Om een grafcet juist op te bouwen moeten we eerst kennis maken met de verschillende symbolen.
|
|
- Evelien de Graaf
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 12 Grafcet Grafcet staat voor Graphe de Commande, Etape et Transition of Functiediagram. Het is een grafische methode die toelaat om van een sequentieel proces de acties en de hierbij behorende voorwaarden op een eenvoudige wijze voor te stellen. Vanuit dit grafcet diagram is het vrij eenvoudig een bijhorend PLC programma op te stellen. Met deze werkwijze kunnen sequentiële processen eenvoudig en zeer overzichtelijk geprogrammeerd worden. We kunnen hiervan gebruik maken voor zowel elektrische, pneumatische als hydraulische processen. ndere voordelen van de grafcet methode zijn: personen die geen voorkennis hebben van het technisch geheel kunnen de werking snel begrijpen, een onderhoudsman met beperkte kennis van besturingstechniek kan snel en op eenvoudige wijze onregelmatigheden opsporen. Ook aanpassingen aan het programma kunnen nadien makkelijk doorgevoerd worden Principe - We analyseren de probleemstelling en splitsen het proces op in stappen of fasen. Deze zullen één voor één actief worden. - an iedere stap koppelen we één of meerdere acties. Deze acties worden actief als de bijhorende stap actief is. - Een stap kan pas actief worden als de voorgaande stap actief is en de overgangsvoorwaarde(n) of transitievoorwaarde(n) voldaan is (zijn). - Indien aan de voorwaarden voldaan is, zal de stap actief worden en de voorgaande stap gedeactiveerd worden. - De eerste stap van het grafcet is de initialiseringsstap Elementen en symbolen Om een grafcet juist op te bouwen moeten we eerst kennis maken met de verschillende symbolen tappen Een stap wordt voorgesteld door een vierkant. We geven iedere stap die voorkomt een nummer en vermelden in dit vierkant het nummer. Een fase of stap die actief is, wordt aangeduid met een stip, rechts onder het nummer. 2 8 KHLim dep IWT Mea 77/141
2 Initialisatie De eerste stap in een grafcet is de initialisatiestap. Deze stap dient voor het klaarzetten van de machine. Vb alvorens een machine start gaan al de zuigers terug in, timers en tellers worden op 0 gezet De initialisatiestap wordt aangegeven met een dubbel vierkant Overgangs- of transitievoorwaarden an elke transitieovergang zijn overgangs- of transitievoorwaarden verbonden. Deze voorwaarde kan op zijn beurt een combinatie van voorwaarden zijn (ingangen, merkers, tellers, timers, ). Een overgang tussen 2 stappen kan enkel plaatsvinden indien de voorgaande stap actief is en aan de overgangsvoorwaarde voldaan is. Dan zal de volgende stap actief worden en de voorgaande gedeactiveerd worden. Er kunnen nooit 2 opeenvolgende stappen actief zijn. Wat kan gebruikt worden als overgangsvoorwaarde? - het hoog/laag niveau van een ingang, merker(drukknop / sensor / ) - hoog/laag worden van een ingang, merker (flankdetectie) (*) - tijdfunctie of tellerfunctie - actief zijn van een andere stap - een combinatie van al deze voor waarden De overgangsvoorwaarde wordt aangegeven tussen 2 stappen m.b.v. een dwasstreepje. 5 overgangsvoorwaarde 6 (*) om aan te geven dat het om een flankdetectie gaat zetten we voor de betreffende voorwaarde of merker een bij stijgende flank en bij dalend flank. 5 overgangsvoorwaarde 6 KHLim dep IWT Mea 78/141
3 cties an een stap kunnen 1 of meerdere acties toegekend worden. Deze acties zullen enkel worden uitgevoerd zolang de stap actief is. We geven de acties aan in een rechthoek naast het vierkant van de bijhorende stap en verbinden deze 2 m.b.v. een horizontale lijn. Ook kunnen er stappen voorkomen zonder actie om bv een wachttijd in te bouwen. 9 omhoog 6 omlaag koeling aan Indien een bepaalde actie in meerdere opeenvolgende stappen voorkomt, kan men deze actie in iedere stap opnemen of setten in stap X en resetten in stap Z. Dit heeft tot voordeel het grafcet diagramma niet te overbelasten. Men moet wel opletten wat met deze acties dient te gebeuren indien stop of noodstop wordt gedrukt Voorwaardelijke actie Zoals eerder vermeld zal de actie die gekoppeld is aan een stap worden uitgevoerd zolang de stap actief is. In bepaalde situaties is het nodig om nog een extra voorwaarde te koppelen aan het uitvoeren van de actie. De actie zal dus uitgevoerd worden als zowel de stap als de bijkomende voorwaarde actief zijn. Vb: bij het boren is er de mogelijkheid om te koelen. Tijdens het boren zal enkel gekoeld worden als m.b.v. de schakelaar gekozen is voor koeling. taat de schakelaar koeling uit, dan zal geboord worden zonder koeling. koeling aan 8 koelen boren Monostabiel en bistabiel Verder moeten we nog een onderscheid maken tussen mono- en bistabiele acties. Een monostabiel element keert bij het wegvallen van de bekrachtiging terug naar zijn rusttoestand. M.a.w. monostabiele elementen worden geactiveerd bij het actief worden van de stap waaraan de actie is verbonden, en zal onmiddellijk gedeactiveerd worden bij het niet KHLim dep IWT Mea 79/141
4 meer actief zijn van de stap. Voorbeelden hiervan zijn: een contactor, een enkelwerkende pneumatisch ventiel. Bij het opstellen van het grafcet diagram moeten we hiermee rekening houden door de actie te herhalen in elke stap dat deze actief moet zijn. 1 ctie1 Trans 1 2 ctie1 ctie 2 Trans 2 3 ctie1 Trans 3 4 ctie3 Een bistabiel element bezit 2 stabiele toestanden. Bij het wegvallen van de bekrachtiging behoudt dit element zijn toestand. Om het element terug naar zijn eerste toestand te brengen dienen we de tegengestelde kant te bekrachtigen. We moeten er wel op letten dat nooit beide bekrachtigingen gelijktijdig actief zijn. Voorbeelden hiervan zijn een pneumatisch bistabiel 5/2 ventiel, flipflop. 1 ctie1 + Trans Trans 2 ctie2 ctie1 - Trans 3 4 ctie3 ctie 1 + : geeft aan dat we het element bekrachtigen, bv uitsturen van een pneumatische zuiger. In de daarop volgende stap wordt ctie niet meer bekrachtigd, toch blijft de zuiger in uitgestuurde toestand. Vervolgens geven we actie en zal de zuiger terug worden ingestuurd. KHLim dep IWT Mea 80/141
5 12.3 Overgangsregels Welke zijn de voorwaarden waaraan moet voldaan zijn alvorens de overgang van een stap naar een andere stap kan plaatsvinden? - de overgang moet ontvankelijk zijn - de transitievoorwaarde moet voldaan zijn voorbeeld: de overgang zal niet plaatsvinden. Er is niet voldaan aan voorwaarde 1: de overgang is niet ontvankelijk omdat stap 5 niet actief is. 5 overgangsvoorwaarde =1 6 De overgang zal niet plaatsvinden. Er is niet voldaan aan voorwaarde 2: de transitievoorwaarde is niet voldaan Overgangsvoorwaarde = 0 De overgang zal wel plaatsvinden. Er is voldaan aan beide voorwaarden Overgangsvoorwaarde =1 KHLim dep IWT Mea 81/141
