Stand van zaken Wet aanpassing bestuursprocesrecht
|
|
- Simon Andreas van Loon
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 September 2012 Bestuursprocesrecht Stand van zaken Wet aanpassing bestuursprocesrecht Reeds in onze nieuwsbrief van april dit jaar meldden wij u dat het wetsvoorstel Wet aanpassing bestuursprocesrecht op 27 maart jl. met algemene stemmen in de Tweede Kamer is aangenomen. Vervolgens is het wetsvoorstel naar de Eerste Kamer doorgezonden. Momenteel bevindt het wetsvoorstel zich in het stadium van schriftelijke voorbereiding door een Eerste Kamercommissie. Dit houdt in een wisseling van stukken tussen de regering, in dit geval demissionair minister van Veiligheid en Justitie Opstelten en de Eerste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie. Op 18 september jl. heeft de Eerste Kamercommissie de Memorie van Antwoord van de minister ontvangen. In de Memorie van Antwoord wordt aanpassingen moeten worden betrok- rechtspraak in de weg staat aan ade- eerst ingegaan op de verhouding van ken. De minister geeft aan dat het quate rechtsbescherming van de bur- het onderhavige wetsvoorstel met het wetsvoorstel uitgaat van de bestaande ger of aan rechtseenheid. Hiervan is in wetsvoorstel inzake de herstructure- organisatorische structuur. Volgens de dit geval geen sprake. ring Raad van State. De VVD fractie minister zijn wijzigingen in de institutio- Het wetsvoorstel bevat diverse wijst er in dit kader op dat bij het stre- nele vormgeving van de bestuursrecht- voorzieningen ter versterking van de ven naar meer eenheid in de bestuurs- spraak slechts noodzakelijk indien de rechtseenheid, zoals het instellen van rechtspraak tevens de institutionele huidige organisatie van de bestuurs- een grote kamer. De CDA fractie 1
2 Vervolg Bestuursprocesrecht vraagt zich af of het instellen van een grote kamer wel zinvol is. De minister wijst erop dat uit verschillende uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, de Centrale Raad van Beroep, het College van Beroep voor het Bedrijfsleven en de Belastingkamer van de Hoge Raad blijkt dat in het belang van de rechtseenheid een uniforme toepassing van de Algemene wet bestuursrecht wordt nagestreefd en doorgevoerd. In de jurisprudentie is een trend waarneembaar dat steeds vaker in afwijking van eerdere jurisprudentie van het betreffende rechtscollege wordt aangesloten bij de jurisprudentie van een ander rechtscollege. Met het instellen van een grote kamer bij de hoogste bestuursrechterlijke colleges kan in dit soort gevallen een duidelijk signaal worden afgegeven dat een voor de rechtseenheid belangrijke uitspraak wordt gedaan. Tevens is dit naar de mening van de minister een aanzienlijk eenvoudigere methode om rechtseenheid te bewerkstelligen dan het onderbrengen van de bestuursrechtspraak in hoger beroep in de gewone rechterlijke macht. Een andere voorziening gericht op het versterken van de rechtseenheid is de invoering van de mogelijkheid tot het nemen van conclusies in belangrijke zaken bij de hoogste bestuursrechters. In dit kader stelt de CDA fractie de vraag aan de orde of de mogelijkheid dat een conclusie wordt genomen door een lid van één de hoogste bestuursrechterlijke colleges niet met zich meebrengt dat de onafhankelijkheid van de conclusienemer in het geding komt. Volgens de minister is deze vrees onterecht. De figuur van conclusienemer uit het eigen college komt ook in het buitenland voor, zoals in Frankrijk. Bovendien betreft het slechts een advies aan de rechter waarop partijen kunnen reageren. Daarnaast bestaat de mogelijkheid de conclusie te laten nemen door een lid van het college dat niet rechtspreekt in datzelfde college. Daarnaast is het wetsvoorstel gericht op het bevorderen van finale geschilbeslechting door de bestuursrechter. Met het oog hierop is onder andere een verruiming van artikel 6:22 van de Algemene wet bestuursrecht voorgesteld waardoor een gebrek ook kan worden gepasseerd als het om iets anders gaat dan een voorschrift. Voorwaarde is wel dat aannemelijk is dat de belanghebbende daardoor niet wordt benadeeld. Met deze verruiming staat de vraag centraal of in het concrete geval door de schending daadwerkelijk een belang is geschaad. Hiermee wordt tevens getracht een einde te maken aan het pingpongen van de rechter en bestuur, waarbij de rechtspraak met name was gericht op het vernietigen van het besluit en minder op de rechtsbescherming van de burger. Voorts wordt in de Memorie van Antwoord ingegaan op het voorgestelde relativiteitsvereiste. In het wetsvoorstel is gekozen voor de strikte variant van het relativiteitsvereiste waarbij niet alleen de globale doelstelling van de