zullen in combinatie met de aanpassingen in de doorstroming van het verkeer (extra opstelstrook op Ruigenhil, DMV) in 2010 en 2015 zowel langs de Ruigenhil als langs de Helling tot ophoging van de immissies leiden, maar hierbij treden geen overschrijdingen van de grenswaarden op. Projectcode AL , 11 april

14 14 Projectcode AL , 11 april 2008

15 Bijlagen

16

17 Bijlage 1: Plattegrond locale situatie

18

19 Bijlage 2: Prints CAR II /2015/2020

20

21 Bijlage 3: Print bijdrage immissies door A15

22

23 Bijlage 4: Bijdrage immissies industriële bronnen

24

25 Bijlage 5: Prints bijtelling immissies middels CAR II.7.0

26