6 12.4 Ontwerpen van een PLC programma m.b.v.grafcet Het ontwerpen van een PLC programma aan de hand van een grafcet diagram verloopt in 3 fasen. Eerst analyseren we het probleem en stellen we een grafcet op waarbij we voor de acties en transitievoorwaarden tekstuele omschrijving gebruiken en de acties nummeren van 0 tot. In fase 2 kennen we aan iedere stap een merker toe en vervangen we de tekstuele omschrijving van acties en transitievoorwaarden door ingangen, uitgangen, merkers, timers, tellers, (eventueel door de symbolen van de resp. in-, uitgangen, ) In de derde en laatste fase wordt de grafcet structuur omgezet in een PLC programma (TL, LD of FBD). Hierbij programmeren we de overgang tussen de stappen in 1 FC, de sturing van de acties in een andere FC. Voorbeeld: Een automatische boormachine heeft volgende werking. Na het inschakelen van de boorrotatie daalt de boor in ijlgang (snel) tot bijna tegen het werkstuk (van sensor b0 tot b1). Vervolgens wordt tegen lage snelheid het gat in het werkstuk geboord tot de juiste diepte (b2) en keert de tegen hoge snelheid terug naar zijn beginsituatie. KHLim dep IWT Mea 82/141
7 Opstellen van een grafcet fase Opstellen van een grafcet fase 2 toekenning symbolen I124.0 tart I124.1 Bo I124.2 b1 I124.3 b2 Q124.0 Boor Q124.1 Dalen snel Q124.2 Dalen traag Q124.3 tijgen snel KHLim dep IWT Mea 83/141
8 M20.0 M20.0 I124.0 start M20.1 Q124.0 M20.1 boor Q124.1 dalen snel I M20.2 Q124.0 Q124.2 I b1 M20.2 boor dalen traag b2 M20.3 Q124.0 M20.3 boor Q124.3 stijgen snel I b Vertaling tot een PLC programma 1 TL FC1: grafcet structuur NW1: stap1 -> stap 2 M20.0 start M20.1 M20.0 NW2: stap2 -> stap 3 M20.1 b1 M20.2 M20.1 NW3: stap3 -> stap 4 M20.2 b2 M20.3 M20.2 NW4: stap4 -> stap 1 M20.3 b M20.0 M20.3 KHLim dep IWT Mea 84/141
9 FC2: sturing uitgangen NW1: NW2: NW3: NW4: M M M20.3 = boor M20.1 = dalen snel M20.2 = dalen traag M20.3 = stijgen snel 2 LD schrijf zelf het programma in LD of FBD 12.5 Initialisatie De initialisatie zorgt ervoor dat het proces in de rustoestand komt. Bij het opstarten van het proces dient dit eerst de initialisatie te doorlopen. lle andere stappen in het proces zijn gedeactiveerd. Nu het proces in rustoestand is wacht het op een startcommando. Bij het opstellen van het programma moeten we er voor zorgen dat bij spanningsopkomst deze initialisatie altijd doorlopen wordt. Dit kan zowel manueel als automatisch gebeuren Manueel initialiseren Indien gekozen wordt voor manueel initialiseren, moet er een drukknop voorzien worden waarmee de operator de initiële stap actief kan maken. We moeten het programma echter wel zo schrijven dat het niet mogelijk is om tijdens de uitvoering van de cyclus een tweede maal te initialiseren. Dit zou tot gevaarlijke situaties kunnen leiden. initialisatieknop 0 Trans 1 1 ctie1 Trans 2 KHLim dep IWT Mea 85/141
10 utomatisch initialiseren Het manueel initialiseren wordt zelden toegepast aangezien we een extra ingang nodig hebben en het makkelijk kan leiden tot fouten. Bij het automatisch initialiseren moet het programma ervoor zorgen dat tijdens de eerste cyclus na het opstarten (van TOP naar UN gaan van de PLC) de initiële stap wordt geactiveerd. Dit kunnen we op meerdere manieren programmeren. 1. Gebruik maken van 2 merkers Meestal wordt hiervoor M100.0 en M100.1 gebruikt maar dit is niet noodzakelijk. Wel moeten we ervoor zorgen dat dit GEEN remanente merkers zijn indien we na spanningsopkomst in rusttoestand wensen te starten. Wensen we na spanningsopkomst terug te herstarten in de situatie bij spanningsonderbreking, dan moeten we kiezen voor remanente merkers voor de merkers in de stappen. Let er dan wel op dat LLE merkers gebruikt in het programma dan remanent moeten zijn. Meestal zijn de merkers M0.0 tot M15.7 remanent. Kijk hiervoor in de HW configuratie van de PLC. We gebruiken het volgende programma: NW1: N M = M NW2: O M ON M = M M100.0 M100.1 Cyclus 1 Cyclus 2 Cyclus 3 Verklaring: Bij spanningsopkomst zijn M100.0 en M100.1 laag (niet remanent). Hierdoor zal M100.0 in het eerste netwerk hoog gemaakt worden tijdens de eerste cyclus. In het volgende netwerk zal onafhankelijk van de huidige toestand van M100.1 deze altijd hoog gemaakt worden. In de tweede cyclus zien we dat in netwerk 1 M100.0 terug laag zal worden aangezien M100.1 nu hoog is. M100.1 zal hoog blijven, M100.0 zal laag blijven. We zien dus dat M100.0 gedurende de eerste cyclus hoog is en verder altijd laag. We kunnen deze merker bijgevolg gebruiken als initialisatiemerker. Opgelet: de volgorde van programmeren is hier van belang! Waarom?? M Trans 1 1 ctie1 Trans 2 KHLim dep IWT Mea 86/141
11 2. Gebruik maken van een initialisatie programma als eerste netwerk We kunnen ook het initialisatieprogramma als volgt schrijven: NW1: N M // merker is laag bij spanningsopkomst (niet remanent) M 10.1 M 10.2 // al de stappen resetten M 10.0 // set initialisatiestap M // er mag maar 1 cyclus geïnitialiseerd worden NW2: afloop grafcet Hierbij is M100.0 een willekeurig gekozen niet remanente merker. 3. Gebruik maken OB100 Iedere PLC heeft een bouwsteen die wordt uitgevoerd voor de cyclische bewerking begint. Voor een CPU 300 is dit OB100. In OB 100 kunnen we dan volgend programma schrijven. NW1: N M // merker is laag bij spanningsopkomst (niet remanent) O M // Dti geeft een altijd een hoog aangezien M100.0 altijd hoog of laag is M 10.1 M 10.2 // al de stappen resetten M 10.0 // set initialisatiestap // M100.0 moet niet geset of gereset aangezien OB100 maar één keer wordt uitgevoerd Voorbeeld automatisch initialiseren FC1: grafcet structuur NW1: N M // merker is laag bij spanningsopkomst (niet remanent) M 20.1 M 20.2 // al de stappen resetten M 20.3 M 20.4 M 20.0 // set initialisatiestap M // er mag maar 1 cyclus geïnitialiseerd worden NW2: stap1 -> stap 2 M20.0 start M20.1 M20.0 NW3: stap2 -> stap 3 M20.1 b1 M20.2 M20.1 KHLim dep IWT Mea 87/141
12 NW4: stap3 -> stap 4 M20.2 b2 M20.3 M20.2 NW5: stap4 -> stap 1 M20.3 b M20.0 M20.3 FC2: sturing uitgangen Deze bouwsteen is niet gewijzigd 12.6 structuren Lineaire sequentie Dit is de eenvoudigste structuur en is opgebouwd uit een aantal stappen die op elkaar volgen. Na iedere stap is slechts 1 overgang mogelijk. Er kan nooit meer dan 1 stap actief zijn. De eerste stap is de initialiseringsstap. Het aantal stappen is afhankelijk van het proces. initialisatiemerker 0 Trans Trans 2 ctie 1 ctie 2 Trans 3 3 ctie 3 Trans 4 Voorbeeld van programmeren: zie voorbeeld programma automatisch initialiseren. KHLim dep IWT Mea 88/141
