Minima-effectrapportage gemeente Breda 2012

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Minima-effectrapportage gemeente Breda 2012"

Transcriptie

1 Minima-effectrapportage gemeente Breda 2012 De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Breda

2 Minima-effectrapportage gemeente Breda 2012 De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Breda

3 Samenvatting Het Nibud heeft voor de gemeente Breda onderzocht wat het effect is van het gemeentelijk minimabeleid op de koopkracht van een aantal voorbeeldhuishoudens met een laag inkomen. Hierbij zijn ook landelijke inkomensondersteunende regelingen meegenomen. Voor de voorbeeldhuishoudens zijn begrotingen opgesteld met noodzakelijke uitgaven (basispakket). Voor verschillende inkomensniveaus is gekeken of deze begrotingen betaalbaar zijn en of er armoedevallen optreden. Naast de noodzakelijke uitgaven is gekeken in hoeverre een voorbeeldpakket aan niet onvermijdbare uitgaven betaalbaar is (restpakket). De begrotingen zijn opgesteld voor zowel 2011 als 2012; hiermee is een beeld gekregen hoe de koopkracht zich heeft ontwikkeld ten opzichte van vorig jaar. De volgende zes huishoudtypen zijn onderzocht: Een alleenstaande van 65 jaar of ouder; Een eenoudergezin met twee jonge kinderen van 3 en 5 jaar, waarvan één kind zorgkosten heeft; Een eenoudergezin met twee kinderen van 14 en 18 jaar, waarbij het 18-jarige kind werkt; Een echtpaar van 65 jaar of ouder met zorgvraag; Een echtpaar met twee kinderen van 5 en 11 jaar; Een echtpaar met twee kinderen van 18 en 22 jaar, waarbij de 18-jarige studeert en de 22-jarige werkt. De berekeningen zijn gemaakt voor bovenstaande typen huishoudens met de volgende inkomenssituaties: Wwb of AOW-niveau (de geldende bijstandsnorm of geldende AOW-norm); 110 procent van de Wwb/AOW-norm; 125 procent van de Wwb/AOW-norm. In dit rapport wordt de koopkracht van huishoudens weergegeven, waarbij wordt uitgegaan van een minimaal uitgavenpakket. Om met dit uitgavenpakket rond te kunnen komen, moet er voldaan worden aan de volgende voorwaarden: 1. Men moet zeer goed met geld kunnen omgaan; 2. Men moet gebruik maken van alle inkomensondersteunende maatregelen waar een huishouden aanspraak op kan maken; 3. Er mogen geen te hoge persoonlijk onvermijdbare uitgaven zijn, die niet worden vergoed. Minima-effectrapportage gemeente Breda

4 Resultaten Koopkrachtontwikkeling Bijna alle onderzochte huishoudtypen gaan er dit jaar op achteruit, op alle drie de onderzochte inkomensniveaus. Bij de voorbeeldhuishoudens met een inkomen op bijstands-/aow-niveau varieert de koopkrachtdaling van 0,5 tot 2,3 procent. Huishoudens met een bijstandsuitkering en meerderjarige kinderen krijgen dit jaar te maken met een huishoudtoets. Uit de berekeningen voor een alleenstaande ouder en een gezin met een meerderjarig kind met eigen inkomsten (minimum(jeugd)loon) blijkt dat deze huishoudens te maken krijgen met een forse koopkrachtdaling van 38 procent respectievelijk 26 procent. De koopkrachtdalingen van de onderzochte huishoudens sluiten aan bij de berekeningen die het Nibud aan het begin van het jaar heeft gemaakt voor een honderdtal voorbeeldsituaties. Toen zagen we al dat huishoudens er vaak minimaal 1 procent op achteruit gaan dit jaar en dat bijstandsgerechtigden in 2012 een koopkrachtdaling van 1,2 tot 2,5 procent kunnen verwachten. Deze berekeningen geven echter een vrij algemeen beeld waarin geen rekening was gehouden met eventuele prijsstijgingen van minimaal noodzakelijke uitgaven. Ook met het lokale minimabeleid was in deze berekeningen geen rekening gehouden. In dit rapport is dat wel gedaan. Gemeenten mogen vanaf 2012 hun inkomensondersteuning voor specifieke groepen (schoolgaande kinderen, ouderen, chronisch zieken) nog toekennen tot een inkomensgrens van 110 procent van de geldende bijstandsnorm. Op de minima in Breda heeft dit geen (negatief) effect, omdat de regelingen in de gemeente Breda reeds tot en met 110 procent van de toepasselijke bijstandsnorm liepen. Ook de hoogte van de gemeentelijke tegemoetkomingen in de gemeente Breda is in 2011 en 2012 hetzelfde. Doordat de gemeentelijke regelingen onveranderd zijn gebleven, hebben de koopkrachtdalingen hoofdzakelijk met veranderingen in landelijke regelingen en fiscaal beleid te maken in mindere mate met veranderingen in lokaal beleid. Ook voor de toekenning van de gemeentelijke inkomensondersteunende maatregelen geldt vanaf dit jaar de huishoudtoets. Het effect hiervan is zichtbaar bij de huishoudens met meerderjarige kinderen; in 2012 komen huishoudens waarvan de ouder(s) een inkomen hebben op 110 procent van de toepasselijke bijstandsnorm niet langer in aanmerking voor de gemeentelijke tegemoetkomingen als het gezamenlijke inkomen van het huishouden boven 110 procent van de toepasselijke bijstandsnorm ligt. Deze huishoudens houden ondanks het wegvallen van de gemeentelijke regelingen nog ruim voldoende middelen over nadat alle noodzakelijke uitgaven en uitgaven aan participatie zijn betaald (600 tot 700 euro per maand). Hierbij gaan we er wel vanuit dat werkende meerderjarige kinderen meebetalen aan de uitgaven van levensonderhoud van het Minima-effectrapportage gemeente Breda

5 huishouden. De gemeente kan ouders met werkende kinderen adviseren kostgeld te vragen aan de kinderen. Kostgeld is een vergoeding aan ouders voor de kosten van levensonderhoud van die kinderen. Bestedingsruimte In de gemeente Breda hebben nagenoeg alle onderzochte huishoudens voldoende bestedingsruimte om alle uitgaven uit het basispakket te bekostigen. Alleen een alleenstaande ouder met een bijstandsuitkering met een minderjarig en meerderjarig werkend kind komt in 2012 maandelijks 115 euro tekort om alle noodzakelijke uitgaven te betalen. De uitgaven uit het restpakket (waar onder meer de uitgaven aan sociale participatie onder vallen) zijn voor alleenstaanden van 65 jaar of ouder en voor een eenoudergezin met jonge kinderen goed te bekostigen, op alle inkomensniveaus. Het eenoudergezin heeft ongeveer 100 euro aan bestedingsruimte om eventuele zorgkosten voor een chronisch ziek kind op te vangen nadat alle noodzakelijke uitgaven en uitgaven uit het restpakket zijn betaald. De volgende huishoudens komen bij de volgende inkomensniveaus tekort om alle uitgaven uit het restpakket te bekostigen: Een eenoudergezin met een minderjarig kind van 14 jaar en een meerderjarig werkend kind: bij een inkomen op bijstandsniveau Een echtpaar van 65 jaar of ouder met hoge zorgkosten: bij een inkomen op 110 procent van de AOW-norm Een echtpaar met twee kinderen van 5 en 11 jaar: op 100, 110 en 125 procent van de geldende bijstandsnorm Een echtpaar met twee meerderjarige kinderen: bij een inkomen op bijstandsniveau Deze huishoudens komen maandelijks tussen de 125 en 155 euro te kort. Bij het eenoudergezin met meerderjarige kinderen is dit tekort nog groter, namelijk 390 euro. De andere inkomensniveaus van dezelfde huishoudtypen komen wel rond en kunnen dus wel alle uitgaven uit het restpakket betalen. Alleen een echtpaar met jonge kinderen is bij alle onderzochte inkomensniveaus niet in staat om de uitgaven te bekostigen. Een belangrijke oorzaak van dit tekort is dat een echtpaar de kosten van twee volwassenen moet dragen, zoals de kosten van de zorgverzekering, kleding en voeding. De hogere bijstandsnorm voor een echtpaar (100 procent tegenover 90 procent voor een eenoudergezin) is niet voldoende om deze extra kosten op te vangen. Het tekort op bijstandsniveau bij de gezinnen met meerderjarige kinderen bij een inkomen op bijstandsniveau is het gevolg van de huishoudtoets in combinatie met het feit dat oudere kinderen hogere kosten met zich meebrengen dan jonge kinderen. Bovendien hebben deze huishoudens voor de Minima-effectrapportage gemeente Breda

6 meerderjarige kinderen geen recht meer op kinderbijslag en andere landelijke tegemoetkomingen. Tegelijkertijd hebben deze huishoudens niet meer inkomen hebben om de hogere kosten op te vangen, aangezien het inkomen van de meerderjarige, niet-studerende kinderen volledig wordt gekort op de uitkering. Aanbevelingen De diverse vormen van inkomensondersteuning in de gemeente Breda hebben een positief effect op de bestedingsruimte van de inwoners. Vooral voor huishoudens met kinderen en voor 65-plussers pakt dit gunstig uit voor de koopkracht. Zij komen maandelijks voor een hoog bedrag aan tegemoetkomingen in aanmerking. Het Nibud adviseert de volgende gemeentelijke regelingen in stand te houden en onveranderd te laten: De berekeningsmethodiek voor de kwijtschelding van gemeentelijke heffingen en waterschapslasten. De draagkracht voor beide lokale heffingen wordt eenmalig berekend. De vergoeding van de eigen bijdrage van de kinderopvangkosten in geval sprake is van reintegratie traject. Dit komt de bestedingsruimte van een oudergezin met jonge kinderen op 110 procent van de geldende bijstandsnorm ten goede. De collectieve zorgverzekering. De gemeente Breda kent een zeer ruimhartige zorgverzekering, waarbij zowel sprake is van een collectiviteitskorting als een bijdrage van de gemeente zelf. Positief daarbij is dat de bijdrage per persoon in plaats van per huishouden wordt verstrekt. Dit komt ten goede aan de huishoudens die de minste bestedingsruimte hebben, te weten echtparen met kinderen en gezinnen met meerderjarige kinderen. Zij zijn maandelijks veel geld kwijt aan de zorgverzekering. Op 125 procent van de toepasselijk bijstandsnorm/aow-norm komt het bij geen van de huishoudens voor dat men minder overhoudt dan op 110 procent van de norm. Het Nibud raadt de gemeente Breda dan ook aan de bestaande inkomensgrenzen voor het recht op gemeentelijke regelingen te behouden. Doordat men op 110 procent al de lokale heffingen betaalt, maar nog wel in aanmerking komt voor de BredaPas en de collectieve zorgverzekering is er sprake van een geleidelijke afbouw van de inkomensondersteuning. Dit voorkomt dat huishoudens bij een hoger inkomen minder overhouden. Het Nibud adviseert de gemeente Breda te kijken naar de vergoedingen vanuit de BredaPas. Huishoudens met de BredaPas komen in aanmerking voor een vergoeding voor sociale, sportieve of culturele activiteiten en voor een vergoeding van de eventueel benodigde kleding en schoenen voor de activiteiten. Het kleedgeldbedrag is maximaal 45 euro per jaar, ongeacht of men kind of volwassene is en ongeacht de leeftijd van het kind. Het bedrag voor participatie is hoger voor minderjarigen dan Minima-effectrapportage gemeente Breda

