Kerkuilnieuws Nieuwsbrief Kerkuilwerkgroep Vlaanderen 9 de jaargang, nr

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Kerkuilnieuws Nieuwsbrief Kerkuilwerkgroep Vlaanderen 9 de jaargang, nr"

Transcriptie

1 Kerkuilnieuws Nieuwsbrief Kerkuilwerkgroep Vlaanderen 9 de jaargang, nr Inhoudstafel Adressenmatrix 2 Voorwoord 3 Jubileumviering 30 jaar Kerkuilwerkgroep Vlaanderen 4 Nieuws uit de provincie West-Vlaanderen 6 Nieuws uit de provincie Oost-Vlaanderen 8 Nieuws uit de provincie Antwerpen 10 Nieuws uit de provincie Vlaams-Brabant 11 Nieuws uit de provincie Limburg 14 Kerkuil in Nederlands Limburg 18 Het broedseizoen 2006: de natuur was hard voor de kerkuilen 19 Resultaten Verspreiding van de Kerkuil in Vlaanderen in Berichten uit de provincies 23 Zit Vlaanderen met opgefokte spitsmuizen? 29 Aantal broedgevallen versus zachte winters: vervolg 32 Een volksverhaal uit de Antwerpse Kempen 34 Op zoek naar een nieuwe stek? 36 Kerkuilenvervolging in Woumen 37 Een toptransfer in De Lovie 38 Het verhaal van 101 kerkuilen 41 Meldpunt kerkuilenslachtoffers Sprokkels 48 Vlaamse Opvangcentra voor vogels en wilde dieren (VOC) 56 KERKUILNIEUWS Foto cover: Rollin Verlinde/Vildaphoto Druk: Drukkerij Van Lijsebetten, Sint Niklaas. Eindredactie: Provinciale Afgevaardigden, Provant-Kerkuilteam. Illustraties: Archief Kerkuilwerkgroep Vlaanderen, Vildaphoto, Vogelbescherming Vlaanderen vzw en respectievelijke auteurs. Vormgeving: Marieke Berkvens. Periodiek: 9 de jaargang nummer Oplage : 2000 exemplaren. Verantwoordelijke uitgever : Kerkuilwerkgroep Vlaanderen Postbus Rotselaar. Noot van de redactie: bij eventuele inhoudelijke overname van artikels, gegevens of delen ervan wordt toelating verleend mits de verplichting tot bronvermelding: Kerkuilnieuws, nieuwsbrief van de Kerkuilwerkgroep Vlaanderen. De opgenomen sprokkels worden niet geselecteerd op de juistheid van hun inhoud, ze worden soms wel ingekort weergegeven, bij overname dient de oorspronkelijke bron vermeld te worden, met verwijzing naar onze nieuwsbrief Kerkuilnieuws. Kopieën van publicaties worden verwacht op het postbusadres. 1

2 KERKUILWERKGROEP VLAANDEREN ALGEMEEN COÖRDINATOR CORRESPONDENTIEADRES Ludo SMETS KERKUILWERKGROEP VLAANDEREN Rietensplein 2 Postbus Wijgmaal-Leuven 3110 Rotselaar 016/ AFGEVAARDIGDEN KERNBESTUUR OVERKOEPELENDE ORGANISATIE Paul LAEVEREN Jan RODTS Drie Engelenstraat 22 Vogelbescherming Vlaanderen vzw 2260 Tongerlo Schuttershof / Nieuwkerken-Waas (Sint-Niklaas) 03/ Philippe SMETS Slachthuisstraat Tienen Bankrekening Steunfonds: 0475/ PROVINCIALE AFGEVAARDIGDEN EN VERTEGENWOORDIGERS DAGELIJKS BESTUUR WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN VLAAMS-BRABANT Aurel VANDE WALLE Johan LEFEBVRE Philippe SMETS St. Michielstraat 13 bus 7 Lindestraat 186 Slachthuisstraat Tielt 9470 Denderleeuw 3300 Tienen 0497/ / / Kris DEGRAEVE Stany CERULIS 058/ / ANTWERPEN LIMBURG Ludo SMETS Peter GABRIËLS Rietensplein 2 St-Gertrudisplein 7 bus Wijgmaal-Leuven 3740 Beverst-Bilzen 016/ / Eddy D'HUYVETTER Stijn KEUNEN 03/ / PROVANT-TEAM (Provinciale Stuurgroep Antwerpen) An MELIS: 0494/ Ludo ORIS: 014/ Carlo VERHEYEN: 014/ Eddy D'HUYVETTER: 03/ Paul LAEVEREN: 014/ Ludo SMETS: 016/ AUTONOME WERKGROEP VAN VOGELBESCHERMING VLAANDEREN 2

3 Voorwoord De resultaten van de voorbije 25 jaar ( ) heb ik nog eens grondig en kritisch bekeken, een positieve evolutie waar we als vrijwillige medewerkers van de Kerkuilwerkgroep Vlaanderen zeer trots op mogen zijn. We hebben de Kerkuil van zijn bedreigde Rode Lijst status afgeholpen, meer nog we hebben de soort als broedvogel kunnen behouden. Het plaatsen, onderhouden en opvolgen van nestkasten blijft onze primaire doelstelling, gezien de resultaten die we daarmee reeds geboekt hebben. Verder trachten we zowel soort- als populatiegerichte beheersmaatregelen uit te werken. Daartoe worden meer en meer samenwerkingsverbanden afgesloten met intergemeentelijke organen, regionale landschappen, intercommunale werkgroepen, plaatselijke milieuverenigingen enzovoorts. Ook worden meer en meer scholen betrokken bij onze werking waarmee we een basis trachten te leggen voor onze langetermijnvisie, de volgende 25 jaar. Die strategie zou wel eens erg belangrijk kunnen worden. Immers, verder in de nieuwsbrief hebben we het over ouderdomsdekens. Hopelijk wijst dit niet op een gebrekkige verjonging van de populatie kerkuilen door verder habitatverlies en degradatie. Neen, ik heb het hier over vergrijzing van onze populatie medewerkers! Aanvulling met wat jeugdig enthousiasme is welkom en noodzakelijk om onze visie te kunnen blijven verder zetten, verzekering van de toekomst. Over de resultaten hebben we het uitvoerig in deze nieuwsbrief, daar ga ik hier niet verder op ingaan. Dat er één factor is waar we weinig of zeg maar geen impact op hebben namelijk de weersomstandigheden, is wel duidelijk gebleken tijdens het voorbije broedseizoen. Maar dat baart ons eigenlijk weinig zorgen, het is een natuurlijk fenomeen. Verkeersslachtoffers houden ons veel meer bezig, het is zeer moeilijk gerichte maatregelen te treffen om het aantal slachtoffers te verminderen. In 2007 gaan we dit thema extra in de aandacht zetten. In 2006 liepen uit enkele regio s signalen binnen over niet-selectieve bestrijding van Bruine rat, Zwarte rat en Huismuis met gif, waarbij ook kerkuilen sneuvelden. Hopelijk blijft dit beperkt tot enkele alleenstaande gevallen en gaan we niet terug naar een veralgemeende toestand zoals in de jaren 60. We hebben ons het voorbije jaar ook defensief moeten opstellen tegenover nestroof uit onze nestkasten. Dit heeft heel wat stof doen opwaaien, en het laatste woord is daarover zeker nog niet gezegd. Helaas moeten wij vaststellen dat meer en meer kweekvogels in de vrije natuur terechtkomen en zich mengen met onze wilde populatie. Dat is absoluut niet wenselijk omdat de genetische aard (genen) van dergelijke vogels nooit met zekerheid kan achterhaald worden. Vaak wordt gekweekt met gemengde onderoorten of is de oorsprong van de vogels onbekend. Hierdoor kunnen afwijkende geneische types ontstaan. Om die reden trouwens heeft men in verschillende buurlanden veroden om nog langer gekweekte kerkuilen vrij te laten. Het wordt tijd dat ook bij ons de nodige beperkingen opgelegd worden omtrent het houden en kweken van kerkuilen (en vele andere soorten)! In 2007 zijn we aan ons 30 ste werkingsjaar begonnen. Dat kunnen we niet zomaar laten voorbijgaan, we houden een feestelijke jubileumviering op zondag 30 september in de Campus Remy te Wijgmaal (Leuven). Bekende Vlamingen en kerkuilspecialisten nemen deel aan het programma, benieuwd wat die combinatie als resultaat gaat opleveren? Ik hoop u die dag in elk geval te mogen verwelkomen. Het programma en meer informatie vindt u verder in deze nieuwsbrief. Veel leesplezier! Ludo Smets, Voorzitter Kerkuilwerkgroep Vlaanderen. 3

4 Jubileumviering 30 jaar Kerkuilwerkgroep Vlaanderen Naar aanleiding van haar 30-jarig bestaan nodigt de Kerkuilwerkgroep Vlaanderen u hierbij hartelijk uit op de jubileumdag. Deze gaat door op zondag 30 september 2007, Campus Remy te Wijgmaal-Leuven Je bent er welkom vanaf 9.00 uur. Inkom en deelname zijn gratis, maar je dient je wel vooraf in te schrijven. Hieronder vind je het programma, ook praktische informatie en een inschrijvingsstrook. Wens je s middags een broodmaaltijd met soep, dan moet je vooraf 8 Euro overschrijven op het rekeningnummer Graag tot dan! Programma uur Deuren open (koffie) uur Muzikale omlijsting uur Verwelkoming door Voorzitter Ludo Smets uur Academische zitting met de Provinciale Afgevaardigden Dagvoorzitter Geert Hoste polst naar de historiek, resultaten en anekdotes uur Muzikale omlijsting uur De Kerkuil in Nederland Samenwerking met Vlaanderen Johan de Jong uur Praatshow met panelleden Genodigde praatgasten Vlaams minister van leefmilieu Federaal minister van leefmilieu & Marleen Moelants Agentschap Infrastructuur Wegen en Verkeer & Sil Janssen Afgevaardigde VOC Vlaanderen Jan Rodts Voorzitter Vogelbescherming Vlaanderen Johan de Jong Voorzitter Kerkuilenwerkgroep Nederland Ludo Smets Voorzitter Kerkuilwerkgroep Vlaanderen Thema s Gesjoemel met kerkuilen Problematiek verkeersslachtoffers Presentator / moderator : Geert Hoste 4

5 11.45 uur Muzikale omlijsting Voorstelling nieuwe werkingsfilm Kerkuilwerkgroep Vlaanderen Marc Vanbergen Middagpauze broodmaaltijd gelegenheidsbuffet (bar) uur Kennismaking met prooidieren Rollin Verlinde uur Veilige verkeerspaaltjes? Johan de Jong uur Kennismaking met prooidieren Rollin Verlinde uur Veilige verkeerspaaltjes? Johan de Jong uur DEMO WORKSHOPS - INFO STANDJES Veiligheidsmateriaal Boren uilengat met klokboor Veilige controlemethode nestkasten Schilderen van uilen Braakbalpluizen Beeldhouwwerk Verzamelen van uilenbeeldjes Uilenkoffer met knutselwerk Beveiliging nestkasten Anti-marter-schermen Samenwerkingsverbanden uur Bedanking en afsluiting door de Voorzitter Receptie uur Einde Inschrijvingsstrook: ( Inschrijven kan via post of mail ) Naam: Voornaam: Straat en nummer: Postnummer en gemeente: Telefoon / GSM: Aantal personen: Zal deelnemen aan de jubileumdag op 30 september 2007 te Wijgmaal Gewenst aantal broodmaaltijden: Voorinschrijving door storting van 8 Euro per broodmaaltijd voor 15 september 2007 op rekeningnummer Inkom, deelname, 1 ste koffie en receptie zijn gratis Handtekening: 5

6 Nieuws uit de provincie West-Vlaanderen Aurel Vande Walle Wie een beetje thuis is in het wereldje van roofvogels en uilen, voelde het reeds aankomen: 2006 zou niet zo n sterk jaar worden als het jaar ervoor. Andere muizenetende soorten lieten reeds een zelfde vermoeden blijken. Het zou minder worden, veel minder zelfs! Met andere woorden, de opgaande trend van de laatste jaren zou niet doorgezet worden. Hadden we in 2005 nog 85 geegistreerde broedgevallen (en 66 in 2004), dan zijn we vorig jaar niet verder gekomen dan 33 geregistreerde broedels. Hoe slecht was 2006? Als één van de oorzaken kan het slechte weer naar voor worden geschoven. Een kwakkelend voorjaar, vrij koud en veel regen. Niet direct de ideale omstandigeden om als Kerkuil aan het broedseioen te beginnen. Een nat voorjaar laat het vermoeden rijzen dat er weinig prooidieren (muizen) zullen zijn, zeker in de lagergelegen regio s van West-Vlaanderen. Verder hadden we de uiterst warme julimaand, gevolgd door een natte en koude augustus waarbij eventuele vervanglegsels en uitvliegende jongen het opnieuw hard te verduren kregen. Wat zijn bijgevolg de cijfers voor West- Vlaanderen? In 2006 hadden we 33 broedsels in totaal: 20 gecontroleerde, 8 vastgestelde en 5 koppels waar het mis liep. 25 koppels kozen een boerderij als broedplaats waarvan 23 in een nestkast. Het reproductiegemiddelde per nest lag al bij al niet zo laag: 3,20pulli/nest. 52 jonge en 9 adulte vogels werden geringd en 467 van de 520 gekende (lees: op te volgen ) locaties werden gecontroleerd. Positief nieuws is dan weer dat 82% van onze West- Vlaamse kerkuilen in nestkasten broeden. Verder positief nieuws was er ook van de Oostkust: na een eerste mislukte poging, kwam een koppeltje een tweede maal wel tot een geslaagde broedpoging. En in 33% van de 64 West-Vlaamse gemeenten vinden we een kerkuilkoppel. Percentage broedgevallen in nestkasten Kerkuil Tyto alba in West-Vlaanderen 100% 80% 60% 40% 20% 0% '87 '88 '89 '90 '91 '92 '93 '94 '95 '96 '97 '98 '99 '00 '01 '02 '03 '04 '05 '06 Percent 8% 10% 13% 27% 8% 18% 10% 0% 3% 18% 9% 12% 39% 58% 53% 61% 47% 56% 69% 82% 6

7 Hoe goed zijn onze controles? Natuurlijk moeten we bij het prachtige resultaat van 82% broedgevallen in nestkasten toch wel even een kritische opmerking maken. Uit literatuurgegevens weten we dat vogels die in nestkasten geboren zijn, eerder geneigd zijn om ook nestkasten te kiezen om er zelf in te broeden. Bovendien lijkt in veel regio s de neiging te bestaan om enkel de beter gekende locaties (vroegere broedgevallen, nieuw geplaatste nestkasten) na te zien. Zo worden eventuele vrije broedsels over het hoofd gezien. Het landelijk, regionaal gemiddelde (cijfers 2005) toont aan dat 73% van de broedgevallen in Vlaanderen werd gevonden in een nestkast, maar omgekeerd betekent dit natuurlijk ook dat één op vier koppels nog altijd ergens vrij broedt! Zouden we echt op alle potentiële kerkuilplaatsen een degelijke controle hebben uitgevoerd? Historisch overzicht In volgende grafiek en tabel laten we even de evolutie zien van de laatste jaren in onze provincie (cijfers ). De legende bij de grafiek vertelt ons dat lijn 1 het totaal aantal gekende broedgevallen zijn in onze provincie. Lijn 2 toont ons de gecontroleerde broedsels, en die lijn volgt bijna perfect de eerste, het is ook de lijn met de meeste aantallen. Lijn 5 - de vermoedelijke broedsels - vertoont de laatste jaren een duidelijke neerwaartse trend, dit betekent dat onze West Vlaamse medewerkers extra hun best hebben gedaan om effectief en goed te controleren! Evolutie broedgevallen in West-Vlaanderen Totaal Gecontroleerd Vastgesteld Mislukt Vermoedelijk

8 Nieuws uit de provincie Oost-Vlaanderen Johan Lefebvre Na het grote succes in 2005 wat het aantal broedkoppels betreft, mochten we toch verwachten dat 2006 ook uitstekend zou zijn. We sloten 2005 af met voor het eerst meer dan 80 broedgevallen voor onze provincie. We keken dus begin 2006 vol verwachting of de Kerkuil dichter in de buurt kwam broeden. De zachte winters van de voorbije jaren maakten dat we de laatste jaren steevast met open venster sliepen. Inslapend met het zachte nachtlawaai werd ik begin februari toch al enkele malen opgeschrikt door de schreeuw van de Kerkuil. Ook verscheidene buren lieten me al verstaan dat de Kerkuil kon worden waargenomen en gehoord. De lang beloofde nestkast in ons tuinhuis is daarop in ijltempo verwezenlijkt. En nu maar hopen dat de Kerkuil dit plekje aan de rand van weiland zal opmerken. De dagen gingen voorbij. Het werden weken, maar ondertussen bleef het stil in de nacht. Ook bij collega kerkuilmedewerkers bleef het stil. Normaal komen er eind april al berichten binnen van medewerkers die al weet hebben van broedsels die volop met voederen bezig zijn, maar voor 2006 niet dus. Ook voor onze jaarlijkse kerkuildag die door gaat eind juni zaten we met de vraag zullen we wel kerkuilen zien?. Het werd al snel duidelijk dat een aanmodderende lente met late koude periodes en nachtelijke regenval geen stimulans is voor onze kerkuilen om te starten met broeden. Ook andere uilen (Bosuil en Steenuil) lieten al merken dat het voor 2006 geen topjaar zou worden. Evolutie broedgevallen in Oost-Vlaanderen Aanwezig Nestkast Vrij broedsel Mislukt * * onderzocht v.a

