UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE"

Transcriptie

1 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR De impact van de verwijzingsregels in de Europese Erfrechtverordening op de vermogensplanning vanuit Nederbelgisch perspectief. Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master of Science in de Handelswetenschappen Annelies Tuytens onder leiding van Prof. dr. Bertel De Groote

2

3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR De impact van de verwijzingsregels in de Europese Erfrechtverordening op de vermogensplanning vanuit Nederbelgisch perspectief. Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master of Science in de Handelswetenschappen Annelies Tuytens onder leiding van Prof. dr. Bertel De Groote

4

5 Vertrouwelijkheidsclausule PERMISSION Ondergetekende verklaart dat de inhoud van deze masterproef mag geraadpleegd en/of gereproduceerd worden, mits bronvermelding. Naam student: Annelies Tuytens i

6

7 Woord vooraf Ter afsluiting van mijn vierjarige opleiding Handelswetenschappen, afstudeerrichting Accountancy- Fiscaliteit aan de Universiteit Gent, schreef ik deze masterproef. Het schrijven van dit werk heeft mij geleerd hoe ik efficiënt informatie kan verwerken, hoe ik om moet gaan met verschillende bronnen en hoe ik informatie kritisch moet benaderen. Dit ging echter niet zonder slag of stoot. Door de ondersteuning van verschillende personen heb ik dit werk tot een goed einde kunnen brengen. Graag had ik deze dan ook bedankt. Eerst en vooral wil ik mijn promotor professor Bertel De Grootte bedanken. Niet alleen voor de nodige ondersteuning, ook voor het beantwoorden van mijn vragen en het steeds tijdig geven van uitvoerige feedback. Ook wil ik graag Mevr. Sarah Van Bree bedanken voor de behulpzame infosessie over juridische verwijzingen en afkortingen. Dank aan de bibliothecarissen van de Universiteitsbibliotheek van de faculteit Rechten voor de steeds vriendelijke service wanneer ik problemen had bij het vinden van bronnen. Ten slotte wil ik mijn nicht bedanken voor het talloze keren nalezen van mijn masterproef en voor het beantwoorden van mijn vragen. Bedankt Nico Van Campenhout om mijn werk na te lezen en me te wijzen op de spellingsfouten. Mijn ouders wil ik bedanken om mij steeds zowel financieel als emotioneel bij te staan gedurende deze opleiding. Ook mijn vriend wil ik bedanken niet alleen om mijn eindeloze gemopper te aanhoren maar ook voor het geven van al dan niet nuttige suggesties. ii

8

9 Inhoud Inleiding... 1 Doel... 2 Toepassingsgebied... 3 Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht Internationaal privaatrecht regelt grensoverschrijdende relaties Internationale bevoegdheid Toepasselijk recht Erkenning en uitvoerbaarverklaring Basisbegrippen uit het IPR Gewone verblijfplaats Nationaliteit Basistechnieken van het verwijzingsrecht Rechtskeuze De objectieve verwijzingsregel Renvoi Exceptie van openbare orde Uitzonderingsclausule Het toepasselijk recht in de Europese Erfrechtverordening Principiële aanknoping aan de laatste gewone verblijfplaats Renvoi Laatste gewone verblijfplaats in Belgisch erfrecht Laatste gewone verblijfplaats in Nederlands erfrecht Uitzonderingen Rechtskeuze door de erflater Kennelijk nauwere band met een andere lidstaat Exceptie van de openbare orde Belgische erfrecht Nederlands erfrecht Specifieke erfrechtelijke regimes Uiterste wilsbeschikkingen Verklaring tot aanvaarding of verwerping van de nalatenschap Beheerders van de nalatenschap iii

10 4.4. Onroerende goederen, ondernemingen of andere bijzondere categorieën van goederen die in een lidstaat onderworpen zijn aan speciale regels Onbeheerde nalatenschappen Toepassingsgebied Circulatie van rechterlijke beslissingen, authentieke akten en gerechtelijke schikkingen en de Europese Erfrechtverklaring Circulatie van rechterlijke beslissingen, authentieke akten en gerechtelijke schikkingen Erkenning, uitvoerbaarheid en tenuitvoerlegging van beslissingen Aanvaarding van authentieke akten en gerechtelijke beschikkingen De Europese Erfrechtverklaring Begrip Afgifte Conclusie iv

11 Lijst met afkortingen AB EU Algemene Bepalingen Europese Unie HEV Haags Erfrechtenverdrag 1989 IPR KB WIPR Internationaal privaatrecht Koninklijk Besluit Wetboek Internationaal Privaatrecht v

12

13 Inleiding 1. Vandaag zijn er heel wat nalatenschappen met grensoverschrijdende elementen. Zo bevat tien procent van de 4.5 miljoen erfopvolgingen in de Europese Unie een internationaal aspect. De waarde van deze grensoverschrijdende nalatenschappen zou miljard euro per jaar bedragen. 1 Deze grensoverschrijdende elementen brengen echter tal van vragen met zich mee zoals welk recht er toegepast moet worden en welke rechter bevoegd is voor de erfopvolging? Iedere lidstaat regelt dit op zijn manier met als gevolg dat verschillend toepasselijk recht aangewezen kan worden bij eenzelfde erfopvolging waarbij verschillende lidstaten betrokken zijn. 2 Daar wordt nu verandering in gebracht door de invoering van de Europese Erfrechtverordening. 2. Na de publicatie van het Groenboek van de Europese Commissie in 2005, volgde enkele jaren later in 2009, het voorstel van de Europese Commissie voor een verordening betreffende de bevoegdheid, het toepasselijk recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en authentieke akten op het gebied van de erfopvolging en betreffende de instelling van een Europese erfrechtverklaring 3 (hierna: de Erfrechtverordening). Het voorstel had als doel de mogelijkheid te bieden aan de Europese burgers om vooraf hun erfopvolging te kunnen organiseren en het op een efficiënte manier waarborgen van de rechten van de erfgenamen en/of legatarissen, van andere personen die een band hadden met de overledene en de schuldeisers van de nalatenschap. 4 Op 7 juni 2012 volgde de goedkeuring van De Raad. De Erfrechtverordening werd ondertekend door het Parlement en de Raad op 4 juli 2012, waarop deze op 27 juli gepubliceerd werd in het Publicatieblad van de Europese Unie. 3. Vanaf 17 augustus 2015 is de Erfrechtverordening rechtstreeks van toepassing en uitvoerbaar in alle lidstaten, behalve in Ierland, het Verenigd Koninkrijk en Denemarken. 5 Deze landen worden als derde 1 Werkdocument (Comm.) bij het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bevoegdheid, het toepasselijk recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en authentieke akten op het gebied van erfopvolging en betreffende de instelling van een Europese Erfrechtverklaring, 14 oktober 2009, SEC(2009) 411 def., 4 2 P. LOKIN, De Erfrechtverordening, NIPR 2013, afl. 3, Verordening (EU) van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en de aanvaarding en de tenuitvoerlegging van authentieke akten op het gebied van erfopvolging, alsmede betreffende de instelling van een Europese erfrechtverklaring nr. 650/2012, Pb.L. 27 juli 2012, Voorstel (Comm.) voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad nr. COM(2009)154 def., 14 oktober 2009 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijk recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van de beslissingen en authentieke akte op het gebied van de erfopvolging en betreffende de instelling van de Europese erfrechtverklaring, COM(2009) 154 def /0157 (COD), 14, nr Met uitzondering van artikelen 77 en 78, deze zijn van toepassing met ingang van 16 januari 2014, en artikelen 79, 80 en 81, deze zijn van toepassing met ingang van 5 juli 2012 (Art. 84 Erfrechtverordening) 1

14 landen beschouwd. Wanneer het recht van één van deze landen wordt aangeduid, wordt het recht van een derde staat aangewezen De Erfrechtverordening tracht de bevoegdheid, het toepasselijk recht en de erkenning en tenuitvoerlegging van rechtelijke uitspraken, de drie delen van het internationaal privaatrecht, te harmoniseren. Niet enkel de harmonisatie van rechtelijke uitspraken, maar ook de beslissingen en wederzijdse erkenning van authentieke akte zal het proberen te realiseren. Bovendien omvat de Erfrechtverordening een nieuw instrument, namelijk de Erfrechtverklaring. 7 Doel 5. In overweging 7 van de Erfrechtverordening is te lezen dat een goede werking van de interne markt moet vereenvoudigd worden door het wegnemen van de belemmeringen van het vrije verkeer van personen die moeilijkheden ondervinden om hun rechten te doen gelden in het kader van een erfopvolging met grensoverschrijdende gevolgen. Deze belemmeringen worden volgens het Voorstel veroorzaakt door de diversiteit van de materieelrechtelijke regels en van de regels inzake internationale bevoegdheid of toepasselijk recht, het groot aantal instanties dat zich over een zaak van internationale erfopvolging kan uitspreken en de versnippering van de nalatenschap als gevolg van deze uiteenlopende regels. 8 Net zoals in het voorstel vermeld wordt, moeten de Europese burgers vooraf hun erfopvolging kunnen regelen en moeten de rechten van de erfgenamen/legatarissen, van andere personen die dicht bij de overledene staan en van schuldeisers gegarandeerd worden De Erfrechtverordening streeft naar de vereenvoudiging van de regels omtrent grensoverschrijdende nalatenschappen. Dit is nodig gegeven de nalatenschappen met grensoverschrijdende elementen die jaarlijks openvallen binnen de EU. 10 De verordening tracht deze vereenvoudiging te bekomen door o.a. de aanwijzing van het toepasselijk recht, om zo de eenheid van de nalatenschap te behouden. Ook zal het toepasselijk recht van toepassing zijn op de gehele erfopvolging en zijn er geen 6 Overweging 82 en 83 Erfrechtverordening; P.A.M. LOKIN, De Erfrechtverordening, NIPR 2013, afl. 3, G. VAN CALSTER, Knelpunten bij de Europese Erfrechtverordening, in BUYSSENS F. en VERBEKE A.-L., Notariële Actualiteit , Antwerpen, Intersentia, 2014, p Voorstel (Comm.) voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad nr. COM(2009)154 def., 14 oktober 2009 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijk recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van de beslissingen en authentieke akte op het gebied van de erfopvolging en betreffende de instelling van de Europese erfrechtverklaring, COM(2009) 154 def /0157 (COD), 2. 9 Voorstel (Comm.) voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad nr. COM(2009)154 def., 14 oktober 2009 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijk recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van de beslissingen en authentieke akte op het gebied van de erfopvolging en betreffende de instelling van de Europese erfrechtverklaring, COM(2009) 154 def /0157 (COD), Werkdocument (Comm.) bij het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bevoegdheid, het toepasselijk recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en authentieke akten op het gebied van erfopvolging en betreffende de instelling van een Europese Erfrechtverklaring, 14 oktober 2009, SEC(2009) 411 def., 4 2