7 voor meerderjarigen: 90 procent van de contributie met een maximum van 150 euro voor kinderen tot en met 17 jaar en voor volwassenen 50 procent van de contributie/nota met een maximum van 75 euro. Het blijkt echter dat juist paren met kinderen op alle inkomensniveaus en huishoudens met meerderjarige kinderen op bijstandsniveau niet rond kunnen komen. Dit heeft te maken met de hogere kosten voor onder andere kleding, voeding en contributies bij volwassenen en oudere kinderen ten opzichte van de kosten bij jongere kinderen. In de huidige vormgeving van de BredaPas is daar geen rekening mee gehouden. Het Nibud adviseert om te kijken of de vergoedingen (zowel die voor participatie als die voor sportkleding- en schoenen) meer naar leeftijd kunnen worden gedifferentieerd, waarbij de jongste kinderen een lager percentage (maximumbedrag) krijgen vergoed dan oudere kinderen en volwassenen. Aangezien gemeenten vanaf 2012 verplicht zijn het gemeentelijke inkomensbeleid te normeren op maximaal 110 procent van de toepasselijke bijstandsnorm, is het wettelijk gezien niet mogelijk om alle categoriale regelingen voor ouderen toe te kennen tot een inkomensgrens van 110 procent van de toepasselijke AOW-norm. Echter, deze inkomensgrens geldt niet voor de individuele bijzondere bijstand, waaronder alle vergoedingen van de zorgkosten vallen. Het Nibud adviseert de gemeente Breda te overwegen de toekenningsgrens van de individuele bijzondere bijstand voor 65-plussers tot en met 110 procent van de toepasselijke AOW -norm te laten lopen in plaats van 110 procent van de bijstandsnorm. Dit voorkomt het tekort dat nu zichtbaar is bij een echtpaar van 65 jaar of ouder met een zorgvraag bij een inkomen op 110 procent van de toepasselijke AOW-norm. Indien de extra uitgaven aan de individuele bijzondere bijstand dienen te worden gecompenseerd met bezuinigen elders, kan de gemeente het belang van de Regeling Duurzame Gebruiksgoederen 65+ heroverwegen. Als deze regeling zou wegvallen, -wat betekent dat een huishouden boven de 65 jaar met een AOW-uitkering 21 euro per maand inlevert- ontstaat er bij deze alleenstaanden en echtparen (met zorgvraag) nog steeds geen tekort op de begroting. Minima-effectrapportage gemeente Breda

8 Voorwoord Het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) is een onafhankelijke stichting. Het Nibud heeft tot doel particuliere huishoudens inzicht te laten verkrijgen in hun inkomsten en uitgaven, en vaardigheid aan te leren om planmatig met geld om te gaan. Het Nibud probeert dit doel te bereiken door rechtstreeks voorlichting te geven, zowel via de massamedia als via eigen brochures over diverse budgetonderwerpen, zoals kostgeld en alimentatie. Daarnaast wil het Nibud hetzelfde doel bereiken via professionals die zich bezighouden met vormen van financiële advisering en voorlichting. Dit zijn functionarissen uit zowel de maatschappelijke hulp- en dienstverlening als het financieel bedrijfsleven, en sectoren van het onderwijs. Het Nibud ondersteunt deze groepen met eigen publicaties (Budgethandboek, Prijzengids, Rekenprogramma s) en door deskundigheidsbevordering in de vorm van opleidingen en trainingen. Bij dit alles gaat het Nibud uit van een standaardmethode van begroten. Dit resulteert in een reeks voorbeeldbegrotingen met referentiecijfers die zijn gebaseerd op empirisch wetenschappelijk onderzoek. Het Nibud stelt de keuzevrijheid en de eigen verantwoordelijkheid van de huishoudens voorop. Door middel van een minima-effectrapportage (MER) helpt het Nibud gemeenten meer inzicht te geven in de effecten van hun minimabeleid. Zo kan het geld bestemd voor minimabeleid, optimaal worden besteed en bij die doelgroepen terecht komen die de gemeente wenst. Deze rapportage is uitgevoerd door het Nibud, in opdracht van de gemeente Breda. Met deze minima-effectrapportage wil de gemeente onder meer in beeld brengen wat de wijzigingen in de Wwb per 1 januari 2012 betekenen voor de koopkracht van huishoudens met een minimuminkomen. Utrecht, maart 2012 Minima-effectrapportage gemeente Breda

9 Inhoud Samenvatting Koopkrachtontwikkeling Bestedingsruimte Voorwoord Inleiding Centrale vraag Kern minima-effectrapportage Leeswijzer Onderzoeksmethode: begrotingen Inleiding Basispakket Restpakket Inkomsten Uitgavensoorten De begrotingen Aanpassingen uitgavenposten gemeente Breda Minimabeleid Landelijk minimabeleid Lokaal minimabeleid Kwijtscheldingsbeleid Collectieve (aanvullende) zorgverzekering Langdurigheidstoeslag BredaPas Regeling Duurzame Gebruiksgoederen Kinderopvang en peuterspeelzaal Individuele bijzondere bijstand Landelijke beleidsveranderingen in Verandering in inkomen en uitkeringen AOW Huishoudtoets Verandering in tegemoetkomingen en toeslagen Zorgtoeslag Kinderbijslag en kindgebonden budget Huurtoeslag Kinderopvangtoeslag Minima-effectrapportage gemeente Breda

10 4.3 Veranderingen in gemeentelijke regelingen Inkomensnormering Bijzondere bijstand Participatieregeling Kwijtschelding gemeentelijke heffingen Inkomensvrijlating voor alleenstaande ouders Verandering in prijzen Zorgkosten Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) Huren Fiscale veranderingen Inkomensafhankelijke zorgpremie Inkomensafhankelijke combinatiekorting Overdraagbaarheid algemene heffingskorting Veranderingen in de hoogte van heffingskortingen en belastingschijven Compensatie eigen risico Tegemoetkomingen Wtcg Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en AWBZ Bestedingsruimte in 2011 en Huishoudsamenstelling Vóór invulling van het restpakket Na invulling van het restpakket Inkomensniveau Vóór invulling van het restpakket Na invulling van het restpakket Langdurigheidstoeslag Koopkrachtontwikkeling De inkomenssituatie van modale inkomens Voorgenomen beleidswijzigingen na Invoering Wet werken naar vermogen (WWNV) Aanpassingen binnen de Wmo Veranderingen in de kosten van collectief vraagafhankelijk vervoer Conclusies en aanbevelingen Koopkrachtontwikkelingen Bestedingsruimte Regelingen Bijlage 1: Begrotingen Minima-effectrapportage gemeente Breda

11 Bijlage 2: Inkomsten Bijlage 3: Verantwoording uitgaven Minima-effectrapportage gemeente Breda

12 1. Inleiding 1.1 Centrale vraag Iedere gemeente beschikt over mogelijkheden om invloed uit te oefenen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens. Dat kan bijvoorbeeld door het kwijtschelden van gemeentelijke heffingen of door bijzondere bijstand. Het is echter niet direct zichtbaar wat in de praktijk de effecten van die maatregelen zijn op het budget van verschillende groepen huishoudens. De centrale vraag van dit onderzoek luidt: Wat is het effect van landelijke en lokale inkomensondersteunende regelingen op de financiële positie van huishoudens met een laag inkomen in de gemeente Breda? Hoe is dit veranderd in 2012 ten opzichte van 2011? Bekeken wordt welke groepen huishoudens in 2011 en 2012 in de gemeente wel of niet profiteren van de verschillende inkomensondersteunende maatregelen. Ook maakt deze rapportage een eventuele armoedeval inzichtelijk. Het doel van een minima-effectrapportage is inzicht te geven in de koopkracht van de armste groepen in de gemeente en in de effecten van landelijke en gemeentelijke maatregelen daarop. De resultaten van de effectrapportage kunnen als basis dienen voor de verdere ontwikkeling van het minimabeleid van de gemeente Breda. 1.2 Kern minima-effectrapportage In deze minima-effectrapportage wordt voor een aantal huishoudtypen de koopkracht inzichtelijk gemaakt. In overleg met de gemeente Breda is een keuze gemaakt voor zes voorbeeldsituaties: a. Een alleenstaande van 65 jaar of ouder; b. Een eenoudergezin met twee jonge kinderen van 3 en 5 jaar, waarvan één kind zorgkosten heeft; c. Een eenoudergezin met twee kinderen van 14 en 18 jaar, waarbij het 18-jarige kind werkt; d. Een echtpaar van 65 jaar of ouder met zorgvraag; e. Een echtpaar met twee kinderen van 5 en 11 jaar; f. Een echtpaar met twee kinderen van 18 en 22 jaar, waarbij de 18-jarige studeert en de 22-jarige werkt. De rapportage laat zien welke effecten de landelijke en gemeentelijke maatregelen hebben op de koopkracht van de huishoudtypen bij verschillende inkomensniveaus. Voor elk van de zes huishoudens worden berekeningen gemaakt bij de volgende inkomens: Het netto minimum inkomen (=de geldende Wwb-norm of AOW-norm); Minima-effectrapportage gemeente Breda

13 110 procent van het netto minimum inkomen; 125 procent van het netto minimum inkomen; Onder netto minimum inkomen verstaan we de geldende netto bijstandsnorm of netto AOW-norm voor een specifiek type huishouden. Voor een alleenstaande onder de 65 jaar is dit gelijk aan 50 procent van het wettelijk minimumloon aangevuld met de maximale toeslag van 20 procent van het wettelijk minimumloon. Voor een alleenstaande van 65 jaar of ouder is dit gelijk aan de hoogte van de AOW. Wij gaan er van uit dat een 65-plusser recht heeft op een volledige AOW-uitkering. Bij 110 en 125 procent van het netto minimum inkomen vermenigvuldigen we de geldende bijstandsnorm/aow-norm met respectievelijk 1,1 en 1,25. Bij de werkende kinderen van 18 en 22 jaar (situatie c en f) gaan we er in beide situaties vanuit dat zij het minimumjeugdloon van een 22-jarige verdienen. Dit inkomen blijft gelijk bij de drie inkomensniveaus. Alleen het inkomen van de ouder wordt aangepast. Het studerende kind (in voorbeeldsituatie f) ontvangt studiefinanciering (basisbeurs en een aanvullende beurs voor een hbo-er) en heeft een bijbaantje met inkomsten van 400 euro netto per maand. Ook het totale inkomen van het studerende kind wordt constant verondersteld bij de drie onderzochte inkomensniveaus. Bij de alleenstaande ouder met twee jongeren kinderen wordt verondersteld dat één van de twee kinderen een chronische ziekte heeft en daardoor extra zorgkosten. Omdat er geen gemiddeld bedrag aan kosten in verband met zorg voor minderjarige kinderen bestaat, is in de berekeningen geen rekening gehouden met de chronische ziekte van het kind. In de beschrijving van de resultaten (hoofdstuk 5) zal worden aangegeven hoeveel ruimte er is om eventuele extra zorgkosten te betalen. We gaan er niet vanuit dat het kind dusdanig ziek is dat het huishouden in aanmerking komt voor de TOG (Tegemoetkoming ouders van thuiswonende gehandicapte kinderen). Bij het echtpaar met zorgvraag (situatie e) gaan we er vanuit dat het echtpaar extra ziektekosten heeft en de kleding sneller slijt vanwege het feit dat de kleding vaker moet worden gewassen. Daarnaast maakt dit huishouden gebruik van persoonlijke verzorging, een maaltijdvoorziening, sociale alarmering en collectief vraagafhankelijk vervoer. In paragraaf 2.7 wordt dieper ingegaan op deze uitgaven. Het kan vóórkomen dat een huishouden met een inkomen op 125 procent van de geldende bijstandsnorm hiervan minder overhoudt dan een huishouden op 110 procent, omdat de eerste groep huishoudens soms net buiten de regelingen voor financiële ondersteuning valt. Dit rapport maakt dit effect, de armoedeval, inzichtelijk. Bij ouderen wordt officieel niet gesproken van een armoedeval, omdat ouderen gewoonlijk niet uitstromen van een uitkering naar betaald werk. Toch kan er bij hen ook sprake zijn van een Minima-effectrapportage gemeente Breda