13 Meervoudige sequentie met keuze Indien vanuit een stap meerdere overgangen mogelijk zijn spreken we van meervoudige sequentie met keuze. Er wordt aan de hand van voorwaarden een keuze gemaakt welk deel van de sequentie wordt uitgevoerd. a Divergente vertakking: stap a b c d e f b stap20 c stap30 stap10 d stap11 stap10 Er zal slechts 1 overgang zijn vanuit stap 7, ofwel naar 10, naar 20 of naar 30. tel dat vw a voldaan is en stap 7 actief is. Dan zal de overgang onmiddellijk gebeuren en is er geen overgang meer mogelijk naar stap 20 of 30 aangezien stap 7 reeds gedeactiveerd is. Men kan er ook voor kiezen prioriteit te geven aan een tak. Hiervoor gaan we de voorwaarde als volgt noteren: 7 a stap10 a a. b stap 7 N a b stap20 De overgang van stap 7 naar 10 heeft voorrang want deze zal plaatsvinden als voorwaarde a voldaan is en als beide voorwaarden voldaan zijn. De overgang naar stap 20 kan enkel gebeuren indien alleen voorwaarde b voldaan is. We kunnen ook een exclusieve keuze maken. We moeten er dan voor zorgen dat de keuze enkel kan gebeuren indien slechts 1 van beide voorwaarde voldaan is. Indien geen of beide voorwaarde voldaan zijn wordt er geen keuze gemaakt. KHLim dep IWT Mea 89/141
14 7 a. b a. b N N a b stap10 a b stap20 Convergente vertakking: Na een vertakking (divergentie) wordt de cyclus na het doorlopen van een van de takken voortgezet in een convergentie. Hier komen de takken weer samen. stap19 x u v w stap40 stap stap29 x y z y stap40 stap29 40 stap39 chrijf deze structuur zelf in LD of FBD Voorwaardelijke spronginstructie Indien één of meerdere stappen, afhankelijk van een voorwaarde, kunnen worden overgeslagen spreken we van een voorwaardelijke spronginstructie. Vb: Indien ons boormachine een gat dient te boren in kunststof, kunnen we de stap inschakelen van koeling overslaan aangezien we hier geen koeling nodig hebben. KHLim dep IWT Mea 90/141
15 OF 7 a stap8 a stap8 a 8 c 9 d 10 b b stap10 stap8 c stap9 stap8 stap9 d stap10 stap9 ( ) 0 ( ) stap8 c stap9 stap8 stap9 d b stap10 stap9 chrijf deze structuur zelf in LD of FBD Voorwaardelijke herhalingsfunctie Bij deze structuur worden 1 of meerdere stappen een aantal keren hernomen. De herhaling van de stappen is afhankelijk van één of meerder voorwaarden. Deze structuur is een variant op de divergente vertakking. OF 7 a 8 b 9 c 10 d a stap8 stap8 b stap9 stap8 stap9 c stap10 stap9 stap9 d stap8 stap9 ( ) O( ) a stap9 d stap8 stap9 stap8 b stap9 stap8 stap9 c stap10 stap9 chrijf deze structuur zelf in LD of FBD KHLim dep IWT Mea 91/141
16 Gelijktijdig lopende sequenties Deze structuur is een variant op de structuur meervoudige sequentie met keuze. Hier zal de cyclus op een bepaalt moment opsplitsen in meerdere takken die gelijktijdig uitgevoerd worden. Divergentie is synchroon: alle takken worden gelijktijdig gestart op het moment dat de overgang ontvankelijk is en de transitievoorwaarde voldaan is. De afloop per tak is asynchroon en de convergentie is weer synchroon aangezien de convergentie pas kan geschieden als al de stappen boven de dubbele lijn actief zijn (overgang is ontvankelijk) en de transitievoorwaarde voldaan is. 7 a 10 b 20 d a stap10 stap20 stap10 b stap11 stap10 11 c 21 e (beide takken programmeren) 12 8 f 22 stap12 stap22 f stap8 stap12 stap22 KHLim dep IWT Mea 92/141
17 12.7 Voorbeelden Oppervlaktebehandeling Om een werkstuk te behandelen dient dit in een product te worden ondergedompeld gedurende een bepaalde tijd. Hieronder vinden we een voorstelling van de machine. magazijn vat losplaats hoog laag Werking Na het starten gaat de grijper omlaag tot sensor laag een melding geeft. Dan sluit de grijper. Dit is een pneumatische zuiger die gestuurd wordt met een monostabiel ventiel. Vervolgens gaat de grijper omhoog tot sensor hoog bediend is. De slede verplaatst zich naar het vat en daalt vervolgens tot in de vloeistof. 30s later gaat de grijper weer omhoog en verplaatst deze zich naar de losplaats waar de grijper opent. De grijper keert vervolgens terug naar het magazijn. Toekenning adressen dres ensor/actuator Type I tart NO I top NC I Magazijn NO I Vat NO I Losplaats NO I Hoog NO I Laag NO I Klem dicht NO Q Omhoog - Q Omlaag - Q ijden links - Q ijden rechts - Q grijper - KHLim dep IWT Mea 93/141
18 Grafcet diagram N inimerker ON stop M10.0 FPstart stop M10.1 Grijper omlaag laag M10.2 klemmen grijper dicht M10.3 Grijper omhoog hoog M10.4 ijden rechts Vat1 M10.5 Grijper omlaag laag M10.6 T = 30s T = 30s? M10.7 Grijper omhoog hoog M11.0 ijden rechts losplaats M11.1 Grijper open Niet grijper dicht M11.2 ijden links magazijn KHLim dep IWT Mea 94/141
19 Programma in LD Grafcet structuur KHLim dep IWT Mea 95/141
20 KHLim dep IWT Mea 96/141
21 KHLim dep IWT Mea 97/141
22 turing timers en uitgangen KHLim dep IWT Mea 98/141
23 Maalinstallatie Een landbouwer heeft een eigen voedermenginstallatie. De verschillende ingrediënten worden opgeslagen in silo s. M.b.v.schroefvijzels worden de juiste hoeveelheden in een menger gebracht. Er kunnen met deze installatie 2 verschillende voerders gemengd worden. Vóór het bedienen van de startknop moet er een keuze gemaakt worden tussen de 2 voeders m.b.v. een keuzeschakelaar. Het afmeten van de juiste hoeveelheden gebeurt met een bascule die per 5 kg omkipt en een signaal geeft aan de PLC. De hoofdvijzel start na het drukken op de startknop en blijft na het afwegen van de verschillende ingrediënten nog 30s leegdraaien. ilo1 ilo2 ilo 3 V1 V2 V3 hoofdvijzel 1 bascule menger Toekenning adressen dres ensor/actuator Type I tart NO I top NC I NO I Thermiek vijzels NO I Thermiek menger NO I Keuze Voeder1 NO I Keuze Voeder 2 NO Q V1 - Q V2 - Q V3 - Q Hoofdvijzel - Q Menger - KHLim dep IWT Mea 99/141
24 Grafcet diagram N inimerker ON stop M10.0 FPstart stop voeder1 FPstart stop voeder2 M10.1 C1 C2 C3 hoofdvijzel C1 = 5 C2 = 9 C3 = 2 M20.1 hoofdvijzel C4 C5 C6 C4 = 9 C5 = 5 C6 = 8 M10.2 V1 M20.2 V1 C1 = 0 C4 = 0 M10.3 V2 M20.3 V2 C2 = 0 C5 = 0 M10.4 V3 M20.4 V3 C3 = 0 C6 = 0 M10.5 T1 = 30s T1 KHLim dep IWT Mea 100/141
25 Programma in TL Grafcet structuur KHLim dep IWT Mea 101/141
26 KHLim dep IWT Mea 102/141
27 turing counters, timers en uitgangen KHLim dep IWT Mea 103/141
28 KHLim dep IWT Mea 104/141
29 12.8 tarten van een proces Het starten van een installatie mag enkel gebeuren bij het indrukken van de startdrukknop. Hierbij moet de stopknop altijd voorrang hebben op de startknop. angezien we de stopknop meestal gaan programmeren in het eerste netwerk en de startknop in het tweede netwerk zou start voorrang hebben op stop (laatst geprogrammeerde heeft voorrang). ls extra voorwaarde voor het starten moeten we dus stellen dat de stopknop niet bediend is. Tevens moeten we er rekening mee houden dat een knop defect kan zijn en dus bijvoorbeeld blijft kleven. Hierdoor zou na het loslaten van de stopknop de installatie terug starten zonder dat we de startknop bedienen. Dit kan uiteraard gevaarlijke situaties opleveren. Om dit probleem op te lossen gaan we niet starten bij een hoogsignaal van de startknop maar gaan we reageren op de stijgende flank van het startsignaal. N inimerker ON top M10.0 FPstart stop M10.1 pomp top I124.0 tart I124.1 inimerker M100.0 pomp Q124.0 Grafcet structuur Nwk1: initialisatie Nwk2: starten van cyclus N M //initialisatie merker ON top M 10.1 M 10.2 //alle stappen resetten M 10.0 //de eerste stap setten M I FP M 50.0 //hulpmerker M50.0 om positieve flank te bepalen M 10.0 I // stop niet bediend M 10.1 M 10.0 KHLim dep IWT Mea 105/141