9 In totaal werden 41 broedkoppels genoteerd, hiervan waren er 6 mislukt. Tijdens de controles werd vastgesteld dat de kauwen meer en meer onze nestkasten kraken. Mogelijk kan een inlooppijp een oplossing bieden om deze nestkastkrakers te weerstaan. Het aantal vastgestelde jongen lag erg laag 2,3 jongen per nest, 88% kreeg een ring om. 51% van de broedkoppels was terug te vinden in nestkasten. Het aandeel boerderijen in de broedlocaties steeg naar 66%. De terugval in de vastgestelde populatie vinden we vooral terug in de kerngebieden. Deze kerngebieden kenden vorig jaar juist een grote vooruitgang. Niettegenstaande dit slechte jaar zijn er toch nog 7 nieuwe locaties gevonden. Deze laten zich vooral optekenen in die gebieden (Stekene en Sint- Niklaas) dankzij nieuwe actieve medewerkers. Zij hebben alvast een succesrijk jaar achter de rug. 9

10 Nieuws uit de provincie Antwerpen Ludo Smets Ja, t is elk jaar weer anders. Met spanning kijken we uit naar het broedseizoen, maken we prognoses en hopen we op goede resultaten. Na zovele jaren weten we echter dat vooral de weersomstandigheden roet in het eten kunnen gooien en dat is nu precies wat er in 2006 weer is gebeurd. Elders in deze nieuwsbrief kan je hier uitvoerig over lezen. Hoewel deze invloeden in gans Vlaanderen meetbaar zijn, is onze provincie eigenlijk het meest gevoelig. Dat komt door de zandige bodem die veel minder beschutting biedt aan het voedsel van de Kerkuil, met name de muizen. Zowel vochtigheid als temperatuur pieken het hoogst op zandgrond. De muizenpopulaties groeien vrij snel aan, maar worden soms nog veel sneller sterk in aantal teruggebracht. Dat was bijvoorbeeld zeer goed merkbaar in 1997 toen we maar 45 broedgevallen telden in gans de provincie, een absoluut dieptepunt. Daarna ging het jaar na jaar in stijgende lijn tot we in 2005 met 283 broedgevallen een absoluut recordjaar konden afsluiten. We vroegen ons toen al af of deze trend zou kunnen blijven doorzetten. Achteraf beschouwd valt het eindresultaat qua broedgevallen eigenlijk nog mee, we mochten 2006 afsluiten met 196 broedgevallen. Hadden we in 2005 een toename met 37% op één jaar tijd, dan hebben de kerkuilen nu 31% moeten inleveren. Hoewel, op nog 126 andere locaties waren kerkuilen niet broedend aanwezig, samengeteld dus maar 35 locaties minder dan in Koppels (88%) verkozen een nestkast als broedplaats. Onder invloed van de weersomstandigheden nam onze broedpopulatie dus ongeveer met 1/3 af, dit was bovendien nog duidelijker merkbaar in het reproductiecijfer. 150 Gecontroleerde nesten leverden 386 pulli op, wat slechts een nestgemiddelde van 2,6 opbracht. Dit cijfer is alleen in 1997 nog lager geweest, namelijk 2,4. Opvallend is ook dat in gans de provincie geen enkel nest met meer dan 4 jongen werd gevonden. 23 Broedgevallen mislukten, ook dat is een hoog cijfer. Het totaal aantal controleplaatsen bedroeg 701 (lees hierover meer bij berichten uit de provincies). Bij de aard van de broedplaatsen valt op dat de terugval het kleinste was bij boerderijen. Dat heeft waarschijnlijk te maken met de betere beschikbaarheid van voedsel in de onmiddellijke omgeving, beter dan op broedplaatsen in dorpskernen (woningen, kerken) waar grotere afstanden moeten afgelegd worden om voldoende voedsel bij elkaar te krijgen. Een andere vaststelling is verschuiving van een toch wel beduidend aantal broedgevallen naar naastliggende kilometerhokken. Dit is vooral bij de dichtstbevolkte hokken het geval, waarschijnlijk zijn die in 2005 leeggevreten! Provincie Antwerpen - historiek meetpunten Resultaten Aantal controleplaatsen Aantal broedgevallen Procentueel aandeel Aantal in nestkast Procentueel aandeel Kerk/Kapel Kasteel Woning/Boerderij Fabriek/Loods Andere Aanwezig niet broedend Procentueel aandeel Nestgemiddelde P/N

11 Nieuws uit de provincie Vlaams-Brabant Philippe Smets Na de euforie van broedseizoen 2005 met 173 broedgevallen en 499 vastgestelde jongen lagen de verwachtingen hoog voor 2006 maar bleek al snel dat 2005 een topjaar was voor de Kerkuil. De muizenpopulatie was ingestort en vele uilen gingen niet over tot de eileg of begonnen er veel later aan. Normaal gaan we half juni op controle, in 2006 gingen we pas een maand later. Maar al bij al viel het nog mee. Er waren 115 broedgevallen, 79 gecontroleerde, 19 vastgestelde, 14 mislukte en 3 vermoedelijke. Het aantal mislukte broedgevallen lag bijzonder hoog, nog een aanwijzing dat het moeilijk was om voldoende voedsel te vinden om hun jongen groot te brengen. Ter vergelijking in 2005 waren er maar 7 mislukt op 173 broedgevallen.. Vlaams-Brabant - Nestplaatskeuze 2006 Detail locaties vrije broedplaats controles in nestkast controles Kerk / kapel Kasteel / abdij Woning / schouw Boerderij / schuur Molen Totaal Voor het eerst in de Vlaams-Brabantse geschiedenis zijn er meer broedgevallen in boerderijen en schuren dan op kerken. 74 % van de broedgevallen vonden plaats in een nestkast. Vlaams-Brabant - Nestresultaten 2006 Aantal pulli per nest Totaal Nesten Totaal pulli Het nestgemiddelde bedroeg 2,8 pulli wat niet slecht is. Het aantal vastgestelde jongen (221) in 2006 was echter nog minder dan de helft van 2005 met 499 pulli. 219 jongen werden geringd. Vlaams-Brabant - Controles 2006 Broedgevallen 115 Aanwezig (waargenomen) 29 Verse sporen 14 Niets 340 Totaal 498 Op 43 locaties waren er kerkuilen aanwezig of verse sporen, maar was er geen broedsel. Dit bevestigt nog eens de slechte voedselsituatie. 498 potentiële broedplaatsen waarvan 422 nestkasten, werden onderzocht wat toch bijzonder veel is voor een halve provincie. 11

12 25 jaar registratie van de broedgevallen van Kerkuil in Vlaams-Brabant In de begin jaren 80 waren alle kerken nog toegankelijk voor de Kerkuil en konden daar de nesten gevonden worden. De aantallen schommelden jaarlijks rond de 10 broedgevallen. In 88 ineens 22 broedgevallen en in 89 al 34 waarvan de eerste 2 in een nestkast. Toen hadden we nog maar een 20 tal nestkasten voorzien en de meeste stonden gewoon op een balk boven de klokken van de kerk of in het dakgebinte van de schuur. Jaar Bezette locaties Aantal broedgevallen Met zeker broedresultaat Waarschijnlijk broedgeval Mislukt broedgeval Aanwezig, niet broedend Broedend in kerk Broedend in kerk (in nestkast) Broedend in boerderij Broedend in boerderij (in nestkast) Broedend in kasteel Broedend in kasteel (in nestkast) Broedend in gebouw, ruïne, molen, e.d Broedend in gebouw, (in nestkast) Reproductie 3,2 4,6 3 3,7 3,2 3,6 3,9 3,7 Aantal pulli vastgesteld Aantal pulli geringd Aantal controleplaatsen Begin jaren 90 zijn we stilaan begonnen met het bijplaatsen van nestkasten. We moesten wel want alle kerktorens werden systematisch dichtgemaakt om verwilderde duiven te weren. De populatie kerkuilen was aan het groeien maar het was dweilen met de kraan open. Op sommige locaties boekten we winst op andere werden we geconfronteerd met traditionele broedplaatsen die verloren gingen omdat ze zonder ons vooraf te verwittigen afgesloten werden.in de jaren 90 bleef de populatie schommelen tussen de 41 en 65 broedgevallen. Vanaf 1997 zijn we op volle toeren beginnen nestkasten te plaatsen. We wisten toen welk model nestkast het best was en hoe we ze moesten plaatsen zonder dat er overlast was van duiven op kerktorens en boerderijen. De fondsen haalden we bij de gemeenten zodat ze in degelijk materiaal konden gemaakt en geplaatst worden. Je ziet het duidelijk in de tabel, het aantal broedgevallen blijft in de jaren 90 hetzelfde maar er is een verschuiving naar de nestkasten. 12

13 Jaar Bezette locaties Aantal broedgevallen Met zeker broedresultaat Waarschijnlijk broedgeval Mislukt broedgeval Aanwezig, niet broedend Broedend in kerk Broedend in kerk (in nestkast) Broedend in boerderij Broedend in boerderij (in nestkast) Broedend in kasteel Broedend in kasteel (in nestkast) Broedend in gebouw, ruïne, molen, e.d Broedend in gebouw, (in nestkast) Reproductie 3,7 3 2,7 3,7 3 3,3 2,9 2,3 3,1 2,9 Aantal pulli vastgesteld Aantal pulli geringd Aantal controleplaatsen Vanaf het jaar 2001 is er ineens een sterke groei van de populatie die zich verder zet tot De geplaatste nestkasten worden meer en meer bezet. De laatste jaren staat er bijna op iedere afgesloten kerk of boerderij die een goede ligging heeft een nestkast in Vlaams-Brabant. Dankzij de financiële steun van 42 gemeenten hebben we al 422 nestkasten geplaatst. Jaar Bezette locaties Aantal broedgevallen Met zeker broedresultaat Waarschijnlijk broedgeval Mislukt broedgeval Aanwezig, niet broedend Broedend in kerk Broedend in kerk (in nestkast) Broedend in boerderij Broedend in boerderij (in nestkast) Broedend in kasteel Broedend in kasteel (in nestkast) Broedend in gebouw, ruïne, molen, e.d Broedend in gebouw, (in nestkast) Reproductie 3 3 2, ,4 2,8 Aantal pulli vastgesteld Aantal pulli geringd Aantal controleplaatsen

14 Nieuws uit de provincie Limburg Peter Gabriëls Vorig jaar heeft de Kerkuil in de provincie Limburg het flink laten afweten. Slecht 73 geregistreerde broedgevallen werden genoteerd, een afname van meer dan 50% tegenover het topjaar Dit zijn evenveel broedparen als in 1998, maar toen werden slechts 163 mogelijke broedlocaties onderzocht tegenover 300 vorig jaar. De terugval was in 33 van de 44 gemeenten en dit zowel op de Kempense zandgronden als in de Maasvallei en de Leemstreek. Een vooruitgang was er in slechts 1 gemeente: Hechtel-Eksel van 0 naar 1. Maar het was vooral in de belangrijke kerngebieden van de Leemstreek dat de kerkuilenpopulatie zware klappen kreeg: Sint-Truiden van 13 (2005) naar 6 (2006), Tongeren van 11 naar 4, Borgloon van 9 naar 2, Heers van 7 naar 4, Gingelom van 4 naar 0 en Nieuwerkerken van 5 naar 2. Ook in de gemeente Hasselt werden slechts 6 broedgevallen aangetroffen, het laagste aantal sinds de telling van In 10 gemeenten werd zelfs geen enkel broedgeval opgetekend terwijl hier in 2005 nog Kerkuilen broedden. Ook in de gemeenten van de Maasvallei halveerde het broedbestand en werden er slechts 11 geteld: Lanaken van 4 naar 2, Maasmechelen van 4 naar 0, Dilsen-Stokkem van 4 naar 2 en Maaseik van 8 naar 5. De gemeente Kinrooi behield haar 2 broedgevallen. In de gemeente Riemst, waar een medewerker de laatste jaren 15 nestkasten kon plaatsen, werd zelfs geen enkel broedgeval gevonden. Dit is toch wel een zware teleurstelling na de geleverde inspanningen. In de gemeente Bocholt, waar de laatste jaren ook heel wat nestkasten werden geplaatst, waren toch nog 3 broedgevallen, slechts 1 minder dan in In totaal werden in onze provincie slechts 163 jongen geteld tegenover 408 in Het gemiddeld aantal jongen (3,3) was gelijk aan het 18-jarig gemiddelde en was toch nog beter dan in de andere Vlaamse provincies. Grote nesten van 6 of meer jongen zoals in 2005 werden niet aangetroffen. Op slechts 1 van de 4 controleplaatsen vonden onze medewerkers een broedgeval, terwijl dit in 2005 nog 1 op 2 was. Wel werden op 65 verschillende locaties niet-broedende Kerkuilen waargenomen. Dit hoge aantal is in onze provincie de laatste 15 jaar niet meer vastgesteld. Een duidelijk teken dat er te weinig voedselaanbod was. Er werden 53 nestkasten gebruikt om jongen groot te brengen. Dit is reeds 73% van het totaal aan broedgevallen. 14

15 Verloop van het gebruik van nestkasten in Limburg '89'90'91'92'93'94'95'96'97'98'99'00'01'02'03'04'05'06 Zonder nestkast Met nestkast

16 Het percentage vrije broedgevallen (niet in een nestkast) neemt af, omdat de meeste controleplaatsen nu reeds uitgerust zijn met een nestkast. Er zijn trouwens nog maar weinig broedlocaties waar de Kerkuil vrij mag rondvliegen. In Limburg worden sinds 2000, afgezien van enkele uitzonderingen, weinig of geen potentiële broedlocaties meer veilig gesteld. Onderstaande grafiek laat zien dat we tussen 1997 en 2001 een inhaalbeweging gemaakt hebben, maar dat nadien geen netto groei meer is geweest van controleplaatsen. Nochtans zijn er nog vele blinde vlekken in Limburg. In enkele gemeenten, waar nog weinig of niets bekend is over de verspreiding van de Kerkuil, zullen initiatieven genomen worden om iets te doen voor deze soort. Dit zal gebeuren door het inventariseren van geschikte gebouwen en eventueel plaatsen van nieuwe nestkasten. Het beschermen van de bestaande broedplaatsen blijft natuurlijk wel een prioriteit, zeker wanneer hier al verschillende opeenvolgende jaren Kerkuilen broeden. Maar toch gebeurt het nog vaak dat door verandering van eigenaar of verantwoordelijke van het gebouw dit niet langer mogelijk is. De Kerkuilen zijn plots niet meer welkom: ze bevuilen de muren of ze maken te veel lawaai. Ze moeten weg en liefst zo snel mogelijk. De voorbije vijf jaar zijn op die manier verschillende broedplaatsen verloren gegaan. Er zijn ook meldingen dat in kerken door onbekenden ongevraagd nestkasten werden afgesloten en zelfs volledig werden verwijderd omdat hier tamme duiven in nestelden. Duiven in onze nestkasten zijn inderdaad een steeds terugkerend probleem en een blijvende bron van ergernis. Op sommige plaatsen hebben onze medewerkers er alles aan gedaan om duiven te weren maar zonder resultaat. Deze nestkasten ieder jaar controleren en schoonmaken is evenwel de enige oplossing en noodzakelijk om de Kerkuil kansen te geven. Er moet ook goed gecommuniceerd worden met de contactpersonen van deze gebouwen. Buiten onze medewerkers mag niemand in die kasten gluren. En best worden deze voorzien van sloten. Anders verdwijnen ook deze locaties en zijn al die inspanningen voor niets geweest. Sinds 1989 werden 631 verschillende locaties onderzocht op de aanwezigheid van Kerkuilen. Daarvan worden nu nog 377 gecontroleerd, hetzij niet jaarlijks. Ter vergelijking: in de provincies Antwerpen en Vlaams-Brabant waren in 2005 resp. 796 en 488 controleplaatsen, flink wat meer. In Nederlands Limburg zijn er meer dan 750 controleplaatsen, bijna allemaal uitgerust met een nestkast. In onze provincie zijn 300 locaties uitgerust met een nestkast. Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal controles per type locatie. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen locaties die nog regelmatig, al dan niet jaarlijks, worden bezocht. De verdwenen locaties zijn plaatsen die mogelijk niet langer geschikt zijn voor de Kerkuil: gebouw verdwenen of afgesloten, locatie niet meer bezocht of met onbekende status (exacte locatie onbekend of geen toelating van de eigenaar meer). Soms zijn dit éénmalige broedplaatsen zoals bvb een schouw. Type locatie Gecontroleerd 2006 % nestkast aantal Niet gecontroleerd 2006 verdwenen % nestkast aantal totaal aantal Kerk / kapel % 27 17% Boerderij / schuur % 23 19% Woning / schouw 34 82% 17 1% Kasteel / klooster 15 53% 3 0% Andere 23 69% 7 2% Totaal % 77 47%