14 geringere bestedingsmogelijkheid bij een hoger inkomen. Voor het gemak wordt dit ook als armoedeval aangemerkt. De huur vormt in de meeste huishoudens de hoogste uitgave op de begroting. Voor de huren in de gemeente Breda wordt uitgegaan van landelijke gemiddelden. De huurprijs is vastgesteld op basis van gegevens van het CBS. Hierbij is gekozen voor redelijk goedkope huurwoningen 1. Deze bedragen verschillen voor huishoudens tot twee personen (353 euro in 2011; 360 euro in 2012) en huishoudens van drie personen of meer (395 euro in 2011; 403 euro in 2012). 1 Er is uitgegaan van kwartielprijzen. Een kwart van de woningen is goedkoper; driekwart is duurder. Minima-effectrapportage gemeente Breda

15 1.3 Leeswijzer Het rapport is als volgt opgebouwd. Hoofdstuk 2 gaat in op de onderzoeksmethode waarbij tevens de methodiek van begroten staat beschreven. Hoofdstuk 3 geeft een toelichting op de lokale inkomensondersteunende regelingen die worden doorberekend in deze effectrapportage. Vervolgens geeft hoofdstuk 4 de onderzoeksresultaten. Tot slot staan in hoofdstuk 5 de conclusies en aanbevelingen. De begrotingen met toelichting staan in een aantal bijlagen. Ook wordt in de bijlage meer informatie gegeven over bronnen van de referentiecijfers en de inkomensopbouw. Minima-effectrapportage gemeente Breda

16 2. Onderzoeksmethode: begrotingen 2.1 Inleiding Om het effect van inkomensondersteunende regelingen op de financiële positie van huishoudens te berekenen, maakt het Nibud gebruik van begrotingen. Uit deze begrotingen zijn de inkomsten en uitgaven van de huishoudens af te lezen. De begrotingen in deze rapportage zijn gemaakt voor zes verschillende huishoudtypen op drie verschillende inkomensniveaus. Hierbij gaan we er vanuit dat huishoudens in een huurwoning leven. De begrotingen zijn voor groepen van huishoudens. De bedragen in de begrotingen zijn gemiddelden; in werkelijkheid zal de financiële situatie van individuele huishoudens er anders uitzien. De begroting laat dus niet zien in hoeverre een individueel huishouden een sluitende begroting heeft. Wel wordt duidelijk in hoeverre een groep huishoudens een sluitende begroting kan hebben. Bij het opstellen van de begrotingen wordt geen rekening gehouden met schulden, omdat daarover niets algemeens te zeggen valt. De hoogte van de schulden en de aflossing daarvan verschilt namelijk sterk per huishouden. Schulden komen echter vaak voor bij mensen met lage inkomens. Alle begrotingen zijn maandbegrotingen, waarbij de inkomsten en uitgaven zijn omgere kend naar gemiddelde maandbedragen. In de praktijk kunnen er flinke verschillen zijn tussen de maanden van het jaar. Vakantiegeld wordt bijvoorbeeld jaarlijks uitgekeerd, maar wordt in deze rapportage uitgedrukt in een maandelijks bedrag. Het inkomen is in iedere begroting een vast gegeven. De uitgavenkant vullen we in vo lgens de methode van het basispakket en het restpakket. 2.2 Basispakket Het basispakket omvat alle uitgaven die als noodzakelijk kunnen worden beschouwd. Hierin zijn de kosten opgenomen die een huishouden moet maken voor wonen, kleden, voeden, gezondhei d, zekerheid (verzekeringen) en informatie (telefoon, internet en tv). Het pakket is in overleg met anderen, bijvoorbeeld het Sociaal Cultureel Planbureau, regelmatig aangepast. Voor iedere kostenpost is een minimumprijs genomen. In bijlage 3 worden de diverse onderdelen van het basispakket nader beschreven. Naast de noodzakelijke uitgaven van het basispakket zijn er in individuele gevallen moeilijk of niet-vermijdbare uitgaven. Dit zijn uitgaven die voor een bepaalde persoon onontkoombaar zijn. Bijvoorbeeld wanneer iemand een speciaal dieet moet volgen. Voor dit soort uitgaven is individuele bijzondere bijstand mogelijk. Dit is niet in de begrotingen opgenomen. Minima-effectrapportage gemeente Breda

17 2.3 Restpakket Het bedrag dat overblijft nadat alle uitgaven uit het basispakket zijn gedaan, is bestemd voor vrije bestedingen. Alle vrije bestedingen vormen samen het restpakket. Huishoudens zijn vrij om het restpakket zelf in te vullen. Het geld kan besteed worden aan nieuwe uitgavenposten (vakantie of hobby) of aan extra uitgaven aan posten in het basispakket (extra voeding of kleding). De uitgaven in het restpakket worden in twee delen gesplitst: de uitgaven voor sociale participatie en de overige uitgaven. Onder sociale participatie vallen de posten contributies en abonnementen, op bezoek gaan, bezoek ontvangen, vakantie en uitgaan en vervoer. We veronderstellen dat de uitgaven aan sociale participatie gelijk blijven naarmate het inkomen stijgt. Wel hebben huishoudens zelf de keuze er in hoe ze de uitgaven invullen. De overige uitgaven van het restpakket zijn andere uitgaven die niet in basispakket en het pakket sociale participatie zitten. Hieronder vallen zaken zoals huisdieren, zakgeld en kosten woonwerkverkeer. Het gekozen restpakket is sober; het omvat vrij elementaire uitgaven. Zie bijlage 3 voor de samenstelling van het restpakket. De kosten van het restpakket nemen toe naarmate het inkomen stijgt. In de eerste plaats komt dit door hogere reiskosten. Iemand met een inkomen (net) boven het sociaal minimum zal een laagbetaalde baan hebben en kosten voor woon-werkverkeer maken. Soms worden deze kosten door de werkgever vergoed, maar in deze rapportage wordt daar niet a priori vanuit gegaan. Bovendien worden de kosten voor participatie verminderd met het bedrag dat de gemeente hiervoor beschikbaar stelt. Veel gemeenten kennen een bijdrage voor sociale participatie (sociaal-culturele uitgaven). Deze bijdrage wordt verstrekt tot een bepaald inkomensniveau. Boven dit inkomensniveau vervalt de bijdrage, waardoor de kosten van participatie hoger uitvallen en het restpakket dus duurder wordt. Het basispakket en de restpakketten zijn op bepaalde punten verschillend voor de diverse huishoudtypen. Een alleenstaande staat immers voor andere kosten dan bijvoorbeeld een gezin met kinderen. 2.4 Inkomsten In deze rapportage worden op drie inkomensniveaus begrotingen opgesteld voor de betreffende voorbeeldhuishoudens: het minimuminkomen (Wwb/AOW-uitkering), 110 procent van het netto minimuminkomen en 125 procent van het toepasselijk netto minimuminkomen. Uitgangspunt in deze rapportage is het totaal besteedbaar maandinkomen. Dat inkomen bestaat uit alle inkomsten van het huishouden, zoals netto salarissen, uitkeringen, heffingskortingen op de Minima-effectrapportage gemeente Breda

18 belasting, zorgtoeslag, huurtoeslag, vakantiegeld, kinderbijslag, kindgebonden budget en kinderopvangtoeslag. In de begrotingen is geen rekening gehouden met eigen vermogen of eventuele inkomsten daaruit. Hoe deze regelingen doorwerken in de begrotingen en wat de invloed is op het inkomen van de verschillende huishoudens is te zien in bijlage 1. In de rapportage wordt verondersteld dat de huishoudens maximaal gebruik maken van alle regelingen die op hen van toepassing zijn. In bijlage 2 staat aanvullende informatie over de gekozen uitgangspunten bij de inkomens. 2.5 Uitgavensoorten In alle begrotingen onderscheidt het Nibud drie soorten uitgaven: Vaste lasten Dit zijn uitgaven die regelmatig terugkomen. Er ligt meestal een contract aan ten grondslag. Voorbeelden zijn de huur, energiekosten en verzekeringen. Reserveringsuitgaven Dit zijn uitgaven die niet regelmatig voorkomen en waarvan de hoogte vooraf niet precies bekend is. Er moet in principe een bedrag voor gereserveerd worden. Voorbeel den hiervan zijn de kosten voor inventaris en kleding. Huishoudelijke uitgaven Dit zijn de steeds terugkerende uitgaven, zoals uitgaven aan voeding, reiniging, persoonlijke verzorging. In deze rapportage wordt gerekend met minimale bedragen die huishoudens nodig hebben om deze uitgaven te kunnen betalen. De bedragen zijn gebaseerd op berekeningen van het Nibud. Meer informatie over de uitgaven staat in bijlage De begrotingen Volgens de methodiek die hierboven staat beschreven, worden de begrotingen opgesteld. Deze begrotingen staan in bijlage Aanpassingen uitgavenposten gemeente Breda In de begrotingen is de hoogte van enkele uitgavenposten aangepast aan de specifieke situaties die de gemeente Breda wil hebben doorgerekend. Ook is rekening gehouden met het lokaal minimabeleid in de gemeente Breda (zie hoofdstuk 3). Dit heeft -afhankelijk van het inkomen en het huishoudtype- betrekking op de volgende uitgavenposten: De basisverzekering en aanvullende ziektekostenverzekering: hier is rekening gehouden met de collectiviteitskorting en de gemeentelijke bijdrage Minima-effectrapportage gemeente Breda