15 afzonderlijke regels van toepassing op de afwikkeling en vererving, zoals dit in Nederland wel het geval is. Net door de toepassing van het toepasselijk recht op de gehele erfopvolging zal een kwalificatieprobleem vermeden worden. 7. De Erfrechtverordening bestaat uit vier grote delen om deze doelstelling te bereiken, nl.: De rechterlijke bevoegdheid Het toepasselijk recht Erkenning, aanvaarding, uitvoerbaarheid en tenuitvoerlegging van beslissingen, authentieke akten en gerechtelijke beschikkingen De Europese erfrechtverklaring 11 Toepassingsgebied 8. Het toepassingsgebied omvat alle burgerrechtelijke aspecten van erfopvolging in de nalatenschap van een overleden persoon. Wat echter niet onder het toepassingsgebied valt zijn de fiscale- en administratiefrechtelijke zaken, andere onderdelen van het burgerlijk recht dan het erfrecht, aangelegenheden die verband houden met het huwelijksvermogensstelsels, aangelegenheden die verband houden met de oprichting, beheer en ontbinding van trusts en schenkingen. Wat de fiscale zaken betreft, heeft de Europese Commissie reeds op 15 juni 2011 een mededeling verschaft aan het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité omtrent de oplossing van grensoverschrijdende successiebelastingproblemen in de EU. 12 Bij het ontvangen van een nalatenschap uit het buitenland behoort de discriminerende fiscale behandeling tot één van de belangrijkste problemen. De Europese Commissie is van mening dat grensoverschrijdende successiebelastingproblemen opgelost kunnen worden zonder de successiebelastingregels van de lidstaten te harmoniseren. Het zou volstaan om een samenhang te creëren in de wisselwerking tussen de regels van verschillende lidstaten, zodat dubbele belasting vermeden wordt In deze uiteenzetting zal de impact van de verwijzingsregels in de Europese Erfrechtverordening op de vermogensplanning vanuit Nederbelgisch 14 perspectief behandeld worden. Wat wijzigt met de invoering van de Europese Erfrechtverordening voor het toepasselijk recht in België en Nederland? Welke gevolgen brengt dit met zich mee voor de vermogensplanner? Wat zijn de gevolgen voor het 11 Overweging 8 Erfrechtverordening. 12 Mededeling (Comm.) aan het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch Sociaal comité - oplossing van grensoverschrijdende successiebelastingproblemen in de EU nr /11, 15 december 2011, COM(2011)864 def. 13 Mededeling (Comm.) aan het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch Sociaal comité - oplossing van grensoverschrijdende successiebelastingproblemen in de EU nr /11, 15 december 2011, COM(2011)864 def., Dit onderzoek zal zowel de implicaties voor het Nederlandse recht en het Belgische recht behandelen. 3

16 internationaal privaatrecht in België en Nederland? Dit zijn vragen die in dit onderzoek beantwoord zullen worden. Eerst zullen het IPR-probleem en de methodologie besproken worden, met een stand van zaken van het Belgisch en Nederlands internationaal privaatrecht vóór de invoering van de Europese Erfrechtverordening. Dit om de moeilijkheden van het internationaal privaatrecht bloot te leggen en belangrijke begrippen in het internationaal privaatrecht te duiden. Vervolgens wordt het toepasselijk recht van de Europese Erfrechtverordening besproken, met telkens een vergelijking met het huidig Belgisch en Nederlands internationaal privaatrecht. Hierbij zullen de gelijkenissen en verschillen met het Belgisch en Nederlands internationaal privaatrecht aangetoond worden en zullen de mogelijkheden of belemmeringen voor de vermogensplanner besproken worden. Doorheen de uiteenzetting zullen verschillende voorbeelden verwerkt worden om het steeds zo duidelijk mogelijk te maken. Ten slotte volgt er nog een conclusie. 4

17 Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht Mensen worden steeds mobieler. Ze verhuizen naar het warme zuiden om te genieten van de zon, kopen een buitenverblijf buiten België of starten een carrière in het buitenland. Dit heeft gevolgen voor de afwikkeling van hun latere nalatenschap. Deze bestaat immers niet enkel uit nationale elementen, ook internationale elementen bevinden zich in de nalatenschap. 11. Deze evolutie weerspiegelt zich op juridisch vlak, onder meer in het internationaal privaatrecht (IPR). Dit wordt steeds belangrijker. Het internationaal privaatrecht regelt de grensoverschrijdende, privaatrechtelijke rechtsvragen. Het internationaal privaatrecht bestaat echter uit diverse rechtsbronnen, waardoor de toepassing ervan allesbehalve eenvoudig is. Zo bestaan er multilaterale en bilaterale verdragen, Europese verordeningen en richtlijnen en dan is er ook nog de nationale wetgeving die het internationaal privaatrecht regelt. Niet alleen is het belang van het internationaal privaatrecht gestegen, ook het aantal rechtsbronnen neemt toe In dit eerste deel volgt een verduidelijking van het Belgisch en Nederlands internationaal privaatrecht. De belangrijkste begrippen die aan bod komen in deze uiteenzetting zullen besproken worden. Eerst volgt er een korte algemene duiding over het internationaal privaatrecht waarin de problematiek van het internationaal privaatrecht en de verschillende categorieën kort behandeld worden. Daarna worden de belangrijkste aanknopingspunten besproken en hoe ze worden gedefinieerd en bepaald in het Nederbelgisch internationaal privaatrecht. Ten slotte zullen de verschillende verwijzingstechnieken behandeld worden, gekoppeld aan het Nederbelgisch internationaal privaatrecht vóór de invoering van de Europese Erfrechtverordening. 1. Internationaal privaatrecht regelt grensoverschrijdende relaties 13. Internationaal privaatrecht is het recht dat de grensoverschrijdende, privaatrechtelijke rechtsconflicten regelt 17. Administratieve, fiscale en algemeen publiekrechtelijke aangelegenheden vallen dus niet onder het toepassingsgebied van het internationaal privaatrecht. Zo omvat het internationaal privaatrecht ook geen regels van materieel recht Elk land bepaalt de regels van het IPR zelf, waardoor deze erg kunnen verschillen van elkaar. Het doel van Europese Verordeningen is om deze regels die in elke lidstaat verschillend zijn, te 15 Gebaseerd op J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012,

18 harmoniseren. Zo tracht de Erfrechtverordening de verschillende regels inzake de bevoegdheid, het toepasselijk recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en authentieke akten op het gebied van de erfopvolging in de lidstaten te harmoniseren. Voor de domeinen die niet grensoverschrijdend zijn geregeld, zal steeds het nationaal internationaal privaatrecht van toepassing zijn. 15. In België is het internationaal privaatrecht te vinden in het Wetboek van Internationaal Privaatrecht (WIPR). Dit trad in werking op 1 oktober Het Nederlands internationaal privaatrecht daarentegen kent een grote bronnenverscheidenheid. Enkele losse wettelijke regelingen, een groot aantal verdragen van verschillende herkomst, EUregelingen en ongeschreven recht vormen samen het Nederlands internationaal privaatrecht. Op nationaal niveau is er nog steeds geen codificatie van het Nederlands IPR. 20 Er bestaan in het Nederlands recht tien burgerlijke wetboeken. In het Nederlands Burgerlijk Wetboek (BW) boek 10, dat in werking trad op 1 januari 2012, is het Nederlands Internationaal privaatrecht te vinden. 21 In het Nederlands recht bestaat de erfopvolging uit twee verwijzingscategorieën, waarvoor afzonderlijk toepasselijk recht wordt toegepast. De eerste verwijzingscategorie bestaat uit de vererving d.w.z. wie wat erft, de tweede categorie uit de afwikkeling, wat op zijn beurt bestaat uit de vereffening en verdeling. 22 Vererving wordt op basis van art :10 BW bepaald door het recht dat van toepassing is op de erfopvolging aangewezen door het Haags Erfrechtverdrag 1989 (HEV). 23 Deze bepalingen zijn van toepassing indien de nalatenschap op of na 1 oktober 1996 openvalt. 24 De afwikkeling van de nalatenschap wordt geregeld in art. 149:10 BW Artikel 140, Wet houdende het Wetboek van internationaal privaatrecht, BS 27 juli 2004, erratum 1 oktober N. VANDEBEEK, Overzicht van het internationaal privaatrecht en intern recht in Nederland in N. VANDEBEEK, Onroerend goed en de internationale nalatenschap. Overzicht van IPR en intern recht over de landsgrenzen?, Mechelen, Kluwer, 2009, p Wet van 19 mei 2011 tot vaststelling en invoering van Boek 10 (Internationaal Privaatrecht) van het Burgerlijk Wetboek (Vaststellings- en Invoeringswet Boek 10 Burgerlijk Wetboek), Stb. 8 juni 2011, erratum, erratum 1 januari 2012 en J.L.D.J. MAASLAND en R.R.M. BARBAIX, De gevolgen van de Europese Erfrechtverordening voor Nederbelgen, TE 2012, afl. 5, P.A.M. LOKIN, De verwijzingsregels van de Erfrechtverordening, een vergelijking met huidige Nederlandse erfrechtelijke verwijzingsregels, SEW 2015, afl. 4, Verdrag 1 augustus 1989 inzake het recht dat van toepassing is op erfopvolging, s Gravenhage, trb 11 maart Artikel 152:10 BW. 25 P.A.M. LOKIN, De verwijzingsregels van de Erfrechtverordening, een vergelijking met huidige Nederlandse erfrechtelijke verwijzingsregels, SEW 2015, afl. 4,