17 Opvallend is het hoge aantal verdwenen locaties in kerken (82), nochtans duurzame gebouwen die in principe goede broedlocaties kunnen zijn. In minstens 45 daarvan werden de toegangen hermetisch afgesloten. De nestkasten werden hier verwijderd omwille van blijvende problemen met duiven of soms ook wel eens met de contactpersonen van deze gebouwen, niet altijd kerkuilvriendelijke mensen. Ook zijn er 33 kerken die al meer dan 5 jaar niet meer bezocht werden door onze medewerkers en waarvan niet geweten is of zich hier nog Kerkuilen kunnen vestigen. Kastelen en kloosters zijn vaak zeer interessante broedlocaties voor Kerkuilen. Soms worden per toeval jonge Kerkuilen aangetroffen maar doorgaans is het moeilijk om hier controles uit te voeren. Wel zijn heel wat aanpalende boerderijen of kasteelhoeves die uitgerust zijn met een nestkast en dit levert meestal extra broedparen op. Onder de rubriek andere behoren windmolens, loodsen, bomen, scholen, ruïnes, mijngebouwen, duiventillen enz. In 1990 werden zelfs 2 jongen grootgebracht in een jachthut. Van de 254 verdwenen locaties waren er 110 met 1 broedgeval (bg), 24 met 2 bg en 30 met 3 of meer bg. Bij die laatste waren 17 kerken en 5 kastelen. Vorig jaar werd een kerk hermetisch afgesloten waar al 9 opeenvolgende jaren een Kerkuil broedde. 17

18 Kerkuil in Nederlands Limburg Jacques Ummels 2006 was geen echt goed jaar voor de Kerkuil. In heel Nederland is het aantal broedparen met een derde afgenomen. Ook het aantal uitgevlogen jongen was per broedsel een stuk lager dan in In de provincie Limburg was de afname nog relatief laag. Ten opzichte van 2005 werd een kwart minder broedparen genoteerd. Als we de cijfers per regio bekijken werd in Noord Limburg nog het beste gepresteerd. Hier was de afname met ca 18% relatief het kleinste. De cijfers van regio Zuid Limburg geven een onvolledig beeld. Van een vijftal werkgroepen hebben we geen of onvolledige informatie gekregen. De belangrijke gegevens van het seizoen 2006 Aantal broedgevallen Uitgevlogen jongen Regio Noord Limburg Regio Midden Limburg Regio Zuid Limburg Totaal Verloop van het aantal broedparen van de Kerkuil Tyto alba in Nederlands Limburg in de periode '96 '97 '98 '99 '00 '01 '02 '03 '04 '05 '06 Series Gemiddeld aantal uitgevlogen jongen per nest bedroeg 2,7 18

19 Vlaanderen Het broedseizoen 2006: de natuur was hard voor de kerkuilen Ludo Smets Extreme weersomstandigheden Het jaar 2006 was het warmste ooit. De gemiddelde temperatuur in Ukkel beliep het voorbije jaar 11,35 graden, waarmee een absoluut record werd gevestigd sinds het begin van de waarnemingen in Mei was nat en koud. Juli was tropisch warm met zeer abnormale waarden. Augustus kende dan weer overvloedig veel neerslag. Maar het begon al vroeg in het jaar met een uitzonderlijk sombere maand februari. Eigenlijk kende België vrij strenge wintertoestanden tot aan het begin van de lente. De oorzaak van deze uitersten wordt toegeschreven aan het broeikaseffect. Erg late aanzet van het broedseizoen Door de lang aanhoudende, maar gelukkig toch sneeuwarme winter, werden in 2006 de aantallen sterk beïnvloed. Vooral de zeer lage temperatuur in februari en maart heeft de muizenpopulaties ernstig geraakt. Het zeer koude weer, en de afname van het aantal prooidieren hebben vele uilen later aangezet tot het starten met een nest, sommigen zetten de stap zelfs helemaal niet. Slechte weersomstandigheden voor de aanvang van het broedseizoen zijn bepalend voor de grootte van de legsels. Latere broedsels zijn immers doorgaans kleiner om twee redenen; de afname van het aantal prooidieren (dus worden er minder eieren gelegd) en de mindere conditie van het vrouwtje door laag prooiaanbod. Gedragscode Alle eerste controles gaven hetzelfde resultaat. In het beste geval pas geboren jongen, meestal eieren en verschillende koppels waren zelfs nog niet begonnen aan het broedseizoen! Het was dus snel duidelijk dat de kerkuilen veel later (tot een maand en meer) gestart waren als gevolg van de nawinterse koude en natte weersomstandigheden. Hoewel onze gedragscode toelaat nesten te controleren vanaf 1 juni, besliste ik om op 12 juni alle medewerkers uitdrukkelijk te verzoeken om zéér gedisciplineerd te werk te gaan, om te voorkomen dat onder deze omstandigheden nesten zouden verstoord worden. Mijn voorstel was dan ook om het systematisch controleren uit te stellen tot 1 juli. Misschien werd daardoor hier en daar een nest met vroege grote jongen gemist, maar dat weegt niet op tegenover het verstoren van nesten waar kerkuilen later met broeden gestart zijn. Waar toch in juni verder gecontroleerd werd kregen de medewerkers speciale richtlijnen, die spontaan werden nageleefd. Controle is een must, maar de vogels komen natuurlijk op de eerste plaats, tenslotte zijn we nog altijd bezig met de uitvoering van een soortbeschermingsplan. Slechte start, dramatisch verloop En toch liep het bij vele broedkoppels nog volledig mis. Bij de nesten waar in de eerste decade van juli halfwas jongen werden gevonden, kwamen er heel wat jongen in de problemen door de tropische temperaturen die de kop opstaken. Nooit eerder geziene beelden heeft dit ons opgebracht van jongen die naakt lagen te braden in het nest, velen hebben juli niet overleefd. In sommige gevallen gingen alle jongen verloren in het nest, bij anderen werden de aantallen al sterk gereduceerd. Erg genoeg was het nog niet gedaan met de ellende, de weinige jongen die het tot dan toe hadden gehaald stonden begin augustus op het punt van uitvliegen. De hemelsluizen gingen open en wisten van geen ophouden. De ganse maand auustus bleef het dag en nacht overvloedig regenen, de jonge uitvliegende vogels verdronken bijna letterlijk tijdens de lesen in jachttechniek die ze van hun ouders kregen. Het mag duidelijk zijn dat dit een worst-case scenario was voor onze kerkuilen. Tijdens de najaarscontroles in december hebben we hier 19

20 en daar toch enkele eerstejaarsvogels kunnen hervangen, sterke jongen die het allemaal hebben overleefd. Dankzij de milde herfst en begin winter bleken deze vogels, net als de gecontroleerde adulten, toch in prima conditie. Hopelijk kunnen ze in 2007 zelf deelnemen aan een veel milder broedseizoen! 20

21 Resultaten 2006 Broedgevallen W O A B L Totaal Vlaanderen Gecontroleerd Vastgesteld Mislukt Vermoedelijk Totaal Detail locaties W O A B L Totaal Vlaanderen Kerk / kapel Kasteel / abdij / fort Woning / schouw Boerderij / schuur Fabriek / loods Andere Totaal Reproductie W O A B L Totaal Vlaanderen Aantal pulli Aantal nesten Gemiddelde P/N Controleplaatsen W O A B L Totaal Vlaanderen Broedgeval Aanwezig Oude sporen Niets Totaal Nestkasten W O A B L Broedgevallen in nestkasten: Percentage in nestkasten: KERKUILWERKGROEP VLAANDEREN - Resultaten 2006 Vroeger maximum : 776 broedgevallen in 2005 Totaal Vlaanderen % 51% 88% 74% 73% 78% 21

22 Verspreiding van de Kerkuil (Tyto alba) in Vlaanderen Aantal geregistreerde broedgevallen per atlashok van 8 x 10 km Kerkuilwerkgroep Vlaanderen GEREGISTREERDE BROEDGEVALLEN Kerkuil Tyto alba in Vlaanderen '82 '83 '84 '85 '86 '87 '88 '89 '90 '91 '92 '93 '94 '95 '96 '97 '98 '99 '00 '01 '02 '03 '04 '05 '06 aantal

23 Berichten uit de provincies Oost-Vlaanderen De re-introductie van de Slechtvalk was een goede zaak. Het plaatsen van nestkasten voor deze vogelsoort op immitatie rotswanden zoals kathedralen, koeltorens, watertorens, had en heeft nog steeds een overweldigend succes op de uitbreiding van de Slechtvalk in Vlaanderen. Dat hiermee een strijdwapen werd gevonden tegen de massale stadsduiven was graag meegenomen. Maar dat ook de Kerkuil ten prooi kon vallen, kon niemand toen vermoeden. Bij kontrole van de nestkasten vond men in de nestkast van St Baafs in Gent restanten van Kerkuil als prooi. Hierbij werd deze als 29ste prooisoort van de Slechtvalk opgetekend. De Kerkuil heeft het moeilijk in de regio Zuid-Waasland mede door een tekort aan geschikte nestgelegenheid. De enthousiaste kerkuil medewerkers Marc Aerts en Eddy De Taey hebben daar iets op gevonden. Met de financiële steun van Cera kon een samenwerking worden opgezet met de VTS 3 school uit Sint- Niklaas voor het maken van 10 nestkasten voor Kerkuil. De leerlingen en de vakleerkracht zijn opgetogen over het project. De jongeren krijgen een prima praktijkoefening en worden daarnaast gesensibiliseerd m.b.t. het behoud van een unieke vogelsoort. Niet enkel bij het vervaardigen, maar ook bij de plaatsing van de nestkasten in schuren of kerktorens worden de leerlingen betrokken. De locaties werden tussen 1 januari en 15 maart 2006 bezocht en getest naar hun geschiktheid door het baltsroep-onderzoek. Daarbij wordt de baltsroep van de Kerkuil afgespeeld waarop in gunstige gebieden door de aanwezige Kerkuilen wordt gereageerd. In dergelijke gunstige locaties wordt contact gezocht met landbouwers, kerkfabrieken en privé-personen met de vraag of er interesse is voor het plaatsen van een nestkast voor Kerkuil. Een uilenavond in Belsele bracht 80 geïnteresseerden uit de regio bijeen om meer te vernemen over Steenuil en Kerkuil. 23

24 Waar gebeurd een verslag van Peter Vande Putte: Toen wij thuis kwamen voorbije zomer van drie weken vakantie was gans de buurt verontrust door vreemde geluiden die uit de tuin van mijn buur kwamen. De buurvrouw durfde haar bloemen in voorhof geen water meer te geven wegens angst voor een verschrikkelijk dier. Sommigen denken dat er ergens illegalen liggen te slapen. Ik had al een vermoeden van waar dit kon komen. Maar vond de omschrijvingen van het geluid bizar. Ik heb mijn fototoestel in de holte van de poort van mijn buur, rechtover mijn eigenste voordeur, gestoken en achter het hoekje een foto gemaakt om te zien of er iets in zat. Jawel, 2 kerkuiljongen. Antwerpen Sinds 1981 hebben de medewerkers van de Kerkuilwerkgroep Nete- & Demervallei in 967 nesten 3053 jonge kerkuilen geringd. Ook 364 adulte kerkuilen kregen een ring om de poot. Totnogtoe leverden deze 3417 kerkuilen 1208 terugmeldingen op (35%), waarvan 108 in Bijna de helft daarvan (599) betreffen controlevangsten. Deze indrukwekkende cijferreeks levert uiteraard heel wat interessante gegevens op. Tussen de terugmeldingen van 2006 zijn weer een aantal ouderdomsdekens het vermelden waard, we vernoemen enkel de vogels van meer dan 10 jaar oud. Drie kerkuilen geringd als pullus in 1995 (H71484, H88625 en H88559) werden respectievelijk voor de 10 de, 4 de en 15 de keer gecontroleerd op een leeftijd van exact 11 jaar, 11 jaar en 24 dagen en 11 jaar 5 maand en 9 dagen. Kerkuil H71335 werd als pullus geringd in 1992 en een 2 de keer gecontroleerd op de leeftijd van 14 jaar 6 maand en 7 dagen. Helaas werd H71207 vers dood gevonden op 10 juli, dit vrouwtje werd als adult vrouwtje geringd in Ze bereikte daarmee de leeftijd van 15 jaar en 6 dagen na ringdatum, maar was dus minstens één jaar ouder. Tenslotte kon op 2 december Kerkuil H71029 voor de 6 de keer levend worden gecontroleerd. Geringd als pullus op 14/06/1990, dus op de uitzonderlijk hoge leeftijd van 16 jaar 5 maand en 18 dagen. Voor de werkgroep is dit momenteel de oudste gekende levende vogel; de vorige was 15 jaar 11 maand en 5 dagen. De oudste terugmelding voor Europa betreft een Kerkuil uit Leiden met een leeftijd van 17 jaar en 11 maanden (volgens gegevens van EuRing). In 2006 werden 20 kerkuilen opgevangen in het Vogelopvangcentrum te Herenthout. Tien volwassen vogels kwamen erg verzwakt in het opvangcentrum terecht, alsook twee nestjongen. De andere vogels waren verkeersslachtoffers en vogels die gewond zijn geraakt door vergeten prikkeldraad. Drie kerkuilen werden overgebracht naar het Natuurhulpcentrum te Opglabbeek voor verdere verzorging. Inmiddels konden 11 vogels vrijgelaten worden op verschillende plaatsen in de provincie Antwerpen. Verder werden nog 3 dood gevonden kerkuilen in het asiel binnengebracht. De Provinciale Stuurgroep Antwerpen (Provant-Kerkuilteam) heeft in 2006 een gans jaar verder doorgewerkt aan het optimaliseren van een nieuwe provinciale registratiemethodiek (Standaard Inventarisatie Formulier = SIF - digitaal) en het opnieuw op kaart zetten en hernummeren van alle gekende locaties die in de provincie worden opgevolgd. Voor het toekennen van de nieuwe nummering en het invullen van het SIF werd een handleiding geschreven. Het doel was een standaard basislijst voor elke medewerker te kunnen aanmaken en deze te bundelen op een regiolijst om dan een globale provinciale masterlijst aan de hand van deze basis regiolijsten te kunnen samenstellen. De 14 regionale coördinatoren (ReCo) kregen allemaal nieuwe stafkaarten van de kilometerhokken uit hun werkingsgebied waarop zij de locaties hebben aangeduid. Daarna werden de locaties genummerd en in volgorde op lijst gezet. Historisch was 24

25 het aantal controleplaatsen in de provincie Antwerpen opgelopen tot 796 in Uit het archief werden tevens nog tientallen andere locaties gecontroleerd op hun hedendaagse toestand. Alle opgemaakte regiolijsten werden vervolgens samengeplakt en vergeleken met de 796 gekende locaties. Enkele dubbel getelde locaties, locaties die in het kader van het scholenproject slechts éénmalig werden gecontroleerd (en niet geschikt bleken) en verdwenen locaties of plaatsen die niet meer toegankelijk of gekend zijn, werden geschrapt. Na deze grondige opkuisbeurt kon uiteindelijk een upto-date provinciale masterlijst worden samengesteld, die nog 701 locaties bevat. Deze werden in 2006 allemaal gecontroleerd. De masterlijst is een zeer gebruiksvriendelijk werkinstrument geworden waarmee de jaarlijkse gegevensverwerking van de broedvogelinventarisatie een koud kunstje is tegenover vroeger! Muizenruiters en hooi- of houtmijten vormen nog altijd een ideaal hulpmiddel om de voedselsituatie in de onmiddellijke omgeving van broedplaatsen te verhogen. Een ruiter biedt onderkomen aan allerlei dieren, waaronder muizen en zelfs ratten. In moeilijke perioden, bijvoorbeeld bij langdurige neerslag, hebben de sedentaire uilen betere overlevingskansen door het continu ter beschikking blijven van voedsel op een vaste stek in de omgeving van hun broedplaats. Ook voor jonge kerkuilen die hun eerste jachtpogingen samen met hun ouders ondernemen, zijn ruiters een geschikt oefenterrein. Verschillende locatiehouders in onze provincie hebben statige exemplaren opgezet (zie foto s) Ruiter in tuin omgeven door houtkanten, een ideaal en veilig biotoop 25

26 Ruiter met schuur op de achtergrond, broedplaats in nestkast op 20 m. 26

27 Limburg Ringwerk Het ringen van jonge Kerkuilen levert vaak interessante gegevens op. Van 2 dicht bij elkaar gelegen broedlocaties in Voorshoven (gemeente Maaseik) kwamen reeds volgende terugmeldingen binnen: pullus met ring H geringd op 10/6/2002 in een nest van 6 pulli: werd gecontroleerd als een broedend wijfje in een nestkast in Geel op 9/7/2003 (49 km) en nogmaals op deze plaats op 17/1/2004. pullus met ring H geringd op 26/6/2004 geringd in een nest van 2 pulli; werd dood teruggevonden in Sains-du-Nord (Nord) in Frankrijk op 13/3/2006 (afstand = 165 km). pullus met ring H geringd op 27/7/2005 in een nest van 5 pulli: werd dood teruggevonden in Gouzon (Creuse) in Frankrijk op 21/12/2005 (afstand = 605 km). pullus met ring H geringd op 11/6/2005 in een nest van 5 pulli: werd gekwetst teruggevonden in Neeroeteren op 17/9/2005 (4 km) en kwam in het Natuurhulpcentrum van Opglabbeek terecht voor revalidatie. Broer of zus met ring H had minder geluk en werd dood aangetroffen in Kinrooi op 17/8/2005 (6 km). 27