19 Schoolkosten/kinderopvang: hier zijn de kosten van kinderopvang in verwerkt (bij het eenoudergezin met kinderen van 3 en 5 jaar oud) en de kosten van studeren (bij het gezin met 2 meerderjarige kinderen, waarvan één studeert). Ook eventuele kosten van de peuterspeelzaal worden verwerkt in deze uitgavenpost. Van alle onderzochte huishoudens heeft alleen de alleenstaande ouder met jonge kinderen met een bijstandsuitkering te maken met de peuterspeelzaal. Kleding en schoenen: hier is rekening gehouden met de (sport)kleding vergoeding vanuit de BredaPas. Deze vergoeding is alleen verrekend bij (de huishoudens met) minderjarige kinderen. Inventaris: hier wordt de Regeling Gebruiksgoederen 65+ voor alleenstaanden en echtparen van 65 jaar of ouder, verrekend. Vergoeding restpakket: dit geeft de vergoeding voor sociale en sportieve activiteiten via de BredaPas weer. Voor de gemeentelijke heffingen en waterschapsbelastingen zijn de lokale tarieven gehanteerd. Het eenoudergezin met één meerderjarig kind en het echtpaar met twee meerderjarige kinderen zullen hogere kosten hebben voor de aansprakelijkheidsverzekering, de zorgverzekering, kleding, voeding en persoonlijke verzorging dan dezelfde huishoudens waarvan de kinderen minderjarig zijn. Bij het echtpaar van 65 jaar of ouder met een zorgvraag gaan we er vanuit dat: Beide partners van het echtpaar gebruik maken van een maaltijdvoorziening. Zij maken hier 5 dagen per week gebruik van. Deze maaltijdvoorziening zorgt voor meerkosten ten opzichte van de situatie waarin het echtpaar zelf de warme maaltijd zou hebben bereid. De meerkosten zijn verrekend bij de uitgavenpost voeding en versnaperingen. Het huishouden gebruikt maakt van thuiszorg en hiervoor de eigen bijdrage verschuldigd is. Deze kosten staan bij de post extra ziektekosten. Het huishouden extra waskosten heeft; we gaan er vanuit dat zij 3x per week extra wassen. Deze staan weergegeven bij de post reiniging. Eén van de partners meer slijtage heeft van de kleding als gevolg van het feit dat d e kleding vaker gewassen moet worden. De extra kledingkosten zijn verrekend bij de uitgavenpost kleding en schoeisel. Het huishouden om medische redenen gebruik maakt van sociale alarmering. Dit is verwerkt bij de uitgavenpost extra ziektekosten. Het huishouden gebruik maakt van een deeltaxi (collectief vraagafhankelijk vervoer), waarbij één van de partners in aanmerking komt voor het Wmo-tarief en de andere partner Minima-effectrapportage gemeente Breda

20 het seniorentarief betaalt. Hierbij gaan we er vanuit dat beiden 4 strippen per maand gebruiken. De kosten van de deeltaxi staan bij de uitgavenpost openbaar vervoer, fiets. Minima-effectrapportage gemeente Breda

21 3. Minimabeleid In dit hoofdstuk worden diverse landelijke en gemeentelijke regelingen voor inkomensondersteuning van minima beschreven. Alleen de regelingen die in de berekeningen zijn meegenomen komen in dit hoofdstuk aan bod. Paragraaf 3.1 noemt de landelijke regelingen; in paragraaf 3.2 komen de lokale inkomensondersteunende regelingen aan bod. Per regeling wordt een korte beschrijving gegeven van de belangrijkste kenmerken en voorwaarden. 3.1 Landelijk minimabeleid Bij het opstellen van de begrotingen worden de landelijke heffingskortingen (algemene heffingskorting, arbeidskorting, inkomensafhankelijke combinatiekorting, (aanvullende) alleenstaande ouderkorting en de (alleenstaande) ouderenkorting), landelijke toeslagen (zorgtoeslag, huurtoeslag, kinderopvangtoeslag, kindgebonden budget) en de kinderbijslag in de berekeningen opgenomen. 3.2 Lokaal minimabeleid Naast de landelijke inkomensondersteunende maatregelen heeft de gemeente Breda voor huishoudens met een laag inkomen ook een lokaal minimabeleid. De regelingen die worden opgenomen in de berekeningen komen in de volgende paragrafen aan bod. Het minimabeleid van de gemeente Breda is in 2012 niet veranderd ten opzichte van 2011; zowel de regelingen zelf als de hoogte van de vergoedingen zijn gelijk gebleven. Alleen de hoogte van enkele vergoedingen vanuit de individuele bijzondere bijstand en de kosten voor de collectieve zorgverzekering zijn aangepast. Verder is als gevolg van de invoering van de huishoudtoets (zie hoofdstuk 4.1) een aanpassing gekomen in de toekenning van de (categoriale) bijzondere bijstand. In 2011 werd bij het vaststellen van het recht op bijzondere bijstand (de BredaPas, de collecti eve zorgverzekering, de langdurigheidstoeslag en de Regeling Duurzame Gebruiksgoederen 65-plus) geen rekening gehouden met het inkomen van meerderjarige, werkende kinderen. In 2012 geldt de huishoudtoets voor de bijzondere bijstand. Er wordt dus gekeken naar het gezamenlijke inkomen van alle gezinsleden en of dit inkomen al dan niet boven de vastgestelde normgrens uitkomt Kwijtscheldingsbeleid In de gemeente Breda kan kwijtschelding worden aangevraagd voor de afvalstoffenheffing, de rioolheffing en de hondenbelasting voor de eerste hond. De gemeente hanteert hierbij een norm van 100 procent van de grondslag Wwb. Dat wil zeggen dat afhankelijk van het vermogen, huishoudens met een inkomen op Wwb/AOW-niveau in principe geen gemeentelijke heffingen Minima-effectrapportage gemeente Breda

22 hoeven te betalen. Bij een inkomen hierboven wordt de betalingscapaciteit berekend door het inkomen te verminderen met het norminkomen. Er vindt een correctie plaats voor de eigen uitgaven aan huur en voor nominale ziektekostenpremies, na aftrek van de normhuur en normpremie zorgverzekering. De gemeente Breda houdt bij de kwijtschelding vooralsnog geen rekening met de kosten van kinderopvang; hier wordt op dit moment nog over nagedacht. Van de betalingscapaciteit dient 80 procent te worden aangewend voor de betaling van de gemeentelijke heffingen. Bij het waterschap is kwijtschelding mogelijk voor de zuiveringsheffing en de ingezetenenheffing. Bij de berekening van de kwijtschelding hanteert het waterschap, net zoals de gemeente, de norm van maximaal 100 procent van de bijstandsnorm. De kwijtschelding voor de gemeentelijke heffingen wordt door de gemeente beoordeeld. Het besluit hierover wordt door het waterschap overgenomen voor de zuiveringsheffing en/of de ingezetenenheffing. Indien er sprake is van een gedeeltelijke kwijtschelding en de gemeente Breda heeft gebruik gemaakt van de betalingscapaciteit, zal het waterschap volledige kwijtschelding verlenen. In 2012 versturen de gemeente Breda en het Waterschap Brabantse Delta elk afzonderlijk de aanslag. Vanaf 2013 is er sprake van een door de Belastingsamenwerking West-Brabant opgelegd gecombineerd aanslagbiljet, waarvoor kwijtschelding kan worden aangevraagd Collectieve (aanvullende) zorgverzekering Het verzekeren tegen ziektekosten is voor iedereen wettelijk verplicht. Daarom biedt de gemeente Breda inwoners met een laag inkomen een collectieve zorgverzekering aan. Naast een collectiviteitskorting op de basisverzekering en de aanvullende verzekering van 7 procent, verstrekt de gemeente een bijdrage in de premie van 6 euro per verzekerde per maand voor het gehele pakket. Hiermee komen de premiekosten van het totale pakket in 2012 uit op 126,66 euro per maand per persoon, terwijl de basisverzekering zonder collectiviteitskorting en de bijdrage 107,80 euro zou kosten en de aanvullende verzekering 34,85 euro (in 2012). In 2011 waren de totale kosten van het collectieve zorgverzekeringspakket 126,11 euro, een verschil van 0,55 euro. Met de genoemde verzekeringen zijn deelnemers uitgebreid verzekerd tegen ziektekosten, inclusief tandartsverzekering. Om voor deelname aan de collectieve zorgverkering in aanmerking te komen, hanteer t de gemeente Breda in 2012 een inkomensgrens van 110 procent van de geldende bijstandsnorm exclusief vakantiegeld en vermogen onder de vermogensgrenzen van de Wwb. Voor 65-plussers wordt ook de geldende bijstandsnorm gehanteerd in plaats van de hoogte van de AOW. Scholieren van 18 jaar en ouder zijn uitgesloten van de collectieve zorgverzekering. De zorgtoeslag die huishoudens ontvangen is in de begrotingen bij de inkomsten opgenomen. Minima-effectrapportage gemeente Breda

23 3.2.3 Langdurigheidstoeslag De langdurigheidstoeslag in de gemeente Breda is bedoeld voor huishoudens tussen de 21 en 65 jaar die gedurende een periode van minimaal drie jaar ononderbroken over een inkomen beschikken dat niet hoger is dan 110 procent van de van toepassing zijnde bijstandsnorm exclusief vakantiegeld. De hoogte van de langdurigheidstoeslag bedraagt 250 euro per jaar, zowel voor alleenstaanden, alleenstaande ouders als (echt)paren. Bij de resultaten van deze rapportage wordt een vergelijking gemaakt tussen huishoudens die in aanmerking komen voor de langdurigheidstoeslag en huishoudens die hier geen recht op hebben BredaPas De gemeente Breda kent een regeling ter bevordering van deelname aan sociaal-culturele, recreatieve en sportieve activiteiten voor kinderen en volwassenen. Ook wordt met de BredaPas kleedgeld verstrekt. Dit is een bijdrage in de kosten van de benodigde sportkleding en sportschoenen om de sportieve en recreatieve activiteiten te kunnen uitvoeren. De inkomensgrens om voor de bijdrage in aanmerking te komen is maximaal 110 procent van de geldende bijstandsnorm, exclusief vakantiegeld. Ook gelden de vermogensgrenzen zoals die binnen de Wwb gelden. Scholieren van 18 jaar en ouder zijn uitgesloten van de BredaPas. De BredaPas verstrekt de volgende vergoedingen: - Kinderen tot en met 17 jaar hebben recht op 90 procent vergoeding van de contributie/nota, tot een maximum van 150 euro per jaar. - Volwassenen ontvangen 50 procent vergoeding van de contributie/nota tot een maximum van 75 euro per jaar. - Zowel kinderen als volwassenen kunnen 45 euro per persoon per jaar aan vergoeding krijgen voor sportkleding, sportschoenen en de benodigde attributen. Daarnaast kunnen huishoudens met een BredaPas gratis gebruik maken van peuterspeelzalen. In de praktijk blijken minderjarige kinderen veel meer gebruik maken van de kledingvergoeding vanuit de BredaPas dan volwassenen, omdat kinderen de BredaPas vaker gebruiken om te sporten. In de berekeningen nemen we daarom de kledingvergoeding vanuit de BredaPas alleen mee bij de huishoudens met minderjarige kinderen en gaan we er vanuit dat meerderjarigen geen vergoeding krijgen voor kleding. We gaan er wel vanuit dat meerderjarigen gebru ik maken van de participatievergoeding binnen de BredaPas Regeling Duurzame Gebruiksgoederen 65+ De Regeling Duurzame Gebruiksgoederen 65+ is bedoeld voor 65-plussers met een inkomen tot en met 110 procent van de geldende bijstandsnorm voor 65-plussers, exclusief vakantiegeld. Deze Minima-effectrapportage gemeente Breda