19 17. Wat het internationaal privaatrecht doet, is het regelen van rechtsconflicten. Rechtsconflicten ontstaan wanneer twee of meer rechtsstelsels tegelijk van toepassing zijn op een bepaalde rechtsvraag. Het internationaal privaatrecht zal dan bepalen welk materieel recht toegepast moet worden om het conflict op te lossen. Deze internationale rechtsconflicten kunnen opgedeeld worden in drie categorieën: internationale bevoegdheid, toepasselijk recht en erkenning/uitvoerbaarverklaring. 26 Belangrijk is dan ook om de regels voor de drie categorieën goed te onderscheiden omdat de regels bij de juiste categorieën toegepast moeten worden. Zo kan een bevoegdheidsregel niet gebruikt worden voor de aanwijzing van het toepasselijk recht Internationale bevoegdheid 18. De eerste categorie van de internationale rechtsconflicten is het bevoegdheidsconflict. Wanneer een geschil met buitenlandse elementen opgelost moet worden, is het belangrijk te bepalen waar dat moet gebeuren. Het internationaal privaatrecht bepaalt welke rechter bevoegd is Toepasselijk recht 19. Het IPR omvat ook regels in verband met de aanwijzing van het toepasselijk recht. Deze regels worden vaak ook collisie- of verwijzingsregels genoemd. Wanneer een rechtsconflict optreedt waarvoor twee of meer stelsels van materieel recht tegelijk in aanmerking komen om het geschil te regelen, bepaalt het internationaal privaatrecht welk nationaal recht daadwerkelijk van toepassing is Let wel, de verwijzingsregels en de bevoegdheidsregels sluiten niet altijd bij elkaar aan. Zo is het mogelijk dat een Belgische rechter bevoegd is om het conflict op te lossen, maar dat hij geen Belgisch recht kan toepassen en volgens de verwijzingsregels bijvoorbeeld het Nederlands recht moet toepassen. De reden hiervoor is dat beide regels een ander doel hebben. De bevoegdheidsregels willen de bevoegdheid geven aan de autoriteiten van het land dat het dichtst bij de rechtsvraag of situatie staat en dat ook geografisch toegankelijk is bij de rechtzoekende. Vaak zijn meerdere landen bevoegd om een conflict te regelen. Dit is niet mogelijk bij het toepasselijk recht. Er kan slechts één recht van toepassing zijn op de rechtsvraag of -situatie. Eén van de rechtsstelsels zal hoe dan ook voorgaan op de andere. De verwijzingsregels verwijzen steeds naar slechts één nationaal recht Erkenning en uitvoerbaarverklaring 21. De derde en laatste categorie van het internationaal privaatrecht omvat de regels voor de erkenning en uitvoerbaarverklaring van buitenlandse akten en gerechtelijke beslissingen. Deze bepalen wat er 26 J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012,

20 moet gebeuren met officiële documenten van vreemde staten. Het internationaal privaatrecht bepaalt welke procedure gevolgd moet worden om vreemde officiële stukken te aanvaarden in de rechtsorde. Ook de authenticiteit en de mogelijke gronden om de doorwerking van een stuk te weigeren, zijn vastgelegd in het internationaal privaatrecht Basisbegrippen uit het IPR 22. Eerst en vooral zal het internationaal privaatrecht pas van toepassing zijn wanneer er grensoverschrijdende elementen aanwezig zijn. Wanneer een Belgische man met woonplaats in Nederland overlijdt en deze over een onroerend goed beschikt in Frankrijk, dan zijn er drie aanknopingspunten aanwezig, namelijk met België, Nederland en Frankrijk. De vraag is welke rechter bevoegd is voor de erfopvolging en welk recht hij dient toe te passen. De bevoegdheids- en verwijzingsregels zullen aan de hand van een bepaald aanknopingspunt de bevoegdheid toekennen en het toe te passen recht aanwijzen. Meestal maken de verwijzingsregels gebruik van de gewone verblijfplaats of de nationaliteit. Deze begrippen worden kort toegelicht Gewone verblijfplaats 23. De gewone verblijfplaats wordt dikwijls gebruikt als aanknopingspunt voor de aanwijzing van het toepasselijk recht. Dit is niet enkel zo in het Belgisch en Nederlands internationaal privaatrecht. Ook in internationale verdragen en Europese IPR-bronnen wordt de gewone verblijfplaats gebruikt als aanknopingspunt In het Belgisch internationaal privaatrecht wordt de gewone verblijfplaats gedefinieerd volgens artikel 4 2 WIPR als de plaats waar een natuurlijke persoon zich hoofdzakelijk heeft gevestigd, zelfs bij afwezigheid van registratie en onafhankelijk van een verblijfs- of vestigingsvergunning. Daarbij wordt rekening gehouden met de persoonlijke en professionele omstandigheden die duurzame banden met die plaats aantonen of wijzen op de wil om die banden te scheppen. Uit deze bepaling kan afgeleid worden dat de gewone verblijfplaats niet enkel in België kan gevestigd zijn maar ook in een vreemde staat In het geval van toevallig overlijden van de erflater in het buitenland of wanneer deze niet lang voor zijn overlijden veranderde van woonplaats, wordt de voorlaatste woonplaats als laatste gewone 30 J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, A. HEYVAERT, De internationale rechtsmacht van de gerechten na het WIPR, Mechelen, Kluwer, 2005, p

21 verblijfplaats aangeduid. 33 Dit is mogelijk door middel van twee artikelen, namelijk artikel 4 en artikel 19 WIPR. Artikel 4 WIPR wijst op de duurzame band die de erflater moet hebben met zijn gewone verblijfplaats of minstens de intentie om een duurzame band te scheppen. Dit artikel omvat een intentioneel en een materieel element. Volgens M. Muylle kan het intentionele element bepaald worden door middel van volgende vraag: Heeft een persoon de bedoeling om zich sociaal te integreren in een bepaalde leefwereld? 34 Het materiële element omvat het feitelijk ergens verblijven. Artikel 19 WIPR bepaalt: Het door deze wet aangewezen recht is uitzonderlijk niet van toepassing wanneer uit het geheel van de omstandigheden kennelijk blijkt dat het geval slechts een zeer zwakke band heeft met de Staat waarvan het recht is aangewezen maar zeer nauw is verbonden met een andere Staat. In dit geval wordt het recht van deze andere Staat toegepast. 26. Wanneer een erflater slechts kortstondig voor zijn overlijden van woonplaats veranderde of wanneer hij per toeval overlijdt in het buitenland, zal niet het recht van de staat waar hij zich bevond bij overlijden toegepast worden, maar het recht van de staat waar hij een nauwe band mee had. 27. Om te bepalen of iemand zich al dan niet hoofdzakelijk gevestigd heeft in een bepaalde staat, moet rekening gehouden worden met de persoonlijke en professionele omstandigheden die duurzame banden met die plaats aantonen of wijzen op de wil om die banden te scheppen (art. 4 2 WIPR). De doorslaggevende beoordelingselementen zijn de concentratie van belangen van de persoon, samen met een zekere verblijfsduur of een intentie tot stabiele vestiging. 35 Zo zal een vakantiebestemming of het land waar een zaakvoerder tijdelijk verblijft, niet als gewone verblijfplaats aangemerkt worden. Ten eerste is er geen duurzame band met de tijdelijke verblijfplaats en ten tweede is het niet mogelijk om de concentratie van belangen te koppelen aan de verblijfplaats Om de verblijfplaats aan te merken als de gewone verblijfplaats, dient de persoon niet effectief over een duurzame band met de staat te beschikken. De wil om een duurzame band te scheppen met die plaats is voldoende. Zo zal de verblijfplaats van een persoon die naar een vreemd land is verhuisd met 33 M. MUYLLE, De ontwerpverordening erfrecht, dynamiet onder de Belgische reserve? Erfrecht in internationaal privaatrechtelijk perspectief in A. MAELFAIT, C. DECLERCK, E. SANSEN, G. DEKNUDT, J.-E. BEERNAERT, M. MUYLLE, R. BARBAIX, S SEYNS. en V. ALLAERTS, Patrimonium 2010, Antwerpen, Intersentia, 2010, p M. MUYLLE, Het huwelijk was een ramp, de echtscheiding een succes! Over IPR, EOT s en notarissen, TEP 2005, afl. 3, 148, nr Toelichting bij het wetsvoorstel houdende het Wetboek van internationaal privaatrecht, Parl. St. Senaat , nr /1, p A. HEYVAERT, De internationale rechtsmacht van de gerechten na het WIPR, Mechelen, Kluwer, 2005, p

22 als doel zich daar te vestigen, als gewone verblijfplaats aangemerkt worden vanaf het moment van vestiging Ook kan er slechts één gewone verblijfplaats zijn. Dit kan afgeleid worden uit artikel 4 WIPR, waarbij bepaald wordt dat de gewone verblijfplaats de plaats is waar een natuurlijke persoon zich hoofdzakelijk heeft gevestigd. 30. Ten slotte rest de vraag nog welke concrete gegevens gebruikt kunnen worden om te bepalen of een persoon al dan niet hoofdzakelijk gevestigd is op een bepaalde plaats. Om te beginnen kan men kijken naar de inschrijving in het bevolkingsregister, het vreemdelingenregister of het wachtregister. Let wel, dit gaat enkel om een aanwijzing en niet meer dan dat. Ook zal de afwezigheid van inschrijving geen vermoeden van afwezigheid van enige gewone verblijfplaats inhouden. 38 Onder het begrip hoofdverblijfplaats wordt verstaan de plaats waar de leden van een huishouden dat uit verscheidene leden is samengesteld gewoonlijk leven, ongeacht of die personen al dan niet door verwantschap verbonden zijn, of de plaats waar een alleenstaande gewoonlijk leeft. 39 Eveneens zal voor de bepaling van de hoofdzakelijke vestiging gekeken worden naar de omstandigheden van persoonlijke of professionele aard. De vaststelling van de hoofdverblijfplaats gebeurt volgens artikel 16 2 KB Bevolkingsregister op basis van verschillende elementen namelijk de plaats waarheen de betrokkene gaat na zijn beroepsbezigheden, de plaats waar de kinderen naar school gaan, de arbeidsplaats, het energieverbruik en de telefoonkosten en het gewone verblijf van de echtgenoot of van andere leden van het huishouden In het Nederlands internationaal privaatrecht dient het conflictrechtelijk woonplaatsbegrip niet ingevuld te worden door de regels van het Nederlands recht inzake woonplaats. 41 Het begrip gewone verblijfplaats is feitelijk van aard. Ook hier kan een persoon slechts één gewone verblijfplaats hebben. Zo wordt onder het land van de gewone verblijfplaats verstaan: het land waar een natuurlijke persoon, 37 Toelichting bij het wetsvoorstel houdende het Wetboek van internationaal privaatrecht, Parl. St. Senaat , nr /1, p Toelichting bij het wetsvoorstel houdende het Wetboek van internationaal privaatrecht, Parl. St. Senaat , nr /1, p Artikel 3, Wet 19 juli 1191 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, BS 3 september 1991, erratum 13 september Artikel 16, Koninklijk besluit 16 juli 1992 betreffende de bevolkingsregisters en het vreemdelingenregister, BS 15 augustus 1992, erratum 1 november Artikel 1:10 BW. 10