28 Eigenzinnige mensen Meestal hebben we zeer goede contacten met de pastoors en de kerkfabrieken. Maar soms ontmoeten wij toch zeer eigenzinnige mensen. Zo mochten we een nestkast plaatsen in de kerk van Eisden (Maasmechelen), gelegen aan de rand van een mooi kleinschalig landschap, ideaal voor een Kerkuil. Maar mijnheer pastoor zag na enige tijd vanuit zijn keukenraam dat duiven in deze nestkast kwamen slapen. Hij heeft deze kast onmiddellijk afgesloten, half gedemonteerd en ons gevraagd deze terug mee te nemen. Met geen enkel argument konden we hem overtuigen om deze kast te laten staan. Toen we enkele jaren later gingen aanbellen aan de pastorie van Zutendaal met de vraag om een nestkast te plaatsen in de kerk was onze verbazing groot toen diezelfde pastoor kwam opendoen. Indien jullie mij 100% kunnen garanderen dat hier alleen Kerkuilen in komen nestelen dan mogen jullie een kast gaan plaatsen in mijn kerk. Zoniet heb ik liever dat jullie hier wegblijven.... Wij hebben hier geen nestkast geplaatst, het moet ook nog plezierig blijven. In een andere kerk in de gemeente Maasmechelen kregen we nooit toelating om een nestkast te plaatsen. Van de kerkfabriek mocht het wel maar mijnheer pastoor was er tegen en om de huisvrede te bewaren kon het dus niet. Enkele jaren geleden, na het overlijden van mijnheer pastoor, stelden we de vraag opnieuw en nu staat hier een nestkast midden op het schip. 28

29 Zit Vlaanderen met opgefokte spitsmuizen? Johan Lefebvre Kerkuilen en literatuur gaan goed samen. Als je eens nagaat wat er allemaal reeds over kerkuilen is geschreven dan zul je versteld staan hoe werelds de Kerkuil wel is. In elk continent is deze vogelsoort uitvoerig bestudeerd en in tientallen boeken beschreven. En toch we weten nog niet alles van deze soort. Wat opvalt, is dat elk boek meldt dat de Kerkuil sterk afhankelijk is van de woelmuizenpopulatie. In Europa wegen woelmuizen gemiddeld 30 gram tegenover de spitsmuizen die gemiddeld maar 10 gram wegen. Als uil is de rekensom snel gemaakt. Als je dagelijks je buikje moet vullen met gemiddeld 80 tot 100 gram voedsel ben je beter af met 3 vette woelmuizen dan met 8 à 10 spitsvlugge muisjes. De 3-4 jaarlijkse cyclus van de woelmuizen ging veelal samen met de broedpopulatie pieken van de Kerkuil. De conclusie is dan snel gemaakt : de woelmuizen vormen de hoofdmoot voor het broedsucces van de Kerkuil. In Nederland is dit voornamelijk de Veldmuis. Veel Vlaamse pluizers zullen ondertussen al hun wenkbrauwen fronzen. Zij zullen beamen dat in Vlaanderen de Veldmuis eerder beperkt is tot onze Polders en hier en daar in het Haspengouwse. De gevonden aantallen zijn dan nog meestal niet spectaculair in vergelijking met Nederland. In Vlaanderen stellen we vast dat niet de woelmuizen de hoofdmoot vormen maar wel de spitsmuizen. Het rare is dan nog wel dat onze kerngebieden echte spitsmuishaarden zijn (Huisspitsmuis). De andere woelmuis, de Aardmuis doet het goed in Zuid-Oost-Vlaanderen maar de Kerkuil volgt hem daar niet in. Zijn in onze kerkuilkerngebieden de spitsmuizen opgefokt? Dit vraagt toch een nadere analyse. De kerngebieden van de Kerkuil die we in Vlaanderen kennen zijn : de Polders, de bloemenstreek tussen Gent en Sint- Niklaas en Nete- & Demervallei. De Polders is het gebied waar we de Veldmuizen terug vinden en dus mogen we daar wel degelijk een kerngebied voor de Kerkuil verwachten. In de bloemenstreek tussen Gent en Sint-Niklaas daarentegen is het voornamelijk de Bosspitsmuis en in Nete- & Demervallei de Huisspitsmuis die we in de braakbalanalyses terugvinden. Dit maakt dat we al één stelregel kunnen hanteren voor het bepalen van een kerkuilkerngebied. Het voedselaanbod van 1 bepaalde soort (Huisspitsmuis, Bosspitsmuis of Veldmuis maar dit kan ook Aardmuis, Bosmuis, of andere zijn) moet over een groot gebied in de braakbalanalyses naar voren komen. De overige streken hebben ook een typerende muizensoort maar dit is minder uitgesproken. Ze worden gekenmerkt door een grotere variatie tussen de verschillende lokaties binnen deze streken. De verscheidenheid in soortensamenstelling en aantallen is groter. De kerkuillocaties liggen meer verspreid, ze vormen geen dichte gebieden. Wanneer we de Nete- & Demervallei nader bekijken dan stellen we vast dat dit gebied vooral gekenmerkt wordt door lintbebouwing, de dorpen liggen als een ketting langs de valleien. Het aandeel bewoning met aanpalende tuintjes en parklandschappen ligt er hoog. M.a.w. er zijn veel mogelijkheden tot het vinden van hun favoriete voedsel aldaar, de Huisspitsmuis. En er is veel broedgelegenheid. Wanneer we naar de niet kerngebieden kijken waar de Huisspitsmuis het goed doet maar niet zo uitgesproken als in Nete- & Demervallei, dan merken we al gauw dat de bewoning zich beperkt tot losliggende dorpen (Oost- Vlaanderen) of verspreide bewoning (West-Vlaanderen). De omliggende gebieden zijn gevarieerd. Dit is evenzo in de niet-kerngebieden in de andere provincies. Dit uit zich dan ook in de braakbalanalyses waarin we tussen de analyses van nabije dorpen toch wat verschillen kunnen vaststellen. Terwijl in de kettingdorpen in Nete-Demer de analyses nagenoeg gelijk zijn. 29

30 Wat maakt nu dat niet alleen de Veldmuis of de woelmuizen maar ook de spitsmuizen de hoofdmoot vormen in de bepaling van de broeddensiteit van de Kerkuil? Het is niet het gewicht dat bepaalt of een Kerkuil succesvol zal zijn maar wel de kwantiteit van een soort. Als het gewicht van de prooien gemiddeld meer is, dan is dat uiteraard graag meegenomen. Maar een Kerkuil kan vooraf niet inschatten hoeveel een muis weegt vooraleer hij die vangt. Wel kan hij auditief vaststellen of een bepaald gebied meer muizen te bieden heeft dan een ander. Kettingdorpen getypeerd door hun lintbebouwing herbergen meer bewoners met tuintjes, de geliefkoosde plaats voor Huisspitsmuizen. Typerend is dan ook dat de Kerkuil zal broeden dicht (500 meter) bij zijn voornaamste voedselbron. Kerken in dorpen (spitsmuizen), schuren en boerderijen voor weilanden (Veldmuizen of Bosspitsmuizen). De regio Nete- & Demervallei kent eigenaardig genoeg een hoge bebouwingsdichtheid vergeleken met de rest van Vlaanderen (de steden uiteraard niet meegerekend). Dit maakt dat er veel nestgelegenheid is met een rijke variatie aan valleigronden. De overige streken van Vlaanderen zijn eveneens gekenmerkt door valleien maar met eerder verspreide bewoning afgewisseld met kouterlandschappen. Dat maakt dat de Kerkuil geen grote aaneengesloten populaties van spitsmuizen aantreft en tevens dat de nestgelegenheid meer verspreid ligt in deze regio die dan sterk afhankelijk is van de hoeveelheid voedsel welk in de nabijheid kan gevonden worden. Een voorbeeld van 2 kaartjes uit Geo- Vlaanderen het online kaartenkabinet van de overheid moet dit verduidelijken. Nete- & Demervallei vallei: sterke aanwezigheid van bewoning (zwart) in de vorm van linten langs groene valleien (grijs). 30

31 Identieke schaal regio ten noordoosten van Deinze: verspreide dorpen (zwart) en losse bewoning omgeven door een eentonig wei- (licht grijs) en akkerlandlandschap (wit). Conclusie: Toch geen opgefokte spitsmuizen in Vlaanderen maar duidelijk ruimtelijke verschillen die men in het veld niet merkt. Beide regio s komen groen en Kerkuil vriendelijk over. Maar met deze abstracte helikopter views merkt men toch enorme verschillen op. 31

32 Aantal broedgevallen versus zachte winters: vervolg Paul Laeveren Voortbordurend op mijn verhaal van vorig jaar meen ik te kunnen stellen dat in 2006 verschillende klimaatparameters wel degelijk een meetbare invloed hebben gehad op onze kerkuilenpopulatie. Toen ik in februari 2006 het artikel aan het schrijven was voor de vorige nieuwsbrief, voorspelden we reeds dat als het koude en sombere weer op dat moment nog langer zou aanhouden, het wel eens een slecht jaar zou kunnen worden voor de Kerkuil. Nu bijna een jaar later, wanneer ik het artikel voor deze nieuwsbrief aan het schrijven ben, (het is 9 januari 2007) is het buiten meer dan 14 Celsius. We weten nu dat onze voorspelling werd bevestigd: het was een zeer slecht uilenjaar, zelfs voor alle muizeneters. Hoe verliep het voorbije broedseizoen, en wat ging er mis? We zetten alles even op een chronologisch rijtje. Januari 2006: kende maar liefst 20 vorstdagen. Het was wel uitzonderlijk droog en toch nog vrij zonnig met een gemiddelde temperatuur van 1,7 C. Februari 2006: kende abnormaal weinig zon (slechts 30 uur i.p.v. normaal 77,5 uur). Het was dus veel kouder dan normaal met een gemiddelde temperatuur van 2,3 C. i.p.v. 3,5 C. Bovendien viel er meer neerslag dan normaal en werd het daardoor de somberste februarimaand sinds de opmetingen. Maart 2006: bleef ook kouder dan normaal, 4,5 C. i.p.v. 5,5 C. Maart kende 16 dagen regen, maar wel een normaal aantal uren zonneschijn. De eerste drie maanden van het jaar bleef het dus véél te koud en te nat. Het mag duidelijk zijn dat dit zijn weerslag heeft gehad op de muizenpopulaties. Zeker geen ideale omstandigheden voor de kerkuilen om aan het broedseizoen te beginnen. Vele koppels wachtten betere tijden af April 2006: eindelijk beter weer, normale temperatuur, normaal aantal uren zonneschijn, wel iets meer regendagen. Voldoende voor sommige koppels om er toch aan te beginnen. Mei 2006: een maand vol onweer. Wel warmer dan normaal met 14,7 C. i.p.v. 12,7 C., maar 20 regendagen met 115,6 l/m2 (normaal 70,3 l/m2). Het aantal uren zonneschijn lag een stuk lager dan normaal. Juni 2006: tropisch warm, temperatuur gemiddelde hoger dan normaal 17,3 C. i.p.v. 15,5 C. Een zeer droge maand met 246 uren zon, normaal 185 uren. Juli 2006: alle hitterecords verbroken. Gemiddelde maandtemperatuur 23,0 C. t.o.v. normaal 17,1 C. Het was zeer droog en het aantal uren zonneschijn 309 terwijl normaal 185 uren gemiddeld zou moeten zijn. Drie helse maanden voor onze kerkuilen die er in april toch aan begonnen waren. Tijdens controles in juli vond ik dode kuikens (warmteslachtoffers) en jongen die hun volledig donskleed hadden afgeworpen als reactie op de extreme temperaturen in de nestkasten. Toch zijn hiervan nog jongen uitgevlogen zoals achteraf is gebleken uit terugmeldingen van o.a. verkeersslachtoffers. Augustus 2006: Regen, regen en nog eens regen. Normale temperatuur. 22 regendagen met 202,3 l/m2 i.p.v. 62,7 l/m2. Zéér sombere maand. Deze maand is zeker en vast nefast geweest voor heel wat jonge uitvliegende kerkuilen. September 2006: Extreem mooie nazomer. Warmer dan normaal, zeer droog en zonnig. 32

33 Oktober 2006: Vernielende windhozen. Warmer dan normaal, het werd de tweede warmste oktober ooit. November 2006: Bloemen staan in bloei. De temperatuur lag iets hoger dan normaal, gemiddelde minimum temperatuur bedroeg 6,1 C. Normale hoeveelheden neerslag. December 2006: Nog steeds zacht. Hogere temperaturen en weinig neerslag. De ganse nazomer was dus erg kerkuilvriendelijk. De jongen die augustus overleefden konden eindelijk genieten van gunstiger omstandigheden. Ook zet januari 2007 zich vriendelijk aan, met tot nu een bonus van ongeveer 10 C. boven de normale temperatuur. Hopelijk is dit een voorteken voor een beter kerkuiljaar dan Maar dat zal zeker ook afhangen van de snelheid waarmee de muizenpopulaties zich kunnen herstellen. Immers, het zijn deze prooidieren die de eerste klappen krijgen bij slechte weersomstandigheden. Daaraan gekoppeld volgt meestal een minder succesvol broedresultaat bij zowel dag- als nachtroofvogels. Zowel prooi als predator zijn afhankelijk van de weersomstandigheden en deinen mee met deze grillen van de natuur. Uit de resultaten van 2006 blijkt een afname t.o.v met 41%. Met andere woorden, de bovenstaande klimatologische omstandigheden of oor- zaken hebben binnen één jaar de broedpopulatie met meer dan 1/3 teruggeschroefd, een invloed die kan tellen. Maar ook het nestgemiddelde ligt beduidend lager, een tweede negatief gevolg van de slechte weersomstandigheden. Echter, de uitgevlogen jongen die september gehaald hebben, kregen een grotere overlevingskans door een zacht najaar en een warme en droge winter. Dit blijkt uit de weinige verkeersslachtoffers in die periode, ten opzichte van andere jaren. Besluit: Enerzijds kunnen we stellen dat de eerste drie maanden van het jaar alsook de maand mei bepalend zijn geweest voor het al dan niet broeden van vele koppels, maar ook nefast voor een aantal broedgevallen van kerkuilkoppels die er wel aan begonnen waren. Dit laatste wordt bevestigd door het veel hogere aantal mislukte broedgevallen dan normaal. Juni, juli en augustus anderzijds, zijn drie maanden die hun invloed hebben gehad op het reproductiecijfer, het aantal overlevende jongen. Ook dit vinden we terug in een lager nestgemiddelde dan normaal. Als we nu kunnen besluiten dat we het broedsucces kunnen voorspellen aan de hand van deze parameters, dan belooft dat nog iets te worden nu er bijna elke maand een record op weerkundig gebied gebroken wordt, hetzij in positieve zin hetzij in negatieve zin. Iets wat we de komende jaren zeker zullen blijven opvolgen Geraadpleegde bron (weerkundige gegevens): Het Laatste Nieuws. 33

34 Een volksverhaal uit de Antwerpse Kempen Staf Heurckmans Tientallen jaren geleden kon je met de fiets langs een hobbelig veldpaadje rechtstreeks van Sluis naar de Corbiestraat. In de volksmond stond dit paadje bekend als het sjokkelpedje. Op dit traject stond de Sint-Antonius kapel. In de loop der jaren is dit paadje stilaan verdwenen. De kapel raakte steeds meer ingesloten, totdat ze bijna niet meer bereikbaar was. Door de tand des tijds raakte het kapelletje volledig in verval Dankzij de aankoop van een smalle strook grond heeft het gemeentebestuur nu opnieuw een toegangsweg naar deze kapel gerealiseerd. Met het opknappen van de kapel wil het gemeentebestuur dit historisch waardevolle gebouw terug in ere herstellen Maar wat was hiertoe de aanzet, en wat hebben kerkuilen hiermee te maken? De Kempenaars uitten destijds hun devote gevoelens door de bouw van allerlei kapelletjes. De mensen trachtten hun gevoelens verder gestalte te geven door gebruik te maken van alle mogelijke vormen, kleuren en bouwmaterialen. Tegenover elke kwaal stond er trouwens wel een heilige op de kalender. In elk gehucht vind je tot op de dag van vandaag nog heel wat getuigen van deze Christelijke gebruiken. Onderzoekers stellen vast dat mensen ook nu nog vaak verpozen bij of in deze heiligdommen. Ze mediteren, branden kaarsen of prevelen een gebed. In 1898 bouwde een godvruchtig persoon in Mol-Sluis een 12 m² grote Sint- Antoniuskapel. De weg waarlangs de kapel gebouwd werd, noemde men Schokkelpad. Geleerde mensen beweren dat dit een weg zonder begin of einde is, en om aan de kapel te geraken moest men inderdaad heel veel sjokken. Toon Kinnaer, een ijverige Molse heemkundige, schrijft in 1982: Tussen verwilderde struiken en stevige berkenbomen treffen wij een verwaarloosde kapel aan. t Was alsof Toontje, patroonheilige van de verloren voorwerpen, zijn eigen kapel verloren was! De eerste decennia na de bouw moet er echter een grote toeloop geweest zijn. Ondanks alle reparaties en de goede wil van heel wat buren, verdween langzaam de belangstelling voor ons Toontje. De kapel werd zelfs onbereikbaar voor de nog eventueel opduikende bedevaarders. Kerkuilen hebben echter geen Schokkelpad nodig. De verlatenheid en de ingesloten ligging van de Sint-Antoniuskapel kwam onze Tyto alba zelfs goed uit. Maar de tand des tijd vrat steeds meer aan het gebouwtje, vooral het dak was een zeef geworden. Swa Heylen, de Molse uilenman en speurneus nummer één, vond het welletjes. Hij vreesde dat zelfs onze nachtbrakers de locatie te slecht zouden gaan bevinden om er nog een kroost in onder te brengen. Met enkele kompanen trok onze 78-jarige Swa naar de kapel om er de meest noodzakelijke herstellingen uit te voeren zodat z n gevederde vrienden tenminste droog zaten. Misschien een beetje onbewust gaf deze ingreep de aanstoot tot een dossier tot volledig herstel van dit devotioneel plekje. Het nieuws kwam andere natuurliefhebbers, heemkundigen, cultuur- en toerismefans ter ore. Er werden contacten met het gemeentebestuur aangeknoopt en na veel overleg zijn de herstellingswerkzaamheden en de toegankelijkheid ondertussen in een eindfase beland. Maar de uilen zijn daarbij zeker niet vergeten. Swa is er immers steeds als de kippen vroeg bij om de 34

