Aansteken van de adventskaarsen. refrein: refrein. refrein. Welkom. Lied: Verlanglichtjes

Transcriptie

1 Kerstfeest 2016

2 Welkom Aansteken van de adventskaarsen Lied: Verlanglichtjes refrein: Vier kleine kaarsen, verlanglichtjes voor kerst. Zo komt voor jou en mij het kerstfeest dichterbij Steek ze aan. Ze mogen branden gaan. 1. Nu meteen, kaarsje één. refrein 2. Goed idee, Kaarsje twee. refrein 3. Kijk, ik zie Kaarsje drie. refrein 4. Veel plezier kaarsje vier. refrein Gebed God, Wij danken U Dat we hier vandaag bij elkaar mogen zijn. We vieren met elkaar kerstfeest, het feest van de geboorte van Uw Zoon die het licht bracht in de wereld. Maar God, in deze viering denken wij ook aan iedereen die vandaag niet vrolijk is. Aan kinderen die ziek zijn. Aan kinderen die bang zijn of verdrietig. Wees bij hen, God, en wees bij ons allemaal, vandaag en alle dagen. Amen.

3 Daar lopen twee mensen, ze zijn toch zo moe. Ze moeten van de keizer naar Bethlehem toe. t Zijn Jozef en Maria, ze hebben een geheim. Ze krijgen van de Here, een kindje, heel klein. Als ze in het stadje zijn, met huisjes op een rij, kloppen ze bij een huisje aan. Daar zal vast wel een bed voor hen staan. Lied: Een stille nacht Maria maakt met Jozef een hele lange reis. Ze moesten van de keizer gaan, naar Bethlehem, hier ver vandaan. Een lange reis. (2x) Ze willen heel graag slapen. Wie heeft er plaats voor hen? Ze kloppen bij een herberg aan. Het is er vol, ze moeten gaan. Wie heeft er plaats? (2x) Jozef klopt op de deur van een herberg Jozef: Hebt u voor Maria en mij, Misschien nog een plaatsje vrij? Herbergier: Nee, jullie kunnen er niet meer bij. Alleen nog een stalletje, het is er zo klein. Maar Jozef en Maria, die vinden het fijn.

4 Lied: (vervolg) Ze slapen bij de dieren. Het is een stille nacht. En aan de hemel straalt een ster, die lijkt dichtbij, maar is heel ver. Een stille nacht. (2x) Als iedereen in Bethlehem al slaapt, en nog niemand het weet, wordt het kindje geboren, dat Jezus heet. Lied: (vervolg) Een nacht anders dan anders. God geeft een Koningskind. Maria krijgt een lieve zoon, Bijzonder, maar ook heel gewoon. Een koningskind. (2x) Lied: Er is een kindeke geboren Er is een Kindeke geboren op aard. Er is een Kindeke geboren op aard. t Kwam op de aarde voor ons allemaal. t Kwam op de aarde voor ons allemaal. Er is een Kindeke geboren in t strooi. Er is een Kindeke geboren in t strooi. t Lag in een kribbe, gedekt met wat hooi. t Lag in een kribbe, gedekt met wat hooi. t Kwam op de aarde en t had er geen huis. t Kwam op de aarde en t had er geen huis. t Kwam op de aarde en t droeg al zijn kruis. t Kwam op de aarde en t droeg al zijn kruis.

5 De herders zitten om het kampvuur Nog andere mensen, zijn wakker die nacht. Het zijn een paar herders, zij houden de wacht. De engel komt op. Er komt een engel, dicht bij de herders staan. Die vertelt, jullie moeten naar Bethlehem gaan. Want daar is geboren, in een kleine stal, het kindje Jezus, dat koning wezen zal. Lied: De herdertjes lagen bij nachte De herdertjes lagen bij nachte, ze lagen bij nacht in het veld. Ze hielden vol trouwe de wachte, Zij hadden de schaapjes geteld. Daar hoorden zij engelen zingen de liederen vloeiend en klaar. De herders naar Bethlehem gingen liep tegen het nieuwe jaar.

6 De herders gaan nu blij op pad. Al heel snel zijn ze in de stad. Daar vinden ze het kindje teer. Eerbiedig knielen ze voor hem neer. Een herder staat op. Herder: Kom, nu moet iedereen het horen: DE HERE JEZUS IS GEBOREN! De herder gaat weer zitten. Hoog boven die kleine stal Daar was een ster te zien. Lied: Drie Wijzen Drie wijzen gaan reizen, en komen van heel ver. Drie wijzen gaan reizen, en kijken naar de ster. Een koning is geboren, t is Christus onze Heer. Drie wijzen die vinden Hem en knielen voor Hem neer. Drie wijzen komen op De wijzen gingen op weg, om het kindje te zoeken. Een kindje in een kribbe, gewikkeld in doeken. Tijdens die lange reis, gaf de ster telkens aan, als iemand naar de hemel keek, waarheen ze moesten gaan. Vlug zijn de wijzen, naar Bethlehem gegaan. En hebben eerbiedig, bij het kribje gestaan. Ze knielden bij het kindje neer, En zeiden: slaap maar zacht, Toen gaven ze de pakjes, Die ze hadden meegebracht.

7 Lied: In een stalletje In een stalletje, in een stalletje, zo arm. Ligt een baby tje, ligt een baby tje, zo warm Op een bedje van stro in een wiegje van hout Niemand weet nog hoeveel het van mensen houdt, hoeveel het van mensen houdt. In een kribbetje, in een kribbetje, zo klein ligt een baby tje, ligt een baby tje zo fijn. En het is nog zo teer nu zijn leven begint. Maar toch is het voor ons als een koningskind, en toch is het een koningskind. Maar toch is het voor ons als een koningskind, en toch is het een koningskind. Gebed: Lieve God, Wij zijn zo blij dat het kerstfeest is, zo blij dat onze dromen waar worden! Dromen over een klein kind dat geboren wordt in de donkere nacht. Dromen over wat dit kind, Jezus, zal brengen in deze donkere wereld: vrede en liefde voor alle mensen, rijk en arm, koningen en herders. We zijn zo blij, God, dat het nu, nu het Kerst is, echt licht wordt! Amen.

8 Lied: Baby Jesus we love you (engels) What did the cows at the manger say To baby Jesus in the hay? Moo, moo, moo, moo, Baby Jesus, we love you. What did the sheep at the manger say To baby Jesus in the hay? Baa, baa, baa, baa, Baby Jesus, we love you. Jesus was born on Christmas Day Mary laid Him in the hay So little boys and girls may pray Jesus, Jesus, baby Jesus, we love You What did the donkeys at the manger say To baby Jesus in the hay? Heehaw, heehaw, Baby Jesus, we love you. Jesus was born on Christmas Day Mary laid Him in the hay So little boys and girls may pray Jesus, Jesus, baby Jesus, we love You Moo, moo, Baa, baa, Heehaw, Jesus, baby Jesus, we love you.