30 12.9 TOPPEN van een proces Om een cyclus te stoppen zijn er verschillende mogelijkheden: o top op het einde van de cyclus o top zonder geheugen o top met geheugen o top aan het einde van een cyclus bewerkingen o Keuze : continue werking of cyclus per cyclus top op het einde van de cyclus (halfautomatische werking) Bij een halfautomatische werking zal na iedere cyclus de startknop opnieuw bediend moeten worden. Dit kan nuttig zijn bij machines met handmatige materiaalinvoer zodat iedere bewerkingscyclus gestart wordt na het invoeren van nieuw materiaal en het drukken van de startknop. (FP staat voor flank positief) N inimerker ON top M10.0 FPstart stop M10.1 pomp sensor 1 M10.2 klep top I124.0 tart I124.1 ensor1 I124.2 ensor2 I124.3 inimerker M100.0 pomp Q124.0 klep Q124.1 sensor 2 Grafcet structuur: Nwk1: initialisatie N M ON top M 10.1 M 10.2 M 10.0 M Nwk2: starten van cyclus I FP M 50.0 //hulpmerker M50.0 voor stijgende flank I124.1 M 10.0 I // stop niet bediend M 10.1 M 10.0 KHLim dep IWT Mea 106/141
31 Nwk3: sensor 1 moet bediend zijn M 10.1 I M 10.2 M 10.1 Nwk4: sensor 2moet bediend zijn M 10.2 I M 10.0 // terug naar initiële stap M top zonder geheugen Bij een aantal processen zal het van belang zijn het proces onmiddellijk te stoppen en terug te brengen in de initiële toestand. Het proces moet dan steeds vanaf de begintoestand worden herstart. Dit is vooral nodig bij machines met een bepaalde aanloopsequentie. Bv het aanlopen in sterdriehoek. Bij deze vorm van sturing worden monostabiele vermogenselementen aan de uitgangen van de PLC aangesloten. (bv monostabiele ventielen voor de sturing van zuigers) Verder moeten we in het programma gebruik maken van niet-remanente merkers. ON inimerker ON stop M10.0 start stop M10.1 sensor 1 M10.2 sensor 2 M10.3 T1 pomp klep top I124.0 tart I124.1 ensor1 I124.2 ensor2 I124.3 inimerker M100.0 T1 10s Pomp Q124.0 Klep Q124.1 Grafcet structuur: Nwk1: initialisatie ON M ON I // bij stop terug gaan naar initiële fase M 10.1 M 10.2 M 10.0 M Nwk2: starten van cyclus KHLim dep IWT Mea 107/141
32 top met geheugen In sommige gevallen is het noodzakelijk dat de PLC na het bedienen van de stopknop onthoudt waar het proces onderbroken werd. ls voorbeeld kunnen we het stapelen van dozen op een pallet gebruiken. De PLC dient na het drukken van de stopknop te onthouden welke dozen reeds geplaatst zijn zodoende dat na het herstarten van de installatie de reeds geplaatste dozen niet handmatig van de pallet moeten worden weggenomen om vanuit de beginsituatie te starten: lege pallet. Meestal is het noodzakelijk om toch een resetknop te voorzien. Indien na het drukken van de stopknop de pallet zou worden weggenomen (bv omdat de pallet stuk is) moet de installatie toch na herstart vanuit de beginsituatie kunnen herstarten. Ook is soms de werking van stop en noodstop niet gelijk. We kunnen bijvoorbeeld een stopfunctie hebben met geheugen en een noodstop zonder geheugen. N inimerker M10.0 M10.1 M10.2 FP M20.0 sensor 1 M20.0 pomp klep M20.0 M20.0 top I124.0 tart I124.1 ensor1 I124.2 ensor2 I124.3 Pomp Q124.0 Klep Q124.1 inimerker M100.0 M20.0 installatie gestart T1 10s sensor 2 M20.0 M10.3 T1 M20.0 Grafcet structuur: Nwk1: starten installatie I M 20.0 N I M 20.0 Nwk2: initialisatie N M M 10.1 // GEEN stopvoorwaarde toevoegen!!!! M 10.2 // Hier kan wel een eset of Noodstop geprogrammeerd worden M 10.0 M KHLim dep IWT Mea 108/141
33 Nwk3: starten van cyclus M 20.0 FP M 50.0 // hulpmerker M50.0 voor stijgende flank M20.0 M 10.0 M 10.1 M 10.0 Nwk4: sensor 1 moet bediend zijn M 10.1 I M 20.0 M 10.2 M 10.1 Nwk4: sensor 2moet bediend zijn M 10.2 I M 20.0 M 10.3 M 10.2 turing uitgangen: Nwk1: sturen van pomp M 10.1 M 20.0 // installatie mag niet gestopt zijn = Q Nwk1: sturen van klep M 10.2 M 20.0 // installatie mag niet gestopt zijn = Q top aan het einde van een cyclus bewerkingen Een machine moet een aantal keren een handeling uitvoeren en hierna terug naar initiële toestand gaan. We hebben dan op het einde van de cyclus de keuze om de handelingen terug te starten indien het juiste aantal niet bereikt is of om terug naar de initiële toestand terug te keren. Hierbij maken we best gebruik van een CD teller. De PV waarde setten we in de initiële stap. Bij het doorlopen van de cyclus gaan we in 1 stap (bv de eerste) de teller met 1 verlagen tot we nul bekomen. KHLim dep IWT Mea 109/141
34 N inimerker N stop M10.0 M10.1 M10.2 start stop sensor 1 C1 = 10 Q124.0 CD C1 Q124.2 top I124.0 tart I124.1 ensor1 I124.2 ensor2 I124.3 inimerker M100.0 C1 sensor 2 M10.3 N C1 C1 Grafcet structuur Nwk1: initialisatie N M ON top M 10.1 M 10.2 M 10.3 M 10.0 M Nwk5: cyclus herahalen : teller is nog niet 0 M 10.3 C1 M 10.1 M 10.3 Nwk6: cyclus beëindigen : teller is 0 M 10.3 N C1 M 10.0 M 10.3 turing van de uitgangen: Nwk1: setten van teller bij inistap M 10.0 L C#10 C1 Nwk2: aftellen teller bij stap 1 M 10.1 CD C1 KHLim dep IWT Mea 110/141
35 Keuze: continue werking of cyclus per cyclus Er wordt een keuzeschakelaar gemaakt om de cyclus continu te laten verwerken zonder ingrijpen van de operator of na iedere cyclus terug te wachten op een startsignaal. N inimerker N stop M10.0 start stop M10.1 Q124.0 sensor 1 M10.2 Q124.1 top I124.0 tart I124.1 ensor1 I124.2 ensor2 I124.3 keuze I124.4 inimerker M100.0 sensor 2 M10.3 N keuze Keuze Programma: Zie top aan het einde van een cyclus bewerkingen maar vervang de voorwaarde van de teller door de keuzeknop. KHLim dep IWT Mea 111/141
Hfdst. 4: PLC-sturingen ontwerpen gebaseerd op het functiediagram
4.1. Basisstructuren: 6 mogelijke sequenties: 1/ Enkelvoudige of lineaire sequentie; 2/ Meervoudige sequentie met keuze; 3/ Meervoudige sequentie met exclusieve keuze; 4/ Meervoudige sequentie met sprong;
Nadere informatie14 Oefeningen. 14.1 Basisinstructies
nleiding in de PLC 14 Oefeningen 14.1 Basisinstructies 1. Aan ingang 124.0 sluiten we een NO drukknop (S1) aan, op 124.1 een NC (S2). Maak nu een programma zodanig dat 124.0 hoog is als we drukknop S1
Nadere informatieVervolg. Eerste blad niet afdrukken. Document eindigen op een even pagina.