35 huisvesting van zijn troetels te waarborgen, daar kan gewoon niemand in Mol en verre omstreken omheen. En er is meer. Begin augustus komt Swa bij mij binnengewaaid. Een brede glimlach siert zijn aangezicht, onder zijn arm knelt een groene doos. Eens binnen haalt hij er meteen een heiligenbeeldje uit. En ja, die heilige in kwestie ken ik. Hij houdt namelijk in zijn rechterhand een lelie vast, dus is het ons Toontje, Antonius van Padua. Die werd eind van de 12de eeuw in Lissabon geboren en overleed in 1231 in Padua, vandaar zijn naam. In de volksdevotie is hij de patroonheilige van de verloren voorwerpen. Ook in weerspreuken is hij terug te vinden: Sint-Antonius nat, drinkt de boer zich zat, maar als de zon schijnt, veel zorg van de boer verdwijnt. Uitkijken dus op 13 juni, wanneer z n naamfeest op de kalender prijkt! Uit dankbaarheid voor al het geleverde werk van zovele mensen waartoe Swa de aanzet gaf, wil hij dit beeldje nu aan deze gerestaureerde kapel schenken. Op die manier hoopt hij dat Toontje vanaf nu terug over zijn uilen zal waken zodat deze niet verloren gaan. Ze zullen Swa zeker dankbaar zijn voor zoveel genegenheid, als uilentranen bestaan wordt daar weldra eentje weggepinkt. Deze Sint-Antonius van Padua mag niet verward worden met de Antonius-Abt, die met een varken staat afgebeeld. Dat is de beschermheilige van veefokkers en schilders (feestdag 17 januari). Er bestaat ook nog een Antonio Maria Zaccaria, de stichter van de Barnabieten. Dit is een van die ordes die enkele kerkhervormingen wilden doorvoeren tegen de overal om zich heen grijpende Reformatie (feestdag 5 juli). N.v.d.r.: Op Zondag 24 juni 2007 wordt de Sint-Antoniuskapel in ere hersteld door een feestelijke inzegening georganiseerd door het Molse gemeentebestuur. Het heiligenbeeldje van onze Swa zal dan in de kapel gedragen worden en op een sokkel gezet. De sokkel wordt geschonken door de Kerkuilwerkgroep Vlaanderen. 35

36 Op zoek naar een nieuwe stek? An Melis Op een mooie lenteavond vertrokken Mieke en ik richting Heultje. Waarom? Een vriendelijke dame had het VOC van Herentout even daarvoor opgebeld. Ze vertelde ons dat ze vreemde geluiden hoorde in haar nieuwe dampkap. Dit was al het hele weekend het geval geweest. Haar man had wijselijk aangeraden deze toch best niet meer op te zetten en één of andere instantie te bellen Ter plaatse aangekomen troffen we een mooie verbouwde boerderij aan. De dame leidde ons naar de splinternieuwe keuken en toonde ons de plaats van waaruit volgens haar de geluiden werden voortgebracht. Je kan het al raden: we hoorden niets. Maar soms hebben we toch een beetje geduld en ja hoor,na een tijdje liet de vogel zich toch heel even zwak horen. Je hoorde hem bewegen Daar het een ingebouwde dampkap was, probeerden we eerste onze kans te wagen langs de schouw. Dit leek ons véél eenvoudiger. We hadden een handige truc geleerd van het Natuurhulpcentrum van Opglabbeek met een vliegenvanger. We klommen als twee atletische pieten van de Sint op het dak. We kregen echter niets te pakken. Dus terug richting keuken Er zat niets anders op dan de ingebouwde dampkap er helemaal uit te halen. Drie sterke vrouwen en twee enthousiaste kinderen slaagden erin deze zware installatie uit de schouw te heffen. In de schouw vonden we enkel takken. Een dappere Kauw die zijn nest probeerde te maken? Misschien, zei de slimste van ons (wie dat ook mocht zijn ), zit de vogel in de dampkap zelf. Mieke voelde in de smalle opening en inderdaad, ze kon 2 vogelpoten voelen. Daar de eigenares bang was dat de vogel zou ontsnappen in haar nieuwe keuken,droegen we de hele dampkap naar buiten. We vezen ze open en ja, daar,tussen 2 schijven in zat de Kerkuil. (Ocharme, elke keer dat de dampkap had opgestaan, werd de Kerkuil verder naar beneden getrokken.) De Kerkuil leefde gelukkig nog. Mieke controleerde direct of hij niets gebroken had. Op het eerste gezicht viel alles nog mee. Het rare van dit alles is,dat vlak naast de boerderij een prachtige schuur staat met een ideale invliegopening voor de Kerkuil. Tja Na enkele dagen revalidatie in het vogelopvangcentrum van Herenthout kon de Kerkuil weer vlotjes als een misschien zijn les geleerde - Kerkuil gaan vliegen. 36

37 Kerkuilenvervolging in Woumen Aurel Vande Walle Niet alleen over het verjagen van honden uit de kerk moest de kerkmeester zich bekommeren, maar ook over het weren van uilen die in de toren of het kerkdak hun schadelijke intrek hebben genomen. Deze kerkuilen waren een ware plaag geworden, want we vinden regelmatig in de kerkrekeningen betalingen voor het schieten of vangen van deze ongewenste hoge gasten. De kerkmeester telde niet minder dan 20 schellingen parisis neer voor elke geschoten of gevangen kerkuil. Hun aantal was blijkbaar vrij groot. In 1662 werd betaald voor 8, in 1663 voor 5 in 1753 voor 13, in 1772 voor 8 geschoten of gevangen uilen. In 1685 werden door Pieter van Woumen, smid in de gemeente, vier roosterkens aan de kerk geleverd dienende om de huijlen (sic!) te stoppen aan de goten. Bij deze jacht verkeerden koster en kerkbaljuw ongetwijfeld in een bevoordeelde positie door hun vertrouwdheid met het kerkgebouw. In 1662 schoot kerkbaljuw Laureins de la rue 7 uilen neer waarvoor hij 12 ponden parisis opstreek. In 1671 nam koster Jacob Lechat er 7 voor zijn rekening. Het volgend jaar werd hij samen met Andries Seysier betaald voor het neerschieten van 8 kerkhuijlen. In 1731 roofde koster Mattheus Blomme 7 jonge kerkuilen, wat hem 12 ponden parisis aan premie opbracht. Ook anderen dan koster en kerkbaljuw namen deel aan de jacht. Zo ontving Jacques Beauprez in 1663 vier ponden parisis voor het schieten van vier kerkhuijlen. Na 1755 daalde het aantal jaarlijks geschoten of gevangen kerkuilen. In 1780 betaalde de kerkmeester voor het laatst een beloning voor het schieten van deze schadelijke vogels. 37

38 Een toptransfer in De Lovie Wim Parmentier De kroonlijst In De Lovie in Poperinge, een woonpark voor mensen met een mentale handicap, heeft jaren een koppel kerkuilen gebroed in de kroonlijst van een oud gebouwtje. Ze konden erin komen dankzij een verdwenen dakpan. Jaren geleden, juni 1998 zat ik samen met enkele bewoners naar het voetbal te kijken op TV. Plots hoor ik zoiets als een windvlaag buiten. Heel vreemd. Ik ga kijken wat er aan de hand is. Ik kom buiten en kan nog net mijn kop intrekken voor een voorbijscherende en krijsende Kerkuil. Wauw, denkt de vergevingsgezinde natuurfreak in mij, een Kerkuil. Hier. Te midden De Lovie. Een levende, echte Kerkuil. Ik ben beginnen te zoeken en vond hun logement, de kroonlijst, waar ik me nog eens half dood schrok door een rauwe kreet van kom-niet-dichterbij. Later die avond stelde ik vast dat ik de uilen en hun gebroed kon bekijken vanuit onze begeleidersslaapkamer. Vele nachten heb ik het gedaan. Vele nachten zaten ze daar : 1, 2 of 3 kerkuilen die soms wegvlogen, soms thuiskwamen Een Kerkuiltje vangen op de gevoelige plaat Een volgende logische stap was om die uilen te kunnen fotograferen: op predigitale wijze. Op mijn vraag vond ik De Lovie bereid om wat extra belichting aan te brengen in de omgeving van het nest. Kwestie van voldoende luxe te hebben voor de foto s. Ik slaagde erin om 6 mooie analoge foto s te nemen van de oudervogels die uit het gat kwamen en wegvlogen op zoek naar prooien en van de jongen die gezellig rond het gat kwamen en er bleven zitten. Slecht nieuws Maar toen kwam het bericht dat binnen afzienbare tijd het kerkuilen-kroonlijstnest-gebouw tegen de grond zou gaan. Er stond nog geen exacte datum op, maar of we t in ons achterhoofd wilden houden. We zijn dus noodgedwongen op zoek gegaan naar een andere mogelijke nestplek. Deze kwam er in de vorm van een mooie uilennestkast, gebaseerd op de klassieke nestkast die met eertijds Wielewaal en nu met Natuurpunt opgehangen worden. Een mooie nestkast met vele pluspunten. Maar de uil had er geen boodschap aan. Ah nee, ze had beter : de kroonlijst. De overstap naar die nieuwe uilennestkast is dan ook nooit gelukt. Ook nu zijn het slechts de duiven die er gebruik van maken. Hoogst interessante randinformatie Op een zaterdag een paar jaar geleden ga ik mee op uitstap vanuit Esenkasteel naar Zeeland, i.v.m. Buitengewone Vogels. In de grote schuur van de laatste hoeve die we bezochten, hingen maar liefst 2 nestkasten. Waar kon dat goed voor zijn? Je kan toch geen 2 broedende koppels kerkuilen hebben, familiair bij mekaar in dezelfde schuur. Die beesten staan toch wel op hun territorium en privacy! Nog gekker keken we toen de boer en zijn boerin in hun vertrouwd klinkend half-westvlaams uitlegden dat deze 2 nestkasten daar bewust voor 1 koppel hingen. In een goed voedseljaar namelijk met grote muizenvoorraad kan 1 koppel kerkuilen 2 broedsels grootbrengen. Van zodra de jongen van het eerste broedsel al eens alleen in t nest kunnen achterblijven terwijl vader op jacht trekt, kan moeder aan een tweede broedsel beginnen. Maar niet in dezelfde nestkast. Ah nee, want dan vreten de grote jongen hun kleine broertjes en zusjes meteen op van zodra deze uit hun ei kruipen. Een tweede nestkast op een kleine afstand van de eerste is in dit geval een gedroomde uitwijkmogelijkheid. Verhuispoging In de zomer van 2005 bleek een verhuis plots hoogdringend. We planden een transfer van het nest-met-jongen naar de lege uilennestkast. Tot iemand ons in niet mis te verstane bewoording kenbaar maakte dat wat we van plan waren te 38

39 doen illegaal was. De operatie Transfer zelf werd dan maar afgeblazen. Omdat wij met nogal wat deelnemers een voorbeeldfunctie hadden in de streek en de plaatselijke natuurverenigingen, konden wij onszelf moeilijk verbranden. De koe bij de hoorns gevat De uil zat er en moest weg, want t gebouw moest weg. We zijn dan maar uitgegaan van de psychologie van het uilenpaar en van een paar vaststellingen. Niet meer vanuit het standpunt van ons, mensen, maar gewoon van wat we ter plaatse geleerd hadden en wisten uit de kerkuilen-literatuur : - onze Lovie-kerkuilen broeden al sinds vele jaren in de kroonlijst. - van nature zijn kerkuilen spelonkenbroeders, tot zelfs 10m. diep in rotskloven. - onze klassieke nestkast kent geen succes, voldoet dus duidelijk niet aan de wensen van dit koppel. Besluit: als we ze nu eens een kopie van zo n kroonlijst zouden geven op een goede plek niet te veraf? De plek werd gevonden. Het voorstel werd op papier gezet en goedgekeurd door de direktie van De Lovie. De houtspecialisten van de technische dienst gingen aan de slag en al vlug kwam de nieuwe kroonlijstnestkast er. Er werd ook overeengekomen om de oude nestplaats uilendicht te maken na het broedseizoen en dat de nieuwe er op dat ogenblik ook al zou hangen. Dat er aldus 2 nestkasten dicht bij elkaar zouden hangen, leek mij, uitgaande van de ervaring in Zeeland, geen overbodige luxe. Zeker niet toen we op een dag een telefoontje kregen van mensen van de technische dienst of van de groendienst: dat ze een dood uiltje gevonden hadden aan de achterkant van het kroonlijstgebouwtje. Duidelijk een jonge Kerkuil. Maar nog te klein om al te vliegen. En aan de achterkant op de grond gevallen. Na controle merkten we pas dat de uilen ook daar konden broeden, als de drang echt groot was. Zo n tweede broedsel, weet je wel. We herinnerden ons op slag de uitspraken van de mensen van de groendienst dat ze soms aan de achterkant geluiden gehoord hadden. Er moeten dus regelmatig 2de broedsels geweest zijn. Nog voor wij het experiment met de twee nestkasten echt probeerden was t al jaren ongeweten vanzelfsprekend. Vijf voor twaalf Woensdag 15 november was het zover. Het kroonlijstgebouwtje gaat tegen de grond. Vandaag niet, dan zeker morgen. Dirk, een collega natuur-verslaafde, heeft al de achterkant gecontroleerd op eventueel achtergebleven kerkuilen. Maar geen gevonden. Wel nogal wat braakballen, waaronder een aantal die redelijk vers leken. Zelf wilde ik wel eens weten hoe een kroonlijst die jaren bewoond werd door een kerkuilenfamilie - slordige nestbevuilers nota bene - oogt. Vanmorgen ging ik dan de hoogte in met den Merlo. De onderste rij dakpannen losgewrikt en uitgehaald en wat ik zag was de moeite: een knekelhof van jewelste. Ik schat dat de hele kroonlijst uit zo n 20 segmenten van 50 op 40cm bestaat, met tussenin telkens een 8 cm brede dakspant. Elk segment lag gewoon vol voornamelijk uiteengevallen braakballen op een grijs bedje van kalk. Een dikte van 2 tot 6 cm. Niet te schatten hoeveel duizenden zangvogeltjes- en muizenbotjes er daar een laatste rustplaats gevonden hebben. Er lagen ook nog hele skeletten tussen van vermoedelijk voortijdig gestorven kerkuilenjongen, ander gevogelte en ratten. Opvallend was ook nog dat uit vele grijsgedroogde braakballen de chitinemantel van uit hun wormenstadium gekropen vliegbeestjes staken. Wormen die zich zullen gevoed hebben met de eetbare stoffelijke resten in de verse braakbal. Top of the bill Terwijl ik zo in de veilige kooi van den Merlo stond vlug de kans gegrepen om de twee nieuwste kerkuilennestkasten te controleren op bewoning. De zogenaamde duivennestkast zat bedolven onder een dikke laag duivenmest en had een nest met 3 warme eieren. De nieuwe kroonlijstnestkast toonde, in het eerste derde dat we open deden, heel wat donkere, verse kerkuilenbraakballen die mij het beste deden vermoeden. Het middenste derde hebben we dicht gelaten. Niet gecontroleerd. Dus daar blijft een ongekend mysterie bewaard. Net voor we het laatste derde openden, verwittig- 39