regel in acht moet worden genomen, maar tevens de vraag of de concrete norm die wordt ingeroepen mede strekt tot bescherming van het belang van degene die zich daarop beroept. In dit kader is de vraag naar voren gekomen of het invoeren van het relativiteitsvereiste de rol en verantwoordelijkheid van de overheid niet miskent. De minister geeft aan dat het relativiteitsvereiste niet op gespannen voet staat met de rol en de verantwoordelijkheid van de overheid, aangezien het relativiteitsvereiste in het privaatrecht ook geldt voor vorderingen tegen de overheid. Tevens wijst de minister erop dat in de rechtspraak inmiddels twee jaar ervaring is opgedaan met het relativiteitsvereiste uit de Crisis en herstelwet, die laat zien dat het relativiteitsvereiste zich met een zekere evidentie laat toepassen. Deze jurisprudentie brengt tevens met zich mee dat ruimte bestaat voor maatwerk en niet steeds noopt tot het strikt scheiden van algemene en individuele belangen. Naar aanleiding van deze Memorie van Antwoord, zal een tweede ronde in de schriftelijke voorbereiding plaatsvinden. In een nader voorlopig verslag zal worden ingegaan op de Memorie van Antwoord. De inbreng voor dit verslag zal plaatsvinden op 9 oktober a.s.. 2
3 Huurrecht Recente rechtspraak Huurovereenkomsten voor middenstandsbedrijfsruimten worden in de praktijk nog wel eens op minnelijke wijze beëindigd waarbij verhuurder dan aan huurder een vergoeding betaalt. De vraag rijst dan of over deze vergoeding B.T.W. verschuldigd is. Een bepaling tussen partijen dat de vergoeding exclusief B.T.W. is, geeft dan geen uitsluitsel, zo bleek uit een uitspraak van het hof Arnhem van 17 april In die kwestie ontving huurder in het kader van de beëindiging een vergoeding van ,-- die huurder vervolgens aan verhuurder factureerde vermeerderd met B.T.W.. Het hof sloot in de beoordeling aan bij fiscale rechtspraak van de Hoge Raad. Die hield in dat over een beëindigingsvergoeding B.T.W. verschuldigd was tenzij in de huurovereenkomst geopteerd was voor B.T.W.-vrije huur. De beëindigingsvergoeding volgt derhalve het B.T.W.-regime van de huurovereenkomst. In het onderhavige geval was een B.T.W. belaste verhuur tussen partijen overeengekomen waardoor derhalve het uitgangspunt gold dat ook B.T.W. over de beëindigingsvergoeding verschuldigd was. Verhuurder stelde daar echter tegenover dat de vergoeding het karakter van een schadevergoeding had, waarover in beginsel geen B.T.W. verschuldigd is. De vergoeding zag immers op het niet kunnen terugverdienen van door de huurder gedane investeringen. Dat gaf voor het hof echter onvoldoende aanleiding om de vergoeding als schadevergoeding te beschouwen. Tenslotte wijst de tekst van de overeenkomst tussen partijen met betrekking tot de vergoeding: alle bedragen zijn exclusief B.T.W. er veeleer op dat de overeengekomen vergoeding vermeerderd dient te worden met B.T.W., aldus het hof. Dergelijke bepalingen kunnen derhalve beter geformuleerd worden als te vermeerderen met B.T.W.. Dat voorkomt veel misverstanden. B.T.W. diende derhalve door verhuurder alsnog voldaan te worden. Overigens is verhuurder over deze betalingsverplichting ook nog eens de (hoge) wettelijke handelsrente verschuldigd en niet de (lage) gewone wettelijke rente. Nieuwe wetgeving Positie huurders bij renovatie Eind 2011 is het initiatiefwetsvoorstel ingediend dat strekt tot verbetering van de bescherming van huurders van bedrijfsruimte bij renovatie. Kern van het voorstel is om het niet langer mogelijk te maken huurovereenkomsten na vijf jaar op grond van renovatie te laten eindigen. De indieners van het wetsvoorstel zagen dat veelvuldig gebeuren. Inmiddels heeft de Raad van State over dit wetsvoorstel geadviseerd en hebben de indieners daarop een reactie gegeven. De aldus plaatsgevonden discussie tussen de Raad van State en de indieners is interessant. Aanleiding voor het wetsvoorstel was, aldus de indieners, dat huurovereenkomsten reeds na ommekomst van vijf jaar konden worden beëindigd in geval van renovatie zonder dat daarbij door de rechter de belangen van de huurder werden gewogen. Indien immers de verhuurder de noodzaak van een renovatie aannemelijk kan maken, 3
