Reactie en duiding van de (nieuwe) Ladder. Peter van Geffen 20 oktober 2016

Transcriptie

1 Reactie en duiding van de (nieuwe) Ladder Peter van Geffen 20 oktober 2016

2 De huidige Ladder Inclusief update jurisprudentie

3 Ladder laatste Rijksbelang RO, motiveringsplicht voor nieuwe stedelijke ontwikkelingen

4 Artikel Bro lid 2 en 3 = de huidige Ladder 2. De toelichting bij een bestemmingsplan dat een nieuwe stedelijke ontwikkeling mogelijk maakt, voldoet aan de volgende voorwaarden: a. er wordt beschreven dat de voorgenomen stedelijke ontwikkeling voorziet in een actuele regionale behoefte; b. indien uit de beschrijving, bedoeld in onderdeel a, blijkt dat sprake is van een actuele regionale behoefte, wordt beschreven in hoeverre in die behoefte binnen het bestaand stedelijk gebied van de betreffende regio kan worden voorzien door benutting van beschikbare gronden door herstructurering, transformatie of anderszins, en; c. indien uit de beschrijving, bedoeld in onderdeel b, blijkt dat de stedelijke ontwikkeling niet binnen het bestaand stedelijk gebied van de betreffende regio kan plaatsvinden, wordt beschreven in hoeverre wordt voorzien in die behoefte op locaties die, gebruikmakend van verschillende middelen van vervoer, passend ontsloten zijn of als zodanig worden ontwikkeld. 3. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing op een provinciale verordening die een locatie voor stedelijke ontwikkeling aanwijst.

5 Na 4 jaar zijn hoofdlijnen Ladder helder Duidelijkheid over: Hoofdlijn wanneer sprake is van een NSO Hoe omgaan met afbakenen regio s Wat nodig is voor bepalen behoefte Hoe kijken naar en mogelijke motiveerlijnen trede 2 Hoe kijken naar trede 3 Nog onduidelijkheid over: Bijzondere functies die weinig voorkomen Uitwerkingsplichten/plannen Zodanige functiewijziging Ofwel: vooral juristerij (maar met impact!)

6 Begrippen: nieuwe stedelijke ontwikkeling & bestaand stedelijk gebied Nieuwe stedelijk ontwikkeling : Stedelijke ontwikkeling: ruimtelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein of zeehaventerrein, of van kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen. Het Bro kent geen ondergrenzen, jurisprudentie geeft richting: In basis lage ondergrenzen Is sprake van nieuw ruimtebeslag? Is sprake van een zodanige functiewijziging? Discussie rondom onbenutte planologische mogelijkheden, in het bijzonder rondom uitwerkingsplichten en plannen (NB. uitspraak Spoorallee /1/R1 & Westland /1/R6) Bestaand stedelijke gebied : Bestaand stedelijk gebied: bestaand stedenbouwkundig samenstel van bebouwing ten behoeve van wonen, dienstverlening, bedrijvigheid, detailhandel of horeca, alsmede de daarbij behorende openbare of sociaal culturele voorzieningen, stedelijk groen en infrastructuur. Op basis van jurisprudentie weten we dat de Afdeling ook de huidige bestemming relevant acht. Is op gronden een ontwikkelingen ten behoeve van een stedelijke functie mogelijk? Dan vaak bestaand stedelijk gebied, kan ook als gronden onbebouwd zijn.

7 Regio in Bro vervangbaar door reikwijdte (van de functie) NB: uitspraak bedrijventerrein Florapark Asten /1/R3 gemeenschappelijke uitgangspunten in de regio helpen sterk

8 Best practices: werken met de Ladder

9 Brainport Industries Campus Eindhoven Specifiek industrieel campusconcept voor samenwerkende bedrijvigheid in de hightech maakindustrie Voor Ladder ging bijzondere aandacht uit naar beoordeling specifieke campusconcept in relatie tot de vraag, aanbod, leegstandseffecten en alternatieve locaties in de regio