40 de ik mijn collega dat er wel eens een uil uit kon vliegen. Dat hij niet moest schrikken. Zelf zette ik mijn fototoestel klaar. We deden de klep omhoog en... waarachtig. Er vloog een prachtige, 100% reële, volwassen Kerkuil uit. Eigenlijk viel hij eerst en sloeg pas dan vliegensvlug zijn vleugels uit. De nestkast is na minder dan 1 jaar duidelijk geadopteerd. En dat is het nieuws waar we toch wel echt op uit waren. Een mooie Pyrrhusoverwinning Zat er een tweede exemplaar in de nestkast? Waren er sporen van een mislukt broedgeval van de kwakkelzomer van 2006? Zijn er sporen van een actueel beginnend broedgeval? Geen tijd voor genomen. En daar gaat het mij niet om. We hebben met succes een Kerkuil van de ene, half-natuurlijke, broedplaats naar een origineel kunstnest kunnen doen verhuizen. Op eigen kracht. Een eigen, weliswaar ietwat geforceerde, keuze. Op tijd. Deze vaststelling maakt weer heel wat streven de moeite waard. Al is t maar 1 succes tussen heel wat nederlagen in ons jarenlange engagement voor de natuur overal te lande en daarbuiten. Gek dat een mens zich goed kan voelen omwille van een simpel koppel kerkuilen? Dankwoordje Mocht ikzelf een Kerkuil zijn, ik gaf iedereen die in de transfer-actie betrokken was een pluim voor de manier waarop deze netelige situatie een successtory werd. Mijn oprechte dank aan alle mensen die hun kerkuilsteentje bijgedragen hebben. Zo in het bijzonder aan de mensen van De Lovie voor hun welwillende en verregaande logistieke steun. Mogen we er jullie aandacht op vestigen dat De Lovie een privé-domein is ten dienste van de mensen die er verblijven. Uiltje, uiltje Wat bekje, wat muiltje Waar piep je, waar schuil je Waar blijf je, wat ruil je De Lovie voor een ander Die je liefde claimt Uiltje, uiltje Blijf hier want anders Raak je ontheemd En wij van t Uilendom vervreemd 40

41 Het verhaal van 101 kerkuilen Kris Degraeve Deze bijdrage geeft het chronologisch relaas weer van het dispersiegedrag van een denkbeeldig broedsel van 101 kerkuilen in Engeland die allen met succes het nest hadden verlaten. Hun verdere levensloop werd opgevolgd. Het is een verhaal geworden van tien kleine negers. verlaten, sommigen zijn nog onervaren maar de meesten zijn nu onafhankelijk van de adulten en trekken de wijde wereld in. Tweeëntachtig kerkuilen zijn nog in leven. Dag 6-30 (zomer) De meeste van de 101 kerkuilen die werden opgevolgd, verlaten in deze periode het nest. Na slechts zes dagen verdrinkt het eerste slachtoffer dicht bij de nestruimte (6d./<1 km). Een andere kerkuil verlaat bijna onmiddellijk z n omgeving en wordt dood teruggevonden dertien kilometer verder (10d). Ook een andere kerkuil sterft (20d/3km). Twee anderen sterven in de prikkeldraad (10d/<1km, 21d<1km). Nog twee anderen verdrinken dicht bij het nest (24d/<1km, 30d/<1km) en één stikt door een scherp been (21d/<1km). Drie kerkuilen sterven langs lokale wegen (11d/2km, 17d/2km, 25d/5km). Eén sterft door een predator (25d/<1km) en een andere kerkuil raakt vast in een gebouw (27d/<1 km). De rest zijn nog altijd onervaren, pas onafhankelijk van hun ouders en beginnen zich pas te verspreiden. Achtentachtig kerkuilen overleven deze eerste periode. Dag (late zomer) Vier kerkuilen vinden hun dood langs landelijke wegen, drie van deze slachtoffers hadden zich reeds verspreid in de omgeving en moeten zeker reeds verschillende hoofdwegen met succes hebben gekruist alvorens ze werden gedood (35d/1km, 43d/8 km, 55d/4 km, 60d/ 7km). Eén kerkuil sterft dicht bij het nest door toedoen van een predator (38d/<1km). Eén kerkuil moet direct na het uitvliegen uit z n omgeving weggetrokken zijn (57d/11km) en was het eerste slachtoffer langs een hoofdweg. Nu hebben alle 101 kerkuilen het nest Dag (vroege herfst) Tot onze verrassing vertoeven er nog steeds vier kerkuilen op minder dan één kilometer van de broedruimte, twee kerkuilen vliegen in de prikkeldraad (62d/<1km, 62d/<1km), twee sterven van ontbering (71d/<1km) en één verongelukt langs een landelijke weg (88d/<1km). Eén kerkuil sterft door aanrijding met een trein (64d/1km). Nog twee andere worden verkeersslachtoffers langs lokale wegen, één ervan wordt gevonden op slechts enkele kilometers van de nestplaats (69d/3 km) maar de andere was reeds een flink eind verder getrokken en moet reeds verschillende andere wegen hebben overgestoken vooraleer hij werd gedood (72d/23km). Een andere kerkuil verdrinkt in een veedrinkbak nadat hij reeds een gelijkaardige afstand had overbrugd (90d/21km). Vier vogels die erin geslaagd zijn om niet in prikkeldraad te vliegen, te verdrinken of te verongelukken langs lokale wegen, worden toch gedood door aanrijdingen langs hoofdwegen (76d/9km, 81d/30km, 82d/1 km, 88d/12km). Momenteel zijn alle 101 kerkuilen bijna zeker onafhankelijk en de meesten zijn reeds weggetrokken van hun broedlocatie, 31 kerkuilen zijn reeds dood! Zeventig kerkuilen vliegen nog vrij rond. 41

42 Dag (herfst) Twee kerkuilen zijn nog steeds relatief dicht bij hun ouderlijke nestplaats zelfs nadat ze al enkele maanden het nest hebben verlaten. Een kerkuil sterft nadat hij vast zat in een gebouw (99d/2km) en een ander sterft langs een hoofdweg vlakbij de broedlocatie (106d/<1km). Twee kerkuilen worden het slachtoffer van het verkeer op landelijke wegen (118d/8km, 110d/12km) en de rest zijn slachtoffers, gevonden op hoofdwegen (109d/13km, 113d/30km, 120d/4km). We zijn nu ongeveer halfweg de periode waarin de kerkuilen zich verspreiden. Tweeënzestig kerkuilen houden nog stand. Dag (late herfst) We zijn momenteel beland op het einde van de verspreidingsperiode van de jonge kerkuilen en weinig vogels zijn nog in de omgeving van hun nest. Eén kerkuil verdrinkt nabij z n broedlocatie (121d/<1km). Ook een andere kerkuil verdrinkt (145d/13 km) en nog een andere raakt vast in prikkeldraad en sterft (129d/7km). Vijf kerkuilen die erin geslaagd waren om niet te verdrinken, in prikkeldraad te vliegen, verliezen toch de strijd : ze worden verkeersslachtoffers langs diverse hoofdwegen in de omgeving (127d/17km, 129d/11km, 145d/34km, 146d/7km, 147d/13km). Vierenvijftig kerkuilen weten nog te overleven. Dag (vroege winter) De verspreidingsperiode loopt ten einde en sommige kerkuilen hebben reeds een stek gevonden. Toch is er een kerkuil die nog steeds nabij de broedplaats vertoeft maar jammergenoeg het slachtoffer wordt van het verkeer langs een buurtweg (152d/<1km). Ook een andere soortgenoot wordt een slachtoffer van het lokale verkeer (167d/7km) een andere sterft van ontbering (179d/ 13km). Vijf andere zijn het slachtoffer van het wegverkeer langs hoofdwegen (159d/6km, 159d/12km, 161d/33km, 165d/19km, 172d/10km). Meer dan de helft van 101 jonge kerkuilen zijn momenteel dood. Zesenveertig kerkuilen zijn nog in leven. Dag (winter en vroege lente) Gedurende deze lange periode (90 dagen) zijn de meeste vogels sedentair maar kunnen toch nog vijf km rondzwerven van hun hoofdroestplaats in een poging om de winter door te komen. Eén kerkuil wordt geschoten (205d/ 17km), vijf kerkuilen vinden de dood langs lokale wegen (217d/4km, 218d/ 10km, 256d/9km, 257d/1km, 258d/ 5km) en tien langs hoofdwegen (190/ 15km, 210d/17km, 215d/10km, 229d/ 10km, 230d/17km, 230d/33km, 237d/ 16km, 246d/14km, 249d/33km, 258d/ 8km). Dertig kerkuilen leven nog. Dag (lente en vroege zomer) In deze periode hebben de meeste vogels waarschijnlijk reeds een partner gevonden en hun foerageergebied wordt beperkter wanneer de baltsperiode start. Ongelooflijk maar waar, één kerkuil is nog steeds nabij de broedplaats maar sterft helaas (280d/<1km). Jammergenoeg kiezen velen een locatie in de omgeving van drukke wegen en vallen hierdoor slachtoffer van het verkeer (280d/5km, 283d/25km, 289d/10km, 289d/10km, 300d/9km, 340d/12km, 358d/10km) en één sterf langs een buurtweg (333d/39km). Tachtig kerkuilen halen hun eerste verjaardag niet! Eénentwintig kerkuilen zijn nog in leven wanneer ze het tweede levensjaar aanvatten. 42

43 Dag (tweede kalenderjaar) Eens het broedseizoen achter de rug is, verruimen ze hun jachtgebied met het gekende resultaat. Langs verschillende hoofdwegen vallen er zeven slachtoffers (396 d./20 km, 430 d./ 4 km, 433 d./18 km, 450 d./ 17 km, 551 d/ 18 km, 583 d/19 km, 724 d./4 km), vier slachtoffers overlijden langs secundaire wegen (475d/12km, 483d/1km, 567d/8km, 645d/21km), één verhongert (590d/ 8km) en één vliegt in prikkeldraad (625d/6km). Acht kerkuilen zijn nog in leven en gaan hun derde levensjaar in. Dag (derde kalenderjaar) Ondanks hun ervaringen sterven er nog kerkuilen aan dezelfde oorzaken als de rest van het broedsel. Twee sterven langs nationale wegen (767 d./3 km, 1015 d./17 km), twee langs buurtwegen (819 d./ 5 km), 974 d./ 9 km), één stierf nadat hij in prikkeldraad vloog. Er leven nog drie kerkuilen, zij worden de veteranen. Dag 1096 en verder (4 de kalenderjaar en ouder) De laatste drie vogels werden allen gevonden op een relatief korte afstand van de plaats waar ze werden geboren. Eén kerkuil stierf kort na z n derde verjaardag op een hoofdweg (3 km), de tweede werd gepredeerd op vijfjarige leeftijd (7 km), de laatste stierf langs een buurtweg tijdens z n zesde levensjaar (2 km). Dit is een vrije vertaling van het artikel The Brood of 101 ( 43

Uilenwerkgroep Waasland

Uilenwerkgroep Waasland Uilenwerkgroep Waasland Kerkuil doet het in 2012 nog beter dan in 2011! Herinnert u zich nog de titel Kerkuil doet het goed in 2011 1 waarin we fier berichtten over een topjaar voor de Kerkuil (Tyto alba)

Nadere informatie

KERKUILEN WERKGROEP TWENTE

KERKUILEN WERKGROEP TWENTE KERKUILEN WERKGROEP TWENTE Broedseizoen kerkuil De start van het broedseizoen kerkuilen was zeer verrassend. Rond half maart werd er op een locatie in Oud-Ootmarsum een nestkast aangetroffen met daarin

Nadere informatie

Totaal aantal broedgevallen IJzer en Polder

Totaal aantal broedgevallen IJzer en Polder Met een record van 37 broedgevallen vorig jaar was een herhaling van dat cijfer dit jaar een moeilijke zaak. Weliswaar bleef de winter lange tijd uit maar eind januari kwam er toch een groot winteroffensief.

Nadere informatie

Holenduif. Zes eieren

Holenduif. Zes eieren Weer nieuwe kasten In februari is er weer een aantal nieuwe kasten opgehangen. Ook is er een aantal kasten vervangen omdat ze van ouderdom uit elkaar vielen. Tevens zijn enkele kasten verhangen omdat de

Nadere informatie

Jaarverslag steenuilen 2013. uitgebreide versie

Jaarverslag steenuilen 2013. uitgebreide versie Jaarverslag steenuilen 2013 uitgebreide versie Jaarverslag steenuilen 2013 uitgebreid Broedseizoen 2013 zit er weer op. Tijd om de balans op te maken en dit met jullie te delen. We hebben qua aantallen

Nadere informatie

Voorkomen van Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) in Het Verdronken Land Van Saeftinghe Walter Van Kerkhoven

Voorkomen van Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) in Het Verdronken Land Van Saeftinghe Walter Van Kerkhoven Voorkomen van Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) in Het Verdronken Land Van Saeftinghe. 2018 Walter Van Kerkhoven In het kader van de volledige broedvogelinventarisatie werd tijdens het broedseizoen

Nadere informatie

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk 4 e jaargang 2014 Editie steenuil Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk Inhoud: * Verslag broedseizoen 2014 * Broedresultaten steenuil 2014 * Terugmeldingen geringde vogels * Oorkonde vijf jaar broeden

Nadere informatie

Terug een topjaar voor de bruine kiekendieven in de Westkustpolders

Terug een topjaar voor de bruine kiekendieven in de Westkustpolders Terug een topjaar voor de bruine kiekendieven in de Westkustpolders Net zoals bij onze kerkuilen beleefden we vorig jaar ook bij de bruine kiekendieven een topjaar met een totaal van maar liefst 38 broedgevallen.

Nadere informatie

Kerkuilenseizoen 2009 : een daljaar dat er geen was?

Kerkuilenseizoen 2009 : een daljaar dat er geen was? Kerkuilenseizoen 2009 : een daljaar dat er geen was? Na twee mooie jaren met veel broedende kerkuilen volgt vaak een terugslag in de vorm van een daljaar. Zou dit na een sterk 2007, met veel tweede broedsels,

Nadere informatie

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk 3 e jaargang Editie steenuil Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk Inhoud: Broedresultaten Steenuil 2013 Assistent-ringers Braakballen! LOVO Opvallende zaken Veilige drinkbak voor de steenuil in het

Nadere informatie

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk 2 e jaargang Editie steenuil Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk Inhoud: Broedresultaten Steenuil 2012 Foto: André Eijkenaar Contact en informatie: Gebiedscoördinator: Anita van Dooren jmvandooren@home.nl

Nadere informatie

Jaarverslag Bijeneters 2017

Jaarverslag Bijeneters 2017 Jaarverslag Bijeneters 2017 Dit voorjaar werd er weer hoopvol in Nederland uitgekeken naar de bijeneters. Het aantal meldingen van waarnemingen bleef in vergelijking met de voorgaande jaren wat achter.

Nadere informatie

Verslag 2017 Uilenwerkgroep de Oelenwappers

Verslag 2017 Uilenwerkgroep de Oelenwappers Verslag 2017 Uilenwerkgroep de Oelenwappers Het broedseizoen 2017 is voor de vier vogelsoorten waarvoor we nestkasten geplaatst hebben een succesvoljaar geweest. Het meest trots zijn we op het feit dat

Nadere informatie

Steenuilenbescherming verslag Steenuilenwerkgroep Echt-Susteren Geco Visscher Fred van Geneijgen

Steenuilenbescherming verslag Steenuilenwerkgroep Echt-Susteren Geco Visscher Fred van Geneijgen Steenuilenbescherming verslag 2013 Steenuilenwerkgroep Echt-Susteren Geco Visscher Fred van Geneijgen Dank Op de eerste plaats wil de Steenuilenwerkgroep Echt-Susteren alle erfbewoners bedanken. Zonder

Nadere informatie

Vogelwacht Akkerwoude e.o.

Vogelwacht Akkerwoude e.o. NESTKASTINVENTARISATIE FERMANJEBOSK 2010 Tijdens de gure sneeuwwinter waren er in dit bos twee grote zilverreigers aanwezig, welke bij de opengebleven plekken in de sloten (bij de duikers) hun dagelijkse

Nadere informatie

Uilenwerkgroep Waasland

Uilenwerkgroep Waasland Uilenwerkgroep Waasland Kerkuilbroedsels 2014: veelbelovende start flauw einde Herinnert u zich nog de titel van vorig jaar Resultaten 2013: geen muizen geen kerkuiljongen? 1 Wat een verschil met 2013.

Nadere informatie

Haaksbergen. Bescherming Steenuil, Kerkuil, Bosuil, Torenvalk JAARVERSLAG. Uilenwerkgroep Haaksbergen. in Haaksbergen en Omgeving

Haaksbergen. Bescherming Steenuil, Kerkuil, Bosuil, Torenvalk JAARVERSLAG. Uilenwerkgroep Haaksbergen. in Haaksbergen en Omgeving Haaksbergen Bescherming Steenuil, Kerkuil, Bosuil, Torenvalk in Haaksbergen en Omgeving JAARVERSLAG Uilenwerkgroep Haaksbergen Voorwoord Wie zijn wij: Onze uilenwerkgroep is een onderdeel van de I.V.N.

Nadere informatie

Nieuwsbrief van de Steenuilenwerkgroep van Natuurpunt

Nieuwsbrief van de Steenuilenwerkgroep van Natuurpunt Nieuwsbrief van de Steenuilenwerkgroep van Natuurpunt Nummer 16 - december 2016 Onze jaarlijkse contactdag van 5 november 2016 in Tongeren kende ondanks een boeiend programma maar 50 deelnemers. Langs

Nadere informatie

(nestkastenproject) Golfbaan Welschap

(nestkastenproject) Golfbaan Welschap (nestkastenproject) Golfbaan Welschap 4 Nestkastenverslag Golfbaan Welschap, 27 Wil de Veer In het voorjaar werd samen met diverse vrijwilligers begonnen met de noodzakelijke schoonmaak van de nestkasten.