Vervolg Eerste blad niet afdrukken. Document eindigen op een even pagina. Versie: zondag 4 november 2007 4 Functie diagram. 4.1 Combinatorisch versus sequentieel Automatische besturingen al dan niet met
Nadere informatie11 Programmeren van elektrische schakelingen
11 Programmeren van elektrische schakelingen 11.1 Gebruik van hulpcontactoren In elektrische schakelingen wordt geregeld gebruik gemaakt van hulpcontactoren. Als contactoren of schakelaars te weinig vrije
Nadere informatieHfdst. 3: Functiediagram volgens IEC848
3.1. Soorten sturingen: 2 soorten sturingen: Combinatorische sturingen: De uitgangen reageren in functie van de ingangen. Dergelijke schakelingen worden nooit in een functiediagram gezet. Voorbeeld: niveau
Nadere informatieSynoniemen? Franse Norm Grafcet. IEC-norm voor PLC: SFC Sequential Function Chart Één van de vijf programmeermethoden voor PLC s
Synoniemen? Franse Norm Grafcet IEC-norm voor PLC: SFC Sequential Function Chart Één van de vijf programmeermethoden voor PLC s Doel: Oefening/Project/Proces is deelbaar in STAPPEN. (min. 3!) STAP PER
Nadere informatieHfdst. 2: COMBINATORISCH PROGRAMMEREN
2.1. Basisinstructies: 2.1.1. Ja-functie: Indien je een normaal open schakelaar bedient, moet de lamp oplichten. Waarheidstabel: Booleaanse schrijfwijze: Q0.0 = I0.0 2.1.2. Niet-functie: Waarheidstabel:
Nadere informatieLabo-oefeningen Automatisatie (Experimentele fase)
Praktische oefeningen Automatisatie Ivan Maesen IM 14-11-2004 2-1 Labo-oefeningen Automatisatie (Experimentele fase) Deze Praktische oefeningen kunnen gebruikt worden voor de Labosessies van het vak Automatisatie
Nadere informatie6 Programmastructuren
6 Programmastructuren 6.1 Lineair programmeren Een lineair programma heeft een eenvoudige structuur. Alle instructies worden geprogrammeerd in. Deze bouwsteen wordt continu doorlopen waarbij het gehele
Nadere informatieHfdst. 2: COMBINATORISCHE LOGICA
Hfdst. 2: COMBINATOISCHE LOGICA DEEL 2: Prioriteitsregels: 2.3.1. Het begrip stack : Duid een groep geheugenplaatsen aan die door de CPU wordt gebruikt om het programma te verwerken. Bij het gebruik van
Nadere informatiePrincipes voor het besturen van een dubbelwerkende cilinder 19
Principes voor het besturen van een dubbelwerkende cilinder 19 4. Principe voor het besturen van een dubbelwerkende cilinder. 4.1. Besturing met een bistabiel hoofdstuurventiel. 4.1.1. Pneumatische besturing.
Nadere informatieEnkel voor klasgebruik. BLO K 0. Functiediagram FUNCTIEDIAGRAM --( PLC "Q )--
FUNCTEDAGRAM --( PLC "Q )-- BLO K 0 Functiediagram Voor het ontwerpen van combinatorische sturingen kunnen ladderdiagramma's worden gebruikt. Voor sequentiële sturingen is het noodzakelijk dat er een duidelijke
Nadere informatie9 Tijdsfuncties. 9.1 Voorstelling tijden
9 Tijdsfuncties 9.1 Voorstelling tijden Een speciaal gedeelte van het geheugen van de CPU is gereserveerd voor timers. In dit geheugengedeelte is er voor iedere timer een 16-bit woord gereserveerd. Het
Nadere informatieDeel 1 Step 7 Ont4 - GA3
Deel 1 Step 7 Ont4 - GA3 Deel 1 : Step 7 09/05 1 Het stuurprogramma van de Cim installatie zal volledig geprogrammeerd moeten worden. Om tot een aanvaardbare oplossing te komen gaat de sturing aan een
Nadere informatieDeel 2 S7 Graph Ont4 - GA3
Deel 2 S7 Graph Ont4 - GA3 Deel 2 : Graph 09/05 1 Wanneer er in een installatie een sequentiële beweging geprogrammeerd moet worden is het interessant om gebruik te maken van S7 Graph. De progammastructuur
Nadere informatieProbleemanalyse 28. Voorbeelden: A+ B+ C- A- B- C+ A+ C+ A- B+ C- B- A+ A- B+ B- A+ B+ B- A-
Probleemanalyse 28 5. Probleemanalyse. Bij een automatische cyclus, waarbij een werkstuk of product behandeld, verplaatst of afgewerkt wordt, is het noodzakelijk dat alle bewerkingen of arbeidshandelingen
Nadere informatieOEFENINGEN. in de cursus 'PLC'
OEFENINGEN in de cursus 'PLC' Oefenen basisprincipes Oefenbord van SMC - elektropneumatica. pag. 2 0. Elektrisch schema van een PLC Theorie: - type netten en beveiligingen in schakelkasten - elektropneumatische
Nadere informatieINHOUD. KHLim dep IWT MeRa 1/22
INHOUD 1.Aanmaken van een nieuw S7 project... 2 1.1 Openen van een nieuw project.... 2 1.2 invoegen van een S7 station... 2 1.3 openen van de hardware... 3 1.4 Invoegen van een Rack... 3 1.5 Downloaden
Nadere informatieCombinatorisch tegenover sequentieel
PBa ELO/ICT Combinatorisch tegenover sequentieel soorten digitale schakelingen : combinatorisch of sequentieel combinatorische schakelingen combinatie van (al dan niet verschillende) (basis)poorten toestand
Nadere informatieOm een PLC te kunnen programmeren is het belangrijk te weten hoe de PLC het programma verwerkt. (Zie 2.4 blz. 35-)
Vervolg 3 PLC programmering Om een PLC te kunnen programmeren is het belangrijk te weten hoe de PLC het programma verwerkt. (Zie 2.4 blz. 35-) 3.1 Programma verwerking samengevat 3.1.1 PLC-cyclus 1. De
Nadere informatie06-RIS-02: Een inleiding in LogoSoft. VTI Brugge Realisaties Industriële Sturingen
06-RIS-02: Een inleiding in LogoSoft VTI Brugge Realisaties Industriële Sturingen Toepassing Logo! Overzicht ppt over LogoSoft 1. De Hardware 2. Gebruik van LogoSoft. 3. De programmeerfuncties 1. De Basisfuncties
Nadere informatieSFC. Sequential Function Diagram. NHL Studierichting Elektrotechniek R. van Duivenbode
Sequential Function Diagram NHL Studierichting Elektrotechniek R. van Duivenbode 1 Inhoud 1 Inleiding.... 3 2 SFC.... 4 2.1 Fase 1 Functionele specificaties.... 5 2.2 Fase 2 Technische specificaties....
Nadere informatieBedieningshandleiding Christiaens Group Stapelaar en Ontstapelaar
Bedieningshandleiding 1402-001 Christiaens Group Stapelaar en Ontstapelaar Auteur: Cor Janssens Robotics & Material handling Datum: 01-03-2015 Versie: 0.1 VOORWOORD Deze handleiding is een leidraad voor
Nadere informatieMei 2010 Pagina van 11
Kinderdraaimolen Kermiscomité Mei 2010 Pagina - 1 - van 11 Besturing Kinderdraaimolen De besturing is met de grootst mogelijke zorg, en aan de hand van de huidige stand der techniek (2010) opgebouwd. De
Nadere informatieInhoudsopgave. www.ffxs.nl/diy-elektro - 2 - PLC
Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 Inleiding...3 Opbouw van een sturing...3 Besturing met vaste bedrading...3 Besturen met PLC...3 Voordelen van PLC s...3 Opbouw en werking van de S7-212...4 Technische specificaties...4
Nadere informatieVMB2BLE. Eigenschappen van de rolluikmodule VMB2BLE. (screenshots van velbuslink 8.19) By KRIS DAELMAN
VMB2BLE Eigenschappen van de rolluikmodule VMB2BLE (screenshots van velbuslink 8.19) By KRIS DAELMAN A. Inleiding B. Eigenschappen C. Configuratie Algemeen Alarmen Zonsopgang/zonsondergang Kalender D.