4 Vervolg Nieuwe wetgeving dient de beëindigingsvordering van verhuurder te worden toegewezen. Op grote schaal, aldus nog steeds de indieners, zouden huurders daarvan de dupe worden sinds de wetswijziging van 2003 in deze beëindigingsgrond heeft voorzien. In de advisering plaatst de Raad van State allereerst serieuze kanttekeningen bij nut en noodzaak van de voorgestelde wetswijziging. De Raad betwijfelt het zeer of er grootschalig huurbeëindigingen worden uitgesproken door de rechter op basis van de gewraakte wettelijke mogelijkheid. In navolging van de belangenvereniging Branchevereniging Detailhandel Nederland stellen de indieners dat het om honderden gevallen per jaar gaat maar daarbij wordt door de indieners eveneens opgemerkt dat een gedegen onderzoek, zij het door de regering toegezegd, ontbreekt. Slechts door herhaling van de stelling dat het een veelvoorkomend probleem betreft, onderbouwen de indieners nut en noodzaak. Voorts betwijfelt de Raad van State de voorgestelde wetswijziging door te stellen dat de huurovereenkomst vanwege noodzakelijke renovatie moet eindigen indien de verhuurder in dit bewijs slaagt. Dat lijkt een misser van de Raad van State en wordt juridisch gemotiveerd dan ook door de indieners weerlegd: de huidige rechtspraak dwingt de verhuurder de noodzakelijke renovatie immers niet te bewijzen maar slechts aannemelijk te maken, aldus de indieners. Daarbij wordt dan nog uitgelegd dat de huidige eisen in de rechtspraak aan dit aannemelijk maken betrekkelijk licht zijn waardoor een verhuurder daaraan makkelijk kan voldoen. Daarnaast geldt dat de huidige wettelijke regeling met zoveel woorden niet expliciet de verplichting kent voor verhuurder om de huurovereenkomst te hernieuwen na renovatie indien dat vanwege het karakter van de renovatie mogelijk is. Tot op heden schaarse rechtspraak lijkt die niet bestaande verplichting voor verhuurder te erkennen. Voor de indieners is dat een belangrijke reden voor het wetsvoorstel; door de Raad van State wordt dit aspect niet behandeld. Interessant is tenslotte dat de Raad van State met een alternatief komt dat volledig tegemoet lijkt te komen aan de bedoeling van de indieners bij het wetsvoorstel. De Raad oppert namelijk dat het meer voor de hand (ligt) om de belangenafweging als opzeggingsgrond tevens mogelijk te maken na de eerste vijf jaar. Zulks blijkens de toelichting van de Raad om toch bij noodzakelijke renovatie tot een weging van de belangen van de huurder te komen. Dat leek toch het belangrijkste doel bij het wetsvoorstel van de indieners. De reactie van de indieners op deze suggestie is verrassend kort: de indieners nemen het aangeboden alternatief niet over. Al met al hebben de indieners van het wetsvoorstel het advies van de Raad niet overgenomen met uitzondering van een zeer beperkte overgangsregeling voor lopende rechtszaken die nog in de beslissende fase onder de rechter zijn. Europees recht Stand van zaken uitvoering Europese richtlijnen en kaderbesluiten Demissionair staatssecretaris van Buitenlandse Zaken Knapen heeft bij brief van 19 juli jl. de Tweede Kamer op de hoogte gebracht van de stand van zaken bij de implementatie van Europese richtlijnen en kaderbesluiten in de Nederlandse wetgeving aan het einde van het tweede kwartaal van Per 1 juli 2012 bedraagt de implementatieachterstand tien richtlijnen en kaderbesluiten. De verantwoordelijkheid voor de omzetting van deze richtlijnen en kaderbesluiten ligt bij verschillende ministeries; het gaat om het ministerie van Buitenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties(één richtlijn/kaderbesluit), het ministerie van Economische za- 4
5 Vervolg Europees recht ken, Landbouw en Innovatie(drie richtlijnen/kaderbesluiten), het ministerie van Infrastructuur en Milieu (één richtlijn/kaderbesluit) en het ministerie van Veiligheid en Justitie (vijf richtlijnen/kaderbesluiten). Uit het door de staatssecretaris opgestelde periodiek overzicht blijkt dat de implementatieachterstand van de verschillende richtlijnen en kaderbesluiten met name te wijten is aan complexiteit van de regelgeving ten gevolge waarvan de implementatie meer tijd in beslag neemt dan vooraf voorzien. De overschrijding van de implementatiedatum van de richtlijnen en kaderbesluiten varieert tussen 16 dagen en 37 maanden. Eén van de vertraagde richtlijnen betreft de richtlijn met betrekking tot bepaalde aspecten van bemiddeling/- mediation in burgerlijke en handelszaken, die op 21 mei 2011 omgezet had moeten zijn in nationale regelgeving. Ondanks het feit dat Nederland ten opzichte van de overige lidstaten een bloeiende mediationpraktijk kent, was dit tot de vaststelling van de richtlijn evenwel niet gereguleerd. Dit heeft met zich meegebracht dat veelvuldig overleg heeft moeten plaatsvinden met organisaties van mediators en de rechterlijke macht over diverse onderwerpen, zoals de verhouding tot de reguliere civiele rechtspraak, om tot een zorgvuldige en afgewogen implementatie te komen. Ten gevolge hiervan is het wetsvoorstel ter implementatie van de richtlijn pas op 21 juni 2011 aan de Eerste Kamer aangeboden. Vanwege verschillende bezwaren heeft