24 bijstand wordt categoriaal verstrekt; huishoudens hoeven niet de noodzaak van de aanschaf aan te tonen. De bijdrage is 250 euro per jaar, per huishouden Kinderopvang en peuterspeelzaal Ouders van kinderen tot twaalf jaar die gebruik maken van dagopvang, naschoolse opvang of officiële gastouderopvang kunnen van het Rijk een tegemoetkoming krijgen voor de kosten van kinderopvang; de zogenaamde kinderopvangtoeslag die door de Belastingdienst wordt uitgekeerd. Vervolgens resteert een eigen bijdrage voor de kinderopvangkosten. In de gemeente Breda geldt dat bijstandsgerechtigden die deelnemen aan een re-integratie traject de eigen bijdrage in de kosten van kinderopvang vergoed krijgen. In de praktijk blijkt dit altijd om huishoudens te gaan met een inkomen van maximaal 110 procent van de geldende bijstandsnorm. In de berekeningen gaan we er dan ook vanuit dat een huishouden met een inkomen op 125 procent van de geldende bijstandsnorm zelf de eigen bijdrage betaalt. Daarnaast geldt in de gemeente Breda dat indien sprake is van kinderopvang om sociaalmedische redenen, de eigen bijdrage in de kosten van de opvang ook wordt vergoed. Deze vergoeding geldt alleen tot en met een inkomen van 110 procent van de geldende bijstandsnorm, exclusief vakantiegeld. Huishoudens waarvan de ouder(s) in de bijstand zitten, werken niet. We gaan er vanuit dat die kinderen naar de peuterspeelzaal gaan in plaats van naar een kinderdagverblijf. Voor de peuterspeelzaal geldt een ouderbijdrage. Huishoudens met een BredaPas hoeven de ouderbijdrage voor de peuterspeelzaal niet te betalen. Voor (echt)paren met een inkomen op 125 procent van de geldende bijstandsnorm betalen zowel in 2011 als in 2012 een ouderbijdrage van 17,23 euro per maand. In dit rapport gaan we er vanuit dat de alleenstaande ouder met jonge kinderen met een bijstandsinkomen gebruik maakt van de peuterspeelzaal, omdat we veronderstellen dat zij/hij niet in loondienst is. Bij een inkomen boven bijstandsniveau veronderstellen we dat de ouder enkele dagen per week werkt en daarom gebruik maakt van de kinderopvang in plaats van de peuterspeelzaal. We gaan er vanuit dat het kind van 3 jaar 2 dagen naar de dagopvang gaat en het kind van 5 jaar 2 dagen naar de naschoolse opvang Individuele bijzondere bijstand De gemeente Breda verstrekt voor bijzondere en noodzakelijke kosten individuele bijzondere bijstand. Ook hiervoor geldt dat alleen huishoudens met een inkomen tot en met 110 procent van de netto bijstandsnorm, exclusief vakantiegeld, in aanmerking kunnen komen. In 2012 geldt ook hier de huishoudtoets. De vergoeding is afhankelijk van de reserveringscapaciteit. Iemand met een inkomen op bijstandsniveau wordt geacht 5 procent van de toepasselijke bijstandsnorm te kunnen reserveren. In de begrotingen is hier verder geen rekening mee gehouden. Minima-effectrapportage gemeente Breda

25 De bijzondere bijstand wordt in dit onderzoek alleen meegenomen bij het echtpaar van 65 jaar of ouder met een zorgvraag. Bij de overige huishoudtypen wordt de individuele bijzondere bijstand niet meegenomen omdat deze sterk afhankelijk is van de persoonlijke situatie. Vanuit de bijzondere bijstand gelden de volgende vergoedingen in de gemeente Breda: Een bijdrage in de kosten van de maaltijdvoorziening. In 2011 was deze gemeentelijke bijdrage 3,15 en in ,20 per maaltijd. Een vergoeding van de meerkosten voor het wassen indien er om medische redenen meer waskosten zijn. De vergoeding is gebaseerd op richtlijnen uit de Nibud Prijzengids. In 2011 kostte 1 wasbeurt 1 euro; in ,95 euro. De eigen bijdrage van de thuiszorg vergoedt de gemeente Breda niet vanuit de bijzondere bijstand. De gemeente Breda kan echter wel maatwerk toepassen bij een stapeling van de kosten. Bij de berekeningen voor het echtpaar met zorgvraag wordt hier niet van uitgegaan. Sociale alarmering wordt niet vergoed via de individuele bijzondere bijstand. Indien dit alarm op medische indicatie aanwezig is, wordt de huur vergoed via de zorgverzekeraar. We gaan er vanuit dat binnen de collectieve zorgverzekering die de gemeente Breda heeft afgesloten de kosten voor de sociale alarmering worden vergoed, aangezien dit een uitgebreid aanvullend pakket heeft. Als het echtpaar niet in aanmerking komt voor de collectieve zorgverzekering, gaan we er vanuit da t het echtpaar zelf de huur van het apparaat betaalt. De kosten hiervan zijn gemiddeld 15 euro per maand. De gemeente Breda hanteert voor de deeltaxi (collectief vraagafhankelijk vervoer) een Wmo -tarief en een seniorentarief. Iemand komt voor het Wmo-tarief in aanmerking als hij fysieke of psychische beperkingen heeft. Het seniorentarief is bedoeld voor alle 65-plussers, ongeacht de hoogte van het inkomen. Dit seniorentarief wordt echter in 2013 afgeschaft (zie hoofdstuk 7). Minima-effectrapportage gemeente Breda

26 4. Landelijke beleidsveranderingen in 2012 Dit hoofdstuk beschrijft de belangrijkste veranderingen in 2012 ten opzichte van 2011 die van invloed zijn op de koopkracht van de onderzochte huishoudtypen. Het gaat om landelijke veranderingen op het gebied het inkomen, de prijsontwikkeling en het belastingstelsel die van invloed zijn op de inkomstensituatie en uitgaven van huishoudens. 4.1 Verandering in inkomen en uitkeringen Naar verwachting zullen de lonen dit jaar gemiddeld met 1,75 procent stijgen. De bruto uitkeringen stijgen met ongeveer 1,7 procent. De aanvullende pensioenen zullen niet stijgen. De uitgangspunten voor wat betreft de hoogte van de toepasselijke minimum inkomens (bijstand en AOW) zijn weergegeven in onderstaand schema. Hoogte uitkeringen (netto maandbedragen, inclusief heffingskortingen) WWB-uitkering paar WWB-uitkering eenoudergezin WWB-uitkering alleenstaande AOW paar AOW alleenstaande Het netto bijstandsbedrag stijgt in 2012 minder snel dan voorgaande jaren, doordat vanaf 2012 de dubbele algemene heffingskorting in het referentieminimumloon wordt afgebouwd; deze afbouw wordt over 20 jaar verspreid. De hoogte van de netto bijstand is van het referentieminimumloon afgeleid AOW De AOW-tegemoetkoming (33,65 euro per maand), een landelijke toeslag die iedere AOW-er met een volledige AOW in Nederland ontvangt, heet sinds 1 juni 2011 de koopkrachtregeling voor oudere belastingplichtigen (KOB). De tegemoetkoming KOB gaat vanaf 2012 meetellen voor het inkomen bij de toekenning van bijstand aan ouderen. Dit betekent een teruggang van 33,65 euro per maand voor ouderen die geen volledige AOW hebben en geen andere inkomsten. Dit zijn voornamelijk mensen die niet tussen hun 15 e en 65 e continue in Nederland hebben gewoond. We gaan er in de berekeningen van de alleenstaande en het echtpaar van 65 jaar of ouder van uit dat men recht heeft op volledig AOW. Deze maatregel is dus niet van invloed op de berekeningen. Daarnaast gaat vanaf 2012 de AOW in op de datum dat iemand 65 wordt, niet meer op de eerste van de maand waarop iemand 65 wordt. Dit heeft geen invloed op de berekeningen in dit rapport. Minima-effectrapportage gemeente Breda

27 Huishoudens waarbij 1 partner boven de 65 jaar is en 1 partner onder de 65 en waarvan de partner onder de 65 weinig verdient, kunnen aanspraak maken op AOW -partnertoeslag. In 2015 wordt deze partnertoeslag afgeschaft. Per 1 augustus 2011 is deze partnertoeslag met 10% gekort, behalve voor huishoudens die samen minder dan 162% van het minimumloon hebben Huishoudtoets Voor de bijstand wordt vanaf 2012 niet alleen meer gekeken naar het inkomen van de partner, maar ook naar het inkomen van thuiswonende kinderen. Inwonende kinderen van 18 jaar of ouder hebben geen zelfstandig recht meer op bijstand. De inkomsten en vermogen van meerderjarige kinderen worden volledig meegenomen om vast te stellen of een huishouden in aanmerking komt voor bijstand. Er is vanaf 2012 daarmee sprake van een toets op het huishoudinkomen in plaats van een toets op het partnerinkomen. De inkomsten van kinderen tot 16 jaar worden volledig vrijgelaten; bij 16 en 17 jarigen wordt boven een bepaalde grens het inkomen meegenomen. Er is een uitzondering gemaakt voor zorgbehoevenden. Een gezinslid wordt als zorgbehoevend aangemerkt als hij aan alle onderstaande voorwaarden voldoet: aangetoond wordt door middel van een geldig indicatiebesluit dat hij is aangewezen op tien of meer uren per week zorg als bedoeld in artikel 9a, eerste lid, van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, voor zover het betreft: o persoonlijke verzorging, o verpleging, o begeleiding, o verblijf, of o voortgezet verblijf, (waarbij voor begeleiding, verblijf of voortgezet verblijf een dagdeel geldt als 4 uren en een etmaal als 24 uren): aangetoond wordt dat hij met betrekking tot een of meer van de soorten zorg als bedoeld in het vorige onderdeel, waarop hij voor in totaal voor ten minste tien uur per week is aangewezen, geen persoonsgebonden budget ontvangt en dat die niet geheel of deels worden verleend door een zorgaanbieder als bedoeld in artikel 1, onderdeel j, van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten; hij aannemelijk maakt dat een of meer van diens meerderjarige kinderen die tot dat gezin behoren respectievelijk een of meer van diens ouders die tot dat gezin behoren zorg, die voldoet aan de voorwaarde, bedoeld in het vorige onderdeel, aan die persoon verlenen voor ten minste het aantal uren waar die persoon met betrekking tot die zorg volgens dat indicatiebesluit op is aangewezen doch in totaal voor ten minste tien uren per week; en jonger is dan 65 jaar. Een zorgbehoevende die aan alle bovengenoemde voorwaarden voldoet, heeft een zelfstandig recht op bijstand. Het inkomen van overige gezinsleden (broers/zussen etc.) hebben geen invloed op het recht op bijstand van de zorgbehoevende; alleen op het recht op bijstand van de ouder(s). Minima-effectrapportage gemeente Breda

Minima-effectrapportage gemeente Zaanstad 2012. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens

Minima-effectrapportage gemeente Zaanstad 2012. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Zaanstad 2012 De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Zaanstad 2011-2012 De invloed

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Venlo. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens

Minima-effectrapportage gemeente Venlo. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Venlo De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Venlo 2009 De invloed van gemeentelijke

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Hilversum 2012. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens

Minima-effectrapportage gemeente Hilversum 2012. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Hilversum 2012 De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Hilversum 2012 De invloed

Nadere informatie

Koopkrachtberekeningen voor huishoudens met extra zorgkosten naar aanleiding van de Miljoenennota 2012

Koopkrachtberekeningen voor huishoudens met extra zorgkosten naar aanleiding van de Miljoenennota 2012 Koopkrachtberekeningen voor huishoudens met extra zorgkosten naar aanleiding van de Miljoenennota 2012 Nibud, 16 september 2011 Koopkrachtberekeningen voor huishoudens met extra zorgkosten naar aanleiding

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Leidschendam- Voorburg 2013

Minima-effectrapportage gemeente Leidschendam- Voorburg 2013 Minima-effectrapportage gemeente Leidschendam- Voorburg 2013 De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Leidschendam-

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2010. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens

Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2010. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2010 De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2010 De invloed van

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Utrecht De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens

Minima-effectrapportage gemeente Utrecht De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2013 De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2013 De invloed