Nadere informatieCX-One: Een voorbeeld
CX-One: Een voorbeeld Oefening op grafcet. @2009 F. Rubben, ing. F. Rubben, ing. CX Programmer: een oefening 1 CX-One Programmer: Een voorbeeld (0) F. Rubben, ing. CX Programmer: een oefening 2 1 CX-One
Nadere informatieHANDLEIDING MEMOKEY 100C
1 HANDLEIDING MEMOKEY 100C 1 lksdj WOORD VOORAF BIJ PROGRAMMATIE! Het aangeraden, eens het systeem is geïnstalleerd, de code lengte te bepalen en de MASTER en TRADE code te wijzigen. Nadien kunnen andere
Nadere informatieVDH doc Versie: v1.0 Datum: Software: ALFA75-MTT File: Do WPD Bereik: 0,0/+80,0 C per 0,1 C
Gebruikershandleiding ALFA 75MTT MelkTankThermostaat. VDH doc. 080743 Versie: v.0 Datum: 29052008 Software: ALFA75MTT File: Do080743.WPD Bereik: 0,0/+80,0 C per 0, C * Beschrijving. De ALFA 75MTT is een
Nadere informatieSTURING R70/2AC : 2 motoren
TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN Voedingsspanning Aantal motoren Max. vermogen motor Max. vermogen knipperlicht Max. vermogen garageverlichting Max. vermogen controlelampje Max. vermogen elektrisch slot Max. stroom
Nadere informatieProgrammeren in C. m.b.v. programma-structuur-diagrammen.
Programmeren in C m.b.v. programma-structuur-diagrammen. Programmastructuurdiagram (PSD) Een aantal jaren geleden is er een verhitte discussie geweest onder programmeurs over het gestructureerd programmeren
Nadere informatiePneumatiek PO 0807 Moduul 8/Vakleer 7 Pneumatiek
Naam: Klas: Datum: Vraag 1 Noem drie manieren kun je ventielen bedienen? 1 2 3 Vraag 2 In welke twee groepen kun je de elektromagnetisch bediende ventielen indelen? 1 2 In de figuur een 3/2 ventiel http://www.pneumatics.be
Nadere informatieSequentiële schakelingen
Gebaseerd op geheugen elementen Worden opgedeeld in synchrone systemen» scheiding tussen wat er wordt opgeslagen (data) wanneer het wordt opgeslagen (klok) asynchrone systemen» Puls om geheugen op te zetten
Nadere informatieB I A S E T Buro Industriële Automatisering Software en Training
Uitwerking 3 bewegingen met geheugen en tijd Stap 1: teken in het diagram de bewegingen. Hier zijn twee bewegingen weergegeven. Cilinder A wordt op wissellijn 0 geactiveerd. Zodra cilinder A de eindpositie
Nadere informatieOefenbundel pneumatica
Oefenbundel pneumatica Festo Belgium nv Doel van deze oefenbundel is om aan de hand van een aantal eenvoudige oefeningen het nut en de werking van de meest voorkomende pneumatische componenten te leren
Nadere informatieb-logicx handleiding PX_DimmerDayNight
INHOUDSOPGAVE Software handleiding 1. Inleiding 2 2. Wat hebben we nodig? 2 3. Werkwijze 2 3.1 Softwaremembers 2 3.2 Softwaremembers voor de bediening activeren 2 3.3 Softwaremembers voor dag/nacht activeren
Nadere informatieVRIJ TECHNISCH INSTITUUT Burg.Geyskensstraat BERINGEN. Toegepaste Informatica: Werkbundel. Vak: Toegepaste Informatica Auteur: Ludwig Theunis
Burg.Geyskensstraat 11 3580 BERINGEN Toegepaste Informatica: Werkbundel Vak: Toegepaste Informatica Auteur: Ludwig Theunis 2 Toegepaste Informatica PLC-programmering met TwinCAT Soft PLC INLEIDING Deze
Nadere informatieFrank Rubben 8/06/2015. Probleem! Elektropneumatica voorbeeld. Voorbeeld uitgewerkt in vorige ppt. Ddaq Engineering 1
Probleem! Elektropneumatica voorbeeld Voorbeeld uitgewerkt in vorige ppt Ddaq Engineering 1 Probleem! Probleem! Elektropneumatica: oplosmethode 1 deel 1 Ddaq Engineering 2 Probleem! Elektropneumatica:
Nadere informatieVMB1BLS 1-kanaals rolluiksturing voor universele montage. Handleiding
VMB1BLS 1-kanaals rolluiksturing voor universele montage Handleiding Inhoud 1. Beschrijving... 3 2. Onderdelen... 3 3. Aansluitschema s... 2 3.1. In een Velbus domotica-installatie... 2 3.2. Standalone...
Nadere informatieParameters en alarmen. Multifold Super V0100. Parameters & Alarms Multifold Super V0100 NL Page 1 of 15
Parameters en alarmen Multifold Super V0100 Parameters & Alarms Multifold Super V0100 NL Page 1 of 15 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1) Machineparameters... 3 1.1) Overzicht machineparameters... 3 2)
Nadere informatiePACK TYXIA 541 et 546
PACK 54 et 546 FR EN Notice d installation Installation instructions PL Instrukcja instalacji Installatie-instructies Inhoud van packs Inhoudsopgave Set 54 7 Set 546 7 6 5630 5730 / Installatie van de
Nadere informatieHandleiding. Practicum. Festo Productiestraat
Handleiding Practicum Festo Productiestraat De Haagse Hogeschool Academie voor TIS/Delft 9 mei 2013 J.E.J op den Brouw Inhoudsopgave 1. INLEIDING...3 1.1 PRODUCTIESTRAAT...3 2. OPDRACHT EN EISEN...5 2.1
Nadere informatieInhoudsopgave
Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 Inleiding...3 Opbouw van een sturing...3 Besturing met vaste bedrading...3 Besturen met PLC...3 Voordelen van PLC s...3 Opbouw en werking van de S7-212...4 Technische specificaties...4
Nadere informatieOEFENINGEN PROJECT LOGO SCHOOL.BOGAERT.ME/LOGO
EN PROJECT LOGO SCHOOL.BOGAERT.ME/LOGO Matthias Bogaert Opdrachten LOGO! Pagina 1 1: HET ELEKRISCHE ROLUIK Programmeer een rolluik van een winkel dat automatisch naar omhoog gaat om 6 uur s morgens en
Nadere informatieII PROGRAMMEERBARE STURING
1 ROY 4 Schuifhekmotor met POLARIS II PROGRAMMEERBARE STURING 2 STURING MODEL POLARIS II K C A 11 12 13 14 15 16 17 zekering 315m A 24 V AC voeding fotocellen 4 3 2 1 KRACHTREGELING + zekering 6,3 A KRACHT
Nadere informatieHet Keypad (met segmenten)
Het Keypad (met segmenten) Het JABLOTRON 100 systeem kan worden gebruikt met verschillende type keypads waarmee het systeem kan worden bediend, en die informatie geven omtrent de status van het systeem
Nadere informatieNunu Modulentechniek Serie FM2000 Technische documentatie
Nunu Modulentechniek Serie FM2000 Technische documentatie t f w nunu bv besturingstechniek cybernetics postbus 5173, 3295 zh s-gravendeel mijlweg 51, 3295 kg s-gravendeel 078 6739311 078 673 4360 www.nunu.nl
Nadere informatieTOMA. De TOMA regelaar is gebouwd volgens de strenge Europese veiligheidseisen en voorzien van een CE keurmerk.
Inleiding. Deze regelaar is in samenwerking met een Nederlands elektronica bedrijf door TOMA ontwikkeld. Daarbij is gebruik gemaakt van de nieuwste technieken, en gedacht aan bedieningsgemak en mogelijkheden.
Nadere informatieGebruikers handleiding. Universele. Gist/meel besturing
Gebruikers handleiding Universele Gist/meel besturing Copyright (C) Ingenieurs buro Prompt, Vaartweg 4, 8861 KV Harlingen Tel: 0517 418878 WWW.FRITEC.NL 1 Inhoud: 1 Algemeen 2 Handbediening meel 4 2.1
Nadere informatieOver Betuwe College. Lego Mindstorm project
Inhoudsopgave 1 Het aansluiten van onderdelen.... 3 2 De lego software.... 4 2.1 Het programeerscherm.... 5 2.2 Programma naar NXT... 6 3 Introductie tot programmeren.... 7 3.1 De druksensor.... 7 3.2
Nadere informatieContact aansluitingen. MultiOpener GSM
MultiOpener GSM MultiOpener GSM is een GSM module met 1 input en 1 output die kan gebruikt worden voor het op afstand schakelen van bijvoorbeeld een poortbesturing, verlichting, garagedeur, enz, enz. De
Nadere informatieLET OP: PIN BLOKKERING EN VOIC UITSCHAKELEN!