10 Woonprogrammering Overijssel incl. kwalitatief programmeren in Twente Afspraken over regionale woonprogrammering in Twente en West-Overijssel gebaseerd op de Ladder, alle gemeenten doen mee. Gedeelde uitgangspunten over vraag en aabod, in beeld per gemeente. Maximaal 100% van woningvraag komende 10 jaar vastleggen in harde plannen maar streven in 20/30% vrije ruimte houden in programmering. Afstemming binnen subregio s waarbij meer regionale afstemming vereist is voor weilandplannen dan inbreidingsplannen. Gemeenten met overprogrammering maken een plan om binnen 3 jaar onder de 100% te komen zodat ze buurgemeenten niet in de weg zitten, ook gemeente zelf kan voor provincie door met goede plannen. Overheveling van behoefte tussen gemeente mogelijk als dit markttechnisch te onderbouwen is en andere gemeenten akkoord zijn.

11 In Twente werken ze momenteel samen aan kwalitatief programmeren voor suburbaan wonen Zicht op kwalitatieve aspecten van de woningvraag als verdieping en binnen de kaders van de regionale programmering Beoordeling suburbane plannen op kwaliteit (plek/product) en aantrekkingskracht

12 In Twente werken ze momenteel samen aan kwalitatief programmeren voor suburbaan wonen Kwalitatief programmeren, de basis: Plannen vertegenwoordigen lange termijn toekomstwaarde passend bij de behoefte Plannen moeten toegevoegde waarde hebben op de bestaande woningvoorraad Plannen moeten bijdragen aan onderscheidend vermogen van Twente woningmarkten Voorbeelden van uitgangspunten voor suburbaan wonen in Twente: Maximaal contact met buitengebied, weids uitzicht, open uitzicht natuur of landschap Maximale tuinen, minimaal 15 meter diep Zo kort mogelijke afstand tot school en voorzieningen/winkels

13 Crisis- en herstelwet bij flexibel bestemmen en de Ladder voor Spoorzone Culemborg Plan aangewezen als experiment binnen de Crisis- en Herstelwet. Zo mag voor dit bestemmingsplan niet de gebruikelijk 10 jaar maar een looptijd van 20 jaar worden gehanteerd. Het plan is beoogd als een flexibel plan waarbij de functies die planologisch mogelijk worden gemaakt flexibel kunnen worden ingevuld met: Supermarkt Stationsgerelateerde detailhandel Bedrijfsruimte Leisure Maatschappelijke en commerciële dienstverlening Voor de Ladder moeten alle functies die het plan mogelijk maakt worden onderbouwd. Hierbij geldt het principe van planologische maximalisatie.

14 Omgaan met de Ladder en flexibiliteit, strategische tips Weeg af waar en welke plannen flexibiliteit moeten bieden. Niet alles moet flexibel. Overweeg goed voor welke plannen en locaties flexibiliteit essentieel is en waar niet. Daarmee bieden plannen ruimte waar dat echt nodig is, bijvoorbeeld centrumgebieden, en zijn ze meer gedetailleerd van aard op overige locaties. Neem maximumoppervlakten/maxima op in het bestemmingplan. U kunt overwegen om een aantal functies te maximeren in aantal potentieel te ontwikkelen m2 of in aantallen eenheden (aantal hotels bijvoorbeeld). Daarmee borgt het plan dat er niet meer dan het maximaal te onderbouwen oppervlak wordt gerealiseerd in het gebied. Zorg voor heldere functieaanduidingen. Voor een aantal functies is het relevant een heldere functieomschrijving op te nemen in het bestemmingsplan. Wanneer u bijvoorbeeld enkel lichte leisure en horeca toe wilt staan, is het van belang dat het bestemmingsplan planologisch ook enkel in dit segment voorziet. Wanneer u planologisch meer dan de doelgroep mogelijk maakt, dient u dit ook te onderbouwen voor de Ladder. Overweeg toewijzing naar deelgebieden. Overweeg te werken met een specifieke programmering naar deelgebieden. Hierdoor is betere sturing mogelijk in de maximale mogelijkheden per functie. Ook kan bij voorbeeld in het bestemmingsplan worden opgenomen, dat specifieke functies zich enkel kunnen vestigen in bestaande bebouwing. Op die manier maximeert u impliciet. Beperken van flexibiliteit tot de ontwikkelfase van het plan. U kunt ervoor kiezen om op te nemen dat u het bestemmingsplan herziet en definitief maakt, wanneer het plan tot ontwikkeling is gekomen. Daarmee beperkt u alsnog de mogelijkheden in plancapaciteit in het gebied of voor de verschillende deelgebieden.