Nadere informatie

Minima-effectrapportage Gemeente Maastricht. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens

Minima-effectrapportage Gemeente Maastricht. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage Gemeente Maastricht De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage Gemeente Maastricht De invloed van gemeentelijke

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeenten Tilburg en Goirle 2011

Minima-effectrapportage gemeenten Tilburg en Goirle 2011 Minima-effectrapportage gemeenten Tilburg en Goirle 2011 De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeenten Tilburg en Goirle

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Wassenaar 2013. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens

Minima-effectrapportage gemeente Wassenaar 2013. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Wassenaar 2013 De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Wassenaar 2013 De invloed

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente X. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens

Minima-effectrapportage gemeente X. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente X De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente X De invloed van gemeentelijke maatregelen

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Voorschoten 2013. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens

Minima-effectrapportage gemeente Voorschoten 2013. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Voorschoten 2013 De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Voorschoten 2013 De

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Ede 2016

Minima-effectrapportage gemeente Ede 2016 Minima-effectrapportage gemeente Ede 2016 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Ede 2016 De invloed

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Ede 2014

Minima-effectrapportage gemeente Ede 2014 Minima-effectrapportage gemeente Ede 2014 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Ede 2014 De invloed

Nadere informatie

Minima-effectrapportage Gemeente Waalwijk. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens

Minima-effectrapportage Gemeente Waalwijk. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage Gemeente Waalwijk De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage Gemeente Waalwijk De invloed van gemeentelijke

Nadere informatie

Koopkrachtverandering van chronisch zieken en gehandicapten 2014-2015. Prinsjesdag 2014 Nibud, september 2014

Koopkrachtverandering van chronisch zieken en gehandicapten 2014-2015. Prinsjesdag 2014 Nibud, september 2014 Koopkrachtverandering van chronisch zieken en gehandicapten 2014-2015 Prinsjesdag 2014 Nibud, september 2014 Koopkrachtverandering van chronisch zieken en gehandicapten 2014-2015 Prinsjesdag 2014 Nibud,

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Veenendaal 2014

Minima-effectrapportage gemeente Veenendaal 2014 Minima-effectrapportage gemeente Veenendaal 2014 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Veenendaal

Nadere informatie

EEffecten minimabeleid. Nibud Corinne van Gaalen

EEffecten minimabeleid. Nibud Corinne van Gaalen EEffecten minimabeleid Nibud Corinne van Gaalen Wat is het Nibud? Voorlichting Consumenten Professionals Onderzoek Opleiding Consumenten Professionals Nibud en onderzoek Minimum voorbeeldbegrotingen Onderzoek

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Gouda 2015

Minima-effectrapportage gemeente Gouda 2015 Minima-effectrapportage gemeente Gouda 2015 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens. Minima-effectrapportage gemeente Gouda 2015

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Enschede 2017

Minima-effectrapportage gemeente Enschede 2017 Minima-effectrapportage gemeente Enschede 2017 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Enschede

Nadere informatie

Koopkrachtverandering van ouderen 2014-2015

Koopkrachtverandering van ouderen 2014-2015 Koopkrachtverandering van ouderen 2014-2015 Berekeningen Prinsjesdag 2014 Nibud, september 2014 Koopkrachtverandering van ouderen 2014-2015 Berekeningen Prinsjesdag 2014 Nibud, september 2014 In opdracht

Nadere informatie

Rapportages Nibud ten behoeve Onderzoek Armoedebeleid gemeente Roosendaal. Nibud/Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting

Rapportages Nibud ten behoeve Onderzoek Armoedebeleid gemeente Roosendaal. Nibud/Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting Rapportages Nibud ten behoeve Onderzoek Armoedebeleid gemeente Roosendaal Nibud/Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting 2 / Minima-effectrapportage gemeente Roosendaal Minima-effectrapportage gemeente

Nadere informatie

Nibud minimumvoorbeeldbegrotingen

Nibud minimumvoorbeeldbegrotingen Nibud minimumvoorbeeldbegrotingen 2017 Het Nibud stelt elk jaar begrotingen op voor huishoudens met een minimum inkomen. We gaan uit van een inkomen op het niveau van het sociaal minimum. Dit is de bijstandsuitkering.

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Enschede 2015. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens

Minima-effectrapportage gemeente Enschede 2015. De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Enschede 2015 De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Enschede 2015 Effecten

Nadere informatie

Verandering van de koopkracht van chronisch zieken en gehandicapten in 2014. Nibud, september 2013

Verandering van de koopkracht van chronisch zieken en gehandicapten in 2014. Nibud, september 2013 Verandering van de koopkracht van chronisch zieken en gehandicapten in 2014 Nibud, september 2013 Verandering van de koopkracht van chronisch zieken en gehandicapten in 2014 Nibud, september 2013 In opdracht

Nadere informatie

Minima-effectrapportage Regionale Sociale Dienst Pentasz Mergelland

Minima-effectrapportage Regionale Sociale Dienst Pentasz Mergelland Minima-effectrapportage Regionale Sociale Dienst Pentasz Mergelland De invloed van gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage Regionale Sociale

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Nijmegen 2017

Minima-effectrapportage gemeente Nijmegen 2017 Minima-effectrapportage gemeente Nijmegen 2017 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Nijmegen

Nadere informatie

Koopkrachtverandering van ouderen 2014-2015

Koopkrachtverandering van ouderen 2014-2015 Koopkrachtverandering van ouderen 2014-2015 Berekeningen Prinsjesdag 2014 Nibud, september 2014 Koopkrachtverandering van ouderen 2014-2015 Berekeningen Prinsjesdag 2013 Nibud, september 2014 In opdracht

Nadere informatie

BIJLAGE 5 INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE NOORDWIJK 2015

BIJLAGE 5 INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE NOORDWIJK 2015 BIJLAGE 5 INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE NOORDWIJK 2015 Inkomens Effect Rapportage gemeente Noordwijk 2015 Een onderzoek naar de effecten van het armoedebeleid op de inkomenspositie van minimahuishoudens

Nadere informatie

Minimum-voorbeeld begrotingen en kostendelersnorm. Nibud, 2013

Minimum-voorbeeld begrotingen en kostendelersnorm. Nibud, 2013 Minimum-voorbeeld begrotingen en kostendelersnorm Nibud, 2013 Inhoud 1 INLEIDING... 3 2 INKOMSTEN... 4 3 MINIMALE UITGAVEN... 8 3.1 Minimum-voorbeeldbegrotingen... 8 3.2 Persoonlijk onvermijdbare uitgaven...

Nadere informatie

Koopkrachtveranderingen voor mensen met een beperking 2015-2016. Prinsjesdag 2015 Nibud, september 2015

Koopkrachtveranderingen voor mensen met een beperking 2015-2016. Prinsjesdag 2015 Nibud, september 2015 Koopkrachtveranderingen voor mensen met een beperking 2015-2016 Prinsjesdag 2015 Nibud, september 2015 Koopkrachtveranderingen voor mensen met een beperking 2015-2016 Prinsjesdag 2015 Nibud, september

Nadere informatie

Nibud minimum-voorbeeldbegrotingen 2015 / 1

Nibud minimum-voorbeeldbegrotingen 2015 / 1 Nibud minimumvoorbeeldbegrotingen 2015 Het Nibud stelt elk jaar begrotingen op voor huishoudens met een minimum inkomen. We gaan uit van een inkomen op het niveau van het sociaal minimum. Dit is de uitkering

Nadere informatie

Rapportages Nibud ten behoeve Onderzoek Armoedebeleid gemeente Drimmelen

Rapportages Nibud ten behoeve Onderzoek Armoedebeleid gemeente Drimmelen Rapportages Nibud ten behoeve Onderzoek Armoedebeleid gemeente Drimmelen Nibud/Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting 2 / Minima-effectrapportage gemeente Drimmelen Inhoud 1. INLEIDING... 5 1.1 Centrale

Nadere informatie

Koopkracht van 65-plussers met aanvullend pensioen in 2009

Koopkracht van 65-plussers met aanvullend pensioen in 2009 Koopkracht van 65-plussers met aanvullend pensioen in 2009 Nibud, februari 2009 In opdracht van de NVOG Koopkracht van 65-plussers met aanvullend pensioen in 2009 Nibud, februari 2009 In opdracht van de

Nadere informatie

Benchmark Minimaeffectrapportages. Een vergelijking van de financiële positie van inwoners met lage inkomens in diverse gemeenten

Benchmark Minimaeffectrapportages. Een vergelijking van de financiële positie van inwoners met lage inkomens in diverse gemeenten Benchmark Minimaeffectrapportages 2012 Een vergelijking van de financiële positie van inwoners met lage inkomens in diverse gemeenten Benchmark Minimaeffectrapportages 2012 Een vergelijking van de financiële

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Tiel 2015

Minima-effectrapportage gemeente Tiel 2015 Minima-effectrapportage gemeente Tiel 2015 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens. Minima-effectrapportage Gemeente Tiel / 0 Minima-effectrapportage

Nadere informatie

Koopkracht van ouderen 2013-2014. Berekeningen Prinsjesdag 2013 Nibud, september 2013

Koopkracht van ouderen 2013-2014. Berekeningen Prinsjesdag 2013 Nibud, september 2013 Koopkracht van ouderen 2013-2014 Berekeningen Prinsjesdag 2013 Nibud, september 2013 Koopkracht van ouderen 2013-2014 Berekeningen Prinsjesdag 2013 Nibud, september 2013 In opdracht van de CSO, koepel

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2018

Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2018 Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2018 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens 11 mei 2018 Minima-effectrapportage gemeente

Nadere informatie

Onderwerp Vaststellen Minima-effectrapportage en besluit besteding middelen

Onderwerp Vaststellen Minima-effectrapportage en besluit besteding middelen Collegevoorstel Openbaar Onderwerp Vaststellen Minima-effectrapportage en besluit besteding middelen Programma / Programmanummer Werk & Inkomen / 1061 BW-nummer BW-01119 Portefeuillehouder T. Tankir Samenvatting

Nadere informatie

Minima-effectrapportage Sociale Dienst Veluwerand 2015

Minima-effectrapportage Sociale Dienst Veluwerand 2015 Minima-effectrapportage Sociale Dienst Veluwerand 2015 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens. Minima-effectrapportage Sociale Dienst

Nadere informatie

Effecten van zorgmaatregelen uit het regeerakkoord

Effecten van zorgmaatregelen uit het regeerakkoord Effecten van zorgmaatregelen uit het regeerakkoord Een doorrekening van voorgenomen bezuinigingen op de bestedingsruimte van een aantal voorbeeldhuishoudens Effecten van zorgmaatregelen uit het regeerakkoord

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Den Haag 2015

Minima-effectrapportage gemeente Den Haag 2015 Minima-effectrapportage gemeente Den Haag 2015 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens. Minima-effectrapportage gemeente Den Haag

Nadere informatie

Minima-effectrapportage Bijlage I / 1

Minima-effectrapportage Bijlage I / 1 Tabel 1a Alleenstaande onder de 65 jaar (huur 357) WWB-uitkering 110% 120% 130% Inkomsten Netto inkomen (incl. kortingen) 920 1012 1104 1196 Kinderbijslag 0 0 0 0 Tegemoetkoming schoolkosten 0 0 0 0 Categoriale

Nadere informatie

Rapportages Nibud ten behoeve Onderzoek Armoedebeleid gemeente Moerdijk. Nibud/Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting

Rapportages Nibud ten behoeve Onderzoek Armoedebeleid gemeente Moerdijk. Nibud/Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting Rapportages Nibud ten behoeve Onderzoek Armoedebeleid gemeente Moerdijk Nibud/Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting Inhoud 1. INLEIDING... 4 1.1 Centrale vraag... 4 1.2 Kern minima-effectrapportage...