Nadere informatie

Nieuwsbrief Roofvogelwerkgroep Fruitstreek. Februari 2014

Nieuwsbrief Roofvogelwerkgroep Fruitstreek. Februari 2014 Nieuwsbrief Roofvogelwerkgroep Fruitstreek Februari 2014 Het is begonnen. Misschien iets vroeger dan anders, maar de laatste zonnige dagen levert al baltsgedrag op van buizerds. Het is dan ook deze soort

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF OVER HET JAAR 2012

NIEUWSBRIEF OVER HET JAAR 2012 Plaats hie r uw beric ht. He t be richt hee ft h et m eeste eff ect als u h et nie t lan ger ma akt d an tw ee o f dri e zinn en. NIEUWSBRIEF 1 2012 Was wederom een succesvol Kerkuilen jaar In dit jaar

Nadere informatie

Gemeente Km² ** Terr Terr Terr /08-09/10 05/06-07/08. Veurne 22,7 6 0,26 5 0,22 4 0,18 1,00 0,04 1 0,04

Gemeente Km² ** Terr Terr Terr /08-09/10 05/06-07/08. Veurne 22,7 6 0,26 5 0,22 4 0,18 1,00 0,04 1 0,04 Steenuilen 2010 Bij het beëindigen van het voorjaar sluiten we traditioneel ook steeds onze werking rond de steenuilen af. Dit jaar met een dubbel gevoel. Enerzijds met de voldoening dat we weer nuttig

Nadere informatie

NESTKASTENVERSLAG 2016 NATUUR- EN VOGELWERKGROEP DE GRUTTO

NESTKASTENVERSLAG 2016 NATUUR- EN VOGELWERKGROEP DE GRUTTO NESTKASTENVERSLAG 2016 NATUUR- EN VOGELWERKGROEP DE GRUTTO Inleiding: Ook dit broedseizoen werden op verschillende locaties weer talrijke en op hun inhoud gecontroleerd. Binnen ons werkgebied hangen zeer

Nadere informatie

Jaarverslag 2018, Kerk- en Steenuilenwerkgroep NH, regio 9

Jaarverslag 2018, Kerk- en Steenuilenwerkgroep NH, regio 9 Jaarverslag 2018, Kerk- en Steenuilenwerkgroep NH, regio 9 Henk Eenhoorn Het broedseizoen 2018 kwam voor de Kerkuilen laat op gang, maar toen de gang er eenmaal inzat, bleek dat we in het algemeen een

Nadere informatie

Kerkuilenseizoen 2003 regio Bachten de Kupe

Kerkuilenseizoen 2003 regio Bachten de Kupe Kerkuilenseizoen 2003 regio Bachten de Kupe Dit jaar was er voor het eerst een terugval van het aantal broedkoppels kerkuilen in onze regio. Twee koppels minder dan vorig jaar (9), wat het eindtotaal brengt

Nadere informatie

(nestkastproject) Koningshof

(nestkastproject) Koningshof (nestkastproject) Koningshof 8 Verslag van de nestkastencontroles op Koningshof in 2007 Jan Wouters Ook in 2007 hebben we de nestkasten op Koningshof weer bijgehouden. Het was dit jaar het dertigste jaar

Nadere informatie

Kerkuilwerkgroep Vlaanderen

Kerkuilwerkgroep Vlaanderen Kerkuilwerkgroep Vlaanderen Voorzitter Ludo Smets T. 016 44 83 34 kerkuilwerkgroep@vogelbescherming.be Afgevaardigden kernbestuur Paul Laeveren T. 014 54 77 66 paul_laeveren@hotmail.com Philippe Smets

Nadere informatie

DE SLECHTVALKEN in Liempde, 2017

DE SLECHTVALKEN in Liempde, 2017 DE SLECHTVALKEN in Liempde, 2017 Sinds eind 2015 is er een koppel slechtvalken aanwezig op de Sint- Jans OnthoofdingsKerk van Liempde. In 2016 had het koppel drie eieren en bracht het één jong vrouwtje

Nadere informatie

Uilenwerkgroep Waasland Regio Zuid-Waasland

Uilenwerkgroep Waasland Regio Zuid-Waasland Uilenwerkgroep Waasland Regio Zuid-Waasland Kerkuilbroedsels 2015: veelbelovende verspreiding - hoge kindersterfte Cijfers 2015 versus 2014 In 2015 werden 25 jonge kerkuilen (Tyto alba) geringd (32 in

Nadere informatie

Voorkomen van Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) in Het Verdronken Land Van Saeftinghe Walter Van Kerkhoven

Voorkomen van Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) in Het Verdronken Land Van Saeftinghe Walter Van Kerkhoven Voorkomen van Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) in Het Verdronken Land Van Saeftinghe. 2017 Walter Van Kerkhoven Tijdens het broedseizoen van 2017 werd onderzoek gedaan naar het voorkomen, broedgedrag

Nadere informatie

Monitoring steenuil in 2012

Monitoring steenuil in 2012 Monitoring steenuil in 2012 Woord vooraf: Dit jaar was het al weer het tiende jaar dat we ons bezig houden met het monitoren van de steenuil. Al vanaf 3 houden we door middel van inventarisatie en nestkastcontroles

Nadere informatie

In het hieronder staande overzicht worden de resultaten weergegeven, van 2013 en 2014. Jongen uitgevlogen totaal

In het hieronder staande overzicht worden de resultaten weergegeven, van 2013 en 2014. Jongen uitgevlogen totaal NESTKASTENVERSLAG 2014 NATUUR- EN VOGELWERKGROEP DE GRUTTO Inleiding: Ook dit broedseizoen werden op verschillende locaties weer talrijke en op hun inhoud gecontroleerd. Door een combinatie van factoren

Nadere informatie

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk 5 e jaargang 2015 Editie steenuil Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk Inhoud: * Van muis, vogel tot kannibaal * Het nut van ringen * Resultaten * Impressie broedseizoen * Uitdeelactie steenuilveilige

Nadere informatie

Verslag over de roofvogelstand in de. Amsterdamse Waterleidingduinen dagen later begonnen met het leggen. ongunstig en

Verslag over de roofvogelstand in de. Amsterdamse Waterleidingduinen dagen later begonnen met het leggen. ongunstig en 11 Verslag over de roofvogelstand in de Amsterdamse Waterleidingduinen 1976 Het voorjaar van 1976 werd gekenmerkt door extreem lage temperaturen tot ver in de maand mei. Dit had tot gevolg dat de uilen

Nadere informatie

Meer over de steenuilen. Even voorstellen. Hier wonen ze

Meer over de steenuilen. Even voorstellen. Hier wonen ze Overname en dupliceren van dit materiaal is alleen toegestaan voor educatieve en niet-commerciële doeleinden en alleen als het materiaal is voorzien van een bronvermelding. Vogelbescherming Nederland,

Nadere informatie

Koolmezen in Gent, Dendermonde en Sint-Niklaas: een dramatisch broedseizoen in 2015

Koolmezen in Gent, Dendermonde en Sint-Niklaas: een dramatisch broedseizoen in 2015 Koolmezen in Gent, Dendermonde en Sint-Niklaas: een dramatisch broedseizoen in 215 Het koolmezen broedseizoen 215 ligt alweer een tijdje achter ons. Algemeen kunnen we stellen dat het broedseizoen 215

Nadere informatie

Kerkuilwerkgroep Vlaanderen

Kerkuilwerkgroep Vlaanderen Kerkuilwerkgroep Vlaanderen Voorzitter Ludo Smets T. 016 44 83 34 (14.00 20.00 uur) kerkuilwerkgroep@vogelbescherming.be Afgevaardigden kernbestuur Paul Laeveren T. 014 54 77 66 paul_laeveren@hotmail.com

Nadere informatie

Jongen uitgevlogen totaal

Jongen uitgevlogen totaal Inmiddels een zeldzame bewoner; de ringmus NESTKASTENVERSLAG Inleiding: Ook dit broedseizoen werden op verschillende locaties weer talrijke en op hun inhoud gecontroleerd. Binnen ons werkgebied hangen

Nadere informatie

Er zijn drie tellingen waaraan u mee kunt doen. Deze tellingen staan los van elkaar dus u kunt zelf bepalen aan welke tellingen u mee wilt doen.

Er zijn drie tellingen waaraan u mee kunt doen. Deze tellingen staan los van elkaar dus u kunt zelf bepalen aan welke tellingen u mee wilt doen. Handleiding tellingen Er zijn drie tellingen waaraan u mee kunt doen. Deze tellingen staan los van elkaar dus u kunt zelf bepalen aan welke tellingen u mee wilt doen. Als er onduidelijkheden zijn over

Nadere informatie

2004 De Flamingo's in het Zwillbröcker Venn

2004 De Flamingo's in het Zwillbröcker Venn 2004 De Flamingo's in het Zwillbröcker Venn De Flamingo's komen al zo'n 20 jaar in het Zwillbröcker Venn voor. De eerste jaren kwamen er maar enkele. De grootste aantallen komen er in de maanden april

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF OVER HET JAAR 2013

NIEUWSBRIEF OVER HET JAAR 2013 NIEUWSBRIEF OVER HET JAAR 2013 1 2013 Was een moeilijk Kerkuilen jaar In dit jaar waren er 7 broedparen op Texel 3 minder dan in 2012. In het begin van het jaar was het erg stil op Texel wat betreft kerkuilen.

Nadere informatie

Haaksbergen. Bescherming Steenuil, Kerkuil, Bosuil, Torenvalk in Haaksbergen en Omgeving JAARVERSLAG. Uilenwerkgroep Haaksbergen

Haaksbergen. Bescherming Steenuil, Kerkuil, Bosuil, Torenvalk in Haaksbergen en Omgeving JAARVERSLAG. Uilenwerkgroep Haaksbergen Haaksbergen Bescherming Steenuil, Kerkuil, Bosuil, Torenvalk in Haaksbergen en Omgeving JAARVERSLAG 4 Uilenwerkgroep Haaksbergen Voorwoord Wie zijn wij: Onze uilenwerkgroep is een onderdeel van de I.V.N.

Nadere informatie

Onze kerkuilen in 2002 : 9 broedgevallen

Onze kerkuilen in 2002 : 9 broedgevallen Onze kerkuilen in 2002 : 9 broedgevallen Ook dit jaar was er een stijging van het aantal kerkuilenkoppels, weliswaar met verschuivingen. De broedplaats te Veurne (2 broedseizoenen) en te Lo (nieuw sedert

Nadere informatie

Mahlerlaan Amsterdam. Roofvogelonderzoek. Opdrachtgever: O.G.A. Tussentijdsverslag : 2 september 2015

Mahlerlaan Amsterdam. Roofvogelonderzoek. Opdrachtgever: O.G.A. Tussentijdsverslag : 2 september 2015 Roofvogelonderzoek Mahlerlaan Amsterdam Opdrachtgever: O.G.A Tussentijdsverslag : 2 september 2015 Onderzoek : drs. Lex van Groningen, dr. M. Kuiper Oostermeerkade 6 1184 TV Amstelveen Telefoon: 06-29523020

Nadere informatie

Kerkuilenseizoen 2004 regio IJzer en Polder : de sprong voorwaarts

Kerkuilenseizoen 2004 regio IJzer en Polder : de sprong voorwaarts Kerkuilenseizoen 2004 regio IJzer en Polder : de sprong voorwaarts Het jaar 2004 zal in de analen van De Kerkuil geboekstaafd staan als een echt boerejaar. Terwijl we de laatste jaren wat bleven hangen

Nadere informatie

Haaksbergen. Bescherming Steenuil, Kerkuil, Bosuil, Torenvalk in Haaksbergen en Omgeving JAARVERSLAG. Uilenwerkgroep Haaksbergen

Haaksbergen. Bescherming Steenuil, Kerkuil, Bosuil, Torenvalk in Haaksbergen en Omgeving JAARVERSLAG. Uilenwerkgroep Haaksbergen Haaksbergen Bescherming Steenuil, Kerkuil, Bosuil, Torenvalk in Haaksbergen en Omgeving JAARVERSLAG Uilenwerkgroep Haaksbergen Voorwoord Wie zijn wij: Onze uilenwerkgroep is een onderdeel van de I.V.N.

Nadere informatie

Voor meer cijfers, zie beleidsdomein Slagkrachtige stad, rubriek data. Stad Genk Publicatie Inkomens

Voor meer cijfers, zie  beleidsdomein Slagkrachtige stad, rubriek data. Stad Genk Publicatie Inkomens De Algemene Directie Statistiek van de FOD Economie publiceerde de cijfers over het netto belastbaar inkomen van 2014 (aanslagjaar 2015). De cijfers zijn gebaseerd op de aangiften in de personenbelastingen.

Nadere informatie

Experts maakten zich in het voorjaar zorgen: waar blijven de zwaluwen? Nieuwsbrief augustus 2018

Experts maakten zich in het voorjaar zorgen: waar blijven de zwaluwen? Nieuwsbrief augustus 2018 Op Woensdagavond 13 juli was er bij John van Raak aan de Luther in Hooge Mierde een bijeenkomst over de over de akkerranden. Van daaruit hadden we een rondleiding langs de akkers welke in overleg met de

Nadere informatie

Steenuilenwerkgroep Noord-Holland

Steenuilenwerkgroep Noord-Holland Steenuilenwerkgroep Noord-Holland Bescherm de steenuil met behulp van de steenuilenwerkgroep Noord-Holland De steenuil is een kleine bruine uil met een wit vlekkenpatroon. Zoals op de foto te zien is,

Nadere informatie

ANALYSE Belastingtarieven Limburgse gemeenten 2017

ANALYSE Belastingtarieven Limburgse gemeenten 2017 ANALYSE Belastingtarieven Limburgse gemeenten 2017 Opcentiemen op de onroerende voorheffing Het ongewogen gemiddeld tarief van de opcentiemen op de onroerende voorheffing van de Limburgse gemeenten bedraagt

Nadere informatie

Algemene weetjes over de Slechtvalk

Algemene weetjes over de Slechtvalk DE Slechtvalk Hoe ziet de slechtvalk eruit Algemene weetjes over de Slechtvalk Situatie vroeger en nu in België Broedvogels in België De Slechtvalk als overwinteraar in Gavere Algemene vaststellingen vraagstellingen

Nadere informatie

Verslag 2016 Uilenwerkgroep Zutphen de Oelenwappers

Verslag 2016 Uilenwerkgroep Zutphen de Oelenwappers Verslag 2016 Uilenwerkgroep Zutphen de Oelenwappers Het broedseizoen verliep na een aarzelend begin goed. Steenuil en vooral kerkuil hebben voor een mooi nageslacht gezorgd. Bij de torenvalk viel het broedresultaat

Nadere informatie

STICHTING IT EIBERTSHIEM

STICHTING IT EIBERTSHIEM 4/6/2013 WWW.OOIEVAARS.NL STICHTING IT EIBERTSHIEM Jaarverslag 2012 H.Folkertsma TOP. Van stadsmensen wordt vaak beweerd dat ze geen verstand van de natuur hebben. Of dat zo is waag ik te betwijfelen,

Nadere informatie

Functioneren kunstmatige eilanden voor visdieven in de Inlaag Oesterput op Noord-Beveland en in de Inlaag Neeltje Jans: Broedseizoen 2016

Functioneren kunstmatige eilanden voor visdieven in de Inlaag Oesterput op Noord-Beveland en in de Inlaag Neeltje Jans: Broedseizoen 2016 Functioneren kunstmatige eilanden voor visdieven in de Inlaag Oesterput op Noord-Beveland en in de Inlaag Neeltje Jans: Broedseizoen 2016 Mark Hoekstein & Sander Lilipaly Delta ProjectManagement (DPM)

Nadere informatie

VASTGOEDPRIJZEN 2009

VASTGOEDPRIJZEN 2009 UPDATE CIJFERS VASTGOEDPRIJZEN 2009 Bron: FOD Economie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Verwerking: Stad Genk, Dienst Beleidsplanning De statistieken over de vastgoedprijzen zijn

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF 2018 HET HEXEL. Broedresultaten en waarnemingen nestkastenproject

NIEUWSBRIEF 2018 HET HEXEL. Broedresultaten en waarnemingen nestkastenproject NIEUWSBRIEF 2018 HET HEXEL Broedresultaten en waarnemingen nestkastenproject Nieuwsbrief no.20 van het nestkastenproject HET HEXEL Contactadres nestkastenproject: Dini Weijers, tel. 0546-576538 Samenstelling

Nadere informatie

Broedvogelinventarisatie Ecodorp Bergen Voorjaar 2014

Broedvogelinventarisatie Ecodorp Bergen Voorjaar 2014 Broedvogelinventarisatie Ecodorp Bergen Voorjaar 2014 inventarisatie en verslag : Dook Vlugt d.vlugt@quicknet.nl contactpersoon Ecodorp : Sjaak van der Woude 1. Inleiding 2. Havik 3. Resultaten inventarisatie

Nadere informatie

We blijven vooruitgaan!

We blijven vooruitgaan! We blijven vooruitgaan! Vorig jaar waren we als kerkuilenmedewerkers dolgelukkig. We hadden immers een boerejaar achter de rug met zeventien broedgevallen (inclusief drie tweede broedsels). Niemand dacht

Nadere informatie

Functioneren kunstmatig eiland voor sterns in de Inlaag Oesterput en op eilanden in de Inlaag s Gravenhoek, Noord-Beveland: Broedseizoen 2017

Functioneren kunstmatig eiland voor sterns in de Inlaag Oesterput en op eilanden in de Inlaag s Gravenhoek, Noord-Beveland: Broedseizoen 2017 Functioneren kunstmatig eiland voor sterns in de Inlaag Oesterput en op eilanden in de Inlaag s Gravenhoek, Noord-Beveland: Broedseizoen 2017 Mark Hoekstein Delta ProjectManagement (DPM) Postbus 315 4100AH

Nadere informatie

De inflatie zakte in juni nog tot 1,5 punten. De daaropvolgende maanden steeg de inflatie tot 2,0 in augustus (Bron: NBB).

