ORANJERIE TE HOBOKEN: STABILITEITSONDERZOEK DAKSPANTEN

Transcriptie

1 ORANJERIE TE HOBOKEN: STABILITEITSONDERZOEK DAKSPANTEN Lindekensveld 5 bus 3.2 B-3560 Lummen

2 TRICONSULT nv Technology Restoration Innovation Lindekensveld 5 bus B-3560 Lummen Web: Tel.: 013/ Fax: 013/ BTW BE U/REF.: 3560 Lummen, 08/06/2009 O/REF.: SI/D/00673/09 P.V. : D/00673/09 Ontvangstdatum materialen : Pag. : 1/26 Ontvangstdatum proefaanvraag : ORANJERIE TE HOBOKEN: STABILITEITSONDERZOEK DAKSPANTEN Op aanvraag van : Stad Antwerpen Patrimoniumonderhoud en Desguinlei Antwerpen Voor rekening van : College van Burgemeester en Schepenen Bedrijfseenheid financiën Hofstraat Antwerpen Werf : Oranjerie, Hoboken Bestek : Aannemer : Materialen : Proeven : Ir. Sven Ignoul dr. ir. Kris Brosens

3 Pag. : 2/26 ORANJERIE TE HOBOKEN: STABILITEITSONDERZOEK DAKSPANTEN 1. Doel van het onderzoek Door Stad Antwerpen, dienst patrimoniumonderhoud, vertegenwoordigd door ir. architect Julie Marin, werd gevraagd om de stabiliteit van de houten dakspanten van de Oranjerie in het park Sorgvliedt te Hoboken te onderzoeken. Het onderzoek werd uitgevoerd in overeenstemming met onze offerte SI/B d.d. 12/01/09. Het vooronderzoek omvat volgende punten: Onderzoek in-situ (resistographmetingen en houtvochtmetingen): 3 spanten Berekenen draagvermogen van 3 onderzochte spanten Beschrijven nodige restauratiemaatregelen voor de 3 onderzochte spanten Rapportering 2 Geraadpleegde documenten In kader van het onderzoek werd gebruik gemaakt van volgende documenten en gegevens: Gegevens verzameld tijdens het verkennend plaatsbezoek d.d. 15/12/08 Gegevens verzameld tijdens het onderzoek d.d. 26/05/2009 in aanwezigheid van dr. ir. Kris Brosens (Triconsult nv), ir Sven Ignoul (Triconsult nv) en ir. arch. Julie Marin (Stad Antwerpen). Opmetingsplannen bestaande toestand d.d. 11/12/08 opgemaakt door Stad Antwerpen. NBN EN uitgave juli 2002, Eurocode 1 - Belastingen op constructies - Deel 1-1 : Algemene belastingen - Dichtheden, eigen gewicht en opgelegde belastingen voor gebouwen NBN EN ANB uitgave september 2005, Eurocode 1 - Belastingen op constructies - Deel 1-1 : Algemene belastingen - Volumieke gewichten, eigen gewicht en opgelegde belastingen voor gebouwen - Nationale belgische bijlage NBN EN uitgave oktober 2005, Eurocode 1: Belasting op constructies - Deel 1-4: Algemene belastingen - Windbelastingen Gegevens verstrekt door de opdrachtgever

4 Pag. : 3/26 3. Situatieschets De oranjerie in park Sorgvliedt is getoond in figuur 1. Fig. 1 Oranjerie, park Sorgvliedt De dakstructuur bestaat uit 8 eiken dakspanten en 2 strijkbalken, waarop gordingen rusten dewelke het keperwerk met isolatie en dakbedekking dragen. De aanwezigheid van een bebording kon niet geverifieerd worden, evenals de juiste afmetingen van het keperwerk (door de aanwezigheid van de isolatie). Tussen de dakspanten werden 8 secundaire draagbalken aangebracht ter ondersteuning van een vroegere valse zoldering. Een zicht op de dakstructuur is getoond in figuur 2. Ten behoeve van de constructie van een liftschacht werd het eerste spant doorgezaagd, zoals getoond in figuur 3.

5 Pag. : 4/26 Fig. 2 Zicht op dakstructuur Fig. 3 Aanpassing spant 1 tbv liftschacht 4. Onderzoek in situ De houten structurele onderdelen van de dakstructuur werden waar mogelijk visueel onderzocht. Bijkomend werden ook resistograph-metingen en vochtmetingen uitgevoerd.