Nadere informatie

BIJLAGE 5 INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE NOORDWIJK 2015

BIJLAGE 5 INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE NOORDWIJK 2015 BIJLAGE 5 INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE NOORDWIJK 2015 Inkomens Effect Rapportage gemeente Noordwijk 2015 Een onderzoek naar de effecten van het armoedebeleid op de inkomenspositie van minimahuishoudens

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Wassenaar 2017

Minima-effectrapportage gemeente Wassenaar 2017 Minima-effectrapportage gemeente Wassenaar 2017 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Wassenaar

Nadere informatie

Koopkracht van 65-plussers

Koopkracht van 65-plussers Koopkracht van 65-plussers 2011-2012 Berekeningen Prinsjesdag 2011 In opdracht van de ouderenbonden Unie KBO, PCOB en NVOG Nibud, september 2011 Koopkracht van 65-plussers 2011-2012 Berekeningen Prinsjesdag

Nadere informatie

Koopkracht van 65-plussers 2012-2013

Koopkracht van 65-plussers 2012-2013 Koopkracht van 65-plussers 2012-2013 Berekeningen Prinsjesdag 2012 In opdracht van de ouderenbonden Unie KBO, PCOB en NVOG Nibud, september 2012 Koopkracht van 65-plussers in 2013 / 1 Koopkracht van 65-plussers

Nadere informatie

Rapportages Nibud ten behoeve Onderzoek Armoedebeleid gemeente Etten-Leur

Rapportages Nibud ten behoeve Onderzoek Armoedebeleid gemeente Etten-Leur Rapportages Nibud ten behoeve Onderzoek Armoedebeleid gemeente Etten-Leur Nibud/Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting 2 / Minima-effectrapportage gemeente Etten-Leur Inhoud 1. INLEIDING... 6 1.1

Nadere informatie

Koopkracht van 65-plussers

Koopkracht van 65-plussers Koopkracht van 65-plussers 2009-2010 Berekeningen Prinsjesdag 2009 In opdracht van de ouderenbonden UnieKBO en PCOB Nibud, september 2009 Koopkracht van 65-plussers 2009-2010 Berekeningen Prinsjesdag 2009

Nadere informatie

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE WAALWIJK 2014

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE WAALWIJK 2014 INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE WAALWIJK 2014 Inkomens Effect Rapportage gemeente Waalwijk 2014 Een onderzoek naar de effecten van het armoedebeleid op de inkomenspositie van minimahuishoudens in de

Nadere informatie

Nibud Minima-effectrapportage Begrotingen 1 / 8

Nibud Minima-effectrapportage Begrotingen 1 / 8 Nibud Minima-effectrapportage Begrotingen 1 / 8 a. Alleenstaande onder de 65 jaar Netto inkomen (incl. kortingen) 926 1019 1112 Categoriale bijstand 0 0 0 Huurtoeslag 185 185 157 Zorgtoeslag 88 88 88 TOTAAL

Nadere informatie

- 1 - RAADSVOOASTEL ------- J

- 1 - RAADSVOOASTEL ------- J - 1 - N,'0 (}11) I ~~ gemeente Barneveld Is 3 0 MEI 2013 Aan het college van burgemeester IAFD.I en wethouders RAADSVOOASTEL ------- J l I Onderwerp: Evaluatie minimaregelingen Ing(iKoman stukken Raad

Nadere informatie

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE HATTEM

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE HATTEM INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE HATTEM Inkomens Effect Rapportage gemeente Hattem Een onderzoek naar de effecten van het armoedebeleid op de inkomenspositie van minimahuishoudens en werkenden met lage

Nadere informatie

Koopkrachtverandering van ouderen 2015-2016

Koopkrachtverandering van ouderen 2015-2016 Koopkrachtverandering van ouderen 2015-2016 Berekeningen Prinsjesdag 2015 Nibud, september 2015 Koopkrachtverandering van ouderen 2015-2016 Berekeningen Prinsjesdag 2015 Nibud, september 2015 In opdracht

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Deurne De invloed van gemeentelijke ondersteuning op de financiële positie van inwoners met een laag inkomen

Minima-effectrapportage gemeente Deurne De invloed van gemeentelijke ondersteuning op de financiële positie van inwoners met een laag inkomen Minima-effectrapportage gemeente Deurne 2016 De invloed van gemeentelijke ondersteuning op de financiële positie van inwoners met een laag inkomen Minima-effectrapportage gemeente Deurne 2016 De invloed

Nadere informatie

Koopkrachteffecten en de nieuwe compensatieregeling chronisch zieken en gehandicapten. Nibud, juni 2008

Koopkrachteffecten en de nieuwe compensatieregeling chronisch zieken en gehandicapten. Nibud, juni 2008 Koopkrachteffecten en de nieuwe compensatieregeling chronisch zieken en gehandicapten Nibud, juni 2008 Koopkrachteffecten en de nieuwe compensatieregeling chronisch zieken en gehandicapten Nibud, juni

Nadere informatie

Koopkracht van 65-plussers

Koopkracht van 65-plussers Koopkracht van 65-plussers 2010-2011 Berekeningen Prinsjesdag 2010 In opdracht van de ouderenbonden Unie KBO, PCOB en NVOG Nibud, 6 oktober 2010 Koopkracht van 65-plussers 2010-2011 Berekeningen Prinsjesdag

Nadere informatie

Nibud Minima-effectrapportage Begrotingen 1 / 7

Nibud Minima-effectrapportage Begrotingen 1 / 7 Nibud Minima-effectrapportage Begrotingen 1 / 7 a. Alleenstaande onder de 65 jaar Netto inkomen (incl. kortingen) 926 1019 1112 Huurtoeslag 201 201 173 TOTAAL INKOMSTEN 1216 1309 1373 Gas 60 60 60 Elektriciteit

Nadere informatie

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE HEERHUGOWAARD 2018

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE HEERHUGOWAARD 2018 INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE HEERHUGOWAARD 2018 Inkomens Effect Rapportage gemeente Heerhugowaard 2018 Een onderzoek naar de effecten van het armoedebeleid op de inkomenspositie van minimahuishoudens

Nadere informatie

Onderzoek Armoedeval 2016 Zeist

Onderzoek Armoedeval 2016 Zeist Onderzoek Armoedeval 2016 Zeist 2 Onderzoek Armoedeval 2016 Zeist Sociaal Raadslieden Zeist Bergweg 1 3701 JJ Zeist T 030-6923857 M sora.zeist@planet.nl I www.sociaalraadsliedenzeist.nl 3 4 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Nibud Minima-effectrapportage Begrotingen 1 / 10

Nibud Minima-effectrapportage Begrotingen 1 / 10 Nibud Minima-effectrapportage Begrotingen 1 / 10 a. Alleenstaande Netto inkomen (incl. kortingen) 948 1043 1138 Zorgtoeslag 72 72 72 Huurtoeslag 146 146 120 Kinderbijslag 0 0 0 Kindgebonden budget 0 0

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Eindhoven

Minima-effectrapportage gemeente Eindhoven Minima-effectrapportage gemeente Eindhoven Onderzoek naar de stapeling van inkomenseffecten van landelijke beleidswijzigingen en de impact daarvan op de koopkracht van huishoudens met een laag inkomen

Nadere informatie

van invoering (beoogd)

van invoering (beoogd) Overzicht van de maatregelen: de stapeling In de tabel worden de maatregelen opgesomd, die tezamen de stapeling vormen. In de tabel worden alleen de maatregelen genoemd, die een financiële impact hebben.

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2016

Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2016 Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2016 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage gemeente Utrecht 2016

Nadere informatie

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE OLST-WIJHE

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE OLST-WIJHE INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE OLST-WIJHE Een onderzoek naar de effecten van het armoedebeleid op de inkomenspositie van minimahuishoudens en werkenden met lage inkomens in de gemeente Olst-Wijhe.

Nadere informatie

Naam en telefoon. Sille Dohmen 5772 Afdeling. Portefeuillehouder

Naam en telefoon. Sille Dohmen 5772 Afdeling. Portefeuillehouder Onderwerp Minima Effect Rapportage 2017 Nibud Datum 28 mei 2018 Naam en telefoon Sille Dohmen 5772 Afdeling SMO Portefeuillehouder Kees van Geffen Waarover wil je informeren? Met de Minima Effect Rapportage

Nadere informatie

Minima-effectrapportage gemeente Apeldoorn 2016

Minima-effectrapportage gemeente Apeldoorn 2016 Minima-effectrapportage gemeente Apeldoorn 2016 De invloed van landelijke en gemeentelijke ondersteuning op de financiële positie van inwoners met een laag inkomen Minima-effectrapportage gemeente Apeldoorn

Nadere informatie

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE ARMOEDE BESTRIJDING GEMEENTE DOETINCHEM

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE ARMOEDE BESTRIJDING GEMEENTE DOETINCHEM INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE ARMOEDE BESTRIJDING GEMEENTE DOETINCHEM Een onderzoek naar de effecten van gemeentelijke inkomensondersteuning op de inkomenspositie van minimahuishoudens en werkenden met lage

Nadere informatie

INKOMENSEFFECTEN LANDELIJKE EN GEMEENTELIJKE MINIMAREGELINGEN

INKOMENSEFFECTEN LANDELIJKE EN GEMEENTELIJKE MINIMAREGELINGEN INKOMENSEFFECTEN LANDELIJKE EN GEMEENTELIJKE MINIMAREGELINGEN Versie 1.2 15 maart 2015 Inkomenseffecten landelijke en gemeentelijke minimaregelingen Onderzoek naar de effecten van de landelijke en gemeentelijke

Nadere informatie

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus 250

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus 250 gemeente Haarlemmermeer De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus 250 2130 AG Hoofddorp Bezoekadres: Raadhuisplein 1 Hoofddorp Telefoon 0900 1852 Telefax 023 563 95 50 Organisatieonderdeel

Nadere informatie

Iedereen kan meedoen. Financieel steuntje in de rug voor inwoners met een minimaal inkomen

Iedereen kan meedoen. Financieel steuntje in de rug voor inwoners met een minimaal inkomen Iedereen kan meedoen Financieel steuntje in de rug voor inwoners met een minimaal inkomen Voor mensen met een laag inkomen en weinig vermogen is het niet altijd gemakkelijk om rond te komen. Een keer een

Nadere informatie

Iedereen kan meedoen financieel steuntje in de rug voor inwoners met een minimaal inkomen

Iedereen kan meedoen financieel steuntje in de rug voor inwoners met een minimaal inkomen Iedereen kan meedoen financieel steuntje in de rug voor inwoners met een minimaal inkomen Voor mensen met een laag inkomen en weinig vermogen is het niet altijd gemakkelijk om rond te komen. Een keer een

Nadere informatie

Bijzondere bijstand kunt u aanvragen binnen 12 maanden nadat u deze kosten hebt gemaakt. U moet wel alle rekeningen en nota s bewaren.