de Eerste Kamer een novelle opgesteld. Dit voorstel is op 5 juli 2012 aanvaard. Het voorbereidend onderzoek door de Eerste Kamer zal plaatsvinden op 2 oktober a.s. Hieruit blijkt dat de vertraging van de implementatie eveneens te wijten kan zijn aan onbekendheid met regelgeving op een bepaald gebied. Mediation is immers een relatief nieuwe methode van geschiloplossing. Een ander voorbeeld betreft de implementatie van de richtlijn met betrekking tot de energieprestatie van gebouwen. Voor de implementatie van deze richtlijn is een wijziging van de Woningwet, het Besluit energieprestatie gebouwen, het Bouwbesluit 2012 en de Regeling energieprestatie gebouwen vereist. Naar aanleiding van het wetsvoorstel tot wijziging van de Woningwet zijn twee amendementen ingediend. Aangezien twijfel bestaat of deze amendementen in overeenstemming zijn met de richtlijn is besloten om de Afdeling advisering van de Raad van State om advies te vragen. Inmiddels heeft de Afdeling voorlichting uitgebracht over de tweede amendementen op het wetsvoorstel. Gebleken is dat beide amendementen niet voldoen aan de voorwaarden van de richtlijn. In dit geval was dus nader onderzoek nodig om tot een juiste implementatie van de richtlijn te komen. Uiterlijk 9 juli 2012 hadden de nodige wettelijke bepalingen moeten worden vastgesteld en bekendgemaakt. Voorts blijkt uit het door de staatssecretaris opgesteld periodiek overzicht dat in het tweede kwartaal van 2012 door de Europese Commissie geen nieuwe procedures wegens te late implementatie van richtlijnen zijn gestart. In het tweede kwartaal van 2012 zijn tien achterstallige richtlijnen en kaderbesluiten geïmplementeerd en tegelijkertijd zijn er drie nieuwe richtlijnen en kaderbesluiten in overschrijding bijgekomen. Overigens betreft het resultaat in het tweede kwartaal van 2012 een verbetering ten opzichte van het vorige kwartaal, waarin zeventien richtlijnen en kaderbesluiten niet tijdig waren geïmplementeerd. 5
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 21 109 Uitvoering EG-Richtlijnen Nr. 206 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Petra Vries Trainingen. Het Nieuwe Procederen bij de bestuursrechter. de wijzigingen in de Awb
Het Nieuwe Procederen bij de bestuursrechter & de wijzigingen in de Awb Introductie Dit document is een bijlage bij de presentatie over Het Nieuwe Procederen bij de bestuursrechter. Hierin bespreek ik
Beoordeling Bevindingen
Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) aan hem als advocaat een machtiging van zijn cliënt heeft gevraagd om stukken bij de IND te kunnen opvragen,
Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Centrale Verwerking Openbaar Ministerie. Datum: 27 februari Rapportnummer: 2014/012
Rapport Rapport betreffende een klacht over de Centrale Verwerking Openbaar Ministerie. Datum: 27 februari 2014 Rapportnummer: 2014/012 2 Klacht Verzoeker ontving een bekeuring vanwege een verkeersovertreding.
wettelijk regime van toepassing is. Rechtspraak moet daarover duidelijkheid geven. zig is. Voor talloze soorten bedrijfs-
Ap r i l 2 0 1 2 Rechtspraak Huurrecht Is een museum middenstandsbedrijfsruimte? Of bedrijfsruimte beschouwd kan worden als middenbestandsbedrijfsruimte in de zin van de wet is in de regel nauw verweven
Datum 20 oktober 2017 Betreft Stand van zaken implementatie richtlijnen in het derde kwartaal 2017
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 20 oktober 2017 Betreft Stand van zaken implementatie
De bestuursrechter en de bestuurlijke lus
De bestuursrechter en de bestuurlijke lus Prof. dr. A.J.C. de Moor-van Vugt 3-4-2014 pag. 1 Einde Afdeling bestuursrechtspraak? Regeerakkoord : De Raad van State wordt gesplitst in een rechtsprekend deel
Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Het Besluit proceskosten bestuursrecht wordt als volgt gewijzigd:
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 37105 23 december 2014 Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van 12 december 2014, nr. 591110, tot indexering
Wet normalisering rechtspositie ambtenaren
Wet normalisering rechtspositie ambtenaren Naam Citeertitel Wet normalisering rechtspositie ambtenaren Wet normalisering rechtspositie ambtenaren Kamerstuk 32550 Datum indiening 03-11-2010 April 2017 Pagina
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 21 109 Uitvoering EG-Richtlijnen Nr. 233 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
ECGR/U201300637 Lbr. 13/058
Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft Schadevergoeding bij onrechtmatige besluiten uw kenmerk ons kenmerk ECGR/U201300637 Lbr. 13/058 bijlage(n)
Buitengerechtelijke kosten bij verhuur van woonruimte.
