abcdefgh Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG DGP/MDV/U Geachte voorzitter,

Transcriptie

1 abcdefgh Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG Contactpersoon Doorkiesnummer Datum 18 maart 2005 Ons kenmerk DGP/MDV/U Onderwerp Stand van zaken aangepast examen taxichauffeur Bijlage(n) - Uw kenmerk - Geachte voorzitter, Naar aanleiding van de algemene overleggen met uw Vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat op 16 september 2004 over het taxibeleid en op 26 januari 2005 inzake het openbaar vervoer, informeer ik u via deze brief over de stand van zaken van mijn voornemen om voor bepaalde deelmarkten van het taxivervoer tot een aanpassing van de regelgeving inzake het huidige verplichte examen voor taxichauffeurs te komen. Daarnaast wil ik u via deze brief informeren over de stand van zaken in de uitvoering van enkele andere onderdelen van het taxibeleid. Stand van zaken uitvoering examen taxichauffeur Ingroeiregeling Eind 2004 is met branchepartijen overlegd over de periode dat een in het beroep beginnende chauffeur zonder diploma mag rijden, in aanloop naar het examen of in afwachting van de papieren. Ik ben de branche tegemoetgekomen in hun wens om die periode te verlengen. Inmiddels is deze periode opgerekt van de oorspronkelijke 4 weken naar de thans met de branche overeengekomen 8 weken. De branche heeft zo naar mijn mening ruim de tijd om chauffeurs te werven, op te leiden en eventueel examen te laten doen. Deze ingroeiregeling geldt tot 1 januari 2006, zoals ik begin 2004 bij de totstandkoming van het huidig verplichte examen met de branche ben overeengekomen. Vanaf die datum zouden voldoende gediplomeerde taxichauffeurs beschikbaar dienen te zijn. Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Telefoon Fax bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)

2 Beschikbare capaciteit CBR Via branchepartijen hebben mij geluiden bereikt dat er sprake zou zijn van een capaciteitsprobleem bij het CBR ten aanzien van het afnemen van het taxi-examen. Uit overleg dat mijn ministerie onlangs met het CBR heeft gevoerd, blijkt dat het CBR op alle examenlocaties voldoende capaciteit ter beschikking heeft. Op basis van de beschikbare capaciteit kan een chauffeur binnen 4 weken het examen hebben afgelegd. Wel constateert het CBR dat het aantal examenaanvragen achterblijft bij de verwachting. Om die reden heeft het CBR inmiddels via dagbladen de chauffeurs opgeroepen om tijdig examen af te leggen, juist om te voorkomen dat eind 2005 wél een capaciteitsprobleem ontstaat. De geografische spreiding van de examenlocaties is op dit moment zodanig dat iedere chauffeur in de eigen regio examen kan doen. Op dit moment is mijn ministerie in overleg met het CBR en branchepartijen om eventuele witte vlekken ten aanzien van de gekozen examenlocaties te identificeren en de wenselijkheid en noodzaak te bekijken om op korte termijn het aantal examenlocaties uit te breiden. Ook bekijk ik op dit moment samen met het CBR de mogelijkheden om bij het onderdeel stratenkennis een betere koppeling te leggen met de locatie waar daadwerkelijk taxivervoer wordt verricht. Voortgang aangepast examen voor taxichauffeurs Aanleiding Sinds 1 juli 2004 geldt een zogenaamde eis van vakbekwaamheid voor taxichauffeurs, die vorm heeft gekregen door middel van een verplicht examen. Het met goed gevolg afleggen van dit examen geldt per 1 juli 2004 als aanvullende voorwaarde, naast het overleggen van een kopie van het rijbewijs, een verklaring omtrent gedrag en een geneeskundige verklaring, om in het bezit te komen van de chauffeurspas (Besluit van 2 juni 2004, houdende wijziging van het Besluit personenvervoer 2000 in verband met de invoering van het vereiste van vakbekwaamheid voor de taxibestuurder (Stb. 2004, 252)). Na de invoering van die regelgeving is uit overleg met de branche-organisaties naar voren gekomen dat bepaalde eisen van het examen voor taxichauffeurs onvoldoende aansloten op de dagelijkse (werk)praktijk in bepaalde deelmarkten binnen het contractvervoer. In het algemeen overleg met uw Vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat op 16 september 2004 (Kamerstukken II 2004/2005, , nr. 53) heb ik toegezegd dat voor een afgebakende categorie taxivervoer bepaalde exameneisen zouden komen te vervallen. In de regelgeving zal hiertoe alsnog onderscheid worden gemaakt tussen een regulier chauffeursexamen en een beperkter chauffeursexamen. Stand van zaken Direct na het overleg van 16 september 2004 heb ik overleg gevoerd met enkele branchepartijen om tot een aanpassing van het sinds 1 juli 2004 verplichte examen voor taxichauffeurs te komen. De wenselijkheid van een garantie van een basiskwaliteit door het alleen toelaten van ervaren en gekwalificeerde chauffeurs wordt door deze partijen 2