6 Pag. : 5/26 Voor de nummering van de spanten wordt verwezen naar figuur 4. Fig. 4 Nummering spanten 4.1. Visuele inspectie dakstructuur De nummering van de spanten gebeurt van oost naar west, zie figuur 4. De algemene opbouw van een spant is getoond in figuur 5. We dienen hier nu reeds te melden dat deze opbouw niet voor alle spanten volledig gelijk is.

7 Pag. : 6/26 Fig. 5 Dwarssnede met aanduiding benaming Algemeen kan gesteld worden dat alle houten trekkers van de spanten bestaan uit 2 delen, dewelke met een liplas (schuin, gehaakt) met mekaar werden verbonden, zie figuren 6 en 7.

8 Pag. : 7/26 Fig. 6 Schuine liplas Fig. 7 Gehaakte liplas (spant 7) Ook alle spantbenen (behalve deze van spant 8) zijn onderaan opgebouwd uit 2 delen, dewelke met een liplas aan elkaar verbonden werden, zie figuur 8.

9 Pag. : 8/26 Fig. 8 Liplas spantbeen Bijkomend kan in de meeste houten trekkers een insectenaantasting waargenomen worden (ronde uitvliegopeningen). Tijdens het plaatsbezoek was het niet mogelijk om vast te stellen of het hier nog ging om een actieve aantasting. Er konden voornamelijk kleine ronde uitvliegopeningen waargenomen worden, hetgeen wijst op een vermoedelijke aantasting door de kleine klopkever en mogelijks ook de spinthoutkever (op sommige houten balken was het spinthout nog niet verwijderd). Beperkt konden ook grotere ronde uitvliegopeningen waargenomen worden, mogelijks veroorzaakt door de grote klopkever. Een beeld van de uitvliegopeningen is getoond in figuur 9.

10 Pag. : 9/26 Fig. 9 Uitvliegopeningen Tevens konden beperkte kubische krimpscheuren (o.a. op de tussenbalken voor de valse zoldering) waargenomen worden, hetgeen wijst op een (vroegere) zwamaantasting (vermoedelijk huiszwam), figuur 10. Fig. 10 Kubische krimpscheuren (zwamaantasting)

11 Pag. : 10/26 Tijdens de visuele inspectie bleek ook dat in veel van de gebruikte houten onderdelen van de spanten sleuven en openingen aanwezig waren, dewelke wijzen op een recuperatie van deze onderdelen uit een andere constructie. Hierna worden enkele specifieke zaken per spant besproken. Spant 1 Zoals reeds gesteld in de vorige paragraaf werd de trekker van het eerste spant doorgezaagd ten behoeve van de constructie van een liftschacht. Door de opdrachtgever werd reeds gemeld dat deze liftschacht opnieuw verwijderd zal worden en dat de trekker opnieuw voorzien zal worden. Spant 2 Voor spant 2 blijkt dat de strevers (onder de gordingen) aan de westzijde van het spant ontbreken en dit zowel aan de voorgevel als aan de achtergevel, zie figuur 11. Deze strevers zorgen voor de windstijfheid van de constructie en helpen bijkomend de gordingen te ondersteunen. Het is aldus aangewezen om deze bij de restauratie terug te plaatsen. Fig. 11 Ontbrekende strevers (westzijde) De korbelen zijn blokvormig ingezaagd. Naar alle waarschijnlijkheid waren hierin vroeger kinderbalkjes aangebracht om een pleisterwerkafwerking op te kunnen bevestigen, zie figuur 12.

12 Pag. : 11/26 Fig. 12 Ingezaagde korbelen Spant 3 Voor spant 3 kan opgemerkt worden dat aan de opleg in de achtergevel (noord) nog veel spinthout aanwezig was (ondertussen gedeeltelijk verdwenen door insecten), zie figuur 13. Fig. 13 Spant 3, opleg achtergevel, spinthout Tevens kan opgemerkt worden dat er slechts 1 verticale ophangstaaf aanwezig is. Deze is aangebracht ter hoogte van de liplasverbinding in de trekker (op 3m65 van de voorgevel) en loopt door tot voorbij de hanebalk.