23 het centrum van zijn maatschappelijk leven heeft, waarbij de duurzaamheid van het verblijf en de bedoelingen van betrokkene mede in aanmerking worden genomen Nationaliteit 32. Net als de laatste gewone verblijfplaats, is de nationaliteit een belangrijke aanknopingsfactor voor het toepasselijk recht. Echter heeft dit aanknopingspunt aan terrein ingeboet en wordt vooral de gewone verblijfplaats als aanknopingspunt toegepast. Niettemin blijft het aanknopingspunt van de nationaliteit belangrijk, al is dit eerder secundair In het Belgisch internationaal privaatrecht zal het recht van de betrokken staat bepalen of een natuurlijke persoon de nationaliteit van een staat heeft. 44 Daarbij kunnen er conflicten ontstaan. Zo is het mogelijk dat een natuurlijke persoon over twee of meer nationaliteiten beschikt. Als dat het geval is, zal wanneer de natuurlijke persoon over de Belgische nationaliteit beschikt, enkel voor deze nationaliteit, het WIPR van toepassing zijn. 45 Beschikt de natuurlijke persoon niet over de Belgische nationaliteit dan zal verwezen worden naar de nationaliteit van de staat waarmee de persoon de nauwste banden heeft, rekening houdend met de gewone verblijfplaats. 46 Ook kan er een conflict optreden wanneer het niet mogelijk is om iemands nationaliteit te achterhalen omdat er bijvoorbeeld geen documenten voorhanden zijn. 47 Wanneer dit het geval is, zal verwezen worden naar de gewone verblijfplaats. 48 Bij staatlozen of vluchtelingen is het onmogelijk om het aanknopingspunt van de nationaliteit te gebruiken, aangezien staatlozen niet over een nationaliteit beschikken en vluchtelingen deze ontvlucht zijn. 49 In dat geval zal ook verwezen worden naar de gewone verblijfplaats In het Nederlands internationaal privaatrecht bevindt de wettelijke basis voor de nationaliteitsaanknoping zich in artikel 6 Wet AB 51 : De wetten, betreffende de regten, den staat en de bevoegdheid der personen, verbinden de Nederlanders, ook wanneer zij zich buiten s lands bevinden. Deze bepaling heeft slechts betrekking op Nederlanders en de Nederlandse wetgeving. Het is met 42 A.P.M.J. VONKEN en F.W.J.M. SCHOLS, Internationaal privaatrecht. 2 : Internationaal personen-, familie- en erfrecht, Deventer, Kluwer, 2012, p J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, Artikel 3 WIPR. 45 Artikel WIPR. 46 Artikel WIPR. 47 J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, Artikel 3 4 WIPR. 49 J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, Artikel 3 3 WIPR. 51 Wet van 15 mei 1829 houdende algemene bepalingen der wetgeving van het Koningrijk, Stb. 15 mei 1829, erratum 1 oktober

24 andere woorden een eenzijdige conflictregel, die niets vermeldt over de internationale toepasselijkheid van buitenlandse wetgeving. Echter wordt artikel 6 Wet AB als een meervoudige conflictregel beschouwd door de rechtspraak waardoor de nationaliteitsaanknoping ook betrekking heeft op buitenlandse wetgeving Basistechnieken van het verwijzingsrecht 35. Het toepasselijk recht bestaat uit twee soorten verwijzingsregels, namelijk subjectieve en objectieve. De subjectieve verwijzingsregel bevat de rechtskeuze die de erflater kan maken. De objectieve verwijzingsregels worden toegepast wanneer de erflater geen rechtskeuze heeft gemaakt. Echter is het ook mogelijk om alsnog het aangeduide recht door de objectieve verwijzingsregels opzij te schuiven voor een ander recht. Dit kan aan de hand van verscheidene technieken. De twee meest voorkomende technieken zijn de exceptie van internationale openbare orde en de uitzonderingsclausule. 53 Vóór deze technieken worden besproken, zullen eerst de rechtskeuze, de objectieve verwijzingsregel en het belangrijke begrip renvoi behandeld worden Rechtskeuze 36. De verwijzingsregels bepalen welk recht toegepast zal worden wanneer twee of meer stelsels van materieel recht eenzelfde conflict regelen. 54 Echter kan de erflater ook zelf bepalen welk recht bij het openvallen van zijn nalatenschap toegepast zal worden. 37. In het Belgisch internationaal privaatrecht heeft de erflater de mogelijkheid om op het tijdstip van de rechtskeuze of op het tijdstip van overlijden te kiezen tussen het recht van de staat waar hij ofwel zijn nationaliteit had ofwel zijn gewone verblijfplaats. 55 Een Belgische erflater zal dus steeds voor het Belgisch recht kunnen kiezen. Dit is ook zo wanneer deze in Nederland woont. Wanneer een Nederlander zijn gewone verblijfplaats heeft gevestigd in België, zal deze in principe ook voor het Belgisch recht kunnen kiezen. De rechtskeuze voor het Belgisch recht zal niet mogelijk zijn voor een Nederlandse erflater die in Nederland of Frankrijk woont. Let wel, de rechtskeuze kan niet tot gevolg hebben dat een bepaalde erfgenaam zijn recht op een voorbehouden erfdeel verliest VANDEBEEK N., Overzicht van het internationaal privaatrecht en intern recht in Nederland in VANDEBEEK N., Onroerend goed en de internationale nalatenschap. Overzicht van IPR en intern recht over de landsgrenzen?, Mechelen, Kluwer,2009, p J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, Artikel 79 WIPR. 56 Artikel 79 WIPR. 12

25 38. In het Nederlands internationaal privaatrecht bestaat zowel een conflictrechtelijke als een materieelrechtelijke rechtskeuze. Artikel 5 HEV omvat de conflictrechtelijke rechtskeuze, waarbij de erflater over de mogelijkheid beschikt om het recht van een bepaalde staat aan te wijzen die zijn gehele nalatenschap beheerst. Maar deze aanwijzing heeft alleen gevolg indien deze persoon op het tijdstip van de rechtskeuze of op het tijdstip van zijn overlijden de nationaliteit van die bepaalde staat bezat of daar zijn gewone verblijfplaats had. 57 Een Belgische erflater die in Nederland woont, zal dus voor het Nederlands recht kunnen kiezen. Dit is ook het geval wanneer een Nederlandse erflater in België woont. 39. Artikel 6 HEV bepaalt de materieelrechtelijke rechtskeuze. Dit artikel luidt als volgt: Een persoon kan het recht van één of meer Staten aanwijzen als het recht dat de vererving van bepaalde goederen in zijn nalatenschap beheerst. Deze aanwijzing laat evenwel de toepassing van de dwingende bepalingen van het ingevolge artikel 3 of artikel 5, eerste lid, toepasselijke recht onverlet. De erflater kan dus het recht van één of meer staten aanwijzen als het recht dat de vererving van bepaalde goederen in zijn nalatenschap beheerst. Hierbij is er geen verband tussen de erflater en het gekozen recht vereist. Let wel, er kan niet afgeweken worden van artikel 3 en artikel (ut infra) De objectieve verwijzingsregel 40. Wanneer de nationale rechter bevoegd is, dient men te bepalen welk recht van toepassing is. Wanneer de erflater geen rechtskeuze heeft gemaakt, zal de objectieve verwijzingsregel bepalen welk recht van toepassing zal zijn. 41. In het Belgisch internationaal privaatrecht zal volgens artikel 78 WIPR de erfopvolging beheerst worden door het recht waar de erflater bij zijn overlijden zijn gewone verblijfplaats had. Bij vererving van onroerende goederen zal het recht toegepast worden waar het onroerend goed gelegen is. 59 De roerende goederen die deel uitmaken van de nalatenschap zullen vererfd worden door het recht waar de erflater zijn laatste gewone verblijfplaats had. Dit is anders voor de onroerende goederen. De erfopvolging van de onroerende goederen in de nalatenschap zal beheerst worden door het recht van de staat waar het onroerend goed gelegen is. Het Belgisch recht kent dus een gesplitste verwijzingsregel. De nalatenschap zal gesplitst worden in zoveel verschillende delen als er staten zijn waar de erflater onroerende goederen bezat en in een roerend gedeelte. 60 Stel dat een erflater in België zijn gewone verblijfplaats heeft en over een onroerend goed beschikt in Nederland. In zijn nalatenschap 57 Artikel 5 HEV. 58 P.A.M. LOKIN, De verwijzingsregels van de Erfrechtverordening, een vergelijking met huidige Nederlandse erfrechtelijke verwijzingsregels, SEW 2015, afl. 4, Artikel 78 WIPR. 60 M. TRAEST, Artikel 78: recht toepasselijk op de erfopvolging, in J. ERAUW, Het wetboek Internationaal Privaatrecht Becommentarieerd, Antwerpen, Intersentia, 2006, p