De inflatie zakte in juni nog tot 1,5 punten. De daaropvolgende maanden steeg de inflatie tot 2,0 in augustus (Bron: NBB). NOTARISBAROMETER VASTGOED WWW.NOTARIS.BE T3 2017 Barometer 34 MACRO-ECONOMISCH Het consumentenvertrouwen trekt sinds juli terug aan, de indicator stijgt van -2 in juni naar 2 in juli en bereikte hiermee

Nadere informatie

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk 1 e jaargang Editie steenuil Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk Inhoud: Broedresultaten Steenuil Contact en informatie: Gebiedscoördinator: Anita van Dooren, jmvandooren@home.nl tel:013-5216829

Nadere informatie

Nieuwsbrief Jaar van de Patrijs in Zeeland

Nieuwsbrief Jaar van de Patrijs in Zeeland Nieuwsbrief Jaar van de Patrijs in Zeeland 2013 is door Vogelbescherming Nederland en Sovon uitgeroepen tot het Jaar van de Patrijs. Deze fraaie vogel is de laatste decennia sterk afgenomen (-95%).Ten

Nadere informatie

Nieuwsbrief broedseizoen 2013 van. slechtvalken in Veldhoven en Eindhoven

Nieuwsbrief broedseizoen 2013 van. slechtvalken in Veldhoven en Eindhoven Postadres: Kermisberg 6, 5508 DW Veldhoven E-mail: info@vwgdekempen.nl Homepage: www.vwgdekempen.nl Vogelwerkgroep De Kempen Gironummer: 5859111 Kamer van Koophandel: 40238962 Nieuwsbrief broedseizoen

Nadere informatie

De kerkuil is laat dit jaar, alle reacties op een rij.

De kerkuil is laat dit jaar, alle reacties op een rij. De kerkuil is laat dit jaar, alle reacties op een rij. Beste mensen, De kerkuil is laat dit jaar! Uit vele regio's komen berichten over weinig bezette kasten of als ze wel bezet zijn pas de eerste eieren.

Nadere informatie

RINGWERK OEVERZWALUWEN:

RINGWERK OEVERZWALUWEN: DECEMBER 2006 RINGWERK OEVERZWALUWEN: VERSLAG VAN DE ACTIVITEITEN IN HET BOS VAN AA TE ZEMST (JULI 2006) RINGSTATION IJSEDAL KONINKLIJK BELGISCH INSTITUUT VOOR NATUURWETENSCHAPPEN INLEIDING Oeverzwaluwen

Nadere informatie

Weilandberichten - Een vijfling!

Weilandberichten - Een vijfling! Weilandberichten - Een vijfling! Hans Simons, vanaf het begin lid van de agrarische natuurvereniging, heeft al sinds jaar en dag een paal in het weiland staan met een uilenkast. Niet dat er wel eens een

Nadere informatie

Nestkasten Landgoed Dorth in 2013

Nestkasten Landgoed Dorth in 2013 Nestkasten Landgoed Dorth in 2013 * Nachtvangen en * Nestkasten Monitoring Project Door: Gerard en Wouter Boere, Marcel Hutten, Jacques Blaauw en Herman Hannink vijver landgoed dorth Een uitgave van Vogelwerkgroep

Nadere informatie

Kerkuilen Werkgroep Bevelanden. Bron: Stichting Kerkuilen Werkgroep Nederland. Foto: Andre Eijkenaar

Kerkuilen Werkgroep Bevelanden. Bron: Stichting Kerkuilen Werkgroep Nederland. Foto: Andre Eijkenaar Kerkuilen Werkgroep Bevelanden Bron: Stichting Kerkuilen Werkgroep Nederland. Foto: Andre Eijkenaar JAARVERSLAG 2018 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave KUWG Bevelanden contactgegevens... 1 Wie zijn wij..... 2

Nadere informatie

Het lange maar fantastische kerkuilenseizoen 2007

Het lange maar fantastische kerkuilenseizoen 2007 Het lange maar fantastische kerkuilenseizoen 2007 Vorig jaar incasseerden de kerkuilen in het Vlaamse land serieuze klappen, niet zozeer het aantal koppels kelderde, vooral het aantal broedende koppels

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF 2017 HET HEXEL. Broedresultaten en waarnemingen nestkastenproject

NIEUWSBRIEF 2017 HET HEXEL. Broedresultaten en waarnemingen nestkastenproject NIEUWSBRIEF 2017 HET HEXEL Broedresultaten en waarnemingen nestkastenproject Nieuwsbrief no.19 van het nestkastenproject HET HEXEL Contactadres nestkastenproject: Dini Weijers, tel. 0546-576538 Samenstelling

Nadere informatie

BROEDGEVALLEN VAN DE RAAF IN DE PROVINCIE UTRECHT IN 2009 EN 2010

BROEDGEVALLEN VAN DE RAAF IN DE PROVINCIE UTRECHT IN 2009 EN 2010 BROEDGEVALLEN VAN DE RAAF IN DE PROVINCIE UTRECHT IN 2009 EN 2010 André van Kleunen en Gert Ottens Een paar jaar geleden hebben we in de Provinciale Nieuwsbrief van SOVON en in de Kruisbek aangekondigd

Nadere informatie

Stad Genk Publicatie Vastgoedprijzen

Stad Genk Publicatie Vastgoedprijzen De statistieken over de vastgoedprijzen zijn gebaseerd op gegevens afkomstig van het Kadaster van de FOD Financiën en betreffen de verkopen die onderworpen zijn aan het stelsel van registratierechten.

Nadere informatie

Kerkuilbroedgegevens 2011 Regio 18 Noord-Brabant, subregio 14 de Kempen Vogelwerkgroep De Kempen

Kerkuilbroedgegevens 2011 Regio 18 Noord-Brabant, subregio 14 de Kempen Vogelwerkgroep De Kempen Kerkuilbroedgegevens 0 Regio 8 Noord-Brabant, subregio 4 de Kempen 979-0 Vogelwerkgroep De Kempen Inhoudsopgave Kerkuilbroedgegevens 0... Tabel : Broedresultaten per kast... Overzicht : Door ons- met toestemming

Nadere informatie

Analyse: maatschappelijke kwetsbaarheid bij kinderen en jongeren in relatie tot het bereik van de rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp in Limburg

Analyse: maatschappelijke kwetsbaarheid bij kinderen en jongeren in relatie tot het bereik van de rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp in Limburg Analyse: maatschappelijke kwetsbaarheid bij kinderen en jongeren in relatie tot het bereik van de rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp in Limburg Analyse en redactie: Koen Snyers / Steunpunt Sociale Planning,

Nadere informatie

K.N.N.V. afd. Vriezenveen

K.N.N.V. afd. Vriezenveen K.N.N.V. afd. Vriezenveen Project: Torenvalk 2017 (foto: G. Schepers) Contactadres: Johan Nipuis Westeinde 230 7671 CJ Vriezenveen Tel. 0546-565872 Verslag activiteiten en resultaten van het Torenvalkproject

Nadere informatie

werkdocument U : TTT-.J 170' r rijksdienst voor de.jsselmeerpolders Roofvogel- en uilen broedgegevens van 1977 tot en met 1982 in de

werkdocument U : TTT-.J 170' r rijksdienst voor de.jsselmeerpolders Roofvogel- en uilen broedgegevens van 1977 tot en met 1982 in de ministerie van verkeer en waterstaat rijksdienst voor de.jsselmeerpolders BIBLIOTHEEK R1JKSDIEN"- I VOOR OB werkdocument WSSELMt-H "-"POLDERS i Roofvogel- en uilen broedgegevens van 1977 tot en met 1982

Nadere informatie

Afgaande op het gedrag vermoeden we dat te maken hadden met hetzelfde mannetje als in 2011, maar omdat het niet geringd is, weten we dat niet zeker.

Afgaande op het gedrag vermoeden we dat te maken hadden met hetzelfde mannetje als in 2011, maar omdat het niet geringd is, weten we dat niet zeker. De prooiaanvoer bij de Steenuil in het zesde Beleef de Lente-jaar. In 212 is voor de zesde achtereenvolgende jaar de prooiaanvoer bij de webcamuilen van Beleef de Lente geregistreerd door een grote schare

Nadere informatie

Bruine kiekendieven in 2005

Bruine kiekendieven in 2005 Bruine kiekendieven in 2005 Het goede muizenjaar 2004 kreeg in 2005 een vervolg waardoor het ook voor de bruine kiekendief een uitstekend jaar werd. Dit zien we onmiddellijk aan het aantal broedgevallen.

Nadere informatie

STEENUILEN ROND WIJK BIJ DUURSTEDE

STEENUILEN ROND WIJK BIJ DUURSTEDE STEENUILEN ROND WIJK BIJ DUURSTEDE Ton Janssen Bij het afscheid van mijn werk, toen ik met pensioen ging, werd mij door Joep van der Laar gevraagd wat ik met al mijn vrije tijd ging doen. Ik zei dat ik

Nadere informatie

Veenweiden steeds belangrijker voor Zwarte sterns in Zuid-Holland. Verslag van monitoring van aantallen en broedsucces in 2013

Veenweiden steeds belangrijker voor Zwarte sterns in Zuid-Holland. Verslag van monitoring van aantallen en broedsucces in 2013 Veenweiden steeds belangrijker voor Zwarte sterns in Zuid-Holland Verslag van monitoring van aantallen en broedsucces in 2013 Veenweiden steeds belangrijker voor Zwarte sterns in Zuid-Holland Verslag

Nadere informatie

VASTGOEDPRIJZEN 2010

VASTGOEDPRIJZEN 2010 UPDATE CIJFERS VASTGOEDPRIJZEN 2010 Bron: FOD Economie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Verwerking: Stad Genk, Dienst Beleidsplanning De statistieken over de vastgoedprijzen zijn

Nadere informatie

Bosuilen 34 jaar geteld in Noord-Kennemerland

Bosuilen 34 jaar geteld in Noord-Kennemerland Bosuilen 34 jaar geteld in Noord-Kennemerland Overdag rusten de bosuilen meestal goed verscholen op een tak, in een boomholte, nestkast of een ruimte waar geen mensen komen. Na zonsondergang worden ze

Nadere informatie

BDO-BENCHMARK GEMEENTEN vs PROVINCIE LIMBURG

BDO-BENCHMARK GEMEENTEN vs PROVINCIE LIMBURG BDO-BENCHMARK GEMEENTEN 2017 vs. 2016 PROVINCIE LIMBURG 1 INLEIDING Dit rapport toont u vrijblijvend enkele kerncijfers voor uw gemeente en de gemeenten binnen uw provincie. In totaal worden 6 kerncijfers

Nadere informatie

Bescherming Weidevogels Zuid-Holland Versterken, ondersteunen en stimuleren van vrijwilligerswerk in het groen

Bescherming Weidevogels Zuid-Holland Versterken, ondersteunen en stimuleren van vrijwilligerswerk in het groen Bescherming Weidevogels Zuid-Holland 2018 Versterken, ondersteunen en stimuleren van vrijwilligerswerk in het groen Dit jaarverslag is tot stand gekomen in samenwerking met 17 actieve weidevogelgroepen

Nadere informatie

NESTKASTENVERSLAG NVWG De GRUTTO 2017

NESTKASTENVERSLAG NVWG De GRUTTO 2017 NESTKASTENVERSLAG NVWG De GRUTTO 2017 Inleiding: Ook dit broedseizoen werden op verschillende locaties weer talrijke nestkasten op hun inhoud gecontroleerd. Binnen ons werkgebied hangen zeer veel nestkasten,

Nadere informatie

Handleiding bij het gebruik van geluid voor het lokken van Gierzwaluwen Plus vragenlijst

Handleiding bij het gebruik van geluid voor het lokken van Gierzwaluwen Plus vragenlijst Handleiding bij het gebruik van geluid voor het lokken van Gierzwaluwen Plus vragenlijst 5 Van gierzwaluwen is nog veel onbekend. Het inventariseren van gierzwaluwen is belangrijk omdat daarmee kan worden

Nadere informatie

Succesvol 7-legsel in 2008

Succesvol 7-legsel in 2008 Pascal Stroeken & Ronald van Harxen Zuidoost-Achterhoek Van grote legsels bereiken vaak niet alle jongen de uitvliegleeftijd. In 2008 volgden wij een opmerkelijke groot legsel van 7 eieren, waarvan alle

Nadere informatie

Nationaal Park Hoge Kempen

Nationaal Park Hoge Kempen !! Nationaal Park Hoge Kempen Wat is een vogel? Wat is het verschil tussen roofvogels en uilen? Zijn er grote verschillen tussen roofvogels? Hoe kan ik roofvogels herkennen? Wat is de grootste roofvogel?

Nadere informatie

Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen

Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen De impact van de economische crisis in West Limburg Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen MEI 2009 1. Werkloosheid 1.1 Niet werkende werkzoekenden Een eerste indicator die de economische

Nadere informatie

Nee, dat is normaal. Het is te verwachten dat ongeveer 90% van de cocons uitkomt.

Nee, dat is normaal. Het is te verwachten dat ongeveer 90% van de cocons uitkomt. Antwoorden op veel gestelde vragen Tip: Gebruik Control-F om een zoekterm in te voeren. 1. De cocons komen nog niet uit. Hoe kan dat? Knuffelbijen komen meestal uit in de tweede helft van april. Het uitkomen

Nadere informatie

Definitieve resultaten eindejaarscontroles

Definitieve resultaten eindejaarscontroles Definitieve resultaten eindejaarscontroles Persbericht 14 januari 211 2 Na zes weken sensibilisering en alcoholcontroles op de weg maken Staatssecretaris voor Mobiliteit Etienne Schouppe en het Belgisch

Nadere informatie

De Steenuilenwerkgroep van Natuurpunt

De Steenuilenwerkgroep van Natuurpunt De Steenuilenwerkgroep van Natuurpunt - Mensen met interesse voor Steenuilen verenigen in Vlaanderen - Periodieke digitale nieuwsbrief, er zijn al 501 inschrijvingen -Jaarlijkse contactdag, 65 deelnemers

Nadere informatie

Advies betreffende de inplanting van 10 windturbines in de haven van Antwerpen

Advies betreffende de inplanting van 10 windturbines in de haven van Antwerpen Advies betreffende de inplanting van 10 windturbines in de haven van Antwerpen Nummer: INBO.A.2014.24 Datum advisering: 26 februari 2014 Auteur(s): Contact: Kenmerk aanvraag: Joris Everaert Niko Boone

Nadere informatie

Aantal dode jongen. Aantal Uitgevlogen. jongen

Aantal dode jongen. Aantal Uitgevlogen. jongen 46 45 4 40 406 406 Subregio Kastnum -mer Kerkuilbroedgegevens 007 Vogelwerkgroep de Kempen Regio 8, subregio 4 Uitgevlogen Ringnummer (vleugellengte, gewicht) Riethoven 5 5 5 Controle op 6 mei, 5 juvenielen

Nadere informatie

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters. Over dit boek De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters. Dit boek bestaat uit twee delen. Het eerste deel gaat over een man die vlucht naar Europa.

Nadere informatie

Op Europees niveau is de soort in de periode 1980-2011 met 52% afgenomen, en ten opzichte van 1990 met 6%.

Op Europees niveau is de soort in de periode 1980-2011 met 52% afgenomen, en ten opzichte van 1990 met 6%. 1 De spreeuwenstand gaat vanaf eind jaren zeventig achteruit. Over de periode 1984-2012 is de broedpopulatie in Nederland zelfs met gemiddeld 4% per jaar afgenomen. Daardoor resteert momenteel minder dan

Nadere informatie

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk 4 e jaargang 2014 editie gierzwaluw 1 Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk Gierzwaluwwerkgroep Oisterwijk een samenwerkingsverband tussen vogelwerkgroep IVN Oisterwijk en vogelwerkgroep Midden-Brabant.

Nadere informatie

Nieuwsbrief van de Steenuilenwerkgroep van Natuurpunt

Nieuwsbrief van de Steenuilenwerkgroep van Natuurpunt Nieuwsbrief van de Steenuilenwerkgroep van Natuurpunt Nummer 14 - juli 2016 Zaterdag 5 november 2016 vindt onze jaarlijkse contactdag plaats, dit jaar in Tongeren. Het programma verschijnt in onze volgende

Nadere informatie

Broedresultaten steenuil 2007

Broedresultaten steenuil 2007 Broedresultaten steenuil 27 Wil de Veer Broedresultaten in de Kempen in 27 Nestkastenproject Het Brabants Landschap is een project opgestart om de achteruitgang van de steenuil in Noord-Brabant aan te

Nadere informatie

Vogelwerkgroep De Kempen. Slechtvalken geringd in Veldhoven en Eindhoven.

Vogelwerkgroep De Kempen. Slechtvalken geringd in Veldhoven en Eindhoven. Vogelwerkgroep De Kempen Postbus 386, 5500 AJ Veldhoven E-mail: vwgkempen@hetnet.nl Homepage: www.homepages.hetnet.nl/~vwgdekempen Gironummer: 5859111 Kamer van Koophandel: 40238962 Nieuwsbrief Slechtvalken

Nadere informatie