13 Pag. : 12/26 Spant 4 Voor spant 4 blijkt dat de ophangstaaf ter hoogte van de voorgevel onderaan afgebroken is. Bijkomend kan opgemerkt worden dat de korbelen van dit spant niet ingezaagd werden, zie figuur 14. Dit is enkel het geval voor dit spant. Vermoedelijk werden deze korbelen in het verleden vervangen. Dit vermoeden wordt bevestigd door de aanwezigheid van metalen latten, waarmee de korbelen bevestigd werden aan de hanebalk en aan het spantbeen, zie figuur 15. Fig. 14 Niet ingezaagde korbelen Fig. 15 Metalen verbindingslat korbeel

14 Pag. : 13/26 Spant 5 Voor spant 5 zijn geen speciale opmerkingen. De liplas bevindt zich op 1m80 van de voorgevel. Spant 6 Net zoals voor spant 3 ontbreekt ook voor spant 6 de ophangstaaf aan de voorgevel. Er is slechts 1 ophangstaaf aanwezig en deze bevindt zich ter hoogte van de liplas op ongeveer 4,45m van de voorgevel. Spant 7 Onder spant 7 en spant 8 is geen tussenvloer meer aanwezig. De inspectie kon aldus enkel vanop begane grond gedaan worden. Voor spant 7 kan opgemerkt worden dat gebruik gemaakt werd van een gehaakte liplas, terwijl voor de andere trekkers steeds een schuine liplas werd gebruikt. Tevens werd naast de bestaande trekker een extra randbalk geplaatst, vermoedelijk ter versterking van de trekker. De gehaakte liplas werd reeds getoond in figuur 7. De randbalk is duidelijk zichtbaar in figuur 16. Fig. 16 Randbalk trekker

15 Pag. : 14/26 Spant 8 Voor spant 8 werden beide ophangstaven weggelaten, ondanks de aanwezigheid van een schuine liplas. Deze liplas bevindt zich weliswaar dicht tegen de voorgevel. Spant 8 is ook het enige spant waarvan de spantbenen onderaan geen liplas hebben en dus nog continu zijn. Strijkbalken Beide strijkbalken vertonen visueel aantasting en dit zowel aan de opleg als in het midden van de balk Resistographmetingen Om de kwaliteit van de balkkoppen na te gaan werd er een reeks resistographmetingen uitgevoerd. Hierbij wordt een 50cm lange naald in het hout geboord waarbij de houtweerstand grafisch opgetekend wordt. Op die manier wordt een kwalitatief profiel van de houtweerstand bekomen ( houtsondering ). Slechte of verweerde stukken hout kunnen eenvoudigweg opgemerkt worden daar de houtweerstand er zeer klein of zelfs nul is. Bijkomend werd ook het relatieve vochtgehalte van de balken opgemeten met behulp van een elektronische houtvochtmeter. Het relatieve vochtgehalte van de onderzochte balken bleek tijdens de onderzoeken overal minder dan 16% te bedragen. Voor de nummering van de spanten wordt verwezen naar figuur 5. De bepaling van de ernst van de aantasting gebeurt op basis van de grafische resultaten, bekomen met de resistograph en de visuele waarnemingen. Figuren 17, 18 en 19 geven een beeld van de metingen met behulp van de resistograph.

16 Pag. : 15/26 Fig. 17 Resistographboring R3, spant 3, opleg achtergevel Fig. 18 Resistographboring R7, spant 6, opleg voorgevel

17 Pag. : 16/26 Fig. 19 Resistographboring R20, spant 4, liplas Een samenvatting van de resistographmetingen wordt gegeven in tabel 1. De grafische outprints bekomen met de resistograph werden toegevoegd in bijlage A. Nr Spant Positie Richting Houtkwaliteit R1 1 Opleg achter Verticaal, o-b, 45 Oppervlakkig aangetast (3cm diep) R2 2 Opleg achter Verticaal, o-b, 45 Oppervlakkig aangetast (1,5cm diep) R3 3 Opleg achter Verticaal, o-b, 45 Oppervlakkig aangetast (2cm diep) R4 4 Opleg achter Verticaal, o-b, 45 Volledig rot R5 5 Opleg achter Verticaal, o-b, 45 Goed R6 6 Opleg achter Verticaal, o-b, 45 Goed, in muur licht aangetast R7 6 Opleg voor Horizontaal, l-r, % aangetast R8 5 Opleg voor Verticaal, o-b, 45 Oppervlakkig aangetast (5cm diep) R9 4 Opleg voor Verticaal, o-b, 45 Oppervlakkig aangetast (0,5cm diep) R10 3 Opleg voor Verticaal, o-b, 45 Oppervlakkig aangetast (1cm diep) + in muur aangetast R11 2 Opleg voor Verticaal, o-b, 45 Oppervlakkig aangetast (1,5cm diep)