26 zitten roerende en onroerende goederen. Op de roerende goederen zal het Belgisch recht van toepassing zijn. Op het onroerend goed zal het Nederland recht van toepassing zijn, de staat waar het onroerend goed is gelegen. 42. In het Nederlands internationaal privaatrecht bepaalt artikel 3 van het Haags Erfrechtverdrag dat de erfopvolging wordt beheerst door het recht van de staat waar de overledene zijn gewone verblijfplaats had op het tijdstip van zijn overlijden, indien hij op dat tijdstip de nationaliteit van die staat bezat. Zo zal het Nederlands recht van toepassing zijn wanneer een Nederlandse erflater zijn laatste gewone verblijfplaats in Nederland had, maar ook wanneer er bijvoorbeeld een huis in België is gelegen, mits de erflater over de Nederlandse nationaliteit bezit Indien de gewone verblijfplaats en de nationaliteit niet eenzelfde staat aanduiden, zal de erfopvolging bepaald worden door het recht van de staat waar de overledene zijn gewone verblijfplaats had op het tijdstip van zijn overlijden, indien hij daar gedurende ten minste vijf jaren onmiddellijk voorafgaande aan zijn overlijden zijn verblijfplaats had. 62 Wanneer een Belgische erflater gedurende zeven jaar zijn laatste gewone verblijfplaats had in Nederland en daar komt te overlijden, zal het Nederlands recht van toepassing zijn Voor het overige wordt de erfopvolging beheerst door het recht van de staat waarvan de overledene op het tijdstip van zijn overlijden de nationaliteit bezat, tenzij hij op dat tijdstip nauwere banden had met een andere staat, in welk geval het recht van laatstbedoelde staat van toepassing is. 64 Zo zal bij het openvallen van de nalatenschap van een Belgische erflater die gedurende twee jaar zijn laatste gewone verblijfplaats in Nederland had, het Belgisch recht van toepassing zijn. 65 Echter, wanneer deze een nauwere band had met Nederland, zal het Nederlands recht van toepassing zijn Renvoi 45. Wanneer de verwijzingsregels een bepaald nationaal recht aanduiden, moet dat recht integraal toegepast worden op het conflict. De IPR-regels van het aangeduide recht kunnen verwijzen naar een 61 P.A.M. LOKIN, De verwijzingsregels van de Erfrechtverordening, een vergelijking met huidige Nederlandse erfrechtelijke verwijzingsregels, SEW 2015, afl. 4, Artikel 3 2 HEV. 63 Voorbeeld gebaseerd op P.A.M. LOKIN, De verwijzingsregels van de Erfrechtverordening, een vergelijking met huidige Nederlandse erfrechtelijke verwijzingsregels, SEW 2015, afl. 4, Artikel 3 3 HEV. 65 Voorbeeld gebaseerd op P.A.M. LOKIN, De verwijzingsregels van de Erfrechtverordening, een vergelijking met huidige Nederlandse erfrechtelijke verwijzingsregels, SEW 2015, afl. 4,

27 ander recht dan het eigen recht dat toegepast moet worden op het desbetreffende conflict. Dit is wat renvoi of herverwijzing inhoudt Er bestaan twee soorten renvoi namelijk, renvoi simple en renvoi au second degré. Renvoi simple houdt in dat het door de verwijzingsregels aangeduide recht terugverwijst naar het recht dat in eerste instantie dat recht heeft aangeduid. Stel dat de Belgische verwijzingsregels voor een bepaald conflict het Nederlands recht aanduidt. Wanneer het Nederlands recht terugverwijst naar het Belgisch recht, is er sprake van renvoi simple. Renvoi au second degré gaat niet terugverwijzen maar verderverwijzen naar het recht van een derde land. Zo zal bijvoorbeeld het door de Belgische verwijzingsregels aangeduide Nederlands recht, verderverwijzen naar bijvoorbeeld het Franse recht. Renvoi leidt echter tot de nodige complexiteit, waardoor deze techniek steeds minder gebruikt werd In het Belgisch internationaal privaatrecht wordt renvoi uitgesloten door artikel 16 WIPR. Er zal enkel rekening gehouden worden met de rechtsregels van de staat waarnaar verwezen wordt en niet met de regels van het IPR. 68 Een uitzondering op de uitsluiting van renvoi is opgenomen in artikel 78 2 WIPR. Dit stelt dat de vererving van onroerende goederen beheerst wordt door het recht van de staat waar het onroerend goed is gelegen. Wanneer echter buitenlands recht verwijst naar het recht van de staat waar het onroerend goed is gelegen, zal alsnog het recht van de gewone verblijfplaats toegepast worden. 69 Hier wordt herverwijzing dus wel aanvaard. Wanneer het door de verwijzingsregels aangeduide buitenlands recht terugverwijst of verderverwijst naar het recht van het land waar de gewone verblijfplaats is gevestigd, zal dat recht toegepast worden. 48. In het Nederlands internationaal privaatrecht wordt renvoi uitgesloten door artikel 17 HEV. Hier wordt ook enkel rekening gehouden met de rechtsregels die in de staat gelden en niet met de verwijzingsregels of de regels van het IPR. 70 In slechts één situatie wordt renvoi alsnog toegestaan. Deze situatie staat omschreven in artikel 4 HEV: Indien het ingevolge artikel 3 toepasselijk recht het recht van een niet-verdragsluitende Staat aanwijst, en indien die bepaalde staat op basis van zijn eigen verwijzingsregels het geheel of een gedeelte van de nalatenschap doorverwijst naar het recht van een andere niet-verdragsluitende Staat die zijn eigen recht zou toepassen, is het recht van die andere Staat van toepassing. Stel dat het Nederlands recht verwijst naar het Franse recht, dat verderverwijst naar 66 J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, B. VOLDERS, Artikel 16: herverwijzing, in ERAUW J., Het wetboek Internationaal Privaatrecht Becommentarieerd, Antwerpen, Intersentia, 2006, p Artikel 16 WIPR. 69 Artikel 78 2 WIPR. 70 Artikel 17 HEV. 15

28 het Engels recht. De Engelse verwijzingsregels bepalen dat het Engels recht van toepassing is. Dan zal het Engelse recht toegepast worden, wat aanvaard wordt door het Nederlands recht via artikel 4 HEV Exceptie van openbare orde 49. De exceptie van internationale openbare orde maakt het mogelijk om een bepaling van het vreemd recht opzij te schuiven wanneer deze tegenstrijdig of niet verenigbaar is met de nationale openbare orde. 72 Zo zal een bepaling van een vreemd recht geweigerd worden wanneer deze een discriminatie zou inhouden op vlak van religie, ras of sekse. 50. In de Belgische wetgeving zit de bepaling van de exceptie van internationale orde vervat in artikel 21 WIPR. Wanneer het Belgisch recht verwijst naar een bepaling van het buitenlands recht die onverenigbaar is met de openbare orde, dan zal deze niet toegepast worden. In dat geval zal een andere relevante bepaling van het recht waarnaar verwezen wordt, toegepast worden of, indien nodig, een bepaling van het Belgisch recht. Bij de beoordeling van onverenigbaarheid zal rekening gehouden worden met de mate waarin het geval met de Belgische rechtsorde is verbonden en met de ernst van de gevolgen die de toepassing van het buitenlands recht zou meebrengen In de Nederlandse wetgeving luidt de bepaling van de exceptie van internationale openbare orde als volgt: Vreemd recht wordt niet toegepast, voor zover de toepassing ervan kennelijk onverenigbaar is met de openbare orde Uitzonderingsclausule 52. Wanneer er geen subjectieve rechtskeuze door de betrokkene is gemaakt, zullen de objectieve verwijzingsregels het toepasselijk recht aanwijzen. Deze objectieve verwijzingsregels proberen op een neutrale en algemene manier de nauwste band met een land tot uiting te brengen. Niettemin is het mogelijk dat in een bepaalde situatie de betrokkene in werkelijkheid een nauwere band heeft met een ander land. In dat geval zou de objectieve verwijzingsregel niet voldoende aansluiten bij de werkelijkheid. Dit probleem is opgelost door de mogelijkheid om de objectieve aanknoping opzij te schuiven ten voordele van het andere recht, dat beter aansluit bij de werkelijke situatie van de betrokkene Vereenvoudigd voorbeeld gebaseerd op P.A.M. LOKIN, De verwijzingsregels van de Erfrechtverordening, een vergelijking met huidige Nederlandse erfrechtelijke verwijzingsregels, SEW 2015, afl. 4, J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, Artikel 21 WIPR. 74 Artikel 6:10 BW. 75 J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012,

29 53. In het Belgisch internationale privaatrecht wordt de uitzonderingsclausule vertaald in artikel 19 WIPR. Dit luidt als volgt: Het door deze wet aangewezen recht is uitzonderlijk niet van toepassing wanneer uit het geheel van de omstandigheden kennelijk blijkt dat het geval slechts een zeer zwakke band heeft met de Staat waarvan het recht is aangewezen maar zeer nauw is verbonden met een andere Staat. In dit geval wordt het recht van deze andere Staat toegepast. 76 Uit de bewoordingen van de bepaling kan afgeleid worden dat de uitzonderingsclausule restrictief toegepast moet worden. Er moet namelijk een heel zwakke band zijn met de staat van het door objectieve verwijzingsregels aangewezen recht en een heel nauwe verbondenheid met de andere staat. Ook zal de verbondenheid met de andere staat moeten blijken uit het geheel van de omstandigheden. Het is duidelijk dat artikel 19 WIPR niet zal gebruikt kunnen worden om het vreemde recht opzij te schuiven ten voordele van het Belgisch recht. De uitzonderingsclausule zal enkel toegepast kunnen worden wanneer de objectieve verwijzingsregel tot een ongepaste en onvoorspelbare aanknoping leidt, afgeleid uit de omstandigheden. 77 De uitzonderingsclausule zal niet van toepassing zijn wanneer de partijen een rechtskeuze hebben gemaakt of als de aanwijzing van het toepasselijk recht steunt op de inhoud ervan. 78 Met verwijzingen die steunen op de inhouden van het toepasselijk recht worden de ingewikkelde alternatieve verwijzingssystemen bedoeld die tot doel hebben om een recht aan te duiden dat aan de verwachtingen van de Belgische wetgever voldoet In het Nederlands internationaal privaatrecht zit de uitzonderingsclausule vervat in artikel 3 HEV 2 en 3. De algemene verwijzingsregel luidt als volgt: De erfopvolging wordt beheerst door het recht van de Staat waar de overledene zijn gewone verblijfplaats had op het tijdstip van zijn overlijden, indien hij op dat tijdstip de nationaliteit van die Staat bezat. De erfopvolging wordt eveneens beheerst door het recht van de Staat waar de overledene zijn gewone verblijfplaats had op het tijdstip van zijn overlijden, indien hij daar gedurende een tijdvak van ten minste vijfjaren onmiddellijk voorafgaande aan zijn overlijden zijn verblijfplaats had. Echter, in uitzonderlijke omstandigheden, indien de overledene op het tijdstip van zijn overlijden kennelijk nauwere banden had met de Staat waarvan hij op dat tijdstip de nationaliteit bezat, is het recht van die Staat van toepassing. 80 Ook hier zal het recht van de staat waarmee de overledene een kennelijk nauwere band had in uitzonderlijke omstandigheden toegepast 76 Artikel 19 1 WIPR. 77 J. DE MEYER, Basisprincipes en begrippen van het internationaal privaatrecht, Notariële Actualiteit 2012, Artikel 19 2 WIPR. 79 Memorie van Toelichting bij het wetsvoorstel houdende het Wetboek van Internationaal Privaatrecht, Parl. St. Senaat 2003, 3-27/1, Artikel 3 HEV. 17