Vastgoed/Six-Hummel/Know how/incasso/notitie buitengerechtelijke kosten 2012-07-24/MVA Buitengerechtelijke kosten bij verhuur van woonruimte. Met ingang van 1 juli 2012 is de regelgeving met betrekking
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 449 Voorstel van wet de leden Wilders en Bosma tot intrekking van de goedkeuringswet inzake de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie
VNG Juridische 2-daagse. Actualiteiten Awb Liesbeth Berkouwer 11 oktober 2011
VNG Juridische 2-daagse Actualiteiten Awb Liesbeth Berkouwer Liesbeth.berkouwer@kvdl.nl 11 oktober 2011 Programma Finale geschilbeslechting - toepassing 8:72 - bestuurlijke lus - zaaksdifferentiatie Wetsvoorstel
Rapport. Datum: 1 juli 1998 Rapportnummer: 1998/258
Rapport Datum: 1 juli 1998 Rapportnummer: 1998/258 2 Klacht Op 10 oktober 1997 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer D. te Heemstede, met een klacht over een gedraging van de Huurcommissie
Rapport. Datum: 1 september 2003 Rapportnummer: 2003/290
Rapport Datum: 1 september 2003 Rapportnummer: 2003/290 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Sociale verzekeringsbank, vestiging Nijmegen, hem in het kader van de klachtenprocedure niet in de gelegenheid
ECLI:NL:RBAMS:2015:5812
ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 23-06-2015 Datum publicatie 04-09-2015 Zaaknummer CV EXPL 14-22777 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht
NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 25 november 2011 HOOFDSTUK 8 BIJZONDERE BEPALINGEN OVER DE WIJZE VAN PROCEDEREN BIJ DE BESTUURSRECHTER
32 621 Aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht met bepalingen over nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige overheidsdaad (Wet nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige
ECLI:NL:RBMNE:2015:5675
ECLI:NL:RBMNE:2015:5675 Instantie Datum uitspraak 29-07-2015 Datum publicatie 03-08-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Midden-Nederland 3947956 MC EXPL 15-2480
Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning (BiZa/AZ)
Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de
CONCEPT. De Minister van Veiligheid en Justitie, Gelet op artikel 6, negende lid, van het Besluit bezoldiging politie: Besluit:
directoraat-generaal Veiligheid Personeel & Materieel CONCEPT Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van DGV Politie/Personeel en Materieel, houdende invoering van de Tijdelijke regeling functieonderhoud
Datum 09 februari 2018 Onderwerp Evaluatie van het relativiteitsvereiste en het passeren van gebreken (Algemene wet bestuursrecht)
1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj
Rapport. Inzake een klacht over de minister van Defensie uit Den Haag. Datum: 18 augustus Rapportnummer: 2011/248
Rapport Inzake een klacht over de minister van Defensie uit Den Haag. Datum: 18 augustus 2011 Rapportnummer: 2011/248 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat: Haar klacht, dat de minister van Defensie standaard
Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer
Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis der Koningin
B E L A N G E N B E H A R T I G I N G L E D E N O M / Z M K W A L I T E I T R E C H T S P R A A K
Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak De minister van Justitie Mr. E.M.H. Hirsch Ballin Postbus 20301 2500 GH Den Haag Datum: 12 mei 2010 Ons kenmerk: B2.1.10/1796/RO Uw kenmerk: 5644863/10/6 Onderwerp:
Wijziging van de Experimentenwet Kiezen op Afstand in verband met de verlenging van de werkingsduur van die wet.
Hieronder het antwoord van de staatssecretaris van BZK op vragen uit de Kamer over de voorgestelde verlenging van de Experimentenwet Kiezen op Afstand. Van deze tekst zijn twee versies in omloop geweest
Verslag internetconsultatie vereenvoudiging belastingteruggaaf oninbare vorderingen
Verslag internetconsultatie vereenvoudiging belastingteruggaaf oninbare vorderingen Inleiding Van 12 juli tot en met 14 augustus 2016 is een conceptversie van het wetsvoorstel voor de vereenvoudiging van
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 28 946 Vaststelling van invoering van titel 16 (exploitatie) van boek 8 van het Burgerlijk Wetboek Nr. 6 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Ontvangen
afspraken die in het Najaarsoverleg 2008 zijn gemaakt. Volstaan wordt dan ook met hiernaar te verwijzen.
Reactie op de brief van de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) inzake het wetsvoorstel tot wijziging van Boek 7, titel 10, van het Burgerlijk Wetboek in verband met het limiteren van de hoogte van de
Vastgoed-nieuws. 21 november 2013. Huur woonruimte naar zijn aard van korte duur
Vastgoed-nieuws 21 november 2013 Huur woonruimte naar zijn aard van korte duur Essentie Verhuurders proberen vaak op creatieve manier onder dwingendrechtelijke huur(prijs)beschermingsbepalingen uit te
JAARVERSLAG 2011 COMMISSIE VOOR BEZWAARSCHRIFTEN HEEMSTEDE
JAARVERSLAG 2011 COMMISSIE VOOR BEZWAARSCHRIFTEN HEEMSTEDE Inhoudsopgave Pagina Inleiding Samenstelling en taak commissie Vergaderfrequentie Aantal bezwaren Aard bezwaren Aard adviezen Advisering zonder
Evaluatie artikel 8:69a Awb en artikel 6:22 Awb Een onderzoek naar het relativiteitsvereiste en het passeren van gebreken in de (rechts)praktijk
Evaluatie artikel 8:69a Awb en artikel 6:22 Awb Een onderzoek naar het relativiteitsvereiste en het passeren van gebreken in de (rechts)praktijk A.G.A. Nijmeijer (RU) B.J. Schueler (UU) F.A.G. Groothuijse
ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 1988 *
ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 1988 * In zaak 165/86, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangig geding tussen