18 Pag. : 17/26 R12 2 trekker op 2m15 voorgevel Verticaal, b-o, 90 Goed R13 2 trekker midden Verticaal, b-o, 90 Goed R14 2 trekker op 2m15 achtergevel R15 3 trekker op 2m15 voorgevel Verticaal, b-o, 90 Verticaal, b-o, 90 Goed Goed R16 3 trekker midden Verticaal, b-o, 90 Goed R17 3 trekker op 2m15 achtergevel R18 4 trekker op 2m40 voorgevel Verticaal, b-o, 90 Verticaal, b-o, 90 Goed Goed R19 4 trekker midden Verticaal, b-o, 90 Goed R20 4 trekker op 1m80 achtergevel Verticaal, b-o, 90 Goed Tabel 1 Overzicht houtonderzoek Bij de tabel kunnen volgende opmerkingen gemaakt worden: Indien er verweerde stukken teruggevonden worden, wordt telkens aangegeven welk gedeelte van het onderzochte profiel aangetast is. Uiteraard gaat het steeds om steekproeven. Twee boringen in dezelfde balk hoeven dus niet steeds een identiek resultaat te geven. De resultaten laten echter wel toe om een uitspraak te doen over de globale kwaliteit van de balk. Eventuele plaatselijke aantastingen worden daarentegen echter niet altijd waargenomen.

19 Pag. : 18/ Besluit houtonderzoek Op basis van de visuele vaststellingen en de resistographmetingen konden verschillende aangetaste balkkoppen teruggevonden worden. Volgende balkkoppen dienen hersteld te worden (polymeerchemisch of houtvervanging): spant 3, opleg achtergevel spant 4, opleg achtergevel spant 6, opleg voorgevel De volgende balkkoppen vertonen tekenen van aantasting in de muur en dienen dan ook na blootlegging grondig geïnspecteerd te worden tijdens de uitvoering der werken: spant 6, opleg achtergevel spant 3 opleg voorgevel Op bijna alle balken zijn sporen terug te vinden van insectenaantasting (o.a. kleine en grote klopkever). Beperkt konden ook sporen terug gevonden worden van een vroegere zwamaantasting. De insectenaantasting heeft voorlopig voornamelijk geleid tot een oppervlakkige aantasting. De houten structuuronderdelen worden uitgebijld, waarna een algemene curatieve en preventieve houtbehandeling kan uitgevoerd worden voor de volledige constructie. Alle verbindingen in de dakspanten dienen gecontroleerd te worden. Loszittende verbindingen dienen hersteld te worden. Speciale aandacht dient hierbij te gaan naar de liplasverbindingen. Tijdens de visuele inspectie in kader van het vooronderzoek konden evenwel geen loszittende verbindingen waargenomen worden. Bij de visuele inspectie kon opgemerkt worden dat de strevers aan de westzijde van spant 2 ontbreken. Deze moeten teruggeplaatst worden.

20 Pag. : 19/26 De strijkbalken, evenals de houten onderdelen van spant 7 en 8 konden enkele visueel geïnspecteerd worden vanop begane grond. Op basis van deze visuele inspectie is te verwachten dat de trekker van spant 7 (momenteel versterkt met een randbalk) mogelijks vervangen zal moeten worden. Ook de strijkbalken vertonen zowel aan de opleggen als algemeen tekenen van aantasting en het is dan ook te verwachten dat beide strijkbalken integraal vervangen zullen moeten worden. De trekker van het eerste spant wordt na verwijderen van de liftschacht vervangen of aangevuld. Aan alle balkkoppen kan een veer waargenomen worden van een muuranker. Op de voorgevel kan evenwel geen schieter teruggevonden worden. Mogelijks betreft het hier ingemetselde schieters. De aanwezigheid van dergelijke schieters zal tijdens de uiteindelijke (dak)restauratie moeten geverifieerd worden. Over de noodzaak van het aanvullen van de ophangstaven wordt in de volgende paragraaf dieper ingegaan. 5. Controleberekening dakspant 5.1 Belastingen Voor de berekening van de houten dakstructuur wordt gerekend met de volgende belastingen: Eigengewicht hout Voor het eigengewicht van het hout wordt gerekend met 700 kg/m³. Dakbedekking Momenteel is het dak uitgevoerd als enkel dak bestaande uit gordingen, kepers, isolatie, (bebording) en dakbedekking. Het gewicht van dit enkele dak wordt geraamd op 100 kg/m².