De Europese Erfrechtverordening

De Europese Erfrechtverordening De Europese Erfrechtverordening Vanaf 17 augustus 2015 wordt de Europese Erfrechtverordening 1 van toepassing, drie jaar na de inwerkingtreding. De Erfrechtverordening beoogt de Europese harmonisatie van

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1994 Nr. 168

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1994 Nr. 168 71 (1989) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1994 Nr. 168 A. TITEL Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op erfopvolging; 's-gravenhage, 1 augustus 1989 B. TEKST De

Nadere informatie

Grensoverschrijdend erfrecht in Europa: wat moet elke notaris weten in 2015? KU Leuven

Grensoverschrijdend erfrecht in Europa: wat moet elke notaris weten in 2015? KU Leuven Grensoverschrijdend erfrecht in Europa: wat moet elke notaris weten in 2015? Prof. dr. P. Wautelet ULg Dra. E. Goossens KU Leuven 1. Een eerste kennismaking Wat u moet weten vooraleer de ErfrechtVo te

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/143462

Nadere informatie

Internationale nalatenschappen: Overzicht van de Verordening 650/2012: Patrick Wautelet

Internationale nalatenschappen: Overzicht van de Verordening 650/2012: Patrick Wautelet Internationale nalatenschappen: Overzicht van de Verordening 650/2012: Patrick Wautelet Plan 1) De Verordening: algemene principes 2) Toepassing van de Verordening: voorbeelden I. Verordening 650/2012:

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1. AUTHENTIEKE AKTEN (ART. 28 WIPR)... 1

HOOFDSTUK 1. AUTHENTIEKE AKTEN (ART. 28 WIPR)... 1 Inhoud HOOFDSTUK 1. AUTHENTIEKE AKTEN (ART. 28 WIPR)... 1 Afdeling I. Inleiding...... 3 1. Algemeen...... 3 2. Omschrijving.... 3 3. Bewijskracht.... 4 A. Het oude recht... 4 B. Het huidige recht.....

Nadere informatie

Een nieuw Europees kindje... De

Een nieuw Europees kindje... De Publicatie Jaargang 23 Publicatiedatum 01-04-2013 Afleveringnummer 4 Artikelnummer 19 Titel Auteurs Samenvatting Trefwoorden JBN: Juridische Berichten voor het Notariaat Een nieuw Europees kindje... De

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The version of the following full text has not yet been defined or was untraceable and may differ from the publisher's version. For

Nadere informatie

Europeesrechtelijke aspecten van erven

Europeesrechtelijke aspecten van erven Europeesrechtelijke aspecten van erven Mr. Wim J.J.G. Speetjens 1 In november 2004 heeft de Europese Raad een programma vastgesteld waarin onder meer de noodzaak werd benadrukt om een erfrechtelijk instrument

Nadere informatie

ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht)

ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht) ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht) Steeds meer worden we in de rechtspraktijk geconfronteerd met internationale echtscheidingen op basis van de volgende elementen:

Nadere informatie

Grensoverschrijdende erfopvolgingen : Wat verandert er met de Verordening 650/2012? Patrick Wautelet

Grensoverschrijdende erfopvolgingen : Wat verandert er met de Verordening 650/2012? Patrick Wautelet Grensoverschrijdende erfopvolgingen : Wat verandert er met de Verordening 650/2012? Patrick Wautelet Overzicht 1) Verordening 650/2012 : een eerste kennismaking 2) De Verordening in werking : I. Verordening

Nadere informatie

EU-Verordeningen huwelijks- en partnerschapsvermogensrecht

EU-Verordeningen huwelijks- en partnerschapsvermogensrecht 29-05-2018 1 EU-Verordeningen huwelijks- en partnerschapsvermogensrecht ALV en cursusdag EPN Amersfoort, 29 mei 2018 Mr. dr. J.G. (Jan-Ger) Knot Agenda 2 Inleiding Conflictregelkalender Rechtskeuze en

Nadere informatie

Sabine Heijning. het Notarieel Bureau. voor vragen:

Sabine Heijning. het Notarieel Bureau.  voor vragen: Sabine Heijning het Notarieel Bureau www.hetnb.nl voor vragen: ipr@hetnb.nl De Verordening in de tijd Nalatenschap opengevallen vóór of na 17 augustus 2015 Wanneer oud ipr toepassen? Welk ipr? Wat valt

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN GROENBOEK

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN GROENBOEK COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.07.2006 COM(2006) 400 definitief GROENBOEK OVER COLLISIEREGELS OP HET GEBIED VAN HUWELIJKSVERMOGENSSTELSELS, MET INBEGRIP VAN DE KWESTIE VAN DE RECHTERLIJKE

Nadere informatie

Toepasselijk recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed *

Toepasselijk recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed * P7_TA(2010)0477 Toepasselijk recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 15 december 2010 over het voorstel voor een verordening van de

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN

MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN 1. Inleiding Burgers krijgen in toenemende mate te maken met grensoverschrijdende nalatenschappen. Er is sprake van een grensoverschrijdende nalatenschap als bestanddelen

Nadere informatie

L 343/10 Publicatieblad van de Europese Unie 29.12.2010

L 343/10 Publicatieblad van de Europese Unie 29.12.2010 L 343/10 Publicatieblad van de Europese Unie 29.12.2010 VERORDENING (EU) Nr. 1259/2010 VAN DE RAAD van 20 december 2010 tot nauwere samenwerking op het gebied van het toepasselijke recht inzake echtscheiding

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 13/12/2016

Datum van inontvangstneming : 13/12/2016 Datum van inontvangstneming : 13/12/2016 Vertaling C-558/16-1 Datum van indiening: Verwijzende rechter: Zaak C-558/16 Verzoek om een prejudiciële beslissing 3 november 2016 Kammergericht (Duitsland) Datum

Nadere informatie

27.7.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 201/107

27.7.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 201/107 27.7.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 201/107 VERORDENING (EU) Nr. 650/2012 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning

Nadere informatie

De Europese Erfrechtverordening: nieuwste loot aan de stam van het Europese IPR

De Europese Erfrechtverordening: nieuwste loot aan de stam van het Europese IPR Europees internationaal privaatrecht De Europese Erfrechtverordening: nieuwste loot aan de stam van het Europese IPR Mr. J.G. Knot* 278 Op 4 juli 2012 is de Europese Erfrechtverordening vastgesteld. Deze

Nadere informatie

Nieuw Europees IPR-erfrecht

Nieuw Europees IPR-erfrecht Mr. E.N. Frohn Notitie 1 Nieuw Europees IPR-erfrecht De Europese erfrechtverordening wordt op 17 augustus 2015 van toepassing FJR 2015/ 39 Op 17 augustus 2015 wordt de Europese erfrechtverordening van

Nadere informatie

WERKDOCUMENT. NL In verscheidenheid verenigd NL

WERKDOCUMENT. NL In verscheidenheid verenigd NL EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie juridische zaken 11.11.2011 WERKDOCUMENT over het voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de

Nadere informatie

Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts

Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Overwegend dat de trust zoals die is ontwikkeld door de equitygerechten

Nadere informatie

PUBLIC 9703/1/10 REV 1

PUBLIC 9703/1/10 REV 1 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 18 mei 2010 (19.05) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) PUBLIC 9703/1/10 REV 1 LIMITE JUSTCIV 94 CODEC 425 NOTA van: het voorzitterschap

Nadere informatie

HET INTERNATIONALE HUWELIJK

HET INTERNATIONALE HUWELIJK HET INTERNATIONALE HUWELIJK mr. R.J. (Roel) Haaksema kandidaat-notaris bij VPVA notarissen 38 Inleiding Kijkt u er al naar? Of cliënten getrouwd zijn in de wettelijke gemeenschap van goederen? En wat die

Nadere informatie

Grensoverschrijdende. van nationale conflictenrechtelijke in regelgeving. International National of in the new European Regulation

Grensoverschrijdende. van nationale conflictenrechtelijke in regelgeving. International National of in the new European Regulation Grensoverschrijdende van nationale conflictenrechtelijke in de regelgeving International National of in the new European Regulation (with a summary in English) ter verkrijging van de graad van doctor aan

Nadere informatie

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Charlotte Declerck Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts...

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Charlotte Declerck Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts... INHOUD VOORWOORD.................................................... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Charlotte Declerck........................ 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel

Nadere informatie

Een Pools bruidje? Internationaal privaatrechtelijke aspecten van het Nederlandse en Poolse huwelijksvermogens- en erfrecht Mr. Brigitte F.P.