15 De nieuwe Ladder Belangrijkste wijzigingen en verwachte effecten

16 Artikel Bro lid 2 en 3 = de huidige Ladder 2. De toelichting bij een bestemmingsplan dat een nieuwe stedelijke ontwikkeling mogelijk maakt, voldoet aan de volgende voorwaarden: a. er wordt beschreven dat de voorgenomen stedelijke ontwikkeling voorziet in een actuele regionale behoefte; b. indien uit de beschrijving, bedoeld in onderdeel a, blijkt dat sprake is van een actuele regionale behoefte, wordt beschreven in hoeverre in die behoefte binnen het bestaand stedelijk gebied van de betreffende regio kan worden voorzien door benutting van beschikbare gronden door herstructurering, transformatie of anderszins, en; c. indien uit de beschrijving, bedoeld in onderdeel b, blijkt dat de stedelijke ontwikkeling niet binnen het bestaand stedelijk gebied van de betreffende regio kan plaatsvinden, wordt beschreven in hoeverre wordt voorzien in die behoefte op locaties die, gebruikmakend van verschillende middelen van vervoer, passend ontsloten zijn of als zodanig worden ontwikkeld. 3. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing op een provinciale verordening die een locatie voor stedelijke ontwikkeling aanwijst.

17 Nieuwe Ladder (concepttekst) zoals die naar verwachting medio 2017 in werking treedt 2. De toelichting van een bestemmingsplan dat een nieuwe stedelijke ontwikkeling mogelijk maakt, bevat een beschrijving van de behoefte aan de voorgenomen stedelijke ontwikkeling. Indien blijkt dat de stedelijke ontwikkeling niet binnen bestaand stedelijk gebied kan worden voorzien, bevat de toelichting een motivering daarvan en een beschrijving van de mogelijkheden om in die behoefte te voorzien op de gekozen locatie buiten het bestaand stedelijk gebied. 3. Indien in het bestemmingsplan toepassing is gegeven aan artikel 3.6, eerste lid, onder a of b, van de wet kan bij het bestemmingsplan worden bepaald dat het tweede lid niet van toepassing is op de toelichting bij het bestemmingplan maar eerst op de toelichting bij het wijziging- of uitwerkingsplan als bedoeld in dat artikel.

18 Belangrijkste wijzigingen en effecten van de nieuwe Ladder (zoals die in consultatie is geweest) in onze ogen Het loslaten van afzonderlijke treden en schrappen van overbodige zinsneden en (huidige) trede 3 van de Ladder Het in de praktijk voor verwarring zorgende begrip actuele regionale behoefte is in de nieuwe Laddertekst vervangen door behoefte Nieuw onderdeel toegevoegd aan artikel (lid 3) Bro waarmee de Laddertoets bij flexibele planvormen kan worden doorgeschoven naar het moment van vaststelling van het wijzigings- of uitwerkingsplan Vernieuwde toelichting en er komt een betere handreiking

19 Woordje regio geschrapt maar reikwijdte functie blijft (naar verwachting) leidend bij behoeftetoets en afweging mogelijkheden bestaand stedelijk gebied

20 Laddertoets verschuift desgewenst naar moment vaststelling uitwerkings- of wijzigingsplan Idee: nu dubbele Laddertoets (eerst bij moederplan en vervolgens weer bij uitwerkingsplan of wijzigingsbevoegdheid). Nieuw lid biedt mogelijkheid als gemeente dit wil- Laddertoets door te schuiven bij flexibele planvormen (uitwerkingsplicht of wijzigingsbevoegdheid). Geen oplossing voor onderzoekslasten bij globale plannen, hangt samen met systeem Wro/Bro en moet worden opgelost binnen Omgevingswet. Aandachtspunten: meetellen als hard planaanbod bij Laddertoets?

21 Vragen? Peter van Geffen tel