21 Pag. : 20/26 Windbelasting Voor het bepalen van de windbelasting werd gebruik gemaakt van de norm NBN EN uitgave oktober 2005, Eurocode 1: Belasting op constructies - Deel 1-4: Algemene belastingen - Windbelastingen. Rekeninghoudend met het feit dat het gebouw in een verstedelijkt gebied gelegen is kan de winddruk op het dak bepaald worden op 1006 N/m² (referentiehoogte: 9,5m) Berekening typespanten 2, 3 en 4 Ter bepaling van de momenteel optredende maximale spanningen en vervormingen (inclusief winddruk) wordt een typisch spant uitgerekend. De maximale tussenafstand tussen de verschillende spanten bedraagt 2,75m. De afmetingen van het typespant worden overgenomen uit de ter beschikking gestelde opmetingsplannen, aangevuld met de opmetingen ter plaatse, zie tabel 2. Afmetingen: h x b [mm x mm] Spantonderdeel Spant 2 Spant 3 Spant 4 Trekker 170x125 à 170x x210 à 220x x160 à 180x180 Spantbeen 140x110 à 150x x100 à 150x x110 à 180x80 Hanebalk 160x90 à 160x x80 130x80 Korbeel 120x100 (ingezaagd) 100x70 90x80 à 130x80 Ophangstaaf 40x40 à 60x60 60x60 (1 stuk) 60x60 (1 stuk) Tabel 2 Opmeting spantonderdelen Voor het model worden steeds de minimumafmetingen ingerekend. Het model verondersteld dat de structuur gezond en intact is. De berekeningen worden uitgevoerd met het programma Powerfram (Buildsoft N.V., versie 5.6, 15/04/2008). De berekeningsnota zoals afgeleverd door het programma wordt gevoegd in bijlage B. De belangrijkste resultaten worden hieronder weergegeven.

22 Pag. : 21/26 Spanningen Gezien de toestand van de constructie worden de spanningen (trek en druk) in de structuur beperkt tot 10 MPa in de GebruiksGrensToestand-Zeldzame Combinatie (GGT-ZC). Voor de 3 typespanten blijkt dat de huidige structuur in staat is om de bestaande dakafwerking met de windlast te dragen. Door de opdrachtgever werd tevens gevraagd om na te gaan welke bijkomende belasting de trekker van het spant kan dragen (met het oog op de bevestiging van een valse zoldering). Uit de berekeningen blijkt dat de maximale toegelaten spanning (10 MPa) in de structuur wordt overschreden voor de volgende lijnlasten, aangegeven in tabel 3. Deze lijnlasten worden omgezet naar overeenkomstige oppervlaktelasten Lijnlast [kn/m] Oppervlaktelast [kg/m²] Spant 2 2, Spant 3 2,06 75 Spant 4 1,65 60 Tabel 3 Toelaatbare lijnlasten op trekker spant Hierbij dienen we wel op te merken dat tijdens de rondgang vastgesteld werd dat de trekker van spant 6 slechts 155mm hoog was en 135 mm breed. De overige onderdelen van dit spant werden niet nagemeten, maar het is wel te verwachten dat de toelaatbare lijnlast voor spant 6 op de trekker nog lager zal zijn dan deze berekend voor spant 4. Vervormingen In tabel 4 worden de maximaal optredende vervormingen aangegeven.

23 Pag. : 22/26 Verticale vervorming [mm] Horizontale vervorming [mm] Spant 2 7 (trekker) 2 (spantbeen) Spant 3 13 (trekker) 3 (spantbeen) Spant 4 29 (trekker) 6 (spantbeen) Tabel 4 Maximale vervormingen Hierbij is op te merken dat de invloed van het ontbreken van de ophangstaven op het doorbuigen van trekker zeer groot is. Voor spant 3 is slechts 1 ophangstaaf aanwezig, maar deze werd wel meer in het midden van de trekker aangebracht (kleinere doorbuiging). Voor spant 4 is 1 van de ophangstaven onderaan afgebroken. Op basis van deze berekeningen stellen we voor om voor ieder spant opnieuw 2 ophangstaven te voorzien om de vervormingen in de trekker te verminderen. Voor volgende spanten zal aldus een bijkomende ophangstaaf moeten voorzien worden: - spant 3 - spant 4 - spant 6 - spant 8 (2 stuks) 5.3. Besluit dakstructuur Uit de berekeningen volgt dat de maximaal optredende spanningen en de optredende vervormingen in het houten dakspant nergens de toelaatbare waarden overschrijden in de huidige toestand. Dit betekent dat de stabiliteit voor deze structuren gegarandeerd is, veronderstellend dat alle aangetaste delen hersteld/vervangen worden.