Een Pools bruidje? Internationaal privaatrechtelijke aspecten van het Nederlandse en Poolse huwelijksvermogens- en erfrecht Mr. Brigitte F.P. Een Pools bruidje? Internationaal privaatrechtelijke aspecten van het Nederlandse en Poolse huwelijksvermogens- en erfrecht Mr. Brigitte F.P. Lhoëst 1 De verwijzingsregels van het Nederlandse en het Poolse

Nadere informatie

Verdrag inzake de voltrekking en de erkenning van de geldigheid van huwelijken

Verdrag inzake de voltrekking en de erkenning van de geldigheid van huwelijken Verdrag inzake de voltrekking en de erkenning van de geldigheid van huwelijken De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens de voltrekking van huwelijken en de erkenning van de geldigheid

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2015 221 Besluit van 5 juni 2015 tot wijziging van het Besluit boedelregister in verband met Artikel 2 van de Uitvoeringswet Verordening Erfrecht

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN GROENBOEK. Erfopvolging en testamenten {SEC(2005) 270} (door de Commissie ingediend)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN GROENBOEK. Erfopvolging en testamenten {SEC(2005) 270} (door de Commissie ingediend) COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 01.03.2005 COM(2005) 65 definitief GROENBOEK Erfopvolging en testamenten {SEC(2005) 270} (door de Commissie ingediend) NL NL 1. INLEIDING Met dit groenboek

Nadere informatie

De Europese Erfrechtverordening en erflaters uit niet-lidstaten: hoe werkt het? 1

De Europese Erfrechtverordening en erflaters uit niet-lidstaten: hoe werkt het? 1 De Europese Erfrechtverordening en erflaters uit niet-lidstaten: hoe werkt het? 1 MR. BRIGITTE F.P. LHOËST 2 Per 17 augustus 2015 is in alle lidstaten van de Europese Unie, met uitzondering van het Verenigd

Nadere informatie

27-6-2013. Verordening 650/2012 Welk recht is van toepassing op 'Europese' nalatenschappen? Patrick Wautelet. Overzicht

27-6-2013. Verordening 650/2012 Welk recht is van toepassing op 'Europese' nalatenschappen? Patrick Wautelet. Overzicht Verordening 650/2012 Welk recht is van toepassing op 'Europese' nalatenschappen? Patrick Wautelet Overzicht I. Ten geleide : de verordening in een notendop II. Welk recht III. Welk recht I. Ten geleide

Nadere informatie

Rechtsmacht volgens de Erfrechtverordening

Rechtsmacht volgens de Erfrechtverordening Rechtsmacht volgens de Erfrechtverordening De Europese Erfrechtverordening in de praktijk Seminar d.d. 8 september 2016 Mr. J.G. (Jan-Ger) Knot Belang 1. Bevoegdheid gerechten tot beslechting grensoverschrijdende

Nadere informatie

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 27.10.2010 2010/0067(CNS) ONTWERPADVIES van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.7.2006 COM(2006) 399 definitief 2006/0135 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2201/2003 wat

Nadere informatie

Seminar De Europese Erfrechtverordening. Europese Erfrechtverklaring. Grensoverschrijdende nalatenschappen. De Europese verklaring van erfrecht

Seminar De Europese Erfrechtverordening. Europese Erfrechtverklaring. Grensoverschrijdende nalatenschappen. De Europese verklaring van erfrecht Seminar De Europese Erfrechtverordening De Europese verklaring van erfrecht Prof. mr. Tea Mellema Kranenburg 28 juni 2013 1 Europese Erfrechtverklaring niet in de plaats van de nationale verklaring van

Nadere informatie

Verordening 650/2012 Welk recht is van toepassing op 'Europese' nalatenschappen?

Verordening 650/2012 Welk recht is van toepassing op 'Europese' nalatenschappen? Verordening 650/2012 Welk recht is van toepassing op 'Europese' nalatenschappen? Patrick Wautelet CNUE - 27 juni 2013 1 Overzicht I. Ten geleide : de verordening in een notendop II. Welk recht (zonder

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) PUBLIC ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Coreper/de

Nadere informatie

Verdrag inzake de wetsconflicten betreffende de vorm van testamentaire beschikkingen

Verdrag inzake de wetsconflicten betreffende de vorm van testamentaire beschikkingen Verdrag inzake de wetsconflicten betreffende de vorm van testamentaire beschikkingen De Staten, die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangend gemeenschappelijke regels omtrent de oplossing van wetsconflicten

Nadere informatie

Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende het recht dat van toepassing is op het huwelijksvermogensregime,

Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende het recht dat van toepassing is op het huwelijksvermogensregime, Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op het huwelijksvermogensregime De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 23 mei 2012 (OR. en) 2009/0157 (COD) PE-CONS 14/12 JUSTCIV 94 EJUSTICE 25 CODEC 712 OC 142 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING

Nadere informatie

HC 7A, , Erfrecht

HC 7A, , Erfrecht HC 7A, 08-01-2019, Erfrecht Actualiteit De ramp met de zeecontainers, waarbij containers zijn aangespoeld. Op welke manier speelt het IPR daar een rol? Welke rechter mag over aansprakelijkheid oordelen

Nadere informatie

Inleiding: enkele cijfers

Inleiding: enkele cijfers François Tremosa Seminar internationaal 27 juni 2013, Rotterdam Inleiding: enkele cijfers 2 miljoen Fransen leven in het buitenland (waarvan 50 % met een dubbele nationaliteit) 3 miljoen buitenlanders

Nadere informatie

De Belgische transgenderwet in een internationale context

De Belgische transgenderwet in een internationale context INSTITUUT VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT De Belgische transgenderwet in een internationale context Internationale context IPR Kunnen transgenderpersonen die geen Belg zijn, gebruik maken van de Belgische

Nadere informatie

Wie wil gaan samenwonen heeft twee keuzes: feitelijk of wettelijk samenwonen.

Wie wil gaan samenwonen heeft twee keuzes: feitelijk of wettelijk samenwonen. Wie wil gaan samenwonen kan er voor kiezen louter feitelijk samen te wonen, dan wel wettelijk te gaan samenwonen. De keuze die men daarbij maakt, heeft heel wat juridische en fiscale gevolgen. Hoe zit

Nadere informatie

Procederen in erfrechtzaken onder vigeur van de Europese Erfrechtverordening

Procederen in erfrechtzaken onder vigeur van de Europese Erfrechtverordening Procederen in erfrechtzaken onder vigeur van de Europese Erfrechtverordening Mr. J.G. Knot Zoals inmiddels genoegzaam bekend, dienen erfrechtelijke IPR-vragen in nalatenschappen die op of na 17 augustus

Nadere informatie

ERFRECHT IN DE EU. Erven over de grens is nu gemakkelijker. Justitie en Consumentenzaken

ERFRECHT IN DE EU. Erven over de grens is nu gemakkelijker. Justitie en Consumentenzaken ERFRECHT IN DE EU Erven over de grens is nu gemakkelijker Justitie en Consumentenzaken Elk jaar krijgen een half miljoen families met erven over de grens te maken. Tot voor kort was de afwikkeling van

Nadere informatie

VERSLAG Vastgesteld 24 maart 2014

VERSLAG Vastgesteld 24 maart 2014 33851 Uitvoering van de Verordening (EU) nr. 650/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van

Nadere informatie

Verdrag betreffende het toepasselijke recht op vertegenwoordiging

Verdrag betreffende het toepasselijke recht op vertegenwoordiging Verdrag betreffende het toepasselijke recht op vertegenwoordiging De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangend gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende het toepasselijke recht

Nadere informatie

Deze tekst van het voorzitterschap moet samen met de toelichting in document 18475/11 JUSTCIV 356 CODEC 2397 worden gelezen.

Deze tekst van het voorzitterschap moet samen met de toelichting in document 18475/11 JUSTCIV 356 CODEC 2397 worden gelezen. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 januari 2011 Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) 18475/11 ADD 1 REV 1 (nl) JUSTCIV 356 CODEC 2397 NOTA - ADDENDUM van: het voorzitterschap aan: het Coreper

Nadere informatie

Uitvoering van de Europese Erfrechtverordening in Nederland: wijziging van Boek 10 BW en inpassing van de Europese erfrechtverklaring

Uitvoering van de Europese Erfrechtverordening in Nederland: wijziging van Boek 10 BW en inpassing van de Europese erfrechtverklaring Uitvoering van de Europese Erfrechtverordening in Nederland: wijziging van Boek 10 BW en inpassing van de Europese erfrechtverklaring Mr. J.G. Knot* 36 1 Inleiding 1 Met ingang van 17 augustus 2015 zal

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Stefan Nerinckx Onderwerp Het toepasselijk recht op verbintenissen voortvloeiend uit (internationale) arbeidsovereenkomsten: een nieuwe Europese verordening in de maak? Datum april 2005 Copyright

Nadere informatie

Boekdeel I. Algemeen. Deel 1. Inkomstenbelastingen

Boekdeel I. Algemeen. Deel 1. Inkomstenbelastingen Boekdeel I Algemene inhoudstafel Boekdeel I Algemeen Bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten (Uittreksel)........................ 5 Wet van 24

Nadere informatie

Erven naar Marokkaans recht

Erven naar Marokkaans recht S.W.E. Rutten Erven naar Marokkaans recht Aspecten van Nederlands internationaal privaatrecht bij de toepasselijkheid van Marokkaans erfrecht INTERSENTIA METRO Voorwoord Inhoudsopgave Afkortingen v ix

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 11 februari 2010 (22.02) (OR. en) 6198/10 Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) LIMITE

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 11 februari 2010 (22.02) (OR. en) 6198/10 Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) LIMITE eil UE PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, februari 200 (22.02) (OR. en) 698/0 Interinstitutioneel dossier: 2009/057 (COD) LIMITE JUSTCIV 26 CODEC 95 OTA van: het voorzitterschap aan: de Groep burgerlijk

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/143461

Nadere informatie

Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed

Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel

Nadere informatie

INTERNATIONAAL ERFRECHT. Nalatenschap over de grenzen

INTERNATIONAAL ERFRECHT. Nalatenschap over de grenzen INTERNATIONAAL ERFRECHT Nalatenschap over de grenzen Dit gedeelte van de site gaat over het erfrecht in internationaal verband. De belangrijkste regels van het hiermee samenhangende Haags Erfrechtverdrag

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 851 Uitvoering van de Verordening (EU) nr. 650/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING

SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, 16.3.2011 SEC(2011) 328 definitief WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING Begeleidend document bij MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

Nadere informatie

Nota naar aanleiding van het verslag

Nota naar aanleiding van het verslag 34 795 Uitvoering van de Verordening (EU) nr. 2016/1103 van de Raad van 24 juni 2016 tot uitvoering van de nauwere samenwerking op het gebied van de bevoegdheid, het toepasselijke recht en de erkenning

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 430 Wet van 5 november 2014 tot uitvoering van de Verordening (EU) nr. 650/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende

Nadere informatie

AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL 2011/0059(CNS) Ontwerpadvies Evelyne Gebhardt (PE v01-00)

AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL 2011/0059(CNS) Ontwerpadvies Evelyne Gebhardt (PE v01-00) EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 26.6.2012 2011/0059(CNS) AMENDEMENTEN 26-38 Ontwerpadvies Evelyne Gebhardt (PE473.957v01-00) inzake het voorstel