MultiOne GSM MultiOne GSM is een GSM module met 1 input en 1 output die kan gebruikt worden voor het op afstand schakelen van bijvoorbeeld een poortbesturing, verlichting, garagedeur, enz, enz. De relais
Nadere informatiec Programmeerbare Logische Sturingen
Hugo Mariën c Programmeerbare Logische Sturingen onder redactie van H. Saeys Stad Antwerpen Stedelijk Lyceum Hoofdinstelling : Paardenmarkt 94 2000 ANTWERPEN Tel. 03/470.25.30 - Fax 03/470.25.31 ~diekeure
Nadere informatieDE TRANSPORTBAND GIP SVEN VOSSEN 6EM
DE TRANSPORTBAND GIP SVEN VOSSEN 6EM video 1. INLEIDING 2. DE AANSTURING 3. DE OVERBRENGING 4. HET PROCES ZELF 5. BEVEILIGINGEN 6. BEREKENINGEN INHOUDSOPGAVE INLEIDING De transportband is een geautomatiseerde
Nadere informatie1 Mitsubishi Alpha XL
1 Mitsubishi Alpha XL afb. Alpha_01 Stuurrelais Programmeerinstructies Directe bediening. 1.1 Lay-out en functie(s) van de bedieningsknoppen. Het stuurrelais ziet er als volgt uit: afb. Alpha_2 Links een
Nadere informatieC-1 DEEL C UITWERKINGEN
C- DEEL C UITWERKINGEN UITWERKINGEN UITWERKING : Bediend/onbediend, normaal open/normaal gesloten 4 UITWERKING : aanvoerinrichting UITWERKING : lijmpers 6 UITWERKING 4: lichtkoepel 7 UITWERKING : reinigingsbad
Nadere informatieB I A S E T Buro Industriële Automatisering Software en Training
Uitwerking bewegingen met geheugen Stap : teken in het diagram de bewegingen. Hier zijn twee bewegingen weergegeven. Cilinder A wordt op wissellijn 0 geactiveerd. Zodra cilinder A de eindpositie heeft
Nadere informatieOntvanger met GSM-transmissie GSM 700
HANDLEIDING Ontvanger met GSM-transmissie GSM 700 www.tempolec.be 01. INTRODUCTIE Ontvanger met : - een GSM-transmissie - een uitgang (contact NO / NF spanningsvrij). Mogelijke functie van de uitgang :
Nadere informatieLET OP: PIN BLOKKERING EN VOIC UITSCHAKELEN!
MultiOne GSM MultiOne GSM is een GSM module met 1 input en 1 output die kan gebruikt worden voor het op afstand schakelen van bijvoorbeeld een poortbesturing, verlichting, garagedeur, enz, enz. De relais
Nadere informatieDSR-X20. Gebruikers Handleiding
DSR-X20 DSR-X20 Gebruikers Handleiding DISCO Discosmash Vroegeinde 14, 2243 Pulle, België Tel.: +32 (0)3 4640909 - Fax: +32 (0)3 4640139 info@discosmash.com - www.discosmash.com Gelieve deze handleiding
Nadere informatieELVA Security 03 886 66 56 www.elva.be
Gebruikershandleiding INIM Smartline brandmeldcentrale. 1. Front brandmeldcentrale 1 2. Bediening: A Sleutel Niveau 1 Niveau 2 Toetsen B C 4 scroll toetsen Stop sirene D Reset E F Evacuatie Onderzoek deze
Nadere informatiePROGRAMMEERBARE STURING
1 ROY 10 Schuifhekmotor met POLARIS PROGRAMMEERBARE STURING 2 STURING MODEL POLARIS Antenne Aansluiting automatische krachtregeling Knipperlamp 220 V 25 W max. K C A 13 14 15 16 17 18 19 ontvanger PROGRAMMA
Nadere informatieParameters en alarmen. ObiFold V0100. Parameters & Alarms ObiFold V0100 NL Page 1 of 15
Parameters en alarmen ObiFold V0100 Parameters & Alarms ObiFold V0100 NL Page 1 of 15 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1) Machineparameters... 3 1.1) Overzicht machineparameters... 3 2) Programma parameters,
Nadere informatieTimer TI 100. Nederlandse Handleiding. w w w. b i t n e d e r l a n d. n l
Timer TI 100 Nederlandse Handleiding w w w. b i t n e d e r l a n d. n l Inhoudsopgave 1. Introductie 2. Veiligheidssymbolen 3. Algemene regels 4. Technische omschrijving 4.1 Functie 5. Installatie 5.1
Nadere informatieBedrade afstandbediening Introductie van het spare part. Knoppen en display van de afstandbediening.
Bedrade afstandbediening Introductie van het spare part. Knoppen en display van de afstandbediening. Wordt gebruikt om unit te starten en te stoppen. Let Op!!: Bij alleen koeling units is warmte mode niet
Nadere informatieInhoudsopgave. Handleiding: MC5508.20070830 v2.0a. Pagina - 1 -
Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE...1 INLEIDING...2 UITVOERING...2 MC55081...2 MC55082...2 AANSPRAKELIJKHEID EN GARANTIE...2 ALGEMENE WERKING...3 Maximale stuurtijd beveiliging...3 Omschakel beveiliging...3
Nadere informatieHANDLEIDING ELEKTRISCHE BRANDPOMPREGELAARS
HANDLEIDING ELEKTRISCHE BRANDPOMPREGELAARS TE GEBRUIKEN MET DE BRANDPOMPREGELAAR MET HANDBEDIENDE START SERIE M100, M200 EN M220 RESP. GECOMBINEERDE AUTOMATISCHE- HANDBEDIENDE UNITS START BRANDPOMPREGELAARS
Nadere informatieWerkboek MecLab stations.
Werkboek MecLab stations. Naam: Klas: Startdatum: Einddatum: Station Hfst. Cijfer Transportband 1 2 Stapel magazijn 1 2 Handling 1 2 Kennismaken en programmeren van MecLab Stations V3.0 Werkboek.docx Inhoud
Nadere informatieROGER Belgium KIT MOTOR MET KNIKARM R23 TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN AFMETINGEN. Nominaal vermogen. Openingstijd voor 90 Thermische veiligheid 140 C
TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN Voedingsspanning 230V 50Hz Nominaal vermogen 200 W Koppel 400 Nm Openingstijd voor 90 14 sec. Thermische veiligheid 140 C Werkingstemperatuur -20 C +70 C Beschermingsfactor IP43
Nadere informatiePOLARIS PROGRAMMEERBARE STURING
1 POLARIS PROGRAMMEERBARE STURING 2 STURING MODEL POLARIS Antenne Aansluiting automatische krachtregeling Knipperlamp 220 V 25 W max. K C A 13 14 15 16 17 18 19 ontvanger PROGRAMMA CANCELLA OK LAMP SS2
Nadere informatieInleiding. Inhoudsopgave: Omschrijving. 1.1 Het toetsenbord 1. 1.2 De displays 1. 1.3 Lampjes 1. 2.0 Vaste programma's 2. 3.0 Vrije programma's 3.
Inleiding. Deze regelaar is in samenwerking met een Nederlands elektronica bedrijf door TOMA ontwikkeld. Daarbij is gebruik gemaakt van de nieuwste technieken, en gedacht aan bedieningsgemak en mogelijkheden.
Nadere informatieBeknopte handleiding NF3000 INHOUDSOPGAVE
INHOUDSOPGAVE BEDIENING CENTRALE EN WEERGAVE... 2 Hoofdcentrale... 2 Primaire indicators... 2 Druktoetsen... 2 Toetsenbord... 3 Omschrijving LEDs... 4 BEDIENINGSACTIES OP DE CENTRALE... 5 Uitgangen Buiten-
Nadere informatieHANDLEIDING PROGRAMMAREGELAAR 40/16 SE
Handleiding Programmaregelaar 40/16 SE rev. 01 blad 1 van 11 HANDLEIDING PROGRAMMAREGELAAR 40/16 SE WESTENENG OVENBOUW B.V. Elektrische- en gas- industrie-ovens Wielweg 46 3785 KR ZWARTEBROEK Telefoon
Nadere informatieDraadloze Installatie Handleiding
Draadloze Installatie Handleiding VOOR INSTALLATEURS Alles wat u moet weten INHOUDSOPGAVE Page A Directe modus... 44 B "Draadloze bus" modus... 46 C Groepsopdracht gebruiken met de "Draadloze bus... 48
Nadere informatieHANDLEIDING CIFERO XT CODEKLAVIER
HANDLEIDING CIFERO XT CODEKLAVIER April 2014 TECHNISCHE GEGEVENS Aansluitspanning 12 tot 24V AC/DC ±20% Stroomverbruik in rust o bij gelijkspanning 20mA DC o bij wisselspanning 80mA AC Maximaal stroomverbruik
Nadere informatieGebruikhandleiding TC-500
Gebruikhandleiding TC-500 1:001 Steek de oven in. 1.002 Schakel de TC-500 in (schakelaar 1/0) aan de bovenzijde van het kastje display 1 (groen) geeft de actuele temperatuur aan. 2:001 Programmering. Een
Nadere informatieNL PROGRAMMERINGS HANDLEIDING. Digitale elektronische sleutelmodule art. 3348B / 3348BM. Passion.Technology.Design.