24 Pag. : 23/26 De bijkomende toelaatbare belasting op de trekkers is eerder beperkt te noemen. Hierbij dient bijkomend opgemerkt te worden dat voor verschillende spanten de ophangstaven aan te vullen zijn. Bijkomend is het zo dat de afmetingen van de structuuronderdelen nog licht zullen afnemen na het wegbijlen van het aangetaste hout. We dienen dan ook te adviseren om gebruik te maken van secundaire balken om bijkomende belastingen zoals een valse zoldering aan op te hangen. Dergelijke secundaire balken zijn vandaag al aanwezig (deze werden niet onderzocht in het kader van deze opdracht). Een uitspraak over het draagvermogen en de kwaliteit van de gordingen en het keperwerk maakt geen deel uit van deze opdracht. Ook de standzekerheid van de gevels werd in kader van deze opdracht niet onderzocht. 6. Krachtlijnen voor de restauratie Op basis van de uitgevoerde onderzoeken en berekeningen kan geconcludeerd worden, dat indien de spantstructuren intact en gezond zijn, ze in staat zijn om, onder de huidig geldende normen, de stabiliteit van het dak te garanderen. Gezien de aanwezige insecten en schimmelaantasting zullen alle houten structuurelementen insecten- en schimmelwerend behandeld moeten worden (na het uitbijlen). Alle ontbrekende elementen (strevers, ophangstaven, doorgezaagde trekker,...) moeten vervangen worden. Loszittende verbindingen moeten hersteld worden. Speciale aandacht dient te gaan naar de liplasverbindingen. Volgende balkkoppen dienen zeker hersteld te worden (polymeerchemisch of houtvervanging): spant 3, opleg achtergevel spant 4, opleg achtergevel spant 6, opleg voorgevel

25 Pag. : 24/26 De volgende balkkoppen vertonen tekenen van aantasting in de muur en dienen dan ook na blootlegging grondig geïnspecteerd te worden tijdens de uitvoering der werken: spant 6, opleg achtergevel spant 3 opleg voorgevel Volgende trekkers dienen vervangen te worden: spant 1 (herstellen doorgezaagd spant) spant 7 strijkbalken (2 stuks) Voor volgende spanten zal een bijkomende ophangstaaf moeten voorzien worden: spant 3 spant 4 spant 6 spant 8 (2 stuks) Voor het opnemen van bijkomende lasten door het dakstructuur worden best een parallelle draagstructuur voorzien (zoals nu reeds aanwezig). De aanwezigheid van ingemetselde schieters dient geverifieerd te worden tijdens de restauratie.

26 Pag. : 25/26 7 Raming der werken Onderstaande raming betreffen enkel de ingrepen nodig aan de spantstructuur. De werken om de structuur bereikbaar te maken worden niet opgenomen in deze offerte. - Vrijmaken balkkoppen en terug dichtmetselen gemaakte openingen: 20 stuks (controle verankering,...) VH: 20 stuks à 80 /stuk Uitbijlen en nazicht van de houtconstructie SOG: Curatief-preventieve houtbehandeling van het geheel SOG: Brandremmende houtbehandeling van het geheel (noodzakelijk?) SOG: Herstellen van houtverbindingen SOG: Herstellen van houtconstructies met nieuw hout (zomereiken) - trekker 160x160, lengte 7m20 = 0,184 m³, 4 stuks = 0,74 m³ - ophangstaaf, 50x50, lengte 2m = 0,005 m³, 5 stuks = 0,025m³ - strever, 70x70, lengte 1m40 = 0,007 m³, 2 stuks = 0,014 m³ Totaal = 0,78 m³, in opzoeking 0,2m³ VH: 1 m³ à 3750 /m³ 3750

27 Pag. : 26/26 - Polymeerchemische herstel van hout en houtverbindingen (wapening inbegrepen) - Balkkoppen: 3 stuks, in opzoeking: 3 stuks (30 liter/stuk) = 180 liter - Opvullen holtes of aanvullen uitgebijlde zones: 100 liter VH: 280 liter à 15 /l 4200