De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus 20301 2500 EH Den Haag. Advies wetsvoorstel toevoegen gegevens aan procesdossier minderjarige
POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 INTERNET www.cbpweb.nl www.mijnprivacy.nl AAN De Minister van Veiligheid en Justitie
ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 *
ARREST VAN 25. 5.1993 ZAAK C-193/91 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * In zaak C-193/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Bundesfinanzhof, in het
Actualiteiten bestuurs(proces)recht
1 Actualiteiten bestuurs(proces)recht VMR Actualiteitendag 2017 Prof. mr. K.J. (Kars) de Graaf 2 Onderwerpen Organisatie hoogste bestuursrechtspraak Einde ne bis in idem-rechtspraak (art. 4:6 Awb) Inherente
De afgelopen jaren is de vraag, of overheidsopdrachten in het kader van gebiedsontwikkeling aanbesteed
J a nu a r i 2 0 1 2 C r i s i s - e n h e r s t e l we t Crisis-en herstelwet voorlopig niet permanent Op 4 januari jl. heeft de regering het wetsvoorstel inzake de verlenging voor onbepaalde tijd van
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL 2 Vergaderjaar 2010-2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid
ARREST VAN HET HOF (Zesde Kamer) 8 februari 1990*
ARREST VAN 8. 2. 1990 ZAAK C-320/88 ARREST VAN HET HOF (Zesde Kamer) 8 februari 1990* In zaak C-320/88, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden,
ECLI:NL:RBLIM:2014:7733
ECLI:NL:RBLIM:2014:7733 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 03-09-2014 Datum publicatie 20-11-2014 Zaaknummer 2502483 CV EXPL 13-4461 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel
ANONIEM BINDEND ADVIES
ANONIEM BINDEND ADVIES Partijen : A te B, tegen VGZ Zorgverzekeraar NV te Arnhem Zaak : Premie, hoogte betalingsachterstand, betaling door de gemeente Zaaknummer : 201800408 Zittingsdatum : 12 december
Ons kenmerk [VERTROUWELIJK] Contactpersoon [VERTROUWELIJK]
Autoriteit Persoonsgegevens AANGETEKEND Datum Contactpersoon Onderwerp Besluit tot invordering en voornemen tot publicatie Geachte, Bij besluit van 11 mei 2017 met kenmerk heeft de Autoriteit Persoonsgegevens
ANONIEM BINDEND ADVIES
ANONIEM BINDEND ADVIES Partijen : A te B versus C te D Zaak : Premie Zaaknummer : 2008.01808 Zittingsdatum : 25 maart 2009 1/6 Zaak: 2008.01808 (Premie) Geschillencommissie Zorgverzekeringen (prof. mr.
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 31 066 Belastingdienst Nr. 423 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 24 augustus 2018 De vaste commissie voor Financiën heeft een aantal
ECLI:NL:RBROT:2016:6088
ECLI:NL:RBROT:2016:6088 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 08072016 Datum publicatie 05082016 Zaaknummer 4988424 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg enkelvoudig Inhoudsindicatie
Eerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 35 175 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering tot intrekking van de verplichting om elektronisch te procederen bij de rechtbanken
EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2016/17
EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2016/17 34 446 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de invoering
AKD Gemeentedag 2014 Prof. mr. G.A. van der Veen Rotterdam 20 maart 2014
AKD Gemeentedag 2014 15 maanden Wet aanpassing bestuursprocesrecht Prof. mr. G.A. van der Veen Advocaat bestuursrecht/omgevingsrecht AKD Advocaten en notarissen Rotterdam Bijzonder hoogleraar milieurecht
Uitspraak van de Huurcommissie
Uitspraak van de Huurcommissie Verzoek Wet op het overleg huurders verhuurder (WOHV) Woonruimte Verzonden op 2 december 2013 Verzoeker Naam: Hierna te noemen: Vertegenwoordigd door: Huurdersvereniging
ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 *
ARREST VAN 10. 5. 2001 ZAAK C-144/99 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * In zaak C-144/99, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door P. van Nuffel als gemachtigde, bijgestaan
Eerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 621 Aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht met bepalingen over nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige overheidsdaad (Wet
ECLI:NL:RBLIM:2015:1277
ECLI:NL:RBLIM:2015:1277 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 17-02-2015 Datum publicatie 19-02-2015 Zaaknummer 3792692 CV EXPL 15-683 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Goederenrecht
Eerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 33 344 Voorstel van wet van de leden Dijkstra en Schouw tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Algemene wet gelijke behandeling met betrekking
De afgelopen jaren is de vraag, of overheidsopdrachten in het kader van gebiedsontwikkeling aanbesteed. lijke wijze kans hebben om zich in het
O k t o be r 2 0 1 1 Rechtspraak huurrecht en aanbesteding Multifunctioneel gebouw en aanbesteding De gemeente Rhenen was al geruime tijd bezig met de ontwikkeling van een multifunctioneel gebouw (MFG).
Rapport. Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148
Rapport Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148 2 Klacht Op 1 februari 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer Y. te Zwolle, ingediend door de Stichting Rechtsbijstand Asiel
Rapport. Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014. Rapportnummer: 2014/010
Rapport Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014 Rapportnummer: 2014/010 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het College van procureurs-generaal
LANDELIJK BUREAU BIBOB
Nieuwsbrief nummer 5 Januari 2013 LANDELIJK BUREAU BIBOB Nieuwsbrief nummer 5 Januari 2013 Nieuwsbrief van het Landelijk Bureau Bibob (Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur).