NL PROGRAMMERINGS HANDLEIDING Digitale elektronische sleutelmodule art. 3348B / 3348BM Passion.Technology.Design. Inhoud Waarschuwingen Beschrijving... 3 Programmering en werking... 3 Invoeren van de supercode...3
Nadere informatieDossier Positioneren. Festo Belgium nv Kolonel Bourgstraat 101 BE-1030 Brussel. Tel.: +32 2 702 32 39 Info_be@festo.com www.festo.
Dossier Positioneren Festo Belgium nv Kolonel Bourgstraat 0 BE-030 Brussel Tel.: +3 70 3 39 Info_be@festo.com www.festo.com Het positioneren van pneumatisch aangedreven machineonderdelen De meeste pneumatische
Nadere informatieHardware High Speed Counters (HSC) dienen aangesloten te worden op de general-purpose inputs X0 t/m X7.
Datum : 27 november 2009 Aangemaakt door : Matthias FAQ 5 : Gebruik van High Speed Counters van de compact PLC (FX3u) Hardware High Speed Counters (HSC) dienen aangesloten te worden op de general-purpose
Nadere informatie4.0 Bediening CD AM 19 C 12:10 45 C. Whirlpool Electronic LCD - Gebruikershandboek 12:10 12:10. Licht\kleurentherapie.
4.0 Bediening 4.0.1 Display indicatoren. In eerste regel van het display worden indicatoren weergegeven. De verschillende indicatoren op het display zijn afhankelijk van de opties en systeem welke u gekocht
Nadere informatieInhoud Auteurs IV Woord vooraf V
VII Inhoud Auteurs IV Woord vooraf V 1 Inleiding tot de automatiseringstechniek 13 1.1 Inleiding 13 1.2 Digitale en analoge automatisering 15 1.3 Uitvoerorganen 17 1.3.1 Hydraulische uitvoerorganen 17
Nadere informatieCodeklavier GALEO 1 / 2 / 3 Handleiding
Codeklavier GO / 2 / 3 Handleiding De GO codeklavieren bestaan met, 2 of 3 relais. Hoofdeigenschappen Voeding 2 Vdc tot 48 Vdc // 2 Vac tot 24Vac troomverbruik bij 2 Vac, 20 m in stand-by, 80 m maxi (waarbij
Nadere informatieHandleiding ISaGRAF. Wil men het programma bewaren, dan is het verstandig een back-up te maken: C9 Back-up / Restore
Handleiding ISaGRAF C Handleiding ISaGRAF Deze handleiding beoogt een korte samenvatting te geven van handelingen die verricht moeten worden om met behulp van ISaGRAF een PLC-programma te schrijven en
Nadere informatieHandleiding. Pompsturing 1 pomp
Handleiding Pompsturing 1 pomp Pompensturing 1 pomp Deze handleiding is voor de pompsturing van volgende types pompputten: - PP850/1/TOP 2 PP850/1/TOP 5 - PP850/1/RXm 2/20 PP850/1/RXm 5/40 - PP850/1/MCm
Nadere informatiePROGRAMMEERBARE STURING
1 ROY 10 Schuifhekmotor met POLARIS PROGRAMMEERBARE STURING 2 STURING MODEL POLARIS Antenne Aansluiting automatische krachtregeling Knipperlamp 220 V 25 W max. K C A 13 14 15 16 17 18 19 ontvanger PROGRAMMA
Nadere informatieHANDLEIDING - LEVEL INDICATOR M A N U A L
HANDLEIDING - LEVEL INDICATOR M A N U A L Ondanks de grootst mogelijke zorgvuldigheid die Tasseron Electronics B.V. aan haar producten en de bijbehorende handleidingen besteedt, kunnen er onvolkomenheden
Nadere informatieGetalformaten, timers en tellers
Getalformaten, timers en tellers S_CU CU S PV R CV DEZ CV_BCD S_ODT S TV BI R BCD 1 pagina 1 Getalformaten (16 bits) PG CPU BCD W#16#296 Voorteken (+) 2 9 6 0 0 0 0 0 0 1 0 1 0 0 1 0 1 1 0 Positieve getallen
Nadere informatieDossier Elektroventielen
Dossier Elektroventielen 20.11.2014 Slide 1 Elektromagnetische bediening met directe besturing : 2 2 12 1 12 1 3 20.11.2014 Slide 2 Voorgestuurde ventielen (Indirecte besturing): 20.11.2014 Slide 3 Voorgestuurde
Nadere informatieHandleiding Fermax N-Cityline/Skyline/N-Marine (7440) paslezer Stand-alone.
Deze Fermax proximity paslezer kan gebruikt worden als Stand-alone (Class I), als Stand-alone in network (Class II) of als gecentraliseerd (Class III). In deze handleiding wordt alleen de mogelijkheden
Nadere informatiePROCEDURE STANDAARDOPTIES. Operator instructie ten behoeve van het correct hanteren van de automatische puntlasmachine
Opgesteld op: 03/06/2013 Laatste revisie: 03/06/2013 PROCEDURE STANDAARDOPTIES Afdeling: Kuipen W1 en W2 Document Titel: Operator instructie ten behoeve van het correct hanteren van de automatische puntlasmachine
Nadere informatieLocoServo Handleiding
LocoServo Handleiding HDM12 Disclaimer van Aansprakelijkheid: Het gebruik van alle items die kunnen worden gekocht en alle installatie-instructies die kunnen worden gevonden op deze site is op eigen risico.
Nadere informatieNr 4148 Revisie
20100 Bedieningssystemen Waar nodig voor een juiste bediening van de machine moet een markering aangebracht Bij (on)opzettelijk verkeerd schakelen geen gevaarlijke consequenties. Goed toegankelijk geplaatst
Nadere informatieKomplet DS 1020 gebruikershandleiding
Komplet DS 1020 gebruikershandleiding Transport U kan de trommelzeef vervoeren met een geschikt voertuig dat gekeurd is om een geremde aanhangwagen met een gewicht van 3500 kg te slepen. Controleer volgende
Nadere informatieProvinciaal Technisch Instituut EEKLO. Automatiseringstechnieken. Pneumatische besturingen
Provinciaal Technisch Instituut EEKLO Automatiseringstechnieken Pneumatische besturingen 7S TSO CMP/Regeltechniek Inhoud deel I 1. Structuur van een machinebesturing. 1 2. Logische functies. 2.1. JA-functie.
Nadere informatieInstallatiehandleiding
LC-Products B.V. tel. (+31) 088-8111000 email: info@lc-products.nl website: www.lc-products.nl LC-Products. All rights reserved. No part of this publication may be reproduced in any form or by any means
Nadere informatieInstallateurshandleiding
Installateurshandleiding EDS-18P Het EDS-18P codebediendeel is speciaal ontworpen voortoegangscontrole en het op afstand bedienen van een alarmmeldcentrale. 1. Kenmerken Microprocessor gestuurd. Alle gebruikerscodes
Nadere informatieCB4 TAC3 REC - ALARMEN Technische documentatie
CB4 TAC3 REC - ALARMEN Technische documentatie (v.10/2007) De controlebox CB4 TAC3 REC bevat 8 alarmen: - een drukvariantie alarm. - alarm bij het initiëren van de referentiedruk - een ventilatorpanne
Nadere informatieOefenbundel elektropneumatica
Oefenbundel elektropneumatica Festo Belgium nv Doel van deze oefenbundel is om aan de hand van een aantal eenvoudige oefeningen het nut en de werking van de meest voorkomende elektropneumatische componenten
Nadere informatie