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 14.10.2009 COM(2009) 154 definitief 2009/0157 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de bevoegdheid,

Nadere informatie

Verdrag betreffende de bevoegdheid der autoriteiten en de toepasselijke wet inzake de bescherming van minderjarigen

Verdrag betreffende de bevoegdheid der autoriteiten en de toepasselijke wet inzake de bescherming van minderjarigen Verdrag betreffende de bevoegdheid der autoriteiten en de toepasselijke wet inzake de bescherming van minderjarigen De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangend gemeenschappelijke bepalingen

Nadere informatie

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar VOORSTEL VOOR EEN VERORDENING VAN DE RAAD Brussel, 17 juli 2006

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar VOORSTEL VOOR EEN VERORDENING VAN DE RAAD Brussel, 17 juli 2006 Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2005 2006 A 30 671 Subsidiariteitstoets van het voorstel voor een verordening van de Raad houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2201/2003 wat de bevoegdheid betreft

Nadere informatie

Boekdeel I. Algemeen. Bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende

Boekdeel I. Algemeen. Bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende Boekdeel I Algemeen Bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten..... 7 Wet van 24 december 2002 tot wijziging van de vennootschapsregeling inzake

Nadere informatie

Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, De Erfrechtverordening: één bevoegde autoriteit en één toepasselijk recht

Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, De Erfrechtverordening: één bevoegde autoriteit en één toepasselijk recht Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, De Erfrechtverordening: één bevoegde autoriteit en één toepasselijk recht 4 Vakliteratuur Gerelateerde documenten zoeken... Vindplaats: FJR 2013/26 Bijgewerkt tot:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 1167 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 795 Uitvoering van de Verordening (EU) nr. 2016/1103 van de Raad van 24 juni 2016 tot uitvoering van de nauwere samenwerking op het gebied van

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 23 september 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 23 september 2014 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 23 september 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2014/0021 (E) 12052/14 JUSTCIV 206 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD betreffende

Nadere informatie

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts...

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts... INHOUD VOORWOORD.................................................... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh.............................. 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 20.11.2001 COM(2001) 680 definitief Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD waarbij de lidstaten worden gemachtigd in het belang van de Europese Gemeenschap

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. {COM(2011) 125 definitief} {COM(2011) 126 definitief} {SEC(2011) 327 definitief} {SEC(2011) 328 definitief}

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. {COM(2011) 125 definitief} {COM(2011) 126 definitief} {SEC(2011) 327 definitief} {SEC(2011) 328 definitief} EUROPESE COMMISSIE Voorstel voor een Brussel, 16.3.2011 COM(2011) 127 definitief VERORDENING VAN DE RAAD 2011/0060 (CNS) C7-0094/11 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en

Nadere informatie

Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid. van de Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid

Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid. van de Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid 2011/0059(CNS) 6.2.2012 ONTWERPADVIES van de Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid aan de Commissie juridische

Nadere informatie

PUBLIC LIMITE L. Brussel, 18 november 2011 (01.12) (OR. en) RAAD VA DE EUROPESE U IE /11 Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) LIMITE

PUBLIC LIMITE L. Brussel, 18 november 2011 (01.12) (OR. en) RAAD VA DE EUROPESE U IE /11 Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) LIMITE eil UE RAAD VA DE EUROPESE U IE PUBLIC Brussel, 8 november 20 (0.2) (OR. en) 7068/ Interinstitutioneel dossier: 2009/057 (COD) LIMITE JUSTCIV 38 CODEC 2075 OTA van: het voorzitterschap aan: de Groep burgerlijk

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 229 Wet van 18 april 2002 tot vaststelling van de Invoeringswet Boek 4 en Titel 3 van Boek 7 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, derde gedeelte

Nadere informatie

HUWELIJK MET INTERNATIONALE ASPECTEN HUWELIJK OVER DE GRENZEN

HUWELIJK MET INTERNATIONALE ASPECTEN HUWELIJK OVER DE GRENZEN HUWELIJK MET INTERNATIONALE ASPECTEN HUWELIJK OVER DE GRENZEN Dit gedeelte van de site gaat over het huwelijksvermogensrecht in internationaal verband. De belangrijkste regels van het hiermee samenhangende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 795 Uitvoering van de Verordening (EU) nr. 2016/1103 van de Raad van 24 juni 2016 tot uitvoering van de nauwere samenwerking op het gebied van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 822 Invoering Boek 4 en Titel 3 van Boek 7 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, derde gedeelte (Overgangsrecht) Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan

Nadere informatie

PUBLIC LIMITE L RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 4 maart /1/10 REV 1 (de,nl,da,el,es,pt,fi, sv,cs,et,lv,lt,hu,mt,pl,sk,sl,bg,ro)

PUBLIC LIMITE L RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 4 maart /1/10 REV 1 (de,nl,da,el,es,pt,fi, sv,cs,et,lv,lt,hu,mt,pl,sk,sl,bg,ro) eil UE RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 4 maart 200 Interinstitutioneel dossier: 2009/057 (COD) PUBLIC 698//0 REV (de,nl,da,el,es,pt,fi, sv,cs,et,lv,lt,hu,mt,pl,sk,sl,bg,ro) LIMITE JUSTCIV 26 CODEC 95

Nadere informatie

Internationaal Privaatrecht 2017/2019

Internationaal Privaatrecht 2017/2019 Internationaal Privaatrecht 2017/2019 Verordeningen, Verdragen & Wetten Redactie Prof. Dr. K. Boele-Woelki & Mr. R. ter Rele Ars Aequi Libri Nijmegen 2017 Woord vooraf Het Nederlandse internationaal privaatrecht

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2000 2001 Nr. 297 26 822 Invoering Boek 4 en Titel 3 van Boek 7 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, derde gedeelte (Overgangsrecht) GEWIJZIGD VOORSTEL VAN

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, 16.3.2011 COM(2011) 125 definitief MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 184 Subsidiariteitstoets Europees voorstel erfenissen en testamenten Nr. 1 VOORSTEL VOOR EEN VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Nadere informatie

Internationale aspecten van het schenkingsrecht

Internationale aspecten van het schenkingsrecht Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2011-12 Internationale aspecten van het schenkingsrecht Masterproef van de opleiding Master in het notariaat Ingediend door Thijs Lippevelde studentennr.:

Nadere informatie

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... INHOUD VOORWOORD... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... 3 I. Algemeen... 3 II. Verplichting

Nadere informatie

De erkenning en uitvoerbaarverklaring van vreemde rechterlijke beslissingen en akten

De erkenning en uitvoerbaarverklaring van vreemde rechterlijke beslissingen en akten De erkenning en uitvoerbaarverklaring van vreemde rechterlijke beslissingen en akten EXEQUATURRECHT Vroeger onduidelijkheid omtrent begrippen art. 22 31 WbIPR geeft definities + moet er een rechtelijke

Nadere informatie

PUBLIC LIMITE L RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 20 mei 2011 (25.05) (OR. en) 10126/11. Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) LIMITE

PUBLIC LIMITE L RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 20 mei 2011 (25.05) (OR. en) 10126/11. Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) LIMITE eil UE RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 20 mei 2011 (25.05) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) PUBLIC 10126/11 LIMITE JUSTCIV 127 CODEC 812 OTA van: het voorzitterschap aan: het Comité

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 428 Beschikking van de Minister van Justitie van 16 augustus 2002, houdende plaatsing in het Staatsblad van de vernummerde tekst van de wet van

Nadere informatie

Hebben besloten hiertoe een Verdrag te sluiten en zijn overeengekomen als volgt:

Hebben besloten hiertoe een Verdrag te sluiten en zijn overeengekomen als volgt: Verdrag inzake de wet die van toepassing is op onderhoudsverplichtingen De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende de wet

Nadere informatie

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/0268(COD)

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/0268(COD) EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie juridische zaken 13.12.2013 2013/0268(COD) ***I ONTWERPVERSLAG over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie juridische zaken 15.6.2011 MEDEDELING AAN DE LEDEN (50/2011) Betreft : Met redenen omkleed advies van de senaat van de Italiaanse Republiek over het voorstel voor

Nadere informatie

Jurisprudentie. BESCHIKKING VAN HET HOF (Zesde kamer) 14 juni 2017 *

Jurisprudentie. BESCHIKKING VAN HET HOF (Zesde kamer) 14 juni 2017 * Jurisprudentie BESCHIKKING VAN HET HOF (Zesde kamer) 14 juni 2017 * Prejudiciële verwijzing Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof Justitiële samenwerking in burgerlijke zaken Verordening

Nadere informatie

De Verordening EG nr. 2201/2003 en de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake huwelijkszaken en ouderlijke verantwoordelijkheid

De Verordening EG nr. 2201/2003 en de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake huwelijkszaken en ouderlijke verantwoordelijkheid INTERNATIONAAL ADVOCATENKANTOOR ADVOCAAT DR. ALFONSO MARRA JURIST VERTALER BEVOEGDHEID VOOR DE TWEETALIGHEID DUITS ITALIAANS VAN DE ZELFSTANDIGE PROVINCIE BOLZANO GESLAAGD VOOR HET STAATSEXAMEN VAN DUITSE

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 maart 2012 (22.03) (OR. en) 7443/12 Inte rinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) CODEC 601 JUSTCIV 85 PE 97

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 maart 2012 (22.03) (OR. en) 7443/12 Inte rinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) CODEC 601 JUSTCIV 85 PE 97 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 21 maart 2012 (22.03) (OR. en) 7443/12 Inte rinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) CODEC 601 JUSTCIV 85 PE 97 INFORMATIEVE NOTA van: het secretariaat-generaal aan:

Nadere informatie

Rechtbank van eerste aanleg Mechelen, vonnis van 16 maart 2010

Rechtbank van eerste aanleg Mechelen, vonnis van 16 maart 2010 Rechtbank van eerste aanleg Mechelen, vonnis van 16 maart 2010 Begrip nationaliteit Dubbele nationaliteit Meest effectieve nationaliteit Artikel 3 2 WIPR Keuze voor de Nederlandse nationaliteit Weigering

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET 72 (2009) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2010 Nr. 96 A. TITEL Aanvullend Protocol bij het Europees Handvest inzake lokale autonomie betreffende het recht op participatie

Nadere informatie