Bijzondere bijstand kunt u aanvragen binnen 12 maanden nadat u deze kosten hebt gemaakt. U moet wel alle rekeningen en nota s bewaren. Weet u hoe u een bijdrage kunt krijgen voor de kosten die u maakt? Verschillende vergoedingen van de gemeente zijn mogelijk als de kosten voor u te hoog oplopen. Dat is mooi, maar tegelijkertijd lastig.

Nadere informatie

Koopkrachtberekeningen voor 100 huishoudens 2012-2017

Koopkrachtberekeningen voor 100 huishoudens 2012-2017 Koopkrachtberekeningen voor 100 huishoudens 2012-2017 Berekeningen op basis van Regeerakkoord van het kabinet Rutte-II Nibud, 2012 Koopkrachtberekeningen voor 100 huishoudens 2012-2017 Berekeningen op

Nadere informatie

Nibud Minima-effectrapportage Begrotingen 1 / 9

Nibud Minima-effectrapportage Begrotingen 1 / 9 Nibud Minima-effectrapportage Begrotingen 1 / 9 a. Alleenstaande Netto inkomen (incl. kortingen) 948 1043 1138 Zorgtoeslag 72 72 72 Huurtoeslag 156 156 130 Kinderbijslag 0 0 0 Kindgebonden budget 0 0 0

Nadere informatie

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE RIDDERKERK 2018

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE RIDDERKERK 2018 INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE RIDDERKERK 2018 Inkomens Effect Rapportage gemeente Ridderkerk 2018 Een onderzoek naar de effecten van het armoedebeleid op de inkomenspositie van minimahuishoudens

Nadere informatie

Koopkrachtberekeningen voor 100 huishoudens 2012-2017

Koopkrachtberekeningen voor 100 huishoudens 2012-2017 Koopkrachtberekeningen voor 100 huishoudens 2012-2017 Berekeningen op basis van Regeerakkoord van het kabinet Rutte-II Nibud, 2012 Koopkrachtberekeningen voor 100 huishoudens 2012-2017 Berekeningen op

Nadere informatie

Interne Memo nr. commissie MO G.E. Oude Kotte Datum: december 2014 Onderwerp: BOT-overleg armoedebeleid 2015 Afschrift aan: vul in

Interne Memo nr. commissie MO G.E. Oude Kotte Datum: december 2014 Onderwerp: BOT-overleg armoedebeleid 2015 Afschrift aan: vul in Interne Memo nr. Aan: commissie MO Van: G.E. Oude Kotte Datum: december 2014 Onderwerp: BOT-overleg armoedebeleid 2015 Afschrift aan: vul in Inleiding Per 1 januari 2015 wijzigen een aantal zaken binnen

Nadere informatie

Financiële gevolgen van het afschaffen van de buitengewone uitgavenregeling

Financiële gevolgen van het afschaffen van de buitengewone uitgavenregeling Financiële gevolgen van het afschaffen van de buitengewone uitgavenregeling Toelichting bij de uitkomsten van de rekenvoorbeelden I Toelichting bij de Buitengewone uitgaven Het bepalen van de aftrek buitengewone

Nadere informatie

Aanvraagformulier Bijdrageregeling minima en collectieve zorgverzekering 2016

Aanvraagformulier Bijdrageregeling minima en collectieve zorgverzekering 2016 Aanvraagformulier Bijdrageregeling minima en collectieve zorgverzekering 2016 N U N S P E E T ELSPEET HULSHORST VIERHOUTEN 1. PERSOONSGEGEVENS Uzelf Partner Voorletter(s) en achternaam Geboortedatum Burgerservicenummer

Nadere informatie

Minima Effect Rapportage Gemeente Apeldoorn Robin Stoof & Sanne Lamers Nibud

Minima Effect Rapportage Gemeente Apeldoorn Robin Stoof & Sanne Lamers Nibud Minima Effect Rapportage Gemeente Apeldoorn 2016 Robin Stoof & Sanne Lamers Nibud Wat doet het Nibud? Onderzoek Voorlichting Consumenten Professionals Opleidingen Consumenten Professionals Minima-effectrapportage

Nadere informatie

Minima-effectrapportage Sociale Dienst Drechtsteden 2016

Minima-effectrapportage Sociale Dienst Drechtsteden 2016 Minima-effectrapportage Sociale Dienst Drechtsteden 2016 De invloed van landelijke en gemeentelijke maatregelen op de financiële positie van inwoners met lage inkomens Minima-effectrapportage Sociale

Nadere informatie

Koopkrachtontwikkelingen 2011-2012

Koopkrachtontwikkelingen 2011-2012 Koopkrachtontwikkelingen 2011-2012 Voorbeeldberekeningen januari 2012 Verandering in koopkracht tussen 2011 en 2012 (bedragen in euro s per maand) Koopkrachtontwikkeling voor 2012 procentueel (bedragen

Nadere informatie

Inkomenseffecten van het basisinkomen 2.0

Inkomenseffecten van het basisinkomen 2.0 Inkomenseffecten van het basisinkomen 2.0 Effect van de invoering van het basisinkomen op het inkomen van een aantal voorbeeldhuishoudens Jasja Bos, Marjan Verberk-De Kruik Inkomenseffecten van het basisinkomen

Nadere informatie

Overzicht huidige minimaregelingen

Overzicht huidige minimaregelingen Datum 10 juni 2014 1 (7) Overzicht huidige minimaregelingen Auteur Eveline Bal, Beleidsadviseur Werk & Inkomen Het huidige minimabeleid van de gemeente Nieuwegein kent verschillende instrumenten ter bestrijding

Nadere informatie

MEMO. Lokaal. Geachte raad,

MEMO. Lokaal. Geachte raad, MEMO Aan: De gemeenteraad Van: Het college van B&W Onderwerp: Overzicht van minimaregelingen 3 november 2015 Bijlage: bijstandsnormen hoogbijstand Afschrift aan: snor Geachte raad, Op uw verzoek, gedaan

Nadere informatie

Begrotingen na landelijke en lokale wijzigingen 1 / 10

Begrotingen na landelijke en lokale wijzigingen 1 / 10 Begrotingen na landelijke en lokale wijzigingen 1 / 10 a. Alleenstaande Netto inkomen (incl. kortingen) 948 1043 1138 Zorgtoeslag 72 72 72 Huurtoeslag 146 146 120 Kinderbijslag 0 0 0 Kindgebonden budget

Nadere informatie

Wat gaat er veranderen in de Wet werk en bijstand?

Wat gaat er veranderen in de Wet werk en bijstand? Wat gaat er veranderen in de Wet werk en bijstand? Per 1 januari 2012 is de Wet werk en bijstand (WWB) veranderd. Er gelden nieuwe regels voor mensen die een bijstandsuitkering aanvragen én voor mensen

Nadere informatie

Inkomenseffecten Participatiewet en kostendelersnorm WWB. Nibud, 2013

Inkomenseffecten Participatiewet en kostendelersnorm WWB. Nibud, 2013 Inkomenseffecten Participatiewet en kostendelersnorm WWB Nibud, 2013 Inhoud 1 INLEIDING... 3 2 INKOMENSEFFECTEN... 4 2.1 Alleenstaande Wajonger... 4 2.2 Wajonger met een partner... 6 2.3 Wajonger bij ouders...

Nadere informatie

Koopkrachtberekeningen Uitgewerkte voorbeelden januari 2017

Koopkrachtberekeningen Uitgewerkte voorbeelden januari 2017 Koopkrachtberekeningen 2016-2017 Uitgewerkte voorbeelden januari 2017 Op Prinsjesdag 2016 heeft het Nibud de koopkrachteffecten voor 100 verschillende huishoudens berekend. In januari 2017 zijn ze opnieuw

Nadere informatie

Bijlage: Vaststelling eigen bijdrage en besteedbaar inkomen voor een aantal categorieën.

Bijlage: Vaststelling eigen bijdrage en besteedbaar inkomen voor een aantal categorieën. Bijlage: Vaststelling eigen bijdrage en besteedbaar inkomen voor een aantal categorieën. Beschrijving van de eigen bijdrage systematiek Deze bijlage geeft een beschrijving van de wijze waarop de eigen

Nadere informatie

Uitgewerkte voorbeelden koopkracht 2012-2013. Prinsjesdag 2012

Uitgewerkte voorbeelden koopkracht 2012-2013. Prinsjesdag 2012 Uitgewerkte voorbeelden koopkracht 2012-2013 Prinsjesdag 2012 Koopkrachtontwikkelingen 2012-2013 Voorbeeldberekeningen Prinsjesdag 2012 2012-2013 koopkrachtontwikkeling (bedragen netto per maand) Alle

Nadere informatie

Koopkracht in perspectief. In opdracht van de gezamenlijke ouderenbonden, ANBO, PCOB, Unie KBO Nibud, 2008

Koopkracht in perspectief. In opdracht van de gezamenlijke ouderenbonden, ANBO, PCOB, Unie KBO Nibud, 2008 Koopkracht in perspectief In opdracht van de gezamenlijke ouderenbonden, ANBO, PCOB, Unie KBO Nibud, 2008 Koopkrachtberekeningen 2007-2008/ 2 Koopkracht in perspectief In opdracht van de gezamenlijke ouderenbonden,

Nadere informatie

Wat is bijzondere bijstand? informatiefolder

Wat is bijzondere bijstand? informatiefolder Wat is bijzondere bijstand? informatiefolder Wat is bijzondere bijstand? Bijzondere bijstand is een uitkering die bedoeld is om extra of hoge kosten mee te kunnen betalen. U kunt recht hebben op bijzondere

Nadere informatie

Begrotingen TOTAAL UITGAVEN 890 904 904

Begrotingen TOTAAL UITGAVEN 890 904 904 Tabel 1a HUUR in 366 HUISHOUDTYPE Alleenstaande jonger dan 65 jaar WWB-uitkering 112% 120% Inkomsten Netto inkomen 808 905 969 Heffingskortingen via VT 0 0 0 Kinderbijslag 0 0 0 Tegemoetkoming schoolkosten

Nadere informatie

Minima-effectrapportage Bijlage I - hoge huur/ 1

Minima-effectrapportage Bijlage I - hoge huur/ 1 Tabel 2a Alleenstaande onder de 65 jaar (huur 537) Netto inkomen (incl. kortingen) 914 1005 1097 1188 Kinderbijslag 0 0 0 0 Huurtoeslag 276 276 242 202 Woonlastenfonds 59 0 0 0 Kindgebonden budget 0 0

Nadere informatie

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE VLISSINGEN

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE VLISSINGEN INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE VLISSINGEN Een onderzoek naar de effecten van het armoedebeleid op de inkomenspositie van minimahuishoudens en werkenden met lage inkomens in de gemeente Vlissingen.

Nadere informatie

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE WIJK BIJ DUURSTEDE 2015

INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE WIJK BIJ DUURSTEDE 2015 INKOMENS EFFECT RAPPORTAGE GEMEENTE WIJK BIJ DUURSTEDE 2015 Inkomens Effect Rapportage gemeente Wijk bij Duurstede 2015 Een onderzoek naar de effecten van het armoedebeleid op de inkomenspositie van minimahuishoudens

Nadere informatie

Toekenningscriteria voor een aanvraag voor deelname aan Stichting De Vakantiebank

Toekenningscriteria voor een aanvraag voor deelname aan Stichting De Vakantiebank Toekenningscriteria voor een aanvraag voor deelname aan Stichting De Vakantiebank 1. Inleiding/Algemeen Kom ik in aanmerking voor een vakantie? Misschien heeft u net als veel andere inwoners van Nederland

Nadere informatie