3 erkend en onderschreven. Duidelijk is geworden dat veel van de algemene vaardigheden ook voor het contractvervoer nodig zijn en dat de wens voor een aangepast examen zeker niet alle contractvervoer betreft. Samen met de branchepartijen zijn enkele criteria opgesteld voor bepaalde vormen van contractvervoer waarvoor het aangepaste examen moet gaan gelden. Er moet sprake zijn van vervoer: volgens vaste routes; op vaste tijden; van vaste klanten/passagiers; waarbij niet wordt afgerekend met klanten. Met de branche is inmiddels overeenstemming bereikt over de inhoud van een aangepast examen, waardoor dit examen nu beter op de dagelijkse (werk)praktijk is afgestemd. Het met goed gevolg afleggen van het aangepaste examen blijft wel als voorwaarde gelden om binnen deze deelmarkten van het contractvervoer als taxichauffeur werkzaam te zijn. Hiervoor zal door mijn inspectie een chauffeurspas met apart kenmerk worden afgegeven. Deze specifieke chauffeurspas geeft uitsluitend recht op het mogen verrichten van taxivervoer dat voldoet aan bovenstaande criteria. Hierop zal door mijn inspectie intensief worden gehandhaafd. Inhoudelijke aanpassingen ten opzichte van huidig verplichte examen Uit overleg met verschillende partijen uit de branche zijn voor bepaalde deelmarkten van het contractvervoer ten opzichte van het huidige verplichte examen de volgende onderdelen komen te vervallen: stratenkennis; technische kennis van de auto (bijv. rijklaarcontrole, opheffen van storingen); te maken routekeuze; bepalen van de ritprijs en het verrichten van betalingshandelingen; bepalen van de rijtijd. Doelgroep aangepast examen Een deel van de bestaande chauffeurs is vrijgesteld van de examenverplichting op basis van historische vakbekwaamheid; zij zijn in het bezit van een chauffeurspas die is afgegeven vóór 1 juli Het deel van de chauffeurs dat thans werkzaam is in de deelmarkten van het contractvervoer waarvoor het aangepaste examen gaat gelden, wordt geschat op Daarnaast gaat het aangepaste examen ook voor alle nieuwe chauffeurs binnen deze deelmarkten van het contractvervoer gelden. Gelet op de invoering (en de inhoudelijke onderdelen) van het aangepaste examen wordt door mijn ministerie op dit moment ook de wenselijkheid en noodzaak bekeken of de huidige erkenningsregeling van bestaande diploma s en certificaten, zoals het diploma voor touringcar-/en buschauffeur, (op onderdelen) aanpassing (verruiming) behoeft. Ook hierover vindt overleg met branchepartijen plaats. Als tot aanpassing (verruiming) van de huidige erkenningsregeling wordt besloten, komen chauffeurs die over een dergelijk diploma/certificaat beschikking (alsnog) in aanmerking voor gehele of gedeeltelijke vrijstelling van het examen. Ik verwacht hierover op korte termijn met de branche overeenstemming te bereiken. 3

4 Planning en beoogde invoeringstermijn Om het aangepaste examen in te voeren dient de huidige regelgeving te worden gewijzigd. Mijn streven is erop gericht om het aangepaste examen voor de zomervakantie (van 2005) in te voeren. Dat is de snelst haalbare procedure, ervan uitgaande dat zich tijdens de behandeling van de concept-regelgeving geen onvoorziene problemen voordoen. Behandeling van de benodigde regelgeving in de ministerraad is voorzien voor medio maart 2005, waarna de regelgeving voor advies aan de Raad van State kan worden voorgelegd. Stand van zaken bij overige actuele onderwerpen in het taxibeleid De afgelopen maanden is binnen het taxibeleid op diverse terreinen voortgang geboekt. De belangrijkste wil ik hier kort noemen. Kenbaarheid van klachtenbehandeling en tarieven Vanaf 1 januari 2005 gelden nieuwe regels voor het bekendmaken van de wijze waarop klachtenbehandeling plaatsvindt en het kenbaar maken van de tarieven voor de straattaxi. Er is daarvoor een vernieuwde modeltariefkaart ontwikkeld, die goede leesbaarheid van de daarop vermelde informatie waarborgt. Vooralsnog wordt deze modelkaart kosteloos aan de branche beschikbaar gesteld en heeft een groot deel van de taxibedrijven inmiddels van dat aanbod gebruik gemaakt. Mijn inspectie handhaaft hierop. Transparante tariefstructuur voor de straattaxi Bij de ontwikkeling van een transparante tariefstructuur voor straattaxi en de voorbereiding van de daarmee verband houdende wetswijziging is goede vooruitgang geboekt. De planning is gericht op behandeling van het wijzigingsvoorstel in de ministerraad medio april 2005 waarna het voor advies aan de Raad van State kan worden aangeboden. Indiening bij uw Kamer zal direct na verwerking van het advies van de Raad van State plaats kunnen vinden. Hoogte Maximumtarief in 2005 Conform de afspraken met u gemaakt tijdens het algemeen overleg van 16 september 2004 heeft er geen indexering van het niveau van het maximumtarief voor het straattaxivervoer in 2005 plaatsgevonden. In casu heb ik het maximumtarief voor dit jaar bevroren op het niveau van Overleg G4 Met de vertegenwoordigers van de vier grote steden (G4) is en wordt overleg gevoerd over (de aanpak van) de problematiek van het taxivervoer in deze steden. Er is een probleemanalyse uitgevoerd en de verschillende oplossingsrichtingen zijn verkend. Er wordt op dit moment toegewerkt naar de fase van het maken van concrete afspraken. De afspraken worden vastgelegd in convenanten met de vier steden. Handhaving van de wettelijke eisen vormt een prominent onderdeel van die convenanten. Een ander belangrijk onderdeel hierin betreft afspraken over het beheer van de standplaatsen. Die afspraken zijn gericht op beter toezicht, de goede toegankelijkheid van en de 4

5 ordehandhaving op de standplaatsen. Mijn streven is erop gericht om de convenanten voor de zomer van 2005 te ondertekenen. Hoogachtend, DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT Karla Peijs 5