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 861 Regels ter implementatie van richtlijn (EU) 2016/681 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 over het gebruik van persoonsgegevens
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 769 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en enkele bijzondere wetten in verband met de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen Nr.
ECLI:NL:RBAMS:2016:199
ECLI:NL:RBAMS:2016:199 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 20-01-2016 Datum publicatie 02-02-2016 Zaaknummer C/13/572226 / HA ZA 14-903 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Intellectueel-eigendomsrecht
Geachte heer xxxxx, Op 12 oktober 2015 heeft u zich namens uw cliënt, xxxxx, gewend tot de Nationale ombudsman met een klacht over de Belastingdienst.
Geachte heer, Op 12 oktober 2015 heeft u zich namens uw cliënt,, gewend tot de Nationale ombudsman met een klacht over de Belastingdienst. Waar gaat het om? Uw cliënt is ondernemer. Hij exploiteert een
Wet doorstroming huurmarkt 2015
Wet doorstroming huurmarkt 2015 Door: Susanne van de Pest Lezing Jonge Balie 2 maart 2017 Wet doorstroming huurmarkt 2015 Voorgeschiedenis Wetsvoorstel doorstroming huurmarkt 2015-21 december 2014 ingediend
M.G.O. de Lange. 1 C.L.G.F.H. Albers, De Gemeentestem, Het wetsvoorstel aanpassing bestuursprocesrecht, 2011/50.
M.G.O. de Lange Wet aanpassing bestuursprocesrecht In deze korte bijdrage een bespreking van de Wet aanpassing bestuursprocesrecht (hierna: Wab). Beoogd is een contourschets, waarin een aantal highlights
De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 214 d.d. 6 september 2011 (prof. mr. C.E. du Perron, voorzitter, en mr. F.E. Uijleman, secretaris) Samenvatting Lijfrenteverzekering, informatieplicht.
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 681 Verlenging van de zittingsduur van gemeenteraden in gemeenten waarvoor met ingang van 1 januari 2015 een wijziging van de gemeentelijke
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 621 Aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht met bepalingen over nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige overheidsdaad (Wet
Rapport. Rapport over een klacht over Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen. Datum: 14 mei Rapportnummer: 2012/082
Rapport Rapport over een klacht over Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen Datum: 14 mei 2012 Rapportnummer: 2012/082 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen
Rechtspositie waterbewoners
Rechtspositie waterbewoners Date: 12/06/2013 Achtergrond In april 2012 heeft de Tweede Kamer de regering verzocht een onafhankelijk onderzoek te laten uitvoeren naar de rechtsbescherming van woonbootbewoners,
Rapport. Datum: 8 december 2000 Rapportnummer: 2000/370
Rapport Datum: 8 december 2000 Rapportnummer: 2000/370 2 Klacht Op 12 augustus 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer R. te Eindhoven, met een klacht over een gedraging van
ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 13 juli 1989*
SKATTEMINISTERIET / HENRIKSEN ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 13 juli 1989* In zaak 173/88, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Højesteret, in het aldaar aanhangig
voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak
voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak Aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie De heer mr. dr. K.H.D.M. Dijkhoff Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Betreft: consultatieverzoek naar aanleiding
Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld.
Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat een met naam genoemde verzekeringsarts van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen te Heerlen (UWV) bij het vaststellen van de belastbaarheid
HC 5, 14 mei 2019, Uitspraak. Tijdige en finale geschilbeslechting.
HC 5, 14 mei 2019, Uitspraak. Tijdige en finale geschilbeslechting. In dit hoorcollege wordt de uitspraak van de bestuursrechter besproken, de instrumenten die de bestuursrechter tot zijn beschikking heeft
de Rechtspraak Raad voor de rechtspraak Ministerie van Veiligheid en Justitie mr. F. Teeven Postbus 20301 2500 ER DEN HAAG
Ministerie van Veiligheid en Justitie mr. F. Teeven Postbus 20301 2500 ER DEN HAAG Directie Strategie en Ontwikkeling bezoekadres Kneuterdijk 1 2514 EM Den Haag correspondentieadres Postbus 90613 2509
Naar aanleiding van de beslissing van de gemeente van 16 maart 2007 wendde verzoekster zich opnieuw tot de Nationale ombudsman.
Rapport 2 h2>klacht Verzoekster had een aanvraag ingediend om een WVG-voorziening, die de gemeente Wageningen had afgewezen, en het bezwaar dat verzoekster hiertegen had ingesteld, had de gemeente ongegrond
Inspraakverordening Wetterskip Fryslân
Inspraakverordening Wetterskip Fryslân Begripsbepalingen Artikel 1 In deze verordening wordt verstaan onder: a. Inspraak: een door of namens het dagelijks bestuur geboden gelegenheid voor ingezetenen en
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 228 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte in verband met de mogelijkheid voor verhuurder
Rapport. Datum: 21 juni 2000 Rapportnummer: 2000/224
Rapport Datum: 21 juni 2000 Rapportnummer: 2000/224 2 Klacht Op 12 januari 2000 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer H. te Altforst, met een klacht over een gedraging van de Immigratie-
BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 76, tweede lid, van de Spoorwegwet.
Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 76, tweede lid, van de Spoorwegwet. Nummer 200043 / 5.B603 Betreft
MEMORIE VAN TOELICHTING. I Algemeen. 1. Inleiding
Implementatie van de richtlijn betreffende bepaalde aspecten van bemiddeling/mediation in burgerlijke en handelszaken (Wet implementatie richtlijn nr. 2008/52/EG betreffende bepaalde aspecten van bemiddeling/mediation
Indicatietarieven in IE-zaken
Indicatietarieven in IE-zaken Versie 1 september 2014 Voorwoord Op 29 april 2004 is de zogenaamde Handhavingsrichtlijn tot stand gekomen (Richtlijn 2004/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van
Na overleg met de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Dr. R.H.A. Plasterk Postbus 20011 2500 EA Den Haag bezoekadres Kneuterdijk 1 2514 EM Den Haag correspondentieadres Postbus 90613 2509 LP Den Haag
Actualiteiten Awb. Liesbeth Berkouwer, Kennedy Van der Laan 29 oktober 2013
Actualiteiten Awb Liesbeth Berkouwer, Kennedy Van der Laan liesbeth.berkouwer@kvdl.nl 29 oktober 2013 Programma Gewijzigde Awb aanpassing bestuursprocesrecht schadevergoeding bij onrechtmatige besluiten
Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2018/19 34 989 Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag
> Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus
LANDELIJK BUREAU BIBOB
Nieuwsbrief nummer 4 Juli 2012 LANDELIJK BUREAU BIBOB Nieuwsbrief nummer 4 Juli 2012 Nieuwsbrief van het Landelijk Bureau Bibob (Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur). Inhoud
Dagvaarding en dagvaarden: wat is het en hoe gaat in zijn werk?
Dagvaarding en dagvaarden: wat is het en hoe gaat in zijn werk? Een dagvaarding is een inleidend processtuk. Hierin staat wat de eisende partij van de gedaagde partij verlangd. Een dagvaarding wordt doorgaans
ECLI:NL:RBOVE:2014:3241
ECLI:NL:RBOVE:2014:3241 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 05062014 Datum publicatie 16062014 Zaaknummer C/08/156166 / KG ZA 14182 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort geding
categorie/agendanr. stuknr. B. en W. 2004 RA04.0108 A 11 04/696 Onderwerp: Bezwaarschrift Sluyter Advocaten tegen besluit raad m.b.t.
Raadsvoorstel jaar stuknr. Raad categorie/agendanr. stuknr. B. en W. 2004 RA04.0108 A 11 04/696 Onderwerp: Bezwaarschrift Sluyter Advocaten tegen besluit raad m.b.t. gebied Zijtak Portefeuillehouder: J.
Rapport. Datum: 29 maart 2005 Rapportnummer: 2005/091
Rapport Datum: 29 maart 2005 Rapportnummer: 2005/091 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Directeur van de Voedsel en Waren Autoriteit van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit hem
DE GEWONE RECHTER EN DE BESTUURSRECHTSPRAAK. mr. J.A.M. van Angeren. Tweede druk
DE GEWONE RECHTER EN DE BESTUURSRECHTSPRAAK mr. J.A.M. van Angeren Tweede druk Kluwer - Deventer - 2008 DEEL I DE RECHTSMACHT 1 1 De Grondwet 3 1. Waarborg 3 2. Exclusiviteit 4 3. Doorbreking bij de wet
Datum 17 december 2015 Beantwoording Kamervragen lid Bashir over bemiddelingskosten bij woningverhuur
> Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag Uw kenmerk 2015Z20887
BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 *
WELTHGROVE BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 * In zaak C-102/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangige
Nota van toelichting
Nota van toelichting In het Algemeen Overleg van 11 november 2008 heb ik nadere regelgeving voor buitengerechtelijke incassokosten aangekondigd (Kamerstukken II 2008/09, 24 515, nr. 144). Bij brief van
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 740 Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht, de Wet tarieven in burgerlijke zaken en enkele andere wetten ter verhoging van de opbrengst
Over ontslagvergoeding: ontbinding of opzegging?
Over ontslagvergoeding: ontbinding of opzegging? september 2009 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel noch de auteur noch
ECLI:NL:RBROT:2006:AX9306
ECLI:NL:RBROT:2006:AX9306 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 15-06-2006 Datum publicatie 26-06-2006 Zaaknummer 709062 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste
WETSVOORSTEL: WET GEBRUIK FRIESE TAAL. 1. Inleiding
WETSVOORSTEL: WET GEBRUIK FRIESE TAAL 1. Inleiding In het regeerakkoord dat is gesloten tussen CDA en VVD staat op bladzijde 6: In een taalwet worden de gelijke rechten van de Nederlandse taal en de Friese
Uitgebreide inhoudsopgave
Uitgebreide inhoudsopgave Woord vooraf 5 Verkorte inhoudsopgave 7 Uitgebreide inhoudsopgave 9 Lijst van afkortingen 17 1 Plaatsbepaling rechtsbescherming 21 1.1 Inleiding 21 1.2 Bestuursrechtelijke geschillen